VERENIGING VRIENDEN STADSHERSTEL
ANNO
Amstelveld 10 - 1017 JD Amsterdam
2008
Nieuwsbrief nr. 67 juli 2008
Vereniging Vrienden van Stadsherstel Amsterdam De Vereniging Vrienden van Stadsherstel ondersteunt de restauratiewerkzaamheden van Stadsherstel Amsterdam. De Vereniging zorgt er met haar bijdragen voor dat onder andere sierhekken, gevelstenen, stoepbankjes en lantaarns, die buiten de begroting vallen, toch gerestaureerd of gereconstrueerd kunnen worden. De Vrienden dragen op die manier bij aan een positieve uitstraling van de (binnen)stad.
Stadsherstel Amsterdam
Lidmaatschap
Amsterdam is in het bezit van één van de meest waardevolle historische binnensteden ter wereld. Stadsherstel Amsterdam levert al meer dan vijftig jaar een bijdrage aan het behoud van dit erfgoed. Vooral daar waar karakteristieke woonhuizen met sloop bedreigd worden, grijpt Stadsherstel in; het belang van de volkshuisvesting speelt daarbij een grote rol. Zo’n 450 panden zijn in de loop der tijd op deskundige wijze in oude staat hersteld. Sinds de fusie met het Amsterdams Monumenten Fonds (AMF) in 1999 is er een taak bijgekomen, namelijk het restaureren van monumentale openbare gebouwen, zoals kerken. De monumenten blijven na herstel in eigen beheer, zodat deze door het uitvoeren van regelmatig onderhoud in de staat blijven waarin zij door restauratie gebracht zijn. Hierdoor is het effect van de restauraties blijvend.
U kunt de werkzaamheden van Stadsherstel Amsterdam steunen door een lidmaatschap van de Vereniging Vrienden van Stadsherstel. Een lidmaatschap kost (minimaal) € 25,– per jaar. Als vriend ontvangt u drie keer per jaar een nieuwsbrief over de activiteiten van Stadsherstel. Daarnaast organiseert de Vereniging ieder jaar een stadswandeling en een rondvaart langs projecten van Stadsherstel. Bovendien is er in aansluiting op de jaarlijkse ledenvergadering een powerpointpresentatie te zien over de in dat jaar opgeleverde panden, restauraties in uitvoering en de bijdragen van de Vereniging aan die restauraties. Om lid te worden, kunt u gebruik maken van het aanmeldingsformulier dat u in deze nieuwsbrief aantreft, of u kunt contact opnemen met de Vereniging: tel. 020 5200075 of via de website www.stadsherstel.nl.
Inhoud Nieuwsbrief nr. 67 Wim Eggenkamp benoemd tot Rijksadviseur voor het Cultureel Erfgoed 1 De Haringpakkerstoren, een vervolgverhaal 2 Stadsherstel herstelt ook hier de Stelling van Amsterdam 4
Stadsherstel herstelt ook hier een bouwblok 10 Open Monumentendag 16 Geslaagd project in de Dirk van Hasseltssteeg 17 Badhuis Zamenhofstraat gereed voor Museum Amsterdam Noord 18 Projecten in uitvoering 21
Op het omslag: uitsnede van de presentatietekening van de nieuwbouw in de Oudezijds Armsteeg (Rappange & Partners Architecten)
Colofon Nieuwsbrief nr. 67, juli 2008 Een uitgave van de Vereniging Vrienden van Stadsherstel Amsterdam Bestuur ir. J.D. Doets, voorzitter mr. R.J.C. van Helden, secretaris mr. M. Peters, penningmeester mevr. dr. W.Chr. Pieterse mevr. D. van der Waerden mr. H.J. Bunjes G.J.A. van der Lugt Redactie Peter Prins Medewerkers Stella van Heezik Gijs Hoen André van Houten Jaap Hulscher Paul Morel Adres Amstelveld 10 1017 JD Amsterdam tel: (020) 52 000 75 fax: (020) 638 20 40 Postbank 5659267 Vormgeving en productie Joh. Enschedé Amsterdam
Wim Eggenkamp benoemd tot Rijksadviseur voor het Cultureel Erfgoed
Wim Eggenkamp (foto Stadsherstel/ Gijs Hoen)
Voormalig directeur van Stadsherstel, mr. Wim Eggenkamp, is door minister Plasterk van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) per 15 augustus benoemd tot Rijksadviseur voor het Cultureel Erfgoed. Het Rijksadviseurschap is in 2005 in het leven geroepen op initiatief van het ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer (VROM) om het twee eeuwen oude instituut van de Rijksbouwmeester te verbreden met Rijksadviseurs voor landschap, infrastructuur en cultureel erfgoed. Naast de heer Eggenkamp zijn benoemd ir. Yttje Feddes tot Rijksadviseur voor het Landschap
en prof. ir. Ton Venhoeven tot Rijksadviseur voor de Infrastructuur. Samen met de nieuwe Rijksbouwmeester, ir. Liesbeth van der Pol, vormen de drie Rijksadviseurs vanaf 15 augustus het College van Rijksadviseurs dat, volgens de website van de Rijksbouwmeester (www.rijksbouwmeester.nl), de taak heeft “het aansturen en stimuleren van ontwerpend onderzoek en ontwerp, de borging van kwaliteit en het verbeteren van het opdrachtgeverschap van de Rijksoverheid. Het College adviseert over diverse ruimtelijke inrichtingsvraagstukken.” De Rijksadviseurs vergaderen eens in de twee 1
weken en geven gezamenlijk of individueel, gevraagd en ongevraagd advies aan de bewindspersonen. Hoewel elk van de Rijksadviseurs gefinancierd worden vanuit het eigen “moederdepartement” kunnen zij ook andere dan hun eigen bewindspersonen van advies dienen. De taak van de Rijksadviseurs bestaat uit het leveren van expertise in de vorm van adviezen, publicaties en voordrachten. Bij de werkzaamheden van de Rijksadviseur voor het Cultureel Erfgoed staan de volgende thema’s centraal:
– De verhouding van monumentale of cultuurhistorische waarden tot de hedendaagse ontwerpopgave. – Herontwikkeling van cultuurhistorisch waardevolle gebieden in relatie tot het vraagstuk van de ruimtelijke kwaliteit. (PP)
De Haringpakkerstoren, een vervolgverhaal In de vorige Nieuwsbrief werd melding gemaakt van de stand van zaken rond de bouw van de Haringpakkerstoren, de toren waarvoor de Vrienden een belangrijke bijdrage hebben toegezegd. Reden om ook nu weer aandacht te besteden aan dit toch wel erg veel tijd in beslag nemende proces. Vorige keer is verteld over de discussie met de Welstandscommissie en over de problemen rond de ligging van het bouwterrein op een virtuele waterkering. Deze twee punten hebben ook de afgelopen periode nog een belangrijke rol gespeeld. De Welstandscommissie heeft bij de laatste behandeling van het plan een zeer positief geluid laten horen. Slechts op onderdelen – die vooral materialisatie betreffen – zullen nog aanvullingen moeten worden verstrekt. Maar over de hoofdonderdelen van het ontwerp – de toren en de bijgebouwen met hun 2
onderlinge verbindingen – werd een positief oordeel gegeven. Op basis van deze uitkomst kunnen wij nu overgaan tot de definitieve bouwaanvraag. Een even positief resultaat werd bereikt in de gesprekken met Waternet over de mogelijkheden een kelder te realiseren onder de toren, zonder het virtuele dijklichaam aan te tasten dat nog altijd een theoretische rol speelt in de bescherming van de oude binnenstad tegen mogelijk hoog water. Deze uitkomst maakt de exploitatie van een levendige horeca op die plek tot een aantrekkelijke mogelijkheid. Hadden alle secundaire functies – zoals sanitair, keuken, opslag en installaties – op de begane grond moeten worden ondergebracht, dan was er voor een mooie beleving van de toren weinig plek overgebleven. Ook onze Raad van Commissarissen gaf op basis van de geactualiseerde stand van zaken
het akkoord om de ontwikkeling voort te zetten, al baart de lange ontwikkeltijd de Raad wel zorgen. Het maatschappelijk draagvlak (en denk daarbij ook aan het draagvlak bij de ondersteunende Vrienden) kan bij een zich zo lang voortslepend project verzwakken en ook de prijsontwikkeling staat niet stil. De aanbesteding zal nu het nieuwe ijkpunt worden voor de haalbaarheid van de toren. Ondertussen dient zich een nieuw element aan in de discussie, en wel de vraag of de bouw van de toren een belastend hoofdstuk kan gaan vormen in het dossier over de aanvraag tot plaatsing van de grachtengordel op de UNESCO-werelderfgoedlijst. Nu ligt de toren niet in het gebied waar de aanvraag betrekking op heeft, maar omdat deze 45 meter hoog is, zou zijn boven de huizen van het Singel uitspitsende silhouet volgens sommigen een aantasting kunnen vormen van de door de UNESCO te classificeren grachtengordel. Daarbij is het blijkbaar niet de vraag of er op die plek een torentje zou mogen komen, want alle stedenbouwkundigen zijn het er over eens dat hier een bijzonder stedelijk element op zijn plaats is. De vraag is dus of het silhouet van dit torentje in de gekozen reconstructievariant – conform het ontwerp van Hendrick de Keyser – een visuele aantasting vormt voor het hedendaagse beeld van de op enige afstand gelegen, te beschermen grachtengordel. In onze ogen staat deze discussie in geen verhouding met de silhouetdiscussie over de echt hoge bouwvolumes bij Overhoeks op de Noordelijke IJ-oever, die de horizon daadwerkelijk een ander aanzicht zullen geven. Dat de UNESCO geen prijs zou stellen op historise-
rende nieuwbouw in de gekwalificeerde sites sluit wel aan bij de gedachten die bij de Rijksdienst voor Archeologie, Cultuurlandschap en Monumenten leven. Maar de praktijk in vele van deze sites leert dat herbouw van erfgoed toch op grote schaal plaats vindt. Dat de zorgvuldige herbouw van een torenspits – die eeuwenlang het silhouet van Amsterdam mede heeft bepaald, maar door verval verloren is gegaan en die bovendien niet eens in het voor te dragen gebied ligt – een gevaar zou kunnen vormen voor de aanwijzing tot werelderfgoed van de grachtengordel is in deze context een gedachte die geen hout snijdt. De dreiging met mogelijke problemen bij de aanwijzing tot werelderfgoed van de grachtengordel indien de toren op de kop van het Singel zou herrijzen, lijkt in deze situatie meer op het in de kaart spelen van tegenstanders van de reconstructie. Zo is het project waarmee Stadsherstel hoopte in het jubileumjaar 2006 te kunnen starten door vele onverwachte beren op de weg nog steeds niet van de grond gekomen. Het streven is nu om in het voorjaar van 2009 met de bouw te beginnen. Maar of dit daadwerkelijk gaat gebeuren, is, zoals u zo langzamerhand zult begrijpen, nog van vele factoren afhankelijk. (JH)
3
STADSHERSTEL HERSTELT OOK HIER DE STELLING VAN AMSTERDAM Opening Groene Stelling evenement en start restauratie van de Oude Molen van Osdorp De Stellingwebsite van de provincie NoordHolland schreef over deze geslaagde dag het volgende: Zaterdag 29 maart jl. was de feestelijke aftrap van het publieksseizoen van de Stelling van Amsterdam. In opdracht van de Provincie Noord-Holland organiseerden Cultureel
Erfgoed Noord-Holland en Stadsherstel Amsterdam de opening waarbij gedeputeerde Rinkse Kruisinga, wethouder Marijke Vos en Onno Meerstadt, directeur van Stadsherstel Amsterdam, het startsein gaven door de Stelling tijdelijk om te dopen tot De Groene Stelling. In deze campagne zal de komende maanden tot en met de Stellingmaand de aandacht worden gevestigd op de openheid van het landschap, de rust en de natuur rondom de oude verdedigingslinie. Cultureel Erfgoed Noord-Holland zal hiervoor maande-
Wethouder Marijke Vos, gedeputeerde Rinkse Kruisinga, Onno Meerstadt en diens zoon Govert na de officiële handeling. (foto Willem de Haas)
4
lijks een vernieuwde fietsroute uitbrengen op deze site. De opening werd gehouden bij de molenstop van de Oude Molen in Amsterdam-Osdorp, het enige overgebleven waterstaatkundige werk tussen Halfweg en Amstelveen dat deel uitmaakte van de Linie van Amsterdam, voorloper van de Stelling. Later werd dit de schaduwlinie van de Stelling. De locatie was niet voor niets gekozen, want met de start van het publieksseizoen kondigde Onno Meerstadt ook de start van de restauratie van de molenstomp aan, die een nieuw leven zal krijgen als theehuis en ruimte voor exposities, geëxploiteerd door de vrijwilligers van de Vrienden van de Oude Molen. Nadat één van de vrijwilligers van de Vrienden van de Oude Molen de boeiende geschiedenis van de Oude Molen had geschetst was het woord aan Peter Saal, Adviseur Monumentenbeheerders en Particuliere Erfgoedorganisaties bij Cultureel Ergoed Noord-Holland, Rinske Kruisinga, Marijke Vos en tot slot Onno Meerstadt. Na een muzikaal intermezzo konden de ruim 100 genodigden aanschouwen hoe de vlaggen werden gehesen en het publieksseizoen officieel werd geopend. Naderhand was er tijd voor een drankje, een hapje en muziek. (www.stellingvanamsterdam.nl)
tie, maar nog zonder de noodzakelijke nieuwbouw er achter. Toch duurde het langer dan verwacht voordat we daadwerkelijk konden beginnen, want er bleek een extra funderingsonderzoek noodzakelijk. Omdat de molen op een dijklichaam staat, was daarvoor toestemming nodig van het hoogheemraadschap Amstel, Gooi en Vechtstreek en dat duurde even. Het onderzoek vond uiteindelijk begin juli plaats en tot onze vreugde bleek daaruit dat de fundering onder de watergang nog voldoende was. Daardoor werd een ingewikkeld en zeer duur nieuw fundament niet noodzakelijk en is de restauratie van de molen plus de nieuwbouw met kelder erachter nu wel financieel haalbaar geworden. Toch moeten we in de komende maanden nog geld bij elkaar zien te krijgen voor de buiten- en binneninrichting van de molen en voor de steiger die we ook willen aanleggen. Maar in ieder geval staan alle lichten nu op groen, zodat we het werk kunnen aanbesteden en in september kunnen beginnen.
Restauratie Oude Molen van Osdorp Voor het hele project was toen, in maart, nog niet voldoende geld. Omdat de molen er zo slecht bij stond, was besloten om alvast de voorbereidingen te starten voor de restaura-
De fundering onder de Oude Molen. (foto Stadsherstel/ Stella van Heezik)
5
Fietsen in de Stelling Het is prachtig om de Stelling van Amsterdam wandelend of fietsend te ontdekken. Dit jaar worden verschillende fietsroutes gepresenteerd door Cultureel Erfgoed NoordHolland. Er zijn nu al via www.stellingvanamsterdam.nl twee fietsroutes te downloaden die ieder langs een stellingproject van Stadsherstel gaan. De Krayenhoff fortenroute Deze 47 kilometer lange route begint in Haarlem en voert langs Spaarndam, Spaarnwoude, Osdorp, Sloten, Halfweg, Zwanenburg en Vijfhuizen. Naast een aantal forten gaat deze route ook langs de Oude Molen. De westelijke frontroute Deze 38 kilometer lange route gaat van Beverwijk via Krommeniedijk, Krommenie, Westzaan, Zuideinde via het buurtschap Nauerna weer naar het startpunt. Ook deze
route voert langs een aantal forten, waaronder dat bij Krommeniedijk, en langs kleinere onderdelen van de Stelling als sluizen en magazijnen. Beide routes lopen door het mooie NoordHollandse landschap en verschillende natuurgebieden, zodat ook de natuurliefhebber er veel plezier aan zal beleven.
Herstelling aan het werk op het Fort bij Diemerdam Herstelling is bij het verschijnen van deze Nieuwsbrief gestart met werkzaamheden op Fort Diemerdam. Als eerste wordt het groen onder handen genomen, alsook het achterstallig onderhoud van de fortwachterswoning. Herstelling voert het schilderwerk uit en aannemer Hillen & Roosen het bouwkundige werk. Ook gaat Herstelling al beginnen met de restauratie van de munitiebunkers. De bunkers worden daarna gebruikt voor exposities en informatieverstrekking, onder andere over de Stelling van Amsterdam. Het is de bedoeling dat het fort, na de bouw van het paviljoen, de functie van pleisterplaats zal krijgen in dit prachtige gebied. Meer informatie kunt u vinden in onze vorige Nieuwsbrief of op www.stadsherstel.nl. De mannen van Herstelling aan het werk aan de fortwachterswoning. (foto Stadsherstel/Stella van Heezik)
6
Herstelling op Fort Diemerdam Herstelling huurt de, naast Fort Diemerdam gelegen, Kringenwetboerderij Zeehoeve om deelnemers praktisch te diagnosticeren en voor een vervolgtraject te adviseren. Door ook Fort Diemerdam te huren wil de Stichting Herstelling een traject bieden aan klanten die de potentie hebben om in de toekomst op een Sociale Werkvoorziening (SW) baan te kunnen functioneren (*SW Ja of Nee). Kenmerk van deze klanten is dat zij (nog) niet kunnen voldoen aan de eisen die bij Pantar/SW aan hen gesteld worden op het gebied van basale werknemersvaardigheden (verzuim, ziekteverzuim, te laat komen, omgangsvormen op de werkvloer). Zij hebben (vastgestelde) belemmeringen die het aannemelijk maken dat zij in aanmerking zullen komen voor een SW indicatie. Die belemmeringen kunnen liggen op lichamelijk, cognitief en/of psychisch gebied en zijn van dien aard dat de klant de potentie heeft om met specifieke training en begeleiding toe te groeien naar de minimaal vereiste werknemersvaardigheden in de SW. Het diagnosticeren duurt maximaal acht weken waarna de deelnemers bij de Zeehoeve weg moeten. Zij zouden daarna dus door kunnen stromen naar bijvoorbeeld Fort Diemerdam. Rob Moerbeek, stichting Herstelling, diagnosecentrum Zeehoeve
Stellingmaand 2008 Stadsherstel doet dit jaar met Fort Diemerdam en de Kringenwetboerderij Zeehoeve weer mee met de Stellingmaand. De Stellingmaand is een jaarlijks terugkerend evenement rond de Stelling van Amsterdam. In de maand september worden in de weekeinden verschillende forten opengesteld. Vorig jaar deden maar liefst 28 van de 42 forten hun deuren voor het publiek open. In de meeste opengestelde forten vond een uitgebreid en gevarieerd activiteitenprogramma plaats. Stadsherstel doet met Fort Diemerdam ook dit jaar weer alle weekeinden mee. De toegang en de activiteiten zijn opnieuw gratis. Net als vorig jaar is er een familietheaterstuk
te zien van Katy Streek, waarbij prachtig gebruik wordt gemaakt van de charme van het terrein en de gebouwen (zie pagina 9). Ook de Scoutingclub Diemen is aanwezig op het terrein, met verschillende activiteiten voor kinderen. De kunstenaars van de Vereniging Kunstzin Diemen gaan creatief aan de slag met kinderen en het IVN geeft een rondwandeling in het naastgelegen natuurgebied de Diemer Vijfhoek. De Historische Kring Diemen heeft weer aangeboden om alle dagen rondwandelingen over het fortterrein te verzorgen. In boerderij De Zeehoeve geeft de Stichting Herstelling informatie over haar activiteiten. Daarnaast is het mogelijk om, op eigen gelegenheid, een fietstocht door Diemen te maken of een wandeling door de nabijgelegen natuurgebieden of langs andere 7
Rondleiding op Fort Diemerdam tijdens de Stellingmaand 2007. (foto Stadsherstel/Stella van Heezik)
forten van de Stelling van Amsterdam. Boekjes daarvoor zijn verkrijgbaar bij het fort. Ook verzorgt de Vrijwilligerswerkgroep Fort bij Krommeniedijk van het Landschap Noord Holland weer een open dag op het fort en wel op zaterdag 13 september, zie ook www.fortbijkrommeniedijk.nl. Hou voor het laatste nieuws over de Stellingmaand en eventuele wijzigingen de website van Stadsherstel in de gaten, www.stadsherstel.nl. Hierop wordt te zijner tijd ook het complete programma neergezet. Als u andere forten wilt bezoeken kunt u kijken op www.stellingmaand.nl.
BouwKunstbord Tijdens de Stellingmaand wordt door de jongeren van Herstelling, onder begeleiding van Heleen Boersma en Stéphane Wienneke, een BouwKunstbord gemaakt. De werkzaamheden die Herstelling uitvoert duren langer dan bij een reguliere aannemer. Vandaar dat er op het fortterrein een paar jaar enkele containers zullen staan. Om het zicht op deze lelijke containers kwijt te zijn, hebben we aan de kunstenaars en Herstelling gevraagd of zij een kunstwerk willen maken dat de bouwplaats verhult. Het BouwKunstbord wordt in september gemaakt en in één van de Stellingweekeinden onthuld. (SvH)
8
No-man’s land No-man’s land is een theatrale ontmoeting tussen jongeren uit Amsterdam en Kaapstad over vooroordelen, conflict en verzoening en is te zien tussen 13 en 28 september 2008 als onderdeel van de Stellingenmaand. Na de succesvolle voorstelling ‘Het verhaal van Dieme’ is Katy Streek dit jaar weer gevraagd om een familievoorstelling te maken voor de Stellingmaand. Als thema heeft zij gekozen voor ‘90 jaar na WO I’. Het uitgangspunt van de voorstelling vormt het incident tijdens de Eerste Wereldoorlog waarbij Britse en Duitse soldaten hun wapens neerlegden en in no-man’s land samen kerstnacht vierden. De acteurs uit Nederland en Zuid-Afrika gebruiken dit verhaal voor het maken van de voorstelling rond de thema’s: - Redenen tot conflict - Vooroordelen - Verzoening - Identiteit De spelers brengen hun theatertradities samen in een sterk muzikaal en visueel bewegingstheaterstuk. In het proces onderzoeken zij welke aspecten van WO I nog invloed hebben op hun dagelijks leven, bijvoorbeeld xenofobie en racisme. Zij vertellen het verhaal vanuit de rol van dieren tijdens de oorlog, zoals mascottes, gezelschapsdieren, werkkrachten en berichtenoverbrengers. Dit gezichtspunt dient als metafoor voor het menselijk gedrag. Het samenwerkingsproces wordt begeleid door Katy Streek, student Applied Drama and Theatre Studies aan de Universiteit van Kaapstad, en Maarten Hutten, afgestudeerd aan de opleiding Docent Theater, Academie voor Drama, Fontys Hogeschool voor de Kunsten. No man’s land is in ieder geval te zien op Fort Diemerdam, op Werf ’t Kromhout en in de kerk De Duif.
9
STADSHERSTEL HERSTELT OOK HIER EEN BOUWBLOK Start van Vriendenwandeling in Cluster Arm De Vriendenwandeling werd dit jaar midden in de binnenstad gehouden. Enkele jaren geleden hadden de Vrienden het binnenterrein – Cluster Arm – al bezocht, maar toen waren we nog niet gestart met het project. Nu waren verschillende panden gereed: Oudezijds Voorburgwal 30, 32 en 34. Het Veilinghuisje met de zinken nieuwbouw ernaast was al een aardig eind op weg. Op het binnenterrein – waar de Delftsblauwe huisjes zullen worden gebouwd (zie vorige Nieuwsbrief of onze website) – werden op vrijdag 23 mei de Vrienden opnieuw ontvangen. Het was gelukkig prachtig weer en een
Het Veilinghuisje met de zinken nieuwbouw. (foto Stadsherstel/Peter Prins)
10
biertje van De Prael, de toekomstige huurder van een groot deel van het project, smaakte daardoor nog lekkerder. Behalve de tap van de brouwerij was er ook een informatiestand van het museum Amstelkring (Ons’ Lieve Heer op Solder), dat eveneens partner is in dit bouwblok. De Vrienden mochten gratis het museum bezoeken. Verder mochten de vrienden het pand ‘De Leeuwenburgh’ bekijken van een andere partner, het Leger des Heils. Hier kon men uitleg krijgen over hoe het Leger in elkaar zit en hoe Majoor Bosshardt op deze plek woonde en werkte. Ook kon het voormalige “bingohuis” Mata Hari aan de Oudezijds Achterburgwal bezocht worden. Bij de start vertelde Jaap Hulscher, adjunctdirecteur van Stadsherstel, wat de plannen van Stadsherstel zijn met dit gebied. Zij wil dit stuk stad weer aantrekkelijk maken voor bewoners, ondernemers en toeristen door het onderbrengen van leuke bedrijfjes, het restaureren van monumenten en door het vullen van gaten met aantrekkelijke pandjes waarin boven de bedrijvenplint woningen worden gerealiseerd. De eerste vaste huurder is bierbrouwerij De Prael, een sociale firma die dagbestedingactiviteiten organiseert voor mensen met een psychiatrische problematiek. Zij kunnen straks werkzaamheden uitvoeren in de bierwinkel in Oudezijds Voorburgwal 30, bierbrouwen in Oudezijds Voorburgwal 28 (het Veilinghuisje met de nieuwbouw), of werk-
zaam zijn in het proeflokaal in de Oudezijds Armsteeg. De Prael geeft daarmee een positieve uitstraling aan twee zijden van het project Arm. Vervolgens vertelde Pierre van Rossum, direc-
teur van het Project 1012, iets over dit 1012coalitieproject. Cluster Arm zit in het 1012 postcodegebied en onze activiteiten passen naadloos binnen de doelstellingen van het project (zie kader).
Project 1012 In 2004 is samen met 120 bewoners en ondernemers gesproken over de problematiek en de toekomst van het Wallengebied. Dit heeft geleid tot een plan van aanpak om de algehele verloedering een halt toe te roepen. Met dit plan zijn de laatste jaren op verschillende fronten goede resultaten geboekt. De invoering van de autoluwe Wallen, de herinrichting van de openbare ruimte, een verbetering van panden, de aanstelling van straatmanagers en een versterking van de handhaving is succesvol gebleken. Ook de veiligheidsschouwen blijken te helpen bij de aanpak van overlast. Dat concluderen bewoners, ondernemers, politie en het stadsdeel. Met deze successen zijn we er echter niet. Uit onderzoek blijkt dat er nog steeds relatief veel praktijken plaatsvinden die het daglicht niet kunnen velen. Het witwassen van zwart geld, vrouwenhandel en drugsgerelateerde criminaliteit zijn de voornaamste boosdoeners. Ook is de huidige economische structuur van invloed op de aard van de problemen. Het evenwicht tussen wonen, werken en recreëren wordt verstoord door de stapeling van vele vaak minder gewenste functies zoals coffeeshops, prostitutie, fastfood en minisupermarktjes. Veel van deze functies zijn gevoelig voor criminele invloeden. Daarbij komt dat de overlast zich niet uitsluitend beperkt tot het Wallengebied. Ook de route vanaf het Centraal Station langs het Damrak naar de Dam kan extra aandacht gebruiken. Om al deze overlast aan te pakken is een bundeling van bestuurlijke kracht noodzakelijk. Onder de naam coalitieproject 1012 – vernoemd naar het postcodegebied 1012 – gaat het stadsdeel in nauwe samenwerking met de centrale stad de strijd aan tegen criminaliteit en verloedering. Het aantal laagwaardige en vaak overlastgevende functies wordt teruggedrongen. Daarvoor in de plaats moet een bruisend stadscentrum komen waar Amsterdammers weer trots op kunnen zijn; met een Rode Loper die als entree van de stad daadwerkelijk kwaliteit uitstraalt, een Oudekerksplein dat echt recht doet aan de culturele historie van de Wallen en straten met een leuk en hip uitgaansmilieu – zoals dat nu bij de Zeedijk het geval is. Het stadsdeel blijft daarbij investeren in de zichtbare kwaliteitsverbetering van de openbare ruimte, zoals de herinrichting van de Rode Loper en de aanpak van de overlast op straat. Zowel via repressie als via zorg en het handhaven op misstanden achter de gevel. (Afkomstig van de website: www.eenveiligamsterdam.nl) 11
De derde spreker was archeoloog Jørgen Veerkamp van bureau Monumenten & Archeologie. Hij vertelde iets over de archeologische verwachtingen van het binnenterrein en over het reeds uitgevoerde bodemonderzoek. Er is namelijk al gegraven in het Veilinghuisje en ernaast, waar nu de nieuwbouw staat. Op het betreffende perceel stond tot in de 18e eeuw een suikerbakkerij. Jacob Dirckszn Rosenkrans is de eerste suikerbakker die hier bekend is. Hij woonde in het huis Warmoesstraat 37, dat in 1553 ‘De witte
Rosencrans’ heette, en had achter zijn huis een suikerbakkerij, die door een zaksteegje – de Suikerbakkerssteeg – in verbinding stond met de Oudezijds Voorburgwal. Een steegje naar de Heintje Hoekssteeg heette toen Rosenkransgang. Bij de opgraving hebben de archeologen gootsystemen gevonden, vermoedelijk waren deze onderdeel van de suikerbakkerij. Zij hopen elders op het binnenterrein nog resten te vinden van de middeleeuwse aarden stadswal met houten palissade, de sciltraminge.
De Archeologische Dienst aan het werk naast het Veilinghuisje. (foto Rex Tijs)
12
Het ontstaan van de Suikerbakkerijen Sedert vroege tijden heeft de mens van lekker eten gehouden. De vooruitgang sinds de tweede helft van de 16e eeuw in de banketindustrie was vooral mogelijk door de grotere aanvoer van suiker. De Hollandse kooplieden voerden dit product aan uit St. Thomas, de Canarische eilanden en Brazilië. De suikerhandel van Amsterdam was omstreeks 1590 reeds de kleinhandel ontgroeid. De suikerindustrie expandeerde in de 17e eeuw. In die eeuw was Amsterdam op dit gebied de eerste stad van de wereld. In 1603 kende Amsterdam nog maar drie suikerbakkerijen, zoals de raffinaderijen toen genoemd werden. In 1630 waren het er al circa 25 en in 1661 zestig. In 1681 was het aantal teruggelopen tot twintig, maar in 1771 waren het alweer 110 (in heel Holland werden toen 150 geteld). In de Franse tijd stokte, door het continentale stelsel van Napoleon, de aanvoer van Oosten Westindische suikerriet en gingen ook in Amsterdam de suikerbakkerijen ten onder.* In de suikerbakkerijen werd de ruwe suiker omgesmolten, gezuiverd en tot verschillende soorten consumptiesuiker omgewerkt. Hierbij bleef als laatste moederloog over, een stroop die als voedsel een hoge waarde bezat en vooral onder het gewone volk een grote afzet vond. Merkwaardig genoeg werd deze stroop alleen in onze streken geconsumeerd. In het buitenland kon men het alleen aan de varkens kwijt. Het is dan ook niet te verwonderen dat Nederland werd overstroomd met buitenlandse stroop, tot groot ongenoegen van de raffinadeurs hier te lande. In een middelgrote suikerbakkerij werkten 20 tot 30 arbeiders. Het waren meestal grote gebouwen met een aantal verdiepingen. Belangrijke schakels in het productieproces waren de stookplaatsen – waar de ruwe suiker in koperen ziedpannen (zieden = koken) werd gekookt en gezuiverd – en het vulhuis, waar de suiker in puntvormige potten werd gegoten. In de 18e eeuw werd door de stedelijke overheid bepaald dat nieuwe suikerbakkerijen in verband met hun grote brandgevaarlijkheid alleen nog buiten het gebied begrensd door de Keizersgracht mochten worden gebouwd. * Vanwege zijn permanente strijd met het Britse rijk stelde Napoleon in 1806 op het Europese continent een embargo in voor producten uit Groot-Brittannië en zijn koloniën.
De Vriendenwandeling werd bezocht door zo’n 250 mensen. Als u deze gemist heeft en u wilt het binnenterrein toch nog zien, dan kunt u dat doen tijdens de Open Monumentendagen in september. 13
Het eerste biertje Bij het schrijven van deze Nieuwsbrief is de inrichting van het Veilinghuisje met de zinken nieuwbouw nagenoeg gereed. Prachtige roestvrijstalen ketels staan te pronken op de frisse blauwe vloer. Op 23 juni was deze brouwinstallatie, vervaardigd door de firma Braukon uit het Duitse Beieren, aangekomen. De installatie werd ’s ochtends vroeg afgeleverd op de Nieuwe Brug bij het Centraal Station. Vanaf de brug zijn de componenten met heftrucks naar de locatie op de Oudezijds Voorburgwal gebracht. Toen werd het passen en meten. Van tevoren was bij de bouw wel al rekening gehouden met de installatie die later binnengehaald zou worden, maar het is
toch altijd weer spannend of het allemaal klopt. Het duurde bij elkaar zo’n drie dagen voordat alles naar binnen was gehesen, getakeld en gesjouwd. Daarna is er nog zo’n twee weken gearbeid om een werkende brouwinstallatie te krijgen. Eind juli werd begonnen met het brouwen van het eerste biertje in de spiksplinternieuwe brouwzaal van De Prael. Het bier van De Prael is gebaseerd op verschillende traditionele Duitse biertypes, met hier en daar een knipoog naar onze zuiderburen. Deze unieke combinatie levert een repertoire op van eigenzinnige en karaktervolle bieren. Daarom zijn alle bieren vernoemd naar smartlappenzangers/zangeressen. Het eerste biertje dat gebrouwen wordt op de
Het gedeelte van de brouwinstallatie op de eerste verdieping, gezien vanaf de galerij. (foto Stadsherstel/Peter Prins)
14
De entree van de bierwinkel van De Prael, Oudezijds Voorburgwal 30. (foto Stadsherstel/ Stella van Heezik)
prachtige nieuwe locatie is de Johnny (Johnny Jordaan), een Kölsch type blond bier met 5,7% alcohol. Bij de opening van de brouwerij op de vorige locatie – zes jaar geleden – werd dit biertje ook als eerste gebrouwen.
Er wordt nu rustig verder gewerkt aan de inrichting van de speciaalbierwinkel en als het goed is, staat deze rond 1 september vol met heerlijke biertjes. Op de gevel van Oudezijds Voorburgwal 30 staat in ieder geval de naam van De Prael al te pronken. (SvH) 15
Open Monumentendag Zoals altijd doet Stadsherstel ook dit jaar mee met de Open Monumentendagen, op zaterdag 13 en zondag 14 september. De volgende gebouwen van Stadsherstel zijn die dagen geopend: – Veilinghuis + binnenterrein, Oudezijds Armsteeg even zijde (alleen zaterdag) – Amstelkerk, Amstelveld 10 – De Duif, Prinsengracht 756 – Vondelkerk, Vondelstraat 120 – Posthoornkerk, Haarlemmerstraat 124-126 – Schellingwouderkerk, Wijkergouw 6 (alleen zondag)
16
– Kerk te Ransdorp, Dorpsweg 55 – Museum Werf ’t Kromhout, Kruithuisstraat 17-25 – Kringenwetboerderij De Zeehoeve, Overdiemerweg 41, Diemen (alleen zondag) – Schuilkerk De Hoop, Hartveldseweg 23, Diemen Op verschillende locaties worden activiteiten georganiseerd. Voor informatie hierover kunt u kijken op onze Cultuurladder die u eind augustus krijgt toegezonden of op onze website: www.stadsherstel.nl.
Geslaagd project in de Dirk van Hasseltssteeg Bij de aankoop van de vijf huizen in de Dirk van Hasseltssteeg was het al onze wens om deze verloederde en dichtgetimmerde pandjes in die smalle steeg weer nieuw leven in te blazen door ze te restaureren en de deels 17eeeuwse puien te voorzien van frisse kleuren. Maar ook wilden we daar natuurlijk leuke huurders voor vinden, die zouden zorgen voor wat bedrijvigheid in de steeg. En dat is gelukt! Na restauratie trok er in de oneven zijde een schoenmaker en onlangs is in de even zijde een kledingwinkel gekomen, die de steeg nog meer opfleurt. Een geslaagd project dus. (SvH)
De Wereld van Felicia is gespecialiseerd in mooie feestkleding voor een vriendelijke prijs. De salon in de binnenstad van Amsterdam biedt een royaal assortiment aan vintage en bijzondere kleding voor alle gelegenheden. Met een wekelijks veranderende collectie onder andere uit Parijs.
Openingstijden di-wo-vr-za 12-18 uur do 12-21 uur zo 12-17 uur
In de Wereld van Felicia vind je wapperende zomerjurken, speelse bloemetjesjurken, luchtige jurkjes, casual chique avondjurken, ingetogen en flamboyante galajurken, bruidsjurken, over-de-top jurken, dress-to-impress jurken, vurige tangojurken, Chinese jurken, romantische jurken en Sissie jurken.
[email protected]
Dirk van Hasseltssteeg 4 020-3202820
www.dewereldvanfelicia.nl
17
Badhuis Zamenhofstraat gereed voor Museum Amsterdam Noord Het badhuis aan de Zamenhofstraat in Vogeldorp is na een half jaar durende restauratie gereed om het Museum Amsterdam Noord in onder te brengen. Op vrijdag 27 juni 2008 heeft de wethouder Openbare Ruimte en Leefbaarheid, de heer drs.
H.J. van Schaik, namens het bestuur van Stadsdeel Amsterdam Noord de officiële handeling ter afsluiting van de werkzaamheden verricht. Het aanbrengen van het bekende Stadsherstelbordje naast de entree was het puntje op de i van de restauratie van dit gemeentelijke monument. Het Badhuis is geschikt gemaakt om door het Museum Amsterdam Noord betrokken te worden. Het nieuwe museum gaat naar verwachting begin volgend jaar open voor het publiek. Het wil het gezicht van Noord laten zien door (onder andere) het vertellen van uiteenlopende verhalen van bewoners en het tonen van werk van de kunstenaars en creatieve mensen in de buurt, in zogenaamde buurtgeregisseerde tentoonstellingen. Jaarlijks wordt in de herfst een oproep gedaan voor tentoonstellingsvoorstellen van scholen, buurt- en welzijnsorganisaties, historische genootschap-
Wethouder Harm-Jan van Schaik brengt het Stadsherstelbordje aan. (foto Stadsherstel/Peter Prins)
18
Rex Tijs van aannemersbedrijf J.C. Nieuwenhuizen overhandigt het door zijn bedrijf gerestaureerde bord van het Badhuis aan Henk Ras van het Museum Amsterdam Noord. (foto Stadsherstel/Peter Prins)
pen en natuurlijk bewoners van Amsterdam Noord. De verhalen worden verzameld en vervolgens vormgegeven door de creatieve industrie van Amsterdam Noord. Zo verbindt het museum tevens de bewoners van Noord en de creatieve sector. Vogeldorp Vogeldorp bestaat in 2008 negentig jaar. In april 1917 werd door Burgemeester & Wethouders een voorstel gedaan tot de bouw van 3500 woningen. Het plan werd door de gemeenteraad aanvaard, op één onderdeel na. Het in de Buiksloterham neerzetten van 650 tijdelijke houten noodwoningen met een levensduur van twintig jaar werd afgewezen.
Maar omdat de particuliere bouw stil lag wegens de oorlogsomstandigheden in Europa, werd vijf maanden later alsnog besloten tot de bouw van bijna 500 semi-permanente woningen, maar nu van steen. Die woningen – met een geprojecteerde levensduur van 35 jaar – moesten worden neergezet in de Nieuwendammer- en Buiksloterham en kwamen bekend te staan als Vogeldorp en Disteldorp. Begin 1918 werd met de bouw ervan begonnen. Vanwege de voortdurende woningnood bleven de semi-permanente woningen ook na 35 jaar staan. Aan het einde van de eeuw waren ze echter zodanig slecht geworden dat de eigenaar, Woningbedrijf Amsterdam, ze 19
wilde slopen. Hiertegen kwamen de bewoners in verzet. Beide dorpen kregen in 1997 de status van gemeentelijk monument en werden overgedragen aan woningstichting De Key, die ze restaureerde. Vanwege het tijdelijke karakter van de woningen in Disteldorp en Vogeldorp waren hier geen badvoorzieningen in ondergebracht. Daarom werd bij beide dorpen een badhuis neergezet. Op 15 december 1919 werden de identieke gebouwtjes geopend. Ze hadden een capaciteit van zes stortbaden en één kuipbad en ze waren afwisselend geopend voor mannen en vrouwen. Vanwege het landelijke karakter van de omgeving kregen ze de vorm van een Noord-Hollandse stolpboerderij. Restauratie Net als de rest van Vogeldorp verkeerde het Badhuis in een slechte staat van onderhoud.
(foto Stadsherstel/Gijs Hoen)
20
Dat was voor Stadsdeel Noord reden om het in 2006 aan Stadsherstel te verkopen. Vervolgens is een restauratieplan gemaakt door Jeroen Steur van architectenbureau Geusebroek Stefanova. De uitvoering van zijn plan was in handen van JC Nieuwenhuizen BV, de natte installaties werden aangelegd door Reintjes en Van Donk en de elektrische voorzieningen werden aangebracht door Chris Frijns. De indeling van het Badhuis werd aangepast. De oorspronkelijke badhokjes waren al geheel verdwenen. Nu is de bovenverdieping geschikt gemaakt als kantoorruimte. Er kwam een nieuwe trap en de verdieping werd van twee kamers voorzien. In alle ramen van het badhuis werd weer helder glas gezet en de dakkapellen werden geheel hersteld. Alle benodigde installaties werden vervangen of toegevoegd. (GH/PP)
Projecten in uitvoering Amstel 99 Architect Aannemer Constructeur
B. Verheggen architect A.v.B BNA te Amsterdam Konst & van Polen te Westwoud Ing. C.J.M. de Beurs te Amsterdam
Tegenvallers Na een gunstige aanbesteding kon de aannemer begin maart starten met de laatste restauratie uit het huizenblok aan de Amstel tussen de Nieuwe Kerkstraat en de Nieuwe Prinsengracht. Tijdens het bouwkundig vooronderzoek werd al vermoed dat de voorgevel met kroonlijst los stond van de bouwmuren. Dit vermoeden bleek juist te zijn. Er was geen enkel anker te vinden dat de voorgevel koppelde aan de bouwmuren. Bovendien was het metselwerk onder de kroonlijst veel slechter dan was verwacht. Dus de voorgevel moest geheel nieuw verankerd worden aan de bouwmuren. De staat van onderhoud van de achtergevel was zo mogelijk nog slechter. Er moest meer gedemonteerd worden dan het bestek voorzag. Ook de staat van de spanten en sporen van het voorhuis was een drama. Naast aantastingen door langdurige vochtinwerking had hier de houtworm zijn visitekaartje achtergelaten. Dit had tot gevolg dat de gehele kap op het hoge voorhuis vervangen diende te worden. De kap is inmiddels geheel vernieuwd, de nieuwe boeiborden zijn geplaatst en het zink van de goten is gemonteerd. Het wachten nu
Aanzicht van het dak van Amstel 99 tegen de achterzijde van het verhoogde voorhuis. De pannen moeten nog worden gelegd. (foto Stadsherstel/Floris van Hienen)
is op de oude Oud Hollandse gesmoorde dakpannen. Ook de veronderstelde redelijk tot goede bouwkundige gesteldheid van de gevelkozijnen bleek niet te kloppen. Nader onderzoek wees uit dat het kozijnhout op vele plaatsen als een bouwpakket uit een doe-hetzelfzaak was samengesteld: latjes en stukjes hout. Met de houten vloeren en balken was het al niet beter gesteld. De vloer van de kapverdieping was geheel vermolmd door 21
houtwormaantasting en diverse gedeelten van de balken waren aangetast door de bruine huiszwam, rampzalig dus. Het verbindingstrapje in de uitbouw op de begane grond was eveneens geheel door zwam aangetast. Het heiwerk dat gepland stond in de weken 17 en 18 diende door alle onvoorziene omstandigheden telkenmale uitgesteld te worden. Uiteindelijk kon negen weken later dan gepland, worden begonnen. Na het slopen van de bestaande souterrainvloer werd gestart met het ontgraven van de grond voor de nieuwe funderingsvloer. Ging dit dan voorspoedig? Zeker niet! In het achtergedeelte van het voorhuis trof men een kelder aan waar niemand het bestaan van wist. Na de vloer van de kelder te hebben onderzocht, bleek deze uit baksteen te zijn samengesteld, met daaronder een houten rastervloer. Dat werd dus niet graven, maar hakken en zagen. Daarna werden alle gaten en paalbekistingen aangebracht en de heier startte met het inbrengen van de stalen buispalen. Echter, u raadt het al, ook dit gaf onoverkomelijke problemen. De buiteninspecteur van de Bouwen Woningdienst had verordonneert dat voor de start van het heiwerk trillingsmeters werden gemonteerd en deze trillingsmeters sloegen op tilt bij de eerste weerstand van de paal. Het uitslaan van de meters tot 5,2 was het maximale toelaatbare, maar zij noteerden geregeld een uitslag van boven de 10,0. Stoppen met heien, dus. Een mogelijke oplossing is om eerst een gewapende werkvloer aan te brengen, zodat er massa ontstaat, en dan verder gaan met heien. Wanneer de bouwvakkers terug zijn van vakantie zullen wij het weten. (AvH) 22
Korsjespoortsteeg 17 Architect Aannemer Constructeur
Adviesbureau voor Bouwen In Amsterdam bv De Betonhoeve te Amsterdam A.T. Brands te Lisserbroek
Het staande houden van een bouwval In mei 2008 is daadwerkelijk gestart met de aanpak van het pand Korsjespoortsteeg 17. Dit pand, dat samen met Korsjespoortsteeg 15 een tweeling vormde, was in 2006 reeds uitgepeld. De rechter bouwmuur van nummer 17 bestaat uit half steens metselwerk en verkeert in een zeer slechte toestand. Alvorens te kun-
Korsjespoortsteeg 17 met de aangebrachte op en neren tegen het voorgevelmetselwerk met de trekstangen naar binnen. (foto Stadsherstel/Floris van Hienen)
Korsjespoortsteeg 17. Dubbele opvangvijzels onder de rechter bouwmuur en de bekistingen voor de paalsparingen. (foto Stadsherstel/ Floris van Hienen)
nen beginnen was het noodzakelijk een vijftal kruisschoren aan te brengen om het pand voldoende stabiliteit te geven. Tevens werd het metselwerk van de voorgevel van op en neren voorzien, welke door middel van trekstangen aan de bestaande balklagen zijn gekoppeld. Met de eigenaar van nummer 19 was afgesproken om ook de linker bouwmuur van zijn pand op te vangen op de nieuw aan te brengen fundering. Dit maakte de uitvoering van de werkzaamheden er niet makkelijker op. Om de kassen in de bouwmuur van nummer 19 te kunnen hakken, heeft de aannemer de rechter bouwmuur van 17 over de gehele lengte op dubbele vijzels geplaatst. De geplaatste kruisschoren en vijzels maken het nu mogelijk om het wapeningsnet voor de nieuwe funderingsvloer aan te brengen onder de voor- en achtergevel en de bouwmuren. Gezien de slechte bouwkundige toestand van
nummer 17 is besloten om geen in de voet geheide stalen buispalen toe te passen. Dit zou veel te veel trillingen met zich meebrengen. De keus is gevallen op de stalen buisdrukpaal, een trillingsvrij paalsysteem. Om dit mogelijk te maken moest eerst de vloer worden gestort, welke werd voorzien van bekistingen voor de paalsparingen en vier stuks trekankers per paalsparing, die het mogelijk maken om de palen te drukken met de vloer als tegengewicht. De funderingsvloer en kelderplinten zijn inmiddels gestort. Het wachten is nu op de uitharding van het beton van de vloer – wat drie weken duurt – om vervolgens de palen in te kunnen brengen. (AvH)
23
Noorderdwarsstraat 7 Architect Aannemer
Theo van Zweeden te Amsterdam De Betonhoeve te Amsterdam
Dit project heeft een uitzonderlijk lange en kostbare voorbereiding gehad. Veel energie en kosten moesten worden besteed om de bewoner van de begane grond en het achterhuis te laten vertrekken. Deze man had zich de ruimte onterecht toegeëigend. Na veel correspondentie en diverse bezoeken aan de rechtbank moest uiteindelijk de deurwaarder er aan te pas komen. Daarna kon de restauratie beginnen van dit in oorsprong 17e-eeuwse huis,
dat in 1880 werd verbouwd en van een nieuwe voorgevel voorzien door architect A.C. Bleys, die ook onder andere de Sint Nicolaaskerk tegenover het Centraal Station ontwierp. Het funderingsherstel werd versneld aanbesteed toen duidelijk werd dat de ruimte eindelijk ter beschikking aan de eigenaar (Stadsherstel) zou komen. Bij het eerste plafond dat werd verwijderd, dook helaas een grote hoeveelheid asbest op, die bij eerdere inspecties niet was gezien. Het valt te hopen dat deze moeizame voorbereiding straks in contrast staat met het verdere verloop van de restauratie en natuurlijk de nieuwe toekomst van dit gemeentelijke monument, waarin weer drie woningen en een bedrijfsruimte zullen komen. (GH)
Noorderdwarsstraat 7 (foto Stadsherstel/Gijs Hoen)
24
Runstraat 4 Architect Aannemer Constructeur
Thijs Kaas te Amsterdam FW Onrust BV te Zaandam Evers Partners Raadsgevend Ingenieursbureau te VelsenNoord
Pandjes als deze, ingepakt met een dik pak hout om de boel bij elkaar te houden, zijn een zeldzaamheid geworden in de Amsterdamse binnenstad. Wegens diverse omstandigheden werd de restauratie van dit kleine huisje telkens uitgesteld, maar dit jaar was het eindelijk zover. De aanpak werd afgestemd op de restauratie van het buurpand – nummer 2, waarmee het huis een bouwmuur deelt – zodat het funderingsherstel aan die zijde eerst gedaan kon worden. Dit resulteerde in een vreemde volgorde van bouwen, want het deel van het funderingswerk dat op nummer 4 uitgevoerd moet worden, kan pas daarna beginnen. Het herstel van rotte balklagen, balkkoppen en vloeren kwam wel in de eerste fase aan bod. Daarna zal het dak worden gedaan en dan pas het funderen. Het pand dateert waarschijnlijk uit de eerste helft van de 17e eeuw. Hoewel het nog vele originele onderdelen bezit, is het in de loop van de tijd ernstig verminkt. De top, die zijn afdekking mist, heeft een rijker verleden gekend dan zijn huidige verschijningsvorm doet vermoeden. Deze verminkte gevelbeëindiging wordt weer hersteld met een top afkomstig van de oude werf van Bureau Monumentenzorg. De herkomst ervan is niet met zekerheid te bepalen. De enige aanwijzing die wij hebben, is een schetstekening die
Runstraat 4 zonder top …
en de top die er op komt. (foto’s Stadsherstel/Gijs Hoen)
25
Bureau Monumentenzorg gemaakt heeft waarop in potlood staat: “afkomstig van Dijkstraat”. In de gevel zit een 18e-eeuwse steen. De voorstelling is grotendeels weggehakt, maar het opschrift – Fridericus D III Kooning van Pruysen – is bewaard gebleven. Vermoedelijk is deze voorstelling in de tijd van de Franse Revolutie met een beitel verwijderd. Gelukkig zijn de Lodewijk XV aanzetten aan beide zijden ook nog aanwezig. Op de begane grond komt een winkelruimte met insteekverdieping en een nieuwe kelder en op de drie verdiepingen daarboven komt een woning, die via een trap zo steil als een ladder betreden moet worden. (GH)
de brandweerlieden het complex verlieten. En dan hebben zich, nadat het gebouw in het begin van de jaren zeventig leeg raakte, kunstenaars gevestigd in ruimtes die heel goed als atelier en theaterstudio dienst doen. In de voormalige smederij bevindt zich een timmerwerkplaats. De bewoners en gebruikers beschouwen het gebouw als van hun en dat toont hun betrokkenheid. Men wil dan ook alles weten en de plannen kennen en als men het oneens is, is de vlam licht in de pan. Maar de discussie tussen bewoners en Stadsherstel is van groot belang om het plan goed te ontwikkelen, en dat gebeurt ook. Vooral ook omdat iedereen op de 1e, 2e en 3e verdieping blijft. Na de restauratie zullen alleen de twee gebruikers van de begane grond verhuisd zijn.
De Ruyterkade 149 – Brandweerkazerne Oud Nico Architect
Willem van Gils/ Casa architecten
We kijken vaak naar het uiterlijk van een gebouw, maar in het geval van deze voormalige brandweerkazerne hebben wij er als Stadsherstel ook nieuwe markante huurders bij gekregen. Twee brandweerlieden, die in de kazerne woonden en het einde van het tijdperk van het gebruik van de kazerne zelf hebben meegemaakt, zijn er blijven wonen en hebben een zeer belangrijke rol gespeeld in het verkrijgen van de monumentenstatus voor het gebouw. Het zijn Amsterdammers en aan assertiviteit dus geen gebrek. Daarnaast woont een administratieve medewerker in de kazerne vanaf het moment dat 26
De klimtoren van Oud Nico. (foto Stadsherstel/Paul Morel)
Oud Nico werd aan het eind van de 19e eeuw gebouwd als een burcht, een gebouw dat soliditeit uitstraalde, zodat de inwoners van de stad zich veilig zouden voelen. Het was een solitair gebouw, vrijstaand in de ruimte, ‘waar niemand aan kon komen’. Dat element zal weer zichtbaar zijn na de restauratie, een vrijstaand solide gebouw, waar men omheen kan lopen, en toch niet omheen kan! (PM)
Singel 135 Architect Aannemer
Constructeur
F. Greven architect bna te Krommenie Hillen & Roosen Restauratie en Onderhoud Evers Partners Raadgevend Ingenieursbureau te Velsen-Noord
der weigerde mee te werken. De situatie was niet zodanig dat er gevaar was, dus het uitstel werd geaccepteerd. Nu deze huurder vertrokken is, kan het funderingsherstel alsnog plaatsvinden. Het pand heeft een gemeenschappelijke bouwmuur met nummer 137. Ook deze moet gefundeerd worden en in overleg met de eigenaren van het buurpand is besloten om voor een paaltype te kiezen dat trillingsvrij en geluidsarm ingebracht kan worden. Omdat de palen op de tweede zandplaat moeten komen te staan, is uiteindelijk gekozen voor de Waal-Compact-Paal. Dit is een grondverdringend geschroefde stalen buispaal met
De geschroefde stalen buispaal Singel 135 werd in 1987 gedeeltelijk gerestaureerd. Het casco werd aangepakt en op de verdiepingen kwamen twee woningen. De fundering kon echter niet hersteld worden, omdat de zittende huur-
Singel 135. De hoogtedoorsnede van een schroefinjectiepaal met een paalpuntniveau op 19250 mm minus NAP. (tekening De Waalpaal)
27
groutinjectie (grout = beton met een fijne structuur). Het voordeel van dit paaltype is dat eerst de palen worden ingebracht en daarna de nieuwe funderingsvloer. Mocht de paal om welke reden dan ook niet verder de grond ingaan, dan kan de plaats gecorrigeerd worden. De opbouw van de paal bestaat uit een boorbuis van 88,9 mm doorsnee die door middel van schroefkoppelingen worden verlengd tot de gewenste diepte. De schacht van de paal, die in dit geval rond 300 mm in doorsnee is, wordt gevormd door een groutvulling welke de draagkracht van de paal verzorgd. Deze schacht ontstaat door onder hoge druk de grout uit de boorbuis te persen. De vloeibare grout zoekt rondom de buis een uitweg naar boven en vormt zo na uitharding een funderingspaal. In het totaal worden er twaalf palen toegepast voor de nieuwe fundering. De planning is om in week 33 te starten met het schroefwerk. (AvH)
ter bij de duinen is gelegen en daarom de stabiele zandlaag er minder diep ligt, konden kortere palen gebruikt worden dan in Amsterdam gewoon is. Er moesten vanwege de omvang van het pand wel een hele hoop in, bijna 50, en deze moesten ook nog trillingsvrij worden ingebracht. Andere constructieve elementen moesten eveneens worden vernieuwd, zoals de verankering van de gevels en diverse balken. Bij aanvang van de bouwvakantie waren de meeste van deze werkzaamheden uitgevoerd. Ook de constructie van de liftschacht, een nieuwe toevoeging in het gebouw, stond er bij aanvang van de drie weken rust in de bouw. Het is de bedoeling dat in het voorjaar van 2009 zes woningen aan ons Haarlemse bezit zijn toegevoegd. De woning op de begane grond wordt gecombineerd met een kantoorruimte in de prachtige stijlkamer in Lodewijk XVI-stijl. Daarboven komen nog vijf woningen van verschillende grootte. (GH)
Spaarne 11 te Haarlem Architect Aannemer
Kentie en Partners Architekten BV te Halfweg Schakel & Schrale BV
Bij de aankoop van dit voormalige brouwhuis aan het Spaarne in Haarlem was de bouwvergunning reeds verleend en waren de nietmonumentale interieuronderdelen al verwijderd. Daardoor kon de aannemer na de aanbesteding vrijwel direct aan de ruwbouw beginnen. Zoals dat maar al te vaak gaat, werd begonnen met het aanleggen van een nieuwe fundering. Omdat Haarlem wat dich28
Spaarne 11. Het stucplafond van de stijlkamer op de begane grond. (foto Stadsherstel Haarlem)