Project Nummer:
NL-2004/EQE/0035
Projectnaam:
Ver-kennen van Competenties
Produkt type:
Bijlagen bij rapport
Produkt nummer: Contractuele datum van oplevering: Titel van produkt:
Bijlage bij Rapport Instrumenten en Portfolio
Nummer werkpakket:
WP3 : Deskresearch WO3.4 : Instrumenten en Portfolio
Verspreiding:
CONCEPT (Binnen OP en PMT)
Steller:
Kees Schuur
Contactgegevens:
[email protected]
Versie:
v0.4 (CONCEPT)
Datum
Oktober 2005
Samenvatting
Deze bijlgen behoren bij hit rapport “Instrumenten en Portfolio”dat een een verslag is van de werkgroep instrumenten en portfolio naar de bestaande mogelijkheden en het gebruik daarvan.
Sleutelwoorden
EVC instrumenten, portfolio, deskresearch
Co-ordinator: Koninklijke Landmacht OTCo Maj Max van den heuvel Tel: +31 ….. Fax: +31 ……. e-mail:
[email protected]
Partners: -
1 Project Ver-kennen is mogelijk gemaakt met steun van de EU
Dit rapport is een verslag van de bevindingen van de Werkgroep Instrumenten en Portfolio. Deze werkgroep bestond uit: -
Kees Schuur (ECommovation) Frank de Groot (Ecabo) Janneke Kool (ROC Amsterdam) Jet Windig (ROC Friese Poort) Josje Jasper (ROC Midden Nederland) Hannie Wiering (ROC West Brabant)
1 Inleiding ..........................................................................................................3 2 Literatuurlijst ................................................................................................3 3 Bijlage: vergelijk portfolio systemen 1 ...........................................4 4 Bijlage: vergelijk portfolio systemen 2 (2003) ............................8 5 Bijlage: inventarisatie IT-instrumenten voor EVC ..................22 6 Bijlage: EVC-tools....................................................................................23 7 Bijlage: Basis inhoud Portfolio.........................................................26 8 Bijlage: Succesfactoren en belemmeringen volgens KBB / Adviesbureau’s ................................................................................................ 28
2 Project Ver-kennen is mogelijk gemaakt met steun van de EU
Nog aan te vullen:
1 Inleiding (voor betere leesbaarheid)
2 Literatuurlijst Inclusief een overzicht van websites van leveranciers en onderzoeken.
Aan vullen per onderzoek: - wie heeft het uitgevoerd - met welk doel - voor welke context
3 Project Ver-kennen is mogelijk gemaakt met steun van de EU
3 Bijlage: vergelijk portfolio systemen 1 Eportaro Koppeling aan E-portaro kan als stand alone systeem functioneren én via building systemen block aan Bb worden gekoppeld. Gebruikersvriendelijk: docenten Algemene hebben snel door hoe een portfolio indruk tot stand komt. Je krijgt snel overzicht van mogelijkheden; geschatte training voor student max. 2 uur, voor docent max. 4 uur.
Portfolio in Blackboard Alleen samen met Bb Enterprise
In eerste instantie lijkt het systeem ingewikkelder in gebruik mede omdat het deel uitmaakt van Bb CMS: er komen nogal wat “knopjes” bij maar er is te weinig mee gewerkt om een goed inzicht te krijgen. De geschatte tijdsinvestering voor zowel student als docent ligt hoog, omdat je tegelijkertijd het gebruik van het CMS aanleert. minder mogelijkheden en dus minder extra inspanning
Inrichting met veel mogelijkheden eigen formulieren en templates Positief, via sjabloon wordt gewenste Positief, er is een wizard Maken van informatie aangevinkt; de portfolio portfoliohouder kan een vink verwijderen en blijft zo helemaal verantwoordelijk voor het samenstellen Positief, de portfoliohouder kan Door middel van sharing wordt portfolio Aanbieden rechten van de lezer differentiëren gedeeld met andere gebruikers. portfolio Waarschijnlijk is er geen fifferentiatie in rechten Positief, Commentaar Positief leveren Commentaar ontvangen Inzage van commentaar Certificering van documenten Minpunten
Positief, ”what’s new” wordt duidelijk in beeld gebracht Positief, alleen de portfoliohouder kan het commentaar in het portfolio opnemen en aan anderen tonen. Zeer goed mogelijk
Onbekend Negatief, commentaar is voor allen die toegang hebben tot het portfolio zichtbaar. Het is onduidelijk tot op welk niveau certificering mogelijk is
De vraag is of “student is eigenaar” Er wordt niet optimaal gebruik helemaal opgaat. gemaakt van gegevens die al in database bekend zijn, zoals adresen persoonsgegevens. Erg veel geklik met de muis voordat informatie wordt getoond. CMS wordt “meegeleverd” Extra’s Tabel 1: vergelijking tussen E-portaro en Blackboard CMS
4 Project Ver-kennen is mogelijk gemaakt met steun van de EU
Volgens de projectgroep biedt het Foliosysteem van E-portaro veel mogelijkheden. Pluspunten van het systeem zijn de flexibiliteit, aansluiting bij Blackboard en de certificeringsmogelijkheid.
Overige systemen Projectplace Projectplace een heel geschikt programma voor projecten beheer. Het is minder geschikt voor e-portfolio vanwege de volgende aspecten: • de omgeving staat vast; een student kan geen eigen invulling aan het e-portfolio geven.
• nieuwe elementen toegevoegd of gewijzigd worden automatisch gemeld • een kalender met taken Conclusie Als elektronisch portfoliosysteem is Projectplace niet geschikt.
Quickplace Quickplace is, evenals Projectplace, een programma voor projectenbeheer. Het valt af voor nader onderzoek vanwege: • de docent moet bij iedere student een ander inlognaam invullen (lastig) • er is geen open en gesloten gedeelte • de vraag is in hoeverre dit systeem te koppelen is aan Nestor • producten kunnen niet worden gefixeerd (met betrekking tot beoordeling) • de omgeving staat vast; een student kan geen eigen invulling aan het e-portfolio geven. Quickplace is niet geschikt als elektronisch portfoliosysteem. Personal Development Planner (PDP) De ontwikkelaars van Personal Development Planner hebben dit programma gemaakt vanuit een onderwijskundige achtergrond. Basaal bevat het portfolio 4 te volgen stappen: leerdoel formuleren, plan van aanpak maken om leerdoel te bereiken, succesindicatoren formuleren, evalueren en reflecteren op deze succesindicatoren. De opzet is zo generiek, dat ook uit het bedrijfsleven belangstelling is getoond. PDP is geschikt voor nader onderzoek vanwege: • onderwijskundig kader • open en gesloten gedeelte • beheer door studenten • rechten kunnen worden toegekend: documenten te lezen; te bewerken; te beoordelen. PDP kan niet in eigen beheer van een instelling komen, omdat Vigorplaza eigenaar is. Er is geen flexibele inrichting mogelijk, deze staat vast. Er is geen zoekfunctie. Dat is wel handig bij een grote hoeveelheid van documenten. Interessant in dit systeem is de strikt doorgevoerde eis dat de student eigenaar van het portfolio is.
5 Project Ver-kennen is mogelijk gemaakt met steun van de EU
Dit systeem is bij de Hanzehogeschool op kleine schaal uitgeprobeerd. De Hanzehogeschool zag bezwaren in de vast opgelegde structuur met voorgedefinieerde rollen. Kosten PDP Dit systeem is nog in ontwikkeling maar kent sinds half oktober 2002 wel een stabiele, werkbare versie. De prijs om deel te kunnen nemen in deze versie van het systeem en daarmee aan de ontwikkeling van het product is gesteld op € 35 per gebruiker. Deze gebruiker heeft hierbij 25 Mb aan opslagcapaciteit voor zijn portfoliodocumenten tot zijn beschikking. E-portfoliosysteem van de Digitale Universiteit Het e-portfoliosysteem van de DU is bekeken met de bedoeling een actuele ontwikkeling te kunnen volgen. Het systeem is nog volop in ontwikkeling. Het systeem is bedoeld om documenten te verzamelen en uit te wisselen. Het DUportfolio is een eenvoudig te leren en te gebruiken instrument. Het is gebaseerd op een file management systeem (zoals BSCW). Vier knoppen zijn gedefinieerd: archief, uitvoer, beheer en help. In een archief kan men rubriceren en structureren met behulp van zelf aan te geven trefwoorden en hoofdonderwerpen (via beheer). Het is van belang hier wel goed van te voren over te hebben nagedacht. Onder de knop ‘archief’ staat de hele lijst van documenten, de data, het aantal bijlagen per document.Een eenmaal aangemaakte structuur ligt vast. Per document kan aangegeven worden welke extern geïnteresseerde het document mag lezen of bewerken, de eigenaar van het portfolio nodigt deze uit. Tevens wordt een overzicht gegeven van het aantal reacties. Omdat het systeem door de DU wordt ontwikkeld en eigendom is van de DU zijn, is het systeem als breed inzetbaar portfoliosysteem niet geschikt. N@tschool Het e-portfoliogedeelte is een onderdeel van een gehele leeromgeving (LMS) van N@tschool. Voor het optimaal functioneren van het e-portfolio is deze leeromgeving nodig. In de leeromgeving staat namelijk het opleidingsdossier (met alle vakken inclusief specificaties). Het opleidingsdossier kan gekoppeld worden aan het studiedossier van de student. Er is een mogelijkheid het systeem te koppelen aan Blackboard. De Blackboardcursussen moeten daarvoor gelabeld worden met specificaties (opleidingskant). De student die op het gebied van een bepaalde vaardigheid (specificatie) een vak zoekt, krijgt een lijst op het scherm die voldoen aan de gezochte vaardigheid. Hieruit kan dan een keuze gemaakt worden. Wat N@tschool onderscheidt met de voorgaande systemen is dat het compliant is met standaarden en specificaties: • IMS-enterprise (te koppelen met interne systemen zoals People-soft, SAP en dus ook te koppelen met ISIS-Progress) • IMS content packaging (uitwisseling van gegevens in systemen bijv hanze –rug bijv persoonlijke gegevens, cursusinfo; vakinhouden etc; bedrijfsgegevens) • QTI: uitwisseling mbt toetsgegevens
6 Project Ver-kennen is mogelijk gemaakt met steun van de EU
N@tschool biedt veel mogelijkheden: • open en gesloten gedeelte • beheer door studenten • rechten kunnen worden toegekend: documenten te lezen; te bewerken; te beoordelen. • didactisch neutraal • flexibel in te richten door de student, door het windows’ look en feel’ uiterlijk kan de beheerder zelf de structuur bepalen. • Communicatiemogelijkheid met degenen die rechten hebben gekregen. Maar door deze mogelijkheden kost het wel enige tijd om al deze mogelijkheden te inzichtelijk te maken en te benutten. De vraag is in hoeverre de overzichtelijkheid bewaard kan blijven bij een grote hoeveelheid documenten. Tevens het volgende: • er is geen zoekfunctie, dat wel handig is bij een grote hoeveelheid van documenten (n.b. dit heeft geen enkel bekeken systeem). • en een eenmaal vastgestelde structuur is moeilijk te veranderen. Omdat de Apolloinstellingen werken met Blackboard ligt de aanschaf van N@tschool als portfoliosysteem niet voor de hand. In feite is N@tschool ook een leeromgeving, waarin het portfolio is geïntegreerd.
7 Project Ver-kennen is mogelijk gemaakt met steun van de EU
4 Bijlage: vergelijk portfolio systemen 2 (2003) VERGELIJKEND ONDERZOEK PORTFOLIOSYSTEMEN Functionele en technische kenmerken Digitaal Portfoliosysteem
Beschrijving van de functionele en technische kenmerken van de geselecteerde digitaal port-foliosystemen (shortlist)
Algemene kenmerken en functies
Korte omschrijving
Korte omschrijving
Korte omschrijving
Korte omschrijving
Korte omschrijving
Naam DPF: EFA Electronisch Portfolio Systeem Periode / datum onderzoek: november 2003 Onderzoeker(s): Jan-Willem Doornenbal (EFA), Anna Tomson (EFA
Naam DPF: …N@tschool Digitaal Portfolio Periode / datum onderzoek:.. Onderzoeker(s):……Patricia Kokx, Fontys
Naam DPF: anyMeta-portfolio Periode / datum onderzoek: november 2003 Onderzoeker(s): Jan-Willem Doornenbal / Anna Tomson (EFA) i.s.m. Willem Velthoven c.s. (Mediamatic)
Naam DPF: Folio by Eportaro Periode / datum onderzoek: 1 december 2003 Onderzoeker(s): Egbert van de Winckel en Nico Verbey, STOAS in samenwerking met Magda Ritzen (HvU)
1 Naam en korte Digitaal Portfolio DU omschrijving van Een webbased digitaal het product portfoliosysteem dat ten alle tijden beschikbaar is via het internet en waarin in principe alle onderwijsconcepten passen die uitgaan van de eigenaar als (enige) verantwoordelijke 2 Op de markt September 2003 sinds
EFA Portfolio, een internetgebaseerd electronisch portfolio voor studenten en medewerkers van de Educatieve Faculteit Amsterdam
Het Digitaal Portfolio van Natschool maakt deel uit van de totale ELO Natschool. Het Portfolio is sterk verbonden met het Leermanagementsysteem in Natschool, maar kan ook separaat worden gebruikt
AnyMeta, content management Folio by ePortaro systeem (CMS): gedistribueerde Digitaal portfolio redactie van kleine en grote websites. Zeer gestructureerde informatieopslag en flexibele presentatie (www.anymeta.net)
1999
Het Digitaal Portfolio maakt deel versie 2 CMS sinds 2003. uit van Natschool sinds 2002 Portfolio is in ontwikkeling
3 Naam leverancier Espelon BV, een gezamenlijk initiatief van SURF en de Digitale Universiteit, is een jonge organisatie die zich inzet voor alle universiteiten en
Satama (voorheen General Design)
Threeships
Demo: inloggen op www.digitaalportfolio.nl met
[email protected], uvaportfolio Productinformat Naam DPF: Digitaal portfolio DU ie Periode / datum onderzoek: 22 december 2003 Onderzoeker: Karen Slotman
2001
Mediamatic, Prins Hendrikkade EPortaro, vertegenwoordigd in 192, 1011 TD Amsterdam, tel. Europa door Stoas 020-3446000
8 Project Ver-kennen is mogelijk gemaakt met steun van de EU
hogescholen in Nederland. Espelon wordt dé plaats voor de distributie, het onderhoud en de technische en didactische ondersteuning van digitale onderwijsproducten. 4 Contactpersoon Espelon (vanaf januari 2004) leverancier Dennis Kornet (030) 2919842 of mail
[email protected] Espelon is 5 Mate van gebruik Verschillende universiteiten en in Nederland hogescholen in Nederland (opleidingen aan de UvA, VU, UT, Saxion, Inholland) 6 Omvang van het Espelon BV, een gezamenlijk bedrijf initiatief van SURF en de Digitale Universiteit. http://www.espelon.nl/
7 Vertrouwen in leverancier (continuïteit, toegepaste technologie en support)
Waldemar Moes
Vanaf 1999 bij EFA (5000 portfolio’s). Op kleinere schaal ook bij Hogeschool INHOLLAND Diemen Zie www.satama.nl: “Ons bureau is opgericht in 1994, telt nu ruim 50 specialisten en behoort tot de marktleiders in Nederland. Tot onze opdrachtgevers horen: Audi Nederland, Hooge Huys, Ministerie van VWS, Nokia, Planet Internet, Vereniging Eigen Huis en Voetbal International. De Amsterdamse vestiging van Satama is onderdeel van de - aan de beurs van Helsinki genoteerde Satama Interactive Group. ” Vertrouwen in Espelon kan nog Wel vertrouwen. Maar EFA is niet worden beschreven, omdat volledig afhankelijk van de Espelon in januari 2004 start. technische applicatiesupport door de leverancier; dat is een kostbare zaak.
Henk van de Laar
Willem Velthoven (
[email protected]) Ino Paap (
[email protected])
E. van de Winckel, Stoas
[email protected]
126.000 licencies
Het nieuwe CMS is voor een negental sites in Nederland in gebruik. Portfolio moet nog ontwikkeld worden 40 personen
Aantal installaties (WUR, ROC ASA) en aantal pilots op ASP basis (HS Zuyd, Apollo consortium) EPortaro: 25 personen waarvan de helft ontwikkelaar Stoas: 140 personen Elearningteam: 30 personen
40 personen
Fontys is Launching Customer en heeft veel en direct contact met de leverancier. Fontys heeft ook invloed op de functionele specificaties.
Mediamatic bestaat vanaf 1982. Bestaat al enkele jaren, .NET Vanaf 1992 actief in projecten technologie en lokaal support met nieuwe media voor door Stoas uiteenlopende klanten. Veel ervaring met onderwijs en onderwijstoepassingen. Geeft ook trainingen in toepassingen met nieuwe media. (www.mediamatic.nl)
Functionaliteiten met een onderwijskundige achtergrond 8 Student is
De student is geheel eigenaar
Student is eigenaar van het
1 Ja: De student is volledig
9 Project Ver-kennen is mogelijk gemaakt met steun van de EU
eigenaar van zijn portfolio d.w.z. 1. dat het portfolio bedoeld is om student te ondersteunen i.t.t. opleiding te voorzien van voortgangsinform atie; 2. dat de student bepaalt wie toegang heeft tot (onderdelen van) zijn portfolio (medestudent, begeleider, docent, beoordelaar, gast en ‘de wereld’) 3. dat de student zelf bepaalt wat hij in zijn portfolio opneemt 9 Er is koppeling met een “gesloten deel” waar presentaties, beoordelingen etc. gearresteerd en gearchiveerd kunnen worden
en bepaalt zelf wat hij voor ja ja ja zichzelf wil houden in zijn portfolio en kan documenten of reflecties laten zien aan anderen. Hij kan het beschikbaar stellen voor iedereen die beschikt over een internetverbinding en hij kan daarnaast ook dingen beschikbaar stellen via presentaties (soort websites) aan mensen die hij uitnodigt om in zijn portfolio te kijken. Genodigden of gasten hebben alleen leesrechten in het portfolio en géén schrijfrechten. Wel hebben ze de mogelijkheid om één of meerdere reactie te plaatsen.
Portfolio en bepaalt zelf : 1. wat in het portfolio komt te staan 2. wie in het portfolio mag kijken/wijzigen/toevoeg en 3. hoe het portfolio is gestructureerd kan OF helemaal door de student worden bepaald, OF gedeeltelijk door de opleiding en gedeeltelijk door de student.
Het archief van het portfolio is alleen beschikbaar voor de eigenaar en deze bepaalt of hij delen uit zijn archief beschikbaar wil maken voor anderen (via presentaties). De reacties die gasten kunnen geven zijn door dezelfde gast te wijzigen indien dat nodig is (bv. Bij voorschrijdend inzicht of verkeerde/onduidelijk gegeven feedback). De eigenaar van het portfolio kan deze reactie lezen en evt. weghalen, maar niet wijzigen! Er kan dus van buitenaf niemand iets definitief goed- of
Het Natschool Portfolio kent een Ja: zowel werkstukken en gesloten deel (Afgerond werk). presentaties als beoordelingen Eenmaal in dit deel geplaatste kunnen gearresteerd worden. producten kunnen niet meer worden verwijderd of gemuteerd.
Er is een gesloten deel ontwikkeld en geaccepteerd. Op de EFA is dit echter (nog) niet in gebruik genomen, ten eerste omdat men vreest dat het voor de gebruikers te ingewikkeld is, ten tweede omdat de inrichting van het onderwijs uiteindelijk niet goed aansluit bij de opzet van het gesloten deel.
eigenaar. Uitgebreide rapportagefuncties geven echter opleiding een goed overzicht van door studenten ter beschikking gestelde informatie/documenten. 2 Ja: zowel samenwerken aan nog niet gepubliceerde documenten als gericht publiceren is mogelijk. 3 Ja: opleiding kan modules aanbieden maar student bepaalt wat opgenomen wordt en kan alle soorten documenten zelf aanmaken en delen met anderen.
Ja, student beheert zijn eigen archief (Mijn folio) en stelt daaruit zelf portfolio’s uit samen
Ja Ja
Hoe het portfolio wordt gebruikt is afhankelijk van de afspraken die tussen student en opleiding worden gemaakt. Portfolio kan gebruikt worden als begeleidingsinstrument, toetsinginstrument of beide.
Ja, informatie die extern is “gecertificeerd” kan door de student niet meer gewijzigd worden. Student bepaalt zelf of deze informatie wordt opgenomen in de portfolio’s
10 Project Ver-kennen is mogelijk gemaakt met steun van de EU
afkeuren in het portfolio. Het uitgangspunt van dit portfoliosysteem is namelijk dat de student volledig eigenaar is en dus ook alle rechten heeft! 10 Genodigden Genodigden/gasten kunnen Nee (medestudent, reacties plaatsen en eerder docent, gegeven reacties wijzigen. De begeleider etc.) reacties komen te staan bij de kunnen feedback documenten/presentaties waar in het portfolio de gast toegang tot heeft. De plaatsen. eigenaar weet daardoor precies waar de reacties over gaan en De gegeven feedback is door reacties betreffen dus niet het de student naar gehele portfolio. eigen inzicht te gebruiken 11 Mogelijkheid om verschillende templates (als uitvoerdocument) aan portfolio te koppelen (pop, competentieprofie l, cv, assessment, reflectie).
Elke opleiding kan onbeperkt eigen gemaakte templates beschikbaar stellen (of zelfs verplicht stellen) voor de gebruikers.
12 Metadata door student aan te brengen, bijv. categorieën en trefwoorden: 1. door eigenaar bedacht, 2. door opleiding bedacht, 3. door ‘Norm’ bedacht
Categorieën en trefwoorden zijn nee door de eigenaar aan te brengen in het archief van het portfolio. De opleiding kan de student vragen om bepaalde categorieën en trefwoorden te gebruiken.
13 Student kan look- De student is volledig vrij in de and-feel naar eigen look en feel. Hij bepaalt
?
ja ja; alles werkt met HTML. In principe staat alleen de
Ja, feedbackgever bepaalt of de gegeven feedback door de student in volgende portfolio’s mag worden gebruikt. Deze feedback kan door de student niet meer worden gewijzigd. De student kan deze feedback opnemen in de portfolio’s
Student bepaalt wie meekijkt in het portfolio en wie daarnaast ook producten (bv feedback) mag plaatsen. Wat de student doet met de gegeven feedback wordt bepaald door de afspraken die gemaakt zijn tussen student en opleiding
Ja: feedback zit is losse documenten die aan het portfolio gekoppeld worden. Iedereen kan feedback geven op de documenten die hij kan zien.
Het Natschool portfolio kent een zgn ‘bibliotheekmap’. Via deze map kan de student dit soort formats ‘ophalen’.
Ja: templates zijn er voor invoer Ja, het portfoliosjabloon bepaalt de vormgeving en vinkt alvast en voor presentatie. Sitebeheerder kan templates ter een aantal items aan. beschikking stellen en aanpassen.
Nog geen functionaliteit in het Natschool portfolio
Metadata is een van de sterke kanten van anyMeta 1. ja: eigen trefwoorden zijn zoekbaar dmv free text search/matching 2. ja: opleiding kan eigen trefwoorden definiëren bijv. per studierichting 3. ja: centraal vastgestelde metainformatie wordt gedeeld door alle studierichtingen
Nee
Student kan, mits in het sjabloon 1. Ja: kiezen van vooringestelde daarvoor permissies gekregen, stylesheets en het maken van
11 Project Ver-kennen is mogelijk gemaakt met steun van de EU
eigen smaak veranderen: 1. tav eigen pagina’s
alles zelf: vormgeving, gebruik navigatiebalk bovenin vast (en tabellen, links naar documenten, daar is ook nog de keuze uit 5 internetsites, kruisverwijzingen kleuren) in worddocumenten, achtergrondkleur, lettertype en kleur en grootte, de informatie 2. tav die hij erin plaatst en portfoliovormgeving: de beschikbaar stelt aan anderen. eigenaar kan het portfolio personificeren door zelf te bepalen welke kleuren hij gebruikt, welke structuur hij aanbrengt, welk lettertype, -grootte, enz.
14 Materiaal (reeds opgenomen en nog op te nemen) is makkelijk en volledig vrij te (her)ordenen: student kan b.v. zelf mappen aanmaken en/of trefwoorden toevoegen.
De student kan door middel van gebruik van categorieën en trefwoorden zijn archief structureren. De categorieën en trefwoorden zijn vrij door de student aan te maken en te verwijderen.
15 Mogelijkheid voor Ja, dit is allemaal mogelijk de student zijn binnen het DU portfolio eigen verhaallijn in een presentatie te zetten. En wel op de manier die hij zelf wil (chronologisch of naar onderwerp of misschien wel kris kras door
Wanneer de student kan omgaan met HTML (bv Frontpage) en FTP is alles vrij in te richten. Er is alleen een vastgestelde hoofdstructuur tbv de hoofdnavigatie. (bv de knop [CV] in de navigatiebalk verwijst naar het bestand index.htm in de map [CV])
een eigen mappenstructuur aanmaken in het portfolio. Layout elementen kan de student nog niet zelf aanbrengen. In toekomstige versies van het Natschool portfolio zal dit wel het geval zijn.
eigen stijlen wordt ondersteund Nee: mijn folio=archief kan alleen door de instelling worden 2. Ja: stijlen en navigatie zijn aangepast niet door de student aanpasbaar. Ja: door het kiezen van portfolio-sjablonen of door het zelf maken van portfoliosjablonen (alleen voor gevorderde ICT-gebruikers). Er is een sjabloon-editor in ontwikkeling
Student kan mappen aanmaken, submappen aanmaken, met producten schuiven tussen de verschillende mappen. Student kan ook een logboek bijhouden in het portfolio. Dit logboek kan gebruikt worden om leeractiviteiten te loggen.
Ja, zelf trefwoorden toevoegen en zelf ordening aanbrengen dmv Sets. Sets zijn vrije verzamelingen waar mee flexibel gestructureerd kan worden.
Student kan zgn showdossiers Ja, volledige vrijheid (mits de student voldoende kennis heeft en assessmentdossiers maken. Hierin kan hij een eigen van HTML en/of een editor) ordening aanbrengen en een selectie maken van materialen die hij t.b.v. een presentatie of assessment wil laten zien. Van het showdossier kan een student een webpagina maken, zodat deze ook kan worden getoond aan derden die niet
Ja
Ja, dmv Sets. De volgorde binnen een set is vrij
Ja, via het linken van deelportfolio’s
Ja, Sets zijn nestbaar voor hiërarchische structuren Een student kan ook zelf hiërarchische menustructuur maken.
Beperkt, via het linken van deelportfolio’s
Ja, interne links zijn naar vaste
12 Project Ver-kennen is mogelijk gemaakt met steun van de EU
elkaar) Mogelijkheid zelf een heldere ordening (met ‘diepte’) aan kunnen brengen Mogelijkheid om een soort “webje” te maken van een presentatie, dus een presentatie waarbij doorgelinkt kan worden naar andere presentaties
over Natschool beschikken.
Alle mogelijke producten kunnen De functionaliteit ‘kennisbank’ is geupload worden en ter inzage nog in ontwikkeling worden gesteld aan andere PFgebruikers. Er is echter geen Kennismanagementsysteem.
16 Mogelijkheid om kennis te delen: het portfolio is naast een publicatiemogelijk heid ook een omgeving om bewerkte en onbewerkte producten beschikbaar te stellen aan de “wereld” (Kennismanagem entsysteem)
Bewerkte en onbewerkte documenten kunnen altijd gepubliceerd worden door ze met een druk op de knop toe te voegen aan een presentatie (erg simpel). In de presentatie kunnen zowel bewerkte en onbewerkte documenten staan, ook halfprodukten of schetsen of aantekeningen.
17 Mogelijkheid om presentaties aan te passen (te allen tijde of beperkt)
De presentaties zijn ten alle Ja, altijd. tijden aan te passen wanneer de betreffende persoon de beschikking heeft over het internet
Student kan zoveel showdossiers maken als hij wil en deze te allen tijde aanpassen.
onveranderbare IDs of naar “symbolic names”
Ja. Gebruikers kunnen, naast het openbaar publiceren op de portfoliosite, selectief informatie delen met andere sites zoals een knowledgebase. Door matching op metainformatie wordt automatische navigatie gegenereerd.
Ja, door een portfolio met de deelproducten samen te stellen en via mail te versturen naar anderen. In het mailbericht staat de link waarlangs men bij het portfolio komt. In het portfolio kan dan commentaar worden gegeven op onderdelen.
Naar wens. Alleen gearresteerde presentaties zijn niet meer aanpasbaar.
Onbeperkt
Functionele informatie 18 DPF is
Ja, de eigenaar heeft een direct Ja
Ja
Ja, alle gebruikers hebben eigen Ja, Bij gebruik van de koppeling
13 Project Ver-kennen is mogelijk gemaakt met steun van de EU
zichtbare username en password en de gasten die speciaal uitgenodigd worden krijgen ook een username en wachtwoord. Het wachtwoord en gebruikersnaam van gasten zijn verwerkt in de url (die de gast krijgt via een mailbericht) waar de gast op kan klikken. De gast komt door het klikken op de url direct in het portfolio van de eigenaar. 19 Het Onbevoegden kunnen niet Ja portfoliosysteem zonder inlogcodes in het is beveiligd opdat portfolio. Wel kan iedereen de onbevoegde showcase van de gebruiker van toegang tot het portfolio bekijken. De gegevens en gebruiker dient dan wel functies wordt aangegeven te hebben een voorkomen showcase beschikbaar te stellen via het internet. 20 Uitleverbaar via Ja Ja internet (webbased): 7 x 24 uur bereikbaar
wachtwoord en kunnen zelfs gepersonaliseerde navigatie hebben. Openbaar gepubliceerde documenten kunnen desgewenst ook door bezoekers zonder wachtwoord gezien worden.
met Blackboard kan de Bbgebruiker via een tabblad direct (zonder opnieuw in te loggen) naar de eigen Folio-omgeving.
Ja
Ja.
Ja, via inlognaam en wachtwoord
Ja
Ja.
Volledig webbased
Producten kunnen worden ‘uitgecheckt’, waarna offline aan het product gewerkt kan worden. Voor het vervolgens uploaden van deze producten is uiteraard wel weer een online verbinding nodig. In principe ja. Voor heel Natschool geldt dat de instelling zelf kan besluiten welke documentformaten wel en welke niet worden toegestaan.
Nee. Documenten voorbereiden Nee, in ontwikkeling is goed mogelijk. Het plaatsen van documenten en linken in navigatie en naar metainformatie gaat alleen on line.
gepersonificeerd: elke gebruiker (eigenaar en bezoeker) heeft een login en password nodig
21 Mogelijkheid om off-line aan het portfolio te werken
Je kan alle inhoud in de vorm van teksten van te voren klaarzetten, zodat je een presentatie later (platte tekst of bv html) in één keer kan uploaden. Een archief vullen kan niet off-line. 22 Mogelijkheid Alle Ja gangbare documentformate n op te nemen
Ja
23 Gebruiksvriendelij Het systeem is kheid gebruikersvriendelijk en erg fijn
Er is veel aanvullende kennis nodig op het gebied van HTML
Ja
Als attachment en als directe URI verwijzing. Alle typen documenten kunnen van gestandaardiseerde metainformatie worden voorzien. Ook niet gangbare formaten kunne opgenomen worden. Het Natschool Portfolio lijkt sterk Ja, gemakkelijk en leuk! op de Windows Verkenner, Geen HTML nodig.
Ja
14 Project Ver-kennen is mogelijk gemaakt met steun van de EU
Hierbij o.a. aandacht voor: • Eenvoudig in gebruik en prettig om mee te werken • DPF eist geen (of niet teveel) htmlkennis of andere ICTtaalvaardigh eden (html of andere talen mogen het product wel onderste unen! Maar niet als enige tool) 24 Flexibel in gebruik: functies kunnen aan- en uitgeschakeld worden, door eigenaar en/of beheerder
25 Portfolio kan na afronden studie door eigenaar worden meegenomen, bijv. via cd-rom.
om mee te werken omdat er op (of een editor hiervoor) en FTP drie verschillende niveaus (hoewel dit met Webdrive presentaties binnen het portfolio eenvoudig is) gemaakt kunnen worden (op een eenvoudig en geavanceerd manier en een manier waar de gebruiker gebruik kan maken van html en dus ook software als frontpage, dreamwaver). Het systeem is te gebruiken ZONDER kennis van html, maar het is voor html-kenners ook mogelijk om html te gebruiken.
waardoor het erg toegankelijk is. Het gebruik van het portfolio eist geen HTML kennis. HTMLpagina’s kunnen uiteraard wel worden opgenomen. Aan het portfolio zijn een aantal tools gekoppeld om HTML paginas te kunnen maken.
De gebruiker heeft de mogelijkheid om functionaliteiten wel of niet te gebruiken (categorieën, trefwoorden, de manier waarop presentaties worden gemaakt –eenvoudig, geavanceerd en helemaal zelf), de beheerder kan portfolio’s aanvragen, (de)blokkeren en wachtwoorden wijzigen Nog niet, staat op de lijst van zaken die wel gerealiseerd moeten worden.
Iedere opleiding kan eigen Ja, zelfs de navigatie is geheel portfolio sjablonen aanmaken aanpasbaar en uitbreidbaar. waarin een ‘basisinriching’ wordt geregeld. Deze sjablonen zijn heel flexibel. Vervolgens kan een student (afhankelijk van de in het sjabloon toegekende permissies) zelf functies aan- en uitzetten
Wat voor functies?
Eigenaar kan middels FTP zijn Nog niet, ook aan deze hele map downloaden. Er is ook functionaliteit wordt nog gewerkt. een ZIP-bestand beschikbaar dat de navigatiestructuur bevat.
26 Mogelijkheid om Ja, links naar documenten, links Er kan naar elk willekeurig Dit is mogelijk. Links kunnen in vanuit portfolio te naar websites, links naar het portfolio worden document op internet gelinkt linken naar een databases zijn allemaal worden, maar er is geen sprake opgenomen. Wel is belangrijk
Per type document zijn er voor de opleiding aanpasbare invoertemplates en presentatietemplates, die overzichtelijk zijn en gestructureerd werken stimuleren.
Ja. Het portfolio is web gebaseerd en kan zonder problemen met een webgrabber lokaal op schijf (of CD / DVD) gezet worden. Dit kan een student te allen tijde zelfstandig doen dmv een eenvoudige standaardprocedure. Ja, Naar externe documenten linken kan met een gewone URI of, beter, met een alias object
Eenvoudig in gebruik via simpele menstructuur en gebruik van knoppen Eist geen html-kennis
Allerlei zaken kunnen via een rechtenstructuur door beheerders worden geregeld.
Ja
Ja, als deze documenten in een elektronische leeromgeving of in een elektronische
15 Project Ver-kennen is mogelijk gemaakt met steun van de EU
document dat mogelijk. elders staat (bijv. In groepsruimte of intranet): document is resultaat van meerdere studenten
van groepsruimtes o.i.d.
dat afspraken gemaakt worden over de status van links. Documenten of pagina’s die via links die opgenomen zijn in het gesloten deel van het portfolio blijven namelijk wijzigbaar.
dat binnen het portfolio van metainformatie voorzien kan worden.
samenwerkingsomgeving staan kan de student hiernaar een link maken
Ook binnen anyMeta is gezamenlijk beheer van documenten mogelijk en een document kan sowieso in meerdere presentaties opgenomen worden. Het systeem is immers niet gebaseerd op hiërarchische opslag van documenten.
27 DPF heeft een zoekfunctie op opengestelde pagina’s: 1. zoeken door een (eigen) portfolio heen, 2. zoeken door alle portfolio’s van een specifieke groep. De zoekfunctie is: Full text search of Zoeken op titel/datum/soort document
Zoeken (full-text search) in het archief is mogelijk, ook in bijlagen die in het archief zijn opgenomen. Zoeken in alle portfolio’s is alleen mogelijk als via een search-engine gezocht wordt, maar binnen het systeem is (nog) geen apart zoeksysteem.
Er kan gezocht worden binnen het portfolio van een enkele gebruiker: "Er wordt gezocht in bestanden met de volgende extensies: doc, html, htm, psd, en txt." (.psd ??, wellicht wordt .pdf bedoeld)
Portfolio heeft nog geen zoekfunctie.
28 Representatie (Showcase) : mogelijkheid om delen voor anderen (individuen of groepen) te ontsluiten en/of om vanuit DPF op internet te publiceren
Ja, één presentatie-showcase kan de gebruiker beschikbaar stellen voor ‘iedereen’. Andere presentaties kan de gebruiker openstellen voor gasten die de gebruiker speciaal uitnodigt. Uitnodigen is mogelijk via het mailadres van de gast. Per presentatie kunnen één of meerdere mensen uitgenodigd worden.
Nee, alle inhoud van het PF is alleen zichtbaar te maken voor andere gebruikers.
Is mogelijk via showdossier of assessment dossier. Zie hierboven bij punt 15
Ja. Een presentatie kan Ja zichtbaar zijn voor individuen, groepen en allen. Het is zelfs mogelijk om in een openbare presentatie bepaalde documenten (bijv. interne beoordeling of commentaar) op te nemen die onzichtbaar blijven voor bezoekers zonder wachtwoord.
Natschool beschikt over een
Ja. Het hele systeem werkt met In ontwikkeling
29 (Re)presentaties Ja, in de optie geavanceerd kan Nee
Ja via de mappenstructuur Ja, en ook op andere metainformatie; dit is Nee aanpasbaar. De rapportagefuncties van anyMeta zijn zeer uitgebreid en personaliseerbaar.
16 Project Ver-kennen is mogelijk gemaakt met steun van de EU
kunnen makkelijk gemaakt worden doordat een editor (hulp bij het maken van een presentatie) geïntegreerd in het systeem zit
de gebruiker gebruik maken van de editor. Deze editor is een soort Word-editor. De eigenaar kan plaatjes, tabellen, kleuren, bullets, en nog vele andere zaken opnemen in de presentatie. En ook is het mogelijk om html te gebruiken naast de ‘Word-editor’ (optioneel).
aantal tools voor het maken van geïntegreerde editors voor de HTML documenten maar niet documenten. over een tool die helpt bij het maken van presentaties.
Technische informatie 30 Product werkt Ja, het produkt is stabiel bij stabiel juiste hosting (beschikbaarheid / ongestoorde werking, goede performance etc.)
Ja
24*7 beschikbaar; storing werking 1x per maand, performance is op drukke momenten nog punt van zorg, maar is ook afhankelijk van de eigen ICT- omgeving en niet alleen van Natschool Niet geheel duidelijk wat met deze vraag wordt bedoeld.
31 Uitbreidingsmoge Uitbreiding is in standaard niet lijkheden mogelijk. Eventueel wel in overleg met Espelon (meer duidelijk zal in januari 2004 gegeven kunnen worden, wanneer Espelon officieel van start gaat).
?
32 Schaalbaarheid (max. aantal gebruikers / portfolio’s)
Het produkt is uitermate schaalbaar bij juist gebruik.
Er zijn nu bij de EFA zo'n 5000 gebruikers (lang niet allemaal actief)
33 Ondersteunde operating systems (Microsoft Windows 2002/ 2003/ …; Sun Solaris; Linux)
iSeries (OS/400) Linux Solaris Windows
Windows Server (nu: Win2000) Microsoft Windows 2000 Microsoft Windows 2003
34 Ondersteunde
Notes-database server
MS SQL
Volgens leverancier >5000 mogelijk
SQL server 7 or 2000
Voorlopers van anyMetaportfolio: Ja ook projecten die met anyMeta gebouwd zijn werken stabiel en hebben een goede performance.
Ja
Ja Ja, door toepassing van open standaarden ook door derden. AnyMeta heeft een generieke informatiemanagement basis waardoor ook andere toepassingen binnen de opleiding goed geïntegreerd kunnen worden. Ja Zeer groot (>100.000) bij koppeling van servers. Deze kunnen ook op verschillende locaties staan en samenwerken waardoor locale performance gegarandeerd is. Microsoft windows 2000 / 2003 Server: Linux/Unix Windows > 2000 Mac OSX Client: standaard www-browser
MySQL. Aanpasbaar voor MS
MS SQL, Oracle
17 Project Ver-kennen is mogelijk gemaakt met steun van de EU
databases (MS SQL; Oracle; MySQL) 35 Authenticatie en autorisatie mechanisme (LDAP, Active Directory Sibboleth)
en Oracle. MySQL kan ook in Windows omgeving gehost worden. Het kan in ieder geval met Windows systeem (ASP) LDAP draaien. Onduidelijk is nog of dit ook mogelijk is met de andere authenticatie en autorisatie mechanismen.
Nog niet mogelijk
LDAP
LDAP / Brug naar Blackboard
36 Ondersteunde Notes webservers (Apache, MS IIS, andere)
IIS
MS IIS
Apache
IIS
37 Over welke Geen (wat niet zegt dat dit niet import- en gemaakt kan worden). exportfuncties beschikt het DPF? (aansluiting bij leertechnologie standaarden) IMS specificaties voor: Content package Competenties Metadata Portfolio QTI (toetsen) LIP. Learner nformation profile Enterprise 38 Mogelijkheid om Ja inhoudelijke en/of technische aanpassingen te laten verrichten
geen
Natschool ondersteunt SCORM voor import naar catalogi met studiemateriaal, maar nog niet voor Portfolio. Een gebruikersvriendelijke export van portfolio’s heeft momenteel veel aandacht maar is nog niet gerealiseerd.
XML export is flexibel configureerbaar dmv templates. IMS: content package: ja competenties: ja metadata: ja portfolio: postfolio zelf is geen IMS standaard. QTI: ten dele (wordt maatwerk) LIP: subset wordt ondersteund Enterprise: subset wordt ondersteund
Import en export routines zijn gebaseerd op objecten die worden beschreven in XML . De gebruiker (met name de beheerder) heeft de mogelijkheid om sjablonen te gebruiken en deze ook zelf te ontwikkelen.
Inhoudelijk: Ja. Veel inhoudelijke aanpassingen kunnen door de portfolio beheerder (opleiding) zelf gedaan worden.
Ja, via Stoas
Maatwerk mogelijk
In principe is maatwerk door de leverancier niet nodig. Natschool is flexibel genoeg om verschillende soorten portfoliogebruik te kunnen ondersteunen. Indien maatwerk toch nodig is dan kan dit met de leverancier worden kortgesloten.
Het IMS LIP model wordt gedeeltelijk ondersteund en is aangepast voor het gebruik binnen dit systeem.
Technisch: Ja. anyMeta is gebaseerd op open standaards en open source componenten.
18 Project Ver-kennen is mogelijk gemaakt met steun van de EU
Daardoor zeer goede technische aanpasbaarheid. Veranderingen kunnen in overleg met Mediamatic gedaan worden. De ontwikkelaar is Nederlands, daardoor gemakkelijke communicatie en betere aansluiting op Europese onderwijsontwikkelingen. Ja, door Administrator per rol Ja. vast te stellen
39 Omvang portfolio (in aantal Mb) door instelling in te stellen
Nee, in principe is het aantal Ja (bij ons 50 MB) MB’s per portfolio 100. Wel kan er over uitbreiding gesproken worden.
Per gebruiker of groep gebruikers in te stellen.
40 Aanwezigheid e helpdesk 2 lijnsondersteunin g die te allen tijde benaderd kan worden (technische support)
Ja, er is zelfs een website waarop je problemen kan aangeven. Van alle inkomende problemen wordt een call gemaakt en een melding wanneer het probleem is verholpen.
Satama biedt enige ondersteuning (afhankelijk van service-contract)
Helpdeskfunctie Fontys-intern Ja, tijdens kantooruren via Ja, via Stoas servicedesk vaak op opleidingsniveau abonnement systeem en flexibel geregeld. 2de lijns helpdesk op nacalculatie. voor Fontys door eigen ELOteam. Fontys ELO-team wordt weer ondersteund door de (goed bereikbare) helpdesk van de leverancier (Threeships)
41 Aanwezigheid Ja, een tutorial (voor practicahandleiding voor achtige ondersteuning) en een gebruikers FAQ (papier en online) die erg geschikt is gebleken in de vorm van de online help-optie. 42 Aanwezigheid Ja, zowel op papier als online FAQ-lijst voor gebruikers
Door EFA gemaakte uitleg, handleidingen en voorbeelden op http://portfolioinfo.efa.nl
Handleidingen voor de Ja, on line en op papier. Er is verschillende gebruikersgroepen ook context-afhankelijke help aanwezig per scherm. Deze is door de beheerder aan te passen.
Ja
zie 41
Aanwezig op de Fontys Natschool website.
Ja. Door de opleiding aan te passen.
Nee, in ontwikkeling
Ja. De document-eigenaar beheert toegang en heeft overzicht. Toegang kan altijd achteraf gewijzigd worden. Alleen bij arrestatie niet meer.
Ja, via de beheerdersomgeving
Functioneel beheer 43 Rechtenbeheer voor eigenaar: Overzicht van gegeven rechten aan welke “kijkers” en voor hoe lang dat
Ja, de eigenaar heeft een compleet overzicht van uitgenodigde gasten per presentatie en de termijn waarop de gasten toegang hebben. De toegangstermijn is per gast apart in te stellen.
Kan toegang geven aan individuele gebruikers van het PFS. Datumbegrenzing is niet mogelijk.
De eigenaar van een portfolio regelt zelf de permissies van de ‘meekijkers’ en kan op elk gewenst deze permissies weer stopzetten. Permissies kunnen betrekking hebben op groepen gebruikers, individuele
19 Project Ver-kennen is mogelijk gemaakt met steun van de EU
geldig is Default wordt een gast oneindig (De eigenaar kan lang uitgenodigt. een genodigde de toegang ook weer ontzeggen of stopzetten) 44 Versiebeheer van De eigenaar moet zelf voor het (uitvoer)documen versiebeheer zorgen. ten door eigenaar
45 Accountbeheer door functioneel beheerder en / of docent
46 Metadatabeheer door functioneel beheerder en / of opleiding 47 Rapportage
gebruikers en gebruikers in een bepaalde rol. Permissies kunnen op ieder mapniveau in het portfolio worden beheerd.
nee
Ja, kan allebei. Dat is Functioneel beheerder afhankelijk van de permissies die een gebruiker (docent) heeft. Iedere gebruiker kan zelf een portfolio aanvragen en dus ook aanmaken. De eigenaar kan dan ook zijn eigen gegevens, zoals gebruikersnaam en wachtwoord aanpassen. Ook een beheerder van een instelling kan een portfolio aanmaken voor meerdere studenten tegelijk via batchbestanden. Een beheerder van een instelling kan ook portfolio’s (de)blokkeren en wachtwoorden wijzigen, en zien hoeveel ruimte de portfolio’s in beslag nemen. Nee Geen metadata
De beheerder kan in een
Portfolio kent versiebeheer. Vorige versies van producten worden altijd bewaard. Eigenaar kan deze echter wel verwijderen.
Ja Ja. Standaard zijn er van elk document 2 versies. een gepubliceerde, en een versie die in bewerking is. Beide versies kunnen voor geregistreerde bezoekers zichtbaar gemaakt worden. De gepubliceerde versie is naar wens onzichtbaar te maken voor externen. De versie die in bewerking is, is altijd onzichtbaar voor externen. Accountbeheer door decentraal Ja, kan allebei. Dat is Door functioneel beheerder beheerder. Meestal is dit een afhankelijk van de permissies docent van de opleiding. die een gebruiker (docent) heeft.
Er is nog geen sprake van metadatabeheer in het Portfolio. Dit punt wordt meegenomen met de specificaties van de nog te ontwikkelen kennisbank. Geen ingebouwde rapportages. Niet duidelijk wat hiermee wordt
Ja, combinatie van Instelling en Geen metadata toegepast per opleiding aanpasbare metadata structuur.
Ja. De rapportagefuncties zijn
Ja
20 Project Ver-kennen is mogelijk gemaakt met steun van de EU
beheer door functioneel beheerder
bedoeld.
overzicht zien hoeveel ruimte de De webserver kan wel portfolio's in beslag nemen, statistieken leveren. welke portfolio's geblokkeerd zijn en welke een showcase hebben. Een aparte rapportage is niet mogelijk.
zeer uitgebreid en d.m.v. webformulieren volledig configureerbaar door de beheerder.
Financiële informatie 48 Kosten: Het portfolio kost per gebruiker licentiekosten, van DU-instellingen 10 Euro per implementatiekos jaar. ten, opleidingskosten, kosten functioneel beheer en kosten technisch applicatiebeheer
49 Kosten nieuwe upgrades
50 Mogelijkheid het DPF-systeem extern te hosten
Ontwikkelkosten hier buiten beschouwing gelaten. Intellectueel eigendom EFAportfolio is in handen van Satama en EFA. Onderwijsinstellingen kunnen gratis licentie krijgen, maar moeten voor installatie (maatwerk) en onderhoud aan Satama betalen. Kosten voor hardware, technisch beheer hardware, technisch beheer applicatie, functioneel beheer applicatie, e helpdesk (1 -lijns ondersteuning) bij elkaar € 20 per student per jaar. Via onderhoudscontract (daarboven op basis van nacalculatie.).
Geen extra kosten verbonden aan upgrades, dit zit bij het standaardbedrag (10 Euro) per portfolio per jaar in. (standaard in de licentiekosten). Is niet gebruikelijk, maar Ja, bij Satama technisch kan het natuurlijk wel
Afhankelijk van afspraken tussen leverancier en afnemende instelling. Op te vragen bij Threeships
€9,- per account per jaar (inc. hosting) Implementatie vanaf 9.000 euro. Functioneel beheer door opleiding/instelling. Applicatiebeheer is inc hosting, dat kan extern of intern
(uitgaande van 1500 active users) Licentie € 7000,- p/jaar (rental pricing) , implementatie technisch 2 dagen, onderwijskundig minimaal 2 dagen. Beheer technisch: 1 dag per maand, beheer functioneel sterk afhankelijk van gebruik ongeveer 1 dag per maand
Voor Fontys behoren de softwarekosten tot het onderhoudscontract, maar dit is ook weer afhankelijk van gemaakte afspraken. Is mogelijk (door Educational Service Provider). Op de website van Threeships is hierover meer informatie te vinden.
zitten in de licentiekosten.
Geen extra kosten: zit in jaarlijks licentiebedrag
Ja, elke ISP die LAMP ondersteunt kan het. Mediamatic heeft overeenkomsten met verschillende providers die dat voor hun klanten doen.
Ja, via Stoas
21 Project Ver-kennen is mogelijk gemaakt met steun van de EU
5 Bijlage: inventarisatie IT-instrumenten voor EVC Uit: “Aangenaam….even voorstellen, inventarisatie IT-instrumenten voor EVC projecten (conclusies en aanbevelingen)”, Emmy peters en mieke mes
22 Project Ver-kennen is mogelijk gemaakt met steun van de EU
6 Bijlage: EVC-tools Uit: Kolk, J. van der & P. Willemse (2002). Van eindtermen naar competentiebeoordeling :Vernieuwing van examinering in de BVE-sector (hhofdtsuk 5). ’s-Hertogenbosch: CINOP, 2002
(http://www.kenniscentrumevc.nl/site/documenten/good_practices.pdf)
Een overzicht van instrumenten voor een assessment centre In dit overzicht zijn voorbeelden van instrumenten opgenomen, die deel uit kunnen maken van een assessment centre. De competenties die van de kandidaat verwacht worden, zijn het uitgangspunt; met één of meerdere instrumenten kan de kandidaat aantonen over deze competenties te beschikken. Dit overzicht is bedoeld om toetsontwikkelaars bij de opzet van een assessment centre een bron van inspiratie te bieden.
1. Eigen videobeelden Videoband in praktijksituatie maken en bespreken, eventueel volgens richtlijnen. Deelnemer maakt bandje waarover hij tevreden is (stimuleert het oefenen en zelfreflectie). In het centrum wordt maximaal 5 minuten van de band bekeken en naar aanleiding daarvan voert de student een ontwikkelgesprek met de assessor. Resultaat is een beoordeling en aandachtspunten voor de volgende leerperiode. 2.Videobeelden Student bekijkt een videoband (standaard) en schrijft/geeft daarop een reactie. Het bekijken van de videoband (bijvoorbeeld vergadering, functioneren van een medewerker enzovoort) geeft input voor een coachings- of functioneringsgesprek met de medewerker (‘acteur’) op de videoband. 3. Opdrachten voor derden Een opdracht maken voor klanten (de faculteit/afdeling). Bijvoorbeeld een instrument dat gebruikt wordt op de personeelsafdeling opzetten, bekritiseren of verbeteren. 4. Job-aid Student maakt een job-aid (instrument dat het werken ondersteunt), op basis van literatuur, interviews enzovoort. Het doel van job-aids is theorieën toegankelijk en toepasbaar maken. Door studenten zelf een job-aid te laten maken, verwerken ze alle stof en kan ‘het maken van een job-aid’ gebruikt worden als leer- én toetsproces.Wanneer de studenten de job-aid gemaakt hebben, hebben ze alle theorie verwerkt (zich eigen gemaakt) en hebben ze een instrument dat ze kunnen gebruiken bij hun werk. 5. Leermateriaal maken Studenten maken leermateriaal voor medestudenten volgens format/richtlijnen. Bijvoorbeeld een reader samenstellen, toetsvragen formuleren, een case opstellen, een videoband of een reconstructieoefening maken. 6.Advocacy team/jury Studenten nemen op grond van theorie en onderzoek een standpunt in over een bepaalde kwestie. Zij presenteren hun standpunt aan een jury (van studenten of docenten). Zowel jury als verdediging moet kennis van zaken hebben (toets voor beide partijen dus). 7. Presentatie
23 Project Ver-kennen is mogelijk gemaakt met steun van de EU
Studenten geven een presentatie over een bepaald onderwerp; eventueel met gebruikmaking van activerende werkvormen. 8. Discussie Studenten voeren een discussie over een bepaald onderwerp.Varianten: • studenten vormen koppels, één van de twee voert discussie, de ander is back-up denktank), observeert en geeft zijn maatje feedbacken tips; • discussie mondt uit in een product of beslissing. 9. Computertoets Gestandaardiseerde vragen en antwoorden, bijvoorbeeld in de vorm van multiplechoice: • ontwikkeld door docenten; • ontwikkeld door studenten (studenten maken een aantal vragen en antwoorden die in een toets opgenomen kunnen worden; deze variant is aantrekkelijk zolang er nog geen toetsen zijn). 10. Stellingen Studenten formuleren stellingen/beweringen op basis van literatuur. Gevolgd door: • discussie over stellingen; • stellingenspel (eveneens vorm van discussie en beargumentering); • debat (standpunt innemen en stellingen verdedigen); • vragen formuleren op basis van de stellingen en elkaars vragen beantwoorden; • reactie schrijven/geven op elkaars stellingen. 11.Vragenbak Studenten maken vragen voor medestudenten en formuleren tevens het/een antwoord op de vragen. De vragen worden ‘gewogen’ naar moeilijkheidsgraad en verdeeld over een aantal ‘bakken’. De medestudenten trekken (ad random) een aantal vragen (bijvoorbeeld drie per bak). Dit is hun toets. De vragenbak kan eventueel ook per computer. 12. Reconstructie Studenten reconstrueren een ingevuld model/instrument (het model/instrument is ingevuld met een case en daarna in stukken geknipt). Doel van de reconstructieoefening is feeling te krijgen met een model/instrument. Als toets bruikbaar op twee manieren: • studenten reconstrueren een door de docent gemaakte reconstructietoets; • studenten maken een reconstructieoefening (-toets) voor elkaar. 13. Logboek Resultaten bespreken uit een logboek. 14. Mind-map Mogelijkheden: • studenten verwerken literatuur in een mind-map en presenteren dit aan medestudenten; • studenten maken een mind-map over hun eigen ontwikkeling (zelfreview of ontwikkelplan). 15. Zelfreflectie Student schrijft een zelfreview en ‘proview’ (terug- en vooruitblik). Mogelijkheden: • zelfreview op basis van een format of richtinggevende vragen; • met gebruikmaking van videobeelden; De zelfreflectie wordt tijdens een sessie besproken, waarin de student terugblikt en vooruitblikt op zijn competentieontwikkeling.
24 Project Ver-kennen is mogelijk gemaakt met steun van de EU
16. 360 graden feedback Student verzamelt vier beoordelingen (een review) om inzicht te krijgen/geven in zijn competentieniveau (ontwikkeling). Beoordelingen door: student zelf, docent, medestudent, en iemand uit de praktijk (praktijkbegeleider). Beoordelingen vinden plaats met een format waarin relevante competenties zijn geoperationaliseerd in beweringen of vragen. 17. Een case oplossen Drie mogelijkheden: • docent maakt opdracht/case; • studenten maken cases voor elkaar en lossen deze op; • studenten maken na hun stage een case op basis van hun ervaringen. Deze case kan gebruikt worden voor het volgende studiejaar (zowel de case ontwikkelen als oplossen kan een toetsmoment zijn).
25 Project Ver-kennen is mogelijk gemaakt met steun van de EU
7 Bijlage: Basis inhoud Portfolio Toelichting deel 1. Persoonsgegevens, opleiding en (werk)ervaring A. Persoonsgegevens portfolio-eigenaar -
Naam & voornamen Roepnaam Adres Postcode en plaats Telefoonnummer thuis Telefoonnummer mobiel Telefoonnummer werk E-mail Geboortedatum Geboorteplaats en land
B. Opleiding/scholing (denk hierbij ook aan cursussen die in uw vrije tijd zijn gedaan) Vragen die u helpen bij het maken van een overzicht: -
Welke opleidingen en cursussen heeft u sinds de basisschool gevolgd? Welke vakken of welk onderwerp? Heeft u een diploma of een bewijs van deelname? Welke opleidingen heeft u niet afgemaakt en waarom niet? Welke vakken of welk onderwerp? Heeft u een bewijs van deelname? Waar en wanneer heeft u de opleidingen gevolgd?
C. Werkervaring (betaald en onbetaald) Vragen: -
Waar heeft u allemaal gewerkt? Ook vakantiebaantjes en vrijwilligerswerk tellen mee. Wat heeft u daar gedaan en geleerd? Zo uitgebreid mogelijk beschrijven. Hoeveel uur werkte u? Hoe kunt u aantonen dat u daar gewerkt heeft? (denk aan getuigschrift, functieomschrijving, sollicitatiebrief, voorbeelden van producten die u daar gemaakt heeft)
D. Ervaring opgedaan in andere situaties, zoals hobby’s en werkzaamheden voor een (sport)vereniging, kerk of school. Vragen: -
Wat heeft u gedaan of geleerd in uw vrije tijd, dat te maken heeft met de opleiding die u misschien wilt gaan volgen? Hoelang, waar en wanneer? Wat heeft u daar gedaan en geleerd? Zo uitgebreid mogelijk beschrijven. Kunt u aantonen dat u dit gedaan heeft? (bijvoorbeeld getuigschrift, voorbeelden van producten die u gemaakt heeft)
26 Project Ver-kennen is mogelijk gemaakt met steun van de EU
Toelichting deel 2. Bewijzen
In dit deel verzamelt u (kopieën van) bewijzen (papieren, stukken) van opleidingen en cursussen die u gevolgd heeft (diploma’s/certificaten) en bewijzen van werkervaring zoals getuigschriften van werkgevers, voorbeelden van producten die u in uw werk of vrije tijd hebt gemaakt. Het is van belang dat de bewijzen van uzelf afkomstig zijn (bijvoorbeeld: verslagen door u opgesteld) of over u gaan (bijvoorbeeld: verklaring van de werkgever, diploma’s).
27 Project Ver-kennen is mogelijk gemaakt met steun van de EU
8 Bijlage: Succesfactoren en belemmeringen volgens KBB / Adviesbureau’s (Het platform beroepsonderwijs) http://rens.hetplatformberoepsonderwijs.nl/portfolio Inbedding in Onderwijsvernieuwing 1. PF positioneren binnen OI c.q. gewenst ped-did concept en inbedding in beoordelings- en begeleidingssystematiek 2. Parallelle ontwikkeling met competentiegericht opleiden 3. PF zien als innovatie Betrokkenen Organisatie 1. 2. 3. 4. 5. 6.
Uitvoerders/opleidingsteams betrekken bij de ontwikkeling Ontwikkelgroep samengesteld uit diverse disciplines Werkgroep die PF sectorbreed gaat ontwikkelen Kleine werkgroep die start Externe ondersteuning om 1000 bloemen bijeen te brengen Goede begeleiding bij implementatie; gezamenlijke ondersteuning PSW en CINOP
Facilitering 1. 2.
Facilitering van medewerkers, voldoende tijd om te implementeren en experimenteren Korte ontwikkeltijd
Aanpak 1. Strikte oriëntatie en vaststelling op trajectdoel en afleiding van kerntaken daarbij, bezinning op trajectdoel 2. Koppeling productontwikkeling en advisering on-the-job 3. Fusie van de organisatie liep parallel door het project 4. Eenduidige, gestructureerde aanpak binnen het ROC 5. Go/no go momenten 6. Experimentele fase Draagvlak 1. Gedeelde visie op niveau van management, coördinatoren en opleidingsteams; goede aansturing; draagvlak 2. Management neemt verantwoording voor gehele aansturing, breed implementatieplan 3. Management volgde ontwikkeling nauwgezet, betrokkenheid 4. Committent alle partijen; goede respons van belanghebbenden 5. Gedragen door het onderwijs Verantwoordelijkheden/taken betrokkenen 1. Geen technische maar onderwijskundige begeleiding (relatie onderwijsvisie en PF)
28 Project Ver-kennen is mogelijk gemaakt met steun van de EU
Deskundigheid 1. Praktische trainingen voor deelnemers en begeleiders 2. Deskundige begeleiders en beoordelaars (ondersteunen zelfsturing); begeleiden en beoordelen moeten vaak nog ontwikkeld worden 3. Doordat trainingen vaker worden aangeboden, neemt de professionalisering toe 4. Scholing van betrokkenen (praktijkopleiders, BPV-begeleiders, leerlingen) Doelgroep 1. Door iedereen te gebruiken, drempelloos inzetbaar Bereikt resultaat/effect 1. 2. 3. 4. 5.
Assessment op maat Succeservaringen van deelnemers en begeleiders/beoordelaars Positief ontvangen door deelnemers Betrokkenheid leerlingen bij de te behalen praktijkeindtermen (competenties) Competenties die in werkstuk examen niet gewogen worden, worden in PF wel zichtbaar (houding veiligheid, milieu, Arbo) 6. PF brengt het beste van een persoon naar boven Randvoorwaarden 1. Technische randvoorwaarden belangrijk (degelijk serverpark in beveiligde omgeving) Structuur / vormgeving / inhoud: hoe ziet het PF er uit 1. Standaardiseren van oriëntatiestappen en beoordelingsmomenten 2. Structuur om sociale competenties in kaart te brengen en zo te werken aan de ontwikkeling ervan 3. Veel structuur voor begeleiders/docenten 4. Gebruiksgemak qua bediening en invoegmogelijkheden van allerlei formats 5. (digitaal) 6. Flexibiliteit qua invulling en rechtenstructuur 7. Beveiliging van het systeem 8. Helder en begrijpelijk geschreven instrument 9. Positieve reacties op ontwerp PF types / functies: wat doe je ermee, waar gebruik je het voor 1. Heldere functie van PF 2. In kaart brengen van competenties eigenaar van het PF
inzicht in eigen kunnen geven aan de
Toepassing: waar zet je het in en hoe 1. Koppeling aan leertraject op de werkvloer i.p.v. op school (verlaagt drempel) 2. Maatwerk bij specifieke trajecten op specifiek ROC/instelling; in kaart brengen van ontbrekende competenties en daarop maatwerktrajecten inzetten 3. Koppeling oriënteren aan beoordelen 4. Toetsing onderdeel van de opleiding en daardoor betaalbaar 5. Inbedding PF in curriculum
29 Project Ver-kennen is mogelijk gemaakt met steun van de EU
6. Werken naar een loopbaanportfolio 7. Mate van behoefte aan EVC in de branche 8. Bereidheid tot creatieve oplossingen voor de doelgroep bij alle betrokkenen, maatwerk 9. Structurele inbedding in regionale structuren 10. Flexibel in gebruik door verschillende vmbo-scholen, afdelingen en leerwegen Samenwerking 1. Pilots uitgevoerd in leerbedrijven samen met deelnemers 2. Draagvlak project binnen school voor VE en school voor VO 3. Ontwikkeld met onderwijsmensen uit basisonderwijs, vmbo en beroepsonderwijs 4. Betrekken ROC’s en bedrijfsleven 5. PF kan een verbindende schakel vormen bij het invoeren van een gezamenlijke methodiek bij verschillende instellingen 6. Samenwerking ID-organisatie, ROC, zorginstellingen Digitaal 1. Digitale interactiemogelijkheden tussen cursist en begeleider 2. Digitale versie werkt snel en efficiënt
Belemmeringen volgens KBB / Adviesbureau’s Onderwijsvernieuwing/visie 1. PF-methodiek vraagt maatwerk in het onderwijs (vaak grootschalige vernieuwingsoperatie) 2. Inbedding van PF aanpak en organisatie 3. Visie ontbrak bij school en bleek van begin af aan verschillend bij de partijen 4. Vanuit drie organisatie tot één concept komen, achtergrond/belangen te divers 5. Onheldere status van het project 6. Omslag naar coachen en loopbaan centraal 7. Onhelderheid over begrip PF 8. Complexe problematiek: aan ene kant ontwikkelingsgerichte benadering nodig, terwijl soms behoefte is aan een instrument/product Betrokkenen Organisatie 1. Ontwikkelgroep varieerde qua bezetting bij aanvang teveel (verloop) Facilitering 1. Tijdgebrek; tijdsinvestering ROC’s en bedrijfsleven 2. Beschikbaarheid van begeleidingsuren Draagvlak 1. Geen betrokkenheid van management; Te weinig aansturing, kaders, daadkracht management Aanpak
30 Project Ver-kennen is mogelijk gemaakt met steun van de EU
1. 2. 3. 4.
Organisatie binnen ROC Binnen een instelling diverse PF’s, doorlopende lijn in beroepskolom ontbreekt Proefkonijnen vinden Huidige economische omstandigheden hebben invloed op de implementatie van EVC in de branche 5. Implementatie vraagt veel energie 6. Fase en kwaliteit van LOB-beleid per vmbo en mbo school/afdeling erg divers 7. Instrumentele insteek, te snel een model willen maken; PF uitsluitend als product Deskundigheid 1. Deskundigheid/kennis van de materie bij aanvang van project te divers en onvoldoende 2. Docent is niet een coach 3. Docent is niet een loopbaanbegeleider, heeft geen toolbox en kennis 4. Wantrouwen van deskundigheid beoordelaars 5. Praktische handigheid om te werken met een digitale versie ontbreekt Doelgroep 1. 2. 3. 4.
Grote heterogeniteit in doelgroep Noodzaak aantonen aan doelgroep, omdat het nieuw is Minder geschikt voor deelnemers die in aanmerking komen voor vrijstellingen Doelgroep is in sommige gevallen niet gewend om hiermee bezig te zijn
Motivatie begeleiders en deelnemers 1. Veranderen geeft weerstand, gaat iedereen mee in de innovatie? 2. Angst voor loslaten van bestaande, vertrouwde systeem Randvoorwaarden (technisch) 1. Geringe toegankelijkheid van pc’s / infrastructuur 2. Oude examensystematiek in VO en VAVO 3. Afstemming niveau, normen nu vaak landelijk bepaald of branche voorgeschreven 4. Bij centraal parkeren van gegevens is de privacywetgeving van kracht 5. Wet- en regelgeving onderwijs (soms lastig om oplossingen op maat uitgevoerd te krijgen) 6. Standaarden volgens de kwalificatiestructuur zijn vaak lastig door deelnemers te interpreteren Structuur / vormgeving / inhoud: hoe ziet het PF er uit 1. Wie kiest de vorm en kan iedereen daarmee uit de voeten 2. Teveel aan PF, die eigenlijk assessmentsystemen zijn met een PF onderdeel PF types/functies: wat doe je ermee, waar gebruik je het voor 1. Doel van PF is tijdens het gebruik veranderd Toepassing
31 Project Ver-kennen is mogelijk gemaakt met steun van de EU
1. Dilemma’s bij verzamelen van bewijzen en beoordelen ervan met behulp van standaarden 2. Smalle insteek, alleen voor onderdeel van de opleiding 3. Invullen personalia erg tijdrovend, geen tijd meer voor reflectieopdrachten 4. Begeleidingstraject bleek onlosmakelijk verbonden met beoordelingsportfolio, dus nu ook ontwikkelingsgericht PF erbij ontwikkeld Samenwerking 1. Samenwerking met mbo marginaal, teveel binnen muren van vmbo 2. Geen contact tussen educatie en servicecentrum en beroepunits intern en externe partijen als gemeente en CWI 3. Groot aantal partijen Financiën 1. Financiën van scholen Digitaal versus papier 1. In elektronische PF kunnen geen ‘eigen’ documenten worden toegevoegd, zoals certificaten en diploma’s 2. Digitale versies zijn in ontwikkeltijd kostbaar 3. Snelle keuzes voor het digitaliseren, zodat een probleem (dikke mappen) schijnbaar wordt opgelost PF blijkt in aanvang soms een papieren tijger. Bij gebruik ervan valt deze barrière vaak weg
32 Project Ver-kennen is mogelijk gemaakt met steun van de EU