Debat wisselwerking evenementensector - sociale economie
Tussen evenement, maatschappij en economie: kan het klikken?
Annemie Van de Craen, gastdocente aan de Karel de Grote Hogeschool te Antwerpen en eventcoördinator, zocht naar antwoorden. Zij nodigde vier partners uit, afkomstig uit zowel de evenementensector als de non-profitsector (zie lijst onderaan), om een brug te slaan van de reguliere economie naar de sociale economie. Op deze manier kon de sociale economie ook onder de aandacht worden gebracht van de studenten Event- en projectbeheer en KMO- management van de Karel de Grote Hogeschool te Antwerpen. Via een debat wilde Annemie Van de Craen aftasten in hoeverre het kan klikken tussen de sociale en de reguliere economie in het algemeen en tussen de sociale sector en de evenementensector in het bijzonder. Dit debat met daarop aansluitend een workshop vond plaats op woensdag 2 mei 2012 op de Campus Groenplaats van de Karel de Grote Hogeschool. Het project kaderde in het MVO-congres ‘UR future. Naar een nieuwe burgerzin’. Zowel studenten en medewerkers van de KdG als leden van andere onderwijsinstellingen en bedrijven werden daartoe uitgenodigd door de hogeschool. Wat u hieronder aantreft, is een bundeling van de belangrijkste bevindingen van die namiddag.
Wat is ‘sociale economie’? Pieterjan Robijn, Stafmedewerker Communicatie van VOSEC (Vlaams Overleg Sociale Economie) kreeg als eerste het woord om een introductie te verzorgen over wat sociale economie precies inhoudt. Zoals alle ondernemingen worden ook hier producten en diensten aangeboden met als doel het maken van winst. Het verschil met de reguliere economie zit hem, aldus Pieterjan Robijn, in de kerndoelstellingen. Bij de sociale economie liggen
niet winst, maar maatschappelijke waarden (people - planet - profit) aan de grondslag van het ondernemen. Hierbij staan transparantie, duurzaamheid, maatschappelijke inbedding en democratische besluitvorming centraal. De winsten gaan niet naar de aandeelhouders, maar worden opnieuw in de onderneming geïnvesteerd. De sociale economie is in Vlaanderen in zowat alle sectoren aanwezig. Wellicht bekend in de oren klinkende voorbeelden zijn bijvoorbeeld de kringwinkels, fietspunten en Ecopower.
Sociale economie en de evenementensector Naar aanleiding van dit congres ging PieterJan Robijn op zoek naar mogelijkheden voor de evenemen-
tensector om de sociale economie in te schakelen in haar bedrijfsvoering. Integratie van de sociale economie bij evenementen, zo stelde hij, kan zich situeren op verschillende terreinen. Cateraars kunnen gebruik maken van de diensten van langdurig werklozen bij de productie van maaltijden. Eventlocaties en eventorganisatoren kunnen op hun beurt rechtstreeks catering afnemen van invoegbedrijven*, die als cateraar in hoofdzaak werken met mensen uit de zogenaamde kansengroepen**. Bij de voorbereiding van events kan een beroep gedaan worden op sociale werkplaatsen voor het aanmaken van kleine producten zoals gadgets of het verzorgen van drukwerk. Ook voor communicatieoprdrachten is de sociale sector een geschikte medewerker. Evenementenbedrijven, gespeci-
aliseerd in op- en afbouwen of in groenvoorziening, zouden een beroep kunnen doen op mensen die lange tijd geen vaste plek hadden in het reguliere arbeidscircuit. Je moet natuurlijk wegwijs geraken in de sociale sector en daarvoor verwijst Pieter Jan Robijn voor een volledige lijst met de bedrijven, actief in de sociale economie, naar de site: www.socialeeconomie.be
onderbroken worden. Dit betekent dat heel wat voedingswaren steeds onder een bepaalde temperatuur moeten worden bewaard voor ze bereid en geserveerd worden. Enkel als gerechten onmiddellijk na de bereiding worden ingevroren en vacuüm verpakt, kunnen zij worden hergebruikt. Dit bemoeilijkt en ontmoedigt alvast het snel en kosteloos wegschenken van niet geconsumeerd voedsel. Bovendien stelt de wetgeving dat de donor altijd verantwoordelijk blijft voor de kwaliteit van het weggeschonken voedsel en bijgevolg ook aansprakelijk is voor eventuele slachtoffers achteraf. Het evenementenbureau of de cateraar blijft aansprakelijk als er bijvoorbeeld een dag later iemand ziek wordt van de maaltijden die nobel werden weggeschonken.
Nicolas Boehlen, general manager van o.a. Hof ter Delft, kasteel van Brasschaet en B&B-catering wordt vaak geconfronteerd met overschotten van maaltijden. Deze zijn reeds betaald door de opdrachtgever en belanden vaak in de vuilnisbak. De wetgeving voor voedselbedeling is uiterst strikt, aldus Nicolas Boehlen. Zo mag bijvoorbeeld de koudeketen niet
Ook de restaurants, die pro deo werken, zoals het Antwerpse daklozenrestaurant Kamiano, weten duidelijk weinig of geen raad met de toevallige voedseloverschotten uit de evenenmentenbranche, zo blijkt uit de reactie van Dirk Van der Goten van Kamiano. Hij stelde dat juist de onregelmatige aanvoer van zo’n maaltijden het moeilijk maakt om een vaste relatie op te bouwen met de evenementensector. Hoeveel overschot zal er zijn? Hoeveel daklozen zullen er komen eten? En bovendien, aldus Dirk Van der Goten, mogen voedingswaren niet worden geserveerd als de oorsprong ervan niet duidelijk is. Vooral praktische problemen (vervoer, hygiënevoorschriften, communicatiemoeilijkheden, …) zijn er de oorzaak van dat een vaste samenwerking nog niet tot stand is gekomen tussen de evenementenbedrijven en de sociale restaurants. Er is duidelijk meer onderzoek nodig alvorens een perfecte match mogelijk wordt.
Voedseloverschotten wegschenken Voedseloverschotten, veelal het resultaat van no-show, zijn zowat de meest zichtbare en schrijnende verspilling bij evenementen. Deze overschotten, waarvoor reeds door de organisator werd betaald, consequent wegschenken aan de sociale economie zou een duurzame oplossing kunnen betekenen voor dit probleem. Toch is dit niet zo eenvoudig als het lijkt, stelden Annemie Van de Craen en Nicolas Boehlen vast, toen zij voedseloverschotten wensten over te maken aan een goed doel.
ding, zoals het door de wet is voorgeschreven, vacuüm getrokken en daarna door de medewerkers van Kamiano opgehaald.
Een tijdje geleden waren er na een evenement, georganiseerd door Annemie Van de Craen, veertig kant-en-klare maaltijden op overschot, verzorgd door het cateringbedrijf van Nicolas Boehlen. Annemie zocht naar organisaties die deze maaltijden alsnog konden gebruiken en kwam uiteindelijk terecht bij Dirk Van der Goten van Kamiano. Voor Dirk kwam dit uitzonderlijk goed uit, aangezien één van de eerste vaste bezoekers van Kamiano net die week negentig jaar oud werd. Met deze extra maaltijden kon er een feest georganiseerd worden. Door het cateringbedrijf van Nicolas Boehlen werden de gerechten na de berei-
Er kan zoveel fout lopen. Het inzetten bijvoorbeeld van koelwagens of van snelle transportmiddelen voor het vervoer van de party-overschotten naar de sociale restaurants is een serieus issue, aldus Annemie Van de Craen. Zo was er bijvoorbeeld bij het OCMW Antwerpen op vrijdagavond en op zaterdag geen personeel beschikbaar om de voedseloverschotten van een evenement op te halen. Kamiano was daartoe wel bereid. Tot grote voldoening, stelde Annemie Van de Craen vast, van het organiserende havenbedrijf.
Kiezen voor werknemers uit de sociale economie Annemie Van de Craen organiseert vaker evenementen waarin duurzaamheid centraal staat. Hoe langer hoe meer tracht zij de sociale
economie hierbij te betrekken. Zo hoopte zij zo’n tweeduizend papieren bloemen te laten produceren in samenwerking met de sociale sector. Zulke bloemen kunnen na een evenement nog lange tijd blijven hangen en kaderen zo in het organiseren van een duurzaam project. De beschutte werkplaats, die werd aangesproken, kon deze oprdracht niet aanvaarden, omdat het werk dat werd aangeboden naar verluidt te moeilijk was. Het gecontacteerde dagcentrum vond op zijn beurt het maken van papieren bloemen te veel lopende bandwerk en niet creatief genoeg voor de mindervaliden. Naar de toekomst toe wilde het dagcentrum wel tot een gesprek komen om gelijkaardige opdrachten uit te proberen. Evenementbedrijven moeten echter, aldus Van de Craen, veelal snel kunnen schakelen. Dit bemoeilijkt het maken van langetermijnafspraken en hypothekeert een vlotte samenwerking met de sociale sector.
en geen onderscheid maakte op basis van geslacht, ras of invaliditeit. Een ander voorbeeld, zo stelde een leerling van de KdG vanuit het publiek, is Mc Donalds, waar laaggeschoolde werknemers de mogelijkheid hebben om door te groeien en hun bachelordiploma van manager te behalen via een traject dat werkvloer en studie combineert.
Duurzaamheidsverslag: een stimulans voor de sociale economie? king van jullie team op zoek zijn naar volgende functies: iemand extra voor het onderhoudsteam en een kelner in extra dienstverband. Is dat niet iets waarvoor je bij de sociale economie, bij kansarmen terecht kunt? “Wel, wij proberen dat steeds opnieuw, maar wij zijn gevestigd in Brasschaat. Hier wonen weinig allochtonen en voor
Aan het panel werd door de moderator van dienst gevraagd of het opmaken van een duurzaamheidsverslag, een fenomeen dat zich steeds vaker voordoet, een stimulans kan zijn voor toenemende interactie tussen reguliere en sociale economie. Pieterjan Robijn van VOSEC zag hierin weinig of geen
kansarmen vormen de afstand tot de stad in combinatie met een nietnine-to-five-jobaanbieding en het openbaar vervoer duidelijk een onoverbrugbaar probleem”, pareert Nicolas Boehle.
stimulans. Het huidige probleem bij het duurzaamheidsverslag, zo stelt hij, is dat de focus voornamelijk op ecologie ligt en dat het sociale aspect minder of helemaal niet aan bod komt.
De laatste jaren wordt er wel meer aandacht geschonken aan het tewerkstellen van minderheidsgroepen of aan groepen waarvoor tewerkstelling in de traditionele economie minder evident is. Zo stond een opdrachtgever erop dat evenementenorganisator Annemie Van de Craen haar medewerkers selecteerde op basis van hun talent
Misschien is het aan de consumenten om deze eenzijdigheid op te merken en vervolgens bewuste aankoopkeuzes te maken, meent de moderator. Door als het ware te stemmen met hun portemonnee voor bedrijven die de sociale economie integreren in hun werking, kan de consument de markt beïnvloeden. Daarop organiseerde
Een ander voorbeeld is de installatie van Afrikaanse decoratie bij een evenement in Amsterdam. Ook hiervoor zocht Annemie tevergeefs naar helpende handen in de sociale economie. Samenwerken met de sociale economie is tot op vandaag niet voor de hand liggend gebleken, vergt duidelijk veel tijd en bovendien loopt de samenwerking vaak erg stroef. Toch breekt Dirk Van der Goten een lans voor de tewerkgestelden in de sociale economie. Mensen met een strafblad bijvoorbeeld vinden geen werk meer, ook al hebben ze vaak niet meer dan koffiekoeken gestolen om te kunnen overleven. Een tewerkstelling in de sociale sector kan een tijdelijke oplossing bieden, maar de overgang naar de reguliere economie verloopt veelal problematisch. Er is dringend nood aan een mentaliteitsverandering en aan bedrijven die zulke mensen een tweede kans willen geven, pleit Dirk Van der Goten. Aan Nicolas Boehle vroeg de moderator: “Ik las gisteren nog op jullie website dat jullie ter verster-
de moderator een rondvraag bij de veertig aanwezige studenten van de KdG. Hieruit bleek alvast dat deze studenten wel enigszins hun sociaal en ecologisch geweten raadplegen alvorens over te gaan tot consumptie. In ieder geval was er sprake van een zekere ‘duurzaamheidsattentie’ bij deze jonge consumenten. Dat ook de sociale economie op de aandacht van jongeren kan rekenen, werd duidelijk toen de KdG aan mevrouw Van de Craen meedeelde dat van de tien workshops waarvoor de leerlingen konden inschrijven, deze over de sociale economie het eerst was ‘uitverkocht’. Ook mijn organisatie kan helpen om de integratie van reguliere en sociale economie te bevorderen, meent Veerle Van den Eeden, hier woordvoerster voor het multistakeholdernetwerk Kauri. Dit netwerk creëert een vertrouwensklimaat waarin de verschillende leden uit de bedrijfswereld en het maatschappelijk middenveld samenkomen om de dialoog aan te gaan over globale uitdagingen op demografisch, sociaal en ecologisch vlak. Kauri organiseert activiteiten die moeten aanzetten tot acties voor het bekomen van een duurzame maatschappij.
Door discussie mogelijk te maken en de duurzaamheidsverslagen van de leden van het netwerk te bespreken en te bekritiseren kan Kauri bijdragen tot promotie voor de sociale economie als partner van de reguliere economie. Ook de overheid kan hiertoe een belangrijke bijdrage leveren door het verplicht maken van sociale clausules in de bedrijfsovereenkomsten en door de inhoud van de duurzaamheidsverslagen te controleren, zo meent Veerle Van den Eeden.
Hoe meer bedrijven van de sociale economie zullen gebruikmaken, hoe meer over dergelijke prestaties zal worden gecommuniceerd en hoe meer bedrijven zullen worden aangespoord door de prestaties van concurrenten. Mogelijk groeit uit deze samenwerking een win-winsituatie voor zowel de sociale als voor de reguliere economie. Alvast werd hier een debat georganiseerd waarop heel wat jongeren aanwezig waren, die deze boodschap als toekomstig bedrijfslid mee vorm kunnen geven.
Besluit
Na het debat konden de studenten alvast de opgedane kennis toepassen via een korte workshop. Zij kregen een lijst overhandigd met alle activiteiten die door de sociale sector in de provincie Antwerpen worden aangeboden. Elke activiteit werd duidelijk omschreven. Daarnaast beschikten de verschillende groepen ook over een waaier met daarop alle onderdelen van een standaardevenement. Aan de studenten werd gevraagd om in kleine groepjes voor elk deelsegment uit de sociale sector te onderzoeken op welke manier deze diensten in hun toekomende events of KMO-activiteiten konden worden geïntegreerd. Een evaluatie van de resultaten van deze workshop dringt zich op, zodat duidelijk wordt welke impact dit debat had op de mogelijke toekomstige bruggenbouwers tussen de sociale en reguliere bedrijfswereld.
Verscheidene knelpunten dragen ertoe bij dat de inschakeling van de sociale economie in de organisatie van events moeizaam verloopt. Gebrek aan kennis van de sociale sector en van de mogelijkheden ervan zijn obstakels, die mits enige goede wil snel overwonnen kunnen worden. Het is aan eventorganisatoren om de sociale sector in kaart te brengen, om de kwaliteiten ervan te benutten en aan de behoeften ervan tegemoet te komen. Maar de bedrijven zelf uit de sociale economie moeten een deel van de weg afleggen. Het is ook aan hen om hun diensten kenbaar te maken en hun service af te stemmen op die van de private ondernemingen. De praktische hindernissen en problemen van wetgevende aard zijn daarentegen moeilijker te nemen hordes.
Wie gingen in debat? Annemie Van de Craen – zaakvoerster A. Van de Craen bvba. Annemie Van de Craen is historica en zaakvoerster van A. Van de Craen bvba - communicatie en evenementen, een communicatiebureau dat zich sedert 1992 specialiseert in het uittekenen en coördineren van bedrijfsevenementen . Zij is tevens docente aan de Karel de Grote Hogeschool voor event- en projectmanagement. De laatste jaren professionaliseert dit eventbureau zich stapsgewijs en steeds verdergaand in het organiseren van duurzame evenementen. Pieter Jan Robijn - Stafmedewerker Communicatie Vlaams Overleg Sociale Economie. VOSEC is het overlegplatform voor ondernemingen, organisaties en deskundigen uit de sociale economie in Vlaanderen, vertegenwoordigt meer dan 800 ondernemingen en initiatieven, en meer dan 30.000 werknemers. Dirk Van der Goten - is vrijwilliger in Kamiano en auteur van ‘Het boek Bob’, waarin hij ons door middel van tien verhalen een blik biedt op de omstandigheden waarin thuislozen leven. Dirk Vergoten van Sant’Egidio biedt twee keer per week gratis warme maaltijden aan in het sociaal restaurant Kamiano. Kamiano staat voor respect en waardering voor de thuislozen en de uitgeslotenen in onze maatschappij. Zo’n drie- à vierhonderd personen kunnen er sinds 1994 terecht voor een gratis warme maaltijd. De mensen die er werken, doen dit op vrijwillige basis. Het restaurant werkt, de steun van het OCMW uitgezonderd, voornamelijk op basis van giften (financieel, brood van lokale bakkers, …). Nicolas Boehlen - General Manager B&B Createring Brasschaat, cateraar van Kasteel van Brasschaet, Hof ter Delft, De Groene Jager en de Kleine Zavel Veerle Van den Eeden - standin voor David Leyssens - Directeur Kauri, het Belgisch Lerend
Netwerk en Kenniscentrum rond Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen en Duurzame Ontwikkeling. KAURI vzw werd in 1997 opgericht door een groep managers die als vrijwilliger verbonden waren aan de ontwikkelingsorganisatie Vredeseilanden. Zij wilden de thema’s ontwikkelingssamenwerking en internationale duurzame handelsrelaties vertaald zien binnen het bedrijfsleven. Het KAURI-netwerk heeft de ambitie om verder te groeien tot hét informatie- en contactpunt voor Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen en NGO Accountability in België. * Onder invoegbedrijven begrijpen wij ondernemingen die bereid zijn kansengroepen een duurzame tewerkstelling te garanderen met aandacht voor opleiding en begeleiding in een arbeidsomgeving waar maatschappelijk verantwoord ondernemen centraal staat. ** Onder kansengroepen verstaat men categorieën van personen waarvan de werkzaamheidgraad -het procentueel aandeel van de personen uit de betrokken categorie op beroepsactieve leeftijd (1564 jaar) die effectief werken- lager ligt dan het gemiddelde bij de totale Vlaamse beroepsbevolking. De Vlaamse regering bepaalt jaarlijks, na advies van de Sociaal-Economische Raad van Vlaanderen, de nadere omschrijving van deze groepen. Dit zijn voornamelijk allochtonen, langdurig werklozen, laaggeschoolde werklozen, ouderen, arbeidsgehandicapten,... Bij eventbedrijven of hun toeleveranciers kunnen kansarmen (langer dan 5 jaar werkloos) via een combinatie van opleiding en stages doorstromen naar een reguliere baan als bijvoorbeeld kok of dienster.