NUMMER 2 | JULI 2008
ToeslagWijzer Naslagwerk voor organisaties betrokken bij de uitvoering van huurtoeslag, zorgtoeslag, kindertoeslag en kinderopvangtoeslag
ALGEMEEN
INHOUD ALGEMEEN
COLOFON
Toeslagen 2009 krijgt vorm pagina 2
Dit is een uitgave van Belastingdienst/Toeslagen, juli 2008 www.toeslagen.nl
Definitief toekennen 2006 pagina 4 Een bezoekje aan de backoffice pagina 6 Toeslagen als exportproduct? pagina 14 Landelijke voorlichtingsdagen voor intermediairs pagina 15 KINDEROPVANGTOESLAG Extra toezicht op gastouderbureaus pagina 8 ZORGTOESLAG Zorgtoeslag voor seizoenswerkers pagina 10 RUBRIEKEN Achter de balie: de Belastingdienst pagina 16
Aan de inhoud van deze nieuwsbrief kunnen geen rechten worden ontleend. Voor het aanvragen of opzeggen van een abonnement op ToeslagWijzer of het doorgeven van een adreswijziging kunt u gebruikmaken van de bijgevoegde antwoordkaart.
Over Belastingdienst/ Toeslagen Belastingdienst/Toeslagen voert de opgedragen inkomensafhankelijke regelingen op een voor de burger toegankelijke wijze uit. Massaal waar mogelijk, individueel waar nodig, altijd zorgvuldig, tijdig en transparant.
Gebeurtenissen in het leven van de
Toeslagen De Belastingdienst/Toeslagen gaat vanaf volgend jaar anders werken. Met een geheel nieuw proces, waarin gebeurtenissen in het leven van de burger de hoofdrol spelen. Wat de klant aanlevert bij de balie, middels telefoon en internet of via z’n intermediair, vormt straks de werkvoorraad van die dag.
Deze aanpak wordt ook wel ‘werken in de actualiteit’ genoemd. Een klant meldt bijvoorbeeld dat hij is verhuisd of getrouwd, of dat er een kind is geboren. Op hetzelfde moment verwerkt het nieuwe systeem deze gebeurtenis en is direct duidelijk wat er moet gebeuren. Zo weten medewerkers en klanten heel snel wat de gevolgen zijn voor de verschillende toeslagen. Want dat is ook nieuw aan Toeslagen 2009: er komt uiteindelijk één systeem voor alle toeslagen.
Meldingen van klanten Het uitgangspunt is dat meldingen kloppen. Uiteraard worden ze wel gecontroleerd, maar dat gebeurt achteraf. Een verhuizing bijvoorbeeld wordt getoetst aan de gegevens uit de Gemeentelijke Basis Administratie (GBA), een huurverandering wordt bij de verhuurders gecheckt. Goede relaties met externe partners zijn voor de Belastingdienst/ Toeslagen dus van groot belang om de nieuwe systemen up-to-date te houden. Momenteel wordt hard gebouwd aan het ICT-systeem achter Toeslagen 2009, dat de nieuwe werkwijze mogelijk gaat maken. Dit systeem bestaat eigenlijk uit twee delen. Alle gebeurtenissen, of het nu een nieuwe toeslagaanvraag of een -wijziging is, worden straks
burger centraal
2009 krijgt vorm verzameld in het Feiten Registratie Systeem. Wanneer daarin alle benodigde informatie aanwezig is en als daarover geen twijfel bestaat, dan gaat deze door naar het Toeslagen Systeem. Daar wordt de (nieuwe) toeslag berekend en rolt de beschikking eruit. Niet altijd zijn alle aangeleverde gegevens juist. De informatie kan onvolledig zijn, maar ook bijvoorbeeld onwaarschijnlijk. In het eerste geval, bij onvolledigheid, wordt eerst gekeken of de gegevens elders in de systemen van de Belastingdienst zijn te vinden. Lukt dat niet, dan kan de Belastingdienst steeds vaker gebruikmaken van gegevens van andere overheidsinstanties om de ontbrekende data boven tafel te krijgen. Is de informatie onwaarschijnlijk - bijvoorbeeld de aangifte van een kind in een gezin waar zes maanden tevoren ook al een kind is geboren - dan wordt dit meestal automatisch herkend door het systeem. Dit soort gevallen wordt doorgaans handmatig behandeld door medewerkers van kantoor Toeslagen. Komen zij er niet uit, dan pakken ze de telefoon om de klant te bellen.
Tussenstand Langzaam maar zeker krijgt Toeslagen 2009 een gezicht. Schermen, digitale formulieren en de gehele portal op internet krijgen vorm. Burgers, belastingdienstmedewerkers én intermediairs gaan in principe met dezelfde portal werken. Op die manier wordt de informatie uit de Toeslagen 2009-systemen op termijn ook voor intermediairs ontsloten. En dat geeft meer inzicht in de actuele status van de verschillende toeslagen per klant. De laatste stand van zaken zal worden getoond op het kantoor van
Ties Bergmans: “Regelmatig een tussenstand presenteren.”
de Belastingdienst/Toeslagen in de zogenoemde ‘Proof of Concept’. Deze ‘PoC’ is bedoeld om het nieuwe systeem gedurende de bouw te toetsen. “Tijdens het ontwerpen en bouwen van Toeslagen 2009 is het wenselijk om op gezette tijden een tussenstand te kunnen laten zien en deze ook te kunnen delen met medewerkers en andere direct betrokkenen,” zegt Ties Bergmans, projectmanager PoC bij de Belastingdienst/Toeslagen. “Daarom komt nu ongeveer elke zes weken een toetsgroep van zo’n twintig personen bij elkaar. Zij stoeien dan een dag lang met het systeem, bekijken de nieuwe functies en geven hun persoonlijke, deskundige commentaar. Die opmerkingen worden gebruikt om het systeem verder te verbeteren.” Inmiddels is men toe aan de vierde PoC. Daarin wordt onder meer de werking van het nieuwe Feiten Registratie Systeem onder de loep genomen. Plus
de behandeling van posten waar informatie ontbreekt of onwaarschijnlijk is. Bergmans: “In PoC nummer vijf laten we ook het nieuwe Toeslagensysteem in werking zien. Dan benaderen we de werkelijke situatie van volgend jaar inmiddels goed, want de twee genoemde systemen vormen het hart van Toeslagen 2009.”
Communicatie Momenteel worden een communicatieen een implementatieplan voor de intermediaire partijen nader ingevuld. Daarin wordt opgenomen hoe de Belastingdienst/Toeslagen zijn samenwerkingspartners informeert over Toeslagen 2009 en voorbereidt op het gebruik van het nieuwe systeem.
TO E S L A G W I J Z E R 2 | J U L I 2 0 0 8 |
ALGEMEEN
Definitief toekennen 2006
De kinderziektes te lijf Wie inkomstenbelasting betaalt, ontvangt over elk jaar een definitieve aanslag. Ook klanten van de Belastingdienst/Toeslagen krijgen zo’n eindafrekening. De eerste ronde van dit ‘definitief toekennen’ bleek een behoorlijk ingewikkelde en langdurige klus. Maar het resultaat mag er zijn.
Op dit moment wordt op het kantoor van de Belastingdienst/Toeslagen de allerlaatste hand gelegd aan het definitief toekennen over 2006. Dit betekent dat vrijwel alle klanten in de huur-, zorg- en kinderopvangtoeslag over dat jaar een definitieve beschikking hebben ontvangen. Daarop staat of ze precies genoeg hebben ontvangen, moesten terugbetalen of nog een bedrag ontvingen. Waarom is deze afrekening over 2006 pas halverwege 2008 afgerond? “De meerderheid van de klanten heeft de beschikking in 2007 ontvangen, maar er zijn ook groepen in 2008 behandeld. Dat is inderdaad vrij laat”, zegt Harrie Schuurs, als projectmanager bij Belastingdienst/Toeslagen betrokken bij Definitief Toekennen 2006. “Daar zijn verschillende redenen voor. Het definitief toekennen hebben we over 2006 voor de eerste keer toegepast; we maakten gebruik van een compleet nieuw systeem. Daarbij kwamen we veel van de kinderziektes van Toeslagen opnieuw tegen. Bijvoorbeeld klantgegevens die niet klopten en bestuurlijke informatie (informatie over de prestaties van het systeem, red.) die niet accuraat was. Dat moesten we allemaal oplossen. We hebben toen afgesproken om kwaliteit en zorgvuldigheid boven snelheid te plaatsen. Bovendien konden we de afrekening pas maken, als de inkomens van alle personen op de aanvraag bekend waren. Een gevolg daarvan was dat het wat meer tijd kostte om alle zes miljoen klanten een correcte beschikking te sturen.”
| TO E S L A G W I J Z E R 2 | J U L I 2 0 0 8
Stap voor stap Vanaf halverwege 2007 is er stapsgewijs gewerkt. Schuurs: “Om de kwaliteit zo goed mogelijk te waarborgen en toch klanten niet onnodig lang te laten wachten hebben we besloten om klantgroepen in een bepaalde volgorde te behandelen. We zijn begonnen met alle zorgtoeslagklanten die aangifte hebben gedaan voor de inkomstenbelasting. Daarna kwamen alle huurtoeslagklanten met aangifte inkomstenbelasting. Vervolgens hebben we gekozen voor zorg- en huurtoeslagklanten van wie de loongegevens via de werkgevers moesten worden aangeleverd. Als laatste behandelen we nu de posten waarvan we bepaalde informatie nog eens extra willen controleren. Of mensen bijvoorbeeld niet dubbel aanspraak maken op een toeslag en of ze wel verzekerd zijn - dat soort zaken. Met die groep zijn we met de laatste loodjes bezig.” Het duurde even, maar uiteindelijk is het definitief toekennen over 2006 vrijwel foutloos verlopen. “Daar waar het wel verkeerd ging, hebben we fouten zelf kunnen oplossen”, vertelt Milou van Hagen, Collegiaal Managementteamlid bij Belastingdienst/Toeslagen. “De klant heeft daarvoor niets hoeven doen. En we hebben slechts in een half procent van de gevallen een bezwaar ontvangen. Dat is erg weinig, al is een half procent bij ons nog altijd zo’n 30.000 klanten...” Om alle zes miljoen beschikkingen te kunnen versturen, was er veel handwerk nodig. Schuurs: “Er is zelfs een apart kantoor voor geopend in Rijswijk. Daar zaten op het
Milou van Hagen: “De kwaliteit van de klantgegevens is duidelijk verbeterd.”
drukste moment driehonderd mensen om handmatig alle twijfelgevallen te behandelen.”
2007 Ondertussen staat het definitief toekennen voor 2007 voor de deur. Van Hagen: “We hebben met de ervaringen over 2006 de werking van het systeem op een flink aantal punten verbeterd. Daarnaast is de kwaliteit van de klantgegevens - mede door alle handmatige bewerkingen - duidelijk omhoog gegaan.” En verder? “De contacten met externe partijen zijn beter georganiseerd. Een voorbeeld daarvan: het kostte over 2006 veel moeite om de inkomensgegevens te verkrijgen van mensen die bij UWV zijn geregistreerd, een belangrijk deel van ons klantenbestand. Die gegevens over 2007 hebben we nu al binnen.” Al deze zaken bij elkaar opgeteld zullen ervoor zorgen dat het definitief toekennen over 2007 eenvoudiger en sneller zal verlopen. Schuurs: “Vanaf deze zomer
kunnen de eerste groepen klanten hun definitieve beschikking over 2007 verwachten. Het zal beter en sneller gaan. Maar de échte verbetering moet daarna komen.”
Toeslagen 2009 Daarmee doelt de projectmanager op het nieuwe centrale systeem dat Belastingdienst/Toeslagen in 2009 in gebruik zal nemen. Schuurs: “Daarvan zullen we ook in het definitief toekennen de vruchten plukken. Maar dat zal niet eerder zijn dan in 2010. Omdat we in 2008 nog met de bestaande systemen werken, zullen we die ook nog gebruiken in 2009, bij het definitief toekennen over 2008. Ook volgend jaar zullen we daarom soms nog een noodverbandje moeten leggen of zaken handmatig moeten oplossen. We zijn nog niet helemaal waar we willen zijn. Maar we zitten absoluut op de goede weg.”
TO E S L A G W I J Z E R 2 | J U L I 2 0 0 8 |
ALGEMEEN
Een bezoekje aan de backoffice
“Massale processen worden hier individuele gevallen” Hoog in gebouw De Continenten in Utrecht zetelt de backoffice van de Belastingdienst/ Toeslagen. Hier komen telefonische vragen van intermediairs en baliemedewerkers uit het hele land binnen.
Jan de Bil tuurt met een hoofdtelefoon over de oren naar zijn computerscherm. Om hen heen vijftien collega’s, net als hij druk bellend met onzichtbare vragenstellers in het land. Woorden als ‘beschikkingen’, ‘toetsingsinkomen’ en ‘mutaties’ vliegen in het rond en allerhande cijfers rollen over de monitors. Medewerkers van de Belastingdienst/Toeslagen hebben immers toegang tot vrijwel alle gegevens van iedere klant.
Astrid Ruijg: “Ons werk kan best confronterend zijn.”
| TO E S L A G W I J Z E R 2 | J U L I 2 0 0 8
De Bil beantwoordt net een vraag van een intermediair over wijzigingen die niet zijn verwerkt. Het blijkt een bekend euvel: als twee mutaties kort na elkaar worden doorgegeven, neemt het systeem een van beide soms niet op. Met een herstelopdracht wordt de zaak in een minuutje opgelost. Ook vragen over geclusterde betalingen leveren meestal niet al te veel moeilijkheden op. Vaak ligt de oorzaak in een fout aangevinkt hokje op het formulier. Dat kan direct worden rechtgezet. En zo lost de backoffice vooral problemen op. Veel vragen komen er niet binnen, omdat de meeste intermediairs zelf over veel informatie beschikken. Hooguit belt er eens iemand met een vraag over bijzondere situaties.
Toch krijgt de backoffice ook ingewikkelde en soms schrijnende zaken voorgelegd. Coördinator Astrid Ruijg geeft een voorbeeld. “Een mevrouw vraagt en krijgt in 2005 huurtoeslag. Bij het doorgeven van een wijziging maakt ze een vergissing op het formulier, waardoor ze in 2006 dreigt te moeten terugbetalen en haar toeslag voor 2007 niet automatisch wordt gecontinueerd. Dat wordt met spoedbetalingen rechtgetrokken. Maar ook voor 2008 wordt de toeslag - vanwege alle perikelen en enkele nieuwe wijzigingen - weer niet automatisch voortgezet. Bij elke nieuwe stap en herstelingreep wordt zo’n zaak weer iets ingewikkelder. Dat vergt veel van onze medewerkers, die zich echt betrokken voelen bij de klant. De problemen in het massale automatische proces worden voor hen weer problemen van individuen. Dat kan best confronterend zijn.” Een enkele keer bellen intermediairs of verhuurders met spoedgevallen, zoals een dreigende acute huisuitzetting. Eventuele uitstaande toeslagbedragen kunnen dan een laatste redmiddel zijn voor de klant. De vraag waar het precies fout is gegaan, is in zo’n geval even minder belangrijk. Er moet simpelweg snel een oplossing komen. Vaak lukt dat ook, in overleg met deurwaarder of verhuurder. Want, dat wil Ruijg wel benadrukken: “Er werken hier zeer gemotiveerde mensen, die er alles aan doen om een probleem op te lossen. Ze doen wat ze kunnen. Bel hen dus op tijd. Vroegtijdig informeren kan al veel moeilijkheden voorkomen. Wacht niet te lang, als je denkt dat iets niet goed loopt.” Een collega van De Bil besluit een gesprek, dat zeker een kwartier heeft geduurd, lachend. Blijkbaar had hij een contente klant aan de lijn. De Bil beaamt dat zijn team negen van de tien bellers naar tevredenheid kan helpen. “De systemen waarmee we werken, laten ons minder vaak in de steek dan vroeger. Inmiddels bouwen we ook een band op met sommige bellers, we leren elkaar kennen. Dan voel je je nog meer verantwoorde-
lijk. Als dingen zijn misgegaan, probeer ik vriendelijk te blijven en vooral duidelijk en eerlijk te zijn. Ik leg uit waarom iets gebeurd is en wat we er aan doen. Als het nodig is, volgen we de afhandeling om te kijken of het nu wel goed opgepakt wordt.”
Bellen met de backoffice Wie het algemene telefoonnummer intoetst, krijgt een keuzemenu te horen. Dit leidt bij sommige intermediairs tot verwarring. Zij zijn in de veronderstelling dat ze worden doorverbonden met de ‘gewone BelastingTelefoon’. Wie ‘gewoon’ zijn inlogcode intoetst, krijgt echter altijd iemand van de backoffice aan de lijn.
Bel op tijd! Neem op tijd contact op met de backoffice. Vroegtijdig informeren kan veel problemen voorkomen en duidelijkheid scheppen voor de klant. Wacht niet te lang, als je denkt dat er iets niet goed loopt.
Wijzigingen insturen Helaas komt het voor dat wijzigingen die tegelijkertijd worden doorgegeven niet allemaal goed in het systeem worden verwerkt. Daarom is het verstandig mutaties met tussenpozen van enkele dagen in te sturen.
“Onze medewerkers voelen zich echt betrokken bij de klant” TO E S L A G W I J Z E R 2 | J U L I 2 0 0 8 |
KINDEROPVANGTOESLAG
Extra toezicht op gastouderbureaus
Kwaliteit het ondergescho De gestage groei van het aantal gastouderbureaus maakt het sommige daarvan gemakkelijk een slaatje te slaan uit de nieuwe Wet kinderopvang. De Belastingdienst/Toeslagen zet extra toezicht in om misbruik en oneigenlijk gebruik van de gastouderregeling tegen te gaan. En zo de kwaliteit in de gastouderopvang op peil te houden.
Gastouderopvang staat volop in de belangstelling. Die aandacht vloeit voort uit de explosieve groei sinds de invoering van de nieuwe Wet kinderopvang: van 30.000 opgevangen kinderen in 2005 naar 98.000 in 2007. Veel gratis opvang in eigen kring werd betaalde opvang. Dankzij de nieuwe wet komen opa’s en oma’s immers in aanmerking voor een vergoeding voor de uren die ze op hun kleinkinderen passen; de ouders op hun beurt hebben recht op kinderopvangtoeslag. Dit op voorwaarde dat zij gebruikmaken van de diensten van een geregistreerd gastouderbureau. Als gevolg van die regel zijn deze bemiddelingsbureaus sterk in aantal gestegen. En niet allemaal kwijten zij zich even nauwgezet van hun taken... De wet stelt zekere eisen aan de kwaliteit van de kinderopvang. Gastouderbureaus hebben bijvoorbeeld de plicht om de opvang te controleren, onder meer door huisbezoeken af te leggen. De GGD ziet erop toe dat de bureaus deze verantwoordelijkheid waarmaken.
Gastouderopvang? Gastouderopvang is de opvang van een kind in een gezinssituatie door een andere persoon dan de ouder/verzorger. De gastouder mag maximaal vier niet-eigen kinderen onder zijn hoede nemen in de eigen woning of die van de vraagouder. Opvang thuis door een particulier valt niet zonder meer onder gastouderopvang. Doorslaggevend is of een gastouderbureau bemiddelt en begeleidt.
| TO E S L A G W I J Z E R 2 | J U L I 2 0 0 8
Ook voor de gastouders en de opvangruimte gelden bepaalde voorwaarden. Maar door de enorme toename van de gastouderopvang is het niveau ervan onder druk komen te staan. Sinds de brancheorganisaties in de kinderopvang en de verenigde ouders begin 2008 nieuwe afspraken maakten, heeft staatssecretaris Dijksma van OCW de regels aangescherpt. Zo moeten alle volwassen huisgenoten van de gastouders een Verklaring Omtrent Gedrag (VOG) kunnen overleggen en dient de opvangruimte voor kinderen veilig en rookvrij te zijn. De Belastingdienst controleert of gastouderbureaus en gastouders hun fiscale verplichtingen nakomen en houdt toezicht op de kinderopvangtoeslag. Peter van der Werff en Eric van Zanten van de Belastingdienst/ Toeslagen houden zich bezig met misbruik en oneigenlijk gebruik van de regeling rondom de gastouderopvang. Van Zanten: “In de meeste gevallen sturen gastouders een urenstatus naar het gastouderbureau. Dat bureau factureert aan de vraagouders. Het verschuldigde bedrag wordt vervolgens via het gastouderbedrijf aan de gastouder uitbetaald. Dat is goed te controleren en veelal is er niets aan de hand.” Maar er zijn ook bureaus die profiteren van het succes van de regeling en zich er met een jantje van leiden van afmaken. “Zij beperken zich tot het contact leggen tussen de gast- en vraagouders en strijken op die manier bemiddelingskosten op. Van enige verdere begeleiding - zoals bij het maken van afspraken over het aantal opvanguren of over de uurprijs - is geen sprake. Dat laten ze over aan de vraag- en gastouders zelf”, aldus van Zanten. “Wat die afspreken is vaak veel moeilijker te controleren, ook
ven kindje?
al omdat de daadwerkelijke uren en inkomsten niet altijd even nauwkeurig worden bijgehouden.” Om meer inzicht te krijgen in de gastouderopvang lichtte de Belastingdienst in 2007 vijftig bemiddelingsbureaus door, waarbij ook de vraag- en gastouders werden bezocht. De actie bleef niet zonder resultaat, licht Van der Werff toe: “Het bleek dat een aanzienlijk deel van de gastouders de inkomsten uit kinderopvang niet had opgegeven bij de aangifte inkomstenbelasting. Ook kregen sommige vraagouders ten onrechte extra toeslag, omdat er contracten waren afgesloten met terugwerkende kracht. En bij een enkel gastouderbureau liep personeel rond, waarvoor geen loonaangifte werd gedaan.” De uitkomsten van het onderzoek zijn voor de Belastingdienst aanleiding om de gastouderbureaus aan extra toezicht te onderwerpen. Dit in samenwerking met de GGD en de SIOD. Van Zanten: “We willen weten wat de risico’s zijn en hoe we die kunnen beperken of uitsluiten, zodat de regeling uitsluitend doet waarvoor die bedoeld is: de combinatie zorg-werk gemakkelijker maken voor ouders.” De actie bij de gastouderbedrijven volgde op een eerdere grote toezichtoperatie bij kinderdagverblijven. Ook die bleef niet zonder resultaat. Van der Werff: “Ouders zijn verplicht om tijdig alle wijzigingen die van belang zijn voor het toekennen van de kinderopvangtoeslag door te geven. Veel klanten hadden verzuimd dit te doen. Omdat de actuele jaargegevens nodig zijn voor het definitief toekennen over 2006, hebben we 170.000 klanten gevraagd jaaroverzichten op te sturen,
Eric van Zanten en Peter van der Werff: “Sommige bureaus maken zich er met een jantje van leiden van af.”
met per kind de opvangkosten en -uren. Dit heeft bij ongeveer de helft van de aanvragers geleid tot een correctie. Dat hield overigens niet in dat alle correcties aanleiding waren voor een terugvordering. Er waren ook diverse gevallen waarin bleek dat ouders nog een bedrag aan kinderopvangtoeslag tegoed hadden.”
Ruim twee miljard euro De Wet kinderopvang (2005) regelt de financiering en waarborgt de kwaliteit van de kinderopvang. Het betreft dagopvang voor kinderen van 0 tot 4 jaar in een kinderdagverblijf, gastouderopvang via een geregistreerd gastouderbureau voor kinderen van 0 tot 12 jaar en buitenschoolse opvang voor kinderen die naar de basisschool gaan. Ouders ontvangen van de overheid een financiële tegemoetkoming waarmee zij de kinderopvang van hun keuze kunnen betalen. Vanaf 2007 is er een verplichte werkgeversbijdrage. Deze wordt gelijktijdig met de kinderopvangtoeslag aan de ouders uitgekeerd. De hoogte van de toeslag is onder meer afhankelijk van het gezamenlijke toetsingsinkomen van beide ouders. In 2007 gaf de rijksoverheid ruim twee miljard euro aan kinderopvangtoeslag uit; ouders betaalden dat jaar circa 400 miljoen euro aan eigen bijdrage voor kinderopvang.
TO E S L A G W I J Z E R 2 | J U L I 2 0 0 8 |
HOOFDSTUK ZORGTOESLAG
Zorgtoeslag voor seizoenswerkers Buitenlanders die enige tijd in Nederland werken, hebben - als zij een zorgverzekering hebben afgesloten - ook recht op zorgtoeslag. Om het aanvragen en stopzetten daarvan vloeiend te laten verlopen, heeft Belastingdienst/ Toeslagen afspraken gemaakt met koepelorganisaties. Een typisch geval van ‘horizontaal toezicht’.
“Het is begonnen met Poolse werknemers die hier een aantal maanden in de land- en tuinbouw kwamen werken”, vertelt Peter van Ruitenbeek, beleidsmedewerker Rechtstoepassing bij Belastingdienst/Toeslagen. “Veel Polen vroegen zorgtoeslag aan, maar de kwaliteit van die aanvragen was niet zo best. We moesten daar nog veel handmatig aan corrigeren. Vaak was er bijvoorbeeld geen sprake van een zorgverzekering, een voorwaarde om zorgtoeslag te ontvangen. Of men meldde zich niet af voor de zorgtoeslag als het arbeidscontract ten einde was. We zijn daarop in gesprek gegaan met de land- en tuinbouwkoepel LTO. Eind 2006 hebben we met LTO een convenant gesloten over de collectieve aanlevering van gegevens van deze seizoenswerkers.” In de praktijk werkt dit als volgt: de land- en tuinbouwbedrijven leveren informatie over hun buitenlandse seizoenswerknemers aan bij LTO. Daar worden de gegevens van al deze personen ingevoerd in een speciale applicatie en wordt maandelijks zorgtoeslag aangevraagd bij Belastingdienst/Toeslagen. De benodigde
10
| TO E S L A G W I J Z E R 2 | J U L I 2 0 0 8
gegevens, zoals het sofinummer, het toetsingsinkomen en de bankrekening van de aanvrager, worden door LTO als één bestand aangeleverd. Dit maakt automatische verwerking mogelijk, wat de snelheid ten goede komt en het risico van fouten verkleint. LTO zorgt bovendien voor een tijdige afmelding, als het arbeidscontract ten einde is.
Uitzendbranche Het collectief aanvragen van zorgtoeslag via LTO loopt sinds eind 2006. De verwachting is dat dit jaar zo’n 7.000 aanvragen van de landbouwbedrijven binnenkomen, voornamelijk voor Poolse seizoenswerknemers. Wegens het succes bij deze groep, wil Belastingdienst/ Toeslagen de aanpak nu verder uitbreiden. “We zijn in gesprek met koepelorganisaties in de uitzendbranche”, zegt Van Ruitenbeek. “Om precies te zijn met ABU, NBBU en VIA. Vrijwel alle uitzendbureaus zijn bij een van deze organisaties aangesloten. Zij hebben op jaarbasis ongeveer 90.000 buitenlandse werknemers in tijdelijke dienst, van wie een groot deel recht heeft op zorgtoeslag. Belastingdienst/Toeslagen wil deze
buitenlandse werknemers onder de paraplu van het horizontaal toezicht brengen.” Het is de bedoeling om ook de grotere leden van genoemde uitzendkoepels aan te bieden om collectief de aanvragen zorgtoeslag te doen. Zij kunnen dat straks op dezelfde geautomatiseerde manier doen als LTO. Aan kleinere uitzendbureaus, met een beperkt aantal werknemers, vraagt Belastingdienst/Toeslagen om de aanvragen zorgtoeslag op de traditionele manier te doen. Dus via het invullen van een papieren formulier of de digitale variant op internet. “We doen daarbij een beroep op hun goede werkgeverschap: het hoort bij de maatschappelijke betrokkenheid van een uitzendbureau. De mogelijkheid om zorgtoeslag te ontvangen stimuleert bovendien zowel werknemers als werkgevers tot het afsluiten van een zorgverzekering - een bijkomend positief effect.” Onlangs kwam nog een andere mogelijkheid voor het bundelen van gegevens aan het licht. Van Ruitenbeek: “Wat bleek in de gesprekken met de uitzendkoepels? Veel uitzendbureaus hebben hun zorgverzekeringen ondergebracht bij dezelfde intermediaire organisatie. Als we die organisatie nu bereid vinden om groepsgewijs informatie aan te leveren, dan pak je grote groepen werknemers samen. Dan kunnen de kleine uitzendbureaus daarin meelopen en hoeven zij niet handmatig alle aanvragen te doen. We zijn inmiddels met die intermediaire organisatie in gesprek om de mogelijkheden te onderzoeken.”
Horizontaal toezicht De Belastingdienst kan afspraken maken met bijvoorbeeld brancheorganisaties of grote ondernemingen over het naleven van de belastingregels. Uitgangspunt is de gezamenlijke verantwoordelijkheid van de partijen. Aan de samenwerking liggen waarden ten grondslag als vertrouwen, transparantie, gelijkwaardigheid en erkenning van elkaars belangen. De Belastingdienst sluit regelmatig convenanten op het gebied van horizontaal toezicht. Toeslagen doet dit nu voor de eerste keer (op het gebied van sociaal zekerheidsrecht) met LTO.
bepaalde omstandigheden ook recht kunnen hebben op kinderopvangtoeslag. Al heb ik nog geen aanvragen daarvan gezien van deze groep.” Tot slot: buitenlandse seizoenswerkers hebben normaal gesproken géén recht op huurtoeslag. “Dan moet je een woning in Nederland als woonadres hebben. Dat is vrijwel nooit zo; hun woonadres is en blijft in het buitenland.”
Met ingang van 1 juli doet het eerste uitzendbureau de collectieve, geautomatiseerde aanvraag zorgtoeslag. Het gaat om een bureau met zo’n 8.000 buitenlandse werknemers in dienst op jaarbasis. Van Ruitenbeek: “Als alle koepelorganisaties op deze manier zijn aangehaakt, kan dat leiden tot zo’n 70.000 extra aanvragen zorgtoeslag per jaar.”
Andere toeslagen Buitenlandse werknemers met een tijdelijk contract komen in principe ook voor andere toeslagen in aanmerking. “Ze hebben bijvoorbeeld ook recht op kinderbijslag en daaraan gekoppeld kindertoeslag”, zegt Van Ruitenbeek. “Daar heb ik ook al aanvragen van gezien. Maar dat gebeurt nog niet geautomatiseerd via organisaties; het zijn allemaal individuele aanvragen. Verder zouden buitenlandse werknemers onder TO E S L A G W I J Z E R 2 | J U L I 2 0 0 8 |
11
HUURTOESLAG
Van tabellen naar formule De hoogte van de huurtoeslag wordt sinds begin dit jaar becijferd aan de hand van een formule. Voor het berekenen van de huurtoeslag werden tot en met het toeslagjaar 2007 vier basishuurtabellen gebruikt die uitgingen van een reeks inkomensklassen. Met behulp van die tabellen werd per huishoudtype en (gezamenlijk) inkomen in het huishouden de basishuur bepaald - het gedeelte dat een huurder zelf aan de huur moet bijdragen. Per inkomensklasse was een vast basishuurbedrag vastgesteld. Naarmate het inkomen hoger werd, liep de basishuur schoksgewijs op. Hierdoor kon men al door een inkomenstoename van E 1 in een hogere inkomensklasse met een substantieel hogere basishuur terechtkomen. Om dit effect te voorkomen wordt sinds het toeslagjaar 2008 gewerkt met een basishuurformule.
De vaste parameters worden per type huishouden door het Ministerie van VROM vastgesteld. Periodieke bijstelling van de parameters, de inkomensgrenzen en het taakstellingsbedrag vindt plaats op basis van onder meer inflatie- en inkomensontwikkeling op bijstandsniveau.
De formule bestaat uit een kwadratische vergelijking, waarbij per huishouden sprake is van twee vaste parameters en één variabele: het (gezamenlijke) toetsingsinkomen. Bij de uitkomst wordt een vast taakstellingsbedrag opgeteld.
De formule wordt alleen gehanteerd, als mensen een jaarinkomen hebben dat valt tussen de minimuminkomensgrens en de doelgroepgrens. Voor huishoudens tot en met de minimuminkomensgrens geldt de minimum basishuur. Huishoudens met een inkomen boven de doelgroepgrens hebben in principe geen recht op huurtoeslag.
Normhuur = (factor a * toetsingsinkomen2 )+ (factor b * toetsingsinkomen) Basishuur = normhuur + het vaste taakstellingsbedrag
12
De Belastingdienst stelt het toetsingsinkomen (verzamelinkomen of belastbaar loon) vast op basis van de loon- en inkomstengegevens. De werking van het toetsingsinkomen is voor beide berekeningsmethoden (tabel en formule) gelijk. Ook de werking van de kwaliteitskortingsgrens, de aftoppingsgrens en de maximale huurgrens zijn in beide berekeningsmethoden hetzelfde.
Parameters tot 1 juli 2008
Eenpersoons huishouden
Meerpersoons huishouden
Factor a Factor b Overige bedragen Minimuminkomensgrens Doelgroepgrens Taakstellingsbedrag Minimum normhuur Minimum basishuur
0,000000798341 0,000880599410
0,000000461312 0,001184413968
€ 14.875 € 20.600 € 16,52 € 184,85 € 201,37
€ 19.075 € 27.950 € 16,52 € 184,85 € 201,37
€ 14.600 € 18.525 € 16,52 € 183,03 € 199,55
€ 18.925 € 24.625 € 16,52 € 181,22 € 197,74
Parameters vanaf 1 juli 2008
Eenpersoons huishouden
Meerpersoons huishouden
Eenpersoons huishouden 65+
Meerpersoons huishouden 65+
Factor a Factor b Overige bedragen Minimuminkomensgrens Doelgroepgrens Taakstellingsbedrag Minimum normhuur Minimum basishuur
0,000000811353 0,000891346453
0,000000468962 0,001198428415
€ 14.875 € 20.600 € 16,52 € 187,81 € 204,33
€ 19.075 € 27.950 € 16,52 € 187,81 € 204,33
| TO E S L A G W I J Z E R 2 | J U L I 2 0 0 8
Eenpersoons huishouden 65+ 0,000001356127 - 0,006817816388
0,000001377834 - 0,006924833530 € 14.600 € 18.525 € 16,52 € 185,99 € 202,51
Meerpersoons huishouden 65+ 0,000000787170 - 0,004931105704
0,000000799752 - 0,005006518373 € 18.925 € 24.625 € 16,52 € 184,18 € 200,70
HUURTOESLAG
Huurgegevens steeds beter in beeld Dankzij gerichte acties kan de Belastingdienst/Toeslagen dit jaar meer huuraanpassingen geautomatiseerd verwerken. Maar het proces blijft aandacht vragen. Elk jaar worden per 1 juli nieuwe huurprijzen vastgesteld. Deze huuraanpassing is van invloed op de hoogte van de huurtoeslag. De Algemene Wet Inkomensafhankelijke Regelingen (AWIR) verplicht verhuurders hun gegevens kosteloos door te geven aan de Belastingdienst/ Toeslagen. Om de informatie-uitwisseling in goede banen te leiden wordt eind januari al een handleiding toegezonden aan woningbouwverenigingen en -corporaties. Een prognoseformulier helpt de verhuurder bij de gegevenscontrole. Omdat de Belastingdienst/Toeslagen bepaalde panden niet kan koppelen aan een vereniging of corporatie, ontvangen echter niet alle verhuurders zo’n handleiding. Dit kan te maken hebben met de manier waarop de gegevens op de aanvraag zijn ingevuld, maar evengoed met bijvoorbeeld de overname van woningen of fusies tussen wooncorporaties die nog niet bekend zijn bij de Belastingdienst. Ook verhuurders die minder dan tien huurtoeslagklanten onder hun huurders hebben, worden niet in de gegevensuitwisseling betrokken. Door gerichte acties van de Verhuurdersadministratie heeft de Belastingdienst/Toeslagen meer huurobjecten kunnen koppelen aan een verhuurder dan vorig jaar. Omdat het proces van de huuraanpassing nog in volle gang is, kan nog geen cijfermatig vergelijk met het jaar 2007 worden gemaakt. “Toch konden we nu al meer verhuurders bevragen dan vorig jaar en daardoor meer huren geautomatiseerd verwerken”, stelt Roel van Driel, projectleider huuraanpassing. “De uitkomst zal dit jaar dan ook hoger uitvallen en dat is een positieve ontwikkeling. Het betekent echter niet dat we op onze lauweren kunnen rusten. De actualisering van de verhuurdersadministratie is een continu proces en de jaarlijkse huurverhoging is een onderwerp dat onze aandacht zal blijven vragen.” En dan is er nog het interne proces, dat werkt met drie administraties. Van Driel: “Het betekent dat wij vanuit drie systemen verhuurders en/of huurders moeten uitvragen. De teruggekomen gegevens moeten ook weer
in die drie systemen worden verwerkt. Dat vergt een nauwkeurige interne afstemming met andere betrokken belastingdienstonderdelen.
Verzamelmomenten Het verzamelen van gegevens bij verhuurders en huurders kent vier momenten: • een massale mailing aan verhuurders in maart 2008 (betaling juni 2008) • een rappelmailing in mei 2008 aan verhuurders die niet hebben gereageerd op de massale mailing (betaling juni 2008) • een mailing aan huurders van wie in juni 2008 geen gegevens zijn aangeleverd door de verhuurder (betaling juli 2008) • een zogenoemde ‘veegronde’: huurders van wie nog geen nieuwe huurbedragen zijn ontvangen, worden aangeschreven. Deze actie wordt in augustus 2008 afgerond.
TO E S L A G W I J Z E R 2 | J U L I 2 0 0 8 |
13
ALGEMEEN
Toeslagen als exportproduct?
Zuid-Korea ziet zorgtoeslag zitten Na het succes van Guus Hiddink als bondscoach van Zuid-Korea, richt het Aziatische land zijn blik nu op het Nederlandse zorgstelsel. Zes Zuid-Koreaanse topambtenaren kwamen eind mei naar Nederland om zich hierover te laten informeren. Op het kantoor van de Belastingdienst/Toeslagen kregen zij een presentatie over de zorgtoeslag. De plattelandspopulatie van Zuid-Korea migreerde de afgelopen veertig jaar massaal naar industriële centra als Busan, Daegu en de hoofdstad Seoel. En zo woont inmiddels 85% van de bevolking in en rond de steden. Zuid-Korea veranderde zo in relatief korte tijd van een grotendeels agrarische samenleving in een land dat drijft op de ‘maak-industrie’. Samsung bijvoorbeeld is uitgegroeid tot een van de grootste elektronicaconcerns ter wereld. Met circa 200.000 werknemers is de onderneming goed voor een jaarlijkse omzet van meer dan 100 miljard dollar. Dankzij zijn opzienbarende economische groei behoort Zuid-Korea - met Singapore, Hongkong en Taiwan - tot de landen die internationaal worden aangeduid met de term Asian Tigers. De democratisch gekozen regering van Zuid-Korea wil, onder leiding van president Lee Myung-Bak, het arme deel van de bevolking meer laten delen in de toenemende welvaart. Onderdeel van die politiek is het beter toegankelijk maken van de gezondheidszorg. Dit wil zeggen dat er een voor alle inwoners betaalbaar zorgsysteem moet worden ontwikkeld. Vandaar dat een zware delegatie naar Nederland kwam om te kijken hoe dat hier is georganiseerd. De Koreanen keken wat verbaasd op, toen ze tijdens de presentatie bij Toeslagen hoorden welke rol commerciële verzekeraars spelen in het huidige Nederlandse zorgsysteem. Het riep bij hen de vraag op of het winststreven van die bedrijven een betaalbare premie niet in de weg stond. Bovendien waren ze benieuwd hoe in ons land wordt voorkomen dat mensen hun zorgpremie niet betalen. En of iemand die geen premie betaalt, desondanks geneeskundige zorg kan krijgen, en wie er dan opdraait voor de kosten. Hoewel deze onderwerpen niet
14
| TO E S L A G W I J Z E R 2 | J U L I 2 0 0 8
direct binnen het werkterrein van de Belastingdienst/ Toeslagen liggen, kon de gasten wel in grote lijnen worden geschetst hoe een en ander in de Nederlandse praktijk uitpakt. Tijdens een later bezoek aan het Ministerie van VWS zouden zij gelegenheid krijgen om meer gedetailleerd op deze materie in te gaan. De delegatie kwam vooral naar het kantoor van de Belastingdienst/Toeslagen om te horen hoe wij uitvoering geven aan de zorgtoeslag. Omdat de presentatie in het Engels werd gegeven, kwamen bij de uitleg over die ‘health allowance’ vanzelf vaktermen bovendrijven als ‘allowance partner’ en ‘fiscal partner’. Begrippen die zich het beste lieten uitleggen aan de hand van praktijkvoorbeelden. Voor de gasten werd in elk geval helder dat de inkomenscriteria die Nederland aan de zorgtoeslag verbindt, niet linea recta in de Zuid-Koreaanse situatie kunnen worden overgenomen. Daarvoor ligt het inkomensniveau in beide landen te ver uiteen. Veel belangstelling toonden de Koreanen ook voor de manier waarop in Nederland het toezicht op het toekennen van toeslagen is georganiseerd - oftewel: hoe voorkomen wordt dat mensen te veel of geheel ten onrechte zorgtoeslag ontvangen. Tijdens de uitleg over ons proces tussen aanvragen en definitief toekennen maakten zij uitvoerig aantekeningen. Of dit werkbezoek ertoe zal leiden dat Zuid-Korea het Nederlandse zorgstelsel daadwerkelijk overneemt, is niet duidelijk. In ons land ging er destijds heel wat water door de Rijn, voordat het besluit over de stelselwijziging werd genomen. In Zuid-Korea zal over een vergelijkbare ingrijpende verandering ongetwijfeld ook eerst uitvoerig moeten worden gediscussieerd.
ALGEMEEN
Landelijke voorlichting voor intermediairs toeslagen De landelijke voorlichtingsdagen voor intermediairs actief op het gebied van toeslagen vinden dit jaar plaats in de maanden oktober en november. De bijeenkomsten staan - vanzelfsprekend vooral in het teken van het nieuwe toeslagensysteem. Tijdens de voorlichtingsdagen van vorig jaar spraken diverse deelnemers hun voorkeur uit voor wat kleinschaliger bijeenkomsten. Deze zouden meer gelegenheid bieden tot het leggen van persoonlijk contact met medewerkers van de Belastingdienst/Toeslagen en met andere bezoekers. Aan die wens is gehoor gegeven. De voorlichtingsdagen zijn dit jaar op meer plekken dan voorheen, waardoor ook sprake is van een betere landelijke spreiding. De gekozen locaties bieden nu gemiddeld plaats aan zo’n 150 bezoekers. Wat hetzelfde is gebleven, is de scheiding tussen voorlichtingsdagen voor de intermediairs in de huur- en zorgtoeslag en die in de kinderopvangtoeslag. Relatiebeheerder Mark Bezemer: “Het centrale thema van de voorlichtingsdagen is de ontwikkeling van het nieuwe toeslagensysteem. Daarnaast zullen we informatie geven over de vernieuwde website en er zijn diverse workshops.” Vanzelfsprekend is er tijdens de dagen ook ruimte om, al dan niet individueel, andere onderwerpen aan te kaarten. Medewerkers van de afdeling Relatiebeheer zijn nog bezig met het gedetailleerd uitwerken van het programma, dat naar verwachting van 9.30 uur tot circa 16.00 uur zal duren. Bezemer: “De definitieve invulling van het programma wordt medio augustus gepubliceerd in onze digitale nieuwsbrief Toeslagen Actueel. Daarbij wordt meteen aangegeven hoe intermediairs zich voor de voorlichtingsdagen kunnen opgeven. Vóór die tijd aanmelden heeft geen zin.”
Voorlichtingdagen kinderopvangtoeslag 2008 14 oktober De Nieuwe Buitensociëteit, Zwolle 20 oktober Congrescentrum De Reehorst, Ede 21 oktober Sofitel Cocagne, Eindhoven 27 oktober Party & congrescentrum Engels, Rotterdam
Voorlichtingsdagen huur- en zorgtoeslag 2008 3 november 4 november 6 november 10 november 11 november 13 november 17 november 18 november 20 november
De Nieuwe Buitensociëteit, Zwolle Theater & congrescentrum Hanzehof, Zutphen Pier van Scheveningen (Van der Valk), Den Haag Theaterhotel De Oranjerie, Roermond Chassétheater, Breda Hotel Vianen, Vianen (Ut) De Oosterpoort, Groningen Postplaza, Leeuwarden Theater De Meervaart, Amsterdam
Voor wie alvast ruimte in zijn agenda wil reserveren, staat hiernaast een overzicht van de geplande data en locaties.
TO E S L A G W I J Z E R 2 | J U L I 2 0 0 8 |
15
ACHTER DE BALIE
De Belastingdienst Aan de balies van de belastingkantoren worden jaarlijks meer dan een miljoen klanten geholpen. Met hun belastingaangiften, aanvragen van sofinummers én - uiteraard - met vragen over toeslagen. Bij deze dienstverlening zijn begrip en tact net zo belangrijk als kennis van de regelgeving, weet Astrid Lazaroms van de Belastingdienst.
Astrid Lazaroms: “Het belangrijkste is: de tijd nemen en begrip tonen.”
Op het belastingkantoor in Breda kiezen bezoekers bij binnenkomst een nummertje voor Toeslagen of Overige vragen. “In de praktijk hangen die onderwerpen natuurlijk samen”, vertelt Astrid Lazaroms, sinds 2003 baliemedewerkster op dit kantoor. “Als iemand vragen heeft over toeslagen, kijken we daarom ook altijd of hij bijvoorbeeld in aanmerking komt voor een voorlopige teruggave.” Met een blik van herkenning leest Lazaroms in de vorige ToeslagWijzer een fotobijschrift: ‘De meeste van onze klanten zijn niet of nauwelijks in staat om zelf hun zaken te regelen’. “Ja, dat geldt ook voor veel bezoekers aan onze balie. Het zijn mensen die ál het regelwerk aan een ander moeten overlaten. Vaak hebben ze niet eens een computer en komen ze met een stapel beschikkingen
16
| TO E S L A G W I J Z E R 2 | J U L I 2 0 0 8
Natuurlijk blijkt ook de Belastingdienst wel eens debet aan fouten. In zo’n geval doen de medewerkers hun uiterste best om te voorkomen dat klanten hierdoor in problemen komen. Bijvoorbeeld door contact op te nemen met andere intermediairs als woningbouwverenigingen, kinderopvangorganisaties en maatschappelijk werk. Lazaroms geeft een voorbeeld: “Bij een klant werd de kinderopvangtoeslag per abuis op de verkeerde rekening gestort. Het kinderdagverblijf dreigde het kind te weigeren, terwijl de klant zich van geen kwaad bewust was. In de regel duurt het zes weken voor zo’n wijziging is doorgevoerd, maar nu nam ik contact op met de kinderopvangorganisatie om te verzekeren dat het geld er aan kwam.”
naar het belastingkantoor. Je ziet ook wel dat vrouwen de financiën helemaal aan de man overlaten. Na een scheiding zijn ze dikwijls niet bij machte om in deze materie te duiken, of ze hebben er de energie niet voor. Wij proberen ze dan zo goed mogelijk te begeleiden.”
Klanten komen soms onbewust in de problemen, doordat ze een te laag inkomen opgeven of vergeten een inkomensstijging door te geven. Dan moeten ze achteraf toeslagen terugbetalen. “Het gaat soms om hoge bedragen. Vooral bij scheidingen kan dat heel vervelend uitpakken. Want vaak is onduidelijk wie voor dergelijke terugbetalingen moet opdraaien. Het verbaast me dat advocaten dit vaak niet goed regelen in het scheidingconvenant.”
Scheiding, overlijden en emigratie roepen de meeste vragen op, is de ervaring van Lazaroms. De vele mutaties maken het werk lastig. “Eén wijziging is niet zo moeilijk, maar soms stapelen ze zich op. Dat vergt veel uitzoekwerk. Ik herinner me een vrouw die verschillende keren aan de balie is geweest. Haar man was gedetineerd, zelf ging ze weer werken, waardoor haar inkomen wijzigde, haar kind moest naar de kinderopvang en ze verhuisde ook nog. Zij was hier vaste klant.”
Zeker als klanten toeslagen moeten terugbetalen, willen de emoties aan de balie nog wel eens hoog oplopen. “Soms hebben ze het geld niet en raken dan in paniek, of worden boos.” Maar het lukt Lazaroms en haar collega’s vrijwel altijd om de gemoederen te kalmeren. “Het belangrijkste is: de tijd nemen, begrip tonen en laten zien dat je bereid bent een oplossing te zoeken. Zo kun je klanten het gevoel geven dat ze tóch goed zijn geholpen. Dat is de kroon op ons werk.”