VICTORY PRODUCTIONS PRESENTEERT
RELEASEDATUM: 29 april 2015
PRAKTISCH
RELEASEDATUM BELGIE: 29 APRIL 2015
DISTRIBUTIE BELGIE Victory Productions www.victoryproductions.be
PERS Kay Doms
[email protected] 0499 93 46 22
2
SYNOPSIS
Tom Egan (Ethan Hawke) heeft een lange carrière achter zich als Air Force-piloot voor het Amerikaanse leger. Nu is hij drone-piloot en opereert hij vanuit een container in Las Vegas. Met een joystick in de hand bestookt hij anonieme doelwitten in oorlogsgebieden. Wanneer de redenen achter zijn opdrachten steeds vager worden, komt Tom in een moreel mijnenveld terecht. Als ook nog de CIA in beeld komt, met hun eigen belangen, begint Tom zich steeds meer een speelbal in een politiek spel te voelen. Niet alleen zijn professionele beweegredenen, maar ook de relatie met zijn vrouw Molly (January Jones) komt onder zware spanning te staan. Met ‘Good Kill' levert Andrew Niccol (Gattaca, Lord of War) een spannend en hyper-actueel drama af over de morele dilemma’s van moderne oorlogsvoering.
3
SPECIFICATIES
LAND: Verenigde Staten JAAR: 2014 DUUR: 105 minuten BIOSCOOPFORMAAT: 2.35 : 1 GELUID: Dolby Digital TAAL: Engels ONDERTITELING: Frans/Nederlands
4
CAST
TOM EGAN LT. COLONEL JACK JOHNS MOLLY EGAN VERA SUAREZ ZIMMER
Ethan Hawke Bruce Greenwood January Jones Zoë Kravitz Jake Abel
CREW REGIE & SCENARIO Andrew Niccol PRODUCERS Mark Amin Nicolas Chartier Zev Foreman ASSOCIATE PRODUCER Tyler Boehm EXECUTIVE PRODUCERS Ted Gidlow Patrick Newall Cami Winikoff CINEMATOGRAFIE Amir Mokri PRODUCTION DESIGN Guy Barnes GELUID David Brownlow MONTAGE Zach Staenberg CASTING Avy Kaufman ASSISTENT REGIE Nicolas Mastandrea SCRIPT SUPERVISOR Jennifer Josephson MAKE-UP Bonnie Masoner
5
DIRECTOR’S STATEMENT
“This is the story of fighter pilot, Major Tommy Egan, who has been flying F-16’s in Iraq and Afghanistan. He is still flying missions in that part of the world but now he is doing it from the inside of a very different cockpit. He is a drone pilot, fighting the war by remote control from an air-conditioned cubicle 7,000 miles away at a base near Las Vegas. It’s about the new schizophrenia of war. After fighting the Taliban for 12 hours a day Tommy goes home to the suburbs to feud with his wife and kids for the other 12. Set during the greatest escalation of drone strikes, it’s about the moral conflicts and dilemmas of using this new technology. But it’s very much a personal story. Tommy is becoming a casualty of a war he’s fighting from half a world away, all the while in absolutely no danger. He is a pilot, grieving the death of actual flying and suffering from shell shock while also feeling guilty that he’s so far away from the shells. He is becoming disconnected from real life, relating more to the targets he’s watching and their families than his own family. Most important, he is starting to question the mission. Is he creating more terrorists than he’s killing? Is he now engaged in a war without end?” - Andrew Niccol
6
OVER ANDREW NICCOL Andrew Niccol – REGISSEUR Hoewel de Nieuw-Zeelandse cineast, scenarist en producer Andrew Niccol (°10 juni, 1964 Paraparauma, Nieuw-Zeeland) nog maar slechts zes films op zijn naam heeft staan, heeft de multidisciplinaire regisseur sinds zijn debuut in 1997 toch de reputatie van Hollywoods go-to architect van prachtige, maar misleidende utopieën voor zichzelf weten uit te bouwen. Na tien jaar actief te zijn als reclameregisseur besluit de in Londen gevestigde cineast in de hoop films “longer than 60 seconds” te produceren uiteindelijk de verhuis naar Los Angeles te wagen. Vertrekkend vanuit zijn eigen ervaring als immigrant en geïnspireerd door Philip K. Dicks dystopische roman Time Out of Joint en een episode van de populaire sciencefictionreeks Twilight Zone vergaart Niccol begin de jaren 90 al snel Hollywoods aandacht met een ambitieus scenario The Malcolm Show, later omgedoopt tot The Truman Show, over een man die vast blijkt te zitten in een fictionele wereld. Het duurt niet lang vooraleer Niccol in het najaar van 1993 het script al aan Paramount Pictures kan verkopen, onder de voorwaarde dat hij tevens de regie voor zijn rekening zou nemen, maar om toch geen risico te nemen met een onervaren cineast in de regisseursstoel wordt twee jaar later de Australische regisseur Peter Weir aan boord gehaald. Na een zestiental herschrijvingen op vraag van Weir en de studio, algemeen werd het scenario iets te dramatisch en te weinig komisch bevonden dan aanvankelijk gepland, kunnen de opnames in 1998 eindelijk van start gaan met Jim Carrey in de hoofdrol. Aan de London Critics Circle Film Awards kan Niccol het daaropvolgend jaar al aan de haal met de ALFS Award voor Screenwriter of the Year. Hoewel hij met de film oorspronkelijk zijn regiedebuut zou maken, levert Niccol daarentegen met de low-budget sciencefictionfilm Gattaca (1997) zijn eerste prent af, waarin hij via een verhaal over identiteitsfraude in een dystopische niet-zo-verre-toekomst de gevaren van genetische manipulatie onder de loep neemt. De film, die zijn eerste samenwerking met Ethan Hawke vormt, werd door de Amerikaanse filmcriticus Roger Ebert omschreven als “one of the smartest and most provocative of science fictions, a thriller with ideas”, wordt onder critici niet alleen goed onthaald maar eveneens erkend met verscheidene nominaties, waaronder een Oscarnominatie voor Best Art Direction en een Golden Globe nominatie voor Best Original Score. Aan het Gérardmer Film Festival kan Niccol naar huis gaan met zowel de Fun Trophy als de Special Jury Prize, alsook aan het Sitges – Catalonian International Film Festival wordt de cineast bekroond met de prijs voor Beste Film. Nadat hij het scenario van The Truman Show niet naar eigen hand heeft kunnen zetten, kan Niccol vanuit de instelling “everything I write, I want to direct” het kritisch succes van Gattaca enkele jaren daarna vervolgen met het fantasy drama S1m0ne (2002). Ook met S1m0ne exploreert de cineast wederom hoe media de realiteit naar hun hand kunnen zetten ten gunste van entertainment. Ondanks de gekende cast, waaronder Al Pacino en Catherine Keener, kent de film, over een gedesillusioneerde regisseur die in de hoop zijn film te redden nadat zijn hoofdrolspeelster is gestopt stiekem digitaal een ideale multimedia actrice ontwikkelt, geen groot box office succes. Desondanks blijft Niccol toch naam maken voor zichzelf als filmmaker met een grotere interesse voor concepten dan spektakel. Zo geeft hij Steven Spielberg het idee voor diens film The Terminal (2004), een op een waar gebeurd verhaal gebaseerd drama waarin Tom Hanks bij zijn aankomst aan de John F. Kennedy luchthaven in New York de Verenigde Staten niet wordt toegelaten, waarop hij, aangezien hij ook niet naar zijn in oorlogvoerend thuisland kan terugkeren, besluit van de luchthaven maandenlang een tijdelijke thuis te maken.
7
Het daaropvolgend jaar kruipt Niccol nogmaals zelf terug achter de camera met het oorlogsdrama Lord of War (2005) waarin hij vanuit een fascinatie voor “the type of human being who could sell AK 47s like they were vacuum cleaners” aandacht schenkt aan de internationale wapenhandel. Vanwege zijn thematiek kan de film, over een wapenexploitant die op het hoogtepunt van zijn roem met gewetensproblemen kampt, voor de promotie daarbij rekenen op de hulp van Amnesty International. Om zoveel mogelijk details in de film juist weer te geven kan Niccol tijdens de opnames beroep doen op tal van professionele wapenhandelaars, die hem zelfs een aantal van hun tanks te leen stelden. Ook met Lord of War, door Variety geprezen voor zijn aanpak van een complex hedendaags onderwerp met “ferocity and filmic energy”, kan Niccol met een prijs aan de haal gaan. Zo wordt hij ditmaal bekroond met de Special Recognition Award For Excellence in Filmmaking aan de National Board of Review in 2005. Met de futuristische sciencefictionthriller In Time (2011) neemt Niccol vervolgens het gezegde “time is money” heel letterlijk. Vertrekkend vanuit de hedendaagse obsessie met jeugd schildert hij in de film, in zijn eigen woorden “the bastard son of Gattaca”, een niet-zo-verre-toekomst af waarin het ouderdomsproces stopt op 25 jaar oud. Maar waar de rijken nagenoeg onsterfelijk zijn, moeten de armen uren bij elkaar rapen, lenen of stelen om de dag door te komen. Met de verfilming van The Host (2013) blijft Niccol in de dystopische sciencefictionsfeer hangen met als basis het verhaal over buitenaardse geesten die de mensenlichamen overgenomen hebben en zo onze planeet beheersen. Alhoewel donkerder dan de vampierenverhalen blijft het verhaal een typisch Stephanie Meyer-product waarbij de essentie van het verhaal minder draait om de pessimistische toekomstvisie en fantasie, de buitenaardse infectie, maar wel om de romantische invalshoek, namelijk twee jongens die om hetzelfde meisje vechten. De cineast richt de film dan ook in hoofdzaak op de Twilight-doelgroep. Dit kan niet gezegd worden van zijn war-at-home film Good Kill (2014) die hij vanuit de stelling ‘oorlog is een videospel’ een hoog actualiteitsgehalte weet mee te geven. FILMOGRAFIE: o o o o o o
Good Kill (2014) The Host (2013) In Time (2011) Lord of War (2005) S1m0ne (2002) Gattaca (1997)
8
OVER ETHAN HAWKE
Ethan Hawke – TOM EGAN Voor lange tijd werd de Amerikaanse acteur, regisseur en auteur Ethan Hawke (°6 november, 1970 – Austin, Texas) hoofdzakelijk geassocieerd met zijn rol van de dromerige schooljongen die in de kostschoolfilm Dead Poets Society op een gegeven dag op tafel gaat staan en tegen professor Robin Williams “O Captain, my captain!” scandeert. Heel wat filmrollen later staat hij desondanks op dezelfde lijn als zijn beroemde generatiegenoten Brad Pitt en Ben Affleck en kan hij als karakteracteur eindelijk tot de grandeur van Hollywood gerekend worden. Hoewel Hawke tijdens zijn schooljaren in eerste instantie een carrière als schrijver ambieert, wordt die droom al snel op een zijspoor gezet als hij als tiener een interesse ontwikkelt voor het acteren. Hij speelt het dan ook klaar om op 14-jarige leeftijd al met een filmdebuut uit te pakken. In de kleinschalige sciencefictionfilm Explorers (1985) stelt hij zich naast River Phoenix aldus op als een door aliens geobsedeerde schooljongen. Als de film Hawke’s carrière, in tegenstelling tot de stijgende reputatie van zijn tegenspeler Phoenix, echter niet in een stroomversnelling zet, besluit de aspirant acteur het professioneel acteren voor een tijd stil te leggen en zich ten volle te richten op zijn studies. Daarop schrijft hij zich in aan de Carnegie Melton University. Zijn universiteitsperiode is echter maar van korte duur als hij totaal onverwacht de rol van één van Robin Williams studenten in de adaptatie Dead Poets Society (1989) krijgt aangeboden. De film wordt door menig critici uiterst positief onthaald, met lovende kritieken voor Hawke’s vertolking van een verlegen pupil, “a haunting performance” in de woorden van Variety. Met een omzet van 235 miljoen dollar wereldwijd is het drama tot op heden nog steeds zijn meest commercieel succesvolle prent. Het succes van de film is dan ook de voornaamste reden waarom Hawke het acteren een tweede kans geeft, het levert hem immers unieke kansen op: “I was getting offers to be in such interesting movies and be in such interesting places, and it seemed silly to pursue anything else.” Een kleine rol naast Ted Danson in Dad (1989) wordt vervolgens een trendsetter voor filmrollen die Hawke wel degelijk de opportuniteit geven zijn talenten aan te spreken en te laten erkennen. Zijn volgende filmaanbieding, over een vriendschap tussen een goudzoeker en een wolfshond, bezorgt hem nadien aldus een hoofdrol. Hoewel zijn portrettering van de jonge Jack in de avonturenfilm White Fang (1991), een adaptatie van Jack Londons gelijknamige roman, niet echt scoort als een topper, kan Hawke de film wel vrij snel laten opvolgen met rollen in de oorlogsfilm A Midnight Clear (1992), in het drama Waterland (1992) en in het overlevingsdrama Alive (1993). Het daaropvolgend jaar slaagt Hawke erin de aanhoudende vergelijkingen met
9
Dead Poets Society naar de achtergrond te duwen als het regiedebuut van komiek Ben Stiller, de rom-com Reality Bites (1994) voor de populariteit van hoofdacteurs Hawke en Winona Ryder een schot in de roos blijkt te zijn. Zijn rol als de onweerstaanbare, maar onberekenbare muzikant die als gekwelde poëet stilstaat bij de idealen, opvattingen en onzekerheden, dienen uiteindelijk als een goede voorbereiding voor zijn vertolking van de gevoelige student en vrijgezel die tijdens een kortstondige liefdesnacht in Wenen in Before Sunrise (1995) diepgaande gesprekken voert met de Franse studente Celine. Zijn terugkeer naar het sciencefictiongenre met Niccols Gattaca (1997), waarin via een verhaal over identiteitsfraude de gevaren van genetische manipulatie bekeken worden, bevestigt nogmaals zijn reputatie als gevoelige karakteracteur. Een jaar later kan hij aan de zijde van Gwyneth Paltrow verschijnen in een moderne versie van de gelijknamige Charles Dickens’ roman, Great Expectations (1991), en steelt hij samen met Matthew McConaughey de show als bankovervaller in de komische misdaadfilm The Newton Boys (1998). Ook met het ernstige misdaadmysterie Snow Falling on Cedars (1999) weet hij met zijn vertolking van een journalist die plichtsbewust wil handelen aansluiting te vinden bij zijn profiel van de sensitieve, intellectuele acteur die dankzij zijn melancholische blikken heel wat diepgang kan oproepen. Aan het begin van het millennium brengt Hawke in het harde drama Training Day (2001) het vasthouden aan hooggestemde idealen aan het wankelen als hij als rookie bij de undercoverpolitie in Los Angeles te kampen krijgt met een tot op het bot corrupte narcoticadetective. Zijn rol als jonge politieagent levert hem niet alleen andermaal lovende kritieken op maar bovendien ook zijn eerste Oscarnominatie voor Beste Mannelijke Bijrol. Vanaf dan wordt de acteur ook meer gecast in spannende, actievolle misdaadfilms. Zo schittert hij als kunsthandelaar en moordgetuige in Taking Lives (2004), dient hij een beruchte crimineel te bewaken in een verlaten politiebureau in de remake van Assault on Precinct 13 (2005) en jaagt hij als meedogenloze Interpolagent in Lord of War (2005) op wapenhandelaar Nicolas Cage.
Hoewel Hawke nooit echt volledig uit de spotlights verdwijnt, worden zijn vertolkingen op dat moment doorgaans wel hoger gequoteerd dan het succesniveau van zijn films. Ook zijn eigen succes verbaast de acteur zelf, “the funny thing about me is I feel like I’m doing so well for never having really been in a big hit movie. The fact that I have made money is a huge surprise.” Met de misdaadthriller Before the Devil knows You’re Dead (2007) van Sidney Lumet, over een stel in geldnood verkerende broers, kan hij daar serieus verandering in brengen. De film sleept maar liefst elf prijzen in de wacht, waaronder onder meer een Satellite Award voor Beste Ensemble. Eveneens voor zijn rol van de corrupte narcotica-agent in Brooklyn’s Finest (2009) wordt Hawke wederom alom geprezen, met name voor het alsmaar sterker en intenser worden van zijn karakterneerzettingen. Ook schuwt Hawke het horrorgenre niet. Dat bewijst de acteur met de dystopische vampierenfilm Daybreakers (2009), waarin een plaag 95% van de wereldbevolking in een vampier heeft veranderd, met het bovennatuurlijke Sinister (2012), waarin zijn gezin in hun nieuwe woonst de stuipen op het lijf wordt gejaagd door de voorgaande overleden bewoners, en met de futuristische nachtmerriefilm The Purge (2013), waarin één dag in het jaar alle misdaden voor 12u lang toegelaten zijn.
Opmerkelijk aan Hawke’s filmografie is zijn nauwe samenwerking met regisseur Richard Linklater. Als de cineast op de acteur beroep doet voor de vaderrol in het coming-of-age drama Boyhood (2014) betekent dit ondertussen al hun achtste samenwerking. Hun collaboratie gaat in 1995 van start met het eerste deel van de Before-trilogie, Before Sunrise. Met telkens een pauze van negen jaar volgen daarna ook nog Before Sunset (2004) en Before Midnight (2013), met als resultaat een romantische verkenning van alle aspecten van een relatie over een tijdspanne van drie decennia. Maar Hawke verschijnt daarnaast eveneens in diens misdaaddrama The Newton Boys, in het real-time drama Tape (2001), in de animatiefilm Waking Life (2001), alsook in de aanklacht op de fastfoodindustrie Fast Food Nation (2006) maakt de acteur een verschijning. Linklater staat op zijn beurt in als producent voor twee films waarvoor Hawke de regie voor zijn rekening neemt: Chelsea Walls (2001) en The Hottest State (2006), gebaseerd op het gelijknamige boek dat hij tien jaar eerder geschreven had.
10
Met het militair drama Good Kill (2014) gaat Hawke, na Gattaca en Lord of War, ook voor een derde maal een samenwerking aan met de Nieuw-Zeelandse cineast Andrew Niccol. De rol van een verontruste drone-piloot die zijn missie en positie in de moderne oorlogsvoering in vraag begint te stellen zal hem volgens menig critici allicht terug volop in de schijnwerpers zetten.
FILMOGRAFIE: o
2014
o
2013
o o o
2012 2011 2009
o
2008
o o
2007 2006
o
2005
o
2004
o
2001
o o
2000 1999
o
1998
o o
1997 1995
o
1994
o o
1993 1992
o
1991
o
1989
o o
1988 1985
GOOD KILL van Andrew Niccol BOYHOOD van Richard Linklater PREDESTINATION van Michael Spierig, Peter Spierig GETAWAY van Courtney Solomon BEFORE MIDNIGHT van Richard Linklater THE PURGE van James DeMonaco SINISTER van Scott Derrickson THE WOMAN IN THE FIFTH van Pawel Pawlikowski BROOKLYN’S FINEST van Antoine Fuqua DAYBREAKERS van Michael Spierig, Peter Spierig LITTLE NEW YORK van James DeMonaco NEW YORK, I LOVE YOU van Faith Akin, Yvan Attal, Randall Balsmeyer,.. WHAT DOESN’T KILL YOU van Brian Goodman BEFORE THE DEVIL KNOWS YOUR DEAD van Sidney Lumet THE HOTTEST STATE van Ethan Hawke FAST FOOD NATION van Richard Linklater LORD OF WAR van Andrew Niccol ASSAULT ON PRECINCT 13 van Jean-François Richet BEFORE SUNSET van Richard Linklater TAKING LIVES van D.J. Caruso THE JIMMY SHOW van Frank Whaley TRAINING DAY van Antoine Fuqua TAPE van Richard Linklater WAKING LIFE van Richard Linklater HAMLET van Michael Almereyda SNOW FALLING ON CEDARS van Scott Hicks JOE THE KING van Frank Whaley THE VELOCITY OF GARY **(NOT HIS REAL NAME) van Dan Ireland THE NEWTON BOYS van Richard Linklater GREAT EXPECTATIONS van Alfonso Cuaron GATTACA van Andrew Niccol SEARCH AND DESTROY van David Salle BEFORE SUNRISE van Richard Linklater REALITY BITES van Ben Stiller FLOUNDERING van Peter McCarthy ALIVE van Frank Marshall RICH IN LOVE van Bruce Beresford WATERLAND van Stephen Gyllenhaal A MIDNIGHT CLEAR van Keith Gordon MYSTERY DATE van Jonathan Wacks WHITE FANG van Randal Kleiser DAD van Gary David Goldberg DEAD POETS SOCIETY van Peter Weir LION’S DEN van John Ottman, Bryan Singer EXPLORERS van Joe Dante
11
Interview – Ethan Hawke and Andrew Niccol on Good Kill How did you prepare for the film? Did you meet drone pilots? Ethan Hawke: From the first moment I read the script and then talking to Andrew it was clear how meticulously prepared he was. He then did a great job preparing all of us and made it really easy. He brought two former drone pilots to set and they walked us around the units in which we were “flying”. They talked about how it all worked and their feelings about doing it and it was fascinating. I’ve also done other military movies and have military people in my family so it’s not an entirely foreign universe to me. Did you ever think of joining the military yourself? EH: When my stepbrother and I went to see Top Gun, we both walked out of the movie theatre and he wanted to enlist and I wanted to be an actor. Our parents also used to give parties and we would go and give ourselves the job to assassinate someone with a little peashooter and we had to avoid being seen. But really, I’ve been called to the arts since I was a kid. Spending time with my stepbrother I’ve had a sense of pride in him. He has the courage of his convictions in a way so many of us don’t. My brother’s put his life on the line for what he believes in many times and I have a certain envy. All of us wonder how we would respond to given situations, what kind of mettle we’re made of. That’s the kind of thinking that often leads young men to war. But I’ve never wanted to do anything but sit at this table with you. Andrew Niccol: You know what’s really weird – I have cast you as an astronaut, an Interpol agent and fighter pilot and I don’t think you would last five minutes in any of those jobs. EH: I know. What kind of envy do you mean? Envy of his masculinity? EH: There’s a certain pride he can take in knowing that he’s willing to fight and die for what he believes in. I’m paraphrasing but there’s a great Martin Luther King line – “if you won’t die for what you believe in, what are you living for?“ He has that courage in his heart. It’s not about a macho testosterone thing. That makes it sound small. It’s about a belief in what you do. That’s why I’m proud of the movie. I want to at least spend my life trying to make things that are meaningful and substantive so I feel good to be here trying to do that.
12
There was a lot of hop that Obama would change the way the US approaches armed conflict when he took over. Are you satisfied with his decisions? EH: One of the things which is most fascinating about now is how little it’s changed in the 20 years I’ve been watching US politics and how difficult it is for anybody who is well meaning to survive. I remember being a kid watching Jimmy Carter who even if you hate him he is so obviously a good person. He was well meaning and it showed how difficult it is to lead. You look at what Nelson Mandela achieved and the amazing leadership he showed, how rare it is but also how much it takes a whole community. I think Mandela would say he was the froth of a wave and part of the idea of a movie like this is to create a dialogue to create enough support and intelligence in politics around our decision making. But history will smile or frown on Obama in a way that I can’t foresee. AN: You have to feel for Obama as well. He was President for three days and he ordered a drone strike on a house. They hit exactly the house they wanted to hit. It just happened to be the wrong house. EH: So day three he’d already murdered innocent people. Drones do offer benefits though. Is it not good to have something that could kill Hitler without carpet bombing all of Berlin? AN: Absolutely, that’s why there’s no black and white with it. There’s ambiguity. There are good things about the drone program and horrific things. EH: Technology is presenting our whole time period with these interesting moral questions that our mothers and father weren’t asked. They are full of interesting ambiguity. You’ve mentioned before that this film is about the schizophrenia of war. How do you understand that? AN: It’s this warfare we’ve never had before. We’ve never had a time when you can go to work, fight the Taliban for 12 hours, go home, see the wife and kids and go to a soccer game. It’s never been like that. EH: In regards to the Hitler question it brings up another one. Right now we’re the only kid on the block with the weapon but what if someone else has it and kills Obama without even leaving their home. It’s going to present a fascinating problem. Do you know if there’s a US program to protect against drone strikes? AN: Here’s the thing about drones; they only work right now where the US controls the sky. It’s not like there’s an Afghani air force to shoot these things down or even very good surface to air missiles. It’s an asymmetrical war. But if you had an air force, these things are dodo birds and you could shoot them down so easily. You’d have to have more sophisticated drones. It would be another movie of course but there are now more sophisticated drones coming along that can take off and land on air craft carriers. What are your thoughts on the debate in the US about honors for drone pilots? AN: They wanted to issue a medal for drone pilots but every other pilot and branch of the military said this is not a good idea so they rescinded it. You normally give a medal for an act of courage, for valour. Sitting in this chair like this under no risk at all… EH: Funnily enough though, what the movie proves is that he is at risk, he’s under immense physiological risk. AN: That’s true. EH: Whenever you’re taking other people’s lives it takes a very strong mindset. Imagine having to continually see these things and then hover over it and count the bodies of those you meant to kill and those you accidentally killed. It’s a very difficult psychological thing to stay on point and still see this as serving the greater good. That’s very difficult to maintain. World War II pilots weren’t asked to do that.
13
The ending of the film comes across as almost uplifting. Why did you decide to go with this? AN: If you listen carefully to the end of the movie when it pulls away there’s that same click like a drone is watching Ethan’s character. So yes he’s going to try and connect with his wife after he’s not connected with her the whole movie but it’s very ambiguous. EH: He’s probably going to be arrested in a few days. AN: Yes, he’s basically committed murder so there are consequences. EH: For me the movie is so thorny. There’s a lot of ways that Major Tom Egan is losing his balance and losing his equilibrium. He could take his own life, he could walk into a post office and shoot people. We were trying to find a way to resolve this story of Major Tom Egan. It’s about him and it’s about finding our soul inside a technology that’s taking it away from us all the time and it feels like the right spiritual ending. I understand that you could make it more radical, more a larger fuck you to the military, but that’s not really what the movie is about. AN: So it leaves a little hope for him but you have to remember what he just did. It’s an act of insanity. He took out one guy hoping he wouldn’t hit the person he’s hoping to save. He put all his skill into that but it’s murder. It’s a vigilante crime. He’s kind of lost it but he’s reaching out. Are you ahead of time Andrew? Your films often seem to be addressing highly prescient issues? EH: I want to answer that question for him. I’ve worked with him three times and I remember when Gattaca was coming out, it didn’t seem like anyone in the world liked that movie. We were looking for one positive review that we could put on the poster and couldn’t find one. Then we were doing an interview today and someone said, “I know it’s obvious everyone loves Gattaca” and I was thinking, God it only took about 15 years. AN: I always thought the reviews for a movie are at least five years after the movie. Is it still relevant and is anyone watching it? When Gattaca came out, the studio that released it in America put all their money into marketing I Know What You Did Last Summer. EH: That was the movie they believed in. AN: And they buried our movie. I could have been even more ahead of my time though. We had to wait a year for Ethan to be ready for Good Kill. How do you come up with these ideas though? EH: He gets them from me. I just sit back and I like him to take the credit. AN: John Lennon had the most beautiful quote – “if you can put your finger on it you might push it away” so I never want to put my finger on what I do as I’m too superstitious. I worry that maybe I won’t be able to do it anymore so I don’t analyze it.
Bron: http://flickfeast.co.uk/spotlight/good-kill-interview-part-1-ethan-hawke-andrew-niccol/
14
OVER BRUCE GREENWOOD
Bruce Greenwood – LT. COLONEL JACK JOHNS Over de laatste dertig jaar heen heeft de Canadese acteur Bruce Greenwood (°12 augustus, 1956 – Noranda, Québec) zowel binnen de film- als televisiewereld een gewaardeerde carrière weten uit te bouwen. Hoewel zijn filmografie uitpuilt van de actievolle blockbusters en nagelbijtende mainstream films, worden ook zijn overtuigende vertolkingen in bijrollen dankzij zijn intense blikken en intimiderende présence steeds als vermeldenswaardig en imposant beschouwd. Niettemin is het acteren nooit Greenwoods initiële droom job geweest. Dankzij de nomadische levensstijl van zijn ouders die omwille van de exploratiereizen van de vader - een professor in de geofysica - vaak moeten verhuizen, ontwikkelt Greenwood reeds op jonge leeftijd een drang naar avontuur en kan hij als actieve tiener zijn interesse en talent voor sport in onder meer Zwitserland verder verruimen. In eerste instantie is het dan ook zijn bedoeling een professionele carrière als skiër te aspireren, een droom die ineenstuikt wanneer hij op 16-jarige leeftijd een knieblessure oploopt. Nadat hij in Zürich afstudeert aan de middelbare school, besluit hij een jaar in Europa rond te trekken alvorens naar zijn thuisland terug te keren. Daarop schrijft hij zich aan de University of British Columbia heel impulsief in voor een aantal acteerlessen, waar hij al snel zijn affiniteit met het podium ontdekt waardoor hij heel wat ervaring kan opdoen via schoolproducties en lokale optredens. Maar het schoolleven kan Greenwood echter niet vasthouden, waarop de jonge ‘wereldreiziger’ terugkeert naar Europa waar hij een jaar lang aan de Griekse kust op een zeilboot werkt en tegelijkertijd het theaterleven in Londen opvolgt. Na zijn tweede terugkeer huiswaarts krijgt hij midden de jaren 70 vervolgens de kans mee te werken aan de rondreizende musical Cruel Tears en kan hij na een aantal verschijningen in de komische avonturenreeks The Beachcombers (1972-1990) eind jaren 70 tevens zijn filmdebuut maken als technieker in het avonturenverhaal op een Arctisch eiland, Bear Island (1979). Zijn inspanningen om gedurende een jaar zijn dramaopleiding aan de American Academy of Dramatic Arts in New York te vervolledigen, levert Greenwood een kleine rol op in de actievolle Rambo film First Blood (1982), echter zijn bijdrage in het finaal resultaat zal uiteindelijk op de montagetafel sneuvelen. Het daaropvolgende jaar kan hij echter wel een verschijning maken in de spannende anthologiereeks The Hitchhiker (1983-1991), waarin een mysterieuze lifter in elke episode de duistere kantjes van de mens exploreert. Wanneer hij vervolgens een terugkerende rol kan strikken in de dramareeks Legmen (1984), over twee studenten die een centje willen bijverdienen door het vuile werk op te knappen van een louche privédetective, verhuist Greenwood naar Los Angeles om zijn acteer carrière professioneel serieus een kans te geven.
15
Hoewel de reeks na één seizoen al van de buis wordt gehaald, worden zijn acteerpresentaties wel opgemerkt. Naast een aantal geslaagde televisiefilms, waaronder het romantisch drama Peyton Place: the Next Generation (1985) en het drama Striker’s Mountain (1985), raakt het Amerikaans televisiepubliek vertrouwd met de acteur als de onbezonnen dokter Seth Griffin in de dramatische ziekenhuisreeks St. Elsewhere (1982-1988), een rol die hij voor twee seizoenen kan aanhouden. In de jaren 90 blijft Greenwoods carrière met de reeksen Knots Landing (1979-1993), Nowhere Man (1995-1996) en Hardball (1994) in hoge mate rond televisie draaien. Die laatste, waarin hij de rol van de fotojournalist Thomas Veil neerzet die omwille van een negatief verwikkeld raakt in een gevaarlijk wereldwijd complot, wordt ondanks een positief onthaal en kwalitatieve invloeden van populaire series en films als The Fugitive, The X-Files, Three Days of the Condor en 12 Monkeys echter al na 25 afleveringen stopgezet. Tussen de reeksen in is Greenwood ook te zien in verscheidene films. Zo maakt hij niet alleen naam voor zichzelf met de actiefilm Passenger 57 (1992) maar wordt zijn status enkele jaren later met Atom Egoyans Exotica (1994) naar dat van een vedette getild. Zijn portrettering van de gereserveerde belastinginspecteur Francis in die laatste wordt immers als typerend gezien voor de geraffineerde manier waarop Greenwood de excentriciteiten van zijn karakters verinnerlijkt en nadien aan de kijker blootlegt. De acteur gaat zich echter niet vastpinnen aan de art house cinema. Alvorens voor een tweede maal voor Egoyans camera te verschijnen, ditmaal als een rouwende vader in het veelgeprezen drama The Sweet Hereafter (1997), vindt Greenwood ook de tijd om in een aantal televisiefilms en -series te verschijnen. Na de thrillers Tell Me No Secrets (1997) en The Absolute Truth (1997), alsook de komische The Larry Sanders Show (1992-1998) en de kortstondige sciencefictionreeks Sleepwalkers (1997), verleent hij in 2002 voor een derde maal zijn samenwerking aan de Egoyanfilm Ararat (2002), waarbij de making-of van een documentaire over de Armeense Holocaust tijdens de jaren 20 het leven van een 18-jarige jongen drastisch verandert. Vooraleer Greenwoods carrière een belangrijk keerpunt bereikt, focust de acteur zich na Egoyans producties op de commerciële Amerikaanse cinema en wordt hij bij voorkeur gecast voor rollen met een schurkachtig kantje: op een vaderrol na in Fathers’ Day (1997) zet Greenwood een gemene dokter neer in de tienerthriller Disturbing Behavior (1998), valt hij op als de echtgenoot die zijn eigen dood in scène zet opdat zijn vrouw van moord zou beschuldigd worden in Double Jeopardy (1999) en portretteert hij een misdadige veiligheidsadviseur in het rechtbankdrama Rules of Engagement (2000). Het heroïsche, genuanceerde portret van president John F. Kennedy tijdens de Cuba Crisis van 1962 dat Greenwood datzelfde jaar in de politieke thriller Thirteen Days (2000) neerzet, katapulteert hem plots tot een gerespecteerd acteur. Deze appreciatie is niet te wijten aan een eventuele, vage gelijkenis met de beroemde president, maar mag de acteur danken aan zijn humane portrettering van Kennedy ten gunste van de president als een politieke engelbewaarder van zijn land, zonder daarbij afbreuk te doen aan de persoon en zijn leidinggevende functie. De film kan een aantal prijzen in de wacht slepen, waaronder een Golden Satellite Award voor Greenwoods Best Performance by an Actor in a Supporting Role. Na Kevin Costner en Steven Culp in Thirteen Days krijgt Greenwood nadien volop de kans om ook naast andere grote namen op de generiek van spektakelfilms te prijken: zo is hij als machtig robotfabrikant in de sciencefictionfilm I, Robot (2004) een tegenspeler van Will Smith en krijgt hij in de actiethriller Déjà Vu (2006), over reizen en tijd, een surveillance-bijrol naast Denzel Washington. Als schattenjager Nicolas Cage in het tweede deel van de National Treasure-reeks, National Treasure: Book of Secrets (2008), zijn familienaam wil zuiveren, mag Greenwood andermaal als de president van Amerika deel uitmaken van het avontuur. Met titels als de familiefilm Racing Stripes (2005) waarin hij als ex-racepaardentrainer een babyzebra adopteert, het biografisch drama Capote (2005) waarin hij als liefdespartner van auteur Truman Capote opduikt en de muzikale biopic I’m Not There (2007) over de vele persoonlijkheden van muzikant
16
Bob Dylan, kan hij zich als veelzijdig acteur blijven bewijzen. De Disney hit Eight Below (2006) geeft hem dan weer de kans als geoloog samen met Paul Walker en Jason Biggs een wetenschappelijk expeditie team op Antarctica te vormen. Het eerste decennium van de 21ste eeuw betekent voor Greenwood aldus zijn meest volgeboekte Hollywoodperiode. De laatste jaren wordt zijn naam bijna automatisch geassocieerd met zijn vertolking van Christopher Pike die in J.J. Abrams’ revivals Star Trek (2009) en Star Trek: Into Darkness (2013) het commando over de USS Enterprise beheert. Het succes van de filmreeks weerhoudt Greenwood echter niet opnieuw voor de camera van zijn landgenoot Atom Egoyan te verschijnen, ditmaal als een projectontwikkelaar in het ontvoeringdrama The Captive (2014). Greenwood blijft zijn reputatie als bijrolacteur aldus regelmatig afwisselen met karakter gedreven hoofdrollen. Zo schittert hij als psychiater in de psychologische thriller Elephant Song (2014), alsook fungeert hij als legerofficier in de thriller Good Kill (2014) als een waardige aanvulling op de sterrencast.
FILMOGRAFIE: o
2014
o
2013
o
2012
o
2011
o
2010
o
2009
o
2007
o
2006
o
2005
o
2004
o
2003
o
2002
GOOD KILL van Andrew Niccol ELEPHANT SONG van Charles Binamé THE CAPTIVE van Atom Egoyan WILDLIKE van Frank Hall Green ENDLESS LOVE van Shana Feste DEVIL’S KNOT van Atom Egoyan LOST LUCK van Norman Gerard STAR TREK INTO DARKNESS van J.J. Abrams AND NOW A WORD FROM OUR SPONSOR van Zack Bernbaum THE PLACE BEYOND THE PINES van Derek Cianfrance FLIGHT van Robert Zemeckis FOR GREATER GLORY: THE TRUE STORY OF CRISTIADA van Dean Wright CELL 213 van Stephen T. Kay DONOVAN’S ECHO van Jim Cliffe SUPER 8 van J.J. Abrams MEEK’S CUTOFF van Kelly Reichardt DINNER FOR SCHMUCKS van Jay Roach BARNEY’S VERSION van Richard J. Lewis MAO’S LAST DANCER van Bruce Beresford STAR TREK van J.J. Abrams NATIONAL TREASURE: BOOK OF SECRETS van Jon Turteltaub I’M NOT THERE van Todd Haynes FIREHOUSE DOG van Todd Holland DEJA VU van Tony Scott EIGHT BELOW van Frank Marshall CAPOTE van Bennett Miller THE WORLD’S FASTEST INDIAN van Roger Donaldson MEE-SHEE: THE WATER GIANT van John Henderson RACING STRIPES van Frederik Du Chau BEING JULIA van István Szabó I, ROBOT van Alex Proyas THE REPUBLIC OF LOVE van Deepa Mehta HOLLYWOOD HOMICIDE van Ron Shelton THE CORE van Jon Amiel ARARAT van Atom Egoyan BELOW van David Twohy SWEPT AWAY van Guy Ritchie 17
o
2000
o
1999
o o
1998 1997
o o o o
1994 1992 1991 1989
o
1986
o o
1982 1979
THIRTEEN DAYS van Roger Donaldson RULES OF ENGAGEMENT van William Friedkin HERE ON EARTH van Mark Piznarski THE LOST SON van Chris Menges DOUBLE JEOPARDY van Bruce Beresford THICK AS THIEVES van Scott Sanders DISTURBING BEHAVIOUR van David Nutter THE SWEET HEREAFTER van Atom Egoyan FATHER’S DAY van Ivan Reitman EXOTICA van Atom Egoyan PAINT CANS van Paul Donovan PASSENGER 57 van Kevin Hooks SERVANTS OF TWILIGHT van Jeffrey Obrow WILD ORCHID van Zalman King ANOTHER CHANCE van Jesse Vint THE MALIBU BIKINI SHOP van David Wechter THE CLIMB van Donald Shebib FIRST BLOOD van Ted Kotcheff BEAR ISLAND van Don Sharp
18
OVER JANUARY JONES
January Jones – MOLLY EGAN Net zoals bij veel van haar collega’s het geval is, wordt ook de naam van de Amerikaanse actrice January Jones (°5 januari, 1978 – Sioux Falls, South Dakota) sinds de start van de populaire dramareeks Mad Men (2007-2015) bijna synoniem gesteld aan haar rol als de onzekere en ongelukkig getrouwde “ice queen” Betty Draper. Deze carrière definiërende rol werd daarbij zelfs speciaal met de actrice in gedachten geschreven. Dankzij haar Grace Kelly-looks ambieert Jones aanvankelijk eerst een internationale carrière als model. Nadat ze als tiener in een winkelcentrum door een modellenscout wordt gespot, besluit de vastberaden Jones na haar afstuderen aan de Roosevelt High School in Sioux Falls te verhuizen naar New York. Ondanks de cultuurschok die ze in eerste instantie ervaart – “The people were different, the sights were different, the food was different… I was experiencing a freedom I hadn’t before” – weet ze het al snel tot model in spe te schoppen. Hoewel ze met haar 1m68 lengte voor bepaald modellenwerk te klein wordt bevonden, kan Jones toch een aantal verschijningen in reclamespots strikken, waaronder voor de kledinghandelaar Abercrombie & Fitch en het huidverzorgingsmerk Clearasil. Het duurt echter niet lang vooraleer Jones beseft dat de modewereld toch niet haar plaats is, waarop ze na een kort verblijf in Parijs vertrekt naar Hollywood waar ze overtuigd is dat een filmcarrière op haar ligt te wachten. Eenmaal aangekomen in Tinseltown weet Jones op korte tijd haar eerste film- en televisierollen al te bemachtigen. Zo is ze naast Anne Hathaway te zien in de pilootaflevering van de kortstondige familiereeks Get Real (1999-2000) en mag ze in de televisiefilm Sorority (1999) reeds het scherm delen met Christina Hendricks, haar toekomstige tegenspeelster in de Mad Men-reeks die met de film eveneens haar intrede in de filmwereld maakt. Eind jaren 90 ontwikkelt Jones echter eerder een naam voor zichzelf als de vriendin van That 70’ Showacteur Ashton Kutcher. De relatie is niettemin van korte duur. Niettegenstaande dat de actrice in een interview met GQ in 2009 meent dat de komiek tijdens hun verhouding nooit een grote steun was in haar acteerkeuzes, heeft haar werk er echter nooit onder geleden.
19
Hoewel Jones in de vroege jaren van haar carrière hoofdzakelijk de rol van ‘vriendin van’ wordt toebedeeld, gaande van de felbegeerde girl next door in het derde deel van de American Piereeks, American Wedding (2003) tot Kris Marshalls potentiële love-interest in de romantische kerstfilm Love Actually (2003), krijgt ze niettemin snel de kans verscheidene grote namen aan het werk te zien. Zo verschijnt ze niet alleen zij aan zij met Bruce Willis, Billy Bob Thornton en Cate Blanchett in de komische misdaadprent Bandits (2001), maar maakt ze onder regie van gerenommeerd cineast Steven Soderbergh in Full Frontal (2002) ook deel uit van diens ensemblecast bestaande uit onder meer Julia Roberts, Catherine Keener, David Duchovny en Blair Underwood. Voor haar rol als de vrouw van een patrouille officier die een illegale immigrant om het leven brengt in The Three Burials of Melquiades Estrada (2005) werkt ze vervolgens nauw samen met de legendarische acteur Tommy Lee Jones die voor de film niet alleen de hoofdrol voor zijn rekening neemt maar tevens instaat voor de regie. Nadat ze gefascineerd geraakt door de verlegen eenzaat Bobby in de goed onthaalde indie film Swedish Auto (2006) is ze datzelfde jaar ook te zien als de vrouw van Matthew McConaughey’s assistent in het sportdrama We Are Marshall (2006). Het is echter pas met haar portrettering van de bittere, wraakzuchtige “icy trophy wife” Betty Draper in de dramareeks Mad Men, gecentreerd rond een New Yorks reclamebureau in de jaren 60, dat Jones kan bewijzen dat ze meer in haar mars heeft dan enkel een mooi gezichtje te zijn. Sinds de première in juli 2007 heeft de serie niet alleen lovende kritieken gekregen, de reeks is sindsdien ook meermaals in de prijzen gevallen. Zo mag de cast en crew verscheidene keren zowel de Golden Globe voor Best Television Series, de Primetime Emmy Award voor Outstanding Drama en de Screen Actors Guild Award voor Outstanding Performance by an Ensemble verzilveren. Samen met haar vrouwelijke collega’s, waaronder Christina Hendricks en Elisabeth Moss, mag Jones voor haar ijzersterke karakteruiteenzetting aan de Women in Film Lucy Awards ook de Lucy Award in ontvangst nemen. Om typecasting te voorkomen probeert Jones in haar filmrollen daarentegen zoveel mogelijk weg te blijven van de ongelukkige huisvrouwrollen. Tussen de seizoenen in kan ze haar filmografie op die manier uitbreiden met de Britse komedie The Boat That Rocked (2009) waarin ze als vrouw van dj “`Simple” stiekem een verliefdheid koestert voor een andere populaire platendraaier. Een aantal jaren later is ze vervolgens te zien als Liam Neesons vrouw die na zijn auto-ongeluk plots beweert nooit met hem getrouwd geweest te zijn in de actiethriller Unknown (2011), kruipt ze in de huid van de telepathische superheldin Emma Frost in de X-Men prequel, X-Men: First Class (2011) en zoekt haar man Nicolas Cage voor haar verkrachting gerechtigheid in de thriller Seeking Justice (2011). Nu de AMC-reeks Mad Men bijna aan zijn einde is, heeft Jones een aantal producties in het vooruitzicht. Na het militair drama Good Kill (2014), waarmee de Nieuw-Zeelandse regisseur Andrew Niccol licht werpt op de keerzijde van het gebruik van drones als moderne vorm van oorlogsvoering, zal de actrice binnenkort ook naar het kleine scherm terugkeren met een vaste rol in de post-apocalyptische komische serie Last Man On Earth (2015).
20
FILMOGRAFIE: o o o
2014 2013 2011
o o
2009 2006
o o o
2005 2004 2003
o
2002
o
2001
o
1999
GOOD KILL van Andrew Niccol SWEETWATER van Logan Miller, Noah Miller SEEKING JUSTICE van Roger Donaldson X-MEN: FIRST CLASS van Matthew Vaughn UNKNOWN van Jaume Collet-Serra THE BOAT THAT ROCKED van Richard Curtis WE ARE MARSHALL van McG SWEDISH AUTO van Derek Sieg THE THREE BURIALS OF MELQUIADES ESTRADA van Tommy Lee Jones DIRTY DANCING: HAVANA NIGHTS van Guy Ferland LOVE ACTUALLY van Richard Curtis AMERICAN WEDDING van Jesse Dylan ANGER MANAGEMENT van Peter Segal FULL FRONTAL van Steven Soderbergh TABOO van Max Makowski BANDITS van Barry Levinson THE GLASS HOUSE van Daniel Sackheim ALL THE RAGE van James D. Stern
21
OVER ZOE KRAVITZ
Zoë Kravitz – VERA SUAREZ Ondanks de populariteit van haar ouders, muzikant Lenny Kravitz en actrice Lisa Bonet, heeft de Amerikaanse actrice en zangeres Zoë Kravitz (°1 december, 1988 – Venice Beach, Los Angeles) met een veelzijdige filmografie zichzelf op relatief korte periode tot een ‘star to watch’ weten schoppen. Door de invloed van haar bekende familieleden is een carrière in de schijnwerpers voor Kravitz een evidente keuze. Niet alleen haar ouders maar tevens haar grootouders, filmmaker Seymour Kravitz en actrice Roxie Roker, waren actief in de filmwereld. Reeds tijdens haar tienerjaren aspireert ze een acteercarrière, waarop ze na haar afstuderen aan de Rudolf Steiner School besluit een dramaopleiding te genieten aan het conservatorium. Kravitz moet echter niet lang wachten vooraleer ze haar debuut kan maken. Op 19-jarige leeftijd kan ze immers haar eerste rol al opstrijken in het romantisch drama No Reservations (2007), waarin ze als gotiek geklede babysitter mag oppassen op het nichtje van Catherine Zeta-Jones. Datzelfde jaar is ze tevens te zien naast Jodie Foster en Terrence Howard als tienerprostituee in de drama-thriller The Brave One (2007), over een vrouw die na de brutale moord op haar verloofde wraak begint te nemen. Om zich ten volle op film te richten onderbreekt Kravitz na slechts een jaar aan de universiteit al haar studies. Na een verschijning in de muziekvideo I Know van Jay-Z, is Kravitz vervolgens ook te zien en te horen in de muziekclip We Are the Ones, een nummer dat rapper will.i.am in 2008 speciaal neerpende als steun betoon aan Barack Obama’s presidentiële kandidaatstelling. Ook op het witte doek blijft de jonge actrice haar acteertalenten scherpen in een aantal kleinschaligere producties. Zo krijgt ze niet alleen de kans de vrouw van een excentrieke, vrijgevochten Ben Foster te vertolken in het dysfunctioneel familiedrama Birds of America (2008), maar schittert ze nadien ook als een aan rouwverwerkingsgroepen verslaafde jonge vrouw in het drama The Greatest (2009). Het zal echter nog een tweetal jaar duren vooraleer Kravitz haar eerste grote rol wordt toebedeeld. Na een bijrol in Joel Schumachers jongerendrama Twelve (2010), over de drugsverslavingen, het geweld en de seks onder een groepje rijke tieners van Manhattans Upper East Side, en in het komisch drama It’s Kind of a Funny Story (2010), over een 16-jarige jongen die overspannen door stress zich laat opnemen in een inrichting, neemt ze in het coming-of-age drama Yelling To the Sky (2011) de rol van de stille 17-jarige Sweetness O’Hara die door de jongeren in haar verloederde wijk gepest wordt voor haar rekening.
22
Alvorens de overstap te maken naar de mainstreamcinema als één van de bovenmenselijke mutanten in de prequel van de X-Men-reeks, X-Men: First Class (2011), maakt Kravitz haar televisiedebuut als een onbevangen muzikant die de dochter van David Duchovny in het vierde seizoen van de komische dramareeks Californication (2007-2014) aanwerft in haar all-girl band, Queens of Dogtown. Nadien blijft ze wederom in de fantasy-sfeer hangen als ze als dochter van Will Smith sterft door de handen van een alienras dat het gemunt heeft op dezelfde planeet als de mensheid in de futuristische, avontuurlijke sciencefictionfilm After Earth (2013). In Divergent (2014), gebaseerd op de gelijknamige populaire sciencefiction jongerenboekenreeks van Veronica Roth, wordt ze als nieuw lid van de factie Dauntless vervolgens beste vrienden met Shailene Woodley. Ook in het tweede deel van de franchise, Insurgent (2015), zal Kravitz binnenkort haar rol hernemen als de volhardende, maar sympathieke Christina. Na een verschijning als een jonge vrouw die aan anorexia lijdt en als een agora fobisch, biseksuele hippie in respectievelijk het komisch drama The Road Within (2014), over een man met Tourette syndroom die aan een road trip begint met de as van zijn onlangs overleden moeder, en de romantische komedie Pretend We’re Kissing (2014), over een onzekere man die stapelverliefd wordt op een vrouw geobsedeerd door het idee van het lot en een magische soort van liefde, wordt ze ondergedompeld in de wereld van de moderne oorlogsvoering in het drama Good Kill (2014).
FILMOGRAFIE: o
2014
o
2013
o
2011
o
2010
o o
2009 2008
o
2007
GOOD KILL van Andrew Niccol THE ROAD WITHIN van Gren Wells PRETEND WE’RE KISSING van Matt Sadowski DIVERGENT van Neil Burger AFTER EARTH van M. Night Shyamalan THE BOY WHO SMELLS LIKE FISH van Analeine Cal y Mayor X-MEN: FIRST CLASS van Matthew Vaughn YELLING TO THE SKY van Victoria Mahoney IT’S KIND OF A FUNNY STORY van Anna Boden, Ryan Fleck BEWARE THE GONZO van Bryan Goluboff TWELVE van Joel Schumacher THE GREATEST van Shana Feste BIRDS OF AMERICA van Craig Lucas ASSASSINATION OF A HIGH SCHOOL PRESIDENT van Brett Simon THE BRAVE ONE van Neil Jordan NO RESERVATIONS van Scott Hicks
23
Interview – January Jones and Zoë Kravitz on Good Kill Why did you decide to make the film? Was it the subject matter? Zoë Kravitz: For me I didn’t know that much about drones and reading the script educated me a little bit. I thought this is something I should know about living in America and thought if I don’t know about it there will be lots of other people who don’t. This movie can help educate people and start a conversation. January Jones: It felt like it was a very important story that needed to be told and to be a part of it was a no-brainer for me. I was excited to work with Zoë again as well and am a fan of Ethan and Andrew. Would you agree that although both characters you play are different, they both come across as strong? ZK: Absolutely, it’s interesting to see how two different women are both strong. One in the military and one as a stay at home mother. They are both very powerful forces in Egan’s life. What’s most powerful about Vera is that she acts as the conscience of the film. She asks the questions that everyone else is too scared or too ignorant to ask. JJ: I think the strengths with Molly are that she’s the one keeping the family together, the one trying to make everything ok for him (Egan) at home without having any kind of communication or understanding of what he’s going through at work. She’s not strong in any significant way other than that she’s a woman and I think all women are strong. There’s a mix of dystopia and realism in the film. What are your thoughts on that? ZK: It’s interesting. Andrew is a master of sci-fi and when I read the script it reads like a sci-fi film. If you read this film ten years ago it would have been a sci-fi film and the crazy thing about it is that it’s not now. That’s insane to me so the fact that we’re making a sci-fi film that’s not a sci-fi is interesting and terrifying. JJ: Modern technology is just changing everything. Warfare 100 years ago is so different to how it is now. People wrote love letters instead of text messages. It’s evolving. It’s just the way it is. Did you talk to any army wives and female military personnel to prepare for the role? JJ: I didn’t. I just did research on Post-traumatic Stress Disorder (PTSD) and went through some chat rooms where people were talking about what they were going through. I wanted to know what she is feeling because I have no experience with it and I don’t have friends who are partnered with anyone in the military so I wanted to know what some symptoms of that are. By extension, the partner of someone dealing with PTSD often has PTSD just because they’re in close proximity to that person. I wanted to be able to empathize with what she was feeling. ZK: I didn’t speak to any women. I spoke to some men who were ex-drone pilots. I didn’t want to focus so much on the fact that she was a woman in the military. I am a woman and I know what it’s like in the world with men. Especially in any kind of industry where it’s mostly men. It’s a similar thing in this industry in Hollywood. I didn’t want to make it about that. That’s already there. I wanted to focus specifically on the drone pilots. What’s your opinion on the use of drones? They are already used by the military and increasingly in a civil capacity. JJ: I definitely have an opinion on civil drones. I saw one over my house the other day and I can tell you I’m not happy about it. Twice it flew over. I don’t know where it came from but it felt very violating. That’s going to be weird. There will be nowhere to hide, even in your own home. But the opinions I formed or didn’t form for this movie are my own. I think the movie can give everyone on both sides an education and encourage them to talk about it and be more open and non-judgmental on both sides. Just opening a conversation is the importance of it.
24
Ethan’s character used to fly planes for real while yours has a different background but they both reach the same view on the drone program. Do you think the psychological impact differs if you have previous frontline experience or not? ZK: I think it’s a different kind of sadness that they’re feeling. For Ethan’s character, it’s not what he signed up for. He signed up to physically put his life on the line for his country and now he feels like a coward. He’s doing something different. That disconnect makes him feel like a coward. For my character, I just don’t think she’s cut out for that kind of disconnect. You have to turn off your emotional senses to do something like that and I don’t think she’s able to do that. Why do you think she signed up then? ZK: I don’t think you realize the reality until you sign up and do it. Even just reading the script I was thinking that’s really intense and really scary and heart breaking but after sitting there and doing those scenes it was much worse. You can’t judge anyone. You don’t know what it’s like until you do it
Bron: http://flickfeast.co.uk/spotlight/good-kill-interview-part-2-january-jones-and-zoe-kravitz/
25
DE INTERNATIONALE PERS ‘The disconnect of American drone ops is perfectly captured’ ‘Niccol creates an atmosphere that is airless and dull, an unusual tone for a modern war film, but one that fits the subject matter perfectly’ THE GUARDIAN ‘A tense war drama notable for its tact and intelligence’ ‘Hawke (...) nuanced, hard-bitten performance’ ‘Supporting ensemble work is uniformly strong, with Jones (...) finally landing a film role worthy of her work in “Mad Men”‘ ‘The filmmaking here is as efficient and squared-off as the storytelling’ VARIETY ‘A needling depiction of collateral damage’ ‘Niccol’s film provides plenty of editorial fodder and provocative food for thought’ ‘Hawke’s (...) best screen role in years’ ‘Kravitz gets to show more range here than she has onscreen up to now’ ‘The tightly contained nature of Hawke’s performance through most of the film makes this one shattering explosion of rage quite startling’ ‘Niccol weighs the human toll on both aggressor and target with intelligence and compassion’ ‘There psychological meat on the film’s bones, and a compelling cool-headedness to its blurring of the lines that separate the terrorists from the defenders of freedom’ ‘The drama’s conflicted worlds are smartly mirrored in cinematographer Amir Mokri’s crisp widescreen images’ THE HOLLYW OOD REPORTER ‘Timely drama’ ‘Handled deftly and persuasively by Hawke and Niccol’ THE TELEGRAPH ‘A somber, nuanced and compelling look at the War on Terror’ ‘Ethan Hawke in one of his best recent performances to date’ INDIEW IRE ‘Niccol once again shows himself to be a great “idea man”’ COLLIDER ‘Ethan Hawke gives a great performance’ ‘A sharply conceived and rigorously executed piece of film-making’ ‘Stingingly scripted’ LONDON EVENING STANDARD
26