VEILIGHEIDS- EN MILIEUVOORSCHRIFTEN VOOR UITVOERING VAN WERKEN DOOR DERDEN BIJ :

FORMULIER LN FO 9.2.1-1 VM

Titel:

Pagina: Afdrukdatum: Opsteller: Controle: Goedkeuring:

1 van 19 29-06-2010 ID ID VV

Versie: A Versie historiek: A: geldig vanaf: 01-05-2010

Veiligheids- en milieuvoorschriften “Werken met derden”

VEILIGHEIDS- EN MILIEUVOORSCHRIFTEN VOOR UITVOERING VAN WERKEN DOOR DERDEN BIJ :

Labonorm NV Baliestraat 3 - 8510 Marke Site Ter Doenaert - Marke Site Brugsesteenweg - Kortrijk



2 van 19 29-06-2010 ID ID VV



Titel:

INHOUDSOPGAVE: 1. Algemene bepalingen......................................................................................................................... 1.1. 1.2. 1.3. 1.4. 1.5.

Doel van de veiligheidsvoorschriften Reglementeringen en voorschriften Kostprijzen................................................................................................................................. Verantwoordelijkheden van de opdrachtgever Verantwoordelijkheden van de derde

3

4

2. Bijzondere bepalingen........................................................................................................................ 5 2.1. 2.2. 2.3. 2.4. 2.5. 2.6.

Toegangsregeling Orde en netheid Verbod op roken, alcohol, drugs en verdovende middelen Diefstal en vandalisme Ongevallen.................................................................................................................................. Gebruik van arbeidsmiddelen 2.7.1. Algemeen 2.7.2. Gebruik door de derde van arbeidsmiddelen die geen eigendom zijn van de firma 2.7.3. Gebruik door de derde van arbeidsmiddelen die eigendom zijn van de firma 2.7. Gebruik van beschermingsmiddelen....................................................................................... 2.8.1. Collectieve beschermingsmiddelen 2.8.2. Persoonlijke beschermingsmiddelen 2.8. Signalisatie en afbakening 2.9. Lawaai en trillingen 2.10. Brandpreventie 2.11 Noodsituaties............................................................................................................................. 2.12 Elektriciteit 2.12.1. Laagspanning 2.12.2. Hoogspanning................................................................................................................... 2.13 Gevaarlijke stoffen en preparaten 2.14 Werkvergunningen…………………………..….......................................................................... 2.15 Milieuvoorschriften 2.15.1. Vergunning 2.15.2. Bodem 2.15.3 Water….............................................................................................................................. 2.15.4 Afval 2.15.5 Lawaai, stof, geur en trillingen

6

7

8

9 10

11

3. Preventie- en Milieudienst 4. Bijlagen Bijlage 1: Bijlage 2: Bijlage 3: Bijlage 4: Bijlage 5a: Bijlage 5b:

Invulfiche administratieve gegevens…....................................................................... Ontvangstverklaring….................................................................................................. Aanvraag werkvergunning…........................................................................................ Aanvraagformulier uitleenmateriaal…......................................................................... Info bezoekers/derden in produktiehuis (Brugsesteenweg)...................................... Info bezoekers/derden in kantoorgebouw (Ter Doenaert)……………………………..

12 13 14 15 16 18


Titel:


3 van 19 29-06-2010 ID ID VV



1. Algemene bepalingen 1.1. Doel van de veiligheidsvoorschriften De 'veiligheidsvoorschriften voor uitvoering van werken door derden' betreft de toepassing van de bijzondere bepalingen betreffende werkzaamheden van ondernemingen van buitenaf of door zelfstandigen ( hierna 'derden' genoemd ) zoals bedoeld in hoofdstuk IV van de Welzijnswet van 4 augustus 1996. Opmerking : de bepalingen van dit hoofdstuk zijn niet van toepassing op de tijdelijke of mobiele bouwplaatsen zoals bedoeld in hoofdstuk V van de Welzijnswet. Dit document heeft tot doel de veiligheidsvoorschriften voor de derde nader te omschrijven. Het moet hem toelaten zichzelf, zijn werknemers en werknemers van eventuele onderaannemers de nodige informatie te verstrekken met betrekking tot de risico's en de maatregelen die inzake het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk van toepassing zijn in de inrichting van de opdrachtgever. De onderstaande maatregelen hebben betrekking op werken die uitgevoerd worden door derden in gebouwen of locaties van een van onderstaande firma’s, hierna genoemd als de ‘opdrachtgever’: Ondernemingen Labonorm NV Baliestraat 3 – 8510 kortrijk

1.2. Reglementeringen en voorschriften De derde moet ondermeer de volgende bepalingen en voorschriften stipt naleven : -

de vigerende wettelijke bepalingen betreffende veiligheid en gezondheid (o.a. de Welzijnswet van 4 augustus 1996 en haar uitvoeringsbesluiten, A.R.A.B., de Codex en A.R.E.I. ) en de Europese richtlijnen ter zake

-

de vigerende wettelijke bepalingen betreffende milieu.

-

de algemene bepalingen vervat in dit document;

-

de bijzondere bepalingen vervat in dit document;

-

de algemene veiligheidsvoorschriften (zie bijlage 5)

-

de bijkomende specifieke veiligheidsvoorschriften van toepassing op de plaats van de werken.

1.3. Kostprijzen De derde verklaart dat hij bij het opstellen van zijn offerte of voor uitvoeringen in regie voldoende rekening heeft gehouden met de invloed die de veiligheids- en milieu-eisen hebben op zijn prijzen of dat hij, bij ontstentenis van veiligheidsinformatie, noch meerkosten, noch aansprakelijkheid ten laste kan leggen van de opdrachtgever.


Titel:


4 van 19 29-06-2010 ID ID VV



1.4. Verantwoordelijkheden van de opdrachtgever De opdrachtgever houdt er zich aan : -

de derde de nodige informatie te verstrekken ten behoeve van zijn werknemers met betrekking tot de risico's en de maatregelen inzake het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk van toepassing in zijn inrichting;

-

zich ervan te vergewissen dat deze werknemers de passende opleiding en instructies inherent aan zijn bedrijfsactiviteit hebben ontvangen;

-

het optreden van de ondernemingen van buitenaf te coördineren en de samenwerking tussen deze ondernemingen en de zijne bij de uitvoering van de maatregelen inzake het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk te verzekeren.

-

de nodige informatie en instructies aan zijn werknemers te zullen verstrekken omtrent de gevaren die de werken van de derde met zich kunnen/zullen meebrengen.

Vóór de start van de werken of uiterlijk bij de aanvang van de werken kan de opdrachtgever, eventueel in samenwerking met de preventie- of milieudienst, een startvergadering houden met de verantwoordelijke van de derde. Hierbij worden o.a. volgende zaken besproken: de risico-evaluatie en preventiemaatregelen naar aanleiding van de uit te voeren werken, de planning, werkvergunningen, ... De opdrachtgever kan de derde uit zijn onderneming weren indien hij vaststelt dat de derde de verplichtingen ten aanzien van zijn werknemers opgelegd door de Wet Welzijn dd 4 augustus 1996 en haar uitvoeringsbesluiten niet naleeft. 1.5. Verantwoordelijkheden van de derde De derde houdt er zich aan : -

aan de opdrachtgever bij wie zijn werknemers werkzaamheden zullen uitvoeren de nodige informatie te verstrekken over de risico's eigen aan die werkzaamheden;

-

zijn medewerking te verlenen aan de coördinatie en samenwerking tussen de verschillende ondernemingen om zo het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk te verzekeren;

-

zijn risico-analyse en -evaluatie met betrekking tot de uit te voeren werken, vóór de aanvang van de werken te bezorgen aan de opdrachtgever. Dit document bevat naast de risico's op vlak van veiligheid, gezondheid en milieu tevens de werkwijze, de gebruikte arbeidsmiddelen en gevaarlijke producten en alle van toepassing zijnde preventiemaatregelen.

-

alle noodzakelijke informatie in te winnen bij de plaatselijke afdelingsverantwoordelijke, projectverantwoordelijke of bij preventiedienst, teneinde op de hoogte te zijn van alle specifieke veiligheids-, gezondheids- en milieurisico's eigen aan de plaatselijke afdeling.

-

een lijst op te maken van al zijn onderaannemers (incl. zelfstandigen) met vermelding van de werken waarmee hij ze gelast en dit voor te leggen aan de opdrachtgever ter goedkeuring. Enkel na voorafgaandelijke schriftelijke toestemming van de opdrachtgever, kan een onderaannemer of zelfstandige in opdracht van de derde zijn werken starten. Alle voorschriften in dit document zijn tevens van toepassing op de onderaannemer of zelfstandige die in opdracht van de derde werken uitvoert.

-

zijn werknemers en onderaannemers de nodige informatie te verstrekken en passende instructies te geven betreffende de risico's en maatregelen zodat alle werkzaamheden in veilige omstandigheden kunnen verlopen.

De derde verbindt er zich toe zijn verplichtingen inzake milieu en inzake het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk die eigen zijn aan de inrichting waarin zijn werknemers komen uitvoeren na te leven en erop toe te zien dat zijn eventuele onderaannemers dit ook doen. Hij is verantwoordelijk voor de activiteiten van de onderaannemers aan wie hij het werk of een deel ervan toevertrouwt. Niettemin moeten de onderaannemers zelf ook toezien op de veiligheids- en milieuaspecten van hun eigen werken.


Titel:


5 van 19 29-06-2010 ID ID VV



Indien de derde zijn verplichtingen inzake welzijn of milieu niet of gebrekkig naleeft, kan de opdrachtgever in wiens inrichting de werkzaamheden worden uitgevoerd zelf de nodige maatregelen treffen, na schriftelijke in gebreke stelling van de derde, en dit op kosten van de derde. Vóór de start van de werken dient de derde de ‘invulfiche administratieve gegevens’ (bijlage 1), de ‘ontvangstverklaring’ (bijlage 2) en indien van toepassing de ‘aanvraag werkvergunning’ (bijlage 3) ingevuld en ondertekend terug te bezorgen aan de preventiedienst (fax 056 35 83 68). 2. Bijzondere bepalingen 2.1. Toegangsregeling De toegangswegen tot de gebouwen en parkings dienen steeds vrij te blijven, zowel voor binnenkomend als voor uitgaand personeel, klanten als hulpdiensten. De toegang tot bedrijfsterreinen en bedrijfsgebouwen van de op blz. 3 genoemde bedrijven is verboden voor iedere persoon die kennelijk onder invloed is van alcoholische dranken, drugs en andere verdovende middelen. Er mogen geen wagens (camionetten e.d.) in de gebouwen rijden tenzij uitdrukkelijke toestemming van de opdrachtgever. 2.2. Orde en netheid De wegen, doorgangen en trappen moeten steeds vrij zijn van obstakels en hindernissen. De werkomgeving moet op het einde van elke werkdag in een ordentelijke toestand gebracht worden. Bij het einde van de werken dient alle afval verwijderd te worden door de derde. De derde verbindt zich ertoe om alle afval dat voortkomt uit zijn werkzaamheden, tenzij vooraf schriftelijk overeengekomen, zelf terug mee te nemen. Bij het bestaan van een schriftelijke overeenkomst, zal de derde het afval sorteren zoals dit van toepassing is op de plaatselijke afdeling. 2.3. Verbod op roken, alcohol, drugs en verdovende middelen Het is verboden te roken binnen de gebouwen en op alle andere plaatsen waar verbodstekens staan. Het gebruik en bezit van alcohol, drugs of verdovende middelen op de terreinen van de opdrachtgever is niet toegelaten. Personen die hiervan in het bezit zijn, wordt de toegang tot het bedrijf ontzegd. Personen die zich aanmelden en waarvan het vermoeden bestaat dat ze onder invloed verkeren, mogen het werk niet aanvangen. 2.4. Diefstal en vandalisme De derde dient alle nodige voorzorgsmaatregelen te treffen met het oog op de bescherming van zijn eigendom. De oprdrachtgever kan nooit aansprakelijk worden gesteld voor eventuele diefstal van arbeidsmiddelen of grondstoffen van de derde. Personen die betrapt worden op diefstal of het opzettelijk beschadigen van goederen, uitrustingen, installaties of gebouwen, eigendom van de opdrachtgever zullen onmiddellijk de toegang tot het bedrijf ontzegd worden. Ze zullen door de opdrachtgever aansprakelijk gesteld worden voor de veroorzaakte schade.


Titel:


6 van 19 29-06-2010 ID ID VV



2.5. Ongevallen De preventie van arbeidsongevallen ( onderzoek en rapportering ) en de eerstehulpverlening vallen onder de verantwoordelijkheid van de derde. Op het werk beschikt de derde over de wettelijk verplichte uitrustingen en over voldoende opgeleide personen om licht gekwetsten te verzorgen en eerste hulp bij ongevallen te verstrekken. Elk arbeidsongeval met een werknemer van de derde of van één van zijn onderaannemers moet binnen de 24 werkuren gemeld worden aan de preventiedienst van de opdrachtgever, samen met een gedetailleerde beschrijving van het ongeval. De derde verleent ook zijn medewerking bij het arbeidsongevallenonderzoek. 2.6. Gebruik van arbeidsmiddelen 2.6.1. Algemeen Een arbeidsmiddel is een ruim begrip. Conform de wetgeving wordt hieronder verstaan : alle op de arbeidsplaats gebruikte machines, apparaten, gereedschappen en installaties. Onder gebruik wordt conform de wetgeving verstaan: elke activiteit met betrekking tot een arbeidsmiddel, zoals ingebruikname of buitengebruikstelling, aanwending, vervoer, reparatie, ombouwing, onderhoud, verzorging, waaronder met name ook reiniging. De arbeidsmiddelen gebruikt door de derde of door eventuele onderaannemers moeten volledig beantwoorden aan de wettelijke voorschriften. Zij moeten steeds worden gebruikt voorzien van hun veiligheden en afschermingen. Hun veiligheidsvoorzieningen mogen in geen geval buiten werking gesteld worden. Arbeidsmiddelen die niet conform de wettelijke vereisten zijn geconstrueerd of worden aangewend, zullen bij aantoonbaar risico, na melding daarvan door de opdrachtgever of de preventiedienst aan de aannemer of zijn plaatselijk aangestelde, uit dienst worden gesteld. De derde zorgt ervoor dat al zijn werknemers en de werknemers van eventuele onderaannemers voldoende opgeleid zijn mbt het gebruik van alle ter beschikking staande arbeidsmiddelen met betrekking tot het uitvoeren van de werkzaamheden. Alle personen die een veiligheidspost bekleden moeten in het bezit zijn van een geldige medische geschiktheidsverklaring, afgeleverd door een arbeidsgeneesheer. Onder veiligheidspost wordt verstaan elke betrekking die het besturen omvat van motorvoertuigen, kranen, rolbruggen, hijswerktuigen, van welke aard ook, machines waarmee gevaarlijke installaties of toestellen in werking worden gesteld, in zover het besturen van die tuigen, machines of installaties de veiligheid van de werkgezellen van met deze post beklede werknemer in gevaar kan brengen (A.R.A.B. Art. 124 § 1.2°). Deze arbeidsmiddelen mogen enkel bediend worden door bevoegde personen die hiervoor de nodige specifieke opleiding hebben ontvangen (bvb. moet een heftruckbestuurder over het nodige brevet beschikken). 2.6.2. Gebruik door de derde van arbeidsmiddelen die geen eigendom zijn van de opdrachtgever De derde zal ervoor zorgen dat alle arbeidsmiddelen die gebruikt worden voor de uitvoering der werken, en die door aankoop, huur of een andere wijze ter zijner beschikking zijn, in veilige en wettelijke toestand zijn en in staat om er de handelingen mee te stellen waarvoor ze bestemd zijn. De derde is verantwoordelijk voor de goede staat van de aan te wenden arbeidsmiddelen, en zorgt ervoor dat aan een periodieke wettelijke controle onderworpen arbeidsmiddelen vergezeld zijn van een attest, zonder opmerkingen, afgeleverd door een erkend organisme. De derde verbindt zich ertoe, op eenvoudige vraag, de nodige keuringsattesten en bewijzen van interne keuring voor te leggen aan de preventiedienst.


Titel:


7 van 19 29-06-2010 ID ID VV



2.6.3. Gebruik door de derde van arbeidsmiddelen die eigendom zijn van de opdrachtgever Indien de derde gebruik wenst te maken van arbeidsmiddelen van de opdrachtgever, kan dit enkel na voorafgaandelijke schriftelijke goedkeuring van de opdrachtgever. Hierbij dient het formulier in bijlage 6 aangewend worden. De derde is verantwoordelijk voor de goede staat van de gebruikte arbeidsmiddelen. 2.7. Gebruik van beschermingsmiddelen 2.7.1. Collectieve beschermingsmiddelen Het gebruik van collectieve beschermingsmiddelen zoals leuningen, veiligheidsnetten, afbakening van putten en vloeropeningen, afscherming van werktuigmachines is, daar waar het noodzakelijk is voor de veiligheid van de op de werf aanwezige personen, verplicht. Indien collectieve beschermingsmiddelen onmogelijk of onvoldoende zijn, moeten aanvullend persoonlijke beschermingsmiddelen gebruikt worden. Bij wegnemen van collectieve beschermingsmiddelen dient de plaatselijke afdelingsverantwoordelijke en de preventiedienst vooraf op de hoogte gebracht worden. Tevens dienen vooraf maatregelen getroffen worden zodat de door het wegnemen van de bescherming ontstane risico's afgeschermd worden. 2.7.2. Persoonlijke beschermingsmiddelen De derde geeft aan zijn werknemers de nodige werkkledij en noodzakelijke beschermingsmiddelen, zoals o.a. veiligheidsschoenen, handschoenen, veiligheidsbrillen, lasschermen, enz .. Hij zorgt ervoor dat zijn werknemers ze dragen en opgeleid zijn voor het gebruik ervan en dit op de plaatsen en in de omstandigheden waar ze nodig/verplicht zijn. 2.8 Signalisatie en afbakening De plaats waar de werkzaamheden uitgevoerd worden, dient op een adequate wijze aangeduid en afgebakend worden, minimaal op een zodanige wijze dat noch werknemers van de opdrachtgever, noch werknemers van de derde, noch enige andere derde, blootgesteld kunnen worden aan ongecontroleerde risico's. 2.9. Lawaai en trillingen Tijdens de uitvoering van het werk moeten de nodige maatregelen worden getroffen om : -

het geluidsniveau in de gebouwen waar personeelsleden tewerkgesteld zijn < 80 dB(A) te houden; hinderlijke trillingen in de gebouwen te vermijden.

2.10 Brandpreventie Nooduitgangen, doorgangen evenals de toegang tot elektrische schakelborden moeten steeds vrijgehouden worden. Brandblussers, brandhaspels en andere veiligheidsuitrusting moeten steeds bereikbaar blijven, De machines moeten op het einde van elke werkdag worden afgekoppeld van het stroomnet, tenzij ze worden opgeladen d.m.v. een batterijlader. Indien er gewerkt wordt met open vuur, blanke vlam of hittepunt (bijvoorbeeld: lassen, snijbranden, solderen, afbranden van verf, asfalteren, slijpen, enz ... ) moet er vooraf een schriftelijke toestemming (vuurvergunning) worden aangevraagd bij de preventiedienst (zie § 2.14).


Titel:


8 van 19 29-06-2010 ID ID VV



Zuurstof- en acetyleenflessen moeten op een kar geplaatst en vastgemaakt zijn opdat ze, in geval van ramp, gemakkelijk kunnen worden verwijderd. De derde zorgt ervoor dat hij steeds een brandblusapparaat aangepast aan de risico's van de uit te voeren werken bij de hand heeft. Hij zorgt er tevens voor dat een voldoende aantal van zijn uitvoerders ter plaatse opgeleid is mbt het gebruik ervan. 2.11 Noodprocedure Zie bijlage 5. 2.12 Elektriciteit

De aannemer zorgt ervoor dat zijn personeel voldoende ingelicht en opgeleid is, en over de nodige beschermingsmiddelen beschikt om werken aan elektrische installaties ut te kunnen voeren. Hij zorgt er tevens voor dat zij over de vereiste bevoegdheid beschikken. 2.12.1. Laagspanning Enkel derden die, wat bekwaamheid betreft, een gewaarschuwd persoon (BA 4) of een bevoegd persoon (BA 5) zijn zoals voorzien in art. 47 van het A.R.E.I., kunnen toegang bekomen tot een laagspanningsinstallatie en/of mogen aan een laagspanningsinstallatie werken. De

toestemming om dit soort werken te mogen uitvoeren wordt gegeven door de installatieverantwoordelijke door middel van een werkvergunning elektrische werkzaamheden (zie § 2.14). Zonder deze toestemming mogen de werken niet aanvatten !

De opdrachtgever of zijn aangestelde dient ingelicht te worden vooraleer stroomkringen worden afgezet. Bij uitbreiding of aanpassing van elektrische installaties moet het ééndraadschema worden aangevuld. De derde moet elke uitbreiding of belangrijke wijziging melden aan de opdrachtgever zodanig dat deze een keuring kan aanvragen bij een erkend organisme. Enkel toestellen conform de reglementaire voorschriften mogen worden aangesloten op het net. Voorlopige elektrische schakelborden moeten altijd voorzien zijn van een differentieelschakelaar waarvan de gevoeligheid overeenkomt met de bepalingen in het A.R.E.I. Voorlopige voedingskabels moeten : - zo aangebracht zijn dat zij geen gevaar voor vallen opleveren; - een doorsnede hebben conform de sterkte van de schakelaars en/of zekeringen waarop ze zijn aangesloten; - gevrijwaard worden van mechanische, chemische of thermische belasting die de isolatie kan beschadigen. De elektrische installaties, met inbegrip van de voorlopige installaties en de elektrische machines, moeten beschermd zijn tegen weersinvloeden en vochtigheid. Machines die niet voorzien zijn van een dubbele isolatie, moeten steeds met de aarde worden verbonden indien zij onder spanning worden gezet. Gebruik van beschadigde kabels, stekkers of stopcontacten is verboden. Zogenaamde dominostekkers mogen nooit worden gebruikt.


Titel:


9 van 19 29-06-2010 ID ID VV



2.12.2. Hoogspanning Enkel derden die, wat bekwaamheid betreft, een gewaarschuwd persoon (BA 4) of een bevoegd persoon (BA 5) zijn zoals voorzien in art. 47 van het A.R.E.I., kunnen toegang bekomen tot een laagspanninginstallatie en/of mogen aan een hoogspanningsinstallatie werken. De toestemming om dit soort werken te mogen uitvoeren wordt gegeven door de installatieverantwoordelijke door middel van een werkvergunning elektrische werkzaamheden (zie § 2.14). Zonder deze toestemming mogen de werken niet aanvatten !

Elektrische installatieverantwoordelijke (hoog- en laagspanning): Kantoorgebouw Ter Doenaert (Marke)

Maarten Vanthournout (tel 0479 23 58 22)

Produktiehuis Brugsesteenweg (Kortrijk)

Maarten Vanthournout (tel 0479 23 58 22)

2.13 Gevaarlijke stoffen en preparaten Het gebruik van gevaarlijke producten vereist een voorafgaandelijke schriftelijke goedkeuring van de preventiedienst, hiervoor dient een werkvergunning aangevraagd worden (zie § 2.14) en dienen de MSDS fiches van alle gebruikte producten bezorgd worden aan de preventiedienst. De derde staat in voor de gevaarlijke stoffen en preparaten, geleverd door wie ook in verband met de werken, zelfs gedurende het transport door of in opdracht van de derde. De derde staat ook in voor het afval (+ restanten) dat ontstaan is uit het gebruik van de gevaarlijke stoffen en preparaten. De produkten moeten worden bewaard in hun originele verpakking met reglementaire en goed leesbare etiketten. Zoniet moeten op de verpakkingen conforme etiketten worden aangebracht. De houders die scheikundige produkten bevatten of bevat hebben, moeten onmiddellijk na gebruik hermetisch worden afgesloten. De derde moet onmiddellijk alle lege houders verwijderen met inachtneming van de wettelijke voorschriften ter zake. Indien ontvlambare produkten (verdunners, reinigingsmiddelen, afbijtmiddelen, verven op basis van oplosmiddelen, ...) 's nachts in de vestiging moeten blijven, moeten die buiten worden opgeslagen. Enkel de hoeveelheid die nodig is voor het dagelijks gebruik wordt in de lokalen toegelaten. Elke persoon die scheikundige produkten gebruikt, wordt verondersteld de gevaren te kennen die eraan verbonden zijn. Aangepaste individuele beschermingsmiddelen dienen steeds te worden gedragen. Tevens moeten tijdens de uitvoering van het werk alle voorzorgsmaatregelen worden genomen om te voorkomen dat stoffen of gassen zich in de lokalen verspreiden. Er mag in de gebouwen geen gebruik gemaakt worden van verbrandingsmotoren tenzij er toestemming wordt gegeven door de opdrachtgever. Elk incident, bijna-ongeval, ongeval, lek of morsen met gevaarlijke producten dient onmiddellijk gemeld worden aan de preventiedienst en aan de milieudienst.


Titel:


10 van 19 29-06-2010 ID ID VV



2.14 Werkvergunning Een werkvergunning dient d.m.v. het formulier in bijlage 3, minimum 1 week vóór de start van de werken aangevraagd worden voor de volgende werkzaamheden: -

werken aan elektrische installaties – aanvraag bij de installatieverantwoordelijke (zie tabel § 2.12)

-

werken met gevaarlijke producten – aanvraag bij de preventie- en milieudienst (zie § 3)

-

werken op hoogte – aanvraag bij de preventiedienst (zie § 3)

-

werken in besloten ruimtes – aanvraag bij de preventiedienst (zie § 3)

-

brand- en explosiegevaarlijke werken (vuurvergunning) – aanvraag bij de preventiedienst (zie § 3)

-

andere gevaarlijke werken – aanvraag bij de preventiedienst (zie § 3) (vb. graafwerken, afbraak- en sloopwerken, kraanwerk, ...)

-

werken met risico op milieuverontreiniging – aanvraag bij de milieudienst (zie § 3) – (bodem, water, lucht)

-

lozen van vloeistoffen op riool – aan te vragen bij de milieudienst (zie § 3)

Hierbij worden de risico's van de uit te voeren werkzaamheden vooraf besproken en worden afspraken gemaakt omtrent de te nemen preventiemaatregelen. 2.15 milieuvoorschriften Elke onderneming die werken uitvoert op de terreinen van de opdrachtgever, is verantwoordelijk voor de bescherming van het milieu en de beheersing van de risico’s voor het milieu die ontstaan uit en door de uitvoering van de werken. In dit kader neemt de derde en alle eventuele, in opdracht van de aannemer aanwezige onderaannemers maatregelen die nodig zijn voor de bescherming van de bodem, de lucht, het water en de omgeving in het algemeen. De derde en eventuele onderaannemers respecteren op elk ogenblik de vigerende milieuregelgeving. Elke accidentele emissie (lucht, water, bodem,…) wordt onmiddellijk gemeld bij de preventiedienst en de milieudienst. Kosten om milieuschade ontstaan tijdens, door of naar aanleiding van de uitvoering van de werken, te herstellen, vallen volledig ten laste van de derde. Daartoe beschikt de derde over een aangepaste verzekeringspolis. 2.15.1 Milieuvergunning De aannemer is verantwoordelijk voor de aanvraag en het bekomen van een (tijdelijke) milieuvergunning indien de werken die hij uitvoert in het kader van Vlarem 1 vergunningsplichtig zijn. Indien de werken meldingsplichtig zouden zijn, dan valt deze meldingsplicht tevens onder de verantwoordelijkheid van de aannemer. Van de milieuvergunning en/of de eventuele meldingen wordt voor de aanvang van de werken een afschrift bezorgd aan de milieudienst. 2.15.2. Bodem De derde neemt alle nodige maatregelen om de bescherming van de bodem en het grondwater te verzekeren. Indien de aard van de werken een risico op bodemverontreiniging met zich meebrengt, behoudt de preventiedienst zich het recht om voor, tijdens en/of na de uitvoering van de werken de nodige bodemstalen te nemen, teneinde te kunnen vaststellen of de activiteiten van de aannemer aanleiding hebben gegeven tot verontreiniging van de bodem. De bodemstalen en/of stalen van het grondwater zullen worden getoetst aan de normen zoals opgenomen in het VLAREBO. Elke vastgestelde verontreiniging zal worden gesaneerd conform de vigerende wetgeving. De kosten van de eventuele sanering zijn voor rekening van de derde.


Titel:


11 van 19 29-06-2010 ID ID VV



Teneinde het risico op bodemverontreiniging tot een minimum te beperken worden: -

vloeistoffen die een risico inhouden op bodemverontreiniging steeds op een lekdichte inkuiping geplaatst. De inkuiping heeft een opvangcapaciteit van 100% (m.a.w. inhoud van de vaten die wordt opgeslagen op de inkuiping kan er, in geval van lek, volledig in worden opgevangen).

-

gechloreerde vloeistoffen verboden.

-

vloeistoffen die bij contact gevaarlijke reacties kunnen veroorzaken nooit op een zelfde inkuiping geplaatst.

-

indien vloeistoffen worden gemorst, onmiddellijk maatregelen genomen door de derde om de gemorste vloeistoffen te verwijderen. Daartoe is op de plaats waar de werken worden uitgevoerd het nodige materiaal aanwezig.

-

Elk incident waarbij vloeistoffen werden gemorst, wordt onverwijld overgemaakt aan de preventiedienst en aan de milieudienst.

2.15.3. Water Het lozen van water in de openbare riool, via de interne riolen, via de waterzuivering is verboden, tenzij daarvoor een schriftelijke machtiging werd verleend door de milieudienst (zie § 2.14). Indien de aannemer beschikt over afvalwater of andere vloeistoffen waarvoor geen toestemming werd verkregen voor het lozen ervan, dan dient hij deze af te voeren in overeenstemming met de vigerende milieuwetgeving. 2.15.4. Afval De aannemer is verantwoordelijk voor het afval dat ontstaat bij en door de uitvoering van zijn werken en de werken van eventuele onderaannemers. Hij zorgt ervoor dat het afval wordt ingezameld, afgevoerd en verwerkt volgens de geldende milieuwetgeving. In geen enkel geval mag het afval worden achtergelaten op de bedrijfsterreinen of op naburige terreinen van Labonorm, tenzij daarvoor schriftelijk toestemming werd verleend door de opdrachtgever. Vloeibare afvalstromen (afvalolie, verven, ontvetters,…) worden in geen enkel geval geloosd in de openbare riolen, in oppervlaktewateren, en/of in de interne riolen. Voor wat betreft gevaarlijke afvalstromen nemen de derde en eventuele onderaannemers alle maatregelen die nodig zijn om te voorkomen dat de afvalstromen aanleiding kunnen geven tot verontreiniging in het algemeen. 2.15.5. Lawaai, stof, geur en trillingen Alle redelijke maatregelen worden genomen om trillings- en geluidsoverlast en geur- en stofoverlast te voorkomen. Indien de werken van de derde en/of eventuele onderaannemers aanleiding geven tot overlast, dan kan Labonorm, mits redelijke maatregelen, op kosten van de derde de nodige maatregelen nemen om de overlast weg te werken. De voorziene maatregelen worden schriftelijk of per elektronische post meegedeeld aan de derde.

3. Preventie- en Milieudienst Inge Deman preventieadviseur

Bert Struyve milieucoördinator

tel 0477 60 60 01 fax 056 35 83 68 email [email protected]

tel 0479 64 31 96 fax 056 21 72 04 email [email protected]

Bij vragen i.v.m. deze veiligheidsvoorschriften kunt u zich steeds wenden tot de preventiedienst.


Titel:


12 van 19 29-06-2010 ID ID VV


Bijlage 1: invulfiche administratieve gegevens

Firma : .............................................................................................................................................. Adres : ............................................................................................................................................... Tel :

..................................

GSM : ....................................

Fax : .............................................

E-mail : ............................................................................................................................................... R.S.Z. nr. : ....................................................

B.T.W. : .................................................................

Registratienr. : ..............................................

Erkenning : ............................................................

NACE-code : ................................................

Aantal werknemers : ..............................................

Certificering / attestering : VCA - BeSaCC - ISO - Andere (*)

Geldig tot : ....................................

Ondernemingshoofd :

.....................................................................................................................

Preventieadviseur :

...........................................................

Externe preventiedienst :

Niveau I, II of III (*)

...................................................................

Arbeidsgeneeskundige dienst : ................................................................... Arbeidsongevallenverzekeraar : ……………………………………………... Voor welk bedrag bent u verzekerd bij het toebrengen van schade :

…………………………….. €

(kopie bij te voegen van het verzekeringsattest) (*) Schrappen wat niet past

Omschrijving van de werken : ……………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………………… Projectverantwoordelijke: ………………………………………………… Tel : …………………………… Veiligheidsverantwoordelijke ter plaatse : ………………………………………………………………….. Voorziene startdatum : ………………………… Voorziene einddatum : ………………………………..

Deze invulfiche dient vóór de aanvang van de werken te worden bezorgd aan: de preventiedienst - fax 056 35 83 68.



13 van 19 29-06-2010 ID ID VV


Bijlage 2 : Ontvangstverklaring

Titel:

Ontvangstverklaring ‘Veiligheids- en milieuvoorschriften werken met derden’: Ondergetekende, hierna genoemd als de ‘derde’, verklaart het document ‘Veiligheids- en milieuvoorschriften werken met derden’ voor werkzaamheden bij de firma’s zoals vernoemd op blz. 3 van bovengenoemd document, opgesteld conform art. 8 t.e.m art. 13 van de Wet van 04/08/96 en toegevoegd in bijlage, te hebben ontvangen en te zullen naleven. De derde bevestigt alle voorschriften te hebben verstrekt aan zijn werknemers, gelijkgestelden en de eventuele in zijn opdracht handelende onderaannemers, die zullen deelnemen aan werkzaamheden op de terreinen van de opdrachtgever en toezicht zullen te houden op de naleving ervan. Eventuele latere wijzigingen zullen schriftelijk worden meegedeeld aan de derde per aangetekende brief of door afgifte met ondertekening van ontvangstbewijs. Tenzij reactie van zijnentwege vóór de aanvang van een eerstvolgende activiteit, wordt de derde geacht met deze wijzigingen in te stemmen. De wijzigingen blijven deel uitmaken van de oorspronkelijke bestelbon. De opdrachtgever behoudt zich het recht voor om bij niet-naleving van de hierbij, en in bijlage, opgenomen veiligheids- en milieuvoorschriften, na voorafgaandelijke schriftelijke verwittiging (per brief, per e-post of per fax), hetzij de betrokken personen te verwijderen van de bedrijfsterreinen, hetzij zelf de nodige maatregelen te nemen op kosten van de derde, waarbij zowel de directe als de indirecte kosten dienen vergoed te worden. De naleving van de veiligheidsvoorschriften door derden maakt deel uit van de betalingsvoorwaarden van de opdrachtgever.

Firma:

…………………………………………

Naam:

…………………………………………

Functie :

…………………………………………

Firmastempel :

Handtekening : ………………………………………… gelezen en goedgekeurd Datum :

…………………………………………

Deze ontvangstverklaring dient vóór de aanvang van de werken bezorgd worden aan: de preventiedienst - fax 056 35 83 68.



14 van 19 29-06-2010 ID ID VV


Bijlage 3 : Aanvraag uitleenmateriaal

Titel:

Aanvraag uitleenmateriaal door:

Firma: …………………………………………………………………………… Adres: …………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………

vertegenwoordigd door:

Naam: …………………………………………………………………………… Functie : ……………………………………………………………………………

wenst het volgende uit te lenen : ……………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………… vanaf : ……………………….………………… aan de firma:

Uitleenduur : ...….………………………………………

…………………………………………………………………… (uitlenende firma invullen)

in het kader van de volgende werkzaamheden: ……………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………… Plaats van de werken (firma en afdeling) : ……………………………………………………………………. Projectverantwoordelijke bij de opdrachtgever : ……..………………………………………………………. De ontlener is verantwoordelijk voor de goede staat van het ontleende materiaal, hij controleert het materiaal op het moment van uitlening en verzekert zich van de goede werking ervan. Hij zorgt er tevens voor dat zijn werknemers de nodige gebruiks- en veiligheidsinstructies ontvangen om veilig met het materiaal te kunnen werken. Eventuele kosten voor herstelling of vervanging wegens beschadiging, diefstal of verlies van het ontleende materiaal of schade t.o.v. de opdrachtgever of derden zullen aan de ontlener doorgerekend worden. Indien het ontleende materiaal na de afgesproken uitleenperiode niet werd teruggebracht, wordt de kostprijs voor het vervangen van het materiaal integraal doorgerekend aan de ontlener. De ontlener mag in geen geval het ontleende materiaal uitlenen of verhuren aan een derde.

Toelating wordt verleend door: Voor de ontlener:

Uitlenende firma: ……………………………

Naam: …………………………………… Handtekening :

Naam: …………………………………… Handtekening :

……………………………………

……………………………………

Datum :

……………………………………

Datum :

……………………………………

Vóór de aanvang van de werken een kopie van deze aanvraag te bezorgen aan : de preventiedienst: fax 056 35 83 68 Zij kunnen eventuele aanvullende instructies geven, vooraleer toelating gegeven wordt tot uitlening.

FORMULIER


LN FO 9.2.1-1 VM

15 van 19 29-06-2010 ID ID VV


Bijlage 4 : Aanvraag werkvergunning

Titel:

Aanvraag Werkvergunning door:

Voor de volgende werkzaamheden:

Firma:

……………………………………………

Naam:

……………………………………………

Functie : ……………………………………………

□ werken aan elektrische installaties (***) □ werken met gevaarlijke produkten (*) en (**) □ werken op hoogte (*) □ werken in besloten ruimtes (*) □ brand- en explosiegevaarlijke werken (*) □ andere gevaarlijke werken (*) □werken met risico op milieuverontreiniging (**) □ lozen van vloeistoffen op riool (**) (duidt aan wat van toepassing is)

Projectverantwoordelijke bij de opdrachtgever : ……………………………………………………………… Plaats van de werken (firma en afdeling) : …………………………………………………………………… Startdatum : …………………………………

Duur van de werken : ………………………………………

Beschrijving van de werken: ……………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………… waarbij de volgende preventiemaatregelen genomen zullen worden: ……………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………… In bijlage bezorgen wij tevens een risico-analyse en -evaluatie van de uit te voeren werkzaamheden.

Handtekening :

Firmastempel : …………………………………………

Datum :

…………………………………………

Vóór de aanvang van de werken te bezorgen aan : - (*) de preventiedienst: fax 056 35 83 68 - (**) de milieudienst: fax 056 21 72 04 - (***) de elektrische installatieverantwoordelijke: fax 056 35 83 68 Zij kunnen eventuele aanvullende preventiemaatregelen of instructies geven, vooraleer toelating gegeven wordt om de werken te starten.

FORMULIER


LN FO 9.2.1-1 VM

Titel:

16 van 19 29-06-2010 ID ID VV


Bijlage 5a : Info bezoekers/derden aan produktiehuis Labonorm – Brugsesteenweg (Kortrijk)

Algemene veiligheidsvoorschriften

Wat met afval en afvalwater?

1. Toegang tot de werkplaatsen is enkel toegestaan indien men zich vooraf heeft

1. Tenzij schriftelijk overeengekomen wordt alle afval afkomstig van werken terug meegenomen.

gemeld bij de receptie; bij verlaten van de firma wordt terug afgemeld.

2. Afval wordt gesorteerd volgens het afvalplan aanwezig in de afdelingen. 3. In geen enkel geval wordt water geloosd in riolen. Voorafgaandelijke toestemming van de milieucoördinator is hiervoor vereist.

2. Verplicht om veiligheidsschoenen type S1P of S3 te dragen. 3. Bezoekers houden zich aan het intern verkeersplan. 4. Roken is verboden in alle gebouwen en op alle andere plaatsen waar het pictogram rookverbod is aangebracht.

Gevaarlijke producten

5. De toegang tot de zones aangeduid met het pictogram 'verboden voor onbevoegden' is verboden voor bezoekers.

1. Het gebruik van gevaarlijke of chemische producten is verboden indien vooraf geen uitdrukkelijke toelating door de preventie-adviseur gegeven is.

6. Arbeidsmiddelen worden niet uitgeleend aan derden zonder schriftelijke toestemming vooraf

2. Gechloreerde solventen zijn verboden. 3. De gebruiker is steeds op de hoogte van de te nemen preventiemaatregelen en draagt steeds de nodige beschermingsmiddelen.

7. GSM-toestellen dienen volledig uitgeschakeld te worden vóór explosiegevoelige zones worden betreden (aanduiding EX-zone).

4. De houder van het produkt is steeds voorzien van een conform etiket.

8. Het is verplicht om een veiligheidshelm te dragen in de rolbrugzone. 9.

Wat in geval van brand en/of ongeval?

De interne veiligheids- en milieuregels en de vigerende wetgeving wordt ten allen tijde nageleefd en gerespecteerd.

1. Bij brand - Onmiddellijk waarschuwen via brandmeldknop - Bel het intern nummer 236 - Bel de brandweer op het nummer 4100 (gsm 112) - bij evacuatie: verlaat het bedrijf en meldt U op de verzamelplaats

10. Eten en drinken is verboden in de produktieruimtes. 11. Het is verboden foto's te nemen of te filmen zonder schriftelijke toestemming vooraf. 12. Opgepast voor heftruckverkeer op de volledige site ! 13. Lokaal aangeduide pictogrammen worden steeds gerespecteerd en nageleefd.

Contactpersonen Produktie Abé Jan (Labonorm) Gebouwen Callens Dominique Elektriciteit Vanthournout Maarten Veiligheid Deman Inge Milieu Struyve Bert

Intern tel-nr.

GSM

249 225 253 271 177

0478 88 50 80 0477 20 20 72 0477 20 20 83 0477 60 60 01 0479 64 31 96

2. Bij ongeval - Bel intern nummer 254 of meldt U onmiddellijk bij de EHBO-post (zie plan) - Bij ernstig ongeval: bel onmiddellijk de hulpdiensten op 4100 (gsm 112)

Contactpersonen Intern tel-nr. GSM Brandweer Provoost Hans (intern) 236 0472 27 94 60 (intern en extern) Brandweer 4100 100 (gsm 112) Personeel/EHBO Gregory Clarysse 217 of 254 Concierge Vandenbussche Jean-Pierre 219 Stokers tel intern 275 - gsm 0498 39 83 23 of 0495 22 37 30 Hulpdiensten: Ziekenwagen, Politie, 4100 100 (gsm 112)


Titel:


17 van 19 29-06-2010 ID ID VV


Bijlage 5a : Info bezoekers/derden aan produktiehuis Labonorm – Brugsesteenweg (Kortrijk) : Evacuatieverzamelplaats

: Aanduiding uitgang (vluchtweg)

: EHBO-lokaal

: noodtelefoon Tel 236 (interne EIP) Tel 4100 - gsm 112 (brandweer) : tel 217 of 254

Labonorm NV Brugsesteenweg 163 8500 Kortrijk

FORMULIER


LN FO 9.2.1-1 VM

Titel:

18 van 19 29-06-2010 ID ID VV


Bijlage 5b : Info bezoekers/derden aan kantoorgebouw Labonorm (Ter Doenaert – Marke)

Algemene veiligheidsvoorschriften

Wat met afval en afvalwater?

1. Toegang tot de werkplaatsen is enkel toegestaan indien men zich vooraf heeft gemeld bij de receptie; bij verlaten van de firma wordt terug afgemeld.

1. Tenzij schriftelijk overeengekomen wordt alle afval afkomstig van werken terug meegenomen. 2. Afval wordt gesorteerd. 3. In geen enkel geval wordt water geloosd in riolen. Voorafgaandelijke toestemming van de milieucoördinator is hiervoor vereist.

2. Verplicht om veiligheidsschoenen type S1P of S3 te dragen indien dit vereist is voor de uit te voeren werkzaamheden. 3. Roken is verboden in alle gebouwen en op alle andere plaatsen waar het pictogram rookverbod is aangebracht. 4. De toegang tot de zones aangeduid met het pictogram 'verboden voor onbevoegden' is verboden voor bezoekers. 5. Arbeidsmiddelen worden niet uitgeleend aan derden zonder schriftelijke toestemming vooraf. 6. De interne veiligheids- en milieuregels en de vigerende wetgeving wordt ten allen tijde nageleefd en gerespecteerd. 7. Het is verboden foto's te nemen of te filmen zonder schriftelijke toestemming vooraf. 8. Lokaal aangeduide pictogrammen worden steeds gerespecteerd en nageleefd.

Gevaarlijke producten 1. Het gebruik van gevaarlijke of chemische producten is verboden indien vooraf geen uitdrukkelijke toelating door de preventie-adviseur gegeven is. 2. De gebruiker is steeds op de hoogte van de te nemen preventiemaatregelen en draagt steeds de nodige beschermingsmiddelen. 3. De houder van het produkt is steeds voorzien van een conform etiket.

Contactpersonen

Intern tel-nr.

Tel / GSM

Gebouwen Personeel

Wat in geval van brand en/of ongeval? 1. Bij brand - Onmiddellijk waarschuwen via brandmeldknop - Bel het intern nummer 236 - Bel de brandweer op het nummer 4100 (gsm 112) - bij evacuatie: verlaat het bedrijf en meldt U op de verzamelplaats 2. Bij ongeval - Bel intern nr. 254 of meldt U onmiddellijk bij de EHBO-post (zie plan) - Bij ernstig ongeval: bel onmiddellijk de hulpdiensten op 4100 (gsm 112)

Elektriciteit Veiligheid

Deman Inge

271

0477 60 60 01

Milieu

Struyve Bert

177

0479 64 31 96

Brandweer (intern en extern)

Brandweer

(intern) 100 (gsm 112)

Personeel + EHBO Concierge

Hulpdiensten:

Ziekenwagen, Politie, Brandweer

4100

100 (gsm 112)

FORMULIER


LN FO 9.2.1-1 VM

Titel:

19 van 19 29-06-2010 ID ID VV


Bijlage 5b : Info bezoekers/derden aan kantoorgebouw Labonorm (Ter Doenaert – Marke)

PLAN GELIJKVLOERS

PLAN EERSTE VERDIEPING

: Aanduiding uitgang (vluchtweg)

: EHBO-post, tel 123

: in geval van brand Tel 0100 of gsm 112 (brandweer) : Evacuatieverzamelplaats

VEILIGHEIDS- EN MILIEUVOORSCHRIFTEN VOOR UITVOERING VAN WERKEN DOOR DERDEN BIJ :

Recommend Documents