podium voor de beginnende docenten
N Van Jong NVON Jong NVON is blijvend op zoek naar enthousiaste jonge leden, die mee willen denken over activiteiten voor en door jonge leden. We zijn weer hard op weg om een nieuw team bij elkaar te krijgen. Heb je de bijeenkomsten gemist? Vind je het leuk om mee te denken en mee te doen of wil je precies weten wat Jong NVON doet en wat jij voor deze commissie kan betekenen (of andersom)? Stuur dan een mailtje naar
[email protected].
Verbaasd wordt er omgekeken en geroepen “Hoi…”. Nu ziet ze pas wie hallo heeft gezegd. “Maar… Wat doet u hier?” kan ze nog net uitroepen voordat ze al is doorgefietst met haar groepje. We arriveren bij de volgende kroeg. Ik wil naar binnenlopen en kom een oud-leerling van twee jaar geleden tegen. Een beleefd en gezellig kletspraatje volgt. We gaan weer verder en uiteraard zie ik die avond nog drie oud-leerlingen. Allemaal nog even beleefd: “u” en “meneer”.
Het voelt een beetje vreemd aan, je ziet de leerlingen nu als studenten. Maar ik kan er Freek Pols goed mee leven. Andersom zal het lastiger zijn denk ik. Blijft het een “meneer” of nu iemand die ooit een “meneer” voor je was, maar nu een gezellig persoon in de bar. Door de ogen van een Wat mij de avond nog wel opviel, was het volgende: een ieder waarmee ik sprak uit docent het mentorgroepje vond het uiterst cool Ik ben het studentenleven redelijk ontdat ik docent ben. Gaat het toch goed met groeid, maar hou er zeker nog van om zo nu de status van docenten! en dan bij mijn oude studentenvereniging binnen te lopen en een biertje mee te pakken of om op vrijdagavond naar Leiden te gaan en daar een Vraag en antwoord paar kroegjes aan te doen. Mijn zusje is In vraag en antwoord kun je een vraag nog wel student. Ze stellen die over het docentschap gaat, studeert in Leiden. maar ook alles wat er om heen zit. Denk Ik probeer dan ook aan vragen als: hoe is mijn salarisvoorregelmatig langs te uitzicht, welke extra taken mag het gaan, vanuit mijn management mij toeschuiven, waar haal woonplaats Delft ik mijn toetsen vandaan of waar kan ik ze ben je er zo. Dit jaar kwijt? Jong NVON gaat dan voor jou op was ze mentor van zoek naar het antwoord bij de experts die een groep zogevertegenwoordigd zijn binnen NVON. Stel naamde ‘nullen’ je vraag via
[email protected] o.v.v. vraag en of ‘staarten’ in de antwoord. introductieweek. De kans om nogmaals een introductieweek mee te maken, maar nu vanuit een ander perspectief laat ik mij Digitaal Loket niet ontnemen en dus rijd ik op donderdagavond naar Leiden (uiteraard met de trein) In het digitaal loket wordt het nieuws in de om mee te doen met de kroegentocht. digitale wereld, die nuttig is voor bètadocenten geventileerd. Ditmaal laten we René In de eerste kroeg is het dringen geblazen. van Helden aan het woord, winnaar van de Al snel vind ik mijn zusje en haar groep. Ze DBKna prijs 2011. Wilt u na het lezen meer gaan net door naar de volgende kroeg. Het informatie over soundgame, dan kunt u verbaast mij dat ik nog geen (oud-)leerling terecht bij www.natuurkunde.nu onder van mij ben tegengekomen. Maar al snel zie het onderwerp soundgame of mail naar ik de eerste fietsen. “Hey, Saskia!” roep ik. renevheldennet. Namens Jong NVON,
Twee leerlingen meten de slingertijd. Inleiding
Computergames... Leerlingen zijn er niet achter weg te krijgen... Ik vroeg in de klas: “Jullie houden toch van computergames, wat is daar zo leuk aan dan?” De klas antwoordde: “Je speelt tegen elkaar, je weet niet wat er komen gaat, het is moeilijk om het uit te spelen, je wordt er steeds beter in en het geeft een kick als je een level hebt uitgespeeld.” Dus als dat allemaal in mijn les zou zitten, dan zouden leerlingen uit zichzelf heel hard willen werken, elkaar opjutten en niet uit mijn lokaal weg te krijgen zijn. Tot mijn verbazing bleek dat nog te kloppen ook en dan hoef je niet eens een computer te gebruiken. Uitspraak leerling: “Ik heb veel harder gewerkt dan ooit tevoren bij natuurkunde!” Gamebased learning
De gedachte begon tijdens een lezing van biologiedocent Frans Ottenhof. Hij werd uitgenodigd op onze school (C.C.Groevenbeek) voor een workshop en maakte mij direct enthousiast. Niet benauwd om gamebased learning uit te proberen wilde ik het er wel op wagen. De gedachte achter dit gamebased learning is dat ontwerpers van games bepaalde trucs uithalen om mensen zeer gemotiveerd te krijgen voor een spel. Zij hebben niet de aanwezigheidsplicht in de vorm van lessen maar weten toch grote groepen mensen aan zich te binden. Deze mensen willen graag zo snel mogelijk vaardigheden in het spel beheersen en zodra ze dat doen, willen ze snel verder komen in het spel om meer te leren. Kunnen ze alles, dan willen ze het
november 2012
NVOX
449
podium voor de beginnende docenten
N liefst weer een nieuw spel. Als je in deze zin ‘spel’ vervangt voor ‘hoofdstuk’, dan zien we direct weer datgene wat ik graag wil bereiken. De motivatie komt niet uit de computer, maar vanuit de opzet. Voor de game zijn dus geen computers nodig. Uitspraak docent: “Binnen een paar minuten is iedereen aan het werk. Zonder dat ik iets heb gezegd.”
Leerlingen werken aan de opdrachten. 450
Dan zouden ze uit zichzelf heel hard willen werken, elkaar opjutten en niet uit mijn lokaal weg te krijgen zijn. Tot mijn verbazing bleek dat nog te kloppen ook
hun oude niveau presteren. De groepen bestaan uit drie personen waarmee ze tijdens de les opdrachten kunnen doen die geld opleveren. De opdrachten kunnen experimenten, computermetingen, theorieopdrachten of rekenwerk zijn. Het laagste niveau begint met het maken van een begrippenlijst en dobbelsteentjes van eenheden en grootheden en levert 1000 euro per opdracht op, terwijl op niveau 3 met de oscilloscoop gewerkt wordt en op niveau 6 gemeten wordt aan grond en boventonen. Het geld dat verdient kan worden gaat dan ook omhoog, op niveau 6 kan er 3500 euro per opdracht verdient worden. Pas als de hele groep in de toetsen een niveau bereikt heeft mag de groep op dat niveau opdrachten doen. Dit zorgt al snel voor mooie momenten waarop leerlingen elkaar door de stof helpen. Aan het eind van de acht weken kopen leerlingen een cijfer waarbij een tien 37.500 euro kost. De toetsen zijn multiple choice en de opdrachten zijn zo gemaakt dat ze heel snel na te kijken zijn. Hierdoor is het mogelijk om tijdens de les de score goed bij te houden. Afgelopen jaar hebben we gewerkt met een laptop kar in de klas, wat het toetsen en bijhouden van de scores makkelijker maakte. Uitspraak leerling: “Voor de volgende les ga ik heel hard leren, want ik wil een niveau hoger komen.”
Opzet
Van idee naar lesmodule is een lange weg. Vele uren werd er ontwikkeld en gediscussieerd, waarbij ik veel hulp en feedback kreeg van collega’s. Er werd gekozen voor een opzet waarbij leerlingen geld kunnen verdienen, voor verschillende levels die ze kunnen doorlopen en voor keuzevrijheid in wat ze doen. Het verdiende geld werd gekoppeld aan een toetscijfer. De doelgroep was vwo-3 en tto-3, al werken we inmiddels ook in havo-3 met de module. Er werd een keuze gemaakt voor het hoofdstuk over geluid en er werden acht lessen voor gereserveerd. In het eerste jaar zijn we met vijf klassen gestart.
Sommige leerlingen starten de les met een toets. Niveau
Werking
Elke les kunnen leerlingen aan het begin een toets maken. Dat kost 500 euro maar levert weer 1500 euro op zodra leerlingen boven
NVOX
november 2012
Uit verschillende onderzoeken is gebleken dat lessen in spelvorm aanbieden geen grote directe leerwinst oplevert. Op de lange termijn blijkt echter dat kennis beter
blijft hangen. In een snelle test werd op onze school op de havo door een betere werkhouding over de gehele linie betere resultaten behaald, op vwo werd nauwelijks verschil gevonden. Opvallend is dat leerlingen in de vierde klas nog wel allerlei details weten van de opdrachten die ze hebben gedaan, waarbij veel theorie nog steeds bekend is. Het is mooi om te zien hoe gemotiveerd leerlingen kunnen worden van deze aanpak. Dat effect lijkt ook deels veroorzaakt te worden door de niet-alledaagse manier van werken. Het is een project dat erg goed werkt voor één hoofdstuk, maar niet geschikt is om voor alle hoofdstukken te gebruiken.
Het is een behoorlijke klus om elke keer de onderdelen van Jong NVON gevuld te krijgen. Dit blijf ik graag doen, maar hulp is welkom! Wil je een bijdrage leveren voor Podium? Graag ontvangen we jouw bijdrage via
[email protected] met een cc naar
[email protected]. Freek Pols
nederlandse vereniging voor het onderwijs in de natuurwetenschappen
VAN DE BESTUURSTAFEL Het bestuur heeft zich de afgelopen maand onder meer beziggehouden met: • doorstart Jong NVON • Getting Pratical in het vmbo • vervolgacties op het de facto afschaffen van anw • benaderen lerarenopleidingen met voorlichting over de NVON en rechtspositionele zaken • overleg met kringen en steunpunten over samenwerking met betrekking tot invoering nieuwe examenprogramma’s • CSE correctietraining
Géén contributieverhoging in 2013 Voor het vijfde jaar op rij vindt er geen contributieverhoging plaats! De contributie voor docenten blijft dus € 85,-, voor docenten jonger dan 35 is het € 64,-, voor toa’s € 60,- en voor gepensioneerden € 42,-. Omdat de laatsten niet onder een cao vallen, kunnen zij, binnen de huidige fiscale regels, de contributie niet verrekenen met de eindejaarsuitkering. Werkende leden krijgen, afhankelijk van hun hoogste belastingschijf, 37%, 42% of 52% via hun werkgever terug. Grosso modo ligt de uiteindelijke contributie tussen de 40 en 50 euro. Voor dit bedrag bent u lid van een vakvereniging én een vakbond! En hebt u een beroepsaansprakelijkheidsverzekering, ongevallenverzekering en arbeidsrechtsbijstand. Meer over dat laatste in Van de vakbondstafel.
Geef nu uw mening over de toekomst van anw Op 2 maart 2012 kwam demissionair minister Van Bijsterveldt met de door haar beloofde brief over het kabinetsstandpunt ten aanzien van de profielen. Een van haar voornemens is het in het vrije deel plaatsen van anw. Hiermee schaft de minister de facto het vak op het vwo af. Hierdoor ontstaat de vreemde situatie dat leerlingen in de natuurprofielen op de havo wel de anw-kern krijgen, maar leerlingen op het vwo niet. Bij de vernieuwing van de Tweede Fase, in 2007, werd namelijk anw op de havo niet meer verplicht gesteld in het gemeenschappelijke deel en in het vrije deel geplaatst. De kern
van anw, met de bijbehorende slu’s, werd voor havoleerlingen opgenomen in de examenprogramma’s van de vakken natuurkunde, scheikunde en biologie. De minister gaat met het afschaffen van anw ook in tegen de internationale trend, waarbij andere landen juist wel kiezen voor een aanpassing van hun onderwijs in een anw-richting. In die landen legt men, naast vakinhoudelijke kennis en vaardigheden, de nadruk op kennis over wetenschap, zoals de waarden waarmee wetenschappers werken (bijvoorbeeld betrouwbaarheid, validiteit, falsifieerbaarheid, openheid, peer review) en het kritisch kunnen interpreteren van beweringen van wetenschappers. De minister is van mening dat de leerlingen de anw-doelen wel in hun vervolgstudie verwerven. Ze wil de vrijkomende tijd gebruiken om meer aandacht te besteden aan de kernvakken Nederlands, Engels en wiskunde/rekenen. Wat vindt u hiervan? Tot 29 november kunt u uw mening over haar plannen geven op: http://internetconsultatie.nl/ bovenbouwhavovwo (of scan de QR-code hiernaast).
De toa-sectie klaar voor de toekomst De toa-sectie heeft het afgelopen jaar een aanzet gegeven tot het ontwikkelen van een toekomstvisie. Vanuit deze visie heeft de sectie een aantal doelstellingen gedefinieerd welke onze speerpunten zullen zijn de komende jaren. Maar een visie is dynamisch. Dat betekent dat de doelstellingen die de toa-sectie nu heeft, gaandeweg aangepast kunnen worden als gevolg van bijvoorbeeld voortschrijdend inzicht of structurele wijzigingen in het onderwijs. De toa-sectie gaat de toekomst in met de volgende visie: De ontwikkeling en toekomstige positie/kwaliteit van toa’s, systematisch, gefaseerd en actief versterken. Enkele van de doelstellingen daarbij zijn: • Het jaarlijkse toa-congres; • Jong talent zoeken als aanvulling op de huidige sectieleden; • Ontwikkelen van een vraagbaakfunctie voor datgene wat toa’s bezighoudt; • Meewerken aan een locatie inzake arbo en veiligheid; • Stimuleren van opleidingen om toa-uitstroom te gaan verzorgen. De toa-sectie is klaar voor de toekomst, wanneer komt u bij de sectie? Mail naar:
[email protected].
De NVON zet zich in voor anw Op vrijdagmiddag 5 oktober kwamen ruim vijftig anw- docenten in Museum Boerhaave bij elkaar om over de toekomst van anw te praten. Naast twee boeiende lezingen over kwakzalverij en nut en noodzaak van Museum Boerhaave werd er op grote schaal good practicemateriaal uitgewisseld. Na een rondleiding door het museum en informatie over bijzondere boeken, vond een levendige discussie plaats met D66 onderwijsspecialist en Tweede Kamerlid Paul van Meenen. De bestuurscommissie anw bestaat inmiddels uit elf leden. Ze zullen, namens de NVON, ervoor zorgen dat anw weer op de politieke agenda komt. Meer informatie over de ontwikkelingen rond anw in NVOX en op de NVON-site.
Getting Pratical in het vmbo Getting Practical is een in Groot-Brittannië ontwikkelde cursus om docenten te helpen bij het effectief vormgeven van praktisch werk in de bètavakken. De cursus biedt veel aanknopingspunten voor gesprekken over de doelen en uitvoering van praktische activiteiten. Inmiddels is er een goede Nederlandse versie voor havo en vwo. De NVON vindt dit een kwalitatief goede cursus en wil deze bij zo veel mogelijk docenten onder de aandacht brengen. In samenwerking met de Kerngroep Getting Practical Nederland zal bestaand materiaal worden herschreven voor een cursus voor vmbo-docenten. De NVON is hiervoor op zoek naar leden die hieraan mee willen werken en belangstelling hebben om trainer te worden. Onder NVON vlag wordt de cursus
november 2012
NVOX
451
nederlandse vereniging voor het onderwijs in de natuurwetenschappen
aan scholen aangeboden. Voor meer informatie zie: http://www.nvon.nl/nieuws/ alle_nieuws/getting_practical_ voor_betere_practica of scan de QR-code hiernaast.
Workshops op lerarenopleidingen over nut en noodzaak van de NVON
452
Afgelopen jaren is een netwerk opgezet met docentenopleiders van lerarenopleidingen. De NVON biedt lerarenopleidingen workshops/ bijeenkomsten aan. De titel van de workshop is: Wat biedt de NVON als vakorganisatie en als vakbond? Tijdens de workshop worden vragen beantwoord als: hoe zit het met je rechtspositie op school, taakbeleid en beginnende docenten, de nieuwe examenprogramma’s, Getting Practical, CSE correctietraining enzovoorts. In principe een (les)programma op maat. Een groot aantal opleidingen reageerde positief en hiermee zijn inmiddels afspraken gemaakt. Ook belangstelling voor een workshop op uw opleiding? Een mail naar
[email protected] volstaat.
Overleg met kringen en steunpunten over samenwerking invoering nieuwe examenprogramma’s Onze nieuwe medewerkers Thalitha Visser (
[email protected]) en Mandy Stoop (
[email protected]) zijn enthousiast met hun werkzaamheden van start gegaan. Ze hebben contact gezocht met de kringen en alle bètabrede steunpunten en onderzocht op welke wijze de samenwerking tussen hen en de NVON versterkt kan worden, met als doel versterking van de positie van de kringen en steunpunten en het verhogen van het kwaliteit van het (nascholings)aanbod. Dit om de leden beter te ondersteunen bij de komende vakvernieuwingen. Alle steunpunten hebben hier positief op gereageerd. Binnen enkele steunpunten heeft het eerste contact gelijk tot het gezamenlijk organiseren van bijeenkomsten geleid. In het decembernummer van NVOX komt een artikel waarmee de leden in kaart kunnen brengen wat er binnen de regio en landelijk aan initiatieven is ontwikkeld.
CSE correctietraining Hoe bereid je je examenkandidaten tijdens examentrainingen goed voor op het examen? Hoe moet je de richtlijnen van het CvE goed interpreteren en toepassen? Hoe ga je om met meningsverschillen met een 2e of 1e corrector? Vragen waarmee (beginnende) docenten die een examenklas (voor het eerst) begeleiden mee zitten. Begin maart verzorgt de NVON trainingen voor docenten die een examenklas begeleiden en het CSE nakijken. Het doel van de training is goed voorbereid de correctie van de eindexamens van de eigen kandidaten en van de tweede correctie bij de examens van een collega van een andere school uit te voeren en daarmee tijd en frustratie te besparen. Binnenkort in NVOX en op de site meer informatie over de trainingen. Namens het bestuur, Henry van Bergen / hoofd NVON-bureau
[email protected]
VAN DE VAKBONDSTAFEL De NVON als vakbond Nieuwe OMO cao zorgt voor 3 vrije snipperdagen De cao-vo bestaat uit twee delen. Deel 1 geldt voor elke werknemer in het voortgezet onderwijs. En hiervan mag de werkgever niet afwijken. In dit deel staan afspraken over salaris, sociale zekerheid en functiewaardering. De artikelen in deel 2 hebben een minimumkarakter. Indien op het gebied van de arbeidsvoorwaarden bij een werkgever behoefte is om, in plaats van datgene wat in de cao-vo in deel 2 tussen de vakbonden en de VO-raad is vastgelegd, andere afspraken te maken, is dat mogelijk. Deze afspraken worden vastgelegd in een ondernemings-cao. Schoolbestuur Ons Middelbaar Onderwijs (OMO) heeft al een aantal jaren zo’n ondernemings-cao. Ondanks alle protesten en de grootste onderwijsstaking in de afgelopen tien jaar is voor het zomerreces in de Eerste Kamer het wetsvoorstel Onderwijstijd aangenomen.
NVOX
november 2012
Het gevolg hiervan is dat de zomervakantie vanaf 2014 met een week wordt ingekort van 7 naar 6 weken. Daarnaast komen er 12 roostervrije dagen voor leerlingen. In de landelijke cao-vo 2012 is afgesproken dat vijf roostervrije dagen voor leerlingen ook voor leraren vrije dagen zijn. De invulling van de overige vrije dagen is (nog) niet in de cao geregeld en dient dus op schoolniveau te worden afgesproken tussen MR en directie. Bij OMO hebben de vakbonden, waaronder de FvOv/CMHF, overeenstemming bereikt over de invulling van die vijf roostervrije dagen. Van de 12 roostervrije dagen voor de leerlingen, zijn er 2 collectieve verlofdagen voor de docenten. Welke dagen dat in het schooljaar zijn, wordt met instemming van de MR bepaald. Voor parttimers geldt dat als zij op deze 2 collectieve dagen volgens het rooster geen werkzaamheden verrichten, zij deze dagen niet op een ander moment kunnen genieten. De overige 3 dagen kan iedere docent gedurende
het schooljaar vrij opnemen. Om lesuitval te voorkomen is hiervoor aantal spelregels afgesproken. Collega’s die lessen overnemen, krijgen die binnen hun normtaak vergoed. Dus geen sigaar uit eigen doos. Het onderhandelaarresultaat is te vinden op: http://www.fvov.nl/wp-content/uploads/ 2012/10/Onderhandelaarsresultaat-CAOOMO-2012-2013.pdf. Wat vindt u van die 3 vrije snipperdagen? Iets voor de landelijke cao? Mail uw mening naar
[email protected].
Vragen over uw rechtspositie, bel 0345-531324 Sinds 2008 is de NVON aangesloten bij de FvOv (Federatie van Onderwijsvakorganisaties). Daardoor is de NVON naast een vakvereniging ook een vakbond. Een van de voordelen voor de leden daarvan is de gedeeltelijke teruggave van de contributie. Maar ook de het gebruik van juridische bijstand. Daarvoor kunt u met al uw
vragen naar ons rechtspositiebureau. In het uiterste geval ondersteunt de NVON u bij het voeren van een rechtszaak tegen uw werkgever. Mocht een lid verzoeken tot het aanspannen van een rechtszaak tegen zijn/haar bevoegd gezag, dan beoordeelt het rechtspositiebureau of de zaak kansrijk is. Als dit zo is, wordt de gang naar de rechter in gang gezet. Een gemiddelde rechtszaak op dit gebied kost volgens de ervaring ongeveer € 1000,-. De NVON beperkt de juridische ondersteuning tot € 5000,- per zaak. Voor rechtspositionele vragen kunt u terecht bij het NVON rechtspositieadviesbureau: Postbus 405, 4100 AK Culemborg, tel.: 0345-531324.
BRIEVEN Houdt het dan nooit op? Wederom staat Nederland voor een verandering in het onderwijs. En dat geheel tegen de adviezen van de commissie Dijsselbloem in: laat het onderwijs voorlopig met rust. Houdt het dan nooit op? Geen stelselwijziging, maar de aanpak van een of meerdere vakken. Het moet allemaal anders, alweer. Scheikunde moet meer in contexten gegeven worden. Dus geen koolstofchemie sec, maar bijvoorbeeld parfum. In de module parfum komen verschillende scheikundige aspecten aan bod. Het is natuurlijk wel de bedoeling dat de chemische basiskennis geleerd wordt, maar die wordt nu ingebed in een uitgebreid verhaal over parfum. Dat betekent nieuwe boeken en weer veel sectievergaderingen over aanpak. Daar zitten mijn collega’s en ik echt niet op te wachten. We worden voor de zoveelste keer gedwongen te veranderen zonder erom gevraagd te hebben en zonder er de noodzaak van in te zien. Wordt dit anders dan nu? Ja en nee. Ja, omdat de leerlingen veel meer zelfstandig aan het (onderzoeks)werk moeten. Dat moet niet per se, maar dat is wel beter. De leraar wordt meer onderwijsorganisator en zal minder centraal moeten staan. Waar heb ik dat meer gehoord? In de mislukte Tweede Fase? Er verdwijnen een paar onderwerpen en er komen ‘nieuwe’ voor terug. Dit ‘nieuwe’ staat tussen ironietekens, omdat er onderwerpen terugkomen, die bij een eerdere wijziging uit
Passend onderwijs gaat definitief door De Eerste Kamer heeft begin oktober het wetsvoorstel passend onderwijs aangenomen. Per 1 augustus 2014 gaat de zorgplicht in. Ouders van een leerling die extra ondersteuning nodig heeft, hoeven zelf geen indicatie meer aan te vragen en een passende plek te zoeken. Ouders kunnen nog steeds hun kind aanmelden bij de school die hun voorkeur heeft. Deze school maakt deel uit van een van de 150 samenwerkingsverbanden. Hierin zitten alle schoolbesturen (regulier en speciaal) in een bepaalde regio. De school zoekt een passende plek voor een leerling. Dat kan op een school van aanmelding zijn of op een andere school binnen of buiten het samenwerkingsverband. Een landelijke geschillencommissie kan in geval van discussie een oordeel geven of het
aanbod inderdaad passend is. De wet passend onderwijs treedt gefaseerd in werking: • Voor eind 2012 wordt de regio-indeling gepubliceerd. • Uiterlijk op 1 november 2013 heeft het samenwerkingsverband de rechtspersoon ingericht. • Uiterlijk op 1 februari 2014 moet het ondersteuningsplan zijn voorgelegd aan de ondersteuningsraad. • Op 1 augustus 2014 treedt de zorgplicht in werking en vervalt de landelijke indicatie.
het programma gegooid zijn voor weer andere ‘nieuwe’ onderwerpen. Nee, omdat een aantal jaren geleden dit idee ook al door een aantal scholen is uitgevoerd. De SLO is daar heel druk mee bezig geweest, modernisering scheikunde. Ook in de natuurkunde zijn er veranderingen geweest, bijvoorbeeld PLON. Waar zijn die ontwikkelingen gebleven? Weg vanwege onder andere de slechte onderwijsresultaten.
hun inkomsten genereren. Hun mogelijkheid zou kunnen zijn: opheffen dan maar. Uiteraard doen ze dat niet en ze blijven maar zichzelf belangrijk vinden en maken door telkenmale met ‘nieuwe’ ideeën te komen. Kijk je naar de namen van de leden dan zie je weer dezelfde namen voorkomen. Mensen, vaak (ex-)docenten uit het onderwijsveld, die daar niet of nauwelijks nog in werkzaam zijn, maar wel altijd in allerlei commissies opduiken. Zo houden ze zichzelf aan het werk. En het ministerie er maar achteraan hobbelen, want dan hebben de ambtenaren ook weer voor jaren werk.
Waarom dan toch weer dit gedoe? Om dat door te krijgen moeten we maar eens het boekwerk van de SLO (ze noemen zichzelf nationaal expertisecentrum leerplanontwikkeling) Scheikunde in de dynamiek van de toekomst doorbladeren. Op bladzijde 129 staat …. “Allen die direct of indirect hebben bijgedragen … kunnen met gepaste trots terugkijken … van de doorlopende vernieuwing van het scheikundeonderwijs…” Dus trots op de verplichting van de doorlopende vernieuwing??? Ook lezen we op bladzijde 107 e.v. de samenstellingen van allerlei groepen; stuurgroep, verkenningscommissie, commissie vernieuwing, SLO, Platform Bèta Techniek, VNCI, C3, KNCV, Bureau DUO Marketing. Het zal u, hoop ik, bijzonder verbazen dat er bij al deze betrokken groepen van de 46 plaatsen GEEN enkele door een docent scheikunde bezet wordt. Wordt het niet tijd dat die docenten trots zijn? Daar gaat het toch om? Houdt het dan nooit op? Neen natuurlijk. Het gaat hier alleen om het voortbestaan van de onderwijsinstituten en uitgevers (?). De eerste reclamefolders zijn al op de mat gevallen. Sinds enige tijd worden onderwijsinstituten niet meer automatisch gesubsidieerd en moeten zij zelf
Volgende maand meer. Namens het bestuur, Henry van Bergen / hoofd NVON-bureau
[email protected]
Het zal dus inderdaad nooit ophouden. Zucht. IJsselstein, 01 oktober 2012 Joop van Well / docent scheikunde aan het St. Gregorius College te Utrecht
Naschrift redactie: Dit artikel is geschreven op persoonlijke titel en geeft niet de mening weer van de redactie. Iedereen wordt bij deze dan ook van harte uitgenodigd op deze verzuchting te reageren.
VERSLAGEN Verslag studiedag anw, 5 oktober 2012 in Leiden Wie dacht dat anw langzaam aan het wegkwijnen was, kreeg zwaar ongelijk. In het prachtige Boerhaave museum van de geschiedenis van de natuurwetenschappen in Leiden lieten ruim vijftig anw-docenten uit het
november 2012
NVOX
453
nederlandse vereniging voor het onderwijs in de natuurwetenschappen
hele land zich inspireren door lezingen, door het prachtige museum, en vooral ook door elkaar. Want liefst de helft van de collega’s had hun beste lesmateriaal meegenomen voor de good practice-markt in twee ronden. Zie foto’s. De openinglezing werd gehouden door dr. Cees Renckens over kwakzalverij, over de grens tussen echte en pseudowetenschap. Heel toepasselijk in het historische anatomisch theater, voerde hij ons geestig en ad rem door de geschiedenis van onwetendheid, goedgelovigheid en bedrog. Deze presentatie is te bekijken op de site van NVON. Op pagina 396 van het oktobernummer van NVOX staat een artikel van zijn hand. Prof.dr. Dirk van Delft vertelde een bevlogen verhaal over ‘zijn’ museum, waar kostbaarheden uit de geschiedenis van de wetenschap gekoesterd worden, en getoond aan schoolklassen. Over de fascinatie oog in oog te staan met ‘the real thing’ en het belang van het originele verhaal in ons onderwijs. Daarna deelde Kees Hooyman het 52e (!) nummer uit van Natuurwetenschappen in het Nieuws. Deze krant wordt onder anderen door zijn leerlingen samengesteld, en is een rijke bron voor uitstekende actuele anw-lessen. Vrij te downloaden vanaf www.natunieuws.nl. Op de good practice-markt viel vooral op dat veel scholen de leerboeken helemaal hebben losgelaten, en de leerlingen langs een beperkt aantal uitdagende grotere groepsopdrachten leiden. In komende nummers zult u hiervan verslagen kunnen lezen. De dag werd besloten met een levendig debat, vooral over de manier waarop ‘de politiek’ kan worden beinvloed. “De politiek heeft geen geheugen”, benadrukte dagvoorzitter Henry van Bergen, “en dat geeft na de verkiezingen nieuwe kansen”. Dr. Paul van Meenen, oud-wiskundedocent en Tweede Kamerlid, moedigde de zaal aan om het vooral niet op te geven. Een paar belangrijke adviezen: kom vooral met je beste argumenten naar het ronde tafelgesprek in de Kamer. Mobiliseer big shots in de wetenschap, van de KNAW, zoals Robbert Dijkgraaf, Frits van Oostrom, Andre Kuijpers, directie ESA. Schakel de pers in. Nederland wil toch kennisland zijn? Prof.dr. Harrie Eijkelhof, destijds een van de initiatiefnemers van anw, bracht belangrijke argumenten in: de Europese vergelijkingen tussen de OECD-landen. Deze studies vergelijken het niveau van leerlingen in de wereld. Hierbij wordt ook ge-
454
NVOX
november 2012
keken naar algemene ontwikkeling en echte anwleerdoelen, zoals het ontstaan van wetenschap, de waarden waarmee wetenschappers werken (bijvoorbeeld betrouwbaarheid, validiteit, falsifieerbaarheid, openheid, peer review) en kritisch kunnen interpreteren van beweringen van wetenschappers, en met kennis van zaken argumenteren. Zijn advies aan NVON: wijs de politiek erop dat Nederland wel eens zou kunnen zakken in de internationale rangorde. “Daar is men in de politiek heel gevoelig voor!”“Het Ministerie van OCW heeft met het onderwijsveld afgesproken dat de resultaten internationaal gezien de komende jaren verder moeten verbeteren. Dat wordt lastig als anw niet langer verplicht is in de bovenbouw van havo en vwo, waarmee dit soort onderwijs een lagere status krijgt en op veel scholen minder aandacht krijgt, zowel in de bovenbouw als in de voorbereiding hierop in de onderbouw.” Er was veel enthousiasme in de zaal om er tegenaan te gaan, en na afloop meldden liefst negen collega’s zich om mee te helpen bij de bestuurscommissie anw van de NVON. Om het noodzakelijke contact te houden werd toegezegd dat er weer een digitale anw-nieuwsbrief kan komen, te verspreiden via de NVON. Tot 29 november kunt u uw mening geven over de plannen van de minister op: http://internetconsultatie.nl/ bovenbouwhavovwo (of scan de QR-code hiernaast). Op deze dag werd ook een speciale NVOX-bundel uitgereikt met 25 recente artikelen met een groot anw-gehalte. Met vragen over de wetenschap zoals: hoe weet je of iets waar is? waar komt wetenschap vandaan? en hoe ontwikkelt wetenschap zich? Deze bundel, die gebruikt kan worden om de buitenwereld uit te leggen wat het vak inhoudt, is ook te downloaden vanaf het anw-gedeelte op de NVON-site. Websites www.kwakzalverij.nl. De presentatie van Renckens is te downloaden vanaf de NVON-site, onder anw. www.boerhaave.nl www.natunieuws.nl Arnoud Pollmann, anw-redactie
BOEKRECENSIES Wat een leuk boek! Margreet de Heer. Wetenschappen in beeld. Zoetermeer: Meinema, 2012. 189 p., beeldverhaal in kleur. ISBN 978 90 2114 428 3. € 19,50.
Wie had gedacht dat de degelijke, voornamelijk theologische, uitgeverij Meinema een beeldverhaal over de wetenschappen zou uitbrengen? Eerst dacht ik nog dat ze alle wetenschappen zouden bedoelen, maar nee, het zijn de natuurwetenschappen. In de proloog leggen ze al uit dat ze boeken hebben gemaakt over filosofie en religie, en de strip vervolgt met een discussie over de waarheidsaanspraak van wetenschap, die eindigt met de verzuchting “waar zijn we nu weer aan begonnen…?” Zo’n inleiding stemt hoopvol, en die hoop wordt niet beschaamd. Eerst wordt uitgelegd wat weten is, en dan begint de tijdlijn die ook al in stripvorm is aangekondigd. Met leuke stukjes overal. Bijvoorbeeld over het bekende portret van Lavoisier en zijn vrouw, die zó groot wordt afgebeeld dat de auteur eruit afleidt dat zij, onzichtbaar als ze was in de publicaties, een briljante maar onzichtbare rol heeft gespeeld. Een enkele maal wordt een vergelijking getroffen, zoals de ideeën van Aristoteles met de nieuwe ideeën in de 16e, 17e en 18e
eeuw. Het is een strip met betrekkelijk kleine afbeeldingen, maar de portretten van geleerden lijken voor die afmeting verbluffend goed. De controverse tussen geloof en natuurwetenschap – naar aanleiding van de evolutieleer van Darwin – wordt niet uit de weg gegaan, uitlopend op drie klemmende vragen waarvan de laatste luidt ‘Een God die het mechanisme van de evolutie heeft bedacht – kent Die wel genade en medelijden?’ Ook de rol van de Arabische wetenschap wordt, zij het terloops, aan de orde gesteld. Er staat een tijdbalk in (nou ja, tijdbalk, hij slingert als een meander over de pagina’s) met de geschiedenis van de aarde. Die eindigt met een onthutsende conclusie: wij hoeven niet bang te zijn dat onze aanwezigheid op de aarde ongemerkt voorbij zal gaan! We laten nu al een spoor van plastic en kernafval achter dat over miljoenen jaren nog te vinden zal zijn. Toch: “als we onze natuurlijke opportunistische motieven een beetje weten te balanceren met de ontwikkeling van duurzame middelen, dan gaat de wetenschap nog een gouden toekomst tegemoet…!” En dan op de volgende pagina de relativering: “…of niet…?” De index bevat een verbijsterend groot aantal namen van geleerden, van Abelard van Bath tot Zu Chongzi, en wordt gevolgd door een opsomming van boeken voor verder lezen en kijken. Ik wil nog eens zeggen dat de plaatjes mooi zijn getekend en fraai ingekleurd. Ja, wat moet ik nog meer zeggen? Een mooi, niet te duur boek dat ik van harte aanraad. Hans Bouma
Sterrenkunde Rob Waldrecht. Genieten van de sterrenkunde. Amersfoort: Rob Waldrecht Productions. Deel 1: Genieten van de sterrenhemel. 65 p., ill. ISBN 978-90-77052-01-3. € 14,95. Deel 2: Genieten van het zonnestelsel. 97 p., ill. ISBN 978-90-77052- 1-1. € 19,95. Deel 3: Genieten van het heelal. 65 p., ill. ISBN 978-90-77052-22-8. € 14,95.
“Het eerste deel, Genieten van de sterrenhemel (B01), kwam in november 2006 uit, het derde deel, Genieten van het heelal (B03) in juli 2007. Het derde deel was in eerste instantie niet gepland. Het eerste boek, Genieten van de sterrenhemel, werd echter te groot... Besloten werd toen om de hoofdstukken over sterren, de Melkweg, sterrenstelsels, de Big Bang et cetera in een derde boek dieper uit te werken.” De boeken zijn geschreven voor iedereen die geïnteresseerd is in het heelal, maar er nog niet veel over weet. Deel 1 is uiteraard het eenvoudigste, de andere delen gaan dieper in op de materie. Vooral de laatste twee delen bevatten veel schaalmodellen en vergelijkingen van grootten van de hemellichamen en hun afstanden tot de zon, in de tekeningen of in de tekst. De drie boeken bevatten in totaal ruim 200 kleurrijke illustraties en bijna 400 foto’s. Deel 1 richt de aandacht op alle bewegingen die wij zien;
de mens en de kosmos (over tijd, getijden, de kalender); afstanden, maten en coördinaten; onze omgeving (zonnestelsel, sterren in de buurt, de rest van het heelal; sterrenkaarten en sterrenkijken; en bevat een bruikbaar waarneemprogramma per seizoen. Deel 2 gaat over onze naaste buren: de zon, de planeten, de manen, planetoïden, kometen en meteoren en natuurlijk over de ‘gedegradeerde planeet’ Pluto en soortgelijke ijswerelden op grote afstand van de zon (‘Kuiper Belt Objects’ – KBO’s, of populairder ‘ijsdwergen’). Deel 3 gaat ‘verder het heelal in’ en is een logisch vervolg op deel 1 en 2. Het gaat niet alleen dieper in op de stof, maar ook dieper het heelal in: een overzicht van het heelal (met behulp van beschreven schaalmodellen: met lp’s, cd’s, flippo’s...); meten in de ruimte (afstanden bepalen, parallax, de afstanden tot de sterren, de parsec); beelden uit de ruimte (over elektromagnetische straling – de ontdekking van deze straling, de natuurkunde en toepassing); sterren van buiten (helderheid, kleur, grootte, massa van sterren; bewegingen van sterren); sterren van binnen (de natuur van sterren: kernfusie; leven en dood van sterren, hoofdreekssterren, dwergen en reuzen, het einde van sterren, atomen); de Melkweg; het heelal (de Lokale Groep, clusters en superclusters; soorten sterrenstelsels, quasars, uitdijend heelal). Mooie plaatjesboeken voor wie aandacht wil besteden aan de sterrenkunde. Marianne Offerreins
november 2012
NVOX
455
Conflict B. Buiter (eindredactie). Conflict. Oorzaken, achtergronden en consequenties van conflict. Den Haag: Bio-Wetenschappen en Maatschappij, 2012. 72 p. ill. kleur. ISBN 978-90-73196-67-4. € 6,-.
456
Dit cahier behandelt de oorzaken, achtergrond en consequenties van conflicten. Waar komt agressie vandaan, hoe wordt het lichaam gereguleerd, en kun je ook iets doen om agressieve conflicten te voorkómen? Zinloos geweld, agressie tegen hulpverleners, rellen bij voetbalwedstrijden, popconcerten en strandfeesten… Wie het nieuws volgt kan concluderen dat onze samenleving een groot probleem heeft met het beteugelen van agressie. Als ik dit schrijf zijn de rellen in Haren pas geweest. Je vraagt je af hoe het komt dat zoiets zo uit de hand kon lopen. Maar het is al eerder gebeurd. Over het onderwerp is zelfs al eerder een Cahier gemaakt (in 1980; onder de titel Agressie). Door wetenschappelijk onderzoek zijn we de laatste dertig jaar heel anders gaan kijken naar het fenomeen agressie. Het toont dat ook agressie als natuurlijk gedrag kan worden gezien, een uiting van de drang tot overleven van de eigen soort, de eigen groep, of het eigen nest. De genen van een agressor spelen een rol in conflicten en agressie, maar zijn zeker niet allesbepalend. Net zo min als de opvoeding. Mensen, maar
NVOX
november 2012
ook veel andere diersoorten, zijn samenwerkers. Volgens Frans de Waal zijn mensen van nature vreedzame apen. Omdat resusapen net zoals de mens zeer flexibel zijn, zijn ze zeer bruikbaar in het onderzoek naar factoren die bij het ontstaan van agressie een rol spelen. Een van de oorzaken van overmatige agressie blijkt veelvuldige uitsluiting te zijn. Uitsluiting wordt als pijn ervaren en dat is ook aantoonbaar in de hersenen. Het blijkt zelfs zo te zijn dat uitsluiting door een stripfiguurtje op een computerscherm tot dezelfde reacties leidt. Gelukkig zijn er in het brein beveiligingen om overmatige agressie te voorkomen. Helaas kan er met die beveiliging van alles misgaan. Er is nog geen remedie tegen overmatige agressie en zinloos geweld gevonden. Marijke Domis
Westerdijk Patricia Faasse. Een beetje opstandigheid. Johanna Westerdijk, de eerste vrouwelijke hoogleraar van Nederland. Amsterdam: Atlas. 320p., ill. ISBN 978-90-254-3944-6. € 39,95.
Op 8 maart van dit jaar werden in de senaatszaal
van de Universiteit Utrecht schilderijen onthuld van drie vrouwelijke hoogleraren (Zie NVOX no 5, p 230-231). Een daarvan was Johanna (voor vrienden en bekenden Hans) Westerdijk, hoogleraar in de fytopathologie, de plantenziektekunde en directrice van het Phytopathologisch Laboratorium Willie Commelin Scholten en van het Centraal Bureau voor Schimmelcultures. Daar hield Patricia Faasse een korte presentatie over Westerdijk, die bekend stond om haar bulderende lach, haar liefde voor partijtjes, drank en dans, haar gastvrijheid en kennis, haar afkeer van handwerkjes, huwelijk en andere zinloze conventies. Daarmee veroverde ze aan het begin van de twintigste eeuw een unieke plaats in een door mannen gedomineerde wereld. Onder haar leiding groeide de oude villa Java in Baarn uit tot het centrum van een wereldomspannend netwerk van wetenschappers en industriëlen. ‘Werken en feesten vormt schoone geesten’ was haar levensmotto, in steen gebeiteld boven de deur van het laboratorium. Haar tweede levensmotto was: ‘Van een saai leven gaat zelfs een schimmel dood’. Dat ze geen saai leven had, blijkt wel uit deze uitstekende biografie. Westerdijk stond bekend als zeer gastvrij, zeer muzikaal en groot liefhebster van feestjes. Hoewel geen feministe of voorstandster van vrouwenbewegingen, was zij actief binnen de Nederlandse Vereniging van Vrouwen met Academische Opleiding (VVAO) en de International Federation of University Women. Ze begeleidde 56 promovendi, van wie er bijna de helft eveneens vrouw was. (Een aantal waar veel eigentijdse hoogleraren jaloers op kunnen hopen.)
Patricia Faasse heeft voor dit boek zeer degelijk onderzoek verricht, maar, wat voor een lezer minstens zo belangrijk is, ze heeft een uitermate prettige schrijfstijl en het boek laat zich dan ook lezen als een roman. Zeer aanbevolen, en zeker niet alleen voor biologen! Marianne Offereins
Hoe duurzaamheid bijdraagt aan de leefbaarheid van de aarde C. v. Bijsterveldt en E.Schild (redactie). Life Support. Hoe duurzaamheid bijdraagt aan de leefbaarheid van de aarde. Utrecht: Uitgeverij de Graaff, 2012. 192 p. ill. zw.w. ISBN 978-9077024-65-2. € 16,50.
Dit boek is geschreven door honours-studenten van het departement biologie van de Universiteit Utrecht. Het honours-programma biedt aan goed presterende en gemotiveerde studenten de mogelijkheid voor extra uitdagingen ter verbreding en verdieping van het bestaande bachelorprogramma. Daarbij kunnen ze in hun academische en persoonlijke ontwikkeling doelen bereiken die boven de eindtermen van de reguliere bacheloropleiding uitstijgen. Dat is op zich een
loffelijk streven. Life Support laat zien hoe duurzaamheid bijdraagt aan de leefbaarheid van de aarde en wat de biologie daaraan kan bijdragen. Een jaar lang hebben de auteurs vol enthousiasme gewerkt aan dit onderwerp. Ze hebben elkaars hoofdstukken becommentarieerd, een tijdslijn in de gaten gehouden, een uitgever en een drukker gezocht; kortom zich beziggehouden met alles wat er bij de totstandkoming van een boek komt kijken. Ieder hoofdstuk in deze uitgave is gereviewd door wetenschappelijke experts. De doelgroep waarop het boek zich op richt zijn de eerstejaars biologen en dat lijkt me prima, want al lezend voeg ik me dat af. De hoofdstukken zijn van wisselende kwaliteit en hier en daar biologisch wat te kort door de bocht. Zo wordt er gesproken van het ecoysteem ‘tropen’, terwijl dat toch meer een (klimaat)gebied is. Interessant vond ik de gedeeltes over catastrofes en ethiek ten aanzien van overbevolking. Volgens de auteurs speelt biologie niet alleen nu een grote rol, als het gaat om bijvoorbeeld alternatieve energie, voedsel, ecosystemen en biodiversiteit, maar ook in de toekomst lijken de mogelijkheden onbegrensd. Dat uit zich vooral in de beschrijving hoe mensen zich in de ruimte kunnen vestigen als het hier op aarde te druk wordt. Mensen zouden wellicht in de toekomst Mars kunnen koloniseren. Dat betekent wel dat Mars eerst geschikt gemaakt moet worden voor leven. In mijn optiek is de tijd die daarvoor nodig is meer dan de tijd die Homo sapiens bestaat. Zo grenzeloos zijn de mogelijkheden nu ook weer niet. Marijke Domis
Vijf jaar nltonderwijs B. Hollaardt & C. Blokhuis (2012). Beeld van bètavernieuwing; vijf jaar nlt-onderwijs. Enschede: Stuurgroep Verankering NLT.
Ter gelegenheid van het vijfjarig bestaan van nlt is een boek uitgegeven. In negen portretten verwoorden de wetenschappers, docenten en leerlingen die vol lof zijn over het nog jonge vak hoe het heeft geleid tot bijzondere vernieuwingen in het bètaonderwijs. Zo zijn er diverse samenwerkingsverbanden ontstaan, waarbinnen docenten uit voortgezet en hoger onderwijs samen met experts van kennisinstituten en bedrijven lesmateriaal ontwikkelen. Er zijn inmiddels zeventig uiteenlopende modules gerealiseerd over actuele ontwikkelingen in de natuurwetenschappen en technologie, zoals forensisch onderzoek, ruimtevaart, medicijnen, nanotechnologie en duurzame energieopwekking. Scholen kunnen kiezen uit een ruim aanbod van lesmateriaal en leerlingen maken kennis met de vele facetten van bètawetenschap. Alle onderwerpen zijn interdisciplinair. Dat heeft op nlt-scholen geleid tot grote veranderingen in het bètaonderwijs: vakdocenten natuurkunde, scheikunde, biologie, wiskunde en aardrijkskunde zijn op school gezamenlijk
verantwoordelijk voor het vak. In de praktijk komt het er vaak op neer dat, zoals de bedoeling is, meerdere docenten samen een module geven. Docenten en leerlingen ervaren dat als verrassend, inspirerend en leerzaam. Een andere bijzondere onderwijsvernieuwing is de ondersteuning vanuit universiteiten en hogescholen. Overal in het land zijn er regionale steunpunten opgericht waar scholen terechtkunnen met vragen over nlt-modules. Vrijwel alle universiteiten en veel hogescholen bieden scholen faciliteiten, zoals practica-opstellingen en gastlessen. Op de Radboud Universiteit Nijmegen worden zelfs het hele jaar door één dag per week nlt-colleges gegeven aan 270 leerlingen van zes scholen. Het aantal scholen dat nlt aanbiedt, neemt nog steeds toe. In 2007 begonnen 170 scholen met het vak, circa een derde van alle havo/vwo-scholen. Nu kunnen bovenbouwleerlingen op ruim 45% van de scholen kiezen voor nlt. Er worden nog steeds nieuwe modules ontwikkeld volgens kwaliteitscriteria en de bestaande modules worden met regelmaat geactualiseerd. Meer informatie over nlt en de stuurgroep vindt u op www.betavak-nlt.nl. Alle nltscholen hebben begin oktober een exemplaar van het boek ontvangen. Het boek is ook te downloaden vanaf http://betavak-nlt.nl. Klik rechtsboven op downloads. Klik daarna op NLT in cijfers (september 2012). Eventueel kan in overleg met het secretariaat Tweede Fase van SLO een exemplaar besteld worden via Tweede Fase: 053 – 4840661of
[email protected]. Harrie Jorna
Veiligheid in het Laboratorium H. Kramers-Pals, I. van ’t Leven. Veiligheid in het Laboratorium. 5e herziene druk. Utrecht: Syntax Media, 2012. 218 p., ill. zw/w. ISBN 978 90 77423 92 9. € 31,00.
Na ruim tien jaar is dit boek herzien. De vorige druk dateerde uit de beginperiode van de arbo-wetgeving voor het onderwijs. Omdat de regelgeving in die tijd diverse wijzigingen heeft ondergaan, was een herziene, geactualiseerde versie zeer welkom. Evenals in de vorige druk is de opbouw zeer systematisch. De informatie voor een veilige werkwijze op practica (en in de beroepspraktijk) wordt in helder taalgebruik gegeven en is goed gestructureerd. Bovendien is er een mogelijkheid om aan de hand van vragen en opdrachten een ‘zelfcontrole’ uit te voeren op de verwerking van de informatie. Het boek leent zich daardoor uitstekend voor zelfstudie en als naslagwerk. Veel aandacht wordt geschonken aan het uitvoeren van analyse van de risico’s in de dagelijkse schoolpraktijk. Alhoewel het boek primair is gericht op studenten in het beroepsonderwijs (mlo) en het hoger onderwijs (hbo en wo) is een groot deel van de informatie ook uitstekend geschikt voor het scheikundeonderwijs in havo en vwo.
november 2012
NVOX
457
Het is een zeer goede, geactualiseerde, aanvulling op de (tien jaar oude) NVON-publicatie Arbo bij natuurwetenschappen in het voortgezet onderwijs en zou alleen daarom in ieder kabinet scheikunde aanwezig moeten zijn als naslagwerk. Op diverse veel gestelde vragen uit het voortgezet onderwijs geeft deze uitgave duidelijke informatie en voorziet daarmee in een behoefte. Voor de kosten hoeft niemand het te laten! Tot slot een korte weergave van de opbouw van deze uitgave. Allereerst worden de (algemene) regels en verplichtingen behandeld die de Arbowet oplegt aan werkgevers en werknemers en komen zaken als het gebruik van persoonlijke en algemene beschermingsmiddelen aan de orde (H1). Vervolgens wordt het maken van een risico-analyse en -be458
oordeling behandeld, met onder andere vragen als: wat moet je weten/opzoeken om goed geïnformeerd te zijn over de risico’s van een experiment en hoe kun je weten welke preventieve maatregelen nodig zijn? (H2) In hoofdstuk 3 komt de inzameling en afvoer van laboratoriumafval aan de orde (een actueel probleem op diverse scholen!). In de volgende hoofdstukken wordt uitgebreid ingegaan op specifieke risico’s onder meer bij het omgaan met glaswerk/ glazen apparatuur, verhitten, elektriciteit, hoge en lage druk, gevaarlijke stoffen, infectieus materiaal en op brand- en explosiegevaar. Ieder hoofdstuk sluit af met toetsvragen en opdrachten. Leen Donk / voorzitter sectie scheikunde NVON, lid arbocommissie.
BOEKAANKONDIGINGEN Moeliker
Oneerlijk
Kees Moeliker. De bilnaad van de teek. Beesten door de bril van een bevlogen bioloog. Amsterdam: Nieuw Amsterdam. 208 p. ill. ISBN 978-90-4681384-3.€ 16,95.
Van Kees Moeliker verscheen eerder het boekje De eendenman. De opvolger, De bilnaad van de teek, maakt de verwachtingen weer helemaal waar. De korte columns zijn tussen 2009 en 2012 verschenen in NRC Handelsblad. De verhalen gaan van een ontploffende potvis, een kikker die zich vergrijpt aan een goudvis, een paasei pikkende ekster, een schaamluis van koninklijken huize, tot een gier die voor Israël spioneerde. Grappig om te lezen, allemaal wetenschappelijk verantwoord. Dat wel. En heel geschikt als binnenkomer voor de biologieles. Marianne Offereins
NVOX
Dan Ariely. Heerlijk oneerlijk. Hoe we allemaal liegen, met name tegen onszelf. Amsterdam: Maven Publishing. 288 p. ISBN 978-94-9057-474-1. € 18.50
“Het wetenschappelijke bewijs liegt er niet om: eerlijke mensen bestaan niet. Hóé eerlijk we zijn blijkt sterk afhankelijk van invloeden van buitenaf.” Wie heeft er nooit te maken gehad met een leerling die spiekt. Wie heeft er nooit een leugentje om bestwil gebruikt? Wie heeft zichzelf er nooit – tegen beter weten in – van overtuigd dat iets ‘echt noodzakelijk was’? Terwijl je achteraf moest erkennen, dat je jezelf weer bij het been had gehad… Allemaal oneerlijkheid. “In Heerlijk Oneerlijk laat Dan Ariely overtuigend zien dat hogere straffen en strengere controles niet het beoogde effect hebben en introduceert hij betere handvatten voor eerlijk gedrag.” Leerzaam. Marianne Offereins
november 2012
AANBOD APS-EXACT APS-Exact biedt activiteiten aan toa’s, docenten biologie, natuur- en scheikunde, bètacoördinatoren en vaksectieleiders. Deze activiteiten worden ook als maatwerk aangeboden. Ā Pedagogiek en didactiek voor de gevorderde toa Ā De startende toa in de klas Ā 27e BiNaSk-conferentie
Uitgebreide en actuele informatie kunt u vinden op www.aps.nl/exact
SCHOLING GLOBE Oriëntatie- en trainingsdag 29 november 2012 van 10:00 – 16:30 uur. Locatie: Wageningen Universiteit. Docenten en leerlingen worden door diverse wetenschappers getraind in het doen van wetenschappelijk onderzoek. De metingen van de leerlingen worden uiteindelijk echt gebruikt voor het onderzoek van deze wetenschappers. Deze dag is geschikt voor nieuwe GLOBE docenten en voor bestaande GLOBE docenten die toe zijn aan verdieping en nieuwe inspiratie. Programma
Onderbouw vo • Arnold van Vliet, Wageningen Universiteit De invloed van klimaatverandering op de natuur onderzoek je met GLOBE natuurkalender http://www.globenederland.nl/index. php?option=com_content&view= category&layout=blog&id=9&Itemid=32. • Heleen ter Pelkwijk, KNMI Onderzoek weer en klimaatsverschijnselen en leer zelf een weervoorspelling te maken van de profs in GLOBE Weer. http://www.globenederland.nl/index. php?option=com_content&view= category&layout=blog&id=8&Itemid=31 & Klimaat. Bovenbouw vo • Elise Hendriks, KNMI Hoe kunnen leerlingen bijdragen aan het valideren van satellietonderzoek met GLOBE Aerosolen. http://www.globenederland.nl/index. php?option=com_content&view=category &layout=blog&id=11&Itemid=34? • Liesbet Dirven, RIVM Dat ook de bodem ademt en hoe je dit broeikasgas kunt meten leer je bij GLOBE Bodem. http://www.globenederland.nl/index. php?option=com_content&view=category &layout=blog&id=12&Itemid=35 Inlichtingen en aanmelden:
[email protected]
RADBOUD UNIVERSITEIT NIJMEGEN
Erasmusplein 1 6525 HT Nijmegen Nieuwe Natuurkunde - Quantumwereld Doelgroep: vo-docenten natuurkunde De universitaire lerarenopleiding ILSRU organiseert in samenwerking met het Radboud Pre-University College of Science een nascholingscursus voor docenten over Nieuwe Natuurkunde Quantumwereld. Cursusomschrijving: De cursus draait om de module Quantumwereld van het Nieuwe Natuurkunde curriculum. Het voorbeeld materiaal dat via NiNa beschikbaar is zal worden besproken, aangevuld en verdiept. Er zal ook vanuit andere gezichtspunten naar dit materiaal worden gekeken. Er wordt een syllabus ter beschikking gesteld (niveau: 1ejaarscollege), deze kan als literatuur dienen. Plaats: Radboud Universiteit Nijmegen Datum en tijd: vier dinsdagen in november 2012 6 november, 13 november 2012, 20 november 2012, 27 november. De cursus is, inclusief maaltijd, van 16.00 tot 20.00 uur. Cursusgevers: Prof. dr. Ronald Kleiss, dr. Peter Christianen en dr. Leo van Dijk (Maaslandcollege Oss) Kosten inclusief maaltijd: € 348,Inlichtingen: Voor vragen kunt u contact opnemen via
[email protected] of kijken op onze website www.ru.nl/ils/nascholing en www.ru.nl/pucofscience. Aanmelding: http://www.ru.nl/ils/ nascholing/cursusaanbod/ nieuwe-natuurkunde/
Rectificatie binask-conferentie De Reehorstconferentie binask wordt voortaan in Bunnik gehouden en heet nu BiNaSk-conferentie. In NVOX 7 stond ook een foutieve datum; de juiste datum is 18 maart 2012. De 27e BiNaSk-conferentie Hoogvliegers op 18 maart 2013 is in de nieuwe locatie het Postillion Hotel, Kosterijland 8, 3981 AJ Bunnik. Doelgroep: (school-) bètasectieleiders, docenten en toa’s, biologie, natuurkunde en scheikunde, van het vmbo en onderbouw havo/vwo. Thema’s: excellentie in de bètavakken, doelgericht werken aan goede resultaten, praktische tips en tricks voor bètalessen van vandaag en morgen. Verwachte activiteiten: plenaire presentaties, werkgroepen en grote informatiemarkt. Het programma en de wijze van inschrijving worden in januari 2013 bekendgemaakt. Nadere inlichtingen verkrijgt u via
[email protected].
459
BERICHTEN Lof voor onderwijsvernieuwing Vooraanstaande wetenschappers, docenten uit voortgezet en hoger onderwijs en leerlingen zijn vol lof over het nieuwe schoolvak natuur, leven en technologie (nlt). Nlt is een schoolvak dat pas vijf jaar bestaat en speciaal is ontwikkeld voor havo- en vwo-leerlingen met veel interesse in bèta. Ter gelegenheid van het vijfjarig bestaan is een boek uitgegeven. In negen portretten verwoorden de wetenschappers, docenten en leerlingen hoe het nieuwe vak heeft geleid tot bijzondere vernieuwingen in het bètaonderwijs. Zo zijn er diverse samenwerkingsverbanden ontstaan, waarbinnen docenten uit voortgezet en hoger onderwijs samen met experts van kennisinstituten en bedrijven lesmateriaal ontwikkelen. Er zijn inmiddels zeventig uiteenlopende modules gerealiseerd over actuele ontwikkelingen in de natuurwetenschappen en technologie, zoals forensisch onderzoek, ruimtevaart, medicijnen, nanotechnologie en duurzame energieopwekking. Scholen kunnen kiezen uit een ruim aanbod van lesmateriaal en leerlingen maken kennis
november 2012
NVOX
460
met de vele facetten van bètawetenschap. Alle onderwerpen zijn interdisciplinair. Dat heeft op nlt-scholen geleid tot grote veranderingen in het bètaonderwijs: vakdocenten natuurkunde, scheikunde, biologie, wiskunde en aardrijkskunde zijn op school gezamenlijk verantwoordelijk voor het vak. In de praktijk komt het er vaak op neer dat meerdere docenten samen een module geven. Docenten en leerlingen ervaren dat als verrassend, inspirerend en leerzaam. Een andere bijzondere onderwijsvernieuwing is de ondersteuning vanuit universiteiten en hogescholen. Overal in het land zijn er regionale steunpunten opgericht waar scholen terechtkunnen met vragen over nlt-modules. Vrijwel alle universiteiten en veel hogescholen bieden scholen faciliteiten, zoals practica-opstellingen en gastlessen. Op de Radboud Universiteit Nijmegen worden zelfs het hele jaar door één dag per week nlt-colleges gegeven aan 270 leerlingen van zes scholen. Het aantal scholen dat het nieuwe bètavak aanbiedt, neemt nog steeds toe. Begonnen in 2007 honderdzeventig scholen met het vak, circa een derde van alle havo/vwo-scholen, nu kunnen bovenbouwleerlingen op ruim 45% van de scholen kiezen voor nlt. Er worden nog steeds nieuwe modules ontwikkeld volgens kwaliteitscriteria en de bestaande modules worden met regelmaat geactualiseerd.
Het berggebied van Kinabalu.
Foto: Constantijn Mennes.
Expeditie Borneo levert duizenden DNA-monsters en circa 160 nieuwe soorten op Tijdens een grootschalige expeditie op Borneo hebben onderzoekers van de Maleisische natuurbeschermingsorganisatie Sabah Parks en Naturalis Biodiversity Center zo’n 3500 DNA-monsters verzameld van meer dan 1400 soorten. Hierbij zijn circa 160 nieuwe soorten ontdekt. Van de verzamelde planten, schimmels en dieren wordt in Leiden verwantschap onderzocht met unieke soorten die op de top van de Kinabaluberg op Borneo leven. Daarmee krijgen de onderzoekers antwoord op de vraag of die unieke soorten lang geleden of juist onlangs geëvolueerd zijn. De grootste aantallen nog onbeschreven soorten zijn spinnen en schimmels. Tot de nieuwe soorten behoren verder wantsen, slakken, steeloogvliegen, libellen, varens, termieten en een kikker. Ook is er een nieuwe groeiplaats gevonden van een
NVOX
november 2012
Uitzoeken van de verzamelde schimmels.
spectaculaire bekerplant, de Nepenthes lowii. Voor de schimmelexperts was het gebied een eldorado. De Kinabalu is een terra incognita voor zwammenonderzoek. Veel soorten zijn hoogstwaarschijnlijk nog niet beschreven. De twee leidinggevende Maleisische onderzoekers zijn verheugd
Foto: Joris van Alphen.
met de resultaten van deze expeditie. Ze willen graag samenwerken, zeker met zo’n beroemd instituut als Naturalis. De voorbereidingen, de expeditie zelf, het daarop volgende DNA-werk en de aanloop naar de publicatie zijn op de voet te volgen via het weblog op www.naturalis.nl.
chanisme zijn werk zal doen. De Europese commissie is al overtuigd, wat wel handig is omdat hier en daar wetgeving moet worden aangepast. Overigens zegt Van Son: “Nederland slaapt nog op energiegebied”. Zie verder www.desertec.org, en een eerder artikel hierover in NVOX, met onderzoeksvragen voor leerlingen: juni 2011. Arnoud Pollmann / redactie NVOX
Woestijnstroom komt dichterbij Het ambitieuze plan Desertec is in een nieuwe fase gekomen. Onder de titel Desert Power 2050 is onlangs een studie gepubliceerd waarin strategieën zijn uitgezet en de haalbaarheid is onderzocht. Het gaat om grootschalig opvangen van zonne-energie met bijvoorbeeld paraboolspiegels, of zonnetorens, al of niet in combinatie met grote windparken in de noordelijke Sahara. Een netwerk van gelijkspanningkabels op de bodem van de Middellandse Zee verbindt producenten en consumenten. Het consortium van tientallen meest Duitse bedrijven, (waaronder enkele giganten zoals Siemens en Shell) in samenwerking met de landen van Noord-Afrika, met Turkije en partners in het Midden-Oosten waaronder Saoedi-Arabië, heeft in deze studie berekend dat de elektriciteitsprijs (productiekosten) kan dalen van 6 naar 3 cent per kWh. Alle landen kunnen hiervan profiteren, de producerende landen in het zuiden door te exporteren, en Europa krijgt goedkopere elektriciteit. Verrassend is ook de conclusie dat de stabiliteit van levering van elektriciteit groter zal worden dan nu. Critici wezen in het verleden vaak op de instabiliteit van de landen in Noord-Afrika en het MiddenOosten, maar omdat de centrales in het zuiden onderdeel vormen van een groot netwerk neemt de kwetsbaarheid voor juist terrorisme af. Bijzonder is ook interesse van olieland Saoedi-Arabië. Ook daar men wil deelnemen in deze toekomstige grote markt voor duurzame energie. Een andere conclusie is dat in landen als Marokko niet alleen grote zonne-energiecentrales gebouwd kunnen worden (de eerste, met parabolische spiegels plus opslag in gesmolten zout, is al in aanbouw), maar dat de woestijn ook heel geschikt blijkt om windenenergieparken aan te leggen. Allemaal bewezen betrouwbare en relatief eenvoudige technieken dus. Volgens directeur Paul van Son zijn de voordelen zo overtuigend, dat over enige tijd het prijsme-
De zware strijd tegen de aardappelziekte
Aardappelplant geïnfecteerd door Phytophthora.
De nieuwe gecertificeerde nlt-module Battle of the genes is een lespakket over de bescherming van onze aardappelplanten tegen de ziekteverwekker Phytophthora. De module is bedoeld voor 6-vwo en ook uitermate geschikt voor het vak biologie. In de module komen veel aspecten van genetica en biotechnologie samen. Als voorbeeld laten we in deze module zien hoe je met genetische modificatie van aardappels een duurzaam alternatief kunt bieden voor het enorme gebruik van gewasbeschermingsmiddelen in aardappelen.” DuRPh is gebaseerd op cis-genese. In tegenstelling tot transgenese, waarbij een gen uit een andere, niet kruisbare soort in een plant wordt gebracht, maakt cis-genese gebruik van genen uit wilde aardappels. Het grote voordeel ten opzichte van ‘gewone’ kruising, is dat je met cis-genese veel gerichter gewenste eigenschappen overzet. Het lespakket is geschreven onder leiding van dr. Greet Blom, onderzoeker bij Plant Research International en ir. Jeroen Sijbers van het Bètasteunpunt Wageningen. Aan het eind van het pakket vragen we de leerlingen plaats te nemen op de stoel van de subsidiegever. Maak maar eens een rapport waarin je beargumenteert waarom je vindt dat het project DuRPh wel of geen subsidie moet krijgen van de overheid. Binnen de lesmodule is het maatschappelijk debat een steeds terugkerend thema. Je kan niet zeggen dat het project alleen maar geslaagd is als de leerlingen aan het eind van de rit vóór DuRPh zijn.
Of je nu voor of tegen bent, het is belangrijk dat argumenten op basis van feiten worden geformuleerd. Meer informatie over de lesmodule is te vinden op: www.vo-docenten.wur.nl. Vragen?
[email protected].
Wereldnatuurfonds
Nieuw-Zeeland onder vuur vanwege Mauidolfijn
De Nieuw-Zeelandse regering is onder vuur komen te liggen, omdat ze te weinig doet om de Mauidolfijn voor uitsterven te behoeden. Tijdens een top van de IUCN, een internationaal samenwerkingsverband van natuurorganisaties en overheden, weigerde het land voor een resolutie te stemmen over de kwestie. Daarmee was het land een van de twee tegenstemmers, van de in totaal 578 stemmers. In de resolutie wordt opgeroepen het uitsterven van de maui te stoppen. De kleinste dolfijn ter wereld komt alleen voor in de wateren ten westen van Nieuw-Zeeland en de aantallen lopen snel terug. In de jaren ’70 waren er nog zo’n 1500, terwijl eerder dit jaar niet meer dan 55 maui’s werden geteld. De grootste bedreiging voor de maui’s zijn visnetten. De dolfijnen merken de fijnmazige netten niet op, raken er in verstrikt en verdrinken. Bijzondere wetlands Congo internationaal beschermd
In Congo krijgen drie zeer bijzondere, waterrijke gebieden (wetlands) de status van internationaal beschermd gebied. Congo heeft nu in totaal tien beschermde wetlands met een oppervlakte van maar liefst 11,7 miljoen hectare. De moerassen en meren zijn van levensbelang voor bedreigde diersoorten als nijlpaarden, olifanten, gorilla’s en chimpansees. Ook komen er honderden vissoorten voor die een belangrijke voedselbron voor de lokale bevolking zijn. Daarnaast zijn de waterrijke gebieden belangrijke pleisterplaatsen voor meer dan tweehonderd vogelsoorten. Behalve de bescherming van de kwetsbare ecosystemen biedt de speciale status van de gebieden ook kansen voor de ontwikkeling van ecotoerisme. De aankondiging van Congo komt precies in de week dat in India de top over biodiversiteit COP-CBD is begonnen. Twee jaar geleden besloten de deelnemende regeringen om de wereldwijde achteruitgang van de natuur te stoppen. Eén van deze doelen is dat in 2020 minstens 17% van het land en 10% van de wereldzeeën beschermd gebied zijn. Congo laat met haar aanpak zien hoe landen aan deze doelen kunnen voldoen.
november 2012
NVOX
461
Aansteker
Hoe je water ziet branden Een kaars onder water laten branden? Het kan! Kijk maar naar het filmpje op youtube1! En dan bedoel ik niet een kaars die zich langzaam brandend onder water laat zakken (ook leuk en veel filmpjes op YouTube). Nee, gewoon in een keer een plens water erbij! En de kaars gaat NIET uit. Dat kan alleen met HEEL SPECIAAL water! ...... of toch met spiegeling? In de Efteling kunnen ze er ook wat van. Deze demo werkt net als de Eftelingattractie Tafeltje dek je, ezeltje strek je2. Een echte yaw-dropper bij leerlingen, zelfs als ze gewoon de hele opstelling voor zich zien staan. Een heel leuke illusie! En een mooie illustratie van het begrip beeldpunt bij een spiegel.
Nodig 2 (!) waxinelichtjes, dunne glas- of perspexplaat, bekerglas; kneedgum of dub-
belzijdig plakband om het waxinelicht in het bekerglas aan de bodem te plakken (anders gaat het drijven!). Zie de figuur voor de opstelling. Tip: laat eerst het filmpje zien. Stel vragen en bouw daarna de opstelling. Beter nog: laat leerlingen de opstelling bouwen. Deze proef is een mooie illustratie van het begrip beeldpunt bij een spiegel. Marcel Janssens
Sites 1. www.youtube.com/watch?v=vW_ J3bEhSfc&feature=plcp (of scan de QR-code hiernaast) 2. www.youtube.com/ watch?v=6o7j0fTnD_k (of scan de QR-code hiernaast)
Marcel Janssens is docent natuurkunde aan ISW Hoogeland te Naaldwijk. Mailadres:
[email protected]
462
COLOFON NVOX is een uitgave van de Nederlandse Vereniging voor het Onderwijs in de Natuurwetenschappen (NVON) Redactie: Hoofdredacteur: W.T.W. Vis (
[email protected]) Adjunct-hoofdredacteur: M. Foeken (adj.hfdrd-nvox@ nvon.nl) Eindredacteuren: H. van Bemmel, natuurkunde (
[email protected]), mw. M. Domis-Hoos, biologie (marijke.domisl@ planet.nl); J. de Gruijter, scheikunde (h.degruijter@ fontys.nl); A. Pollmann, anw (apollmann@kpnplanet. nl); H. Jorna, nlt (
[email protected]); vacature, vmbo&onderbouw, W. Schuring, toa (w.schuring@ comeniuslyceum.nl) Redacteuren: J. Arts, H. Bouma, M. Bruinvels, H. Bruijnesteijn, P. Eldering, mw. J.E. Frederik, P. Gubbels, M. Metselaar, T. Mortier (België), F. Pols, W. Sonneveld, J.T. van der Veen, M. Vleugels, P. Walravens (België). Redactieadres voor vakinhoudelijke kopij: Stationsweg 44, 7941 HE Meppel E-mail
[email protected] . Tel. 050-8538517 Internetadres: www.nvon.nl/nvox Kopij voor de rubrieken Forum, Vereniging, Media en Actueel kunt u aanleveren bij
[email protected] tot: Nr. 01-12 13-12-11; Nr. 02-12 24-01-12 Nr. 03-12 21-02-12; Nr. 04-12 20-03-12 Nr. 05-12 17-04-12; Nr. 06-12 18-05-12 Nr. 07-12 15-06-12; Nr. 08-12 14-09-12 Nr. 09-12 12-10-12; Nr. 10-12 9-11-12
NVOX
november 2012
Verschijningsdata 2012: 17 jan., 21 feb., 20 mrt., 17 apr., 22 mei, 19 juni, 18 sept., 16 okt., 13 nov., 11 dec. De redactie is niet verantwoordelijk voor de inhoud van artikelen en berichten in NVOX. Artikelen kunnen niet zonder schriftelijke toestemming van de hoofdredacteur (tel. 079 3165569, e-mail:
[email protected]) worden overgenomen, gekopieerd, elektronisch worden doorgegeven of op welke wijze dan ook vermenigvuldigd. Een uitzondering wordt gemaakt voor het niet-commercieel gebruik door leden ten behoeve van hun schoolwerk. Klachten over de bezorging van het blad indienen bij
[email protected]. Basisvormgeving: FIZZ reclame + communicatie, Meppel. Druk: drukkerij Ten Brink, Meppel. Advertentie-exploitatie: Bureau Van Vliet, postbus 20, 2040 AA Zandvoort (tel. 023 5714745, fax 023 5717680, e-mail:
[email protected]; site: www.bureauvanvliet.com) Dagelijks bestuur NVON: H. de Graaf, voorzitter (
[email protected]), secretaris, mw. M.I.C. Offereins (
[email protected]), J.Chr. Nolthenius, penningmeester (
[email protected]), H. van Drooge, algemeen lid (
[email protected]). Hoofd NVON-bureau: H. van Bergen (tel. 013-2140838) (
[email protected])
Bestuursmedewerker: mw. H.M Schouten (
[email protected]) Algemeen Bestuur: Het DB aangevuld met de sectievoorzitters biologie J. van Koppen (kopnvon@ hotmail.com), natuurkunde D.J. van de Poppe (
[email protected]), nlt P. Backer (
[email protected]), pabo-p.o. vacant, scheikunde L. Donk (
[email protected]), toa A. van der Vaart (
[email protected]), vmbo J. Baas (
[email protected]). Het lidmaatschap kan maandelijks ingaan en wordt jaarlijks automatisch verlengd. Opzeggen is mogelijk tot uiterlijk 2 maanden vóór het einde van het lidmaatschap. NVON-secretariaat / ledenadministratie: mw. H. Tangenberg, Stationsweg 44, 7941 HE Meppel, tel. 0522-243347 (maandag, dinsdag en donderdag), fax 0522-243349
[email protected] (algemene vragen)
[email protected] (aanmelding, opzegging, adreswijziging e.d.) NVON-ledenservice (voor het bestellen van boeken en overige uitgaven): ING rek.nr. 619809, t.n.v. NVON,
[email protected] Internetadres: www.nvon.nl. Hier treft u alle informatie omtrent het lidmaatschap, bijbehorende contributie en een aanmeldingsformulier aan, en ook de adressen van de bestuursleden, van de leden van de secties en de commissies en van de NVOX-redactie.
Aansteker Kaars onder water Hoe je water ziet branden
463
Aanstekers zijn beschrijvingen van korte experimenten met mogelijkheden voor nader onderzoek. Een korte beschrijving staat op pagina 469 in dit nummer van NVOX. Bijdragen voor deze rubriek zijn welkom. Zend uw Aansteker aan
[email protected]
Agenda 2012 datum december 14/15
doelgroep
organisatie/onderwerp
plaats/tijd
in nummer
Docenten, toa’s
Woudschoten Natuurkundedidactiek Noordwijkerhout
6
januari 11/12
Docenten, toa’s biologie
Onderwijsconferentie biologie
Lunteren
6
Maart 18
Docenten, toa’s biologie,
27e Binask vmbo en onderbouw natuur- en scheikunde
Bunnik 9 (voorheen Reehorstconferentie)
April 15
Docenten, toa’s
NVON minicongres Hoofd en Hart
ROC Midden Nederland Utrecht 6
november 2012
NVOX