Veiligheidseffectrapportage Lage Zijde Alphen aan den Rijn Eindrapportage Deel I
Tobias Woldendorp (DSP-groep) Nicole Smits (DSP-groep)
Veiligheidseffectrapportage Lage Zijde Alphen aan den Rijn Eindrapportage Deel I
Amsterdam, 12 juni 2008 Tobias Woldendorp (DSP-groep) Nicole Smits (DSP-groep) Met medewerking van: Werkgroep VER Masterplan Lage Zijde
DSP – groep BV Van Diemenstraat 374 1013 CR Amsterdam T: +31 (0)20 625 75 37 F: +31 (0)20 627 47 59 E:
[email protected] W: www.dsp-groep.nl KvK: 33176766 A'dam
Inhoudsopgave
3 3 4 4 5 6 6 7
1 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5 1.6 1.7
Inleiding Herijking Masterplan Lage Zijde Opzet VER Werkwijze Doel van de VER Plangebied en studiegebied Leeswijzer Verantwoording
2 2.1 2.2 2.3 2.4 2.5
Huidige situatie Inleiding Sterke punten huidige situatie Problemen en risico’s huidige situatie Discussiepunten Lessen van de Hoge Zijde
8 8 8 8 10 11
3 3.1 3.2
Herijking Masterplan Sterke punten Risico’s
13 13 14
4 4.1 4.2
Alternatieven en maatregelen Alternatieven voor prioriteiten Overige maatregelen
16 16 21
Aanbevelingen van de externe adviseurs
23
Implementatie en evaluatie Implementatie Evaluatie
25 25 25
Bijlagen Leden werkgroep VER Tekeningen bijeenkomsten Schouw werkgroep VER (07-02-08)
28 29 32
5 6 5.1 5.2
Bijlage 1 Bijlage 2 Bijlage 3
Pagina 2
Veiligheidseffectrapportage Lage Zijde Alphen aan den Rijn
DSP - groep
1 Inleiding
Na de herontwikkeling van de Hoge Zijde van het centrum van Alphen aan den Rijn, is nu de Lage Zijde aan de beurt. Van het Masterplan Stadshart uit 1996 is een herijking gemaakt voor de Lage Zijde, die in november 2007 door de gemeenteraad is vastgesteld. De gemeente Alphen aan den Rijn heeft duurzaamheid en veiligheid hoog op de agenda staan en bij de herontwikkeling van de Hoge Zijde is een Veiligheidseffectrapportage opgesteld. Het College van Burgemeester en Wethouders heeft in 2007 besloten om voor elke grote bouw- of herstructureringsopgave een Veiligheidseffectrapportage (VER) op te stellen en in die lijn is nu ook voor de Lage Zijde een VER opgesteld. Deze rapportage is het eindproduct van het doorlopen traject.
1.1
Herijking Masterplan Lage Zijde Met de Herijking Masterplan Lage Zijde wordt beoogd het Stadshart van Alphen aan den Rijn op te waarderen tot een kwalitatief hoogwaardig winkelen woongebied. Het plan heeft twee typen gebieden: winkelgebied (met woningen) en woongebied. Deze worden gescheiden door De Vest. De belangrijkste programmapunten van de nieuwe situatie zijn: • Herontwikkeling Thorbeckeplein en omgeving (Trinagel), de Hooftstraat met voorzieningen als bibliotheek en mogelijk andere culturele organisaties, winkelruimte, woningen en de inrichting van de openbare ruimte. • Bushalteplaats voor vier bussen (Vestplein). • Herontwikkeling openbare ruimte bij Aarhof (Aarplein). • Verbetering van het winkelcircuit. • Ontwikkeling Waterfront Oude Rijn. • Het realiseren van koop- en huurwoningen aan de Lage Zijde (op basis van compensatie van sloop sociale woningen Nachtegaalstraat en Leeuwerikstraat) en in het winkelgebied. • Het realiseren van woningen langs de Kromme Aar. • Reconstructie Thorbeckestraat e.o. Een belangrijke wijziging ten aanzien van het oorspronkelijke Masterplan Stadshart uit 1996 is een verschuiving van kwaliteitsimpulsen van het gebied ten oosten van de Aarhof naar het noordelijk deel van het winkelgebied, Thorbeckeplein en omgeving. De derde centrumbrug en de Esplanade bij De Vest is uit de plannen verdwenen. Net buiten de plangrenzen van het Masterplan Stadshart Lage Zijde staan ook relevante ontwikkelingen op stapel. Zo zullen de Hooftstraat en de Raadhuisstraat heringericht worden. De oversteekbaarheid voor langzaamverkeer van de Oranje Nassausingel is problematisch. Risico’s alternatieven en maatregelen worden in deze VER bestudeerd.
Pagina 3
Veiligheidseffectrapportage Lage Zijde Alphen aan den Rijn
DSP - groep
1.2
Opzet VER De VER is een beleidsinstrument waarmee in een vroeg stadium in een ontwerpproces op een structurele manier aandacht geschonken kan worden aan mogelijke veiligheidsrisico’s die in een bouw- of inrichtingsplan besloten kunnen liggen. Door het uitvoeren van een VER worden de mogelijke veiligheidsrisico’s helder in beeld gebracht en kunnen vroegtijdig maatregelen genomen worden om deze risico’s te ondervangen. Kort gezegd is het doel van de VER om via een gestructureerd en transparant proces samen met de betrokkenen: • zicht te krijgen op mogelijke veiligheidsrisico's • als groep hoofdrisico’s te prioriteren • alternatieven te ontwikkelen waarmee aan deze risico's tegemoet wordt gekomen • afspraken te maken over de maatregelen en activiteiten die nodig zijn om het gekozen alternatief uit te voeren • de uitvoering van deze afspraken te bewaken
1.3
Werkwijze De VER is opgebouwd uit de volgende modulen: 1 Onderbouwing 2 Intentie 3 Analyse 4 Alternatieven 5 Maatregelen 6 Implementatie 7 Beheer Hieronder staat de manier waarop de modulen voor de Lage Zijde in Alphen aan den Rijn zijn toegepast. Ad 1. Bij aanvang van het traject is in een aantal voorgesprekken het nut en de noodzaak van een VER voor de Lage Zijde besproken. Nut en noodzaak zijn bestuurlijk bekrachtigd, doordat de verantwoordelijke portefeuillehouder de noodzaak van een VER onderschrijft. Ad 2. Vervolgens is de werkgroep VER ingesteld. Voor de leden: zie bijlage 1. De werkgroep heeft in haar startbijeenkomst de startnotitie besproken en vastgesteld, waarin onder andere de doelen staan beschreven en de werkwijze. De startnotitie (zie bijlage 2) is vastgesteld door de Projectwethouder en het Projectbureau Stadshart. Ad 3, 4 en 5. In vier bijeenkomsten (nog drie na de startbijeenkomst) zijn modulen 3, 4 en 5 doorlopen. Deze bijeenkomsten vonden plaats van februari t/m april 2007. In de eerste bijeenkomst stond, behalve de startnotitie, een schouw van het plan- en studiegebied op het programma. Aan de hand daarvan is de bestaande veiligheidssituatie in kaart gebracht. In de tweede bijeenkomst zijn risico’s die de nieuwe situatie (volgens de Herijking Masterplan) met zich mee kan brengen geïnventariseerd en geprioriteerd. Resultaat was een top zeven van belangrijkste risico’s. Voor die risico’s zijn in de derde bijeenkomst alternatieven en maatregelen besproken. Tenslotte heeft de werk-
Pagina 4
Veiligheidseffectrapportage Lage Zijde Alphen aan den Rijn
DSP - groep
groep in de vierde en laatste bijeenkomst de concept rapportage van de VER besproken en het proces geëvalueerd. Ter ondersteuning van het werk door de werkgroep VER zijn apart vijf interviews gehouden. Gesproken is met: • De heer Groen in ’t Wout, projectwethouder Stadshart • De heer ’t Hoen, directeur projectbureau Stadshart • De heer Bijkerk, Politie Hollands Midden • De heer Ruit, Bouwfonds MAB • De heer Blijie en mevrouw Mithoe, wonenCentraal Ad 6. De werkgroep VER brengt met deze rapportage advies uit aan het College van Burgemeester en Wethouders. Jan van Lenten zorgt ervoor dat de resultaten van de VER worden meegenomen in de verdere uitwerking van de plannen en de werkgroep VER zal de uitwerking ook blijven volgen. Ad 7. In deze VER heeft de werkgroep zich geconcentreerd op het herontwikkelingsplan, zoals dat wordt geschetst in de Herijking Masterplan. Voor risico’s die zijn gesignaleerd, zijn maatregelen op het gebied van het ontwerp voorgesteld. Wanneer blijkt dat maatregelen in het ontwerp de risico’s niet voldoende kunnen beperken, zullen oplossingen in het beheer gezocht moeten worden.
1.4
Doel van de VER Als doel van de VER voor de Lage Zijde is geformuleerd: het duurzaam verhogen van het veiligheidsniveau binnen het projectgebied, waarbij als specifieke aandachtspunten worden genoemd: • het streven naar sociale veiligheid binnen het nieuwe te ontwikkelen woon -en werkgebied • het verbeteren van de infrastructuur ten behoeve van de verkeersveiligheid, in het bijzonder in de directe omgeving van de bushaltes • het waarborgen van de toegankelijkheid en bereikbaarheid tijdens en na de uitvoering van het Masterplan Stadshart Lage Zijde voor hulpdiensten • het waarborgen van adequate bluswatervoorzieningen • het waarborgen van de toegankelijkheid voor fietsers en gehandicapten • het waarborgen van de aanrijdtijden van de hulpdiensten • logistiek van het laden en lossen van winkels • de relatie tussen verkeersveiligheid en sociale veiligheid • kindvriendelijkheid en –veiligheid in relatie tot watergangen • de integrale handhaafbaarheid • de relatie tussen (hang)jongeren en veiligheidsgevoelens • het tijdelijk huisvesten van winkels in het plangebied • het trekken van gevolgen uit de volgorde van fasering Externe veiligheid gaat te ver voor deze VER en wordt bewaakt in de werkgroep Externe Veiligheid. Een ander aspect dat niet direct wordt meegenomen is veiligheid tijdens de bouwfase. Daarvoor is aandacht in de zogenaamde Bereikbaarheidsgroep. Aanbevelingen, die de VER werkgroep doet over de bouwfase zullen door de projectleider Openbare Ruimte Lage Zijde (die ook in de werkgroep VER participeert) doorgegeven worden aan de bereikbaarheidsgroep.
Pagina 5
Veiligheidseffectrapportage Lage Zijde Alphen aan den Rijn
DSP - groep
1.5
Plangebied en studiegebied Er is een plangebied onderscheiden, dat correspondeert met het gebied dat ontwikkeld wordt in het Masterplan. Het winkelhart wordt begrensd door de zuidelijke bebouwing aan de Pieter Doelmanstraat en De Vest in het oosten. Het Midden van de rivier de Oude De Rijn in het westen en W.M.C. Regtstraat in het noorden. Het woongebied, het tweede onderdeel van het plangebied, wordt in het noorden begrensd door de Thorbeckestraat, in het oosten door de Oranje Nassausingel, in het zuiden door het hart van de Kromme Aar en de Van Boetzelaerstraat. De Vest is de westelijke grens van de zone met nieuwbouwwoningen. Het studiegebied betreft een breder gebied en bevat belangrijke routes vanuit en naar het plangebied. Dat betekent dat de Raadhuisstraat wordt meegenomen en de buurt tussen Hooftstraat en Lijsterlaan. In het zuiden loopt het studiegebied tot aan Jongkind Coninckstraat en in het noorden tot aan de Willem de Zwijgerlaan. Tevens wordt de oversteekbaarheid van de Oranje Nassausingel, een zone ten oosten van het plangebied in het studiegebied opgenomen. Op onderstaande plattegrond staan plangebied en studiegebied aangegeven.
1.6
Leeswijzer De rapportage is opgebouwd overeenkomstig de modules die de werkgroep VER heeft doorlopen. Hierna wordt eerst de huidige situatie beschreven, met sterke punten en risico’s. Vervolgens maken we de overstap naar de Herijking Masterplan. Ook daarvan worden de sterke punten en de risico’s benoemd, zoals de werkgroep VER dat heeft gedaan. De risico’s zijn geprioriteerd en voor de zeven belangrijkste risico’s worden in hoofdstuk 4 alternatieven en maatregelen voorgesteld. Daar staat ook een groslijst van overige maatregelen, die gedurende het traject zijn geopperd. In hoofdstuk 5 is te lezen hoe de evaluatie en implementatie uit de vierde bijeenkomst tot stand
Pagina 6
Veiligheidseffectrapportage Lage Zijde Alphen aan den Rijn
DSP - groep
is gekomen. In de bijlagen staan tenslotte de leden van de werkgroep VER, de startnotitie, de notitie van de brandweer over bereikbaarheid en bluswatervoorzieningen, de tekeningen die in de bijeenkomsten zijn gebruikt en foto’s van de schouw.
Schouw werkgroep VER op 7 februari 2008
1.7
Verantwoording Bij de eerdere door DSP-groep uitgevoerde opdrachten op het gebied van veiligheid in relatie tot grootschalige planontwikkeling (Stadshart Hoge Zijde en Stationsomgeving), was in beide gevallen sprake van een quickscan. De opdrachten moesten in zeer kort tijdsbestek uitgevoerd worden. Alleen in het geval Stationsomgeving is gewerkt met een werkgroep, die eenmalig aantrad om de door DSP-groep aangemerkte risico’s en aanbevelingen te toetsen. Beide quickscans waren ook vooral een product van een onafhankelijk adviesbureau. Bij deze officiële VER is een ander traject doorlopen: DSP-groep heeft veel meer de rol gehad van procesbegeleider en heeft de drie workshops, die hebben plaatsgevonden, inhoudelijk voorbereid. Met kaartmateriaal aan de muur met daarop aangegeven de bevindingen uit interviews, deskresearch en eigen interpretatie van de problematiek werd telkenmale levendig gediscussieerd over gesignaleerde risico’s en sterke punten en in latere bijeenkomsten over alternatieven en maatregelen. Het eindproduct is veel meer een afspiegeling van het groepsproces en DSP-groep heeft minder als onafhankelijk adviseur in de werkgroep geopereerd, wat een logisch gevolg is van de opzet van de VER. Daardoor is het een gemeenschappelijk product geworden met veel aandachtspunten voor verdere uitwerking. De volgende fase, waarin het project herijking Masterplan Lage Zijde komt is belangrijk om te kijken welke sterke punten geborgd kunnen worden bij verdere uitwerking. En welke aanbevelingen eerder geconstateerde risico’s door stedenbouwkundigen en architecten worden overgenomen. Expliciete aanbevelingen vanuit de beroepspraktijk van DSP-groep staan tenslotte in een losse paragraaf opgenomen.
Pagina 7
Veiligheidseffectrapportage Lage Zijde Alphen aan den Rijn
DSP - groep
2 Huidige situatie
2.1
Inleiding In de eerste bijeenkomst van de werkgroep VER is het plan- en studiegebied geschouwd en zijn de problemen en de positieve kenmerken van de huidige situatie in kaart gebracht. Deze zijn als volgt gevisualiseerd (een grotere afbeelding staat in bijlage 4).
2.2
Sterke punten huidige situatie Sterke punten moeten bij de herontwikkeling (zoveel mogelijk) behouden blijven en kunnen dienen als goed voorbeeld, ter inspiratie voor de nieuwbouw. • Langs de Kromme Aar staan attractieve volgroeide bomen. • In winkelcentrum Aarhof wordt gewerkt met KVO (Keurmerk Veilig Ondernemen). • Laden en lossen voor de Aarhof gebeurt verspreid en daarmee wordt de overlast ook gespreid. • De parkeerplaats op het Aarplein is overzichtelijk. • De Bloemhofstraat heeft een prettig dorpse uitstraling.
2.3
Problemen en risico’s huidige situatie De opsomming hieronder volgt (globaal) de route, zoals die tijdens de schouw door de werkgroep VER is gevolgd. De opmerkingen die tijdens de wandeling zijn gemaakt, zijn aangevuld met bevindingen uit de interviews en risico’s die in latere bijeenkomsten van de werkgroep VER aan het licht kwamen. • De Rijnkade is door de trap aan de kant van de brug niet/moeilijk toegankelijk voor gehandicapten, rollators, kinderwagens etc. De kade is wel bereikbaar via de Koekenbakkerssteeg. • Op de route naar de expeditiehof ligt een zeer vuile steeg (‘pies’ steeg). • De expeditieruimte (de grote van de twee) onder de Aarhof is een enge ruimte, niet goed overzichtelijk, er wordt gehangen, jeugdoverlast, zwerfvuil, brandstichting in afvalbakken. Handhaving wordt bemoeilijkt door de vele uitgangen. • De Van Mandersloostraat is smal. Dit geldt ook voor aangrenzende straten en stegen. Uitstallingen staan verder op straat dan de 80 cm. vanuit de gevel die is toegestaan (bijvoorbeeld bloemist Bert de Graaf). Ook staan fietsen geplaatst waar het niet mag. De combinatie met distributieverkeer en incidenteel geplaatste bouwhekken maken het nog smaller. Doorrijdruimte voor hulpdiensten/invaliden/ouderen/vuilophaaldiensten etc. is problematisch. • Aan de rand van het voetgangersgebied staan paaltjes, die elektronisch te bedienen zijn. Elders in het plangebied moet de ambulancedienst palen met de hand openen. Dat is kostbare tijd: ambulances zijn niet uitgerust met transponders om automatische palen te bedienen.) • Woningen boven winkels ontbreken (geen sociale ogen ’s avonds en ’s nachts). Ruimte boven winkels wordt vaak gebruikt als opslag. De ge-
Pagina 8
Veiligheidseffectrapportage Lage Zijde Alphen aan den Rijn
DSP - groep
• •
•
• • •
meente heeft hier geen actief beleid voor. In de Van Mandersloostraat zijn hangplekken (’s nachts op bankje bij Ladies first). Ook worden fietsen illegaal gestald in steeg. De lineaire afwatering wordt door blinden en slechtzienden als geleidestrook gebruikt. In de Van Mandersloostraat werkt niet. De onderbrekingen in de metalen goot maken het lastig voor een blinde zijn/haar weg te vervolgen. De contrasterende kleur ernaast is niet contrasterend genoeg. Het Thorbeckeplein is een doods plein met weinig actie, alleen markt op zaterdag. Diverse vormen van diefstal (winkeldiefstal, zakkenrollen, fietsendiefstal) en jeugdoverlast. Bij de bibliotheek is overlast door verkeerd gestalde fietsen: de bereikbaarheid is slecht. De parkeergarage aan het Thorbeckeplein is oud en vies (urineren). Kramen van de markt en kermiskramen staan te dicht op de bebouwing, waardoor de brandweer slecht bij calamiteiten kan optreden en de kans op brandoverslag groot is. Ook slechte vluchtmogelijkheden.
Plattegrond met sterke punten en risico’s huidige situatie.
•
• • • •
Pagina 9
De Hooftstraat is ter hoogte van de coffeeshop akelig. Er is drugsoverlast (handel en gebruik), geweldpleging, vandalisme, rondhangen, er wordt te hard gereden (meer dan 80 km/uur), klanten van coffeeshops parkeren op straat en er wordt in de omgeving rondgehangen. In achterpaden wordt gedeald, vermoedelijk ook harddrugs. De schuin geparkeerde auto’s in de Hooftstraat zijn een risico voor fietsers (lastig te zien bij achteruit rijden). Auto’s worden fout geparkeerd aan de Groen van Prinstererstraat en Het Achterom. Merelstraat: veel overlast van doorgaand (hard rijdend) verkeer naar de Thorbeckestraat. Auto’s en scooters rijden hard in de bocht van de Lijsterlaan naar de Thorbeckestraat, richting centrum. Gevaarlijk oversteken voor voetgangers.
Veiligheidseffectrapportage Lage Zijde Alphen aan den Rijn
DSP - groep
•
• •
• • • • •
• • •
• • • • • •
• •
2.4
Van Lijsterlaan naar de Bloemhofstraat wordt hard gereden, terwijl er geen indicatie is dat voetgangers kunnen oversteken in het verlengde van het voetpad langs de Kromme Aar. Aan de achterkant van de Raafstraat staan fietsenrekken midden op het voetpad. In het donker is dat gevaarlijk. Aan de rand van de tijdelijke parkeerplaats (waar voorheen kleuterschool ‘Skippy’ was) staan hoge bosschages. Dit vergroot het risico op autoinbraak. Cor Tonkens zegt toe actie te ondernemen om de bosschages terug te snoeien, opdat er meer zicht is op geparkeerde auto’s. Mensen steken de Oranje Nassausingel over (naar Zegerplas) op plaatsen waar dat niet is toegestaan (verkeersonveilig). De waterkant langs de Aarkade (harde oever) is niet kindvriendelijk en gevaarlijk voor slechtzienden. Er is maar verlichting aan één zijde van de Kromme Aar. Op bankjes en muurtjes op de hoek van Aarkade en Bloemhofstraat is een hangplek voor de jeugd. In de Bloemhofstraat is jongerenoverlast en vandalisme. Dat wordt gekoppeld aan jongeren uit een wooncentrum, die naar eetgelegenheden meer naar het noorden lopen. Consequent ontbreken borden ‘voetpad’ tussen Bloemhofstraat en centrum. In de Bloemhofstraat wordt te hard gereden. Borden met 30 km/uur worden binnenkort geplaatst. Er zijn allerlei belemmeringen voor voetgangers op de hoek van Bart Smit/busdoorgang: laad- en lospunten, oversteekplaatsen, lantaarnpalen en kolommen op trottoir. Raadhuisstraat: winkeldiefstal, berovingen, vandalisme, geweld, overlast. In de Raadhuisstraat en Hooftstraat staan veel winkels leeg. Hoek Van Boetzelaerstraat/Centrum: complexe fietsroute. Op het Aarplein rijden auto’s tegen de richting in en worden fietsen illegaal gestald. In de Aarhof komen veel jongeren (die geven soms overlast). Overlast door zwervers en dronkenschap komt ook voor. Toegangsstraat naar parkeerdek van Aarhof gaat door smal expeditiestraatje, waar zeker ’s avonds weinig sociale controle is. Het parkeerdek is alleen met een slagboom afgesloten. Geen meldingen van onveiligheid bekend. Op het Toussaintplein rijden fietsers over het trottoir. Ten zuiden van de Aarhof zijn eigenlijk twee werelden: het is winkelstraat, maar tegelijk ook een doorgaande autoroute en er is veel expeditie.
Discussiepunten De volgende thema’s hebben zowel positieve als negatieve kanten. • De bus rijdt over de Alphense brug door het centrum en heeft geen aparte, afgescheiden rijbaan. Ook de bestrating is uniform. Voor dit concept van ‘Shared space’ is vanuit het oogpunt van verkeersveiligheid bewust gekozen: noch het snelle, noch het langzame verkeer zou zich gerechtigd voelen de ruimte op de eisen en mensen zijn extra behoedzaam. Sommigen twijfelen echter of het echt wel veilig is. Vooral als de brug open is geweest is er gedrang tussen de verschillende soorten verkeersdeelnemers. Bij de politie zijn geen incidenten geregistreerd. Aan Connexxion is gevraagd of de busroute omgelegd kan worden, met
Pagina 10
Veiligheidseffectrapportage Lage Zijde Alphen aan den Rijn
DSP - groep
•
•
•
•
2.5
behoud van de huidige haltes. De muurtjes en fietsenrekken bij de Alphense brug, die als afscheiding tussen ‘rijbaan’ en trottoir’ staan (hoewel dat onderscheid er eigenlijk fysiek niet is) hebben voor- en nadelen. Gunstig is dat voetgangers gescheiden worden van de bus. Nadeel is dat er wordt gehangen en er fietsen tegenaan gezet worden. Ook veroorzaken de barrières gedrang. Aan de zuidkant van de Kromme Aar staat een muurtje op de grens tussen land en water. Dat helpt voorkomen dat bijvoorbeeld kinderen of blinden per ongeluk in het water belanden. In deze situatie is het echter moeilijker vanuit het water op het land te klimmen. Op de hoek van de Aarhof is tijdelijk een dependance van een middelbare school (ID College) gevestigd. Dit is gunstig voor de levendigheid en sociale controle in het gebied. Er zijn echter ook veel jongeren in de Aarhof1 en het voorkomen van overlast is een continu aandachtspunt. Parkeren (noord en zuidzijde van de Aar) is rommelig/chaos. Dit voorkomt echter wel dat er te snel gereden wordt.
Lessen van de Hoge Zijde Voor de Hoge Zijde is in 2000 een quickscan uitgevoerd en dat heeft de volgende lessen opgeleverd: • Tijdig veiligheid betrekken bij de nieuwbouw. Bij de Hoge Zijde is veiligheid pas later in de nieuwbouwplannen meegenomen en daardoor zijn uiteindelijk kostbare reparaties nodig gebleken (bijv. fysieke ingrepen aan brug, trappen, fietsenstallingen). • Door samenwerking tussen verschillende partijen creëer je een ‘wij’gevoel en is het resultaat een goede openbare ruimte (bijvoorbeeld het Rijnplein). • In de Veiligheidseffectrapportage moet op de realiseerbaarheid van de aanbevelingen gelet worden. Voor de Hoge Zijde zijn maatregelen voorgesteld, die onmogelijk waren (bijvoorbeeld: om het theater een paar meter op te schuiven, terwijl het bestemmingsplan al vastgesteld was). • Aan de Hoge Zijde zijn veel meer functies gekomen dan die er eerst waren. Dat treft nieuwe problemen aan. Een voorbeeld is de Burger King. Nieuwe problemen kunnen ook aan de Lage Zijde ontstaan, wanneer nieuwe functies toegevoegd worden. • De bajonet bij de Alphense brug wordt door sommigen als verkeersonveilig ervaren. Cijfers die dat bevestigen zijn er evenwel niet. Over het algemeen zijn de ervaringen over het Shared space-principe positief. 2 • Materialisering: er zijn houtconstructies in de openbare ruimte gemaakt (o.a. bij CBK), die niet gebruiksvriendelijk zijn. Dat geldt ook voor sommige hardsteensoorten, die glad en glibberig worden, waardoor het risico op ongelukken groter wordt. Ook de parkeergarages hebben gladde vloeren, die met het lekken van olie helemaal glad worden. Bij hoogwaardig materiaal als natuursteen moet je, zeker bij trappartijen, boucharderen (=profielen maken om grip te houden). • ‘Esthetiek om de esthetiek’ mag niet ten koste gaan van gebruiksvriendelijkheid.
Noot 1 Noot 2
Pagina 11
De werkgroep VER vermoedt een verband, maar of deze jongeren ook echt op het ID College zitten is niet vastgesteld. Bij Shared Space is de extra waakzaamheid het uitgangspunt ter voorkoming van ongelukken. Wel moet dit afwijkende gebruik van de openbare ruimte voldoende gecommuniceerd worden voor andere gebruikers dan de bevolking, die van het Stadscentrum gebruik maken.
Veiligheidseffectrapportage Lage Zijde Alphen aan den Rijn
DSP - groep
Aan de Hoge Zijden zijn veel arcaden geschrapt en dat heeft een veel luchtiger beeld opgeleverd. • Door een overkapping is de expeditiehof van Mediamarkt waar woningen boven zijn gelegen nog tijdens het ontwikkelingsproces geluidsluw geworden. • De ontsluiting van de inpandige fietsenstalling aan het Rijnplein is niet prettig/sociaal veilig geworden. • Opstelplaats voor bouwverkeer buiten het plangebied, zodat bouwverkeer niet onnodig in het centrum hoeft te wachten. De werkgroep VER heeft deze lessen ter harte genomen en gebruikt bij het opstellen van de VER voor de Lage Zijde. •
Pagina 12
Veiligheidseffectrapportage Lage Zijde Alphen aan den Rijn
DSP - groep
3 Herijking Masterplan
In dit hoofdstuk staat de analyse van de Herijking Masterplan centraal. De sterke punten en de risico’s voor veiligheid staan hieronder vermeld. De risico’s die door de werkgroep VER als meest belangrijk zijn aangemerkt staan aan het eind van dit hoofdstuk.
3.1
Sterke punten De volgende kenmerken uit het plandocument zijn gunstig voor veiligheid en moeten bij de verdere uitwerking behouden blijven. • De Thorbeckestraat en De Vest beloven beide attractieve, brede straten te worden met een groen profiel. • De loggia’s in het Thorbeckegebouw hebben uitstraling en bieden sociale ogen op het Thorbeckeplein. • Uitspringende erkers langs de Thorbeckestraat vergroten de sociale controle. • De Triangel heeft een afgesloten/afsluitbaar binnenterrein. • In het oostelijke woongebied wordt (beperkt) op maaiveld geparkeerd: sociale ogen. • Behoud van de singel met attractieve bomen langs de Kromme Aar. • De promenade aan de Oude Rijn belooft attractief te worden. • Wonen boven winkels is belangrijke aandachtspunt in Masterplan en dat is het ook voor de levendigheid in het gebied. • In de bebouwing komt bewaakt fietsparkeren en op maaiveld komen geclusterd fietsenrekken.
Plattegrond met sterke punten en risico’s toekomstige situatie (een grotere afbeelding staat in bijlage 4).
Pagina 13
Veiligheidseffectrapportage Lage Zijde Alphen aan den Rijn
DSP - groep
• •
•
3.2
De ondergrondse/inpandige parkeergarages vergroten de attractiviteit van de openbare ruimte. In de Thorbeckestraat wordt de oversteekbaarheid beperkt door de inritten van de parkeergarage: voor sociale veiligheid is dat gunstig, daar voetgangersstromen automatisch worden gebundeld.. Kleinschaligheid, kleine korrel van de afzonderlijke gebouwen (schaal- en maatvoering).
Risico’s Onderstaande opsomming laat de risico's zien. Sommige van deze risico's spelen al in de huidige situatie, maar worden met de Herijking Masterplan niet opgelost. Andere risico's zijn nieuw en komen juist voort uit het Masterplan. Nieuwe risico’s vanuit de Herijking Masterplan • Het voetpad langs de Aar loopt onder woongebouwen door en daaronder kunnen hangplekken ontstaan. • De geplande (maar in het Masterplan niet getekende) ruimte onder de overkluizing aan de rand van het Thorbeckeplein kan ook een hangplek worden. • Het plein voor de bushaltes is een grote open vlakte (lijkt overgedimensioneerd). Mogelijk negatieve invloed op gebruiksvriendelijkheid/attractiviteit van de openbare ruimte. • De inritten in de Thorbeckestraat naar de parkeergarage kunnen de attractiviteit aantasten. Onder andere de rijen bomen worden door de inritten onderbroken. • Oversteekbaarheid Thorbeckestraat: kunnen kinderen via de rotonde veilig oversteken? • Doordat de woongebouwen op een plint komen te staan, is er minder zicht op het pad langs de Kromme Aar. • De parkeerplint onder de woongebouwen kan de attractiviteit van de openbare ruimte aantasten en kan een ‘anoniem’ gevoel geven. • Op het dak van de parkeergarage onder de woongebouwen langs de Kromme Aar kunnen hangplekken ontstaan. • Het volume van de nieuwbouw van het Waterfront belemmert het zicht op de waterkant (attractiviteit en sociale controle). • Door het volume van het gebouw aan het Waterfront valt een lange slagschaduw op het Thorbeckeplein. Dat komt de gebruiksvriendelijkheid niet ten goede. • Algemeen: capaciteit van de wegen. Dit betekent zowel risico’s voor de toegankelijkheid voor de hulpdiensten als voor de doorstroming van het reguliere verkeer. • Beperkte toegankelijkheid van het pad langs de Aarkade voor rolstoelen. • Nieuwe arcades kunnen ten koste gaan van fietsparkeren en de toeritten naar parkeergarages Aarhof. • Uitpandige inritten naar parkeergarage zouden een negatieve invloed op de openbare ruimte hebben. • Water kan onveilig zijn voor kinderen en visueel gehandicapten. • Fietstunnels worden niet meer binnen dit plangebied meegenomen. Risico is dat het probleem van illegaal oversteken niet wordt opgelost. • Voor de bouwfase kan de Bloemhofstraat aangewezen worden als omleidingsroute. Dat wordt dan een erg drukke route (ook zwaar verkeer), terwijl de woningen niet onderheid zijn. Onduidelijk is bovendien of bij deze
Pagina 14
Veiligheidseffectrapportage Lage Zijde Alphen aan den Rijn
DSP - groep
• •
omleidingroute rekening is gehouden met een calamiteitenroute. In het Bouwbesluit zijn bergingen niet meer verplicht. Het is een risico dat daardoor meer fietsen e.d. in de openbare ruimte worden gestald. De parkeergarages onder de Triangel en onder het Thorbeckegebouw worden aan elkaar gekoppeld. Risico dat hierdoor een te grote parkeergarage ontstaat en dat meerdere soorten gebruikers (bewoners en bezoekers) door elkaar moeten parkeren.
Bestaande problemen die niet opgelost worden In het vorige hoofdstuk zijn vele knelpunten in de huidige situatie genoemd. De werkgroep VER heeft onderstaande problemen daaruit geselecteerd. Deze zijn als dermate belangrijk bestempeld, dat ze mee hebben gewogen in het prioriteren van de risico’s (zie hierna). • Beperkte breedte van de winkelstraten blijft risico voor toegankelijkheid hulpdiensten. • Bereikbaarheid door afwijkend sleutelbeheer ambulance. • Uitstallingen staan ver uit de gevel (toegankelijkheid hulpdiensten). • Expeditiehof Aarhof (akelige plekken, risico’s voor vandalisme). • De herinrichting van de Hooftstraat is een apart traject. Onbekend is of de overlast in de Hooftstraat en de nabijgelegen steegjes daarmee worden opgelost. • Steegjes Van Mandersloostraat (hangplekken). • Verkeersdrukte als de Alphense brug open heeft gestaan. • Blindengeleidestrook voldoet niet. • Weinig sociale controle van boven winkels. • Te hard rijden. Prioriteiten Uit bovenstaande lijst van risico's zijn de zeven belangrijkste geselecteerd. Dat is in de derde bijeenkomst gedaan, met behulp van stickers. Iedere werkgroepdeelnemer kreeg vijf rode stickers en drie groene stickers om op de lijst met risico’s te plakken. De rode stickers hebben deelnemers geplakt op risico’s die volgens hen heel belangrijk zijn. De groene stickers dienden als 'tegenstemmen', om risico's die door andere werkgroepleden als prioriteit zijn aangegeven te relativeren. Men mocht vrij stickeren, d.w.z. als een onderwerp echt heel belangrijk was, konden daar theoretisch alle stickers opgeplakt worden. Als meest belangrijke risico’s zijn aangewezen: • •
Fietstunnels Oranje Nassausingel buiten plangebied, illegaal oversteken. Overlast (hangen en drugs) Hooftstraat en steegjes
rood (5) groen (0) rood (3) groen (0)
• •
Bereikbaarheid hulpdiensten (beperkte breedte straten, uitstallingen ver uit gevel, handbediening paaltjes, capaciteit wegen) Expeditiehof Aarhof
rood (8) groen (2) rood (3) groen (1)
• •
In bouwfase Bloemhofstraat druk als toegangsroute/omleidingsroute. Weinig sociale controle van boven winkels.
rood (3) groen (1) rood (2) groen (0)
•
In Bouwbesluit zijn bergingen niet meer verplicht. Risico voor openbare ruimte.
Pagina 15
Veiligheidseffectrapportage Lage Zijde Alphen aan den Rijn
rood (3) groen (1)
DSP - groep
4 Alternatieven en maatregelen
Voor de zeven belangrijkste risico's (de prioriteiten) heeft de werkgroep alternatieven en maatregelen3 besproken. Hiermee doet de werkgroep VER voorstellen om de problemen aan te pakken. Deze voorstellen zullen nader op haalbaarheid en wenselijkheid getoetst moeten worden, alvorens een (bestuurlijk) besluit genomen kan worden. Behalve voor de prioriteiten zijn, in verschillende bijeenkomsten, ook andere suggesties gedaan voor maatregelen. Deze staan in § 4.2 opgesomd. De illustratie van alternatieven en maatregelen, zoals die in de derde bijeenkomst is gebruikt4, is opgenomen in bijlage 4.
4.1
Alternatieven voor prioriteiten Hieronder stuk voor stuk de prioriteiten die we werkgroep heeft aangewezen, met bijbehorende alternatieven en maatregelen zoals die zijn besproken en becommentarieerd.
Fietstunnels Oranje Nassausingel buiten plangebied, illegaal oversteken Verschillende alternatieven, om de Oranje Nassausingel oversteekbaar te maken, zijn besproken: A Een brug voor fietsers/voetgangers over de Oranje Nassausingel. B Een onderdoorgang voor fietsers/voetgangers langs de Kromme Aar, aan één of aan twee zijden van het water. C Verkeerslichten (oversteken op maaiveld). Deze alternatieven hebben zowel verkeerskundig als visueel grote consequenties. Voor ieder alternatief zijn allerlei plaatsen denkbaar, maar deze zijn niet allemaal realiseerbaar. Bijvoorbeeld een onderdoorgang die halverwege het woongebouw (parallel aan de Oranje Nassausingel) oversteekt heeft als voordeel dat daarbij veel sociale controle vanuit het woongebouw wordt verwacht. Deze variant is echter niet mogelijk, wanneer als eis wordt gesteld dat de aanvoerroute in een rechte lijn naar de tunnel loopt. Daar is op deze plaats geen ruimte voor. De werkgroep heeft extra aandachtspunten meegegeven, indien het mogelijk blijkt één van deze alternatieven te realiseren.
Noot 3
Noot 4
Pagina 16
We spreken van alternatieven als voor een bepaald risico meerdere oplossingsrichtingen denkbaar zijn. Van de voorgestelde alternatieven kan er één gekozen worden. Maatregelen zijn concreter en zouden allemaal samen gerealiseerd kunnen worden. De alternatieven in dit hoofdstuk wijken op sommige punten af van die op de tekeningen, aangezien de alternatieven naar aanleiding van de bespreking op onderdelen zijn aangepast.
Veiligheidseffectrapportage Lage Zijde Alphen aan den Rijn
DSP - groep
Ad A: Als gekozen wordt voor een langzaamverkeerbrug, kan de toerit eventueel in een bocht gelegd worden. Een rechte aanrijroute heeft echter de voorkeur. Ad B: Als gekozen wordt voor een onderdoorgang (alternatief B) gelden de volgende criteria: • minimaal 5 meter breed en 3 meter hoog • gelijkmatige, slagvaste verlichting die voldoet aan de SKG KE 571 – norm • geen zichtbelemmerende obstakels bij de ingangen en in de tunnel • daglicht toetreding halverwege de tunnel • fietsers-/voetgangersstromen bij elkaar brengen • flauwe helling in het wegdek van de tunnel, helling moet toegankelijk zijn voor mindervaliden • bij kleurgebruik en wandafwerking rekening houden met graffiti (moet eenvoudig te verwijderen zijn) • daglicht halverwege (voor sociale veiligheid en ecologie 5) • toevoegen van sociale ogen bij de in- uitgang van de tunnel • langs het pad op maaiveld woningen op hetzelfde niveau • discussie nodig over de vraag of het een recreatieve route of een dagroute wordt: verlichten ja / nee? • benut kansen voor ecologische verbinding (ecologie en sociale veiligheid gaan soms hand in hand)
Overlast (hangen en drugs) Hooftstraat en steegjes Voor de Hooftstraat loopt een apart traject en in dat kader wordt de Hooftstraat op korte termijn heringericht. De reconstructie van de Hooftstraat en de opwaardering van de Lage Zijde hebben mogelijk een gunstige invloed op de Hooftstraat. Zo biedt de herinrichting kansen om overlast, veroorzaakt door het dubbelparkeren bij het bezoek aan de coffeeshops en het hangen en dealen in de achterpaden, deels op te lossen. De maatregelen, die voorgesteld worden, worden hieronder voorzien van kanttekeningen over het vigerend beleid: A Uitplaatsen: één of beide coffeeshops verhuizen naar elders, bijvoorbeeld aan de rand van de stad/een bedrijventerrein. B Invoeren CCTV (cameratoezicht) C Betaald parkeren (tegengaan kortparkeerders, zodat parkeeroverlast op straat afneemt). D Meer toezicht/handhaven (THOG6 op dubbel parkeren en onbetaald parkeren. E Wonen boven winkels stimuleren. Ad A: Verschillende leden van de werkgroep vinden het uitplaatsen de enige structurele oplossing. Zij zien de coffeeshops bij voorkeur aan de rand van de stad of op een bedrijventerrein en vragen zich af of de coffeeshops daar misschien beperkt kunnen worden tot een afhaalbalie. Echter: voor het tegengaan van drugsoverlast geldt een landelijke regelgeving. De gemeente Alphen aan den Rijn heeft in aanvulling hierop een handhavingarrangement
Noot 5 Noot 6
Pagina 17
Bijvoorbeeld voor vlinders is een daglichtopening halverwege de tunnel belangrijk als ecologische stepping stone. THOG staat voor Toezicht en Handhaving Openbaar Gebied.
Veiligheidseffectrapportage Lage Zijde Alphen aan den Rijn
DSP - groep
coffeeshops. Hierin staat concreet opgenomen op welke wijze de (landelijk geldende) AHOJ-G criteria gehandhaafd worden (welke strafmaat bij welk soort overtredingen, wat doet de gemeente, wat doet de politie, wat doet het OM, wanneer). Dit is kenbaar gemaakt aan de coffeeshophouders, zodat ze weten waar ze aan toe zijn7. Daarnaast zal in het brancheringsplan, dat voor de Hooftstraat opgesteld zal worden, aandacht moeten zijn voor het opwaarderen van het detailhandelsniveau. Er is geen handhaving mogelijk. Dat wil zeggen dat de gemeente ernaar kan streven een goede verdeling te maken in de nieuwe plannen van detailhandel en horeca, maar dat de vraag en het aanbod in de markt uiteindelijk bepalend is. Bij herontwikkelingen in het centrumgebied aan de Hoge Zijde wordt zoveel mogelijk gestuurd op de brancheverdeling, i.s.m. ontwikkelaars, kamer van koophandel en winkeliersverenigingen. Voor de Lage Zijde wordt ook zo'n brancheringsplan gemaakt. Ad C: De gemeente Alphen aan den Rijn heeft een uit 2003 daterende nota Cameratoezicht. Aangezien er sindsdien aardig wat veranderd is aan weten regelgeving en er andere ontwikkelingen op het terrein zijn geweest (camera's Rijnhaven, Ridderhof, etc.) is een algehele actualisatie van de nota wenselijk. De beleidsuitgangspunten zullen niet veranderen. De paragraaf over wet- en regelgeving wordt up-to-date gemaakt, evenals die over de huidige toepassingen en er komt een paragraaf bij over heimelijk cameratoezicht met afspraken met de politie. Ad D: Er is reeds een verhoogd toezicht (THOG), waarbij gehandhaafd wordt op dubbel parkeren en /of onbetaald parkeren. In het besluitformulier 2005/13305 staat uitsluitsel over de door de gemeente vastgestelde parkeernormen. Ad E: Er is geen beleid op het tegengaan van leegstand boven winkels. Wonen boven winkels bevorderen is een goede manier om de levendigheid van bestaande winkelstraten te vergroten. Bijvoorbeeld in de binnenstad van Maastricht en het centrum van Amsterdam (Kalverstraat) zijn creatieve oplossingen bedacht om de woningen te ontsluiten, zonder dat de bewoners door de winkel/horecagelegenheid hoeven te gaan.
Definitief ontwerp reconstructie Hooftstraat
Noot 7
Pagina 18
AHOJ-G staat voor: geen Affichering, geen Handelsvoorraad van meer dan 500 gram, geen Overlast, geen verkoop aan Jongeren onder de 18, niet meer dan 5 Gram per klant.
Veiligheidseffectrapportage Lage Zijde Alphen aan den Rijn
DSP - groep
Bereikbaarheid hulpdiensten (beperkte breedte winkelstraten, uitstallingen ver uit gevel, verschillende paaltjes, capaciteit wegen) Voorkomen moet worden dat de Lage Zijde onvoldoende bereikbaar is voor hulpdiensten. Vooral het deel van de Thorbeckestraat dat ten westen van de Lijsterlaan/Bloemhofstraat ligt is punt van zorg. Voor al het verkeer, maar zeker ook voor de hulpdiensten zou het zeer onwenselijk zijn als de Thorbeckestraat vast zou komen te staan. Drie alternatieven zijn besproken: A Rijbanen verdubbelen, dus 2x2 rijbanen. B Wisselstrook, die opengesteld wordt voor de richting die het drukst is op cruciale momenten zoals marktdagen en spitsuren. C Overrijdbare middenlijn. Ad A en B: Deze opties, zijn niet mogelijk vanwege te weinig ruimte in het profiel. Ad C: Deze optie zal door de projectleider openbare ruimte nader worden onderzocht. De brandweer heeft een apart notitie opgesteld over bereikbaarheid en bluswatervoorzieningen: zie bijlage 3. Daarin wordt ook opgeroepen om binnen het project financiële middelen te reserveren voor een adequate bluswatervoorziening. Als overige maatregelen is door de werkgroep VER voorgesteld: • Monitoren of de voorspellingen voor de verkeersintensiteit kloppen. • Hand bedienbare palen vervangen door op afstand bestuurbare. Ambulances uitrusten met transponders. Hierover is geen beleid gemaakt. Wel wordt anno 2008 regionaal onderzocht of naar 1 uniform systeem kan worden overgegaan. • Merktekens aanbrengen in de bestrating tot waar uitstallingen mogen komen. • Uitstallingenbeleid aanscherpen en handhaven. Hierop is beleid ontwikkeld in de vorm van THOG. • Inrichting openbare ruimte zodanig, dat hulpdiensten voldoende ruimte hebben. • Gebruik van fiets en openbaar vervoer stimuleren. • Ruime opstelmogelijkheid bij de ingang van parkeergarages, om filevorming op de doorgaande weg te voorkomen. • Bereikbaarheidsplan maken voor bouwperiode. • Advies om een integraal plan voor de bouwfase te maken: naast aandacht voor bereikbaarheid, ook voor leefbaarheid, veiligheid8 en communicatie. (Referentie: BLVC plannen in Amsterdam).
Expeditiehof Aarhof Voor de expeditiehof van de Aarhof zijn twee alternatieven: A Behouden als expeditieruimte. B Expeditiehof bebouwen en bij winkelcentrum trekken (als winkelruimte of
Noot 8
Pagina 19
Tijdens de bouw moeten voetgangers en fietsers bijvoorbeeld voldoende veilige routes door het gebied hebben (zowel verkeersveiligheid als sociale veiligheid).
Veiligheidseffectrapportage Lage Zijde Alphen aan den Rijn
DSP - groep
bijv. als discotheek). Hiermee kan een nieuw winkelrondje gecreëerd worden. In het geval van A worden de volgende extra maatregelen geadviseerd: • Expeditiehof afsluiten. Hiervoor zijn verschillende varianten: • 24 uur per dag afgesloten; • alleen ’s avonds en ’s nachts afgesloten; • in principe 24 uur per dag afgesloten, maar open bij evenementen. In alle varianten moet gelet worden op toegankelijkheid voor de brandweer (het is een aanvalsroute en er liggen diverse brandkranen) en vluchtmogelijkheden voor publiek via steegjes. Expeditiehof overkappen, om geluidsoverlast voor omwonenden te beperken, zoals dat eerder bij Mediamarkt op de Hoge Zijde is gebeurd. • Behalve Corio ook andere vastgoedeigenaren vragen deel te nemen aan beheer van expeditiehoven. • Opbergmogelijkheden voor papier en afval toevoegen, om brandstichting tegen te gaan. • Enge donkere plekken oplossen. • Verlichting verbeteren. Bij de bepaling van de verlichtingssterkte in de diverse gebieden worden de richtlijnen van de NSVV en PKVW gevolgd.
Bereikbaarheid plangebied Om de overlast van het bouwverkeer te beperken zijn de volgende alternatieve de revue gepasseerd: A Knip in de Bloemhofstraat (doodlopend maken) ter hoogte van Kromme Aar. B Knip in de Bloemhofstraat (doodlopend maken) ter hoogte van de Van Boetzelaerstraat. C Eenrichtingsverkeer Bloemhofstraat In de Structuurvisie en het Actieplan GVVP9. is geregeld dat er leefbaarheids-en bereikbaarheidsplannen gemaakt worden. Voor de Lage Zijde zijn die plannen momenteel in de maak. Voor bereikbaarheid van hulpdiensten is er specifiek voor de brandweer een regionaal beleid opgesteld: ‘praktijkrichtlijn bereikbaarheid’ geheten. Daarnaast is er een norm waarin per object de maximaal geëiste aanrijdtijd is gedefinieerd. Noot: Een deel van de werkgroepleden wilde ook een structurele oplossing voor in de eindsituatie. Concrete maatregelen: • Opstelplaats voor bouwverkeer buiten het plangebied, zodat bouwverkeer niet onnodig in het centrum hoeft te wachten. • Zodra de fasering van de bouwwerkzaamheden bekend is, zal een bereikbaarheidsplan voor de bouwperiode gemaakt worden. Daarin zal opgenomen worden dat medegebruik van de Bloemhofstraat door bouwverkeer op acceptabele wijze wordt ingepast.
Noot 9
Pagina 20
GVVP staat voor Gemeentelijk Verkeers- en Vervoerplan.
Veiligheidseffectrapportage Lage Zijde Alphen aan den Rijn
DSP - groep
Weinig sociale controle van boven winkels Zoveel mogelijk woningen boven winkels vindt de werkgroep VER zeer belangrijk voor de sociale veiligheid en leefbaarheid in het centrumgebied. Daarvoor adviseert de werkgroep de volgende maatregelen: • Gemeentelijk beleid ontwikkelen om bestaande winkels te stimuleren woningen boven hun winkel te realiseren. • Bij bestaande winkels een aparte ontsluiting voor woningen maken. • Bij nieuwbouw altijd woningen boven winkels realiseren.
In Bouwbesluit zijn bergingen niet meer verplicht. Om te voorkomen dat particuliere eigendommen in de openbare ruimte gestald worden, adviseert de werkgroep VER de volgende maatregelen. • Bergingen opnemen in de Programma’s van Eisen voor de woongebouwen. • De bergingen moeten goed bereikbaar zijn voor bewoners. • Als individuele bergingen niet mogelijk zijn, zijn collectieve fietsenstallingen een alternatief. Individuele bergingen hebben echter de voorkeur.
4.2
Overige maatregelen In de verschillende bijeenkomsten, schriftelijke reacties en interviews zijn ook de volgende maatregelen genoemd. • In nieuwbouwplannen mogen arcades en uitspringende gevels niet teveel ten koste gaan van de openbare ruimte. Er moet genoeg vrij trottoir overblijven. • Voldoende aanbindmogelijkheden voor fietsen, integraal opnemen in het ontwerp voor de openbare ruimte. Als richtlijn geldt het Fietsparkeerplan. • Arcades bij de Aarhof mogen niet ten koste gaan van fietsparkeren en toeritten parkeergarages. • Onderzocht wordt of de routing in de Aarhof beter aangesloten kan worden op de routing in de Lage Zijde. Onderdeel daarvan is een studie naar de mogelijkheid om de ingang bij de bloemist naar voren te halen. Voor veiligheid is dat een goede kans om deze steeg te privatiseren. • Bewaakte fietsenstallingen inpandig, met een aantrekkelijke ontsluiting. • Meer handhaving (THOG) tegen verkeerd gestalde fietsen. • Levendigheid van de Lage Zijde na winkeltijden vergroten door bijv. een doorgaande fietsroute en avondfuncties. • De winkels in het lagere segment moeten niet teveel geconcentreerd worden. In het brancheringsplan moet daar rekening mee gehouden worden. • De nieuwe winkels bouwen volgens het Keurmerk Veilig Ondernemen Nieuwbouw. Binnen de gemeente Alphen aan den Rijn is het KVO-beleid niet beschreven in afzonderlijke nota’s, maar opgenomen in het kader van het Integraal Veiligheidsbeleid, en in de programmabegroting. In winkelcentrum Ridderhof is eerder dit jaar een ster verleend in het kader van het Keurmerk Veilig Ondernemen Bestaande Bouw. • Er wordt veel autoverkeer verwacht vanaf Oranje Nassausingel via Thorbeckestraat naar nieuwe parkeergarages. De routes moeten berekend zijn op de stroom auto’s, net als de parkeergarages. De entrees van de parkeergarages moeten makkelijk te vinden zijn, dat betekent een logische routing. De ingangen van de parkeergarages mogen niet in de
Pagina 21
Veiligheidseffectrapportage Lage Zijde Alphen aan den Rijn
DSP - groep
• • •
• •
•
Noot 10
Pagina 22
smalle straatjes (deels eenrichtingsverkeer) bij WMC Regtstraat. Overlast door verkeerkeer in de woonbuurt moet voorkomen worden. Veiligheid waterkant: let op hellingen in de bocht (dat rolstoelen niet kantelen en sloot inrijden). Opstaand randje langs pad t.b.v. slechtzienden. Geen aanlegplaatsen voor boten in het woongebied. Door het parkeerdek bij de woningen langs de Kromme Aar in een glooiend landschap op te nemen in het bestaande parklandschap zou de wandelroute langs het water ook beter zichtbaar gemaakt kunnen worden. Anderzijds kan het hoogteverschil ook gebruikt worden om een natuurlijke grens te maken tussen het openbare park en een eventueel meer private tuin voor bewoners. De keuze hangt af van de totale visie voor de parkzone en van de vraag of de ruimte dichtbij de woongebouwen openbaar of meer privaat moet worden. Speeltuintjes/banken etc. in zicht van woningen plaatsen, ter voorkoming van overlast. Gemeente heeft als beleid dat alle eisen van het PKVW / Keurmerk Veilig Wonen automatisch moeten worden geïmplementeerd in alle fasen van de nieuwbouw. Dat is een goed uitgangspunt, maar het is de vraag of aan het eind voldoende gecontroleerd wordt door de gemeente. Aanbeveling: tijdens planvorming en zeker ook in het Definitief Ontwerp (DO) checken of aan PKVW wordt voldaan. Om het oversteken op de hoek van Lijsterlaan - Bloemhofstraat - Thorbeckestraat veiliger te maken voor slechtzienden en blinden wordt gevraagd om een ratelinstallatie bij de oversteekplaats. Dit is alleen mogelijk in combinatie met een VRI (verkeersregelinstallatie10).
Een verkeersregelinstallatie (VRI) bestaat uit de verkeerslichten, voertuigdetectoren, detectielussen en een regelsysteem daarvoor. (bron: www.wikipedia.nl)
Veiligheidseffectrapportage Lage Zijde Alphen aan den Rijn
DSP - groep
5 Aanbevelingen van de externe adviseurs
De VER Lage Zijde is het resultaat van een groepsproces. Hierbij werden binnen drie maanden de verschillende modules van de VER doorlopen. DSP-groep trad op als procesbegeleider en bereidde de verschillende workshops inhoudelijk voor. Tekeningen met daarop sterke punten en risico’s van huidige en toekomstige situatie hingen aan de muur, opdat de werkgroepleden konden aanscherpen of afzwakken. Zo werden ook de verschillende alternatieven en maatregelen voorbereid en voor commentaar aan de VER-werkgroep voorgelegd. Aanvullend op de in de werkgroep bediscussieerde maatregelen kunnen de adviseurs van DSP-groep nog een aantal andere aanbevelingen geven. Deze worden hieronder vermeld en kunnen bij de implementatie in overweging genomen worden: • Werk met jongeren in de leeftijdscategorieen 8-12 en 13-18 samen om in het woongedeelte van het Masterplan, zegge tussen Oranje Nassausingel en De Veste in een vroeg stadium te werken aan hun betrokkenheid bij de openbare ruimte. Al wonen ze in de directe omgeving: jongeren kunnen heel goed een ambassadeursrol vervullen als op een positieve manier hun betrokkenheid wordt gevraagd. • DSP-groep heeft hier goede ervaringen mee in o.a. Polderweggebied te Amsterdam en in Liebergen te Hilversum. In het laatste geval werd in 2007 in de te herontwikkelen wijk Liebergen in het kader van Streets for Living samen met jongeren een programma van eisen opgesteld en daarna werd dit spelenderwijs ontwikkeld tot een realistisch plan voor drie (groene) speelplekken. Wellicht is in het gemeentelijk speelruimteplan gelegenheid om samen met jongeren een plan te maken voor de speelruimte. Jongeren van meet af aan betrekken legt een basis voor sociale duurzaamheid. • In het verlengde hiervan is het aan te bevelen om, voordat de huizen verkocht en/of gebouwd worden, speelplekken te realiseren. Dan weten de potentiële huizenkopers dat ze een jongerenspeelplek in de buurt krijgen. Tijdelijke speelplekken zijn vaak geen garantie voor een positieve bijdrage aan sociale cohesievorming. • Sommige betrokkenen bij het ontwikkelen van het Stadshart hebben moeite met een te ontwikkelen monofunctioneel woongebied tegen het centrum aan. Vanuit de optiek van criminaliteitspreventie is monofunctionaliteit evenwel aan te bevelen. Men kent elkaar en als er een beperkt aantal toegangen is, zal een eventueel kwaadwillende hier vrij snel opvallen. Aanbeveling is dan ook om niet overal functies te mengen. Tussen Thorbeckeplein-Aarhof-Oude Rijn: prima. In het woongebied: liever niet. Wanneer de bebouwing ook nog het model gesloten bouwblok nastreeft is dit helemaal gunstig voor het terugdringen van criminaliteit. • Over de rotonde aan de Thorbeckestraat is veel discussie geweest. Tot en met de laatste bijeenkomst hebben voor- en tegenstanders van de rotonde als instrument, ter verbetering van veiligheid, en de maat van de rotonde gedelibereerd. In de laatste vergadering is nog een voor en door de SVOW opgestelde notitie over de grote voordelen van rotondes ingebracht. Heel overtuigend. Alleen worden de voordelen puur vanuit verkeersveiligheid geanalyseerd. Vanuit de optiek van sociale veiligheid zijn rotondes minder aantrekkelijk. Door de maatvoering wordt de Thorbeckestraat een overgedimensionaliseerde ruimte. Vanuit die optiek zou een Pagina 23
Veiligheidseffectrapportage Lage Zijde Alphen aan den Rijn
DSP - groep
•
Pagina 24
kruising wenselijk zijn. De Lijsterlaan wordt immers geen doorgaande route en er valt ook veel voor te zeggen om de Bloemhofstraat eenrichtingverkeer te maken (dan wel ook hier een knip te maken en hem enkel als langzaamverkeerroute op de Thorbeckestraat te laten aansluiten. Bij verdere uitwerking van de plannen raden we sterk aan de relatie sociale veiligheid en verkeersveiligheid opnieuw langs de lat te leggen. Voor het verbeteren van de oversteekbaarheid van de Oranje Nassausingel tenslotte verdient het vanuit sociale veiligheid en verkeersveiligheid de voorkeur om in het verlengde van de Kromme Aar een ijle brug over de weg te maken, waar voetgangers en fietsers gebundelde in een rechte lijn oversteekt naar de Zegerplas.
Veiligheidseffectrapportage Lage Zijde Alphen aan den Rijn
DSP - groep
6 Implementatie en evaluatie
In het doorlopen van het traject zijn veel aanbevelingen gedaan om de veiligheid in de toekomstige Lage Zijde te optimaliseren. De werkgroep heeft voor de zeven belangrijkste risico’s maatregelen en alternatieven geadviseerd en daarnaast is ook een lijst met overige maatregelen meegegeven voor de verdere uitwerking. Daarmee zijn echter niet voor alle problemen in de huidige situatie of voor alle risico’s ten aanzien van het Masterplan maatregelen benoemd. Het is zaak bij de verdere planuitwerking te toetsen op zowel de aanbevelingen als de problemen en risico’s waar nog geen aanbevelingen voor zijn gegeven. Jan van Lenten zorgt ervoor dat de resultaten van de VER worden meegenomen in de verdere uitwerking van de plannen. De werkgroep VER zal de uitwerking ook blijven volgen. Hij zal vanuit zijn positie in het projectbureau Stadshart signaleren wanneer de werkgroep in grote of kleine bezetting bijeenzal moeten komen (zie 5.1)
5.1
Implementatie In de laatste bijeenkomst d.d. 15 april is een pleidooi gehouden om de werkgroep, zoals hij voor deze VER in het leven is geroepen, te handhaven en in te zetten op cruciale momenten in het planproces. Dat geschiedt bij Voorlopige Ontwerpen van verdere uitwerkingen voor het Stadshart Lage Zijde. In het planstadium van het DO (Definitief Ontwerp)is het niet noodzakelijk iedereen aan tafel te krijgen, maar is het voldoende om het team Veiligheid, bestaande uit Politie Hollands Midden, Brandweer (pro-actie) en de programmamanager Veiligheid van de gemeente Alphen aan den Rijn te consulteren.
5.2
Evaluatie De echte evaluatie vindt doorgaans plaats tussen de drie maanden en een half jaar na het opstellen van de VER. Vooruitlopend op dat moment, een moment waarop doorgaans een start wordt gemaakt met de implementatie van de aanbevelingen uit het VER-traject, vindt ter afronding van het opstellen van de VER Herijking Masterplan Lage Zijde, een korte terugblik plaats op het proces en de resultaten. Het proces van het opstellen van de VER is precies in drie maanden doorlopen en is geen hindermacht gebleken voor het planproces. Over het algemeen vinden de leden van de werkgroep VER dat het rapport een goede weergave geeft van de problematiek, zoals die speelt in de huidige situatie enerzijds en ingeschat wordt voor de nieuwe situatie anderzijds. Men heeft veel van elkaar geleerd en het is een nuttig proces gebleken. De alternatieven en maatregelen zijn ook breed uiteengezet. Wel mist een aantal deelnemers maatregelen van meer stedenbouwkundige aard. Dat dit beduidend minder vuurwerk oplevert dan de quickscan, zoals die in 2000 is opgesteld voor de Hoge Zijde, heeft enerzijds te maken met de vaststelling van de gemeenteraad van het plan en de daarmee gepaard gaande uitdrukkelijke wens van de wethouder, verantwoordelijk voor het Stadshart en Integrale
Pagina 25
Veiligheidseffectrapportage Lage Zijde Alphen aan den Rijn
DSP - groep
Veiligheid om realistisch te werk te gaan binnen de werkgroep VER. Anderzijds is de nadruk meer op het proces komen te liggen met aandacht voor de problematiek in huidige en toekomstige situatie en het aangeven van momenten waarop het verankeren van sterke punten bij verdere uitwerking noodzaak is. (Zie ook paragraaf 1.7. Verantwoording). Ontwerpers moeten bij verdere uitwerking geprikkeld worden om aspecten zoals door de werkgroep VER worden benoemd te adopteren en als het ware op te nemen in het ontwerpproces. De brandweer met name vond deze werkwijze verfrissend omdat het voor het eerst was dat er op zo’n proactieve manier gewerkt werd. Verwacht wordt dat dit zijn vruchten zal afwerpen bij de implementatie. De ondernemersvereniging WSA is nog zeer kritisch over de plannen om ook op de Lage Zijde verkeerssoorten te mengen en zal blijven bewaken dat ook de van buiten Alphen komende bezoeker op de hoogte is van de afwijkende verkeersregelgeving. Een burgerlid uit de werkgroep VER tenslotte, was zichtbaar verheugd dat ‘de Bloemhofstraat’ weer als aandachtgebied op de kaart staat in zowel de bouw- als de eindfase. Daarmee lijkt ook dit deel van het studiegebied een positieve bijdrage te kunnen leveren aan de ontwikkeling van het gebied.
Pagina 26
Veiligheidseffectrapportage Lage Zijde Alphen aan den Rijn
DSP - groep
Bijlagen
Pagina 27
Veiligheidseffectrapportage Lage Zijde Alphen aan den Rijn
DSP - groep
Bijlage 1 Leden werkgroep VER
Gemeente Alphen aan den Rijn • Guity Mohebbi, Programmamanager veiligheid • Jan van Lenten, Projectleider Masterplan Stadshart Lage Zijde. • Leonie Wassenburg, Programma-assistent veiligheid • Cor Tonkens, Projectleider Openbare Ruimte Lage Zijde • Michel Hagoort, Verkeerskundige gemeente Alphen ad Rijn • Bart Vegt, Preventie/Proactie, Brandweer RAD (Regionale Ambulance Dienst) Hollands Midden • Chris van der Ven Politie Hollands Midden • Dirk Bijkerk • Matt Geurtz Connexxion • Marco Cowan • Loek Venker • Henk Beugel Ondernemers • Cor Webbers, WSA, Aarhof • Jan Teske, WSA/OSA Klankbordgroep bewoners Lage Zijde • Gerda Duiker • Willem Debets Alphens Platform Gehandicapten • Marian Meijerink • Peter Kahn DSP-groep • Nicole Smits, Adviseur veilig ontwerp en beheer • Tobias Woldendorp, Senior adviseur veilig ontwerp en beheer Gasten bij werkgroep VER • Hans Groen in ‘t Wout, projectwethouder Stadshart • Ed ’t Hoen, Directeur projectbureau Stadshart
Pagina 28
Veiligheidseffectrapportage Lage Zijde Alphen aan den Rijn
DSP - groep
Bijlage 2 Tekeningen bijeenkomsten
Tijdens de bijeenkomsten zijn de bevindingen aangegeven op onderstaande tekeningen. Achtereenvolgens worden afgebeeld: • Sterke punten en risico’s huidige situatie • Sterke punten en risico’s toekomstige situatie • Alternatieven en maatregelen
Sterke punten en risico’s huidige situatie
Pagina 29
Veiligheidseffectrapportage Lage Zijde Alphen aan den Rijn
DSP - groep
Sterke punten en risico’s toekomstige situatie
Pagina 30
Veiligheidseffectrapportage Lage Zijde Alphen aan den Rijn
DSP - groep
Alternatieven en maatregelen
Pagina 31
Veiligheidseffectrapportage Lage Zijde Alphen aan den Rijn
DSP - groep
Bijlage 3 Schouw werkgroep VER (07-02-08)
Pagina 32
Start schouw vanaf Stadhuis
Barrières bij de Alphense brug
Bus tussen fietsers en voetgangers
Rijnkade beperkt toegankelijk vanaf de brug
Expeditie Aarhof, onrechtmatig gebruik
Hangplek in de Van Mandersloostraat
Veiligheidseffectrapportage Lage Zijde Alphen aan den Rijn
DSP - groep
Pagina 33
Expeditie Aarhof (vervuiling nis)
Uitdijende uitstalling op hoek Van Mandersloostraat
Krappe winkelstraat (toegankelijkheid hulpdiensten), vuilniswagen maakt extra nauw.
Hooftstraat, met markeringslijn uitstallingen
Toegankelijkheid voor de geoefende rolstoelbestuurder
Paaltjes in woongebied achter Hooftstraat
Veiligheidseffectrapportage Lage Zijde Alphen aan den Rijn
DSP - groep
Pagina 34
Gevaarlijk oversteken voetpad langs Kromme Aar
Hard rijdende auto’s hoek Thorbeckestraat Lijsterlaan
Beperkte doorvaarbaarheid bij duiker Bloemhofstraat over Kromme Aar
Sterk hellend vlak, slechte toegankelijkheid mindervaliden
Aarplein, oneigenlijk gebruik busbaan
Entree fietsenstalling aan de Hoge Zijde (referentie aanpak fietsoverlast)
Veiligheidseffectrapportage Lage Zijde Alphen aan den Rijn
DSP - groep
Pagina 35
Drugsoverlast achter coffeeshops
Oude bomen langs Kromme Aar blijven
Veel verkeer over De Vest
Kade langs Kromme Aar (invallen/uitklimmen)
Veiligheidseffectrapportage Lage Zijde Alphen aan den Rijn
DSP - groep