TOETSSTOF STUDIEWIJZER | ETHIEK H4 ethiekenbijbel.weebly.com
2
Drachten, april 2014 Geachte leerling, Bij de voorbereiding van de toets Ethiek is het noodzakelijk om goed te weten wat een norm is en wat een waarde is. In jullie boek wordt daar goed aandacht aan gegeven. In de lessen hebben wij daar ook veel over gesproken. Blz. 5 Blz. 6 Blz. 7 Blz. 8 Blz. 9 Blz. 10
inleidend lezen goed lezen goed lezen. Weten wat empathie is! (opdr. 1 maken voor eigen leerproces) goed lezen. Weten wat morele gevoelens zijn. Lezen. (opdr. 2 mk (eigen leerproces)) goed lezen en puberteit/adolescentie begrijpen in samenhang met moraal. (op moraal gebied). Blz. 11 Bestuderend lezen. Opdracht 4 proberen te maken middels het argumentatiemodel. (maak er zelf een casus van) Blz. 12 goed leren (film) Blz. 13 bijzonder goed leren. Hier komt het op aan!
Je zult dan ook zien dat er heel veel mogelijkheden zijn als het gaat over waarden en normen. Die kennis heb je nodig bij het maken van een casus. Hieronder staan slecht een aantal. Op het internet kun je vast nog veel meer waarden (en de daarbij behorende normen vinden)
Opdracht 1-6 ingevuld. Waarden
Normen
Gelijkwaardigheid van mensen
Het is verboden te discrimineren.
menselijk leven
Je mag niet doden
Eerlijkheid
Je mag geen onwaarheid spreken
Rechtvaardigheid
Je zorgt ervoor dat een ieder zijn/haal deel krijgt.
Vrijheid
Je mag je medemens niet in zijn/haar vrijheid beperken
Naastenliefde
Je moet iemand helpen die in nood is.
Medelijden
Soms moet je je medeleven tonen.
Gezondheid
Je moet niet roken/veel eten
Zorg voor het milieu
Gooi geen afval in de natuur.
Studiewijzer over normaal gesproken 2014
3 Denk vooral na over vragen als: Wie bepaalt wat het goede is? Wat is de maatstaf om te bepalen wat goed is? Zijn waarden en normen vast? Waardoor kunnen normen en waarden veranderen? Herken ik dat ook? Bij mijzelf? Bij anderen?
Blz. 14 Blz. 15 Blz. 16 Blz. 17 Blz. 18 Blz. 19 Blz. 20
Bijzonder goed leren! Hier worden zeker vragen over gesteld op de toets. opdracht 7 ook goed bestuderen. lezen en overdenken. (begrijpend lezen is: weten wat er staat en dat begrijpen) lezen (incl. opdr. 18) en overdenken. begrijpend lezen. Termen moreel, (immoreel en amoreel (niet moreel) Kennen. Eventueel opzoeken in het woordenboek! (leren) begrijpen waarom je elke dag te maken hebt met moraal/ethiek. (leren) begrijpen hoe het nieuws ook je waarden en normen voorhoudt. ‘morele keuzes maken’ goed lezen uitwerking opdracht 1-10 zie hieronder
Uitwerking opdracht 1-10A (blz. 19) 1.
Wat is er in dit geval aan de hand? Peter wil een scooter kopen, maar hij heeft niet voldoende geld. En sparen duurt (te) lang.
2.
Feiten: - Welke personen zijn erbij betrokken? Peter, een klasgenoot en een kennis van die klasgenoot. - Welke omstandigheden kunnen een rol spelen? Peter: geld sparen duurt (te) lang; een (opgevoerde) brommer voor een aantrekkelijke prijs is verdacht. Heeft de kans om voor relatief weinig geld een mooie scooter te kopen. Klasgenoot: heeft geld nodig? Hij wordt misschien onder druk gezet door zijn kennis. Hij wil in de gunst van de klasgenoot of Peter komen? Kennis van klasgenoot: heeft geld nodig. Hij wil zijn (gestolen) scooter zo snel mogelijk weg hebben om niet op te vallen en snel geld te kunnen verdienen. - Welke belangen hebben de personen? Peter: wil graag een scooter die hij op een ‘normale’ manier niet zo gauw kan kopen. Hij heeft niet voldoende geld. - Klasgenoot: wil Peter en zijn kennis van dienst zijn. Misschien krijgt hij ook wat geld als de deal gesloten is. - Kennis van de klasgenoot. Hij wil de scooter graag verkopen om eraan te verdienen.
3.
Wat is het morele probleem?: (Koop je een scooter waar een ‘luchtje’ aan zit?) Welke opvattingen hebben de betrokken personen? - Peter: wil ik een brommer kopen, die misschien gestolen is? Is ‘een heler net zo slecht als een steler’? Wil voor weinig geld een scooter kopen maar hij wil wel een ‘eerlijke handel’ en juiste informatie over de scooter. - Klasgenoot: het maakt hem niet zoveel uit waar de scooter vandaan komt. Hij geeft voor zijn kennis graag een tip aan anderen.
-
Studiewijzer over normaal gesproken 2014
4 - Kennis van de klasgenoot: Eerlijkheid is voor hem geen waarde omdat hij vaag blijft over verzekeringspapieren, eigenaar en ouderdom van de scooter. - Welke waarden en normen spelen een rol? eerlijkheid (waarde), plezier (norm); je begeeft je niet in een twijfelachtig zaakje; is twijfel overbodig? (norm), je mag niet stelen(norm). Je mag niet begeren (norm) - Welke waarden (en normen) zijn met elkaar in conflict Eerlijkheid en begeerte Eerlijkheid tegenover buitenkansje plezier tegenover schuldgevoel genieten tegenover twijfelen - Formuleer zo kort mogelijk het morele probleem in een vragende zin. Koopt Peter een scooter voor te weinig geld waarvan hij het vermoeden heeft dat deze gestolen is en hij niet echt kan genieten? (deze zin altijd vragend maken!) 4 4
a Door wie moet er een besluit genomen worden? Door Peter b Welke keuzes kunnen er gemaakt worden? Mogelijkheden: Keuze A: Hij koopt de scooter Argument:Hij weet niet zeker of hij gestolen is Gevolgen:Als hij gestolen is en de politie komt erachter, dan is hij zijn scooter en geld kwijt. Misschien krijgt hij ook nog een (lichte) straf. Keuze B:Hij koopt de scooter niet Argument:Het zaakje stinkt. Gevolgen:Hij heeft voorlopig geen scooter, want sparen gaat niet zo vlug, dat weet hij ieder geval zeker. Keuze C: Hij vraagt door. Argument: Hij wil het zeker weten. Gevolgen: De koop gaat niet door, en dus weer sparen.
5
a. Wat vind jij dat de hoofdpersoon moet doen b. Motiveer je antwoord. (zonder uitleg geen punten voor vraag 5)
Zelf invullen (eigen mening + argumentatie) Let op: argumentatiemodel heb je gekregen (op papier) en je kunt het vinden in SOM. Dit model wijkt op onderdelen af van het model op bladzijde 20. Blz. 21 t/m 36 (is hoofdstuk 2) overslaan.
Bladzijde 38 t/m 45 Bestuderend lezen. Doel: leren begrijpen hoe groepsmoraal (o.a. vanuit de wereldreligies) invloed heeft/kan hebben op de algemene moraal. Bladzijde 46 t/m 49 Bestuderend lezen. Doel: leren begrijpen dat godsdienstige groepsmoraal een zinvolle bijdrage kan leveren aan een goede en rechtvaardige samenleving. Tegelijkertijd kan Studiewijzer over normaal gesproken 2014
5 godsdienstige groepsmoraal ook leiden tot een botsing met de algemeen geldende moraal. In je boek vind je daar voorbeelden van. Bladzijde 50 t/m 56 goed leren. Blz. 53 overslaan! Doel: leren relativeren (blz. 50). Je moet weten wat het humanisme inhoudt. Wat een atheïst is. En een Agnost. Kennis hebben van Plato. Wanneer leefde hij en wat leerde hij. Weten wie Aristoteles was en welke invloed hij heeft gehad. De opdrachten zijn ter ondersteuning. Blz. 58 en 59 (opdracht 1 is bedoeld voor je eigen ‘vorming’). Niet bedoeld om te leren. Blz. 59 laatste alinea (De verschillende filosofische-ethische theorieën…….) goed leren. Blz. 60 Epicurus (doelethiek). Goed leren. Blz. 61 ‘Chillen op Terschelling’ lezend leren als voorbeeld van platvloers hedonisme. Opdracht 2 gebruiken voor je eigen inzicht. Onderste helft goed leren. Verschil weten tussen zuiver hedonisme (epicurus) en platvloers hedonisme. Blz. 62 1e helft goed leren. Opdracht 3 en de gespreksvraag gebruiken voor eigen ondersteuning. Blz. 63 hoort daarbij. Blz. 64 t/m 72 bijzonder goed leren en ervoor zorgen dat je vanuit deze vormen van ethiek kunt denken. Daarover worden (ook) vragen gesteld op de toets. De opdrachten gebruiken voor ondersteuning.
Uitwerking opdracht 10 blz. 70 1.
Wat is er in dit geval aan de hand? Iemand kan een goedkoop vloerkleed kopen maar wellicht is dat vloerkleed door kinderhanden vervaardigd.
2.
Feiten: - Welke personen zijn erbij betrokken? Hoofdpersoon, vriendin, kinderen in Pakistan - Welke omstandigheden kunnen een rol spelen? Op kamers wonen (geldgebrek), kinderarbeid; maar een verbod daarop heeft ook z’n schaduwkanten. - Welke Belangen hebben de personen? Eigen belang van de kamerbewoner, belangen v/d kinderen, ouders, fabrikanten.
3.
Wat is het morele probleem? - Welke opvattingen hebben de betrokken personen? Kinderarbeid is verwerpelijk. Goedkoop een kamer in willen richten - Welke waarden en normen spelen een rol? eigenbelang, rechtvaardigheid: kinderarbeid is verkeerd. - Welke waarden en normen zijn met elkaar in conflict eigenbelang, kinderarbeid is verkeerd (rechtvaardigheid) - Morele probleem in een vragende zin Mag je een vloerkleed kopen dat door kinderarbeid tot stand is gekomen?
4a
Door wie moet er een beslissing genomen worden? Door de kamerbewoner
4b
Welke keuzes kunnen er gemaakt worden? Keuze A: kopen Studiewijzer over normaal gesproken 2014
6 Argument: Goedkoop is voordelig voor mij. Daar heeft men inkomen. Gevolgen: kinderarbeid wordt niet ingedamd. Ik heb geld voor andere zaken. Keuze B: niet kopen Argument: kinderarbeid is moreel fout Gevolgen: Ik ben duurder uit. Ik doe niet mee aan iets dat ik verkeerd vind. Op den duur misschien verbetering van de situatie daar. Op korte termijn minder inkomen voor de mensen daar. 5a Wat vind jij dat de hoofdpersoon moet doen? 5b Motiveer je antwoord. Zelf invullen (Eigen mening + argumentatie)
Het argumentatiemodel krijg je niet cadeau op de toets. Je moet de vragen uit het hoofd leren en kunnen reproduceren. Wanneer je dat niet doet ontbreekt het gereedschap om de toets te kunnen maken. Veel succes met het bestuderen van de leerstof! Aan deze studieplanner kunnen geen rechten worden ontleend.
Uitwerking opdracht ….. 1
Wat is er in dit geval aan de hand? Je kunt € 15.000 verdienen door naakt te poseren.
2.
Feiten: - Personen Ikzelf - omstandigheden ik kan het geld goed gebruiken - belangen mezelf: nú op een gemakkelijke manier geld verdienen, later zou ik dit mogelijk betreuren omdat het tegen me gebruikt kan worden. (“Zoiets doe je toch niet!”) Uitgever: hij kan er veel aan verdienen.
3.
Wat is het morele probleem? - opvattingen sommigen zullen deze manier van geld verdienen verwerpen. - waarden en normen weldadigheid: Ik kan mijn behoeften bevredigen waarachtigheid: Wil ik zó mijn geld verdienen? Vrijheid: Het is mogelijk dat ik hierdoor later een goed baan misloop - welke waarden en normen zijn met elkaar in conflict Weldadigheid en waarachtigheid en vrijheid zijn mogelijk met elkaar in conflict. Studiewijzer over normaal gesproken 2014
7 - Morele probleem in een vragende zin Doe ik mijzelf niet te kort (waarachtigheid en vrijheid) wanneer ik nu kies voor ‘het grote geld’? 4A. 4B
Ik zelf moet een beslissing nemen. Keuze A:Ik doe het. (naakt poseren tegen een grote financiële vergoeding) Argument: Ik kan het geld goed gebruiken. Ik verdien op een gemakkelijke manier een grote som geld. Gevolgen: Ik kan een deel van mijn behoeften bevredigen. Het is mogelijk dat ik (een deel van) mijn waarachtigheid en vrijheid verlies. Keuze B: Ik doe het niet. (naakt poseren tegen een grote financiële vergoeding) Argument: een grote som geld weegt niet op tegen het mogelijk verlies van mijn waarachtigheid en vrijheid in de toekomst. Gevolgen: Ik heb nu minder te besteden. Ik behoud mijn waarachtigheid en vrijheid in de toekomst.
5.
jouw keuze (jouw mening én argumentatie)
Uitwerking opdracht 9 blz. 69 1. Wat is er in dit geval aan de hand? Er wordt chemisch afval gedumpt alsof het gewoon afval betreft; ik krijg goed betaald. 2.
Feiten - Personen Ikzelf, collega’s, werknemers van de vuilstort - Omstandigheden de directie van het bedrijf licht bewust op, de mensen op de vuilstort weten van niets en lopen daardoor gezondheidsrisico’s. - belangen: mezelf: ik verdien op een gemakkelijke manier meer geld. ondernemer: hij verdient grof geld aan dit bedrog werknemers van de vuilstort: zij willen dat voldaan is aan alle bepalingen die risico’s voor de bedreiging van de gezondheid uitsluiten.
3.
Wat is het morele probleem? Opvattingen De wet geeft duidelijk aan welke categorie afval waar moet worden verwerkt. Voor sommige ondernemers is geld verdienen het enige dat telt. waarden en normen Weldadigheid: Ik kan mijn behoeften bevredigen Waarachtigheid: Wil ik zó mijn geld verdienen? Wil ik de werknemers van de vuilstort op deze manier bedriegen? Rechtvaardigheid: mag ik de verantwoordelijkheid dragen dat ik anderen een gezondheidsrisico aandoen? Leven: de werknemers - Waardenconflict: Weldadigheid en waarachtigheid, rechtvaardigheid, leven, zijn met elkaar in conflict. - Morele probleem,samengevat in een vragende zin Mag ik meer geld verdienen door anderen bewust een gezondheidsrisico te laten lopen?
-
4a 4b
Ikzelf moet een beslissing nemen. Keuze A: Ik zeg er niets van Studiewijzer over normaal gesproken 2014
8 argument: Ik verdien op een gemakkelijke manier meer geld. gevolgen: Ik kan een deel van mijn behoeften bevredigen. Ik bezorg anderen mogelijk problemen met hun gezondheid. Het is mogelijk dat ik ( een deel van) mijn waarachtigheid en gevoel voor rechtvaardigheid verlies. Keuze B:Ik zeg er iets van. argument: meer geld weegt niet op tegen het mogelijk verlies van mijn waarachtigheid en gevoel voor rechtvaardigheid. Ik wil de wet niet overtreden. Ik wil mensen geen gezondheidsrisico’s laten lopen.- Gevolgen: Ik heb nu minder te besteden. Ik behoud mijn waarachtigheid en verantwoordelijkheidszin. De werknemers lopen geen onaanvaardbaar risico ziek te worden. 5
jouw mening (mening + argumentatie)
Uitwerking opdracht 12 blz. 72 1. Wat is er in dit geval aan de hand? Mag je een (schijn)huwelijk aangaan om iemand aan een verblijfsvergunning te helpen 2.
Feiten - personen: Vera, Azis, het ministerie van buitenlandse zaken - omstandigheden: Azis, actief lid van een verboden politieke partij in Bangladesh, is zijn leven niet zeker wanneer hij terug moet keren. Het ministerie beoordeelt de situatie in Bangladesh als veilig. Vera is ongehuwd. - belangen: Vera: heeft geen ander belang dan het belang van Azis Ministerie: Het asielzoekervraagstuk moet beheersbaar blijven, men moet zich aan de wet houden.
3.
Wat is het morele probleem? Opvattingen: De wet verbiedt een schijnhuwelijk. Sommige mensen zien het als een middel van individuele hulpverlening, anderen zien het als een middel om veel geld te verdienen. - Waarden en normen: Weldadigheid: Vera kan nu haar hulpvaardigheid in praktijk brengen. Waarachtigheid: Wanneer Vera niet helpt wat is dan haar solidariteit waard? Rechtvaardigheid: Vera weet van de veiligheidsrisico’s bij terugkeer van Azis. Zij voelt zich daarom verantwoordelijk. Ministerie: Het asielzoekersvraagstuk moet beheersbaar blijven, men moet zich aan de wet houden. Leven: De veiligheid van Azis loopt gevaar bij terugkeer. (hier wordt dus eerst de waarde genoemd (vet); daarachter de norm. Let op die kan dus verschillen. Het hangt ervan af uit wel gezichtspunt je het een en ander bekijkt!!) - Welke waarden en normen zijn met elkaar in conflict?: Weldadigheid, waarachtigheid, rechtvaardigheid en leven zijn in conflict met rechtvaardigheid: je houden aan de wet. Studiewijzer over normaal gesproken 2014
9 - morele probleem in vragende zin. Mag Vera een schijnhuwelijk gebruiken om uitzetting van een illegaal te voorkomen? 4a 4B
Door Vera (op basis van jouw advies) Mogelijkheden: Keuze A: Vera moet het schijnhuwelijk niet aangaan Argument: Het is tegen de wet, alle uitgeprocedeerde asielzoekers moeten het land uit omdat de wet ieder gelijk behandelt. Gevolgen: Mogelijk kost het Azis het leven. Iedereen wordt zo gelijk behandeld. Keuze B: Vera moet het schijnhuwelijk aangaan. Argument: Het redden van Azis’leven is belangrijker dan je houden aan de wet. Gevolgen: Vera overtreedt bewust de wet. Ze behoudt haar waarachtigheid en verantwoordelijkheidszin. Azis blijft in Nederland
5 Zelf invullen
Studiewijzer over normaal gesproken 2014