11
SPECIAL 100e jaargang 16 september 2010 nr. Opinies en achtergronden voor de financiële professional FFP ontbeert naamsbekendheid Kritische klant dwingt uiteindelijk tot innovatie Budget voor een kind Een sabbatical via de levensloop
inkomenszekerheid tot vermogensvorming Van
Voogd & Voogd Met één muisklik toegang tot 20 verzekeraars. De meest uitgebreide en scherpst geprijsde autoverzekeringen. En een concurrerend huismerkenassortiment met o.a. het onlangs geïntroduceerde BedrijvenTotaalPakket. Dat bieden wij u als bemiddelaar. Eenvoudig, slim en snel. s¬ Klik & Sluit® Kantoor- en Webmodules s¬ MijnPolisMap® inclusief MijnPolisCheck® s¬ Klik & Sluit® Webtotaal s¬ Uw Backoffice s¬ Aplaza Als innovatieve partner voor bemiddelaars slaan wij de brug tussen de verzekeraars en uw klanten en werken we samen aan uw succes. Hoe..? De heer Van der Kooij van Gonlag van Ruyven deelt graag zijn ervaringen met u.
Wie slim is kiest voor sterk!
Kees van der Kooij van Gonlag van Ruyven
Klanten worden mondiger en zijn zich beter bewust van de vele mogelijkheden die internet, ook op het gebied van verzekeringen, hen biedt. ’Wil je als intermediair de klant maximaal van dienst zijn, dan moet je op die ontwikkelingen inspelen. Voogd & Voogd biedt met de Klik & Sluit® modules de flexibiliteit om onze klantgerichtheid naar een hoger niveau te tillen,’ zegt Kees van der Kooij van Gonlag van Ruyven. Gonlag van Ruyven uit Maassluis heeft jarenlang
geldt voor de prijs, maar zeker ook voor de voor-
ervaring in verzekeringen en financiële diensten
waarden en de wijze van schadeafhandeling. We
voor particulieren en bedrijven. Klantgerichtheid
presenteren in één oogopslag het beste aanbod en
en klantenbinding staan hoog in het vaandel; de
als de klant akkoord is, sluiten we online de verzeke-
dienstverlening wordt daar volledig op afgestemd.
ring af. De acceptatie via Klik & Sluit® gaat supersnel.
’Internet vervult een cruciale rol in de verzeke-
Onze focus in de samenwerking met Voogd &
ringssector. Wij werken al meer dan 10 jaar samen
Voogd ligt op autoverzekeringen en in 99% van de
met Voogd & Voogd om de vele mogelijkheden
gevallen gaat onze klant verzekerd de deur uit.’
van internet via de Klik & Sluit modules maximaal ®
te benutten,’ vervolgt Van der Kooij.
’Gonlag van Ruyven heeft de ambitie om de komende jaren nog verder te groeien. Groeien in omvang,
’Voogd & Voogd biedt ons, naast hun eigen merken,
maar zeker ook groeien in klantgerichtheid. Cruciaal
toegang tot 20 verzekeraars. Zo kunnen wij uitermate
in die groeiambitie is de regie in eigen hand houden
snel verschillende alternatieven naast elkaar zetten en
en met Klik & Sluit van Voogd & Voogd kunnen we
de klant de best passende verzekering bieden. Dat
beiden realiseren,’ besluit Van der Kooij.
®
‘Goede klantenbinding is goud waard. Samen met Voogd & Voogd kunnen we onze klanten maximaal van dienst zijn.’
Beste serviceprovider voor schadeverzekeringen 2009 én 2010 Bureau D&O* interviewde meer dan 600 bemiddelaars en op alle zestien meest belangrijke items in de samenwerking met serviceproviders versloeg Voogd & Voogd haar belangrijkste concurrenten. Zo biedt Voogd & Voogd onder andere: - het meest vernieuwende aanbod producten van hoge kwaliteit - uitstekende technische ondersteuning voor software en webapplicaties - het best functionerende extranet - goede administratieve verwerking - een duidelijke versterking van uw concurrentiepositie. Kijk op www.voogd.com voor meer informatie.
*Bron: D&O Onderzoek Koepelorganisaties 2010
Postbus 14 3240 AA Middelharnis T 0187 - 488555 F 0187 - 488551 E
[email protected] I www.voogd.com
H OO F DR ED ACTIO N EEL
Colofon Het Verzekeringsblad Opinies en achtergronden voor de financiële professional Hoofdredactie Michiel Huisman Redactie Alex Klein (adjunct-hoofdred.) Yvonne Neppelenbroek Rick de Ruiter Medewerkers Conciso communicatie: drs. Jasper van de Kerkhof en drs. Thomas Olivier Secretariaat Elly Gravendeel T 0570 - 647730 E
[email protected] I www.VBnet.nl Postbus 23 7400 GA Deventer Uitgever Kluwer Stephanie Keij E
[email protected] Marketing Joris Krabbenborg Abonnementen en verzending Kluwer Afd. Klantcontacten Postbus 878 7400 AW Deventer T 0570 - 673 555 E
[email protected] Abonnementsprijs 2010 € 125,00 incl. btw. Collectieve abonnementen meer dan 20 exemplaren: 10% reductie. Annulering abonnement is mogelijk tot 3 maanden voor het begin nieuwe abonnementsperiode. Losse nummer € 8 excl. btw VB Specials: € 12,25 excl. btw Advertenties Kluwer Postbus 23 7400 GA Deventer Emilie Kars-van der Goes T 0570 - 648 912 E
[email protected] Media Order Service Toos Schurink T 0570 - 648685 E
[email protected] Sluitingsdatum: Maandag 9 dagen voor het verschijnen. Zet- en lithokosten worden doorberekend. Ontwerp Edenspiekermann, Amsterdam Vormgeving Colorscan bv, Voorhout Fotografie Wilco van Dijen, Ton van Til Druk Senefelder Misset ISSN 0165-7909 Kluwer BV legt uw gegevens vast voor de uitvoering van de (abonnements) overeenkomst. De gegevens kunnen door Kluwer, of zorgvuldig geselecteerde derden, worden gebruikt om u te informeren over relevante producten en diensten. Indien u hier bezwaar tegen heeft, kunt u contact met ons opnemen.
Human capital Financiële zekerheid van wieg tot graf. Daarover gaat het in deze speciale editie van Het VB. Als het om persoonlijke financiële planning en vermogensvorming gaat, zijn we er inmiddels aan gewend geraakt om het over inkomenszekerheid, bezitsbescherming en vermogensvorming te hebben in alle stadia van een mensenleven. En over sparen, beleggen en verzekeren als middelen om de gewenste zekerheden en bescherming te kunnen bieden, vaak aangevuld met het juiste fiscale en juridische advies. Gek genoeg hebben we het in dit verband nagenoeg nooit over human capital. En we zijn al helemaal niet gewend om human capital heel concreet in ons financieel advies te integreren. Misschien laten we daar wel een kans liggen. Volgens de Amerikaanse goeroe op het gebied van financial planning, Moshe Milevsky, is “human capital the most valuable asset”. Niet iets dus om zomaar te negeren. “Meestal is het zo” – ik vertaal nu vrij naar Milevsky – “dat een financieel plan focust op materiële en inkomensrisico’s gemeten in een bepaalde tijdshorizon. Op basis daarvan worden klanten ingedeeld naar bepaalde risicoprofielen in een range van risicoavers tot risicobereid.” En daar kan de adviseur, aldus Milevsky, wel eens helemaal de mist ingaan. Op basis van een bepaald klantprofiel kan de uitkomst van een financiële analyse zijn dat iemand geen enkel risico wenst te lopen. Hij of zij is hoogopgeleid in een veelgevraagd beroep en spaart in plaats van te beleggen en verzekert zijn huidige arbeidsstatus en bezit tot op de laatste cent. Het grootste risico dat deze klant loopt, is dat hij zichzelf een gerede kans op hoger rendement tegen lagere investeringen ontzegt, terwijl anderzijds zijn human capital een veel grotere risicobereidheid zou kunnen tolereren (als het een keer misgaat, heeft deze klant dankzij zijn inkomenscapaciteit de zaakjes ook snel weer op orde). Met een knipoog naar de omslag van ‘rule based’ naar ‘principle based’ toezicht die de AFM in haar laatste boetetoekenningen probeert te maken, vraag ik mij af welke adviseur de eerste boete van de AFM gaat krijgen omdat hij geen rekening heeft gehouden met het human capital van zijn klant en hem daarmee een kans op hoger rendement ontnam. Serieuzer gesteld: betrek het human capital van de klant in uw analyse en de uitkomsten van uw advies kunnen verrassend anders worden. Michiel Huisman
[email protected]
Het Verzekeringsblad nummer 11 - 16 september 2010
3
Inhoud 6
Hoofdredactioneel
3
Uitgelicht
6
t Online huishoudboekjes populair t Grootbanken scoren niet goed op spaarrekeningen t Top 5 financiële angsten
29
35
Inleiding life cycle planning
26
Samenwonen, trouwen of registreren
28
Budget voor een kind
32
Een sabbatical via de levensloopregeling
34
Financieel uit elkaar gaan
36
Een oude dag moet je plannen
40
Financieel gepland overlijden
42
t inclusief uitwerking van een estate plan
De Boekenplank
47
t Compendium Financiële Planning t Financiële planning voor de particulier t Life planning 36
Toegelicht 48
Kort t Hypotheekverstrekkers zelf debet aan woningmarktcrisis t Werkgevers verwachten meer risicodeling t Prijsconcurrentie overlijdensrisicoverzekeringen duurt voort
57
51
t Verzekeringen die leven van de scheiding
56
16.
DE REPORTAGE
Kritische klant dwingt uiteindelijk tot innovatie
Consumenten delen steeds makkelijker ervaringen over financiële aangelegenheden en zijn steeds beter geïnformeerd. Tegelijkertijd zoekt de financiële sector nieuwe wegen om klanten te bereiken. Maar terwijl de maatschappij verandert, schiet de innovatiekracht van financiële partijen tekort, menen critici. Toch ziet de sector kansen. Het adviseren van klanten zal belangrijker worden. In de toekomst kunnen computergames en netwerken als Facebook en LinkedIn gebruikt worden om klanten te benaderen. Nieuwe producten zullen vooral inspelen op de vergrijzing. Daarbij kunnen verzekeraars in natura gaan uitkeren, bijvoorbeeld op het gebied van zorg. Maar critici waarschuwen: het gevaar is dat de sector opnieuw complexe samengestelde producten op de markt brengt.
26.
LIFE CYCLE
Van inkomens-
zekerheid tot vermogensvorming
10.
INTERVIEW
Eerst het overzicht, dan pas het advies
In de adviespraktijk van financiële planning draait het bijna altijd om inkomenszekerheid, vermogensvorming en bezitsbescherming. In een serie artikelen in deze special wordt aandacht besteed aan alle elementen rondom ‘life cycle’ planning. Dat begint met samenwonen, trouwen en kinderen krijgen en werkt via de aankoop van een huis, het doorlopen van een carrière en een (eventuele) echtscheiding toe naar pensionering en de overdracht van vermogen en bezit naar een volgende generatie.
22.
BRANCHE
FFP ontbeert naamsbekendheid Met de invoering van een keurmerk en verplichte permanente educatie door de vereniging Federatie Financieel Planners is de kwaliteit van de advisering omhoog gegaan. Maar consumenten zijn zestien jaar na de oprichting van de brancheorganisatie nauwelijks op de hoogte van de meerwaarde van de gecertificeerde financieel planner. Een aantal gecertificeerd financieel planners delen hun visie.
Een gesprek met financieel adviseurs Marco en Milco de Frel en een van hun klanten, Martin Warmerdam, over onderlinge verwachtingen ten aanzien van financieel advies. Volgens de tweelingbroers De Frel zien consumenten acute risico’s vaak over het hoofd. Met de crisis en de woekerpolisaffaire in gedachten, heeft Warmerdam zich voorgenomen ten minste eens per jaar zijn financiën op een rij te zetten.
48.
MARKTONDERZOEK
Consument maakt nauwelijks financieel plan Consumenten verzekeren zich een slag in de rondte. Op deze manier worden risico’s afgedekt, zodat zij financieel geen grote strop hoeven te vrezen. Een punt dat bij veel consumenten echter buiten beschouwing blijft, is het maken van een goed financieel plan. Uit onderzoek van GfK blijkt dat financiële planning voor veel consumenten om uiteenlopende redenen geen optie is. De voornaamste reden blijkt eenvoudigweg de onbekendheid van financiële planning an sich. Het Verzekeringsblad nummer 11 - 16 september 2010
5
Uitgelicht Online huishoudboekjes zijn populair Er komen steeds meer ´huishoudboekjes´ online. Websites als die van yunoo.nl en cashflow.nl groeien als kool. Ook het Nibud, ‘s lands waakhond als het om onze huishoudportemonnee gaat, werkt graag aan deze online initiatieven mee. Ook blijkt dat steeds meer financieel planners hun relaties adviseren online hun inkomsten en uitgaven te beheren. Zelf heeft het Nibud al enige tijd de C@shflow Manager waarmee online het financiële huishouden kan worden beheerd inclusief referentiecijfers van het CBS.
Ook de Consumentenbond signaleert een toenemend gebruik van online huishoudboekjes en wijst op haar site onder andere naar het vorige maand gelanceerde huishoudboekje ‘TIM’ van ING. De bond gaat in opdracht van het platform Wijzer in geldzaken komend najaar een groot aantal digitale huishoudboekjes onderzoeken.
Nibud huishoudboekje in Infa’s MijnKluis Compleet financieel inzicht nu en in de toekomst met ViewOnCash en MijnKluis. Dat kan nu sinds vorige maand de nieuwe versie van ViewOnCash, het online huishoudboekje van financiële softwareontwikkelaar Infa, beschikbaar is. Met de komst van de nieuwe release kan nu ook gekeken worden naar de toekomstige financiële situatie door een koppeling met MijnKluis. Daarin kunnen gegevens opgeslagen worden als inkomen, pensioen, verzekeringen, hypotheek en beleggingen. Met die gegevens kan kunnen toekomstscenario’s worden berekend en kunnen risico’s helder in beeld worden gebracht. Volgens Infa onderscheidt ViewOnCash zich hiermee van andere online huishoudboekjes.
Uitgavenpatroon vergelijken Ook kunnen gebruikers in deze nieuwe versie op verschillende manieren hun uitgavenpatroon vergelijken. Iedere gebruiker kan zijn/haar financiële gegevens anoniem vergelijken met andere groepen gebruikers. Daarnaast kan men nu de uitgaven vergelijken met de normen van het Nibud. Om gebruik te maken van de Nibud-vergelijking is een registratie voor MijnKluis noodzakelijk. Aanbieders van ViewOnCash zijn onder andere De Hypotheekshop en ruim 2000 professionele financiële adviseurs. Ook ABN AMRO Bank gaat eind 2010 ViewOnCash inzetten voor extra dienstverlening aan haar rekeninghouders.
Record aantal klachten bij Kifid Vorige maand publiceerde het klachteninstituur Kifid haar jaarverslag 2009. Geen verslag om vrolijk van te worden. “De financiële consument heeft de weg naar Kifid duidelijk gevonden”, zo lezen we in het voorwoord. De klachten hadden in 2009 op het hele scala van financiële producten en
6
diensten betrekking. Bovendien is een record aantal klachten in ontvangst genomen: circa 7800, tegenover 6600 in 2008 en 4200 in 2007. Het bestuur van Kifid vindt dit “opmerkelijk”, want “door de vernieuwde aanpak zou men in 2009, na de forse toename in 2008, eerder een stabilisatie dan een gestage groei van klachten verwachten”. Het bestuur verklaart de
Het Verzekeringsblad nummer 11 - 16 september 2010
toename omdat “de ervaring leert dat consumenten juist in crisisjaren vinden dat zij de dupe worden van het doen en nalaten van financiële dienstverleners”. Een gevolg van de toename van het aantal klachten is dat Kifid extra maatregelen moest nemen “om de stijging van het aantal klachten en de opgelopen achterstand in 2010 versneld te kunnen wegwerken”.
U ITGELI CHT
Grootbanken scoren niet goed op spaarrekeningen Op het gebied van spaarrekeningen scoren grootbanken slecht op prijs-kwaliteitverhouding. De grootbanken scoren gemiddeld een 6,1, net als bij de laatste meting vorig jaar. Dat blijkt uit recent onderzoek van Independer.nl.
zia Bank) tot een 8,2 (Triodos Bank). De score op ’snelheid van dienstverlening’ varieert van een 6,2 (Advanzia Bank) tot een 7,9 (Amsterdam Trade Bank, Garantibank, ASN Bank en Triodos Bank).
Rabobank (6,3), Fortis Bank (6,2), SNS Bank (6,2), ING Bank (6) en ABN Amro (5,8) scoren opvallend lager dan de best scorende ASN Bank (8,2), Triodos Bank (8,1), Garantibank (8) en NIBC Direct (7,9) op dit gebied.
Dalers
Afgelopen jaar gaven ruim 122.000 bezoekers van Independer.nl hun mening over de volgende aspecten: t klaarstaan voor klanten;
(EBT U BEHOEFTE AAN EEN VERZEKERAAR DIE helder is en zich voor uw belangen inzet? "EL VRIJBLIJVEND OF MAIL naar:
[email protected]
www.ansvaridea.nl
Bezoekers kregen ook de mogelijkheid een korte toelichting te geven op hun ervaring met een aanbieder van spaarrekeningen. De meeste reacties gaan over de (snel dalende) rente zonder berichtgeving vooraf. Andere veelgehoorde opmerkingen zijn: t betaalde 0900-klantenservicetelefoonnummers; t slechte bereikbaarheid bank; t het duurt lang voordat je inlogcodes voor internetbankieren ontvangt; t trage reacties of helemaal niet op e-mail.
[email protected] – www.ansvaridea.nl
Postbus 90386 – 1006 BJ Amsterdam
s UITSTEKENDE BEREIKBAARHEID s PERSOONLIJK CONTACT OOK NIET STANDAARD ZAKEN zijn bij ons bespreekbaar) s POLISSEN BINNEN UUR VERWERKT s E MAILS SNEL EN ADEQUAAT BEANTWOORD s DIGITALE OFFERTE AANVRAAG SERVICE s GOEDE EN UNIEKE DEKKINGEN EN EXCLUSIVITEIT
Overschiestraat 59a – 1062 XD Amsterdam
Ansvaridea levert uitstekende verzekeringen, uitsluitend via intermediairs. Heel helder. Dat doen we met passie. En met succes, ons marktaandeel groeit. Ruim 100 intermediairs hebben onlangs voor ons gekozen en wij voor hen. Waarom? We zijn toegewijd en we doen wat we zeggen:
Veelgehoorde opmerkingen
2QWGHNNLQJVUHL]LJHU
Heerlijk helder
T 020 617 04 26 – F 020 617 00 76
Er blijken grote verschillen te zijn in de waardering van banken. Zo lopen de scores op het gebied van ‘beloften nakomen’ zelfs uiteen van een 5,9 (Nationale-Nederlanden) tot een 8,3 (Triodos Bank). En de verschillen op het gebied van ‘klaarstaan voor klanten’ lopen uiteen van een 6,0 (Advan-
De grootste dalers zijn De Hypotheker en Advanzia Bank. Zij hebben beide een gemiddelde score van 6 en zijn allebei gedaald met 0,6. De grootste stijgers zijn Kruidvat (+0,9) en Nationale-Nederlanden (+0,7). Maar zij staan ondanks deze stijging nog steeds onderaan (met respectievelijk een 6,3 en 6,1).
t snelheid van dienstverlening; t beloften nakomen; t ‘value for money’ (prijs-kwaliteitverhouding).
*HYROPDFKWLJG$JHQWHQ0)3
$OVRQWGHNNLQJVUHL]LJHUYDQÔQXÕQHHPLNXZPDQDJHPHQWWHDPPHHRSUHLV QDDURQEHNHQGHRIVFKLMQEDDURQEHUHLNEDUHZHUHOGHQ8ZRSGUDFKWNDQ JHULFKW]LMQRSKHWYHUKRJHQYDQGHSURGXFWLHKHWYHURYHUHQYDQHHQPDUNWRI KHWYHUEHWHUHQYDQKHWUHQGHPHQW,QDOOHJHYDOOHQLVGHRQWGHNNLQJJHULFKWRS KHWEHKDOHQYDQEXLWHQJHZRQHUHVXOWDWHQ 1LHXZVJLHULJJHZRUGHQ",NEHVSUHHNXZDPELWLHVHQGURPHQJUDDJWLMGHQV HHQZDQGHOLQJLQÔV+HUWRJHQERVFK8NXQWPLMRRNEHYUDJHQRYHUXZ JHGURRPGHUHLVGRHOLQHHQJRHGUHVWDXUDQWELMXLQGHEXXUW ,NNLMNXLWQDDURQ]HRQWPRHWLQJ
VLQWMDQVVLQJHO
WOVUL
QOGDÔVKHUWRJHQERVFK
LTHPSWRP#RQWGHNNLQJVUHL]LJHUQX
WKHQHWKHUODQGV
^LIZP[LZZZRQWGHNNLQJVUHL]LJHUQX
Het Verzekeringsblad nummer 11 - 16 september 2010
7
Denkhulp Pensioencontract De Argumentenfabriek heeft in opdracht van de Vereniging Bedrijfspensioenfondsen de Denkhulp Pensioencontract ontwikkeld. Het gaat om een kaartenboek-ringband. Het kaartenboek bevat argumentenkaarten over vijf elementen die in de huidige pensioencontracten opgenomen kunnen worden, zoals verandering in de leeftijdsverwachting en meer of minder beleggingsrisico. Een groep pensioendeskundigen heeft per onderwerp de voor- en nadelen van bepaalde keuzes op een rij gezet. Alle
thema’s worden bekeken vanuit het perspectief van zowel deelnemers, werkgevers als gepensioneerden.
Kenmerken pensioenregelingen Naast de argumentenkaarten bevat de Denkhulp ook kaarten met feitelijke informatie over de kenmerken van pensioenregelingen.
De Denkhulp is daarmee een geschikt instrument voor elke pensioenadviseur om consequenties van pensioenkeuzes aan klanten (werkgevers) en hun werknemers uit te leggen. Voor € 39,95 laat je na je eerste adviesgesprek over de inhoud van een pensioenregeling iets goeds na.
Bestellen? www.argumentenfabriek.nl/kaartenboek-denkhulp-pensioencontract
Top 5 financiële angsten Klanten zijn net mensen. Ze reageren onvoorspelbaar, laten zich leiden door irrationele drijfveren en zitten vol met al dan niet – maar meestal niet – reële angsten. Hier is de ‘Angst top 5’ van 2009. U herkent er vast een paar, want hoe vaak ruikt u niet de financiële angst bij uw klant. De angst de beurs niet aan te kunnen, werkloos te worden, bij pensionering aan de bedelstaf te raken, het Icesave-syndroom dat toeslaat of de nachtmerrie van slachtoffer te zijn van een woekerpolis... Met stip op één staat de generatie werknemers die geboren is ná de babyboomers, de zogenoemde ‘lost generation’. Hun angsten: t De babyboomers houden te lang de mooie baantjes bezet. t De babyboomers eten zich vol van de AOW die wij moeten ophoesten. Voor ons is er straks niets meer. t Solidariteit tussen generaties? Mooi hoor, maar wie zorgt er straks voor mij als ik oud en hulpbehoevend ben? Geld is er wel, maar geen handen aan mijn bed.
heid in het verschiet op een ingezakte arbeidsmarkt.
Quote Top 100 En dan de gefortuneerde families uit de Quote Top 100. Hun angst voor kidnapping is evenredig groot met het familiekapitaal in de ‘familytrust’. En wat te denken van de groep vrouwen (en groeiend in deze categorie: mannen) die thuis zonder baan de luimen van hun hardwerkende partner moeten verduren in de voortdurende angst dat als hem (of haar) iets overkomt, ze tot de bedelstaf zijn veroordeeld omdat er geen financiële maatregelen zijn genomen. Kortom in de wereld van het (grote) geld grijpt angst om zich heen.
Receptuur Biedt deze klanten de helpende hand met een injectie angstbestrijding tijdens uw periodieke onderhoudsgesprekken bij uw klant. Hoe? Ook hier weer een lijstje.
Particuliere beleggers Een goede tweede plaats is er voor de particuliere beleggers. Hun angst is in handen te vallen van grijpgrage adviseurs en bankiers. Een angst die inmiddels wordt aangeduid als het Bernie Madoff-syndroom.
Studenten Maar poets ook de angst van studenten niet weg. Een torenhoge studieschuld en straks jarenlange werkloos-
8
1. Angst is reëel voor hem of haar die eronder lijdt. Ga dus nooit in de ontkenning en poets die angst niet achteloos weg. 2. Maak angsten bespreekbaar: “Ja ik hoor dat regelmatig”. 3. Maak notities als uw klant praat over wat hem financieel zorgen baart.
Het Verzekeringsblad nummer 11 - 16 september 2010
4. Lees uw notities aan hem voor, zodat hij zich begrepen voelt. 5. Vraag of de klant een rangorde in die financiële zorgen/issues kan aangeven. 6. Buig mee en vraag mee te denken: “Oké, als dit uw zorgen zijn, wanneer of waarmee denkt u dat die zorgen weg te nemen zijn. 7. Denk zelf ook mee: Vaak adviseer ik in dit soort gevallen om... spreekt u dat aan? 8. Completeer het lijstje in twee kolommen. Links de zorgen, rechts de maatregelen die u voorstelt. Geef een kopie aan de klant en stop een kopie in uw klantdossier. Kom er regelmatig bij de klant op terug.
# $! !# " !! "! !!$$ % " ! !! #
! ! !!"!!$! $ $# $ !%! $!" !$ ! $$$ !! $#" "# #$#!
!! "! !! !!"#!% " # !! "!""$ !# "!"!
!! "$! !
Martin Warmerdam: ‘Ik heb geen zin om ellenlange documenten door te ploegen’
Marco de Frel (li) en Martin Warmerdam (re.) in gesprek
10
Het Verzekeringsblad nummer 11 - 16 september 2010
K LAN TGESPREK
Het Verzekeringsblad nummer 11 - 16 september 2010
11
Eerst het overzicht, dan pas
advies
Financieel adviseurs Marco en Milco de Frel kijken er allang niet meer van op: Nederlanders hebben nauwelijks kennis van geldzaken. Bovenaan het prioriteitenlijstje van veel van hun klanten prijken uitgerekend de dingen die nog wel even kunnen wachten. Sparen voor het pensioen kan morgen ook. “Mensen zien acute risico’s over het hoofd.”
D
enk niet dat het financieel bewustzijn van de hoogopgeleide beter is ontwikkeld dan dat van lager opgeleiden. Marco en Milco de Frel verbazen zich niet meer over de onwetendheid van goedgeschoolde klanten. “De meerderheid van onze klanten is HBO+”, vertelt Milco op het kantoor van De Frel Advies. “En toch zijn ze slecht geïnformeerd en hebben ze weinig inzicht in hun financiële situatie.” Sterker nog: ze zijn vaak nog slechter op de hoogte van financiële zaken dan klanten die minder opleiding achter de rug hebben. Natuurlijk, financiële zaken zijn complex, erkent Milco. Maar hij wijt het gebrek aan kennis ook aan desinteresse. Zijn tweelingbroer Marco vult aan: “De informatie die ze ontvangen over hun pensioen gaat ongeopend op een stapel.”
‘De behoefte aan transparantie is enorm. Als je dat in deze sector biedt, ben je een pionier’
Prioriteiten Veel klanten die bij De Frel binnenstappen, blijken de verkeerde prioriteiten te hebben, zeggen de broers. Milco: “Er is een discrepantie tussen de zorg van de klant en het risico dat hij of zij loopt. Mensen zien acute risico’s over het hoofd.” Pensioen is hét struikelblok voor veel klanten van De Frel. Een goed pensioen opbouwen is natuurlijk belangrijk, zegt Milco. “Maar wat gebeurt er met het inkomen als ik nu overlijd, arbeidsongeschikt of werkloos word? Dat zijn vragen waarop veel klanten geen antwoord hebben. Impopulaire onderwerpen, want het dwingt ze na te denken over situaties waar ze liever niet bij stilstaan. Maar als het gebeurt, dan zijn ze te laat om actie te ondernemen als het inkomen minder is dan gewenst.” Ook Martin Warmerdam, die in 2007 zijn vaste dienstverband inruilde voor een bestaan als zelfstandige en communicatiebureau De CommunicatieZaak opzette, maakte zich zorgen over de opbouw van zijn pensioen. Warmerdam: “Bij mijn oude baas had ik natuurlijk wel pensioen opgebouwd, maar tot dan toe had ik nooit echt opgelet hoeveel.” Na een adviesgesprek besloot Warmerdam niet alleen geld voor zijn pensioen opzij te leggen, maar ook een arbeidsongeschiktheidsverzekering af te sluiten. “Ik heb ook minder goede ervaringen met adviesgesprekken. Toen ik mijn hypotheek enkele jaren geleden afsloot, heb ik bij meerdere partijen aan tafel gezeten. Ik kreeg overal het gevoel dat er niet naar me geluisterd werd.”
FinanScan De tweeling De Frel begon in 1992 in de financiële sector. Ze werkten bij verzekeraars, zoals Amev en RVS, en maakten daarna allebei de overstap naar Rabobank. Zij zeggen: veel producten worden niet geadviseerd, ze worden verkocht. Het advies moet centraal staan, zegt Marco. Pas daarna volgt eventueel de verkoop van een financieel product. 12
Het Verzekeringsblad nummer 11 - 16 september 2010
In het verleden kregen de broers vaak te horen dat mensen het overzicht van hun financiële situatie niet goed begrepen. Mede daarom ontwikkelden zij FinanScan. Met deze software kunnen financieel adviseurs hun klanten een helder en begrijpelijk inkomensoverzicht geven van de financiële gevolgen bij pensioen, overlijden, arbeidsongeschiktheid en werkloosheid.
(advertorial)
REAAL OVERLIJDENSRISICOVERZEKERING SCOORT OP PRIJS EN VERTROUWEN Een scherp geprijsd product, transparant, eenvoudig af te sluiten en een snelle verwerking van uw aanvragen. Met de betrouwbaarheid van een A-merk. Door die ijzersterke combinatie heeft u als financieel adviseur met de REAAL Overlijdensrisicoverzekering een bestseller in handen. Vooral omdat u uw advies kunt
onderbouwen met ‘harde’ feiten. In het onlangs verschenen, onafhankelijke MoneyView Special Item ‘Risicoverzekeringen‘ behaalde het product in de categorieën ‘Prijs provisieloos’ en ‘Prijs met provisie’ de maximale 5 sterren-rating. Heeft u nog méér nodig voor een productief adviesgesprek met uw klanten?
DE VOORDELEN VAN DE REAAL OVERLIJDENSRISICOVERZEKERING
Scherp geprijsd. Betrouwbaar A-merk. Aantrekkelijke korting voor niet-rokers. Kinderen mee te verzekeren. Premievrijstelling bij AO mee te verzekeren. Gezondheidsverklaring t/m 300.000 (verkorte gezondheidsverklaring t/m 125.000). Provisie volledig naar eigen inzicht in te richten: van uitruil en inbouw tot provisieloos.
MEER WETEN? Kijk voor meer informatie over de scherp geprijsde REAAL Overlijdensrisicoverzekering op www.reaalorv.nl.
Het is precies wat Warmerdam van een adviseur verwacht: bondige en heldere informatie. “Ik heb geen zin om ellenlange documenten door te ploegen waar ik niet veel wijzer van word.”
‘Ik zeg altijd: banken en verzekeraars, onze vrienden zijn het niet’ Marco: “FinanScan levert adviseurs ook een enorme tijdsbesparing op. In het verleden was het heel arbeidsintensief om een goed financieel overzicht te maken. We hadden verschillende softwaremodules voor het doorrekenen van uiteenlopende inkomensscenario’s. Daarbij zijn de abonnementen voor die modules prijzig.” De zuinige consument zal denken: op internet wemelt het toch van de gratis huishoudboekjes? Klopt, beaamt Marco. “Maar die geven nog steeds geen totaaloverzicht. Wil je goed advies geven, dan moet je iemands huidige financiële situatie eerst in kaart brengen.”
Prettig geregeld
Dat zien de broers in veel adviesgesprekken misgaan. “Het gesprek met de klant is vaak helemaal geënt op de verkoop van producten”, zegt Milco. Het provisiestelsel dat zo onder vuur ligt, is doorgaans de reden voor de verkoopdrift van adviseurs, meent hij. Negen van de tien klanten bij De Frel kiest voor advies op project- of uurbasis. “Consumenten willen graag transparantie: ze willen weten waar ze voor betalen.” Dat betekent dus dat nog altijd een op de tien klanten advies krijgt op provisiebasis. “We bieden klanten de keuze”, zegt Marco. Maar naar eigen zeggen doet hij dat niet van harte: “Ik zeg altijd: ‘de banken en verzekeraars, onze vrienden zijn het niet’. We hebben puur een zakelijke relatie. Als een klant per se advies op provisiebasis wil, reken ik voor wat het kost. Veel mensen kiezen dan alsnog voor advies op project- of uurbasis.”
Pionier De branche moet verantwoordelijkheid nemen en openheid van zaken geven, vinden de broers. Milco: “De behoefte aan transparantie is enorm. Als je dat in deze sector biedt, ben je een pionier. En begrijp me niet verkeerd: er is niks mis mee als daar vervolgens geld mee wordt verdiend. Maar het is veruit het beste voor zowel de klant als de adviseur als er geen betalingen via provisie meer zouden plaatsvinden.” Hoewel de informatievoorziening beter wordt, sluit deze nog steeds niet goed aan bij de kennis van de consument. Het Uniform Pensioen Overzicht (UPO) is volgens Milco een stap vooruit, maar nog steeds complex. Dat ondervond ook Warmerdam. “Marco vroeg me om een paar gegevens van het UPO van mijn vrouw. Dat zijn tien pagina’s met cijfers. Van sommige weet je echt niet waar ze voor staan.” Het is daarnaast positief dat de premies voor overlijdensrisicoverzekeringen na de woekerpolisaffaire fors zijn gedaald. Milco: “Het is spectaculair en onthutsend hoe snel die naar beneden zijn gegaan. Daar zijn we natuurlijk heel blij mee. Maar tegelijkertijd denk je: waar is al dat geld dat in het verleden aan premies werd afgedragen, toch gebleven?”
Onze mensen zijn gedreven, professioneel en echte meedenkers. Wij maken het u als intermediair gemakkelijk.
Zo werkt Nedasco. www.nedasco.nl 14
Het Verzekeringsblad nummer 11 - 16 september 2010
Ook Warmerdam heeft een woekerpolis – een beleggingsverzekering om te sparen voor aanvullend pensioen. Afgesloten voordat hij bij De Frel kwam. Met de crisis en de woekerpolisaffaire in gedachte, heeft Warmerdam zich voorgenomen ten minste eens per jaar zijn financiën op een rij te zetten. “Ik heb net als veel anderen geld verloren aan die polis. Dat gebeurt me niet nog een keer.”
MARKTBEWERKING
)+'.*#(.%$(()') #*,#'!),'!$$0(*(+%""')#!$ %$),!!" #'(%%')(Verzuim/WGA-combi '#+(')*,'!+'($//$!'.%,"$ +'.*#+'.!'$"( +'.!'$$(% $&'%3)'$,'!+'(+%%'.%,")!%')*'$ +'.*# '"()"$*'$+'.*# ' +$-&')(+$(&"()$#'!)"'%&) +$+'.*#*,(',%'$ !%&%$( "-)'$)1%+')*,%*$)#$'$!%#$ Adviseren wordt een stuk relaxter met De Amersfoortse
DE PLEK WAAR U DE MEEST COMPLETE VERZUIMOPLOSSING VINDT
DE R E P O RTA G E
Kritische klant dwingt uiteindelijk tot
innovatie
Extra verlof na de geboorte van een kind, een sabbatical tegen de midlifecrisis of toch liever eerder stoppen met werken: consumenten krijgen steeds meer keuzes met grote financiële gevolgen. Terwijl nieuwkomers de markt bestormen, denken banken en verzekeraars na over hoe hun aanbod beter kan aansluiten op de wensen van de klant. Maar: “De echte innovatie zit niet in de producten. Die zit in de manier waarop we klanten benaderen en informeren.”
16
Het Verzekeringsblad nummer 11 - 16 september 2010
F
inanciële producten en computerspelletjes: ze hebben op het eerste gezicht niets met elkaar te maken. Maar dat zal wellicht niet lang meer duren. In de toekomst zullen banken en verzekeraars hun diensten ook aanbieden via computergames, voorspelt Adjiedj Bakas, trendwatcher en auteur van Beyond the Crisis. Het is goed denkbaar dat zij daarbij hun krachten bundelen met de makers van spellen en spelcomputers om jongeren te enthousiasmeren voor financiële zaken. De financiële sector zoekt nieuwe wegen om klanten te bereiken. Samenwerking met bedrijven uit de ICT-branche is er een van. Tegelijkertijd gaan sommige A-merken op eigen kracht de concurrentie aan met de gevestigde orde in de financiële sector. Google en Microsoft hebben bankvergunningen in diverse landen. Een op de zeven Kenianen regelt bankzaken bij M-Pesa, een onderdeel van Microsoft, dat gespecialiseerd is in bankieren via de mobiele telefoon. Die ontwikkelingen zetten zich de komende jaren voort, meent Bakas. De financiële sector zal
daarbij ontegenzeggelijk een draai moeten maken richting consument, mede onder druk van het advies van de commissie-Maas. De klant centraal, luidt het credo in de sector. Met de klant op het netvlies organiseerde ING vorig jaar bijeenkomsten over de kredietcrisis op kantoren in heel Nederland. Consumenten konden daar met hun vragen terecht over de economische malaise en de precaire situatie op de financiële markten. Verzekeraars doen hun best altijd bereikbaar te zijn. En bij een groeiend aantal financiële partijen kan de klant advies krijgen via de webcam over zaken als pensioen en hypotheek. Maar is de sector ook in staat de klant centraal te zetten bij de ontwikkeling van nieuwe bank- en verzekeringsproducten? Producten die aansluiten bij de huidige en toekomstige maatschappij; waarin keuzevrijheid en individualisme almaar belangrijker worden, waarin het kostwinnersmodel stilaan verdrongen wordt door tweeverdieners of eenpersoonshuishoudens; waarin het aantal zelfstandig
MARKTBEWERKING
)#!#$! %!($ !%%"$! %!(!!"!#" !% #%!("#%!" !#" !%!&(&! (!%!($%#% (## ###%#$(# #"%&!* Drs. Emiel van der Heide !#$!!$#" Adviseren wordt een stuk relaxter met De Amersfoortse
Het Verzekeringsblad nummer 11 - 16 september 2010
17
ondernemers alleen maar toeneemt en de baan voor het leven allang niet meer de standaard is.
De kracht om te innoveren is er op dit moment gewoonweg niet.”
Financieel startpakket
Ook Herman Bouter, financieel planner bij Capital Consult, is niet erg optimistisch. Hij zegt: “Banken en verzekeraars zijn trendvolgers, geen trendsetters. Dat zijn ze nooit geweest. Ze spelen niet of nauwelijks in op de wensen van klanten. Niet voor niets concluderen de AFM en commissie-Maas dat de klant voorop moet komen te staan. Daaruit blijkt wel dat de financieel dienstverleners zichzelf en hun inkomstenstroom teveel centraal hebben gezet.”
Bakas ziet legio mogelijkheden voor de sector. Hij voorspelt dat jongeren in de toekomst een ‘startpakket’ voor de levensloop krijgen zodra zij een startkwalificatie hebben. “Iedereen krijgt een financieelplanningsdossier met informatie over de eigen (sociale) verzekeringen, hypotheken en pensioenen. Nieuwe collectiviteiten zorgen voor betaalbare verzekeringen voor het groeiende
‘De sector zit nog middenin de saneringen die het gevolg zijn van de kredietcrisis. De kracht om te innoveren, is er op dit moment gewoonweg niet’ leger zelfstandigen. En pensioenfondsen, zorgverzekeraars en woningcorporaties gaan meer samenwerken.” Maar critici zetten kanttekeningen. Op dit moment is de sector helemaal niet innovatief, oordeelt Edmond Hilhorst, medeoprichter van vergelijkingssite Independer.nl. Ook al is de intentie om de klant centraal te zetten sterker dan ooit. “In de directiekamers wordt er veel over gesproken, maar het sijpelt nog niet door in producten en adviezen. De sector zit nog middenin de saneringen die het gevolg zijn van de kredietcrisis.
SAMENVATTING t Banken en verzekeraars zoeken nieuwe wegen om klanten te bereiken. t Maar terwijl de maatschappij verandert, schiet de innovatiekracht van financiële partijen tekort, menen critici. t Toch ziet de sector kansen. Het adviseren van klanten zal belangrijker worden, en computergames en netwerken als Facebook en LinkedIn kunnen gebruikt worden om klanten te benaderen. t Nieuwe producten zullen vooral inspelen op de vergrijzing. Daarbij kunnen verzekeraars in natura gaan uitkeren, bijvoorbeeld op het gebied van zorg. t Maar critici waarschuwen: het gevaar is dat de sector opnieuw complexe samengestelde producten op de markt brengt. t De opkomst van de netwerkmaatschappij vormt een tegenwicht. Consumenten delen makkelijker ervaringen en zijn beter geïnformeerd.
18
Het Verzekeringsblad nummer 11 - 16 september 2010
Bouter laakt ‘overbodige’ producten die banken en verzekeraars hun klanten de afgelopen jaren hebben verkocht. Hij wijst onder meer op uitvaartverzekeringen en woonlastenbeschermers, waar volgens hem helemaal niet zo’n grote markt voor is. Bouter: “Woonlastenbeschermers worden verkocht met een lokkertje, zoals korting op de hypotheekrente. Dat lijkt aantrekkelijk, maar de meeste huizenkopers hebben die verzekering niet nodig. De dekking is doorgaans beperkt en in veel gevallen is er al een verzekering bij overlijden en een arbeidsongeschiktheidsverzekering via de werkgever.”
Schuld De financieel planner wil echter niet alle schuld bij de sector leggen. De consument moet de hand ook in eigen boezem steken. Die heeft te gemakkelijk ja gezegd – bijvoorbeeld tegen een torenhoge hypotheek – zonder goed naar de financiële consequenties te kijken. “Het is een ongelofelijke inkopper, maar consumenten moeten beseffen dat ze niet meer geld kunnen uitgeven dan er binnenkomt. Het is eigenlijk heel eenvoudig: als je samen € 4000 per maand verdient, dan kun je niet elke maand € 5000 spenderen. En toch gebeurt dat.” De financiële sector moet zichzelf opnieuw uitvinden, zegt Jeroen de Munnik, directielid van Aegon Nederland. De kennis van de klant bijspijkeren en inzicht verschaffen in de situatie zal de komende jaren veel meer op de voorgrond komen. Daarmee gaat ook het verdienmodel op de schop. “Banken en verzekeraars moeten hun geld meer gaan verdienen met het informeren van klanten en het geven van advies dan alleen met het verkopen van producten. Het wordt een soort consultancy.” Aegon timmert naar eigen zeggen hard aan de weg. “We doen dat bijvoorbeeld met het doorrekenen van scenario’s voor onze klanten. Wat betekent eerder stoppen met werken? En wat zijn de gevolgen als ik met deeltijdpensioen ga? Dat zijn vragen waar consumenten onmogelijk zelf antwoord op kunnen geven. De afgelopen jaren hebben we bijvoorbeeld onze ‘kantinesessies’
flink uitgebreid, waarbij we werknemers in opdracht van de werkgever informeren over pensioenen en verzekeringen.”
welijks, doordat consumenten onvoldoende inzicht hebben in hun mogelijkheden: ze weten niet precies wat er in al die potjes zit.”
De Munnik ziet in uitleg en advies een maatschappelijk rol voor Aegon weggelegd, maar voegt hij daar gelijk aan toe: “We zien het natuurlijk ook als een commerciële kans.” Want consumenten hebben steeds meer te kiezen ten aanzien van financiële planning. Wil ik die nieuwe woning kopen? En kan ik de kinderen dan nog wel laten studeren? Nemen we een sabbatical om te reizen of te studeren? En houd ik dan voldoende over voor een comfortabele oude dag?
Het beeld dat De Munnik schetst, vertoont overeenkomsten met het Werkbudget. In het advies ‘Op weg naar een toekomst die werkt’ stelde de commissie-Bakker twee jaar geleden voor werknemers een persoonlijk budget te geven. Daaruit kunnen zij putten om zichzelf bij te scholen, extra vrije tijd en zorgverlof te financieren of een periode tussen twee banen te overbruggen. Werknemer, werkgever en overheid dragen gezamenlijk bij aan het Werkbudget.
Potjes
Trendwatcher Bakas gaat nog een stap verder. “We worden steeds ouder en blijven langer gezond. Met nieuwe medische technieken kunnen we straks zien welke ziekte we krijgen en op welke leeftijd. Daar kunnen we voor sparen of een verzekering op maat afsluiten. Voor het pensioen gaan ‘ zachte’ factoren een steeds belangrijkere rol spelen: veel gepensioneerden voelen zich eenzaam, niemand belt ze meer op. Ze zijn op zoek naar zingeving.”
Om hun keuzes te financieren, hebben consumenten diverse ‘potjes’ tot hun beschikking: de levensloopregeling, de lijfrente, eigen spaargeld of beleggingen en overwaarde in het huis. De Munnik: “Al die potjes kun je aanwenden voor je pensioen. Maar het biedt ook mogelijkheden om in eerdere levensfases meer te consumeren, of bijvoorbeeld om langer verlof op te nemen na de geboorte van een kind. Nu gebeurt dat nog nau-
MARKTBEWERKING
# "" "" ! % "$ Hilbrand Rustema
" Adviseren wordt een stuk relaxter met De Amersfoortse
Het Verzekeringsblad nummer 11 - 16 september 2010
19
Minipensioen Dat leidt volgens Bakas tot een koppeling tussen pensioen, zorgverzekering en eigen woning. “Mensen nemen dan in verschillende levensfases een minipensioen op – een sabbatical om zich bij te scholen of om te scholen bijvoorbeeld. Op latere leeftijd eet je de woning op: je verkoopt het huis aan een financiële instelling en huurt het terug.” Het is die laatste – steeds langer wordende – levensfase waar De Munnik nieuwe producten ziet ontstaan. “De tweede pijler van ons pensioenstelsel wordt versoberd omdat de kosten te hoog oplopen. Daardoor wordt de markt voor pensioen steeds meer een markt voor oudedagsvoorziening. Door de vergrijzing staan we aan de vooravond van de introductie van nieuwe verzekeringen die bijvoorbeeld in natura uitkeren, zoals we die al kennen bij de uitvaartverzekering.” De Munnik denkt aan natura-uitkeringen op het gebied van zorg, mobiliteit en wonen. “Mensen sluiten bijvoorbeeld een verzekering af waarbij ze een bepaalde hoeveelheid zorg per maand krijgen in plaats van een zak geld. Het grote voordeel is dat zij daarmee een reëel pensioen ontvangen in plaats van een nominaal pensioen, waarvan nog maar te bezien is hoeveel zorg zij ervoor kunnen kopen op het moment dat het echt nodig is.”
‘Door de vergrijzing staan we aan de vooravond van de introductie van verzekeringen die in natura uitkeren, zoals we die al kennen bij de uitvaartverzekering’ Maar in die nieuwe constructies schuilt een gevaar, waarschuwt Hilhorst van Independer.nl. “Door het combineren van verzekeringsproducten met diensten zoals ouderenzorg of kinderopvang wordt het leven van de consument complexer. Bovendien zijn het de combinatieproducten waar aanbieders eenvoudig marges in kunnen verstoppen. Als verzekeraars hun aanbod op dit vlak willen uitbreiden, dan moeten ze er geen gedwongen winkelnering van maken.” Helemaal nieuw zijn pensioenuitkeringen in natura niet. In Japan – waar de vergrijzing nog harder toeslaat – worden dit soort verzekeringen 20
Het Verzekeringsblad nummer 11 - 16 september 2010
al aangeboden. Sommige Nederlandse zorgverzekeraars geven kortingen op de sportschool, cursussen om te stoppen met roken, en zelfs yogaweekenden. Bakas: “De pensioen- en verzekeringssector is steeds meer bezig met preventie: het beperken van de schade door mensen te stimuleren gezond te leven en ze te helpen bij het managen van risico’s.” Dat er meer verzekeringsproducten op de markt komen die in natura uitkeren, is volgens De Munnik zeker. Maar, zegt hij: “De echte innovatie zit niet in producten. Die zit in de manier waarop we klanten benaderen en informeren.” Hij wijst op het bestaan van verzekeringen voor zzpers. “De producten zijn er wel, maar hoe bereik je mensen en zorg je dat ze nadenken over arbeidsongeschiktheid en pensioen. De praktijk is dat de meeste mensen tussen de dertig en veertig daar niet mee bezig zijn.”
Computergames Aegon bekijkt bijvoorbeeld de mogelijkheden om jongeren te bereiken via computergames. “De populariteit van games is enorm en neemt nog steeds toe. Er bestaan nu al spellen waarin je een gezin sticht en alle levensfases doorloopt. Als je aan zo’n spel een element toevoegt door gamers virtuele hypotheken of een aanvullend pensioen af te laten sluiten, kun je ze bewust maken van de keuzes en mogelijkheden die ze later in het echte leven hebben.” Nieuwe spelers, moderne technologieën en veranderend consumentengedrag zijn de drijvende krachten achter innovatie, stelt Bakas. “Denk bijvoorbeeld aan de luchtvaartsector die door prijsvechters werd gedwongen te innoveren; of de muziekindustrie die het businessmodel radicaal moest herzien door de Ipod van Apple.” Nieuwe spelers en moderne technologieën zijn er al in de financiële sector. Bakas ziet kansen in de opkomst van de netwerkmaatschappij. “We gaan doelgroepen benaderen via communities waar ze deel van uitmaken. Op LinkedIn vind je een heleboel ondernemers bij elkaar en het vriendennetwerk Hyves is onder jongeren razend populair.” Het is de consument die volgens Bakas nog steeds verbijsterend naïef is op financieel gebied. Maar ook dat zal langzaam maar zeker veranderen. De netwerkmaatschappij zorgt er ook voor dat de consument mondiger wordt. Die doet op internet steeds meer kennis op en deelt die met vrienden. Op forums delen onbekenden ervaringen met elkaar over producten en diensten. Bakas: “De klant krijgt de macht en dwingt daarmee af dat de sector meer naar hem luistert.”
Goed voorbereid hypotheken helpen verhuizen?
De scherpe rentetarieven van Delta Lloyd. Dat kan voor uw klanten een goede reden zijn om een verhuizing van hun hypotheek te overwegen. Het is waarschijnlijk veel interessanter dan de hypotheek verlengen. Bij het maken van
de juiste keuze kunt ú uw klant het beste adviseren. En wij willen u bij de voorbereiding zo goed mogelijk helpen. Kijk voor alle hypotheek verhuismogelijkheden en ons zeer scherpe renteaanbod op www.ddd.nl/hypotheken
Federatie Financieel Planners
Nuttige branchevereniging
ontbeert
naamsbekendheid Met de invoering van een keurmerk en verplichte permanente educatie door de vereniging Federatie Financieel Planners is de kwaliteit van de advisering omhoog gegaan. Maar consumenten zijn zestien jaar na de oprichting van de brancheorganisatie nauwelijks op de hoogte van de meerwaarde van de gecertificeerde financieel planner. “Daar ligt nog een schone taak.”
22
Het Verzekeringsblad nummer 11 - 16 september 2010
B RANCHE
K
waliteitsbewaking is een van de belangrijke taken van de vereniging Federatie Financieel Planners (FFP), zegt Rik Smit. De financieel planner en mediator houdt zich naar eigen zeggen bezig met ‘zaken waar emotie en geld bij elkaar komen’, zoals echtscheidingen en erfenissen. Hij behoorde halverwege de jaren negentig tot de eerste lichting FFP-gecertificeerden, die het keurmerk ‘cadeau’ kregen. Op basis van verworven competenties kende de FFP destijds via een eenmalige regeling certificaten toe aan financieel planners, zonder dat zij daarvoor een examen hoefden af te leggen. Sindsdien is er veel veranderd. Om de kwaliteit van de advisering te waarborgen, introduceerde de vereniging een toelatingsexamen en verplichte permanente educatie: planners moeten jaarlijks terug naar de schoolbanken om hun kennis op peil te houden. Doen zij dat niet, dan verliezen ze hun keurmerk. Smit vindt de verplichte scholing een goede zaak. De gecertificeerde financieel planner kan daardoor dwarsverbanden leggen tussen verschillende vakgebieden: financieel, juridisch en fiscaal. Volgens Smit heeft dat toegevoegde
waarde voor de klant. “Die mag van een gecertificeerd financieel planner een geïntegreerd advies verwachten dat met alle relevante aspecten rekening houdt.”
Bekendheid Maar ziet de klant de toegevoegde waarde ook? Onvoldoende, oordeelt gecertificeerd financieel planner Hans Teutenberg. “Ik merk dat bijna geen enkele particuliere klant weet wat de toevoeging FFP betekent. Het staat wel op mijn kaartje, want dan kan ik dat toelichten. Het geeft aan dat je als financieel planner onderscheidend bent, dat je meer opleiding en kennis hebt opgedaan.” Ook John Willems, directeur van InterOpus en gecertificeerd financieel planner, vindt dat het keurmerk van de FFP te weinig bekend is. In gesprekken met relaties hoort hij regelmatig dat zij niet op de hoogte zijn van het bestaan ervan. Willems: “De vraag is natuurlijk wel in hoeverre consumenten behoefte hebben aan een keurmerk. Lang niet alle particulieren zijn daarin geïnteresseerd.” De FFP wil de toegevoegde waarde van de gecertificeerde adviseur graag onder de aandacht brengen bij consumenten, notarissen, advocaten en accountants. Smit: “De vereniging bestaat nu zestien jaar en ik moet constateren dat de FFP daarin slechts gedeeltelijk is geslaagd. Daar ligt nog een schone taak.” Financieel planner Willems wijst op een recente campagne van de FFP waarmee de vereniging in de media kwam. “Zulke campagnes zou de FFP vaker op moeten zetten om aandacht te krijgen. Herhaling is noodzakelijk. Een eenmalige campagne is binnen de kortste keren weer uit het geheugen van de consument verdwenen.” John Bruijne, directeur van de FFP, herkent de kritiek. “Op dit moment werken we aan een nieuwe campagne om de FFP meer bekendheid te geven onder consumenten. Die moet dit najaar van start gaan. Zelfstandig financieel planners gebruiken ons keurmerk. Financieel planners die bij banken en verzekeraars werken, opereren vooral onder de vlag van het eigen concern. Daardoor is de FFP minder zichtbaar dan we zouden willen.” Om beter te kunnen reageren op ontwikkelingen in de media en de beroepsgroep onder de aandacht te brengen bij een breder publiek, heeft de FFP kennisgroepen ingesteld. Zij adviseren en Het Verzekeringsblad nummer 11 - 16 september 2010
23
ondersteunen het bestuur bij het overbrengen van de visie van de branchevereniging. Ook publiceren de kennisgroepen regelmatig columns en cases in de media.
Onderscheid Een probleem is volgens Smit en Teutenberg dat de vereniging geen onderscheid maakt tussen financieel planners bij grote banken en verzekeraars (70%) en financieel planners – veelal zelfstandigen – die dagelijks met klanten te maken hebben. Smit: “De FFP vertegenwoordigt een zeer heterogene groep. Het is lastig om jezelf te profileren op basis van de grootste gemene deler.” Volgens Smit worden de sleutelposities bij de FFP sinds de oprichting ingenomen door vertegenwoordigers van de grote banken en verzekeraars.
‘Ik merk dat bijna geen enkele particuliere klant weet wat de toevoeging FFP betekent’ “Het aantal zelfstandig financieel planners neemt echter toe. Daardoor is een tweedeling ontstaan, die ook merkbaar is in de overlegorganen. Ik heb overigens wel de indruk dat het bestuur daar steeds meer oog voor krijgt.” Net als Smit erkennen Willems en Teutenberg dat de FFP in andere opzichten wel meerwaarde heeft. Teutenberg: “Het kennisniveau van financieel adviseurs laat nog veel te wensen over. Wat
STRENGE EISEN FFP Bij de FFP zijn ruim drieduizend gecertificeerd financieel planners aangesloten. Om toegelaten te worden tot het register moeten financieel planners een toelatingsexamen afleggen op HBO+-niveau. Om het keurmerk te behouden, moeten zij hun kennis op peil houden met verplichte permanente educatie. Voor certificering moet de financieel planner aan de volgende eisen voldoen: t met goed gevolg het FFP-examen afleggen; t ten minste twee jaar werkervaring hebben op het gebied van financiële planning; t de gedragscode onderschrijven; t voldoende verzekerd zijn tegen beroepsaansprakelijkheid of andere financiële waarborgen hebben; t jaarlijks contributie betalen; t inschrijfgeld betalen; t ten minste achttien uur per jaar verplicht permanente educatie volgen.
24
Het Verzekeringsblad nummer 11 - 16 september 2010
mij betreft zouden de opleidingseisen zoals de FFP die hanteert verplicht voor de hele branche moeten gelden.” Willems voegt daar aan toe dat het keurmerk binnen de branche wel degelijk bekend is. “Het staat voor een stuk kwaliteit. Als ik een financieel planner aanneem, wil ik dat diegene gecertificeerd is. De eisen om een keurmerk van de FFP te krijgen, zijn nog hoger dan de eisen die de AFM stelt in het kader van de Wet op het financieel toezicht.” Het is een gemiste kans dat de FFP het eigen keurmerk onvoldoende bij de AFM onder de aandacht heeft weten te brengen, meent Willems. Nu moeten financieel planners jaarlijks twee maal de schoolbanken in: voor een examen om als financieel planner de AFM-vergunning op zak te houden én om aan de eisen voor het keurmerk van de FFP te voldoen. Willems: “Dat kost me tientallen uren op jaarbasis terwijl de stof min of meer hetzelfde is. Maar ik wil natuurlijk niet riskeren dat ik mijn keurmerk of vergunning kwijt raak. Voor de branche zou het goed zijn als voortaan alleen het FFPkeurmerk geldt, omdat de toetsingseisen zwaarder zijn dan bij de AFM. Dat zorgt ook voor minder administratieve lasten.”
Betrokkenheid Ook als platform om kennis uit te wisselen, doet de FFP hard haar best. Dat gebeurt via het eigen blad, maar ook doordat leden van verschillende kennisgroepen regelmatig bijeenkomen. Smit, zelf lid van de kennisgroep Huwelijksvermogens- en Erfrecht: “De regels voor alimentatie zijn voor mij dagelijkse kost, maar voor een collega wellicht niet. Zo kun je van elkaar leren.” Teutenberg – lid van de kennisgroep Sparen en Beleggen – is al met al mild in zijn oordeel. “De FFP is geen grote lobbyorganisatie, zoals het Verbond van Verzekeraars. De federatie moet met beperkte middelen heel veel doen: belangenbehartiging, profilering, permanente educatie en monitoring. Ze doen wat ze kunnen. De verwachtingen van de leden zijn ook niet altijd even realistisch. Sommige planners denken dat de FFP hun hele marketing kan overnemen. Dat is natuurlijk niet zo.” “Financieel planners moeten zelf actiever worden binnen de federatie”, zegt Teutenberg. Hij wijst op een debat met consumentenorganisaties en financieel woordvoerders van de grote partijen dat de FFP rond de verkiezingen organiseerde. “Frits Wester praatte het geheel aan elkaar. Als ik dan zie dat maar honderd van de drieduizend leden daarop afkomen, vraag ik me af: wat willen ze nou nog meer?”
:DW]HRRNEHORYHQ
(HQQLHXZNDELQHW]DOHHQDDQWDOPDDWUHJHOHQQHPHQ2RNRYHUGHSHQVLRHQOHHIWLMG'DDUKRHIWXQLHW RSWHZDFKWHQ:DQWMXLVWYRRUXDOVLQWHUPHGLDLUOLJJHQHUQXPRRLHNDQVHQ1HHPKHWKHIWLQHLJHQ KDQGHQDGYLVHHUXZNODQWHQHHQJRHGSHQVLRHQ+HW*HQHUDOL3HQVLRHQPDQLIHVWELHGWGDDUELMKRXYDVW .LMNRSSDJLQDRIJDQDDUZZZZLMYHU]HNHUHQQORPXLQWHOH]HQ8NXQWQDWXXUOLMNRRNFRQWDFW RSQHPHQPHWXZDFFRXQWPDQDJHURIEHOOHQPHW
'HSHQVLRHQHQLQNRPHQVYHU]HNHUDDU
*HQHUDOL:LMEHORYHQQLHW:LMYHU]HNHUHQ
ZZZZLMYHU]HNHUHQQO
LIF E C YC LE
In de adviespraktijk van financiële planning draait het bijna altijd om inkomenszekerheid, vermogensvorming en bezitsbescherming. Wat er ook gebeurt, van de adviseur wordt verlangd dat hij of zij inzicht en overzicht kan verschaffen in de financiële positie van zijn klant in de diverse stadia van zijn leven. Maar ook dat hij de consequenties kan voorrekenen van gebeurtenissen die ingrijpen op het leven van de klant en een bedreiging kunnen vormen. Risicomanagement pur sang.
Over inkomenszekerheid,
vermogensvorming en bezitsbescherming H
oe doe je dat eigenlijk? Het gaat allang niet meer alleen om de verkoop van financiële producten die ten doel hebben inkomenszekerheid te verschaffen, een appeltje voor de dorst achter de hand te hebben of vermogen en bezit af te schermen van risico’s. Het advies telt vaak zwaarder dan het product. En lang niet elk advies leidt tot een financieel- of een verzekeringsproduct. Immers, afdoende bescherming kan ook geregeld worden door de zaken juridisch (testamentair of anderszins) goed vast te leggen.
Kennis en adviesvaardigheden Dat vereist nogal wat van de kennis en – last but not least – de adviesvaardigheden van de adviseur op een breed scala aan disciplines. Dat maakt het vak van financieel planner ook zo boeiend. Een planmatige aanpak kan daarbij goed van pas komen. Vaak begint zo’n plan bij de inventarisatie van het ‘huishoudboekje’. In welke situaties is er voldoende inkomen? Wanneer en waarvoor kan en moet worden gespaard? Welke risico’s kan een huishouden zelf lopen en welke kunnen of moeten verzekerd worden? Dat alles kan berekend en geïnventariseerd worden. En dan nog hangt het van de risicoperceptie en het risico(mijdend)gedrag van uw klant af welke maatregelen genomen moeten worden.
Life cycle planning Voor een deel vormen de hierna afgedrukte serie artikelen in het kader van ‘life cycle planning’ u 26
Het Verzekeringsblad nummer 11 - 16 september 2010
de helpende hand. Voor een ander deel wellicht ook de technische ondergrond. Van verschillende stadia van het menselijk leven worden financiële, juridische en fiscale situaties beschreven en wordt gewezen op de daarmee gepaard gaande risico’s en de oplossingen om die risico’s op te heffen of te verminderen. De volgorde waarin de artikelen zijn geplaatst en de manier waarop de auteurs hun thema’s behandelen sluiten aan bij de levenscyclus van ‘de heer en mevrouw modaal’, die – dat weet u net zo goed als wij – niet bestaan maar voor het goede begrip en het gemak van een casus wel degelijk als voorbeeld kunnen dienen. U treft dus in logische volgorde op de volgende pagina’s het financiële wel en wee aan van uw klanten. Dat begint met samenwonen, trouwen en kinderen krijgen en werkt via de aankoop van een huis, het doorlopen van een carrière en een (eventuele) echtscheiding toe naar pensionering en de overdracht van vermogen en bezit naar een volgende generatie. De auteurs hebben hun best gedaan om aansluiting te zoeken bij de praktijk en de actuele weten regelgeving. Daarbij slagen zij er, voor zover wij na kunnen gaan, goed in u op de onderscheiden thema’s soms tot verrassende, nieuwe inzichten te laten komen waar u in uw adviespraktijk weer uw voordeel mee kunt doen.
LIF E C YC LE
Wanneer twee personen een relatie hebben, bestaat na verloop van tijd vaak de wens om te gaan samenleven en de relatie ook juridisch vorm te geven. Dat kan op verschillende manieren: samenwonen, trouwen of een geregistreerd partnerschap. Elke vorm van samenleven heeft specifieke fiscale en juridische gevolgen. Door: mr. Tamara Peters van Neijenhof, estate planner bureau Vaktechniek, BDO Accountants & Belastingadviseurs Tilburg
Samenwonen, trouwen of registreren? T
e beginnen met samenwonen. Voor samenwonen (en het beëindigen van de samenwoning) gelden geen formele eisen. Partners die willen gaan samenwonen, bepalen zelf of zij al dan niet een notarieel samenlevingscontract afsluiten. Het is echter raadzaam de wederzijdse
‘Indien geen huwelijkse voorwaarden zijn opgesteld, geldt automatisch algehele gemeenschap van goederen’ rechten en plichten bij de notaris vast te leggen aangezien in de wet niets is geregeld voor ongehuwd samenwonenden. Denk bijvoorbeeld aan de verdeling van de kosten van de huishouding. Ook kan een samenlevingscontract vereist zijn voor de aanvraag van partnerpensioen en om ge28
Het Verzekeringsblad nummer 11 - 16 september 2010
bruik te maken van bepaalde ‘faciliteiten in de Successiewet.
Geen gemeenschap van goederen Door samenwoning ontstaat geen gemeenschap van goederen, zoals bij een huwelijk (indien er geen huwelijkse voorwaarden zijn opgesteld). Uiteraard kan wel gemeenschappelijk eigendom ontstaan door gezamenlijke aankoop (van bijvoorbeeld) een woning. Ongehuwd samenwonenden erven niet automatisch van elkaar. Zij zullen elkaar in een testament tot erfgenaam moeten benoemen. Wel kunnen gemeenschappelijke goederen door middel van een verblijvingsbeding in de samenlevingsovereenkomst bij overlijden toekomen aan de langstlevende partner. Alle andere wensen zullen in een testament moeten worden opgenomen. Indien partners nog geen vijf jaar samenwonen, kan het (vanaf 1 januari 2012) voor toepassing van de Successiewet van belang zijn of er sprake
is van een samenlevingsovereenkomst. Als samenwonende partners van elkaar erven, geldt in dat geval namelijk niet het hoge tarief (30-40%) maar het lage tarief (10-20%) dat ook op gehuwden van toepassing is. Ook geldt dan de langstlevendevrijstelling van € 600.000.
Trouwen De wet stelt aan het aangaan van een huwelijk en de beëindiging daarvan een aantal formele eisen. Daarnaast verbindt de wet aan een huwelijk (in tegenstelling tot samenwoning) rechten en plichten. Indien voorafgaand aan het huwelijk geen huwelijkse voorwaarden zijn opgesteld, geldt automatisch een algehele gemeenschap van goederen tussen de echtgenoten. In beginsel ontstaat daardoor één gezamenlijk vermogen. Alle bestaande en toekomstige bezittingen – en schulden – worden gedeeld. Deze algehele gemeenschap van goederen kan worden voorkomen door het opstellen van huwelijkse voorwaarden. Dit kan voorafgaand aan het huwelijk gebeuren, maar ook staande het huwelijk. In dat laatste geval is echter wel goedkeuring van de rechter vereist. Daarnaast kunnen huwelijkse voorwaarden in beginsel niet met terugwerkende kracht worden opgesteld.
zijn voor het opstellen van huwelijkse voorwaarden. In dit kader wijs ik op twee gevallen waarin het in de praktijk vaak misgaat.
Faillissement Indien de onderneming van één van de echtgenoten failliet gaat, beschermen huwelijkse voorwaarden vaak maar gedeeltelijk. Dit geldt ook bij vennootschappen waarbij de privépersoon zich bijvoorbeeld borg heeft gesteld. De echtelijke woning staat vaak op naam van de niet-ondernemende partner. De hypotheek voor de financiering van de woning is echter vaak door beide partners gezamenlijk aangegaan, of
Bij huwelijkse voorwaarden zijn verschillende varianten mogelijk. Er kan gekozen worden voor een beperkte gemeenschap van goederen (bijvoorbeeld alleen van de woning en andere specifiek vermelde goederen). Een gemeenschap kan ook helemaal worden uitgesloten (de zogenoemde koude uitsluiting). Daarnaast kunnen verschillende verrekenbedingen in huwelijkse voorwaarden worden opgenomen, bijvoorbeeld van de jaarlijkse overgebleven inkomsten of een zogenoemd finaal verrekenbeding. Redenen voor het (laten) opstellen van huwelijkse voorwaarden zijn uiteenlopend. Zo kan beperking of uitsluiting van de gemeenschap in het belang zijn van de onderneming van een van de partners, indien een echtscheiding de continuïteit van het bedrijf in gevaar kan brengen. Omgekeerd kan ook het beschermen van de partner van de ondernemer tegen ondernemersrisico’s een motivatie Het Verzekeringsblad nummer 11 - 16 september 2010
29
de woning is feitelijk door de ondernemende partner gefinancierd. De kosten van de financiering worden vervolgens (op grond van de huwelijkse voorwaarden) uit de ‘gezamenlijke pot’ betaald. Hierdoor kan de eigen woning toch onder de failliete boedel vallen. Het is dus raadzaam de huwelijkse voorwaarden en financiering van de eigen woning goed op elkaar af te stemmen.
‘Bij faillissement beschermen huwelijkse voorwaarden vaak maar gedeeltelijk’
In dit verrekenbeding schuilt echter ook een gevaar bij de eventuele ontbinding van het huwelijk. Als de jaarlijkse verrekening achterwege is gebleven, dan wordt aan het einde van het huwelijk verrekend alsof de echtgenoten in gemeenschap van goederen waren getrouwd. De huwelijkse voorwaarden hebben hun werking dan verloren. Het vermogen waarvan iemand denkt dat het privévermogen is, komt hierdoor voor de helft aan zijn of haar partner toe. Door een periodiek verrekenbeding jaarlijks uit te voeren, kan bovengenoemd ongewenst gevolg worden voorkomen.
Niet uitgevoerde verrekenbedingen
Wettelijke verdeling
Een tweede probleem dat in de praktijk veelvuldig voorkomt, zijn niet uitgevoerde periodieke verrekenbedingen. Een dergelijk beding wordt vaak aan een ‘koude uitsluiting’ gekoppeld en houdt in dat het jaarlijks niet besteedde inkomen (gelijk) over beide partners wordt verdeeld en aan hun privévermogen wordt toegevoegd. Zodoende bouwt de partner van de kostwinner
In tegenstelling tot samenwonende partners erven gehuwde partners automatisch van elkaar. Indien een gehuwde partner geen testament heeft, regelt de wet dat alle bezittingen aan de langstlevende partner worden toebedeeld. Deze krijgt vervolgens een schuld aan de eventuele kinderen ter grootte van hun erfdeel, die pas opeisbaar is bij het overlijden van de langstlevende partner.
Samen werkt het beter! Tuurlijk! Je kunt in je eentje roeien. Maar samen werkt het beter! Dat vonden onze oprichters 90 jaar geleden al toen zij samen het risico van glasschade voor hun panden afdekten. Dat vinden wij nog steeds. Daarom werken wij ook samen met het professionele intermediair. U het klantcontact en deskundig advies, wij de expertise en het schade-beheer. Kortom, Samen werkt het beter! Meer weten? Bel (0575) 51 54 42 of ga naar www.samenwerkthetbeter.nl
samen werkt het beter
30
(ondernemer/dga) gedurende het huwelijk ook eigen vermogen op.
Het Verzekeringsblad nummer 11 - 16 september 2010
In ‘standaard’-gevallen kan met de ‘standaard’wettelijke verdeling worden voldaan. Helaas blijkt uit de praktijk dat vrijwel geen enkele situatie standaard is. Zo is bijvoorbeeld toch een testament nodig als het de bedoeling is dat het erfdeel van de kinderen van hun privé blijft, en dus niet aan hun partner kan toekomen. Datzelfde geldt als specifieke bezittingen (bijvoorbeeld de onderneming/aandelen) aan een bepaald persoon moeten toekomen. Tot slot volstaat de wettelijke regeling in de meeste situaties niet om toekomstige erfbelasting te besparen.
Geregistreerd partnerschap Al wat hierboven is beschreven voor gehuwden, geldt ook voor het geregistreerd partnerschap. De vermogensrechtelijke en fiscaalrechtelijke gevolgen zijn geheel gelijk. Wel kan een geregistreerd partnerschap – anders dan een huwelijk – zonder tussenkomst van de rechter worden beeindigd, mits er geen minderjarige kinderen zijn. Natuurlijk is dit slechts een beschrijving op hoofdlijnen van de juridische en fiscale gevolgen van de verschillende samenlevingsvormen. Wie een dergelijke stap wil zetten, doet er goed aan een deskundige te raadplegen, bijvoorbeeld een notaris of belastingadviseur. Dat is niet erg romantisch, maar om ongewenste verrassingen te voorkomen zeker raadzaam.
Uw klanten een heldere uitvaartverzekering
U een tevreden klant ‘Iedere uitvaart uniek’, dat is het motto van Yarden. Door onze
Voor de acceptatie van uw klanten hanteert Yarden een
jarenlange ervaring begrijpen wij dat geen mens hetzelfde is.
zeer soepel beleid, met slechts twee gezondheidsvragen.
En dat iedere uitvaart daarom een unieke gebeurtenis is.
Bovendien zijn kinderen t/m 18 jaar gratis meeverzekerd.
Begraven of cremeren, koffie of champagne, sprekers, muziek of stilte: iedere uitvaart is maatwerk, waarbij de uitvaartwensen
De Yarden Uitvaartverzekering is dus een helder product dat
van uw klanten en hun naasten centraal staan.
zich door u goed en gemakkelijk laat adviseren. Nieuwsgierig? Neem contact op met uw Yarden account manager. Bent u nog
Met de Yarden uitvaartverzekering die speciaal voor en door
geen intermediair van Yarden? Bel dan met de businessdesk:
het intermediair is ontwikkeld, heeft uw klant een helder en
088 - 927 30 40.
transparant product met duidelijke voorwaarden. Een van de unieke kenmerken van de Yarden uitvaartverzekering is de volledige keuzevrijheid voor uw klant, waardoor deze zijn volledige vrijheid behoudt.
LIF E C YC LE
Budget voor een kind Elke levensfase kent financiële kansen én risico’s, zo ook de geboorte van een kind. Maar de aanstaande ouders leven vaak op een roze wolk en denken daar liever niet over na. Als financieel adviseur is het van belang uw klanten toch op deze risico’s te wijzen. Door: Dorien van der Linden, accountmanager, Infa
D
e financieel adviseur wordt vaak pas benaderd op het moment dat de gezinsuitbreiding al heeft geleid tot de behoefte aan een grotere woning. De wens om in een kindvriendelijke buurt te wonen, in een huis met voldoende ruimte – al dan niet met tuin om in te spelen – kan tot hogere woonlasten leiden. Dit maakt een goed financieel plan noodzakelijk.
viseert hoe te handelen. Dit noemen we in vaktaal een dienstverleningsdocument. Feitelijk een prachtig document om een levenslange relatie met de klant aan te gaan. Besef hierbij wel dat uw verantwoordelijkheid voor financiële behoedzaamheid en reflectie een continu proces is om uw klant echt financiële rust te bieden. Wederzijds vertrouwen is hierbij essentieel om succes te behalen.
Benoem uw verantwoordelijkheid
Veel klanten verwachten een productgedreven advies en schrikken mogelijk van uw uitgebreide inventarisatie, omdat dit meer tijd kost en meer openheid van de consument vraagt. Uw wijze van formuleren maakt hierbij een wereld van verschil. Wanneer u de juiste woorden heeft gevonden, is het dan ook zinvol om een en ander vast te leggen in een spreekkaart, brochure of presentatie die u bij dit soort gelegenheden steeds weer kunt gebruiken.
Natuurlijk feliciteert u uw klanten eerst met de (aanstaande) gezinsuitbreiding en luistert u goed naar hun ideeën en wensen. Vervolgens maakt u duidelijk op welke wijze u als adviseur van pas kunt komen bij het realiseren van deze ‘droom’. Er is namelijk geen sprake van een eenmalig advies, maar van het opstellen van een compleet financieel plan waarbij u als coach de klant ad-
Geef budgettair inzicht
JURIDISCHE VRAGEN OVER KINDEREN t#FOUVHFIVXEPGTBNFOXPOFOE "MTVTBNFOXPPOU IFFGU VVXLJOEFSLFOEFOFFOBBOWSBBHWPPSPVEFSMJKLHF[BHWPPS EFWBEFSBMLMBBSMJHHFO t8JFHBBUFSWPPSVXLJOE[PSHFOBMTVBMMFCFJLPNUUFPWFS MJKEFO &OXFMLFLPTUFOXJMUVWPPSEJFQFSTPPOPQWBOHFO t(BBUVHFCSVJLNBLFOWBOLJOEFSPQWBOH ,JOEFSPQWBOH UPFTMBHHBBUOJFUNFFJOEF*#BBOHJGUFFOVPOUWBOHUEF UPFTMBHBMMFFOBMTVEJFBBOWSBBHU t(BBUVHFCSVJLNBLFOWBOPVEFSTDIBQTWFSMPG
32
Het Verzekeringsblad nummer 11 - 16 september 2010
Een gesprek over de nieuwe situatie is zinloos als u en uw klant geen inzicht hebben in de huidige situatie. Dit klinkt logisch, maar het wordt vaak vergeten. Volledig inzicht in vermogen, voorzieningen, inkomsten, uitgaven en spaargewoonten is essentieel om goed te kunnen adviseren. Natuurlijk is het ook belangrijk om breed te informeren naar de wensen van uw klant. In de kaders vindt u een aantal vragen om aan uw klant voor te leggen. Als uw klant geen inzicht heeft in het eigen inkomsten- en uitgavenpatroon, kunnen gratis
HANDIGE LINKS
digitale huishoudboekjes van pas komen. Deze geven snel een goed financieel inzicht en de uitkomsten kunnen vergeleken worden met gemiddelden van het Nibud. Hierbij kan uw rol als adviseur weer uitkomst bieden door mogelijke verschillen te verklaren.
tXXXOJCVEOMWPPSJOGPSNBUJFPWFSEFLPTUFOWBO[XBOHFSTDIBQFOLJOEFSPQWBOH tXXXSJKLTPWFSIFJEOMWPPSJOGPSNBUJFPWFSPVEFSMJKLHF[BH WPPHEJKCJKIFUPWFSMJKEFOWBOEFPVEFSTFOPWFSPVEFSTDIBQTWFSMPG tXXXWJFXPODBTIOMFFOHSBUJTEJHJUBBMPOBGIBOLFMJKLIVJTIPVECPFLKF[POEFSSFDMBNF tXXXUPFTMBHFOOMQBSUJDVMJFSLJOEFSPQWBOHUPFTMBHIUNMWPPS IFUBBOWSBHFOWBOLJOEFSPQWBOHUPFTMBH
Sommige kosten zijn onderhevig aan verandering wanneer de kleine is geboren. Uitgaven aan verre of luxe vakanties, restaurantbezoeken en hobby’s nemen wellicht af. Uitgaven aan boodschappen, water en energie nemen waarschijnlijk toe. Door kritisch te kijken naar de huidige uitgaven en de verwachte veranderingen, krijgt uw klant inzicht in de gevolgen voor inkomsten en uitgaven.
Formuleer een advies Op grond van de antwoorden op uw vragen heeft u een goed beeld gekregen van het leven dat uw klant voor ogen heeft. Ook de haalbaarheid en risico’s hierbij zijn helder geworden. Nu kunt u een advies geven over de manier waarop het beoogde doel zo goed mogelijk bereikt kan worden. U kunt daarbij verschillende opties laten zien, maar beperk u wel tot de realistische en bied klanten passende mogelijkheden met een duidelijk argumentatie. Zo hebben klanten echt iets om voor te kiezen en begrijpen zij des te beter waarom ze uiteindelijk tot een bepaalde keuze zijn gekomen. Een simpele kostenvergelijking is bij Independer immers ook te krijgen. Veelal is de informatie die in deze periode op uw klant afkomt al overweldigend genoeg. Financiële zaken moeten het dan niet onnodig ingewikkeld maken. Breng klanten ook in contact met derden, zoals notariaten voor samenlevingsovereenkomsten en testamenten. Zo ontwikkelt u meerwaarde en gaat de kwaliteit van uw dienstverlening omhoog.
Budgetvragen over kinderen t8JMUVEF[FMGEFBVUPCMJKWFOSJKEFO PGNPFU FFOWBO EFIVJEJHF BVUP T QMBBUTNBLFOWPPSFFO HF[JOTBVUP t8JMUVEBUVXLJOEPQFFO TQPSU
WFSFOJHJOHHBBU t8JMUVEBUVXLJOEDVMUVSFFM WPSNJOHTPOEFSXJKTWPMHU NV[JFLMFT TDIJMEFSMFTFUD
t8BUWPPSTPPSUWBLBOUJFTXJMUV IPVEFO -VYFWBLBOUJFT 0GFFOWPVEJHFSWBLBOUJFT t8FMLFWBOEFWPMHFOEFLPTUFO XJMUV[FLFSCFUBMFOWPPSVXLJOE #SPNNFSDFSUJåDBBU FFSTUFCSPNNFS BVUPSJKCFXJKT FFSTUFBVUP TUVEJFLPTUFO XPPOMBTUFOUJKEFOT TUVEJFUJKE
t8BUWPPSLMFEJOHFOTDIPFOFO XJMUVVXLJOELVOOFOCJFEFO .FSLLMFEJOH (FNJEEFME 5XFFEFIBOET t8JMUVNJOEFSXFSLFOBMTVXLJOE HFCPSFOJT t)PFHBBUVEFLJOEFSPQWBOH SFHFMFO #JKGBNJMJFPGLJOEFSEBHWFSCMJKG
Het Verzekeringsblad nummer 11 - 16 september 2010
33
LIF E C YC LE
Op wereldreis gaan, een boek schrijven of het huis verbouwen. Veel werknemers willen er ooit enkele maanden of een jaar tussenuit. Anders gezegd: ze willen een sabbatical. Mede hiervoor heeft de overheid de levensloopregeling ingevoerd. Die biedt de mogelijkheid op een fiscaal gunstige manier te sparen. Dat is een goed begin, maar de regeling kent ook nadelen. Door: mr. Jeroen Bik, senior fiscaaljurist Group Tax, ING Groep
sabbatical
Een via de levensloopregeling O
p Wikipedia staat de volgende definitie van een sabbatical: ‘Een periode (minimaal een aantal maanden) waarin mensen vrij nemen (of betaald verlof krijgen) van hun gewone baan om eens een poos om zich heen te kijken en iets te doen wat ze leuk vinden, bijvoorbeeld een boek schrijven of een berg beklimmen’. Uit die omschrijving blijkt wel dat sabbatical een ruim begrip is.
‘De werkgever is niet verplicht om langdurig verlof op kosten van het levenslooptegoed toe te staan’ Een veelvoorkomend doel van de sabbatical is volgens de online encyclopedie ‘Het verruimen van de blik en het opdoen van nieuwe inspiratie’. Een behoefte die bij veel werknemers vroeg of laat in hun carrière leeft. De wetgever onderkent die behoefte en heeft daarom de levensloopregeling ingevoerd. Sinds 1 januari 2006 kunnen werknemers fiscaal voordelig sparen voor een periode van onbetaald verlof.
Prepensioen De regeling kan worden aangewend voor alle vormen van verlof, staat in de toelichting op het 34
Het Verzekeringsblad nummer 11 - 16 september 2010
wetsvoorstel. “Het kabinet verwacht dat de levensloopregeling de toegankelijkheid van langer durend verlof in het algemeen zal verbeteren. Bovendien past de levensloopregeling in het beleid waarin de individuele behoeften en verantwoordelijkheden centraal staan.” De levensloopregeling is tevens ingevoerd om de pijn van de afschaffing van VUT en prepensioen te verzachten. Het is mogelijk het levenslooptegoed op te nemen om eerder te stoppen met werken: onbetaald verlof direct voorafgaand aan het pensioen. Daarmee is het nemen van een sabbatical niet alleen tijdens het werkzame leven, maar ook aan het einde ervan mogelijk.
Voorwaarden De wetgever heeft ervoor gekozen de levensloopregeling alleen open te stellen voor werknemers. Dat is logisch, omdat alleen verlof kan worden opgenomen in het geval van een dienstbetrekking. De levensloopregeling staat dus niet open voor zelfstandigen zonder personeel (zzp’ers), maar wel voor directeuren-grootaandeelhouders (dga’s), omdat zij in dienst zijn van de vennootschap. In de wet is een aantal voorwaarden gesteld die als nadelig kunnen worden ervaren. De belangrijkste is dat de werknemer de te sparen bedragen op een geblokkeerde rekening bij een bank laat storten (de meest voorkomende vorm) of als
premie bij een verzekeraar of naar een beheerder van een beleggingsinstelling. Het geld zomaar opnemen voor noodgevallen, kan dus niet. Een andere belangrijke voorwaarde is dat de werknemer in het kalenderjaar waarin hij op de levenslooprekening in laat leggen, niet ook geld laat storten op een spaarloonrekening. De werkgever en de werknemer zijn verplicht de afspraken over de levensloopregeling schriftelijk vast te leggen. Het bedrag dat gespaard kan worden, is bovendien beperkt. Deelnemers aan de regeling kunnen maximaal 12% van hun brutoloon per jaar op de levenslooprekening inleggen. In verband met de afschaffing van VUT en prepensioen geldt een overgangsregeling voor personen die zijn geboren tussen 1949 en 1956. Zij kunnen meer dan 12% van hun brutoloon per jaar sparen.
t Uitstel van heffing van loonbelasting en de premie voor de Zorgverzekeringswet: deze zijn pas verschuldigd bij opname (de zogenoemde omkeerregel). t Bij de uitbetaling van het levenslooptegoed
Het maximum spaartegoed is 210% van het bruto jaarsalaris. Na opname van een deel van het tegoed voor onbetaald verlof kan de werknemer overigens opnieuw sparen tot de grens van 210%.
Grootste struikelblok Maar het grootste potentiële struikelblok is de werkgever. Die is weliswaar wettelijk verplicht om deelname aan de levensloopregeling mogelijk te maken, maar niet om langdurig verlof op kosten van het levenslooptegoed toe te staan. De opname van het tegoed kan dus alleen in overleg met de werkgever. Die dient het opgenomen tegoed vervolgens conform de afspraken als loon uit te betalen.
Voordelen Dat neemt niet weg dat de levensloopregeling een aantal belangrijke voordelen heeft. Het saldo dat de werknemer heeft opgebouwd, gaat mee naar de volgende werkgever. Het is dus mogelijk voor een sabbatical te sparen bij de huidige werkgever, terwijl het tegoed pas wordt genomen bij een volgende werkgever. De fiscale voordelen van de regeling springen het meest in het oog. De werkgever houdt over de bedragen die hij voor de werknemer op de levenslooprekening stort geen loonbelasting en premies voor de Zorgverzekeringswet in. De uitkeringen tijdens het verlof mogen niet hoger zijn dan het loon dat de werknemer onmiddellijk voorafgaand aan het verlof verdient. De fiscale voordelen op een rij: t Sparen zonder belastingheffing, omdat het tegoed niet in box 3 valt.
voor de sabbatical betaalt de werknemer mogelijk minder belasting. Dit is het geval wanneer zijn inkomen dan zo veel lager is dat het onder een lager tarief valt. t Bij opname van verlof recht op de levensloopverlofkorting; dat is een korting van maximaal € 199 voor elk jaar waarin is ingelegd. Iemand die bijvoorbeeld vijf jaar heeft gespaard, kan dus maximaal € 995 korting krijgen op de te betalen loon- of inkomstenbelasting. Het is niet toegestaan het levenslooptegoed te gebruiken om het inkomen aan te vullen bij ziekte of werkloosheid. Over de inleg op de levenslooprekening wordt geen loonbelasting noch premies voor de Zorgverzekeringswet ingehouden, maar wel premies werknemersverzekeringen. Daardoor houdt de werknemer gedurende een periode van onbetaald verlof recht op WW of WIA op basis van het salaris vóór het verlof. Dit geldt overigens voor ten hoogste achttien maanden. Door gebruik te maken van de levensloopregeling kunnen werknemers fiscaal voordelig sparen voor een sabbatical. De levensloopregeling is complex en de werknemer is voor het gebruik ervan afhankelijk van de werkgever. Het Verzekeringsblad nummer 11 - 16 september 2010
35
LIF E C YC LE
Een scheiding heeft grote financiële gevolgen voor beide partners. Zelfs in op het oog eenvoudige situaties moet met veel variabelen rekening worden gehouden. Een fictief voorbeeld laat zien waar klanten tegenaan lopen als zij financieel uit elkaar gaan. Inschakeling van een financieel adviseur is dan ook raadzaam. Door: Theo van Geel, erkend hypothecair planner, Geld & Woning Oss/Oranjehuysen
Financieel uit elkaar gaan E
llen heeft haar besluit genomen. Al langer verdacht ze Frank ervan dat hij een andere vrouw heeft ontmoet. Nu weet ze het zeker. En dat is voor haar niet acceptabel. De afgelopen tijd heeft ze over de gevolgen nagedacht: “Ander huis, spullen en geld verdelen, alimentatie regelen. We nemen een mediator in de arm. Die begeleidt ons wel door de procedure. Verder moet het in onze situatie niet al te ingewikkeld zijn.” Denkt ze. Een vergelijkbare situatie heeft waarschijnlijk iedere adviseur in zijn of haar praktijk al eens aan de hand gehad. Ogenschijnlijk een ‘standaardsituatie’ dus. En zoals zo vaak blijkt ook bij Ellen en Frank de praktijk weerbarstiger. Na een korte bestudering van de situatie adviseert de mediator Ellen en Frank om een financieel adviseur in te schakelen. Laten we de financiële positie van het stel eens nader tegen het licht houden, zodat duidelijk wordt waarom. Ellen (36 jaar) en Frank (39 jaar) zijn vijftien jaar geleden getrouwd zonder huwelijkse voorwaarden, dus in gemeenschap van goederen. Frank heeft een mooie carrière gemaakt. Hij werkt sinds 1999 bij D-Dot en verdient een jaarsalaris 36
Het Verzekeringsblad nummer 11 - 16 september 2010
van € 83.000. Frank heeft een ouderdomspensioen opgebouwd van € 8800. Het nabestaandenpensioen is op risicobasis. Ellen is na de geboorte van hun dochter Anne in 1997 parttime gaan werken. Haar inkomen bedraagt € 17.000 per jaar. Haar opgebouwde pensioen bedraagt inmiddels € 1160. In 2000 is hun tweede kindje Bart geboren. In 1997 hebben ze hun eerste huis gekocht. En in 2002 verhuisden ze naar hun tweede woning. De waarde van dat huis is momenteel circa € 440.000. Er rust € 245.000 box 1-hypotheek op. Frank is nog altijd erg blij met het huis en wil er graag blijven wonen. Voor de aflossing hebben ze destijds een spaarverzekering gesloten. De waarde daarvan bedraagt momenteel € 31.300. Er is in totaal € 22.600 aan premie betaald. Deze verzekering voorziet in een uitkering bij overlijden van € 185.000 op beide levens. Omdat de pensioenvoorziening voor Frank niet optimaal was, heeft hij in 1997 een lijfrenteverzekering gesloten op beleggingsbasis. De huidige waarde bedraagt € 56.000. Ook hebben Ellen en Frank zo’n € 20.000 op hun spaarrekening staan.
Uitdaging De grote uitdaging voor de financieel adviseur is om de situatie en de (on)mogelijkheden voor de klant inzichtelijk te maken. Dit doel wordt het best bereikt door de opties per onderdeel te analyseren en in begrijpelijke taal te verwoorden. Dit houdt in dat details die slechts geringe financiële betekenis hebben, soms buiten beeld blijven. Vervolgens moet worden bekeken of uitruil tussen de onderdelen handig of wenselijk is.
Vermogensbestanddelen beoordelen Het uitgangspunt bij een echtscheiding zonder huwelijkse voorwaarden is dat ieder van de partners de helft van het totale vermogen (bezit minus schulden) toegewezen krijgt. Eerst moeten de vermogensbestanddelen per onderdeel beoordeeld worden. Op basis van de huidige inkomens en de toekomstige situatie wordt vastgesteld in welke mate er een bijdrage van de een aan de ander moet worden verstrekt (alimentatie).
Vrij vermogen en overig bezit Beiden krijgen € 10.000 van de spaarrekening. Over de verdeling van de roerende zaken worden ze het eens. Dit gebeurt ook naar evenredigheid.
Woning en hypotheek Frank wil in de huidige woning blijven wonen. De overwaarde van € 195.000 moet verdeeld worden op het moment van scheiding. De zogenoemde uitkoopsom bedraagt € 97.500. De spaarverzekering is verpand, maar dient wel te worden verdeeld. Frank moet € 15.650 aan Ellen voldoen.
Pensioen Zowel Frank als Ellen heeft een nabestaandenpensioen op risicobasis. Dit vervalt dus na de echtscheiding. Het opgebouwde ouderdomspensioen dient te worden verdeeld. Dit is in beginsel eenvoudig, omdat het uitgangspunt is dat van het opgebouwd pensioen beiden de helft tegemoet kunnen zien. Er dient echter wel een keuze te worden gemaakt over de wijze waarop de verdeling tot stand komt: verevenen of conversie?
‘Bij verdeling van het ouderdomspensioen kiezen tussen verevenen of conversie’ Bij verevening blijft de ouderdomspensioensituatie gelijk. Alleen zal de uitkering door de pensioenuitvoerder op 50-50 basis (of een andere verhouding) worden gedaan. Dit vindt plaats vanaf de datum waarop het pensioen van de verzekerde ingaat. Bij conversie wordt ook op pensioengebied definitief afscheid van elkaar genomen: ieder krijgt een zelfstandig recht op het ouderdomspensioen dat ingaat op de pensioendatum van elk van de ex-partners afzonderlijk. Emotioneel is dat prettig, maar er zitten ook nadelen aan. De consequenties van de keuzemogelijkheden moeten helder in beeld worden gebracht. (Overigens is voor conversie toestemming nodig van beide partners en moet de pensioenuitvoerder mee willen werken).
Lijfrente Inkomen Mede gezien de drukke baan van Frank, wordt besloten dat de kinderen bij Ellen gaan wonen. Frank betaalt € 4200 alimentatie per kind per jaar. Aan Ellen betaalt hij jaarlijks € 17.000 partneralimentatie gedurende de komende twaalf jaar. Deze regeling is in overleg met de mediator tot stand gekomen.
De lijfrenteverzekering is een ‘spaarvoorziening’ opgebouwd uit gezamenlijk vermogen. Dus ook deze voorziening zal moeten worden verdeeld. De verzekering blijft bij Frank, zodat hij de helft aan Ellen moet betalen. De premie is fiscaal aftrekbaar, zodat over de uitkering nog belasting moet worden betaald. Na pensionering betaalt Frank waarschijnlijk ongeveer 25% belasting Het Verzekeringsblad nummer 11 - 16 september 2010
37
(zeker gezien het verdeelde ouderdomspensioen). De waarde van de polis wordt gesteld op € 42.000 (75%). Frank moet € 21.000 aan Ellen voldoen.
Financiële conclusie
Dé grootste intermediair glasverzekeraar van Nederland
Frank moet in totaal € 134.150 aan Ellen betalen. Hoe gaat hij dat financieren? Frank ziet de oplossing in verhoging van de hypotheek. Die komt dan rond € 380.000. Met zijn salaris van € 83.000 moet dat toch mogelijk zijn? Maar dat valt tegen. Om te beginnen verlaagt de te betalen partneralimentatie zijn inkomen. Daarnaast financiert hij € 36.650 consumptief. De maximale hypotheek komt voor hem op een bedrag van rond € 310.000. Een mogelijke oplossing is te vinden in het afkopen van de kapitaalverzekering. Omdat deze nog geen vijftien jaar loopt, voldoet deze niet aan de voorwaarden voor onbelaste uitkering. Er zal belastingheffing plaatsvinden van € 3741. Frank en Ellen ontvangen allebei € 13.780 uit deze verzekering. De benodigde hypotheek daalt daarmee naar circa € 365.000, waarvan € 21.650 consumptief. Op basis van de CHF-norm kan Frank bij deze uitgangspunten zo’n € 380.000 aan hypotheek krijgen. Op deze manier kan de situatie in financieel opzicht naar wens worden ingevuld.
Overlijdensrisico Daarmee zit het werk voor de financieel adviseur er nog niet op. Ellen loopt immers een fors financieel risico, mocht de situatie zich voordoen dat Frank voortijdig komt te overlijden. De alimentatie valt dan immers weg. Bovendien hebben we gezien dat er na de scheiding geen recht meer bestaat op een nabestaandenpensioen. Dat betekent een directe inkomensteruggang van ruim € 18.000 netto! Ellen is dus ten zeerste te adviseren om een overlijdensdekking te sluiten op het leven van Frank. Inkomensrisico’s zijn er overigens ook in het geval Frank werkloos of arbeidsongeschikt raakt. De alimentatie zal dan immers herbeoordeeld worden en lager uitvallen.
Midglas NV Postbus 3232 - 4800 DE Breda Tel: 076-522 44 77 -
[email protected]
www.midglas.nl 38
Het Verzekeringsblad nummer 11 - 16 september 2010
Maar ook voor Frank kan er nog een ongewenst effect na zijn overlijden optreden. Immers, hun kinderen zijn wettelijke erfgenamen. Mocht vervolgens één van deze kinderen eerder overlijden dan Ellen, dan is zij als moeder (gedeeltelijk) erfgename (omgekeerd geldt dit evenzo). Na een echtscheiding willen partners dit doorgaans absoluut niet. Het is dan ook raadzaam om dit bij testament vast te leggen. Er zitten dus veel meer aspecten aan de financiële afwikkeling van een echtscheiding dan de meeste mensen denken. En elk van die onderdelen is op zich erg complex.
7/: +2%$)%4
%%. 34%6)' &5.$!-%.4 3)-0%, 3.%, %. 3#(%20 )NTER"ANK BIEDT U EEN INTERESSANT PRODUCT HET 7/: KREDIET %EN MOOI ALTERNATIEF VOOR DE TWEEDE HYPOTHEEK 5 PROl TEERT VAN EEN LANGE DOOR LOPENDE PROVISIE %R WORDEN GEEN DOSSIERKOSTEN IN REKENING GEBRACHT EN U REGELT EEN 7/: KREDIET IN WEINIG TIJD (IERDOOR KUNT U UW KLANT SNEL VAN DIENST ZIJN MET EEN PRODUCT MET EEN LAGE RENTE :O WERKT U AAN EEN STEVIG FUNDAMENT VOOR UW ONDERNEMING EN EEN SOLIDE RELATIE MET UW KLANTEN -EER WETEN +IJK OP WWWINTERBANKNL
)NTER"ANK IS ONDERDEEL VAN #RÏDIT !GRICOLE 'ROEP
LIF E C YC LE
Een oude dag moet je plannen! Als financiële planning staat voor het matchen van wensen en financiële mogelijkheden, dan is de oudedagsvoorziening de financieringbron voor veel wensen. Meestal wordt vergeten dat die oudedagsvoorziening zelf ook voortdurend om aandacht vraagt. Door: Paul Zijdenbos, senior stafjurist Nationale-Nederlanden
G
eneraties zijn opgegroeid in vaste structuren. Huisje, boompje, beestje. Vroeger was de kostwinner financieel verantwoordelijk voor het gezin. Als werknemer was je loyaal aan je werkgever. De overheid zorgde voor je AOW-uitkering; de werkgever voor de aanvulling tot een goed pensioen. Pensioen was ingewikkeld en meestal nog ver weg. Niet iets om je mee bezig te houden. Pensioeninformatie werd netjes opgeborgen. Voor later. Voor veel zelfstandigen zat het pensioen ‘in de zaak’. Meestal werd het pas na verkoop van de onderneming bij een verzekeraar ondergebracht. Op de pensioenleeftijd – 65 jaar – was je oud en stopte je als vanzelfsprekend met werken. Met de introductie van VUT-regelingen en prepensioen raakte werkend Nederland gewend aan een korter werkzaam leven: stoppen op 57 of 58 jaar werd gewoon. Met een mooie overbrugging naar het pensioen. Dit gaf voeding aan de ge-
40
Het Verzekeringsblad nummer 11 - 16 september 2010
dachte dat vroeg stoppen met werken het hoogste streven was. In die beeldvorming trok elke gepensioneerde met caravan langs de witte stranden van Zuid-Frankrijk en Spanje, op weg naar het grote genieten. Ondertussen is er wel iets veranderd. Nederland kent nu een grote variëteit aan samenlevingsvormen. De baan voor het leven is vervangen door een grotere bereidheid om van werkgever te veranderen, voor leuker werk maar ook voor een betere beloning. In het laatste geval leidt overstappen vaak tot de bekende pensioenbreuk. Vanwege de oplopende pensioenkosten hebben werkgevers gaandeweg eindloonsystemen verruild voor middelloon- en beschikbarepremieregelingen.
Vergrijzing Door de vergrijzing dreigt het sociale vangnet (zorg, AOW, pensioen) onbetaalbaar te worden. De ambities moeten worden bijgesteld. Nederlanders moeten meer en langer gaan werken. Zo zijn vijf jaar geleden de ‘eerder stoppen met werkenregelingen’ weer afgeschaft; de standaard werd opnieuw 65 jaar. De genomen maatregelen zijn echter niet voldoende om de problemen het hoofd te bieden. Er wordt gesproken over het verlagen van het Witteveen-kader en het aftoppen van pensioengevende salarissen. De nieuwe norm wordt 67 jaar. De bereidheid van sociale partners om in die nieuwe norm mee te gaan, blijkt uit het Pensioenakkoord 2010. Werknemers zijn gezonder
en worden daardoor ouder; de stijgende levensverwachting doet daardoor een extra duit in het zakje. De impact van de recente crisis versterkt de trend. Het besef dat een crisis op de financiële markten tot een wereldwijde economische recessie kan leiden, doorwerkend in de portemonnee van iedereen – van werknemer, ondernemer en gepensioneerde – wordt als nieuw en schokkend ervaren. Soms vrijwillig maar vaak ook gedwongen kiezen opmerkelijk veel werknemers voor een bestaan als ‘zelfstandige zonder personeel’. Het werk gaat ze meestal goed af. Dat er daarnaast nog tal van zaken geregeld moet worden, blijft vaak onderbelicht. Deze ontwikkelingen leiden op hun beurt tot vergaande verandering. De financiële sector wordt hervormd maar, belangrijker, streeft er ook naar om zichzelf te hervormen. Van aandeelhouders- naar klantperspectief. Van complexiteit naar transparantie en eenvoud. De gedachte breekt door dat doorwerken geen vies woord is, zeker niet in deeltijd. En dat 65 of zelfs 67 jaar nog niet oud is.
Deeltijdpensioen Langer actief zijn is misschien wel het middel om echt – gelukkig – oud te worden. Dat alles vraagt om flexibeler dienstverbanden maar ook om flexibeler oudedagsvoorzieningen: deeltijdpensioen en meer vrijheid om te bepalen wanneer de AOW- en pensioenuitkering moet starten. De droom van witte stranden wordt verdrongen door de wens om gewoon meer tijd met de kleinkinderen door te brengen. Pensioen wordt meer: “de dingen kunnen blijven doen die je al graag deed”. Het dringt door dat ook aan een oudedagsvoorziening risico’s kunnen kleven. Geleidelijk wennen mensen aan de bijgestelde ambities. Tegen de financiële gevolgen van het oud worden, kun je je verzekeren. Het Nederlandse driepijlersysteem kent een uitgebalanceerd samenspel van maatschappelijke, collectieve en eigen verantwoordelijkheid. AOW, collectieve en individuele pensioenregelingen en lijfrenteverzekeringen dekken op basis van solidariteit allemaal het langlevenrisico (tot het overlijden) volledig af. Voor alle drie geldt dat de opbouw is uitgesmeerd over een periode van 40 tot 50 jaar. Inhaalregelingen zijn mondjesmaat aanwezig; een gemiste opbouw laat zich moeilijk inlopen. Je moet dus wel meedoen en ook mee blijven doen. Voor alle pijlers geldt het principe van de omkeerregel: belasting wordt pas geheven als de voorziening tot uitkering komt. Werkgeversbijdragen aan pensioenregelingen blijven onbelast; werknemersbijdragen en lijfrentepremies zijn aftrekbaar. Aan deze faciliteiten is wel de voorwaarde van ‘gebonden doelsparen’ verbonden: wat in de pot wordt
gestort, blijft in de pot, tot de uitkering mag beginnen. Eerder aan de pot komen, wordt fiscaal zwaar afgestraft of is juridisch gewoon verboden. De derde pijler was traditioneel het werkterrein van verzekeraars. Om de concurrentie binnen deze pijler te bevorderen, mogen banken sinds 2008 lijfrenterekeningen aanbieden onder dezelfde fiscale condities als verzekeringsproducten.
‘Door de vergrijzing dreigt het sociale vangnet onbetaalbaar te worden. De ambities moeten worden bijgesteld’ Voor wie met de beperkingen weet om te gaan, kunnen deze rekeningen prima als aanvulling worden ingezet. Anders dan met verzekeringsproducten kan met bancaire producten het langlevenrisico immers nooit volledig worden afgedekt. Dat geldt overigens ook voor het kortlevenrisico. Vanzelfsprekend kunnen ook de eigen onderneming, de woning en andere bezittingen bijdragen aan een verzorgde oude dag. Als oudedagsvoorziening bieden zij echter minder zekerheid. Maar het is een keuze. Een keuze die ieder voor zich moet maken.
Eigen verantwoordelijkheid Wat achterblijft in de ontwikkelingen is het pensioenbewustzijn, het bezig zijn met die keuzes voor de oude dag. Velen laten de mogelijkheden voor het aanvullen van de oudedagsvoorziening onbenut. De eigen verantwoordelijkheid laat te wensen over. Gelukkig zijn er ook op dit punt ontwikkelingen. Het Uniform Pensioenoverzicht (UPO) en vooral het pensioenregister moeten overzicht geven van wat er is opgebouwd. Een verbeterde communicatie moet ervoor zorgen dat aan de grote hoeveelheid informatie de juiste betekenis wordt gegeven. Daarvoor zijn eenvoudige vertalingen nodig van complexe vraagstukken. Zoals bijvoorbeeld ‘het getal’ van Nationale-Nederlanden, dat staat voor het bedrag dat nodig is om de pensioenpot gevuld te krijgen. De hoop is dat iedereen zich eenvoudige vragen gaat stellen. Wat heb ik nu? Wat krijg ik straks? Ben ik daar tevreden mee? Zo nee, wat doe ik daaraan? En wie gaat me daarbij helpen? Het risico om in goede gezondheid oud te worden, is misschien wel het mooiste van alle risico’s. Financieel verzorgd oud worden, vraagt een grote mate van betrokkenheid en af en toe een beetje actie. Wie dat weet te plannen, is een rijk mens. Het Verzekeringsblad nummer 11 - 16 september 2010
41
LIF E C YC LE
gepland
Financieel overlijden
De meeste mensen denken liever niet na over hun overlijden, laat staan over het verlies van een dierbare. Toch is het onderwerp van belang in de financiële planning, want de gevolgen voor de achterblijvers kunnen groot zijn. De opbouw van een vertrouwensband met de klant is cruciaal bij het bespreken van de nabestaandenplanning. Door: Barry Goedhart, directeur/financieel planner, Goedhart Finance BV
D
e één noemt het nabestaandenplanning, de ander estate planning. Welke naam er ook aan gegeven wordt, de dood blijft een gevoelig onderwerp waar lang niet iedereen even gemakkelijk over praat. Toch is het van belang over dit soort zaken na te denken. In de praktijk is het ‘wie dan leeft, wie dan zorgt’-principe nog vaak van toepassing, wat tot schrijnende gevallen kan leiden. Voordat dieper op het onderwerp en de bijbehorende emoties kan worden ingegaan, zal eerst een vertrouwensband tussen de adviseur en de
‘Het beste advies in fiscaal opzicht ziet er vaak anders uit dan het advies dat het beste aansluit bij de wensen’ klant (en wellicht de eventuele nabestaanden) moeten ontstaan. Zijn de kinderen van een klant volwassen, dan kan het verstandig zijn om het onderwerp in eerste instantie via hen aan te kaarten. Wanneer er iemand in de omgeving ernstig ziek is of is komen te overlijden, wordt het onderwerp vaak anders bekeken door de klant en zal het makkelijker bespreekbaar zijn. Een belangrijk onderdeel van nabestaandenplanning is het in kaart brengen van de huidige situatie. Tijdens deze inventarisatie moet dieper 42
Het Verzekeringsblad nummer 11 - 16 september 2010
worden ingegaan op het testament, de huidige vermogens- en inkomenspositie, het bestaande en verwachtte uitgavenpatroon en de wensen van de achterblijvende partner. Daarbij is het belangrijk antwoord te krijgen op een aantal vragen. Blijft de achterblijvende partner in hetzelfde huis wonen? Zijn er kinderen die verzorgd moeten worden, waardoor er minder kan worden gewerkt? Is er behoefte aan extra middelen voor bijvoorbeeld kinderopvang? Gaat de partner terug naar het geboorteland, waardoor deze van een lager inkomen kan rondkomen? Tijdens dat gesprek kunnen gevoeligheden naar voren komen, zoals het recent overlijden van een naaste. Dat kan veel emoties bij de klant teweeg brengen, waardoor deze misschien geneigd is een zo hoog mogelijke verzekering af te sluiten. Er ligt een taak voor de adviseur om de situatie zo objectief mogelijk in kaart te brengen en geen misbruik te maken van deze emoties.
Successierecht Om een goed advies te kunnen geven, moet de adviseur gedegen kennis hebben van het huidige en oude successierecht. Een testament uit het verleden kan door de oprenting (de bijtelling van de rente bij de vordering die de kinderen op de nabestaanden hebben) aanmerkelijke gevolgen hebben voor de heffing op de nalatenschap van de langstlevende. Er is op dit gebied de afgelopen jaren veel veranderd. Een belangrijke recente wijziging is de vervanging van de oude uitgebreide fiscale staffel door
een tweetal tarieven (10 en 20%) bij overlijden, die een grotere invloed hebben op schenkingen tijdens leven. Helaas komt het regelmatig voor dat de langstlevende partner onverwacht wordt opgezadeld met een bedrag aan voor te schieten successierecht voor de kinderen. Stel dat in een gezin met twee kinderen een van de ouders overlijdt en er geen testament is. Bij een erfenis van € 300.000, moet dan ineens € 16.200 op tafel gelegd worden. Geld dat vaak in ‘de stenen’ zit. Een eenvoudige manier om dit te voorkomen, is het beperken van de erfenis van de kinderen tot het bedrag van de vrijstelling. Om een en ander te bewerkstelligen is een juiste communicatie met het notariaat wat betreft het opstellen van testamenten van belang.
Sociale wetgeving Daarnaast moet de financieel planner voldoende kennis hebben van de sociale wetgeving (onder andere Anw) en van pensioenregelingen. Denk bij dat laatste vooral aan de gevolgen van een nabestaandenpensioen op risicobasis als de cliënt wordt ontslagen na langdurige ziekte. Dit komt dubbelhard aan: de persoon in kwestie zit zonder baan én komt wellicht niet in aanmerking voor een overlijdensrisicoverzekering vanwege acceptatieproblemen.
Advies opstellen Als alles is geïnventariseerd, kan een advies worden opgesteld. Daarbij moet de adviseur niet alleen kijken naar wat financieel de beste optie is, maar ook de wensen en gevoelens meenemen van de partner en kinderen. Het beste advies in fiscaal opzicht ziet er vaak anders uit dan het advies dat het beste aansluit bij de wensen. De uitwerking van een estate plan verdient aandacht (zie p. 44). Ook de tussentijdse verslaglegging en documentatie is belangrijk. Om te zorgen dat eventuele nabestaanden op de hoogte
zijn van de wensen van de klant en zijn gedachtegang begrijpen. Maar ook om aansprakelijkheidstellingen te voorkomen als nabestaanden andere gedachten hebben dan de wensen die de overledene kenbaar had gemaakt. Bij de dekking van een eventueel overlijdensrisico dient de adviseur niet alleen te kijken naar de gevolgen voor het inkomen. Het is ook van belang te weten of de klant wil dat nabestaanden interen op het opgebouwde familievermogen. Denk daarnaast aan de begrafeniskosten. Een vrij uitgebreide begrafenis kost circa € 12.000. Kosten die tegenwoordig niet meer aftrekbaar zijn als buitengewone uitgaven voor de inkomstenbelasting. Een estate plan heeft net als een ieder ander financieel plan regelmatig onderhoud nodig. De wetgeving en sterftetafels veranderen regelmatig, maar ook de situatie en wensen van uw klant veranderen. Kleinkinderen worden geboren, klanten schenken geld, hun vermogen slinkt of groeit of de tarieven van overlijdensrisicoverzekeringen wijzigen drastisch. Een ding is zeker in het leven, en dat is de dood. Zorg ervoor dat u de nabestaanden van uw relatie niet opzadelt met een financieel drama. Maak een gedegen planning en schakel experts van buitenaf in als u er niet uit komt.
Het Verzekeringsblad nummer 11 - 16 september 2010
43
Uitgangspunten voor een estate plan Algemeen In dit onderdeel wordt het belang van een estate plan genoemd, er wordt aangegeven wie de adviseur is, wat zijn rol is en wat de klant van de adviseur kan verwachten.
Inventarisatie In de inventarisatie wordt een beknopte opsomming gegeven van onder andere: t de gezins- en familiesituatie; t de huwelijksvermogensrechtelijke positie; t de huidige erfrechtelijke afspraken (testamenten e.d.); t de huidige vermogenssituatie en een indicatie van de vermogensrisico’s op basis van de assetallocatie; t de huidige inkomenssituatie en het huidige netto besteedbaar inkomen; t (indien van toepassing) informatie over de eigen onderneming.
Wensen en doelstellingen Hier worden de belangrijkste wensen en doelstellingen van de klant weergegeven met behulp van de volgende vragen: t Aan wie moet het vermogen vererven en wie krijgt bijzondere bezittingen toebedeeld? t Wat dient er te gebeuren met de eigen onderneming? t Wat dient het netto besteedbaar inkomen te zijn van de nabestaanden na overlijden? t Wanneer mogen nabestaanden/erven aan het vermogen komen? Bij kinderen bijvoorbeeld na een bepaalde leeftijd. t Welke verplichtingen worden aan nabestaanden/erven opgelegd? Denk aan bijvoorbeeld legaten. t Wat zijn de doelstellingen wat betreft overdracht van de onderneming (aan wie, welke termijn)? t Wat zijn de wensen met betrekking tot de begrafenis?
Nabestaandenplanning In dit onderdeel worden de nabestaandenvoorzieningen besproken en wordt daarover een advies gegeven. Daarbij wordt bekeken of ze voldoende zijn of er een aanvulling dient te komen of dat er polissen zijn die kunnen komen te vervallen. Er wordt inzichtelijk gemaakt welke voorzieningen er zijn en wanneer deze tot uitkering komen en eventueel ook weer eindigen. In dit kader worden ook het netto besteedbaar inkomen bij overlijden weergegeven en de gedachten van de nabestaanden over de zorg voor kinderen, bijvoorbeeld met betrekking tot kinderopvang. Bij de nabestaandenplanning wordt ook stilgestaan bij onder andere de hypotheekrenteaftrek, de risico’s die nabestaanden willen lopen op de beleggingen en de wens om al dan niet de onderneming voort te zetten in het bestuur, als directeur of als ondernemer.
Nalatenschapsplanning In dit onderdeel wordt besproken op welke wijze de vermogens het beste over kunnen gaan op de erven. Dit kan gebeuren door gebruik te maken van testamenten of door schenkingen. De fiscaliteit van het overdragen van de vermogens wordt besproken, maar ook de gevolgen van te veel beperkingen in een testament. Ook kunnen in dit onderdeel overdrachten van de onderneming worden besproken.
Conclusie en samenvatting Hier worden de actiepunten benoemd en wordt een tijdsplanning gemaakt.
Bijlagen Gespreksverslagen met notaris, fiscalist en accountant indien van toepassing. Afhankelijk van de situatie kan het zijn dat er op bepaalde deelgebieden specialisten nodig zijn om het plan uit te werken en vorm te geven. De gespreksverslagen of conclusies van deze overleggen worden als bijlage bij het plan gevoegd. 44
Het Verzekeringsblad nummer 11 - 16 september 2010
Er is een ‘nieuwe’ bank in Nederland. WestlandUtrecht Bank. Een bank die een frisse wind door bankenland laat waaien. Voor onafhankelijke denkers en doeners, mensen die durven dromen, die vooruit willen. Een bank om mee te praten. WestlandUtrecht Bank is geen gewone bank. Producten voor de grotere belangen, daarin zit onze kracht. Hypotheken met daaraan verbonden effecten bijvoorbeeld. Geen standaardwerk, maar producten die een advies op maat vragen. Dat betekent: luisteren en praten. En dan met de juiste oplossing komen.
Ook als het lastig wordt. Dat kunnen we niet alleen. Daarvoor hebben we u nodig. Hypotheken bieden we dus exclusief aan via intermediairs en financieel adviseurs. Een ondernemende bank voor actieve Nederlanders. Overzichtelijk van omvang, toegankelijk, met korte lijnen. Een bank waarmee u kunt praten. WestlandUtrecht Bank. Kijk voor meer informatie op www.westlandutrechtbank.nl of neem contact op met uw accountmanager.
nieuw leven: “...U wilt graag uw beloningsvorm afstemmen met uw klant? Geen probleem!”
Welke beloningsvorm u ook afspreekt met de klant voor uw advies, bij Erasmus Leven is elke vorm mogelijk. Bij onze vertrouwde koopsomproducten Garantie Plan, Lijfrente Inkomens Plan en Lijfrente Opname Plan kunt u zelf kiezen voor een beloningsvorm. Of het nu is op fee basis met netto tarief, een vast bedrag provisie of een percentage provisie. De keus is aan u en uw klant! Meer weten over onze provisieschuif? Kijk op www.erasmusleven.nl/uwbeloning.
Erasmus Leven, midden in het leven Erasmus Leven is een flexibele levensverzekeraar met het solide Delta Lloyd achter ons. Wij staan voor een persoonlijke benadering, korte lijnen en een hoog service niveau. En voor moderne levenproducten die er toe doen. Erasmus Leven staat meer dan ooit midden in het leven. Van het intermediair en van de klant.
midden in het leven
erasmusleven.nl
Erasmus Leven is een handelsnaam van Delta Lloyd Levensverzekering NV
D E B O EK ENPLANK
De Boekenplank Financiële planning voor de particulier
A. de Koning en P. Koevoet
“Ik geef het geld liever uit”. Hoe vaakt hoort u dat? Geld uitgeven is nu eenmaal leuker dan het bewaren. Uit onderzoek van het Nibud blijkt dat veel Nederlanders dit vinden. Lang niet iedereen bewaart dus een appeltje voor de dorst! Maar het is toch wel prettig het inkomen zodanig te plannen dat er voldoende inkomen is en blijft, ongeacht wat er gebeurt. Daarover gaat dit boek. In ‘Financiële planning voor de particulier’ vindt u alle informatie om cliënten over een evenwichtige inkomensplanning te adviseren. 276 pag. | Academic Services | ISBN 978 90 39 52551 7
Compendium Financiële Planning
Baard en Van den Dool (red.)
Deze maand verschijnt de eerste editie van het Compendium Financiële Planning. Dit compendium richt zich in de eerste plaats op studenten die zich voorbereiden op het (half)jaarlijks examen van de Federatie Financiële Planners (FFP). Daarnaast is het zeer goed te gebruiken voor de jaarlijks terugkerende bijeenkomsten in het kader van de permanente educatie. Maar ook als naslagwerk voor iedere adviseur die zich in meer of mindere mate met financiële advisering bezighoudt, zoals financieel planners, belastingadviseurs, accountmanagers bij banken en verzekeringsmaatschappijen, hypotheekadviseurs en (kandidaat)notarissen. Het boek biedt zowel de theoretische basis als praktische elementen, soms uitgewerkt in voorbeelden. 840 pag. | Kluwer | ISBN 978 90 13 07568 7
Life Planning
G. Kinder Een beetje een controversieel boek is het wel: Life Planning van George Kinder. De een zal het afdoen als ‘geitenwollen-sokken-praat’. De ander zal er mee weg lopen. De auteur – zelf financial planner van beroep – laat in Life Planning zien hoe al onze beslissingen met betrekking tot geld gebaseerd zijn op bepaalde gevoelens. Al lezende groeit het besef hoeveel emoties financiele beslissingen oproepen. auteur als financieel adviseur. De zogenoemde ‘Life planning’ is hieruit ontstaan. Hierbij laat de auteur zijn clienten ontdekken welk levensdoel men als passie heeft en helpt hij hen met het ontwerpen van een financiele structuur om dit te realiseren 338 pag. | Uitgeverij Rozhanitsa | ISBN 978 90 79 24910 7
Het Verzekeringsblad nummer 11 - 16 september 2010
47
MARK TO ND E R ZO E K
Consumenten verzekeren zich een slag in de rondte. Op deze manier worden risico’s afgedekt, zodat zij financieel geen grote strop hoeven te vrezen. Een punt dat bij veel consumenten echter buiten beschouwing blijft, is het maken van een goed financieel plan, waarmee het risico van een veel te laag inkomen of vermogen op latere leeftijd kan worden afgedekt. Een risico dat in feite voor velen aanmerkelijk reëler is dan bijvoorbeeld het risico van een juridisch conflict met de werkgever of het veroorzaken van een ernstig ongeval. Waarom is financiële planning dan niet de ‘booming business’ die je wellicht wel zou mogen verwachten. Door: Michel van der List, GfK Panelservices Benelux B.V.
Consument gebruikt
nauwelijks een financieel plan
48
Het Verzekeringsblad nummer 11 - 16 september 2010
Belang onderwerpen
D
e persoonlijke situatie van de consument is van tijd tot tijd aan veranderingen onderhevig. Deze veranderingen kunnen vanzelfsprekend effect hebben op de financiële situatie. Een huwelijk, de geboorte van een kind, arbeidsongeschiktheid, ontslag; deze lukrake greep uit het scala aan situaties waar iemand voor kan komen te staan, geeft enerzijds de diversiteit van deze situaties aan. Anderzijds geeft het ook aan dat bepaalde belangrijke zaken onvrijwillig kunnen voorkomen. Arbeidsongeschiktheid en ontslag, maar ook bijvoorbeeld een overlijden of het genoodzaakt zijn tot het opnemen van zorgverlof voor een dierbare die ernstig ziek is, zijn niet zozeer keuzes als wel zaken die iemand kunnen overkomen.
Financiële planning Een financieel planner kan berekenen wat de gevolgen van bepaalde gebeurtenissen zijn voor het inkomen en het vermogen. Op deze manier kan deze financieel planner berekenen hoe de financiële toekomst van de klant eruit ziet en welke acties deze eventueel zou moeten ondernemen om bepaalde risico’s te verkleinen. Voor u als lezer van het Verzekeringsblad is dit geen nieuws. Voor veel consumenten echter wel. Liefst 45% van de Nederlandse consumenten geeft aan niet bekend te zijn met bovengenoemde werkzaamheden van een financieel planner. Met name jongeren (in dit onderzoek gedefinieerd als 20tot 29-jarigen) zijn onbekend met het fenomeen ‘financieel planner’; liefst 59% van deze doelgroep antwoordt ontkennend op de vraag of zij voorafgaand aan dit onderzoek bekend waren met wat een financieel planner doet. Maar wees eens eerlijk: gebruikt u ooit sorghum als u schapenvlees bereidt? Dat is lekker hoor! Heeft u de laatste CD van Darrell Scott al gehoord? Die is goed hoor! Heeft u het nieuwe boek van Irvin Yalom al gelezen? Dat is mooi hoor! Maar wat men niet kent, dat gebruikt men ook niet, zelfs niet als het heel lekker, goed, mooi of in het geval van financiële planning nuttig kan zijn. Wat was is nu prettiger dan financiële zekerheid? Een op het oog retorische vraag, waar echter wel een passend antwoord op is.
Liever geld dan vrije tijd Belangrijker dan financiële zekerheid is namelijk een goede gezondheid. Van vijf onderwerpen (fi-
Nieuwe dingen leren
4.5% 2.5%
Leuke sociale omgeving
7.6%
Voldoende vrije tijd 5.0%
10.0%
57.3%
25.7%
22.9%
12.6%
34.1%
24.7%
23.9%
33.8%
74.5%
Goede gezondheid
10.4%
Financiële zekerheid
0%
10%
30%
24.4%
40%
6.7% 2.9% 1.0%
14.9%
45.2%
20%
10.2%
25.3%
50%
Belangrijkste onderwerp
3e belangrijkste onderwerp
2e belangrijkste onderwerp
4e belangrijkste onderwerp
60%
70%
12.2%
80%
90%
7.6%
100%
Minst belangrijke onderwerp
Figuur 1. Belang van o.a. financiële zekerheid guur 1) die aan ruim 12.000 respondenten voorgelegd werden, geeft liefst driekwart van de respondenten aan dat een goede gezondheid het allerbelangrijkste onderwerp is. Dit is belangrijker dan een leuke sociale omgeving (8%), voldoende vrije tijd (5%) en het leren van nieuwe dingen (3%).
Met name 20- tot 29-jarigen zijn onbekend met het fenomeen ‘financieel planner’ Op de tweede plaats staat met 10% echter wel de financiële zekerheid. Naast een goede gezondheid, zijn consumenten dus vooral op zoek naar financiële zekerheid. Financiële zekerheid, die een financieel planner als geen ander kan beoordelen en bijsturen. En hierbij geldt: hoe jonger iemand is, des te meer is er nog te plannen en bij te sturen. Met name voor jongeren kan het dus bijzonder interessant zijn om een financieel plan te laten maken.
Twintigers De verschillen tussen verschillende levensfasen zijn hierbij opvallend (figuur 2). Van de twintigers geeft namelijk ‘maar’ 58% aan dat een goede gezondheid het belangrijkste is. Voor 15% van de jongeren staat een leuke sociale omgeving op de eerste plaats, 12% kiest voor financiële zekerheid als grootste goed. De verschillen in beleving tussen jongeren en de rest van Nederland zijn dus Het Verzekeringsblad nummer 11 - 16 september 2010
49
groot en het belang van financiële zekerheid is voor jongeren iets groter dan voor de rest van Nederland.
10.4% Financiële zekerheid 12.2%
74.5% Goede gezondheid
Rol financieel plan
58.0%
5.0% Voldoende vrije tijd 8.8%
7.6% Leuke sociale omgeving 15.4%
2.5%
NL Totaal
Nieuwe dingen leren
Twintigers
5.7% .0%
10.0%
20.0%
30.0%
40.0%
50.0%
60.0%
70.0%
80.0%
Figuur 2. Verschillen tussen twintigers en de rest van Nederland
+"!%*%"'%( )"","" $ ""%
Een wereld te winnen Financiële planning is voor veel consumenten dus om uiteenlopende redenen geen optie. De voornaamste reden blijkt eenvoudigweg de onbekendheid van financiële planning an sich; de helft van de Nederlanders kent het niet. Daarnaast is ongeveer een kwart van de Nederlanders wel bekend met het fenomeen, maar ziet hier geen meerwaarde in. Het kan een schone taak van financieel planning professionals zijn om meer ruchtbaarheid aan de mogelijkheden en de meerwaarde van hun beroep te geven. Want slaagt men hier in, dan leert een eenvoudige rekensom dat de klandizie kan verviervoudigen; geen handel die de gemiddelde adviseur zomaar wil later liggen.
'*")%!#" *%##%%*"'$ """&
'*""#!" *%##%%*"'$ """&
)"''((%#!" ,"" $ "' '"!"
+%&&&"#'#!" ,"" $ "'"!"
"%&
.-/#' /*"'%&
'"'"!""
Figuur 3. Rol financiële planning
50
##"''","" $ ""%#"" )&'
Het Verzekeringsblad nummer 11 - 16 september 2010
Waarom dan toch geen financieel plan? (figuur 3) Voor veel jongeren is het antwoord hier zoals eerder aangegeven: ze weten eenvoudigweg niet van het bestaan van financieel planners. Van degenen die wel bekend zijn met financieel planners, geeft – net als bij de totale steekproef – het merendeel aan nog geen financieel planner te hebben gebruikt. Voornaamste reden hiervoor is het gebrek aan meerwaarde dat financieel planners volgens deze consumenten hebben. Relatief veel jongeren geven echter ook aan dat hun inkomen en/of vermogen zo laag zijn, dat er weinig te plannen valt.
Wie gelooft nog in fraaie prognoses? Wij geven liever harde garanties.
7RHJHJHYHQ$OVKHWRPUHQGHPHQWJDDWLVQLHWGHIUDDLVWH
JDUDQGHHUW&RQVHUYDWUL[UHQGHPHQWRYHUKHWNDSLWDDOGDW
SURJQRVHGLHXRRLWKHHIWJHKRRUG0DDUKHWJDDWKLHUGDQRRN
YULMNRPWRSGHDIJHVSURNHQSHQVLRHQGDWXP9RRURQVLVGLWDO
RPHHQKDUGHJDUDQWLH8ZNODQWHQZLOOHQLPPHUVZHWHQZDW]LM
MDUHQYDQ]HOIVSUHNHQG:LOWXRRN]XONH]HNHUKHGHQ":HONRP
VWUDNVPLQLPDDOLQKDQGHQNULMJHQYRRUKXQSHQVLRHQ'DDURP
RIJDQDDUZZZFRQVHUYDWUL[QO
Een beetje conservatief is zo gek nog niet.
TOEGE LI C HT
Bij een echtscheiding ontstaan meestal nieuwe inkomensen/of vermogensrisico’s, zoals het risico op overlijden van de alimentatiebetaler. Die risico’s kunnen worden afgedekt met specifieke overlijdensrisicoverzekeringen. Uit het oogpunt van optimale structurering van vermogen en inkomen mogen deze ‘rariteitencontracten’ niet ontbreken. Door: Frits van der Kamp, zelfstandig fiscaal juridisch adviseur
Verzekeringen
die leven van de
scheiding I
n deze bijdrage komen achtereenvolgens aan de orde: t Risicoverzekeringen, zowel in de lijfrente- als kapitaalverzekeringssfeer; t Pensioenverrekeningslijfrente in de zin van art. 6.6 Wet IB 2001; t Alimentatielijfrente in de zin van art. 6.5 Wet IB 2001.
Overlijdensrisicoverzekering Een overlijdensrisicoverzekering in de vorm van een kapitaalverzekering die bij overlijden uitkeert, kan verschillende rollen vervullen. Een voorbeeld is de verzekering die wordt afgesloten bij de aankoop van een woning. Bij overlijden wordt een deel van de woningschuld afgelost. Het gebruik van de kapitaalverzekering op deze manier is sinds jaar en dag bekend. Minder bekend is dat deze verzekering ook goede diensten kan bewijzen bij het afdekken van scheidingsrisico’s. Als de alimentatieplichtige 52
Het Verzekeringsblad nummer 11 - 16 september 2010
(stel de man) tijdens de looptijd van de alimentatie overlijdt, dan heeft de ex-partner (in dit geval de vrouw) wellicht behoefte aan extra vermogen. Bijvoorbeeld om inkomen te generen of om schulden mee af te lossen, waardoor de lasten omlaag gaan. Het voordeel van het gebruik van de verzekering als alimentatievervanger is dat de achterblijvende ex-partner flexibel is in de aanwending van het vermogen en daarover direct kan beschikken. Fiscaal is het van belang dat er geen inkomstenbelasting verschuldigd is over de uitkering bij overlijden (ervan uitgaande dat het contract in box 3 is afgesloten sinds 2001). Daarnaast is het belangrijk ervoor te zorgen dat de achterblijvende partner geen erfbelasting (voorheen successierecht) verschuldigd is. Daarvoor moet in het eerdergenoemde voorbeeld de vrouw het contract afsluiten op het leven van de ex-man. Hierdoor is er niets aan het vermogen van de erflater onttrokken en is de uitkering geheel vrij van erfbelasting.
‘Nadeel van de lijfrenteverzekering is dat deze lastiger te plannen is door strakke vormvoorschriften, in het bijzonder met betrekking tot de uitkeringshoogte’ Indien de vrouw over voldoende inkomen in box 1 beschikt en behoefte heeft aan structureel inkomen, dan kan ook een lijfrente in beeld komen als alimentatievervangende uitkering. De lijfrente wordt afgesloten door de man of door de vrouw en keert uit aan de vrouw als de alimentatiebetaler (in dit geval de man) overlijdt. Nadeel van de lijfrenteverzekering is dat deze lastiger te plannen is door strakke vormvoorschriften, in het bijzonder met betrekking tot de uitkeringshoogte. Dit kan echter ook een voordeel zijn. Immers, een financier kijkt veelal naar inkomen als het om woningfinanciering gaat. In dat geval is de structurele uitkering door de verzekeraar een uitkomst.
Fiscaal is de premie van de lijfrente voor de inkomstenbelasting aftrekbaar bij de verzekeringnemer/premiebetaler. Of er voldoende ruimte is voor aftrek moet van tevoren worden bezien. Het meest aantrekkelijk is vanzelfsprekend een aftrek tegen het hoogste inkomen, bijvoorbeeld van de man, en een heffing tegen een lager tarief (bij de vrouw). Erfbelasting is men bij de ‘nabestaandenlijfrente’ niet verschuldigd. Is de vrouw verzekeringnemer, dan wordt er niets onttrokken aan het vermogen van de man en is de lijfrente onbelast. Is de man verzekeringnemer, dan wordt de lijfrente weliswaar binnen de werking van de SucHet Verzekeringsblad nummer 11 - 16 september 2010
53
cessiewet gebracht via artikel 13 ( onttrekking aan het vermogen), maar wordt deze weer vrijgesteld via artikel 32, lid 1.
Pensioenverrekeningslijfrente Ex-partners maken standaard aanspraak op elkaars opgebouwde ouderdomspensioenrechten op grond van de Wet Verevening Pensioenrechten bij Scheiding (Wet VPS). Afwijken van deze wet is echter mogelijk en dat leidt in de praktijk tot veel voorkomende verrekeningen van de pensioenaanspraken. Een mogelijkheid daarbij is om de ‘verrekeningsgerechtigde’ (hierna gemakshalve de vrouw) een nieuwe lijfrente mee te geven als pensioenverrekeningslijfrente. Het voordeel ten opzichte van de pensioenverevening is dat de vrouw een geheel zelfstandig recht heeft en dat naar eigen inzicht kan laten uitkeren, uiteraard binnen de voorschriften voor de gefaciliteerde lijfrente. De pensioenaanspraken van de man blijven volledig intact. Daarnaast ontstaat bij de man een aftrekpost, die aantrekkelijk kan zijn afhankelijk van zijn inkomen op dat moment.
!!("' ,!(""$ !" #&/!! $##"$&
Fiscaal wordt de uitgave aan een pensioenverrekeningslijfrente door de man aangemerkt als een persoonsgebonden aftrekpost op grond van art. 6.6 Wet IB 2001. Een persoonsgebonden aftrekpost vermindert eerst het inkomen uit werk en woning (box 1), en vervolgens het belastbaar inkomen uit sparen en beleggen (box 3). Ten slotte wordt het restant in mindering gebracht op het inkomen uit aanmerkelijk belang (box 2).
‘Afwijken van de Wet VPS is mogelijk en dat leidt in de praktijk tot veel voorkomende verrekeningen van de pensioenaanspraken’ Als de persoonsgebonden aftrekpost niet of niet volledig in aanmerking kan worden genomen in een belastingjaar, dan stelt de belastinginspecteur het niet in aanmerking genomen bedrag vast en wordt dit doorgeschoven als onderdeel van de persoonsgebonden aftrek in het volgende kalenderjaar. De uitkeringen uit de lijfrente komen toe aan de vrouw (of in het geval van een – gedeeltelijke – nabestaandenlijfrente aan de door de vrouw gewenste begunstigde) en worden progressief belast.
Alimentatielijfrente De laatste ‘nieuwe’ levensverzekering bij scheiding is de alimentatielijfrente. Bij afkoop van alimentatie wordt de afkoopsom in beginsel progressief belast bij de ontvanger, veelal de vrouw. De man kan dan een persoonsgebonden aftrekpost in mindering brengen in box 1, box 3 en indien nog aftrek resteert in box 2. De financieel nadelige effecten die hierdoor bij de ontvanger kunnen optreden, zijn te ondervangen met een lijfrenteverzekering: de alimentatielijfrente.
'%!$!#!%"!&"$& $#'& ! ,,!%"&)$!%&$!"!! $$'%($! ,,!"#!#'#* ,,!"!! !&%&%. #$$##"$&
($&''+"#/!!%!! 54
Het Verzekeringsblad nummer 11 - 16 september 2010
De aftrek bij de man loopt met zo’n verzekering vrijwel identiek. Bij de ontvangende vrouw wordt echter niet ineens belasting geheven, maar wordt de heffing over de lijfrentetermijnen als het ware uitgesmeerd. Zij krijgt in feite een alimentatievervangende lijfrente-uitkering van een verzekeraar. Dat laatste geeft vaak de nodige rust tussen partijen. Bij een bank kan dit gegarandeerde inkomen worden gebruikt om bijvoorbeeld een deel van de woning te financieren bij de uitkoop van de partner. Er gelden wel voorwaarden om misbruik te voorkomen.
Wat u hierin ook ziet, wij bedenken er graag een passende financieringsoplossing voor.
Stel u loopt tegen een pand aan, waar u ongekende mogelijkheden in ziet. Dan is het wel zo prettig als u over de financiering kunt praten met een hypotheekverstrekker die er óók in gelooft. En die alle bouwstenen kan leveren voor een passende financieringsoplossing. Overigens hebben we bij de RNHB Hypotheekbank niet alleen oog voor ‘de stenen’, maar ook voor de ondernemer achter het object en zijn visie. Als specialist in de financiering van beleggingsvastgoed en bedrijfspanden in het middensegment, zijn we vaak nét wat inventiever. Dus als u geen kansen wilt missen, meer wilt weten over onze specifieke benadering van de vastgoedmiddenmarkt en of wij ook u een passende financieringsoplossing kunnen bieden, dan belt u 030 - 755 20 00 of kijkt u op www.rnhb.nl.
Financier van de vastgoedmiddenmarkt. Leidseveer 30 - Postbus 2244 - 3500 GE Utrecht Telefoon 030-755 2000 - Fax 030-755 2020 - www.rnhb.nl -
[email protected]
Kort Branche Hypotheekverstrekkers zelf debet aan woningmarktcrisis Hypotheekverstrekkers zijn zelf de veroorzakers van de woningmarktcrisis waar zij zo bang voor zijn. Terwijl de kapitaalmarktrente zich op het laagste niveau bevindt dat ooit gemeten is (sinds 1540) en vorige maand nog verder is gedaald, is de rentemarge van de voordeligste geldverstrekker voor woninghypotheken op dit moment bijna vier maal zo hoog als vijf jaar geleden.
Dit wordt duidelijk gemaakt aan de hand van een vergelijking tussen de situatie van medio 2005 en medio 2010. In juli 2005 stond de 10-jarige kapitaalmarktrente op een laagste niveau van 3,014%. De laagste hypotheekrente voor dezelfde termijn bedroeg in juli van dat jaar 3,45%. De rentemarge tussen deze twee laagste rentetarieven bedroeg destijds dus 0,436%.
“Een dergelijke exorbitant hoge rentemarge staat niet in verhouding tot de extra risico’s die banken momenteel lopen”, zo vindt Wegwijs Kenniscentrum.
Vijf jaar later staat de 10-jarige kapitaalmarktrente op een laagste niveau ooit van 2,561% (per 18 augustus 2010), terwijl op dat moment de bijbehorende laagste hypotheekrente niet
lager uitkomt dan 4,25%. De rentemarge voor de goedkoopste bank bedraagt op dit moment 1,689%. De marge is nu dus 3,87 keer zo hoog als het niveau van vijf jaar geleden. Genoemde organisatie concludeert tot slot in een persbericht hierover: “Banken profiteren optimaal van het grote verschil tussen de kapitaalmarktrente en de door henzelf te bepalen hypotheekrente en de bezwaren van de Consumentenbond en de Vereniging Eigen Huis dat banken overdadig profiteren van de omstandigheden, is terecht.” Meer informatie: www.wegwijs.nl
Branche NMa onderzoekt hypotheekmarkt Niet alleen ‘Wegwijs’ en de consumentenorganisaties trekken aan de bel als het om de huidige marktwerking op de hypotheekmarkt gaat. De NMa doet inmiddels onderzoek via wat zij zelf een “bondige quickscan” noemen naar de hoogte van de hypotheekrentes, de ontwikkeling van de marges in de hypotheekmarkt en eventuele verschillen met de ont-
wikkelingen in vergelijkbare landen. De NMa verwacht dat de quickscan in oktober gereed is. De quickscan dient als basis voor een tweede, meer diepgaand onderzoek naar de mate van concurrentie op de hypotheekmarkt. Hierin onderzoekt de NMa onder meer wat de marktstructuur is en in hoeverre de markt concurrerend is.
Zakelijk Werkgevers verwachten meer risicodeling PricewaterhouseCoopers heeft recentelijk een onderzoekje gepubliceerd naar de beleving van werkgevers over de pensioenregeling van hun ondernemingen. Als aan het onderzoek een voorspellende waarde toegekend mag worden, gaat er de komende tijd veel veranderen in het spanningsveld tussen de tweede en de derde pijler. Uit het onderzoek dat is uitgevoerd onder 178 werkgevers, blijkt de animo onder werkgevers om een goed pensioen te verstrekken drastisch te verminderen. Daar zal de bezorgdheid over het effect van pensioen op de winst van de onderneming niet vreemd aan zijn. Opvallend daarnaast is dat werkgevers een grotere mate van risicodeling met hun werknemers verwachten.
56
Het Verzekeringsblad nummer 11 - 16 september 2010
Enkele saillante uitkomsten %
Uitkomst
83% Zegt dat de pensioenkosten hun motivatie om pensioen te verstrekken vermindert. 82% Is bezorgd over het effect van het pensioenrisico op de winst. 34% Denkt dat DB-regelingen over 10 jaar niet meer bestaan. 32% Van de werkgevers met een pensioenfonds verwacht dat in de komende vijf jaar risicodeling met de werknemers wordt geïntroduceerd.
K ORT
Branche MoneyView: prijsconcurrentie orv duurt voort Volgens MoneyView woedt er nog steeds een enorme prijsconcurrentie onder de aanbieders van overlijdensrisicoverzekeringen. Uit een historische vergelijking die MoneyView heeft gemaakt, blijkt dat de gemiddelde premies sinds 2002 met meer dan 40% zijn gedaald. “Wat opvalt, is dat de verschillen tussen de hoogste en de laagste tarieven in de afgelopen acht jaar niet kleiner zijn geworden, maar juist veel groter. Waar in 2010 geldt (in een willekeurige klantsituatie) dat het verschil tussen de hoogste en de laagste premie tot wel 250% kan bedragen, bedroeg dit verschil in 2002 nog ‘maar’ 160%”, aldus MoneyView die ook weet dat “de concurrentiestrijd nog niet ten einde is: voor dit najaar heeft een aantal aanbieders verdere tariefsverlagingen op het programma staan.”
Branche Kredietbeoordelaars in de houdgreep Het woord van kredietbeoordelaars is nog altijd bijna almachtig voor investeerders. Kijk maar vorige maand naar Aegon. Ondanks een stijging van de netto winst bleek het kapitaaloverschot met € 700.000 gedaald. Als reden daarvoor zijn de hogere kapitaaleisen van kredietbeoordelaar Standard & Poor’s (S&P) genoemd. Kredietbeoordelaars kregen veel kritiek na het begin van de crisis. Zij werden als één van de aanstichters gezien. Dit omdat ze de complexe financiële producten die aanleiding
bleken voor de crisis, hoge beoordelingen hadden gegeven en daarmee een stempel van betrouwbaarheid.
Strikter toezicht De crisis heeft er wel toe geleid dat kredietbeoordelaars onder strikter toezicht gaan vallen. Ook in de Europese Unie wordt een raamwerk opgezet waarbij de beoordelaars zich centraal moeten gaan registreren bij een nieuwe pan-Europese toezichthouder. De nationale toezichthouders (zoals de AFM) zullen de kredietagentschappen gaan controleren.
Blind gestaard Voorzitter Hans Hoogervorst van de AFM pleit ervoor dat kredietbeoordelaars niet meer zo hoog op het schild worden gehesen. “Tijdens de kredietcrisis bleek dat investeerders zich volledig blind hebben gestaard op ratings. Maar ze moeten zelf ook hun huiswerk doen. We moeten af van het idee dat een ‘triple A’-waardering automatisch een goudgerande investering is, dat is dus niet zo.”
Bron: NRC Next
(* '"+*((* '+"('."+' *&"')'+"(''
',*%+,,'((0$,(,.*'.(-" "' '.* ,*"' .'-",.(*"' .'/*$'&*+)'+"('' ,$''&(,,*"+!,%"')*"'")
,&/*$"' .'()*(*'*"1,,*+,' )*(**"$-,#'+
%'&"+ .((*%"+&$*+"+"('&$*+."+-*+''* )'+"(')*(++"('%+"/*$0&0"#'"#)'+"('('+')'+"('.*0$**+ ''*)'+"('-",.(**+
Het doel is vrijheid koppelen aan zekerheid. Nieuw: AEGON Variabele Lijfrente. Uw klanten zoeken een financieel zekere toekomst.
van de uitkering zelf te bepalen. En hebben ze onbe-
In de vorm van extra inkomen dat ze zelf naar
perkt toegang tot het opgebouwde vermogen.
behoefte kunnen aanpassen. Daar willen ze best geld voor apart zetten, maar ze moeten er wel
Bovendien biedt AEGON Variabele Lijfrente niet alleen
vrij over kunnen beschikken als dat nodig is.
inkomenszekerheid. AEGON Variabele Lijfrente bevat
Daarnaast wensen ze zekerheid én profiteren ze
namelijk ook een gegarandeerde uitkering bij overlijden.
graag van positieve beleggingsresultaten.
Die ervoor zorgt dat ook bij voortijdig overlijden het beleggingsrisico beperkt blijft. En is de belegde waarde
AEGON biedt u nu een product waarmee u aan al
hoger dan het gegarandeerde bedrag? Dan wordt
deze wensen tegemoet komt: AEGON Variabele
natuurlijk de hogere belegde waarde uitgekeerd.
Lijfrente. Uw klanten hebben straks de zekerheid van een gegarandeerde periodieke uitkering. Die nog kan
Dát is AEGON Variabele Lijfrente. Wilt u meer weten?
stijgen als de belegde waarde zich gunstig ontwikkelt.
Neem dan contact op met uw accountmanager of kijk
Tegelijkertijd houden ze de mogelijkheid om de hoogte
op www.aegon.nl/avl
AEGON Variabele Lijfrente is een product van AEGON Ireland plc. AEGON Ireland plc maakt onderdeel uit van de AEGON Groep.