Verslag Wajong kennisbus
Een impressie van de Wajong Kennisbus in Rotterdam, Dordrecht, Zwolle, Gouda en Den Haag en omstreken Februari 2009
Er kunnen geen rechten worden ontleend aan de uitspraken in deze verslaglegging.
Inhoudsopgave Inleiding Leerwerkbedrijven Dagverslagen Short list probleemgebieden Oplossingsrichtingen Communicatie
BIJLAGEN Inspirerende initiatieven onderwijs-arbeidsmarkt
Inleiding In Zwolle zijn ervaringen uitgewisseld over de Wajong tussen de lammetjes, in Rotterdam bij de bouw van een schip en in Gouda bij een bakkerij. De 240 unieke deelnemers hebben afzonderlijk van de verschillende locaties eenzelfde signaal benoemd over de (on)mogelijkheden van de Wajong. In dit verslag leest u een impressie van de verschillende dagen, knelpunten en oplossingsrichtingen. Het verslag voor u biedt diverse overzichtslijsten waar u gebruik van kunt maken in het werk met en voor de Wajong. Een belangrijke meerwaarde van de bus is naar ons idee geweest dat alle deelnemers dezelfde problemen hebben benoemd, hierover samen hebben gesproken en oplossingsrichtingen mee hebben kunnen nemen. Ieder heeft hiermee in zijn eigen professie verschil kunnen maken en de oplossingsrichtingen kunnen toepassen. De resultaten van de Wajong Kennisbus zijn: •
diversiteit deelnemers bus actief met elkaar in gesprek;
•
10 leerwerkbedrijven onder de aandacht gebracht bij breed publiek;
•
lokale netwerkversterking;
•
deelnemers geïnformeerd en geïnspireerd;
•
lopende initiatieven en ideeën uitgewisseld;
•
media aandacht door o.a. TV Rijnmond, Radio 3, AD;
•
elkaar kunnen vinden in gemeenschappelijke denkbeelden over Wajong.
De deelnemers van de Wajong Kennisbus zijn na afloop in een enquête gevraagd aan te geven wat hen is opgevallen, wat uit de ruim 200 antwoorden opvalt zijn: -
nog veel onduidelijk over de regelgeving Wajong;
-
slechte samenwerking tussen instanties;
-
herkenbaarheid van de problemen;
-
grote diversiteit van de problemen;
-
matchen jongeren met een Wajong en bedrijven is lastig.
In de voorbereiding is met diverse partijen uit het werkveld contact onderhouden over de invulling van de Wajong Kennisbus, dit zijn geweest: Stichting De Slinger, Gemeente Zwolle afd. Wajong, ELEOS, UWV Wajong issue team, Wajong jongeren zelf, CNV Jongeren, REA College, De Delft en Deltion College. Het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft de Wajong Kennisbus mogelijk gemaakt.
Leerwerkbedrijven De volgende leerwerkbedrijven die geschikt zijn voor jongeren met een Wajong zijn bezocht. Locatie
Leerwerkbedrijf 1
Leerwerkbedrijf 2
Rotterdam
De Delft
Restaurant Millers
Dordrecht
Eleos
Molenvliet,
De Hoop
Kuiperkooi,
REA
Leerwerkbedrijf 3
Zwijndrecht Zwolle Gouda
Eleos
college
Hasselt
Barthimeus, Ermelo
Parkschool de Horizon
Gouda’s Glans
Eleos ’t Lichtpunt
Alphen aan de Rijn Den Haag
Restaurant
de
De Delft, Rotterdam
Wereldzaak, Delft Barthimeus Ermelo (REA College) In de ideale samenleving leven mensen met en zonder beperking met elkaar. Dat betekent dat mensen mét en zonder een visuele beperking elkaar ontmoeten, met elkaar communiceren en samen activiteiten ondernemen. Bartiméus vindt het belangrijk om daar een bijdrage aan te leveren. Daarom staat onze organisatie open voor allerlei initiatieven die de integratie van mensen met een visuele beperking stimuleren. Dit betreft ook omgekeerde integratie; wij organiseren dan ook activiteiten om mensen uit de samenleving uit te nodigen bij Bartiméus. Integratie, vermaatschappelijking en ontmoeting zijn dan ook onze kernwoorden. De Delft Wie op jonge leeftijd werd geconfronteerd met enige vorm van handicap, welke het nauwelijks of niet mogelijk maakt te werken, krijgt een nieuwe kans via LeerWerkbedrijf de 'Delft'. UWV bekijkt of iemand in aanmerking komt voor een Wajong-uitkering en kijkt dan samen met deze persoon en met deskundigen naar mogelijkheden om te re-integreren De Doorgang Voor mensen die arbeid als doel hebben, heeft De Doorgang een groot aantal werkprojecten. Deze zijn niet alleen voor deelnemers die op termijn weer in een betaalde baan aan de slag willen, maar ook voor mensen die blijvend beschut werk zoeken. Werkafdelingen zijn: fietsenmakerij , inpak- en productiewerk, reproservice, groenvoorziening en receptie. De Hoop De Hoop Reïntegratie heeft tot doel om mensen te begeleiden bij het ontdekken, ontwikkelen en benutten van hun unieke talenten. Hierdoor kunnen ze succesvol (re)integreren in de maatschappij. De slogan van De Hoop Re-integratie is dan ook: 'Maak werk van je toekomst! De Wereldzaak Delft Sociale verantwoordelijkheid: een groot onderdeel van De wereldzaak zal het maatschappelijk verantwoord ondernemen worden. Daarbij word gedacht aan het welzijn van de omgeving en de belangrijke positieverbetering voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt.
Eleos Hasselt Kuiperkooi in Hasselt is een zorgboederij die samenwerkt met het arbeidstrainingscentrum het Instrument in Zwolle. De boerderij wordt beheerd door de boer en boerin en is een boerderij met schapen en lammetjes. Op dit moment zijn er 8 jongeren werkzaam die arbeidstraining volgen Gouda’s Glans Gouda’s Gilde heeft als doelstelling jonge mensen met een beperking te helpen met het vinden van een passende baan. Binnen Gouda’s Gilde zijn er 4 leerwerkbedrijven actief. Onder leiding van ervaren en betrokken werkmeesters wordt er een vak aangeleerd. Parkschool Alphen aan de Rijn Parkschool de Horizon biedt aan leerlingen van de VSO een leerwerkplek. Het leerwerkbedrijf staat in Alphen en is een onderdeel van de parkschool. Het leerwerkbedrijf heeft een houtbewerkingafdeling en metaalbewerking. Restaurant Millers Restaurant Millers staat voor kwaliteit, creativiteit en gastvrijheid. Maar wat bovendien erg bijzonder is: een leer- en werkervaringsprojectvoor Rotterdamse dak- en thuisloze jongeren van de Stichting MaasJeugd en Toekomst (MaasJeT). ’t Lichtpuntje
‘t Lichtpunt is een christelijk arbeidstrainingscentrum (ATC) in Gouda. Mensen met een ernstig psychosociaal of psychiatrisch probleem kunnen bij ‘t Lichtpunt aan de slag op een manier die bij hen past. Ze worden gestimuleerd zich te richten op de vaardigheden die ze al hebben en deze verder uit te bouwen of in stand te houden. Op den duur groeit ongeveer eenderde deel van de deelnemers door naar een (vrijwilligers)baan buiten het ATC.
Dagverslagen Wajong Kennisbus Onderstaand de verslagen van de Wajong Kennisbusdagen. Naast een verslag van hoe de dag is verlopen, zijn hier diverse knelpunten, opvattingen en oplossingsrichtingen voor de Wajong in te vinden. Dagverslag 03 februari 2009 Wajong Kennisbus Rotterdam In Rotterdam werd de spits afgebeten en startte op 3 februari het project ‘De Wajong Kennisbus’. Een zeer gevarieerd gezelschap verzamelde zich in het centrum van Rotterdam, waar een grote bus klaarstond om met de deelnemers letterlijk te vertrekken naar een dag vol indrukken, leermomenten en oplossingsrichtingen. De dag werd geopend met een welkomstwoord door Edgar Oomen, initiatiefnemer van de Wajong kennisbus. Tijdens een kennismakingsronde maakte iedereen kort kennis met elkaar en met debatbegeleider Lars Duursma. Hij zou tijdens de Wajong Kennisbusdagen de groep begeleiden in het inventariseren van de problemen en het toewerken naar oplossingen. Nadat de laatste deelnemer zich had voorgesteld, arriveerde de bus bij de eerste locatie: Leerwerkbedrijf ‘De Delft’, die hartelijk haar deuren voor ons opende. Rondleiding en debat bij leerwerkbedrijf De Delft Bij het eerste leerwerkbedrijf werd gestart met een rondleiding door deze indrukkende werf, waar het 18e eeuwse VOC schip ‘De Delft’ in samenwerking met enkele Wajong jongeren wordt nagebouwd. Hierna volgde een debat over de Wajong aan de hand van enkele stellingen, die vooraf door een team Wajong jongeren en arbeidsdeskundige zijn bedacht, en aangevuld met door de deelnemers ingebrachte stellingen. Dit eerste deel van het debat was vooral bedoeld om de gelegenheid te bieden voor deelnemers om de problemen te spuien, waar zij in de Wajong tegenaan lopen. Robbert, de bedrijfsleider van De Delft, benoemd een probleem waar hij in zijn eigen praktijk tegenaan loopt. Het stoort Robbert Moor dat een jongere talloze begeleiders om zich heen heeft, die allemaal een aanspreekpunt zijn voor de werkgever. Het is complex voor de werkgever omdat hij niet weet waar hij moet zijn, maar net zo goed verwarrend voor de jongere zelf en andere zorgverlenende instanties. Een andere deelnemer stemt hiermee in: het is inderdaad onduidelijk wie van de betrokken instanties de regie heeft. Het zou mooi zijn als er een oplossing zou worden gevonden waardoor 1 organisatie deze taak op zich neemt, als voorbeeld hiervoor wordt een jobcoachorganisatie genoemd. Een moeder van een Wajongere kon zich daar niet in vinden. Ze deelde met de groep haar mening en gaf aan dat er iemand de regie moet hebben die echt al vroegtijdig in beeld is bij de jongere en zo de situatie optimaal kan signaleren. Een jobcoachorganisatie komt immers pas in beeld wanneer er werk om de hoek komt kijken. Een ander reageerde daarop met de vraag wiens verantwoordelijkheid het is om dit probleem van regie op te lossen. lossen Is dit het UWV? Een UWV arbeidsdeskundige benoemt dat je voor problemen met arbeid je inderdaad bij het UWV moet zijn. Het UWV is echter niet verantwoordelijk voor aspecten als woonbegeleiding. Een medewerker van het Albeda benoemd het ‘Grote broer, grote zus’ project van het Albeda College, een project waarin iemand die heel dicht bij de jongere staat de regie houdt en het vaste aanspreekpunt is voor zowel de jongere als de betrokken organisaties. De ervaring van het Albeda was dat dit de jongeren zelf veel rust geeft. Een woonbegeleider kon zich helemaal vinden in dit idee en was overtuigend van mening dat het ‘daar komt mijn maat die met me begaan is’-concept veel beter helpt dan het ‘daar komt de hulpverlening’. Het probleem was in ieder geval helder, genoeg input om
in
het
middagprogramma
over
oplossingen
hiervoor
na
te
denken.
Een ander probleem dat besproken werd door een jongere met een Wajong aangegeven, hij gaf aan niet te weten waar of bij wie hij moest zijn voor bepaalde vragen. vragen Ook werd door hem ervaren dat onder werkgevers veel onkunde en onbegrip leeft over de beperkingen en situatie van iemand met een WaJong. Een werkgever stemde hiermee in en liet weten dat er duidelijkheid moet zijn over de beperking van een werknemer en de mogelijke regelingen bij het dienst nemen van iemand met een Wjaong. Het is belangrijk dat een werkgever hier goed over geïnformeerd wordt, anders haakt een werkgever gelijk al af; een werkgever zit niet op allerlei papieren rompslomp te wachten. Een 45 jarige Wajongere sloot bij het probleem van de onkunde bij werkgevers aan door de groep te vertellen dat er weinig kansen voor haar zijn op de arbeidsmarkt. ‘Mijn hoofd is perfect, mijn benen niet. Ik heb een beperking en het voelt alsof ik hiervoor gestraft wordt’, zo gaf zij aan. Een jonge man, ook met een WaJong, vertelde dat hij bij een sollicitatiegesprek werd weggestuurd nadat de werkgever zag dat hij met krukken moest lopen. Een ander onderwerp werd door een jobcoach benoemd, hij gaf aan meer contactmomenten te willen voor een cliënt, cliënt omdat hij anders niet efficiënt kan werken. Daarbij wil hij ook meer communicatie met het UWV, zodat er beter afgestemd kan worden. Een andere aanwezige was het hier mee eens en benoemde het absoluut oneens te zijn met de manier van communiceren vanuit het UWV. “Laat de formulieren alsjeblieft in gemakkelijker en duidelijker taalgebruik gemaakt worden”, was zijn oproep. Aanvullend hierop noemde hij ‘het is zo belangrijk dat een Wajongere begrijpt wat het UWV van hem vraagt wanneer hij een brief van hen krijgt”. Als jobcoach moet je nu alleen al heel veel tijd investeren in het geruststellen van de jongere’. Een jobcoach vulde aan met een praktijkvoorbeeld, dat naar zijn mening het UWV een Wajongere ook echt niet kan vragen nog geld terug te betalen. En: Laat er ook asjeblieft wat gebeuren! Iedereen knikt nu wel ja en is het met me eens, maar straks komen we thuis en
worden
we,
zowel
jobcoaches
als
Wajongere,
weer
overladen
met
papieren’.
Een werkgever was het daarin helemaal eens: die papieren zijn nu ook precies wat hem als werkgever tegen houdt om een jongere met een Wajong in dienst te nemen. Een nieuwe stelling werd door de debatbegeleider benoemt: “Is het niet zo dat sommige WaJongeren gewoon niet willen?” Een jobcoach reageerde direct dat hij daar absoluut niet in geloofde. Mensen die geen zin hebben, dat bestaat niet. Iedereen wil bij de maatschappij horen. Wanneer ze tegenstribbelen zit daar altijd wat achter. achter Een vertegenwoordiger van het Albeda Collega stemde hiermee in en benoemd of een WaJongere niet door de maatschappij wordt aangeleerd ‘je bent minder waard’, hij of zij kan hier dan ook naar gaan leven. Het Jongerenloket reageerde hierop door expliciet aan te geven geen stickertjes te plakken, dit helpt in hun ervaring waardoor ook het probleem van selffulfilling prophecy wordt voorkomen. Een jobcoach benoemd nog dat het kan helpen niet te starten met de beperking van iemand. Ook wanneer je kijkt vanuit het perspectief van de werkgever: een bedrijf wil iemand in dienst die toegevoegde waarde heeft, niet iemand die hen alleen maar meer moeite oplevert. Werkgevers hebben in de eerste plaats geen sociale verantwoordelijkheid. Aan een jobcoachbureau kan de rol weggelegd zijn om werkgevers hier goed over te informeren en te enthousiasmeren. Na een heerlijke en welverdiende lunch in het restaurant van De Delft werd de reis voortgezet naar leerwerkbedrijf 2, restaurant Millers. Samen opzoek naar oplossingen bij leerwerkbedrijf Millers In dit knusse restaurant is een leer- en werkervaringsproject actief voor Rotterdamse dak- en thuisloze jongeren van de Stichting MaasJeugd en Toekomst, zo vertelde Kees Lucas, de plaatsvervangend bedrijfsleider. Na een tal van indrukken te hebben opgedaan ging de groep aan de slag in teams van 7 personen met het brainstormen over oplossingen voor de problemen die in het ochtend programma waren geïnventariseerd. De bedoeling was dat elk team een ‘pitch’ voorbereidde en presenteerde,
waarin op een enthousiaste en overtuigende wijze een oplossing wordt gekoppeld aan een concreet probleem.
(een
overzicht van
de
pitches
vindt u
in
het hoofdstuk oplossingsrichtingen)
Een voorbeeld van een gepresenteerde pitch ging over het probleem dat werkgevers een gegeneraliseerd beeld hebben van WaJongeren. Door het grotere vacaturepotentieel dat daarbij komt kijken komen WaJongeren minder snel aan het werk. Zo missen zij de kansen en mogelijkheden die er wel voor hen zijn. De oplossing hiervoor is goede voorlichting aan de werkgever. werkgever Op een wervende manier bij potentiële werkgevers, maar ook door middel van goede begeleiding wanneer een cliënt al bij een werkgever in dienst is. Het voordeel van dit idee is dat werkgevers een beter beeld krijgen van de mogelijkheden van een Wajongere, waardoor een WaJongeren ook een betere kans maakt op een passende baan. Een andere pitch die enthousiast werd gepresenteerd was naar aanleiding van het probleem dat de regie wordt gemist in het hulpverleningsnetwerk van een cliënt. Dit is een probleem omdat het onder andere iedereen veel onzekerheden geeft, het tijdrovend is omdat het wiel telkens opnieuw moet worden uitgevonden en omdat op deze manier kansen en mogelijkheden gemist worden. De oplossing hiervoor is dat er één organisatie/persoon wordt aangesteld om de regie te houden die de verantwoordelijkheid blijft houden en hulpverleningslijn aanstuurt. Op deze manier wordt de situatie overzichtelijker voor iedereen die met de cliënt te maken heeft en kan er effectiever gewerkt worden met de beschikbare informatie. 1 Voor allen, allen voor 1, zo werd de pitch samenvattend afgesloten. De dag werd afgesloten door een van de deelnemende jongere met een Wajong extra te bedanken voor de openheid en enthousiasme door het overhandigen van een IPOD als herinnering aan de Wajong Kennisbus.
Dagverslag 05 februari 2009 Wajong Kennisbus Dordrecht/Zwijndrecht Op de tweede dag deed de Wajong Kennisbus de historische stad Dordrecht aan. Vanaf de parkeerplaats bij het Energiehuis koersen we allereerst richting het arbeidstrainingscentrum van Eleos. Initiatiefnemer Edgar Oomen vertelde wat de doelstelling van het samenbrengen van de deelnemers van de bus is en wat de ervaring van de bus in Rotterdam was. Dagvoorzitter en debatbegeleider Lars Duursma vervolgde door de deelnemers aan elkaar voor te stellen. Opvallend was dat er ook vandaag weer een grote diversiteit aan belangstellenden aanwezig waren. Van jobcoach tot woonbegeleider en van Wajonger tot arbeidskundige. Helaas hebben ook hier weinig werkgevers geparticipeerd. Rondleiding Arbeidstrainingscentra (ATC) Bij ATC ‘Molenvliet’ werden we welkom geheten door Trudy van der Boom, regiomanager van Eleos. Onder het genot van koffie en zelfgebakken koek zijn door Trudy de ins en outs op Molenvliet toegelicht. Ook is aangegeven dat Eleos sinds kort een nieuwe visie is gaan volgen, die zich richt op het zijn van een arbeidstrainingcentra in plaats van een dagactiviteitencentra. Hier sluit een betere doorstroom van Wajongers naar de arbeidsmarkt goed bij aan. Vervolgens hebben alle deelnemers kennis gemaakt met de cliënten en werkbegeleiders van de Molenvliet. Op ongedwongen wijze zijn de deelnemers van de Wajong Kennisbus door de cliënten geïnformeerd over hun werkzaamheden bij het inpakwerk, reproductie en mailingservice. En natuurlijk de trots van Molenvliet: de reparatie en verkoop van fietsen. Als toegift hebben de deelnemers een pak koeken meegekregen. De busreis werd voortgezet naar het tweede leerwerkbedrijf De Doorgang. Debat bij leerwerkbedrijf De Doorgang De Doorgang is een arbeidstrainingscentrum in een historisch pand in het centrum van Dordrecht. Tijdens de rondleiding werd aangegeven dat De Doorgang is gespecialiseerd in het in kaart brengen van de arbeidsvaardigheden. Ook biedt men arbeidstrainingen, trajectbegeleiding en jobcoaching. Men is er vooral voor mensen met een grote afstand op de arbeidsmarkt. Voornamelijk mensen met een psychisch en/of psychosociaal probleem. Onder begeleiding van Lars Duursma start het Lagerhuisdebat. In het ochtend programma was er vooral nadruk op het benoemen en helder krijgen van de problemen die worden ervaren rondom de Wajong. Problemen die benoemd zijn: -
Hoe kunnen we de partijen als UWV, Wajongers, werkgevers en de jobcoaches beter bij elkaar krijgen?
-
Hoe zit het met de werkgevers? Is er veel onwil om jongeren met een beperking in dienst te
-
Hoe zit het eigenlijk met de ouders? Wat is hun functie?
-
Doen Wajongers er zelf eigenlijk wel genoeg aan om te re-integreren? Of leggen de Wajongers
nemen of is het meer onbekendheid?
vaak de lat te hoog voor zichzelf? -
Opgemerkt wordt de slechte communicatie en afstemming tussen de betrokken partijen;
-
Gebrek aan regie of overzicht. Wie is bereid de regiefunctie op zich te nemen? Er wordt wel hard gewerkt met de Wajongers, maar hoe komt het dat het overzicht soms totaal ontbreekt?
Er werd een stevig debat gevoerd over de problemen die ervaren worden in de wet- en regelgeving van de Wajong. Ook de deelnemende Wajong jongeren hebben zich expliciet uitgesproken tegen welke muren van regelregel- en wetgeving zij vaak aanlopen. Af en toe werden al oplossing aangedragen, maar
deze werden door de debatbegeleider geparkeerd voor de lunch en het middagprogramma. Lars vatte de morgen nog kort samen en daagde iedereen vervolgens uit om tijdens het middageten niet bij collega’s of bekenden te gaan zitten. De Doorgang had in de tussentijd haar catering afdeling een verse en uitgebreide lunch laten klaar maken. De debatopstelling was dan ook binnen mum van tijd veranderd in een ware lunchroom. Soep, belegde broodjes, fruit en zelfs een toetje. Oplossingen benoemen bij opvang- en trainingscentrum De Hoop Na de lunch werd het dagprogramma voortgezet met het derde en laatste bezoek aan een leerwerklocatie: Opvang- en trainingscentrum De Hoop. We werden hartelijk welkom geheten door de manager van De Hoop. Na een kort introductiefilmpje werden we in twee groepen rondgeleid over het grote terrein. De Hoop richt zich op mensen met een verslaving of psychische problemen en begeleiden hen naar een eigen plaats in de maatschappij. Er zijn diverse leerwerkplekken waar cliënten werknemersvaardigheden leren, bijvoorbeeld op de metaalafdeling, houtbewerking, reproductie en kopieerwerk. Maar ook buiten het terrein wordt door mensen catering gedaan en heeft de Hoop ook een eigen buitenploeg. Na de rondleiding was het tijd voor de pitches. Pitches Zoals in de ochtend was aangegeven is in de middag gewerkt aan oplossingen voor de benoemde problemen. Er werden 7 groepen gemaakt die volgens de Pitchmethode een probleemstelling met heldere oplossing en een uitsmijter hebben gepresenteerd. Hierbij een greep uit de pitches. Voor het probleem dat er met één kandidaat meerdere hulpverleners betrokken zijn, opperde men het idee van een sociale kaart. Je krijgt dan veel beter in beeld wat de problemen zijn. Dit kan ook resulteren tot betere onderlinge samenwerking om uiteindelijk op een lijn te komen. komen Volgende pitch was: de verbetering van de instroom van jongeren met een Wajonger in het het onderwijs. onderwijs Waarom is dat nodig? Het zorgt voor groei van de persoonlijke ontwikkeling. En dat heeft weer als positief gevolg dat de Wajonger uit zijn isolement wordt gehaald en een positief zelfbeeld gaat ontwikkelen. Een andere pitch ging over de rol van werkgevers. Waarom zijn werkgevers zo huiverig om Wajongers in dienst te nemen? Gelukkig hadden de bedenkers van deze pitch een oplossing. Er moet veel meer naar buiten getreden worden. Waarom geen reclamecampagne met bekende Nederlanders die als ambassadeur willen optreden? Het zal de vooroordelen wegnemen. Mocht dat niet slagen, dan laten we de Wajonger zelf spreken via de media. En dat moet wel een positieve uitwerking hebben. “En nu maar hopen dat het tot in Den Haag te horen was”, aldus een Wajonger. In de bus kreeg een van de Wajong deelnemers als dank voor de openheid en inzet een IPOD als herinnering.
Dagverslag 10 februari 2009 Wajong Kennisbus Zwolle De derde dag van de Wajong Kennisbus was in Zwolle. We begonnen met wat problemen rond het parkeren van de auto’s, en vervolgens met de tocht, letterlijk en figuurlijk, naar een interessante dag. Na het benoemen van de doelstelling van de Wajong Kennisbus en de ervaring in de andere steden maakte iedereen kennis met elkaar onder begeleiding van dagvoorzitter Lars Duursma. Rondleiding en debat op de Schaapskooi en leerwerkbedrijf De Kuiperkooi Het eerste leerwerkbedrijf, De Kuiperkooi, verwelkomde iedereen met koffie en thee. Deze zorgboerderij werkt samen met het Instrument in Zwolle en biedt een agrarische werkplek voor mensen met ernstige psychosociale of psychiatrische problemen. ’s Ochtends wordt er vooral gezorgd voor
de
dieren,
in
de
middag
gaan
de
dagbesteders
of
doorstromers
het
land
op.
Een medewerker van dit initiatief gaf de bezoekers een informerende presentatie waarna iedereen de gelegenheid kreeg om het gehoorde in praktijk te zien. Tijdens de rondleiding konden de deelnemers van de bus de prettige werkomgeving tussen de schaapjes en jonge lammetjes ervaren. Vervolgens werd gestart met het Lagerhuisdebat. Lars Duursma legde de bedoeling uit van het debat, waarna de probleemstelling werden geïnventariseerd. Benoemd werd dat de aantallen Wajongeren niet goed in kaart zijn gebracht, word er misbruik gemaakt van proefplaatsingen door werkgevers omdat deze veel te vrijblijvend zijn en is er te weinig aandacht voor de complexe problematiek van een cliënt. cliënt Verder werd er genoemd dat er gebrek is aan één verantwoordelijke in het hele cliëntenwerk en liepen de deelnemers aan tegen het feit dat er teveel vooroordelen bij de werkgevers leven. Vooroordelen Wajong De vooroordelen over WaJongeren die leven bij werkgevers is vooral te verwijten aan het feit dat werkgevers simpelweg niet kunnen omgaan met de beperking, volgens een aanwezige WaJongere. En daarin heeft de tussenpersoon, de jobcoach bijvoorbeeld, een grote verantwoordelijkheidsrol. Hij of zij is immers degene die ervoor zorgt dat er goed contact wordt gehouden met de werkgever en diegene duidelijkheid geeft over de beperking van zijn werknemer en waar rekening mee moet worden gehouden. De vraag werd hierbij gesteld of een jobcoach zich niet veel meer moet professionaliseren en over veel meer vaardigheden en kennis beschikken dan nu het geval is? Een andere WaJongere gaf de groep te kennen dat dit laatste inderdaad zo is, hijzelf heeft namelijk meegemaakt dat zijn eigen jobcoach zijn beperking niet eens kende en begreep. “Schokkend” , vond een werkgever. Toch was deze het er niet mee eens met het beeld wat de groep gaf over geslotenheid van werkgevers naar WaJongeren toe. Werkgevers willen best een WaJongere in dienst, gaf hij te kennen. Maar alle rompslomp wat erbij komt kijken, al het papierwerk en onduidelijkheid: onduidelijkheid daar zit een werkgever absoluut niet op te wachten. Andere deelnemers vulden aan dat de werkvloer zelf ook een belangrijke factor is: het is heel belangrijk dat een werkvloer kennis heeft van hoe om te gaan met de nieuwe werknemer en hem of haar accepteert en in de groep opneemt. Ook moeten de interne factoren van een WaJongeren niet vergeten worden, hun eigen beperking en soms ongemotiveerde houding kan ook een reden zijn dat de match niet slaagt. Daarnaast is het voorwerk, voorwerk het contact met het netwerk van de cliënt en de beschikbaarheid en aanwezigheid op de werkvloer van de jobcoach erg belangrijk. belangrijk Communicatie naar Wajong jongeren En zoals op alle dagen kwam de communicatie vanuit het UWV naar jongeren met een Wajong naar voren. De deelnemers waren het hier met elkaar over eens. Zo is het taalgebruik in de brieven van UWV te juridisch opgesteld en voor de cliënt onduidelijk. Dit werkt voor hen demotiveren. Als voorbeeld wordt genoemd, dat als je te horen krijgt dat je voor 80 tot 100 procent arbeidsongeschikt bent is dat niet echt bevorderlijk voor je zelfverzekerdheid. Maar daarnaast is de schaalbalans ook vaag, vaag gaf een
deelnemer aan. Je werkt als WaJongere meer, maar krijgt minder. ‘Ik wil eigenlijk 24 uur werken, maar ik doe dat niet omdat er op achteruit ga’. En zo is de snelheid van het UWV ook niet altijd te prijzen, merkte een ander op. Doet het UWV er drie maanden over voordat een IRO is toegekend; als het over vorderingen gaat zijn ze opeens wel heel snel. Inzet Wajong jongeren Een prikkelende stelling werd vervolgens in de groep gegooid: ‘WaJongeren, doen zelf ook niet altijd een stapje meer?’. Het mislukken van een traject wordt vaak gegooid op de gemakzucht van een WaJongere, maar het is niet altijd en alleen gemakzucht, vond een jobcoach. Vaak is het zo dat de lat gewoonweg te hoog ligt. En dat hoeft dan nog niet eens het werk zelf te zijn, maar ook de hulpverlening of de verwachtingen van ouders kunnen redenen zijn dat de lat te hoog ligt. Een WaJongere vulde aan dat school vaak ook te hoge verwachtingen en eisen heeft. En kijk eens naar de maatschappij: We leven in een samenleving die alleen het beste wil. wil Iedereen wordt geacht te weten wat hij of zij wil en kan bijdragen aan de maatschappij. Maar, wij weten soms helemaal niet wat wij willen of kunnen!, roept een WaJongere. Dat moet we soms gewoon nog ontdekken. Alleen krijgen we daar niet altijd de ruimte voor. Aan de andere kant, merkte een andere WaJongere op, wordt er ook nog te vaak misplaatst gezegd ‘Dit kun jij niet’. Een Wajongere geeft aan ‘Ik bewijs dan het tegendeel, ik ben erg gemotiveerd te laten zien dat ik het wél kan!’. Aan het einde van het debat benoemde Wethouder Knol de visie op Wajong. De wethouder gaf de groep te kennen dat het belangrijk is dat overheid en gemeenten weten waar het over gaat, als de situatie van WaJongeren wordt voorgelegd. Zo was pas zeer recent bekend dat er ruim 1800 Zwollenaren zijn met een WaJong. Wat wethouder Knol zelf vaak ziet is dat het in het onderwijs nog goed gaat, maar dat het daarna stil valt: de WaJongere valt in een gat en er moet weer hard gewerkt worden om het leven weer op de rails te krijgen. En zo’n gang van zaken is natuurlijk niet de bedoeling. Iedereen moet meedoen in de samenleving, de gemeente Zwolle wil daar graag partner in zijn. Zo heeft de gemeente Zwolle goede contacten en afspraken met scholen en een PSW bedrijf. Oplossingen benoemen bij Bartimeus Na de schaapskooi werd de reis vervolg naar het REA College. Na de lunch werden er rondleiding gegeven door gedeeltelijk of geheel slechtziende jongeren. Hier was te zien hoe scholieren met een visuele beperking een opleiding volgden en aan het werk waren op verschillende afdelingen. Studenten lieten zien hoe er bij Bartimeus verschillende beroepsopleidingen gevolgd kunnen worden, waaronder ICT, Zorg en Welzijn en Zakelijke dienstverlening. Na de groep te hebben verdeeld gingen de teams aan de slag met het maken van een pitch. Op de achtergrond was een scholier, die blind was, een pianostuk aan het spelen. In de bus, op weg terug naar de parkeerplek, werden de pitches voorgedragen. (zie hiervoor het hoofdstuk oplossingsrichtingen)
Dagverslag 11 februari 2009 Wajong Kennisbus Gouda De vierde dag van de Wajong Kennisbus was de bus met ruim 60 deelnemers volledig vol. Na een gezamenlijke kennismaking maakte de bus haar eerste stop bij de Horizon. Deze school biedt plaats voor kinderen met gedragsproblematiek. De meeste kinderen stromen door vanuit het internaat in Alphen a/d Rijn. Opvallend en kenmerkend was de manier van aanpak van deze school: zoals bij een echte baan wordt ook hier bij een interne stage gestart met een sollicitatiegesprek. Vervolgens worden er diverse fases doorlopen, waardoor je telkens meer gaat verdienen en hogerop komt. Na een enthousiaste presentatie van de werkmeester zelf, kregen de bezoekers de mogelijkheid tijdens de rondleiding
een
beeld
te
krijgen
van
de
opleidingsmogelijkheden
op
deze
school.
Problemen benoemen bij De Horizon Na een goede indruk van het leerwerkbedrijf werd gestart met het debat. Allereerst werd geïnventariseerd
door
Lars
Duursma
welke
problemen
leven
onder
de
aanwezigen.
Een vader van een cliënt viel gelijk met de deur in huis: er zijn te weinig leerwerkplekken voor WaJongeren. WaJongeren Daarnaast is het vinden van een arbeidsplek veel te moeilijk. Hij stelde de vraag of dit komt doordat werkgevers een verkeerd beeld hebben van ‘een WaJongere’? Een deelnemende WaJonger zei te merken dat werkgevers gefocust zijn op hun zwakte, waar ze ook misbruik van maken, of je nu in dienst bent of wanneer je bij hen solliciteert. Werkgevers hebben erg veel vooroordelen, ze denken dat ze niets verdienen aan een WaJonger. Een vertegenwoordiger van CNV Jongeren bracht als reactie daarop het idee om meer positieve bekendheid te maken aan het werken met een WaJongere en goede verhalen te publiceren. Volgens haar gaat het niet om de regelingen die voordelen bieden aan een werkgever, je moet juist de kwaliteiten van een persoon presenteren, laten zien dat hij goed gemotiveerd en een harde werker is. Een ander merkte op dat het ook wel logisch is wanneer een werkgever niet meer begint aan een werknemer die in de WaJong zit. Werkgevers hebben vaak al zo vaak hun neus gestoten omdat de situatie of de werknemer niet naar verwachting was. Hier werd op gereageerd door een jobcoach, die meende dat er dan sprake moet zijn geweest van onvoldoende begeleiding van de jobcoach. Is een jobcoach
goed
betrokken
bij
de
werknemer
en
de
werkgever, werkgever
dan
kan
een
verkeerd
verwachtingspatroon absoluut voorkomen worden. Daarnaast geeft hij aan dat het ook erg belangrijk is dat de werkvloer goed ingelicht wordt en er aan toe is om te werken met een WaJongere. Verder werd aangedragen dat het feit dat zaken in privé invloed hebben op de arbeid een kwestie is waar te weinig aandacht aan wordt gegeven. Ook lijkt er tegenwoordig wildgroei te zijn aan jobcoachorganisaties jobcoachorganisaties, ies wat veel verwarring geeft. Er lijkt daarbij wel ‘wie het eerst komt wie het eerst maalt’. We moeten daar echt vanaf, meende een deelnemer. Cliënten moeten kunnen kiezen en er moet door een jobcoachorganisatie meer gekeken worden of iemand wel daadwerkelijk bij de organisatie past. En niet alleen door jobcoachorganisaties, ook in de rest van de hulpverleningswereld lijkt het wel of er een machtsspel gaande is en draait er te veel om geld. Er wordt gemeend dat soms te weinig wordt omgekeken naar de persoon van de Wajongere zelf. Anderzijds, zo merkt een ander op, moeten we ook niet teveel sleuren aan een cliënt. Elke organisatie heeft zijn eigen business, maar moet wel in het belang van de cliënt handelen. Daarnaast leefde er onder de aanwezigen de behoefte aan informatie over wat er allemaal kan voor een WaJongere, en waar deze informatie gevonden kan worden. En of dit op een plek is te vinden? Het debat werd afgerond en door scholieren van De Horizon werd een lunch geserveerd.
Inspiratie opdoen bij carcleaning Gouda’s Glans Vervolgens werd de reis voortgezet naar het volgende leerwerkbedrijf, Gouda’s Glans. Dit autopoetsbedrijf biedt leerwerktrajecten voor jongens, zowel op basis van dagbesteding als stage of IRO. Er stonden enkele grote Amerikaanse auto’s die door de jongeren volledig gepoetst werden. Oplossingsrichtingen benoemen bij arbeidstrainingscentrum ‘ t Lichtpunt Na een korte stop vervolgde de bus zijn reis naar het laatste bezoekadres van deze dag arbeidstrainingscentrum ’t Lichtpunt,. In dit centrum worden leerwerkplekken in de verkoop, bakkerij en houtbewerking aangeboden. Na een rondleiding ging de groep in kleinere groepjes volgens de pitchmethode oplossingsrichtingen benoemen. Een van de pitches ging over het probleem van ongemotiveerde jongeren, jongeren die de waarde van werken niet inzien omdat ze er financieel toch niet op vooruit gaan en soms zelfs op achteruit. De oplossing zou moeten zijn dat, wanneer WaJongeren wel gaan werken, ze er wél financieel op vooruit gaan. Zo worden ze financieel gezien beloond in plaats van ‘gestraft’, en zijn jongeren gemotiveerder om te gaan werken. Een andere pitch benaderde het probleem van het feit dat een cliënt zoveel instanties om zich heen heeft. Het team gaf aan dat dit een probleem is omdat WaJongeren zo door de bomen het bos niet meer zien, zien het brengt verwarring en de beschikbare informatie over een cliënt is op deze manier ook versnipperd. De oplossing ligt bij het idee van een ‘Life-coach’, iemand die de regie houdt en altijd met de cliënt in contact blijft, welke hulp- of dienstverlening hij of zij ook ontvangt. Op deze manier wordt de sociale kaart verheldert, heeft de cliënt duidelijkheid en kan de hulp tussen de verschillende organisaties beter op elkaar worden afgestemd. De uitsmijter van deze groep was : Liever 1 coach voor het leven, dan 10 voor even! Afsluitend werd een jongere met een Wajong extra bedankt voor zijn openheid en inzet en ontving een IPOD als herinnering.
Verslag 12 februari 2009 Wajong Kennisbus Den Haag De laatste plaats van de Wajong Kennisbus was Den Haag en omstreken. Met enige vertraging door file op de snelweg vertrok de Wajong Kennisbus en werd gestart met een voorstelronde. Deelnemers van de bus zijn enkele Wajongeren, redelijk veel hulpverlener, een aantal arbeidsdeskundige van het UWV, diverse jobcoachorganisaties, begeleiders van woonvormen, onderwijs, CNV jongeren en een aantal werkgevers en van medewerkers van de lokale gemeente. Inspiratie opdoen en problemen benoemen in ‘de wereldzaak’ Het eerste leerwerkbedrijf was restaurant ‘ de Wereldzaak’. We werden ontvangen door medewerker van het restaurant. Na een kop koffie en thee volgde een rondleiding en een presentatie door de ondernemers waarin de werkwijze van het restaurant, toepassing van elearning in het opleidingstraject en de ervaring van klanten met ‘de wereldzaak’ gepresenteerd. Jongeren en ouderen met een uitkering kunnen hier werknemersvaardigheden en een ritme aangeleerd krijgen. Na de presentatie werd gestart met het Lagerhuisdebat waarin de problemen die men ervaart rondom de Wajong werden benoemd. De volgende punten zijn benoemd: -
Schoolverlaters die nog niet 6 jaar in Nederland zijn hebben nog geen recht op een uitkering,
-
Er zijn veel werkgevers die wel Wajongers in dienst willen nemen, maar de Wajongers zijn niet
-
Er zijn jongeren die niet in aanmerking komen voor een Wajong maar ook begeleiding nodig
-
Wat te doen met de wachtlijsten WSW?
-
Scholieren met een BOL opleiding hebben geen recht op een jobcoach doordat ze geen
maar hebben wel begeleiding nodig. Wat doen we daarmee? te vinden hebben bij het vinden en behouden van werk. Wat is er voor hen?
arbeidscontract hebben, maar soms hebben zij wel behoefte aan begeleiding door een jobcoach. -
Werk is voor een Wajonger niet altijd lonend, hierdoor kan de motivatie laag zijn om te gaan werken.
Door een jobcoachorganisatie werd de stelling ingebracht of het UWV het bedrijfsleven kan stimuleren om een Wajonger in dienst te nemen. Aangegeven wordt dat hierbij een voorbeeld kan worden genomen aan de enorme subsidies die de gemeente werkgevers biedt bij het in dienst nemen van iemand met een WWB. Het UWV reageerde hierop dat er een nieuw idee over enige tijd van kracht zal gaan: loonsubsidie. Dat houdt in dat als de werknemer 1 jaar in dienst is er 50% van de loonkosten aan de werkgever teruggegeven wordt. Dit kan in combinatie met loondispensatie van bijvoorbeeld 50% ervoor zorgen dat een werknemer met een Wajong ‘gratis’ kan werken. CNV Jongeren gaf hierop aan dat zij ervaren dat werkgevers best enthousiast kunnen zijn om een Wajonger in dienst te nemen, maar dat er nog veel onbekend is over de Wajong. Wajong Een jobcoachorganisatie reageerde hierop dat het lastig is aan knip en klare informatie over Wajong aan te geven, omdat ‘ de Wajonger’
volgens hem niet bestaat. Hij betwijfelt of voorlichting geven over
Wajong in het algemeen werkt, omdat de Wajong groep naar zijn idee veel te breed is en dat de verschillen zeer divers zijn. Een andere deelnemer gaf aan dat het verwachtingspatroon van werkgevers soms soms veel te hoog zijn. Aangegeven werd dat werkgevers graag iemand aan willen nemen maar geen tijd hebben om iemand zorgvuldig in te werken. Een jobocoach kan hierin een belangrijke taak hebben. Een andere
Jobcoachorganisatie vulde aan dat zijn ervaring was dat de directeur van een bedrijf vaak wel wil, maar dat er geen of weinig draagvlak is bij het personeel. CNV jongeren benoemde de stelling dat werken niet loont en onderbouwde dit met cijfers uit een . onderzoek naar de verdiensten van een Wajonger. De nieuwe Wajong regeling beloofd hierin verschil te gaan maken, maar dit moet nog ervaren worden. Jobcoachorganisaties reageerden hierop dat het voor de Wajong jongeren vaak niet het geld is waar ze voor willen werken, maar een stuk erkenning en het gevoel om erbij te horen veel belangrijker is. De Compaan gaf aan dat het zeker voor jongeren met een verstandelijke beperking lastig is, omdat het relativeren voor hen lastiger kan zijn. Als zij zien dat een leeftijdgenoot meer verdient is vaak de motivatie weg. Er werd verder gedebatteerd over de gevolgen hiervan. Zo werd benoemd dat als jongeren vaak te lang thuis zitten de stimulans om te gaan werken weg is. Een woonbegeleider benoemd dat er eigenlijk niemand de regie in handen neemt en voordat er duidelijke indicaties zijn, zijn er al tal van problemen bijgekomen. Een ondernemer van ‘de wereldzaak’ gaf aan dit te herkennen, in hun ervaring is de thuissituatie vaak heel ongestructureerd is. Er moet een dagritme opgebouwd worden, daar begint het mee. Hij ziet dat er teveel mensen vaak om de jongeren staan die de regie in handen denken te hebben. Er werd benoemd dat bij het benoemen van de regiefunctie vaak tegenstrijdige belangen meeneemt, waardoor het voor de Wajonger onduidelijker kan worden. De vraag werd gesteld ”Kan UWV niet de regie functie hebben?” Een arbeidsdeskundige van UWV reageerde dat zij dat niet kunnen doen, omdat zij daar niet de capaciteiten voor hebben. Ook werd gereageerd dat meer met elkaar gecommuniceerd moet worden en dat er samen gewerkt moet worden. Na het debat werd gebruik gemaakt van een lunch bij ‘de wereldzaak. Pitch voorbereiden bij De Delft Bij de Delft aangekomen werden we verwelkomt door Robbert Moor de directeur van De Delft. Na koffie en thee werd een rondleiding over De Delft en al haar mogelijkheden voor werkgelegenheidstrajecten gegeven. Vervolgens werden teams ingedeeld om over de oplossingsrichtingen na te denken en deze in een pitch te presenteren aan de andere deelnemers. De pitches waren vooral gericht op het realiseren van een duidelijke begeleiding omgeving voor de Wajong jongeren en het activeren van werkgevers. Hierbij werd gedacht aan loonsubsidie om werkgevers te compenseren en de regie toebedelen aan 1oon die alles regelt en aanstuurt met instanties. Afsluitend werd een jongere met een Wajong extra bedankt voor zijn openheid en deelname en werd een IPOD als herinnering blij verast in ontvangst genomen. Jobcoachorganisatie Nederland Werkt gaf tevens aan actief opzoek te gaan naar een baan voor hem (twee weken na deelname aan de bus zijn wij
geïnformeerd dat hij een baan als conciërge op een middelbare school had gevonden via hen).
Short list probleem gebieden Een overzicht van de problemen die tijdens het debat zijn benoemd. Rotterdam: -
Jongere soms te veel begeleiders om zich heen;
-
het is onduidelijk wie de regierol heeft;
-
wiens verantwoordelijkheid is om de regierol op zich te nemen;
-
onduidelijk voor Wajong jongeren waar je met al je vragen terecht kan;
-
voor de werkgever is het onduidelijk welke regelingen er mogelijk zijn bij het in dienst nemen
-
jobcoach heeft meer contactmomenten nodig;
-
teveel papieren rompslomp;
van een Wajonger;
-
werkgevers hebben een gegeneraliseerd beeld over Wajongers;
-
er is behoefte aan duidelijkheid naar de werkgever toe;
-
meer contact met de cliënt nodig;
-
betere communicatie door UWV naar Wajongers;
-
focus teveel op wat iemand niet kan, in plaats van wat iemand wel kan.
Dordrecht: -
hoeveelheid hulpverleners rondom cliënt zorgen voor onduidelijkheid;
-
muren van wet- en regelgeving Wajong;
-
communicatie UWV naar Wajongers;
-
men werkt niet op een lijn met elkaar;
-
Wajongers kunnen moeilijk instromen in het onderwijs;
-
Onduidelijkheid over wat de Wajong is;
-
Werkgevers zijn terug houdend om Wajong in dienst te nemen.
Zwolle: -
Onduidelijkheid over aantallen Wajongers;
-
Proefplaatsingen leiden vaak niet tot een arbeidscontract;
-
Gebrek aan regierol;
-
te weinig aandacht voor de problematiek van de cliënt;
-
veel vooroordelen over Wajong bij werkgevers;
-
Wijze van communiceren door UWV met een Wajonger (benoemd in alle steden).
-
Jobcoach zou meer kennis en vaardigheden moeten hebben, voor de rol die zij vervullen;
-
Papierwerk zorgt voor onduidelijkheid bij werkgever;
-
Brieven UWV te juridisch opgesteld.
Gouda: -
te weinig leerwerkplekken en arbeidsplaatsen voor Wajongers;
-
onduidelijke beeldvorming werkgevers over Wajong;
-
privé problemen Wajonger blijken moeilijk te combineren met werk;
-
wildgroei jobcoachbureau’s waardoor er veel aan Wajongers getrokken wordt, wat als gevolg heeft dat niet alle handelingen in het belang van de cliënt zijn;
-
Wanneer een Wajong gaat werken levert dit niet altijd meer geld op voor hem of haar en soms gaat hij er zelfs door achteruit.
Den Haag: -
Schoolverlaters die nog niet 6 jaar in Nederland zijn hebben nog geen recht op een uitkering, maar hebben wel begeleiding nodig. Wat doen we daarmee?
-
Er zijn veel werkgevers die wel Wajongers in dienst willen nemen, maar de Wajongers zijn niet
-
Er zijn jongeren die niet in aanmerking komen voor een Wajong maar ook begeleiding nodig
-
Wat te doen met de wachtlijsten WSW?
-
Scholieren met een BOL opleiding hebben geen recht op een jobcoach doordat ze geen
te vinden hebben bij het vinden en behouden van werk. Wat is er voor hen?
arbeidscontract hebben, maar soms hebben zij wel behoefte aan begeleiding door een jobcoach. -
Werk is voor een Wajonger niet altijd lonend, hierdoor kan de motivatie laag zijn om te gaan
-
De vraag werd gesteld: “Wordt het bedrijfsleven voldoende gestimuleerd om een Wajong-er in
-
Onervarenheid werkgevers met het werken met jongeren met een Wajong;
-
Werken hoeft voor een jongere met een Wajong niet altijd lonend te zijn, dit kan demotiverend
werken. dienst te nemen?”;
werken voor hem of haar.
Oplossingsrichtingen Laat u in dit hoofdstuk inspirerend door signalen over de (on)mogelijkheden van de Wajong, welke voor een verbetering van de positie van jongeren met een Wajong kunnen zorgen. Diverse pitches zijn meerdere keren op de verschillende locaties gepresenteerd, om dit voor de lezer kort te houden, zijn deze onderstaand samengevoegd weergegeven. Wie heeft de regie? Wat zijn de problemen?
-er mist een centraal regie punt voor Wajong; -teveel instanties om de cliënt heen; -1 kandidaat en meerdere hulpverleners.
Waarom is dat ernstig?
-hierdoor missen mensen kansen en mogelijkheden; -men ziet door de bomen het bos niet meer; -tegenstrijdige visies; -kan langs elkaar heen werken voorkomen. -frustaties onderling bij hulpverleners door onduidelijkheid over de sociale kaart.
Oplossingen
-de regie aan een 1 persoon toebedelen, die alles regelt en aanstuurt met instanties etc; -succesverhalen en meer informatie verstrekken; -sociale kaart in beeld brengen en de onderlinge samenwerking.
Wat zijn hier de voordelen
-overzichtelijkere structuur voor uitvoering;
van?
-één gedragen visie, daardoor snellere plaatsing; -met beschikbare informatie kan effectiever gewerkt worden; -sneller een besluit nemen; -verhelderen van de sociale kaart en afstemmen met uitvoeringsorganisaties.
Voordelen voor de
-betere dienstverlening voor de Wajongers;
doelgroep?
-niet steeds weer je verhaal vertelleb of dezelfde formulieren invullen; -als het voor de uitvoeringsinstanties duidelijk is, is dit ook zo voor de Wajongers; -duidelijkheid.
Uitsmijter (eventueel)
-liever 1 coach voor het leven, dan 10 coaches voor heel even; -werk met elkaar voor elkaar; -1 voor allen, allen voor 1; -beter 1 met regie in het land, dan 10 Wajongers aan de kant.
Beeldvorming Wajong Wat zijn de problemen?
-werkgevers blijken een verkeerd beeld van Wajongers te hebben; -beeldvorming over Wajongers in het algemeen.
Waarom is dat ernstig?
-er is een groot vacaturepotentieel, maar Wajongers blijken hier niet op
aan te sluiten; -werkplekken en stages zijn lastig te vinden. Oplossingen
-voorlichting aan de werkgever over Wajong; -goede begeleiding van de Wajonger; -een life coach, coach voor langere tijd.
Wat zijn hier de voordelen
-werkgevers krijgen een vollediger beeld van de mogelijkheden van
van?
Wajongeren; -verandering van opvatting over Wajong en dat hierdoor meer naar de mogelijkheden worden gekeken.
Voordelen voor de
-hierdoor ontstaat er voor de Wajong een grotere kans om aan het werk
doelgroep?
te komen; -goed voor de motivatie, zelfwaardering en eigenwaarde van de Wajong; -stijging aantal banen voor Wajongers.
Uitsmijter (eventueel)
-kan niet ken ik niet.
Wajong & onderwijs Wat zijn de problemen?
-de instroom voor Wajongers in onderwijs is lastig te realiseren; -Wajongers blijken het ritme van het regulieren onderwijs moeilijk te kunnen volgen, door de bijbehorende problematiek van de beperking.
Waarom is dat ernstig?
-de groei van de persoonlijke ontwikkeling kan hierdoor stil komen te staan.
Oplossingen
-opleiding op maat aanbieden, bijvoorbeeld op de werkplek; -mogelijkheid aanbieden om certificaten te behalen.
Wat zijn hier de voordelen
-betere werkkracht;
van?
-positieve uitwerking op de werkvloer.
Voordelen voor de doelgroep? Uitsmijter (eventueel)
-opleiding op de werkvloer i.p.v. in het ‘schoollokaal’; -versterken van het zelfbeeld van de Wajonger. -het kan echt!
Werkgever blijkt Wajonger niet te kunnen vinden Sommige werkgevers blijken jongeren met een Wajong niet te kunnen vinden. Wat zijn de problemen?
-werkgevers kunnen Wajong jongeren niet vinden.
Waarom is dat ernstig?
-Wajongeren meestal beter gemotiveerd om weer te gaan werken.
Oplossingen
-netwerk opbouwen voor Wajongeren die werk zoeken, zodat het voor een werkgever ook eenvoudig kan zijn om een nieuwe medewerker met een Wajong te vinden.
Wat zijn hier de voordelen
-eenvoudiger voor werkgevers om Wajongeren te vinden.
van? Voordelen voor de
-werk.
doelgroep? Uitsmijter (eventueel)
-nvt
Dienstverband Wajongers Wat zijn de problemen?
-Werkgever blijken terughouden om dienstverband aan een Wajonger aan te bieden.
Waarom is dat ernstig? Oplossingen
-Wajongers krijgen weinig kans op een baan. -reclame campagne met bekende Nederlanders die als ambassadeur willen optreden.
Wat zijn hier de voordelen
-informeren en eventuele vooroordelen weghalen.
van? Voordelen voor de
-angst een beetje wegnemen, meer zelfvertrouwen ontwikkelen.
doelgroep? Uitsmijter (eventueel)
-laat de Wajong spreken via de media.
Beloning en motivatie Wajong Wat zijn de problemen?
-Het komt voor dat wanneer een Wjaonger meer gaat werken, zijn of haar inkomen kan dalen omdat op de uitkering gekort wordt; -financieel kan de Wajonger er op achteruit gaan, wanneer hij of zij meer gaat werken.
Waarom is dat ernstig?
-demotiverend voor Wajonger om meer te gaan werken en arbeidsritme op te doen.
Oplossingen
-regeling dat als je meer gaat werken, je er ook op voorruit gaat; -werkgevers compenseren met loondispensatie en loonsubsidie; -werkgevers compenseren en hierover actief informeren.
Wat zijn hier de voordelen
-meer mensen aan het werk die kunnen en willen werken;
van?
-als begeleider kan je de werknemers belonen i.p.v. een gevoel van straf geven; -meer mensen aan het werk.
Voordelen voor de
-de Wajonger wordt meer gemotiveerd om meer te gaan werken;
doelgroep?
-motivatie en eigenwaarde Wjaonger stijgt.
Uitsmijter (eventueel)
-werken moet lonen; -met elkaar voor elkaar.
Heldere schriftelijk communicatie met Wajonger Wat zijn de problemen?
-onduidelijke schriftelijke communicatie UWV naar Wajonger.
Waarom is dat ernstig?
-veroorzaakt onrust bij de Wajonger, omdat deze de inhoud van de brief niet goed begrijpt; -het veroorzaakt veel werk voor de begeleider om de brief helder te kunnen verklaren.
Oplossingen
-bewust zijn van taalkeuze in de communicatie met de Wajonger.
Wat zijn hier de voordelen
-minder onrust bij post door UWV;
van?
-geen verassingen meer achteraf; -meer duidelijk.
Voordelen voor de
-minder onzekerheid en onrust bij het ontvangen van post door UWV;
doelgroep?
-eigen waarde stijgt.
Uitsmijter (eventueel)
-hou het simpel.
Communicatie Een kleine greep uit de pers publicaties.
Jonge gehandicapten willen werken
Door NYNCKE ERNST GROENE HART - 'Er zitten nog te veel jonge gehandicapten thuis, die maar al te graag willen werken,'' zegt Edgar Oomen van Stichting Gilde Zorg Gouda. Jonggehandicapten lopen vaak tegen problemen aan wanneer ze op zoek zijn naar een baan. Aan motivatie geen gebrek, maar toch komen ze onverhoopt thuis te zitten.
Kansen voor zowel de jongeren als bedrijven blijven onbenut. De jongeren die thuis zitten, ontvangen nu een zogenoemde Wajong-uitkering, en worden ook wel 'Wajongers' genoemd. Waarom deze kansen blijven liggen? "Verschillende partijen werken langs elkaar heen,'' zegt Oomen. Met die partijen bedoelt Oomen het UWV, het onderwijs, het bedrijfsleven, de brancheverenigingen, de politiek en de Wajongers zelf. Om de verschillende partijen op de kansen te wijzen en problemen op te lossen reed de afgelopen weken de Kennisbus door het land met als doel: de partijen bijeenbrengen. De Kennisbus deed ook het Groene Hart aan. In Alphen aan den Rijn stopte de bus op het leerwerkbedrijf van Parkschool de Horizon aan de Eikenlaan, waar vertegenwoordigers van de verschillende partijen met elkaar in debat gingen. Twee noodkreten kwamen al snel bovendrijven. 'Er wordt nog te vaak gekeken naar wat er niet kan in plaats van naar wat er wel kan.' En: 'Iemand die de Wajong ingaat, is opgegeven.' Maar wat gaat er nu precies mis bij het vinden van banen voor Wajongers? Allereerst heerst er veel onbegrip bij werkgevers. "Werkgevers hebben vaak vooroordelen over Wajongers, ze hebben een verkeerd beeld,'' merkt Peter Grol op, zelf werkgever en stichter van Gilde Zorg. "De jongeren worden nog te snel in een hokje geplaatst. Werkgevers denken dat ze niet kunnen verdienen aan ons,'' zegt Leonie uit Gouda, een Wajonger die al drie jaar thuis zit. Soms komt dit voort uit slechte ervaringen met Wajongers, maar vaak is het toch de verkeerde beeldvorming die heerst. Daarnaast ontbreekt extra ondersteuning op de werkvloer, zoals een jobcoach die de Wajonger kan begeleiden en zijn of haar collega's op de hoogte kan brengen van wat er met de Wajonger in hun bedrijf aan de hand is. Een jobcoach kan het proces begeleiden om het bedrijf en de Wajonger zelf zoveel mogelijk van de betrekking te laten profiteren. "Ook de Wajonger zelf trekt bij ons niet aan de bel als er iets is. En daar gaat het mis,'' zegt een
werknemer van Atwork, een bedrijf dat zich heeft gespecialiseerd in jobcoaching in onder andere Gouda en Woerden. Jaqueline Coppers, ergotherapeut bij GGZ Midden-Holland herkent de problemen. "Als Wajonger weet je vaak niet waar je moet zijn. Er zijn wel veel jobcoaches, maar wanneer je autistisch bent, moet je niet een jobcoach hebben die is gespecialiseerd in het werken met Wajongers in een rolstoel.'' Het grootste probleem volgens Coppers is dat niemand de leiding neemt. "Elke partij heeft zo zijn eigen 'tokootje', samenwerking is ver te zoeken.'' Ook voor de informatievoorziening is samenwerking geboden. "Er is genoeg informatie te vinden, maar ik weet niet wat er allemaal mogelijk is, simpelweg omdat ik niet weet waar ik zoeken moet,'' legt een moeder van een Wajonger uit. Er zijn te veel regelingen, waardoor je als Wajonger vaak bij meerdere instanties door dezelfde papierwinkel moet. Dit moet makkelijker, vinden alle partijen. Er zijn dus verschillende maatregelen nodig om gemotiveerde Wajongers niet meer thuis te laten zitten. "Eén loket zou een oplossing kunnen zijn. Op het moment dat je de Wajong aanvraagt, is dat je aanspreekpunt en van daaruit word je verwezen naar de juiste persoon of instantie,'' denkt Petra Naterop van de gemeente Alphen aan den Rijn. Daarnaast moet er aan de beeldvorming worden gewerkt. Een geopperd idee is om een vrijdagmiddagborrel te laten verzorgen door Wajongers. Zo maken werkgevers kennis met de Wajongers en zien ze wat ze kunnen en waar ze goed in zijn. En geef iemand die een Wajong-uitkering krijgt, een 'life' coach. Want liever één coach voor verschillende aspecten in het leven dan tien mensen die je elk maar voor even helpen. De problemen en oplossingen die aan het licht zijn gekomen, zullen in een rapportage aangeboden worden aan het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Peter Grol, van Stichting Gilde Zorg: "Het gaat stapje voor stapje, maar gelukkig is er al heel wat vooruitgang geboekt, als je het vergelijkt met een aantal jaren geleden. Vroeger vergaten we deze mensen, maar gelukkig kan er nu open over worden gepraat.'' Wajong is een uitkering voor jonggehandicapten die door ziekte of een handicap niet (volledig) kunnen werken en is in 1998 in het leven geroepen. Jonggehandicapten zijn op jonge leeftijd al ziek of gehandicapt. Het gaat hier om psychische of lichamelijke handicaps of een laag IQ. Deze zogenaamde 'Wajongers' kunnen zich niet beroepen op de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO) omdat ze geen arbeidsverleden hebben en komen daardoor uit bij de Wajong. De hoogte van de uitkering hangt af van de leeftijd en de mate van de arbeidsongeschiktheid van een persoon. Het Uitvoeringinstituut Werknemersverzekeringen (UWV) keert de uitkering uit. REACTIES Deze discussie is gesloten - het is niet mogelijk om op dit artikel te reageren Wat in het artikel staat is allemaal min of meer juist. Wat er niet in staat is dat de (semie) overheid relatief weinig Wajongers in dienst heeft, zelfde geldt voor andere mensen in WAO achtige uitkeringen en de bijstand. Hierbij wordt bedoeld mensen met een normaal arbeidscontract. Voor de (semie)overheid geldt "verbeter de wereld maar begin bij jezelf".
BIJLAGEN
Inspirerende initiatieven onderwijsonderwijs-arbeidsmarkt Naast de Wajong Kennisbus heeft het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid 14 andere initiatieven ondersteund. Laat u inspireren. Organisatie
Projectnaam
Inhoud Verbeteren van de uitgangspositie van jonger moeders op de arbeidsmarkt Deze potentiële uitvallers houden in het
1
ROC Flevoland
Moeder en kind
onderwijs AKA opleidingen aan de moeders TopWork fungeert als leerwerkbedrijf waar jonge moeders leren en werken combineren
PSW
2
i.s.m. gemeente Breda, UWV en
Voorlichting over werk aan scholieren met beperkingen Wajong promotieteam
Stages en leerwerktrajecten bevorderen Werken aan beeldvorming bij werkgevers over jongeren met beperkingen
vso-scholen
Allochtone jongeren als rolmodel 3
ROC ter AA
Beroepenbus
Vanuit de beroepenbus voorlichting over vervolgstudie en beroep aan ouders en jongeren Vorm van buddy systeem tussen jonggehandicapten, wajongers en jongeren
4
BSW bedrijven / Kpabel
Voorschakeltraject
met sw-indicatie en mbo’ers
Wajong
Via voorschakeltraject vaststellen wat de mogelijkheden zijn voor een vervolgopleiding.
5
Samenwerkingsverband
Peer support: samen
Praktijkopleidingen bouw
bouwen aan werkers
(SSPB)
door werkers
Doorstromen vanuit praktijkschool naar een praktijkopleiding bij de SSPB. In Rotterdam, Den Haag, Gouda, Zwolle en Utrecht gaat de bus rijden naar leerwerkbedrijven
6
Gilde Zorg
Wajong kennisbus
In de bus debat over knelpunten die aansluiting van wajongeren bemoeilijken Debat tussen wajongeren en vertegenwoordigers van praktijkonderwijs, ROC, UWV, bedrijfsleven Experiment met maatjes samenwerking tussen leerlingen in het MBO
7
ROC Horizon college
Maatwerk voor werken in de ICT
De leerling met een functiebeperking in de ICT-opleiding wordt gekoppeld aan een oudere leerling op mbo-niveau 3. Door dit experiment inzage krijgen in verdere verbetering van de stagebegeleiding
van leerlingen met beperkingen zoals o.a. autisme Verbeteren arbeidsparticipatie op het 8
Plattelands Jongeren Service
Netwerken op het
platteland
platteland
Jongeren worden getraind in het leren netwerken met werkgevers Budgetwinkels worden opgezet (mode,
Samenwerken i.s.m. ROC 9
West Brabant, en een kringloopwinkel
kapsalon, fietsenwinkel) Budgetplein in Bergen
In deze winkels kunnen kansarme jongeren
op Zoom
werkervaring opdoen Zij worden begeleid door Werkplein 13 waarin participeren: CWI/UWV/gemeenten T.b.v. leerlingen uit het praktijkonderwijs ontwikkelen van een doorlopende leerlijn
10 Alfa-college
Een maatje meer
van Pro- MBO- arbeidsmarkt Meer begeleiding van uit MBO naar arbeid Ook hier maatjes begeleiding door een oudere leerling. Allochtone jongeren, met problemen op meerdere terreinen. Ook enkele veelplegers. Zij krijgen toegang tot een leerwerkplek in de autotechniek Intensieve betrokkenheid reclassering en werkgevers, met daar waar mogelijk het
11 Weer aan Werk BV
Autotechniek voor
gezin erbij betrekken
jongeren
De bedrijfsopleiding wordt ingekocht bij ROC Midden Nederland speciaal voor deze jongeren, die de scholing ook apart volgen. Scholing in het bijzonder gericht op beroepshouding en gedrag van de jongeren Daarna eventueel doorstromen naar regulier onderwijs. Rotterdamse jongeren met meervoudige problematiek De jongeren maken een documentaire over hun eigen leven, thuis en op school. Het
12 Albeda College
Future Movie
filmpje wordt als spiegel voorgehouden om meer inzicht te krijgen in eigen kunnen en beperkingen Enthousiasmeren en activeren van jongeren om zodoende ook de houding t.o.v. school en werk positief te beïnvloeden. Opvang en begeleiding van tienermoeders in Zeewolde.
13 De Basisz
Meer dan Mama
Tienermoeders worden via het consultatiebureau doorgestuurd. Deels zullen de jonge moeders nog opgespoord moeten worden.
Zij krijgen hulp bij de verzorging van de baby en trainingen en cursussen. Dit dient als middel om hen in beeld te houden en de kans te vergroten op een terugkeer naar school of naar een baan. Dit project is een spin-off van het project Almeerkans dat eerder gelopen heeft en zich richtte op voortijdige schoolverlaters met psychosociale problemen. Zwerfegels richt zich op dakloze jongeren Zwerfegels en buddies: 14 Mind at Work
een borstelige weg naar werk
die zich bij het Leger des Heils hebben aangemeld voor een tijdelijke overnachting. De oudere jongeren uit Almeerkans treden op als buddy voor de nieuw ingestroomde jongeren. Samen stellen ze een trajectplan op met kleine ontwikkelstapjes. De jongeren kunnen via dit project ook woonbegeleiding krijgen in combinatie met opleiding en begeleiding naar werk Het werk van stratenmakers vernieuwt en vraagt om een andere soort werknemers. Ook is de uitstroom van oudere werknemers groot. Er komt een netwerk van jonge
15 VMS
Jong aan de slag met gezond straatwerk
stratenmakers dat zich richt op de instroom van jongeren in de sector. Gefocust wordt op jongeren die nu als hangjongeren veel buiten zijn en werkloos zijn. Men verwacht dat de overstap naar buiten werken deze jongeren minder zwaar zal vallen.