verslag van werkzaamheden 2012

verslag van werkzaamheden 2012

Dit verslag van werkzaamheden is van toepassing op de Crebo - opleidingen van Heads Academy

Heads Academy | Molslaan 92a | 2611 RP Delft

mei 2012

Voorwoord Voor u ligt het verslag van werkzaamheden van Heads Academy over de periode 1 februari 2012 tot en met 1 februari 2013 ten behoeve van toezicht door de Inspectie van het Onderwijs, zoals bedoeld in artikel 1.4.1, lid 3 van de WEB. Dit verslag van werkzaamheden heeft betrekking op de opleidingen van Heads Academy die staan geregistreerd in het Centraal Register Beroepsopleidingen (CREBO). Heads Academy is een niet-‐bekostigde onderwijsinstelling, die opleidingen verzorgt. Dit verslag geeft informatie over hoe het onderwijs van Heads Academy is geregeld, wie daar bij betrokken zijn en wat de resultaten van het interne kwaliteitsproces zijn. Heads Academy kan in deze fase (van het opstarten) nog niet vastleggen op welke wijze de processen zullen worden geïmplementeerd. Hiervoor zal werkoverleg met de werkvloer worden georganiseerd om zo een ‘lerende organisatie’ te creëren. Dit betekent dat de ideeën van de werknemers zullen komen en er in de opstartfase ‘organisch’ wordt gewerkt. Door de opzet van het kwaliteitszorgdocument, de implementatie ervan en de verplichte evaluatie, ontstaat er een ‘levend’ kwaliteitszorgdocument waarbij aanpassingen worden doorgevoerd, afhankelijk van de ontwikkelfase van Heads Academy.

Namens het bevoegd gezag, Renate van Laerhoven

Verslag van werkzaamheden Heads Academy 2012

2

Inhoudsopgave

1. Inleiding 2. Missie en Visie 3. Onderwijs 3.1 Doelstelling 3.2 Competentie- en praktijkgericht onderwijs 3.3 Didactische werkvormen 3.4 Beroepspraktijkvorming 3.5 Praktijkopleiders 3.6 Verzuim 4. Kwaliteitszorg 4.1 Doelstelling 4.2 Gestelde doelen 4.2.1 Ontwerpen opleiding 4.2.2 Intake aspirant student 4.2.3 Inschrijving en zorg student 4.2.4 Ontwikkelen Crebo-opleiding 4.2.5 Uitvoeren van de Crebo-opleiding 4.2.6 Examinering, diplomering en examenorganisatie 4.2.7 Evaluatie van alle opleidings- en examineringsactiviteiten 4.2.8 Evaluatie van alle processen 4.3 Wijze van verantwoording en meting 4.4 Evaluatie kwaliteitszorg 4.5 Evaluatie van de uitvoering: personeel Heads Academy 5. Klachten 5.1 klachtenregeling 5.2 Klachtenprocedure 6. Examens 6.1 Uitkomsten examenonderzoek IvhO 7. Opbrengsten 8. Tevredenheidmetingen 9. Openbaarheid 9.1 Het verslag is vastgesteld 9.2 Het verslag is openbaar gemaakt


4 5 5 5 5 5 6 6 6 6 6 7 8 9 10 11 13 17 20 23 27 30 30 30 30 30 31 34 34 35 35 35 35

3

1. Inleiding Belangrijke kenmerken van Heads Academy zijn de praktijkgerichte benadering, de mogelijkheid tot het leveren van maatwerk en de landelijke dekking. In het najaar van 2011 kreeg Heads Academy de erkenning van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur & Wetenschappen voor het organiseren en uitvoeren van wettelijk erkende, beroepskwalificerende opleidingen. De erkenning is voor het eerst ingezet in maart 2012. Vanaf 2012 heeft Heads Academy Crebo-‐ opleidingen aangeboden en uitgevoerd. Crebo erkenning Met ingang van 2011 heeft Heads Academy als niet-‐bekostigde instelling Crebo-‐ erkenningen verkregen voor het uitvoeren van opleidingen. De Crebo-‐erkende opleidingen worden alleen in de beroepsbegeleidende leerweg (BBL) variant aangeboden door Heads Academy. Het betreft de volgende kwalificaties: Crebo-nr.

Diplomanaam

Leerweg

95120

Junior Kapper

BBL

91182

Kapper

BBL


4

2. Missie en Visie Heads Academy is een niet bekostigde onderwijsinstelling (particulieren opleiding), erkend door het Ministerie van Onderwijs, Cultuur & Wetenschap (OC&W). Wij leiden de student op tot kapper. We trainen salongericht zodat onderwijs en bedrijfsleven dicht bij elkaar staan. De student leert niet alleen hoe je als kapper je klanten voorziet van een nieuwe look. Samen met de student ontwikkelen we ook de commerciële en communicatie talenten en leren we hoe je succesvol met klanten om moet gaan. Wij streven naar een optimale kwaliteit en realiseren dit door te werken in kleine groepen van maximaal 8 studenten. Hierdoor is er volledige aandacht en professionele begeleiding voor alleen diegene die echt gemotiveerd zijn. De student krijgt training van hoogopgeleide docenten die zelf ook parttime in hoog segment salons werken. Heads Academy werkt samen met erkende leerbedrijven. Voordat de opleiding start bieden wij de studenten de mogelijkheid om te solliciteren bij één van de salons binnen ons netwerk. Heads Academy is gevestigd in Delft en biedt twee verschillende kappersopleidingen aan: Junior Kapper, BBL niveau 2 Kapper, BBL niveau 3

3. Onderwijs 3.1 Doelstelling De docenten van Heads Academy zijn niet alleen deskundig op hun eigen vakgebied maar zij zijn ook uitstekend op de hoogte zowel van de praktijk als van de beleidsontwikkelingen binnen de sector. Door deze combinatie beschikt Heads Academy over een unieke expertise. De voornaamste doelstelling is het leveren van een bijdrage aan de kwaliteitsverbetering van het beroep waarin wordt opgeleid. Heads Academy doet dit vooral door leeronderdelen en opleidingen te verzorgen die aansluiten bij de behoefte van kwaliteitsverbetering in het beroepenveld en door werkgevers hierover te adviseren. 3.2 Competentie-‐ en praktijkgericht onderwijs Bij het competentiegerichte onderwijs gaat het erom dat studenten de benodigde competenties verwerven, door kennis over het vakgebied te leren toepassen op de werkvloer. De kwalificatiedossiers van de opleidingen staan hierbij uiteraard centraal en zijn leidend. Voor een passend beeld van de behoeften van het beroepenveld, neemt Heads Academy ook kennis van competentieprofielen uit de beroepspraktijk en probeert zij zoveel als mogelijk de verbinding te leggen tussen die profielen en de inhoud van de kwalificatiedossiers. Praktijkbegeleiding is onmisbaar bij de beroepspraktijkopleidingen. De leeronderdelen bieden een brede theoretische bagage en de volop mogelijkheden om de vaardigheden in de beroepspraktijkvorming (BPV) te oefenen. Ook kritische reflectie op het eigen handelen en op de eigen beroepshouding is een essentieel onderdeel van de opleidingen van Heads Academy. In de praktijk oefenen de studenten de vaardigheden verder en is er systematisch aandacht voor de ontwikkeling van de beroepshouding. Heads Academy maakt hierbij gebruik van een elektronische leeromgeving om de opleidingen te structuren. Op deze wijze heeft Heads Academy direct toegang tot actuele informatie over studentenvoortgang, portfolio, onderwijsplanningen en vergadermomenten. 3.3 Didactische werkvormen De docenten werken met een scala aan werkvormen o.a.:  vaardighedendemonstratie;  instructie;  groepsdiscussie;  verwerkingsopdrachten;  creatieve opdracht  casus;  rollenspel;  e-learning;  geleide intervisie. Heads Academy werkt met docenten die niet alleen beschikken over sterke didactische vaardigheden en theoretische inzichten, maar ook over een brede praktijkervaring binnen de sector.


5

3.4 Beroepspraktijkvorming Om de opleiding te kunnen volgen wordt als eis gesteld dat een student minimaal 24uur/week stage loopt of werkzaam is bij een erkend leerbedrijf. Dat is over het algemeen geen probleem. Heads Academy werkt samen met erkende leerbedrijven. Voordat de opleiding start bieden wij de studenten de mogelijkheid om te solliciteren bij één van de salons binnen ons netwerk. Alle studenten van Heads Academy zijn werkzaam in het vakgebied en volgen de opleiding om zich verder te bekwamen. Vanuit de combinatie werk en studie doen studenten ervaringen op die hen helpen om het werk beter uit te voeren. Verantwoording over de omvang van de beroepspraktijkvorming De twee jarige opleiding Junior Kapper, conform de Wet Educatie Beroepsonderwijs, in totaal 3200 SBU en de eenjarige opleiding Kapper bevat minimaal 1600 SBU. De opleidingen van Heads Academy voldoen hieraan. Zie bijlage 1, 2, 3 en 4. 3.5 Praktijkopleiders Heads Academy ervaart dat de praktijkopleiders een belangrijke rol spelen. De praktijkopleiders worden uitgenodigd voor de opening van het studiejaar, hebben zij toegang tot het leerlingen volgsysteem Hairlevel XL (de digitale leeromgeving van Heads Academy). Één keer per maand stuurt Heads Academy een evaluatie naar de praktijkopleider over de ontwikkeling van de student per e-mail. Na elke module is er telefonisch contact met de praktijkopleider en één keer per half jaar wordt er een afspraak gemaakt voor een begeleidingsgesprek. 3.6 Verzuim Per student wordt de aan en afwezigheid bijgehouden door middel van presentielijsten op leeronderdelen. Na aanleiding van deze registratie wordt in het leerling volgsysteem bijgehouden wanneer de student aanwezig is geweest bij welk leeronderdeel. De student wordt geacht aanwezig te zijn bij de voor hem of haar bestemde opleidingsonderdelen. De student wordt eveneens geacht aanwezig te zijn bij de beroepspraktijkvorming (BPV). Bij de BPV meldt de student zich afwezig via de gangbare procedure van de praktijkinstelling. De coördinator van de praktijkinstelling informeert bij langdurige ziekte de administratie van Heads Academy via email of telefoon. Indien een student zonder bericht of toestemming afwezig is, wordt dit gerekend tot ongeoorloofd verzuim. Via de leidinggevende wordt de student op de hoogte gehouden van de aan-‐ en afwezigheid. De leidinggevende kan de student aanspreken op ongeoorloofd verzuim. De getekende presentielijst is tevens een controlemiddel op de aan/afwezigheid van de studenten. Er wordt controle uitgeoefend op het naleven van de verzuimregels en er volgen maatregelen bij het overschrijden van de maximaal toelaatbare afwezigheid. De administratie checkt de presentielijsten alvorens diploma’s aan te maken.

4. Kwaliteitszorg Alle medewerkers van Heads Academy die betrokken zijn bij de WEB-opleidingen dienen de in dit kwaliteitsdocument en de in de aanverwante documenten en reglementen vastgelegde verplichtingen na te komen. Dit omdat de formele weergave van het kwaliteitsbeleid moet overeenstemmen met de werkelijkheid. 4.1. Doelstelling van de kwaliteitszorg De systematiek die Heads Academy hanteert voor haar kwaliteitszorg is de kwaliteitscirkel van Deming. De vier activiteiten in de kwaliteitscirkel van Deming zijn:


6

PDCA Plan (planning)

Kwaliteitszorg Doelen en voorbereiding: opstellen van kwaliteitszorgdocument: beschrijven van alg. doelen, middelen en organisatie van kwaliteitszorg op basis van te onderscheiden processen; keuze van verbeterpunten voor komende jaar/jaren; aanwijzen van verantwoordelijken.

Do (uitvoering)

Uitwerking en uitvoering: uitwerken in concrete plannen; bepalen van prestatie-indicatoren (pi’s); bepalen van normen (gewenst niveau); uitvoeren van activiteiten volgens plannen; tussentijds monitoren en meten. Evaluatie van verbeteractiviteit: bijeenleggen van meetgegevens a.d.h.v. afgesproken p.i.’s; uitkomsten vergelijken met gestelde normen en conclusies trekken; uitkomsten plaatsen binnen breder beleid; opstellen van een schriftelijk verslag, of een rapport van zelfevaluatie; zelfevaluatie laten beoordelen door onafhankelijke derden. Borgen en bijstellen: maatregelen nemen, afspraken maken om behaalde resultaten te borgen; keuze van nieuwe verbeterpunten of verbeteractiviteiten (zie ‘Plan’).

Check (controleren evalueren)

Act (Bijstellen/ aanpassen)

Het doel van de kwaliteitszorg binnen Heads Academy is een volledige beheersing van de uit te voeren werkzaamheden, zodat een optimale werksituatie ontstaat en daardoor kwaliteit van leren en werken, veiligheid en arbeidsvoldoening gewaarborgd zijn. Hierdoor zal de juiste communicatie tussen Heads Academy, haar studenten, de werkgevers en het beroepenveld van groot belang zijn. Dit alles moet worden vormgegeven binnen de wettelijke kaders, die het raamwerk van de kwaliteitszorg vormen. Om nu en in de toekomst de nodige wendbaarheid en commerciële aantrekkelijkheid in de markt te behouden, dienen de in het kwaliteitszorgdocument omschreven procedures gehanteerd te worden. Bovendien dienen de procedures op gezette tijden getoetst en zo nodig bijgesteld te worden. Verantwoordelijk voor het opzetten en continueren van de kwaliteitszorg is het bevoegd gezag. Het registreren en bewaken van het kwaliteitszorg is gedelegeerd aan de kwaliteitsmanager die de benodigde bevoegdheden en zelfstandigheid krijgt om problemen, welke samenhangen met kwaliteitszorg, te onderkennen en na te gaan of de overeengekomen corrigerende maatregelen worden uitgevoerd volgens de procedure. Alle medewerkers worden voortdurend gewezen op het belang van het leveren van goede kwaliteit dat aansluit op de door werkgever gestelde eisen. Alleen op deze manier kan de kwaliteit gewaarborgd blijven en verbeterpunten goed worden ingevoerd. 4.2 Gestelde doelen Heads Academy heeft een kwaliteitsbeleid waarin streefdoelen zijn vastgelegd. Jaarlijks wordt doormiddel van enquêtes, onderzoek, interviews en studentgesprekken onderzocht of de studenten en werkgevers van de verschillende leerbedrijven en opleidingen tevreden zijn over de kwaliteit die Heads Academy biedt. De kwaliteitszorg is vastgesteld in het kwaliteitszorgdocument.

Visie bepalen

Processen identificeren

Format bepalen

Processen beschrijven

Processen uitvoeren

Processen toetsen

Er zijn 8 kernprocessen geformuleerd: 1 Ontwerpen opleiding 2 Intake aspirant student 3 Inschrijving en zorg student 4 Ontwikkelen van de Crebo-‐opleiding 5 Uitvoeren van de Crebo-‐opleiding 6 Examinering, diplomering en examen organisatie 7 Evaluatie van alle opleidings-‐ en examinerings-‐activiteiten 8 Kwaliteitsborging: Evaluatie van alle processen, inclusief deelprocessen ( werkprocessen). Bovenstaande indeling heeft tot doel om tot een functionele indeling te komen en een breed beeld te krijgen van de noodzakelijk te onderscheiden processen binnen de organisatie van Heads Academy. Met deze indeling is het primaire proces van de organisatie vastgesteld en kan de kwaliteit worden gemeten en geborgd. Verslag van werkzaamheden Heads Academy 2012

7

De evaluatie van de gestelde doelen is als volgt weergegeven per kernproces: Titel proces:

De titel van het proces geeft in enkele woorden aan waar dit proces over gaat.

Werkproces:

Vervolgens wordt helder volgens welke stappen het proces zich voltrekt.

Instructie:

De instructie heeft tot doel om richting te geven aan de uitvoering van het proces.

Doel:

Het doel geeft aan waarom dit proces er is.

Output:

De output geeft aan wat dit proces moet opleveren.

Aspect*

Het oogpunt van waaruit de onderwijsinspectie kijkt

Indicator*

Meetbaar onderdeel, als onderdeel van het aspect. De indicator heeft een signalerende functie

Portret*

Het portret geeft de norm per indicator.

Resultaten

Hier staat beschreven op welke plekken de indicatoren te vinden zijn.

gemeten door: Resultaten:

Hier staat beschreven wat er al concreet aan resultaat bekend is.

4.2.1 Ontwerpen opleiding Titel proces 1:

Ontwerpen opleiding

Werkproces:

Acquisitie en overleg met werkveld/opdrachtgevers. Vertalen klantvraag naar opleidingsrichting en invulling. Eerste globale opzet van ontwerp. Overleg met klant over definitieve invulling. Registratie erkend leerbedrijf controleren / regelen. Koppeling aan WEB-vereisten / deel C Kwalificatiedossier.

Instructie:

Overleg met (potentiële) klanten, incl. afspraken over zorgplicht (tweede en derde lijns zorg). Intern werkoverleg met ontwikkelaars/docenten/trainers.

Doel:

Systematische aanpak om tot goed ontwerp van de opleiding(en) te komen dat voldoet aan vraag klant, uitvoerbaarheid en eisen WEB en toezichtkader BVE 2012

Output: Aspect Indicator Portret Resultaten gemeten door: Resultaten:

Goed, snel op te leveren opleidingsplan, dat voldoet aan de wettelijke eisen en klantvraag.

Niet gedefinieerd in Toezichtkader BVE 2012 Niet gedefinieerd in Toezichtkader BVE 2012 Niet gedefinieerd in Toezichtkader BVE 2012 Evaluatie gesprekken met personeelszaken/onderwijskundige en/of management van de werkgever van de student. Voor elk leerbedrijf geldt dat de werkprocessen doorlopen zijn voordat de opleidingen gestart zijn en hebben geresulteerd in opleidingsplannen. De opleidingsplannen zijn voor de start van de opleiding opgeleverd en verwerkt in de opleidingsgids voor de studenten (per jaar).


8

4.2.2 Intake aspirant student Titel proces 2: Werkproces:

Instructie: Doel: Output:

Aspect

Indicator

Intake aspirant student Intake gesprek voeren. Aanmeldformulier en intakeformulier versturen en retour ontvangen. Controle diploma(’s), werkervaring, vooropleiding, en persoonlijke gegevens (o.a. BSN). Student definitief in juiste opleiding of, met redenen omkleed, afwijzen. Administratief goed systeem implementeren en onderhouden. Intake volgens afgesproken normen op basis van vooropleiding en ervaring student. Terugkoppeling intakegegevens, vaststellen EVC’s. i.s.m. examencommissie Goede informatieverschaffing (zorgplicht) richting student over opleidingsverwachtingen en verplichtingen. Student in juiste opleiding plaatsen. Verwachtingspatroon studenten komt overeen met de werkelijkheid. Geen studentenuitval door onvoldoende/onjuiste voorlichting. Geen klachten over wederzijdse verwachtingen. 1.6.

Intake & plaatsing De voorlichting vooraf over de opleiding is specifiek en realistisch en de intake is zorgvuldig en leidt tot een passende plaatsing.

1.7.

Studieloopbaanbegeleiding (kernaspect uit Toezichtkader) De studieloopbaanbegeleiding biedt juiste en tijdige informatie over de uitvoering van de opleidingen, verloopt planmatig en proactief en houdt rekening met verschillen tussen studenten in begeleiding behoeften.

1.6.1.

Voorlichting

1.6.2. Intake en plaatsing 1.7.2. Studieloopbaanbegeleiding Portret

1.6.1

De informatie vooraf over de opleiding is in overeenstemming met het kwalificatiedossier en het beroepsprofiel en vermeldt actueel en realistisch de toelatingseisen, programmaonderdelen waaronder de beroepspraktijkvorming, examinering, uitstroomdifferentiaties, doorstroommogelijkheden, arbeidsmarktperspectief en de kosten en eventuele vrijwillige bijdragen.

1.6.2

De startsituatie van de student is, voor zover relevant voor de opleiding, systematisch, betrouwbaar, compleet en overdraagbaar in beeld gebracht. Dit betekent dat tenminste is nagegaan welke zorg de student in het toeleverend onderwijs heeft genoten en in het mbo nodig heeft.

Plaatsing in een opleiding verloopt volgens afgesproken procedures. Er is zorgvuldig nagegaan of de gekozen opleiding passend is voor de wensen en mogelijkheden van de student en als dat niet het geval is wordt verwezen naar alternatieven al dan niet binnen de instelling. 1.7.2

De studieloopbaanbegeleiding is gericht op het volgen van ontwikkelingen in de studie van de studenten en ondersteuning bij het maken van keuzes tijdens en na afloop van de studie. De studieloopbaan verloopt zo optimaal mogelijk van intake tot diplomering en draagt proactief bij aan het voorkomen voor voortijdig schoolverlaten. De studieloopbaanbegeleiding sluit aan bij de informatie over de student uit de intake, het plaatsingstraject, de ontwikkeling van de student, de studieprestaties en beoogde einddoel. De aard en intensiteit van de studieloopbaanbegeleiding is afgestemd op de ontwikkeling van de student en de voortgang van de studie. Afspraken uit studieloopbaanbegeleiding worden overdraagbaar vastgelegd en nakomen hiervan is geborgd.


9

Resultaat gemeten door: Resultaten

Klachtenregeling Studenten enquête Studentenoverleg Voorlichting: Iedere student heeft voorlichting ontvangen over de betreffende opleiding, hierbij zijn de toelatingseisen, inhoud van de opleiding en verwachte leeronderdelen toegelicht. De student heeft tevens op papier informatie materiaal ontvangen en weet bij wie vragen gesteld kunnen worden met betrekking tot de opleiding. Intake en plaatsing: Van iedere student is de vooropleiding bekend doormiddel van een erkend diploma of bewijsstuk dat deze voldoet aan de toelatingseisen vanuit Heads Academy. De aangemelde studenten zijn gecontroleerd op alle vereiste (waaronder: hoogst behaalde diploma(’s), werkervaring, vooropleiding, en persoonlijke gegevens o.a. BSN). Studieloopbaanbegeleiding: Doormiddel van de POP-‐gesprekken en leerbehoefte peiling worden studenten gevolgd in hun ontwikkelingen en ontvangen zij ondersteuning bij het maken van keuzes tijdens de studie. Het opleidingsrendement is nu 100%. Er is 1 examen afgenomen. Er zijn geen officiële klachten binnengekomen.

4.2.3 Inschrijving en zorg student Titel proces 3: Werkproces:

Instructie: Doel: Output: Aspect

Indicator

Inschrijving en zorg student Volledig ingevuld aanmeldingsformulier van student ontvangen. Uitreiken van onderwijsovereenkomst en ondertekend retour. Uitreiken van een BPV-overeenkomst en ondertekend retour. Uitreiken / bekendmaken van een Onderwijs- en examenregeling, inclusief lesrooster. Studentenstatuut kenbaar maken. Signaleren studenten met zorgbehoeften Koppeling studenten administratie aan BRON Administratieve handelingen inplannen. Onderwijsovereenkomst, BPV- overeenkomst, per student uitreiken en ondertekend retour laten sturen. Per uit te voeren opleidingstraject een punctueel overzicht genereren van aantal studenten met persoonlijke gegevens, per opleidingslocatie. Geordende, transparante studentenadministratie per uitvoering, per klant. Voldoen aan actuele wettelijke vereisten (o.a. koppeling aan BRON). 1.7:

Studieloopbaanbegeleiding (kernaspect uit Toezichtkader) De studieloopbaanbegeleiding biedt juiste en tijdige informatie over de uitvoering van de opleidingen, verloopt planmatig en proactief en houdt rekening met verschillen tussen studenten in begeleidingsbehoeften.

1.8:

Zorg Voor studenten met specifieke zorgbehoeften is er voldoende eerste- en tweedelijnszorg beschikbaar en wanneer er een specifieke zorgbehoeften is voor derdelijnszorg dan wordt er zorgvuldig gezocht naar de instelling om deze zorgbehoeften te voorzien.

1.7.1 1.8.1 1.8.2

Informatievoorziening Eerste- en Tweedelijnszorg Derdelijnszorg


10

Portret

Resultaat gemeten door:

Resultaten:

1.7.1

De opleiding stelt volledige en adequate informatie die de student nodig heeft tijdig en toegankelijk beschikbaar. Het gaat hier onder meer om (examen)roosters, opleidingsprogramma en examenvereisten en eventuele wijzigingen daarin, de inrichting van de beroepspraktijkvorming, beoordeling van leerresultaten, studentenstatuut, schoolreglement, klachtenregeling, mogelijkheden tot medezeggenschap, begeleidingsvoorzieningen, etc. De opleiding bespreekt de informatie actief op relevante momenten met de studenten.

1.8.1

Eerste- en tweedelijns zorg richt zich op zowel sociaal-emotionele aspecten als de cognitieve ontwikkeling. De geboden zorg sluit aan op de bij de intake geconstateerde zorgvraag en eventueel tijdens het opleidingstraject vastgestelde zorgbehoeften, zoals bij taal- en rekenachterstanden, faalangst, dyslexie. Het effect van de geboden zorg wordt regelmatig geëvalueerd en zo nodig bijgesteld.

1.8.2

Er wordt naar een samenwerking gezocht met derdelijns zorginstellingen voor het uitvoeren van interventies op studentniveau die de eerste en tweedelijnszorg overschrijden. Ten behoeve van zowel de interne als externe samenwerking verzamelt de instelling relevante overdraagbare informatie over voortgang en effecten van de zorg en informeert gevraagd en ongevraagd de betreffende student en overige relevante belanghebbenden hierover. Voorts wordt de zorg conform vooraf afgesproken verantwoordelijkheden en rolverdeling uitgevoerd.

• Beeld bij opdrachtgever en studenten • Studenten enquête • Studentenoverleg • Overleg docenten Informatievoorziening: Heads Academy heeft volledige en adequate informatie die de student nodig heeft tijdig en toegankelijk beschikbaar gesteld. Het gaat hier om roosters, het opleidingsprogramma en de examenvereisten, de inrichting van de beroepspraktijkvorming, de beoordeling van leerresultaten, studentenstatuut, deelnemersreglement, klachtenregeling, begeleidingsvoorzieningen, etc. Heads Academy bespreekt de informatie actief op relevante momenten met de studenten. Eerste-‐ en Tweedelijnszorg: Eerste- en Tweedelijnszorg heeft zich in de afgelopen periode niet voorgedaan. Derdelijnszorg: Derdelijns zorg heeft zich in de afgelopen periode niet voorgedaan.

4.2.4 Ontwikkelen Crebo-opleiding Titel proces 4:

Ontwikkelen Crebo-opleiding

Werkproces:

Coördinatoren (verantwoordelijken) koppelen aan proces 4 Naar aanleiding van klantvraag (zie proces 1) opleidingsprogramma ontwikkelen. Leslocatie en tijden reserveren en plannen. Lesstof ontwikkelen/ aanleveren. BPV boek ontwikkelen/aanleveren. Studentenoverzichten aanleveren i.v.m. zorgvraag en maatwerk. Trainers/docenten/instructeurs werven. Communicatie richting trainers/docenten/studenten en bedrijven inplannen. Goede werkafspraken met begeleider op bedrijf Aanwezigheidsregistratie aan studenten koppelen

Instructie:

Administratieve handelingen herkennen en gestructureerd uitvoeren.

Doel:

Bewust en geordend handelen om tot opleiding te komen die voldoet aan wettelijke eisen en eisen opdrachtgever.


11

Output: Aspect

Indicator

Een goed en inhoudelijk aansluitend opleidingsprogramma dat aan de basis ligt van competentievermeerdering bij de student. 1.1

Samenhang Het programma van de opleiding is afgestemd op het kwalificatiedossier en andere landelijke richtlijnen en vertoont samenhang en een passende opbouw. 1.2

Maatwerk Het programma houdt rekening met verschillen tussen studenten in vooropleiding, capaciteiten, vorderingen en vervolgwensen.

1.1.1 1.1.2 1.2.1

Inhoud Programmering Differentiatie

Portret 1.9.4 Er is een inhoudelijke opbouw in het totale programma van de opleiding bij zowel het onderwijs en de examinering in de instelling als in de beroepspraktijkvorming. Het programma voor de beroepsgerichte vakken, voor talen, voor rekenen en voor loopbaan en burgerschap sluit aan op het kwalificatiedossier (of eindtermendocument) en de andere gemeenschappelijk geldende richtlijnen. De samenhang tussen de taken en werkprocessen uit het kwalificatiedossier is daartoe omgezet naar het onderwijsprogramma in de instelling en in de beroepspraktijk. De in de praktijk opgedane ervaringen van de studenten worden verbreed en in verband gebracht met het theoretische programma. Het programma kent een goede balans tussen elementen van kennis, vaardigheden en houding. 1.1.2 De programmering van de verschillende onderdelen van het programma is passend en tijdig voor het onderwijs en de examinering in de instelling en van toepassing in de beroepspraktijkvorming. 1.2.1 Het programma wijkt indien noodzakelijk af van het regulier aanbod waardoor er individueel en/of groepsgewijs mogelijkheden zijn voor een optimale aansluiting op het toeleverend- en vervolgonderwijs of arbeidsmarkt, voor remediëren, verrijken, verdiepen en zo mogelijk vertraging of versnellen. Bij voorkeur leidt de versnelling tot werkelijke studieduurverkorting. Resultaat gemeten door: Resultaten:

Klachtenregeling / registratie klachten Studenten enquête Studentenoverleg Inhoud: Er is een inhoudelijke opbouw in het totale programma van de opleiding bij zowel het onderwijs en de examinering in de instelling als in de beroepspraktijkvorming. Het programma voor de beroepsgerichte vakken, voor talen, voor rekenen en voor loopbaan en burgerschap sluit aan op het kwalificatiedossier en de andere gemeenschappelijk geldende richtlijnen. De samenhang tussen de taken en werkprocessen uit het kwalificatiedossier is daartoe omgezet naar het onderwijsprogramma in de instelling en in de beroepspraktijk. De in de praktijk opgedane ervaringen van de studenten worden verbreed en in verband gebracht met het theoretische programma. Programmering: De programmering van de verschillende onderdelen van het programma is passend en van toepassing in de beroepspraktijkvorming.


12

4.2.5 Uitvoeren van de Crebo-opleiding

Titel proces 5: Werkproces:

Instructie:

Doel:

Uitvoeren van de Crebo-opleiding Kwalitatief geschikte opleidingshuisvesting organiseren. Trainer / instructeur / docent (conform wet BIO en WEB, zie bijlage 2) naar uitvoeringslocatie met benodigde hulpmiddelen. Benodigde lesstof voor studenten uitreiken / digitaal beschikbaar maken. BPV boek beschikbaar maken. Begeleiding op de werkvloer borgen. Eerste lijns zorg studenten opzetten door training docenten/trainers/instructeurs. Aanwezigheidslijsten studenten, incl. Terugkoppeling naar BPV docent. Verzuim- en meldprocedure operationaliseren Overleg inplannen met betreffende trainer / instructeur/ docent. Lesstof drukken/digitaal beschikbaar maken. BPV boek drukken/digitaal beschikbaar maken. Uitvoeren lessen Nakomen overleg en afspraken met leerbedrijf over begeleiding. Uitgebalanceerd, aantrekkelijk en inhoudelijk sterk onderwijs bieden in goed geoutilleerde omgeving in lijn met gemaakte afspraken.

Output:

Constante hoge kwaliteit, zowel inhoudelijk als op het uitvoeringsvlak van de opleiding.

Aspect

1.3

Didactisch handelen (kernaspect uit Toezichtkader) De opleiding biedt voldoende structurering van de leeractiviteiten, instructie, begeleiding van de leeractiviteiten, praktische oefening en feedback op de vorderingen.

1.4

Leertijd De opleiding biedt voldoende benutting van de onderwijstijd, met doelmatige roosters en een evenwichtige werkdruk. Leeromgeving De leeromgeving is voldoende veilig, met een respectvolle omgang en biedt een positief werkklimaat voor onderwijsgevenden. De opleiding kent voldoende materiële voorzieningen.

1.5

Indicator

1.7

Studieloopbaanbegeleiding (kernaspect in Toezichtkader BVE 2012) De studieloopbaanbegeleiding biedt juiste en tijdige informatie over de uitvoering van de opleidingen, verloopt planmatig en proactief en houdt rekening met verschillen tussen studenten in begeleidingsbehoeften.

1.9

Beroepspraktijkvorming (kernaspect in Toezichtkader BVE 2012) De opleiding bereidt de studenten en leerbedrijven voldoende voor op de beroepspraktijkvorming, zorgt voor een passende plaatsing en werkinhoud, maakt voldoende afspraken met het leerbedrijf over hun begeleiding, volgt en bewaakt de uitvoering van de afspraken en zorgt voor reflectie op de leerervaringen.

1.3.1 1.3.2 1.3.3 1.4.1 1.4.2 1.5.1 1.5.2 1.7.1 1.7.2 1.9.1 1.9.2 1.9.3 1.9.4

Interactie Ondersteuning en begeleiding van de leeractiviteiten Feedback op de leeractiviteiten en de leerresultaten Benutting Werkdruk Schoolklimaat Materiële voorzieningen Informatievoorziening Studieloopbaanbegeleiding Voorbereiding studenten en bedrijven Plaatsing Begeleiding door bedrijf Begeleiding door opleiding


13

Portret

1.3.1

De leeractiviteiten in een lessituatie zijn voldoende gestructureerd. Doel, nut en samenhang van deze leeractiviteiten zijn duidelijk voor de studenten. Er is sprake van effectieve interactie tussen docent en student en tussen studenten onderling gericht op overdracht en ontwikkeling van kennis, houding en vaardigheden.

1.3.2. De ondersteuning en begeleiding van de leeractiviteiten is gericht op het onderwijsleerproces en de ontwikkeling van de student. Er wordt ingegaan op actuele leervragen en op individuele hulp- of ondersteuningsvragen bijvoorbeeld voortkomend uit de intake of zorg- en trajectbegeleidinggesprekken. De studenten worden gestimuleerd tot werkelijk leren. Dit is zichtbaar wanneer studenten oefenen met leerinhouden en opdrachten verwerken en voldoende gelegenheid krijgen om vragen te stellen. Er wordt naar behoren en tijdig gereageerd op vragen. 1.3.3

De individuele leervorderingen worden zorgvuldig gevolgd op momenten die passen bij de werkvorm, leerfase en de (doel)groep. Voor planmatig vaststellen van de studievorderingen worden naast examens ook ontwikkelingsgerichte toetsen afgenomen. Tussentijdse resultaten worden altijd teruggekoppeld. Bij afwijkende leerresultaten vindt diagnose en bijsturing plaats . De feedback is op de individuele prestatie van de student gericht. De feedback wordt indien nodig gevolgd door herhaling, extra uitleg, extra oefening of verrijkingsopdrachten, etc.

1.4.1

Er gaat geen lestijd onnodig verloren. Er is een zodanige organisatie van het onderwijsleerproces dat iedere student in lessituaties aan het leren is. Dat betekent dat er een uitvoerbaar, evenwichtig rooster aan ten grondslag ligt, met zo min mogelijk tussenuren en verplaatsingstijd. Tevens is het rooster afgestemd op de kenmerken en het niveau van de doelgroep. Bij geoorloofde afwezigheid en bij uitval van lessen worden maatregelen getroffen om ontstane achterstanden weg te werken.

1.4.2

Er is een evenwichtige werkdruk, die bij een normale inspanning over de gehele opleiding of delen daarvan, zowel in het onderwijs als in de beroepspraktijkvorming en de bijbehorende examinering door de student als uitvoerbaar wordt ervaren.

1.5.1

De studenten en het personeel voelen zich binnen en buiten de schoolgebouwen veilig en serieus genomen. Omgangsvormen dan wel regels die gelden worden actief bekend gemaakt. Er wordt gehandeld conform de omgangsvormen en er wordt corrigerend opgetreden als de regels worden genegeerd of overtreden. Onderlinge bedreigingen en pesten worden actief bestreden als ook discriminatie op basis van verschillende culturele/etnische herkomst of seksuele geaardheid. Studenten weten van het bestaan van een voorziening voor klachten en het gebruik hiervan is laagdrempelig. De klachten worden geregistreerd en zorgvuldig behandeld. Er is een positief werkklimaat waarin leraren zich gestimuleerd voelen om professioneel te werken.

1.5.2

De materiële voorzieningen zoals lokalen, examenruimtes, apparatuur, oefensituaties, etc. zijn in kwalitatieve en in kwantitatieve zin in overeenstemming met de aard en omvang van de opleiding en de didactische werkvormen en bevorderen een goede uitvoering van de opleiding.

1.7.1

De opleiding stelt volledige en adequate informatie die de student nodig heeft tijdig en toegankelijk beschikbaar. Het gaat hier onder meer om (examen)roosters, opleidingsprogramma en examenvereisten en eventuele wijzigingen daarin, de inrichting van de beroepspraktijkvorming, beoordeling van leerresultaten, studentenstatuut, schoolreglement, klachtenregeling, mogelijkheden tot medezeggenschap, begeleidingsvoorzieningen, etc. De opleiding bespreekt de informatie actief op relevante momenten met de studenten.

1.7.2

De studieloopbaanbegeleiding is gericht op het volgen van ontwikkelingen in de studie van de studenten en ondersteuning bij het maken van keuzes tijdens en na afloop van de studie. De studieloopbaan verloopt zo optimaal mogelijk van intake tot diplomering en draagt proactief bij aan het voorkomen van voor voortijdig schoolverlaten. De studieloopbaanbegeleiding sluit aan bij de informatie over de student uit de intake, het plaatsingstraject, de ontwikkeling van de student, de studieprestaties en beoogd einddoel.


14


Resultaten:

1.9.1

De studenten weten voorafgaand aan de bpv wanneer en in welke omvang deze plaatsvindt, welke opdrachten zij moeten uitvoeren, hoe de begeleiding vanuit de instelling en in het leerbedrijf is geregeld en waarop zij beoordeeld worden. Voor de bpv-bedrijven is het doel van de bpv duidelijk, zowel in organisatie, opdrachten als begeleiding en beoordeling.

1.9.2

De opleiding draagt zorg voor het vinden van een bpv-plaats. Studenten voeren de beroepspraktijkvorming uit op een door een bij de opleiding en de leerwensen en –mogelijkheden passende en erkende bpv-plaats. In het leerbedrijf voeren zij werkzaamheden uit en maken zij opdrachten die passend zijn bij de aard en het niveau van de opleiding en de ontwikkeling en wensen van de student.

1.9.3

Het bedrijf begeleidt de student op de met de opleiding afgesproken wijze. De begeleiding is afgestemd op de mate van zelfstandigheid van de student en voorziet in geleidelijke overgang naar de bij het niveau van de opleiding passende mate van zelfstandig werken. De begeleiding voorzietin een regelmatige terugkoppeling op de werkzaamheden en het functioneren van de student. De opleiding is op de hoogte van de feedback die het bedrijf geeft op de individuele prestatie van de student.

1.9.4

De opleiding begeleidt en bewaakt op afstand in voldoende mate de voortgang van de leerresultaten van studenten. Knelpunten worden tijdig gesignaleerd en opgelost. Begeleiders van de opleiding hebben regelmatig contact met de bpv-plaats over de inhoud van de bpv en de voortgang van de student. De opleiding is bereikbaar voor bedrijven bij vragen of problemen. De opleiding organiseert momenten waarop reflectie op de ervaringen van de student plaatsvindt teneinde de leerervaringen te verbreden, in verband te brengen met het theoretisch deel van de opleiding en beter inzicht te krijgen in de ontwikkeling van het eigen beroepsmatig functioneren. De feedback wordt eventueel gevolgd door aanpassingen in het leren in de beroepspraktijk.

Klachtenregeling/-‐registratie Studenten enquete Studentenoverleg Overleg docenten Overleg BPV erkend leerbedrijf Interactie: De leeractiviteiten in een lessituatie zijn voldoende gestructureerd. Doel, nut en samenhang van deze leeractiviteiten zijn duidelijk voor de studenten. Er is sprake van effectieve interactie tussen docent en student en tussen studenten onderling gericht op overdracht en ontwikkeling van kennis, houding en vaardigheden. Ondersteuning en begeleiding van de leeractiviteiten: De ondersteuning en begeleiding van de leeractiviteiten is gericht op het onderwijsleerproces en de ontwikkeling van de student. Er wordt ingegaan op actuele leervragen en op individuele hulp-‐ of ondersteuningsvragen bijvoorbeeld voortkomend uit de intake of zorg-‐ en trajectbegeleidinggesprekken. De studenten worden gestimuleerd tot werkelijk leren. Dit is zichtbaar wanneer studenten oefenen met leerinhouden en opdrachten verwerken en voldoende gelegenheid krijgen om vragen te stellen. Er wordt naar behoren en tijdig gereageerd op vragen. De ondersteuning en begeleiding wordt vormgegeven door praktijkbegeleiders, coördinatoren en docenten. Feedback op de leeractiviteiten en de leerresultaten: De individuele leervorderingen worden gevolgd op momenten die passen bij de werkvorm, de leerfase en de (doel)groep. De feedback op de beroepspraktijkvorming is van belang omdat hier de kennis en vaardigheden worden toegepast. Heads Academy heeft geconstateerd dat het proces van feedback op de BPV meer controle en begeleiding nodig heeft. Hiertoe zijn verbeteringen doorgevoerd in de vorm van beoordelingsformulieren, die meer controle geven en is er begeleiding aan de begeleiders geboden. Tussentijdse resultaten worden altijd teruggekoppeld aan de studenten. Bij afwijkende leerresultaten vindt diagnose en bijsturing plaats. De feedback die aan de studenten wordt gegeven, wordt indien nodig gevolgd door herhaling, extra uitleg, extra oefening of verrijkingsopdrachten, etc.


15

Er worden leerbehoeften peilingen verricht voor elke individuele student. Deze worden individueel teruggekoppeld, besproken en verbonden met het persoonlijke ontwikkelplan van de student. Benutting: Er gaat geen lestijd onnodig verloren. Er is een zodanige organisatie van het onderwijsleerproces dat iedere student in lessituaties aan het leren is. Werkdruk: Het eerste jaar wordt door veel studenten als relatief zwaar ervaren. De analyse van Heads Academy is dat het starten met leren als mentaal belastend kan worden ervaren. De ervaring van extra werkdruk concentreert zich dan ook met namen in de beginfase van het eerste leerjaar. Vooralsnog is Heads Academy niet voornemens de zwaarte van het programma van het eerste jaar aan te passen. Materiële voorzieningen: De materiële voorzieningen zoals lokalen, apparatuur, oefensituaties, etc. zijn, in kwalitatieve en in kwantitatieve zin in overeenstemming met de aard en omvang van de opleiding en de didactische werkvormen en bevorderen een goede uitvoering van de opleiding. Informatievoorziening: Heads Academy heeft volledige en adequate informatie die de student nodig heeft tijdig en toegankelijk beschikbaar gesteld. Het gaat hier om roosters, het opleidingsprogramma en de examenvereisten, de inrichting van de beroepspraktijkvorming, de beoordeling van leerresultaten, studentenstatuut, deelnemersreglement, klachtenregeling, begeleidingsvoorzieningen, etc. Heads Academy bespreekt de informatie actief op relevante momenten met de studenten. Studieloopbaanbegeleiding: Er worden leerbehoeften peilingen verricht voor elke individuele student. Deze worden individueel teruggekoppeld, besproken en verbonden met het persoonlijke ontwikkelplan van de student. Voorbereiding studenten en leerbedrijven: De studenten en de leerbedrijven weten voorafgaand aan de BPV wanneer en in welke omvang deze plaatsvindt, welke opdrachten zij moeten uitvoeren, hoe de begeleiding vanuit de instelling en in het leerbedrijf is geregeld en waarop zij beoordeeld worden. Voor de leerbedrijven is het doel van de BPV duidelijk, zowel in organisatie, opdrachten als begeleiding en beoordeling. Begeleiding door het leerbedrijf: Het leerbedrijf begeleidt de student op de met Heads Academy afgesproken wijze. De begeleiding voorziet in een regelmatige terugkoppeling op de werkzaamheden en het functioneren van de student. Heads Academy is via haar coördinatoren en docenten op de hoogte van de feedback die het bedrijf geeft op de individuele prestatie van de student. Begeleiding door Heads Academy: Heads Academy begeleidt en bewaakt (op afstand) in voldoende mate de voortgang van de leerresultaten van studenten. Knelpunten worden tijdig gesignaleerd en opgelost. Begeleiders van de opleiding hebben regelmatig contact met de BPV-‐plaats over de inhoud van de BPV en de voortgang van de student. Heads Academy organiseert in de opleidingsprogramma’s momenten waarop reflectie op de ervaringen van de student plaatsvindt teneinde de leerervaringen te verbreden, in verband te brengen met het theoretisch deel van de opleiding en beter inzicht te krijgen in de ontwikkeling van het eigen beroepsmatig functioneren. De feedback wordt eventueel gevolgd door aanpassingen in het leren in de beroepspraktijk.


16

4.2.6 Examinering, diplomering en examenorganisatie Titel proces 6: Werkproces:

Instructie:

Doel: Output:

Aspect

Examinering, diplomering en examenorganisatie Plannen. Informeren. Construeren en vaststellen. Afnemen en beoordelen. Kwalificeren. Plannen en informeren; zie aanvullende info in bijlagen van de Onderwijs en examenregeling Construeren en vaststellen: Examencommissie; zie Handboek Competentiegerichte examinering. Voor vaststellen: externe deskundigen uitnodigen Afnemen en beoordelen: Onder verantwoordelijkheid van de Examencommissie; zie Handboek Competentiegerichte examinering. Kwalificeren: Onder de eindverantwoordelijkheid van de Examencommissie Heads Academy. Gestructureerde, transparante inrichting en afname examinering met valide exameninstrumenten. Examinering sluit aan op de uitgevoerde opleiding en het Kwalificatiedossier. Goede evenwichtige planning en informatievoorziening van examens. Goede examens die aan alle standaarden voldoen. Goede uitvoering van examens. Correcte verwerking examengegevens en door Examencommissie vast te stellen. 2.1

Exameninstrumentarium (kernaspect in Toezichtkader BVE 2012) Examenstandaard 1: Het exameninstrumentarium sluit aan op de uitstroomeisen en voldoet aan de toets technische eisen.

2.2

Afname en beoordeling (kernaspect in Toezichtkader BVE 2012) Examenstandaard 2: De examenprocessen van afname en beoordeling zijn deugdelijk. Diplomering (kernaspect in Toezichtkader BVE 2012) Examenstandaard 3: De diplomering is deugdelijk en geborgd.

2.3 3.1

Rendement

4.3

Verbetering en verankering (kernaspect in Toezichtkader BVE 2012) De opleiding neemt indien nodig verbetermaatregelen die passen bij de uitkomsten van de beoordelingen in het licht van de gestelde doelen, in het bijzonder met betrekking tot de deskundigheid van het personeel. De kwaliteitszorg en bijbehorende taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden zijn helder beschreven, voldoende bekend en zijn in de organisatie verankerd.

Indicator

2.1.1 2.1.2 2.1.3 2.1.4 2.1.5 2.2.1 2.2.2 2.3.1 3.1 4.3.3

Onderscheid tussen ontwikkelgerichte toetsen en examinering Dekking van het kwalificatiedossier Cesuur Beoordelingswijze Transparantie Authentieke afname Betrouwbaarheid Besluitvorming Diplomering PM Verankering

Portret

2.1.1

2.1.2 -

De instelling heeft een duidelijk onderscheid gemaakt tussen de opleiding - en daarin opgenomen ontwikkelgerichte toetsen - en de examinering. Deze overgang is gemarkeerd. De examencommissie heeft geëxpliciteerd op grond van welk examen en overige eisen het diploma wordt verstrekt. De studenten weten welke beoordeling meetelt voor het behalen van het diploma. Bij de inrichting van kwalificerende examens is sprake van volledigheid en passende complexiteit, om de beroepsuitoefening op het vereiste beheersingsniveau zoals omschreven in het kwalificatiedossier te examineren. Dit betekent dat: voor opleidingen gericht op de beroepsgerichte kwalificatiestructuur de kwalificatie-eisen zijn opgenomen in de examens, waarbij meer dan driekwart van de werkprocessen per kerntaak - de essentie van het beroep inbegrepen – wordt Verslag van werkzaamheden Heads Academy 2012

17

-

2.1.3

geëxamineerd. Hierbij zijn de inhoud en toetsvorm zodanig afgestemd op de vereisten, dat kennis, vaardigheden en houding in een goede balans passend worden beoordeeld; wettelijke beroepsvereisten - indien van toepassing – volledig zijn geëxamineerd met examens die qua inhoud en toetsvorm passend zijn; de exameninstrumenten de generieke kwalificatievereisten voor talen en rekenen zodanig afdekken dat recht wordt gedaan aan het CEF-niveau dan wel het referentieniveau. Er is een verantwoorde procedure gevolgd voor het bepalen van de cesuur, zowel voor examenonderdelen als voor het examen als geheel. De cesuur van het exameninstrumentarium ligt op het niveau waarop de student voldoet aan de vereisten. De cesuur is zodanig opgesteld dat de beoordeling (en daarmee de waardering van de kennis, vaardigheden en houding van de student) in totaal niet lager uitpakt dan voor de vakbekwaamheid voor het beroep en voor de generieke eisen voor taal en rekenen noodzakelijk is. Er is sprake van een evenwichtige, niet oneigenlijk puntentoekenning die recht doet aan het belang van eindtermen, of kerntaken en werkprocessen. Er is sprake van een weging van de examenopdrachten/-toetsen onderling, die geen afbreuk doet aan de genoemde cesuur.

2.1.4

Het exameninstrumentarium is voorzien van een beoordelingsvoorschrift dat een zo objectief mogelijke beoordeling waarborgt. Dit betekent dat: het beoordelingsvoorschrift is voorzien van richtlijnen die leiden tot een onafhankelijke beoordeling; de prestatie-indicatoren (of vergelijkbare beoordelingscriteria) herleidbaar in het beoordelingsvoorschrift zijn opgenomen en een correct antwoordmodel of beoordelingsschema beschikbaar is; de beoordelaar eruit kan opmaken welke (deel)waardering aan een prestatie van een student toegekend moet worden; de beoordelaar eruit kan opmaken welke eindwaardering gegeven moet worden; de beoordelaar de gegeven waarderingen conform het beoordelingsvoorschrift herleidbaar kan onderbouwen. Uit de beoordelingsrichtlijnen blijkt dat de beoordeling plaatsvindt op het niveau van eindtermen van de deelkwalificaties of kerntaken en werkprocessen. De beoordeling wordt gebaseerd op de prestatie indicatoren (of vergelijkbare beoordelingscriteria) uit het kwalificatiedossier. Als een examen(onderdeel) niet behaald wordt, wordt op het niveau van de prestatie-indicator (of vergelijkbare beoordelingscriteria) verantwoord wat de oorzaak daarvan is. 2.1.5

Alle betrokkenen hebben een helder beeld van hoe het examen eruit ziet en hoe het wordt uitgevoerd en beoordeeld. Studenten en beoordelaars zijn geïnformeerd over de beoordelingscriteria en de wijze waarop het examen zal plaatsvinden en over de beoordeling. Het exameninstrumentarium is voorzien van afnamecondities en aanwijzingen voor de beoordelaars en de studenten voor de uitvoering van het examen.

2.2.1

Het examen bevat tenminste activiteiten die de student als beginnend beroepsbeoefenaar in het toekomstige beroep uitvoert, afgestemd op het kwalificatiedossier (of eindtermendocument). De werkomstandigheden en de sociale context tijdens de beoordeling van het examen komen zoveel mogelijk overeen met die in het toekomstige beroep; onderdelen van het examen vinden in de reële beroepspraktijk plaats.

Het beroepenveld is betrokken bij de examinering en beoordeelt de afname en beoordeling als realistisch. 2.2.2

De afname en beoordeling zijn deugdelijk en verlopen zoals beoogd. In gelijke gevallen wordt gelijk geoordeeld. De beoordeling is zo objectief mogelijk. Voorzieningen die zijn getroffen om dat te bereiken worden adequaat toegepast.

Examenopdrachten, afnamecondities en beoordelingen zijn voor alle studenten zodanig opgezet en toegepast dat geen afbreuk wordt gedaan aan de betrouwbaarheid van de uitkomsten van de examenopdracht of het examenprogramma als geheel, noch aan het niveau daarvan. Er is sprake van een deskundige beoordeling van studenten gericht op het vakinhoudelijk correct beoordelen van de vereiste kennis, houding en vaardigheden van de student. Verslag van werkzaamheden Heads Academy 2012

18

Resulaat gemeten

Resultaten

2.3.1

De examencommissie besluit op basis van de examenresultaten van de student, afgezet tegen de exameneisen uit het kwalificatiedossier (of eindtermendocument) en het Examenbesluit, tot het verlenen van vrijstellingen voor delen van het examen en tot het verstrekken van diploma’s en (indien van toepassing) van certificaten. De examencommissie neemt deugdelijke besluiten op grond van de oordelen op de examenonderdelen en legt op basis van registratie van de besluitvorming verantwoording af.

3.1

Portret PM

4.3.3

Planning, monitoring, evaluatie, verbetering en verantwoording gebeuren volgens een vastgelegde systematiek. De kwaliteitszorg is organisatorisch duidelijk belegd. Vastgelegd is wie externe belanghebbenden zijn en op welk organisatieniveau, waarover en wanneer de dialoog plaatsvindt. De examencommissie draagt zorg voor de borging van de examenkwaliteit.

• Verslag Examencommissie Heads Academy • Studenten enquête • Studentenoverleg • Evaluatieverslag van examinatoren / assessoren • Bij inkoop examens: evaluatieverslag van gesprek met leverancier • Gesprekverslag van overleg bij BPV erkend leerbedrijf Onderscheid tussen ontwikkelgerichte toetsen en examinering: De instelling heeft een duidelijk onderscheid gemaakt tussen de opleiding -‐ en daarin opgenomen ontwikkelgerichte toetsen -‐ en de examinering. Deze overgang is gemarkeerd. De examencommissie heeft geëxpliciteerd op grond van welk examen en overige eisen het diploma wordt verstrekt. De studenten weten welke beoordeling meetelt voor het behalen van het diploma. Dekking van het kwalificatiedossier: Bij de inrichting van kwalificerende examens is sprake van volledigheid en passende complexiteit, om de beroepsuitoefening op het vereiste beheersingsniveau zoals omschreven in het kwalificatiedossier te examineren. Dit betekent dat: • voor opleidingen gericht op de beroepsgerichte kwalificatiestructuur de kwalificatie-‐eisen zijn opgenomen in de examens, waarbij meer dan driekwart van de werkprocessen per kerntaak -‐ de essentie van het beroep inbegrepen – wordt geëxamineerd. Hierbij zijn de inhoud en toetsvorm zodanig afgestemd op de vereisten, dat kennis, vaardigheden en houding in een goede balans passend worden beoordeeld; • wettelijke beroepsvereisten -‐ indien van toepassing – volledig zijn geëxamineerd met examens die qua inhoud en toetsvorm passend zijn; Cesuur: Er is een verantwoorde procedure gevolgd voor het bepalen van de cesuur, zowel voor examenonderdelen als voor het examen als geheel. De cesuur van het exameninstrumentarium ligt op het niveau waarop de student voldoet aan de vereisten. De cesuur is zodanig opgesteld dat de beoordeling (en daarmee de waardering van de kennis, vaardigheden en houding van de student) in totaal niet lager uitpakt dan voor de vakbekwaamheid voor het beroep en voor de generieke eisen voor taal en rekenen noodzakelijk is. Er is sprake van een evenwichtige, niet oneigenlijk puntentoekenning die recht doet aan het belang van kerntaken en werkprocessen. Er is sprake van een weging van de examenopdrachten/-‐toetsen onderling, die geen afbreuk doet aan de genoemde cesuur. Beoordelingswijze: Het exameninstrumentarium is voorzien van een beoordelingsvoorschrift dat een zo objectief mogelijke beoordeling waarborgt. Dit betekent dat: • het beoordelingsvoorschrift is voorzien van richtlijnen die leiden tot een onafhankelijke beoordeling; • de prestatie-‐indicatoren (of vergelijkbare beoordelingscriteria) herleidbaar in het beoordelingsvoorschrift zijn opgenomen en een correct antwoordmodel of beoordelingsschema beschikbaar is; • de beoordelaar eruit kan opmaken welke (deel)waardering aan een prestatie van een student toegekend moet worden; • de beoordelaar eruit kan opmaken welke eindwaardering gegeven moet worden; • de beoordelaar de gegeven waarderingen conform het beoordelingsvoorschrift herleidbaar kan onderbouwen. Verslag van werkzaamheden Heads Academy 2012

19

Uit de beoordelingsrichtlijnen blijkt dat de beoordeling plaatsvindt op het niveau van kerntaken en werkprocessen. De beoordeling wordt gebaseerd op de prestatie indicatoren (of vergelijkbare beoordelingscriteria) uit het kwalificatiedossier. Als een examen(onderdeel) niet behaald wordt, wordt op het niveau van de prestatie-‐indicator (of vergelijkbare beoordelingscriteria) verantwoord wat de oorzaak daarvan is. Samenvatting: Er is één concreet examenresultaat. Alle resultaten hier genoemd zijn derhalve nog op basis van de examenmaterialen.

4.2.7 Evaluatie van alle opleidings- en examineringsactiviteiten Titel proces 7:

Evaluatie van alle opleidings- en examineringsactiviteiten

Werkproces:

Zelfevaluatie van: ontwerpen opleiding intake aspirant student inschrijving en zorg student ontwikkelen Crebo opleiding uitvoeren Crebo opleiding examinering, diplomering en examenorganisatie

Instructie:

Zelfevaluatie moet volgen door het bevragen van alle betrokkenen middels overlegstructuur met studenten, bedrijven, coördinatoren, ontwikkelaars, trainers / instructeurs / docenten, leermeesters, examencommissie, examinatoren, assessoren, opdrachtgevers en de input uit klachtenregistratie. Tevens zullen enquêtes deel uit maken van de evaluatie. Daarnaast zal de input van de bedrijfstakkencommissie in de zelfevaluatie worden meegenomen. Van onderstaande gebieden zal een zelfevaluatie worden uitgevoerd:

Doel: Output:

Aspect

ontwerpen opleiding intake aspirant student inschrijving en zorg student ontwikkelen Crebo opleiding uitvoeren Crebo opleiding examinering, diplomering en examenorganisatie Inzicht in eigen organisatie(handelen). Opsporen van verbeterpunten ten behoeve van de opleidingen en examinering. Verbeterpunten ten behoeve van de opleidingstrajecten genereren. Vervolgens worden de verbeterpunten meegenomen in de voorbereidingen en planningen en documenten voor het nieuwe uit te voeren cohort. 2.3

Diplomering (kernaspect in Toezichtkader BVE 2012)

Examenstandaard 3: De diplomering is deugdelijk en geborgd. 6.1

Didactisch handelen De opleiding biedt voldoende structurering van de leeractiviteiten, instructie, begeleiding van de leeractiviteiten, praktische oefening en feedback op de vorderingen.

6.2

Betrokkenheid leraren (professionele ruimte voor en door leraren) De instelling biedt de docenten ruimte voor een eigen invulling van de visie van de instelling en de docenten benutten deze ruimte daadwerkelijk op professionele wijze, gebruik makend van reflectie en feedback.

6.3

Professionalisering van docenten (leraren werken op school) De instelling heeft een visie op de professionalisering van de docenten, en stimuleert deze op basis van de scholingsbehoeften van de instelling en de docenten. De bekwaamheid en bevoegdheid van de docenten zijn geborgd.


20

Indicator

Portret

2.3.2 6.1.1 6.1.2 6.1.3 6.2.1 6.2.2 6.2.3 6.3.1 6.3.2 6.3.3 6.3.4 6.3.5

Verantwoordelijkheid examencommissie Interactie Ondersteuning en begeleiding van de leeractiviteit Feedback op de leeractiviteiten en de leerresultaten Ruimte voor docenten Invulling door docenten Bewaking en verbetering door docenten Concept voor de professionalisering Inzicht in kwaliteit van docenten Inzicht in scholingsbehoeften Bekwame en bevoegde docenten Verbetering en borging van de leraren

2.3.2

De examencommissie vergewist zich met gepaste grondigheid en frequentie van de kwaliteit van het exameninstrumentarium, de afname, de beoordeling, de besluitvorming betreffende de diplomering en van de deskundigheid van bij de examinering betrokken personen. Om vast te stellen of de beoordeling adequaat verloopt wordt gebruik gemaakt van bijvoorbeeld resultatenanalyses, studenttevredenheidevaluaties en gegevens uit (steekproefsgewijze) dubbele beoordelingen. De examencommissie legt vast wanneer beoordelingsresultaten worden aangepast, en tot welke verbeteracties deze correcties leiden of hebben geleid. De examencommissie analyseert wat mogelijke oorzaken zijn als de beoordelingen niet naar wens verlopen.

6.1.1

De onderwijsactiviteiten zijn voldoende gestructureerd. Doel, nut en samenhang van de onderwijsactiviteiten zijn duidelijk voor de studenten. Er is sprake van effectieve overdracht van kennis, houding en vaardigheden. Dat houdt in dat de leerinhouden duidelijk worden aan de studenten. Docenten zijn in staat om effectief te communiceren. Hier gaat het om de interactie tussen docent en student(en) en tussen studenten onderling. De interactie leidt tot betrokkenheid van studenten bij het leerproces. De interactie leidt er ook toe dat docenten inzicht hebben in obstakels voor het leren.

6.1.2

De ondersteuning en begeleiding van de leeractiviteiten komen tegemoet aan de behoeften van de studenten. Deze behoeften zijn enerzijds actuele leervragen en anderzijds eerder gesignaleerde hulp- of ondersteuningsvragen op individueel niveau bijvoorbeeld voortkomend uit de intake of zorg- en trajectbegeleidingsgesprekken. De studenten worden gestimuleerd tot werkelijk leren. Dit is zichtbaar wanneer studenten oefenen met leerinhouden en opdrachten verwerken en voldoende gelegenheid krijgen om vragen te stellen. Deze vragen worden ook naar behoren en tijdig beantwoord.

6.1.3

De leeractiviteiten worden zorgvuldig gevolgd op momenten die passen bij de werkvorm, leerfase en de (doel)groep. Voor planmatig vaststellen van de studievorderingen zijn naast summatieve ook formatieve toetsen afgenomen. Bij afwijkende leerresultaten vindt een diagnose plaats en vindt bijsturing plaats door feedback. De feedback is op de individuele prestatie van de student gericht. De feedback wordt indien nodig gevolgd door herhaling, extra uitleg, extra oefening of verrijkingsopdrachten, etc.

6.2.1

De instelling c.q. afdeling biedt professionele ruimte voor leraren om hun werk goed te kunnen uitvoeren. Dit wordt zichtbaar als docenten voldoende steun ondervinden van de onderwijskundige organisatie van de instelling, als professional en qua faciliteiten zoals tijd, materialen, scholing, om hun werk goed te doen. Tevens benutten ze de beschikbare ruimte om daarin hun eigen professionele deskundigheid te kunnen realiseren. In die ruimte is ook inbegrepen het zelfstandig mogen nemen van inhoudelijke beslissingen over de individuele beroepsuitoefening binnen de kaders van de instelling.

6.2.2

De professionele ruimte die er voor de docenten is wordt daadwerkelijk benut door de docenten. Uit het werk (m.n. in leersituaties) blijkt dat de docenten invulling geven aan de (onderwijskundige) visie van de school. Dit is zichtbaar als de onderwijskundige afspraken die op instellings/afdelingsniveau zijn gemaakt, in de praktijk herkenbaar en adequaat ingevuld worden.


21

6.2.3

Uit het werk van de docenten blijkt dat zij op professionele wijze met hun werk bezig zijn. Dit uit zich door zelf zicht te hebben op de voortgang en kwaliteit van hun werkzaamheden, individueel en ook in teamverband. Dit houdt eveneens in dat docenten (onderling) in hun werk reflecteren op aanwezige competenties (in teamverband) en leeromgeving passend bij de inhoud en het niveau van de opleiding en de studentkenmerken.

De reflectie kan ook door of met studenten plaatsvinden. De docenten zijn geïnteresseerd in de resultaten van reflectie en op basis daarvan stimuleren zij elkaar en is er de professionele bereidheid tot beter handelen en daarbij passende professionele ontwikkeling.


Resultaten:

6.3.1

Uit het deskundigheidsbevorderingplan van de instelling c.q. afdeling blijkt dat de deskundigheid- bevordering van de docenten past bij de studentenpopulatie. Ook is de organisatie en opzet van de deskundigheidsbevordering van dien aard dat verwacht kan worden dat studenten ervan (gaan)profiteren.

6.3.2

De instelling evalueert en beoordeelt in principe jaarlijks en op systematische wijze de kwaliteit van het werk van de docenten, dit is op het terrein van het onderwijzen/het toetsen ontwikkelen en afnemen en het bieden van studiebegeleiding. De leiding beoordeelt de kwaliteit van het onderwijzen tenminste op basis van lesobservaties door henzelf of anderen. Docenten worden ingezet op kwaliteit in samenhang met de visie van de instelling en opleiding. De instelling betrekt hierbij nadrukkelijk ook de deskundigheid van constructeurs, vaststellers en beoordelaars van examens.

6.3.3

De instelling heeft op basis van evaluatie inzicht in de scholingsbehoeften van docenten, welke voortkomen uit persoonlijke behoeften en uit behoeften van de opleiding en instelling.

6.3.4

De instelling hanteert de bekwaamheidseisen voor leraren in de Algemene maatregel van bestuur van 2003 bij de wet BIO bij de beoordeling van de docenten. De docenten hebben beroepsgerichte en vakinhoudelijke competenties, naast pedagogisch-didactische vaardigheden waarmee ze voldoende voorbereid zijn op het functioneren in beroepsgericht onderwijs met beroepspraktijkvorming en op het werken met kwalificatiedossiers

6.3.5

De instelling bepaalt op basis van vastgestelde tekorten in de bekwaamheden van docenten verbeteractiviteiten vast en stelt op enig moment vast of de tekorten daadwerkelijk verholpen zijn en zorgt voor onderhoud van bijgewerkte tekorten.

• Studenten enquêtes, • Studentenoverleg, • Docentenoverleg • Verslagen van POP-‐ en functioneringsgesprekken • Verslagen Examencommissie van Heads Academy Interactie: De onderwijsactiviteiten zijn voldoende gestructureerd. Doel, nut en samenhang van de onderwijsactiviteiten zijn duidelijk voor de studenten. Er is sprake van effectieve overdracht van kennis, houding en vaardigheden. Dat houdt in dat de leerinhouden duidelijk worden aan de studenten. Docenten zijn in staat om effectief te communiceren. Hier gaat het om de interactie tussen docent en student(en) en tussen studenten onderling. De interactie leidt tot betrokkenheid van studenten bij het leerproces. De interactie leidt er ook toe dat docenten inzicht hebben in obstakels voor het leren. Bij verschillende leeronderdelen zijn inventarisaties met de studenten gedaan om het volgende leeronderdelen van extra inhoud te voorzien die door de studenten werden gemist. Ondersteuning en begeleiding van de leeractiviteit: De studenten worden gestimuleerd tot werkelijk leren door met grote regelmaat te reflecteren op hun eigen handelen en daarbij verbeterpunten te formuleren. Dit is zichtbaar wanneer studenten oefenen met leerinhouden en praktijkopdrachten. De studenten worden hierin begeleid en ondersteund door de praktijkbegeleider.


22

Feedback op de leeractiviteiten en de leerresultaten: De individuele leervorderingen worden gevolgd op momenten die passen bij de werkvorm, de leerfase en de (doel)groep. De feedback op de beroepspraktijkvorming is van belang omdat hier de kennis en vaardigheden worden toegepast. Heads Academy heeft geconstateerd dat het proces van feedback op de BPV meer controle en begeleiding nodig heeft. Hiertoe zijn verbeteringen doorgevoerd in de vorm van beoordelingsformulieren, die meer controle geven en is er begeleiding aan de begeleiders geboden. Ruimte en invulling voor docenten: Heads Academy biedt professionele ruimte voor docenten om hun werk goed te kunnen uitvoeren. Dit wordt zichtbaar als docenten voldoende steun ondervinden van de ondersteunende afdelingen van Heads Academy. Tevens benutten ze de beschikbare ruimte om daarin hun eigen professionele deskundigheid te kunnen realiseren. In die ruimte is ook inbegrepen het zelfstandig mogen nemen van inhoudelijke beslissingen over de individuele beroepsuitoefening binnen de kaders van de instelling. De afspraken die op instellingsniveau zijn gemaakt, in de praktijk herkenbaar en adequaat ingevuld worden. Bewaking en verbetering door docenten: Uit het werk van de docenten blijkt dat zij op professionele wijze met hun werk bezig zijn. Dit uit zich door zelf zicht te hebben op de voortgang en kwaliteit van hun werkzaamheden, individueel en ook in teamverband. Dit houdt eveneens in dat docenten (onderling) in hun werk reflecteren op aanwezige competenties (in teamverband) en leeromgeving passend bij de inhoud en het niveau van de opleiding en de studentkenmerken. De reflectie kan ook door of met studenten plaatsvinden. De docenten zijn geïnteresseerd in de resultaten van reflectie en op basis daarvan stimuleren zij elkaar en is er de professionele bereidheid tot beter handelen en daarbij passende professionele ontwikkeling. Concept voor de professionalisering: In het kader van de deskundigheidsbevordering van docenten heeft Heads Academy verschillende kennissessies georganiseerd. Het doel van deze kennissessies was om de informatie rondom het veranderende toezicht (invoering Toezichtkader BVE 2012) te delen, zodat deze dit in hun werkwijze kunnen opnemen. Inzicht in kwaliteit van docenten: De instelling evalueert en beoordeelt in principe jaarlijks en op systematische wijze de kwaliteit van het werk van de docenten, dit is op het terrein van het onderwijzen, toetsen afnemen en het bieden van studiebegeleiding. Heads Academy heeft deze beoordelingen inmiddels gepland en gaat deze uitvoeren. De resultaten zijn derhalve nog niet bekend. Bekwame en bevoegde docenten: De instelling hanteert de bekwaamheidseisen voor docenten in de Algemene maatregel van bestuur van 2003 bij de wet BIO bij de beoordeling van de docenten. De docenten hebben beroepsgerichte en vakinhoudelijke competenties, naast pedagogisch-‐didactische vaardigheden waarmee ze voldoende voorbereid zijn op het functioneren in beroepsgericht onderwijs met beroepspraktijkvorming en op het werken met kwalificatiedossiers.

4.2.8 Evaluatie van alle processen Titel proces 8: Werkproces:

Kwaliteitsborging: Evaluatie van alle processen Verzamelen van alle interne en externe evaluaties volgens de PDCA-cyclus. Conclusies trekken uit sterke en zwakke punten (zie proces 7) bij de volgende processen: -

Instructie:

ontwerpen opleiding intake aspirant student inschrijving en zorg student ontwikkelen Crebo opleiding uitvoeren Crebo opleiding examinering, diplomering en examenorganisatie

Managementoverleg bevoegd gezag met afdeling kwaliteitszorg en projectmedewerker. Verzamelde evaluatie rapportages vormen de input van dit overleg. In dit overleg worden conclusies getrokken met betrekking tot eigen handelen en noodzakelijke verbeterpunten geformuleerd. Verslag van werkzaamheden Heads Academy 2012

23

Doel:

Bestaande processen doorlichten op uitvoering en tot verbeteringen komen in het kader van kwaliteitsbewaking van de Crebo opleidingen.

Output:

Vaststellen van verbeterpunten/actiepunten die geïmplementeerd moeten worden binnen de organisatie om nieuw op te starten opleidingstrajecten, examinering en organisatie te borgen. Na vaststelling communicatie met interne en externe belanghebbenden.

Aspect

4.1

Sturing (kernaspect in Toezichtkader BVE 2012) Er zijn op structurele basis voldoende specifieke en meetbare doelen voor de opleiding geformuleerd, gebaseerd op de missie en strategisch beleid van de instelling en gedragen door de opleiding.

Er is sprake van voldoende continuïteit in onderwijsgevend en leidinggevend personeel.

Indicator

Portret

4.2

Beoordeling (kernaspect in Toezichtkader BVE 2012) De opleiding beoordeelt regelmatig en betrouwbaar, met betrokkenheid van onafhankelijke deskundigen en belanghebbenden de voortgang en de realisatie van de gestelde doelen.

4.3

Verbetering en verankering (kernaspect in Toezichtkader BVE 2012) De opleiding neemt indien nodig verbetermaatregelen die passen bij de uitkomsten van de beoordelingen in het licht van de gestelde doelen, in het bijzonder met betrekking tot de deskundigheid van het personeel. De kwaliteitszorg en bijbehorende taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden zijn helder beschreven, voldoende bekend en zijn in de organisatie verankerd.

4.4

Dialoog en verantwoording Er is een voldoende functionerende dialoog over de kwaliteit met de interne belanghebbenden en verantwoordelijken en met de externe belanghebbenden, waarvan deel uitmaakt een verantwoording over de geleverde kwaliteit en de verbetering daarvan.

5.1

Naleving wettelijke vereisten Er wordt voldaan aan alle wettelijke bepalingen.

4.1.1 4.1.2 4.1.3 4.2.1. 4.2.2 4.3.1 4.3.2 4.3.3 4.4.1 4.4.2 5.1.1

Plannen Informatie Continuïteit Monitoring Evaluatie Verbeteraanpak Deskundigheidsbevordering Verankering Intern Extern Naleving wettelijke vereisten

4.1.1

Er zijn meerjarenplannen voor de instelling en jaarplannen op verschillende organisatieniveaus gebaseerd op de missie en het strategisch beleid van de instelling. Deze plannen zijn gedragen door de organisatie.

Bij kwaliteitstekorten zijn er verbeterplannen die daarvan onderdeel kunnen zijn. Een plan biedt voldoende kader voor het onderliggende organisatieniveau. Het bevat in elk geval doelen over de onderwijskwaliteit (onderwijsproces, examinering en opbrengsten), het naleven van wettelijke voorschriften en de kwaliteit van de leraren, en activiteiten om die te realiseren. Doelen van jaarplannen zijn voldoende ‘smart’ (specifiek, meetbaar, aanvaard, reëel en concreet in tijd). Plannen hebben betrekking op alle sturingslagen van de organisatie en hangen onderling samen. 4.1.2

De sturingsinformatie over de onderwijskwaliteit is beschikbaar en toegankelijk op het niveau waar deze informatie moet worden gebruikt.

4.1.3

Er is een adequate zorg voor tijdige vervulling van vacatures in bestuur, management en onderwijsteams

4.2.1.

De onderwijskwaliteit wordt regelmatig gemonitord. De monitor of monitorinstrumenten, beschikt over heldere kwaliteitseisen en bestrijkt de belangrijke Verslag van werkzaamheden Heads Academy 2012

24

elementen van het onderwijs (onderwijsproces, examinering en opbrengsten). De wijze van monitoren is zodanig dat het betrouwbare, valide en voldoende representatieve uitkomsten oplevert. 4.2.2

Uitkomsten van monitoring worden aantoonbaar gebruikt om de kwaliteit van het onderwijs te beoordelen (regelmatig, wettelijk vereist), te analyseren op risico’s en eventuele tekorten vast te stellen. Voor de evaluatie van de onderwijskwaliteit worden expliciet normen gebruikt die vooraf zijn vastgesteld. Ze gaan over tenminste het onderwijsproces, de examenkwaliteit (aan de hand van de examenstandaarden en de bijbehorende normering) en de opbrengsten en zijn voldoende concreet. Bij de evaluatie van de onderwijskwaliteit zijn onafhankelijk deskundigen en belanghebbenden betrokken (wettelijk vereist).

4.3.1

Uitkomsten van de beoordeling van de onderwijskwaliteit (onderwijsproces, examinering en opbrengsten) worden bij geconstateerde tekorten gebruikt voor het opstellen van een samenhangend verbeterplan. Verbetermaatregelen zijn inhoudelijk passend bij de geconstateerde tekorten, grijpen aan op de oorzaken van de kwaliteitstekorten en hebben betrekking op het passende organisatieniveau.

4.3.2

Er zijn plannen voor deskundigheidsbevordering op de verschillende organisatieniveaus en maatregelen en instrumenten om te waarborgen dat het personeel zijn bekwaamheid onderhoudt (wettelijk vereist). Deskundigheidsbevordering vindt aantoonbaar plaats en sluit tenminste aan bij eventuele tekorten in de onderwijskwaliteit. De instelling betrekt hierbij nadrukkelijk ook de deskundigheid van constructeurs, vaststellers en beoordelaars van examens.

4.3.3

Planning, monitoring, evaluatie, verbetering en verantwoording gebeuren volgens een vastgelegde systematiek. De kwaliteitszorg is organisatorisch duidelijk belegd. Vastgelegd is wie externe belanghebbenden zijn en op welk organisatieniveau, waarover en wanneer de dialoog plaatsvindt. De examencommissie draagt zorg voor de borging van de examenkwaliteit.

4.4.1

Er is een werkende interne dialoog met studenten en medewerkers overeenkomstig wetgeving, in werkoverleggen en mogelijk ook daarbuiten zoals in studentenpanels. Deze dialoog gaat in elk geval over de onderwijskwaliteit en de beoordeling daarvan. De verantwoording naar de raad van toezicht, het bovenliggend management en belanghebbenden gebeurt periodiek. De verantwoording heeft betrekking op in elk geval de uitkomsten van beoordeling van de onderwijskwaliteit en de aanpak en effecten van verbetermaatregelen.

4.4.2

Er is op een passend organisatieniveau een werkende dialoog met in elk geval het bedrijfsleven. Deze dialoog gaat tenminste over de ontwikkeling van onderwijs en examinering, de beoordeling van de kwaliteit daarvan evenals over de opleidingenportfolio.

Het jaarverslag voldoet aan geldende weten regelgeving. Er is verantwoording naar externe belanghebbenden over in elk geval wat met hun inbreng is gebeurd, al dan niet aanvullend op de verantwoording in het jaarverslag. 5.1.1

Reultaten gemeten door

Resultaten

• • • • • •

De opleiding voldoet aan alle wettelijke bepalingen. De inspectie bepaalt periodiek welke wettelijke vereisten extra aandacht krijgen. Aanpassing Kwaliteitszorgdocument Aanpassing indicatoren Aanpassing planningen Aanpassingen in meetsystematiek Formuleren deskundigheids-‐ bevordering Versterken op gemonitorde verbeterpunten

Plannen: Er zijn meerjarenplannen voor de instelling en jaarplannen op verschillende organisatieniveaus gebaseerd op de missie en het strategisch beleid van de instelling. Deze plannen worden binnen de organisatie gecommuniceerd. Bij kwaliteitstekorten zijn er verbeterplannen die daarvan onderdeel kunnen zijn. Verslag van werkzaamheden Heads Academy 2012

25

Een plan biedt voldoende kader voor het onderliggende organisatieniveau. Het bevat in elk geval doelen over de onderwijskwaliteit (onderwijsproces, examinering en opbrengsten), het naleven van wettelijke voorschriften en de kwaliteit van de leraren, en activiteiten om die te realiseren. Doelen van jaarplannen zijn voldoende ‘smart’ (specifiek, meetbaar, aanvaard, reëel en concreet in tijd). Plannen hebben betrekking op alle sturingslagen van de organisatie en hangen onderling samen. De plannen zijn in de periode waarover dit verslag handelt bijgesteld op basis van het Toezichtkader BVE 2012 en worden reeds uitgevoerd. Informatie: De sturingsinformatie over de onderwijskwaliteit is beschikbaar en toegankelijk op het niveau waar deze informatie moet worden gebruikt. Daarnaast is de inhoud van de gewijzigde plannen (wegens het Toezichtkader 2012) als aanvullende sturingsinformatie toegevoegd. Monitoring: De onderwijskwaliteit wordt regelmatig gemonitord. De monitor of monitorinstrumenten, beschikt over heldere kwaliteitseisen en bestrijkt de belangrijke elementen van het onderwijs (onderwijsproces, examinering en opbrengsten). De wijze van monitoren is zodanig dat het betrouwbare, valide en voldoende representatieve uitkomsten oplevert. Evaluatie: Uitkomsten van monitoring worden aantoonbaar gebruikt om de kwaliteit van het onderwijs te beoordelen (regelmatig, wettelijk vereist), te analyseren op risico’s en eventuele tekorten vast te stellen. Voor de evaluatie van de onderwijskwaliteit worden expliciet normen gebruikt die vooraf zijn vastgesteld. Ze gaan over tenminste het onderwijsproces, de examenkwaliteit (aan de hand van de examenstandaarden en de bijbehorende normering) en de opbrengsten en zijn voldoende concreet. Bij de evaluatie van de onderwijskwaliteit zijn onafhankelijk deskundigen en belanghebbenden betrokken die Heads Academy vanuit andere organisaties heeft aangetrokken in de bedrijfstakkencommissie. Extern: Er is op een passend organisatieniveau een werkende dialoog met in elk geval het bedrijfsleven. Deze dialoog gaat tenminste over de ontwikkeling van onderwijs en examinering, de beoordeling van de kwaliteit daarvan evenals over de opleidingenportfolio. Het verslag van werkzaamheden voldoet aan geldende wet-‐ en regelgeving. Er is verantwoording naar externe belanghebbenden over in elk geval wat met hun inbreng is gebeurd, al dan niet aanvullend op de verantwoording in het verslag van werkzaamheden.

4.3. Samenvattend: voorgenomen veranderingen op grond van de resultaten Alle genoemde resultaten worden opgenomen in de grote evaluatie naar aanleiding van de interne audit van Heads Academy. Deze audit is primair ingegeven door de veranderingen die zijn vastgelegd in het Toezichtkader BVE 2012 en zal plaatsvinden op alle opleidingen van Heads Academy in juni 2013.


26

verslag van werkzaamheden 2012

Recommend Documents