UITVAARTMIS
volgens de BUITENGEWONE VORM van de ROMEINSE RITUS
2
EUS, cui proprium est misereri semper et parcere: te supplices exoramus pro anima famuli tui (famulae tuae) N, quam hodie de hos saeculo migrare jussisti, ut non tradas eam in manus inimici, neque obliviscaris in finem, sed jubeas eam a sanctis Angelis suscipi, et ad patriam paradisi perduci; ut, quia in te speravit et credidit, non poenas inferni sustineat, sed gaudia aeterna possideat. Per Christum Dominum nostrum.
God, wiens eigenheid het is om altijd vol ontferming te zijn en te behouden, U smeken wij nederig voor de ziel van uw dienaar (dienares) N. die Gij heden hebt opgedragen uit deze wereld heen te gaan, dat Gij zijn/haar ziel niet overlevert in de handen van de vijand en niet vergeet op het laatst, maar aan de heilige engelen opdraagt haar naar het vaderland van het paradijs over te brengen, opdat zij – omdat zij op U gehoopt heeft en geloofde – niet de straffen van de hel zal ondergaan, maar de eeuwige vreugde mag bezitten. Door Christus Heer… A. Amen.
A. Amen.
Terwijl de kist uit de kerk wordt gedragen, wordt gezongen:
N
paradisum, deducant te angeli, in tuo adventu suscipiant te martyres, et perducant te, in civitatem sanctam Ierusa‐ lem. Chorus angelorum te susci‐ piat, et cum Lazaro quondam paupere aeternam habeas requiem
De engelen, zij mogen U gelei‐ den naar het paradijs, de mar‐ telaren mogen U ontvangen bij uw komst, en U brengen naar de heilige stad Jeruzalem. Het koor van de engelen moge U ontvangen en moogt gij, samen met de arme Lazarus, vinden de eeuwige rust.
34
DE BINNENKOMST VAN DE OVERLEDENE
De priester komt met de bedienaren in processie om het lichaam van de overledene af te halen bij de ingang van de kerk. Ondertussen wordt dan gezongen:
Daal af, heiligen Gods, snel toe, engelen van de Heer: *Om zijn ziel op te nemen: haar aan te bieden tot voor het aanschijn van de Aller‐ hoogste. ‐‐Moge Christus U opnemen, die U geroepen heeft, en dat de engelen U in de schoot van Abraham geleiden. *Om zijn ziel... Heer ontferm U over ons. Christus ontferm U over ons. Heer ontferm U over ons.
UBVENITE Sancti Dei, occurite angeli Domini: *Suscipientes animam eius: Offerentes eam in conspectu Altissimi. Suscipiat te Christus, qui vocavit te: et in sinum Abra‐ hae angeli deducant te. *Suscipientes... YRIE, eleison. Christe, eleison. Kyrie, eleison. ATER noster, qui es in caelis: sanctificetur nomen tuum. Adveniat regnum tuum. Fiat voluntas tua, sicut in coelo, et in terra. Panem nostrum quotibianum da nobis hodie. Et dimitte nobis debita nostra, sicut et nos dimittimus debitoribus nostris. Et ne nos inducas in tentationem. A. Sed libera nos a malo. P. A porta inferi. A. Erue, Domine, animam ejus. P. Requiescat in pace. A. Amen.
Onze Vader, die in de hemel zijt, Uw naam worde gehei‐ ligd, Uw Rijk kome, Uw wil geschiede op aarde zoals in de hemel. Geef ons heden ons dagelijks brood, en ver‐ geef ons onze schuld, zoals ook wij aan anderen hun schuld vergeven. En leid ons niet in bekoring, A. maar verlos ons van het kwade. P. Aan de poort van het dodenrijk. A. Ontruk Heer, zijn ziel. P. Moge hij rusten in vrede. A. Amen. 3
P. Domine, exaudi orationem meam. A. Et clamor meus ad te veniat. P. Dominus vobiscum. A. Et cum spiritu tuo. P. Oremus. BSOLVE, quaesumus, Domine, animam famuli tui N., ab omni vinculo delictorum; ut in resurrectionis gloria inter Sanctos et electos tuos resuscitatus (‐a) respiret. Per Dominum nostrum Jesum Christum Filium tuum, qui tecum vivit et regnat in unitate Spiritus Sancti Deus, per omnia saecula saeculorum. A. Amen.
P. Heer verhoor mijn gebed. A. En mijn geroep kome tot U. P. De Heer zij met u. A. En met uw geest. P. Laat ons bidden. Ontsla Heer, zo vragen wij U, de ziel van uw dienaar/dienares N. van alle banden der zonden, opdat hij/zij in de glorie van de verrijzenis met de heiligen en Uw uitverkorenen die Gij uit de dood hebt opgewekt, mag leven. Door onze Heer… A. Amen.
DE MIS VOOR DE OVERLEDENE De priester bekleedt zich nu met het kazuifel en als het een gezongen Mis is, zingt het koor de Introitus. In een gelezen Mis wordt de introitus gezegd na de voetgebeden.
EQUIEM aeternam dona eis, Domine: et lux perpetua luceat
Heer, geef hen de eeuwige rust en het eeuwige licht ver‐ lichte hen. Voor U, God, moet men zingen op de Sion, zijn dankbaar‐ heid tonen in Jeruzalem. Verhoor mijn gebed. Tot U komt alles wat leeft.
eis. Ps 64: 23. Te decet hymnus Deus in Sion; et tibi reddetur votum in Jerusalem: exaudi orationem meam, ad te omnis caro veniet. 4
ventura ira. * Quando caeli movendi sunt et terra. V. Dies illa, dies irae, calamitatis et miseriae, dies magna et amara valde. Dum veneris judicare saeculum per ignem. V. Requiem aeternam dona eis, Domine: et lux perpetua luceat eis. V. Libera me Domine, de morte aeterna, in die illa tremenda: Quando caeli movendi sunt et terra: Dum veneris judicare saeculum per igem.
hemel en aarde geschokt zullen worden. Die dag zal een dag van toorn, van rampspoed en ellende zijn, een lange en zeer bittere dag, wanneer Gij met vuur de eeuwigheid komt oordelen. Heer, geef hun de eeuwige rust, en het eeuwige licht verlichte hen. Heer, bevrijd mij van de eeuwige dood op die verschrikkelijke dag, wanneer hemel en aarde geschokt zullen worden, wanneer Gij met vuur de eeuwigheid komt oordelen.
De priester legt wierook op en ondertussen wordt gezongen of gebeden:
YRIE eleison. Christe eleison. A. Kyrie eleison.
Heer, ontferm U over ons. Christus, ontferm U over ons. A. Heer, ontferm U over ons.
De priester zet het Pater Noster in, en gaat dan in stilte rond de kist met wijwater en besprenkelt beide zijden driemaal. Daarna bewierookt hij de kist. Als hij daarmee klaar is bidt/zingt hij:
P. Et ne nos inducas in tentationem. A. Sed libera nos a malo. P. A porta inferi. A. Erue, Domine, animam ejus. P. Requiescat in pace. A. Amen. P. Domine, exaudi orationem meam. A. Et clamor meus ad te veniat. P. Dominus vobiscum. A. Et cum spiritu tuo. P. Oremus.
P. En leid ons niet in bekoring. A. maar verlos ons van het kwade. P. Aan de poort van het dodenrijk. A. Ontruk Heer, zijn ziel. P. Moge hij rusten in vrede. A. Amen. P. Heer verhoor mijn gebed. A. En mijn geroep kome tot U. P. De Heer zij met u. A. En met uw geest. P. Laat ons bidden. 33
ABSOUTE
De Mis is nu ten einde. De priester doet kazuifel en manipel af en trekt de koormantel aan. De bedienaren stellen zich op met het processiekruis en de priester gaat bij de kist staan, met degenen die wijwater en wierook aandragen bij zich.
INLEIDEND SMEEKGEBED
ON intres in judicium cum servo tuo, Domine, quia nullus apud te justificabitur homo, nisi per te omnium peccatorum ei tribuatur remissio. Non ergo eum, quaesumus, tua judicialis sententia premat, quem tibi vera supplicatio fidei christianae commendat: sed, gratia tua illi succurrente, mereatur evadere judicium ultionis, qui, dum viveret, insignitus est signaculo sanctae Trinitatis: Qui vivis et regnas in saecula saeculorum. A. Amen.
Wil niet oordelen, o Heer, over uw dienaar, want bij U kan niemand zich rechtvaardigen, tenzij door U de vergeving van alle zonden wordt verleend. Wij smeken U dan ook, laat het vonnis van Uw oordeel hem niet verpletteren, hij die aan U wordt aanbevolen door de oprechte smeekbede van het christelijk geloof. Kom hem te hulp met Uw genade, opdat hij aan de wraak moge ontkomen bij het oordeel, hij die bij leven getekend werd met het teken van de heilige Drievuldigheid: Die leeft en heerst in de eeuwen der eeuwen. A. Amen.
De responsorie wordt nu gezongen:
IBERA me Domine, de morte aeterna, in die illa tremenda: * Quando caeli movendi sunt et terra: Dum veneris judicare saeculum per ignem. V. Tremens factus sum ego, et timeo, dum discussio venerit, atque
Heer, bevrijd mij van de eeuwige dood op die verschrikkelijke dag, wanneer hemel en aarde geschokt zullen worden, wanneer Gij met vuur de eeuwigheid komt oordelen. Ik beef, en ik ben bang, voor het oordeel dat zal komen, en voor de naderende toorn, wanneer 32
GEBEDEN VAN VOORBEREIDING AAN DE VOET VAN HET ALTAAR.
P. In † de naam van de Vader en de Zoon en de Heilige Geest. Amen. Ik zal ingaan tot het altaar Gods. A. Tot God die mijn jeugd verblijdt. P. Onze hulp † is in de naam van de Heer. A. Die hemel en aarde gemaakt heeft.
N † nomine Patris,et Filii, et Spiritus Sancti. Amen. Introibo ad altare Dei.
A. Ad Deum qui laetificat juventutem meam. P. Adjutorium nostrum † in nomine Domini. A. Qui fecit coelum et terram. Diepgebogen belijdt de priester zijn schuld:
ONFITEOR Deo omnipotenti, beatae Mariae semper Virgini, beato Michaeli Archangelo, beato Joanni Baptistae, sanctis Apostolis Petro et Paulo, omnibus Sanctis, et vobis fratres, quia peccavinimis cogitatione verbo, et opere: mea culpa, mea culpa, mea maxima culpa. Ideo precor beatam Mariam semper Virginem, beatum Michaelem Archangelum, beatum Joannem Baptistam, sanctos Apostolos Petrum et Paulum, omnes Sanctos, et vos fratres, orare pro me ad Dominum Deum nostrum. De misdienaars antwoorden: 5
P. Ik belijd voor de almachtige God, voor de H. Maria altijd Maagd, de H. Aartsengel Mi‐ chaël, de H. Joannes de Doper, de Heilige Apostelen Petrus en Paulus, alle heiligen en u, broeders, dat ik zeer gezondigd heb door gedachten, woorden en werken: (klopt drie keer op zijn borst) door mijn schuld, door mijn schuld, door mijn allergrootste schuld. Daarom bid ik de H. Maria, altijd Maagd, de H. Aartsengel Mi‐ chaël, de H. Joannes de Doper, de Heilige Apostelen Petrus en Paulus, alle heiligen en u, broeders, voor mij te bidden tot de Heer, onze God.
S. Misereatur tui omnipotens Deus, et dimissis peccatis tuis, perducat te ad vitam aeternam. P. Amen.
et sine ipso factum est nihil quod factum est; in ipso vita erat, et vita erat lux hominum; et lux in tenebris lucet, et tenebrae eam non comprehenderunt. Fuit homo missus a Deo cui nomen erat Joannes. Hic venit in testimonium, ut testimonium perhiberet de lumine, ut omnes crederent per illum. Non erat ille lux, sed ut testimonium perhiberet de lumine. Erat lux vera quae illuminat omnem hominem venientem in hunc mundum. In mundo erat, et mundus per ipsum factus est et mundus eum non cognovit. In propria venit, et sui eum non receperunt. Quotquot autem receperunt eum, dedit eis potestatem filios Dei fieri; his qui credunt in nomine eius, qui non ex sanguinibus, neque ex voluntate viri, sed ex Deo nati sunt. (Hic genuflectitur) ET VERBUM CARO FACTUM EST et habitavit in nobis; et vidimus gloriam eius gloriam quasi Unigeniti a Patre, plenum gratiae et veritatis.
S. De almachtige God ontferme Zich over u, vergeve uw zonden, en geleide u ten eeuwigen leven. P. Amen
Allen belijden hun schuld:
A. Ik belijd voor de almachtige God, voor de H. Maria altijd Maagd, de H. Aartsengel Mi‐ chaël, de H. Joannes de Doper, de Heilige Apostelen Petrus en Paulus, alle heiligen en u, vader, dat ik zeer gezondigd heb door gedachten, woorden en werken: door mijn schuld, door mijn schuld, door mijn allergrootste schuld. Daarom bid ik de H. Maria, altijd Maagd, de H. Aartsengel Michaël, de H. Joannes de Doper, de Heilige Apostelen Petrus en Paulus, alle heiligen en u, vader, voor mij te bidden tot de Heer, onze God. P. De almachtige God ontferme Zich over u, vergeve uw zonden en geleide u ten eeuwigen leven. A. Amen P. † Kwijtschelding, vrijspraak en vergiffenis van onze zonden verlene ons de al‐ machtige en barmhartige Heer.
ONFITEOR Deo omnipotenti, beatae Mariae semper Virgini, beato Michaeli Archangelo, beato Joanni Baptistae, sanctis Apostolis Petro et Paulo, omnibus Sanctis, et tibi pater, quia peccavinimis cogitatione verbo, et opere: mea culpa, mea culpa, mea maxima culpa. Ideo precor beatam Mariam semper Virginem, beatum Michaelem Archangelum, beatum Joannem Baptistam, sanctos Apostolos Petrum et Paulum, omnes Sanctos, et te pater, orare pro me ad Dominum Deum nostrum. P. Misereatur tui omnipotens Deus, et dimissis peccatis tuis, perducat te ad vitam aeternam. A. Amen. P. Indulgentiam † absolutionem, et remissionem peccatorum nostrorum, tribuat nobis omnipotens et misericors Dominus. 6
A. Deo gratias.
geworden is. In Hem was leven, en dit Leven was het licht der mensen; en dat Licht schijnt in de duisternis, maar de duisternis heeft het niet begrepen. Er kwam een mens, door God gezonden; Joannes was zijn naam. Deze kwam om te getuigen, om getuigenis te geven van het Licht, opdat allen zouden geloven door hem. Hij zelf was niet het Licht, maar hij moest getuigen van het Licht. Dit was het ware Licht, dat ieder mens verlicht, die komt in deze wereld. Het was in de wereld, en de wereld is door Hem gemaakt, maar de wereld erkende Hem niet. Tot de zijnen kwam Hij, maar de zijnen ontvingen Hem niet. Allen echter, die Hem ontvingen, hen stelde Hij in staat om kinderen te worden van God, hen, die geloven in zijn Naam; en zij werden niet uit bloed, of uit lust van het vlees, of uit de wil van een man, maar uit God geboren. (Hier knielt men) EN HET WOORD IS VLEES GEWORDEN, en Het heeft onder ons gewoond. En wij hebben zijn heerlijkheid aanschouwd, een heerlijkheid als van de Enig‐ geborene van de Vader, vol van genade en waarheid. A. God zij dank. 31
LAATSTE GEBEDEN
WEGZENDING EN ZEGEN
P. Dominus vobiscum. A. Et cum spiritu tuo. P. Requiescant in pace. A. Amen.
P. De Heer zij met u. A. En met uw geest. P. Dat zij rusten in vrede. A. Amen.
Diepgebogen voor het midden van het altaar bidt de priester:
LACEAT tibi, sancta
Moge heilige Drievuldigheid, de hulde van mijn dienstwerk U behagen; en geef dat het offer, hetwelk ik, onwaardige, voor het aanschijn van uw Majesteit heb opgedragen, U welgevallig zij, en mij en allen, voor wie ik het opdroeg, door uw barmhartigheid tot verzoening strekke. Door Christus onze Heer. Amen.
Trinitas, obsequium servitutis meae: et praesta, ut sacrificium quod oculis tuae majestatis indignus obtuli, tibi sit acceptabile, mihique, et omnibus pro quibus illud obtuli, sit te miserante propitiabile. Per Christum Dominum nostrum. Amen.
LAATSTE EVANGELIE (JOH.1, 114)
Aan de evangeliezijde van het altaar leest de priester het Laatste Evangelie, Allen gaan staan, en tekenen zich bij de aankondiging met de duim op voorhoofd, mond en borst met het kruisteken.
P. Dominus vobiscum. A. Et cum spiritu tuo. P. † Initium sancti Evangelii secundum Joannem A. Gloria tibi, Domine. N principio erat Verbum et Verbum erat apud Deum, et Deus erat Verbum. Hoc erat in principio apud Deum. Omnia per ipsum facta sunt,
P. De Heer zij met u. A. En met uw geest. P. † Begin van het heilig Evan‐ gelie volgens Joannes. A. Eer zij U, o Heer. In het begin was het Woord, en het Woord was bij God, en het Woord was God. Dit was in het begin bij God. Alles is door Hem geworden, en zonder Hem is er niets geworden van hetgeen er
30
A. Amen. P. Deus, tu conversus vivificabis nos. A. Et plebs tua laetabitur in te.
A. Amen. P. Keer U tot ons, Heer, en Gij zult ons doen leven. A. Opdat uw volk zich in U kan verheugen. P. Toon ons uw goedheid, o Heer. A. En schenk ons uw heil. P. Heer verhoor mijn gebed.
P. Ostende nobis Domine, misericordiam tuam. A. Et salutare tuum da nobis. P. Domine, exaudi orationem meam. A. Et clamor meus ad te veniat. P. Dominus vobiscum. A. Et cum spiritu tuo.
A. En mijn geroep kome tot U. P. De Heer zij met u. A. En met uw geest
De priester bestijgt het altaar, terwijl hij in stilte bidt:
Oremus. Aufer a nobis, quaesumus Domine, iniquitates nostras: ut ad Sancta Sanctorum puris mereamur mentibus introire. Per Christum Dominum nostrum. Amen.
Laat ons bidden. Neem smeken wij, o Heer onze ongerechtigheden van ons weg, opdat wij tot het Heilige der Heiligen met een rein gemoed mogen ingaan. Door Christus, onze Heer. Amen.
De priester groet het altaar met een kus en vereert de relieken van de heiligen, die in het altaar zijn besloten:
Oramus te Domine, per merita Sanctorum tuorum, quorum reliquiae hic sunt et omnium Sanctorum: ut indulgere digneris omnia peccata mea. Amen.
7
Wij bidden U, o Heer, door de verdiensten van uw heiligen, wier relieken hier rusten, en van alle heiligen, dat Gij U gewaardigt al mijn zonden te vergeven. Amen.
KYRIE ELEISON
P. Heer, ontferm U over ons. A. Heer, ontferm U over ons. P. Heer, ontferm U over ons. A. Christus, ontferm U over ons. P. Christus, ontferm U over ons. A. Christus, ontferm U over ons. P. Heer, ontferm U over ons. A. Heer, ontferm U over ons. P. Heer, ontferm U over ons.
YRIE eleison. A. Kyrie eleison. P. Kyrie eleison. A. Christe eleison. P. Christe eleison. A. Christe eleison. P. Kyrie eleison. A. Kyrie eleison. P. Kyrie eleison.
GEBED
P. Dominus vobiscum. A. Et cum spiritu tuo. P. Oremus. EUS, cui proprium est misereri semper et parcere, te supplices exoramus pro anima famuli tui (famulae tuae) N, quam hodie de hoc saeculo migrare jussisti: ut non tradas eam in manus inimici, neque obliviscaris in finem, set jubeas eam a sanctis Angelis suscipi, et ad patriam paradisi perduci; ut, quia in te speravit et credidit, non poenas inferni sustineat, sed gaudia aeterna possideat. Per Dominum nostrum Jesum Christum filium tuum, qui tecum vivit et regnat in unitate Spiritus Sancti, Deus, per omnia saecula saeculorum. A. Amen.
P. De Heer zij met u. A. En met uw geest. A. Laat ons bidden. God, wiens eigenheid het is om altijd vol ontferming te zijn en te behouden, U smeken wij nederig voor de ziel van uw dienaar (dienares) N. die Gij heden hebt opgedragen uit deze wereld heen te gaan, dat Gij zijn/haar ziel niet overlevert in de handen van de vijand en niet vergeet op het laatst, maar aan de heilige engelen opdraagt haar naar het vaderland van het paradijs over te brengen, opdat zij – omdat zij op U gehoopt heeft en geloofde – niet de straffen van de hel zal ondergaan, maar de eeuwige vreugde mag bezitten. Door onze Heer… A. Amen. 8
•
Tijdens alle Missen in de buitengewone vorm ontvangen de gelovigen de H. Communie op de tong en – indien mogelijk – geknield. COMMUNIO
UX aeterna luceat eis Domine: cum sanctis tuis in aeternum quia pius es.
Het eeuwige licht verlichte hen, Heer, voor eeuwig bij uw heiligen, want Gij zijt lie‐ fdevol
GEBED NA DE COMMUNIE
P. Dominus vobiscum. A. Et cum spiritu tuo. P. Oremus.
P. De Heer zij met u. A. En met uw geest. A. Laat ons bidden.
RAESTA quaesumus omnipotens Deus: ut anima famuli tui (famulae tuae) N, quae hodie de hoc saeculo migravit, his sacrificiis purgata, et a peccatis expedita, indulgentiam pariter et requiem capiat sempiternam. Per Dominum nostrum Jesum Christum filium tuum, qui tecum vivit et regnat in unitate Spiritus Sancti, Deus, per omnia saecula saeculorum. A. Amen.
Verleen, smeken wij, almachtige God, dat de ziel van Uw dienaar (dienares) N. die heden uit deze tijd is heengegaan, door deze offers gezuiverd, en van de zonden bevrijd, kwijtschelding en tevens eeuwige rust moge ontvangen. Door onze Heer Jezus Christus uw Zoon, die met U leeft en heerst in de eenheid van de heilige Geest, door alle eeuwen der eeuwen.
A. Amen.
29
Driemaal klopt de priester op de borst en zegt telkens:
OMINE, non sum dignus, ut intres sub tectum meum: sed tantum dic verbo, et sanabitur anima mea.
Heer, ik ben niet waardig, dat Gij komt onder mijn dak: maar spreek slechts één woord, en mijn ziel zal gezond worden.
DE COMMUNIE VAN DE PRIESTER ORPUS Domini nostri Jesu Christi custodiat animam meam in vitam aeternam. Amen.
Het Lichaam van onze Heer Jezus Christus beware mijn ziel ten eeuwigen leven. Amen.
ANGUIS Domini nostri
Het Bloed van onze Heer Jezus Christus beware mijn ziel ten eeuwigen leven. Amen.
Jesu Christi custiodiat animam meam in vitam aeternam. Amen.
DE COMMUNIE VAN DE GELOVIGEN
De priester wendt zich tot de gelovigen en zegt terwijl hij de heilige Hostie toont:
CCE Agnus Dei, ecce qui tollit peccata mundi. A. Domine, non sum dignus, ut intres sub tectum meum: sed tantum dic verbo, et sanabitur anima mea.
P. Ziet het Lam Gods; ziet Hem die wegneemt de zonden der wereld. A. Heer, ik ben niet waardig dat Gij ingaat onder mijn dak; maar spreek slechts één woord, en mijn ziel zal gezond worden. (driemaal)
Hierna reikt de priester de heilige Communie aan de misdienaren en aan alle gelovigen die dat willen; telkens zegt hij:
ORPUS Domini nostri
Jesu Christi custodiat animam tuam in vitam aeternam. Amen. 28
Het Lichaam van onze Heer Jezus Christus beware uw ziel ten eeuwigen leven. Amen.
EPISTEL (1 TESS 4, 1318)
ECTIO Epistolae beati Pauli Apostoli ad Thessalonicenses. Fratres: Nolumus vos ignorare de dormientibus, ut non contristemini sicut et ceteri, qui spem non habent. Si enim credimus quod Jesus mortuus est, et resurrexit: ita et Deus eos, qui dormierunt per Jesum, adducet cum eo. Hoc enim vobis dicimus in verbo Domini, quia nos, qui vivimus, qui residui sumus in adventum Domini, non praeveniemus eos, qui dormierunt. Quoniam ipse Dominus in jussu, et in voce Archangeli, et in tuba Dei descendet de coelo: et mortui, qui in Christo sunt, resurgent primi. Deinde nos, qui vivimus, qui relenquimur, simul rapiemur cum illis in nubibus obviam Christo in aera, et sic semper cum Domino erimus. Itaque consolamini invicem in verbis istis.
Broeders en zusters, Wij willen u niet in onwetendheid laten over het lot van hen die ontslapen zijn; gij moogt niet bedroefd zijn zoals de andere mensen, die geen hoop hebben. Wij geloven immers dat Jezus is gestorven en weer opgestaan; evenzo zal God hen die in Jezus zijn ontslapen levend met Hem meevoeren. En dit kunnen wij u meedelen volgens een woord van de Heer: wij die in leven blijven tot de komst van de Heer, wij zullen de doden in geen geval voorgaan. Want wanneer het bevel gegeven wordt, als de stem van de aartsengel weerklinkt en de bazuin van God, dan zal de Heer zelf van de hemel neerdalen, en eerst zullen de doden die in Christus zijn verrijzen; daarna zullen wij die nog in leven zijn tegelijk met hen in een oogwenk op de wolken in de lucht worden weggevoerd, de Heer tegemoet. En zo zullen wij voor altijd samen zijn met de Heer. Troost elkander dan met deze woorden. A. God zij dank.
A. Deo gratias.
9
GRADUALE EN TRACTUS
EQUIEM aeternam dona eis Domine: et lux perpetua luceat eis. In memoria aeterna erit iustus: ab auditione mala non timebit. ABSOLVE, Domine, animas omnium fidelium defunct ‐ orum ab omni vinculo delictorum. Et gratia tua illis succurente, mereantur evadere iudicium ultionis. Et lucis aeternae beatitudine perfrui.
Heer, geef hun de eeuwige rust en het eeuwig licht verlichte hen. In eeuwig aandenken blijft de rechtvaardige: voor een kwade tijding behoeft hij niet te vrezen. Ontsla, Heer, de zielen van alle overleden gelovigen van alle boeien der zonden. En mogen zij door de hulp van uw genade bij het oordeel aan de wraak ontkomen. En de zaligheid van het eeuwige licht genieten.
SEQUENTIE
IES irae, dies illa Solvet saeclum in favilla, Teste David cum Sibylla. Quantus tremor est futurus, Quando judex est venturus, Cuncta stricte discussurus! Tuba mirum spargens sonum Per sepulcra regionum, Coget omnes ante thronum. Mors stupebit et natura, Cum resurget creatura, Judicanti responsura. Liber scriptus proferetur, In quo totum continetur, Unde mundus judicetur. Judex ergo cum sedebit, Quidquid latet apparebit. Nil inultum remanebit.
Dag der toorn, o die dag zal de wereld in de as vergaan zoals voorzegd door David en de Sibylle. Welk een angst zal er zijn wanneer de rechter zal komen om alles streng te oordelen De bazuin, een zonderling geschal verspreidend over de graven van alle landstreken, zal allen vóór de troon ontbieden. Dood en leven zullen verstommen, wanneer de schepping zal herrijzen om zijn rechter rekenschap te geven. Het boek met aantekeningen zal worden aangebracht waarin alles staat opgetekend waarop de wereld zal geoordeeld worden. Als dan de rechter zetelen zal, zal al wat verborgen is verschijnen, niets zal ongewroken blijven. Wat zal ik, ellendige, dan te zeggen hebben, welke pleiter zal ik vragen, 10
LAATSTE GEBEDEN VOOR DE COMMUNIE
OMINE Jesu Christe, Fili Dei vivi, qui ex voluntate Patris, coop‐ erante Spiritu Sancto, per mortem tuam mundum vivificasti: libera me per hoc sacrosanctum Corpus et Sanguinem tuum ab omnibus iniquitatibus meis, et universis malis: et fac me tuis semper inhaerere man‐ datis, et a te numquam separari permittas. Qui cum eodem Deo Patre et Spiritu Sancto vivis et regnas Deus in saecula saeculorum. Amen.
Perceptio Corporis tui, Domine Jesu Christe, quod ego indignus sumere praesumo, non mihi proveniat in judicium et condemnationem; sed pro tua pietate prosit mihi ad tutamentum mentis et corporis, et ad medelam percipiendam. Qui vivis et regnas cum Deo Patre in unitate Spiritus Sancti Deus, per omnia saecula saeculorum. Amen.
De priester knielt en zegt:
Panem coelestem accipiam, et nomen Domini invocabo. 27
Heer Jezus Christus, Zoon van de levende God, Gij hebt volgens de wil van de Vader, met medewerking van de Heilige Geest door uw dood het leven aan de wereld geschonken: bevrijd mij door dit uw allerheiligst Lichaam en Bloed van al mijn ongerechtigheden, en van alle kwaad; maak, dat ik uw geboden steeds onderhoude en laat niet toe, dat ik ooit van U gescheiden worde: God, die met dezelfde God de Vader en Heilige Geest leeft en heerst, in de eeuwen der eeuwen, Amen. Laat de nuttiging van uw Lichaam, Heer Jezus Christus, dat ik, onwaardige, op het punt sta te ontvangen, mij niet ten vonnis en veroordeling strekken: maar door uw vaderlijke goedheid tot bescherming van ziel en lichaam en tot een geneesmiddel: God, die leeft en heerst met God de Vader in de eenheid met de Heilige Geest, in alle eeuwen der eeuwen. Amen. Het hemels Brood zal ik nemen en de naam van de Heer aanroepen.
HET BREKEN VAN DE HEILIGE HOSTIE EN VERMENGING VAN DE GEDAANTEN
De priester breekt de heilige Hostie in drie delen.
ER eundem Dominum nostrum Jesum Christum Filium tuum, Qui tecum vivit et regnat in unitate Spiritus Sancti Deus. P. Per omnia saecula saeculorum. A. Amen.
Door dezelfde onze Heer Jezus Christus, uw Zoon, die als God met U leeft en heerst in de eenheid met de Heilige Geest. P. Door alle eeuwen der eeuwen. A. Amen.
Alvorens het kleinste van de drie delen in de kelk te laten vallen, maakt de priester er driemaal het kruisteken mee boven de kelk, en zegt daarbij de volgende vredegroet:
AX † Domini sit † semper † vobiscum.
A. Et cum spiritu tuo. Haec commixtio et consecratio Corporis et Sanguinis Domini nostri Jesu Christi, fiat accipientibus nobis in vitam aeternam. Amen.
P. De vrede † van de Heer zij † altijd met † u. A. En met uw geest.
Deze vermenging en heiliging van het Lichaam en Bloed van onze Heer Jezus Christus strekke ons, die ze nuttigen, ten eeuwigen leven. Amen.
AGNUS DEI
GNUS Dei, qui tollis peccata mundi, dona eis requiem. Agnus Dei, qui tollis peccata mundi, dona eis requiem.
Agnus Dei, qui tollis peccata mundi, dona eis requiem sempiternam.
26
Lam Gods, dat de zonden van de wereld wegneemt: geef hen de rust. Lam Gods, dat de zonden van de wereld wegneemt: geef hen de rust. Lam Gods, dat de zonden van de wereld wegneemt: geef hen de eeuwige rust.
Quid sum miser tunc dicturus? Quem patronum rogaturus, Cum vix justus sit securus? Rex tremendae majestatis qui salvandos salvas gratis salva me, fons pietatis Recordare, Jesu pie, Quod sum causa tuae viae: Ne me perdas illa die. Quaerens me, sedisti, lassus; Redemisti crucem passus; Tantus labor non sit cassus. Juste Judex ultionis, Donum fac remissionis Ante diem rationis. Ingemisco tanquam reus, Culpa rubet vultus meus; Supplicanti parce, Deus. Qui Mariam absolvisti, Et latronem exaudisti, Mihi quoque spem dedisti. Preces meae non sunt dignae, Sed tu, bonus, fac benigne, Ne perenni cremer igne. Inter oves locum praesta, Et ab haedis me sequestra, Statuens in parte dextra. Confutatis maledictis Flammis acribus addictis, Voca me cum benedictis. Oro supplex et acclinis, Cor contritum quasi cinis, Gere curam mei finis. Lacrimosa dies illa, Qua resurget ex favilla Judicandus homo reus.: Huic ergo parce, Deus: Pie Jesu Domine:
als zelfs de rechtvaardige nauwelijks zeker is? Vorst met geduchte majesteit, die genadig heelt wie verdient geheeld te worden, red ook mij, bron van genade! Gedenk, lieve Jezus, dat ik de reden van uw komst ben, laat mij die dag dan niet verloren gaan. Op zoek naar mij, zijt gij vermoeid gaan zitten,hebt mij vrijgekocht door uw lijden aan het kruis, laat zulk lijden niet vergeefs zijn. Rechtvaardige Rechter der Wrake, schenk mij de gave der vergiffenis, nog vóór de dag der rekenschap. Ik zucht, als de zondaar die ik ben, van de schuld kleurt mijn aangezicht rood, God, wees deze smekeling genadig! Gij, die Maria van schuld hebt bevrijd, en die de rover hebt verhoord, hebt ook mij hoop gegeven. Mijn gebeden zijn niet waardig, maar gij, die goed zijt, wees mild en maak dat ik niet verteerd word door het eeuwig vuur. Bereid mij een plaats tussen uw schapen, zonder mij af van de bokken, en laat mij staan aan uw rechterzijde. Wanneer de vervloekten zijn verslagen en aan de verterende vlammen prijsgegeven, roep mij dan onder de gezegenden. Ik bid u, deemoedig en neergeknield, en mijn hart bijna tot as gekrompen, draag zorg voor mij in mijn laatste uur. Die tranenrijke dag, waarop uit zijn as verrijzen zal de zondige mens, om geoordeeld te worden. 11
Dona eis requiem. Amen.
EVANGELIE (JOH 11,2127)
P. Dominus vobiscum. A. Et cum spiritu tuo. P. Sequentia sancti Evangelii secundum Joannem. A. Gloria tibi, Domine. N illo tempore: Dixit Martha ad Jesum: Domine, si fuisses hic, frater meus non fuisset mortuus: set et nunc scio quia quaecumque poposceris a Deo, dabit tibi Deus. Dicit illi Jesus: Resurget frater tuus. Dicit ei Martha: Scio quia resurget in resurrectione in novissimo die. Dixit ei Jesus: Ego sum resurrectio, et vita: qui credit in me, etiam si mortuus fuerit, vivet: et omnis, qui Vivit, et credit in me, non morietur in aeternum. Credis hoc? Ait illi: Utique Domine, ego credidi, quia tu es Christus Filius Dei vivi, qui in hunc mundum venisti. A. Laus tibi, Christe.
ATER noster, qui es in coelis: sanctificetur nomen tuum: adveniat regnum tuum: fiat voluntas tua, sicut in coelo, et in terra. Panem nostrum quotidianum da nobis hodie, et dimitte nobis debita nostra, sicut et nos dimittimus debitoribus nos‐ tris. Et ne nos inducas in tentationem: Sed libera nos a malo.
Ontzie dan deze mens, mijn God; Here Jezus lief, schenk hen de rust. Amen.
P. De Heer zij met u. A. En met uw geest P. † Vervolg van het heilig Evangelie volgens Johannes. A. Eer zij U, o Heer In die tijd zei Marta tot Jezus: “Heer, als Gij hier was geweest, zou mijn broer niet gestorven zijn. Maar zelfs nu weet ik, dat wat Gij ook aan God vraagt, God het U zal geven.” Jezus zei tot haar: “Uw broer zal verrijzen.” Marta antwoordde: “Ik weet dat hij zal verrijzen bij de verrijze‐ nis op de laatste dag.” Jezus zei haar: “Ik ben de verrijzenis en het leven. Wie in Mij gelooft, zal leven, ook al is hij gestorven, en ieder die leeft in geloof aan Mij, zal in eeuwigheid niet sterven. Gelooft gij dit?” Zij zei tot Hem: “Ja, Heer ik geloof vast dat Gij de Messias zijt, de Zoon Gods, die in de wereld komt.”
De priester antwoordt in stilte:
P. Amen.
En vervolgt:
IBERA
nos, quaesumus, Domine, ab omnibus malis, praeteritis, praesentibus, et futuris: et intercedente beata et gloriosa semper Virgine Dei Genitrice Maria, cum beatis Apostolis tuis Petro et Paulo, atque Andrea, et omnibus Sanctis, da propitius pacem in diebus nostris: ut ope misericordiae tuae adjuti, et a peccato simus semper liberi, et ab omni perturbatione securi.
A. Lof zij U, o Christus.
P. Amen.
12
Onze Vader, die in de hemel zijt; uw naam worde geheiligd; uw rijk kome; uw wil geschiede op aarde zoals in de hemel. Geef ons heden ons dagelijks brood; en vergeef ons onze schuld, zoals ook wij aan anderen hun schuld vergeven; en leid ons niet in bekoring. Maar verlos ons van het kwade.
25
Bevrijd ons, bidden wij, Heer, van alle verleden, tegenwoordig en toekomstig kwaad, en geef ons op de voorspraak van de heilige en roemrijke Maria, altijd Maagd, en Moeder Gods, van uw HH. Apostelen Petrus en Paulus, Andreas, en alle Heiligen, goedgunstig de vrede in onze dagen; opdat wij, door de bijstand van uw barmharigheid geholpen, steed vrij zijn van zonden, en beveiligd tegen alle verwarring.
Martyribus: cum Joanne, Stephano, Matthia, Barnaba, Ignatio, Alexandro, Marcellino, Petro, Felicitate, Perpetua, Agatha, Lucia, Agnete, Caecilia, Anastasia, et omnibus Sanctis tuis: intra quorum nos consortium, non aestimator meriti sed veniae, quaesumus, largitor admitte. Per Christum Dominum nostrum.
met Joannes, Stephanus, Matthias, Barnabas, Ignatius, Alexander, Marcellinus, Petrus, Felicitas, Perpetua, Agatha, Lucia, Agnes, Cecilia, Anastasia, en al uw heiligen; en laat ons, smeken wij U, in hun gezelschap toe, niet als iemand die onze verdiensten beloont, maar die onze schuld vergeeft. Door Christus, onze Heer.
De priester en heft vervolgens kelk en heilige Hostie een weinig omhoog voor de grote doxologie:
Per quem haec omnia Domine, semper bona creas, † sanctificas, † vivificas, † benedicis, et praestas nobis ER † ipsum, et cum † ipso, et in † ipso, est tibi Deo Patri † omnipotenti, in unitate Spiritus † Sancti, omnis honor et gloria.
De priester maakt een kniebuiging en besluit:
P. Per omnia saeculorum. A. Amen.
saecula
Door wien Gij, Heer, steeds al dit goede schept,† heiligt, † levend maakt, † zegent en aan ons schenkt Door † Hem, en met † Hem en in † Hem, zij aan U, God almachtige † Vader, in de eenheid met de Heilige † Geest, alle eer en glorie.
P. Door alle eeuwen. A. Amen.
eeuwen
der
PATER NOSTER P. Oremus. Praeceptis P. Laat ons bidden. Door heil‐ salutaribus moniti, et divina zame voorschriften aan‐ institutione formati, gespoord, en door goddelijke audemus dicere: voorlichting onderwezen, durven wij zeggen: 24
DE MIS VAN DE GELOVIGEN
P. Dominus vobiscum. A. Et cum spiritu tuo. P. Oremus.
P. De Heer zij met u. A. En met uw geest. P. Laat ons bidden. OFFERTORIUM
Het koor zingt de offetorium. In missen zonder koor leest de priester deze tekst alvorens met de offerande te beginnen.
OMINE Iesu Christe, Rex gloriæ, libera ani‐ mas omnium fidelium defunctorum de poenis inferni et de profundo lacu: libera eas de ore leonis, ne absorbeat eas tartarus; ne cadant in obscurum, sed signifer sanctus Michael repræsentet eas in lucem sanctam. Quam olim Abrahæ promisisti et semini eius.
Heer Jezus Christus, Koning der glorie, red de overleden gelovigen uit de afgrond van de dood, uit de muil van de leeuw. Maak hen niet tot prooi van dood en duisternis. Maar laat de Heilige Michaël als ba‐ nierdrager hen geleiden naar het eeuwig licht, dat Gij eertijds aan Abraham en zijn geslacht beloofd hebt.
OFFERANDE VAN HET BROOD
De priester ontdekt de kelk, neemt de pateen met de hostie en heft deze omhoog, terwijl hij het volgende gebed bidt:
Aanvaard, heilige Vader, al‐ machtige, eeuwige God, deze vlekkeloze offerande, die ik, uw onwaardige dienaar, aan U, mijn levenden en waarachtigen God, opdraag voor mijn ontelbare zonden, beledigingen en nalatigheden; voor alle aanwezigen, en ook voor alle gelovige christenen,
USCIPE, sancte Pater, omnipotens aeterne Deus, hanc immaculatam hostiam, quam ego indignus famulus tuus offero tibi, Deo meo vivo et vero, pro innumerabilibus peccatis, et offensionibus, et negligentiis meis, et pro omnibus circumstantibus, sed et pro omnibus fidelibus 13
christianis vivis atque defunctis: ut mihi, et illis proficiat ad salutem in vitam aeternam. Amen.
levenden en doden: opdat ze mij en hun strekke tot heil voor het eeuwige leven. Amen.
OFFERANDE VAN DE WIJN
De priester giet wijn in de kelk en mengt er een beetje water door. Bij de vermenging met water bidt de priester het volgende gebed:
EUS, † qui humanae substantiae dignita‐ tem mirabiliter con‐ didisti, et mirabilius reformasti: da nobis per hujus aquae et vini mysterium ejus divinitatis esse consortes, qui humanitatis nostrae fieri dignatus est particeps, Jesus Christus Filius tuus Dominus noster: Qui tecum vivit et regnat in unitate Spiritus Sancti Deus: per omnia saecula saeculorum. Amen. Evenals het brood offert de priester de wijn:
FFERIMUS tibi, Domine, calicem salutaris tuam deprecantes clementiam: ut in conspectu divinae majestatis tuae, pro nostra et totius mundi salute cum odore suavitatis ascendat. Amen.
O God, † die de waardigheid van de menselijke natuur op wonderbare wijze geschapen hebt, en op nog wonder‐ voller wijze hersteld: geef, dat wij, door het geheim van dit water en deze wijn, deelachtig worden aan de Godheid van Hem, die Zich gewaardigd heeft onze mensheid te delen: Jezus Christus, uw Zoon, onze Heer: Die als God met U leeft en heerst in de eenheid met de Heilige Geest, in alle eeuwen der eeuwen. Amen.
Wij offeren U, o Heer, de kelk der zaligheid op en smeken uw goedertierenheid: dat hij voor het aanschijn van uw goddelijke majesteit in zoete geur opstijge tot heil van ons en van de gehele wereld. Amen.
Een weinig gebogen bidt de priester het volgende gebed: 14
Nederig vragen wij U, al‐ machtige God, laat deze offerande door de handen van uw heilige engel tot op het verheven altaar brengen, dat staat voor het aanschijn van uw goddelijke Majesteit; opdat wij allen die als deelname aan dit altaar het allerheiligst † Lichaam en † Bloed van uw Zoon zullen ontvangen, van de volheid der hemelse zegeningen en genade vervuld worden, door dezelfde Christus onze Heer. Amen.
EMENTO etiam, Domine, famulorum famularumque tuarum N.N. qui nos praecesserunt cum signo fidei, et dormiunt in somno pacis.
Gedenk ook, Heer, uw dienaren en dienaressen N.N., die ons zijn voorgegaan met het teken van het geloof en rusten in de slaap des vredes.
Met gevouwen handen bidt de priester enkele ogenblikken voor de overledenen.
Supplices te rogamus, omnipotens Deus, jube haec perferri per manus sancti Angeli tui in sublime altare tuum, in conspectu divinae majestatis tuae: ut quo quot ex hac altaris participatione, sacrosanctum Filii tui Corpus †, et Sanguinem † sumpserimus, omni benedictione coelesti et gratia repleamur. Per eundem Christum Dominum nostrum. Amen.
Ipsis, Domine, et omnibus in Christo quiescentibus, locum refrigerii, lucis et pacis, ut indulgeas , deprecamur. Per eundem Christum Dominum nostrum. Amen. Nobis quoque peccatoribus famulis tuis, de multitudine miserationum tuarum sperantibus, partem aliquam, et societatem donare digneris, cum tuis sanctis Apostolis et
Verleen hun en allen, die in Christus rusten, de plaats van verkwikking, licht en vrede. Door dezelfde Christus, onze Heer. Amen.
Gewaardig U ook aan ons, uw zondige dienaren, die op de overvloed van Uw barmhartigheid vertrouwen, enig deel en gemeenschap te schenken met uw heilige Apostelen en Martelaren:
23
Haec quotiescumque feceritis, in mei memoriam facietis.
Zo dikwijls gij dit doen zult, zult gij het ter mijner gedachtenis doen.
Knielend aanbidt de priester het Bloed des Heren, toont de kelk aan de gelovigen, en knielt nogmaals.
NDE
et memores, Domine, nos servi tui, sed et plebs tua sancta, ejusdem Christi Filii tui Domini nostri tam beatae Passionis, nec non et ab inferis Resurrectionis, sed et in coelos gloriosae Ascensionis: offerimus praeclarae majestati tuae de tuis donis ac datis hostiam † puram, hostiam † sanctam, hostiam † immaculatam, Panem † sanctum vitae aeternae, et Calicem † salutis perpetuae.
Supra quae propitio ac sereno vultu respicere digneris; et accepta habere, sicuti accepta habere dignatus es munera pueri tui justi Abel, et sacrificium patriarchae nostri Abrahae, et quod tibi obtulit summus sacerdos tuus Melchisedech, sanctum sacrificium, immaculatam hostiam.
22
Vandaar dat wij, o Heer, uw dienaren, maar ook uw heilig volk, bij de gedachtenis aan het heilig Lijden van dezelfde Christus, uw Zoon, onze Heer, alsook aan zijn Verrijzenis uit de dood en zijn glorievolle Hemelvaart: uit uw giften en gaven een † zuivere offerande een † heilige offerande, een † onbevlekte offerande, het heilig † Brood des eeuwigen levens en de kelk van de † eeuwige zaligheid, aan uw verheven majesteit aanbieden. Gewaardig U op deze offerande met genadige en goedertieren blik neer te zien, en ze welwillend te aanvaarden, zoals Gij U gewaardigd hebt de gaven van uw rechtvaardige dienaar Abel, het offer van onze aartsvader Abraham, en het heilig offer, de vlekkeloze offerande, die uw hogepriester Melchisedech U heeft opgedragen, te aanvaarden.
In spiritu humilitatis, et in animo contrito suscipiamur a te, Domine, et sic fiat sacrificium nostrum in conspectu tuo hodie, ut placeat tibi, Domine Deus.
De priester strekt de armen uit en bidt:
ENI, Sanctificator omnipotens aeterne Deus: et benedic † hoc sacrificium tuo sancto nomini praeparatum.
In de geest van ootmoed en met een vermorzeld hart smeken wij door U, o Heer, ontvangen te worden, en laat heden ons offer zo voor uw aanschijn voltrokken worden, dat het U aan‐ genaam zij, Heer, onze God.
Kom, Heiligmaker, almachtige, eeuwige God, en † zegen dit offer, uw heiligen naam bereid.
HANDWASSING
Aan de epistelzijde van het altaar wast de priester de handen en bidt daarbij psalm 25, 612:
Ik was mijn handen in on‐ schuld, en sta rond uw altaar, O Heer, om U een loflied te zingen, en al uw wonderen te melden. Heer, ik bemin het huis, waar Gij toeft, de woonplaats van uw heerlijkheid. Werp mij niet weg met de zondaars, mijn leven niet met de moordenaars, aan wiens handen misdaad kleeft, wiens rechterhand is omgekocht. Neen, ik wandel in onschuld; red mij dus, Heer, en wees mij genadig! Mijn voet staat in de gerechtigheid vast; ik zal U
AVABO inter inno‐ centes manus meas: et circumdabo altare tuum, Domine. Ut audiam vocem laudis: et enarrem universa mirabila tua. Domine, dilexi decorem domus tuae: et locum habitationis gloriae tuae. Ne perdas cum impiis, Deus animam meam: et cum viris sanguinum vitam meam: in quorum manibus iniquitates sunt: dextera eorum repleta est muneribus. Ego autem in innocentia mea ingressus sum: redime me, et miserere mei. Pes meus stetit in 15
directo: in benedicam te, Amen.
ecclesiis Domine.
loven, o Heer, in de volle gemeente! Amen.
Gebogen voor het midden van het altaar bidt de priester het volgende gebed:
USCIPE sancta Trinitas, hanc oblationem, quam tibi offerimus ob memoriam passionis, resurrectionis, et ascensionis Jesu Christi Domini nostri: et in honorem beatae Mariae semper Virginis, et beati Joannis Baptistae, et sanctorum Apostolorum Petri et Pauli, et omnium Sanctorum: ut illis proficiat ad honorem, nobis autem ad salutem: et illi pro nobis intercedere dignentur in caelis, quorum memoriam agimus in terris. Per eundem Christum Dominum nostrum. Amen.
Aanvaard, Heilige Drievuldigheid, deze offerande, die wij U opdragen ter gedachtenis aan het lijden, de verrijzenis en de hemelvaart van onze Heer Jezus Christus: en ter ere van de H. Maria, altijd Maagd, van de H. Joannes de Doper, van de HH. Apostelen Petrus en Paulus, van deze en van alle Heiligen; opdat zij hun tot eer en ons tot zaligheid strekke: en mogen zij, wier gedachtenis wij vieren op aarde, zich gewaardigen ons voor ten beste te spreken in de hemel. Door dezelfde Christus, onze Heer. Amen.
P. Bidt, broeders: opdat mijn en uw offerande aan God, de al‐ machtige Vader moge behagen. A. Moge de Heer het offer uit uw handen aanvaarden tot lof en glorie van zijn naam, tot nut ook van ons en van geheel zijn heilige Kerk.
16
UI
pridie quam pateretur, accepit panem in sanctas ac venerabiles manus suas, et elevatis oculis in coelum ad te Deum Patrem suum omnipotentem tibi gratias agens, benedixit †, fregit, deditque discipulis suis, dicens: Accipite, et manducate ex hoc omnes, HOC EST ENIM CORPUS MEUM.
het † Lichaam en † Bloed van uw allerbeminnelijkste Zoon, onze Heer Jezus Christus.
Die daags voor zijn lijden het brood nam in zijn heilige en eerbiedwaardige handen, zijn ogen hemelwaarts richtte tot U, God, Zijn almachtige Vader, U dank bracht, het † zegende, brak, aan Zijn leerlingen gaf, en zei: neemt en eet allen hiervan: WANT DIT IS MIJN LICHAAM.
De priester aanbidt knielend het Lichaam des Heren, toont de heilige Hostie aan de gelovigen, en knielt nogmaals.
De priester wendt zich tot de omstanders en nodigt hen uit met hem het laatste gebed van de offerande te bidden:
P. Orate fratres, ut meum ac vestrum sacrificium acceptabile fiat apud Deum Patrem omnipotentem. A. Suscipiat Dominus sacrificium de manibus tuis ad laudem et gloriam nominis sui, ad utilitatem quoque nostram, totiusque
et † Sanguis fiat dilectissimi Filii tui Domini nostri Jesu Christi.
IMILI modo postquam coenatum est, accipiens et hunc prae‐ clarum Calicem in sanctas ac venerabiles manus suas: item tibi gratias agens, † benedixit, deditque discipulis suis, dicens: Accipite, et bibite ex eo omnes. HIC EST ENIM CALIX SANG UINIS MEI, NOVI ET AETERNI TESTAMENTI: MYSTERIUM FIDEI: QUI PRO VOBIS ET PRO MULTIS EFFUNDETUR IN RE MISSIONEM PECCATORUM. 21
Op dezelfde wijze nam Hij na het avondmaal ook deze voortreffelijke Kelk in zijn heilige en eerbiedwaardige handen, zei U dank, † zegende dien, gaf hem aan zijn leerlingen, en zei: neemt en drinkt allen hieruit: WANT DIT IS DE KELK VAN MIJN BLOED VAN HET NIEUW EN EEUWIG VERBOND GEHEIM DES GELOOFS DAT VOOR U EN VOOR VELEN VERGOTEN ZAL WORDEN TOT VERGEVING VAN DE ZONDEN.
Sponsi, et beatorum Apostolorum ac Martyrum tuorum, Petri et Pauli, Andreae, Jacobi, Joannis, Thomae, Jacobi, Philippi, Bartholomaei, Matthaei, Simonis, et Thaddaei: Lini, Cleti, Clementis, Xysti, Cornelii, Cypriani, Laurentii, Chrysogoni, Joannis et Pauli, Cosmae et Damiani, et omnium Sanctorum tuorum; quorum meritis precibusque concedas, ut in omnibus protectionis tuae muniamur auxilio. Per eundem Christum Dominum nostrum. Amen.
bruidegom van de H. Maagd en uw HH. Apostelen en Martelaren Petrus en Paulus, Andreas, Jacobus, Joannes, Thomas, Jacobus, Philippus, Bartholomeus, Mattheus, Simon en Thaddeus: Linus, Cletus, Clemens, Sixtus, Cornelius, Cyprianus, Lau‐ rentius, Chrysogonus, Joannes en Paulus, Cosmas en Damianus, en van al uw Heiligen: laat Gij ons omwille van hun verdiensten en gebeden in alles de hulp van uw bescherming genieten. Door dezelfde Christus, onze Heer. Amen.
ANC igitur oblationem servitutis nostrae, sed et cunctae familiae tuae quaesumus, Domine, ut placatus accipias: diesque nostros in tua pace disponas, atque ab aeterna damnatione nos eripi, et in electorum tuorum jubeas grege numerari. Per Christum Dominum nostrum. Amen.
Quam oblationem tu, Deus, in omnibus, quaesumus, † benedictam, † adscriptam, † ratam, rationabilem, acceptabilemque facere digneris: ut nobis † Corpus,
20
Wij smeken U daarom, Heer, dit offer van ons, uw dienaren en tevens van geheel uw gezin genadig aan te nemen: onze dagen in uw vrede te leiden, ons aan de eeuwige verdoemenis te ontrukken, en in de kudde van uw uitverkorenen te doen opnemen. Door Christus, onze Heer. Amen. Wij smeken U, o God, dat Gij U gewaardigt dit offer in alles te † zegenen, het volkomen † geldig, † waardig en welgevallig te maken, opdat het voor ons worde
Ecclesiae Amen. P. Amen.
suae
sanctae.
Amen.
P. Amen.
de priester bidt het gebed (Secreta) in stilte en besluit op luide toon.
ROPITIARE quaesu‐ mus Domine animae famuli tui (famulae tuae) N, pro quia hostiam laudis tibi immolamus, majestatem tuam suppliciter deprecantes: ut per haec piae placationis officia, pervenire mereatur ad requiem sempiternam. Per Dominum nostrum Jesum Christum filium tuum, qui tecum vivit et regnat in unitate Spiritus Sancti, Deus, P. Per omnia saecula saeculorum. A. Amen.
Heer wij smeken u: Wees de ziel van uw dienaar (dienares) N. genadig nabij, waarvoor wij dit offer van lof aan U aanbieden, uw Majesteit nederig smekend: dat zij door de dienstwerken van dit vrome zoenoffer, moge overgaan naar de eeuwige rust. Door onze Heer Jezus Christus uw Zoon, die met U leeft en heerst in de eenheid van de heilige Geest, P. Door alle eeuwen der eeuwen. A. Amen.
HET EUCHARISTISCH GEBED INLEIDING VAN HET EUCHARISTISCH GEBED OF PREFATIE
P. Dominus vobiscum. A. Et cum spiritu tuo. P. Sursum corda. A. Habemus ad Dominum. P. Gratias agamus Domino Deo nostro. A. Dignum et justum est. ERE dignum et iustum est, æquum et salutare, nos tibi semper et ubique gratias
P. De Heer zij met u A. En met uw geest. P. Omhoog de harten. A. Wij hebben ze bij de Heer. P. Danken wij de Heer onze God. A. Het is passend en rechtmatig Het is waarlijk passend en rechtmatig, billijk en heilzaam, dat wij U altijd en overal dankzeggen, Heer, Heilige 17
agere: Domine sancte Pater, omnipotens æterne Deus: per Christum Dominum nostrum. In quo nobis spes beatæ resurrectionis effulsit, ut, quos contristat certa mo‐ riendi condicio, eosdem consoletur futuræ immor‐ talitatis promissio. Tuis enim fidelibus, Domine, vita mutatur, non tollitur, et, dissoluta terrestris huius incolatus domo, æterna in cælis habitatio comparatur. Et ideo cum Angelis et Archangelis, cum Thronis et Dominationibus, cumque omni militia cælestis exerci‐ tus, hymnum gloriæ tuæ canimus, sine fine dicentes:
ANCTUS, Sanctus, Sanctus, Dominus Deus Sabaoth. Pleni sunt coeli et terra gloria tua. Hosanna in excelsis. Benedictus qui venit in nomine Domini. Hosanna in excelsis.
Vader, almachtige eeuwige God, door Christus onze Heer. In wie voor ons de hoop op de gelukzalige verrijzenis straalt, opdat de belofte van de toekomstige onsterfelijkheid ons troosten mag, die diep bedroefd zijn vanwege de zekerheid dat wij sterfelijk zijn. Want voor uw gelovigen, Heer, wordt het leven veranderd, niet weggenomen, en nadat het huis van onze aardse woonplaats is ontbonden, wordt een eeuwige woonplaats in de hemelen samengesteld. En daarom, met alle engelen en aartsengelen, tronen en hoogheden, met alle milities van het hemelse leger, zingen wij het lied van uw glorie, zonder einde zeggend: Heilig, Heilig, Heilig de Heer, de God der Heerscharen.Vol zijn hemel en aarde van uw heerlijkheid. Hosanna in de hoge. Gezegend Hij, die komt in de naam van de Heer. Hosanna in de hoge.
CANON VAN DE MIS
E igitur, clementissime Pater, per Jesum Christum Filium tuum, Dominum nostrum, sup‐ plices rogamus ac petimus, uti accepta habeas, et
18
Wij bidden en smeken U dan ootmoedig, goedertierenste Vader, door Jezus Christus, Uw Zoon, onze Heer, dat Gij deze † gaven, deze † offers, deze † heilige, vlekkeloze
benedicas, haec † dona, haec † munera, haec † sancta sacrificia illibata; in primis quae tibi offerimus pro Ecclesia tua sancta catholica; quam pacificare, custodire, adunare, et regere digneris toto orbe terrarum: una cum famulo tuo Papa nostro N., et Antistite nostro N. et omnibus orthodoxis, atque catholicae et apostolicae fidei cultoribus.
offeranden, die wij U in de eerste plaats opdragen voor uw heilige katholieke Kerk goedgunstig wilt aannemen en zegenen. Gewaardig U haar vrede te verlenen, haar te beschermen, in eenheid te behouden en te besturen over heel de wereld; in eenheid met uw dienaar, onze Paus N., en onze Bisschop N., en alle recht‐ gelovigen en belijders van het katholiek en apostolisch geloof.
Memento, Domine, famulorum, famularumque tuarum N. et N. et omnium circumstantium, quorum tibi fides cognita est, et nota devotio, pro quibus tibi offerimus: vel qui tibi offerunt hoc sacrificium laudis pro se, suisque omnibus: pro redemptione animarum suarum, pro spe salutis, et incolumitatis suae: tibique reddunt vota sua aeterno Deo, vivo et vero.
Gedenk, Heer, uw dienaren en dienaressen N.N. en alle hier aanwezigen, wier geloof en godsvrucht U bekend zijn, voor wie wij U deze lofofferande opdragen of die ze u opdragen voor zichzelf en voor al de hunnen: voor de verlossing van hun zielen, in de hoop op hun zaligheid en hun redding: en die hun wensen aanbieden aan U, de eeuwige, levende en ware God.
Communicantes, et memoriam venerantes in primis gloriosae semper Virginis Mariae, Genitricis Dei et Domini nostri Jesu Christi: sed et beatorum Joseph ejusdem Virginis
In gemeenschap met en ter eerbiedige gedachtenis allereerst van de roemrijke Maria, altijd Maagd en Moeder van onze God en Heer Jezus Christus: maar ook van de H. Josef
19