Uw kind wordt opgenomen in het ziekenhuis
Uw kind wordt opgenomen op een van de verpleegafdelingen van het Amalia kinderziekenhuis. Het kinderziekenhuis is onderdeel van het Radboudumc. In het Radboudumc Amalia kinderziekenhuis werken 25 specialismen samen om goede zorg te bieden aan kinderen. De meeste van deze specialismen zijn in het gebouw Vrouw en Kind. Als uw kind wordt opgenomen, komt het op een van de verpleegafdelingen van het Amalia kinderziekenhuis: Verpleegafdeling De Zon. Deze afdeling is er speciaal voor zorg aan pasgeborenen. Verpleegafdeling Medium Care voor kinderen. Deze verpleegafdeling bestaat uit Q2 Strand, Q2 Zee en Q3 Vuurtoren (Short Stay).
• •
Het Amalia kinderziekenhuis heeft een eigen website: www.amaliakinderziekenhuis.nl. Op deze website vindt u alle informatie die belangrijk is als uw kind wordt opgenomen in het ziekenhuis. U vindt deze informatie onder de knop ‘ouders en verzorgers’. U vindt hier ook folders over diverse ziektebeelden en behandelingen.
1
Voordat uw kind wordt opgenomen Wanneer u weet dat uw kind wordt opgenomen in het ziekenhuis, is het goed om uw kind voor te bereiden. Meestal wordt u een paar dagen voor de opnamedag gebeld door een medewerker van het ziekenhuis. U hoort dan op welke afdeling u moet zijn met uw kind, wanneer en hoe laat. De medewerker van het ziekenhuis vertelt u ook of uw kind nuchter moet zijn op de dag dat het naar het ziekenhuis gaat. De medewerker van het ziekenhuis legt uit tot hoe laat uw kind iets mag eten of drinken. Spoedopname Soms moet uw kind meteen worden opgenomen in het ziekenhuis. U heeft dan geen tijd gehad om uw kind voor te bereiden op de opname in het ziekenhuis. Het is dan extra belangrijk om in het ziekenhuis met uw kind te praten over wat er gebeurt en hoe uw kind zich voelt. Wilt u hier meer over weten? Overleg dan met de pedagogisch medewerker van de verpleegafdeling. U kunt zelf het beste aan uw kind uitleggen waarom hij of zij naar het ziekenhuis moet. En wat daar allemaal gaat gebeuren. U weet als geen ander wat uw kind begrijpt en aankan. Als het kan, pak dan samen met uw kind de tas of koffer in. Ondertussen kunt u dan samen bespreken wat er allemaal gaat gebeuren tijdens de opname in het ziekenhuis.
Tips
•
• •
Wacht niet tot vlak voor de opname met voorbereiden. Begin ook weer niet te vroeg. Bij jonge kinderen doet u dat een paar dagen van tevoren. Zorg in ieder geval dat uw kind tijd heeft om de informatie even te verwerken, misschien wat vragen te bedenken/stellen. Vertel daarom niet alles in één keer, maar kom er een paar keer op terug. Vertel uw kind waarom hij of zij naar het ziekenhuis moet en hoe het er allemaal aan toegaat. Vertel alleen wat uw kind bewust gaat meemaken. Leg alles zo eenvoudig mogelijk uit, maar wees wel eerlijk. Kleine kinderen begrijpen een ziekenhuisopname beter als u er een spel van maakt. bijvoorbeeld door samen te spelen (bijvoorbeeld met dokterskof-
2
• • • • •
fertje, pop of knuffel), te tekenen of een boekje over het ziekenhuis te lezen. Zo komt u erachter hoe uw kind over de opname denkt en kunt u fantasieën bijsturen als dat nodig is. U kunt ook samen een (prenten)boek lezen over het ziekenhuis. Vertel uw kind dat hij pijn of verdriet kan hebben. Maar praat ook over de leuke dingen in het ziekenhuis. Uw kind kan bijvoorbeeld spelen met andere kinderen, knutselen of internetten. Betrek bij de voorbereiding ook broertjes en/of zusjes. Zeg uw kind dat het na de opname weer naar huis komt. Leg samen alvast thuis de kleren klaar die hij of zij kan aantrekken bij thuiskomst. Vertel uw kind dat u slingers ophangt als uw kind thuiskomt. Want het is dan een beetje feest.
Om samen te lezen
Op de website van het Amalia kinderziekenhuis (www.amaliakinderziekenhuis.nl.) staat een lijstje met boeken die u samen met uw kind kunt lezen. U vindt het boekenlijstje onder de knop ‘ouders en verzorgers’ en dan onder ‘voorbereiding’.
3
Meenemen
Belangrijk: Voordat u met uw kind naar de polikliniek of de afdeling gaat, moet u uw kind inschrijven bij de centrale inschrijfbalie. De centrale inschrijfbalie is bij de hoofdingang en bij ingang oost. Een geldig identiteitsbewijs van uzelf (paspoort, rijbewijs of identiteitskaart) Verzekeringspas van uw kind Een geldig identiteitsbewijs (paspoort of identiteitskaart) voor uw kind Let op: Ouders moeten voor hun kind een geldig identiteitsbewijs hebben, als ze naar het ziekenhuis gaan. Als u zelf een geldig paspoort hebt, waarin uw kind nog is bijgeschreven, is dat voldoende. Als uw paspoort verloopt, moet u voor uw kind een eigen identiteitsbewijs aanvragen. Zorg ervoor dat u dit hebt geregeld, voordat uw kind in het ziekenhuis wordt opgenomen. Het medicatieoverzicht dat u van uw apotheek heeft gekregen voor uw kind Alle medicijnen die uw kind gebruikt. Neem de medicijnen in de originele verpakking mee Nachtkleding* Voldoende (gewone) kleding voor overdag: overdag dragen de kinderen meestal geen pyjama of nachthemd Ondergoed
• • •
• • • • •
4
• • • •
Tandenborstel (met naam van uw kind erop), tandpasta, shampoo, zeep, deodorant, kam of borstel, eventueel haargel Knuffel en/of lievelingsspeelgoed Eventueel een laptop, tablet of mobiele telefoon; het ziekenhuis heeft Wifi. Na een operatie mag u een tablet meenemen naar de verkoeverkamer. Dit kan een prettige afleiding zijn om uw kind rustig wakker te laten worden. Eventueel een favoriet spel voor X-box en Wii spelcomputer
*: Blijft u zelf ook slapen in het ziekenhuis? Dan verwachten wij dat u gepaste nachtkleding draagt. Flesvoeding Krijgt uw kind flesvoeding? Neem dan geen flessen en spenen van thuis mee. Uw kind drinkt in het ziekenhuis uit een steriele fles en speen. Het ziekenhuis zorgt hiervoor. U kunt kiezen uit acht verschillende spenen.
Besmettelijke ziekten
Is er thuis, in de buurt, op school of ergens anders in de omgeving van uw kind een besmettelijke (kinder)ziekte en is uw kind hiermee in aanraking gekomen? Waterpokken bijvoorbeeld? Bel dan met de verpleegafdeling waar uw kind moet worden opgenomen. De arts beslist dan of de opname door kan gaan. MRSA besmetting Bent u in de afgelopen twee maanden in een buitenlands ziekenhuis opgenomen geweest? Of bent u behandeld op een spoedeisende hulp? Woont of werkt u op een bedrijf waar levende varkens of vleeskalveren worden gehouden? U bent dan misschien besmet met de MRSA bacterie. Uw kind kan dan ook besmet zijn met deze bacterie. De MRSA bacterie komt voor in buitenlandse ziekenhuizen en varkenshouderijen en vleeskalverenhouderijen. Deze bacterie reageert niet meer op veel antibiotica (is resistent).
• •
Het ziekenhuis wil voorkomen dat u anderen besmet met deze bacterie. Bel daarom met de verpleegafdeling waar uw kind wordt opgenomen.
5
De opnamedag Melden op de afdeling
Op de dag van de opname komt u met uw kind op de afgesproken tijd naar de verpleegafdeling. Als u daar bent, meldt u zich bij de balie. Soms moet u daar even wachten tot een verpleegkundige u en uw kind meeneemt naar de kamer. Let op: het is ongeveer tien minuten lopen vanaf de parkeergarage bij de hoofdingang naar de verpleegafdelingen.
Naar de kamer
Meestal liggen er meer kinderen op een kamer. Dat zijn er niet meer dan vier. Wij vinden het belangrijk dat kinderen van dezelfde leeftijd zo veel mogelijk bij elkaar liggen. Als het voor uw kind nodig is dat het een eigen kamer krijgt, dan zal de verpleegkundige dat aan u uitleggen. Isolatie verpleging Soms is het nodig dat uw kind in isolatie wordt verpleegd. Uw kind gaat dan naar een speciale sluiskamer. Dit is dan nodig omdat uw kind beschermd moet worden tegen ziektekiemen van andere kinderen of omdat uw kind zelf besmettelijk is voor andere kinderen. Is dit nodig? Dan legt de verpleegkundige u uit waarom dit is en hoe het werkt.
Opnamegesprek
Als u op de afdeling bent, hebt u eerst een gesprek met de verpleegkundige. Uw kind is hier bij. Dit is het opnamegesprek. De verpleegkundige neemt een aantal gegevens met u door. U kunt dan ook vertellen wat de eet- en slaapgewoonten van uw kind zijn. U kunt alle dingen bespreken waarvan u denkt dat ze belangrijk zijn. De verpleegkundige kan hiermee rekening houden tijdens de opname. Vanaf 12 jaar is uw kind wilsbekwaam en richt de verpleegkundige zich in het gesprek tot uw kind.
6
Identificatiebandje Uw kind krijgt een identificatiebandje om de pols. Dit is misschien wat ongemakkelijk of onwennig. Maar het bandje is nodig om altijd te weten wie de patiënt is. Bijvoorbeeld op de operatiekamer, bij bloedafname en bij toedienen van medicijnen.
Lichamelijk onderzoek
Op de opnamedag komt de behandelend arts bij u en uw kind langs. De arts vertelt over de behandeling en beantwoordt uw vragen. Uw kind krijgt ook een lichamelijk onderzoek. Als uw kind wordt geopereerd, praat u ook met de chirurg en/of de verpleegkundig specialist. U en uw kind krijgen een rondleiding over de afdeling.
7
Verblijf in het ziekenhuis Bij uw kind zijn
U mag net zo vaak en veel bij uw kind zijn als u wilt. Ouders en verzorgers zijn geen bezoek. U bent belangrijk voor uw kind. En daarom bent u ook belangrijk voor ons. De beste zorg voor uw kind bieden we samen. U kunt uw kind wassen, aankleden, helpen met eten en meegaan naar (de meeste) onderzoeken. U kunt de dingen doen die u thuis ook doet voor uw kind. Het ziekenhuis werkt daaraan mee. Met de verpleegkundige maakt u afspraken over wanneer u bij uw kind bent. En hoe u voor uw kind zorgt. Misschien kunt u zelf niet bij uw kind zijn. Dan kan een verpleegkundige of pedagogisch medewerker uw kind begeleiden. Bijvoorbeeld door mee te gaan naar onderzoeken. Natuurlijk zijn er wel regels in het ziekenhuis, waar u rekening mee moet houden. De verpleegkundige vertelt u hier alles over. Rusttijd Van 12.30 tot 14.00 uur is het rusttijd voor de kinderen op de afdeling. Wij vinden rust op de afdeling belangrijk en hopen dat u hier rekening mee houdt. Tijdens de rusttijd zijn er, als dat kan, even geen behandelingen op de afdeling. Zo blijft het zo rustig mogelijk. Eerst verantwoordelijke verpleegkundige Als uw kind langere tijd in het ziekenhuis moet blijven, wijzen we een verpleegkundige aan als eerst verantwoordelijke verpleegkundige (EVV). De EVV helpt bij het plannen, coördineren en evalueren van de zorg. De EVV is er ook om u te helpen; De EVV houdt regelmatig tussentijdse evaluaties. In deze gesprekken kunt u afspraken maken over de verpleegkundige zorg. U kunt ook problemen of ideeën over de zorg met de EVV bespreken. De afspraken die u maakt met de EVV komen in het verpleegkundig dossier van uw kind te staan. De EVV is altijd op de hoogte van de situatie van u en uw kind.
• • •
8
Hoofdbehandelaar Uw kind wordt behandeld door verschillende artsen en verpleegkundigen. Eén arts is de hoofdbehandelaar van uw kind. Hij of zij is eindverantwoordelijk voor de zorg aan uw kind en overlegt met alle partijen die betrokken zijn bij de behandeling. Bij het bed van uw kind hangt een bord met de naam en een foto van de hoofdbehandelaar. Wilt u of uw kind een gesprek met deze arts? Dan kunt u dit laten weten aan de verpleegkundige. Het Medical Emergency Team (MET) Wanneer u ervaart dat de situatie van uw kind verslechtert, kunt u dit kenbaar maken aan de verpleegkundige of de afdelingsarts. Zij kunnen, als dat nodig is, het Medical Emergency Team (MET) inschakelen. Het MET-team bestaat uit een Intensive Care-arts en een Intensive-Care verpleegkundige. Zij komen naar de verpleegafdeling waar uw kind op dat moment verpleegd wordt. Samen met de afdelingsarts en de afdelingsverpleegkundige beoordelen zij de situatie van uw kind. Door veranderingen in de toestand van uw kind vroegtijdig te herkennen en te behandelen, proberen we te voorkomen dat uw kind in een levensbedreigende situatie komt. Overnachten bij uw kind
Als het voor u en uw kind belangrijk is, kunt u blijven slapen in het ziekenhuis. Dit is belangrijk om te weten:
9
• •
Er kan één ouder blijven slapen. U kunt slapen in een opklapbed/stretcher naast het bed van uw kind. Wilt u dit bed opmaken voordat uw kind gaat slapen? En het ook weer opruimen voor 08.00 uur ’s morgens? Dit betekent dat u vóór 08.00 uur opstaat en doucht. U kunt de badkamer van de kamer van uw kind gebruiken. Dit kan tussen 18.00 uur ’s avonds en 08.00 uur ’s morgens. Er is ook een aparte doucheruimte. U kunt overdag naar het toilet op de gang gaan. ’s Nachts kunt u het toilet op de kamer van uw kind gebruiken. U krijgt ontbijt op de kamer. Koffie en thee kunt u in de huiskamer halen. Als u een warme maaltijd wilt gebruiken, kunt u die op de afdeling bestellen. De andere ouder en broers en zussen kunnen overnachten in het Ronald McDonald Huis. Op de website van het Radboudumc leest u meer over de voorzieningen in het ziekenhuis. Bijvoorbeeld waar en wanneer u kunt eten in het ziekenhuis.
• • •
Weggaan
Het is belangrijk dat uw kind weet wanneer u bij hem of haar in het ziekenhuis bent. Voor uw kind kan het moeilijk zijn als u weggaat, vooral de eerste dag. Zo kunt u het weggaan makkelijker maken voor uw kind: Kondig uw vertrek een paar minuten van tevoren aan. Vertel dat u zeker terugkomt. Vertel zo precies mogelijk wanneer u weer komt. Het is belangrijk dat u zich ook aan deze afspraak houdt. Lang treuzelen maakt het afscheid moeilijk, probeer dat niet te doen.
• • •
Misschien vindt uw kind het fijn als iemand van de afdeling even bij hem of haar komt. Vraag dat gerust. Ook voor de verpleegkundige is het fijn om te weten wanneer u weer terugkomt. Hij of zij kan hier de zorg voor uw kind op aanpassen.
Bezoek
U mag de hele dag bij uw kind zijn. Ook broertjes en zusjes zijn de hele dag welkom. Voor familie, vrienden en kennissen gelden deze bezoektijden:
10
Maandag t/m vrijdag: van 14.30 tot 20.00 uur Zaterdag en zondag: van 10.00 tot 12.00 uur en van 14.00 tot 20.00 uur. Kan het bezoek niet tijdens de bezoektijden komen? Overleg dan met de verpleegkundige of zij eventueel op een andere tijd mogen komen. Wij verwachten dat het bezoek met u overlegt over wanneer en met hoeveel mensen zij komen. Kinderen mogen alleen op bezoek komen, als er een volwassene bij is. Er mogen niet meer dan twee of drie mensen tegelijk bij uw kind op bezoek zijn. Anders is het misschien te druk.
Ander gedrag
Het kan zijn dat uw kind zich tijdens de opname in het ziekenhuis anders gedraagt dan thuis. Dit kan voor u erg verwarrend zijn. Uw kind kan bijvoorbeeld heel boos op u reageren of niets van u willen weten. Probeer het te begrijpen en accepteren. Bijna altijd is dit andere gedrag tijdelijk. Wilt u hierover praten? Dan kan dat natuurlijk. U kunt dit bespreken met de pedagogisch medewerker van de afdeling.
Veiligheid
Wij bieden uw kind een zo veilig mogelijke omgeving. Daarom werken we in het ziekenhuis met regels voor de veiligheid. Wilt u daar rekening mee houden? Veiligheidsregels Blijft u slapen bij uw kind? Berg dan uw eigen toiletartikelen goed op. U kunt tijdens het opnamegesprek aan de verpleegkundige vertellen wat u belangrijk vindt voor de veiligheid van uw kind. En wat u thuis doet voor de veiligheid van uw kind. Wij houden hier zoveel mogelijk rekening mee in de zorg voor uw kind. Vindt u toch dat er op de verpleegafdeling onveilige situaties zijn? Bespreek dit dan met de verpleegkundige. Wilt u erop letten dat de kinderen waar u verantwoordelijk voor bent, altijd met een volwassene zijn in het ziekenhuis? Buiten de verpleegafdeling zijn er situaties die onveilig kunnen zijn voor kinderen. Zorg ervoor dat kinderen niet alleen op de gang lopen, of in ruimten komen die niet geschikt zijn voor kinderen.
• •
•
11
•
Wilt u in verband met de hygiëne uw handen desinfecteren met alcohol bij het betreden en verlaten van de kamer van uw kind?
Veiligheidsvoorzieningen De deuren naar de verpleegafdeling zijn beveiligd. U opent de deuren vanaf de hal of loopbrug naar de verpleegafdelingen door op een vierkante knop te drukken. Deze knop hangt op ooghoogte. Vanaf 23.00 uur kan deze deur alleen nog vanaf de afdeling geopend worden. Hiervoor kunt u aanbellen met de intercom. U krijgt dan verbinding met de verpleegkundige die toezicht heeft op de deur met een camera. Hij of zij opent de deur voor u. Nooduitgangen zijn met bordjes aangegeven. De nooduitgangen vindt u achter de rode deuren. De nooduitgangen komen uit op een trappenhuis.
•
•
Voeding
Bij goede zorg hoort een goede voeding. De voedingsassistenten zorgen hiervoor. Heeft uw kind iets nodig? Dan kunt u dit vragen aan de voedingsassistenten of de verpleegkundige. Uw kind eet op de kamer. Een paar keer per dag komt de voedingsassistent bij uw kind aan bed. ’s Morgens en tussen de middag krijgt uw kind van de voedingsassistent een broodmaaltijd uit de broodbuffetwagen. Uw kind kan kiezen wat hij of zij wil eten. ’s Avonds krijgt uw kind een warme maaltijd. Uw kind kan kiezen uit een aantal gerechten op de menukaart. Heeft uw kind een speciaal dieet? Dan is de menukaart hierop aangepast. Uw kind kan ook vegetarisch eten. Of een aangepaste maaltijd kiezen die past bij uw geloof. Bij goede zorg hoort óók een goede hygiëne. Ouders, patiënten en bezoek mogen daarom niet in de afdelingskeuken komen. De koelkast in de afdelingskeuken is alleen bedoeld voor voedingsmiddelen van het ziekenhuis. Wilt u flesvoeding geven aan uw kind? Overleg dit dan met de verpleegkundige of met de voedingsassistent. Geeft u borstvoeding? U kunt de gekolfde melk bij de afdelingskeuken afgeven. Zorg ervoor dat de naam van uw kind en datum erop staan. Op de afdeling is ook een kolfapparaat.
12
Wilt u het serviesgoed, glazen en bestek van de afdeling na gebruik afgeven bij de afdelingskeuken?
Begeleiding Pedagogisch medewerker De pedagogisch medewerkers zijn speciaal opgeleid om kinderen te begeleiden tijdens de opname in het ziekenhuis. De pedagogisch medewerker bereidt uw kind voor op het onderzoek en de behandeling. Dat doet hij of zij in overleg met de verpleegkundige en u. Ook observeert de pedagogisch medewerker uw kind. Hij of zij bespreekt dit in het behandelingsteam. Ook wordt dit met u besproken. De pedagogisch medewerker kan indien nodig contact hebben met de psycholoog. Aan de pedagogisch medewerker kunt u ook vragen stellen over het gedrag van uw kind. Ook kunt u bespreken welk speelgoed op de afdeling geschikt is voor uw kind.
13
Dienst geestelijke verzorging en Pastoraat Opname in het ziekenhuis kan voor uw kind en voor u en uw gezin zwaar zijn. Als u dit wilt, kunt u hierover praten met een geestelijk verzorger van de dienst Geestelijke Verzorging en Pastoraat van het ziekenhuis. U kunt zelf contact met de geestelijk verzorger opnemen. Ook kunt u dit aan de artsen of verpleegkundigen vragen. Het telefoonnummer is (024) 361 33 20. Paramedische zorg Als het nodig is, kan de behandelend arts ook een fysiotherapeut, ergotherapeut of (pré)logopedist vragen om uw kind te behandelen. Dit kan eventueel doorgaan, als uw kind weer thuis is. Er gaat veel tijd en aandacht naar een kind in het ziekenhuis. Dat kan moeilijk zijn voor de rest van het gezin. Misschien heeft u of uw gezin hierbij hulp nodig van een maatschappelijk werker, psycholoog of orthopedagoog. De verpleegkundige kan dit voor u regelen. Ook kunt u zelf contact opnemen. Er zijn ook ouderverenigingen die u kunnen helpen. Bijvoorbeeld de vereniging Kind en Ziekenhuis.
Telefoon, televisie en internet
In het ziekenhuis mag u mobiel bellen. Houd hierbij rekening met anderen. Zorg dat u hen niet stoort. Wij vragen u om uw telefoon op de trilstand zet als u op de afdeling bent. Ieder kind heeft televisie, telefoon en een internetaansluiting via de multimediaterminal bij het bed. Bellen naar vaste nummers in Nederland is gratis. Bellen naar mobiele, internationale en 0900-servicenummers is niet gratis. Internet en televisie zijn ook gratis. Op de informatiekaart bij het bed leest u meer over aanvragen en kosten.
14
Post
Uw kind kan post ontvangen. Post voor uw kind kan naar dit adres: Amalia kinderziekenhuis Naam en achternaam van uw kind Afdeling + kamernummer Postbus 9101 6500 HB Nijmegen
Spel en ontspanning
In de tijd dat uw kind in het ziekenhuis ligt, zijn er genoeg leuke dingen te beleven. Op de website van het Amalia kinderziekenhuis, onder het kopje ‘Wat is er te beleven’ staat wat uw kind allemaal kan doen in het ziekenhuis. Speelgoed Het meeste speelgoed op de afdeling wordt bewaard in een afgesloten kast. Zo voorkomen we dat het speelgoed kwijtraakt. Ook kunnen kleine kinderen dan niet bij speelgoed dat gevaarlijk voor hen is. U kunt altijd de sleutel van de kast krijgen van de pedagogisch medewerker of de verpleegkundige. Het is wel belangrijk dat u het speelgoed na gebruik weer opbergt in de kast en de kast op slot doet.
15
Dakterras Bij mooi weer mag uw kind op het dakterras. Ook broertjes en zusjes mogen hier spelen. Dit is op de tweede verdieping van het gebouw Vrouw en Kind. Daar moet wel een volwassene bij zijn. Hier kunnen zij de hele dag spelen, behalve tijdens het rustuur. Op het dakterras mag niet gerookt worden. Theaterplein Uw kind mag naar het theaterplein. Dit plein is op de tweede verdieping van het gebouw Vrouw en Kind. Kinderen kunnen hier spelen. Voor tieners is er een hangplek. In het theater wordt veel georganiseerd voor de kinderen. Als er iets te doen is op het theaterplein, dan wordt dat aangegeven. Wilt u aan de verpleegkundige laten weten dat u uw kind meeneemt naar het theaterplein? Kinderen jonger dan twaalf jaar mogen alleen onder begeleiding op het theaterplein spelen. Boeken lenen Op een vaste morgen in de week komen de medewerkers van de bibliotheek op de afdeling met de boekenwagen. U en uw kind kunnen dan een of meer boeken lenen.
16
Naar school in het ziekenhuis
Is uw kind langer dan twee weken opgenomen in het ziekenhuis? Of mist uw kind veel lessen omdat het vaak in het ziekenhuis komt? Dan kan uw kind naar school in het ziekenhuis. De afdeling Educatieve Voorziening van het ziekenhuis regelt dit. De consulenten van deze afdeling geven uw kind les in het ziekenhuis. Dit kan aan bed of in de onderwijsruimte. De consulenten overleggen hierover met de school van uw kind. De school blijft verantwoordelijk voor onderwijs aan zieke leerlingen, in het ziekenhuis en thuis. Deze scholen hebben recht op ondersteuning van de Educatieve Voorziening: basisonderwijs speciaal onderwijs voortgezet onderwijs middelbaar beroepsonderwijs
• • • •
Meer informatie over de Educatieve Voorziening vindt u op de website www.amaliakinderziekenhuis.nl. Daar leest u ook hoe de aanmelding van uw kind gaat.
17
Weer naar huis
Weekend naar huis Soms geeft de behandelend arts toestemming om uw kind een weekend mee naar huis te nemen. Heeft u vragen als uw kind huis is? Dan kunt u altijd de afdeling bellen. Ontslag uit het ziekenhuis Het is niet altijd mogelijk om u lang van te voren te laten weten wanneer uw kind weer naar huis mag. U hoort dit meestal 24 uur van te voren van de arts of verpleegkundige. De verpleegkundige kan u dan nog instructies voor thuis geven. Meestal kunnen kinderen ’s morgens naar huis. Zorg thuis Heeft uw kind thuis verzorging nodig? Dan bespreekt de verpleegkundige dit met u. Als het nodig is, overlegt de verpleegkundige hierover met de thuiszorg of de huisarts. Zij overleggen dit ook met u. Soms krijgt u instructies mee naar huis, bijvoorbeeld over hoe u de wond van uw kind moet verzorgen. Ook krijgt u informatie over medicijngebruik of een voorgeschreven dieet, als dat nodig is. Hebt u thuis vragen? Dan kunt u overdag bellen met de polikliniek. ’s Avonds en
18
’s nachts kunt u bellen met de afdeling waar uw kind was opgenomen. De telefoonnummers vindt u achterop deze folder en op www.amaliakinderziekenhuis.nl. De arts informeert ook de huisarts over het ontslag van uw kind. De afdelingssecretaresse maakt met u een afspraak voor de eerste keer dat u met uw kind naar de polikliniek komt. Thuis zijn Thuis kan uw kind misschien ander gedrag laten zien. Vaak vraagt uw kind extra aandacht. Uw kind kan druk zijn en veel huilen, of juist heel stil zijn. Soms dromen kinderen angstig en raken ze snel in paniek. Kleine kinderen willen voortdurend bij papa of mama zijn, om er zeker van te zijn dat ze echt niet weggaan. Sommige kinderen worden opnieuw onzindelijk. Dit gedrag is meestal tijdelijk. Het is belangrijk dat u geduldig bent. En dat u aan uw kind laat zien dat u het begrijpt. Het helpt om samen met uw kind te praten over wat er in het ziekenhuis allemaal is gebeurd. Als uw kind nog jong is, kunt u samen de opname in het ziekenhuis naspelen. Zo helpt u uw kind met het verwerken van de ervaringen.
19
Ook belangrijk om te weten Meer informatie over de voorzieningen van het ziekenhuis vindt u op de website van het Radboudumc. U leest hier bijvoorbeeld hoe u het ziekenhuis het makkelijkst bereikt, de winkel en het restaurant in het ziekenhuis, de zorgverzekering en wat u kunt doen als u klachten heeft. Wilt u weten wat de rechten en plichten van u en uw kind zijn in het ziekenhuis, kijk dan op www.amaliakinderziekenhuis.nl.
Vragen
Heeft u vragen? Of gaat het op de afdeling of in het ziekenhuis niet zoals u het verwacht? Laat het ons weten. Bespreek uw vragen met een van de verpleegkundigen van uw kind. Zij kunnen u verder helpen.
20
03-2016-0143
Adres Radboudumc Amalia kinderziekenhuis Hoofdingang Geert Grooteplein-Zuid 10 6525 GA Nijmegen Verpleegafdeling Q2 Strand en Q2 Zee, route 807/808 (2e etage gebouw Vrouw en Kind) Short Stay Q3 Vuurtoren, route 821 (3e etage gebouw Vrouw en Kind) Postadres Radboudumc 807/808 Verpleegafdeling Q2 Strand/Q2 Zee/Q3 Vuurtoren Postbus 9101 6500 HB Nijmegen Contact Op werkdagen van 8.00 - 16.00 uur: (024) 361 44 13 (telefonisch spreekuur) Buiten deze uren: Afdeling Q2 Strand: (024) 361 39 24 Afdeling Q2 Zee: (024) 366 85 71 Short Stay Q3 Vuurtoren: (024) 361 53 22
Radbouduniversitair universitairmedisch medischcentrum centrum Radboud