1
Samenvatting resultaten Verkennend onderzoek naar de beelden van de impact van de Omgevingswet Doelgroepen: gemeenten, omgevingsdiensten, waterschappen, provincies, Rijk en het bedrijfsleven Rijkswaterstaat KING Royal HaskoningDHV
Versie 14 september 2015 2
Inhoudsopgave
• Positionering en doelen • Werkwijze • Bevindingen per thema: Organisatie, Processen, Mensen, Informatie en ICT en Planning • Bevindingen per doelgroep – Gemeenten – Omgevingsdiensten – Waterschappen – Provincies – Rijk – Bedrijfsleven • Keteninteractie voor de processen planvorming en vergunningverlening 3
Positionering
• Tweede peiling van de impact van de Omgevingswet en AMvB’s op organisatie, werkprocessen, ICT en planning van de bevoegde gezagen. • Basis van het onderzoek was de april versie van de Omgevingswet en de beperkt uitgewerkte AMvB’s (botsproefversie, 1 april 2015). Onderzoek is een moment opname! • Deze presentatie geeft een samenvatting van de resultaten van het onderzoek. Het is de beleving van de bevoegde gezagen. • Eind oktober 2015 wordt een rapportage met de resultaten van het onderzoek opgeleverd aan Eenvoudig Beter. • In de toekomst zal naar verwachting (op onderdelen) een nadere impactanalyse plaatsvinden.
4
Doelen onderzoek
• Verkenning inhoudelijk beeld van impact vanuit het veld. • Bewustwording vergroten van veranderopgave. • Input voor invoering en digitalisering. • Input voor opstellers wet- en regelgeving.
5
Werkwijze
• Uitvoering in gezamenlijkheid door Rijkswaterstaat, KING en Royal HaskoningDHV. • Streefbeelden per doelgroep op basis van Tweede Kamer versie Omgevingswet en botsproef-versies AMvB’s (1 april 2015). • Gesprekken met opstellers AMvB’s. • Groeps- en individuele interviews bij de overheden op niveaus bestuur, management en uitvoering. • Klankbordgroepbijeenkomsten met bredere groep betrokkenen. • Interviews bij brancheorganisaties voor bedrijfsleven. • Workshop werkprocessen planvorming en vergunningverlening. • Bundeling en verdieping van de resultaten door het interviewen van experts. • NB. Provincies hebben een apart traject gevolgd. Op basis van een schriftelijke enquête (gebaseerd op streefbeelden) en één groepsgesprek zijn de beelden bij de provincies opgehaald. Wel is deelgenomen aan de workshops en begeleidingscommissie. 6
Resultaten
Samenvatting per thema
7
Organisatie
• Dynamiek: veel wijzigingen komen op dit moment op (decentrale) overheden af: Wro, Crisis- en Herstelwet, Natuurwet etc. De Omgevingswet borduurt hier op voort, maar heeft nog niet overal de hoogste prioriteit. • Afwegingsruimte: nog veel vragen over invulling. Voor gemeenten geldt dat bestuurders graag afwegingsruimte willen. Ambtelijk kijkt men m.n.naar de consequenties. Lokale verschillen kunnen ‘level playing field • Integraal en samenhangend beleid heeft grote gevolgen voor de regelgeving en bestaande verordeningen, die (deels) vervangen moeten worden en of opgaan in het omgevingsplan. Daarnaast is het integraal denken een uitdaging met diverse specialismen in huis. • Organisatiewijzigingen zijn wisselend/beperkt. Soms is sprake van samenvoeging van afdelingen en intensievere vormen van (keten) samenwerking. Op Rijksniveau zou het beleggen van systeem/ stelselverantwoordelijkheid tot organisatiewijzigingen kunnen leiden. • Bedrijfsleven zal samenwerking met de overheid intensiveren. 8
Werkprocessen
• Ketensamenwerking: op het gebied van planvorming, vergunningverlening en handhaving zijn met name afspraken tussen organisaties nodig. • Adviesrol van overheden blijft voorlopig in stand. Ondanks meer algemene regels, is de verwachting dat de vragen niet minder wordten(in eerste jaren na implementatie). De initiatiefnemer en belanghebbende verander je niet zomaar (landelijke campagne?). Uitdaging voor overheden is: hoe organiseer je dit met beperktere inkomsten, eventueel door kosten door te berekenen. • Verschuiving: meer algemene regels in planvormingsfase, minder vergunningen (wel specifieker) en meer toezicht en handhaving (risico-gericht )
9
Medewerkers
• Verder op al ingezette ontwikkeling: Op niveau van wet- en regelgeving is Ow een grote verandering. Ow bouwt wel voort op al ingezette ontwikkelingen bij alle overheden: meer participatie, integraal werken, gebiedsgericht werken, accountmanagement, omgevingssensitiviteit, meedenken met initiatiefnemers, etc. Ow is volgende slag in cultuurverandering. • Verschuivingen in taken bij gemeenten, waterschappen en provinvies, doordat er minder vergunningverleners nodig zijn en meer handhavers. Betekent ontwikkeling van andere competenties en mogelijk verschuiving in capaciteit. En op termijn mogelijke taakverschuivingen i.r.t. omgevingsdiensten. • Brede scope: vergunningverleners, handhavers en accountmanagers moeten met een bredere en open agenda op pad, bv. motivering handhaving binnen grotere afwegingsruimte (doelvoorschriften en zorgplicht). 10
Informatie en ICT
• Aandacht: Het digitale stelsel Omgevingswet ligt landelijk onder vergrootglas. Het eerste grote ICT project na de commissie Elias. • Impact: Omgevingswet heeft grote impact voor digitalisering. Dit geldt landelijk en lokaal. Het is veel werk, er is beperkt geld, er zijn twijfels over de baten en nog veel onduidelijkheid en zorgen over periode 2018-2024. • Informatiepositie: Inwoners en ondernemers krijgen meer invloed en een betere en gelijkwaardige informatiepositie. Ontsluiting van informatie naar het publiek en de duiding hiervan vraagt aandacht. Ook zullen overheden zelf een plan moeten hebben hoe zij de rest van de informatie ontsluiten. • Standaardisatie is een randvoorwaarde voor een succesvolle implementatie en uitvoering. De impact is groot en komt snel. Eind 2015 wordt een eerste set standaarden beschikbaar gemaakt waarmee overheden (semantiek) en leveranciers (techniek) aan de slag moeten. • Gegevensmanagement door meer algemene regels vervalt de inwinning van gegevens via vergunningen. Administraties als de BAG zijn hiervan afhankelijk. 11 Dit vraagt extra werk aan de achterkant.
Planning
• Startpunt: De verkenning vormt voor veel deelnemers het startpunt. Een belangrijke vraag die wordt gesteld is hoe de eerste stap te zetten. Waar moeten we beginnen? Hiervoor kijkt men naar de koepels (VNG, UvW, etc.). • Implementatie van de Omgevingswet is vaak nog niet belegd in organisatieof afdelingsplannen. Eerste projectleiders en kernteams starten na de zomer 2015. Vanaf 2016 (als AMvB's er zijn) wordt grotere stap verwacht (in projectteams, werkplannen, interne ambitiebepaling etc.). • Invoering: Op de vraag of de implementatie opgave haalbaar is, kunnen nog maar weinig deelnemers antwoord geven. Qua cultuur zijn overheden al aardig op streek, maar de regelgeving is veelal nog niet bekend en ICT I een grote zorg. • Lokale afwegingen zijn bepalend of de invoering van de Omgevingswet tijdig haalbaar is: afwegingsruimte, risicogericht handhaven of meer zaken vergunningvrij regelen. Afhankelijk van de keuzes die worden gemaakt is de invoeringsdatum wel of niet haalbaar. 12
Resultaten
Samenvatting per doelgroep
13
Waterschappen
• Kansen: waterbelangen kunnen goed worden meegenomen in de afweging aan de voorkant bijv. in omgevingsvisies en –plannen. Ook kan serviceverlening aan initiatiefnemers verder worden verbeterd. • Knelpunten: ICT: zijn we op tijd klaar? En wat zijn de kosten? Ook zijn de gevolgen van de ‘één loket’ gedachte voor inbreng waterbelangen bij gemeenten nog niet helder, doordat de uitvoeringsregelingen nog niet bekend zijn. Waterschappen zijn benieuwd naar rolinvulling provincies. • Intern: Tussen Waterschappen verschilt de mate van voorbereiding. Koplopers en volgers. Ambitieniveau’s moeten nog worden bepaald. • Verdere versterking van competenties van medewerkers nodig: Met name communicatie-vaardigheden op het gebied van VTH, nu meer via algemene regels zal worden gewerkt. • In de samenwerking met gemeenten is al veel geïnvesteerd: Ow vraagt om volgende stap. Samenwerking met omgevingsdiensten in ontwikkeling. Nog te vroeg om aan te geven of dit tot taakverschuivingen zal leiden. 14
Provincies
• Ow wordt gezien als volgende stap (‘katalysator’) in integraal, gebiedsgericht en zaakgericht werken, als logisch vervolg op Wabo en Wro • Maar ook als ‘grote opgave’: verregaande integratie van beleid en uitvoering, te vertalen in verdere ‘ontschotting’, werkprocessen, cultuurverandering en koppeling van informatiesystemen/ICT van alle partners (‘écht digitaal werken) • Sterk appèl op nadere invulling intensievere samenwerking provincies, waterschappen, gemeenten en omgevingsdiensten • Uiteenlopende meningen / onduidelijkheid over betekenis invulling bestuurlijke afwegingsruimte: alleen instrumentele verandering, of ook aanleiding voor heroverweging beleid en rolopvatting (PS/GS, Prov/Gem)? • Aandachtspunt: hoe gaan omgevingsvisies van Rijk, provincies en gemeenten zich tot elkaar verhouden? Welke samenhang qua inhoud en proces? • Meer cultuurveranderingen dan organisatieveranderingen nodig • Eerste projectleiders en –teams voor implementatie Ow net aangesteld 15
Rijk • • •
• • • •
Impact van de Omgevingswet lijkt voor de beleidsdepartementen vooralsnog beperkt. De nadruk ligt nu op het opstellen van de wet- en regelgeving. Voor de uitvoerende diensten (bijvoorbeeld RWS en Veiligheidsregio’s) is de impact groter. De opgave van integraal werken wordt onderschat (conclusie klankbordgroep): echt gezamenlijke verantwoordelijkheid nemen voor integraliteit vraagt veel inspanning. De consequenties van het beleggen van de systeemverantwoordelijkheid voor de Omgevingswet en AMvB’s bij het Rijk zijn nog onduidelijk: wie beheert wet en AMVB’s, wie voert wijzigingen door, wie beantwoord TK-vragen na 2018? Hoe invulling geven aan gezamenlijke verantwoordelijkheid voor implementatie? Dit kan leiden tot organisatieveranderingen binnen het Rijk en/of tot interne ‘Rijksakkoorden’. Behoefte aan samenwerking met anderen en programmatisch werken zullen toenemen, toename projectbesluiten hangt af van per geval te maken bestuurlijke keuzes. Intern binnen het Rijk is er nog discussie over opstelling Rijk: richten op eigen belangen of werken aan gezamenlijke opgaven. Door I&M wordt belang van de Nationale Omgevingsvisie voor de eigen rol gesignaleerd, als oefening in integraal werken nieuwe stijl. Gevraagde competenties zijn al in ontwikkeling, bijvoorbeeld door de uitvoering van Eenvoudig Beter. Juridische kennis moet toenemen. 16
Bedrijfsleven
• De koepels zijn goed op de hoogte, dit geldt nog niet voor de individuele bedrijven. • Voor kleine bedrijven levert de wet weinig voordelen op, de kwaliteit van de werkprocessen wordt vooral bepaald door de contacten met de behandelend ambtenaren. Voor grote en complexe activiteiten ziet VNONCW wel voordelen. • Een kans die de OW voor bedrijven biedt is beter overzicht, maar dan moet de ICT wel goed zijn geregeld. • De respondenten zien geen noodzaak tot aanpassingen van de eigen organisaties. • Digitalisering: Bedrijfsleven ziet vooral kansen/voordelen in digitalisering (open data, efficiëntere procedures, …). • Behoefte aan een helder landelijk kader (minimum level playing field, ten behoeve van schaalvergroting). • De met de Omgevingswet beoogde cultuurverandering bij de overheid is belangrijk voor het bedrijfsleven. 17
Ketenproces planvorming
• Klantcontact vraagt dat de belangen van andere betrokken organisaties steeds worden meegewogen en hierover goed wordt geadviseerd. Bijvoorbeeld omgevingsplan en watervergunning. • Afstemmen van planinstrumenten. Bijvoorbeeld kan een gemeente wel een omgevingsplan maken als het Rijk nog geen omgevingsvisie heeft? • Procesafspraken zijn nodig i.v.m. snelheid/kwaliteit die in procedures wordt gevraagd (procesregie inregelen). • Coördinatie door expert met helicopterview bij de gemeente. • Digitaal werken aan hetzelfde dossier (of op zijn minst inzichtelijk maken). • Goede ICT en in een systeem door kaartlagen inzichtelijk maken van omgevingsplan, omgevingsverordening en waterverordening belangrijk. • Pilots en proeftuinen om ermee te leren werken.
18
Ketenproces vergunningverlening
• Integrale afweging is nodig, maar we werken nog niet zo. • Ontsluiten van regels op locatie is een uitdaging, zeker als er geen professional meer tussen zit. • Coördinatie door expert met helicopterview bij de gemeente. • Samenwerkingsruimte, eerst voor de overheid, daarna ook met de samenleving (onder voorwaarden). • Actualisatieplicht dynamiek van planvorming neemt toe en er is een grotere actualisatieplicht. Hoe ga je daar mee om? • Kortere proceduretermijnen vragen een strak werkproces.
19
Eerste aanzet aanbevelingen •
• • • • • • • •
Ketensamenwerking: individuele organisaties starten met anticipatie op Ow (projectleiders benoemd, eerste werkgroepen gevormd), interactie en werkprocessen tussen organisaties staat nog in de kinderschoenen, nog vrijwel geen uitwisseling Rekening houden met meer snelheden: gemeenten nog andere zorgen, waterschappen en provincies sorteren voor, impact rijk heel selectief Rekening houden met verschil in tijdelijke versus structurele effecten: er worden veel langer(langer dan 2 jaar) tijdelijke effecten verwacht, dan bij andere trajecten ICT en werkprocessen grootste zorg: meer helderheid gevraagd over wat in 2018 moet zijn geregeld en wat later kan (uitwerken detailfasering). Taakverdeling bij implementatie: informatievoorziening over AMVB’s (rijk), standaarden en handreikingen over kerninstrumenten (koepels), werkprocessen (gezamenlijke organisaties), houding en gedrag (eigen organisaties), …..etc. Uitwerken stelsel/systeemverantwoordelijkheid voor fase na 2018 (wie beheert wet en AMVB’s, en in welke organisatie/samenwerkingsvorm?). Nieuwe doelgroepen in volgende verkenning impact: veiligheidsregio’s, rechterlijke macht en politieke vertegenwoordigers (raden, staten, TK, etc). Nadere analyse invulling en effecten van bestuurlijke lokale afwegingsruimte Zelfde informatiepostie vraagt ook ondersteuning naar inwoners en 20 ondernemers.
Vragen en opmerkingen???
21