uiterlijke verzorging CSPE KB
2010
minitoets bij opdracht 17
variant a
Naam kandidaat _______________________________
Kandidaatnummer ______________
Meerkeuzevragen − Omcirkel het goede antwoord (voorbeeld 1). − Geef verbeteringen aan volgens voorbeeld 2 of 3.
(1)
2p
1
A B C D
(2)
A B C D
X
B
(3)
A B C D
X X
Ouderen kunnen, als ze dat willen, verhuizen naar een aangepaste woonvoorziening zoals de ouderenflat De Rode Toren. Zijn de volgende uitspraken juist of onjuist? Kies de juiste vakjes. juist
onjuist
Er worden steeds meer appartementen gebouwd om te voldoen aan de woonwensen van ouderen. Tegenwoordig gaan de meeste ouderen inwonen bij hun kinderen. Alle ouderen kunnen na hun pensionering gaan reizen. Vergrijzing betekent dat er steeds meer ouderen zijn. In de toekomst zullen alle ouderen kunnen rekenen op voldoende verzorging.
PK-0701-b-10-1-m9
1
lees verder ►►►
1p
2
In De Rode Toren wordt elke week een frietmaaltijd gehouden. De deelnemers aan de maaltijd kunnen kiezen uit vier sauzen bij hun frietjes.
fritessaus mayonaise bevat per 100 g: kcal - 660 kj - 2740 eiwitten - 1 g vetten - 71 g koolhydraten - 5 g
bevat per 100 g:
bevat per 100 g: kcal - 300 kj - 1250
kcal - 120
eiwitten - 1/2 g
kj - 510
vetten - 26 g koolhydraten 16 g
tomaten ketchup
eiwitten - 0 g vetten - 0 g koolhydraten - 30 g
satesaus bevat per 100 g: kcal - 580 kj - 2420 eiwitten - 15 g vetten - 47 g koolhydraten - 25 g
Welke voedingsstoffen in de sauzen leveren energie? alleen de koolhydraten alleen de vetten de koolhydraten en de vetten de eiwitten, de koolhydraten en de vetten
A B C D 1p
3
Voor ouderen zowel als voor jongeren is het erg belangrijk om te zorgen voor voldoende vezels in de voeding. In welke voedingsmiddelen zitten veel vezels? Kies de juiste vakjes. wel
niet
boter fruit groente witbrood zuivel 1p
4
Door bepaalde voedingsgewoonten kunnen gezondheidsproblemen ontstaan. Wat kan de oorzaak zijn van bloedarmoede? A een blijvend tekort aan calcium in de voeding B een blijvend tekort aan ijzer in de voeding C een langdurig gebruik van veel koolhydraten in de voeding D een langdurig gebruik van veel zout in de voeding
1p
5
Sommige ouderen kunnen moeilijk hun plas ophouden. Hoe heet deze aandoening? A dementie B hartziekte C incontinentie D obesitas
PK-0701-b-10-1-m9
2
lees verder ►►►
1p
6
Aan sommige margarines wordt vitamine D toegevoegd. Waarvoor is dat goed? A om acne te voorkomen B om hart- en vaatziekten te voorkomen C om obstipatie te voorkomen D om osteoporose te voorkomen
1p
7
Nadia is 16 jaar oud, ze is 1,67 meter lang en ze weegt 76 kg. lengte in meters 1,90 1,89 1,88 1,87 1,86 1,85 1,84 1,83 1,82 1,81 1,80 1,79 1,78 1,77 1,76 1,75 1,74 1,73 1,72 1,71 1,70 1,69 1,68 1,67 1,66 1,65 1,64 1,63 1,62 1,61 1,60 1,59 1,58 1,57
BMI gewicht in kilo s
ld
bee voor
136 134 132 128 124 120 116 112 108 104 100 96 92 88 84 80 76 72 68 64 60 56 52 48 46 44 42 40
vetzucht duidelijk verhoogd risico op ziekten
30 overgewicht
25 gezond gewicht 18,5
ondergewicht
Hoeveel bedraagt haar BMI? minder dan 18,5 tussen 18,5 en 25 tussen 25 en 30 meer dan 30
A B C D
PK-0701-b-10-1-m9
3
lees verder ►►►
2p
8
Anorexia nervosa is een eetstoornis die vooral voorkomt bij jonge vrouwen tussen 15 en 29 jaar. Iemand die lijdt aan anorexia nervosa heeft veel problemen. Zijn deze problemen lichamelijk, geestelijk of sociaal? Kies de juiste vakjes. lichamelijk
geestelijk
sociaal
haaruitval en een schilferige huid depressieve en minderwaardigheidsgevoelens geen menstruatie meer en onvruchtbaarheid isolatie en niet begrepen worden coma en hartstilstand
1p
9
2p
10
In de puberteit speelt het hormoon testosteron een belangrijke rol. Bij wie is dat zo? A bij alle pubers B bij alle jongens en meisjes C bij jongens tussen 12 en 16 jaar D bij meisjes tussen 10 en 16 jaar Wat zijn voorbeelden van secundaire geslachtskenmerken? wel
niet
okselhaar jeugdpuistjes kaal worden menstrueren een penis 2p
11
Gezondheid, wonen en opleiding zijn belangrijk voor het welbevinden. Zijn de volgende uitspraken juist of onjuist? Kies de juiste vakjes. juist
onjuist
Iemand die lichamelijk gezond is, zal ook geestelijk gezond zijn. De omgeving heeft invloed op het ontstaan van goede of slechte leefgewoonten. Het maakt voor je welbevinden uit of je op het platteland opgroeit of in de stad. Hoogopgeleide mensen besteden minder zorg aan hun uiterlijk dan laagopgeleiden.
PK-0701-b-10-1-m9
4
lees verder ►►►
2p
12
Vallen onderstaande voorbeelden van welbevinden onder lichamelijk, geestelijk of sociaal welbevinden? Kies de juiste vakjes. lichamelijk geestelijk sociaal welbevinden welbevinden welbevinden een verzorgd uiterlijk hebben goede vrienden hebben een goede conditie hebben zelfvertrouwen hebben leuke collega’s hebben
PK-0701-b-10-1-m9 PK-0701-b-10-1-m9*
5
lees verdereinde ►►►