België - Belgique P.B./P.P. 9000 Gent X BC 6708
n e g n i m a l V 13 I nr
20 winter
Driemaandelijks tijdschrift van de Stichting Vlamingen in de Wereld
84
VIW
ereld
Verantwoordelijke uitgever: Koen Van Der Schaeghe I Zenith-gebouw I Koning Albert II laan 37 I 1030 Brussel I erkenningsnummer P109064 I Afgiftekantoor Gent X
in de w
2x Zwitserland Europese subsidies
VIW zomer 2014
voor groot en klein
Kris Boyen, VIW anker in Kinshasa
Da n i s h et o n d e rwi j s a g oed g e re g l e l d! Succesvol instromen begint met NTC-online
De voordelen van
De basis voor een succesvolle terugkeer in het Vlaamse onderwijssysteem begint al tijdens het verblijf in het
• Ontwikkeld op basis van ruim 20 jaar
buitenland, met NTC-online van Edufax.
• Toonaangevend en altijd up-to-date
Edufax biedt ook het IB Dutch A literature, School Supporters
• Volledig veilige webbased omgeving
Self-Taught Programme aan. Meer weten? Neem dan contact met ons op. Op basis van ruim 20 jaar expertise en innovatie in afstandsonderwijs krijgt u het allerbeste advies en uw kinderen het allerbeste
ervaring met afstandsonderwijs
• Werken waar en wanneer het uitkomt • Persoonlijke ondersteuning door specifiek getrainde docenten • Vanaf peuterleeftijd tot eindexamenjaar van middelbaar / secundair onderwijs • Erkend door de minister van OCW
onderwijs!
T +31 (0)40 204 74 70 • E
[email protected]
Edufax is member of
www.edufax.nl
MET DE STEUN VAN DE VLAAMSE OVERHEID
Verweggistan kiest half in 2014 Coverstory Bangkok is een wervelende mix van historische gebeurtenissen, evenementen en recente culturele veranderingen. Wie de miljoenenstad wil ontdekken,
G
een puur Vlaamse bevoegdheid, en bijgevolg geen inspraak in de Vlaamse beslissing om al dan niet het onderwijs van de Nederlandse taal en de Vlaamse cultuur voor kinderen van Vlaamse expats te ondersteunen.
Ze komen eraan, die verkiezingen, drie zelfs, gelukkig op één dag. Jammer ook, omdat u als Vlaming in het buitenland geen gebruik kan maken van dit samenvallen. U mag immers niet stemmen voor de regionale verkiezingen. Wel voor de federale en als u in de Europese Unie woonachtig bent, ook voor de Europese. In verkiezingstijd wordt er wel eens oude wijn in nieuwe zakken verkocht. Wel, deze stichting ‘bezondigt’ er zich een half jaar voor datum al doelbewust aan. En neen, het is niet van willen, eerder van moeten.
Regionaal stemrecht is in een federale staat niet meer dan logisch. België schendt aldus een basisprincipe van een federale staat. Dit is niets minder dan een democratisch deficit omdat ons land een aanzienlijk deel van zijn burgers geen gelijkwaardig stemrecht verleent. Deze lacune in het gelijkheidsbeginsel wordt dus erg pijnlijk wanneer in 2014 beide verkiezingen op één dag vallen. Pijnlijk, verwarrend, maar vooral ondemocratisch. Vlamingen in het buitenland zullen dan wel kunnen stemmen voor het federale, maar niet voor het Vlaamse parlement. Dit op een moment dat door de zesde staatshervorming meer bevoegdheden worden overgedragen naar het regionale niveau. Begrijpe wie kan.
De stichting Vlamingen in de Wereld (VIW) ijvert reeds lang voor de effectieve erkenning van de Belgen in het buitenland door hen democratische inspraak te verlenen in het politieke gebeuren in België. Deze verzuchting is deels gerealiseerd, vermits onze landgenoten het recht werd verleend om deel te nemen aan de federale verkiezingen.
In het dichte en verre Verweggistan was het weer kiezen tussen de vele voldoende boeiende onderwerpen, die u, lezer van dit blad, lid van onze organisatie, hopelijk kunnen bekoren in deze editie. Mocht u willen reageren op de inhoud en u kiest voor een brief, neem dan notie van ons gewijzigde adres:
Opmerkelijk echter is dat tot op heden deze beslissing niet is doorgetrokken naar de verkiezingen voor de gewesten en gemeenschappen. Vlamingen in het buitenland kunnen bijgevolg niet deelnemen aan verkiezingen voor hun Vlaams parlement. Het toekennen van het regionale stemrecht zou nochtans getuigen van een consequente houding ten aanzien van de burgers van ons land. Een essentieel kenmerk van een democratie zijn immers vrije verkiezingen. Voor Vlaanderen zou dit de bevestiging zijn van haar competentie als volwaardige regio. In België hebben de regio’s eigen competenties en bevoegdheden en is het beginsel in foro interno, in foro externo van toepassing. Elk bestuursniveau mag voor haar bevoegdheden een eigen buitenlands beleid voeren. Bijgevolg heeft de uitgeweken Vlaming geen stem in het onderwijsbeleid,
Stichting Vlamingen in de Wereld Zenith-gebouw Koning Albertlaan 37 1030 Brussel
aan verkiezingen alleen maar over het hier en nu? Of klopt dat mantra niet? Is de Vlaming geïnteresseerd in de rest van de wereld? Is de rest van de wereld geïnteresseerd in Vlaanderen? Zijn de Vlamingen in de Wereld geïnteresseerd in Vlaanderen? Vijf vragen op rij, waarbij we enkel dieper ingaan op de laatste, waarop we ook volmondig ‘ja’ als antwoord durven roepen.
kan er nu op stap met de Vlaming Les Huysmans. De veertiger, afkomstig uit Antwerpen, richtte er Bangkok Walking Adventures op.
04
10 24
Wij zien u graag terug aan de andere kant van de jaarwisseling en wensen u, uw familie en uw naasten een gezond en boeiend 2014 toe. Boeiend zal het ook in Vlaanderen zijn. Voor volwassenen is er de tweede editie van de After Work Abroad Party in juli. Voor de jongsten onder ons een eerste zomerkamp voor expatkinderen. Inge Roggeman & Koen Van der Schaeghe
3
Woord van de voorzitter
24 Aangemeerd in Genève
4
De Vlasroute, ondernemersgekte van Vlaanderen naar China
26 Juridisch: Gronden in het buitenland
7
Vlaamse herdenkingstuin in Londen
8
Kris Boyen, VIW anker in Kinshasa
10 Leven en werken op zee 12 Daaf Dejaeghere, Vlaams osteopaat in Zwitserland
27 Roetskalender 28 Op Erasmus … verzeker je toekomst! 29 Jente Van Doren op Erasmus in Spanje 30 Katarin Van Orshaegen op Erasmus in Zweden
14 Uitgever met boerenverstand
32 Grensoverschrijdend zakelijk advies voor Vlaamse creatieven
15 Expatrubriek
33 Vlaming gidst toeristen in Bangkok
16 Wegwijs in de Europese subsidies – vleva
34 Savinja Notenbaert, reisleidster op de Kaapverdische eilanden
18 De Haven van Gent 20 Piazza 21 Het eerste Belgische Consulaire Wetboek is een feit 22 Cross Culture Training 23 VIW in 2014: zomerkamp & zomerfeest
37 Niels Boutsen op tournee in Spanje 38 Handelsmissie, het vak in de praktijk 40 Gespot: Lieven De Rycke in Rovaniemi 41 VIW-vertegenwoordigers + colofon
2
Woord van de voorzitter Ondernemen zonder grenzen
W
JAN VAN DOREN
aren de “grijpertjes” ook voor u
pioenen in kaart. Ze delen enkele gemeen-
zo’n favoriete attractie op kermis-
schappelijke kenmerken:
sen of
KMO’s,
lunaparken, verleid door
het zijn eerder
zeer gefocust op één product of
de kans een knuffelbeertje of een horloge
dienst waarin ze tot de wereldtop behoren,
mee te graaien? Weet u dat die grijpkasten
vaak toeleveranciers aan andere bedrijven
vrijwel over de hele wereld gemaakt zijn
waardoor ze niet zo zichtbaar zijn, ze ver-
door een bedrijf uit Sint-Niklaas (what’s in a
nieuwen voortdurend om hun product voor
name)? Elaut, zo heet het bedrijf, is een stille
de klant te verbeteren zonder daarom echt
kampioen van de Vlaamse economie. Het
high-tech te zijn, ze zijn veelal actief in de
is een bedrijf dat zich specialiseert in één
maakindustrie, ze kennen een goed sociaal
bepaalde product of dienst en daarmee de
klimaat met loyale medewerkers, en zijn
wereld verovert, zonder dat het gekend is bij
meestal in handen van families die vooral
het grote publiek.
begaan zijn met de lange termijn van hun
We hebben meer van dat soort stille kampi-
onderneming.
oenen in Vlaanderen. Wanneer u binnenkort
De Vlaamse stille kampioenen beantwoor-
bij Apple, Fuji of Kodak online een fotoalbum
den aan het Duitse model. De sterkte van de
bestelt, is de kans groot dat de kaft errond
Duitse economie, en vooral zijn sterke pres-
uit de fabriek van Unibind in Puurs (provincie
taties op de wereldmarkten, is in belangrijke
Antwerpen) komt. Als u uw wollen trui kan
mate het werk van de stille of verborgen
wassen op 40 graden, dan zit daar allicht
kampioenen onder de Duitse KMO’s. Die
het Oostvlaamse bedrijf Devan Chemicals
zgn. “Mittelstand” van exportgerichte KMO’s
voor iets tussen. Dat bedrijf levert aan de
die wereldleider zijn in een bepaalde niche,
textielindustrie chemische stoffen om kledij
vormt de ruggengraat van het Duitse export-
krimpvrij te maken, of gordijnstoffen minder
succes. Dat model van stille of verborgen
brandbaar,, of om sokken vrij te maken van
kampioenen vinden we dus ook terug in
zweetgeur.
Vlaanderen.
Nog enkele kampioenen, waarvan som-
Van alle factoren voor succes van deze
migen misschien al iets bekender in de oren
kampioenen steekt er één boven alles uit:
klinken. Melexis (Limburg) is kampioen in
ondernemen zonder grenzen. Deze onder-
de productie van sensoren die in wagens
nemingen focussen op een nichemarkt, op
worden gebruikt voor tal van zaken, van
zich eerder klein, maar gaan daarmee met-
het regelen van de airco tot zuinige brand-
een in heel de wereld de boer op, en zo
stoftoevoer. Het hijskranenbedrijf Sarens
verwerven ze een grote markt. Het zijn deze
(Vlaams Brabant) is een wereldtopper om al
internationale, vaak familiale bedrijven die
wat te zwaar of te groot is te verslepen en te
de toekomst vormen van de Vlaamse wel-
helpen in elkaar zetten. Zoals bij voorbeeld
vaart. Hun belang zal enkel toenemen in de
de brug van Millau over de Tarn-vallei die
verdere globalisering.
Vlaamse toeristen een nieuwe snelle toeweg
Meer dan ooit dienen Vlaamse ondernemin-
naar het Franse zuiden bezorgde. Carta
gen de weg naar het buitenland te vinden.
Mundi heeft vanuit de thuisbasis Turnhout –
Het Vlaamse agentschap voor internationaal
bakermat van het klassieke kaartspel – de
ondernemen “Flanders Investment & Trade”
wereld veroverd met speelkaarten die mee
(FIT) kan hen daarbij helpen. Maar ook het
zijn met het tijdperk van computerspelletjes.
netwerk van Vlamingen in de wereld kan
Het familiebedrijf Puratos bevoorraadt vanuit
hen van dienst zijn. De groeiende Vlaamse
zijn vestiging bij Brussel wereldwijd bakkers
diaspora vormen nuttige voelsprieten en
van deegmengels voor brood, of decoratie
contacten met buitenlandse markten. Laat
voor gebak.
ons dit netwerk dan ook verder ontwikkelen
Deze stille kampioenen zijn de trekpaarden,
en inzetten. FIT heeft daartoe enkele jaren
de stille werkers van de Vlaamse economie.
terug samen met VIW de club Diaspora
De Vlaamse werkgeversorganisatie Voka
gelanceerd. Tijd om deze club in een nieuwe
bracht in een recent onderzoek deze kam-
stroomversnelling te brengen.
3
Hier komt de Vlasroute Ondernemersgekte van Vlaanderen naar China auteur Lutgart Dusar
De Toyota Hilux’en doen het prima in de Tian Shan Bergpas in de Tian Shan (Hemels Gebergte), sinds juni 2013 op de Unesco Werelderfgoedlijst
canyons, Xinjiang Oeigoers Autonoom Gebied in China.
Of VIW ons kan helpen aan adressen van Vlamingen onderweg? Inge Roggeman en collega’s zjjn meteen gewonnen voor de Vlasroute, een wild idee van enkele bedrijfsleiders. Wij zouden in 2013 de Zijderoute rijden van Vlaanderen naar China, per jeep. Weg van de quick hit van een vlieg- of zakenreis, in overjaarse auto’s zonder airco. Omwille van de magie van de Zijderoute, het ongrijpbare en onvermijdelijke China, de uitdaging van het onbekende. Zo gebeurt! We leggen 18.000 km af zonder schram of boete, in totaal 88 reisdagen in 2 expedities: van 12 mei tot 22 juni naar Centraal-Azië met 7 jeeps en 18 deelnemers; na een pauze, van 8 september tot 16 oktober verkennen 4 teams Westelijk China in Toyota Hilux'en.
Pieter Klingels, ICT master mind van de Vlasrouters
4
Wat meest opvalt, is dat de verhalen van nu en toen (pre-departure) grondig verschillen. Voor het vertrek blijkt informatie rond paperassen, dieselbevoorrading, wegennet… schaars en vooral tegenstrijdig. Lonely Planet schrijft in 2011 dat self drive in China niet toegelaten is, reisblogs over Centraal-Azië staan bol van cowboyverhalen over de drie plagen op ons pad: 1) corrupte ambtenaren en smeergeld, 2) etnische rellen, 3) aanslagen in Westelijk China. Naar Azerbaijan, Turkmenistan, Uzbekistan, Xinjiang… rijden is duidelijk problemen zoeken! Daarover niet getreurd, maar het zet wel aan om onze aardrijkskunde op te frissen, om over nieuwe landen en regio’s te leren. En tenslotte ter plaatse te ervaren dat de soep niet zo heet wordt gegeten: 1) wij krijgen te maken met plichtsbewuste en vriendelijke ambtenaren, veel stempels maar geen smeergeld; 2) we worden gewaarschuwd voor wegblokkades en etnisch racisme in de Fergana vallei – ook dat geweld niet geschuwd wordt; 3) over recente terreuracties van Oeigoerse en Tibetaanse separatisten vangen we op wat via buitenlandse media binnensijpelt, we hebben er ons nooit onveilig gevoeld. Er zijn ook de stemmen uit de woestijn – de weinige Vlamingen in de Kaukasus, CentraalAzië en Westelijk China kan je tellen op één hand! Vlamingen die langskomen zijn mogelijk nog zeldzamer: Kom maar af naar Shihezi, schrijft Danny Decombel uit Oudenburg die in het onmogelijkste woestijngebied van China irrigatiemeststoffen fabriceert en verkoopt. Leuk om jullie te zien, we kunnen bij ons aperitieven en
iets gaan eten, meldt Pim Sterckx van Gosselin Moving vanuit Tashkent hartelijk. In Ashgabat houdt Theo Hensels uit Maaseik EU-kantoor: Ik kijk er naar uit. Laat weten wanneer jullie er zijn. Ambassadeur Luc Truyens uit Bakoe: Ik ben 3 jaar op post en herinner me niet één buitenlandse nummerplaat gezien te hebben. In Turkije deelt Kathy Vancrombruggen haar liefde voor de Taurus en berggids Bekir. We krijgen vorstelijke ontvangsten, het blijft niet bij één ontmoeting - soms trekken we dagen op met elkaar. Danny ontbiedt een minister, een rechter, een televisieploeg om onze komst naar Shihezi en trek doorheen het TienShan gebergte te vieren. Van hetzelfde kaliber zijn Patrick De Schepper, automation manager van Volvo Chengdu, en Marie Steyaert, de piepjonge chef van het ViaVia Café in Chengdu. Marie besliste deze zomer dat ze het in Chengdu wil proberen, hoewel ze nooit in China is geweest. Haar nieuwe menu is nu door de Chinese bestuursploeg met overtuiging aanvaard; zij leert ijverig Chinees spreken, schrijven en lezen - de wijze raad van Annelies Espeel indachtig (dochter van deelneemster Julie Vandenbroucke die China als thuis- en studieland aannam).
EEN GROOT AVONTUUR De Chinese Vlasrouters in de Mystieke Kloof van de Hemelse Bergen (v.l.n.r.: Pieter Klingels, Joachim Himpe, Bob Elsen, Lutgart Dusar, Joris Van der Wee, Marc Buelens, Roger Heijens, Dirk Tieleman, Laurent Anthoons,
¬ Wat we van de Vlamingen ter plaatse leerden: hoe zij zich volledig onderdompelen en gelukkig zijn ter plaatse, dat een Azië-ervaring pure adrenaline is en dat men er ingrijpend verandert. Men mist Vlaanderen niet tenzij ouders en familie. Minpunten: Expat is never for ever. Patrick’s termijn bij Volvo Chengdu zit er ondertussen op. Wij moeten beseffen dat returnees veranderd zijn, dat zij nieuwe ideeën aanbrengen die onze gewoontes en waarden (ten goede) kunnen verstoren. Naarmate het Vlasroute-vertrek nadert, stijgt het aantal en enthousiasme van plaatselijke gastheren en gastvrouwen uit de relatiekring van de deelnemers. Zo blijken twee deelnemers Jelica Novakovic te kennen die in de jaren ‘992000 dagelijks een portie oorlog opvoert in De Standaard vanuit Servië. Prof. Novakovic bezorgt ons een onvergetelijke avond in Belgrado: Mijn boodschap: stel u open voor het irrationele, het emotionele. West-Europa zit gevangen in het rationele denken. Leer van het Oosten de waarde van vriendschap, gastvrijheid, van gekte ook. We leren snel en dansen en zingen de sterren van de hemel in een restaurant op de Savarivier. In Istanbul verzamelt Abdullah Naseh familie en relaties voor een openingsdiner in stijl met het beste uit de Anatolische keuken (geen alcohol wel aardbeiensap en yoghurt). Een straffe madam is Maka De Lameilleure, algemeen directeur van Flanders-In-Shape, meisjesnaam Kharatishvili. Een uitgelezen gelegenheid om Georgië in de kijker te stellen, informatie uit te wisselen met bedrijfsleiders. Maka wacht ons op in Batumi en begeleidt ons tot de grens met Azerbaijan. Familie en jeugdvriendinnen worden ingeschakeld bij bezoeken en ontvangsten, het sluitstuk is een spectaculair diner met Georgische polyfonische muziek en dans. Zo ook de familie Selivanov uit Almaty. Zij bieden aan om onze wagens te stallen tijdens het zomerreces. En logies in het meest luxueuze hotel van Almaty tegen een gunstprijs, en een closing dinner voor Expeditie1
Danny Decombel)
met wijnen die de gastronomen onder ons een flauwte bezorgen. Een warme herinnering houden we ook over aan de dag met de ‘activisten’ uit Bishkek. Via Internet komen we in contact met Alina Jetigenova, initiatiefneemster van een bedrijvencentrum dat bezoekende buitenlanders verwelkomt. De stadsplanners, beleidsmakers in toerisme (industriesector nummer één in Kirgizië), creatieve IT- ondernemers, handelaars … laten nog altijd van zich horen via Internet. ¬ Wat we van ondernemende mensen uit de Zijderoutelanden leerden: ze zitten meer dan wij in de 21ste eeuw, het zijn levenskunstenaars die stappen overslaan omdat ze nieuwsgierig, leergierig en ambitieus zijn. Men deinst er niet terug voor een sprong in het ijle, en cumuleert vaak een betaalde baan met een eigen bedrijf. 70 jaar communisme resulteert er in een moeilijke politieke situatie en onoplosbare etnische conflicten. Minpunten zijn een gebrekkig ondernemingsklimaat, een veralgemeende werkloosheid en migratie, de lage scholing van vrouwen in Centraal-Azië (jong uitgehuwelijkt, hoge scheidingsgraad), en de toenemende assertiviteit van de islam. Wij
En dat we toffe jongens zijn… de Leuvenaars zingen uit volle borst aan het zoute Kara Kulmeer, 3500m hoog, aan de voet van de Muztag Ata (Vader van de Ijsbergen) in de Pamir hoogvlakte. V.l.n.r.: Bob Elsen, Pieter Klingels, Joris Van der Wee, Roger Heijens.
West-Vlamingen Julie Espeel-Vandenbroucke en JeanBaptiste Braet aan de Zwarte Zee bij Trabzon, laatste halte in Turkije.
hebben ambigue gevoelens bij de revival van de boeddhistische kloosters in China. En we stellen ons vragen bij het aan de schandpaal nagelen van autoritaire regimes, terwijl onder het mom van ‘democratie’ geweld prekende religies vrij baan krijgen. info
Meer over de Vlasroute, het traject, de deelnemers, de reisblog op WWW.vlasroute.bE
Kudde dromedarissen nabij Merv (Mary), Karakumwoestijn, Turkmenistan
5
Se aplică legislatia statului.
Alex was alarmed by the letter from the local health ministry. Our legal experts constantly monitor local and international law. Backed by 50+ years of experience, we make your global plan future-proof. We know which local regulations apply, sparing your employee any uncertainty about coverage. Experience the Cigna Difference. Interested? We go further to exceed your expectations, because we know how significant the difference is. Contact our Sales team now on 01475 492143 or visit www.CignaGlobalHealth.com.
1914-1918
Vlaams buitenlands beleid in de kijker Vlaanderen legt eerste herdenkingstuin aan in Londen
V
an de zomer van 1914 tot de herfst van 1918 werd een van de bloedigste conflicten uit de geschiedenis van de mensheid uitgevochten. Ook in Vlaanderen is tijdens deze Eerste Wereldoorlog vier jaar lang strijd geleverd. Tot op vandaag vinden we daarvan getuigen in ons landschap, ons onroerend erfgoed en onze cultuur. Miljoenen soldaten en burgers uit meer dan 50 hedendaagse landen en naties lieten het leven in Flanders Fields. Een eeuw later willen we de slachtoffers herdenken en reflecteren over oorlog en vrede. Zo kwam het Departement internationaal Vlaanderen met het plan om, in overleg met onze buitenlandse partners, herdenkingstuinen aan te leggen op belangrijke iconische plaatsen in het buitenland. Deze tuinen worden aangelegd met grond uit Flanders Fields. Op die manier wordt iedereen die gevochten heeft en gestorven is tijdens de oorlog, geëerd en herdacht. Tegelijkertijd vormen die herdenkingstuinen een symbool van hoop, vrede en verzoening met het oog op een betere toekomst. De slagvelden en begraafplaatsen uit de Eerste Wereldoorlog in Vlaanderen waarborgen een hechte historische band tussen onze deelstaat en GrootBrittannië. Daarom is het van groot symbolisch belang dat de eerste herdenkingstuin in Londen komt. Op 3 oktober 2013 werd de aanleg van een Flanders
Fields Memorial Garden in Londen officieel aangekondigd tijdens een druk bijgewoonde persconferentie in Ieper. Dit project is een samenwerking tussen het Departement internationaal Vlaanderen, de Vertegenwoordiging van de Vlaamse Regering in Londen en The Guards Museum. De tuin ligt tussen de Kapel van de Koninklijke Britse Garde en hun kazerne Wellington Barracks, vlakbij Buckingham Palace. Het concept voor deze tuin komt van de curator van The Guards Museum Andrew Wallis, de Vertegenwoordiger van de Vlaamse Regering Nic Vandermarliere en de Brugse landschapsarchitect Piet Blanckaert. De Britse grond in Londen wordt vermengd met grond uit Flanders Fields. De herdenkingstuin kent ook een sterke educatieve component. In een buitengewoon project, genaamd The Gathering of the Soil, hebben 61 Vlaamse en enkele Waalse scholen 70 begraafplaatsen van de Commonwealth War Graves Commission geadopteerd en hebben zij Britse scholen gecontacteerd om samen met hen de volgende vier jaar pedagogisch verantwoorde projecten op te zetten in het kader van vredeseducatie en het belang van de herinnering van de slachtoffers van de Eerste Wereldoorlog. De Britse en Vlaamse leerlingen zullen toepasselijke teksten schrijven die nadien in de tuin zullen worden verwerkt en opgenomen in een
gulden boek dat in het Guards Museum zal worden bewaard. The Gathering of the Soil brengt dus scholieren, scholen en ouders samen van beide zijden van het Kanaal en is net - en gemeenschapsoverschrijdend. Het brengt verleden en toekomst, en jongeren en soldaten samen rond de collectieve herinnering aan het menselijk leed en de offers gebracht door een hele generatie. In de maand september hebben de scholieren een symbolische schep grond genomen van de 70 begraafplaatsen. Deze werd verzameld in zandzakjes waarop de naam van de begraafplaats werd gedrukt. Op 11 november 2013 werd onder de Menenpoort te Ieper een bijzondere Last Post-ceremonie georganiseerd in samenwerking met de stad Ieper, de Last Post Association en het Belgische en Britse leger. In aanwezigheid van prins Philip, de echtgenoot van Queen Elizabeth II en prins Laurent van België, werden de zandzakjes door Vlaamse en Britse schoolkinderen overhandigd aan het Britse leger, om nadien met het Belgische fregat Louise Marie naar Londen overgebracht te worden. Op 29 november werd de Tower Bridge met alle eerbetoon geopend en meerde de Louise Marie aan naast HMS Belfast, een historisch Brits oorlogsschip dat nu dienst doet als maritiem museum in hartje Londen. ’s Anderendaags werd de grond plechtig overgedragen aan The Royal Navy en vervolgens aan het Britse leger die de grond in een plechtige processie en onder massale persbelangstelling overbracht naar Wellington Baracks, waar de zandzakjes werden onthaald op een eresaluut van de Guards. Dit gebeurde in aanwezigheid van onder meer Vlaams minister-president Kris Peeters en Brits adjunctminister van defensie Andrew Murrison. De aanleg van de tuin is het resultaat van een hechte samenwerking tussen vele actoren. Naast de Vlaamse Regering en het Guards Museum droegen ook de Belgisch-Luxemburgse Kamer van Koophandel in GrootBrittannië en vele Vlaamse en Britse bedrijven en particulieren bij tot het welslagen van dit project. De Vlaamse Regering investeerde een bedrag van 120.000 euro. De Flanders Fields Memorial Garden zal in de maand november van volgend jaar officieel worden geopend. info
www.2014-18.be
MET DE S DE VLAAM
Koen Verlaeckt Secretaris-generaal Departement internationaal Vlaanderen
7
Kris Boyen
houdt de Nederlandse taal en cultuur levend in Congo Ten tijde van het voormalige Belgisch-Congo waren vele duizenden Vlamingen in de kolonie actief op het terrein. Vandaag is dat aantal drastisch gedaald, al lijkt er wel een inhaalbeweging aan de gang, nu het klimaat wat rustiger belooft te worden. VIW stelde recent een nieuwe vertegenwoordiger aan in Kinshasa. Wie beter dan Kris Boyen, pedagogisch directrice van de Prins van Luikschool? De enige Vlaamse basisschool met dagonderwijs volledig leerplan in het buitenland. Een gesprek. auteur Tom Boyen
Altijd in beweging Om blijvend te kunnen presteren, moet Kris Boyen in beweging zijn, vooral geestelijk dan. Altijd is ze op zoek naar een nieuwe uitdaging. Zo schakelde ze na jarenlang lesgeven in het eerste leerjaar over naar het zesde leerjaar. Het contrast kan niet groter zijn. En daarna gaf ze ook sportles en zorgverbreding. “Maar wat je ook doet, het onderwijs is en blijft een vlakke loopbaan. Je kan nog directeur of inspecteur worden, maar daar houdt het op.” Eens haar zoon studeerde aan de universiteit en zijn eigen boontjes dopte, zocht en vond ze dan ook een nieuwe uitdaging: lesgeven in het buitenland. Drie mogelijke bestemmingen dienden zich aan: de Europese School
8
in Madrid; de Nederlandse School in Cyprus en de Prins van Luikschool in Kinshasa. Het werd de laatste. “De moeilijkste maar ook de meest uitdagende.” Met een loopbaanonderbreking van vijf jaar op zak, vatte ze in 2009 haar nieuwe functie van pedagogisch directrice aan. En dat doet ze tot op de dag van vandaag, met evenveel plezier. Buitenlandmicrobe Dat Kris uiteindelijk in het buitenland terechtkwam, mag geen toeval heten. Tijdens de schoolvakanties reisde ze al veel en begeleidde ze ook reizen, onder meer naar Canada. En nieuwsgierig naar andere culturen was ze altijd al. Vooral naar één vraag: Waarom doen andere culturen iets op een andere manier dan wij?
“Pas wanneer je zelf in het buitenland woont, besef je echt hoeveel mensen ervan uitgaan dat hun manier van doen de enige en juiste is. Het is een grondslag van vele misverstanden. Maar plaats je die andere manier van doen in zijn culturele en historische context, dan val je vaak op heel rudimentaire zaken terug. Zeker in een ontwikkelingsland als Congo, waar de mensen het volledig op eigen houtje moeten zien te redden tot de volgende dag. Als je dan ziet hoe vindingrijk zij zijn en hoe ze toch nog dagelijks lachen, dan kunnen wij daar nog veel van leren. Maar ook dat is natuurlijk Congo: het leven is er hard, maar elke dag schijnt de zon. En maar goed ook, want als buitenlander is het er absoluut niet makkelijk wonen. Van een middenklasse is nauwelijks sprake, al lijkt er de jongste jaren een inhaalbeweging aan de gang. Meer en meer Belgen en Congolese vluchtelingen keren terug. Sommigen uit zakelijke overwegingen, anderen om hun roots te herontdekken en het land met hun verworven expertise mee te helpen heropbouwen. Jammer genoeg is corruptie nog steeds alomtegenwoordig, ondanks de blijvende afremmingspogingen van de Belgische politie en defensie. Zeker in een hoofdstad als Kinshasa moet je altijd en overal je tellen passen. De meeste verplaatsingen doen we dan ook met
Een 'witte' school is het geenszins. Iedereen is bij ons welkom.
VIW ANKER IN KINSHASA
de auto. Toch moet je een ook klein beetje durven integreren. Een plaatselijk terrasje doen is zeker mogelijk, zolang je maar niet met je bankkaarten zit te zwaaien. Vriendschap sluiten met Congolezen blijft wel moeilijk, omdat zij meestal iets van je willen, al kan je hen dat moeilijk kwalijk nemen. Gelukkig maak je snel zeer goede vrienden onder de andere expats. Iedereen heeft het immers moeilijk en niemand kan het alleen redden.” Op en top Vlaams De Prins van Luikschool kent een zeer lange en rijke geschiedenis in Congo. Momenteel telt ze zo'n 70 leerlingen, verdeeld over vijf graadklassen, twee in het kleuteronderwijs en drie in het lager onderwijs. “Veel kinderen van Vlaamse ontwikkelingssamenwerkers, met name VVOB, en Vlaamse expats, maar een ‘witte’ school is het geenszins. Iedereen is bij ons welkom. Zo hebben we momenteel kindjes uit een Congolees-Guinees gezin, geboren in België en daar Nederlandstalig onderwijs gevolgd. Evenals een Frans kindje, wiens ouders een huis in Vilvoorde hebben, en heel wat kinderen van Nederlandse expats van Heineken, tewerkgesteld in de lokale Bralima brouwerij.” Het leerplan is volledig Vlaams, met de meest moderne handleidingen en werkvormen. “Een bewuste keuze, dat laatste, ook al betekende het een serieuze hap uit ons budget. Steeds wordt de link gelegd met de Vlaamse en Nederlandse cultuur en samenleving. Op die manier blijft de voeling met het moederland behouden en kunnen de kinderen, bij terugkeer, onmiddellijk aansluiting vinden in een Vlaamse of Nederlandse school.” En alsof dat nog niet genoeg is, kunnen in de namiddag, na de reguliere lesuren, nog bijkomende Nederlandse taal- en cultuurlessen worden gevolgd, ingericht door de, bij Stichting NOB aangesloten, NTC Kinshasa. Niet alleen voor kinderen trouwens, maar ook voor volwassenen. Maar zelfs daar houdt het niet op, want de Prins van Luikschool is zoveel meer dan een school. Allerhande activiteiten worden georganiseerd, niet enkel voor de ouders en leerlingen van de school zelf, maar ook voor iedereen ver daarbuiten. “Traditionele dans- en percussielessen, fancy fairs, vrije podia, capoeiralessen en filmavonden zijn maar enkele voorbeelden. Onze leerlingen, hun ouders en al onze Nederlandstalige vrienden verlaten de Prins van Luikschool dan ook nooit helemaal.” Volledig onafhankelijk Tot vorig schooljaar ontving de Prins van Luikschool een toelage vanwege l’Éducaton Belge en Afrique Centrale (EBAC). Een federaal bureau, opgericht ter vervanging het afgeschafte Algemeen Bestuur voor Ontwikkelingssamenwerking (ABOS), om de Belgische basis- en secundaire scholen in Centraal-Afrika financieel te ondersteunen en
hun belangen te verdedigen bij de Belgische onderwijsinstellingen. Goed voor een totaalbudget van 470.000 euro, te verdelen volgens het aantal leerlingen per school. Maar die samenwerking werd dit jaar tijdelijk opgeschort. “Pure noodzaak. Hoe leuk ook, de projecten ten behoeve van Congolese scholen die je als tegenprestatie moet doen, slorpten te veel tijd op van ons toch al beperkte korps van zes leerkrachten. En dat dan nog allemaal 's avonds of in het weekend en volledig in het Frans. Om nog maar te zwijgen van de talloze bijhorende verslagen en paperassen. Eveneens
Waarom doen andere culturen iets op een andere manier dan wij? in het Frans, dé voertaal binnen EBAC. Veel werk dus voor weinig return. Want met onze zeventigtal leerlingen, waarvan de helft nietsubsidieerbare kleuters, stelde die toelage toch niet veel voor. Ter vergelijking: onze Franstalige buren van het Lycée Prince de Liège de Kinshasa tellen 700 leerlingen. En zo komen er almaar scholen bij… En van belangenverdediging, ten slotte, kwam ook niet veel in huis, althans niet voor ons Vlamingen.” Even was er sprake van een toetreding tot de Nederlandse Stichting NOB. “Alle stappen waren doorlopen, een uitgebreide schoolgids opgesteld, tot bleek dat we een volledig Nederlandse school moesten worden met dito leerplan. Een brug te ver voor onze school, gehuisvest op terreinen van de Belgische ambassade en, na plunderingen, meermaals met privégelden van Belgische ouders heropgebouwd. Bovendien
hadden wij net geïnvesteerd in gloednieuw didactisch materiaal en zijn wij erg trots op ons Vlaamse onderwijs. Het staat niet voor niets tweede op de wereldranglijst. En hoe goed en gelijkend het Nederlandse onderwijs ook is, de accenten, vooral de verdeling van de vakken over de schooljaren heen, liggen toch net iets anders.”. Conclusie van het verhaal: de Prins van Luikschool opereert momenteel geheel zelfstandig. “Het pedagogisch beleid voer ikzelf en de bestuursraad, allemaal vrijwillige ouders, beheert de schoolgebouwen, waakt over de personeelszaken en zorgt voor de financiën. Dat laatste met heel veel zin voor creativiteit. Zo worden vrijstaande bureaus zoveel mogelijk verhuurd aan NGO’s, onder meer aan VVOB, en de sporthal ’s avonds aan bedrijven. Zin voor creativiteit en weten van aanpakken zijn trouwens sleutelbegrippen binnen onze school. Wij hebben geen centrum voor leerlingenbegeleiding, geen logopedist, geen sportleraar,... wij doen alles zelf. Valt de stroom uit voor het schoolfeest, dan verzin je iets anders. Valt een collega ziek, dan neem je die klas gewoon mee over. Nooit werkte ik zo hard als hier, maar de onderlinge samenwerking en de vriendschap van de ouders geeft enorm veel voldoening.” Onzekere toekomst Maar ook creativiteit heeft natuurlijk zijn grenzen. Een subsidie vanuit Vlaanderen zou welkom zijn. Maar daarvoor moet de school eerst erkend zijn, volgens de voorwaarden gesteld in het Vlaams onderwijsdecreet. “En net daar wringt het schoentje, want dat decreet geldt enkel op Vlaamse bodem. Het territorialiteitsbeginsel dus.” Een euvel waarmee ook het Vlaams afstandsonderwijs kampt. “Wel zou het in de toekomst mogelijk moeten zijn om een collectieve gelijkwaardigheid van de getuigschriften te verkrijgen van de Vlaamse minister van Onderwijs. Die moet nu nog individueel worden aangevraagd bij NARICVlaanderen. In dat opzicht zou het wenselijk zijn dat ons leerplan erkend werd, maar de beloofde inspectie naar de eindtermen is nog niet komen opdagen.” Voor de leerkrachten zelf wordt detachering vanuit Vlaanderen als denkpiste vooropgesteld. Zo behouden ze hun loon, bouwen ze hun pensioenrechten op en zijn ze volledig in orde qua sociale zekerheid. Misschien ook wel een optie voor Kris, wiens loopbaanonderbreking in 2014 afloopt. “Een echt dilemma. Blijf ik hier of keer ik terug naar Vlaanderen? Eén ding staat vast: ik blijf in het onderwijs. Ik doe het nog steeds erg graag en, naar mijn bescheiden mening, ook erg goed. Maar wat zal die vijf jaar in Congo waard zijn in Vlaanderen? Ook al leveren wij hier uitstekend werk, het blijf moeilijk om zich daar echt een idee van te maken in Vlaanderen.” info
www.pls-rdc.com
9
Leven en werken op zee
Zes weken lang verbleven Jan De Nul-medewerkers Johnny Vileyn en Geert Schoofs onafgebroken op de Noordelijke IJszee, in het noorden van Siberië. Aan de baai van Sabetta hielpen ze mee tien miljoen m³ zeebodem te baggeren voor de bouw van een gloednieuwe haven op het schiereiland Yamal, bestemd voor de productie en verscheping van vloeibaar aardgas (LNG). En dat allemaal op minder dan tien weken tijd! Een glansprestatie, die vraagt om een toelichting. Eén die beide heren ons met plezier verschaften. auteur tom boyen
Prestigieus project
De baai van Sabetta, in Noord-Siberië, aan de Noordelijke IJszee. Nauwelijks infrastructuur, een ijslaag van 2,5 meter dik, amper 10 weken ijsvrij. Niet meteen de meest evidente bestemming voor een havenproject. Denk maar aan de 16de eeuwse ontdekkingsvaarder, Willem Barentsz, die vast kwam te zitten in de Noordelijke Zeeroute op weg naar China en India. Toch liggen net in die baai de grootste aardgasreserves van Rusland. Zo groot zelfs dat de Russische regering speciale LNG-tankers laat bouwen die er zonder ijsbrekers kunnen doorvaren. Maar geen schepen zonder haven. Dus werd een gloednieuw havenproject op touw gezet, met inbegrip van een LNG-fabriek, op het schiereiland Yamal. Voor de bouw daarvan deed de Russische regering een beroep op de Vlaamse knowhow van Jan De Nul. Een indrukwekkende vloot van maar liefst 18 schepen (2 cutters, 6 hoppers, 5 splijtbakken, een ponton met graafkranen en 4 hulpschepen) vertrok deze zomer richting Sabetta om er de eerste fase van het project te voltooien. Samen baggerden ze het toegangskanaal en havenbassin van de nieuwe werkhaven uit, essentieel voor het lossen van grote modules van, en bouwmateriaal voor de LNGfabriek. Alles bij elkaar goed voor zo’n tien miljoen m³ gebaggerde zeebodem. En dat in een recordtempo van minder dan tien weken tijd. Indrukwekkend! “Daarmee bewees Jan De Nul nog maar eens waartoe het als bedrijf in staat is”, glundert Geert. Al die willen te kaap'ren varen
Zes weken lang bleven Johnny en Geert onafgebroken op zee. Dagelijkse kost voor Johnny, een nieuwe
10
ervaring voor Geert. “Als Technical Superintendent heb ik normaal gezien ook heel wat taken aan wal: zorgen voor de logistieke keten; lokale onderaannemers zoeken; lokale aankopen doen en fungeren als aanspreekpunt in het geval van technische pannes en/of geplande reparaties. Door het gebrek aan infrastructuur was dit in Sabetta evenwel niet mogelijk, al leerde ik daardoor wel het dagdagelijkse reilen en zeilen op een schip beter begrijpen.” Beide heren kwamen er terecht op de Leonardo da Vinci, één van de twee cutters aan het werk in Sabetta. “Een iets oudere dame”, lacht Johnny, “maar ze staat nog
“Van routine is hier nauwelijks sprake, geen enkele dag is hetzelfde”
steeds meer dan haar mannetje, niet in het minst dankzij de goede sfeer aan boord, de uitstekende samenwerking tussen deck en machinekamer en het sinds jaar en dag perfect onderhoud. Dagelijks wisselen we vakkennis uit om de capaciteiten van het schip te verbeteren en te optimaliseren.” Voor Geert betekende de Leonardo da Vinci een ware terugblik op zijn beginjaren bij Jan De Nul aan boord van datzelfde schip, zij het met veel meer technische bagage dan toen. Veel tijd voor nostalgie was er evenwel niet, want al snel verhuisde hij naar de andere cutter, het nieuwe vlaggenschip Niccolò Machiavelli. “De technologische vooruitgang daarop te zien, was ongelofelijk” zegt hij, “Apparatuur wordt alsmaar flexibeler, zuiniger, stiller en meer geautomatiseerd.”
TOPBEDRIJF
En de accommodatie aan boord zal ook wel super zijn, denken we er in één adem bij. Geen onbelangrijk detail, als je zo lang op zee bent. Want echte zeebonken noemen ze zich geenszins - Johnny had zelfs nog nooit op een schip gezeten voor hij begon bij Jan De Nul - en avonturiers al evenmin. Het was in de eerste plaats het buitenland dat Johnny aantrok bij Jan De Nul, terwijl Geert vooral nieuwsgierig was naar het baggeren zelf. Voor wat, hoort wat
“Werken bij Jan De Nul is niet voor iedereen weggelegd”, zegt Johnny. “Twaalf uur per dag werken we hier en dat zeven dagen op zeven. Als elektrotechnicus enkel in de dagploeg, maar in het geval van storingen word je ’s nachts uit je bed gebeld. Sommige mensen kunnen of willen die tijdsdruk en verantwoordelijkheid niet dragen en zetten liever een stap terug.” Geert beaamt. “Er wordt meteen veel vertrouwen gesteld in je beslissingen, ook al hebben die soms verregaande gevolgen. Snel en tegelijk doelbewust de juiste keuze maken, is de boodschap, want je moet die wel onderbouwd kunnen voorleggen aan het management. Gelukkig kan je steeds rekenen op de steun van een bekwaam team aan boord. Veelal jonge, dynamische mensen, wat de onderlinge cohesie en de motivatie alleen maar ten goede komt. Daarenboven investeert Jan De Nul veel in de opleiding van zijn personeelsleden. Jaarlijks kan je je inschrijven op tal van cursussen. En tijdens de tweejaarlijkse ontmoetingsdagen kan je in een informele sfeer ervaringen uitdelen met collega’s van over de hele wereld.” Het moge duidelijk zijn: Jan De Nul draagt het welzijn van zijn personeel hoog in het vaandel. “Bij elk noodgeval of probleem, hoe klein ook, kan je bij het management terecht”, vult Johnny aan. “Denk maar aan afgelaste of gemiste vluchten. Alleen al een telefoontje volstaat meestal. Ook wordt er veel aandacht besteed aan de leefom-
geving aan boord: accommodatie; ontspanningsmogelijkheden; voeding; … Zo krijgt de Leonardo da Vinci in 2014 een midlife upgrade om het leven aan boord nog aangenamer te maken.” Een raam op de wereld
“Het gemis van het thuisfront zal er altijd wel zijn”, zegt Johnny, “maar via Internet en telefoon hebben we toch wekelijks contact. En het feit dat je na elke missie van zes weken evenzoveel weken thuis bent, maakt ook veel goed. Echt veel tijd voor gemis is er echter niet. De dagen vliegen hier zo snel voorbij, dat je thuis bent voor je het goed en wel beseft. Van routine is hier nauwelijks sprake, geen enkele dag is hetzelfde. Die enorme afwisseling maakt onze job net zo aantrekkelijk.” Hetzelfde horen we bij Geert. “Elke dag is er weer iets anders dat je aandacht vraagt. Veel tijd om te mijmeren heb je niet. Bovendien vraagt ook elke bestemming om een andere aanpak. Elke keer je in het vliegtuig stapt, is een sprong in het onbekende. Zo voert Australië een strenger veiligheidsbeleid dan vele andere lanJohnny Vileyn • 1ste Elec • Gehuwd met Daisy Debruyne, • vader van Jeroen (8) • A2 Elektricien • 6 jaar in dienst bij Jan De Nul • Ervaring in Australië (Port-Hedland & Karatha), Oman (Duqm), Congo (Pointe Noir) en Rusland (Sabetta) Geert Schoofs • Technical Superintendent • In relatie met Vânia Massena • Burgerlijk Ingenieur Werktuigkunde & Industrieel Ingenieur Electromechanica • 3 jaar in dienst bij Jan De Nul • Ervaring in Australië (Port-Hedland), Oman (Duqm), Kroatië (Pula), Italië (Molfetta & Triëste), Libanon (Beiroet & Tripoli), Brazilië (Vitoria & Salvador), Litouwen (Klaipeda) en Rusland (Sabetta)
den. Zonder grondige risicoanalyse kunnen er geen werken worden aangevat. In Libanon was het dan weer interessant om te zien hoe de verschillende godsdienstgroeperingen langs elkaar leven en hoe het land telkens weer wordt heropgebouwd na conflicten (zoals ontplofte gebouwen in een straat vol nieuwbouw). Brazilië, daarentegen, is een enorm bureaucratisch land, waarbij het moeizaam is om je zaken tijdig in orde te krijgen. Echter, de opgebouwde stress gedurende de dag, vergeet je ’s avonds snel bij een biertje aan het strand. Mijn kijk op de wereld is dan ook veel breder geworden, sinds ik bij Jan De Nul werk, en alles lijkt veel minder vanzelfsprekend. Toch moet ik bekennen dat ik minder geneigd ben dan vroeger om ergens langer te blijven dan nodig is, nu ik een vriendin heb. Een Braziliaanse, dus misschien zit een verhuis naar Brazilië er ooit wel in. Maar concrete plannen daartoe zijn er vooralsnog niet.” Ook Johnny denkt er niet meteen aan om te verhuizen naar het buitenland. “Ik ben erg blij dat ik dankzij Jan De Nul kan proeven van de wijde wereld, maar België is en blijft mijn thuis.” info
Zelf zin om bij Jan De Nul te gaan werken, surf dan naar http://jobs.jandenul.com/
11
Vlaamse osteopaat gedijt in Zwitsers klimaat Gediplomeerd osteopaat Daaf Dejaeghere praat zonder tromgeroffel. Onze 36-jarige landgenoot is woonachtig in het Zwitserse Holderbank, gelegen in het kanton Aarau, in de driehoek Basel-Bern-Zürich. “Ik heb er mijn eigen stek, maar ik voel me ook nog thuis in de Rupelstreek, mijn heimat. Ik verdeel mijn thuisgevoel over beide. Initieel trokken de majestueuze bergen me naar Zwitserland. Een vriend van me werkte er als skileraar, een aanlokkelijk gegeven, waarbij ik hem vervoegde en vandaag hebben we een gezamenlijke osteopathiepraktijk.” auteur Koen Van der Schaeghe
De bergen trokken Daaf naar Zwitserland. Die vervelen nooit, zomer noch winter. 12
EMIGRANT
Z
witserland is voor velen een droom. De welvaart en de vanzelfsprekendheid van het maatschappelijk bestel zijn bijzonder aantrekkelijk. “De omgeving maakt een tevreden mens van mij. De werk-privébalans is prima. De levensstijl is er bovengemiddeld en alles is goed geregeld. Dat de welvaart hoog ligt, zie je aan de propere straten, maar ook aan de mensen. Vooral aan de mensen, die zich schikken naar de regels zonder dat dit expliciet gevraagd hoeft te worden. Je moet het gereguleerde ervaren om te beseffen hoe heerlijk het is.” Daaf is bijzonder goed geïntegreerd, inclusief een Zwitserse rekening, al moet je daar bij hem niets verkeerds achter zoeken. Hij kan zijn patiënten toch moeilijk op een Belgische rekening laten betalen.
"De Zwitser is bijzonder gehecht aan zijn persoonlijke levenssfeer." Respectvol Men zegt over het Alpenland dat het een mooi, maar duur land is. Daaf beaamt het eerste en relativeert het tweede. “Want ook de lonen in Zwitserland zijn hoger, al staat daar wel een grotere persoonlijke verantwoordelijkheid tegenover. Zo sta je zelf in voor jouw ziekteverzekering, die een grote hap uit het budget vraagt. De Zwitserse mentaliteit verschilt duidelijk van de Belgische. De idee dat de staat voor je moet zorgen, leeft minder, ook al is er zeker een sociaal vangnet. Een Zwitser verwacht prestaties voor de betaalde belastingen, maar beseft ook dat hij zelf een steentje moet bijdragen aan de maatschappij. Het respect is groot, voor de natuur, voor het openbare patrimonium, voor de weg, voor de bergen, voor elkaar. Het is een eerlijke mentaliteit. Men is er zich ook meer van bewust dat, als men van het systeem profiteert, het uiteindelijk ten onder gaat.” In rankings behoort Zwitserland steevast tot de landen met de meest gelukkige inwoners ter wereld. “Zwitsers blijken vooral bijzonder oprecht. Ze hebben het minder nodig om zich op anderen te projecteren, om allerlei vluchtmiddelen te zoeken. Als je ergens een offer voor moet brengen, dan zorg je er ook voor dat het waardevoller wordt. Je kan goed boeren in Zwitserland. Dat maakt de Zwitsers wellicht gelukkig. Enige kennis van de maatschappij is wel noodzakelijk. Bij loononderhandelingen moet je rekening houden met die levensduurte.
Dat is wel het enige moment waarop over geld gesproken wordt, want de Zwitser is bijzonder gehecht aan zijn persoonlijke levenssfeer. Waar je in België onder elkaar kan bespreken hoeveel je verdient, is dat in Zwitserland een torenhoog taboe. De formaliteit in de omgang is weliswaar erg on-Belgisch, maar dat neem je erbij.” Minder spontaan Zwitserland beantwoordt aan Daafs gedroomde leefklimaat, waar naast rust en comfort ook voldoende ruimte en vrijheid aanwezig zijn. Hij ademt niet alleen osteopathie maar ook empathie voor die Zwitserse sfeer, die in veel opzichten meer belang hecht aan zelfstandigheid. Een eigenschap die zich overal openbaart. “Het galante, die privacy, ja, dat maakt Zwitserland toch aantrekkelijk. Je kan, Brad Pitt of Tina Turner zijnde, ongedwongen in Zürich rondlopen, een Zwitser zal je nooit aanklampen. Dat is het respect voor jouw privé. Eenieder kan anoniem zichzelf wezen. Ja, ik zie me hier wel oud worden. Als de gezondheid het toelaat, liefst boven op een berg. Maar of dat nu in de Alpen, de Pyreneeën of de Dolomieten is, maakt eigenlijk minder uit. Ik hou ook van de zee, maar op een berg voel je de nietigheid als persoon en de kracht van de natuur.” “Ze zijn ietwat conservatief, ook in de omgang. In Vlaanderen kan men om 21u of 22u nog een vriend bellen om een pint te pakken. Er zal vooreerst nog een café open zijn en die vriend zal je er niet scheef voor aankijken. In Zwitserland moet je al een goede reden hebben om na 21u nog te bellen. En die pint, daaraan betaal je je blauw. Zwitsers hebben ook helemaal niet de cultuur om nog een rondje te bestellen. Ieder zal voor zichzelf betalen. Het spontane zit er minder in. Het maakt dat ik vaak de trip naar de Rupelstreek maak, waar ik jeugdvrienden en familie ontmoet. Ergens vinden de Zwitsers het wel aangenaam, onze losse mentaliteit, het gezellige. Als je zelf sociaal ingesteld bent, ontdooien ze uiteindelijk wel, maar het is niet zoals in zuiderse culturen.” Osteopatisch denken Daaf brengt zijn osteopatisch denken in de praktijk. Het is een filosofie die hem na aan het hart ligt. Hoewel hij gediplomeerd kinesist én osteopaat is en velen beide combineren, oefent hij vandaag enkel die laatste functie uit. “Als osteopaat ontwikkel je andere technieken en denkmechanismen. Het is een andere ideologie. Ik vind het noodzakelijk dicht bij de basisprincipes van osteopathie te blijven. Ik beschouw de mens als een geheel, mentaal en fysiek. Osteopathie is de leer die dwarsverbanden tussen delen van het menselijk lichaam blootlegt en tot andere
"Ik vind het noodzakelijk dicht bij de basisprincipes van osteopathie te blijven." behandelingen leidt. Een kinesist is iemand die quasi lokaal gaat behandelen, op voorschrift van een arts. Een osteopaat hanteert de gedachte van de eenheid van het lichaam en zoekt naar de oorzaak. Onafhankelijk van een arts.” “Persoonlijke en lichamelijke gezondheid staan hoog aangeschreven in Zwitserland. Voornamelijk vanuit de preventiegedachte en de kostenbesparing in vergelijking met het remediërend werken. Ook hier komt die verantwoordelijkheidszin van de Zwitsers kijken. Ik heb geen probleem met de klassieke geneeskunde. Ik stel wel vast dat er een ruime grijze zone bestaat tussen een gezonde en zieke patiënt. De weg ertussen is niet eenzijdig. Een gezondheidssituatie is meer dan bloed- en urinewaarden. Een osteopaat vertrekt vanuit de symptomen. Hoofdpijn kan een lokale oorzaak hebben, maar ook voortkomen uit een slecht functionerende lever. De alleenheerschappij van de witte jas is historisch gegroeid, maar men moet durven bakens te verzetten. Er beweegt zeker iets in België, maar er is ook tegenkanting.” Intussen aan de Noordzee “Vandaag hebben een collega en ikzelf een eigen praktijk. Hij was eerst en ik vervoegde hem toen er meer mogelijkheden kwamen in het pand. Met mijn Zwitsers osteopathiediploma in de hand – tot dusver onbestaande in België – stapte ik erin. Dat is allemaal verrassend vlot gegaan. De erkenning is er ook. Het maakt deel uit van een extra verzekeringspakket, waartoe ook een fitnessabonnement behoort. Velen kiezen er bewust voor. Wie erop intekent, is zich bewust van zijn gezondheid en wil daarvoor ook betalen. Dat is het voordeel van het werken in Zwitserland. In België is die erkenning er eigenlijk niet. Het osteopatisch denken verdient zeker ook zijn plaats onder het Belgisch firmament.” Intussen werkt federaal Minister van Volksgezondheid, Laurette Onkelinx, in het land aan de Noordzee aan een koninklijk besluit dat osteopathie zou kunnen erkennen. Maar zes universiteiten verzetten zich tegen dit plan. Ze stellen dat ze de ‘alternatieve’ behandelingsmethode niet zullen onderwijzen. De universiteiten vinden dat er geen wetenschappelijk bewijs is dat de alternatieve geneesmethode werkt. Er zijn volgens de cijfers van de ziekenfondsen 1.600 osteopaten actief in België, zij hebben 700.000 patiënten.
13
TOPONDERNEMER
graag vergeten. Eerst en vooral was er de amnestie voor zwart geld. Slapend geld dat je niet durfde uit te geven uit angst voor verklikking en voor de belastingcontroleur, mocht je het breed laten hangen. De amnestie bracht mee dat én veel meer geld opnieuw in omloop kwam, én dat het belastingcircuit op hogere snelheid ging draaien. Daarbij kwam een groeiend zelfvertrouwen. De psychologische invloed was enorm. We hoeven ons niet weg te steken, we zijn even goed als de anderen. Tel daar dan bij dat vanaf 2000 de euro eenvoudig krediet beschikbaar stelde, en de trein was vertrokken”.
Uitgever Met Boerenverstand Kort na de oorlog zijn ze vertrokken en ze boeren goed, de Vlamingen in Ierland. Toch zij die gebleven zijn, toen er een paar honderd een veilige thuishaven zochten. Vaak fout geweest, maar wel de handen uit de mouwen gestoken. Maar dat foute ideeëngoed hebben ze daarom niet overgedragen op hun sowieso al zwaar belaste kinderen. Zo is Folens Uitgeverij de grootste uitgever van schoolboeken in Ierland, gesticht door Albert Folens, een collaborateur van de tweede wereldoorlog, die na de oorlog onderdak vond in het 'neutrale' Ierland. auteur Lukas De Vos
T
en huize Hans De Belder, VIW-bestuurder, die pendelt tussen Brussel en Dublin, spreek ik met zijn zoon en opvolger als uitgeverijdirecteur, Dirk: “We hebben hier hard gewerkt, voorzichtig gespaard, en geen wilde dingen gedaan. Als echte West-Vlamingen uit Bissegem”. Hij heeft het lastig zijn keurig Nederlands niet te doorspekken met Engels. “Weet je, tot mijn vier jaar sprak ik alleen maar Vlaams. Maar ik ging hier naar school, in het Iers en het Engels, je slorpt dat als kind automatisch op. Je werd helemaal aanvaard. Daar kwam bij, we waren blank, gingen naar de Latijnse mis, hadden cultuurgebonden en katholieke tradities. Ik ben zelf Ier, al vlieg ik geregeld over naar de Vlaamse polders. Maar met integratie hebben wij nooit last gehad”. “Hoewel de crisis hard heeft toegeslagen in Ierland, is er niet alles kommer en kwel. De horeca heeft zware klappen gekregen, makelaars gaan bankroet en banken staan in spreidstand, maar er zijn ook bloeiende sectoren. De vleesindustrie heeft een goeie naam, want hormonenvrij, de groententeelt, de zuivelbehandeling, de zalmkwekerijen, de brouwerijen en de whiskyhandel. Alles wat van het land en de zee komt. Wat ook nijvere Vlamingen konden. Met de juiste mentaliteit: zuinigheid, omzichtig-
14
MET DANK AAN DIRK VAN DE VOORDE
heid”. En plots, in het Nederlands: “Boerenverstand, dat is het. Meegekregen met de papfles: leen nooit om iets te kunnen kopen; spaar eerst genoeg en koop dan. Dat zit bij ons ingebakken”. En zo ben je ontsnapt aan de ergste gevolgen van de crisis ? Ierland was toch de eerste lidstaat van de EU die in 2008 overstag ging, IJsland achterna ? “Het heeft ons in elk geval behoed voor verdwazing. In de boomperiode van Ierland als ‘Keltische Tijger’ sloeg er een ware hysterie toe. Je hoefde niks te doen, gewoon erbij te zijn, en het geld rolde naar je toe. Anderen wonnen door mee op te gaan in de speculatieve verslaving. Helaas dachten ze slim te zijn. Niemand begreep waarom ik aan de kant bleef staan. Het is nochtans simpel. Ik begreep het systeem niet, en bleef er dus uit. Godzijdank”. Waarom liepen de Ieren dan met open ogen in hun ongeluk ? “Daarvoor moet je de naoorlogse geschiedenis bekijken. Ierland was schandelijk arm, en pas dankzij de EU verbeterde de levensstandaard. We hadden een kleine recessie het volgende decennium, maar daarop volgde stabiliteit. Toen gebeurden enkele belangrijke dingen, die de mensen hier soms al te
Maar konden de Ieren die onverwachte weelde wel aan, de eindeloze bedragen die ze, aangepord nog door de banken, zonder moeite konden lenen ? “Daar zit het hem. Bij ons in Vlaanderen, of in Frankrijk of Duitsland, had men een traditie van ups en downs, van muntontwaarding, van devaluaties en marktinstorting, het einde van de tunnel. Vandaar het onbeperkt vertrouwen in goud als standaard, munten kunnen verdwijnen. Ierland is nooit in die situatie geweest”. De Ieren konden met geld niet omgaan? “Niet zozeer. Ze hadden gewoon geen ervaring met het vooruitzicht dat er ooit iets fout kon gaan. Ze geloofden rotsvast dat alles op zijn pootjes zou vallen. Maar we zitten nu wel met een verloren generatie, twee zelfs. Werklozen die nooit meer of moeilijk aan de bak zullen geraken, omdat ze op het verkeerde ogenblik op de arbeidsmarkt kwamen. De groep 25-30 jarigen, die moeilijk zullen opboksen tegen jongeren als over een paar jaar de recessie voorbij is. En de 48-55-ers, niemand wil die straks nog aannemen”. Wreekt zich dat niet in jouw business: de uitgeverij ? “Wel, de economische cyclus, het tijdsverloop van de crisis spoort niet met onze uitgavenpolitiek. De weerslag was bij ons veel kleiner, wij hebben zeszeven jaar nodig om nieuwe schoolboeken te ontwikkelen, de crisis verloopt veel sneller. Wij moeten voorspellen hoe de markt en de schoolprogramma’s gaan evolueren. Wij hebben andere problemen. De verarming weegt zwaar op flink wat ouders, het opgelegde boekenpakket moet sowieso aangekocht. We doen acties om de scholen bij te springen. Zo hebben we 100.000 euro ingezet om onze Golden Anniversary te vieren. Een prijsvraag waarin scholen hun samenwerking met liefdadigheidsinitiatieven konden aanprijzen. Geld verdeeld over het land, en tussen scholen en hulporganisaties. Ik denk dat het niet zal volstaan. Om eerlijk te zijn, meer zorgen baart mij de ontwikkeling van het boek, en de digitalisering. Het wordt precair. Over tien jaar bestaan er geen boeken meer”.
expats
Home sweet home ... vervolg auteur Greet Ickx
.... Gelukkig waren er toch ook lichtpuntjes dat eerste jaar. Ongeveer twee maanden na mijn terugkeer kreeg ik een uitnodiging van VIW voor een infovoormiddag voor teruggekeerde expats. Het was een verademing om daar te kunnen praten met “gelijkgestemde zielen” waarvan de meesten toch een beetje met hetzelfde verloren gevoel zaten. Het voelde als thuiskomen. Daarna kreeg ik de kans om als onderwijsdeskundige met VIW te ijveren voor het aanvaarden van de resolutie betreffende het versterken van het aanbod aan Nederlandse taal en Vlaamse cultuuur voor leerplichtige kinderen van Vlaamse expats. van Nederlands onderwijs in het buitenland voor Belgische kinderen. Dit lag in het verlengde van mijn werk in de Nederlandse scholen in China, waar ik gedurende al die jaren geijverd heb voor het belang van Nederlands onderwijs. Het schrijven van deze column hielp mij, nu nog altijd, om de ervaringen die ik opdeed kritisch en met een vleugje humor, te overdenken. In China had ik veel Belgische en Nederlandse vriendinnen waarvan de meesten een of twee jaar voor mij naar Belgie waren teruggekeerd. En mijn beste vriendin die twintig jaar in Sri Lanka had gewoond, was recentelijk ook teruggekeerd. Daar heb ik heel veel steun aan gehad. Nu nog komen we met het groepje vrouwen één keer per jaar bij elkaar. En met Chinees nieuwjaar is het hier in mijn huis een komen en gaan van Chinese vrienden en van “oud Shanghainese tai tai’s”. Ik voel dat dat toch belangrijk is, ook voor de jongeren, dat er voor dat buitenlandstuk van hun leven een plaats is; dat er een plaats is waar ze herinneringen kunnen ophalen en hun re-integratieproblemen samen kunnen bespreken. Daar ik er zeer bewust voor gekozen had om in de stad te gaan wonen, konden onze dochters heel gemakkelijk hun hobby’s, muziek, dans, toneel, uitoefenen zonder dat ik chauffeur moest spelen. Daardoor kwam er voor mij ook tijd vrij om mijn hobby’s weer op te nemen. Ik heb me het eerste jaar onmiddellijk ingeschreven voor zangles en toneel en deze contacten hebben me de voorbije vier jaar toch echt wel geholpen om mij hier weer een beetje thuis te voelen. Om mezelf de kans te geven om nieuwe mensen te leren kennen en om toch nog contact te hebben met het onderwijs, heb ik mij het eerste schooljaar aangesloten bij het oudercomité van de school. Op de eerste vergaderingen leek ik echt van een andere planeet te komen. Want na jaren in een internationale profit school gewerkt te hebben, waren de discussies op de vergaderingen echt wel een eyeopener. Momenteel ben ik voorzitter van het oudercomite en is het me pas na drie jaar gelukt om echt contact te krijgen met
H
YOLO, you only live once
et was op een feestje, vijf jaar geleden. Als ik er nu aan terugdenk, weet ik zelfs niet meer wie de host was, maar herinner ik me alleen nog de ontmoeting met een opmerkelijk koppel. De vrouw was net teruggekeerd van een lang verblijf in Mozambique in een van hun buitenverblijven, en ze zag er een beetje tegenop om terug thuis in Zuid-Afrika te zijn, omdat ze opnieuw zelf moest koken en zelf boodschappen moest doen. En ze had, terug thuis, maar een fractie van het personeel dat ze in Mozambique ten haren diensten had. Veel bijval kreeg ze niet van de Europese dames in het gezelschap die niet echt konden begrijpen dat een leven met “maar” twee voltijdse huishoudhulpen hard labeur was. De man leek iets minder in zijn ivoren toren te wonen. Maar in de korte ontmoeting wisten we wel dat hij maar liefst 12 buitenverblijven had, en dat hij met zijn twee voeten in het echte leven stond. Rarara, wat deed hij? Hij verkocht tweedehandskledij in de townships. In buurten waar geen blanke durfde te komen, opende hij de ene winkel na de andere. Hij kocht grote loten tweedehandskledij op in andere continenten, en verkocht ze dan voor prijzen waarvan je moeilijk kan geloven dat er nog winst mee te maken valt om 12 buitenverblijven te financieren. Maar de lokale bevolking geeft, zelfs met hun karig loon, graag geld uit aan kledij, hair extensions, prullaria. Alles om er goed uit te zien. Ik had toch wel veel bewondering voor deze entrepreneur in Africa. Het feit dat hij blank was, doet in het moderne Zuid-Afrika niet meer ter zake. Hij deed het toch maar, in buurten die door iedereen werden opgegeven, maakte hij een verschil. Wat ik toen nog niet wist, was dat hij in hoogsteigen persoon het cultuurverschil
vertolkte waarmee ik het later bij mijn terugkeer zo moeilijk zou hebben: een verschil maken, ambitieus zijn en daar trots op mogen zijn. Dat zijn nu niet direct de slogans die in Belgie heersen. Natuurlijk is dit voorbeeld heel extreem. ZuidAfrika staat in de top van landen met de grootste loonkloof, en Belgie staat in deze lijst helemaal aan de andere kant. En geld verdienen in townships geeft ons een ongemakkelijk gevoel. Maar ik vond het belangrijker dat hij deed wat hij deed dan of hij daar nu 12 dan wel een huis mee kon financieren. Of het verhaal van die Belg die we ontmoetten in Mozambique, die in Belgie loodgieter was, 45 en uitgekeken op zijn job. Op een dag verkocht de man zijn huis, nam vlieglessen en kocht met al zijn geld een vrachtvliegtuig, iedereen verklaarde hem zot. Hij deed daarmee bevoorrading naar nieuwe landen in Afrika waar weinig omkadering was en niemand durfde te komen. Dat hij in die enkele jaren meer verdiende dan wat hij in heel zijn leven had samen gespaard, lokte bij mij alleen bewondering uit en niet de minste jaloezie. Voor elk cowboy-succesverhaal zal er ook wel iemand te vinden zijn waarbij het avontuur een strijd werd. Maar dat die mensen die hun pensioenspaarplan, hun vaste job, hun tijdskrediet en hun sociale zekerheid riskeren om hun leven helemaal om te gooien en daar ook beloond voor mogen worden staat voor mij als een paal boven water. Het kan een materiële beloning zijn of een gelukzalig gevoel van vrijheid in hun hoofd. Of zoals het in jeugdige termen te zeggen: YOLO, You Only Live Once. Annik Crynen, ex-expat én VIW bestuurder
enkele andere ouders die zich hier ook vrijwillig inzetten. Door dit vrijwilligerswerk kreeg ik toch wel weer zin om terug in het onderwijs te gaan werken. Vorig schooljaar volgde ik een bijscholingscursus Directeur worden iets voor mij? waardoor ik er echt weer helemaal zin in had. Ik heb enkele sollicitatiegesprekken gehad waar ik toch wel een kater aan heb overgehouden. Want ondanks mijn toch wel indrukwekkende curriculum op onderwijsvlak, werd me tijdens die
gesprekken het gevoel gegeven alsof ik een onderwijsanafabeet was die blijkbaar jammer genoeg geen meerwaarde had voor het onderwijs. Zeer jammer vind ik dat, maar ik heb in mijn hoofd de knop dus moeten omdraaien. Ik heb me ingeschreven voor de cursus stadsgids en ik voel nu al dat dit me heel erg boeit. En hiervoor zal mijn buitenlandervaring me zeker van pas komen daar er meer en meer Chinese toeristen naar hier komen.
15
1. iNtErNatioNalE projECtEN m
De Europese Commissie steunt projecten waarvan d Een Europees project vereist in veel gevallen nog min De nadruk ligt op kennis- en ervaringsuitwisseling ov
2. allEs is EUropa 2020
Wegwijs
in Europese subsidies
De Europa 2020-strategie vormt het beleidskader. Europese subsidies. De Europese Commissie richt zic 1. kennis, innovatie en digitale maatschappij; welke de nationale2. contactpunten zijn om deze CO2-arme economie en milieu; subsidies aan te vragen of er meer informatie over 3. werkgelegenheid en onderwijs. te verkrijgen. Ten slotte komen ook de trends van de dan naar Euro Dient u een projectvoorstel in? Verwijs
nieuwe subsidieperiode aan bod.” “Vlaamse organisaties, waaronder ook kmo’s, staan 3. doElgroEp nog te ver af van Europese subsidies. Als kleinere komt aanmerking voor Europese organisatie kanWie men hetinzich ook moeilijker per- subsidies? A overheden, onderzoeks- en onderwijsinstellingen, no mitteren om er veel tijd in te steken om zich te nisaties. Kortom: alle organisaties met een rechtspe documenteren. Het is een andere wereld voor hen. aanmerking: als onderzoeker bij Horizon 2020 en als De afstand tussen hun corebusiness en deze van de Europese subsidies is, hoe lucratief die ook moge 4.overbruggen. CofiNaNCiEriNg zijn, moeilijk te Net daarom dat we samenwerken De metvuistregel hun belangenbehartigers, met financiert is: de Europese Commissie zoekt extra bij derden. Het percentage co name Unizo, Voka,… om financiering hen zo de hand te reiken sie betaalt de pas uitprojecten na controle van de effe met hapklare informatie. Wilsubsidie je bepaalde dat u uw uitgaven kunt voorfinancieren. opzetten of activiteiten ontplooien, dan is het de Erasmus+ vormt een uitzondering op de algemene re moeite waard om daar het Europese licht op te zien. laten schijnen. Er zijn opportuniteiten, maar er zijn ook regels en voorwaarden. Je moet een aanvraag op WElkE indienen, een 5. project voorstellen,tErmijN? maar ook een businessplan en Starten cofinanciering met eenvoorzien.” Europees project doet u niet van de
ruime termijn (8 maanden tot 1 jaar) tussen de lance
Vindt u de periode tussen de publicatie en de deadl Europese keuken
Europese steun is er voor velen. De lijst is lang: van culturele projecten, onderzoek, het geven van workshops, stages voor ondernemers, een film maken, tot het ondersteunen van een infrastructuur,… Voor overheden, organisaties én bedrijven. Maar vind je ook de weg in het doolhof van Europese steun? Op 1 januari 2014 start de nieuwe begrotingsperiode met nieuwe subsidies en nieuwe spelregels. Schiet jij als eerste uit de startblokken? Met de nieuwe EU-subsidiegids 2014-2020 van het Vlaams-Europees Verbindingsagentschap (vleva) zeker wel. auteur Koen Van der Schaeghe
W
at na 2013? 2014 natuurlijk! Op het Europese beleidsniveau is het echter meer dan zomaar een jaarwissel. Met het aflopen van de programmaperiode 2007-2013 beweegt er immers heel wat. Met de Europese meerjarenbegroting 2014-2020 geeft vanaf januari een nieuw beleidskader, met een nieuwe financiële basis en nieuwe doelstellingen, richting aan de beschikbare middelen. Het moment om ons oor te luister te leggen bij Jan Buysse, alge-
16
meen directeur van vleva en tevens bestuurder van de stichting Vlamingen in de Wereld. Trots stelt hij de EU-subsidiegids 2014-2020 voor.
Hapklare informatie Jan Buysse: “Hoewel steeds meer actoren hun weg naar de Europese subsidies vinden, kennen Vlaanderen en haar bedrijven ze onvoldoende. De nood aan relevante en duidelijke informatie is groot. Dat het niet evident is om de weg te vinden binnen de Europese instellingen, moet ik beamen. Tegelijkertijd ben ik ervan overtuigd dat deze gids, die gratis te downloaden is, een nuttig instrument is bij de zoektocht naar Europese steun. De gids geeft een overzicht van de mogelijke subsidies, maar ook
werkprogramma’s. Daar vindt u in sneak preview een Het e-book bundelt de meest actuele informatie gramma’s op onze vleva-EU-subsidiewijzer. over alle subsidieprogramma’s van de volgende Europese begrotingsperiode en informeert over de trends van de nieuwe generatie subsidies. “Zo is Vlaanderen op de hoogte van de nieuwe kansen. In 40 fiches ontdek je per programma het doel, de begunstigden, het budget, de thema’s en de contactpersonen. De gids is niet exhaustief en updates zijn steeds gratis te raadplegen via vleva.eu. Het nieuwe vertrekpunt van de programma's is de Europese 2020-strategie. Dit beleid moet van Europa een slimme, duurzame en inclusieve economie maken. De subsidiegids helpt je om de juiste keuzes te maken binnen de nieuwe financieringsmogelijkheden. Voor de komende zeven jaar voorziet de Europese begroting maar liefst 960 miljard euro, en een aanzienlijk deel daarvan is gereserveerd voor subsidieprogramma’s. Maar welke organisaties kunnen daar nu precies gebruik van maken? En welke projectaanvragen horen thuis onder welk subsidieprogramma? Allemaal info die organisaties, bedrijven en overheden kunnen terugvinden in de gids.” “Wij willen niets opleggen, noch verkeerde verwachtingen creëren, wel een blik gunnen in de interne Europese keuken. En wijzen op de beschikbaarheid van Europese subsidies. Europa 2020 is de leidraad
“De Europese subsidies staan open voor alle Europese ingezetenen, dus ook een Vlaming in Spanje of Polen kan er gebruik van maken”
VLAANDEREN-EUROPA
Vleva - Brug naar Europa Zoals de naam het zegt, verbindt vleva Vlaanderen en haar actoren, groot en klein met Europa en haar instellingen. “Wat vleva uniek maakt ten opzichte van andere regionale kantoren, actief in Brussel, is dat wij geen verlengstuk van de overheid zijn. Vlaanderen heeft reeds een eigen vertegenwoordiging, die is ingemetst in de federale ambassade bij de Europese instellingen. Vlaanderen formeel vertegenwoordigen doen we dus niet. Wij maken wel de verbinding met de diverse Vlaamse actoren, het middenveld, de steden,… Vleva staat, in nauwe samenwerking met de Vlaamse vertegenwoordiging, ten dienste van haar leden en de Vlaamse overheden, die zo hun Europese belangen tijdig en geïnformeerd kunnen behartigen.” “Europa is een huis met vele kamers en daarin probeert vleva haar leden wegwijs te maken. Als organisatie of bedrijf Europa opvolgen wordt een stuk gemakkelijker dankzij vleva. Wij zoeken de informatie en verspreiden ze. Onze leden zijn zelf ledenorganisaties en werken als multiplicator. Wij helpen hen om hun belangenbehartiging te versterken. Zij zijn daartoe het best geplaatst en kennen hun pappenheimers beter dan wie ook. Vleva is ook deels gestoeld op die middenveldorganisaties. Ze investeren erin en willen er ook iets uithalen voor hun leden. Dat versterkt de binding. Het is een win-winsituatie. Zonder vleva zou het van hun eigen initiatief afhangen. We moeten nuttig zijn voor hen, opdat ze het bos tussen de bomen zien. Maar we hebben zeker geen exclusieve rol te spelen.”
en alle projecten zullen op één of andere manier hiermee een link moeten leggen. Een subsidie-aanvrager doet er dus goed aan om die link ook expliciet te leggen in de argumentatie. Dat is meer dan een tip voor de potentiële Vlaamse indiener. Europa evolueert met haar subsidies immers van een middelenverbintenis naar een resultaatverbintenis. De Europese subsidies staan open voor alle Europese ingezetenen, dus ook een Vlaming in Spanje of Polen kan er gebruik van maken. Gepubliceerd in hun moedertaal heeft deze gids een meerwaarde. Zowel de lokale contactpunten, de Vlaamse con-
tactpunten als vleva staan ook ter hun beschikking. Europa beoogt ook steeds meer samenwerking over de landen heen. Met kansen voor Vlamingen die met hun lokale partners een gezamenlijk project opzetten.”
denktanks, Europese associaties,… allemaal in onze achtertuin. Dat is een troef die we volop moeten uitspelen en actief gebruiken. Nochtans bekleden we geografisch een positie die velen ons benijden. Maar het lobbyen zit ons niet echt in de genen.” Vele Vlamingen hebben een haat-liefdeverhouding met Europa. We kennen Europa, maar weten onvoldoende wat het doet. Dat geldt voor diverse organisaties, maar ook voor de burger in het algemeen. “Enerzijds vinden we met z’n allen Europa een vanzelfsprekend gegeven, maar dat blijkt niet echt uit onze houding ten aanzien van het instituut. Het is zowat de olifant in een porseleinwinkel. Ons Europa is niet de gelijknamige verre planeet, wel iets waaraan we kunnen meebouwen. We kunnen met z’n allen, ook al is het maar beperkt, onze stempel op Europa drukken. Ook hieraan wil vleva een steentje bijdragen. Wat zijn de kansen, wat zijn de opportuniteiten vanuit Europa, eventuele uitdagingen. Er is nood aan een structurele, Europese reflex.” info
Download een gratis exemplaar van de subsidiegids op www.vleva.eu/eusubsidiegids Meer informatie over het VlaamsEuropees Verbindingsagentschap op WWW.vleva.eu/over-vleva
Geen verre planeet “We moeten optimaal gebruikmaken van wat Europa ons biedt. Het is meer en meer ons binnenland en daarom moet Vlaanderen nauw betrokken zijn bij het Europese beleid. Rond de Europese instellingen bevindt zich een informele gordel van
17
De Gentse haven in het logistieke hart van Europa
De haven van Gent is een middelgrote zeehaven in WestEuropa. De haven is strategisch gelegen als centrum voor de productie en distributie van allerlei goederensoorten en producten, zowel voor import als voor export. De Gentse haven is bovendien een knooppunt tussen zeevaart en binnenvaart. Dit belang neemt almaar toe. Gent is goed voor bijna 50 miljoen totale goederenoverslag op een jaar en voor (in)direct 70.000 jobs.
G
ent ligt op het kruispunt van alle vervoersmogelijkheden in Europa: wegvervoer (E17/E40), spoor, binnenvaart en zelfs pijpleidingen. De haven is hierdoor een multimodale haven met bovendien een hele verscheidenheid aan activiteiten en goederen. En, dat is een mooie troef.
De haven, ons dagelijks leven De goederen die de haven binnenkomen, hebben met ons dagelijks leven te maken. De Gentse haven is vooral een bulkhaven, maar liefst twee derde van de goederen zijn massagoederen. Gent zit in de Europese top voor de opslag en distributie van fruitsap en granen. Maar ook de tankopslag voor brandstoffen, chemicaliën en diepgevroren concentraten spreekt tot de verbeelding. Andere bulkgoederen zoals steenkool, ertsen, petroleum-
18
auteur Havenbedrijf Gent, Johan Bresseleers, Communicatie Manager
producten, mineralen, meststoffen, veevoeder, turf, zout, zand, fruitsap, olieproducten en chemicaliën vormen het grootste deel van het goederenverkeer in de haven. Daarnaast zijn de auto- en vrachtwagenassemblage, de distributie van wagens, schroot, de overslag van staalproducten en de recyclage ervan sterk vertegenwoordigd in Gent. ’s Werelds grootste staalfabrikant maakt gretig gebruik van de ligging aan de waterkant. Productie en recyclage evenals invoer en distributie van papier en pulp zijn al lange tijd een belangrijke activiteit in de haven, evenals de overslag van hout, turf en houtpellets. Gent heeft bijna dagelijks een ro/ro-verbinding met Scandinavië voor de overslag van rollend materieel zoals wagens, kranen, trailers, containers, vrachtwagens, machines… Gent is niet meteen een containerhaven. Toch zijn er containerdiensten die per zeeschip richting Baltische staten en Rusland varen. Daarnaast worden containers ook per binnenschip aan- en afgevoerd. Gent beschikt over heel wat bedrijven die biobrandstoffen produceren en opslaan. Hiermee behoort het tot de absolute top in Europa en de wereld. Een uniek concept in heel Europa is de zogenaamde biocluster: 5 bedrijven bevinden zich naast elkaar op enkele vierkante kilometer en produceren samen biodiesel en bio-ethanol. Van de aanvoer van de
grondstoffen per zeeschip tot verwerking, opslag en distributie. Bovendien steunt Europa de haven inzake biogebaseerde economie. Onder de noemer Bio Base Europe wordt er onderzoek verricht in een proeffabriek. Bedrijven van over de hele wereld kunnen op grote schaal hun proeven uittesten. Deze proeffabriek vormt de schakel tussen het laboratorium en de industriële productie. Naast de proeffabriek investeert Europa ook nog in een opleidingscentrum voor operatoren in de biogebaseerde economie, gelegen in het Nederlandse Terneuzen. Deze innovatie en ontwikkeling is een voorbeeld van de samenwerking tussen de haven, internationale bedrijven en de universiteit van Gent.
Grenzeloze uitstraling
De haven beschikt over volledig uitgeruste logistieke parken met talrijke opslagloodsen voor arbeidsintensieve logistieke activiteiten met toegevoegde waarde (opslag, behandeling en vervoer van goederen). Verscheidene andere industrieparken en bedrijventerreinen worden ontwikkeld op de linkeroever van het havengebied in de nabijheid van het nieuwe Kluizendok. Samen zijn die goed voor 660 hectare bedrijventerrein, een van grootste te ontwikkelen maritieme sites van Europa. Alvast 80 hectare wordt er voorbehouden voor de verdere ontwikkeling van de biogebaseerde economie.
Van Zweden tot Australië De goederen in de haven komen van over heel Europa en de wereld. In 2012 was Zweden de belangrijkste handelspartner voor de Gentse haven, dankzij het ro/ro-verkeer. Rusland neemt met voornamelijk de overslag van steenkool, staalplaten en lijnzaad de tweede plaats in. De derde plaats wordt ingenomen door de Verenigde Staten met de overslag van steenkool, petroleumcokes en houtpellets. Op de vierde plaats komt Canada (onder meer houtpellets, tarwe, sojabonen en ertsen), op vijf gevolgd door Brazilië (onder meer fruitsap en ijzererts). Op plaats zes staat het Verenigd Koninkrijk, op zeven Noorwegen (ijzererts), op acht Oekraïne (graanproducten en antraciet), op negen Turkije (export van schroot) en op tien Australië (raapzaad).
behartigt de belangen van alle Russische zeehavens. De band met Brazilië - de aanvoer van fruitsap - wordt al meer dan 20 jaar verstevigd met een jaarlijks Havenseminarie in Gent voor Braziliaanse commerciële contacten.
De stad in de haven, en omgekeerd Zowel (potentiële) investeerders, bedrijven, ambassadeurs en organisaties, verenigingen en scholen als gezinnen met kinderen brengen een bezoek aan de haven, goed voor bijna 15.000 bezoekers per jaar. In het nieuwe, opvallende Bezoekerscentrum Haven Gent aan de Rigakaai, op de grens tussen de stad en de hedendaagse haven, worden alle georganiseerde bezoeken aan de haven ontvangen. Met dit Bezoekerscentrum speelt het Havenbedrijf in op de groeiende interesse voor de Gentse haven.
trekt zelf terug naar het hart van de stad. Het Havenbedrijf Gent renoveert het Huis van de Vrije Schippers op de Graslei – de roots van de haven - in hartje Gent. Tegen 2016 zal het als Havenhuis voor het publiek worden opengesteld met een expositieruimte over de haven. Want de haven, die spreekt steeds tot de verbeelding. info
WWW.havengent.be
Het Havenbedrijf zet niet enkel in op het aantrekken van bezoekers naar de haven, de haven
Een nieuwe, grote zeesluis Wereldwijd worden schepen almaar groter. Om hierop in te spelen, wordt er in het Nederlandse Terneuzen tegen 2020 een nieuwe, tweede, grotere zeesluis gebouwd. Dit is broodnodig om de bedrijven en de tewerkstelling in de Gentse havenregio verder te ontwikkelen. Daarnaast wordt de ontsluiting tussen de haven en het achterland richting Frankrijk verbeterd door de realisatie van het zogenaamde Seine-Schelde-project: grotere binnenvaartschepen zullen in de toekomst zelfs tot in Parijs kunnen varen.
Investeerders en troeven 500 miljoen euro, zo veel wordt er jaarlijks in de haven geïnvesteerd door private bedrijven en overheden om de haven verder te ontwikkelen. En om nieuwe investeerders aan te trekken, de belangen van de bedrijven te behartigen, de troeven van de haven uit te spelen, nieuwe goederenstromen aan te trekken en de contacten met de belangrijkste handelspartners te bestendigen, trekken het Havenbedrijf Gent en tal van bedrijven de wereld rond. De haven wordt zo gepromoot op beurzen in bijvoorbeeld Abu Dhabi over toekomstige (duurzame) energie of in Rusland, Oekraïne en het Braziliaanse Sao Paulo over transport en logistiek. Om de bestaande handelsrelaties met Rusland te bevorderen en de handel te doen toenemen, werkt de haven ook nauw samen met de Russische havenorganisatie Rosmorport. Dit staatsbedrijf
19
Piazza Tweede editie zakformaat reisgids Colombia Fácil
¡POR EL PRECIO DE 1 CERVEZA PUEDES LLEGAR A CUALQUIER LADO ! T HE PRICE OF 1 BEER CAN TAKE YOU EVERYWHERE !
BARRANQUILA, COLOMBIA - december 2013 - Colombia Fácil, de tweede editie reisgids voor Colombia van de hand van Inge Swinnen, een Belgische wonende in Colombia, is zojuist verschenen. De 274 pagina's tellende gids is bedoeld om het reizen in Colombia makkelijk en toegankelijk te maken. Voornamelijk voor reizigers die op zoek gaan naar alle aspecten van het land en dit individueel of in groep willen verkennen. Deze uitgebreide gids in het Engels en Spaans kan aangekocht worden voor 3.000 cop - Colombiaanse Pesos (ongeveer €1,20) - in hostels, eco-lodges, touroperatorkantoren, taal- en duikscholen, verspreid over heel Colombia. Op de website www.colombiafacil.com is de reisgids digitaal te vinden en kan je via de link http://issuu.com/colombiafacil het gratis e-book op je tablet of smartphone bekijken. Door in de tweede editie te kiezen voor volledige kleurenprint, integratie van foto’s en het hertekenen van de kaart met een betere opdeling van de regio’s kreeg de reisgids een fikse upgrade. We kozen voor één omslag waardoor we het Engels en Spaans deze keer mooi naast elkaar konden plaatsen. Veel handiger om zo je Spaans, of Engels, wat bij te schaven, een noodzaak wanneer je door Colombia trekt. Dit
20
jaar telt Colombia Fácil negen nieuwe bestemmingen met bijhorende accommodatie ten op zichte van vorig jaar (een totaal van 75 locaties), biedt het meer accommodatie- en touropties en meer gedetailleerde informatie over het oversteken van de grenzen met Panama, Ecuador en de Amazone. Dankzij de integratie van twee nieuwe plaatsen buiten Colombia, Quito en Panama City, is Colombia Fácil ook verkrijgbaar in de grenslanden Panama en Ecuador. Zo zetten we Colombia nog meer in kijker. “Het is ongelooflijk hoeveel prijzen, locaties, eigenaars, contactinformatie en dergelijke veranderen in een jaar. We zijn zeer tevreden dat we jaar na jaar geactualiseerde informatie over elk onderwerp kunnen aanbieden, op zich zeer uniek in zijn soort," vertelt Inge. De eenvoudig te gebruiken gids belicht de verschillende regio's van het land, helpt bij het kiezen van accommodatie, toont tips, kortingen, actuele prijzen, transportmogelijkheden, … en schetst de gouden regels van het land. “Het doel van Colombia Fácil is om het reizen in Colombia gemakkelijker, comfortabeler en spannender te maken. Het toont het werkelijke Colombia in al zijn schoonheid op een zeer eenvoudige manier", zegt Inge die op het idee van deze gids kwam tijdens haar reis in ZuidAfrika. "Het meest verbazingwekkende van Colombia is dat het voor elk wat wils heeft. Voor jong en oud en voor elk type reiziger", zegt Inge, die de reisgids met al deze verschillende groepen in het achterhoofd maakte. Met de eerste editie leerden we dat ook steeds meer Colombianen beginnen te reizen in hun eigen land. Het was een fantastisch gevoel om te merken dat de angst die de lokale bevolking heeft van het verleden langzaam maar zeker verdwijnt. We ontvangen dagelijks vragen over reizen in Colombia en via sociale media krijgen we veel interessante feedback. Dit bevestigt ons dat we met Colombia Fácil op het goede pad zitten en dit motiveert ons natuurlijk nog meer om te blijven doorgaan. We blijven lokale kennis en niet te missen tips verzamelen, en zijn van plan om die elk jaar aan een nieuwe editie toe te voegen. Geschreven, geproduceerd en gepubliceerd door Colombia Fácil. Grafisch ontwerp door © Hang Ten Productions. Cover door ©Evelien Vanhamel. info
Inge Swinnen:
[email protected].
Een geschiedenis van België voor nieuwsgierige kinderen (en hun ouders)
Karel de Grote is ons allen welbekend en de Guldensporenslag op 11 juli 1302 zeker ook. Maar wie weet dat die dag het sterkste ridderleger van Europa verslagen werd door slagers en wevers? Hoeveel rechtgelovige mensen heeft de wrede hertog van Alva op de brandstapel gebracht? Waarom staat in Waterloo die leeuw op zijn rare heuvel? Vanaf de prehistorie tot aan het heden geven Benno Barnard en Geert van Istendael een schat aan verhalen over de geschiedenis van België, vol avonturen, over dappere helden en sinistere schurken. Verhalen over figuren en gebeurtenissen die u zich nog vaag zult herinneren van de middelbare school, worden hier in geuren en kleuren heropgedist, met prachtige illustraties van Judith Vanistendael, zodat u eens te meer aan uw eigen kinderen kunt bewijzen: geschiedenis hoeft nooit saai te zijn! Een geschiedenis van België voor nieuwsgierige kinderen (en hun ouders) is beschikbaar als paperback, telt 196 pagina’s en is te koop bij Uitgeverij Atlas Contact voor € 17,50. info
http : / / www . atlascontact . nl /
boek/een-geschiedenis-van-belgievoor-intelligente-kinderen-en-hunouders/ Vlamingen in de Wereld geeft een gratis exemplaar van Een geschiedenis van België voor nieuwsgierige kinderen (en hun ouders) weg. Bent u hierin geïnteresseerd, stuur dan een mailtje naar inge.roggeman@ viw.be.
consulair
Het eerste Belgische Consulaire Wetboek is een feit in te spelen, zodat u er vlugger gebruik kunt van maken.
B
elgen in het buitenland, zoals u, zijn bij uitstek betrokken bij consulaire activiteiten. Uw ambassade of consulaat is voor u als uw Belgisch gemeentehuis in het buitenland, zo bijvoorbeeld om een paspoort te verkrijgen, een naamsverandering aan te geven of een document te laten legaliseren. De consulaire activiteiten worden op dit ogenblik beheerst door niet minder dan zes verschillende wetten. Sommige dateren uit de 19e eeuw. Onze maatschappij evolueert, het is bijgevolg normaal dat de wetten mee evolueren. Dat is het opzet van het Consulaire Wetboek: in één enkele tekst alle regelgeving verzamelen die het consulaire werk aanstuurt en aan onze posten de mogelijkheid biedt u nog beter van dienst te zijn, rekening houdende met de wereld van vandaag. Dit betekent dat het Consulaire Wetboek meer de aandacht zal richten op de realiteit van het leven in het buitenland. Dankzij het Consulaire Wetboek zal de federale Minister van Buitenlandse Zaken bijvoorbeeld bij het vaststellen van de rechtsgebieden waarvoor onze ambassades bevoegd zijn, de consulaire noden in overweging kunnen nemen. Zo zal het mogelijk zijn dat een ambassade voor consulaire aangelegenheden een rechtsgebied bestrijkt dat niet identiek is met het rechtsgebied dat geldt voor de diplomatieke betrekkingen. Op die wijze zullen enkel consulaire
criteria bepalend zijn voor de post die voor uw woonplaats bevoegd is. “De afstand die u scheidt van uw post is nu juist een pijnpunt waaraan ik bijzondere aandacht besteed, dit voor wat de aanvraag van het biometrische paspoort betreft. Het is u bekend dat ik al meerdere alternatieven heb ingevoerd om u hierbij te helpen en ik verneem van de posten en van uw organisaties dat die hun vruchten afwerpen”, aldus Didier Reynders, minister van Buitenlandse Zaken. “Dankzij het Consulaire Wetboek beschik ik ook, zoals ik u al eerder liet weten, over een wettelijk middel om de geldigheidsduur van het paspoort te verlengen. Zoals iedere Belg zult u bijgevolg, zonder meerprijs, over een paspoort beschikken dat langer geldig is (zeven jaar in plaats van vijf). Enerzijds betekent dit dat u minder vaak naar uw post moet om het te vernieuwen, en anderzijds vermindert dus de kostprijs per geldigheidsjaar. Het nieuwe paspoort van zeven jaar zal beschikbaar zijn vanaf mei 2014.” In de toekomst zal het Consulaire Wetboek – op Belgisch wettelijk vlak – de deur openstellen naar een Europese consulaire samenwerking op administratief vlak. Indien het Europa van morgen een grotere harmonisatie en zelfs een uitwisseling van consulaire dienstverlening tussen lidstaten zou overwegen, dan zal de wetgeving van ons land ons in staat stellen daar op een snellere en efficiëntere manier op
Indien u in één van de 27 lidstaten van de Europese Unie woont, zal één wijziging die het Consulaire Wetboek invoert u wellicht aanbelangen. De minister heeft kunnen vaststellen dat de diensten van de burgerlijke stand van die landen en ook de lokale notariële praktijken, van goede kwaliteit zijn en volledig aanvaardbaar naar Belgisch recht. In die landen bent u trouwens ook niet met velen om op de post een beroep te doen voor het opmaken van een geboorteakte, een overlijdensakte of een notariële akte. De minister is dan ook van oordeel dat het verantwoord is om deze taken exclusief door de lokale overheid te laten uitvoeren, zodat onze posten binnen de Europese Unie zich kunnen toeleggen op de taken waar hun meerwaarde buiten kijf staat. Dit is bijvoorbeeld het geval voor het opmaken van akten waarvan de vorm in Belgisch recht specifiek is (onder meer een akte van erkenning) of voor akten van toekenning of behoud van de Belgische nationaliteit. Uiteraard worden akten van de burgerlijke stand, opgemaakt door vreemde overheden, slechts geloofwaardig geacht in België indien hun inhoud waarheidsgetrouw is. Het Consulaire Wetboek voorziet ook in de mogelijkheid dat de posten de inhoud van een document, dat ter legalisatie wordt voorgelegd, onderzoeken. Inzake akten voorziet het Consulaire Wetboek dat men een beroep kan doen op beëdigde vertalers. Uw akten zullen - zonder enig gevaar voor verkeerde interpretatie als gevolg van het taalverschil - op die manier meer juridische rechtszekerheid krijgen. Nog meer goed nieuws: de posten krijgen een ruimere bevoegdheid inzake erkenning van kinderen. Ten slotte zullen ze ook profiteren van de technologische vooruitgang en hun registers van de akten op elektronische wijze kunnen bijhouden. Ziehier dus in een notendop de krijtlijnen van het Consulaire Wetboek. De minister verheugt zich over de aandacht die de wetgever heeft besteed aan zaken die u direct aanbelangen, en is ervan overtuigd dat de consulaire dienstverlening van morgen efficiënter en pragmatischer zal worden.
21
cross culture training Which orange circle is bigger? The one on the right seems larger, yet they are the same size.
I’m an American living in Belgium. Most Belgians are surprised when I say that I prefer living in Belgium to the United States. Yes, I miss seeing my family and friends regularly, but I think Belgium has so many good things to offer its residents— beyond those famous waffles and chocolates. Back home, some people think Belgium is a region of Germany, or that its small size means it is inconsequential—but as the title of this article says, things are not always as they appear. Belgium has more than its fair share of positive attributes: Belgians work hard but also know how to enjoy their lives; family is a priority; Belgians take care of their own; they are world leaders; the education and healthcare systems are very good; and, yes, the food is fabulous. I’ve lived here for several years, and I’m
Things Are Not Always As They Appear Advice for anyone considering work abroad By Elizabeth Vennekens-Kelly
M
agicians and illusionists work very hard to convince us that what they are showing is reality, when in fact perceptions can be manipulated. Scientific studies reveal that the mind sees what it believes is correct, even if it’s actually a trick. Optical illusions demonstrate this idea. The Ebbinghaus illusion, shown above, examines perception relative to size. So let’s extend this idea a bit further. A bright, clear January day in Chicago may be splendidly sunny, but it is also likely to be bitterly cold. Likewise, a person dressed in conservative clothing may have progressive ideas. Think about the Pakistani teenager, Malala Yousafzai, whose manner of dress is traditional but whose promotion of education for girls is considered radical by the Taliban. Many things require context to be fully understood, and we must be careful not to rely strictly on visual cues. When interacting with other cultures, misunderMyths or Stereotypes • English is English • Socialists don’t work hard; they depend on the government • Americans are rich • Immigrants drain the local economy
22
standings can arise from judging people, places, or customs based on first impressions. Frequently, we develop opinions and expectations of another country and its way of life without much firsthand experience. These notions come from television, books, friends’ anecdotes, or maybe a vacation that offered a brief encounter with another culture. Such impressions tend to be based on stereotypes or longstanding myths. Consider the perceptions listed in the box: they may be true to a point, but there are plenty of exceptions. As Anouk, a Belgian living in the United States, commented to me, “until you live in a country, it is difficult to understand its residents’ core values.” When a Dutch businessman is relocating to work in Belgium, he may think “it’s the same language, so no big deal.” The reality, however, is not that straightforward. The Dutchman needs to understand Belgians’ attitudes about basic values including societal hierarchy, risk tolerance, and communication style. He needs to develop cultural competence just as much as someone travelling to a more distant country would. A European who accepts an assignment in Japan would expect to need to learn about the customs and traditions of that nation. But the truth is, the same is true for neighboring countries.
still discovering new things about the country, its customs, and its traditions. Unfortunately, it is human nature to assess a person based on clothing, skin color, or accent. And it’s easy to jump to conclusions about a place based on its weather, prosperity, freedom, food, clothing, or pace of life. But my advice is do not judge too quickly, or you might miss something wonderful—or, worse yet, end up being judged yourself as close-minded or even foolish. Living and working in another country can be a wonderful opportunity, but it also presents challenges. The best experience starts with respect, so begin by researching the topic. Opening your mind and doing your homework will help you create realistic expectations, and will enrich your opportunity. Crossing borders? Make sure you don’t cross signals. Cross Culture Training helps companies and individuals develop cultural competence. Our consultations prepare you to adapt and succeed in multicultural environments. • What to expect when moving abroad • Living and working in another country • Intercultural awareness • Effective communication • Relocation programs We can customize a training program specifically for your needs. Contact us today. Cross Culture Training +32 (0) 474 211 912
[email protected] www.crossculture-training.com
VIW IN 2014
EERSTE Zomerkamp in Vlaanderen voor expat-kids
Broodgeheimen en kippenplezier
Doel
• Op een speelse en ludieke manier worden de kinderen ondergedompeld in een Nederlands taalbad. • De kinderen leggen onderling vriendschapsbanden en kunnen die nadien digitaal verder onderhouden of elkaar het jaar nadien opnieuw ontmoeten!
Wat
• Idee Kids organiseert i.s.m. VIW het kinderboerderijkamp ‘Broodgeheimen en Kippenplezier’. • De kinderen logeren in volpension in het jeugdverblijfcentrum.
Wie
• Voor de geregistreerden van Stichting Vlamingen in de Wereld (VIW). • Voor kinderen tussen 6 en 12 jaar . • 30 plaatsen beschikbaar – snel inschrijven is de boodschap!
Waar
In het jeugdverblijfcentrum De Boerderie, Groeneplaats 3, 8630 Beauvoorde.
Wanneer
Zomer 2014 – van 6 juli 2014 tot en met 11 juli 2014 (aankomst zondagavond 6/7 tussen 18u en 19u, vertrek vrijdagavond 11/7 tussen 16u en 19u).
Prijs
340€, betalende VIW-leden betalen 330€ (10% korting voor het 2de kind).
De Boerderie is een gloednieuw verblijfcentrum met een unieke sfeer. De Boerderie is ook een actieve landbouwboerderij, een supergezellige kinderboerderij én bevindt zich midden in de prachtige natuur. Tijdens dit kamp leer je de lieve dieren van de boerderij goed kennen: konijntjes, kippen, geiten en schapen. Je kan ze dagelijks aaien, knuffelen, voederen en verzorgen. We volgen de boer op het (platte)land en gaan zelf aardappels rooien en hiermee onze eigen frietjes maken.
We verkennen de akkers en brengen een bezoekje aan een nabijgelegen veeboerderij. Daarnaast volgen we ook de graankorrel van op het veld tot in onze zelfgebakken boterham. Supertoffe boerderijspelletjes en originele activiteiten zorgen voor een heerlijke week vol creativiteit, goed-gevoel, lekker eten en gezonde buitenlucht! De Boerderie zorgt voor een kwalitatieve invulling van het kamp en doet daarbij beroep op gekwalificeerd personeel. * Pedagogisch of educatief geschoolde monitoren van minstens 19 jaar. * Maximum 10 kinderen per monitor. * Extra taalcoördinator. De coördinator zorgt voor extra differentiatie. Hij/zij zal extra ondersteuning geven bij de kinderen waarvan de kennis van het Nederlands heel klein is en hij/zij zal extra uitdagende opdrachten geven aan de kinderen die het Nederlands beter beheersen. * Idee Kids stuurt samen met De Boerderie de inhoud bij naar de specifieke noden van een Nederlands taalbad. * Nederlands is de voertaal.
Interesse? Schrijf uw zoon en/of dochter snel in via de VIW-website: http://www.viw.be/nl/ onderwijs/eerste-zomerkamp-vlaanderenvoor-expat-kids-2014. Inschrijven kan tot 21 april 2014 of tot de 30 plaatsen bezet zijn.
AFTER WORK ABROAD PARTY powered by VIW Wij nodigen u vriendelijk uit op
Prijs
de TWEEDE EDITIE VAN ONZE
€55 per ticket voor betalende VIW-leden
zomerhappening van en voor (ex-)
(inclusief BTW)
expats. Jij dus!
€65 per ticket voor alle anderen (inclusief BTW)
een spetterend feest voor alle (ex-)expats en vrienden, iedereen met buitenlandervaring
Schrijf je in via:
Meer info kan u bekomen via
straffe verhalen delen uit afgelegen windstreken
http://after-work-abroad-party.viw.be/
[email protected]
een weerzien met oude bekenden
Waar
Een initiatief van de stichting
een gelegenheid tot het smeden van nieuwe
Horta Art Nouveau zaal Hopland –
Vlamingen in de Wereld – www.viw.be
(vriendschaps)banden
2000 Antwerpen
300.000 Vlamingen … wij zijn er voor u!
een culinaire en swingende avond
Een walking dinner, gevolgd door een dansfuif met deejay.
Wanneer
Mis het niet!
donderdagavond 3 juli 2014
Snel inschrijven is de boodschap. Wil u andere expat vrienden hiervan deelgenoot
Aanvang
maken? Dat kan!
19u
rk r Wo Afte d Party a Abro 23
Het zwemmen zit er sinds Australië nog steeds in: vorig jaar zwom ik van Frankrijk naar Zwitserland, 5 km met enkele collega's het meer van Genève over dus. De foto is van de aankomst in Zwitserland.
Aangemeerd in Genève Mijn reislust -of zoals het zo mooi heet in het Engels wanderlust- vindt zijn oorsprong zeker in de encyclopedieën, geografische kaarten en geschiedenissessies met mijn grootvader. Als kind vond ik het heerlijk uren met hem door te brengen, gebogen over de boeken en kaarten van zijn bibliotheek. Het kwam dan ook niet echt als een verassing aan voor mijn familie, toen ik op 19-jarige leeftijd besloot de wereld in te trekken in plaats van een academische studie aan te gaan. auteur Claire Warmenbol
Reis van mijn leven Met een one-way ticket op zak, vertrokken we richting Zuid-India. We, want ik reisde met mijn beste vriendin. Maandenlang verkenden we enthousiast het land. Daarna waren Nepal, Thailand, Maleisië, Singapore en Indonesië aan de beurt. Toen ons geld op was, bleken Australië en Nieuw-Zeeland the place to be, want we konden al werkend verder trekken door deze landen. Al bij al waren we zo’n anderhalf jaar van huis. Dit was nog vóór de tijd van e-mails en gsm’s. Het contact met het thuisfront verliep via een maandelijkse fax en af en toe een telefoontje. Ook het gebruik van een kredietkaart was nog niet gekend. We reisden zo low-cost mogelijk en wisselden af en toe een travellers cheque in. Het geld daarvoor hadden we zorgvuldig bijeen gespaard door na de middelbare school tal van interimjobs te doen. Dat gaf ons meteen een goed inzicht in bepaalde Vlaamse sectoren. Levensles Ik zie die eerste reis als één grote levensles. We zaten dan wel niet op de universiteit, maar we leerden wel gigantisch veel over de wereld waarin we leven: de verschillende culturen; religies; gastronomie; politieke overtuigingen;... Er ging geen dag voorbij of we leerden iets nieuws. Zo verbleven we bij een Indiase familie die het Jaïnisme volgen,
24
een religie die zich kenmerkt door geweldloosheid, veganisme en zo min mogelijk materiële bezittingen. Amper gemeubeld was hun appartement, maar er heerste wel een enorme rust en gemoedelijkheid. Geluk uit minder in plaats van meer en veel. Mijn huidig appartement wordt door vrienden vaak als zen of minimalistisch beschreven... maar de eigenlijke inspiratie gaat terug naar dat Indische gezin van vele jaren geleden. En zo zijn er nog talloze voorbeelden. Studeren in Australië Na eerst nog een jaar door Afrika te hebben getrokken, hing ik mijn rugzak aan de wilgen en ruilde ik het nomadenleven in voor dan toch... een hogere studie. Uitstel was geen afstel! Ik voelde me zo geïnspireerd door de prachtige culturen en adembenemende landschappen die ik had kunnen bewonderen doorheen Azië en Afrika, dat ik besloot om een opleiding te volgen waarmee ik mens en natuur mee kon helpen beschermen. Dat werd de opleiding Environmental and Development Studies aan de Geography Faculty van de University of Melbourne, in Australië. Waarom niet gewoon in België? Twee redenen. Vermits ik later internationaal aan de slag wilde, wou ik mijn studies liefst in het Engels doen. En, niet onbelangrijk, ik had ondertussen mijn hart verloren aan een leuke Australiër. We leerden elkaar kennen tijdens mijn
reis door Afrika en samen terug naar Australië leek ons de logische volgende stap in onze relatie. Met mijn, meestal graag gezien, Belgisch paspoort, verkreeg ik tot hiertoe steeds gemakkelijk de nodige visa die me toelieten om drie maanden in het land te verblijven. Een verblijf van drie jaar in Australië is natuurlijk een ander verhaal. Er volgde een reeks van testen, medische onderzoeken en verschillende trips naar de Australische ambassade in Brussel, alvorens ik het studentenvisum voor drie jaar kreeg toegekend. Persoonlijk curriculum Ik genoot enorm van die studiejaren in Australië. We leefden in South-Melbourne, dichtbij het strand en ik kon met de fiets naar de universiteit. Het voordeel van hogere studies op latere leeftijd (ik was toen 24 jaar) is dat ik erg gemotiveerd en geïnteresseerd was in de vakken die werden gegeven. De jaren die ik uittrok om uit te pluizen wat ik wilde worden, wierpen zijn vruchten af. Bovendien was de universiteit weer een totaal nieuwe wereld. Gebaseerd op het Commonwealth systeem kon je je curriculum voor een groot deel zelf samenstellen. Je kiest dus vakken die je echt liggen en uiteraard ga je daarin ook beter presteren. Na het eerste jaar werd me een beurs toegekend, die het me financieel makkelijker maakte. No worries mate Het leven in Australië beviel me enorm. Het nationale motto no worries mate symboliseert voor mij de stemming van het land. Maak je niet druk, het komt wel goed. De kwaliteit van het leven gaat voor, werk en status komen achter. De barbecue heeft steeds een centrale plaats en de gesprekken draaien meestal rond sport. In Melbourne werd zwemmen een haast dagelijkse bezigheid voor me. In het Melbourne Aquatic Centre zag ik Ian Thorpe soms trainen, de toenmalige Australische
EMIGRANT
zwemkampioen. Verder leerde ik alles over cricket en Aussie Rules (een soort van voetbal) via mijn vriend. Tijdens de Melbourne Open ben ik een jaar de Belgische vlag gaan zwaaien om voor onze tennissterren Henin en Clijsters te supporteren. En ik kan natuurlijk mijn korte impressies niet eindigen zonder de notie van bier. Australiërs zijn er gek op, en dan uiteraard ook op Belgisch bier! Eén van de meest populaire plekken in Melbourne is dan ook de Belgian Beer Hall, een leuk café-restaurant waar je ons Belgisch bier van het vat kan drinken, samen met de zwarte mosselpot en echte frietjes met mayonaise. Elke vlaag van nostalgie wordt hier snel verholpen. Nieuw hoofdstuk in Zwitserland Drie jaar later en een diploma op zak, was het tijd om Australië te verlaten. We pakten onze zakken en draaiden het roer om: tijd voor mijn Australische vriend om het Belgische leven te verkennen. We verhuisden terug naar Antwerpen. Ik vond tijdelijk werk bij de Verenigde Naties in Brussel en mijn vriend leerde Vlaanderen kennen, en ik ook... opnieuw. Het was een leuke periode –al bleek Nederlands aanleren moeilijk voor mijn vriendmaar uiteindelijk lonkte het buitenland toch wel weer, en meer specifiek Zwitserland. In de zomer van 2004 trokken we in bij vrienden in Genève, zonder werk maar vol hoop en enthousiasme. Dat, en wat hulp van connecties, leidde ons allebei -binnen twee weken na onze aankomst- naar een nieuwe job (een unicum voor Genève, daar werden we ons nadien pas van bewust). Ik kon aan de slag bij IUCN (International Union for Conservation of Nature) en mijn vriend bij een private investment company. Mijn werkgever regelde mijn werkvergunning, dat was een vrij eenvoudig proces. Minder evident was het vinden van een verblijf. Er is een enorm tekort aan beschikbare appartementen en de immobiliënmarkt is erg competitief in en rondom Genève. Het duurde dan ook enkele maanden, vooraleer we onze eigen stek vonden. Helaas, na zeven jaar op verschillende continenten lief en leed te hebben gedeeld, liep in 2005 de relatie met mijn Australische vriend stuk. Ik verhuisde naar een eigen appartementje en richtte me volledig op mijn werk bij IUCN. Een job waarmee ik me focuste op klimaatconventies, waterforums en vele –ditmaal kortere– reizen naar projectbestemmingen. In 2009 leerde ik mijn huidige man kennen. Een Argentijn uit Buenos Aires die in Zwitserland belandde door zijn liefde voor...
sport en bergen! Dat is dan ook het landschap waarin we elkaar ontmoetten: een estafettecompetitie in Crans-Montana, hij was de fietser en ik de zwemmer van het team, en de rest is geschiedenis. Ondertussen zijn we getrouwd en verwachten we ons eerste kindje. Thuis aan het meer Ik woon nu acht jaar in Genève en het is mijn thuis geworden. Het is gelukkig ook maar een uurtje vliegen naar Brussel. Zwitserland is, hoe kan het ook anders, het mekka voor bergsporten. Zo kan je makkelijk een voltijdse job uitoefenen en het weekend al skiënd doorbrengen, op amper een uurtje rijden, in Chamonix of Villars. Tijdens de zomer biedt het meer van Genève dan weer allerlei watersportmogelijkheden, met de Alpen als prachtig decor. Nadeel bij al dit moois is dat het leven in Zwitserland erg duur is. Kijk maar naar de prijzen van huizen of een restaurantbezoek. Maar als je hier woont, valt het nog wel mee. Je past je aan en gaat misschien anders om met uitgaven. En wat je ervoor terugkrijgt, een prachtige natuur, gezonde lucht, veiligheid en tip top organisatie... is dan weer onbetaalbaar! Is een trein drie minuten te laat, dan wordt dat prompt met excuses aangekondigd op het platform. Het politieke systeem laat Zwitsers ook toe veel en frequent hun stem uit te brengen in allerlei dossiers, lokaal en nationaal. De Zwitser is dan ook erg betrokken bij zijn gemeenschap. Geheel overeenkomstig het gezegde dans chaque Suisse, se cache un police, heerst er een soort van algemene vigilantie... die, het moge gezegd, werkt.
Claire Warmenbol (38) werkt voor IUCN (International Union for Conservation of Nature), ’s werelds oudste en grootste internationale milieuorganisatie, gebaseerd net buiten Genève. Momenteel bekleedt ze de functie van Communication Officer voor het Global Water Programme. Daarvoor coördineerde ze het Tales of Water Project, een globale mediacampagne rond water en kinderen, en werkte ze als Media and Press Officer voor de Global Communications and Marine Programs. Voor ze aan de slag ging bij IUCN, werkte ze bij het Europees Milieubureau en de Verenigde Naties in Brussel. En nam ze ook deel aan heel wat milieuprojecten in ZuidAfrika, China, de Caraïben en ZuidoostAzië. Meer lezen over IUCN, surf naar www.iucn.org van mijn tijd dat ik in Brussel werkte aan een biodiversiteitscampagne
Een filmproject in Uganda voor één van onze waterprojecten. December 2011
Met mijn man in Patagonië, Argentinië. Zijn land verkennen was een waar plezier!
25
juridisch
Gronden in het buitenland:
welke wet en welke rechter zijn bevoegd? Het is een algemeen gekend feit dat Belgen vaak naar bijvoorbeeld Frankrijk verhuizen om er een groot land- of tuinbouwbedrijf op te starten. In vele gevallen beschikken deze mensen ook in België nog over gronden die ze dan verhuren. De vraag stelt zich vaak of deze uitgeweken Belg, die wenst terug te komen naar België, deze gronden zomaar kan opzeggen? En wat indien de gronden in het buitenland gelegen zijn? Welke wet en welke rechter hebben het hier voor het zeggen? auteur Solange Tastenoye
De Belgische Pachtwet
De opzeg “voor eigen gebruik”
De Belgische wetgeving kent meerdere vormen van “huur”. Zo bestaat er de Handelshuur (van toepassing op winkels), de Woninghuur (van toepassing op de huur van een woning waarin de huurder zijn hoofdverblijfplaats heeft); de huur van een onroerend goed (bv van een kantoor of garage) en ook de Pachtwet. De Belgische Pachtwet is van toepassing op de pacht van onroerende goederen die hoofdzakelijk gebruikt worden in het landbouwbedrijf van de pachter. Een “landbouwbedrijf” wordt in de Pachtwet omschreven als de bedrijfsmatige exploitatie van onroerende goederen met het oog op het voortbrengen van landbouwproducten die in hoofdzaak bestemd zijn voor de verkoop. Hieruit volgt duidelijk dat het belangrijk is dat de uitbater een effectief landbouwbedrijf (of tuinbouwbedrijf) uitbaat met de bedoeling land- en of tuinbouwproducten op de markt te brengen en te verkopen.
De Belgische Pachtwet voorziet inderdaad in de mogelijkheid om een pachtgoed op te zeggen voor eigen gebruik. Zo stelt artikel 7 van de Pachtwet dat de verpachter bij het verstrijken van elke pachtperiode, een einde kan maken aan de pacht indien hij een ernstige reden opgeeft. Een dergelijke ernstige reden is het voornemen van de verpachter om zelf (geheel of gedeeltelijk) het goed te exploiteren of de exploitatie ervan (geheel of gedeeltelijk) over te dragen aan zijn echtgenoot, aan zijn afstammelingen, aan zijn aangenomen kinderen, aan de kinderen van zijn echtgenoot, of aan de echtgenoten van deze kinderen en aangenomen kinderen. Maar opgelet… deze opzegreden wordt door de Belgische bevoegde rechter steeds streng beoordeeld! Zo zal deze aanstaande exploitant zelf persoonlijk en werkelijk gedurende een periode van 9 jaar dat opgezegde pachtgoed moeten exploiteren. Hij mag zich zelfs niet laten vervangen door zijn familieleden! Verder zal hij ook over een minimale beroepskennis moeten beschikken en zal hij niet meer kunnen opzeggen indien hij, na het verstrijken van de opzegtermijn, de leeftijd van 65 jaar bereikt!
De belangrijkste principes voor de toepassing van de Belgische Pachtwet: ¬ In de eerste plaats is de pachtovereenkomst een wederkerige overeenkomst. De pachter verbindt zich ertoe een bepaalde pachtprijs te betalen voor het gebruik van de gepachte goederen en de verpachter stelt een bepaald perceel grond (en/of gebouwen) ter beschikking van de pachter. Beide betrokken partijen hebben dus verplichtingen. ¬ Ten tweede kunnen alleen onroerende goederen (gebouwen en gronden) verpacht worden. Roerende goederen dus niet. ¬ Verder (en dit is wellicht ook het belangrijkste punt) moeten de verpachte goederen aangewend worden voor de uitbating van een “landbouwbedrijf”. Hiermee wordt vooral bedoeld het telen van landbouwgewassen, het uitoefenen van tuinbouwactiviteiten en veeteelt. ¬ Bovendien moet het landbouwbedrijf beroepsmatig worden uitgeoefend; ¬ De landbouwproducten moeten verkocht worden met de bedoeling om winst te maken.
26
Wat nu indien de gronden in het buitenland gelegen zijn? Sinds 2004 bestaat in België het Wetboek Internationaal Privaatrecht. Dit wetboek bepaalt welke rechter er bevoegd is indien er een “vreemd” element in een zaak aanwezig is. Artikel 2 van het Wetboek Internationaal Privaatrecht bepaalt dat onder voorbehoud van de toepassing van internationale verdragen, van het recht van de Europese Unie of van bepalingen in bijzondere wetten, deze wet voor internationale gevallen de bevoegdheid van de Belgische rechters regelt. In geval van een “vreemd” element, is het dus steeds de vraag welk recht van welk land toepassing zal vinden. Zo zal bijvoorbeeld indien er zich grond van een Belg bevindt in Nederland, de Nederlandse Pachtwet van toepassing zijn en niet de Belgische Pachtwet. Dit
zelfs indien de gronden in Nederland gelegen zijn, toebehoren aan een Belg en verpacht wordt aan een landbouwer die in België woont! Onlangs beoordeelde de rechter een zaak waarbij een Belgische eigenaar een opzeg voor eigen gebruik had gedaan voor een perceel grond, waarvan hij eigenaar was en dat in Frankrijk gelegen is. Deze Belgische eigenaar meende dat hij deze opzeg kon doen overeenkomstig de Belgische Pachtwet! Maar zo eenvoudig leek het niet! De Belgische rechter verwees naar artikel 2 van het Wetboek Internationaal Privaatrecht (zie hierboven). Uit dit artikel maakte de rechter op dat de regels van dit wetboek alleen van toepassing zijn indien er geen andere internationale verdragen, rechten van de Europese Unie of andere bijzondere wetten voorhanden zijn. Volgens deze rechter moet er rekening worden gehouden met de hiërarchie van de wetten, wat betekent dat het verdragsrecht primeert boven het nationale recht. In deze zaak bleek dat er toepassing moest gemaakt worden van een zogenaamde “Brussel I-Verordening”. In deze verordening wordt bepaald dat, ongeacht de woonplaats van de betrokken partij, het de rechter is van de lidstaat waar het onroerend goed gelegen is, die bevoegd is om van het geschil inzake pacht kennis te nemen! In deze zaak betekende dit dus dat het de Franse rechter was die bevoegd was aangezien het opgezegde perceel in Frankrijk gelegen was.
Besluit Aangaande zaken waarin internationale elementen een rol spelen, is het steeds opletten geblazen. Er bestaan heel wat verdragen en internationale reglementeringen waarmee rekening moet worden gehouden. Het is dus zeker geen gemakkelijke klus om in deze omstandigheden na te gaan welke rechter en welke wetgeving nu precies toepasselijk is. Best is u steeds goed te bevragen bij de bevoegde instanties of bij een raadsman met specifieke kennis van het internationaal recht! info
WWW.solangetastenoye.be
Daens …
een zanger?
le nd er & ja ar bo
ek
ser y e K e D e r o Polynddabal, el Viejo hi stor ische ka
Luis Ve
1832 - 1898
Was Albrecht Rodenbach een brouwer en Jacob van Artevelde een bioboer? Was Louis Paul Boon een koffiebrander en Felix De Boeck een uitgever? Filips de Goede een sociaal assistent en Jan Breydel een voetballer? Het antwoord vind je in De Roets.
historische kalender s ge ts Vlaanderen e o R e D t a d om
BESTEL
BON Invullen en per post zenden naar De Roets, Sint-Adriaanweg,12 3190 Boortmeerbeek Uiteraard kan je deze gegevens ook digitaal doorgeven via www.roetsinfo.eu
&
jaarboek
heugen is ...
Over markante mensen van bij ons, over feiten van vroeger, met een weetje voor elke dag.
Ik bestel graag De Roets 2014 en stort e 20 (inclusief verzendingskosten binnenland) op rekeningnummer BE89 9730 3245 1685 van De Roets. Voornaam en naam Naam bedrijf/instelling/organisatie Straat Postnummer e-mail
Gemeente
Erasmus is een onderdeel van EU’s Lifelong Learning Programme, met een budget van 3,1 miljard euro voor de periode 2007-2013. 33 landen nemen deel, de huidige 28 EU-landen, de EFTA-landen IJsland Liechtenstein en Noorwegen, en verder ook Zwitserland en Turkije. Ook buiten Europa (Erasmus Mundus) nemen heel wat landen deel.
I
n 1987 vertrokken de eerste 3.244 studenten/ stagiairs richting buitenland, vandaag zijn er dat meer dan 250.000, en daarmee is de kaap van 3.000.000 overschreden. Daarnaast is er ook de mobiliteit van 46.000 lesgevers. De EU wil tegen 2020 20% van de studenten een deel van hun leerproces in het buitenland laten doormaken. België doet het helemaal niet slecht op dat vlak. De Belgische universiteiten zijn nummer één in het binnenhalen van Erasmusprojecten. Voor het uitzenden van studenten zitten we iets boven de middenmoot (+/- 7.000). De grote landen, met Spanje op kop (>40.000) sturen numeriek de meeste studenten; relatief gezien scoren kleine landen als Luxemburg (34,9%) en Liechtenstein (14,7%) dan weer het best. België zit op 6,7%, 2% boven het Europees gemiddelde. De gemiddelde duur van een verblijf voor studie is 6 maanden, voor stage 4 maanden. De leeftijd is gemiddeld 22-23 jaar, 60% zijn meisjes. Een periode in het buitenland verrijkt niet alleen het leven van de student, maar ook de taalkennis, interculturele vaardigheden en zelfstandigheid. In deze tijden van globalisering wordt dit enorm op prijs gesteld bij werkgevers, wat de toekomst van deze studenten zeker ten goede komt. Kwaliteit voorop
Europa waarborgt ook de kwaliteit van de opleiding en het verblijf in het buitenland. Zo werden er op allerhande vlakken kwaliteitscriteria ingebouwd. Als verzekeraar van Erasmus Mundusprojecten heeft ook Expat & Co te maken met zeer vergaande minimumcriteria voor de verzekering van deze studenten. Er zijn dan ook slechts een beperkt aantal verzekeraars die hieraan voldoen. Expat & Co is er zo één. Wat houden die minimumcriteria in?
Eerst en vooral moeten alle medische kosten door ziekte of ongeval voor 100% gewaarborgd zijn, evenals zwangerschappen van minder dan zes maanden bij aanvang van de studies. Er mag
28
ERASMUS (MUNDUS) Verzeker je toekomst geen vrijstelling worden gevraagd. Ook moet de student verzekerd blijven tijdens vakantie in eigen land. Onafgebroken periodes in het buitenland van 36 maanden moeten mogelijk zijn. Hier vallen de meeste verzekeraars al af. De klassieke studentenpolis (lees: veredelde reisverzekering) sluit immers zwangerschappen en dekking in eigen land uit. Naast medische kosten moet de polis ook voorzien in een dekking repatriëring, begrafeniskosten, verlies van ID- en reisdocumenten, en burgerlijke aansprakelijkheid tegenover derden. In dit laatste geval moet de universiteit aanzien worden als derde, wat wil zeggen dat de schade veroorzaakt aan de universiteit ook gedekt dient te zijn. Een normale BA- verzekering sluit zoiets uit.
misbruik, wat normaal in elke polis uitgesloten is. Enkele sprekende voorbeelden van schadedossiers. ¬ Een buitenbaarmoederlijke zwangerschap in het meest noordelijke hospitaal van Europa, ter hoogte van de poolcirkel; ¬ een abortus na een verkrachting; ¬ een studente in coma gehouden voor een zware longontsteking; telkens rechtstreeks betaald aan het ziekenhuis. ¬ Een brandschade aan het universitaire studentenkot, na een feestje met kaarslicht. ¬ Een koffie die omvalt in de laptop van een lesgever (een lesgever wordt, net als een werkgever, niet als derde beschouwd in een gewone BA- verzekering).
Puzzelen
Niet makkelijk dit alles verzekerd te krijgen met gewone verzekeringen. De hospitalisatieverzekering biedt slechts 90 dagen dekking in het buitenland. Ook een reisverzekering is beperkt tot 90 of 180 dagen/jaar. De BA familiale dekt niet het gevraagde. Het is vaak een gepruts en gepuzzel. Daarom ontwikkelde Expat & Co de Global Student Insurance waarin alles vervat zit, zonder risico iets over het hoofd te zien. De polis is wereldwijd bruikbaar, niet alleen in een Erasmusproject. We kunnen echter niet vermijden dat hier en daar lokale eisen toch voorrang krijgen. Zo dient een student in bepaalde landen een aparte verzekering af te sluiten bij een lokaal erkende verzekeraar, ook al is die verzekering minder goed. Marktprotectie? Of bij de lokale sociale zekerheid. Om dubbele dekking te vermijden met lokale verzekeraars die niet aan de minimumeisen van Erasmus Mundus voldoen, kan Expat & Co hun verzekering aanvullend maken op de lokale verplichte verzekering, in ruil voor een premievermindering. De student heeft dan wel een dubbele administratie met twee verzekeraars. Sommige universiteiten in de VS stellen vaak ook uitzinnige eisen die enkel door de lokale huisverzekeraar kunnen aangeboden worden. Het zijn vaak zaken die vooral hun eigen reputatie beschermen, zoals schade door alcohol of drug-
Wat blijft uitgesloten?
Om te beginnen, de klassiekers opzet, roekeloosheid, zelfmoord(poging), alcohol/drugs... Zo was er een student die, om een meisje te imponeren, voor de tram sprong, in de hoop dat het meisje zijn liefde zou beantwoorden en hem zou tegenhouden. Dat viel even tegen. Ze heeft hem ook nog aangeklaagd voor stalking. Na genezing is de student het land uitgewezen. Dit is roekeloos gedrag, en wordt onder geen enkele omstandigheid vergoed. Ook de student die zijn meubelen zelf in brand stak omdat hij met ongedierte zat, werd niet vergoed toen hij de brandschade claimde. De belangrijkste weigeringen op medisch vlak zijn voorafbestaande aandoeningen. Die worden nooit terugbetaald omdat het veroorzakende feit zich voordeed vóór de aanvang van de polis. Nochtans worden bestaande zwangerschappen en verergeringen of plotse aanvallen van bestaande aandoeningen, die onder controle waren met medicatie of therapie, wel vergoed. Ook medicatie die niet voorschrijfplichtig is, wordt uitgesloten. Verder gelden er ook limieten in tandzorgen. Verzeker je toekomst, ga op Erasmus, maar wel goed verzekerd. info
www.expatinsurance.eu
ERASMUS JONGEREN
Jente Van Doren op Erasmus in Spanje Jente
M
ijn naam is Jente Van Doren, ik ben 20 jaar oud en woon momenteel in Córdoba, maar ben afkomstig van Londerzeel. Ik studeer Taal- en letterkunde, keuze Engels en Spaans, aan de KU Leuven. In mijn vrije tijd zet ik me in als leidster bij de scouts en hou ik er ook van om eens een toertje te gaan lopen. In het kader van mijn studierichting is Erasmus naar mijn mening een must. Als je een taal wilt beheersen, moet je de theorie die je opgenomen hebt in de les, ook kunnen omzetten in de praktijk. Daarnaast is een Erasmusproject ook zoveel meer: het leert je zelfstandig zijn; jezelf als persoon open te stellen en het leert je ook iets over jezelf als mens. Eens je de beslissing hebt genomen om op Erasmus te gaan, dien je te voldoen aan bepaalde criteria. De criteria om aan een Erasmusproject te mogen deelnemen hangen af van faculteit tot faculteit. Bij ons was dat zeer concreet dat je studie-efficiëntie (d.w.z. het aantal vakken waarvoor je geslaagd moest zijn) 50% moest bedragen, en je percentage (het gemiddelde van je resultaten) minstens 58%. Er zijn maar een beperkt aantal plaatsen per bestemming, dus als er meerdere kandidaten zijn, zullen ze eerst en vooral naar de resultaten van de studenten kijken om te bepalen wie er mag gaan en wie niet.
"Wat ik hier vooral geweldig vind, is het proeven van een andere cultuur, een andere manier van leven, een andere manier van onderwijzen"
Je mag zelf een top drie van bestemmingen opstellen. Maar de bestemming die je krijgt hangt grotendeels af van je resultaten. Ik vind dat de KU Leuven mij goed begeleidde. Ze gaven mij alle informatie die ik nodig had, en legden mij duidelijk uit wat ik stap voor stap moest doen. Sommige administratieve zaken regelden zij, andere moest ik zelf doen. Maar steeds werd duidelijk aangegeven hoe en wat gedaan moest worden. Ik zal een kleine vijf maanden in Córdoba verblijven. Het semester startte hier gelijktijdig met de KU Leuven, maar de examenperiode duurt hier wel iets langer. Er wordt nog twee weken lesgegeven na de kerstvakantie en zoiets als een lesvrije week kennen ze hier blijkbaar niet. Het was natuurlijk zeer spannend om hier naartoe te komen, mijn buik zat vol vlinders. Enerzijds was ik wel een beetje bang, anderzijds stelde ik mezelf steeds gerust dat het niet anders dan een goede ervaring kon worden. Je hoort steeds van anderen hoe onvergetelijk een Erasmuservaring wel niet is. Ik kan dat tot op heden alleen maar beamen. Vaak wordt de focus gelegd op het ‘feesten’ tijdens Erasmus, maar wat ik hier vooral geweldig vind, is het proeven van een andere cultuur, een andere manier van leven, een andere manier van onderwijzen. Het is vooral een verrijkende ervaring. Ik kan niet echt zeggen dat deze ervaring mij verandert, maar ik leerde mezelf wel al beter kennen. Wanneer je als persoon in een totaal nieuwe sociale omgeving terechtkomt, besef je pas waar je ‘staat’ in een groep: welke dingen je tof vindt; hoe je je gedraagt in een groep; ... Een periode in een ander land, weg van huis, doet mij ook de kleine dingen appreciëren, die ik
thuis vanzelfsprekend vond. Tot nog toe heb ik al veel ervaren: over mezelf, over de Spaanse cultuur, het zelfstandig zijn, … Het warme klimaat, het lekkere eten en de warme mensen gaven me meteen al een ‘thuisgevoel’. Ik woon in een huis samen met tien andere studenten én een gepensioneerd paar die tevens onze ‘huisbazen’ zijn. Hier heerst echt een huiselijke sfeer: we hebben een mooie patio en eten geregeld gezellig samen. We zijn maar met twee Erasmussers, de rest zijn Spanjaarden. Ideaal dus om mijn Spaans te oefenen en ook wat contact te hebben met de lokale bevolking. Ik doe dingen met Erasmusvrienden, maar ook met mijn huisgenoten. Daarin heb ik dus het geluk dat ik the best of both worlds heb. De lessen hier zijn in veel kleinere groepen, met als gevolg dat aanwezigheid en participatie belangrijk zijn. De proffen en leerlingen kennen mekaar en spreken mekaar aan met de voornaam: totaal anders dan aan de KU Leuven. Ook hecht men veel belang aan permanente evaluatie, dus hebben we hier doorheen het semester wel al onze handen vol gehad. Ik kan niet meteen zeggen of het niveau hier nu hoger of lager ligt, de manier van lesgeven is gewoon anders. Gelukkig kon ik al een mondje Spaans spreken, want anders denk ik dat het hier wel bijzonder moeilijk kan zijn! De kennis van andere talen is hier immers nog steeds vrij pover. Je wordt dan wel weer meteen ondergedompeld in een Spaans taalbad. Ik kan iedereen aanraden om een Erasmusuitwisseling te doen, het verrijkt je als persoon op zoveel verschillende manieren dat het haast ondenkbaar is om geen buitenlandse ervaring gehad te hebben. Jente Van Doren
Jente
29
ERASMUS JONGEREN
Katarin Van Orshaegen op Erasmus in Zweden
I
k ben Katarin van Orshaegen, 21 jaar oud en momenteel wonende in Göteborg, Zweden. Ik heb een enorme passie voor muziek en één van mijn favoriete bezigheden is dan ook naar concerten en festivals te gaan. Daarnaast heb ik een zeer grote passie voor boeken, met Jack Kerouac als mijn favoriete schrijver. Ik lees voornamelijk in het Engels maar probeer ook meer en meer in het Zweeds te lezen. Ik ontmoet ook graag nieuwe mensen en ga graag nieuwe uitdagingen aan. Verder doe ik niets liever dan allerlei evenementen te organiseren. Gewoon thuis stilzitten is niets voor mij.
"Ik had nooit verwacht dat ik hier één van mijn allerbeste vriendinnen ooit zou ontmoeten" Ik studeer Taal- en Letterkunde, keuze Engels en Zweeds, aan de Universiteit van Gent en ben nu op Erasmus bij de Universiteit van Göteborg (GU). Daar ben ik momenteel bezig met mijn derde en laatste bachelorjaar. Studeren in het buitenland was altijd al een soort van vast gegeven voor mij. Erasmus bleek de oplossing! Ik heb zelf mijn bestemming kunnen kiezen. Via het departement Zweeds kregen we een hele lijst met mogelijke Erasmusbestemmingen in Scandinavië. Na een grondige vergelijking kwam ik uit op Göteborg als mijn favoriete bestemming, en die kreeg ik uiteindelijk ook. De UGent regelt de
eerste stappen en zorgt ervoor dat je een plaatsje krijgt op de bestemming van je keuze. De rest moet je grotendeels zelf regelen. Je nieuwe universiteit contacteert je met de deadlines voor je inschrijving en dan begint de hele bureaucratie om alles in orde te krijgen. Mijn Erasmusverblijf loopt van 24 augustus tot 15 januari, maar ik blijf hier nog tot eind januari bij vrienden. Ik had enorm veel zin om te vertrekken. In het begin heb je altijd wel een beetje schrik voor wat je te wachten staat. Duizend vragen spelen zich af in je hoofd. Uiteindelijk was het wel ongeveer wat ik ervan verwacht had, omdat ik enorm veel research had gedaan en ook op voorhand met veel voormalige Erasmussers had gepraat. Maar op een bepaalde manier is het ook totaal anders. Het schoolsysteem, bijvoorbeeld, bleek totaal verschillend dan in België, wat toch wel een serieuze aanpassing was. Maar dat is nu eenmaal wat je doet op Erasmus: je past je aan. Ergens hoopte ik natuurlijk wel om goede vrienden te maken, maar ik had nooit verwacht dat ik hier één van mijn allerbeste vriendinnen ooit zou ontmoeten. Op mijn tweede dag in Zweden leerde ik Jane, een Amerikaanse uit Californië, kennen en sinds die dag was ze niet meer weg te denken uit mijn leven. Deze buitenlandervaring heeft mij wel veranderd. Ik heb het gevoel dat ik enorm veel heb bijgeleerd en dat ik nu zelfs nog opener sta tegenover internationalisering. Het praten met mensen uit zoveel verschillende culturen maakt je eigen beeld op de wereld alleen maar breder en geeft je continu nieuwe inzichten. Ik voel me ook nog zelfstandiger dan ervoor. Want, ook al zit ik sinds het begin van mijn studies op kot in Gent, dat is toch niet het-
zelfde als alleen in Zweden wonen. Ik verblijf hier in een studentenhome, Olofshöjd, een enorm complex met zowel internationale als nationale studenten. Ik heb er mijn eigen kamer en badkamer en ik deel een keuken met drie anderen. Ik integreer me zeer gemakkelijk. Mensen spreken mij constant aan in het Zweeds en diep van binnen voel ik me zelfs al een beetje Zweedse. Het feit dat ik de taal ken, helpt mij enorm in het dagdagelijkse leven. Natuurlijk is het in het begin een beetje aanpassen en ken ik niet alle woorden, maar daarnaast spreekt bijna iedereen hier vlot Engels, dus als je hulp nodig hebt staan ze steeds direct voor je klaar. Ik wou toch ook en vooral echte Zweden leren kennen en ik ben blij om te zeggen dat dit absoluut gelukt is! Ook leerde ik, dankzij mijn aansluiting bij AIESEC Gothenburg, twee toffe Zweedse meisjes kennen. AIESEC is een internationale non-profit studentenorganisatie die ervoor zorgde dat ik met verscheidene Zweedse alsook talloze internationale studenten in contact kwam, waarvoor ik hen enorm dankbaar voor ben. Het lesniveau loopt naar mijn gevoel gelijk met Vlaanderen, al zit het algemene schoolsysteem wel volledig anders in elkaar. In Gent volg je gemiddeld vijf vakken per semester en lopen die het hele semester door. In januari leg je dan examen af van al deze vakken. In Göteborg is dat niet het geval. Hier heb je vakken die voor één, twee of soms drie maanden lopen. Elk vak is verschillend en heeft dan ook zijn eigen wekelijks lesschema. Dit heeft zijn voor- en nadelen, maar persoonlijk ervaar ik het systeem als beter dan thuis, vooral als letterenstudent. Ik volg hier enkel seminaries in een kleine groep van 15 à 20 man. Die seminaries vergen enorm veel werk van je doorheen het jaar, maar langs de andere kant is er geen echt examen op het einde van het vak. Je moet elke les voorbereiden, wat enorm veel leeswerk met zich meebrengt, en er wordt ook altijd verwacht dat je actief meedoet in de les. Ik heb hier in ieder geval het gevoel dat mijn Zweeds enorm vooruitgaat. Bij die seminaries horen ook verscheidene presentaties en papers, en voor één van mijn vakken mocht ik zelfs met een klein groepje zelf een discussie leiden. Naast de seminaries heb je natuurlijk ook vakken met hetzelfde systeem als in België en dus gewoon een groot examen op het einde, waarbij je een boek vanbuiten moet leren. Als je de mogelijkheid hebt om op Erasmus te gaan, doe het dan! Het is zo’n unieke kans om een andere cultuur en andere manier van leven te ervaren, terwijl je toch nog steeds een vangnet hebt om je bij te staan met al deze nieuwe zaken. Het helpt je met je persoonlijke ontwikkeling en geeft je een platform om connecties te leggen. En natuurlijk staat zoiets ook altijd goed op je CV. Katarin Van Orshaegen
kunstenloket
Grensoverschrijdend zakelijk advies voor Vlaamse creatieven Kunstenloket geeft informatie en advies aan individuele kunstenaars en creatieven met vragen over zakelijke en juridische aspecten van de artistieke activiteit. Op hun website vind je het antwoord op heel wat vragen over het statuut van de kunstenaar, inkomstenbelastingen, btw, auteursrecht, organisatievormen, marketing en promotie, financieel beheer, verzekeringen, internationale mobiliteit,... Vind je niet wat je zoekt, dan kan je via een telefonische afspraak vragen stellen. Indien nodig, kan je ook een persoonlijke afspraak maken met een consulent. Je hebt dan een uur de tijd voor al je vragen. Een afspraak kan zowel in Antwerpen, Brussel of Gent, als via Skype. Ze organiseren ook infosessies waar meer in detail wordt ingegaan op verschillende onderwerpen. Hier lichten we alvast een tipje van de sluier omtrent werken in het buitenland. auteur tom boyen
Werken in een EU-land Woon je in en heb je de nationaliteit van een EU-land, dan heb je geen arbeidskaart of visum nodig wanneer je in een ander land van de Europese Unie gaat werken. Heb je geen visum nodig, dan is het nog altijd aan te raden om te checken of er een registratieverplichting op je rust. Kijk daarvoor op de website van Eures bij ‘Leven & werken’. Je sociale bijdragen betaal je normaliter in het land waar je werkt, maar op dit principe bestaan twee belangrijke uitzonderingen. Word je als werknemer door je bedrijf uitgezonden om tijdelijk (minder dan 24 maanden) in een ander land binnen de EU te gaan werken (detachering) of detacheer je jezelf als zelfstandige tijdelijk (minder dan 24 maanden) naar een ander land binnen de EU, dan blijf je onderworpen aan de sociale zekerheidswetgeving van België. Dat is ook het geval wanneer je in meer dan één lidstaat
32
werkt als werknemer of zelfstandige en je een substantieel gedeelte van je werkzaamheden in België verricht. Substantieel betekent meer dan 25 % van je arbeidstijd, vergoeding of omzet. Opgelet, werk je gelijktijdig in verschillende lidstaten als werknemer en zelfstandige, dan betaal je sociale bijdragen in het land waar je werkt als werknemer. Wanneer het om een detachering gaat, zijn er andere regels van toepassing. Kijk voor je vertrek wel na welke administratieve documenten je in orde dient te brengen. Je vindt ze allemaal via de website van Kunstenloket. Om te weten welk land bevoegd is om belastingen te heffen, dien je de dubbelbelastingverdragen te checken, die ons land met alle lidstaten van de EU afsloot. Je vindt ze op de website van het Ministerie van Financiën. Als werknemer in het buitenland betaal je in principe belastingen in het werkland, tenzij je er tijdelijk (minder dan 183 dagen) werkt in opdracht van de plaatselijke werkgever van je woonland. Heb je als zelfstandige inkomsten verdiend in het buitenland, dan worden die enkel belast in het werkland als je er een kantoor, werkplaats, atelier of andere soort vaste ruimte hebt en je inkomsten hieraan gelinkt zijn. Podiumkunstenaars vallen onder een aparte regeling. Zij worden in vrijwel alle dubbelbelastingverdragen belast in het land van optreden. Soms ook op hun onkostenvergoedingen, die in principe belastingvrij zijn. Verkoop je werken (cd’s, schilderijen, …) binnen de EU, dan betaal je btw in het land waar de goederen ter beschikking van de verkrijger of de overnemer worden gesteld, al bestaan daar heel wat uitzonderingen op, waardoor je eerst moet nagaan of je niet onder het toepassingsgebied van één van de afwijkingen valt. Lever je een dienst (muziekoptredens, theatervoorstellingen, overdracht van auteursrechten, schrijven van een artikel, geven van een workshop, restaureren van kunstwerken, …) binnen de EU, dan betaal je btw in het land van de ontvanger van die dienst, als die laatste btw-plichtig is. Zo niet, dan betaal je in België btw. Maar ook hier gelden er weer heel wat afwijkingen.
Werken in een niet-EU-land Blijf je binnen de Schengenzone (EU plus IJsland, Liechtenstein, Noorwegen en Zwitserland), dan gelden dezelfde regels als in een EU-land, afgezien van btw. Ga je buiten de Schengenzone werken, dan heb je een arbeidsvergunning en –kaart nodig en meestal ook een visum. Ook moet je je soms registreren. Contacteer de ambassade of het consulaat van het land waarnaar je reist voor
meer informatie. Is er een billateraal verdrag afgesloten, dan betaal je in principe sociale bijdragen in het werkland, behalve bij detachering. Dan blijf je onderworpen aan de Belgische sociale zekerheid. De maximale detacheringsduur bedraagt in regel 12 maanden en, naargelang de inhoud van het bilateraal verdrag, eventueel te verlengen met nog eens 12 maanden en uitzonderlijk tot 5 jaar in het totaal. Bij gebrek aan een billateraal verdrag, betaal je sociale bedragen in het werkland, tenzij je voor minder dan 6 maanden (verlengbaar met nog eens 6 maanden) door je Belgische werkgever wordt uitgezonden naar het buitenland. Ga je voor onbepaalde tijd of voor meer dan 12 maanden werken in een niet-EU-land (anders dan een land binnen de Schengenzone), dan kan je eventueel deelnemen aan het stelsel van de Dienst Overzeese Sociale Zekerheid (DOSZ). Dat is een extralegale ziekte- en/of pensioenverzekering die je afsluit bij de Belgische overheid. Je moet dan elke maand zelf bijdragen betalen. Bestaat er ook een dubbelbelastingverdrag, dan gelden dezelfde principes als in een niet-EUland. Is dat niet het geval, dan zal de Belgische fiscus eenzijdig een belastingvermindering van 50 % toestaan, mits toepassing van de normale belastingvoet in het werkland, maar het inkomen heeft wel een invloed op het belastingtarief. Verkoop je, zelf of via een derde, werken buiten de EU en Monaco, dan geniet je als zelfstandige werknemers zijn immers nooit btw-plichtig - een vrijstelling van btw. Lever je een dienst buiten de EU en Monaco, dan gelden dezelfde principes als binnen de EU, met eveneens de nodige afwijkingen. info
www.kunstenloket.be/nl/advies/
werken-het-buitenland-met-buitenlandse-opdrachtgevers. Naast concrete voorbeelden en handige schema’s, vind je er ook heel wat informatie over subsidies, jobs in het buitenland, opleidingen en stages, residenties,…
COVER VERHAAL
Vlaming gidst toeristen in Bangkok Steeds meer Belgen reizen naar Thailand. De vakantieoorden aan de kust zijn daar bijzonder populair, maar ook de hoofdstad spreekt tot de verbeelding van veel Westerse toeristen. Bangkok is een wervelende mix van historische gebeurtenissen, evenementen en recente culturele veranderingen. Wie de miljoenenstad wil ontdekken, kan er nu op stap met de Vlaming Les Huysmans. De veertiger, afkomstig uit Antwerpen, richtte er Bangkok Walking Adventures op.
Stadswandelingen Bangkok is een verhaal van migranten uit buurlanden en hun cultuur, eetgewoontes en religies. Een verhaal over legendarische mythes, over de faam en rijkdom van de koningen en over de culturele tegenstellingen tussen de Siamezen en de eerste Westerlingen. De vooruitgang heeft steeds meer en meer van het culturele en historische verleden van Bangkok naar de achtergrond geduwd. Precies om al dat erfgoed (en de kennis daarover) te bewaren en te promoten, heeft Les Huysmans Bangkok Walking Advertures gesticht. Hij presenteert, met zijn team van erkende lokale gidsen, verschillende themagebonden stadswandelingen. Ze nemen kleine tot middelgrote groepjes belangstellenden mee op sleeptouw door de bruisende megametropool. De wandelingen hebben plaats van maandag tot zaterdag, telkens van 8.30 uur tot ergens rond het middaguur. Er zijn ook dagtochten naar de omliggende provincies, op aanvraag en volgens de wensen van de klant. Bezoekers kunnen ook gewoon hun interesses doormailen en dan wordt daar graag een programma rond gemaakt.
Thema's De tours die Bangkok Walking Adventures voorstelt, zijn tegelijk educatief, leuk en ongewoon. Je ontdekt onder meer de lifestyle van de diverse gemeenschappen, de doolhof van straatjes in districten (zoals Chinatown en Little India) en de verborgen architecturale pareltjes. De themawandelingen zijn: de ontwikkeling van de stad (hoe de gewoontes van het volk van Siam in de loop der eeuwen is geëvolueerd); de eerste migranten en kooplui (hoe de eerste vijf belangrijkste Chinese families de stad
hielpen bouwen en hoe Bangkok vanuit de hoofdstraat ontwikkelde tot een megalopolis). Tijdens de wandeling The Dragon's Stomach maak je kennis met de keuken en de eetgewoontes van het volk. Voor de Thai is eten tevens hét moment voor sociale contacten en plezier beleven. Tijdens deze tour ontdek je op ongewone plekken de lokale specialiteiten. Het team van Bangkok Walking Adventures leidt de toeristen rond in het Engels, en waar mogelijk in hun eigen taal, ook naar typische winkeltjes waar de eigenaars al generaties lang handel drijven op een verantwoorde, eerlijke wijze. Er is geen aankoopverplichting! Wat je tijdens alle wandeltochtjes kan vinden, zijn heel oude foto’s die we tonen op de plaats waar ze lang geleden genomen zijn, voor een before en after. Er wordt tijdens elke wandeling ook op zijn minst een typische lokale snack en drank geproefd. Tijdens de wandeltochten en tours word je nooit overstelpt met vervelende statistieken of geschiedenislessen. Wat de gidsen WEL graag met iedereen delen is hun passie voor het interessante, ongewone of soms bizarre gedeelte van de geschiedenis, of de ongelofelijke anekdotes en verhaaltjes die ergens aan vasthangen! Het belangrijkste is dat iedereen op het einde vindt dat het echt de moeite waard was. info
wWW.walkinBangkok.com
[email protected] wWW.facebook.com/ BangkokWalkingAdventures
(voor de laatste updates en nieuwe wandeltochten) https://twitter.com/WalkAdventures
33
"Ik geniet hier van mijn leven"
Savinja Notenbaert Savinja Notenbaert (41) besluit in 2010 om België achter zich te laten en samen met haar Kaapverdische vriend een nieuw leven op te bouwen in het prachtige Boa Vista, een van de 10 Kaapverdische eilanden gelegen op zo’n 500 kilometer voor de kust van Senegal. “Het klimaat is hier veel aangenamer en de witte stranden en azuurblauwe zee zijn mooi meegenomen. Met mijn werk als reisleidster is dit de ultieme combinatie om te genieten van het leven”, lacht ze. auteur Jolien Torfs
H
et was liefde op het eerste gezicht voor de Lokerse Savinja Notenbaert. Na een vakantie op Boa Vista besloot ze een jaar tijdskrediet te nemen op haar toenmalig werk bij Sentipharm in Boortmeerbeek en voor een jaar naar het eiland te verhuizen. “De tijd ging hier zo snel dat ik na dat jaar op mijn werk een aanvraag deed om mijn loopbaanonderbreking te verlengen, maar dat was enkel mogelijk indien ik eerst zes maanden terug kwam werken. Dat wilde ik niet, dus heb ik mijn ontslag gegeven.”
34
Vandaag werkt Savinja als reisleidster bij On Travel Solutions, een organisatie gespecialiseerd in reizen naar Portugal, Madeira, de Azoren en de Kaapverdische eilanden. “Ik ontvang de klanten van Thomas Cook Neckermann België”, vertelt ze. “Het toerisme stijgt hier jaarlijks en sinds vorig jaar vliegt Thomas Cook ook op Kaapverdië. Wat begonnen is met een vlucht per week vanuit België, is vandaag al geëvolueerd naar twee vluchten uit ons land, een uit Nederland en een uit Frankrijk.” In de zomervakantie zijn er geen vluchten van Thomas Cook want die worden dan allemaal ingezet naar de klassieke zonbestemmingen zoals Ibiza, Mallorca en de Canarische eilanden. En dat klinkt als muziek in de oren voor een vrouw die in België haar kroost moet missen. “Mijn kinderen zijn 16 en 19 jaar dus dat valt gelukkig goed mee. We houden contact via Skype en Facebook. Ze zijn hier al eens geweest maar het is duur om een vlucht te nemen tijdens de schoolvakanties. Ik probeer tijdens de zomervakantie wel jaarlijks naar België te gaan. Liefst ga ik in de maand juli, dan kan ik nog wat van de solden meepikken”, lacht ze.
Afrikaanse mentaliteit Shoppen is een van de bezigheden waarvoor je niet naar Kaapverdië moet komen. “Er zijn hier geen mooie kledingwinkels of gezellige boetiekjes waar je goed kan winkelen”, zegt Savinja. “Dat is iets wat hier nog zou moeten veranderen om het eiland meer toeristisch te maken. Het stadscentrum van Sal Rei
heeft nood aan leuke bars en restaurants, een boulevard, themacafés,... Ik denk dat dit met de tijd wel komt, want ze zijn nu bezig met de uitbreiding van de haven en de luchthaven. Als die werken afgerond zijn, hebben ze meer mogelijkheden om materialen te importeren.” Zo toeristisch als de Canarische eilanden zal het hier nooit worden volgens Savinja. “Ik denk niet dat de Kaapverdiërs dat kunnen klaarspelen. Het is en blijft een Afrikaans land met een Afrikaanse mentaliteit waardoor de ontwikkelingen wat trager gaan dan op de Canarische eilanden, en gelukkig maar. Voor mij mag het hier altijd het ongerepte blijven. Het toerisme is trouwens voor een groot deel in handen van het Ministerie van Toerisme die verschillende landstroken tot beschermd gebied heeft verklaard. Daar mag niet op gebouwd worden. Op plaatsen waar wel gebouwd mag worden, zijn hotels beperkt in hun hoogte: maximaal vier verdiepingen en een dakterras, om het imago van het eiland te behouden.”
“De Portugese invloed is hier nog groot. Dat zie je bijvoorbeeld aan de taal. Iedereen spreekt Creools en toch is Portugees de officiële taal.”
TOERISME
Een van de verklaringen voor de langzame ontwikkeling is de late onafhankelijk van de eilanden in 1975. “De Portugese invloed is hier nog groot. Dat zie je bijvoorbeeld aan de taal. Iedereen spreekt Creools en toch is Portugees de officiële taal. Zelf spreek ik ook Creools, maar dan op z’n Belgisch. Als ik iets niet kan vertalen, zet ik er een Engels woord tussen. Ik heb het geleerd door veel te praten en dingen op te schrijven, ondanks het een gesproken taal is in plaats van een geschreven taal. De Creoolse taal is ontstaan tijdens de tijd van de slavernij. Slaven moesten hun eigen taal creëren om zich onderling verstaanbaar te maken, zonder dat hun baas hen verstond.” Nog een pijnpunt voor de lokale bevolking is de afhankelijkheid van veel voedingsmiddelen via import. “Het voedsel in de hotels is vooral gericht op Europese toeristen en die willen wel eens iets lokaal proberen, maar hebben vooral nood aan hun eigen eten. Salades, kip, vlees, vis, … quasi alles komt diepgevroren binnen van de Canarische eilanden en Portugal. Sommige vissen zoals tong en zalm kan je hier gewoon niet vangen. Voedingsmiddelen zoals bonen, maïs, aardappelen, tomaten en courgetten, die wel ruimschoots aanwezig zijn, kunnen veel voordeliger aangekocht worden bij Chinese winkels omdat zij goedkoop kunnen importeren. Chinezen zijn ook veel ondernemender dan Afrikanen waardoor hun prijs een heel pak lager ligt dan die van de plaatselijke bevolking.”
Morabeza Toch lijkt daar geen Afrikaan van wakker te liggen. “Het eiland is zo gastvrij, mensen zijn goed gezind en vriendelijk. Er wordt al eens gezegd dat het soms gevaarlijk is om buiten te komen, maar ik geef mijn klanten altijd de raad om dezelfde voorzorgsmaatregelen te nemen tegen criminele feiten, dan dat je thuis doet. Met een beetje gezond verstand kan je
"Met de toeristen op excursie gaan, is voor mij puur genieten."
hier een schitterend verblijf hebben. Je hebt geen inentingen nodig, er zijn geen gevaarlijke dieren en er is een stabiel klimaat. Als je ’s morgens donkere wolken ziet, is de kans miniem dat het regent omdat de wind vaak niet goed zit. Moest het toch beginnen regenen, dan is de druppel vaak al verdampt voor hij op de grond valt. Kaapverdanen hebben een speciale benaming voor hun levenswijze: Morabeza. Dat betekent het rustige, geen stress en alles kalm aan. Dat is wat mij hier zo gelukkig maakt. Het kan altijd veranderen natuurlijk. Tot nu toe doe ik mijn werk graag en deel een appartement met mijn Kaapverdische vriend. Intussen ken ik hier bijna iedereen. Dat is voor een stuk te danken aan mijn werk hier. Ik kom met de toeristen vaak op dezelfde plaatsen en dan leer je mensen kennen. Mijn favoriete plek is de Esplanada, een punt in het centrum van Sal Rei waar iedereen samenkomt. Ik zit daar nooit lang alleen. Nog een leuke plek op het eiland is Elcibar, een bar die uitgebaat wordt door Belgen. Veel Vlamingen zijn hier niet en het
moet lukken om samen al eens vrij te hebben, dus meestal ontmoeten we elkaar daar op zondag als Esplanada gesloten is.” Over haar toekomst is Savinja heel duidelijk. “Zolang ik een job heb, maakt niet uit wat, blijf ik op Boa Vista. Als ik geen werk heb, kan ik hier niets blijven doen want een werkloosheidsuitkering bestaat hier niet en na twee maanden op het strand, heb ik het wel gezien denk ik. Wat natuurlijk niet wegneemt dat het 18 kilometer lange strand van Santa Monica prachtig is. Als ik niet meer kan werken, kom ik waarschijnlijk terug naar België. Ik heb nog de Belgische nationaliteit en heb onlangs een aanvraag ingediend om de Kaapverdische nationaliteit te bekomen. Normaal gezien moet je daarvoor vijf jaar op het eiland wonen, maar ik heb het kunnen klaarspelen dat ze mijn aanvraag na drie jaar al in beraad hebben genomen.” (lacht) This production has been made possible by the journalistic training programme Beyond Your World.
Hotel Royal Decameron
35
NMBS Europe, uw internationale treintickets en nog veel meer …
Amsterdam De leukste CITYTRIPS
vanaf 1u48
Londen
Keulen
in 2u
vanaf 1u47
Rijsel
Brussel
vanaf 32 min.
Frankfurt vanaf 2u59
Luxemburg vanaf 2u51
Parijs in 1u22
CULTUUR voor iedereen De mooiste VAKANTIES
Info en reservering: www.nmbs-europe.com Mobiele applicatie m.nmbs-europe.com
Tickets voor uw treinreizen in Europa en de wereld Thalys, Eurostar, ICE, TGV en andere internationale treinen Boek ook uw hotel, uw vervoer ter plaatse en allerlei toeristische attracties op www.nmbs-europe.com
Contact Center NMBS Europe* > 070 79 79 79 (€ 0,30/min)
NMBS stations met internationaal aanbod* Door NMBS Europe erkende reisagentschappen * Bij aankoop via deze verkooppunten worden dossierkosten aangerekend
36
ARTIEST
Stoomboot in Spanje Stoomboot is het muzikale project van Niels Boutsen, een eenentwintigjarige jongeman die liedjes zingt in het Nederlands over wat hem allemaal bezighoudt. Begin november zat Stoomboot een week lang aan de Spaanse oostkust, waar hij intieme akoestische optredens gaf voor de uitgeweken Vlamingen daar. Hieronder vertelt hij over zijn ervaringen. auteur Niels BoutSen
veel nadenk over meisjes en muzen, en dus moest ik haar achterna. Anders zou het in mijn hoofd blijven spoken.” “Toen kwam ik in een vlaag van opportunisme op het idee om mijn amoureuze queeste te combineren met een akoestische minitournee. Via VIW kwam ik in contact met de vertegenwoordigers aan de Spaanse oostkust. Ik trok mijn stoute schoenen aan, vertelde mijn verhaal, en vroeg of ik bij hen over de vloer mocht komen om hen te entertainen met mijn liedjes. Barcelona reageerde als eerste en bood me de Bar Belchica aan. Ik boekte mijn vlucht, omdat ik het een verschrikkelijk leuk idee vond om Nederlandstalige muziek te gaan spelen in een Belgische bar in een land waar normaliter niemand me begrijpt. Dat ik Stoomboot heet en dat ik naar Spanje trok, maakte het geheel alleen maar geestiger.” “Alles begon op de viering van de jongste Vlaamse Feestdag in Sint-Katelijne-Waver. Die viering is zowat de enige garantie tot spelen die Nederlandstalige muzikanten tegenwoordig hebben. Net voor ik op moest, kwam Walter Thiebaut aan het woord, erevoorzitter van Vlamingen in de Wereld. Wat hij vertelde over de expats, deed me denken: 'Dat wil ik ook!'. Ik wilde mijn liedjes niet alleen zingen in Vlaanderen en Nederland. Ik wilde (en wil nog steeds) de wereld zien, en de speech van Walter deed me geloven dat ik muziek maken en reizen kon combineren.” “De aanleiding van mijn reis naar Spanje was het vertrek van een vriendin naar Granada. Ze ging er voor zes maanden op Erasmus, en het stond vast dat ik haar zou missen. Ze was dan ook net iets meer dan een vriendin, meer een vleesgeworden muze die in mijn hoofd verbleef telkens ik liedjes schreef. Ik beloofde mezelf dat ik haar zou vertellen wat ik voelde, voor ze vertrok. U moet weten dat ik een angsthaas ben, en dat ik na haar afscheidsfeest in Leuven (natuurlijk) nog steeds niets gezegd had. Het toeval wil dat ik nogal
“Aanvankelijk leek het erop dat ik enkel in Barcelona zou spelen, maar dan ging de bal aan het rollen. Ik werd uitgenodigd door de vertegenwoordigers van Valencia en Alicante. Zo zou ik de tweede november in Barcelona spelen, de derde in Valencia en de vierde in Altea. Dat alles dicht opeen zat, maakte het des te interessanter. Ik liep een halve dag rond in de stad, speelde 's avonds een intiem optreden voor iedereen die het horen wou, en sliep bij mijn gastgezin. Tussenin zat ik op de bus naar het landschap te kijken. Het was de ideale mix tussen samen en alleen zijn, tussen reizen en spelen, tussen denken en doen.” “In Barcelona was er een man of vijftien die begreep wat ik zei. Daarnaast waren er Spanjaarden, Ieren en Amerikanen, en tot mijn grote verbazing bleven die zitten. Na het optreden kwam één van de Ieren zelfs zeggen dat ze het fantastisch vonden. Zelfs al verstond ze niets, het gevoel zat goed, zei ze. Toen ik dat hoorde was ik zo blij als een kind. 's Anderdaags stond ik in Valencia. Het oorspronkelijke plan was om wat liedjes voor de Vlamingen te spelen in het park. Uiteindelijk
belandde ik in een leuke taverne waar een kleine tien man opdaagde. Ook hier weer: mensen die er niets van begrepen bleven staan, en luisterden. Het geestige van Valencia was dat er in het publiek twee mensen zaten die me ooit op Nekkanacht zagen optreden. Toen in Antwerpen voor 13.000 man, in Valencia niet eens voor 13: interessant. Toch was het net zoals in Barcelona erg intens en intiem. De dag nadien reisde ik door naar Altea, een pittoresk dorpje dicht bij Alicante. Omwille van de nabijheid van Benidorm, waren er wat meer Nederlandstaligen. Het optreden ging door in de kantoren van een Vlaming, wiens werkplek uitkijkt op zee. Vijf meter verder dan de stoep, en je stond met je voeten in de Middellandse zee. Heerlijk. Tijdens het optreden bleef de deur openstaan waardoor mijn liedjes voortdurend in duet gingen met de klutsende golven. Dat droeg bij tot een heel speciale sfeer. De 25 man die kwamen opdagen, zagen dat het goed was.” “'s Anderdaags ging ik nog even op bezoek in Alicante. Mijn koffer en gitaar vonden even onderdak in het consulaat, en ik ging uitblazen op het strand. Drie optredens, drie dagen, zes uur op de bus, en allemaal akoestisch. Dat voel je wel. Ik was moe, maar toch geweldig uitgelaten. Ik had echt het gevoel dat mijn muziekjes de dagen voordien in de hoofden van de mensen waren gekropen. En dat is natuurlijk waar het allemaal om draait. Ik ging mijn spullen oppikken op het consulaat en speelde nog een miniset voor de consul. Wel vreemd, op een Belgisch consulaat belanden, zonder dat je geweldig in de problemen zit. Met mijn koffer in mijn linkerhand en mijn gitaar op mijn rug, stapte ik op de bus naar Granada. Tijd voor wat vakantie. Hoe het daar afliep? Dat is een verhaal voor wanneer ik in jullie huiskamer mijn zever kom verkopen.” “Met dank aan Inge van VIW, Myriam en Michel uit Barcelona, Kristien en Juan uit Valencia, en Dieter en Peter uit Alicante.”
37
Handelsmissie het vak in de praktijk Professionalisme in de praktijk, op het veld, in het buitenland. Dat is wat het vak Handelsmissie aan de VUB betracht. In woorden en daden. Zo vertrekken jaarlijks een twintigtal jongeren effectief naar het buitenland. Een team bestaande uit een groep zeer gemotiveerde studenten Handelsingenieur, onder academische begeleiding van Michaël Dooms, professor Management en Strategie aan de Solvay Business School van de VUB, die zelf als student aan een handelsmissie deelnam. Hij begeleidt ze sinds het academiejaar 2006-2007. auteur Koen Van der Schaeghe
D
e onmiddellijke aanleiding voor dit gesprek, zijn de meest recente cijfers van Buitenlandse Zaken, waaruit blijkt dat in tien jaar tijd het aantal Belgen dat in het buitenland woont, met ruim een kwart is gestegen, van 295.229 tot 381.452. De toename is vooral te danken aan een verdere mondialisering van onze economie. De meeste Belgen emigreren nog steeds naar onze buurlanden. Maar ook verdere bestemmingen zoals de Verenigde Staten, Canada, Australië, China en de Verenigde Arabische Emiraten trekken almaar meer landgenoten aan. Michaël Dooms: “Wie bij een multinational carrière wil maken, beschikt tegenwoordig best over een cv waaruit blijkt dat men ervaring opdeed in een ‘vreemde’ omgeving. Het verhoogt de kans op aanwerving en promotie. Maar ook wie zelf een bedrijf opstart, profiteert van kennis en opleiding buiten onze landsgrenzen.” Een keuzevak met een extra Michaël Dooms deelt geen boekenwijsheid, maar vertelt vanuit alumni-ervaringen. Hij spreekt in
38
het algemeen, maar zeker over de studenten van zijn vakgroep. Sowieso zijn gediplomeerden Handelsingenieur zowel door de bedrijfswereld als door internationale instellingen sterk gegeerd. Met een dergelijke polyvalente opleiding kan je haast overal terecht. Je vindt ze terug in sectoren zoals banken en verzekeringen, chemie en farmaceutica, consulting, audit en reclame en dat vooral in operationele en strategische functies. Dit zowel nationaal als internationaal. Het is een grondige opleiding waarbij theorie en praktijk hand in hand gaan. Met als summum, voor elkeen met internationale ambitie, de mogelijkheid om aan de jaarlijkse buitenlandse handelsmissie deel te nemen. En dat geeft hen beslist een bredere kijk.” “Voor studenten die het keuzevak Buitenlandse handelsmissie kiezen, is de missie een uitgelezen kans om op korte tijd heel wat praktijkervaring in het buitenland op te doen, die ook door toekomstige werkgevers als erg waardevol wordt beschouwd. Dat verklaart meteen waarom de studenten geëngageerd zijn voor het maandenlange
Vrouwen met ambitie
voorbereidende werk. Ze moeten zelf voldoende Belgische (of Europese) bedrijven warm maken voor de missie. Dat lukt omdat de bedrijven er zelf ook baat bij hebben: in plaats van een duurbetaalde consultant op pad te sturen, kost deze missie hen slechts een deel van de prijs van de vliegreis en de verblijfskosten van ‘hun’ student. Een mooie besparing. Groeiend is het aantal exportmanagers dat zelf aanwezig is tijdens de missies. Een evolutie die ik aanmoedig, omdat het de effectiviteit en resultaten van de missie ten goede komt.”
“De geplaveide wegen worden vermeden” Emerging economies De eerste missie vond plaats in 1991 en duurde een week. Jaar na jaar evolueerde ze van een institutionele - naar een praktijkmissie. De duur nam toe tot de huidige drie weken. Waar het misschien ooit als een veredeld zakelijk toerisme te omschrijven was, met bestemmingen als Australië, Canada, de Emiraten,… gaan we terug naar de basis. De eerste missie die ik leidde, bracht ons naar India. Landen die volgden, waren Brazilië, China, Vietnam, Indonesië, Turkije en Colombia in 2013. Nu staat dus Kenia op het programma. De geplaveide wegen worden vermeden. De studenten worden uitgedaagd om te
JONG MAAR NIET HONKVAST
reflecteren. We gaan naar een emerging economy, naar een land met grondige cultuur- en infrastructuurverschillen, taalbarrière,… Waar de context en de omstandigheden zeer verschillend zijn van de Belgische. De studenten ervaren aan den lijve hoe het is om zaken te doen in een totaal andere omgeving, met amper ijkpunten.” “Een goede voorbereiding leidt tot een geslaagde missie. Zo wordt de opdracht met een maximum aan professionalisme en bekwaamheid volbracht. Bovendien werken wij samen met onder meer Flanders Investment & Trade (FIT), de diplomatieke posten en het Agentschap voor Buitenlandse Handel om professioneel advies te verkrijgen en de nodige contacten te leggen. Na het analyseren van meerdere groeilanden wordt, in samenspraak met FIT, jaarlijks een bestemming gekozen. We proberen zoveel mogelijk bedrijven te bereiken. Niet zo gemakkelijk, zeker niet op de minder voor de hand liggende markten. De meerwaarde voor de bedrijven is dat deze young professionals aan het eind van hun vijfjarige opleiding staan te springen om hun opgebouwde economische -, technologische - en talenkennis aan te wenden.” Kenia in 2014 In 2014 staat Kenia op het programma. De studenten zullen er met de voeten in de praktijk staan, op zichzelf aangewezen zijn. “Voor sommigen is Afrika the lost continent, anderen spreken eerder over the last continent, om economisch te groeien. Ik was recent deelnemer aan een succesvolle missie van FIT naar Kenia. Het is een land met opportuniteiten. Afrika is meer dan Zuid-Afrika en ook binnen Kenia werden de platgetreden paden omzeild. Het land kent een bijzondere economische dynamiek. Dat belooft voor onze missie. Na aankomst op de locatie starten we met een kick-off-event. Een netwerkgebeuren bijgewoond door de Belgische en lokale zakenwereld. ’s Anderendaags wordt effectief gestart met de missie waarbij de studenten een verscheidenheid aan opdrachten uitvoeren voor Belgische ondernemingen met het oog op het versterken van hun lokale business. Het ondernemen wordt in de praktijk gebracht.” “Een twintigtal studenten gaan de uitdaging aan. Zeggen dat het voor iedereen is weggelegd, klopt niet. Je moet ervoor werken, ondernemersgericht zijn. Maar voor velen is het een eerste stap naar een verdere loopbaan in het buitenland. Na afloop evalueer je niet alleen het project, maar ook jezelf als persoon, jouw mindset. Men wordt er een ander mens van. Op de term wereldburgerschap heb ik het in deze context minder begrepen. Het is één land dat men beter kennen zal. Ik ben in China, Vietnam, India,… geweest. Al die landen zijn fundamenteel verschillend.
Dé Aziatische cultuur bestaat niet, net zoals dé Europese cultuur ook niet bestaat. Het is ook niet omdat je als bedrijf succesvol een product op de Japanse markt kan plaatsen, dat dit je copy-pastegewijs ook in China zal lukken. Relaties ontwikkelen en zakendoen, verschilt van land tot land.”
“Afrika is niet de lost maar the last continent” Anders naar het buitenland Wat professor Dooms doet, is meer dan het optekenen van een goedkope tendensschets. “Vele jonge professionals zoeken het na hun opleiding effectief in het buitenland. Via LinkedIn kan ik hun traject volgen. Dit programma zet de internationale ambities van de studenten natuurlijk wind in de zeilen. Jongeren beseffen dat een internationale loopbaan reeds aan de universiteit start. Buitenlandse ervaring is haast een conditio sine qua non. En eens ze de smaak te pakken hebben, zijn ze moeilijk te stuiten. Je voelt het bij steeds meer jonge mensen… ofwel blijven ze hangen in het land in kwestie, ofwel is het toch het begin van een internationale loopbaan. Het is een microbe, een virus. De belangstelling is te danken aan een verdere economische mondialisering. Ik heb vele vrienden in het buitenland. En ja, ook bij mij kriebelt het soms. Maar voorlopig houd ik het bij het proeven tijdens professionele reizen.” Het idee van het traditionele expatriëren krijgt wel barsten omdat er ook lokaal steeds meer bekwame managers te vinden zijn. Steeds vaker
worden expats na een tijd voor de keuze gesteld: blijven aan lokale voorwaarden of terugkeren? Sommigen gaan in op het eerste. Zonder expatstatuut, maar men woont er wel. Waarom? Omdat ze leven in het deel van de wereld waar de actie plaatsvindt. Misschien in een andere context of met een eigen zaak die ze uit de grond stampen. Je ziet het ook steeds vaker in België, waar Amerikaanse expats voor diezelfde keuze worden gesteld. Deels is het ook genoegen nemen met minder: een ander levenspad, met andere behoeften. Het financiële speelt geen onbelangrijke rol in een expatriatie. Maar ook in die landen evolueren managementlonen naar een bepaald niveau. Als je lokaal een bepaald salaris kan verdienen, dan wordt de afweging gemakkelijker gemaakt. info
WWW.vub.ac.be/ES
Deelnemers aan de missie naar Colombia met als tweede van links Prof. Michaël Dooms en in het midden Belgisch ambassadeur Sadi Paul Brancar
Colombia 2013. VIW-vertegenwoordiger Filip Otten (links) in het gezelschap van enkele studenten
Prof. Michaël Dooms
Deelnemers aan de handelsmissie, met centraal Prof. Michaël Dooms
39
Lieven De Rycke 37 jaar Gehuwd met Tania De Rycke (35 jaar) Vader van Noa (3 jaar) en Mea (11 maanden) Zelfstandig ondernemer In Rovaniemi sinds 2006, in Finland sinds 2003
Gesp t
Waarom Rovaniemi: Een jobaanbieding bracht me in 2003 naar het Finse Kuusamo, voor mij een ideale combinatie tussen natuur en stad. Ik organiseerde er buitensportincentives voor Belgische en Franse bedrijven: met husky’s en sneeuwscooters rijden in de winter en raften en de natuur beleven in de zomer. Die functie oefende ik nog een tijdlang uit in het grotere en kansrijkere Rovaniemi, alvorens de hotelsector in te rollen en ondernemer te worden in verschillende sectoren. Favoriete plekken: Gelegen op de samenvloeiing van twee mooie en grote rivieren, is Rovaniemi een waar paradijs voor waterliefhebbers als mezelf. Ook erg leuk is de Ounasvaara heuvel, op wandelafstand van het centrum, met zijn ski- en langlaufoord en groot sportcentrum. Zo’n 30 kilometer verderop ligt het Vaatunki natuurpark. Met zijn wandelpaden over stroomversnellingen, houten bruggen en dito wandelplanken over moerassen, kan je er heerlijk wandelen en tevens dieren spotten in het wild. Diverse vogelsoorten, elanden, rendieren (al behoren die in principe wel toe aan een rendierenherder), veelvraten,... En, als je bereid bent om een nacht in een dugout te zitten, zelfs beren. Al moet je voor dat laatste wel naar het hogere Noorden gaan. Vrije tijd: Vooral sporten. Mountainbike, wildwaterkajak, trail running (hardlopen op natuurpaden in het bos) en wielrennen op Fins eliteniveau. Favoriete restaurant: Om de echte Lapse keuken te proeven, moet je naar restaurant Nili gaan. Wil je ook internationale accenten, dan is restaurant Monte Rosa de place-to-be. Lust je graag een cocktail met
een kleine snack erbij, dan vind je die in het trendy en sfeervolle Cafe & Bar 21. Favoriete gerecht: Een combinatie van rendiervlees, op twee verschillende manieren bereid. Je proeft echt wel dat die dieren hier nog in het wild rondlopen en zo’n 300 verschillende plantensoorten eten. Favoriete evenement: Het één week durende zomerse folklorefestival Jutajaiset, met zowel nationale als internationale volksdansgroepen. Fier als ze zijn op hun land en regio, dansen en zingen de Finnen, ook de jongeren, met volle borst mee. En, wonende op de poolcirkel, natuurlijk ook het Kerstfeest. Niet het kleine broertje van Sinterklaas, maar hét familiefeest bij uitstek. De Kerstman komt overal rond, met of zonder rendieren, de sauna wordt overdag verwarmd en traditionele gerechten worden bereid. Er wordt hier ook veel langer naar Kerstmis toegeleefd. Ruim een maand op voorhand wordt het Kerstseizoen, in aanwezigheid van heel veel gezinnen, officieel geopend, zijn er al volop Kerstpersoneelfeestjes aan de gang en zet iedereen de kerstverlichting al op. Toch wel sfeervol in die donkere dagen. Favoriet museum: Arktikum. Je leert er alles over de opwarming van de aarde, waarover momenteel een tentoonstelling loopt, maar ook over de geschiedenis en architecturale heropbouw van Rovaniemi na de verwoesting en afbranding tijdens WO II. De stempel van Aalto, één van Finlands meest bekende architecten, is daarbij nadrukkelijk aanwezig. De bibliotheek, het theater, het gemeentehuis,… heeft hij herontworpen, maar ook het stratenplan, van bovenaf gezien in
de vorm van een rendierhoofd. Zo is de atletiekpiste het oog en vormen de zijwijken het gewei. Ook erg mooi is het volledig gerenoveerde Korundi, waar het kamerorkest van Rovaniemi repeteert en optreedt, met ook nog een modern kunstmuseum erin. Gezinsvriendelijk: De zorg en infrastructuur voor senioren is indrukwekkend. Mijn vierenzeventigjarige ouders, die s ’zomers en s’ winters regelmatig langskomen, staan er nog steeds versteld van. Zo ook van de uitstekende (sociale) opvang voor kinderen. Bovendien vind je op elke straathoek wel een speelplein, overigens bij wet reglementeerd. Zo is er eentje op 15, 60 en 400 meter van mijn oprit. En, dankzij de talrijke aangeduide en verlichte paden, kan je hier volledig veilig met het gezin gaan wandelen in het bos, dat nooit veraf is. Hier ga je immers niet naar het bos, maar zit je altijd in het bos. Mobiliteit: De auto, weliswaar met spijkerbanden. De wegen zijn ’s winters goed geruimd. De sneeuwscooter wordt hier ook gebruikt, maar ik heb de mijne verkocht. Tips voor de toerist: Ga in de winter naar buiten en, vooral, kijk naar boven. Anders mis je nog de schitterende zonsondergangen of weerspiegelingen van het zon- en maanlicht op de sneeuw. Nog puur licht trouwens, dankzij de weinige bebouwing en straatverlichting. En dan heb ik het nog niet over het wonderlijke noorderlicht, al wekelijks te zien vanaf augustus. Het komt in cycli van 11 jaar, maar de vooruitzichten voor dit jaar en de komende jaren zijn alvast veelbelovend! Tom Boyen
OFFICIËLE VERTEGENWOORDIGERS VLAMINGEN IN DE WERELD ALGERIJE ALGIERS STROOBANDT RONNY
HONGARIJE BOEDAPEST NORRE PHILIPPE
SPANJE ALICANTE/ALTHEA RYCKAERT DIETER
ARGENTINIE BUENOS AIRES REMAUT REINhilde
IERLAND DUBLIN VANHOUCKE JACQUES
CATALONIE / BARCELONA WOUTERS MYRIAM
AUSTRALIE ADELAIDE DE COCK (DECO) RUDI en RASPOET INEZ
IJSLAND KOPAVOGUR VAN DE PUTTE - KJARTAN KOEN
MADRID DAUWE MIEKE MALAGA / marbella SIREJACOB YVES
PERTH VAN DER EECKEN TINEKE
INDIA BANGALORE VERFAILLIE ELS
VICTORIA DEMUYNCK NANCY
CHENNAI BAEYENS GUY
VALENCIA LESAGE KRISTIEN
BRAZILIE SAO PAULO PUYNEERS PETER
MUMBAI REYNAERS ELS
SURINAME PARAMARIBO HELDERWEIRT TOM
RIO DE JANEIRO DE GRAUWE LOT CANADA ONTARIO/PICKERING ELSIER BRUNO
INDONESIE BALI KERREMANS RUDY JAKARTA WOUTERS PAUL
TENERIFE VERHOEST ROGER
TANZANIA Zanzibar VERSCHELDEN LUC THAILAND BANGKOK BULL EDDY
NEW BRUNSWICK BODART FANNY
ITALIE BOLOGNA SALSI SONIA
QUEBEC FOCQUET MIREILLE
MILAAN VERSTREKEN MARLEENTJE
CHILI SANTIAGO MAGNUS ANNEMIE
JAPAN OSAKA CATRYSSE BERNARD
VERENIGDE ARABISCHE EMIRATEN DUBAI VAN DURME THIERRY
COLOMBIA BOGOTA OTTEN FILIP
KENIA NAIROBI GEETS PETER
VIETNAM HANOI LAUKENS PHILIPPE
COSTA RICA LIBERIA MATTON MAUREEN
LUXEMBURG Steinsel De Corte Fred
VSA ARIZONA / PHOENIX WYNANT AL
DEMOCRATISCHE REPUBLIEK CONGO KINSHASA BOYEN KRIS
MALAWI ZOMBA HENDRICKX MIEKE
CALIFORNIA, MONTEREY FIERS VERA
LUBUMBASHI CRAENEN KATHELYNE
MALEISIË KUALA LUMPUR VAN LEUVEN SOFIE
denemarken horsholm SWERTS SOPHIE
MAROKKO CASABLANCA VERBRUGGEN ERIC
DOMINIKAANSE REPUBLIEK LA ROMANA DEMYTTENAERE INGE
NIEUW ZEELAND AUCKLAND DE BELDER MINE
DUITSLAND MUNCHEN, BEIEREN DE JONGHE ANNE-MARIE
CHRISTCHURCH ROTTIERS PATRICK
ECUADOR QUITO DE VUYST PIET EGYPTE CAiRO VERKINDEREN PETER
NOORWEGEN KOLSAS VAN LAENEN FILIP PANAMA CHIRIQUI BOGAERT BERTRAND
FILIPPIJNEN MANILA GEERTS PETER
PARAGUAY CAPITAN MIRANDA – ITAPUA GODEFROID CONNY
FINLAND HELSINKI RAEYMAEKERS SVEN
POLEN WARSCHAU VAN HOOL ANNICK
FRANKRIJK PARIJS GOEZU ANDRE
PORTUGAL LISSABON EVENEPOEL KATRIEN
NORD-PAS DE CALAIS VAN DIEST SASKIA
QATAR DOHA DE BRUYCKER ILSE
ILE DE FRANCE BORIAU FREDERIK GAMBIA BAKAU GOOSSENS BART GROOT-BRITTANNIË LONDEN VERMYLEN DAVID
ROEMENIË BOEKAREST VANGANSBEKE LUK BOEKAREST PLOVIE PASCAL Servië Belgrado Delva Gilberte
TUNESIE TUNIS DE JONGHE SOLANGE
COLORADO / GOLDEN KENNEDY VERA FLORIDA / APOLLO BEACH BINARD JOSEPH GEORGIA / ATLANTA CLOET MIEKE ILLINOIS / CHICAGO RYCKBOSCH BART OREGON / PORTLAND VERMEULEN STEFAAN MASSACHUSETTS / BOSTON CORNELISSEN PATRICK NEVADA / LAS VEGAS VANDEKERCKHOVE FRANK NEW YORK / NEW YORK HIGHAM – BOUTEN KAAT PENNSYLVANIA / PHILADELPHIA MERTENS DAISY WASHINGTON DC QUINTYN MARC WISCONSIN / BRUSSELS BINARD JOSEPH ZUID-AFRIKA KAAPSTAD GOOS DANIEL ZWEDEN BOLLNAS VAN LOUWE LUC STOCKHOLM VANHOVE TINY ZWITSERLAND GENEVE DE CEUSTER BERT ZURICH ADRIAANSEN INSUN
colofon VLAMINGEN IN DE WERELD is het driemaandelijks tijdschrift van de gelijknamige Stichting van Openbaar Nut, de enige belangenvereniging voor Vlamingen die in het buitenland (willen) wonen, leven, werken. Nummer 84 winter 2013 CORRESPONDENTIEADRES & RECLAMEREGIE Vlamingen in de Wereld, Zenith-gebouw Koning Albert II laan 37, 1030 Brussel Tel.: +32 (0)2/201 73 84
[email protected], www.viw.be ABONNEMENTEN 50 euro, dit is het forfait om gebruik te maken van de VIW-dienstverlening. Een lidmaatschap op het tijdschrift zit hier inbegrepen, alsook de toegang tot de ledenpagina's van de website en de diverse voordelen die VIW haar leden biedt. KBC: 411-5037171-60 Swiftcode (BIC): KREDBEBB IBAN: BE 73 411503717160 Met als mededeling ‘Ledenpakket VIW’ Betalen via creditkaart kan uiteraard ook. Raadpleeg hiervoor www.viw.be/nl/lidworden REALISATIE Drukkerij Geers Offset nv NA ELKE VERZENDING krijgen wij steevast een aantal exemplaren retour wegens foutief adres. Gelieve het secretariaat van uw gewijzigde adres op de hoogte te brengen a.u.b. VIW RESPECTEERT DE WET op de privacy. VIW is lid van de Unie van de Periodieke Pers. RAAD VAN BESTUUR VLAMINGEN IN DE WERELD Bernadette ALLAERT, Kathleen BERTIER, Eddy BONNE, Jan BUYSSE, Julius CANDRIES, Annik CRYNEN, Hans DE BELDER, Jules DE BRUYNE, Rik DECAN, Leo DELCROIX, Marie-Jeanne DE MOORTEL, Maria DIERICK, Joost DUFLOU, Guido DUTRY, Guido GYSEMANS, Erik JONNAERT, Guido JOURET, Sylvain F. KEMPENEERS, Nina MEES, Ine MORTELMANS, Erik PORTUGAELS, Annick SCHRAMME, Karl STEPPE, Walter M. THIEBAUT, Claire TILLEKAERTS, Evrard VAN DER PERRE, Els VAN DE SIJPE, Jan VAN DOREN, Ria VAN ELSLANDE, Piet VAN WAEYENBERGE, Diane VERSTRAETEN, Roland WAEYAERT Structurele sponsors DEME, DOSZ, Cigma, Gosselin Group, Ondernemingen Jan De Nul nv, Vlaamse Overheid
verreweg het beste onderwijs!
• Ond er in he wijs voor V t buit enlan laamse k inder d. • Het en bijho uden van d • Adv e Vla ies b amse ij vert taal. rek e • Afs n terug tands keer. onde secun dair o rwijs: pe Overa u n l ter w derwijs e ter, basis n e ereld te vo IB Mother n lgen. Tong ue.
Wereldschool Pascallaan 71 8218 NJ Lelystad Nederland
Tel: 0031 (0)320 229927 Fax: 0031 (0)320 229991 www.wereldschool.nl
[email protected]