Uw pensioen bij Stichting Pensioenfonds “Protector” Reglement A
Stichting Pensioenfonds
"Protector"
Stichting Pensioenfonds “Protector”
Uw pensioen bij Stichting Pensioenfonds “Protector” De pensioenregeling voor medewerkers van Esso Nederland B.V., ExxonMobil Financial Services B.V. en ExxonMobil Chemical Holland B.V. die zijn geboren voor 1 januari 1950 (en op 31 december 2005 in dienst)
Pensioenregeling voor medewerkers geboren voor 1 januari 1950
3
Inhoud Algemeen Inleiding
3 3 3 3 4 4 4 4 5
Uw inkomen na uw pensionering
6 6
Uw pensioen: dichterbij dan u denkt Voor wie is deze brochure bedoeld? Wat kunt u verwachten van deze brochure? Wie stelt de pensioenregeling vast? Hoe zijn de pensioenrechten gewaarborgd? Jaarlijkse opgave van uw pensioen Alles wordt steeds duurder, gaat uw pensioen ook omhoog? Wie betaalt uw pensioen? Uw AOW-uitkering Uw pensioen van ”Protector” Pensioen van een ander pensioenfonds Lijfrentes
8 8
Hoeveel pensioen krijgt u straks?
9
Welk salaris is de basis voor uw pensioen?
De pensioenregeling
Medewerkers geboren voor 1950 (en op 31 december 2005 in dienst)
Bijlagen
Formele teksten m.b.t. dienstjaren in het verleden en toeslagen (ook wel genoemd duurtetoeslag of indexatie) Trefwoorden register Definities
Stichting Pensioenfonds “Protector”
10 10 26 26 27 28
januari 2007
4
Inleiding Uw pensioen: dichterbij dan u denkt
Uw pensioen. Nu u nog werkt, staat u er misschien nooit bij stil. Toch is het de moeite waard om er over na te denken. Ook al duurt het misschien nog enkele jaren voordat u stopt met werken. Want het is eerder zover dan u denkt en het gaat om uw eigen pensioen. Het pensioen is er niet alleen voor uw oude dag maar bijvoorbeeld ook voor uw nabestaanden wanneer u komt te overlijden. Of in het geval dat u arbeidsongeschikt mocht worden. En ook in andere situaties is het goed te weten hoe het zit met uw pensioen, bijvoorbeeld als u van baan verandert, gaat trouwen of samenwonen. Bovendien biedt de pensioenregeling een groot aantal keuzemogelijkheden. Om de juiste keuzes te kunnen maken is het van belang te weten wat de gevolgen hiervan zijn.
Voor wie is deze brochure bedoeld?
Deze brochure is bedoeld voor medewerkers geboren vóór 1 januari 1950 (en die op 31 december 2005 in dienst waren) die een arbeidsovereenkomst hebben met een van de Toegetreden Ondernemingen (de “TO”) van “Protector”, zijnde Esso Nederland B.V., ExxonMobil Chemical Holland B.V. en ExxonMobil Financial Services B.V. In deze brochure wordt verder gemakshalve de term ExxonMobil gebruikt om deze ondernemingen aan te duiden. Deze medewerkers doen mee, als deelnemer, aan de pensioenregelingen van Stichting Pensioenfonds “Protector”. In deze brochure wordt verder gemakshalve de term “Protector” gebruikt om dit pensioenfonds aan te duiden.
Wat kunt u verwachten van deze brochure?
In deze brochure informeren wij u over uw pensioenregeling. Om te beginnen leest u in deze brochure het een en ander over pensioen in het algemeen. Waaruit bestaat uw inkomen straks als u met pensioen bent? Over welk salaris bouwt u eigenlijk pensioen op? Wat is er geregeld voor uw mogelijke partner en kind(eren) als u komt te overlijden? Wat is er voor u geregeld als u volledig arbeidsongeschikt mocht raken? Moet u doorwerken tot uw 60ste of kunt u eerder stoppen met werken? Op al deze vragen krijgt u in deze brochure antwoord. Daarna gaan we uitgebreid in op de pensioenregeling, zoals die geldt sinds 1 januari 2006. Deze pensioenregeling is van toepassing voor deelnemers geboren vóór 1 januari 1950 en die op 31 december 2005 in dienst waren. We vermijden ingewikkelde pensioentermen zoveel mogelijk. Is een pensioenterm niet te vermijden, dan leggen we hem uit. Omdat we deze brochure zo helder mogelijk willen houden, kunnen we niet op alle details van de regeling ingaan. Die zijn uitvoerig, in juridische formuleringen, vastgelegd in de reglementen van “Protector”. Deze brochure is louter informatief, rechten kunt u enkel ontlenen aan de reglementen.
Wie stelt de pensioenregeling vast?
De pensioenregeling is een onderdeel van de arbeidsvoorwaarden zoals die door de werkgever, na overleg met de ondernemingsraad, worden vastgesteld. Het is dan ook de werkgever die beslist hoe de pensioenregeling eruit ziet. Wijzigingen met betrekking tot de inhoud van de pensioenregeling worden besproken in het reguliere arbeidsvoorwaardenoverleg tussen directie en ondernemingsraad. U hebt hier indirect invloed op, aangezien de OR door de medewerkers wordt gekozen.
Pensioenregeling voor medewerkers geboren voor 1 januari 1950
5
Hoe zijn de pensioenrechten gewaarborgd?
Dat de werkgever de inhoud van de pensioenregeling vaststelt, betekent niet dat zij het ook voor het zeggen heeft bij “Protector”. Het fonds is een onafhankelijke stichting die zorgt voor een correcte uitvoering van de pensioenregeling (zie ook het kader “Dit is uw pensioenfonds”). De werkgever staat wel garant voor de uitbetaling van de pensioenen. Mochten in een bepaald jaar de financiële middelen van het fonds niet toereikend zijn om alle pensioenverplichtingen na te komen, dan passen de Toegetreden Ondernemingen het tekort bij. Andersom geldt ook dat als er overschotten zijn, die door het bestuur aan de Toegetreden Ondernemingen ter beschikking kunnen worden gesteld.
Jaarlijkse opgave van uw pensioen (Universeel Pensioen Overzicht - UPO)
Ieder jaar ontvangt u een persoonlijk pensioenoverzicht van “Protector”. Daarin staat precies hoeveel pensioen u al hebt opgebouwd. In dat overzicht staat ook het bedrag van het pensioen dat u kunt bereiken als u tot uw pensioendatum bij ExxonMobil blijft werken. Wij gaan er daarbij vanuit dat u tot uw pensioendatum hetzelfde blijft verdienen. Verder vindt u er alle essentiële informatie over uw pensioenregeling op terug.
Alles wordt steeds duurder. Gaat uw pensioen ook omhoog? Het reglement vermeldt er het volgende over:
De pensioenrechten en de pensioenaanspraken kunnen jaarlijks voorwaardelijk worden verhoogd. De pensioenrechten en pensioenaanspraken kunnen jaarlijks per 1 april geïndexeerd worden met maximaal 90% van de procentuele stijging van het afgeleide consumentenprijsindexcijfer voor alle huishoudens, van het Centraal Bureau voor de Statistiek, gerekend over de periode van een jaar die eindigt op 31 december voorafgaand en wordt afgerond op twee decimalen, met dien verstande dat het percentage maximaal gelijk is aan het percentage waarmee de algemene lonen bij de werkgever zijn gestegen in het voorafgaande kalenderjaar. Het bestuur zal de Toegetreden Ondernemingen jaarlijks voor 1 maart informeren over het bedrag dat benodigd is om de maximale aanpassing te financieren. Een besluit tot indexatie kan jaarlijks worden genomen door het bestuur van het fonds, indien de kosten van de indexering via een aanvullende premie door de Toegetreden Ondernemingen zijn voldaan. De indexatie (in het vervolg ‘toeslag’ genoemd) is dus voorwaardelijk, d.w.z. het is geen recht en het is niet zeker of deze altijd toegekend zal worden. Hebt u genoeg pensioen opgebouwd? In Nederland stelt men dat een niveau van 70% van het laatstgenoten salaris ´goed´ is als u met uw 65ste met pensioen gaat. Dat is dan het totale inkomen, inclusief de AOW. Maar wat voor uzelf een goed pensioen is, bepaalt u natuurlijk zelf. Want of het voldoende is hangt sterk af van uw persoonlijke omstandigheden. Hebt u nog afhankelijke kinderen, huurt u of heeft u uw huis vrij van hypotheek, hoe hoog is het pensioen van uw partner .. het maakt allemaal een groot verschil. U moet dus zelf uw afweging maken. 35 of 40 jaar gewerkt hebben zegt op zich ook niet voldoende. Het kan namelijk zijn dat u door specifieke omstandigheden minder AOW en/of ouderdomspensioen hebt opgebouwd. Daardoor kunt u een pensioentekort hebben. Een pensioentekort kan bijvoorbeeld ontstaan in de volgende situaties:
Stichting Pensioenfonds “Protector”
januari 2007
6
• • • • •
U hebt een tijd in het buitenland gewerkt en u had geen E101 verklaring of bent in die periode niet vrijwillig verzekerd geweest. Dan krijgt u straks geen volledige AOW-uitkering. U bent gescheiden. Uw ex-partner heeft in dat geval recht op een deel van uw pensioen. U hebt vroeger bij een werkgever zonder pensioenregeling gewerkt. Of uw vroegere werkgever had een slechtere pensioenregeling dan”Protector”. U hebt bij een ander bedrijf dan ExxonMobil gewerkt en uw pensioenrechten niet overgedragen naar “Protector”. U hebt een tijd onbetaald verlof opgenomen. In die tijd heeft u namelijk geen pensioen opgebouwd.
Wie betaalt uw pensioen?
Pensioen opbouwen doet u niet alleen. ExxonMobil betaalt mee. Zelf betaalt u iedere maand 4,925% van het deel van uw salaris (inclusief ploegentoeslag) dat op basis van een volledige arbeidsduur uitkomt boven € 56.723,- per jaar. Uw werkgever betaalt de rest van de pensioenpremie. Werkt u parttime, dan wordt uw bijdrage aan de pensioenregeling vastgesteld op basis van het parttimepercentage. Het premiepercentage en het drempelbedrag worden zonodig aangepast op basis van afspraken tussen ondernemingsraad en directie, gemaakt in het jaarlijkse arbeidsvoorwaardenoverleg. Beleggingsbeleid “Protector” gaat natuurlijk zorgvuldig om met de ingelegde pensioenpremies. Om het pensioenkapitaal te laten groeien, wordt het op een verantwoorde manier belegd. Hierbij schakelt het bestuur beleggingsdeskundigen in die hun sporen ruimschoots hebben verdiend. “Protector” maakt gebruik van verschillende beleggingscategorieën, zoals aandelen, obligaties en vastgoed. Het pensioenvermogen wordt belegd op basis van de nieuwste ontwikkelingen. Dit alles met één doel: de uitbetaling van pensioenen nu en in de toekomst veilig te stellen. Daarnaast staan de Toegetreden Ondernemingen garant voor de aanvulling van eventuele tekorten, die bijvoorbeeld kunnen ontstaan ten gevolge van negatieve ontwikkelingen op de beursen. Andersom geldt ook dat als er overschotten zijn, het bestuur die aan de TO ter beschikking kan stellen.
Pensioenregeling voor medewerkers geboren voor 1 januari 1950
7
Uw inkomen na uw pensionering Als u later niet meer werkt, ontvangt u geen salaris meer. Uw inkomen bestaat dan uit een of meerdere uitkeringen. Vóór uw 65ste kunnen dat zijn: • Een pensioenuitkering van “Protector”. • Eventueel een AOW vervangende uitkering van “Protector”. • Eventueel een pensioenuitkering van een ander pensioenfonds of verzekeringsmaatschappij. • Eventueel een lijfrente van een verzekeringsmaatschappij. Na uw 65ste kunnen dat zijn: • Een AOW-uitkering van de overheid. • Een pensioenuitkering van “Protector”. • ventueel een pensioenuitkering van een ander pensioenfonds of verzekeringsmaatschappij. • Eventueel een lijfrente van een verzekeringsmaatschappij. Alle in deze brochure genoemde bedragen zijn bruto bedragen per jaar. Dat wil zeggen dat de belasting en ander wettelijke inhoudingen hier nog vanaf gaan.
Uw AOW-uitkering
Vanaf uw 65ste ontvangt u een AOW-uitkering van de overheid. De AOW werkt zo*: • U krijgt vanaf uw 65ste een AOW-uitkering. • De overheid bepaalt ieder jaar hoe hoog de AOW-uitkering is. Momenteel wordt de AOW uitkering elk half jaar aangepast aan o.a. de inflatie. • Bent u getrouwd, dan krijgt u een AOW-uitkering van € 8.477,- bruto per jaar. Een echtpaar waarvan beide echtgenoten ouder zijn dan 65 jaar, krijgt dus in totaal € 16.954,- bruto per jaar. • Woont u officieel samen, dan gelden voor u dezelfde bedragen als voor medewerkers die getrouwd zijn. • Bent u niet getrouwd, dan ontvangt u een AOW-uitkering van € 12.292,- bruto per jaar. • Is uw partner nog geen 65 op het moment dat u 65 wordt€ Dan ontvangt hij of zij nog geen AOW. Wel krijgt u dan bovenop uw eigen AOW-uitkering een toeslag van de overheid. Hoe hoog die toeslag is, hangt af van het inkomen van uw partner. Werkt uw partner niet, dan ontvangt u straks een volledige toeslag op uw AOW-uitkering. De volledige toeslag bedraagt € 8.477,- bruto per jaar. Deze toeslag komt overigens per 1 januari 2015 te vervallen. Wie op of na 1 januari 2015 65 jaar wordt, ontvangt geen toeslag meer voor een jongere partner. Ieder jaar dat u vanaf uw vijftiende jaar legaal in Nederland woont of werkt, bouwt u 2% AOW op. Als u vanaf uw vijftiende jaar tot uw 65ste jaar in Nederland woont of werkt, ontvangt u 100% AOW: 50 x 2%. Bent u een paar jaar in het buitenland geweest of heeft u zonder een E101 verklaring in het buitenland gewerkt en bent u in die periode niet vrijwillig verzekerd geweest, dan ontvangt u voor die jaren geen AOW-uitkering. Als u bijvoorbeeld drie jaar bent weggeweest, ontvangt u 94% van het volledige AOW-bedrag (100% - 3 x 2% = 94%). De Sociale Verzekeringsbank (SVB) verzorgt de AOW-uitkeringen. Als u meer wilt weten over de AOW, kunt u contact opnemen met de SVB. De website is www.SVB.nl, het telefoonnummer is 020 – 656 56 56. *
De Overheid kan besluiten om in de toekomst de AOW regelingen aan te passen. De bedragen die vermeld zijn gelden voor 2007.
Stichting Pensioenfonds “Protector”
januari 2007
8
Uw pensioen van “Protector”
U doet mee aan de pensioenregeling van “Protector”. Later krijgt u van dit pensioenfonds een pensioenuitkering. Nu u werkt, bouwt u ieder jaar pensioenrechten op. Dit pensioen noemen we ouderdomspensioen. U krijgt ouderdomspensioen vanaf de maand waarin u met pensioen gaat, maandelijks, zolang u leeft. Dit is uw pensioenfonds De Stichting Pensioenfonds “Protector” is het pensioenfonds voor medewerkers die werkzaam zijn (geweest) bij ondernemingen in Nederland die tot de ExxonMobil-groep behoren. Deelname aan de pensioenregeling van pensioenfonds “Protector” is verplicht voor alle medewerkers vanaf 18 jaar die een arbeidsovereenkomst met één van de Toegetreden Ondernemingen hebben. “Protector” kent vier organen: het Bestuur, de Beleggingscommissie, de Commissie der Toegetreden Ondernemingen (CTO, een werkgeversorgaan) en de Deelnemersraad. “Protector” heeft een bestuur, dat bestaat uit 8 leden. De helft van dit bestuur wordt benoemd door de CTO. Drie leden van het bestuur worden door de deelnemers gekozen. Eén bestuurslid wordt uit en door de kring van gepensioneerden gekozen. Alle gekozen bestuursleden worden voor vier jaar benoemd. Er zijn in het bestuur evenveel vertegenwoordigers van de kant van de werkgevers als van de kant van de (oud-)medewerkers. Het bestuur behartigt de belangen van alle partijen die bij het pensioenfonds betrokken zijn: actieve deelnemers, voormalige deelnemers, gepensioneerden en toegetreden ondernemingen. De Nederlandsche Bank toetst de bestuursleden op o.a. deskundigheid. Het bestuur wordt o.a. ondersteund door de deelnemersraad. Deze is samengesteld uit drie deelnemers en drie gepensioneerden. De deelnemersraad is ingesteld om de betrokkenheid van deelnemers en gepensioneerden bij het pensioenfonds te vergroten. De raad adviseert het bestuur gevraagd of ongevraagd over het beleid. Deelnemers en gepensioneerden praten zo mee over alles wat met de pensioenregeling van “Protector” te maken heeft. De leden van de deelnemersraad worden voor vier jaar benoemd. De beleggingscommissie adviseert het bestuur over het beleggingsbeleid en bestaat uit 5 leden en een secretaris, die door het bestuur worden aangesteld. De CTO bestaat uit 2 leden die worden aangesteld door de directies van de toegetreden ondernemingen. PVF Achmea ondersteunt het bestuur en zorgt voor de administratie van de pensioenregelingen. Ook betaalt PVF Achmea namens “Protector” de pensioenen uit. Voor vragen over uw pensioen dient u daarom PVF Achmea te benaderen. Post- en web-adres en telefoonnummer vindt u achter in deze brochure.
Pensioen van een ander pensioenfonds
Hebt u vroeger bij een ander bedrijf dan ExxonMobil gewerkt? In dat geval kunt u ook pensioen bij een ander pensioenfonds hebben opgebouwd. Ook dit kan later een pensioenuitkering geven. Waarschijnlijk stuurt het andere pensioenfonds u periodiek een overzicht. Daarin staat hoeveel pensioen u bij dat pensioenfonds hebt opgebouwd. Hebt u geen overzicht of alleen een oud overzicht? Informeer dan bij dat oude pensioenfonds hoeveel pensioen u daar hebt opgebouwd.
Pensioenregeling voor medewerkers geboren voor 1 januari 1950
9
Waardeoverdracht van uw pensioen Misschien doet u pas sinds kort mee aan de pensioenregeling “Protector”. Dan hebt u wellicht daarvóór meegedaan aan de pensioenregeling van een ander pensioenfonds. Het kan dan goed zijn om uw pensioen over te dragen naar “Protector”. Dit noemen we waardeoverdracht. Daarmee brengt u al uw pensioen onder bij één pensioenfonds. Dat kan wel zo handig zijn omdat dan voor uw hele pensioen dezelfde regels gelden. Wilt u uw pensioen van het andere pensioenfonds niet overdragen naar “Protector”, dan blijft uw pensioen gewoon bij het andere pensioenfonds staan. Er kan dan eventueel wel sprake zijn van pensioenbreuk. De regeling werkt ook andersom. Werkte u eerst bij één van de ExxonMobil ondernemingen en gaat u naar een ander bedrijf? Dan kunt u uw pensioen van “Protector” overdragen naar uw nieuwe pensioenfonds. Neem hierover contact op met uw nieuwe werkgever.
Lijfrentes
Hebt u ooit een lijfrente afgesloten bij een verzekeringsmaatschappij of heeft u meegedaan aan de pensioenspaarregeling? Ook dat kan later extra inkomen geven. Vraag aan uw verzekeringsmaatschappij hoeveel u mag verwachten.
Hoeveel pensioen krijgt u straks? Nu u nog werkt, bouwt u ieder jaar een stukje pensioen op. Al die stukjes pensioen samen vormen uw uiteindelijke pensioen. Natuurlijk bent u benieuwd hoeveel pensioen u straks krijgt. Het exacte pensioenbedrag kunnen we u in deze brochure niet vertellen. Dit verschilt namelijk per persoon. U kunt hiervoor het best kijken in uw persoonlijk pensioenoverzicht (UPO). “Protector” stuurt u ieder jaar (medio april) zo´n overzicht. In dit overzicht ziet u precies hoeveel pensioen u hebt opgebouwd. Ook staat er hoeveel pensioen u nog kunt opbouwen bij “Protector” voor u met pensioen gaat. Hoeveel pensioen u straks van “Protector” krijgt, hangt af van een aantal dingen. Belangrijke elementen zijn: • hoeveel u verdient; • hoelang u hebt meegedaan aan de pensioenregeling “Protector”; • of en hoe lang u in deeltijd heeft gewerkt; • of en hoe lang en in welke ploegendienst u hebt gewerkt; • de keuzes die u maakt tijdens uw dienstverband en op het moment van pensionering.
Welk salaris is de basis voor uw pensioen?
Elk jaar dat u bij ExxonMobil werkt, bouwt u pensioen op over uw salaris van dat jaar. Gaat uw salaris omhoog dan bouwt u meer pensioen op, ook over de eerdere jaren. Uiteindelijk is uw pensioen gebaseerd op het gemiddelde basissalaris dat u verdient in de 12 maanden voordat u met pensioen gaat, inclusief uw 13e en 14e maand maar dus exclusief toeslagen. Dit noemen we een eindloonregeling. Ontvangt u een vaste ploegentoeslag, dan telt deze mee voor uw pensioen. Dat pensioen over de ploegendienst wordt apart berekend.
Stichting Pensioenfonds “Protector”
januari 2007
10
De pensioenregeling “Protector” kent momenteel twee pensioenregelingen: • •
De pensioenregeling voor deelnemers die zijn geboren vóór 1 januari 1950 en op 31 december 2005 in dienst waren bij ExxonMobil. De pensioenregeling voor deelnemers die zijn geboren op of na 1 januari 1950 of die (ongeacht de geboortedatum) na 31 december 2005 bij ExxonMobil in dienst zijn gekomen.
We besteden in deze brochure alleen aandacht aan de pensioenregeling voor deelnemers die zijn geboren vóór 1 januari 1950 en op 31 december 2005 in dienst waren bij ExxonMobil. Voor deelnemers die zijn geboren op of na 1 januari 1950 of die (ongeacht de geboortedatum) op of na 1 januari 2006 bij ExxonMobil in dienst zijn gekomen is een aparte brochure beschikbaar. Het onderscheid op geboortedatum is het gevolg van wetgeving. Per 1 januari 2006 heeft de overheid de belastingaftrek voor vut en prepensioen afgeschaft voor iedereen die op of na 1 januari 1950 is geboren. Daardoor moesten veel Nederlandse pensioenfondsen, waaronder “Protector”, hun pensioenregeling aanpassen.
De pensioenregeling voor deelnemers geboren vóór 1 januari 1950 (en die op 31 december 2005 in dienst waren)
12
Inhoud Inleiding
13
Uw pensioenopbouw
13 13 14 15
Zekerheid voor uw gezin
De deelnemer was in dienst bij ExxonMobil toen hij overleed De deelnemer was niet meer in dienst bij ExxonMobil toen hij overleed De deelnemer of ex-deelnemer was al met pensioen toen hij overleed
17 17 19 20
Eerder stoppen met werken
22
Bijzondere situaties en uw pensioen
23 23 23 23 24 25
Keuzemogelijkheden
25 25 25 25
Levenslang OuderdomsPensioen (LOP) Tijdelijk OuderdonsPensioen (TOP) Zo berekenen wij uw pensioen
U krijgt een andere baan U wordt werkloos U wordt arbeidsongeschikt U gaat scheiden U gaat met pensioen: zo vraagt u uw pensioen aan
Eerst een hoger pensioen Na uw 60ste met pensioen gaan Nabestaandenpensioen uitruilen voor ouderdomspensioen
Bedragen
Alle gehanteerde bedragen zijn per 1 januari 2007
Pensioenregeling voor medewerkers geboren voor 1 januari 1950
13
Inleiding De pensioenregeling voor deelnemers geboren vóór 1 januari 1950, en die op 31 december 2005 een arbeidsovereenkomst hadden met ExxonMobil, geeft aanspraak op: • levenslang ouderdomspensioen; • tijdelijk ouderdomspensioen; • nabestaanden- en wezenpensioen; en • arbeidsongeschiktheidspensioen.
Uw pensioenopbouw Het Levenslang Ouderdoms Pensioen (LOP)
U bouwt een levenslang ouderdomspensioen op. Hoeveel LOP u per jaar opbouwt, hangt af van uw keuze ten aanzien van een nabestaandenpensioen bij overlijden vóór uw pensionering. • Hebt u wel gekozen voor nabestaandenpensioen, dan bouwt u vanaf 1 januari 2006 1,8 % ouderdomspensioen per jaar op. • Hebt u niet gekozen voor nabestaandenpensioen, dan is het opbouwpercentage vanaf 1 januari 2006 1,98 % per jaar. • Hebt u de keuze voor wel of geen nabestaandenpensioen vóór 1 januari 2006 gemaakt, dan gelden andere percentages. Niet uw hele bruto jaarsalaris telt mee voor uw pensioen. Van uw bruto salaris trekken we de franchise af. De franchise is een pensioenterm die we helaas niet kunnen vermijden. Maar we leggen wel meteen uit wat ermee wordt bedoeld. Franchise? De franchise is het deel van uw salaris waarover u géén ouderdomspensioen opbouwt. U krijgt vanaf uw 65ste een AOW-uitkering van de overheid en uw pensioen van “Protector” komt daar bovenop. Bij de opbouw van uw pensioen wordt dus al rekening gehouden met deze AOWuitkering. Over dit deel van uw salaris is pensioenopbouw niet nodig. In 2007 is de franchise € 11.872,-. Over uw jaarsalaris dat boven het franchisebedrag uitkomt, bouwt u dus pensioen op. Ook een eventuele vaste ploegentoeslag telt mee voor uw pensioen. Voor de berekening van het extra pensioen ten gevolge van uw vaste ploegentoeslag wordt geen franchise afgetrokken. Hoe uw vaste ploegentoeslag meetelt voor de opbouw van uw pensioen, ziet u in de tabel. Als uw ploegentoeslag dit percentage bedraagt ..
Dan wordt de jaarlijkse pensioen opbouw verhoogd met 1,8% maal de zgn P-factor:
30 % 21 % 16 %
0,26 0,18 0,14
Stichting Pensioenfonds “Protector”
januari 2007
14
Bovendien bouwt u automatisch een bedrag op voor het nabestaanden- en wezenpensioen. Meer informatie over het nabestaanden- en wezenpensioen vindt u in het hoofdstuk ´Zekerheid voor uw gezin´ op bladzijde 17. U kunt maximaal tot uw 67ste pensioen opbouwen. Bij doorwerken na uw 60ste worden uw rechten extra verhoogd door oprenting. Oprenting De pensioenleeftijd is in deze regeling op 60 jaar gesteld. Als u doorwerkt na 60 en uw pensioen dus niet opneemt, wordt de besparing daarvan toegerekend aan uw rechten. Uw pensioenrecht neemt dan als volgt toe. Bruto jaarsalaris: € 50.000,Franchise 2007: € 11.872,Percentage waarmee u ouderdomspensioen opbouwt: 1,8% Parttime percentage: 100% Aantal jaren meegedaan aan de pensioenregeling Protector: 25 jaren Op 1 januari 2006 was u jonger dan 60 jaar. U gaat op 61 jarige leeftijd met pensioen. Uw pensioen wordt dan verhoogd met 7,80%. De verhogingsfactor is (1 + 7,80% =) 1,078 Gaat u later dan met 61 met pensioen dan is de verhogingsfactor hoger. De berekening voor het ouderdomspensioen De formule luidt: (Bruto jaarsalaris - Franchise) x Opbouwpercentage x Parttime percentage x Aantal jaren deelneming aan de pensioenregeling x verhogingsfactor. De berekening wordt dus: (€ 50.000 - € 11.872) x 1,8% x 100% x 25 jaren x 1,078= € 18.495,89 U hebt dus een ouderdomspensioen van € 18.495,89 per jaar opgebouwd. Dit pensioen gaat in op de leeftijd van 61 jaar. Tot uw 65ste komt daar de TOP natuurlijk nog bij.
Het Tijdelijk OuderdomsPensioen (TOP)
Naast uw levenslang ouderdomspensioen bouwt u ook een tijdelijk ouderdomspensioen op. Dit pensioen keert uit van uw 60ste tot uw 65ste en is bedoeld als compensatie voor de AOW premie die u nog moet betalen en de AOW uitkering die u nog niet krijgt uitgekeerd. De maximale TOP bedraagt € 16.113 per jaar. Ook deze TOP wordt verhoogd als u doorwerkt na uw 60ste, en wel op de onderstaande wijze. Berekening De pensioenleeftijd is in deze regeling op 60 jaar gesteld. Als u doorwerkt na 60 en uw pensioen dus niet opneemt, wordt de besparing daarvan toegerekend aan uw rechten. Uw pensioenrecht voor het Tijdelijk Ouderdoms Pensioen neemt dan als volgt toe. Opgebouwd TOP: € 16.113,Op 1 januari 2006 was u jonger dan 60 jaar. U gaat op 61 jarige leeftijd met pensioen. Uw TOP wordt dan verhoogd met 28,20%. De verhogingsfactor is (1 + 28,20% =) 1,282 Gaat u later dan met 61 met pensioen dan is de verhogingsfactor hoger. De berekening voor het ouderdomspensioen De formule luidt: Opgebouwd TOP x verhogingsfactor. De berekening wordt dus: € 16.113 x 1,282 = € 20.656,86 U hebt dus een tijdelijk ouderdomspensioen van € 20.656,86 per jaar opgebouwd. Dit pensioen gaat in op de leeftijd van 61 jaar en keert uit tot 65 jaar.
Pensioenregeling voor medewerkers geboren voor 1 januari 1950
15
Zo berekenen wij uw pensioen
Het pensioenbedrag dat u straks ontvangt, komt natuurlijk niet zomaar uit de lucht vallen. Wij rekenen precies uit op hoeveel pensioen u straks recht heeft. Die berekening gebeurt volgens een aantal vaste stappen. Voor iedereen rekenen we op die manier het individuele pensioen uit. De hoogte van het pensioen is voor iedereen anders. In enkele voorbeelden laten wij u zien hoe we een pensioen uitrekenen. U kunt uw eigen situatie berekenen door voor salaris, parttime percentage en jaren van deelname uw eigen gegevens te gebruiken. Zo rekenen wij uw pensioen van ”Protector” uit bij een voltijds dienstverband Wij kijken eerst wat uw bruto jaarsalaris is. Dat is het salaris waarover nog geen belasting is afgedragen. U ziet uw bruto maandsalaris iedere maand op de salarisstrook die u van “ExxonMobil” ontvangt. Uw vakantietoeslag en eindejaarsuitkering worden in uw bruto jaarsalaris meegenomen. In dit voorbeeld gaan we uit van een bruto jaarsalaris van € 50.000 en van iemand die een volledige baan heeft. De berekening in geval van ploegendienst wordt verderop in het voorbeeld toegelicht. Aannames Bruto jaarsalaris: € 50.000,Franchise 2007: € 11.872,Percentage waarmee u ouderdomspensioen opbouwt: 1,8% Parttime percentage: 100% Aantal jaren meegedaan aan de pensioenregeling Protector: 25 jaren De berekening voor het ouderdomspensioen De formule luidt: (Bruto jaarsalaris - Franchise) x Opbouwpercentage x Parttime percentage x Aantal jaren deelneming aan de pensioenregeling De berekening wordt dus: (€ 50.000 - € 11.872) x 1,8% x 100% x 25 jaren= € 17.157,60 U hebt dus een ouderdomspensioen van € 17.157,60 per jaar opgebouwd. Dit pensioen gaat in op de leeftijd van 60 jaar. Tot uw 65ste komt daar de TOP natuurlijk nog bij. Werkt u voltijds in ploegendienst? Dan rekenen wij uw extra ploegendienst pensioen zo uit. Indien u een vaste ploegentoeslag krijgt, dan bouwt u hierover ook ouderdomspensioen op. De berekening gaat als volgt: Aanname U hebt de hele periode (25 jaar) in ploegendienst gewerkt met een ploegentoeslag van 16%. De bijbehorende ploegfactor is dan 0,14 (zie tabel op blz.13). De berekening gaat dan als volgt De formule luidt: Bruto jaarsalaris x Opbouwpercentage x Parttime percentage x Aantal jaren deelneming aan de pensioenregeling in ploegendienst x Ploegfactor De berekening wordt dus: € 50.000 x 1,8% x 100% x 25 jaren x 0,14 = € 3.150,Uw totaal opgebouwd ouderdomspensioen is dan: € 17.157,60 + € 3.150,- = € 20.307,60 per jaar. Dit pensioen gaat in op de leeftijd van 60 jaar. Gaat u later met pensioen, dan wordt dit volledige bedrag opgerent.
Stichting Pensioenfonds “Protector”
januari 2007
16
Hebt u geen volledige baan gehad? Dan rekenen wij uw pensioen zo uit Bij de berekening van uw pensioen gaan we allereerst uit van een theoretisch jaarsalaris van 100 %. Van dat bedrag trekken wij vervolgens de franchise af. Het bedrag dat overblijft, wordt omgezet naar het bedrag dat op u, als parttimer, van toepassing is. Aannames Bruto jaarsalaris: € 50.000,- (het theoretisch voltijds salaris) Franchise 2007: € 11.872,Percentage waarmee u ouderdomspensioen opbouwt: 1,8% Parttime percentage: 80% gedurende 10 jaar en 100% gedurende 15 jaar Aantal jaren meegedaan aan de pensioenregeling Protector: 25 jaren De berekening voor het ouderdomspensioen De formule luidt: (Bruto jaarsalaris - Franchise) x Opbouwpercentage x Parttime percentage x Aantal jaren deelneming aan de pensioenregeling De berekening wordt dus (€ 50.000 - € 11.872) x 1,8% x 80% x 10 jaren = € 5.490,43 (€ 50.000 - € 11.872) x 1,8% x 100% x 15 jaren = € 10.294,56 U hebt dus in totaal € 15.784,99 per jaar aan ouderdomspensioen opgebouwd. Dit pensioen gaat in op de leeftijd van 60 jaar. Werkt u deeltijds in ploegendienst? Dan rekenen wij uw extra ploegendienst pensioen zo uit. Indien u een vaste ploegentoeslag krijgt, dan bouwt u hierover ook ouderdomspensioen op. De berekening gaat als volgt: Aanname U hebt de hele periode (25 jaar) in ploegendienst gewerkt met een ploegentoeslag van 16%. De bijbehorende ploegfactor is dan 0,14 (zie tabel op blz.13 ). De berekening gaat als volgt De formule luidt: Bruto jaarsalaris x Opbouwpercentage x Parttime percentage x Aantal jaren deelneming aan de pensioenregeling in ploegendienst x Ploegfactor De berekening wordt dus: € 50.000 x 1,8% x 80% x 10 jaren x 0,14 = € 1008,€ 50.000 x 1,8% x 100% x 15 jaren x 0,14 = € 1.890,U hebt dus in totaal € 2.898,- per jaar aan ouderdomspensioen uit ploegendienst opgebouwd. Uw totaal opgebouwd ouderdomspensioen is dan: € 15.784,99 + € 2.898,- = € 18.682,99 per jaar, ingaande op uw 60ste . Tot uw 65ste komt daar de TOP natuurlijk nog bij. Gaat u later met pensioen, dan worden zowel het totale ouderdomspensioen als de TOP opgerent.
Pensioenregeling voor medewerkers geboren voor 1 januari 1950
17
Zekerheid voor uw gezin In de pensioenregeling van “Protector” bent u verzekerd voor een nabestaandenpensioen. Als u (als actieve medewerker) niet hebt aangegeven af te zien van uw nabestaandenpensioen om zo een hoger ouderdomspensioen op te bouwen, ontvangt uw partner na uw overlijden een maandelijkse uitkering. Op het moment dat u met pensioen gaat, kunt u kiezen voor uitruil van uw opgebouwde nabestaandenpensioen voor overlijden na pensionering. Dit nabestaandenpensioen wordt dan omgezet in een hoger ouderdomspensioen. Indien u gehuwd bent, of wettelijk samenwonend, heeft het pensioenfonds hiervoor de schriftelijke toestemming van uw partner nodig, vastgelegd in een notariële akte. Hebt u gekozen voor uitruil van het nabestaandenpensioen, dan ontvangt uw nabestaande geen uitkering als u zou komen te overlijden. Ook uw kinderen ontvangen na uw overlijden iedere maand een uitkering. Zij ontvangen een wezenuitkering zolang zij jonger zijn dan 21 jaar. Of zolang zij studeren of een beroepsopleiding volgen. De wezenuitkering stopt uiterlijk op het moment dat het kind 27 jaar wordt. Als uw partner ook overlijdt, wordt het wezenpensioen verdubbeld. De uitruil van het nabestaandenpensioen heeft geen invloed op het wezenpensioen. Met betrekking tot het Nabestaandenpensioen zijn er drie situaties mogelijk:
De deelnemer was in dienst bij ExxonMobil toen hij overleed
In dat geval geldt het volgende: • Als de deelnemer heeft gekozen voor facultatief nabestaandenpensioen ontvangt de partner een nabestaandenpensioen van 1,4 % van de laatst vastgestelde pensioengrondslag voor ieder jaar dat de deelnemer heeft meegedaan aan de pensioenregeling. Hierbij gaat het pensioenfonds uit van de situatie dat de deelnemer tot zijn 60ste zou hebben meegedaan aan de pensioenregeling. Heeft de deelnemer niet gekozen voor facultatief nabestaandenpensioen, dan ontvangt de partner 1,26 % van de pensioengrondslag over de dienstjaren vóór 1 april 1999. Als de deelnemer een vaste ploegentoeslag ontving, wordt het pensioen verhoogd met 1,26 % x de ploegendienstfactor P x het aantal deelnemingsjaren x het salaris. • Als de partner jonger is dan 65 jaar wanneer de deelnemer overlijdt, dan ontvangt hij ook een aanvullend nabestaandenpensioen. Dit bedraagt € 6.585,- per jaar. Het aanvullend nabestaandenpensioen stopt als de partner 65 jaar is geworden. • De kinderen ontvangen een wezenuitkering van 0,235 % van het jaarsalaris over de 12 maanden vóór het overlijden voor ieder jaar dat de deelnemer heeft meegedaan aan de pensioenregeling. Als de overleden deelnemer een vaste ploegentoeslag ontving, wordt het aantal deelnemingsjaren verhoogd met de ploegendienstfactor P. Zie hiervoor de tekst bij het onderdeel ´Uw Pensioenopbouw´ op bladzijde 13. Overlijdt ook de partner van de overleden deelnemer, dan wordt het wezenpensioen verdubbeld. Berekening Aannames U heeft gekozen voor een facultatief nabestaandenpensioen Bruto jaarsalaris: € 50.000,Franchise 2007: € 11.872,Aantal deelnemersjaren: 21 jaren (geprojecteerd tot leeftijd 60) Percentage Nabestaandenpensioen 1,4%
Stichting Pensioenfonds “Protector”
januari 2007
18
De berekening voor het nabestaandenpensioen De formule luidt: (Bruto jaarsalaris – Franchise) x Opbouwpercentage x Parttime percentage x Aantal deelnemingsjaren De berekening wordt dus (€ 50.000 - € 11.872) x 1,4% x 100% x 21 jaar = € 11.209,63 Daarnaast ontvangt de nabestaande tot de 65 jarige leeftijd een aanvullend nabestaandenpensioen van € 6.585,-. Werkte u in ploegendienst? Dan rekenen wij het extra Nabestaandenpensioen zo uit. Aanname U hebt de hele periode in ploegendienst gewerkt met een ploegentoeslag van 16%. De bijbehorende ploegfactor is dan 0,14. De berekening gaat als volgt De formule luidt: Bruto jaarsalaris x Opbouwpercentage x Parttime percentage x Aantal deelnemingsjaren x Ploegfactor De berekening wordt dus € 50.000 x 1,4% x 100% x 21 jaar x 0,14 = € 2.058,Het Nabestaandenpensioen bedraagt totaal € 11.209,63 + € 2.058,- = € 13.267,63. Daarnaast ontvangt de nabestaande tot de 65 jarige leeftijd een aanvullend nabestaandenpensioen van € 6.585,-. De berekening voor het wezenpensioen (WZP) Percentage WZP tot 1-1-2006: 0,235% De formule luidt: Bruto jaarsalaris x Opbouwpercentage x Parttime percentage x Aantal deelnemingsjaren De berekening wordt dus € 50.000,- x 0,235% x 100% x 21 jaar = € 2.467,50 Het Wezenpensioen bedraagt totaal € 2.467,50. Werkte u in ploegendienst? Dan rekenen wij het extra Wezenpensioen zo uit. Aanname U hebt de hele periode in ploegendienst gewerkt met een ploegentoeslag van 16%. De bijbehorende ploegfactor is dan 0,14. De berekening gaat als volgt De formule luidt: Bruto jaarsalaris x Opbouwpercentage x Parttime percentage x Aantal deelnemingsjaren x Ploegfactor De berekening wordt dus € 50.000,- x 0,235% x 100% x 21 jaar x 0,14 = € 345,45 Het Wezenpensioen opgebouwd vanuit ploegendienst bedraagt totaal € 345,45. Het Wezenpensioen bedraagt totaal € 2.467,50 + € 345,45 = € 2.812,95.
Pensioenregeling voor medewerkers geboren voor 1 januari 1950
19
De deelnemer was niet meer in dienst bij ExxonMobil toen hij overleed
Als iemand bij uitdiensttreding verkiest om geen waardeoverdracht te doen, ontstaat er een premievrije aanspraak op het nabestaandenpensioen. De omvang van deze aanspraak wordt als onderstaand bepaald: • De partner ontvangt een nabestaandenpensioen van 1,26 % van de laatst vastgestelde pensioengrondslag voor ieder jaar dat de deelnemer heeft meegedaan aan de pensioenregeling. • Ontving de ex-deelnemer een vaste ploegentoeslag, dan wordt het nabestaandenpensioen verhoogd met een bepaalde factor. De kinderen ontvangen een wezenuitkering van 0,235 % van het jaarsalaris over de 12 maanden vóór het overlijden voor ieder jaar dat de deelnemer heeft meegedaan aan de pensioenregeling. Als de overleden deelnemer een vaste ploegentoeslag ontving, wordt het aantal deelnemingsjaren verhoogd met de factor P. Zie hiervoor de tekst bij het onderdeel ´Uw Pensioenopbouw´ op bladzijde 13. Overlijdt ook de partner van de overleden deelnemer, dan wordt het wezenpensioen verdubbeld. Berekening Aannames Bruto jaarsalaris: € 50.000,Franchise 2007: € 11.872,Aantal deelnemersjaren: 16 jaren (tot uitdiensttreding) Percentage Nabestaandenpensioen 1,26% De berekening voor het nabestaandenpensioen De formule luidt: (Bruto jaarsalaris – Franchise) x Opbouwpercentage x Parttime percentage x Aantal deelnemingsjaren De berekening wordt dus (€ 50.000 - € 11.872) x 1,26% x 100% x 16 jaar = € 7.686,60 Werkte u in ploegendienst? Dan rekenen wij het extra Nabestaandenpensioen zo uit. Aanname U hebt de hele periode in ploegendienst gewerkt met een ploegentoeslag van 16%. De bijbehorende ploegfactor is dan 0,14. De berekening gaat als volgt De formule luidt: Bruto jaarsalaris x Opbouwpercentage x Parttime percentage x Aantal deelnemingsjaren x Ploegfactor De berekening wordt dus € 50.000 x 1,26% x 100% x 16 jaar x 0,14 = € 1.411,20 Het Nabestaandenpensioen bedraagt totaal € 7.686,60 + € 1.411,20 = € 9.097,80. De berekening voor het wezenpensioen (WZP) Percentage WZP: 0,235% De formule luidt: Bruto jaarsalaris x Opbouwpercentage x Parttime percentage x Aantal deelnemingsjaren De berekening wordt dus € 50.000,- x 0,235% x 100% x 16 jaar = € 1.880,Het Wezenpensioen bedraagt totaal € 1.880,-. Stichting Pensioenfonds “Protector”
januari 2007
20
Werkte u in ploegendienst? Dan rekenen wij het extra Wezenpensioen zo uit. Aanname U hebt de hele periode in ploegendienst gewerkt met een ploegentoeslag van 16%. De bijbehorende ploegfactor is dan 0,14. De berekening gaat als volgt De formule luidt: Bruto jaarsalaris x Opbouwpercentage x Parttime percentage x Aantal deelnemingsjaren x Ploegfactor De berekening wordt dus € 50.000,- x 0,235% x 100% x 16 jaar x 0,14 = € 263,20 Het Wezenpensioen opgebouwd vanuit ploegendienst bedraagt totaal € 263,20. Het Wezenpensioen bedraagt totaal € 1.880,- + € 263,20 = € 2.143,20.
De deelnemer of ex-deelnemer was al met pensioen toen hij overleed
In die situatie geldt het volgende: • De partner ontvangt een nabestaandenpensioen van 1,26 % van de laatst vastgestelde pensioengrondslag voor ieder jaar dat de deelnemer heeft meegedaan aan de pensioenregeling. Ontving de gepensioneerde deelnemer of ex-deelnemer een vaste ploegentoeslag, dan wordt het nabestaandenpensioen verhoogd met 1,4 % maal de factor P. Ontving de gepensioneerde deelnemer of ex-deelnemer een vaste ploegentoeslag en deed hij al vóór 1 januari 2006 mee aan de pensioenregeling, dan wordt het nabestaandenpensioen verhoogd met 1,26 % maal de factor P. • Als de partner jonger is dan 65 jaar wanneer de gepensioneerde overlijdt, dan ontvangt hij of zij ook een tijdelijk risico nabestaandenpensioen. Dit bedraagt € 5.143,- per jaar. Het tijdelijk risico nabestaandenpensioen stopt als de partner 65 jaar is geworden. • De kinderen ontvangen een wezenuitkering van 0,235 % van het jaarsalaris over de 12 maanden vóór het overlijden voor ieder jaar dat de deelnemer heeft meegedaan aan de pensioenregeling . Als de overleden deelnemer een vaste ploegentoeslag ontving, wordt het aantal deelnemingsjaren verhoogd met de factor P. Zie hiervoor de tekst bij het onderdeel ´Uw Pensioenopbouw´ op bladzijde 13. Overlijdt ook de partner van de overleden deelnemer, dan wordt het wezenpensioen verdubbeld. Berekening Aannames Bruto jaarsalaris: € 50.000,Franchise 2007: € 11.872,Aantal deelnemersjaren: 21 jaren Percentage Nabestaandenpensioen 1,26% De berekening voor het nabestaandenpensioen De formule luidt: (Bruto jaarsalaris – Franchise) x Opbouwpercentage x Parttime percentage x Aantal deelnemingsjaren De berekening wordt dus (€ 50.000 - € 11.872) x 1,26% x 100% x 21 jaar = € 10.055,66 Daarnaast ontvangt de nabestaande tot de 65 jarige leeftijd van de nabestaande een tijdelijk risico nabestaandenpensioen van € 5.143,- plus een tijdelijke nabestaandencompensatie van € 5.460,- tot de overledene 65 jaar zou zijn geworden.
Pensioenregeling voor medewerkers geboren voor 1 januari 1950
21
Werkte u in ploegendienst? Dan rekenen wij het extra Nabestaandenpensioen zo uit. Aanname U hebt de hele periode in ploegendienst gewerkt met een ploegentoeslag van 16%. De bijbehorende ploegfactor is dan 0,14. De berekening gaat als volgt De formule luidt: Bruto jaarsalaris x Opbouwpercentage x Parttime percentage x Aantal deelnemingsjaren x Ploegfactor De berekening wordt dus € 50.000 x 1,26% x 100% x 21 jaar x 0,14 = € 1.852,20 Het Nabestaandenpensioen bedraagt totaal € 10.055,66 + € 1.852,20 = € 11.907,86. Daarnaast ontvangt de nabestaande tot de 65 jarige leeftijd van de nabestaande een tijdelijk nabestaandenpensioen van € 5.143,- plus een tijdelijke nabestaandencompensatie van € 5.460,- tot de overledene 65 jaar zou zijn geworden. De berekening voor het wezenpensioen (WZP) Percentage WZP: 0,235% De formule luidt: Bruto jaarsalaris x Opbouwpercentage x Parttime percentage x Aantal deelnemingsjaren De berekening wordt dus € 50.000,- x 0,235% x 100% x 21 jaar = € 2.467,50 per kind Het Wezenpensioen is gemaximeerd op 2 4/7 x € 2.467,50 = € 6.345,-. Werkte u in ploegendienst? Dan rekenen wij het extra Wezenpensioen zo uit. Aanname U hebt de hele periode in ploegendienst gewerkt met een ploegentoeslag van 16%. De bijbehorende ploegfactor is dan 0,14. De berekening gaat als volgt De formule luidt: Bruto jaarsalaris x Opbouwpercentage x Parttime percentage x Aantal deelnemingsjaren x Ploegfactor De berekening wordt dus € 50.000,- x 0,235% x 100% x 21 jaar x 0,14 = € 345,45 per kind Het Wezenpensioen opgebouwd vanuit ploegendienst bedraagt maximaal € 888,30 Het maximale Wezenpensioen bedraagt totaal € 6.345,- + € 888,30 = € 7.233,30.
Stichting Pensioenfonds “Protector”
januari 2007
22
Anw-uitkering van de overheid Los van de “Protector” pensioenregeling geldt ook nog het volgende: Uw partner kan bij uw overlijden recht hebben op een Anw-uitkering van de overheid. Anw staat voor: Algemene nabestaandenwet. Een volledige Anw-uitkering is 70 % van het netto minimumloon. De eventuele ANW uitkering wordt geheel of gedeeltelijk gekort met inkomen uit arbeid. Uw partner moet aan één van de volgende voorwaarden voldoen: • Hij of zij is geboren vóór 1950. • Hij of zij is geboren op of na 1 januari 1950 en er zijn kinderen jonger dan 18 jaar. • Hij of zij is voor tenminste 45 % arbeidsongeschikt. De Sociale Verzekeringsbank (SVB) verzorgt de Anw-uitkeringen. Neem contact op met de SVB als u meer wilt weten over de Anw-uitkering. Het web-adres is www.svb.nl, het telefoonnummer is 020 – 656 56 56.
Eerder stoppen met werken Misschien wilt u vóór uw 60ste stoppen met werken. Hier leest u welke regels gelden voor het eerder stoppen met werken. • De standaard pensioenleeftijd is 60 jaar. • U kunt op zijn vroegst op de leeftijd van 57 jaar met pensioen gaan. Er is één uitzondering: u kunt vanaf de leeftijd van 55 jaar gedeeltelijk met pensioen gaan. Voor het andere deel blijft u aan het werk, in een deeltijds dienstverband. Dit noemen we deeltijdpensioen. U kunt maximaal twee jaar lang met deeltijdpensioen. U moet dit overleggen met uw werkgever. Zijn schriftelijke toestemming is nodig om met deeltijdpensioen te kunnen gaan. • Als u vóór uw 60ste met pensioen gaat, ontvangt u een lagere pensioenuitkering. Op de datum waarop u vervroegd met pensioen gaat, kijkt het pensioenfonds hoeveel jaar u hebt meegedaan aan de pensioenregeling. Vervolgens worden deze pensioenrechten met een bepaalde factor verminderd omdat het pensioen over een langere periode zal worden uitgekeerd. Ook het nabestaandenpensioen en de TOP worden dan verminderd. • U kunt uw pensioen ook uitstellen tot na uw 60ste, tot maximaal uw 67ste . Eerder stoppen met werken en de levensloopregeling Sinds 1 januari 2006 is er de levensloopregeling. Daarmee kunt u sparen voor vrije tijd. U kunt de levensloopregeling bijvoorbeeld gebruiken om eerder te stoppen met werken. Zo werkt het: • Het geld dat u opzij legt, gebruikt u om vrije tijd te kopen. • Het saldo kunt u onder andere gebruiken om eerder met pensioen te gaan. • De regels voor opname zijn vastgelegd in uw arbeidsvoorwaarden. • Ieder jaar kunt u maximaal 12 % van uw bruto jaarloon sparen. • Over uw inleg betaalt u geen belasting. Dit doet u pas als u geld opneemt. • U bent niet verplicht eraan mee te doen en u bepaalt zelf hoeveel u per maand spaart. • U kunt niet tegelijkertijd meedoen aan de levensloopregeling én de spaarloonregeling. ”Protector”biedt geen levensloopregeling aan. Wel heeft ExxonMobil een afspraak met een bank. Informeer ernaar bij uw lokale afdeling personeelszaken, of bij een verzekeraar naar keuze.
Pensioenregeling voor medewerkers geboren voor 1 januari 1950
23
Bijzondere situaties en uw pensioen U krijgt een andere baan
Van baan veranderen kan gevolgen hebben voor uw pensioen. Misschien wordt u overgeplaatst naar een onderneming die is aangesloten bij “Protector”. In dat geval blijft u meedoen aan de pensioenregeling “Protector”. U kunt ook een dienstverband aangaan met een onderneming die niet is aangesloten bij “Protector”. U krijgt dan te maken met een ander pensioenfonds. U mag uw opgebouwde pensioen dan meenemen naar het ‘nieuwe’ pensioenfonds. Dit heet waardeoverdracht. Waardeoverdracht kan voordelen hebben. Uw pensioenrechten zijn bij één pensioenfonds ondergebracht. Zo weet u beter hoe uw pensioen ervoor staat. Zo wordt het geregeld: • • • •
U moet het verzoek tot waardeoverdracht indienen bij uw nieuwe pensioenfonds. Dat moet gebeuren binnen zes maanden nadat u bent gaan deelnemen aan uw nieuwe pensioenregeling. Uw nieuwe pensioenfonds verzorgt de waardeoverdracht. Het nieuwe pensioenfonds geeft aan uw oude pensioenfonds door dat u de waarde van het pensioen wilt overdragen naar uw nieuwe pensioenfonds. U krijgt van uw nieuwe pensioenfonds een opgave van de pensioenrechten die u bij het nieuwe pensioenfonds kunt inkopen. Binnen twee maanden nadat u een opgave heeft ontvangen, moet u het pensioenfonds laten weten of u de waardeoverdracht wilt laten doen.
U wordt werkloos
Als u werkloos wordt, bouwt u normaliter geen pensioen meer op. Soms kunt u toch pensioen blijven opbouwen, zonder premie te betalen. U moet hiervoor: • ouder zijn dan 40 jaar en • een WW-uitkering ontvangen en • vóór 1 januari 2009 in de WW terecht zijn gekomen. Voldoet u aan deze voorwaarden dan blijft u bij werkloosheid pensioen opbouwen zonder dat u daar premie voor verschuldigd bent.
U wordt arbeidsongeschikt
Arbeidsongeschiktheidspensioen “Protector” kent een arbeidsongeschiktheidspensioen. Arbeidsongeschikte deelnemers komen hiervoor in aanmerking als zij hun WAO- of WIA-uitkering afstaan aan het fonds. Voor het arbeidsongeschiktheidspensioen geldt het volgende: Het arbeidsongeschiktheidspensioen gaat in op het moment dat u 80% tot 100% arbeidsongeschikt bent verklaard, zonder uitzicht op herstel, en in aanmerking komt voor een WAO- of WIA-uitkering. Het gaat pas in als het dienstverband is beëindigd en wordt uitbetaald tot u 60 jaar wordt. Hoeveel arbeidsongeschiktheidspensioen u dan ontvangt, hangt af van de mate waarin u arbeidsongeschikt bent verklaard. Dat kan in de loop van de tijd variëren. Dit ziet u in de tabel. Bent u volledig arbeidsongeschikt, dan ontvangt u een arbeidsongeschiktheidspensioen van 80% van uw jaarsalaris. Hierbij wordt een bedrag van 80% van de ploegentoeslag opgeteld. Als bij herkeuring het arbeidsongeschiktheidspercentage wijzigt dan zal ook de uitkering vanuit “Protector” wijzigen en wel volgens de tabel op de volgende pagina:
Stichting Pensioenfonds “Protector”
januari 2007
24
Als u voor dit percentage arbeidsongeschikt bent verklaard volgens de WAO of de WIA
Dan is uw arbeidsongeschiktheidspensioen (incl. de sociale uitkering) dit percentage van uw salaris
80 – 100 % 65 – 80 % 55 – 65 % 45 – 55 % 35 – 45 %
80 % 58 % 48 % 40 % 32 %
Minder dan 35 %
Nihil
Pensioen blijven opbouwen Als u arbeidsongeschikt wordt, kunt u toch levenslang ouderdomspensioen blijven opbouwen. Dit pensioen wordt uitgekeerd vanaf leeftijd 60, het arbeidsongeschiktheidspensioen wordt dan beëindigd. Het pensioenfonds blijft namelijk recht op ouderdomspensioen opbouwen voor u als u een WAO- of WIA-uitkering ontvangt. Welk percentage het pensioenfonds voor u opbouwt, hangt af van de mate waarin u arbeidsongeschikt bent verklaard. Dit ziet u in de tabel. De pensioengrondslag waarmee wordt gerekend, wordt op de pensioendatum in principe verhoogd met het percentage van de afgeleide consumentenprijsindex over de betreffende periode, met als maximum het totaal van de bij ExxonMobil toegekende algemene loonsverhogingen. Als u voor dit percentage arbeidsongeschikt bent verklaard volgens de WAO of de WIA
Dan bouwt het pensioenfonds dit percentage van de standaard LOP rechten voor u op
80 – 100 % 65 – 80 % 55 – 65 % 45 – 55 % 35 – 45 %
100 % 72,5 % 60 % 50 % 40 %
Minder dan 35 %
Nihil
U gaat scheiden
Een scheiding heeft gevolgen voor uw pensioen. Uw ex-partner heeft recht op de helft van het ouderdomspensioen dat u tijdens uw huwelijk heeft opgebouwd. Ook de ex-partner waarmee u een geregistreerd partnerschap had, heeft recht op de helft van het ouderdomspensioen dat u hebt opgebouwd in de periode van het geregistreerde partnerschap. Zo wordt het geregeld: • Bij Postbus 51 kunt u de brochure ‘Verdeling van ouderdomspensioen bij scheiding’ opvragen. Hierin vindt u het formulier ‘Mededeling van scheiding in verband met verdeling van ouderdomspensioen’. Ook vindt u dit formulier bij het postkantoor en op Internet. Postbus 51 is te bereiken op telefoonnummer 0800 – 8051 en op www.postbus51.nl. • U moet het formulier ‘Mededeling van scheiding in verband met verdeling van ouderdomspensioen’ binnen twee jaar na de datum van uw echtscheiding of na de datum van de beëindiging van uw partnerschap naar pensioenfonds”Protector”sturen. Uw ex-partner heeft na een scheiding ook recht op het totale nabestaandenpensioen dat u hebt opgebouwd. Dit wordt automatisch geregeld als u het formulier ‘Mededeling van scheiding in verband met verdeling van ouderdomspensioen’ naar het pensioenfonds heeft gestuurd.
Pensioenregeling voor medewerkers geboren voor 1 januari 1950
25
U gaat met pensioen: zo vraagt u uw pensioen aan
Als u tot uw 65ste doorwerkt, hoeft u zelf niets te doen om uw ouderdomspensioen aan te vragen. Ongeveer zes maanden voordat u 65 jaar wordt, krijgt u een aanvraagformulier toegestuurd. Wilt u eerder stoppen met werken? Overleg dit dan met uw werkgever. U dient dit namelijk 6 maanden tevoren formeel vast te leggen. Vanaf het moment dat ExxonMobil uw keuze bevestigd heeft, is deze definitief en kan niet meer gewijzigd worden. Personeelszaken zal vervolgens aan “Protector” doorgeven vanaf welke datum u wilt stoppen. Wilt u na uw 65 ste doorgaan met werken? Overleg dit dan met uw werkgever. Deze dient daar namelijk toestemming voor te geven. Het reglement stelt dat u niet later met pensioen kunt gaan dan op uw 67ste.
Keuzemogelijkheden Eerst een hoger pensioen
U kunt uw levenslang ouderdomspensioen in zekere mate aanpassen aan uw persoonlijke situatie. Zo kunt u kiezen voor een hogere pensioenuitkering in de eerste vijf of tien jaar na uw pensionering. Bijvoorbeeld omdat u in die jaren hogere lasten verwacht. Na vijf of tien jaar wordt uw pensioenuitkering dan lager. U kunt kiezen uit het volgende: • een pensioen dat niet verandert; • een 20% hoger pensioen in de eerste vijf jaar (en daarna levenslang 10% lager); • een 12% hoger pensioen in de eerste tien jaar (en daarna levenslang 16% lager). Wij vragen u uw keuze uiterlijk drie maanden voordat u met pensioen gaat, aan het pensioenfonds door te geven. Daarna kunt u niet meer op uw keuze terugkomen. Indien u de eerste vijf of tien jaar voor een hoger ouderdomspensioen kiest, dan blijft het nabestaandenpensioen gebaseerd op het oorspronkelijke ouderdompspensioen. De hoog-laag optie kan niet worden toegepast op het Tijdelijk Ouderdomspensioen.
Nabestaandenpensioen uitruilen voor ouderdomspensioen
Op het moment dat u met pensioen gaat, kunt u ervoor kiezen (een deel van) het nabestaandenpensioen uit te ruilen voor een hoger ouderdomspensioen. Het pensioenfonds heeft hiervoor de schriftelijke toestemming van uw partner nodig, vastgelegd in een notariële akte. Hebt u deze keuze gemaakt, dan kunt u er later niet meer op terugkomen. Als u geen partner (meer) heeft, kunt u het nabestaandenpensioen dat werd opgebouwd buiten de periode van huwelijk of samenwoning, uitruilen tegen een hoger ouderdomspensioen.
Na uw 60ste met pensioen gaan
De standaard pensioenleeftijd is 60 jaar. Maar als u dat wilt, kunt u ook later met pensioen gaan. Zowel LOP als TOP zullen dan stijgen vanwege oprenting. Voor doorwerken na leeftijd 65 is toestemming van de werkgever nodig, reglementair dient u uiterlijk op leeftijd 67 met pensioen te gaan.
Stichting Pensioenfonds “Protector”
januari 2007
26
Bijlage 1 De overheid
De overheid heeft bepaald dat we bepaalde teksten in onze brochure moeten opnemen. Die gaan over de eventuele opbouw van extra pensioen over dienstjaren in het verleden en over de toeslagen op ingegane en slapende pensioenen.
Extra pensioenopbouw over dienstjaren in het verleden De overheid zegt hierover het volgende:
Het pensioen dat voor u zal worden ingekocht, omdat u in het verleden gedurende uw dienstbetrekking(en) een of meer perioden hebt gehad waarin minder pensioen is opgebouwd dan op grond van de fiscale regelgeving mogelijk is, wordt pas opgebouwd op het moment dat en voor zover de toegezegde aanspraken zijn gefinancierd. Wanneer uw deelname aan de pensioenregeling eindigt voordat deze aanspraken (volledig) zijn gefinancierd, hebt u alleen recht op het op dat moment gefinancierde en opgebouwde deel van deze pensioenaanspraken. Indien bij beëindiging van de deelname aan de pensioenregeling nog geen toegezegd pensioen over verstreken dienstjaren voor u is ingekocht en opgebouwd, hebt u dus ook geen recht op dit deel van uw toezegging. Als aan u is toegezegd dat pensioenaanspraken over verstreken dienstjaren worden ingekocht, dan moeten deze uiterlijk binnen vijftien jaar nadat de toezegging is gedaan, zijn gefinancierd. Wanneer u binnen die vijftien jaar met pensioen zou gaan, moeten de in te kopen pensioenaanspraken al eerder zijn gefinancierd, namelijk uiterlijk op het moment van uw pensionering. Een eenmaal gedane toezegging tot inkoop van aanspraken over het verleden kan in beginsel niet worden ingetrokken of gewijzigd.
Indexatie
Indexatie is de aanpassing van pensioen aan hogere prijzen. Wat de indexatie voor uw pensioen betekent legden wij al uit op bladzijde 5 van deze brochure. De overheid zegt hierover het volgende: Het is niet zeker of en in hoeverre in de toekomst wordt geïndexeerd. Er is geen geld gereserveerd voor toekomstige indexaties.
Pensioenregeling voor medewerkers geboren voor 1 januari 1950
27
Bijlage 2 Trefwoordenregister: Anw AOW Arbeidsongeschikt Beleggingsbeleid Duurtetoeslag Echtscheiding Eerder stoppen met werken Eindloonregeling Facultatief nabestaandenpensioen Franchise Hoog/laag constructie Jaarsalaris Langer doorwerken Levenslang ouderdomspensioen Levensloopregeling Nabestaandenpensioen Opbouwpercentage Oprenting Overlijden Parttime werken Pensioen aanvragen Pensioenfonds Protector Pensioengrondslag Pensionering Ploegendienst pensioen Ploegfactor Aanvullend nabestaandenpensioen Tijdelijk ouderdomspensioen Uitdiensttreding Uitruil pensioen Waardeoverdracht WAO- of WIA uitkering Werkloos Wezenpensioen
Stichting Pensioenfonds “Protector”
22 7 23 6 5 24 22 9 17 13 25 9 25 13 26 17 13 14 17 16 25 8 13 15 15 13 17 14 23 25 9 23 23 17
januari 2007
28
Bijlage 3 Definities: Anw
Afkorting voor de Algemene nabestaandenwet. De Anw heeft vanaf 1 juli 1996 de AWW vervangen. Het is een volksverzekering, die geldt voor alle ingezetenen van Nederland en degenen die in dienst zijn van een Nederlandse werkgever. De Anw voorziet in uitkeringen bij overlijden van een verzekerde aan de man of vrouw met wie de verzekerde was gehuwd of ongehuwd samenwoonde. Tevens kent de Anw een uitkering voor de exechtgeno(o)t(e) ten opzichte van wie de overleden verzekerde een alimentatieplicht had, en voor kinderen die door het overlijden van een verzekerde ouderloos zijn geworden. Het recht op een Anw-uitkering (met uitzondering van de uitkering voor wezen) is afhankelijk van leeftijd, gezinssamenstelling en mate van arbeids(on)geschiktheid van de nabestaande. Een eventueel eigen inkomen is van invloed op de hoogte van de Anw-uitkering.
AOW
Afkorting voor de Algemene Ouderdomswet. Het is een volksverzekering, die geldt voor alle ingezetenen van Nederland en voor degenen die in dienst zijn van een Nederlandse werkgever. De uitkeringen gaan in op de eerste dag van de maand waarin de verzekerde 65 jaar wordt. De hoogte van de uitkeringen is niet afhankelijk van het loon dat gedurende een eventuele loopbaan is verdiend, maar is afhankelijk van de burgerlijke staat en de gezinssituatie waarin de verzekerde verkeert.
Arbeidsongeschiktheidspensioen
Deze pensioenvorm voorziet in uitkeringen bij arbeidsongeschiktheid. Vaak fungeren deze als aanvulling op de uitkeringen krachtens de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering. Arbeidsongeschiktheidspensioen eindigt uiterlijk op de pensioenleeftijd.
Bestuurssamenstelling pensioenfonds
In het bestuur van een ondernemingspensioenfonds moeten de vertegenwoordigers van de deelnemende werknemers ten minste evenveel zetels bezetten als de vertegenwoordigers van de werkgever. Het bestuur van een ondernemingspensioenfonds moet dus ten minste paritair zijn samengesteld: vertegenwoordigers van de werknemers mogen méér zetels bezetten dan de vertegenwoordigers van de werkgever, maar dat is geen verplichting. Vertegenwoordigers van de deelnemers moeten in het bestuur van elk pensioenfonds zijn gekozen door alle deelnemers. Bovendien mogen de statuten en reglementen van pensioenfondsen nooit bepalingen bevatten, die het bestuurslidmaatschap onbereikbaar maken voor gewezen deelnemers. Deze bepalingen over de samenstelling van besturen van pensioenfondsen zijn opgenomen in de Pensioenwet. Op grond van de Pensioenwet moeten alle (her)benoemde bestuursleden worden getoetst op deskundigheid en betrouwbaarheid. Wat onder deskundig en betrouwbaar dient te worden verstaan is door de Nederlandsche Bank nader uitgewerkt in de regeling ‘Beleidsregels beleidsbepaling en toetsing pensioenfondsen’.
Bijzonder weduwen- en weduwnaarspensioen
Indien het huwelijk of geregistreerd partnerschap van een (gewezen) deelnemer aan een pensioenregeling eindigt, ontvangt de gewezen echtgenoot of partner een premievrije aanspraak op weduwenof weduwnaarspensioen. Dit volgt uit een artikel uit de Pensioenwet. Zo’n pensioenaanspraak wordt in de praktijk meestal aangeduid met de term bijzonder weduwen- of weduwnaarspensioen. Het artikel is van regelend recht; de (ex-)partners kunnen desgewenst een afwijkende regeling overeenkomen.
Pensioenregeling voor medewerkers geboren voor 1 januari 1950
29
Conversie
Omzetting van pensioenaanspraken in andere pensioenaanspraken. Conversie kan bijvoorbeeld plaatsvinden na het maken van een keuze tussen nabestaandenpensioen en een hoger of eerder ingaand ouderdomspensioen. Verder is mogelijk een conversie zoals bedoeld in de Wet verevening pensioenrechten bij scheiding. Bij deze vorm van conversie wijzigt naast de aard van de pensioenaanspraken, ook de persoon van de verzekerde. Daarbij wordt de contante waarde van de helft van het ouderdomspensioen dat tijdens het huwelijk is opgebouwd, en de contante waarde van het bijzonder nabestaandenpensioen omgezet in een aanspraak op ouderdomspensioen voor de ex-partner of exechtgenote.
Deelnemer
De Pensioenwet definieert een deelnemer als een persoon, ten bate van wie gelden in een pensioenfonds worden bijeengebracht. In een meer algemene definitie zijn deelnemers de personen die deelnemen aan een pensioenregeling en die op grond daarvan aanspraken op ouderdomspensioen verwerven. Zo’n pensioenregeling kan worden uitgevoerd door een pensioenfonds of een levensverzekeraar.
Deelnemersjaren
De jaren die een werknemer heeft doorgebracht als deelnemer aan een pensioenregeling. Dit zijn de dienstjaren die meetellen voor de opbouw van pensioen.
Deeltijdpensioen
Een vorm van (vervroegde) pensionering, waarbij de werknemer voor een gedeelte de werkzaamheid staakt onder gelijktijdige ingang van een gedeelte van het pensioen en voor een gedeelte blijft werken en pensioen blijft opbouwen.
De Nederlandsche Bank
Orgaan dat (prudentieel) toezicht houdt op financiële instellingen. na de fusie in 2004 van De Nederlandsche Bank met de Pensioen- & Verzekeringskamer vallen hier ook pensioenfondsen en verzekeraars onder. Het gedragstoezicht wordt uitgevoerd door de Autoriteit Financiele Markten.
Doorsneepremie
Voor alle deelnemers aan een pensioenregeling is deze premie een gelijk percentage van het salaris of van de pensioengrondslag. Bij de berekening van dit percentage wordt het totaal van individueel berekende pensioenkosten van de deelnemers uitgedrukt als een percentage van de totale loonsom of als een percentage van de som van alle pensioengrondslagen. Iedereen betaalt dit percentage als pensioenpremie, waardoor geslacht, leeftijd en burgerlijke staat geen rol meer spelen. De term “doorsneepremie” wordt alleen gebruikt bij de financiering van collectieve pensioenregelingen.
Toeslag
Een toeslag kan jaarlijks op 1 april worden toegekend. De duurtoeslag kan maximaal 90% van de inflatie van het voorgaande kalenderjaar bedragen met een maximum van de algemene loonronde voor de actieve medewerkers. Binnen deze grenzen rekent het bestuur van het pensioenfonds jaarlijks uit hoeveel de duurtetoeslag aan extra kapitaal in het pensioenfonds kost en informeert de Toegetreden Ondernemingen daarover. Als de TO bereid zijn dat bedrag in de vorm van een extra premie te storten, kan het bestuur besluiten tot toekennen van de toeslag. De toeslag is voorwaardelijk, d.w.z. het is geen recht en het is niet zeker of het altijd kan.
Eindloonregeling
Pensioenregeling waarin de hoogte van het (behaalbare) ouderdomspensioen afhangt van het salaris dat de deelnemer direct voorafgaand aan de pensioendatum verdient.
Stichting Pensioenfonds “Protector”
januari 2007
30
Flexibele pensionering
Van flexibele pensionering is sprake wanneer een pensioenregeling aan deelnemers de mogelijkheid biedt om –binnen bepaalde grenzen– zelf de pensioeningangsdatum te kiezen.
Franchise
In veel pensioenregelingen is een bepaald drempelbedrag opgenomen, waarover geen pensioen opbouw plaatsvindt. Dit bedrag krijgt de naam “franchise”. De hoogte van de franchise is veelal afgeleid uit de hoogte van AOW-uitkeringen.
FVP-regeling
Deze regeling stelt onvrijwillig werkloze werknemers in staat om hun pensioenregeling tijdens de werkloosheidsperiode voort te zetten. Werknemers, die met ingang van 1 januari 2009 WW-gerechtigd worden, komen niet meer in aanmerking voor een bijdrage uit de FVP-regeling.
Hoog/laag-constructie
Constructie van variabele uitkeringshoogtes van het pensioen, waarbij het pensioen dat een deelnemer vanaf de pensioendatum ontvangt wordt omgezet in een pensioen dat eerst hoger en daarna lager is dan het reglementaire pensioen, of omgekeerd. Op grond van fiscale wetgeving is een variatie tussen de hoogste en de laagste uitkering van maximaal 100:75 toegestaan.
Keuzemogelijkheid
In pensioenregelingen waarin voor gehuwden een nabestaandenpensioen wordt opgebouwd, is een keuzemogelijkheid opgenomen tussen enerzijds (een deel van) het opgebouwde nabestaandenpensioen en anderzijds een hoger of eerder ingaand ouderdomspensioen. Deze keuzemogelijkheid moet openstaan voor iedere deelnemer, ongeacht de burgerlijke staat.
Nabestaandenpensioen
Verzamelnaam voor weduwen-, weduwnaars- en partnerpensioen, soms ook voor wezenpensioen.
Ouderdomspensioen
Pensioen, bestemd voor de levenslange financiële verzorging van de gerechtigde, nadat deze de in de pensioenregeling omschreven pensioenleeftijd heeft bereikt.
Tijdelijk ouderdomspensioen
In het pensioenreglement voor de deelnemers geboren vóór 1 januari 1950 en in dienst op 31 december 2005 bestaat de mogelijkheid om vóór de 65e verjaardag met pensioen te gaan. In de periode tussen de desbetreffende pensioenleeftijd en de 65e verjaardag ontvangt de gepensioneerde nog geen AOWuitkering. Personen die jonger zijn dan 65 jaar, zijn bovendien verplicht bepaalde sociale verzekeringspremies te betalen, zoals de AOW-premie, die na de 65e verjaardag niet meer verschuldigd zijn. Om het inkomensverschil in de periode vóór de 65e verjaardag te overbruggen, bevat de pensioenregeling een Tijdelijk ouderdomspensioen.
Pensioendatum
De leeftijd waarop krachtens de pensioenregeling het ouderdomspensioen ingaat.
Pensioengrondslag
Het gedeelte van het loon, dat de grondslag vormt voor de pensioenopbouw van een deelnemer.
Pensioensalaris
Term waarmee in loonafhankelijke pensioenregelingen wordt aangegeven welke elementen in de totale beloning van een deelnemer meetellen bij het bepalen van de op te bouwen pensioenaanspraken.
Jaarrekening 2005
31
Pensioenverevening
Verdeling van het tijdens het huwelijk opgebouwde ouderdomspensioen in geval van scheiding, zoals bedoeld in de Wet verevening pensioenrechten bij scheiding.
Tijdelijk nabestaandenpensioen
Een tijdelijke verhoging van het nabestaandenpensioen, die doorgaans eindigt op de 65ste verjaardag van de gerechtigde. Na die verjaardag geldt voor de gerechtigde een lager belastingtarief en bovendien hoeven dan geen premies voor sociale verzekeringen meer te worden betaald. Het tijdelijk nabestaandenpensioen is veelal bedoeld om tot 65 jaar de inkomenseffecten van het hogere belastingtarief en de premieplicht op te vangen alsmede het eventueel ontbreken van een uitkering op grond van de Anw.
Stichting Pensioenfonds “Protector”
januari 2007
Hebt U nog vragen?
Voor meer informatie over uw pensioen kunt u terecht bij onze servicedesk. U kunt ons op werkdagen bereiken van 08.30 uur tot 17.00 uur op telefoonnummer 020 - 607 2718. Schrijven kan ook. Het adres is: PVF Achmea Stichting Pensioenfonds “Protector” Postbus 9251 1006 AG Amsterdam Bovendien zijn we te bereiken via e-mail. Dit adres is
[email protected]