Dit informatieboekje is bedoeld om u als ouder te informeren over welke taalactiviteiten en rekenactiviteiten er in groep 2 aan bod komen. Maar ook om u handvatten te geven om zelf met uw kind thuis te kunnen oefenen. Zo kunt u uw kind stimuleren in het leren. Op http://arkalmere.yurls.nl staan leerzame taalen rekenspelletjes, digitale prentenboeken en filmpjes die horen bij onderstaande oefeningen.
Taaloefeningen in groep 2 In de kleutergroepen (vooral in groep 2) worden kinderen voorbereid om te leren lezen en schrijven, dit gaat allemaal spelenderwijs. U kunt met uw kind thuis de volgende oefeningen oefenen. Voorlezen en rijmen Lees uw kind veel voor. Let erop of uw kind begrijpt wat het hoort. Lees eerder voorgelezen boeken nog eens. Kinderen vinden dit leuk en gaan daardoor het boek of verhaal beter begrijpen. Stel tussendoor vragen over het verhaal. Laat uw kind eens raden waar het verhaal over gaat door eerst alleen naar de voorkant/ achterkant van het boek te kijken. Ook kunt u halverwege het verhaal stoppen met voorlezen en uw kind laten raden hoe het verhaal gaat aflopen. Laat uw kind zien dat je met lezen iets kunt doen; bijvoorbeeld door in zijn aanwezigheid de tekst op een verpakking, boekje of een recept te lezen. Doe met uw kind spelletjes die goed zijn voor taal- leesontwikkeling. Denk aan bijvoorbeeld rijm- en raadspelletjes. Geef uw kind eigen schrijfspullen, zoals een potlood en papier. Stimuleer het (na)schrijven van woordjes, zoals zijn eigen naam, of de namen van broertjes en zusjes. Bij het rijmen is het belangrijk om de laatste klank te benadrukken; bijvoorbeeld ikkkkk, tikkkkkkk. De woorden klinken aan het eind/ achteraan hetzelfde. Nog een voorbeeld; tassssss, jassssss. U kunt samen met uw kind rijmoefeningen verzinnen op de voorwerpen in bijvoorbeeld de huiskamer, benadruk steeds de laatste klank. Als uw kind moeite heeft met rijmen kunt u vooral boekjes op rijm voorlezen zodat uw kind leert luisteren naar de klanken en rijmen….en eventueel de rijmwoorden gaat aanvullen. Woorden “hakken en plakken” De handen gaan tegen elkaar aan. We “hakken” een woord in stukjes; de handen gaan van links naar rechts (schrijfrichting), elke letter (of letters bij de dubbelklanken –oo, -aa etc.) van een woord is 1 beweging. Bijvoorbeeld bij het woord ik handen samen aan de linkerkant, handen omhoog en omlaag en zeg daarbij -i, dan de handen klein stukje naar rechts verplaatsen en dan weer handen omhoog en omlaag en zeg daarbij –k en daarna klappen en tegelijk het hele woord zeggen: “ik”. Als uw kind dit lastig vindt dan klapt u eerst en klapt uw kind het na. Een verkeerd geklapt woord wordt altijd goed herhaald. ik- i- k roosr- oo- s sok s- o-k teent- ee- n buik b- ui-k maan m-aa-n vis v- i- s pen p- e- n neus n-eu-s oog oo-g (op http://arkalmere.yurls.nl staat een link naar de filmpjes bij deze woorden; kijk bij taalspelletjes en klik dan ‘filmpjes veilig leren lezen’ aan).
Horen van de eerste, laatste en middelste klank Het horen van de verschillende klanken binnen een woord is belangrijk om een woord te kunnen ontcijferen. Zo kunnen we het woord goed leren lezen en schrijven. Hiervoor is niet alleen de klankenkennis nodig, maar ook het korte auditieve geheugen, we moeten de klank even kunnen onthouden. We spreken hier van klanken ………-k is de “kuh” en niet de {kaa}, de –oe- is ook 1 klank, zelfde als de dubbele klinkers en de Ui, EU, IJ, Ei, IE, AU, OU.
Oefeningen voor het horen van de eerste klank Welke klank hoor je aan het begin van het woord, de klanken mogen wat langer worden aangehouden, soms helpt het als het woord is opgeschreven als visuele ondersteuning. raam
vis
doos
Laatste klank: roos pen
Middelste klank: raam vis doos
maan
mat
kip
kam
maan
kip
sok
sok
sok
mus
Als de eerste en laatste klank goed gaan dan kunt u proberen om ook de middelste klank horen te oefenen. Dit is de lastigste, oefen vooral met korte woorden bestaande uit medeklinker, klinker, medeklinker….mkm woord. Schrijf het woord ook op zodat u samen kunt “puzzelen”wat de middelste klank moet zijn…..bijvoorbeeld bij vis…..eerste is vvv, laatste is sss, maar hoe noemen we nu deze……u wijst daarbij naar de middelste, de i. Help uw kind, het is niet de bedoeling dat het een frustrerend lesje wordt, meer een samenspel waar u met klanken aan het puzzelen bent. Bovenstaande oefeningen noemen we analyse oefeningen, het kind moet als het ware analyseren welke klanken er in een woord voorkomen en in welke volgorde. Dit is lastig, kinderen moeten daar echt klaar voor zijn om dat te kunnen. Het is een hele abstracte oefening die we van hun vragen. Heel strikt oefenen en herhalen heeft niet veel nut, dat zal frustratie oproepen. Probeer het oefenen luchtig te houden….onderweg in de auto, tussendoor….help uw kind en bied het meer hulp aan als u merkt dat het lastig is. Hou het speels! Bezig zijn met klanken en woorden is vaak voor veel kinderen al voldoende, het maakt hen bewust van opbouw van woorden.
Horen van het eerste en laatste woord Dit kunt u ook spelenderwijs oefenen door drie woorden op een rij te zeggen en het kind te vragen wat het eerste woord of het laatste woord in de reeks is. Bedenk in eerste instantie woorden die met elkaar te maken hebben, bijvoorbeeld; spin
herfst
blad
Als dit goed gaat, kunt u meer woorden achter elkaar in een reeks zetten. U kunt ook woorden bedenken die juist niets met elkaar te maken hebben. Bijvoorbeeld: Mat
paddestoel
tekening
jas
Synthese oefening Als een kind klanken kan benoemen en kort onthouden kan het ook leren om daar weer een woord van te maken….we rijgen de klanken als het ware weer aan elkaar……de synthese oefeningen. Naast het horen van de verschillende klanken moet een kind ook klanken aan elkaar kunnen rijgen tot een woord, als u v….i…s…. zegt moet het kind daar “vis”van kunnen maken. Laat een korte pauze tussen de klanken. U kunt uw kind helpen door woorden in een categorie te gebruiken, bijvoorbeeld allemaal dieren of kledingstukken. U kunt er ook voor kiezen om eerst maar 1 klank los te koppelen van de rest van het woord. Hieronder vindt u de voorbeelden. “Ik zeg de volgende dieren raar….ik hak de namen in stukjes….dan mag jij ze aan elkaar plakken…puzzelen we er samen weer een woord van….”. V…is p…oes k..a..t m..ui..s enzovoort. Let erop dat de woorden in het begin niet te lang zijn, gaat dit goed dan kunt u moeilijkere woorden verzinnen, zoals paard of stier. Alle KLANKEN worden benoemd, niet de letters! Dus vvv iii sss en niet VE-IE-ES. Ook hier kunt u visueel ondersteunen door voor elke klank een blokje neer te leggen en die dan bij het vormen van het woord tegen elkaar aan leggen. U kunt natuurlijk ook altijd spelletjes doen als “ik zie, ik zie wat jij niet ziet en het is een r-aa-m, rara wat is het?
Op de volgende pagina’s staan de letters en woorden die in groep 2 worden aangeboden: Het is belangrijk om de letters bij de klank te noemen. Dus bijvoorbeeld ‘mm’ in plaats van ‘em’!
Op Youtube staat een filmpje waar de klanken worden uitgesproken: De link staat op http://arkalmere.yurls.nl rechts onderin (uitspraak klanken van het alfabet).
Rekenoefeningen in groep 2
Cijfers 1 tot en met 20: We tellen van 1 tot en met 20 (de telrij opzeggen; 1, 2, 3 enz.). Thuis en ook onderweg kunt u samen met uw kind heel veel dingen tellen. We bieden de cijfers aan tot en met 20, de kinderen moeten in ieder geval de cijfers tot en met 10 goed kunnen benoemen (dus het cijfer aanwijzen en dan het cijfer in 1 keer goed kunnen zeggen). Ook oefenen we met het schrijven van de cijfers tot en met 9 (de 10 is de samenstelling van de cijfer 1 en 0). Hieronder staat de juiste schrijfwijze van de cijfers:
Kleuren/ vormen en begrippen. De kinderen leren alle kleuren kennen en leren deze vlot te benoemen. En de vormen: cirkel/ vierkant/ driehoek/ rechthoek/ ovaal. Verder bijvoorbeeld de begrippen; vol/ leeg, meest/ minst, van dun naar dik, van breed naar smal, van hoog naar laag, van weinig naar veel, vooraan, achteraan, eerste/ tweede/ derde etc. tot en met tiende, etc.
Verder oefenen we op school onder andere met rekenen op de onderstaande site: www.rekentuin.nl U kunt daar ook thuis op inloggen en uw kind laten oefenen. Inloggen; groene knop rechtsboven aanklikken. Gebruikersnaam+ wachtwoord invullen Dit is de gebruikersnaam van uw kind: ………… Dit is het wachtwoord van uw kind: ……………. Vervolgens drukt u op inloggen en dan kan het spel beginnen.
Rechtsboven in beeld ziet u het keuzemenu. De tuin opent in het basismenu (dit komt overeen met het keuzemenu linksonder. Rechts daarnaast staat de bonustuin met moeilijker spellen. Linksboven in het keuzemenu staat de prijzenkast. De kinderen verdienen namelijk “muntjes” als ze in een spelletje een vraag goed hebben. Ze kunnen daarmee prijzen “kopen” die daarna zullen verschijnen in hun prijzenkast.
In de tuin klikt uw kind op bijvoorbeeld tellen en dan opent het spel. Het spel past zich vanzelf aan op het niveau van uw kind. Als het spel te makkelijk is en uw kind dus veel vragen goed heeft dan wordt het spel vanzelf moeilijker. En is het nog te moeilijk, dan wordt het spel makkelijker. Ook kun je zelf de spellen moeilijker of makkelijker maken door in het hoofdmenu aan de rechterkant de moeilijkheid aan te passen (smiley met 1, 2 of 3 zweetdruppels)
Het is belangrijk om te vertellen dat u niet een ander kind of volwassene (uzelf bijvoorbeeld) het spel op het account van uw kind moet laten spelen. Anders zal het spel veel te moeilijk worden voor uw kind omdat het niveau zich aanpast. Ook een leuk weetje: juf kan zien wanneer uw kind heeft geoefend en wat goed ging en wat nog niet.
Heel veel plezier!