Uitgave van de Landelijke Stichting Zelfbeschadiging
Verslag lezingen minisymposium Zelfverwonding (gehouden voor SEH-personeel) Inleiding. Zelfverwondend gedrag (ZVG) roept meestal sterke reacties op bij zorgverleners zoals afschuw, boosheid, weerzin, zich gemanipuleerd voelen of onzekerheid. Vaak hebben deze reacties te maken met een ervaren tekort aan kennis en vaardigheden op dit gebied. Om te weten hoe je het beste om kan gaan met patiënten die zich melden op een SEH met ZVG is het belangrijk iets te weten van de achtergronden van dit gedrag. Dit stuk gaat over het vóórkomen van zelfverwondend gedrag, de oorzaken, de rol van pijn en er worden een aantal adviezen gegeven voor de bejegening van de patiënt met ZVG op een SEH. Wat is ZVG? Alleen al in de Engelstalige gebieden zijn 33 begrippen bekend die zelfverwondend gedrag (verder afgekort als ZVG) aanduiden. Enkele voorbeelden zijn (in het Nederlands vertaald): autoagressie, zelfmisbruik, zelfbeschadiging of zelfdestructief gedrag. Tegenwoordig wordt in de internationale literatuur meestal gesproken van zelfverwondend gedrag. In Nederland wordt nog veel de term automutilatie gebruikt. Kort samengevat is ZVG het 'zichzelf toebrengen van letsel in een herhalend patroon'. ZVG is meestal niet weloverwogen; de meeste mensen verwonden zichzelf in een impuls. Bij ZVG is altijd sprake van directe schade. Overmatig alcoholgebruik, roken of jezelf uithongeren valt daarom niet onder ZVG omdat de schade pas op langere termijn optreedt. Men spreekt dan van zelfdestructief gedrag. ZVG heeft meestal geen dodelijke afloop en geen bewust suïcidaal doel al lijkt het zelf toegebrachte letsel soms op letsel dat je ook ziet bij een suïcidepoging, zoals bijvoorbeeld snijwonden aan de pols. De grens tussen ZVG en suïcidaal gedrag is dan ook niet altijd makkelijk te trekken. Bij ZVG gaat het altijd om het reduceren van spanning, bij een suïcidepoging zit er altijd een idee bij van 'er een poos niet willen zijn', dood willen of indirect om hulp vragen'. Hoe ziet ZVG eruit? Er bestaat een indeling van zelfverwonding die gebaseerd is op de mate van weefselbeschadiging. Zo is er grove zelfverwonding, zoals het zichzelf de ogen uitsteken, autoamputatie of autocastratie. Grove zelfverwonding komt weinig voor en als het voorkomt, is dit bij psychotische mensen of mensen met een acute intoxicatie als gevolg van middelenmisbruik. Je ziet zelfverwonding sporadisch bij transseksuelen. Oppervlakkige zelfverwonding komt veel vaker voor. Voorbeelden zijn: in de armen krassen, in benen, armen of buik snijden, zichzelf branden of het zelf verstoren van de wondgenezing. Hoe vaak komt ZVG voor? Het is niet bekend hoe vaak ZVG voorkomt. Onderzoek over ZVG staat eigenlijk nog in de kinderschoenen. Zolang er nog veel verschillen bestaan in definities en onderzochte groepen, zal er onduidelijkheid blijven bestaan over voorkomen en oorzaken. Daarnaast is ZVG geen ziekte of handicap en wordt als zodanig ook niet geregistreerd. Bovendien zijn er veel mensen die ZVG vertonen waar de buitenwereld niets van af weet: er is dus nog veel verborgen zelfverwonding. Wie verwonden zichzelf? Er zijn een aantal risicogroepen: 11 - 17% van de kinderen tot 5 jaar vertoont regelmatig ZVG: haren trekken, bijten, vingers knauwen, bonken 1 Da Costakade 45 Postbus 140
3521 VS Utrecht 030-2311473
[email protected] www.zelfbeschadiging.nl
Uitgave van de Landelijke Stichting Zelfbeschadiging enz. Over het algemeen begint het na de 9e maand en is meestal na het 4e jaar verdwenen. Het lijkt samen te hangen met de ontwikkelingsfase van het kind, waarin het bezig is het eigen lichaam te ontdekken. ZVG komt regelmatig voor bij mensen met psychiatrische problemen. Uit onderzoek blijkt dat ZVG veel voorkomt bij mensen met een Borderline Persoonlijkheidsstoornis en een Dissociatieve stoornis. Dit is echter niet omkeerbaar! Vaak zie je naast ZVG andere problemen zoals eetstoornissen, drugs en/of alcoholmisbruik. Bij gedetineerden komt het ook nogal eens voor. Dit wordt over het algemeen toegeschreven aan de prikkelarme omgeving waarin zij verkeren en het restrictieve regime in gevangenissen. De bekendste risicogroep vormen de verstandelijk gehandicapten waarbij vaak sprake is van een onvermogen tot communiceren bij onlustgevoelens, hetgeen ZVG in de hand werkt. Welke psychologische processen spelen een rol bij ZVG? De psychologische redenen waarom iemand zichzelf verwond zijn complex en verschillen van persoon tot persoon. Algemeen geldt dat ZVG een manier is van omgaan met ernstige problemen: iemand beschikt op dat moment niet over een ander repertoire van gedrag om het probleem op te lossen. Toch zijn er wel een aantal specifieke redenen te noemen: Iemand wordt overspoeld door te veel gevoel, zoals ondraaglijke gevoelens van waardeloosheid, schuld, woede, frustratie. Of iemand verkeert juist in een toestand van geen gevoel: door spanningen raakt iemand in een veranderde bewustzijnstoestand (ook wel dissociatie genoemd) hetgeen leidt tot gevoelens van vervreemding van de omgeving. Je zou dit een mentale ontsnapping aan de werkelijkheid kunnen noemen. Deze vervreemding is op de lange duur beangstigend. Het zichzelf verwonden kan deze toestand opheffen evenals de toestand waarin iemand kan verkeren die overspoeld wordt door nare herinneringen of herbelevingen hetgeen vaak voorkomt bij incestslachtoffers maar ook bij geweld- en oorlogsslachtoffers. Soms verwonden psychotische mensen zichzelf onder invloed van bizarre en/of paranoïde ideeën. Als laatste is er een zeer kleine groep die zichzelf verwond uit verlangen naar zorg en aandacht van anderen. Meestal zijn dit mensen die op geen enkele andere manier aandacht krijgen van hun omgeving en zich gedwongen voelen te grijpen naar dit middel. Hoe werkt het proces van ZVG? Meestal is er sprake van een uitlokkende gebeurtenis zoals een (veronderstelde) verlating/afwijzing of gevoel van ernstig falen, waarna ondraaglijke gevoelens van angst, schuld of verdriet ontstaan. Er is onvermogen om de spanning die dit oproept op te lossen en er ontstaat een impuls zichzelf te verwonden. Deze onweerstaanbare impuls zorgt voor controleverlies en het zelfverwondende gedrag vindt plaats. Na bijvoorbeeld het snijden of het branden ontstaat eerst een gevoel van opluchting, dat al gauw plaats moeten maken voor een gevoel van hevige schaamte en schuld. Oorzaken van ZVG. Het is niet mogelijk om één oorzaak aan te wijzen en zoals al eerder gezegd zijn er op het gebied van onderzoek meer vragen dan antwoorden. Wel zijn er een aantal factoren aan te wijzen die mogelijk een relatie hebben met ZVG. Bij mensen die zichzelf verwonden is vaak sprake van een traumatische jeugd met seksueel misbruik en/of geestelijke/lichamelijke mishandeling. Het kan ook een optelsom zijn van andere nare ervaringen zoals vroege scheiding of dood van de ouders in combinatie met gepest worden op school, slechte schoolprestaties of een ouder die verslaafd is, kortom een zeer onstabiele jeugd. Naar de relatie tussen jeugd en ZVG wordt nu veel onderzoek gedaan. Uit diverse onderzoeken zou 2 Da Costakade 45 Postbus 140
3521 VS Utrecht 030-2311473
[email protected] www.zelfbeschadiging.nl
Uitgave van de Landelijke Stichting Zelfbeschadiging echter ook blijken dat er biologische componenten in het spel zijn. Er is bij een kleine groep mensen die ZVG vertonen aangetoond, dat ze een (te) laag serotoninegehalte in de liquor hebben. Serotonine speelt een rol bij de impulscontrole en agressieregulatie. Ook zijn er theorieën over endogene opiaten (zie ZVG en Pijn). De onderzoeken op dit gebied zijn niet valide en de hypothesen zijn nog onvoldoende onderbouwd. Op het gebied van de oorzaken van ZVG is het meeste onderzoek gedaan bij verstandelijk gehandicapten. ZVG en pijn. Velen vragen zich af hoe iemand in staat is zichzelf te verwonden en inderdaad is het soms ongelofelijk om te zien hoe iemand zichzelf heeft toegetakeld. Er is een onderzoek gedaan bij mensen met een Borderline Persoonlijkheidsstoornis die zichzelf regelmatig verwondden. Het bleek dat maar liefst 50% geen pijn voelde tijdens de zelfverwonding, 20% had een verminderde pijnperceptie en 30% een normale pijnperceptie. De groep die helemaal geen pijn ervoer, vertoonde wel meer symptomen van angst, suïcidaliteit en dissociatie. Over het wel of niet ervaren van pijn tijdens het ZVG zijn een aantal theorieën. Zo zouden er mensen zijn die in aanleg een verhoogde endogene opiaat spiegel hebben, hetgeen resulteert in een verminderde respons van dit systeem voor alledaagse stimulatie. Gevolg is gevoelens van verveling en extreme leegte. Extra stimulatie van endogene opiaten door ZVG zou afname van deze gevoelens betekenen. Daarnaast zijn er ideeën over een verlaagde opiaatspiegel: door te veel negatieve ervaringen (traumatische verleden) heeft het endogene opiaten systeem zich onvoldoende ontwikkeld en is het basale niveau verlaagd hetgeen zorgt voor chronische gevoelens van angst en depressiviteit. Om deze gevoelens op te heffen is extra uitstoot van opiaten nodig en dit kan door ZVG bewerkstelligd worden. Als laatste de verslavingshypothese: er is geen afwijking van het opiatenniveau, iemand heeft 'toevallig' ervaren dat ZVG prettige gevoelens kan veroorzaken door de plotselinge uitstoot van endorfinen en is geneigd dit te gaan herhalen Op dit moment is nog onduidelijk in hoeverre biologische componenten bijdragen aan ZVG. Is er een therapie voor ZVG? Er zijn vele therapieën die zich richten op het stoppen en/of verminderen van ZVG. Kort samengevat gaat het om een combinatie van inzichtgevende psychotherapie en gedragstherapie, al dan niet gecombineerd met medicijnen. Een patiënt met ZVG op de SEH. Als een patiënt zich meldt op de SEH met ZVG volgt eerst een inschatting van de somatische en psychiatrische risico's. Daarna vindt de wondbehandeling plaats al dan niet gevolgd door een gesprek met een psychiatrische dienst. Wondverzorging: wel of niet verdoven? Het komt nog heel vaak voor dat patiënten zonder verdoving gehecht worden. Reden hiervoor is dat SEH- medewerkers dikwijls denken: 'de patiënt kan het toch ook opbrengen om in zichzelf te snijden, waarom dan nu soft doen en verdoven?' Bovendien leeft nog vaak het idee dat de patiënt het gedrag wel afleert als hij/zij op een pijnlijke manier wordt gehecht. Niets is minder waar! Het niet verdoven tijdens het hechten mag gerust een kunstfout genoemd worden. Pijnbestrijding tijdens het hechten van de wond is absoluut nodig, omdat patiënten wel pijn voelen (of ze hadden al pijn tijdens het ZVG maar zeker daarna ervaart iedereen die zichzelf verwond wel degelijk pijn). Bovendien kampt de patiënt na de zelfverwonding meestal met enorme schuldgevoelens. Het niet verdoven wordt vaak als straf opgevat, hetgeen het schuldgevoel en negatieve zelfbeeld vergroot met een grotere kans op herhaling van het ZVG. 3 Da Costakade 45 Postbus 140
3521 VS Utrecht 030-2311473
[email protected] www.zelfbeschadiging.nl
Uitgave van de Landelijke Stichting Zelfbeschadiging Bovendien wordt door het niet verdoven tegemoet gekomen aan een mogelijk aanwezige (ongezonde) strafbehoefte. Marcia Kroes Vrijwilliger en medeoprichter Steungroep Zelfbeschadiging1 Coördinator en sociaal-juridisch dienstverlener Wegwijswinkel Inleiding In 1998 werd de Onderlinge Steungroep Zelfbeschadiging opgericht. Recent hebben we de naam afgekort naar Steungroep Zelfbeschadiging. Nu zijn we een goedlopende organisatie met een team van acht vaste vrijwilligers en een coördinator voor 16 uur per week. Er zijn gespreksgroepen en telefooncirkels, waarin lotgenoten ervaringen uitwisselen en elkaar steunen, en een paar dagen per week is er de lotgenotentelefoon die mensen kunnen bellen voor een gesprek met een ervaringsdeskundige of om informatie te vragen. De Steungroep Zelfbeschadiging wil de negatieve beeldvorming rondom zelfbeschadiging veranderen en het taboe op zelfbeschadiging doorbreken. Vrijwilligers van de Steungroep geven voorlichting aan de hulpverlening, studenten, politie en andere belangstellenden. Naast lotgenotencontact, het negeerbeleid en de gebruikte sanctie systemen in de GGZ is de behandeling van zelfbeschadiging bij eerste hulp posten en huisartsen één van de belangrijkste aandachtspunten in het beleid van de Steungroep. Zelfbeschadiging is een eenzaam en verdrietig overlevingsmechanisme. Het is een manier van omgaan met ondraaglijke emotionele pijn, maar een manier die zich ook tegen je kan keren. Het gevolg is vaak afwijzing door de omgeving en daarmee maatschappelijke uitsluiting. Ook in de reguliere hulpverlening word je vaak afgewezen en weggestuurd als je jezelf beschadigt. Het taboe op zelfbeschadiging is nog steeds groot. Als je jezelf beschadigt, bevind je je vaak in een isolement, kun je er met niemand over praten. Daarom is de Steungroep Zelfbeschadiging een belangrijke aanvulling op de reguliere hulpverlening. Lotgenotencontact kan iets van de eenzaamheid wegnemen. De Steungroep wil het isolement van zelfbeschadigers doorbreken, ze steunen en ze laten weten dat ze niet alleen zijn. Een cliëntenorganisatie heeft ook als taak om misstanden in en negatieve ervaringen met de gezondheidszorg te verzamelen. Als de dingen fout lopen met de hulpverlening, dan wenden de mensen zich tot ons. Dat betekent automatisch dat ik veel negatieve ervaringen te horen krijg, en met name over de Spoedeisende Hulp en boosheid hierover zal dan ook doorklinken in dit artikel. Vooroordelen en misverstanden. In de gezondheidszorg bestaan nog steeds veel misverstanden en vooroordelen over zelfbeschadiging. Over het algemeen wordt erop gereageerd alsof het een slechte eigenschap zou zijn. Eén van de hardnekkigste misverstanden is dat het een manipulatieve, dus opzettelijke, daad is. Wij voelen het echter als iets constructiefs. Zelfbeschadiging is voor ons iets positiefs, het geeft opluchting, laat de spanning eruit en het voorkómt erger, zoals bijvoorbeeld een poging tot zelfdoding, het helpt je om verder te kunnen met je leven. De negatieve reacties van de omgeving staan dan ook vaak haaks op het opgeluchte gevoel dat je er zelf van krijgt.
4 Da Costakade 45 Postbus 140
3521 VS Utrecht 030-2311473
[email protected] www.zelfbeschadiging.nl
Uitgave van de Landelijke Stichting Zelfbeschadiging 1.
De Steungroep Zelfbeschadiging draagt tegenwoordig de naam Landelijke Stichting Zelfbeschadiging. Redenen. Mensen die zichzelf beschadigen hebben daar altijd gegronde redenen voor. Velen hebben ernstige trauma's opgelopen in hun jeugd of in hun volwassen leven. Ik zie zelfverwonding eerder als reactie op die trauma's dan als uiting van gekte of ziekte. Verkrachting, misbruik, mishandeling of andere vormen van trauma slaan diepe wonden en laten intens emotioneel lijden achter. Soms is het onmogelijk om deze innerlijke pijn te verdragen en moet je het voor jezelf draaglijk maken. Hoe moeilijk ook voor te stellen voor een buitenstaander, zelfbeschadiging helpt hier bij. Het verzacht innerlijke pijn en leidt de aandacht af van de emotionele pijn. Mijn leven, net als de levens van mijn lotgenoten, is vaak moeilijk. Het is worstelen om door te gaan, om een zinvol leven op te bouwen en om iets van mezelf te maken. Elke dag is moeilijk, kleine dingen zijn een opgave, relaties met anderen moeizaam. Ik vecht ervoor om te herstellen, om een betere toekomst te hebben. Soms lukt het even niet, soms zie ik het allemaal niet meer zitten en dan snijd ik mezelf af en toe nog. Snijden is nog steeds mijn best werkende overlevingsstrategie, want hoe vervelend ook; het werkt. Het helpt me om vervelende situaties en gevoelens te verdragen, het haalt de spanning bij me weg wanneer die hoog is opgelopen, het geeft me rust. Iedereen die zichzelf beschadigt heeft daarvoor eigen, individuele redenen. Bij iedereen kan het anders zijn. Maar zelfbeschadiging heeft altijd te maken met een negatief zelfbeeld. Mensen die zichzelf verwonden hebben geen vertrouwen in hun eigen kracht, geloven niet dat ze iets waard zijn. Vaak weten ze niet wie ze zelf zijn. De nadruk bij de behandeling moet dan ook niet liggen op het stoppen van zelfbeschadiging, maar op het opbouwen van zelfvertrouwen en draagkracht om pijnlijke gevoelens te kunnen verdragen. Boosheid. Ik kwam bij de Steungroep werken uit boosheid. Ik weet uit eigen ervaring en uit ervaringen van lotgenoten dat de meeste mensen die bij de Spoedeisen de Hulp werken geen hoge dunk hebben van mensen die zichzelf verwonden. Misverstanden en vooroordelen zijn alom aanwezig en bepalen de mate van onbeschoftheid van de behandeling. Jarenlang heb ik de vernederende behandelingen voor lief genomen, maar toen ik zelf meer inzicht kreeg in het hoe en waarom van mijn zelfbeschadiging, werd ik boos op iedereen die dacht dat hij er een oordeel over kon vellen. Nu weet ik dat ik mezelf niet verwond, omdat ik gek ben, of een slecht mens, of een manipulerende aandachttrekkende psychiatrische patiënt, maar dat ik heb gereageerd op dingen die mij zijn aangedaan en overkwamen. Net als vele van mijn lotgenoten heb ik een verleden van verwaarlozing en mishandeling. Als mishandeld kind leer je om zeer alert zijn op signalen van je ouders. Je ontwikkelt er een speciale antenne voor. Deze antenne neem je met je mee in je volwassen leven. Als ik bij de eerste hulp kom met snijdwonden, dan voel ik de reacties van het personeel haarfijn aan. Als iemand mij met afgewend gezicht komt verbinden, zodat die persoon later niet eens kan navertellen of het een man of een vrouw was die ze heeft verbonden, weet ik heus wel dat dat niet is omdat ze haar tranen van medeleven niet kan bedwingen. Dan straalt de afkeuring ervan af. Zelf begon ik al heel jong met mezelf te verwonden; eerst met bijten, krassen en tegen de muur slaan, in mijn puberteit werd het al snel heftiger en werd het branden en snijden. Het hielp me om te gaan met mijn vaak heftige gevoelens, die ik op geen enkele wijze kon uiten. Het hielp me de geheimen van ons gezin binnenin me te houden, zodat ik het niet zou uitschreeuwen van woede en verdriet. Natuurlijk voelde ik wel dat het geen normaal gedrag was en ik vertelde 5 Da Costakade 45 Postbus 140
3521 VS Utrecht 030-2311473
[email protected] www.zelfbeschadiging.nl
Uitgave van de Landelijke Stichting Zelfbeschadiging het ook aan.. niemand, alhoewel ik ook niet veel moeite deed om het te verbergen. Het kwam nooit bij me op dat ik iets verkeerds deed door mezelf op deze manier pijn te doen, dat leerde ik pas later. Toen ik nog jong was, liet ik nooit wonden verzorgen, ik verbond het zelf wel zo'n beetje en na een paar weken was het wel weer dichtgetrokken. Maar toen ik eenmaal in de GGZ terechtkwam, werd ik ertoe gedwongen om snijdwonden te laten hechten op de SEH. Daar heb ik geleerd dat andere mensen zelfverwonding vaak zien als iets slechts, als iets wat ik fout deed. Tijdens mijn opname in het psychiatrisch ziekenhuis werd ik een regelmatige bezoeker van de eerste hulp en de reacties die ik daar kreeg op mijn zelfbeschadiging hebben me verbaasd, gekwetst en met ongeloof vervuld. Ik kon bijna niet geloven dat mensen die in de gezondheidszorg werkzaam zijn, zo onbeschoft en kwetsend konden reageren op een mens met een hulpvraag. Om te beginnen vond ik het al moeilijk om mijn wonden te laten zien aan iemand. Nadat ik mezelf gesneden had, kroop ik meestal in een verborgen hoekje in de hoop dat niemand mij zou vinden totdat de wonden gestopt waren met bloeden. Helaas lukt dat niet als je opgenomen bent, men wist mij altijd wel snel te vinden en dan moest ik naar de eerste hulp. Probeer je voor te stellen dat je ernstige psychische problemen hebt, je leven is helemaal fout gelopen, je weet niet meer wat je met jezelf moet en dan moet je je ook nog eens overleveren aan de genade van vreemden. Want zo voelt het als je met zelf toegebrachte verwondingen naar de eerste hulp gaat. Je weet nooit wat je te wachten staat. De behandeling kan vriendelijk zijn, praktisch en bekwaam, onverschillig, respectloos of ronduit onbeschoft. Maar je weet het niet van tevoren. Je bent overstuur, zwaar teleurgesteld in jezelf, je weet dat het niet goed met je gaat en tegen deze tijd weet je dat je hebt toegegeven aan een neiging die je geacht wordt af te leren en dan moet je ook nog maar eens afwachten wat voor behandeling je zult krijgen. Als je dan iemand treft op de eerste hulp die onbeschoft of kwetsend reageert, voelt dat als een trap na. Het is een bevestiging van wat je al van jezelf vindt; je bent een waardeloos en nutteloos persoon, je maakt het anderen lastig en iedereen heeft een hekel aan je. Als je daarna dan weer thuiskomt (of op de afdeling waar je verblijft) heb je nog maar één ding nodig en dat is jezelf pijn te doen om jezelf te straffen voor wie je bent en voor wat je hebt gedaan. Als ik dan terugkwam na zo'n ritje eerste hulp had ik nog maar een gedachte in mijn hoofd: 'snijden, snijden, snijden, ik moet helemaal kapot'. Soms deed ik dat dan ook, wat me een paar uur daarna op de eerste hulp opmerkingen opleverden als: 'Goh, ben je d'r alweer?''Oh, komen we tegenwoordig iedere dag?' 'Je denkt toch niet dat ik jou ga helpen hè? Daar is toch geen beginnen aan.' Deze opmerkingen zwerven al jaren door mijn hoofd en ik zal ze waarschijnlijk nooit meer vergeten. Ik denk niet dat men doorheeft hoe kwetsend dit soort opmerkingen is, anders zouden ze zeker niet gemaakt worden. Medische verzorging in de praktijk. Nu doe ik alweer een tijd vrijwilligerswerk bij de Steungroep Zelfbeschadiging. Ik ben mondiger en weerbaarder geworden. Ik houd lange preken tegen de mensen die de Steungroep opbellen, over recht op goede medische zorg, over infectiegevaar, over lelijke littekens, over mondig en weerbaar zijn. Maar nog steeds vraag ik zelf liever ook niet om medische verzorging, ik vind het nog altijd heel moeilijk om naar de eerste hulp te gaan. Het is altijd moeilijk om voorbeelden te geven, omdat je al snel zou kunnen denken: 'Ja, maar dat is een uitzondering' of 'ja, dat was in dát ziekenhuis, dat gebeurt bij ons niet'. Ik zal voorbeelden geven van dingen die met mij en met anderen gebeurd zijn, én die ik, met kleine variaties, van meerdere mensen gehoord heb: Ik kreeg te maken met een geheel nieuw fenomeen: men wil mij af toe persé laten opnemen of in ieder geval psychiatrische hulp bezorgen. Af en toe moet mijn vriendin een goede strijd 6 Da Costakade 45 Postbus 140
3521 VS Utrecht 030-2311473
[email protected] www.zelfbeschadiging.nl
Uitgave van de Landelijke Stichting Zelfbeschadiging leveren om mij weer mee naar huis te mogen nemen. Anderen doen soms heel veel moeite om hulp te krijgen maar het lukt ze niet. Ik krijg vaak hulp waar ik helemaal niet om gevraagd heb. Of een hele andere situatie. Tegenwoordig als we naar de eerste hulp moeten, bereiden we ons op het ergste voor: mijn vriendin laadt zich op voor de strijd, we steken folders van de Steungroep bij ons en ik probeer mijn tranen in te slikken en over te komen als een redelijk mens. Ook dat kan rare gevolgen hebben. De laatste keer dat we op die manier naar de eerste hulp gingen troffen we een hele vriendelijke, behulpzame verpleegkundige en een al net zo vriendelijke arts, die bekwaam en zonder overbodige opmerkingen de wonden ging hechten. Daar gingen we dan weer met onze folders en onze voorbereide, gevatte opmerkingen. Buiten kreeg ik er de slappe lach van. In ieder geval ging ik rustig naar huis en kon ik genieten van een goede nachtrust, zo'n verschil kan het maken. Een verhaal van een lotgenoot: 'Ik hoor stemmen in mijn hoofd, ze treiteren me en laten me niet met rust. Ze geven me vaak opdracht om mezelf iets aan te doen. Ik kan me er niet tegen verzetten, ze bedreigen me en maken me bang. Ik snijd mezelf vaak, en daarna bel ik mijn man om me naar het ziekenhuis te brengen. Eén keer ging ik alleen naar het ziekenhuis. Ik wilde mijn man niet weer uit zijn werk laten komen. Bij de eerste hulp werd ik weggestuurd. Ze keken niet eens naar mijn wonden, ze hadden er gewoon geen zin in om me weer te helpen.' Wat mijn collega vertelde: Zij was opgenomen op de PAAZ-afdeling. Zij sneed zich regelmatig en dan werd ze meestal gehecht op de eerste hulp afdeling van hetzelfde ziekenhuis. Op een goed moment kreeg ze daar te horen dat mensen van de PAAZ niet meer geholpen werden op de eerste hulp. Het personeel van de PAAZ moest zelf maar wonden gaan verzorgen. Met als gevolg: inadequate medische zorg, ontstekingen, lelijke littekens en noem maar op. Moeilijk. Ik begrijp wel dat het moeilijk en schokkend kan zijn om te zien wat mensen zichzelf aandoen, maar zoveel verschillend van iedereen anders zijn ze niet. Heel veel mensen zijn zelfdestructief bezig, daar hoef je heus geen psychiatrisch patiënt voor te zijn. Veel mensen eten teveel, drinken teveel, rijden te hard, werken te hard, alleen is dat maatschappelijk meer geaccepteerd en wordt er dus niks van gezegd. Ik begrijp ook dat het soms hopeloos lijkt om iemand met zelf toegebrachte wonden te helpen, vaak zie je ze op korte termijn weer op de eerste hulp verschijnen. Maar ik begrijp niet waarom wij op die manier behandeld worden. Zijn we een makkelijk doelwit en wordt de spanning van hoge werkdruk en stress op ons afgereageerd? Het is belangrijk om te onthouden dat iemand zichzelf niet verwond om jullie te pesten. Zelfbeschadiging doe je voor jezelf, omdat je je eigen pijn niet meer kunt verdragen. Degene die er erg open over zijn en wonden laten zien en er aandacht voor vragen, komen vaak manipulerend en aandacht trekkend over. Toch is dat niet de intentie. Deze mensen hebben de aandacht hard nodig en het is triest dat ze niet geleerd hebben om dat op een andere manier te doen. Dan nog, blijven het mensen die het moeilijk hebben, die lijden en die een hulpvraag hebben. Ze hebben altijd toch recht op goede medische zorg, zonder de veroordeling van het eerste hulp personeel. Het is niet aan de verpleegkundigen of artsen van de eerste hulp om te besluiten dat deze persoon geen aandacht of verdoving verdient. 7 Da Costakade 45 Postbus 140
3521 VS Utrecht 030-2311473
[email protected] www.zelfbeschadiging.nl
Uitgave van de Landelijke Stichting Zelfbeschadiging Schaamte. De meeste mensen die wij spreken bij de Steungroep zijn zeer teruggetrokken. Ze schamen zich vaak vreselijk voor hun zelfbeschadiging en praten er met niemand over. Ze zijn vaak verschrikkelijk eenzaam en leven in een isolement. Afgewezen door de omgeving, afgedaan voor de maatschappij. Ik vind het gewoon pijnlijk om te zien boe groot hun schaamte en eenzaamheid is. Ze vinden het zelfs vaak nog moeilijk om er met een van ons over te praten. Vaak zijn ze verschrikkelijk opgelucht dat ze er met ons wel openlijk over mógen praten. Helaas zullen jullie deze mensen niet ontmoeten bij de eerste hulp. Deze mensen vragen namelijk geen medische zorg voor hun verwondingen, hoe ernstig die ook zijn. De boodschap 'je hebt het toch zelf gedaan' is er goed ingeprent. Ze denken zelf ook wel te weten dat ze geen zorg en aandacht verdienen en zullen er dus ook nooit om vragen. Wat willen wij? De oplossing lijkt vaak zo eenvoudig. Geef iemand een doekje voor het bloeden (letterlijk), zet iemand even apart zodat andere aanwezigen er ook niet naar hoeven te kijken, doe beleefd als je het niet kunt opbrengen om vriendelijk te zijn, houd opmerkingen en meningen voor je, de patiënt zit er niet op te wachten. Wat ik van mijn lotgenoten begrijp, is dat het niet altijd een slechte behandeling is die spanning oproept, maar dat het vervelend is dat de behandeling wisselend is. Je kunt je er niet op voorbereiden. Een opmerking van een van onze klanten: 'De behandeling wisselde sterk, sommigen waren vriendelijk, anderen deden minachtend en zeiden niet veel, weer anderen reageerden boos als ik weer aan kwam zetten en anderen vroegen wat er was en probeerden wat steun te bieden. 'Een respectvolle benadering en een goede medische zorg kan alle verschil uitmaken. Niet dat je het altijd kunt voorkomen dat iemand een paar uur later weer terug is op de eerste hulp, maar het kan er wel bij helpen. Het is een groot verschil als je goed behandeld wordt, het doorbreekt de negatieve spiraal waarin je zit. Je gaat dan rustiger naar huis en je kunt beter profiteren van het ontspannende effect dat de zelfbeschadiging op je heeft. Dat geeft je de gelegenheid om uit te rusten en nieuwe energie te verzamelen. Dan ben je niet zoveel energie kwijt aan jezelf te verdedigen en kwaad zijn op de hulpverlening. Crisiskaarten. De Steungroep is voorstander van het werken met crisiskaarten. Wij hebben er één ontwikkeld, naar Engels voorbeeld. Daar kan de patiënt op aangeven waar ze zich verwond heeft en waarmee. Wat ze graag zou willen en wat persé niet. Per patiënt is het verschillend, het is dus belangrijk om te communiceren met de persoon zelf, of met de vertrouwenspersoon die bij of zij bij zich heeft. Vraag altijd aan degene zelf wat hij of zij wil! Serieus genomen worden en gezien worden als individu staat hoog op ieders verlanglijstje. Maar: iedere zelfbeschadiger is anders en heeft andere dingen nodig. Het beste is om aan de patiënt te vragen wat hij of zij zelf wil! Als verpleegkundige bij de SEH kunt u ons leven een beetje minder moeilijk maken. Goede wondverzorging en een vriendelijke, respectvolle benadering maakt het allemaal een klein beetje makkelijker voor ons. Wij straffen ons zelf vaak al voor alles wat er fout gaat in ons leven, wij zijn behoorlijk streng voor onszelf. U kunt iets aan onze ellende toevoegen, of u kunt het een beetje verzachten; die keus is aan U. (Bron: Marga Jaspers, Verpleegkundig specialist Amsterdam; Nursing nummer 3, 2001) 8 Da Costakade 45 Postbus 140
3521 VS Utrecht 030-2311473
[email protected] www.zelfbeschadiging.nl
Uitgave van de Landelijke Stichting Zelfbeschadiging Marga Jaspers Vrije Universiteit medisch centrum Verpleegkundig Specialist Psychiatrie Afdeling PCD, Amsterdam
9 Da Costakade 45 Postbus 140
3521 VS Utrecht 030-2311473
[email protected] www.zelfbeschadiging.nl