Vakwerkplan
BIOLOGIE 4 & 5 havo Schooljaar: 2011-2012
1. Doelen Biologie is een gevarieerd vak, dat gaat over jezelf en de omgeving om je heen. Daarbij is het ook een examenvak. Als sectie willen we leerlingen uitdagen door het toepassen van leuke, interessante en levendige onderwerpen: biologie is niet alleen leren, maar ook snappen en beleven. Daarnaast biedt de biologieles ook ruimte voor voorlichting en ruimte voor meningsvorming (feiten en meningen) over onderwerpen als seksualiteit, het gebruik van voorbehoedsmiddelen, lichaamshygiëne, milieukwesties en ethische onderwerpen (DNA, medische toepassingen). Doelen algemeen 4/5 havo: De leerstof en lesinhoud van biologie op 4 en 5 havo vormt één geheel en heeft de exameneisen voor het vak biologie als uitgangspunt. Leerdoelen: leerlingen beheersen de theorie die het examenprogramma havo van hen vraagt leerlingen beheersen de vaardigheden die het examenprogramma havo van het vraagt Bijlage: examenprogramma havo biologie cevo syllabus biologie 2011
De sectie wil speciale/extra inspanningen voor de volgende doelen op 4/5 havo: leerlingen begrijpen de natuurwetenschappelijke werkwijze en kunnen die toepassen leerlingen krijgen inzicht in hun toenemende en gevarieerde vaardigheden door het opbouwen van een practicumdossier (portfolio) leerlingen oefenen hun leesvaardigheid, bijv. a.d.h.v. teksten uit het tijdschrift Bioactueel leerlingen oefenen aan vaardigheden om toetsvragen te maken, bijv. door examentraining leerlingen worden goed voorbereid op vervolgopleidingen in het HBO
2. Leerlijnen 3e leerlijn: Havo leerlingen met biologie in hun examenpakket
2.1
Aansluiting 3h/v - theoretisch
In klas 3 havo/vwo van het Jeroen Bosch College wordt het vak biologie niet aangeboden. Het vak wordt is wel opgenomen in de lestabel van klas 1 en 2. Vakinhoudelijk wordt de theoretische leerstof van de leerstof van de onderbouw (klas 1 en 2) als bekend verondersteld. Echter, de leerstof van de onderbouw wordt wel (versneld) herhaald, voordat verdieping plaatsvindt. De eerste periode van 4 havo ligt het tempo lager in vergelijking met de overige perioden, zodat leerlingen kunnen wennen aan het tempo en de leerstofomvang en verdieping. De eerste toets is relatief klein (één hoofdstuk). De leerstof omvang voor theoretische toetsen neemt toe gedurende het leerjaar.
2.2
Aansluiting 4t - theoretisch
Biologieleerlingen op 4 vmbo-t hebben op het Jeroen Bosch College 4 jaar biologieonderwijs genoten. De vakinhoudelijke leerstof-onderwerpen zijn in vmbo-t aan de orde geweest. In 4/5 havo vindt echter nadrukkelijk verdieping plaats. De leerstof van vmbo-t wordt versneld herhaald, voordat deze verdieping plaatsvindt. De eerste periode van 4 havo ligt het tempo lager in vergelijking met de overige perioden, zodat leerlingen kunnen wennen aan het tempo en de leerstofomvang en verdieping. De eerste toets is relatief klein (één hoofdstuk). De leerstof omvang voor theoretische toetsen neemt toe gedurende het leerjaar.
2.3
Aansluiting 3,4 t/h/v- vaardigheden
De vaardigheden die in de onderbouw als basis zijn aangeleerd worden verder ingeoefend en er vindt verdieping plaats tot op het niveau zoals dat in de syllabus biologie 2011 (cevo) is beschreven. Het gaat om de volgende vaardigheden: - taalvaardigheden - reken(wiskundige) vaardigheden - informatievaardigheden - technisch-instrumentele vaardigheden (microscopie en laboratoriumvaardigheden) - determinatievaardigheden - ontwerpvaardigheden - onderzoeksvaardigheden (natuurwetenschappelijke methode)
- biologische verschijnselen op verschillende organisatieniveaus met elkaar in verband brengen en de complexiteit van deze relaties aangeven. De vaardigheden worden geoefend tijdens practica lessen en thuis middels opdrachten. De toetsing van vaardigheden vindt plaats middels het p-dossier.
3. Lesstof 3.1
Lesstoflijnen
A: Jaarplanner - 4 havo 2010-2011 - 5 havo 2010-2011
B: Studiewijzers + Practica-dossiers - 4 havo periode 1: studiewijzer + practicumdossier - 4 havo periode 2: studiewijzer + practicumdossier - 4 havo periode 3: studiewijzer + practicumdossier - 4 havo periode 4: studiewijzer + practicumdossier - 5 havo periode 1: studiewijzer + practicumdossier - 5 havo periode 2: studiewijzer + practicumdossier - 5 havo periode 3: studiewijzer + practicumdossier - 5 havo periode 4: examentrainingsprogramma
C: Methode: Havo 4 leerboek Nectar, Havo bovenbouw biologie, deel 1, Wolters-Noordhoff bv Groningen/Houten, tweede druk 2005 Havo 4 internetsite bij de methode: http://h4.nectar.wolters.nl Havo 5 leerboek Nectar, Havo bovenbouw biologie, deel 2, Wolters-Noordhoff bv Groningen/Houten, tweede druk 2005 Havo 5 internetsite bij de methode: http://h5.nectar.wolters.nl Havo 5, examenvoorbereiding: leerboek Samengevat, schematisch overzicht van de examenstof, havo biologie, tweede fase, ThiemeMeulenhoff, Utrecht/Zutphen, 2005.
3.2
Aanpak lesstof
A: Beschrijving didactiek Uitgangspunt voor de lessen biologie is de methode Nectar, havo biologie bovenbouw. Er vindt een afwisseling plaats in verschillende didactische werkvormen (doceren, samenwerkingsopdrachten, knip/plak opdrachten, webquest, opzoekopdrachten, practicumvaardigheden middels practica lessen, enz.). Tijdens de lessen wordt gebruik gemaakt van verschillende (digitale) media zoals internet, dvd, PowerPoint, biologiesites. ( www.bioplek.org). Verschillende opdrachten, werkvormen een aanvullende informatie naast het leerboek biologie is te vinden op de ELO (elektronische leer omgeving) in magister. Gedurende de lessen is er extra aandacht voor de volgende speerpunten: - omgaan met (biologische) teksten, teksten lezen en begrijpen - omgaan met (examen)vragen ingebed in grotere teksten - formuleren van antwoorden - rekenvaardigheden - technisch-instrumentele vaardigheden (microscopie en practicumvaardigheden) - onderzoeksvaardigheden (natuurwetenschappelijke methode)
B: Studieattitude leerlingen Van leerlingen wordt verwacht dat ze actief deelnemen aan de lessen biologie, zowel theoretische als praktische onderdelen. Daarnaast wordt van leerlingen verwacht dat ze zelfstandig werken aan de huiswerkopdrachten en thuisopdrachten van het examendossier.
3.3
Werkvormen
4. Toetsing 4.1
Visie toetsing
Toetsing is een manier om te bekijken op welk niveau de leerling de leerstof beheerst en in hoeverre de leerling kan omgaan met de vraagstelling die bij het eindexamen wordt gehanteerd. Bij biologie op 4/5 havo worden zowel schriftelijke als praktische toetsen afgenomen. In de schriftelijke toetsen wordt zowel theoretische kennis als vaardigheden getoetst. Examenvragen zijn onderdeel van de theoretische toetsen, echter nooit bestaat een toets volledig uit examenvragen. Praktische toetsen zijn er met name op gericht de beheersing van praktische vaardigheden te toetsen en de beheersing van de natuurwetenschappelijke werkwijze te toetsen. Praktische toetsen worden in het pta meegenomen als onderdeel van het practicumdossier. In het practicumdossier worden verschillende vaardigheden beoordeeld.
4.2
Toetsen per lesstof
In de schriftelijke toetsen op 4 havo wordt de leerstof van 1 tot maximaal 3 hoofdstukken getoetst. De toetsen zijn 60 tot maximaal 90 minuten lang (bij het maximale aantal hoofdstukken). Leerstof die alleen op het schoolexamen getoetst behoeft te worden, wordt zoveel mogelijk in 4 havo getoetst middels een schoolexamentoets. De schriftelijke toetsen op 5 havo omvatten een groter gedeelte van de leerstof uit het leerboek (minimaal 3 tot maximaal 6 hoofdstukken). De hoofdstukken van het boek zijn per toets zoveel mogelijk geordend naar aansluitende leerstofonderdelen (bijvoorbeeld hoofdstukken ecologie, hoofdstukken menskunde). Toetsen op 5 havo hebben een lengte van 90 minuten. Er is op 4 en 5 havo voor gekozen alle leerstof voor het centraal examen ook te toetsen in de schoolexamens gedurende klas 4 en 5 havo.
4.3
Weging, correctie en normering
De weging van de verschillende toetsen is afhankelijk van de omvang van de leerstof en varieert van 5% (één hoofdstuk) tot 25% meetellend voor het overgangscijfer (OC) en/of schoolexamencijfers (SE). De practicadossiers tellen ook mee voor het OC en/of SE en hebben een weging van maximaal 10%. De totale weging van vaardigheden (middels de practicadossiers) maken minimaal 20% en maximaal 40% uit van het totale schoolexamencijfer. Toetsen worden gemaakt door de docent(en) die lesgeven op de jaarlaag. Daarbij hebben de docenten altijd overleg met een vakcollega t.a.v. de gemaakte toets, het correctievoorschrift
en uiteindelijke normering van de toets. Het correctievoorschrift en voorstelnormering wordt altijd voor afname van de toets vastgesteld. De te behalen punten per toetsvraag worden op de toets vermeld. De basisnorm bij de berekening van het eindcijfer voor een toets is: Behaald x 9 + X = cijfer. Totaal te behalen X is de norm die in overleg met de collega-docent wordt vastgesteld. Uitgangspunt: X = 1.0
4.4
Centrale examens analyseren
Biologie is een examenvak. De wijze waarop leerlingen het centraal examen hebben gemaakt wordt door de sectie geanalyseerd en besproken. Hierbij wordt gebruik gemaakt van analyse van het centraal examen aan de hand van het programma WOLF. Daarbij kan worden bekeken welke onderwerpen, wijze van vraagstelling bij onze leerlingen extra aandacht verdienen. Ook de cijfermatige analyse van de eindexamenresultaten in vergelijking tot andere leerlingen (landelijk) worden besproken in de sectie en gebruikt om leerlingen nog beter voor te bereiden op de toetsing in het centraal examen.
5. Projecten Excursies en praktische opdrachten buiten school
5.1
4 havo
Op 4 havo wordt het volgende aangeboden: -
Excursie dierentuin (gedragsonderzoek dierentuindier) De dierentuinexcursie werkt aan de volgende vaardigheden: verslag maken, toepassing natuurwetenschappelijke methode, samenwerking. De excursie sluit aan bij de theorie gedrag. De excursie is onderdeel van het practicumdossier (vaardigheden toetsing) en telt mee als SE onderdeel
-
Mobiel DNA practicum (verzorgd door een universiteit) Het mobiele DNA practicum past bij de theorie cellen, celleer, DNA, de technisch instrumentele vaardigheden en werken met de natuurwetenschappelijke werkwijze. Het practicum is onderdeel van het practicumdossier (vaardighedentoetsing) en telt mee als SE onderdeel.
5.2
5 havo
Op 5 havo wordt het volgende aangeboden: -
Veldwerk excursie-dag De veldwerkexcursie werkt aan de volgende vaardigheden: verslag maken, toepassing natuurwetenschappelijke methode, samenwerking, veldwerktechnieken. De excursie sluit aan bij de theorie ecologie, mens en milieu. De excursie is onderdeel van het practicumdossier (vaardigheden toetsing) en telt mee als SE onderdeel
-
Mobiel DNA practicum (verzorgd door een universiteit): racen met WC-papier Het mobiele DNA practicum past bij de theorie dna, cellen, celleer, ecologie, mens en milieu. Daarnaast komen technisch instrumentele vaardigheden en werken met de natuurwetenschappelijke werkwijze aan bod. Het practicum is onderdeel van het practicumdossier (vaardighedentoetsing) en telt mee als SE onderdeel.
6. Praktische info Sectie-informatie
6.1
Bovenbouwdocenten (1e graads)
Dhr. P. van Gorp, eerste graads bevoegdheid biologie Mevr. G. Papen, eerste graads bevoegdheid biologie Dhr. A. Jovanovic, in opleiding tot eerste graads docent biologie
6.2
Technisch onderwijs assistent
De sectie biologie heeft de beschikking over een technisch onderwijs assistent die ook assisteert bij de lessen/practica in havo 4/5.
6.3
Stagiaires (1e graads-gebied)
Stagiaires in het eerste graads gebied zijn in principe welkom, na overleg met de leden van de sectie. Bij het maken van een afweging tot het bieden van een eerste graads stageplaats (bovenbouwgebied klas 4/5 havo, 4/5/6 vwo) zal gekeken worden naar de mogelijkheden om voldoende lessen te kunnen geven, de mogelijkheden tot begeleiding door eerste graads bevoegde docenten en belasting voor de klassen (aantal stagiaires beperkt houden in een klas/opeenvolgende jaarlaag). In principe worden in een examenklas geen stagiaires toegelaten om structureel lessen te geven. Opgemerkt moet worden dat met het afnemen van het aantal lesuren biologie in het eerste graads gebeid de kans dat een stagaire in het eerste graads gebied geplaatst kan worden, steeds kleiner wordt. Stagaires krijgen een leenset boeken van de sectie biologie, eventueel worden deze op naam van de stagair aangevraagd. De boekensets worden aan het eind van de stageperiode weer ingeleverd bij de sectie. De begeleiding van de stagiar wordt verzorgd door de bevoegde docent(en) in het eerste graads gebied, bij wie ook de lessen worden overgenomen. Van een stagiair wordt verwacht dat deze naast het geven van lessen ook de overige reguliere taken die bij het docentschap en lid van een sectie behoren uitvoeren. Daarbij gaat
het om het bijwonen van sectieoverleg, deelnemen aan excursies, deelname rapportvergaderingen, deelname afdelingsoverleg, deelname surveillance, enz.