Tel.: 461-1210 Fax: 461-5422
Newsletter VERENIGING BEDRIJFSLEVEN CURAÇAO
NEWSLETTER JUNI 2014
1.EDITORIAL 2.ECONOMIE Eindverklaring Economische Topconferentie, 25 juni 2014 Stand van zaken invoering verplichte (fiscale) kasregistratiesysteem State of affairs Int. Banking Industry Curaçao (IBA report) Curaçao Development Finance Institute (CDFI) 3.RAPPORTEN World Economic Forum: Networked Readiness Index 2014 4.(Nieuwe)Wetgeving 5.ECONOMISCHE INDICATOREN 1.EDITORIAL Het bewustzijn dat concrete actie ondernomen moet worden om de (economische) “opportunities” welke Curaçao biedt optimaal te kunnen benutten, is wellicht het grootste winstpunt welke de Economische conferentie die op 25 juni 2014 plaatsvond en waaraan de politieke leiders van de coalitiepartijen en het bedrijfsleven hebben deelgenomen, heeft opgeleverd. De conferentie is een goede start en de onderwerpen (aanpak jeugdwerkeloosheid, immigratie, vestigingsvergunningen en opzetten van een “ Better Business Bureau”) waarover partijen een akkoord hebben bereikt een goed begin van het proces om het investeringsklimaat te verbeteren. Om het vertrouwen te vergroten is het echter noodzakelijke dat zonder uitstel een aanvang gemaakt wordt met het uitvoeren van concrete investeringsprojecten. Ook zullen meerdere fundamentele knelpunten aangepakt en opgelost moeten worden om het stadium te kunnen bereiken van duurzame economische groei, werkgelegenheid en inkomen. Met betrekking tot het onderdeel concrete investeringsprojecten heeft de Minister van Economische ontwikkeling een groot aantal projecten bekend gemaakt. Deze variëren van toeristische, logistieke, groene energie tot en met internationale handel. Een indrukwekkende lijst waaruit de conclusie getrokken moet worden dat er voldoende investeringsprojecten zijn om de zo gewenste economisch “jumpstart” te bewerkstelligen en daarmee het vertrouwen in de Curaçaose economie te vergroten en bestendigen. Alleen al op toeristisch gebied bestaan er 42 projecten waarvan 12 zich in de startfase bevinden (Kla pa kuminsa,pendiente algun rekisito) en bij uitvoering meer dan 2700 kamers additioneel zullen opleveren. Het venijn zit kennelijk in de staart want niet bekend is wat “rekisito” inhoudt. Uitgegaan wordt dat het om voorwaarden gaat waaraan snel voldaan kan worden opdat spoedig
1
met de constructie gestart kan worden. Op de conferentie is bovendien overeengekomen dat vastgelopen projecten snel vlot getrokken zullen worden. Een snelle start van deze projecten mag dan ook verwacht worden. Het is ook een goede zaak dat de Minister van Economische ontwikkeling voorstellen aan het uitvoeren is om het investeringsklimaat structureel te verbeteren. Het betreft introductie van de Fair Trade Authority Curaçao (FTAC), Regulatory Board, Curaçao Economic Development Board-CINEX en de Curaçao Development Financial Institute (CDFI). Cruciaal hierbij is dat deze instellingen op transparante, deskundige en zakelijke (politiek) onafhankelijke wijze worden gemanaged. Op deze wijze wordt voorkomen dat deze instellingen als een additionele bureaucratische gaan fungeren. Naast de bovengenoemde onderdelen waarover een akkoord is bereikt, zijn er nog een aantal fundamentele knelpunten die investeringen belemmeren en ontmoedigen en daarom aangepakt moeten worden. Hoewel iedere sector geconfronteerd wordt met eigen specifieke bottlenecks echter er zijn ook obstakels waarmee alle sectoren worden geconfronteerd. Inventarisatie onder de leden van de VBC levert het volgende niet limitatieve lijstje op: - Veiligheid (diefstal, atrako’s, inbraken, verkeersveiligheid etc.); - Cost of doing business: hoge collectieve lastendruk , kosten utiliteiten, telecom etc in combinatie met niet optimale arbeidsproductiviteit; - Ontbreken consistente lange termijn visie, beleid en plan van aanpak “across the board”; - Verstikkende bureaucratie, inefficiëntie en niet optimale dienstverlening; - Gebrekkig niveau onderwijs; - Hervorming belastingstelsel; - Inflexibele markten (arbeid, goederen, kapitaal); - Unfair competition, monopolies/oligopolies, prijzenverordening; Het is duidelijk dat deze punten op de agenda van eerst volgende ontmoeting ( oktober 2014) zullen worden geplaatst en onderwerp van bespreking zullen zijn. De VBC juicht het toe dat een aanvang gemaakt is met het verbeteren van het investeringsklimaat en overeengekomen is dat dit proces zal worden voortgezet. Investeringen en economische groei zijn namelijk de middelen bij uitstek om de financieel en sociaal-economische vraagstukken duurzaam op te lossen.
2.ECONOMIE
Eindverklaring Economische Topconferentie, 25 juni 2014
De respectievelijke politieke leiders van respectievelijk de politieke partijen Pueblo Soberano (PS), Partido pa Adelanto i Inovashon Soshal (PAIS), Partido Nashonal di Pueblo (PNP), en de onafhankelijke fractie Sulvaran enerzijds, en, anderzijds, de Vereniging Bedrijfsleven Curaçao (VBC) en de Kamer van Koophandel en Nijverheid (KvK), hierna respectievelijk te noemen het politiek leiderschap van de coalitie, en het georganiseerde bedrijfsleven, en allen gezamenlijk aan te duiden als partijen: Overwegende: dat partijen op 5 augustus 2013 een convenant hebben getekend; dat uit bovengenoemd convenant blijkt, dat partijen unaniem tot de conclusie gekomen zijn dat Curaçao grote behoefte heeft aan onder andere een duurzame economische groei die ten goede dient te komen van een grote inhaalslag op sociaal gebied, en voorts dat zij van
2
-
-
mening zijn dat deze gewenste economische groei en sociale aanpak tot stand zal komen door investeringen, zowel publieke als private, sterk te bevorderen; dat voorts in het convenant is afgesproken, dat zich gezamenlijk tot het uiterste zullen inspannen om genoemde duurzame economische groei te verwezenlijken en de (rand)voorwaarden en omstandigheden te creëren om de noodzakelijke investeringen daadwerkelijk te doen realiseren; dat partijen nader overleg hebben gevoerd over de fundamentele rol die de overheid heeft bij het bevorderen van de economische groei; dat partijen zich beraden hebben over de rollen van de verschillende actoren in het economisch proces; dat partijen nader overleg hebben gepleegd over de wenselijke aanpassingen in structuren, procedures en beleid op gebieden die de verdere economische ontwikkeling en daarmee de sociale ontwikkeling van Curaçao faciliteren en verduurzamen; dat partijen zich rekenschap ervan geven dat een aantal punten een cultuuromslag vergt en dat daardoor monitoring en overleg geboden zal zijn; dat partijen de reikwijdte van het akkoord als resultaat van de economische conferentie vooralsnog tot beleidsgebieden beperken waarbinnen op korte termijn ontwikkelingsprocessen op gang kunnen worden gebracht en resultaten kunnen worden geboekt;
verklaren zich in te zullen zetten om met de visie op een duurzame en gebalanceerde sociaaleconomische ontwikkeling van Curaçao de navolgende zaken na te streven en te realiseren: Vanuit het georganiseerde bedrijfsleven zal: 1. een programma worden ontwikkeld waarbinnen overeengekomen wordt dat de tostandbrenging van een ondernemingscultuur in overeenstemming met de beginselen van het concept van het maatschappelijk verantwoord ondernemen zal geschieden. 2. een programma worden ontwikkeld waarbinnen een Better Business Bureau wordt opgezet met het oog op het bevorderen van zelfregulering binnen de private sector; 3. men zich in blijven zetten voor de sociaal dialoog op tripartiet basis; 4. in samenwerking met partijen een programma worden ontwikkeld waarbinnen het vraagstuk van jeugdwerkgelegenheid en effectieve vorming wordt aangepakt door middel van een gezamenlijke oplossende actie van de overheid, ondernemingen, het sociale- en het onderwijsveld en andere relevante actoren; dit programma, de jeugdwerkloosheid en concrete actiepunten worden op de agenda van de eerstvolgende ontmoeting, eind oktober 2014, geplaatst; 5. bedrijven worden aangespoord om hun investeringsprojecten, waaronder uitbreiding, op korte termijn te operationaliseren en in samenwerking met projectcoördinatoren van de overheid tot effectieve uitvoering te brengen. Vanuit het politiek leiderschap van de coalitie zal: 1. het immigratiebeleid wordt op korte termijn aangepast met het oog op het faciliteren van de doorontwikkeling van exportsectoren van de economie bij: a. de toelating en het verblijf van buitenlandse studenten, met het oog op het vergroten van de sector “transnational education”; b. de toelating en het verblijf van kennismigranten en hun gezinsleden, met het oog op het stimuleren van het concept van een kenniseconomie; c. de toelating en het verblijf van overwinteraars en tweede woningbezitters, met het oog op het vergroten van de fiscale heffingsbasis voor het publieke voorzieningenniveau; d. de toelating en het verblijf van investeerders en hun gezinsleden;
3
e. de toelating en het verblijf van bemanning van jachten en van vliegtuigen. 2. een programma worden ontwikkeld waarbinnen verbetering van de internationale competitieve positie van Curaçao wordt bewerkstelligd door het doen opheffen van knelpunten in de afgifte van vergunningen ingevolge de Vestigingsregeling voor Bedrijven en de Vergunningslandsverordening; 3. de vereiste van een deviezenvergunning worden geëvalueerd met het oog op intrekking van het instrument; 4. gezamenlijk en in samenwerking met partijen een programma worden ontwikkeld waarbinnen het vraagstuk van de jeugdwerkgelegenheid en vorming wordt aangepakt door middel van gezamenlijke oplossende acties van de overheid, het bedrijfsleven, het socialeen het onderwijsveld en andere relevante actoren waarbij elementen van de lei di Bion worden geïmplementeerd; dit programma, de jeugdwerkloosheid en concrete actiepunten worden op de agenda van de eerstvolgende ontmoeting geplaatst; 5. een stimuleringsprogramma worden ontwikkeld voor de operationalisering van het gedachtegoed ter realisering van werkplekken voor werkloze jongeren, zoals verwoord in de zogenaamde “Lei di Bion”; dit gaat gepaard met de aansporing van het bedrijfsleven om zoveel mogelijk jongeren te betrekken bij projecten, ook in het kader van leerwerktrajecten; 6. het investeringsprogramma van de overheid met betrekking tot concrete projecten en facilitering van private projecten zoals ter conferentie gepresenteerd door Minister S.M. Palm (zie bijlage), zoveel als mogelijk in overeenstemming met de presentatie tijdens de conferentie uit doen voeren. Partijen verklaren dat al deze punten uiterlijk per 15 oktober 2014 te hebben gerealiseerd, en dat ter evaluatie daarvan uiterlijk per eind oktober een volgende conferentie zal worden gehouden. Aldus overeengekomen en getekend op 25 juni 2014:
Stand van zaken invoering verplichte (fiscale) kasregistratiesysteem
Conform Landbesluit kasregistratiesystemen (PB 2012 no 69) zou voor administratieplichtigen in de branches detailhandel, persoonlijke dienstverlening, horeca en nummerverkopen en loterijen met ingang van 1 januari 2014 de verplichting gelden om een kasregistratiesysteem te gebruiken. Onder een kasregistratiesysteem wordt verstaan een kassa met geïntegreerde printer danwel de combinatie van een kassa met 4
separate printer, welke is toegelaten door de Stichting Overheid Accountantsbureau (SBAB) en vergezeld is door een gekwalificeerde installateur en voorzien is van een kassa-identificatienummer. Het voornaamste doel van dit systeem is om de volledigheid van de omzet beter vast te leggen. Als gevolg van grote optredende praktische uitvoeringsperikelen heeft de Minister van Financiën mede op aandringen van het bedrijfsleven op 20 december 2013 besloten om de verplichting tot het gebruik van het kasregistratiesysteem uit te stellen tot 1 augustus 2014. Eind mei 2014 komt de Regering tot het inzicht dat het kasregistratiesysteem aanpassingen en herzieningen behoeft. Het is de bedoeling om een het oude landsbesluit kasregistratiesystemen (PB 2012 no 69) te laten vervallen en te vervangen door een nieuw landsbesluit fiscale kasregistersystemen. Voorts zullen er twee ministeriële regelingen (fiscale kasregistratiesystemen en formeel belastingrecht) worden ingevoerd. De inhoud van deze aanpassingen kunnen beknopt als volgt worden weergegeven: Inhoud van het Landsbesluit fiscale kasregistratiesystemen: - Begripsbepalingen; - Kassabonnen moeten middels een fiscaal kasregistratiesysteem te worden uitgereikt; (bij ministeriële regeling kunnen ontheffingen worden verleend) - Eisen waaraan een fiscaal kasregistratiesysteem moet voldoen ( te bepalen bij ministeriële beschikking); - Procedure met betrekking tot toelating van fiscale kasregistratiesystemen; - Eisen inzake installeren, de-installeren, aanpassen en repareren van het systeem; - Verplichting dat de controle-autoriteit zorg draagt voor het bijhouden en publiceren van een overzichtsregister waarin toegelaten fiscale kasregistratiesystemen, leveranciers en gekwalificeerde installateurs worden vermeld; - Aanbrengen van een door de controle autoriteit verstrekte zegel voorzien van een uniek zegelnummer; - Eis tot onderhoud dat het systeem onafgebroken deugdelijk functioneert en maatregelen die de administratieplichtige moet nemen op het moment dat het systeem niet functioneert; - Overdracht bepalingen en voorwaarden van het fiscale kasregistratiesysteem; - Sanctiebepalingen . Inhoud van de Ministeriële regeling fiscale kasregistratiesystemen: In deze regeling worden de volgende administratieplichtigen ontheven van de verplichting om een fiscaal kasregistratiesysteem te gebruiken: a. Zij die vallen onder de zogenaamde kleine ondernemersregeling; b. Indien de verplichting tot het uitreiken van een kassabon slechts bijkomstige activiteiten betreft; c. Taxichauffeurs; d. Markthandelaren 5
e. Straatautowassers f. Benzinestations exploitanten Deze administratieplichtigen zijn wel verplicht ter zake hun leveringen en diensten een door de controleautoriteit vastgestelde kassabon uit te reiken. Inhoud van de Ministeriële regeling formeel belastingrecht: In deze regeling wordt aangegeven welke administratieplichtigen verplicht een kassabon dienen uit te reiken ter zake van leveringen en diensten: a. Verstrekken van spijzen en dranken; b. Verkoop van consumentenartikelen met uitzondering van de verkoop van motorrijtuigen en vaartuigen; c. Reparatie van consumentenartikelen, met uitzondering van de reparatie van motorrijtuigen en vaartuigen d. Persoonlijke dienstverlening Op schriftelijk verzoek kan een belastingplichtige wiens activiteiten geheel of gedeeltelijk bestaan uit bovengenoemde leveringen of diensten, doch in wiens bedrijfsvoering het gebruikelijk is om ter zake een factuur uit te reiken door de directeur van SBAB een ontheffing van de verplichting om een kassabon uit te reiken worden verleend. In deze regeling worden voorts de volgende administratieplichtigen ontheven van de verplichting om noch een factuur noch een kassabon uit te reiken: a. Openbaar vervoer over de weg; b. Gelegenheid geven tot parkeren van motorrijtuigen; c. Toegang verlenen tot culturele, sportieve of recreatieve activiteiten; d. Verhuur van strandbedden; e. Verkoop van nummers en loten voor loterijen; Deze administratieplichtigen dienen een doorlopend genummerd bewijs van betaling aan de afnemer te verstrekken. Voorts dient de omzet die gerealiseerd worden met de genoemde leveringen en diensten dagelijks in de administratie te worden vastgelegd. Verkoop van etenswaren en dagbladendoor straatventers en verkoop van opwaardeerkaarten hoeven geen factuur, kassabon en betaalbewijs uit te reiken. Zij moeten wel een door de directeur SBAB vastgesteld overzicht bijhouden. Redactioneel commentaar: De Regering geeft volmondig toe dat het stelsel van een fiscaal kasregistratiesysteem niet garandeert dat de volledige omzet wordt aangegeven. De vraag die hierbij rijst is waarom dan overgegaan wordt op een systeem dat voor vele bonafide ondernemers tot zware administratie en financiële lasten leiden Zou het belastingstelsel niet gericht moeten zijn op eenvoud, doelmatigheid en tegen de minste kosten? Zou een BTW stelsel niet effectiever zijn? Het feit dat de Regering op grond van uit de praktijk aangedragen commentaren aanpassingen wilt doorvoeren, nog voordat het systeem in werking is getreden, moet worden toegejuicht. Tegelijkertijd resulteert het invoeren van allerlei ontheffingen en 6
uitzonderingen tot grotere complexiteit, onduidelijkheid en verwaring. De noodzaak tot adequate en gedegen voorlichting en informatie wordt hiermee benadrukt. Vooralsnog is dit een van de zwakste onderdelen van het project invoeren van het verplichte fiscaal kasregistratiesysteem. De overheid zou er goed aan doen om intensieve aandacht hieraan te besteden. Idem ten aanzien van eisen waaraan leveranciers en installateurs moeten voldoen. Deze dienen op z’n minst openbaar te worden gemaakt. Een aantal concrete voorbeelden van onnodige complexiteit betreft onder andere: - De gekozen ingewikkelde wetgevingsstructuur. Naast de landsverordening wordt een landsbesluit en meerdere ministeriële regelingen gehanteerd. Waarom niet één landsbesluit en ministeriële regeling? - Waarom worden taxichauffeurs ontheffing verleend terwijl zij gemakkelijk een factuur kunnen uitschrijven? - Waarom expliciet opnemen in de wet van een uitzondering van verkoop en reparatie van motorrijtuigen en boten ? Kan niet voldaan worden met de algemene regeling dat ontheffing verkregen kan worden bij de directeur SBAB? Is het fair dat de kosten voor het krijgen van een effectievere controlesysteem bij de SBAB afgewenteld wordt op de ondernemers? Leidt verhogen van de “costs of doing business” tot verbetering van het investeringsklimaat? Naar oordeel van de VBC is dit niet het geval. Het moge duidelijk zijn dat de invoeringsdatum van het verplichte fiscaal registratiesysteem op 1 augustus 2014 met het willen doorvoeren van het groot aantal aanpassingen niet verantwoord is. Eerst zal duidelijkheid over het systeem verstrekt moeten worden. Op grond van bovenstaande punten heeft de VBC de Minister van Financiën wederom benaderd met het verzoek om invoering van het verplichte fiscale kasregistratiesysteem niet op 1 augustus 2014 te doen plaatsvinden maar op te schorten totdat adequate voorlichting en informatie is verstrekt en de knelpunten zijn opgelost. In ieder geval zullen geen sanctiebepalingen toegepast moeten worden.
State of affair International Banking Industry Curaçao (IBA report)
The Association of International Bankers (IBA) recently published a report in which the current status of the International Banking Industry on Curaçao is described and also to explain what could be done to create a more business friendly environment for the International Banking Industry in order to halt the recent decline in the number of international banks on Curaçao. Next a summary of the outcome of the study:
7
8
Curaçao Development Finance Institute (CDFI)
In March 2014 MEO (Ministerie Economische ontwikkeling) started the process to set up the foundation for the Curaçao Development Finance Institute (CDFI). MEO requested the Economic Commission for Latin America (ECLAC) to provide technical assistance. Experts from ECLAC initiated a fact finding mission and on June 17, 2014 presented the results of these consultations together with proposals for an action plan. ECLAC findings are as follow: Background •Curaçao is currently undergoing a process of consolidating and restructuring government organizations and institutions to confront its economic and social development challenges. •As part of this process the Government and the Curaçao Development Corporation (Korpodeko) conducted in 2012 a study to redesign and reposition the role of Korpodeko. This resulted in a report A Strategic Policy Framework for a Curaçao Development Finance Institute (CDFI-report). •In this perspective the Ministry of Economic Development requested an ECLAC fact finding mission to further design and define the process for the establishment of a Curaçao Development Finance Institute (CDFI). 9
•The findings of the mission report reflect the views of ECLAC after consultations with (and of all the) relevant stakeholders from the public and private sector (with whom ECLAC consulted during the mission). Curaçao requires a CDFI as an instrument of a government medium and long term development strategy •Curaçao is in a critical juncture in its economic and social development. The country has made significant progress in different critical areas for its development but has shown weak growth in the recent past. To spur social and economic development the country requires a government medium and long-term strategy identifying the key areas of priority. •A highly professional and technical CDFI with the capacity to mobilize resources is an essential instrument to contribute towards the implementation of the development vision. Curacao has ample liquidity and resources to finance medium and long-term development projects. An expanded set of objectives requires the combination of different business strategies and strong relations of complementarity with the private sector •Modern day development banks pursue a Tier-I and Tier-II banking strategy. A recent survey of 78 national development banks in Latin America show that 63% of the total banks in the sample functioned as Tier-I banks (ECLAC, 2013). •The advantage of a mixed strategy include: Improving profitability and ability to raise capital Complementing commercial and other financial institutions An expanded set of objectives also requires a wider and comprehensive set of instruments •The available evidence shows that development banks offer different types of lending products including long-term loans, working capital loans, syndicated loans and unsecured loans. A recent survey of development banks across the world shows that 90% of banks surveyed offer long-term loans and that 85% ,74% and 52% of the total offer loans for working capital, short-term loans and syndicated loans (Martinez de Luna & Vicente, 2012). •Development banks also offer a variety of financial and non-financial products. The former include loan guarantees, leasing and factoring services, microcredit, seedcapital, financial support to entrepreneurship, education, health and insurance services. The latter comprises ‘advisory services, capacity building and training programs.’ Within this context the CDFI should have three objectives •Mobilize and channel public and private savings for public and private projects in the economic, social and environmental areas identified in the strategic vision. •Contribute to the development of the financial sector and capital markets. •Provide funding for Small and Medium Sized Enterprises (SMEs).
10
SMEs represent 30% of Curaçao’s GNP, 50% of employment and 90% of businesses (Government of Curaçao and Korpodeko, 2012). The workings of the CDFI should be based on two key pillars: financially sustainability and an effective corporate governance regime •The basis for an effective corporate governance for the CDFI is the separation of ownership from management. •Management of the CDFI should be comprised of an autonomous professional, highly skilled (and) technical staff. •The responsibilities of the management staff should include: Ensuring the implementation of the strategic priorities of the government`s development plan. Ensuring the financial sustainability of the institution. Providing a flow of accurate, timely and relevant development related information Bearing responsibility for providing clear accountability of the CDFI operations. Bearing responsibility for complying with regulatory requirements. Assembling an autonomous professional, highly skilled and technical management staff requires giving serious considerations to: •Procedures for selection and appointment The selection procedure should be entrusted to an external professional organization. The selection procedure must be rigorous, formal and transparent. •Definition of the duration of terms Permanent appointments should be avoided. Fixed term appointments should be considered •Guidelines for remuneration Remunerations should be at a level as to attract and motivate the staff of the needed technical quality. The CDFI requires a policy on executive remuneration and benefit packages for the management staff. Sound financial regulation and supervision is a key element through which the CDFI will be able to exert a positive effect on growth and employment •The regulation of financial institutions such as the CDFI has two main purposes: The protection of consumers and investors through the establishment of adequate market rules and norms of conduct. Ensure the efficient functioning of markets Able to intermediate and channel savings towards investment The supervision and regulation of the CDFI must be rigorous but flexible •Rigorous supervision implies ensuring that the CDFI maintains financial sustainability over time. •Flexible supervision means taking into account the specificities of the CDFI in terms of risk, credit analyses and collaterals. This requires incorporating the need to specialized knowledge of supervisors to identify and measure risk that are specific to the CDFI. 11
A rigorous and adequate regulatory framework should not add significant costs to the institution in terms of start-up capital, capital adequacy, risk management process, credit, provisioning and reserves. •The Central Bank of Curaçao and St. Maarten is in the best position to carry out the supervision and regulation of the CDFI. It also has the required framework and technical expertise for implementation. CONCLUSION:An (development) effevtive and financially sustainable CDFI must be guided by the following principles: •Respond to a vision of development. •Implement sound governance and focus on results. •Management based on technical criteria, composed of autonomous professional and highly skilled technical staff. •Crowd in the private sector. •Focus on long-term development projects, an inclusive financial sector and SMEs. •Contribute to the creation of national public goods. •Promote and foster financial innovation as a public good. •Use capital wisely and actively use asset liability management. •Adopt best regulatory and supervisory practices in a flexible way and in accordance with its purpose and size of transactions. The way forward: A set of following actions need to be undertaken to establish the CDFI. These include: •Determination of the ownership structure, the equity required, the sources of funding and the leverage of the CDFI. In consultation with all relevant key-stakeholders. •Identification, within the development plan and vision of Curaçao, of the sectors on which CDFI will focus its resources and efforts. The institution should begin with manageable projects that can provide results within a short-period of time (2-3 years). •Definition of the legal and fiscal framework. In consultation with the relevant legal/fiscal authorities. The articles of incorporation and internal regulations should be designed to assure the separation of management from ownership. •Establishment of the supervisory and regulatory framework. In consultation with the Central Bank. CDFI regulation should be complemented with those in other areas including the pension funds, in particular with regard to investment risk. •Define the organizational structure and corporate governance. This involves defining: The membership of the executive board and its responsibilities. The different instances of the management of the institution and its responsibilities and levels of accountability. The relations between the executive board and management.
12
The different departments and sections under the supervision of the management of the institution. Procedures for selection and appointment, duration of terms, evaluation and remuneration of staff. The way forward: The role of ECLAC •The ECLAC team of the Financing for Development Division, will continue to give strategic support to the CDFI Project Management Team to move the project through its period of incubation and preparation of a launching of the CDFI in early 2015. •During this period, the ECLAC will actively support the process to identify an international development banking expert to support the process of the further design and establishment of the CDFI. 3.RAPPORTEN
World Economic Forum: Networked Readiness Index 2014
Het World Economic Forum heeft recent haar 13e editie van het Global information Technology Report 2014: Rewards and Risks of Big Data, gepubliceerd. Het belangrijkste onderdeel van dit rapport vormt de zogenaamde “Networked Readiness Index” (NRI). Deze index vergelijkt 148 economieën van de wereld op grond van hun vermogen om informatie en communicatietechnologie (ICT) aan te wenden voor economische groei, innovatie, werkgelegenheid en maatschappelijk welzijn. De score wordt bepaald aan de hand van de mate waarin economieën zijn voorbereid om ICT optimaal te benutten. Daarbij wordt gekeken naar vier hoofdindicatoren: 1. Business en innovatieomgeving en het politiek en juridisch raamwerk om ICT te faciliteren; 2. ICT infrastructuur, toegangskosten en de aanwezigheid van noodzakelijke vaardigheden om ICT optimaal te benutten; 3. Het omarmen en gebruik van ICT door de overheid, het bedrijfsleven en door burgers; 4. De economische en sociale impact van ICT; Onderstaande tabel geeft een overzicht van de posities van de onderzochte landen. Finland staat op de eerste plaatst gevolgd door Singapore, Zweden, Nederland en Noorwegen die de top 5 landen vormen. Opvallend is dat opkomende economieën de zgn BRIC landen achterlopen in de rankings. De “digitale kloof” tussen aan de ene kant Noord en West-Europese landen en de andere kant Zuid, Oost-en Centraal-Europese Landen is ook groot. De oorzaken van deze kloof liggen hoofdzakelijk bij het bedrijfsleven en overheden die achterlopen in de ontwikkeling en integratie van ICT in hun business modellen. Ook is de vaak beperkende institutionele en bedrijfsomgeving niet bevorderlijk voor innovatie en ondernemerschap op het gebied van ICT. Beschikbaarheid van nieuwe technologie komt hierdoor traag op gang en leidt er zelf toe dat geïnstalleerde software in het illegale circuit terecht komt. In het Caribisch gebied scoort Puerto Rico het hoogst met een 42ste plaatst gevolgd door Panama ( 43), Barbados (55), Trinidad en Tobago ( 71) en Jamaica (86)
13
The Networked Readiness Index
14
4.(Nieuwe)Wetgeving Beknopt overzicht recente (initiatief) wetsvoorstellen/aanpassingen op sociaaleconomisch gebied welke door de Regering dan wel als initiatief ontwerp van de Staten aan de wetgevende macht ter behandeling zijn aangeboden en waar de SER advies over dient uit te brengen (periode mei t/m juni 2014). Ontwerp landsbesluit h.a.m., ter uitvoering van art 44a, achtste lid, van de Algemene landsverordening Landsbelastingen (Landsbesluit fiscale kasregistratie systemen) en twee Ministeriële regelingen ter uitvoering van artikelen van dit landsbesluit. Dit ontwerp landsbesluit is een grondige herziening van het landsbesluit kasregistratiesystemen PB 2013 no 69. Voor de inhoud en strekking van dit landsbesluit en de ministeriële regelingen wordt verwezen naar het speciale in deze Newsletter opgenomen artikel “Stand van zaken invoering verplichte (fiscale) kasregistratiesysteem”.
5.ECONOMIC INDICATORS Foreign Exchange Position (x mln) : May 2014 : NAƒ 2,451 definition IMF May 2013 : NAƒ 1,974 15
Consumer Price Index (Oct 2006 = 100)
Average inflation past 12 months
Population and Employment Curaçao Total population Employed population Unemployed population Labor Force Unemployment rate
:
March 2014 :122,5 March 2013 :123.0 Change : -0,4% : 1,0%
2013 150,782 63,493 9,512 73,005 13.0%
2011 147,858 62,042 6,721 68,763 9.8%
Stay over tourism no of visitors
: May 2014 year to date :176.144 May 2013 year to date :183.533 Change : -4%
Cruise tourism no. of passengers
: May 2014 year to date : 325.005 May 2013 year to date : 316.350 Change: -1%
Stay over nights
Occupancy rate Hotels April Average YTD Jan-April
Shipping Freight Tanker Cruise Others
May 2014 year to date: 1,587,757 May 2013 year to date: 1,556,997 Change: 2%
2014 72,70 % 72,88 %
: Jan - Dec 2013 961 1139 292 338
16
2013 72,70% 74,30%
Jan - Dec 2012 1103 1193 228 305
Jan-Dec 2013 Cargo movements, metric tons Unloaded Loaded
Total companies Commercial Register Local International Total
Jan-Dec 2012
604.675 230,483
698,596 252,438
April 2014
April 2013
24,227 14,327 38,554
23,235 14,977 38,212
Source: Centrale Bank van Curaçao en Sint Maarten, Central Bureau of Statistics, Curaçao Tourism Development Foundation, Curaçao Port Authority, MEO, CHATA, Chamber of Commerce Curaçao
17