Vlaamse. Profielschets. Vlaamse profielschets. juni jaargang 18 nr maart 2013 VLAAMSE GEMEENTEN IN KAART GEBRACHT

Vlaamse

Profielschets Vlaamse profielschets

juni 2014

Pof i e l sch et s - juni

2014

jaargang 18 nr. 79 - maart 2013 VLAAMSE GEMEENTEN IN KAART GEBRACHT

1

Raadpleeg ook de gemeentelijke profielschetsen Naast de Vlaamse profielschets bestaat er voor elke individuele Vlaamse gemeente en haar OCMW een gemeentelijke profielschets (GPS+). In tegenstelling tot de Vlaamse profielschets die een zicht geeft op de lokale en provinciale besturen in Vlaanderen in hun totaliteit, biedt de GPS+ individuele cijfergegevens voor elke gemeente en haar OCMW. Deze gegevens worden afgezet colofon

Vlaamse profielschets is een uitgave van het

Agentschap voor Binnenlands Bestuur

gemiddelde van de Belfiuscluster waartoe de betrokken gemeente behoort. Naast bestuurs

Vlaamse overheid

kundige gegevens vindt u er ook gegevens over

bestemd voor o.m. de gemeentebesturen, de intergemeentelijke verenigingen, de gemeentebedrijven, de provinciebesturen en de OCMW’s

de verschillende beleidsdomeinen waarmee een

verantwoordelijke uitgever Guido Decoster, administrateur-generaal Boudewijnlaan 30 bus 70, 1000 Brussel eindredactie Katie Heyse - 02 553 39 90 lay-out Sylvie Van de Waeter coördinatie en eindredactie staf beleid

tegen het Vlaamse gemiddelde en tegen het

druk Mechelse Drukkerijen, Mechelen

gemeente in aanraking komt.

De GPS+ is een realisatie van het samenwerkingsverband lokale statistieken, waar de Studiedienst van de Vlaamse Regering, het Agentschap voor Binnenlands Bestuur en nog andere partners deel van uitmaken.

www.lokalestatistieken.be bij de rubriek projecten

Afgiftekantoor Mechelen X

Vlaamse profielschets

Voorwoord Voor u ligt de profielschets 2013 van het Agentschap voor Binnenlands Bestuur. Deze publicatie biedt een selectie van kengetallen inzake het binnenlands bestuur, de steden en de inburgering in Vlaanderen. Aan de hand van een beperkt aantal indicatoren krijgt u een zicht op de werking van de gemeente-, OCMW- en provinciebesturen in Vlaanderen. Hoe ziet de financiële situatie van die besturen eruit? Hoeveel personeelsleden kunnen de besturen inzetten om de dienstverlening aan de bevolking te verzekeren? Met welke omgevingsfactoren moeten ze rekening houden? In een apart deel komen het inburgerings- en integratiebeleid aan bod. Vanaf het boekjaar 2014 werken de lokale besturen (gemeenten, OCMW’s, provincies, autonome gemeentebedrijven en provinciebedrijven en publiekrechtelijke OCMW-verenigingen, die geen ziekenhuis zijn) met de beleids- en beheerscyclus (BBC). BBC is het nieuwe systeem van plannen (budgetteren), registreren (boekhouden), evalueren en rapporteren (jaar rekening) dat de besturen moeten gebruiken. De juridische basis ligt in de organieke regelgeving van de lokale en provinciale besturen (gemeentedecreet, provinciedecreet en OCMW-decreet) en in het besluit van de Vlaamse Regering van 25 juni 2010. De lokale en provinciale besturen moeten al hun beleidsrapporten (jaarrekeningen, budgetten en meerjarenplannen) voortaan ook op digitale wijze bezorgen aan het Agentschap voor Binnenlands Bestuur. Dat maakt het voor de eerste keer mogelijk om in deze profielschets niet alleen financiële cijfers te verstrekken voor het verleden maar ook een blik te werpen op de verwachte financiële toestand van de besturen, op basis van een analyse van de digitaal ingestuurde meerjarenplannen voor de periode 2014-2019. De gemeenten en OCMW’s worden voor een aantal indicatoren ingedeeld in 4 categorieën: zeer kleine gemeenten, kleine gemeenten, middelgrote gemeenten en centrumsteden. Dit laat een iets genuanceerder beeld zien van de gemiddelde Vlaamse gemeente. De groep van de centrumsteden wordt verder opgesplitst in twee deelgroepen, namelijk de 13 centrumsteden (inclusief Antwerpen en Gent) en de 11 centrumsteden (zonder Antwerpen en Gent). Op deze manier kunnen we een mogelijke invloed van deze twee grote steden op de cijfers van de groep van de centrumsteden beter in kaart brengen.

Guido Decoster Administrateur-generaal

Prof i e l sch et s - juni

Naast deze Vlaamse profielschets bestaat er ook een profielschets voor elke individuele gemeente en haar OCMW. Deze kreeg de naam GPS+ (GPS staat voor gemeentelijke profielschets). Ze zijn uitsluitend online te raadplegen op de site van het Agentschap voor Binnenlands Bestuur (www.binnenland.vlaanderen.be bij de rubriek statistieken) of op www.lokalestatistieken.be, onder de knop projecten.

2014

De publicatie bestaat uit de volgende onderdelen: • de Vlaamse lokale en provinciale besturen • het bestuurskrachtprofiel van de gemeenten • het bestuurskrachtprofiel van de OCMW’s • het bestuurskrachtprofiel van de provincies • de inburgering en de integratie

3


Enkele bemerkingen vooraf Hier komen enkele bemerkingen aan bod, die het lezen van de profielschets moeten vergemakkelijken.

Bestuurskrachtprofiel De profielschets illustreert de bestuurskracht van de gemeenten, OCMW’s en provincies aan de hand van cijfers. Steeds worden eerst indicatoren opgenomen over de omgeving waarbinnen het bestuur functioneert. Dit is bijvoorbeeld het aantal inwoners die het bestuur moet bedienen. Daarna komen financiële gegevens aan bod, bijvoorbeeld welke financiële middelen het bestuur ter beschikking heeft om zijn dienstverlening uit te bouwen. Tot slot wordt ingezoomd op de personele middelen waarover het bestuur beschikt.

Inwonerscategorieën Voor de meeste cijfers krijgt u naast het Vlaamse gemiddelde ook een gemiddelde voor vier inwonerscategorieën. De Vlaamse gemeenten worden hierbij ingedeeld in zeer kleine gemeenten (tot 5.000 inwoners), kleine gemeenten (van 5.000 tot 10.000 inwoners) en middelgrote gemeenten (meer dan 10.000 inwoners en toch geen centrumstad). De vierde categorie zijn de centrumsteden, zoals bepaald in het decreet op het Vlaams Stedenfonds1. De centrumsteden zijn: • Aalst • Antwerpen • Brugge • Genk • Gent • Hasselt • Kortrijk • Leuven • Mechelen • Oostende • Roeselare • Sint-Niklaas • Turnhout De cijfers voor de 11 centrumsteden (dus zonder Antwerpen en Gent) worden ook apart opgenomen. Dit om ervoor te zorgen dat een mogelijke invloed van deze twee grote steden op de cijfers van de groep van de centrumsteden beter in kaart wordt gebracht.

Financiële gegevens


2014

De veralgemeende invoering van de beleids- en beheerscyclus en de eraan gekoppelde digitale rapportering laten ons voor de eerste keer toe om voor de komende jaren (2014 tot 2019) een uitgebreid aanbod aan financiële gegevens voor de gemeenten, OCMW’s en provincies op te nemen.

4

Op 1 januari 2014 beschikten 285 van de 308 Vlaamse gemeenten (= 92,5%) over een door de gemeenteraad goedgekeurd meerjarenplan 2014-2019 en budget 2014, opgemaakt volgens de nieuwe regels van de beleids- en beheerscyclus. Vandaag beschikken alle gemeenten hierover. In de mate dat de gegevens in de BBC-databank op 17 maart 2014 beschikbaar waren, worden tijdsreeksen opgenomen van 2006 tot 2019. De gegevens van 2006 tot 2012 komen uit de digitale jaarrekeningen, de gegevens van 2014 tot 2019 komen uit de digitale meerjarenplanning van de betrokken besturen. De cijfers voor het jaar 2013 zijn niet vermeld: enerzijds zijn de rekeningen voor dat jaar nog niet beschikbaar, anderzijds had de grote meerderheid van de besturen nog niet gebudgetteerd in het BBC-systeem. 1

Decreet van 13 december 2002 tot vaststelling van de regels inzake de werking en de verdeling van het Vlaams Stedenfonds


De in deze profielschets opgenomen tijdsreeksen voor de gemeenten voor de boekjaren 2006 tot 2019 zijn gebaseerd op een constant staal van 295 besturen, omdat nog niet voor alle gemeenten de cijfers van de jaarrekening 2011 en 2012 op 17 maart 2014 in de databank verwerkt waren. De rekeningen van de gemeenten die nog werden opgesteld volgens het schema van de nieuwe gemeentelijke boekhouding (NGB), werden omgezet naar BBC-terminologie. De gegevens per inwonerscategorie zijn gebaseerd op alle gemeentebesturen die op 17 maart 2014 in de databank verwerkt waren. Het gaat om 308 besturen voor de boekjaren 2006 tot en met 2010, om 304 besturen voor het boekjaar 2011, om 299 besturen voor 2012, om 308 besturen voor 2014 en 307 besturen voor de boekjaren 2015 tot en met 2019 (1 gemeente diende een meerjarenplan in met alleen maar gegevens voor het boekjaar 2014). Voor de OCMW’s en de provincies is een vergelijking van de cijfers uit de meerjarenplanning met de rekeningcijfers niet mogelijk, omdat de digitaal beschikbare informatie over de rekeningen van die besturen niet bruikbaar is voor een gelijkaardige vergelijkingsoefening. De OCMW-cijfers in deze profielschets zijn voornamelijk gebaseerd op de meerjarenplanning 2014-2019 van 299 OCMW-besturen. De cijfers van de vijf provincies komen hoofdzakelijk uit hun meerjarenplanning 2014-2019. De cijfers over de financiële schuld van gemeenten, OCMW’s en provincies komen uit de jaarrekeningen 2006 tot 2012 van die besturen. Voor een juiste interpretatie van de cijfergegevens op basis van de meerjarenplanning van de besturen voor de periode 2014-2019, moet men er rekening mee houden dat het hier ramingen betreft. Het uitgangspunt van de BBC-regels is een zo realistisch mogelijke manier van ramen. De ervaringen met de pilootbesturen wijzen echter uit dat ook in de BBC-context nog altijd sprake is van een overraming van de uitgaven en een onderraming van de ontvangsten, zeker naarmate verder in de toekomst gekeken wordt. Die afwijking bedraagt gemiddeld 2 tot 3% en is dus wel beperkter dan in de vroegere boekhoudstelsels (NGB, NOB, NPB). Daarnaast wordt de kwaliteit van de data mee bepaald door de concrete omstandigheden (nieuwe boekhoudregels, nieuwe software, …). Daardoor zijn niet alle registraties in de aangeleverde datasets helemaal volledig. De globale cijfers worden daardoor niet vertekend, maar op meer specifieke analyses kunnen daardoor wel afwijkingen zitten. Een juiste opsplitsing van de toegestane werkingssubsidies veronderstelt bijvoorbeeld een correcte registratie van de economische sectorcode en het beleidsveld.

Individuele profielschetsen GPS+

De GPS+ zijn uitsluitend online te raadplegen op de website van het Agentschap voor Binnenlands Bestuur (www.binnenland. vlaanderen.be, bij de rubriek statistieken) en van de Studiedienst van de Vlaamse Regering (www.lokalestatistieken.be, bij de knop projecten). Dit laat de besturen toe om met de gegevens van de profielschets zelf verder aan de slag te gaan.


In de individuele profielschetsen worden naast de bestuurskundige gegevens over de gemeente en haar OCMW ook gegevens opgenomen over de verschillende beleidsdomeinen waarmee een lokaal bestuur in aanraking komt.

2014

De Vlaamse profielschets geeft u een zicht op de lokale en provinciale besturen in Vlaanderen, in hun totaliteit. Daarnaast zijn er ook de gemeentelijke profielschetsen (GPS+). Het Agentschap voor Binnenlands Bestuur maakt, in samenwerking met de Studiedienst van de Vlaamse Regering, voor elke Vlaamse gemeente een aparte profielschets op. Daarin worden de individuele cijfergegevens van elke gemeente afgezet tegen het gemiddelde van Vlaanderen en van de clustergroep waartoe de gemeente behoort. Voor het indelen van gemeenten in clusters van gelijkaardige gemeenten wordt de clusterindeling, ontwikkeld door Belfius, gebruikt.

5


Inhoudstafel Voorwoord................................................................................................................................................................................................... 3 Enkele bemerkingen vooraf...................................................................................................................................................................... 4 Overzicht tabellen en grafieken............................................................................................................................................................... 7 1. De Vlaamse lokale en provinciale besturen . ............................................................................................................................... 10 1.1 Overzicht lokale en provinciale besturen................................................................................................................................ 10 1.2 Lokale samenwerking................................................................................................................................................................ 10 2. Bestuurskrachtprofiel gemeenten.................................................................................................................................................... 12 2.1 Omgevingsfactoren................................................................................................................................................................... 12 2.1.1 Inwoners........................................................................................................................................................................ 12 2.1.2 Bevolkingsdichtheid..................................................................................................................................................... 15 2.1.3 Samenstelling bestuursorganen................................................................................................................................. 15 2.2 Financiën..................................................................................................................................................................................... 16 2.2.1 Ontvangsten en uitgaven........................................................................................................................................... 16 2.2.2 Resultaten en financiële evenwichten...................................................................................................................... 32 2.2.3 Financiële schuld......................................................................................................................................................... 35 2.3 Personeel..................................................................................................................................................................................... 36 2.3.1 Totaal aantal personeelsleden................................................................................................................................... 36 2.3.2 Gemiddeld aantal personeelsleden per gemeente............................................................................................... 39


2014

3. Bestuurskrachtprofiel OCMW’s......................................................................................................................................................... 41 3.1 Omgevingsfactoren................................................................................................................................................................... 41 Samenstelling bestuursorganen................................................................................................................................................ 41 3.2 Financiën..................................................................................................................................................................................... 41 3.2.1 Ontvangsten en uitgaven........................................................................................................................................... 41 3.2.2 Resultaten en financiële evenwichten . ................................................................................................................... 44 3.2.3 Financiële schuld......................................................................................................................................................... 47 3.3 Personeel..................................................................................................................................................................................... 48 3.3.1 Totaal aantal personeelsleden................................................................................................................................... 48 3.3.2 Gemiddeld aantal personeelsleden per OCMW.................................................................................................... 50

6

4. Bestuurskrachtprofiel provincies...................................................................................................................................................... 51 4.1 Omgevingsfactoren................................................................................................................................................................... 51 4.1.1 Inwoners........................................................................................................................................................................ 51 4.1.2 Bevolkingsdichtheid..................................................................................................................................................... 53 4.1.3 Samenstelling bestuursorganen................................................................................................................................. 53 4.2 Financiën..................................................................................................................................................................................... 54 4.2.1 Ontvangsten en uitgaven........................................................................................................................................... 54 4.2.2 Resultaten en financiële evenwichten . ................................................................................................................... 55 4.2.3 Financiële schuld......................................................................................................................................................... 56 4.3 Personeel..................................................................................................................................................................................... 57 4.3.1 Totaal aantal personeelsleden . ................................................................................................................................ 57 4.3.2 Aantal personeelsleden per provincie...................................................................................................................... 60 5. Inburgering en integratie.................................................................................................................................................................. 61 5.1 Organisaties van inburgering en integratie ........................................................................................................................... 61 5.2 Vreemdelingen .......................................................................................................................................................................... 61 5.3 Inburgeraars................................................................................................................................................................................ 62 5.4 Woonwagenbewoners.............................................................................................................................................................. 62


Overzicht tabellen en grafieken 1

Lokale samenwerking

• Grafiek: Lokale samenwerkingsverbanden naar categorie (in %)................................................................................................. 11

2 Gemeenten Inwoners • Grafiek: Gemiddeld aantal inwoners per gemeente naar inwonerscategorie (in 2013)............................................................ 12 • Grafiek: Gemiddeld aantal inwoners naar inwonerscategorie van 1983 tot 2013 (relatief)....................................................... 12 • Tabel: Gemiddeld aantal inwoners naar inwonerscategorie van 1983 tot 2013 (absoluut)....................................................... 13 • Tabel: Aantal gemeenten naar inwonerscategorie van 1983 tot 2013 (absoluut)....................................................................... 14 • Tabel: Grootte van de gemeenten in Vlaanderen (in 2013)........................................................................................................... 14 • Grafiek: Gemiddelde bevolkingsdichtheid per gemeente naar inwonerscategorie (in 2013)................................................... 15

Financiën • Grafiek: Totale ontvangsten en uitgaven van 2006 tot 2019 (in 1000 euro) (295 gemeenten)................................................... 16 • Tabel: Exploitatie-ontvangsten, investeringsontvangsten, overige ontvangsten en totale ontvangsten van 2006 tot 2019 (in euro) (295 gemeenten).................................................................................................................................................... 17 • Tabel: Exploitatie-uitgaven, investeringsuitgaven, overige uitgaven en totale uitgaven van 2006 tot 2019 (in euro) (295 gemeenten).................................................................................................................................................................................. 17


• Grafiek: Totale exploitatie-ontvangsten en -uitgaven van 2006 tot 2019 (in 1000 euro) (295 gemeenten).............................. 18 • Tabel: Totale fiscale ontvangsten en boetes, waaronder ontvangsten uit opcentiemen op de onroerende voorheffing (OOV), aanvullende belasting op de personenbelasting (APB) en andere belastingen; totale werkingssubsidies, waaronder het Gemeentefonds en specifieke werkingssubsidies, van 2006 tot 2019 (in euro) (295 gemeenten).19 • Grafiek: Fiscale ontvangsten en boetes en werkingssubsidies van 2006 tot 2019 (in 1000 euro) (295 gemeenten)................ 20 • Grafiek: Ontvangsten uit de opcentiemen op de onroerende voorheffing (OOV), aanvullende belasting op de personenbelasting (APB) en andere belastingen van 2006 tot 2019 (in 1000 euro) (295 gemeenten)..................................... 20 • Grafiek: Gemiddelde aanslagvoet APB naar inwonerscategorie in 2014 (in %) (308 gemeenten)........................................... 21 • Grafiek: Gemiddelde aanslagvoet APB van 2006 tot 2014 (in %) (308 gemeenten)................................................................... 21 • Grafiek: Gemiddelde aanslagvoet OOV naar inwonerscategorie in 2014 (308 gemeenten)................................................... 22 • Grafiek: Gemiddelde aanslagvoet OOV van 2006 tot 2014 (308 gemeenten)............................................................................ 22 • Grafiek: Top 15 van de belastingen, met de grootste opbrengst in 2012 (in 1000 euro) (295 gemeenten).............................. 23 • Grafiek: Ontvangsten uit het Gemeentefonds en specifieke werkingssubsidies van 2006 tot 2019 (in 1000 euro) (295 gemeenten).................................................................................................................................................................................. 24 • Tabel: Ontvangsten per inwoner uit opcentiemen op de onroerende voorheffing, aanvullende belasting op de personenbelasting, andere belastingen, Gemeentefonds en andere werkingssubsidies naar inwonerscategorie voor 2006, 2012 en 2019 (in euro)........................................................................................................................................................ 24 • Tabel: Bezoldigingen, sociale lasten en pensioenen; toegestane werkingssubsidies, waaronder de bijdrage aan de politiezone, aan het OCMW en aan de besturen van de eredienst en overige toegestane werkingssubsidies (in euro) (295 gemeenten)................................................................................................................................................................... 25 • Grafiek: Bezoldigingen, sociale lasten en pensioenen en toegestane werkingssubsidies van 2006 tot 2019 (in 1000 euro) (295 gemeenten)........................................................................................................................................................................ 26 • Grafiek: Gemeentelijke bijdrage aan de politiezone, aan het OCMW en aan de besturen van de eredienst en overige toegestane werkingssubsidies van 2006 tot 2019 (295 gemeenten)................................................................................ 26 • Tabel: Uitgaven inzake bezoldigingen, sociale lasten en pensioenen, bijdrage aan de politiezone, het OCMW en de besturen van de erediensten per inwoner en naar inwonerscategorie in 2006, 2012 en 2019 (in euro)............................. 27

2014

Exploitatie

7


Investeringen • Grafiek: Totale investeringsontvangsten en -uitgaven van 2006 tot 2019 (in 1000 euro) (295 gemeenten).............................. 28 • Tabel: Totale investeringsontvangsten en -uitgaven van 2006 tot 2019 (in euro) (295 gemeenten).......................................... 28 • Grafiek: Verkoop van financiële vaste activa (FVA) en materiële vaste activa (MVA); investeringssubsidies en -schenkingen, van 2006 tot 2019 (in 1000 euro) (295 gemeenten)........................................................................................... 29 • Tabel: Totale investeringsontvangsten, waaronder ontvangsten uit de verkoop van financiële en materiële vaste activa en ontvangsten uit investeringssubsidies en -schenkingen van 2006 tot 2019 (in euro) (295 gemeenten)................... 29 • Grafiek: Investeringen in financiële vaste activa (FVA), materiële vaste activa (MVA) en immateriële vaste activa (IVA) en toegestane investeringssubsidies van 2006 tot 2019 (in 1000 euro) (295 gemeenten).................................................. 30 • Tabel: Totale investeringsuitgaven, waaronder investeringen in financiële, materiële en immateriële vaste activa en toegestane investeringssubsidies van 2006 tot 2019 (in euro) (295 gemeenten).................................................................... 30 • Tabel: Investeringsontvangsten en -uitgaven per inwoner en naar inwonerscategorie voor 2006, 2012 en 2019 (in euro).... 31

Resultaten en financiële evenwichten • Grafiek: Budgettair resultaat van het boekjaar van 2006 tot 2019 (in 1000 euro) (295 gemeenten)......................................... 32 • Tabel: Budgettair resultaat van het boekjaar van 2006 tot 2019 (in euro) (295 gemeenten)..................................................... 32 • Grafiek: Autofinancieringsmarge (AFM) van 2006 tot 2019 (in 1000 euro) (295 gemeenten)..................................................... 33 • Tabel: Autofinancieringsmarge van 2006 tot 2019 (in euro) (295 gemeenten)............................................................................. 33 • Tabel: Autofinancieringsmarge per inwoner en naar inwonerscategorie voor 2006, 2012 en 2019 (in euro)........................... 34

Financiële schuld • Grafiek: Financiële schuld van 2006 tot 2012 (in 1000 euro)............................................................................................................ 35 • Grafiek: Financiële schuld per inwoner en naar inwonerscategorie in 2012 (in euro)................................................................. 35

Personeel • Tabel: Totaal aantal personeelsleden in koppen ............................................................................................................................. 36 • Grafiek: Man-vrouwverhouding naar prestatieregime (in %).......................................................................................................... 37 • Grafiek: Man-vrouwverhouding naar statuut (in %).......................................................................................................................... 37 • Tabel: Totaal aantal personeelsleden in VTE . ................................................................................................................................... 38 • Tabel: Gemiddeld aantal personeelsleden per gemeente ........................................................................................................... 39 • Grafiek: Personeelsleden per gemeente naar niveau en naar aantal inwoners (in %)............................................................... 40 • Tabel: Personeelsleden per gemeente naar niveau en naar aantal inwoners (in absolute cijfers)........................................... 40

3.

OCMW’s


2014

Financiën

8

• Grafiek: Totale ontvangsten en uitgaven van 2014 tot 2019 (in 1000 euro).................................................................................. 41 • Tabel: Totale ontvangsten, exploitatie-ontvangsten, investeringsontvangsten en overige ontvangsten van 2014 tot 2019 (in euro)................................................................................................................................................................................... 41 • Tabel: Totale uitgaven, exploitatie-uitgaven, investeringsuitgaven en overige uitgaven van 2014 tot 2019 (in euro)............ 42 • Tabel: Totale ontvangsten en uitgaven, exploitatie-ontvangsten en -uitgaven en investeringsontvangsten en -uitgaven per inwoner en naar inwonerscategorie van 2014 tot 2019 (in euro)..................................................................... 42

Resultaten en financiële evenwichten • Grafiek: Budgettair resultaat van het boekjaar van 2014 tot 2019 (in 1000 euro)......................................................................... 44 • Tabel: Budgettair resultaat van het boekjaar van 2014 tot 2019 (in euro)..................................................................................... 44 • Grafiek: Autofinancieringsmarge van 2014 tot 2019 (in 1000 euro)................................................................................................ 45 • Tabel: Autofinancieringsmarge van 2014 tot 2019 (in euro)............................................................................................................ 45 • Tabel: Autofinancieringsmarge per inwoner en naar inwonerscategorie van 2014 tot 2019 (in euro)...................................... 45


Financiële schuld • Grafiek: Financiële schuld van 2006 tot 2012 (in 1000 euro)............................................................................................................ 47 • Grafiek: Financiële schuld per inwoner en naar inwonerscategorie in 2012 (in euro)................................................................. 47

Personeel • Tabel: Totaal aantal personeelsleden in koppen ............................................................................................................................. 48 • Grafiek: Man-vrouwverhouding naar prestatieregime (in %).......................................................................................................... 48 • Grafiek: Man-vrouwverhouding naar statuut (in %).......................................................................................................................... 49 • Tabel: Totaal aantal personeelsleden in VTE . ................................................................................................................................... 49 • Tabel: Gemiddeld aantal personeelsleden per OCMW ................................................................................................................. 50

4.

Provincies

Inwoners • Grafiek: Aantal inwoners per provincie in 2013................................................................................................................................. 51 • Grafiek: Aantal inwoners per provincie van 1983 tot 2013.............................................................................................................. 52 • Tabel: Aantal inwoners per provincie van 1983 tot 2013.................................................................................................................. 52 • Grafiek: Bevolkingsdichtheid per provincie (in 2013)........................................................................................................................ 53

Financiën Totale ontvangsten en uitgaven • Grafiek: Totale ontvangsten en uitgaven van 2014 tot 2019 (in 1000 euro).................................................................................. 54 • Tabel: Totale ontvangsten, exploitatie-ontvangsten, investeringsontvangsten en overige ontvangsten van 2014 tot 2019...... 54 • Tabel: Totale uitgaven, exploitatie-uitgaven, investeringsuitgaven en overige uitgaven van 2014 tot 2019 (in euro)............ 54

Resultaten en financiële evenwichten • Grafiek: Budgettair resultaat van het boekjaar van 2014 tot 2019 (in 1000 euro)......................................................................... 55 • Tabel: Budgettair resultaat van het boekjaar van 2014 tot 2019 (in euro)..................................................................................... 55 • Grafiek: Autofinancieringsmarge van 2014 tot 2019 (in 1000 euro)................................................................................................ 56 • Tabel: Autofinancieringsmarge van 2014 tot 2019 (in euro)............................................................................................................ 56

Financiële schuld • Tabel: Financiële schuld per provincie van 2006 tot 2012 (in euro)................................................................................................ 57

5.

Inburgering en integratie

• Grafiek: Aantal vreemdelingen in Vlaanderen, ingedeeld in categorieën van huidige nationaliteit van 2009 tot 2012....... 61 • Tabel: Aantal inburgeraars dat voor het eerst een inburgeringscontract ondertekent van 2007 tot 2013............................... 62 • Tabel: Aantal woonwagenterreinen en aantal standplaatsen op die terreinen van 2006 tot 2014.......................................... 62 • Kaart: Gemeenten met residentiële en/of doortrekkersterreinen in Vlaanderen......................................................................... 63


• Tabel: Totaal aantal personeelsleden in koppen ............................................................................................................................. 57 • Tabel: Man-vrouwverhouding naar prestatieregime (in %)............................................................................................................. 58 • Grafiek: Man-vrouwverhouding naar statuut (in %).......................................................................................................................... 58 • Tabel: Totaal aantal personeelsleden in VTE . ................................................................................................................................... 59 • Tabel: Aantal personeelsleden per provincie . ................................................................................................................................. 60

2014

Personeel

9


1.

De Vlaamse lokale en provinciale besturen

1.1

Overzicht lokale en provinciale besturen

• 308 gemeenten • 9 stadsdistricten in Antwerpen • 308 OCMW’s • 5 provincies • 291 intergemeentelijke samenwerkingsverbanden –– 28 dienstverlenende verenigingen –– 62 opdrachthoudende verenigingen –– 151 interlokale verenigingen (geregistreerd in de inventaris regioscreening) –– 50 projectverenigingen (geregistreerd in de inventaris regioscreening) • 97 OCMW-verenigingen • 304 verzelfstandigde agentschappen –– 13 gemeentelijke intern verzelfstandigde agentschappen –– 87 gemeentelijke extern verzelfstandigde agentschappen in privaat rechterlijke vorm –– 165 autonome gemeentebedrijven –– 6 provinciale intern verzelfstandigde agentschappen –– 9 provinciale extern verzelfstandigde agentschappen –– 24 autonome provinciebedrijven • 117 politiezones, waarvan 33 eengemeentezones en 84 meergemeentezones • 1879 erkende eredienstinstellingen waarvan: –– 1781 rooms-katholieke –– 44 protestantse –– 7 anglicaanse –– 6 israëlitische –– 13 orthodoxe –– 28 islamitische


2014

1.2

10

Lokale samenwerking

De laatste jaren zit de lokale samenwerking in de lift. Het aantal samenwerkingsverbanden waar gemeenten aan deelnemen is sinds 2000 exponentieel toegenomen. In het kader van het uitvoeren van de doorbraak gebiedsdekkende regioscreening uit het Witboek Interne Staatshervorming is in Vlaanderen de lokale samenwerking in kaart gebracht. Daartoe is een inventaris opgemaakt van alle samenwerkingsverbanden waar Vlaamse gemeenten aan deelnemen. Het is een uitgebreide en gevarieerde inventaris geworden. Meer dan 2200 samenwerkingsverbanden zijn opgelijst. Het gaat om zwaar juridisch verankerde structuren zoals intercommunales tot informele samenwerkingsverbanden tussen ambtenaren van enkele gemeenten. Sommige samenwerkingsverbanden zijn geïnitieerd door de Vlaamse of federale overheid om eigen beleid op het lokale niveau te laten uitvoeren, zoals de politiezones. In de inventaris zijn ook gebiedsafbakeningen opgenomen, zoals de zorgregio’s. Met de inventaris als vertrekpunt is in 2013 de evaluatie van de bestaande lokale samenwerking van start gegaan. De gemeenten zijn samengebracht in een aantal regiotafels. Op de website van het Agentschap voor Binnenlands Bestuur kunt u per provincie een synthesenota van de regiotafels raadplegen (www.binnenland.vlaanderen.be bij de rubriek interne staatshervorming/regioscreening). De inventaris van de lokale samenwerkingsverbanden is te raadplegen op de website van het Agentschap voor Binnenlands Bestuur (www.binnenland.vlaanderen.be bij de rubriek interne staatshervorming/regioscreening).


In onderstaand taartdiagram vindt u een overzicht van hoe de samenwerkingsverbanden verdeeld zijn over de verschillende categorieën. Lokale samenwerkingsverbanden naar categorie (in %) Leeswijzer • Bron: de gegevens komen uit de inventaris regioscreening, opgemaakt door het Agentschap voor Binnenlands Bestuur (op 24 april 2014). • De volgende groepen worden onderscheiden: –– lokaal: opgericht op initiatief van een lokaal bestuur, met de bedoeling tegemoet te komen aan problemen, knelpunten die gedetecteerd zijn binnen het eigen bestuur, gemeente –– provinciaal: samenwerkingsverband opgericht door de provincie –– Vlaams, federaal: opgericht op initiatief van een ander bestuursniveau met de bedoeling te helpen bij het uitvoeren van beleid van dat andere bestuursniveau. Dit kan zijn de Vlaamse, de provinciale of de federale overheid. –– gebiedsafbakening: indeling van gemeenten in groepen, er worden in dergelijke initiatieven geen activiteiten ontwikkeld –– belangenorganisatie die de belangen van de lokale besturen met betrekking tot een bepaalde thema verdedigt –– grensoverschrijdend: samenwerkingsverband met partners uit verschillende landen (bijvoorbeeld Europese groeperingen voor territoriale samenwerking)

grensoverschrijdend gebiedsafbakening

0,8

1,4

belangenorganisatie

21,5

40,7

6,8

25,4 3,4

provinciaal

2014

Vlaams


federaal

lokaal

11


2.

Bestuurskrachtprofiel gemeenten

2.1 Omgevingsfactoren 2.1.1 Inwoners Leeswijzer • Bron: FOD Economie, K.M.O., Middenstand en Energie, Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie • Data: 1 januari 2013 Aantal inwoners in Vlaanderen: 6.381.859 (in 2013) Gemiddeld aantal inwoners in Vlaanderen: 20.720 (in 2013) Mediaan aantal inwoners in Vlaanderen: 14.299 (in 2013) Gemiddeld aantal inwoners per gemeente naar inwonerscategorie (in 2013) 150.000 122.900 120.999 120.000

90.000

120.999 76.453

60.000

30.000

20.720

120.999 19.739 2.936

120.999 8.020

0 zeer klein

klein

middelgroot

centrumstad

centrumstad zonder Antwerpen en Gent

Vlaanderen


2014

Inwoners in: • Antwerpen: 507.911 (+1,1% t.o.v. 2012) • Gent: 248.813 (+0,2% t.o.v. 2012)

12

Gemiddeld aantal inwoners naar inwonerscategorie van 1983 tot 2013 (relatief) Leeswijzer • Bron: FOD Economie, K.M.O., Middenstand en Energie, Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie • Data: 1 januari van het betreffende jaar • De tabel geeft de relatieve toename van het gemiddeld aantal inwoners per inwonerscategorie weer. • De cijfers geven weer in welke mate het gemiddeld aantal inwoners per gemeente voor een bepaalde inwonerscategorie gestegen is ten opzichte van het referentiejaar 1983. Het jaar 1983 krijgt telkens als waarde 100. Een voorbeeld kan dit verder verduidelijken. Stel dat de waarde in 1993 110 is, dan betekent dit dat de bevolking ten opzichte van 1983 met 10% is toegenomen in 1993.


• Om te bepalen of een gemeente tot de categorie zeer klein, klein of middelgroot behoort, wordt gekeken naar het aantal inwoners in dat betreffende jaar. • Naast de evolutie in de verschillende inwonerscategorieën is ook de evolutie voor Vlaanderen opgenomen.

115

110

105

100

95 zeer klein klein middelgroot centrumstad ⤷ zonder Gent en Antwerpen Vlaanderen

1983

1988

1993

1998

2003

2008

2013

100 100 100 100 100 100

105,4 101,3 100,7 98,6 99,6 100,7

106,7 101,4 101,2 98,0 100,2 103,0

107,6 101,9 102,0 96,6 100,1 104,6

104,8 101,9 103,1 97,6 101,3 106,0

106,9 103,5 105,2 100,5 103,3 109,0

103,1 103,6 107,1 105,5 106,8 112,9

zeer klein

klein

middelgroot

centrumstad

1983 1988 1993 1998 2003 2008 2013

2.849 3.002 3.039 3.066 2.985 3.047 2.936

7.738 7.840 7.850 7.883 7.884 8.006 8.020

18.438 18.566 18.658 18.809 19.016 19.396 19.739

116.512 114.838 114.170 112.543 113.734 117.146 122.900

71.599 71.294 71.754 71.706 72.550 73.961 76.453

Vlaanderen 18.360 18.494 18.911 19.196 19.466 20.005 20.720

Duiding • De voorbije 20 jaar is de bevolking in Vlaanderen toegenomen met bijna 13%. • Als we kijken naar de inwonerscategorieën zien we dat de zeer kleine en de kleine gemeenten gemiddeld gezien een iets kleinere stijging van de bevolking kennen (ongeveer 3%). De middelgrote gemeenten stijgen het meest met ongeveer 7%. De centrumsteden sluiten daar nauw bij aan (met 5 à 6%). • De laatste 10 jaar merken we de grootste aangroei van inwoners in de centrumsteden (zonder Antwerpen en Gent).



2014

Gemiddeld aantal inwoners naar inwonerscategorie van 1983 tot 2013 (absoluut)

13


Aantal gemeenten naar inwonerscategorie van 1983 tot 2013 (absoluut) Leeswijzer • Bron: FOD Economie, K.M.O., Middenstand en Energie, Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie • Data: 1 januari van het betreffende jaar • De tabel geeft het aantal gemeenten per inwonerscategorie weer.

zeer klein

klein

middelgroot

1983 1988 1993 1998 2003 2008 2013

14 15 15 15 14 14 13

101 97 86 79 78 75 70

180 183 194 201 203 206 212

Duiding • Bij de interpretatie van de tabel moeten we er rekening mee houden dat de centrumsteden buiten beschouwing gelaten worden. De centrumsteden worden in de Vlaamse regelgeving nominatum bepaald en de noemer centrumstad is niet enkel afhankelijk van het aantal inwoners. • Uit de tabel blijkt dat het aantal grotere gemeenten de voorbije 20 jaar is toegenomen. Het aantal middelgrote gemeenten is met 32 gemeenten gestegen. In Vlaanderen zijn er de voorbije jaren minder en minder kleinere gemeenten. Het aantal kleine gemeenten (tussen de vijf- en tienduizend inwoners) is met 31 gemeenten gedaald (ruim 30%). Het aantal zeer kleine gemeenten is met 1 gemeente afgenomen. Grootte van de gemeenten in Vlaanderen (in 2013) Leeswijzer: • De tabel geeft aan hoeveel gemeenten in een bepaalde inwonerscategorie zitten, zowel het absolute aantal als uitgedrukt in %. • Het cumulatief aantal gemeenten geeft aan hoeveel van de gemeenten in de betrokken categorie aantal inwoners zit of in een lagere categorie aantal inwoners. Een voorbeeld kan dit verduidelijken. Het cumulatief % aantal gemeenten van de categorie aantal inwoners van 10.000 tot 15.000 is 53,9%. Dit betekent dat iets meer dan de helft van de Vlaamse gemeenten minder dan 15.000 inwoners tellen.


2014

aantal inwoners

14

0 tot 4.999 5.000 tot 9.999 10.000 tot 14.999 15.000 tot 19.999 20.000 tot 24.999 25.000 tot 29.999 30.000 tot 39.999 40.000 tot 100.000 meer dan 100.000

aantal gemeenten absoluut in % 13 70 83 52 30 13 27 17 3

4,2 22,7 26,9 16,9 9,7 4,2 8,8 5,5 1,0

cumulatief aantal gemeenten absoluut in % 13 83 166 218 248 261 288 305 308

4,2 26,9 53,9 70,8 80,5 84,7 93,5 99,0 100


Bevolkings- en huishoudensprojecties De Studiedienst van de Vlaamse Regering biedt op haar website cijfers aan over de verwachte evolutie (van 2009 tot 2030) van het aantal inwoners en het aantal huishoudens in de Vlaamse gemeenten. Meer info vindt u op www.vlaanderen.be/svr.

2.1.2 Bevolkingsdichtheid Leeswijzer: • De bevolkingsdichtheid is het aantal inwoners per km². • Bron: FOD Economie, K.M.O., Middenstand en Energie, Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie • De gegevens geven de toestand weer op 1 januari 2013. Gemiddelde bevolkingsdichtheid per gemeente naar inwonerscategorie (in 2013) 1.500

120.999 1.324

1.200 120.999 994 900

600

472

120.999 431 120.999 251

300 102 0 zeer klein

klein

middelgroot

centrumstad


Vlaanderen

2.1.3 Samenstelling bestuursorganen


2014

Op de website van het Agentschap voor Binnenlands Bestuur kunt u de mandatendatabank raadplegen. Daar vindt u info over wie deel uitmaakt van de gemeenteraad, wie de schepenen en burgemeester van uw gemeente zijn.

15


2.2 Financiën 2.2.1 Ontvangsten en uitgaven Leeswijzer: • De gegevens komen uit de jaarrekeningen 2006 tot 2012 (gerealiseerde ontvangsten en uitgaven) en de meerjarenplannen 2014 – 2019 (ramingen) van 295 gemeenten.

Totale ontvangsten en uitgaven Totale ontvangsten en uitgaven van 2006 tot 2019 (in 1000 euro) (295 gemeenten) Leeswijzer • De linkeras heeft betrekking op de totale ontvangsten en uitgaven, de rechteras op de index van de consumptieprijzen. 13.000.000

200

12.500.000

180

12.000.000

160

11.500.000

140

11.000.000

120

10.500.000

100

10.000.000

80

9.500.000

60

9.000.000

40

8.500.000

20

8.000.000

0


2014

2006

16

2007

2008

2009

totaal ontvangsten totaal uitgaven

2010

2011

2012

2013

2014

2015

2016

2017

2018

index der consumptieprijzen

2019


Exploitatie-ontvangsten, investeringsontvangsten, overige ontvangsten en totale ontvangsten van 2006 tot 2019 (in euro) (295 gemeenten) exploitatieontvangsten

investeringsontvangsten

overige ontvangsten

totaal ontvangsten

7.884.361.374 8.053.200.846 8.172.672.763 8.716.877.689 8.753.502.887 8.683.450.369 8.672.794.978

634.559.092 371.736.468 572.607.894 840.651.164 772.500.935 1.069.406.863 467.755.376

871.718.891 756.227.160 630.581.692 691.955.326 875.121.669 868.527.026 803.622.876

9.390.639.356 9.181.164.474 9.375.862.350 10.249.484.179 10.401.125.491 10.621.384.258 9.944.173.231

9.395.287.984 9.388.463.330 9.574.807.513 9.766.010.625 9.968.108.738 10.180.115.071

828.181.125 646.243.397 650.707.468 486.471.280 371.016.812 315.494.912

1.194.909.439 1.196.739.840 1.061.446.762 923.046.854 772.865.840 496.815.858

11.418.378.548 11.231.446.567 11.286.961.743 11.175.528.759 11.111.991.390 10.992.425.841

rekening 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 meerjarenplan 2014 2015 2016 2017 2018 2019

Exploitatie-uitgaven, investeringsuitgaven, overige uitgaven en totale uitgaven van 2006 tot 2019 (in euro) (295 gemeenten) exploitatieuitgaven

investeringsuitgaven

overige uitgaven

totaal uitgaven

2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 meerjarenplan

6.361.463.845 6.518.606.713 6.999.431.705 7.295.820.858 7.411.069.622 7.581.396.984 7.907.916.945

2.021.095.814 1.426.907.059 1.457.489.580 1.940.512.948 1.931.225.271 2.237.921.313 1.809.735.898

903.525.177 766.219.565 844.067.739 779.986.422 793.272.815 731.634.364 807.957.741

9.286.084.835 8.711.733.337 9.300.989.023 10.016.320.228 10.135.567.707 10.550.952.661 10.525.610.584

2014 2015 2016 2017 2018 2019

8.653.546.737 8.640.865.975 8.786.602.664 8.920.619.184 9.077.827.796 9.228.993.122

2.762.309.941 2.111.558.918 1.871.602.049 1.502.603.707 1.175.496.285 867.344.827

795.289.513 756.905.783 782.561.389 798.781.056 832.237.830 809.588.009

12.211.146.191 11.509.330.675 11.440.766.101 11.222.003.946 11.085.561.910 10.905.925.958


2014

rekening

17


Exploitatie a) Totale exploitatie-ontvangsten en uitgaven Totale exploitatie-ontvangsten en -uitgaven van 2006 tot 2019 (in 1000 euro) (295 gemeenten) Leeswijzer • De linkeras heeft betrekking op de cijfers inzake exploitatie, de rechteras op de index der consumptieprijzen. 12.000.000

200 180

10.000.000

160 140

8.000.000

120 6.000.000

100 80

4.000.000

60 40

2.000.000

20 0

0 2006

2007

2008


2014

ontvangsten uitgaven saldo

18

2009

2010

2011

2012

2013

2014

2015

2016

2017

2018


2019


b) Exploitatie-ontvangsten Totale fiscale ontvangsten en boetes, waaronder ontvangsten uit opcentiemen op de onroerende voorheffing (OOV), aanvullende belasting op de personenbelasting (APB) en andere belastingen; totale werkingssubsidies, waaronder het Gemeentefonds en specifieke werkingssubsidies, van 2006 tot 2019 (in euro) (295 gemeenten) Leeswijzer • Voor het Gemeentefonds gaat het om het gemeentelijke aandeel zoals ingeschreven in de gemeentelijke rekeningen en meerjarenplannen van 295 gemeenten, exclusief het OCMW-aandeel in het fonds en inclusief het gemeentelijke aandeel in de Eliacompensatie (aanvullende dotatie Gemeentefonds) totaal fiscale ontvangsten en boetes

totaal werkings subsidies

Gemeentefonds

specifieke werkings subsidies

OOV

APB

andere elastingen b

2006 3.489.601.608 2007 3.748.821.493 2008 3.723.068.825 2009 4.158.319.172 2010 4.215.474.183 2011 4.308.093.587 2012 4.226.915.830 meerjarenplan

1.548.535.033 1.604.869.065 1.708.318.643 1.755.404.137 1.875.384.086 1.878.580.523 1.956.938.993

1.321.156.759 1.523.056.802 1.383.793.692 1.782.737.764 1.703.116.070 1.780.561.630 1.608.141.353

618.673.453 618.797.796 628.281.033 617.140.297 633.436.719 645.269.440 657.848.516

2.976.780.135 3.088.980.887 3.181.832.363 3.325.795.019 3.324.768.660 3.271.503.697 3.342.072.329

1.574.734.969 1.635.375.514 1.698.385.152 1.754.534.668 1.814.342.559 1.879.191.228 1.946.388.087

1.290.173.545 1.336.242.877 1.312.532.478 1.343.971.336 1.271.741.398 1.232.681.481 1.239.168.735

4.690.121.954 4.680.805.445 4.772.619.407 4.868.203.713 4.961.866.742 5.059.865.879

2.082.074.886 2.120.948.067 2.169.411.991 2.218.700.398 2.269.857.020 2.322.165.578

1.857.778.638 1.794.164.334 1.831.586.890 1.868.964.097 1.907.611.931 1.947.145.576

742.476.396 755.481.820 761.435.593 770.296.019 774.165.222 780.259.193

3.552.813.843 3.598.474.093 3.688.313.894 3.774.747.805 3.871.464.126 3.976.686.500

2.114.819.379 2.184.474.663 2.259.010.131 2.337.159.751 2.417.747.776 2.501.059.318

1.265.740.786 1.244.868.762 1.261.299.590 1.269.087.211 1.285.240.066 1.305.441.701


2014 2015 2016 2017 2018 2019

2014

rekening

19


Fiscale ontvangsten en boetes en werkingssubsidies van 2006 tot 2019 (in 1000 euro) (295 gemeenten) Leeswijzer • De linkeras heeft betrekking op de betreffende ontvangsten, de rechteras op de index der consumptieprijzen. 200

6.000.000

180 5.000.000

160 140

4.000.000

120 100

3.000.000

80 2.000.000 2006

2007

2008

2009

2010

2011

2012

2013

2014

fiscale ontvangsten en boetes werkingssubsidies

2015

2016

2017

2018

2019


Ontvangsten uit de opcentiemen op de onroerende voorheffing (OOV), aanvullende belasting op de personenbelasting (APB) en andere belastingen van 2006 tot 2019 (in 1000 euro) (295 gemeenten) Leeswijzer • De linkeras heeft betrekking op de betreffende ontvangsten, de rechteras op de index der consumptieprijzen. 200

2.500.000

180 160

2.000.000

140 120


2014

1.500.000

20

100 80

1.000.000

60 500.000

40 2006

2007

2008

2009

2010

2011

2012

2013

opcentiemen op de onroerende voorheffing aanvullende belasting op de personenbelasting andere belastingen

2014

2015

2016

2017

2018


2019


Gemiddelde aanslagvoet APB naar inwonerscategorie in 2014 (in %) (308 gemeenten) Leeswijzer • Vermits er nog geen bevolkingscijfers voor 2014 beschikbaar zijn, worden de gemeenten ingedeeld in inwonerscategorieën op basis van de bevolkingscijfers van 1 januari 2013. 120.999 7,56

7,6 7,5

120.999 7,51

120.999 7,52

7,45

7,4 7,27

7,3 120.999 7,16

7,2 7,1 7,0 6,9 zeer klein

klein

middelgroot

centrumstad


Vlaanderen

Gemiddelde aanslagvoet APB van 2006 tot 2014 (in %) (308 gemeenten) 7,35 7,27

7,30 7,25

7,20

7,20 7,15

7,10

7,17

7,17

2008

2009

7,18

7,17

7,16

7,12

7,10

2006

2007

2010

2011

2012

2013

2014


7,00

2014

7,05

21


Gemiddelde aanslagvoet OOV naar inwonerscategorie in 2014 (308 gemeenten) Leeswijzer • Vermits er nog geen bevolkingscijfers voor 2014 beschikbaar zijn, worden de gemeenten ingedeeld in inwonerscategorieën op basis van de bevolkingscijfers van 1 januari 2013. 1.650 1.600

1.570

120.999 1.566 120.999 1.541

1.550 1.500 120.999 1.420

1.450

1.393 1.400

120.999 1.365

1.350 1.300 1.250 zeer klein

klein

middelgroot

centrumstad


Vlaanderen

Gemiddelde aanslagvoet OOV van 2006 tot 2014 (308 gemeenten) 1.420 1.393

1.400 1.380

1.354

1.360

1.334

1.333

2008

2009

1.340

1.342

1.341

2010

2011

2012

1.340 1.320

1.297

1.302

1.300 1.280


2014

1.260

22

1.240

2006

2007

2013

2014


2014

21.695

Diftar/ophaalronde

9.451 9.238 8.449

Andere belastingen op het gebruik van het openbaar domein Bouwen

14.140

Krotten, verwaarloosde en ongeschikte woningen en gebouwen Plaatsrecht markten

14.611

17.723

Algemene bedrijfsbelasting

Verspreiding kosteloos reclamedrukwerk

19.383

22.401

0

Afgifte zakken, klevers, recipiënten

10.000 22.401

20.000

Afgifte identiteitsbewijzen, paspoorten, trouwboekjes, uittreksels

30.000

Andere bedrijfsbelastingen

37.448 29.475

40.000

Parkeren

Jaarlijkse milieubelasting

50.000 44.708

60.000

Algemene gemeentebelasting

62.379

70.000

Tweede verblijven

89.185

100.000

Drijfkracht


Top 15 van de belastingen, met de grootste opbrengst in 2012 (in 1000 euro) (295 gemeenten)

90.000

80.000

23


Ontvangsten uit het Gemeentefonds en specifieke werkingssubsidies van 2006 tot 2019 (in 1000 euro) (295 gemeenten) Leeswijzer • De linkeras heeft betrekking op de betreffende ontvangsten, de rechteras op de index der consumptieprijzen. 200

3.000.000

180 2.500.000

160 140

2.000.000

120 1.500.000

100 80

1.000.000

60 40

500.000

20 0

0 2006

2007

2008

2009

2010

2011

2012

2013

Gemeentefonds specifieke werkingssubsidies

2014

2015

2016

2017

2018

2019


Ontvangsten per inwoner uit opcentiemen op de onroerende voorheffing, aanvullende belasting op de personenbelasting, andere belastingen, Gemeentefonds en andere werkingssubsidies naar inwonerscategorie voor 2006, 2012 en 2019 (in euro)


2014

Leeswijzer • De cijfers voor 2006 zijn gebaseerd op de jaarrekeningen van 308 gemeenten, de cijfers voor 2012 op de jaarrekeningen van 299 gemeenten en de cijfers voor 2019 op de meerjarenplannen van 307 gemeenten • Voor het bevolkingsaantal van 2019 werd gebruik gemaakt van de ramingen van de Studiedienst van de Vlaamse Regering

24

inwonerscategorie 2006

zeer klein klein middelgroot centrumstad centrumstad zonder Antwerpen en Gent Vlaanderen

OOV

APB

andere belastingen

Gemeentefonds

andere werkingssubsidies

267 196 235 363

204 230 224 231

63 61 88 114

201 144 151 613

170 152 179 426

328 263

240 226

106 92

330 265

261 237


inwonerscategorie 2012

2019

zeer klein klein middelgroot centrumstad centrumstad zonder Antwerpen en Gent Vlaanderen zeer klein klein middelgroot centrumstad centrumstad zonder Antwerpen en Gent Vlaanderen

OOV

APB

andere belastingen

Gemeentefonds

andere werkingssubsidies

280 250 294 408

224 279 262 261

48 61 87 115

274 172 175 725

121 168 194 335

399 319 404 295 344 455

274 263 314 338 309 307

97 92 80 73 104 128

401 317 280 229 221 895

300 228 207 189 194 349

461 368

328 310

105 108

509 391

289 233

c) Exploitatie-uitgaven Bezoldigingen, sociale lasten en pensioenen; toegestane werkingssubsidies, waaronder de bijdrage aan de politiezone, aan het OCMW en aan de besturen van de eredienst en overige toegestane werkingssubsidies (in euro) (295 gemeenten) toegestane werkings subsidies

bijdrage politiezone

bijdrage OCMW

bijdrage erediensten

overige toegestane werkings subsidies

2006 2.891.037.210 2007 2.937.463.198 2008 3.248.063.560 2009 3.345.332.065 2010 3.352.103.434 2011 3.347.773.046 2012 3.516.771.840 meerjarenplan

1.910.792.601 1.988.278.935 2.082.782.227 2.222.055.557 2.298.322.862 2.436.737.787 2.539.360.110

651.052.697 664.438.576 702.654.088 729.618.261 733.791.867 778.110.217 807.085.997

600.790.921 626.292.157 666.280.320 714.315.006 746.452.567 779.242.937 801.152.977

40.304.838 43.527.291 45.692.169 43.911.177 45.153.580 44.507.031 45.972.395

618.644.145 654.020.911 668.155.650 734.211.114 772.924.848 834.877.602 885.148.741

3.769.337.114 3.797.111.340 3.856.881.689 3.908.596.582 3.976.253.348 4.044.151.126

2.748.616.769 2.775.295.785 2.839.845.649 2.899.876.318 2.961.228.539 3.027.373.349

867.188.033 902.748.077 933.359.131 959.032.508 985.968.107 1.015.639.835

840.923.913 856.443.256 876.408.727 893.674.974 911.100.889 932.805.037

43.344.889 51.302.188 51.557.863 51.903.728 52.069.995 52.019.658

997.159.934 964.802.264 978.519.928 995.265.107 1.012.089.548 1.026.908.819

bezoldigingen, sociale lasten en pensioenen


2014 2015 2016 2017 2018 2019

2014

rekening

25


Bezoldigingen, sociale lasten en pensioenen en toegestane werkingssubsidies van 2006 tot 2019 (in 1000 euro) (295 gemeenten) 4.500.000

200

4.000.000

180 160

3.500.000

140

3.000.000

120 2.500.000 100 2.000.000 80 1.500.000

2006

2007

2008

2009

2010

2011

2012

2013

2014

bezoldigingen, sociale lasten en pensioenen toegestane werkingssubsidies

2015

2016

2017

2018

2019


Gemeentelijke bijdrage aan de politiezone, aan het OCMW en aan de besturen van de eredienst en overige toegestane werkingssubsidies van 2006 tot 2019 (295 gemeenten) Leeswijzer • De linkeras heeft betrekking op de betreffende uitgaven, de rechteras op de index der consumptieprijzen. 1.200.000

200 180

1.000.000

160 140

800.000

120


2014

600.000

26

100 80

400.000

60 40

200.000

20 0

0 2006

2007

2008

2009

bijdrage politiezone bijdrage OCMW

2010

2011

2012

2013

2014

2015

bijdrage erediensten overige toegestane werkingssubsidies

2016

2017

2018

2019



Uitgaven inzake bezoldigingen, sociale lasten en pensioenen, bijdrage aan de politiezone, het OCMW en de besturen van de erediensten per inwoner en naar inwonerscategorie in 2006, 2012 en 2019 (in euro)

2006

2012

2019

zeer klein klein middelgroot centrumstad centrumstad zonder Antwerpen en Gent Vlaanderen zeer klein klein middelgroot centrumstad centrumstad zonder Antwerpen en Gent Vlaanderen zeer klein klein middelgroot centrumstad centrumstad zonder Antwerpen en Gent Vlaanderen

bijdrage aan de politiezone

bijdrage aan het OCMW

bijdrage aan de besturen van de erediensten

349 327 392 817

61 63 78 214

57 69 89 151

15 9 7 6

596 490 395 425 484 854

146 110 69 77 98 237

130 102 56 85 109 202

9 7 16 9 7 7

732 574 596 523 542 925

175 132 120 96 115 300

168 131 114 102 113 250

10 7 14 11 8 7

808 637

220 160

200 146

10 8


inwonerscategorie

bezoldigingen, sociale lasten en pensioenen

2014

Leeswijzer • De cijfers voor 2006 zijn gebaseerd op de jaarrekeningen van 308 gemeenten, de cijfers voor 2012 op de jaarrekeningen van 299 gemeenten en de cijfers voor 2019 op de meerjarenplannen van 307 gemeenten • Voor het bevolkingsaantal van 2019 werd gebruik gemaakt van de ramingen van de Studiedienst van de Vlaamse Regering.

27


Investeringen a) Totale investeringsontvangsten en -uitgaven Totale investeringsontvangsten en -uitgaven van 2006 tot 2019 (in 1000 euro) (295 gemeenten) 3.000.000 2.500.000 2.000.000 1.500.000 1.000.000 500.000 0 -500.000 -1.000.000 -1.500.000 -2.000.000 -2.500.000 -3.000.000

2006

2007

2008

2009

2010

2011

2012

2013

2014

2015

2016

2017

2018

uitgaven ontvangsten saldo

Totale investeringsontvangsten en -uitgaven van 2006 tot 2019 (in euro) (295 gemeenten) investeringsuitgaven


saldo

2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 meerjarenplan

2.021.095.814 1.426.907.059 1.457.489.580 1.940.512.948 1.931.225.271 2.237.921.313 1.809.735.898

634.559.092 371.736.468 572.607.894 840.651.164 772.500.935 1.069.406.863 467.755.376

-1.386.536.722 -1.055.170.591 -884.881.685 -1.099.861.784 -1.158.724.336 -1.168.514.450 -1.341.980.522

2014 2015 2016 2017 2018 2019

2.762.309.941 2.111.558.918 1.871.602.049 1.502.603.707 1.175.496.285 867.344.827

828.181.125 646.243.397 650.707.468 486.471.280 371.016.812 315.494.912

-1.934.128.816 -1.465.315.521 -1.220.894.581 -1.016.132.427 -804.479.472 -551.849.915


2014

rekening

28

2019


b) Investeringsontvangsten Verkoop van financiële vaste activa (FVA) en materiële vaste activa (MVA); investeringssubsidies en -schenkingen, van 2006 tot 2019 (in 1000 euro) (295 gemeenten) 600.000 550.000 500.000 450.000 400.000 350.000 300.000 250.000 200.000 150.000 100.000 50.000 0

2006

2007

2008

2009

2010

2011

2012

2013

2014

2015

2016

2017

2018

2019

verkoop financiële vaste activa verkoop materiële vaste activa investeringssubsidies en -schenkingen

2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 meerjarenplan 2014 2015 2016 2017 2018 2019

totale ontvangsten

verkoop financiële vaste activa

verkoop materiële vaste activa

investeringssubsidies en -schenkingen

634.559.092 371.736.468 572.607.894 840.651.164 772.500.935 1.069.406.863 467.755.376

137.201.943 11.242.598 130.936.762 50.711.640 9.576.157 418.665.171 38.022.208

284.257.503 149.525.581 222.647.832 521.419.135 543.290.982 394.698.448 240.289.249

213.099.645 210.968.289 219.023.301 268.520.390 219.633.795 256.043.245 189.443.920

828.181.125 646.243.397 650.707.468 486.471.280 371.016.812 315.494.912

26.980.903 33.043.278 63.104.395 5.738.350 7.135.577 2.689.079

360.988.180 236.066.827 228.936.449 164.655.171 127.542.670 103.451.643

440.197.041 377.133.291 358.666.624 316.062.759 236.338.565 209.354.190


rekening

2014

Totale investeringsontvangsten, waaronder ontvangsten uit de verkoop van financiële en materiële vaste activa en ontvangsten uit investeringssubsidies en -schenkingen van 2006 tot 2019 (in euro) (295 gemeenten)

29


c) Investeringsuitgaven Investeringen in financiële vaste activa (FVA), materiële vaste activa (MVA) en immateriële vaste activa (IVA) en toegestane investeringssubsidies van 2006 tot 2019 (in 1000 euro) (295 gemeenten) 2.500.000

2.000.000

1.500.000

1.000.000

500.000

0 2006

2007

2008

2009

2010

2011

2012

2013

2014

2015

2016

2017

2018

2019

financiële vaste activa materiële vaste activa immateriële vaste activa toegestane investeringssubsidies


2014

Totale investeringsuitgaven, waaronder investeringen in financiële, materiële en immateriële vaste activa en toegestane investeringssubsidies van 2006 tot 2019 (in euro) (295 gemeenten)

30

rekening 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 meerjarenplan 2014 2015 2016 2017 2018 2019

totale uitgaven

financiële vaste activa

materiële vaste activa

immateriële vaste activa

toegestane investerings subsidies

2.021.095.814 1.426.907.059 1.457.489.580 1.940.512.948 1.931.225.271 2.237.921.313 1.809.735.898

508.735.788 79.590.587 89.208.695 531.575.821 458.593.615 657.366.924 76.367.802

1.335.635.241 1.142.013.110 1.149.130.734 1.184.456.519 1.188.845.859 1.310.283.167 1.477.859.344

38.207.612 35.235.559 34.160.355 45.493.327 43.732.765 46.643.062 43.265.502

138.517.172 170.067.803 184.989.795 178.987.281 240.053.032 223.628.161 212.243.251

2.762.309.941 2.111.558.918 1.871.602.049 1.502.603.707 1.175.496.285 867.344.827

17.050.801 6.904.698 4.310.808 24.522.931 3.794.253 7.330.598

2.289.191.002 1.790.394.470 1.591.431.617 1.268.943.341 1.007.048.693 705.356.344

99.445.538 49.941.519 40.183.330 30.597.827 25.587.501 20.668.237

356.622.599 264.318.230 235.676.294 178.539.607 139.065.838 133.989.649


d) Investeringsontvangsten en -uitgaven naar inwonerscategorie Investeringsontvangsten en -uitgaven per inwoner en naar inwonerscategorie voor 2006, 2012 en 2019 (in euro)

2006

2012

2019




135 101 96 145

383 367 322 391

89 109 242 56 75 83

399 344 401 315 277 329

88 76 27 55 41 70

313 295 67 117 109 222

69 49

185 138


inwonerscategorie

2014

Leeswijzer • De cijfers voor 2006 zijn gebaseerd op de jaarrekeningen van 308 gemeenten, de cijfers voor 2012 op de jaarrekeningen van 299 gemeenten en de cijfers voor 2019 op de meerjarenplannen van 307 gemeenten • Voor het bevolkingsaantal van 2019 werd gebruik gemaakt van de ramingen van de Studiedienst van de Vlaamse Regering

31


2.2.2 Resultaten en financiële evenwichten Leeswijzer: • Bron: Jaarrekeningen 2006 tot 2012 en meerjarenplannen 2014 – 2019 van 295 gemeenten • Het budgettair resultaat van het boekjaar is het verschil tussen alle ontvangsten en uitgaven van het financiële boekjaar. • De autofinancieringsmarge (AFM) is het verschil tussen enerzijds het deel van de ontvangsten en uitgaven uit de exploitatie dat gebruikt kan worden voor de vereffening van de netto periodieke leningsuitgaven (financieel draagvlak), en anderzijds de netto periodieke leningsuitgaven. Budgettair resultaat van het boekjaar van 2006 tot 2019 (in 1000 euro) (295 gemeenten) 2.000.000 1.500.000 1.000.000 500.000 0 -500.000 -1.000.000 -1.500.000 -2.000.000 2006

2007

2008

2009

2010

2011

exploitatiesaldo saldo investeringsverrichtingen

2012

2013

2014

2015

2016

2017

2018

2019

saldo andere verrichtingen budgettair resultaat boekjaar

Budgettair resultaat van het boekjaar van 2006 tot 2019 (in euro) (295 gemeenten) exploitatiesaldo

saldo investeringsverrichtingen

saldo andere verrichtingen

budgettair resultaat boekjaar


2014

rekening

32

2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 meerjarenplan 2014 2015 2016 2017 2018 2019

1.522.897.529 1.534.594.132 1.173.241.058 1.421.056.831 1.342.433.265 1.102.053.385 764.878.034

-1.386.536.722 -1.055.170.591 -884.881.685 -1.099.861.784 -1.158.724.336 -1.168.514.450 -1.341.980.522

-31.806.286 -9.992.404 -213.486.046 -88.031.096 81.848.855 136.892.662 -4.334.864

104.554.521 469.431.137 74.873.326 233.163.952 265.557.784 70.431.597 -581.437.352

741.741.247 747.597.355 788.204.850 845.391.441 890.280.942 951.121.949

-1.934.128.816 -1.465.315.521 -1.220.894.581 -1.016.132.427 -804.479.472 -551.849.915

399.619.926 439.834.057 278.885.373 124.265.798 -59.371.990 -312.772.151

-792.767.644 -277.884.109 -153.804.358 -46.475.187 26.429.480 86.499.883


Autofinancieringsmarge (AFM) van 2006 tot 2019 (in 1000 euro) (295 gemeenten) 2.000.000 1.800.000 1.600.000 1.400.000 1.200.000 1.000.000 800.000 600.000 400.000 200.000 0 2006

2007

2008

2009

2010

2011

2012

2013

2014

2015

2016

2017

2018

2019

financieel draagvlak netto periodieke leningsuitgaven autofinancieringsmarge

Autofinancieringsmarge van 2006 tot 2019 (in euro) (295 gemeenten) financieel draagvlak

netto periodieke leningsuitgaven

autofinancieringsmarge

2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 meerjarenplan

1.846.730.549 1.875.449.790 1.519.187.433 1.731.328.150 1.626.161.012 1.374.404.352 1.036.075.133

904.981.055 940.054.446 910.799.809 826.884.696 819.081.252 838.885.381 870.593.091

941.749.494 935.395.345 608.387.624 904.443.454 807.079.759 535.518.971 165.482.042

2014 2015 2016 2017 2018 2019

1.010.405.214 1.032.340.404 1.087.860.000 1.154.224.956 1.203.237.250 1.258.967.957

927.590.525 972.892.776 1.012.637.552 1.061.518.240 1.096.252.693 1.060.144.765

82.814.689 59.447.627 75.222.448 92.706.716 106.984.557 198.823.192


2014

rekening

33


Autofinancieringsmarge per inwoner en naar inwonerscategorie voor 2006, 2012 en 2019 (in euro) Leeswijzer • De cijfers voor 2006 zijn gebaseerd op de jaarrekeningen van 308 gemeenten, de cijfers voor 2012 op de jaarrekeningen van 299 gemeenten en de cijfers voor 2019 op de meerjarenplannen van 307 gemeenten • Voor het bevolkingsaantal van 2019 werd gebruik gemaakt van de ramingen van de Studiedienst van de Vlaamse Regering. inwonerscategorie 2006

2012


2014

2019

34


financieel draagvlak



355 284 272 427

118 120 135 214

237 164 136 213

331 312 146 143 152 230

163 153 95 118 125 193

168 159 51 24 27 37

201 171 139 158 179 281

151 142 87 121 136 260

50 29 52 37 43 21

224 203

189 166

34 37


2.2.3 Financiële schuld Leeswijzer: • Bron: Jaarrekeningen gemeenten • Voor het boekjaar 2012 ontbreken 10 gemeenten, voor het boekjaar 2011 4 gemeenten. • Het betreft de financiële schulden zoals gedefinieerd in de algemene boekhouding voor de lokale en provinciale besturen volgens BBC. Onder de financiële schulden worden opgenomen: de schulden tegenover de kredietinstellingen, de overige leningen en de verplichtingen die voortvloeien uit obligatieleningen, leasing of soortgelijke overeenkomsten. Het gaat om schulden die verband houden met de thesaurie en die niet gekoppeld zijn aan of voortvloeien uit de courante werking van de besturen. Het betreft zowel de financiële schulden op korte als op lange termijn. Financiële schuld van 2006 tot 2012 (in 1000 euro) 8.000.000 7.786.283 7.800.000

7.702.024

7.690.844 7.553.421

7.600.000

7.404.565

7.400.000 7.200.000

7.095.771

7.115.602

2008

2009

7.000.000 6.800.000 6.600.000

2006

2007

2010

2011

2012

Financiële schuld per inwoner en naar inwonerscategorie in 2012 (in euro) 2.000 120.999 1.697

1.800 1.600

120.999 1.437

1.400

1.251

klein

middelgroot

944

2014

1.000

120.999 1.098

800 600 400 200 0.000 zeer klein

centrumstad


Vlaanderen


1.200

120.999 1.086

35


2.3

Personeel

Leeswijzer: • De volgende personeelscategorieën worden niet meegerekend: –– Vrijwillige brandweer (federale bevoegdheid) –– Beroepsbrandweer (federale bevoegdheid) –– Jobstudenten en monitoren –– Personeel van de politiezones (federale bevoegdheid) –– Gesubsidieerd onderwijzend personeel • De personen die op proef benoemd zijn, worden meegerekend in de categorie contractanten. • Zowel het aantal personeelsleden in koppen als in voltijds equivalenten (VTE) wordt weergegeven. • De gegevens komen van de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid van de Provinciale en Plaatselijke Overheden. • De cijfers hebben betrekking op het tweede kwartaal van 2012.

2.3.1 Totaal aantal personeelsleden In koppen Totaal aan personeelsleden (in koppen): 71.423 In absolute cijfers

vastbenoemd man vrouw 13.374 5.471 18.845

voltijds contractant man vrouw 5.909 4.679 10.588 39.483

deeltijds contractant man vrouw

gesco’s man vrouw

vastbenoemd man vrouw

7.381 2.669 10.050

2.977 6.731 9.708

gesco’s man vrouw



gesco’s man vrouw

10,33 3,74 14,07

4,17

3,48

3,12

2.485 10.265 12.750 31.940

gesco’s man vrouw 2.229 7.253 9.482

In %



2014

18,73 7,66 26,39

36

voltijds contractant man vrouw 8,27

6,55 14,82 55,28

9,42 13,59

14,37 17,85 44,72

10,15 13,28


Man-vrouwverhouding naar prestatieregime (in %) 90 75,92

80 67,53

70 60 50 40

32,47

30

24,08

20 10 0 voltijds

deeltijds

Man-vrouwverhouding naar statuut (in %) 80 70 60 50

64,03 57,27 50,8

49,2 42,73 35,97

40 30 20 10 0

gesco

2014

contractant


vastbenoemd

37


In VTE Totaal aantal personeelsleden (in VTE): 52.767,4 In absolute cijfers

vastbenoemd man vrouw 13087,26 5264,59 18351,85

voltijds contractant man vrouw 5458,02 4174,08 9632,1 36984,76


gesco’s man vrouw


6625,3 2375,51 9000,81

1768,9 3631,38 5400,28

gesco’s man vrouw



gesco’s man vrouw

12,56 4,50 17,06

3,35

1,78

2,71

941,1 4041,31 4982,41 15782,64

gesco’s man vrouw 1428,24 3971,71 5399,95

In %



2014

24,80 9,98 34,78

38


6,88 10,23

7,66 9,44 29,91

7,53 10,23

73,2 18,1

251,8 43,7

71,9 17,4

248,0 42,8

2014

2,4 5,3 13,5 156,2

3,9 9,1 30,3 463,0


2,4 5,3 14,0 164,4

3,9 9,2 30,9 476,2



zeer klein klein middelgroot centrumsteden centrumsteden zonder Antwerpen en Gent Vlaanderen

In VTE

zeer klein klein middelgroot centrumsteden centrumsteden zonder Antwerpen en Gent Vlaanderen

In koppen

97,6 15,8

1,5 3,1 10,7 171,3

110,4 18,7

3,0 3,6 12,9 194,3

88,4 14,1

1,3 2,9 9,5 153,7

voltijds contractant man vrouw

118,3 20,2

3,0 3,8 13,9 210,4


37,4 9,3

2,1 3,2 8,2 60,5

75,6 21,6

5,1 11,1 20,9 105,6

33,8 8,3

1,8 3,0 7,2 54,8

gesco’s man vrouw

85,2 24,0

5,3 12,5 23,3 117,8

gesco’s man vrouw

76,7 22,3

3,1 6,8 17,7 193,2

35,2 6,3

0,8 1,6 4,4 60,8

50,1 12,0

2,0 3,2 9,3 110,6


50,5 10,6

1,3 2,8 7,7 96,2


130,3 34,1

4,8 13,1 32,8 188,5

15,6 3,4

0,8 1,0 2,8 24,9

64,0 13,3

2,5 4,0 12,0 94,0


35,6 8,9

2,2 2,9 8,0 54,0


90,1 24,4

2,7 12,7 24,1 105,5

13,9 5,0

1,8 2,6 5,0 18,1

51,3 13,4

1,7 6,6 13,1 60,9

gesco’s man vrouw

22,0 7,8

2,6 3,8 7,9 28,3

gesco’s man vrouw

Leeswijzer • Voor de indeling van de gemeenten in de inwonerscategorieën wordt het aantal inwoners op 1 januari 2012 als referentie gebruikt.

2.3.2 Gemiddeld aantal personeelsleden per gemeente

858,0 171,3

19,9 51,3 139,8 1496,8

totaal

1.068,7 231,9

25,1 74,9 197,3 1.866,3

totaal


39


Personeel naar niveau en aantal inwoners Leeswijzer • De gegevens gebruikt in onderstaande tabel en grafiek komen uit de personeelsdatabank van het Agentschap voor Binnenlands Bestuur. • De cijfers zijn uitgedrukt in koppen. • Het gaat om cijfers voor 295 van de 308 Vlaamse gemeenten. Voor volgende gemeenten zijn geen gegevens opgenomen in de personeelsdatabank: Brugge, De Haan, Destelbergen, Harelbeke, Herstappe, Kortessem, Leopoldsburg, Meerhout, Ninove, Oostende, Rijkevorsel, Vosselaar en Zottegem. Personeelsleden per gemeente naar niveau en naar aantal inwoners (in %) 50 45 40 35 30 25 20 15 10 5 0 niveau A

niveau B

niveau C

min 5000 inwoners van 5.001 tot 7.500 inwoners van 7.501 tot 10.000 inwoners van 10.001 tot 15.000 inwoners

niveau D

niveau E

van 15.001 tot 20.000 inwoners van 20.001 tot 30.000 inwoners van 30.001 tot 50.000 inwoners van 50.001 tot 100.000 inwoners

Gent Antwerpen

Personeelsleden per gemeente naar niveau en naar aantal inwoners (in absolute cijfers)


2014

40

min 5000 inwoners van 5001 tot 7500 inwoners van 7501 tot 10.000 inwoners van 10.001 tot 15.000 inwoners van 15.001 tot 20.000 inwoners van 20.001 tot 30.000 inwoners van 30.001 tot 50.000 inwoners van 50.001 tot 100.000 inwoners Gent Antwerpen

niveau A

niveau B

niveau C

niveau D

niveau E

totaal

2 3 4 6 9 14 25 88 774 788

3 8 10 13 22 27 42 120 782 572

7 15 20 30 47 68 107 310 2.314 2.076

7 15 25 34 47 63 100 292 903 1.271

10 11 20 26 41 54 77 154 371 1.334

29 52 79 110 165 227 350 964 5.144 6.041


3.

Bestuurskrachtprofiel OCMW’s

3.1 Omgevingsfactoren Samenstelling bestuursorganen Op de website van het Agentschap voor Binnenlands Bestuur kunt u de mandatendatabank raadplegen. Daar vindt u info over wie deel uitmaakt van de OCMW-raad en wie OCMW-voorzitter is.

3.2 Financiën 3.2.1 Ontvangsten en uitgaven Leeswijzer: • Bron: meerjarenplannen 2014 – 2019 van 299 OCMW’s Totale ontvangsten en uitgaven van 2014 tot 2019 (in 1000 euro) 4.300.000 4.200.000 4.100.000 4.000.000 3.900.000 3.800.000 3.700.000 3.600.000 2014

2015

2016

2017

2018

2019

2014 2015 2016 2017 2018 2019

totaal ontvangsten

exploitatie-ontvangsten


overige ontvangsten

4.177.898.877 3.832.588.150 3.816.915.276 3.708.210.304 3.750.576.112 3.758.739.891

3.226.708.857 3.255.835.459 3.321.368.426 3.381.935.720 3.446.226.175 3.507.065.508

195.930.351 116.084.162 100.034.547 78.520.202 79.268.156 75.574.255

755.259.670 460.668.529 395.512.303 247.754.382 225.081.782 176.100.129


Totale ontvangsten, exploitatie-ontvangsten, investeringsontvangsten en overige ontvangsten van 2014 tot 2019 (in euro)

2014


41


Totale uitgaven, exploitatie-uitgaven, investeringsuitgaven en overige uitgaven van 2014 tot 2019 (in euro)

totaal uitgaven

exploitatie-uitgaven


overige uitgaven

2014 2015 2016 2017 2018 2019

4.256.934.645 3.923.987.906 3.826.852.763 3.732.778.051 3.751.015.444 3.748.523.942

3.151.728.557 3.181.784.340 3.243.753.266 3.303.874.668 3.366.873.948 3.421.553.587

516.556.357 373.129.127 272.989.508 155.887.134 112.142.004 106.025.102

588.649.731 369.074.439 310.109.989 273.016.249 271.999.492 220.945.253

Totale ontvangsten en uitgaven, exploitatie-ontvangsten en -uitgaven en investeringsontvangsten en -uitgaven per inwoner en naar inwonerscategorie van 2014 tot 2019 (in euro) 2014

2015


2014

2016

42

inwoners categorie zeer klein klein middelgroot centrumstad centrumstad zonder Antwerpen en Gent Vlaanderen zeer klein klein middelgroot centrumstad centrumstad zonder Antwerpen en Gent Vlaanderen zeer klein klein middelgroot centrumstad centrumstad zonder Antwerpen en Gent Vlaanderen

totale ontvangsten

exploitatieontvangsten


totale uitgaven

exploitatieuitgaven

investerings uitgaven

551 408 520 1.138

525 342 447 750

8 42 25 43

580 414 535 1.145

507 335 434 739

54 58 81 95

744 668 547 371 500 980

621 516 539 346 448 761

34 31 4 14 14 32

768 680 543 374 521 984

607 504 517 340 436 749

129 83 13 23 57 79

731 613 546 367 503 950

633 521 544 354 456 768

43 19 2 10 13 26

735 627 545 373 504 952

618 509 524 346 443 755

95 60 7 14 40 63

723 607

641 528

30 16

724 609

627 516

75 43


2018

2019


totale ontvangsten

exploitatieontvangsten


totale uitgaven

exploitatieuitgaven

investerings uitgaven

551 370 486 913

549 362 460 781

2 7 11 19

554 370 490 918

536 353 448 769

5 7 22 36

688 587 559 375 489 921

651 535 557 370 468 791

18 12 2 5 10 21

695 591 560 374 491 918

637 523 546 360 455 779

38 25 2 4 16 28

705 592 570 386 491 435

664 544 568 375 475 800

23 13 2 11 9 21

698 592 568 384 491 433

650 531 554 364 462 787

28 18 2 9 9 39

737 591

675 552

21 12

732 590

660 538

51 17

2014

2017

inwoners categorie


43


3.2.2 Resultaten en financiële evenwichten Leeswijzer: • Bron: Meerjarenplannen 2014 – 2019 van 299 OCMW’s (in 1000 euro) • Het budgettair resultaat van het boekjaar is het verschil tussen alle ontvangsten en uitgaven van het financiële boekjaar. • De autofinancieringsmarge (AFM) is het verschil tussen enerzijds het deel van de ontvangsten en uitgaven uit de exploitatie dat gebruikt kan worden voor de vereffening van de netto periodieke leningsuitgaven (financieel draagvlak), en anderzijds de netto periodieke leningsuitgaven. Budgettair resultaat van het boekjaar van 2014 tot 2019 (in 1000 euro) 200.000 100.000 0 -100.000 -200.000 -300.000 -400.000 2014

2015

2016

2017

2018

2019

exploitatiesaldo saldo investeringsverrichtingen saldo andere verrichtingen budgettair resultaat boekjaar

Budgettair resultaat van het boekjaar van 2014 tot 2019 (in euro)


2014

exploitatiesaldo

44

2014 2015 2016 2017 2018 2019

74.980.300 74.051.119 77.615.160 78.061.052 79.352.227 85.511.920




-320.626.006 -257.044.965 -172.954.961 -77.366.932 -32.873.849 -30.450.847

166.609.939 91.594.091 85.402.314 -25.261.867 -46.917.711 -44.845.124

-79.035.767 -91.399.756 -9.937.487 -24.567.748 -439.332 10.215.949


Autofinancieringsmarge van 2014 tot 2019 (in 1000 euro) 160.000 140.000 120.000 100.000 80.000 60.000 40.000 20.000 0 2014

2015

2016

2017

2018

2019


Autofinancieringsmarge van 2014 tot 2019 (in euro)

2014 2015 2016 2017 2018 2019

financieel draagvlak



132.954.781 135.190.129 144.237.980 143.976.021 144.556.701 148.693.421

126.963.966 129.893.273 138.349.186 135.290.750 133.082.354 131.563.831

5.990.816 5.296.856 5.888.793 8.685.271 11.474.347 17.129.590

2015

financieel draagvlak 30 16 23 19

netto periodieke leningsuitgaven 29 15 23 18

26 22 35 15 23 21

23 21 26 16 23 19

3 1 9 0 0 2

29 22

26 21

3 1

autofinancieringsmarge 1 1 1 2


2014

inwonerscategorie zeer klein klein middelgroot centrumstad centrumstad zonder Antwerpen en Gent Vlaanderen zeer klein klein middelgroot centrumstad centrumstad zonder Antwerpen en Gent Vlaanderen

2014

Autofinancieringsmarge per inwoner en naar inwonerscategorie van 2014 tot 2019 (in euro)

45


2016

2017

2018


2014

2019

46

inwonerscategorie zeer klein klein middelgroot centrumstad centrumstad zonder Antwerpen en Gent Vlaanderen zeer klein klein middelgroot centrumstad centrumstad zonder Antwerpen en Gent Vlaanderen zeer klein klein middelgroot centrumstad centrumstad zonder Antwerpen en Gent Vlaanderen zeer klein klein middelgroot centrumstad centrumstad zonder Antwerpen en Gent Vlaanderen

financieel draagvlak 32 17 24 23

netto periodieke leningsuitgaven 25 16 24 21

29 23 25 18 24 22

26 22 25 16 23 20

3 1 1 2 1 2

29 23 22 19 24 22

25 22 24 16 23 19

4 1 -2 3 1 3

29 23 28 19 25 23

23 21 25 15 23 19

6 2 2 4 2 4

29 24

23 21

6 3

autofinancieringsmarge 7 1 0 2


3.2.3 Financiële schuld Leeswijzer: • Bron: Jaarrekeningen van 308 OCMW’s (met een raming voor 1 ontbrekend OCMW in 2011 en 4 ontbrekende in 2012) • Het betreft de financiële schulden zoals gedefinieerd in de algemene boekhouding voor de lokale en provinciale besturen volgens BBC. Onder de financiële schulden worden opgenomen: de schulden tegenover de kredietinstellingen, de overige leningen en de verplichtingen die voortvloeien uit obligatieleningen, leasing of soortgelijke overeenkomsten. Het gaat om schulden die verband houden met de thesaurie en die niet gekoppeld zijn aan of voortvloeien uit de courante werking van de besturen. Het betreft zowel de financiële schulden op korte als op lange termijn. Financiële schuld van 2006 tot 2012 (in 1000 euro) 2.500.000 1.950.328 2.000.000

1.690.874 1.505.070

1.500.000 1.082.837

1.195.680

1.221.306

2007

2008

1.293.151

1.000.000

500.000

0

2006

2009

2010

2011

2012

Financiële schuld per inwoner en naar inwonerscategorie in 2012 (in euro) 500

453 420

400 307

200

167 113

100

0 zeer klein

klein

middelgroot

centrumstad


Vlaanderen


300

2014

273

47


3.3

Personeel

Leeswijzer: • Jobstudenten en monitoren worden niet meegerekend. • De personen die op proef benoemd zijn, worden meegerekend in de categorie contractanten. • Zowel het aantal personeelsleden in koppen als in voltijds equivalenten (VTE) wordt weergegeven. • De gegevens komen van de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid van de Provinciale en Plaatselijke Overheden. • De gegevens hebben betrekking op het tweede kwartaal 2012.

3.3.1 Totaal aantal personeelsleden In koppen Totaal aantal personeelsleden (in koppen): 53.058 In absolute cijfers

vastbenoemd man vrouw 2.241 4.204 6.445

voltijds contractant man vrouw 4.515 8.423 12.938 21.345

gesco’s man vrouw 527 1.435 1.962

vastbenoemd man vrouw 578 7.782 8.360

deeltijds contractant man vrouw 844 15.897 16.741 31.713

gesco’s man vrouw 315 6.297 6.612


gesco’s man vrouw 1,0 2,7 3,7


deeltijds contractant man vrouw 1,6 30,0 31,6 59,8

gesco’s man vrouw 0,6 11,9 12,5

In %


Man-vrouwverhouding naar prestatieregime (in %) 94,5

100 90


2014

80 65,9

70 60 50 40

34,1

30 20 5,5

10 0 voltijds

48

deeltijds


Man-vrouwverhouding naar statuut (in %) 100

90,2

90

81,0

81,9

80 70 60 50 40 30 20

19,0

18,1 9,8

10 0 statutair

contractant

gesco

In VTE Totaal aantal personeelsleden (in VTE): 37.096,09 In absolute cijfers

vastbenoemd man vrouw 2.203,42 4.077,93 6.281,35

voltijds contractant man vrouw 3.799,16 7.220,57 11.019,73 18.986,04


gesco’s man vrouw


476,42 1.208,54 1.684,96

372,64 4.759,96 5.132,60

gesco’s man vrouw



gesco’s man vrouw

1,28

1,00

1,38

0,51

510,24 9.049,30 9.559,54 18.110,05

gesco’s man vrouw 190,62 3.227,29 3.417,91

In %

10,99 16,93

10,24 19,46 29,71 51,18

3,26 4,54

12,83 13,84

24,39 25,77 48,82

8,70 9,21 2014

5,94




49

50

2014


In VTE


In koppen

75,64 14,65

39,64 8,86

1,09 4,65 11,01 117,26

63,44 14,21

1,67 2,62 5,71 75,54

35,65 8,71


1,40 2,97 11,28 131,00

1,67 1,73 5,81 80,23


174,91 28,95

4,80 6,71 22,47 253,08

69,06 13,28

2,26 3,86 8,37 141,12 133,54 24,81

4,08 8,04 19,35 204,10


95,36 15,79

3,00 2,76 9,78 178,54


18,45 6,32

2,67 3,56 6,00 20,08

8,22 2,92

1,52 2,58 9,11 15,27 5,32

1,87 3,03 5,06 16,86

gesco’s man vrouw

9,55 3,23

1,56 2,85 10,38

gesco’s man vrouw

145,73 26,56

2,00 4,97 20,09 251,54

5,96 2,14

0,79 0,92 1,27 14,13 81,31 16,19

1,08 4,80 12,14 148,16


10,36 3,34

1,17 1,20 1,98 22,54


240,27 53,53

7,88 23,99 53,35 238,92

8,87 2,30

0,82 1,37 1,83 11,32

128,14 30,16

4,56 14,06 30,38 130,48


16,27 3,85

1,40 1,74 3,12 19,38


55,55 21,86

8,13 12,79 23,64 49,85

3,04 1,23

1,00 0,80 1,16 2,80

26,71 11,21

4,09 6,91 12,08 24,20

gesco’s man vrouw

4,90 2,07

1,00 1,48 1,93 4,58

gesco’s man vrouw

Leeswijzer • Voor de indeling van de gemeenten in de inwonerscategorieën wordt het aantal inwoners op 1 januari 2012 als referentie gebruikt.

3.3.2 Gemiddeld aantal personeelsleden per OCMW


578,92 120,44

10,67 44,68 105,27 894,86

totaal

886,18 172,27

17,00 55,54 154,58 1.259,77

totaal



4.

Bestuurskrachtprofiel provincies

4.1 Omgevingsfactoren 4.1.1 Inwoners Leeswijzer: • De gegevens komen van de FOD Economie, K.M.O., Middenstand en Energie, Algemene Directie Statistiek en Econo mische Informatie. • De gegevens geven de toestand weer op 1 januari van het betreffende jaar. Aantal inwoners per provincie in 2013 2.000.000

1.793.377

1.800.000 1.600.000

1.460.944

1.400.000 1.101.280

1.200.000 1.000.000

1.173.019

853.239

800.000 600.000 400.000 200.000 0 Oost-Vlaanderen

Vlaams-Brabant

West-Vlaanderen

2014

Limburg


Antwerpen

51


Aantal inwoners per provincie van 1983 tot 2013 2.000.000 1.800.000 1.600.000 1.400.000 1.200.000 1.000.000 800.000 600.000 400.000 200.000 0 1983

1988

1993

1998

2003

2008

2013

Antwerpen Limburg Oost-Vlaanderen Vlaams-Brabant West-Vlaanderen


2014

Aantal inwoners per provincie van 1983 tot 2013

52

Antwerpen

Limburg

Oost-Vlaanderen

Vlaams-Brabant

West-Vlaanderen

1983 1988 1993 1998 2003 2008 2013

1.577.246 1.587.450 1.619.613 1.637.857 1.661.119 1.715.707 1.793.377

724.032 736.981 761.565 783.927 802.528 826.690 853.239

1.332.265 1.328.779 1.344.263 1.357.576 1.370.136 1.408.484 1.460.944

937.041 947.648 982.943 1.007.882 1.027.839 1.060.232 1.101.280

1.084.380 1.095.193 1.116.244 1.125.140 1.133.931 1.150.487 1.173.019


4.1.2 Bevolkingsdichtheid Leeswijzer: • De bevolkingsdichtheid is het aantal inwoners per vierkante kilometer. • Bron: FOD Economie, K.M.O., Middenstand en Energie, Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie • Het aantal inwoners is de situatie op 1 januari 2013. Bevolkingsdichtheid per provincie (in 2013) 700

625

600 490

500 400

523 472 373

325

300 200 100 0 Antwerpen

Limburg

OostVlaanderen

VlaamsBrabant

WestVlaanderen

Vlaanderen

4.1.3 Samenstelling bestuursorganen


2014

Op de website van het Agentschap voor Binnenlands Bestuur kunt u de mandatendatabank raadplegen. Daar vindt u info over wie deel uitmaakt van de provincieraad en wie de gedeputeerden zijn.

53


4.2 Financiën 4.2.1 Ontvangsten en uitgaven Leeswijzer: • Bron: Meerjarenplannen 2014 – 2019 van de 5 provincies Totale ontvangsten en uitgaven van 2014 tot 2019 (in 1000 euro) 1.300.000 1.250.000 1.200.000 1.150.000 1.100.000 1.050.000 1.000.000 950.000 2014

2015

2016

2017

2018

2019


Totale ontvangsten, exploitatie-ontvangsten, investeringsontvangsten en overige ontvangsten van 2014 tot 2019


2014

2014 2015 2016 2017 2018 2019

54

totaal ontvangsten

exploitatie-ontvangsten

1.091.199.432 1.166.277.091 1.178.877.770 1.180.730.395 1.193.150.811 1.178.505.681

995.220.166 1.007.420.884 1.020.267.743 1.035.426.561 1.049.437.191 1.048.052.028

investeringsontvangsten 41.261.901 34.456.758 15.816.035 9.842.883 33.318.493 9.488.183

overige ontvangsten 54.717.365 124.399.449 142.793.992 135.460.951 110.395.127 120.965.470

Totale uitgaven, exploitatie-uitgaven, investeringsuitgaven en overige uitgaven van 2014 tot 2019 (in euro)

2014 2015 2016 2017 2018 2019

totaal uitgaven

exploitatie-uitgaven


overige uitgaven

1.284.744.850 1.276.524.476 1.256.978.428 1.200.942.653 1.202.237.987 1.171.057.112

916.175.424 928.015.403 932.788.996 939.826.641 952.467.202 947.050.753

257.452.425 247.840.918 220.621.317 140.154.317 126.046.566 105.119.121

111.117.002 100.668.155 103.568.115 120.961.696 123.724.219 118.887.238


4.2.2 Resultaten en financiële evenwichten Leeswijzer: • Bron: Meerjarenplannen 2014 – 2019 van de 5 provincies • Het budgettair resultaat van het boekjaar is het verschil tussen alle ontvangsten en uitgaven van het financiële boekjaar. • De autofinancieringsmarge (AFM) is het verschil tussen enerzijds het deel van de ontvangsten en uitgaven uit de exploitatie dat gebruikt kan worden voor de vereffening van de netto periodieke leningsuitgaven (financieel draagvlak), en anderzijds de netto periodieke leningsuitgaven. Budgettair resultaat van het boekjaar van 2014 tot 2019 (in 1000 euro) 150.000 100.000 50.000 0 -50.000 -100.000 -150.000 -200.000 -250.000 2014

2015

2016

2017

2018

2019

exploitatiesaldo saldo investeringsverrichtingen saldo andere verrichtingen budgettair resultaat boekjaar




79.044.942 79.405.681 87.478.946 95.600.120 96.970.189 101.001.475

-216.190.524 -213.384.160 -204.805.282 -130.311.434 -92.728.073 -95.630.938

-56.399.637 23.731.294 39.225.877 14.499.255 -13.329.091 2.078.233

-193.545.219 -110.247.185 -78.100.459 -20.212.058 -9.086.976 7.448.770


2014 2015 2016 2017 2018 2019

exploitatiesaldo

2014

Budgettair resultaat van het boekjaar van 2014 tot 2019 (in euro)

55


Autofinancieringsmarge van 2014 tot 2019 (in 1000 euro) 140.000 120.000 100.000 80.000 60.000 40.000 20.000 0 -20.000 -40.000 2014

2015

2016

2017

2018

2019


Autofinancieringsmarge van 2014 tot 2019 (in euro) financieel draagvlak



97.253.835 96.405.772 106.081.852 115.931.479 118.779.044 123.384.614

112.334.670 107.932.762 112.435.536 118.628.268 125.797.589 107.421.192

-15.080.835 -11.526.989 -6.353.684 -2.696.789 -7.018.545 15.963.422

2014 2015 2016 2017 2018 2019


2014

4.2.3 Financiële schuld

56

Leeswijzer: • Bron: Jaarrekeningen van de 5 provincies • Het betreft de financiële schulden zoals gedefinieerd in de algemene boekhouding voor de lokale en provinciale besturen volgens BBC. Onder de financiële schulden worden opgenomen: de schulden tegenover de kredietinstellingen, de overige leningen en de verplichtingen die voortvloeien uit obligatieleningen, leasing of soortgelijke overeenkomsten. Het gaat om schulden die verband houden met de thesaurie en die niet gekoppeld zijn aan of voortvloeien uit de courante werking van de besturen. Het betreft zowel de financiële schulden op korte als op lange termijn.


Financiële schuld per provincie van 2006 tot 2012 (in euro)

2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012

4.3

Antwerpen

Limburg

OostVlaanderen

Vlaams-Brabant

WestVlaanderen

alle provincies

133.998.343 134.811.848 138.088.593 142.208.341 162.330.417 166.861.320 188.512.848

85.519.420 90.265.722 96.688.567 100.287.022 99.986.549 98.738.756 99.414.666

208.243.371 214.681.772 191.512.191 211.002.005 209.231.871 184.053.048 162.496.915

133.224.457 114.389.886 94.913.579 100.102.368 91.737.054 81.736.049 72.564.459

148.279.494 146.271.870 138.247.328 130.418.910 120.507.462 115.784.536 111.777.288

709.265.085 700.421.099 659.450.257 684.018.644 683.793.353 647.173.709 634.766.176

Personeel

Leeswijzer: • Jobstudenten en monitoren zijn niet opgenomen in de tabellen. • De personen die op proef zijn benoemd worden meegerekend in de categorie contractanten. • Het aantal personeelsleden wordt zowel in koppen als in voltijds equivalenten (VTE) weergegeven. • De gegevens komen van de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid van de Provinciale en Plaatselijke Overheden. • Ze hebben betrekking op het tweede kwartaal van 2012.

4.3.1 Totaal aantal personeelsleden In koppen Total aantal personeelsleden (in koppen): 6.140 In absolute cijfers



gesco’s man vrouw



1195

653

145

331

363

687 1882

763 1416 3563

120

829

871

gesco’s man vrouw 34

1234 2577

149

265

1160

183

gesco’s man vrouw



gesco’s man vrouw

2,36

5,39

5,91

0,55

19,46 11,19 30,65


1,95 4,32

13,50 18,89

14,19 20,10 41,97

2,43 2,98



2014

In %

57


Man-vrouwverhouding naar prestatieregime (in %) 80

71,8

70 55,9

60 50

44,1

40 28,2

30 20 10 0 voltijds

deeltijds

Man-vrouwverhouding naar statuut (in %) 70 61,7

60,0

60 50,2

49,8

50 38,3

40

40,0

30 20 10 0


2014

statutair

58

contractant

gesco


In VTE Totaal aantal personeelsleden (in VTE): 4903,91 In absolute cijfers




gesco’s man vrouw


136,76 102,2 238,96

231,05 554,02 785,07

gesco’s man vrouw



gesco’s man vrouw

2,79

4,71

2,28

0,48

112,04 486,52 598,56 1496,62

gesco’s man vrouw 23,56 89,43 112,99

In %

12,69 13,91 26,60 69,48

2,08 4,87

11,30 16,01

9,92 12,21 30,52

1,82 2,30

2014

24,24 13,76 38,01




59

60

2014

Antwerpen Limburg Oost-Vlaanderen Vlaams-Brabant West-Vlaanderen Totaal

In VTE

Antwerpen Limburg Oost-Vlaanderen Vlaams-Brabant West-Vlaanderen Totaal

In koppen

177 136 108 106 160 687

377,58 145,92 221,43 186,03 257,97 1188,93

176,79 132,71 106,49 101,73 157,19 674,91


373 147 226 189 260 1195

vastbenoemd man vrouw 227 113 170 154 99 763

193,89 102,42 114,76 147,06 64,14 622,27

201,44 104,64 150,61 135,6 89,93 682,22


201 108 122 151 71 653


4.3.2 Aantal personeelsleden per provincie


10 72 23 0 15 120

7 94,61 23,38 0 11,77 136,76

9,15 58,94 20,59 0 13,52 102,2

gesco’s man vrouw

7 100 26 0 12 145

gesco’s man vrouw 281 147 169 125 107 829

87,23 22,68 61,81 34,74 24,59 231,05

184,94 95 114,91 81,66 77,51 554,02


128 31 86 51 35 331

vastbenoemd man vrouw 238 138 296 114 85 871

30,77 13,93 32,76 26,1 8,48 112,04

143,34 80,41 161,19 48,38 53,2 486,52


47 25 79 185 27 363

deeltijds contractant man vrouw 13 112 14 0 10 149

2,6 16,85 4,11 0 0 23,56

8,99 64,02 9,44 0 6,98 89,43

gesco’s man vrouw

3 25 6 0 0 34

gesco’s man vrouw

1423,72 932,13 1021,48 761,3 765,28 4903,91

totaal

1705 1154 1325 1075 881 6140

totaal



5.

Inburgering en integratie

5.1

Organisaties van inburgering en integratie

• 1 Vlaams kruispunt Migratie-Integratie, 1 participatieorganisatie, 1 werking voor binnenschippers, 8 integratiecentra, 58 Vlaamse gemeenten die in aanmerking komen voor een lokale integratiesubsidie • 8 onthaalbureaus • 9 diensten voor sociaal tolken en vertalen

5.2 Vreemdelingen Leeswijzer • Vreemdelingen zijn personen met een andere dan de Belgische nationaliteit. Asielzoekers in procedure zijn ingeschreven in het wachtregister en zijn niet opgenomen in deze cijfers van het bevolkingsregister, erkende vluchtelingen wel. Vluchtelingen zijn erkende vluchtelingen volgens geldende internationale regelgeving (onder andere conventie van Genève). Het gaat om personen die om in de wet genoemde redenen recht hebben op verblijf in ons land. • De categorie EU zonder België (EU27 zonder BE) omvat de vreemdelingen van de landen van EU27, zonder België. • De categorie Europa zonder EU27 omvat de vreemdelingen van alle Europese landen zonder de EU-lidstaten. • De categorie andere landen (andere vreemde nationaliteit) omvat de vreemdelingen van uit Azië (zonder Turkije), Afrika (zonder Marokko), Amerika, Oceanië en de vluchtelingen waarvan de nationaliteit niet bekend is. • De gegevens komen van de FOD Economie, K.M.O., Middenstand en Energie, Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie en zijn bewerkt door de Studiedienst van de Vlaamse Regering. • Datum: 1 januari van het betreffende jaar. Gemiddeld % vreemdelingen per gemeente: 7,1% Aantal vreemdelingen in Vlaanderen, ingedeeld in categorieën van huidige nationaliteit van 2009 tot 2013 325.000 300.000 250.000 200.000 150.000

50.000 0 EU27 zonder BE 2009 2010 2011 2012 2013

241.358 252.960 268.848 284.277 298.334

Europa zonder EU27

Marokko

Turkije

andere vreemde nationaliteit

21.384 23.633 26.912 28.283 26.968

26.939 27.836 28.198 28.567 27.789

19.225 19.299 19.587 19.516 18.900

68.936 75.705 84.441 92.756 95.891


2014

100.000

61


5.3 Inburgeraars Aantal inburgeraars dat voor het eerst een inburgeringscontract ondertekent van 2007 tot 2013 Leeswijzer: • De gegevens komen van de Kruispuntbank Inburgering. • De aantallen van 2013 zijn berekend op een andere rapporteringsomgeving en kunnen licht afwijken van deze van de vorige jaren.

onthaalbureau Brussel onthaalbureau stad Antwerpen onthaalbureau Gent onthaalbureau Oost-Vlaanderen onthaalbureau Limburg onthaalbureau provincie Antwerpen onthaalbureau West-Vlaanderen onthaalbureau Vlaams-Brabant totaal

5.4

2007

2008

2009

2010

2011

2012

2013

totaal

1.238 3.695 982 1.085 1.555 1.355 1.355 832 12.097

1.509 3.909 1.183 1.008 1.583 1.725 1.458 1.099 13.474

1.574 4.130 1.145 1.190 1.618 1.690 1.655 1.156 14.158

2.015 4.842 1.587 1.736 2.140 2.505 2.414 1.369 18.608

2.026 6.194 1.465 1.822 2.341 2.757 2.344 1.875 20.824

2.423 5.019 1.225 1.290 1.688 2.225 1.792 1.548 17.210

2.602 4.560 1.258 1.280 1.562 2.095 1.972 1.503 16.832

13.432 32.349 8.845 9.411 12.487 14.352 12.990 9.382 113.248

Woonwagenbewoners

Aantal woonwagenterreinen en aantal standplaatsen op die terreinen van 2006 tot 2014 Leeswijzer: • De gegevens voor 2014 geven de toestand weer op 1 april 2014


2014

Residentiële terreinen

62

2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014

standplaatsen

terreinen

415 415 415 469 466 469 469 481 481

27 28 28 28 28 28 28 30 30


Doortrekkersterreinen

2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014

standplaatsen

terreinen

25 40 40 60 78 78 78 78 78

2 3 3 4 4 4 4 4 4

Gemeenten met residentiële en/of doortrekkersterreinen in Vlaanderen


2014

gemeenten met één of meer residentiële woonwagenterreinen (25) gemeenten met doortrekkersterreinen (2) gemeenten met zowel residentiële woonwagenterreinen als doortrekkersterreinen (2)

63

Vlaamse. Profielschets. Vlaamse profielschets. juni jaargang 18 nr maart 2013 VLAAMSE GEMEENTEN IN KAART GEBRACHT

Recommend Documents