Verslag van het Dunga-symposium op 1 maart 2013, ROC Hengelo. Totaal aantal deelnemers: 77 (incl. panelleden, bestuur en man van de techniek) 1. Voorzitter Hans Roelink heet allen welkom en geeft een korte inleiding over doel van dit symposium, waarin de Stichting Dunga Kenya Development wil laten zien hoe in de afgelopen 12 jaren de inwoners van het dorpje Dunga zijn geholpen om zichzelf te ontwikkelen, en hoe zij langzamerhand in staat zijn om op eigen kracht verder te gaan. 2. Tonneke Alink vertelt hoe het allemaal is begonnen, nl. op het schooltje in Dunga; hoe zij steeds meer betrokken raakte bij de problemen van de mensen in Dunga, hoe ze daar oplossingen voor zocht en daarbij steeds meer steun kreeg. Haar verhaal is na te lezen op de website. 3. Vervolgens vertelt Helma Albers hoe zij door het “Dunga-virus” werd getroffen. Ook zij ging zich inzetten voor de school en de vervolgstudies van kinderen die inmiddels de Dungaschool hadden doorlopen. Maar vooral met de vraag hoe de mensen in Dunga uiteindelijk op eigen kracht verder konden wanneer wij als stichting onze steun zouden afronden. Haar verhaal over het microkreditproject en de jongerengroep is ook te lezen op de website. 4. Hierna komt Gijs van Driem aan het woord met de financiële kant van onze steun aan Dunga: per jaar is gemiddeld 30.000,-- euro bijeengebracht door particulieren en instanties zoals kerken, Rotary, Odd Fellows, Hartstrastichting, Haëlla, NCDO en niet te vergeten basisschool ’t Eimink in Hengelo, die 10 jaar lang de opbrengst van de jaarlijkse sponsorloop aan Dunga heeft geschonken. Een overzicht van Inkomsten en Uitgaven is te zien op de website. En dan vertelt Gijs over de briljante student Jerim Obure, die dankzij de steun via Gijs en onze stichting - maar vooral dankzij zijn eigen doorzettingsvermogen en harde werken – in recordtijd met lof afstudeerde aan de Universiteit van Amsterdam. Samen met t zijn broer zorgt hij nu dat hun zus haar studie kan afmaken aan de universiteit van Nairobie! Ook dit verhaal staat op de website. 5. Na al deze verhalen over onze activiteiten in Dunga wordt een YouTube-film vertoond die door jongeren in Dunga is gemaakt o.l.v. Ellias Awuondo, de projectleider van het Jongeren/Microkredietproject. In deze film laten de jongeren van de Lucky Apex Youth Group in Dunga o.a. zien hoe zij 2x per maand het fruitprogramma voor de schoolkinderen verzorgen. Al deze jonge mensen zijn met sponsorhulp via onze stichting uitgegroeid tot jonge, goed geschoolde mensen, die zich nu inzetten voor verdere ontwikkelingen in Dunga. Zij hebben al een schoonmaakactie in het dorp gehouden en zijn begonnen met een tree-nursery, waar zij bomen kweken en groente verbouwen.
Korte vragenronde. Vraag 1: Hoe stopt het project ? Antwoord: Vanaf 2014 geven wij geen geldelijke steun meer en moet men op eigen kracht verder. Alleen de sponsoring van enkele studenten loopt dan nog even door, totdat die studies zijn afgerond. Dit zal in 2016 zijn. Vraag 2: En als de ontwikkeling in Dujga dan tóch in elkaar zakt? Antwoord: Dat gebeurt niet, de jongeren nemen het over ! Reactie: Jullie zijn wel erg zeker van jullie zaak, maar toch gaat het vaak misH Antwoord: Dit komt straks bij de paneldiscussie aan de orde. Pauze Voorstellen van de panelleden Ina van de Bunt (IvdB) : missiesecretaris van Aartsbisdom Utrecht. Heeft kontakten met oud-missionarissen, particulieren over grote akties zoals Vastenaktie, maar ook over akties zoals dit symposium. Benno Goosen (BG): voormalig directeur van RK basisschool t Eimink, Hengelo. Ging meewerken aan Dunga n.a.v. een bezoek van Jan van der Kemp die hem vroeg om steun voor de school in Dunga. Overweging: op school worden in de vastentijd inzamelingen gehouden voor de Vastenactie, maar je zag niet wat er met dat geld gebeurde. Nu kwam er een zichtbaar doel, nl. de schoolkinderen in Dunga. Dus heeft “t Eimink dat doel 10 jaar gesteund, met een gemiddelde opbrengst tusen 3000,-- en 4.000,-- per jaar. Frank Boomers (FB): Was als kind al gefascineerd door de verhalen van missionaris Hans Burgman die bij hen thuis over de vloer kwam. Heeft later als financieel beheerder voor Mill Hill gewerkt o.a. in Kisumu. Ook in andere landen. Sinds 2007 terug in Nederland. Is nu zelfstandig adviseur bij missie projecten. Martin Steenbeke (MS): Discussieleider, werkt bij RTV Oost. MS vraagt Frank Boomers: Is Dunga een parel aan de kroon van ontwikkelingsprojecten? FB: ik ken meer van dit soort projecten, maar Dunga is wel speciaal; de kracht van Dunga is a) men legt het tempo in hún handen; b) de kleinschaligheid. Ms vraag IvdB: mee eens?
Antwoord IvdB: eigen tempo en kleinschaligheid wordt wel kenmerkend voor steeds meer van dit soort initiatieven. MS: Particuliere versus grootschalige organisaties zoals Novib of Cordaid; de kracht van kleinschaligheid = kontakt MS vraagt BG: Waarom is kleinschaligheid zo belangrijk? BG: inderdaad het directe kontakt. Eerst al de klik met Jan van der Kemp. En later het kontakt met Tonneke en Helma, die bij de sponsorloop aanwezig zijn. En na afloop nog even koffie drinken met alle teamleden op school. Vraag: krijgen de jongeren in Dunga straks de kans om zich verder te kunnen ontwikkelen of worden ze dan toch weer overruled door de ouderen, die traditiegetrouw toch nog de overmacht hebben? FB: Jongeren zijn nu meer op de hoogte van moderne structuren via internet, dus hebben een ruimere blik. En ze hebben meer kansen gehad zich te ontwikkelen. Dus is er nu een grotere kans dat ze verder gaan met innovatie. MS: maar blijft dat zo, ook na de verkiezingen ? Ivdb: Dat weet je nooit, jongeren kunnen last hebben van stammenstrijd die misschien weer oplaait. Maar deze jongeren (in Dunga) hebben al bewezen kracht te hebben. BG: wat in Dunga is gebeurd is het volgende: de stichting heeft het beste uit de jongeren gehaald. Er is gemiddeld € 30.000,-- per jaar in deze gemeenschap gepompt. Dat eindigt nu we gaan stoppen. Dat is wel een probleem, want wat komt ervoor in de plaats? MS: Dus hoe wordt de toekomst? FB: Dunga heeft inmiddels een basis- school die door de overheid is overgenomen, dus de overheid is nu financiëel betrokken bij het dorp. Maar het daarnaast planten van bomenen het stimuleren van de start van winkeltje is niet genoeg. IvdB: Toch zijn deze kleine bedoeninkjes een start voor verdere groei. FB: we moeten van het idee af dat het van ons afhangt. Vergeet niet dat de diaspora van Kenianen naar andere landen ervoor zorgt dat veel geld wordt teruggepompt naar Kenia. Dat is een mooie ontwikkeling. Vraag uit publiek: einde van de hulp is al lang geleden aangekondigd, dus zie ik dit uiteindelijk op niets uitlopen als de kraan wordt dichtgedraaid. IvdB: dd kontakten blijven en de zelfstandigheid is al in gang gezet via de jongeren. MS: Dus toch helemaal stoppen na 2013? Hans Roelink: Nee, we blijven betrokken, maar op afstand.
BG: overheid moet niet bezuinigen op onderwijs. Gijs van Driem: Steeds meer mensen komen in Dunga wonen, dus economie komt steeds dichterbij. MS: dus toch vertrouwen in verder vooruitgang? Kleine projecten als deze: leggen die niet teveel hun eigen structuur daar neer, zonder deskundigheid? FB: dat gebeurd veel, maar deze stichting heeft het toch goed gedaan; ze heeft ruimte gegeven voor eigen lokale inbreng. IvdB: vooral niet de eigen maatstaven hanteren H Tonneke: Onze cultuur daar brengen werkt niet; voorbeeld: op tijd beginnen bij een vergadering ging men wel steeds meer doen, maar alleen om Tonneke te plezieren, NIET omdat men dat nuttig/belangrijk vond. Vraag: U heeft daar een eigen Microkredietproject gebracht. Hoe kan dit beter volgens het panel? Antw: ons systeem werkt goed, omdat we niet te hoge rente hanteren. IvdB: Oikocrediet werkt met non-profit systeem; ook met kleine projecten en €100,-per lening. Vraag:is MC een goed systeem? FB: 10% rente is een goede vorm. MC projecten slagen vooral wanneer de leningen aan vrouwen worden gegeven; dat werkt nl. beter dan bij mannen ! H: er gaan veel MCprojecten fout omdat het geld voor andere zaken wordt gebruikt ( ziekte, etc.) dus moet er niet een verzekering worden ingebouwd? FB: ja, dat gebeurt steeds meer. OpmerkingH: het particulier maken van organisaties werkt tégen de ontwikkelingH Onderwijs en voor banen zorgen, dus beroepsonderwijs als opvolging van basisonderwijs IvdB: Scholieren kunnen in eigen land geschoold worden, er is genoeg kennis ter plaatse. Niet iedereen moet naar hoger onderwijs. H: is kracht va dit project niet alleen onderwijs, maar ook de bredere vorm van ontwikkeling? MS aan FB: moet er meer meer onderwijs komen? FB: eenintegrale aanpak heeft de voorkeur.
IvdB: de tussenlaag van technisch geschoolden is belangrijk Helma: Europa verpest de markt in Afrika, want er liggen stapels 2ehands kleding op de markt in Kisumu, daar kan geenkleermaker tegenop werken FB: maar de stop op invoer van 2e hands kleding, zoals president Moi ooit invoerde) heeft de textielindustrie niet verder geholpen. Het probleem van veel hulp is: de winst gaat naar de donorlanden. FB: Hulp uit China: heeft een wederkerige ralatie (het land wil een snelweg- China zorgt ervoor in ruil voor grondstoffen. Het management is echter in chinese handen. Het verschil met vroegere bemoeienis is: niet met een vingertje gaan wijzen H MS: wat valt u op aan dit project: project met kop+staart / goed doordacht / met gevoel en betrokkenheid. FB: dit is een positief virus uit Afrika – compliment ! Wat hebben de bestuursleden zelf geleerd van dit project? Tonneke: Geduld ! Daarnaast heb ik me er héél erg thuis gevoeld. Helma: het relativeert je leven. Gijs: het goede onderlinge samenwerking in ons bestuur, met mensen van heel verschillende pluimage. Tineke: ook het relativeren; je krijgt een andere kijk op de hectische en egocentrische wereld hier als je eenmaal in Kenia bent geweest. Hans: het werken met elkaar en het delen van dingen. Met deze laatste woorden wordt het symposium afgesloten. ----/----