Documenten KWM - Activiteiten in het energiegebied, verkeersgebied en aan de overgavestations B600/B700 (revisie 4, 12/11/2
BASF Antwerpen N.V. Haven 725, Scheldelaan 600, B-2040 Antwerpen 4 KWM-nummer: 09 Procesbeheersing Profiel: KWM wegwijzer Trefwoorden: Pijpleidingengebied Procedure: 09.16 Paragraaf:09.A. - Vergunningen Verantwoordelijke eenheid :Bedrijfstechniek - Energiebedrijf/WZI
Activiteiten in het energiegebied , verkeersgebied en aan de overgavestations B 600/B700
Verantwoordelijke : Davy De-Kever/TECH_CONS/BASANT/BASF Revisie: 4 Revisiedatum: 12/11/2008 Status: ACTUEEL Identificatie: 16
Toepassingsgebied : BASANT, Partners, Strategische partners
Inhoud 1.
Doel / Toepassingsgebied
2. 2.1 2.2 2.3 2.4 2.5 2.6
Definities Energie- en verkeersgebied Energieleidingen Productleidingen Leidingen in montage Overgavestations op blokvelden B600/B700 Wegenis
3. 3.1 3.2 3.3 3.4. 3.5. 3.6.
Verantwoordelijkheden Leiding-/stationeigenaar Energiebedrijf Stroomverdeling Spoorverkeer Montage-ingenieur Projectingenieur Projectering
4. 4.1 4.2 4.3
Maatregelen Algemeen Vergunningssysteem Veiligheidsmaatregelen bij werken op pijpenbruggen
5.
Registratie
6.
Communicatie
Bijlage
pagina 1
Documenten KWM - Activiteiten in het energiegebied, verkeersgebied en aan de overgavestations B600/B700 (revisie 4, 12/11/2
1.
Doel / Toepassingsgebied Eenduidige communicatielijnen en verantwoordelijkheden vastleggen m.b.t. werkzaamheden in het energiegebied, verkeersgebied en aan de overgavestations. Deze wegwijzer is van toepassing op alle werken die uitgevoerd worden in het energieen verkeersgebied en aan de overgavestations. Als huisregel zijn de strategische partners Zandvliet Power N.V., Solvay Chimie S.A., Air Liquide Industries S.A. C600, Air Liquide Large Industry S.A. G 600 (Jupiter I en II), E 600 (Syngas II), C 600 (Gulliver) en BASF Interox H2O2 Production N.V. eveneens onderworpen aan deze richtlijnen. Het uitvoeren van bepaalde
werkzaamheden in het energiegebied, verkeersgebied en aan de overgavestations dient te gebeuren in overeenstemming met de vereisten van deze huisregel. 2. 2.1
Definities [Klik om te openen] Energie- en verkeersgebied Het grondgebied van BASF Antwerpen is opgebouwd volgens een rasterplan. Van noord naar zuid en van oost naar west wisselen rondom de blokvelden energie- en verkeersgebieden elkaar af. Dit wordt aanschouwelijk voorgesteld in bijlage 1. z
Energiegebied (zie bijlage 2): dit gebied is gesitueerd tussen 2 blokveldgrenzen en bestaat uit: A. Sokkelstraat: structuur waarop de bovengrondse leidingen zich bevinden (ook wel buizenbrug/pijpenbrug genaamd). Deze kan uit verschillende niveaus zijn opgebouwd. B. Leidingenzone: deze strekt zich uit 5 m aan weerszijden van de bovengrondse pijpenbruggen. Deze zone beschermt tevens de daaronder liggende ondergrondse leidingen. In het pijpleidinggebied bevinden zich: - energieleidingen, - productleidingen, - leidingen in montage. De sokkelstraat samen met de leidingenzone wordt het pijpleidingengebied genoemd. Mogelijk zijn in het energiegebied nog geen buizenbruggen aanwezig (b.v. noord-west hoek van het terrein), toch dient men dit als pijpleidingengebied te beschouwen. Aanvulling: open grachten (koel- en regenwaterterugvoerkanalen) worden ook als pijpleidingengebied beschouwd (incl. 5 m aan weerszijden). C. Montagestraten:aan weerszijden van het pijpleidinggebied bevinden zich de montagestraten. Een vrije toegang voor het personeel van het Energiebedrijf en de Interventiedienst tot deze montagestraten moet altijd gewaarborgd zijn. Versperring van de doorgang d.m.v. bijvoorbeeld slagbomen of kettingen is niet toegestaan tenzij met uitdrukkelijke toestemming van het Energiebedrijf en de
pagina 2
Documenten KWM - Activiteiten in het energiegebied, verkeersgebied en aan de overgavestations B600/B700 (revisie 4, 12/11/2
Interventiedienst. D. Kabelzones Het energiegebied wordt hier beschouwd i.h.k.v. zones die buiten de blokvelden gesitueerd zijn. Er zijn vanzelfsprekend ook installaties binnen blokvelden die aan de energieafdeling toebehoren (o.a. D500, brakwaterstations op E1400 en D205, persluchtcompressor op D300,....). Hier spreekt men dan van "energie-installaties". z
2.2
Verkeersgebied (zie bijlage 3): dit gebied is eveneens gesitueerd tussen 2 blokveldgrenzen en heeft voornamelijk een transportfunctie (o.a. wegenis en spoorweg). Toch kunnen zich ook ondergrondse leidingen en kabels bevinden in dit gebied.
Energieleidingen Alle leidingen waardoor energieën getransporteerd worden. (Zie ook lijst in AN-S-PE220)
2.3
Productleidingen Leidingen waardoor chemische producten getransporteerd worden.
2.4
Leidingen in montage Een leiding in montage is elke nieuw te monteren leiding die voldoet aan volgende voorwaarden: - zij vormt geen vaste verbinding met één der bestaande leidingen. - zij blijft onder de bevoegdheid van de montagegroep tot aan de overdracht aan het afgevende bedrijf of aan het Energiebedrijf.
2.5
Overgavestations op blokvelden B600/B700 Dit zijn teller- en regelstations. Hier worden producten van of naar andere firma's door getransporteerd.
2.6
Wegenis Dit zijn alle straten die niet binnen een blokveld gelegen zijn (ook montagestraten).
3. 3.1
Verantwoordelijkheden [Klik om te openen] Leiding-/stationeigenaar Het afgevend bedrijf is verantwoordelijk voor de productleidingen en eventuele specifieke energieleidingen waarvan het eigenaar is. Voor energieleidingen wordt het Energiebedrijf aanzien als afgevend bedrijf. Als het Tankpark leidingeigenaar is, wordt het aanzien als afgevend bedrijf. Elke uitzondering wordt geprotocolleerd tussen het afgevend bedrijf en het Energiebedrijf. Deze bevoegdheid strekt zich uit tot aan de bedrijfsingang van de afnemende bedrijven, tenzij anders wordt overeengekomen. De stationeigenaars zijn op tekening (V9419xxxx) vastgelegd.
pagina 3
Documenten KWM - Activiteiten in het energiegebied, verkeersgebied en aan de overgavestations B600/B700 (revisie 4, 12/11/2
3.2
Energiebedrijf Het pijpleidingengebied, de overgavestations B600/B700 en de wegenis vallen onder het toezicht van het Energiebedrijf. Gezien het groot aantal (leiding)eigenaars, behartigt het Energiebedrijf de gemeenschappelijke belangen en coördineert de werkzaamheden in deze zones. Het energiebedrijf voert -naast de dagelijkse rondgangen- jaarlijks grondige visuele controles uit langs het pijpleidingengebied en eventuele afwijkingen worden aan de betroffen leidingseigenaar(s) gemeld (zie instructiekaart Energiebedrijf ) Het Energiebedrijf is verantwoordelijk voor alle energieleidingen waarvan ze eigenaar is. Deze bevoegdheid gaat tot en met het overgangsventiel van het bedrijf (zowel voor in- als uitgaande leidingen), tenzij anders wordt overeengekomen. Deze overeenkomsten worden op tekening vastgelegd. Het overgangsventiel wordt enkel door het Energiebedrijf bediend. In bepaalde gevallen kan dit overgangsventiel ook dienst doen als noodafsluiter van het bedrijf. In dit geval mag het bedrijf of de Interventiedienst het overgangsventiel bij calamiteit sluiten. Deze procedure dient eenduidig vermeld te worden in het inzetplan en het Energiebedrijf moet hierover geïnformeerd worden. Wanneer het ventiel gesloten wordt, zal het bedijf via een M-formulier het Energiebedrijf zo snel mogelijk op de hoogte brengen. Het terug openen van het ventiel (wanneer het gevaar geweken is) gebeurt enkel door het Energiebedrijf. De betrokken ventielen (en enkel deze) worden bovendien duidelijk beschrift (markeren/kleuren ...) om verwarring te vermijden.
3.3.
Stroomverdeling: De dienst Stroomverdeling is verantwoordelijk voor de kabelzones buiten blokveld.
3.4.
Spoorverkeer De logistieke dienst Intern Spoorverkeer is verantwoordelijk voor de spoorzones in de verkeersgebieden (stockage- en verkeersporen).
3.5.
Montage-ingenieur Zie KWM-Handboek hoofdstuk 21
3.6.
.
Projectingenieur Projectering Zie KWM-Handboek hoofdstuk 21
4.
Maatregelen
4.1
Algemeen
4.1.1
Planning
.
De planning en montage van nieuwe leidingen, elke verandering of uitbreiding op de sokkelstraten gebeurt onder coördinatie van de projectingenieur, verantwoordelijk voor het Energiebedrijf. Het Energiebedrijf wordt in een vroeg stadium ingelicht over deze leidingen en geeft goedkeuring tot uitvoering. Voor de gehele procedure verwijzen we
pagina 4
Documenten KWM - Activiteiten in het energiegebied, verkeersgebied en aan de overgavestations B600/B700 (revisie 4, 12/11/2
naar AN-P-PE 120. Het Energiebedrijf wordt bij projecten steeds uitgenodigd op de kick-off vergadering en KWM-fase 1. 4.1.2
Automatisatie- en Bedrijfstechniek-werkzaamheden z
Automatisatie-werkzaamheden: De maintenance manager van het bedrijf dat eigenaar is van de leiding coördineert alle EMR plannings-, montage- en veranderingswerken die in het pijpleidinggebied uitgevoerd worden. Hij coördineert tevens alle onderhouds- en herstellingswerkzaamheden die dienen te gebeuren. De werken worden echter uitgevoerd door de dienst Automatisatie die de elektrische voeding levert aan de toestellen, zoals regelventielen of elektrische verwarming.
z
Bedrijfstechniekwerkzaamheden: de werkplaats verantwoordelijk voor het onderhoud van het Energiebedrijf stuurt alle onderhouds-, herstellings- of veranderingswerken aan buisleidingen of buisleidingconstructies in het pijpleidinggebied.
Het Energiebedrijf bepaalt in samenspraak met de Veiligheidsdienst en de betreffende bedrijven wanneer er gevaar is voor naburige bedrijven. Dit is steeds van toepassing op werkzaamheden aan bedrijfsin- en uitgangen en op die plaatsen die in gemeenschappelijk overleg werden overeengekomen. 4.2
Vergunningssysteem Het algemeen vergunningssysteem (zie KWM-wegwijzer 09.06
) is van toepassing.
De acties en verantwoordelijkheden worden beschreven in de volgende tabel: 4.2.1
Werken op pijpleidingengebied: Actie
Vergun Verantwoordelijkheden ningen A De vergunning wordt uitgeschreven door het afgevend bedrijf en dient tegengetekend te worden door het Energiebedrijf.
Leiding blijft in dienst (schilderen , isoleren, ondersteuningen ,..). De leiding A+M De A-vergunning wordt uitgeschreven door de wordt uit/ verantwoordelijke van het afgevend bedrijf en wordt in dienst tegengetekend door het Energiebedrijf. De genomen. A-vergunning wordt altijd vergezeld van een M-vergunning die door de verantwoordelijke van het afgevend bedrijf wordt afgeleverd aan het V Energiebedrijf. De doorslag blijft bij de leidingeigenaar.
pagina 5
Documenten KWM - Activiteiten in het energiegebied, verkeersgebied en aan de overgavestations B600/B700 (revisie 4, 12/11/2
Nadat de werken uitgevoerd zijn, wordt door de leidingeigenaar de opheffing der wijziging bevestigd door handtekening in deel D van het M-formulier. Bij een V-vergunning, vult de verantwoordelijke van het bedrijf het bovenste gedeelte van de vergunning in. In samenspraak met het Energiebedrijf worden de te nemen veiligheidsmaatregelen en de nodige analyses vastgelegd en wordt de toelating tot uitvoering gegeven met handtekening van de leidingeigenaar. De vergunning wordt tegengetekend door het Energiebedrijf. Montage op bestaande sokkelstrat en buiten de montagezo ne
A V
De montage-ingenieur/toezichter vult de A-vergunning in en legt de vergunning ter ondertekening voor aan het Energiebedrijf. Bij een V-vergunning, vult de montage-ingenieur het bovenste gedeelte van de vergunning in en bezorgt deze aan het Energiebedrijf. Door het Energiebedrijf worden de te nemen veiligheidsmaatregelen en de nodige analyses vastgelegd en wordt de toelating tot uitvoering gegeven met handtekening. Het einde van de werkzaamheden wordt door de montage-ingenieur/toezichter gemeld aan het Energiebedrijf door het inleveren van de A-vergunning na ondertekening onder Teruggave. De tweede doorslag van de vergunningen blijft bij het Energiebedrijf.
Opmerkingen z
Aandachtspunten bij invullen van de A-vergunning bij werken op sokkelstraten: - punt 3 (verbrandingsgevaar): steeds Ja ingevuld. - punt 5 (andere): steeds Ja "andere leidingen in dienst" ingevuld. - standaard PBM: lederen handschoenen.
z
Wanneer werken uitgevoerd worden op de sokkelstraten dient een meldingskaartje gehangen te worden in de CK van energie (D550) bij het laten tekenen van de vergunning. Op de kaartjes wordt de firmanaam/dienst en de naam van de aanwezige personen vermeld.
z
Het pijpleidingengebied mag niet gebruikt worden als stapelplaats voor bouw-, onderhouds- en montagemateriaal!
z
Aandachtspunten bij werken aan energieleidingen ter hoogte van insteekbruggen naar bedrijven: - het Energiebedrijf schrijft steeds de vergunningen bij werken vóór het overgangsventiel (aan de netkant). Hierna wisselt immers de verantwoordelijkheid en zorgt het bedrijf zelf voor de vergunningen. - het principe “tegentekenen van de vergunning” is vereist wanneer de blokveldgrens bij werken overschreden wordt. Het bedrijf en het Energiebedrijf dienen elkaar te beschouwen als naburig bedrijf.
pagina 6
Documenten KWM - Activiteiten in het energiegebied, verkeersgebied en aan de overgavestations B600/B700 (revisie 4, 12/11/2
4.2.2. Werken op pijpleidingengebied gelegen in het Centraal Tankpark (Afbakening zone: zie bijlage 4) Actie
Vergun Verantwoordelijkheden ningen A De vergunning wordt uitgeschreven door het afgevend bedrijf en dient tegengetekend te worden door het Energiebedrijf en het Tankpark.
Leiding blijft in dienst (schilderen , isoleren, ondersteuningen ,..) De leiding A+M De A-vergunning wordt uitgeschreven door de wordt uit/ verantwoordelijke van het afgevend bedrijf en wordt in dienst tegengetekend door het Energiebedrijf en het Tankpark genomen. . De A-vergunning wordt altijd vergezeld van een M-vergunning die door de verantwoordelijke van het afgevend bedrijf wordt afgeleverd aan het Energiebedrijf. De doorslag blijft bij de leidingeigenaar. Nadat de werken uitgevoerd zijn, wordt door de V leidingeigenaar de opheffing der wijziging bevestigd door handtekening in deel D van het M-formulier. Bij een V-vergunning, vult de leidingeigenaar het bovenste gedeelte van de vergunning in. In samenspraak met het Energiebedrijf en het Tankpark worden de te nemen veiligheidsmaatregelen en de nodige analyses vastgelegd en wordt de toelating tot uitvoering gegeven met handtekening van de leidingeigenaar. De vergunning wordt tegengetekend door het Energiebedrijf en het Tankpark. Montage A De montage-ingenieur/toezichter vult de op A-vergunning in, legt de vergunning ter ondertekening bestaande voor aan het Energiebedrijf en laat deze vergunning V tegentekenen door het Tankpark. sokkelstrat en buiten Bij een V-vergunning, vult de montage-ingenieur/ de toezichter het bovenste gedeelte van de vergunning in montagezo en bezorgt deze aan het Energiebedrijf. In samenspraak ne met Energie worden door het Tankpark de te nemen veiligheidsmaatregelen en de nodige analyses vastgelegd en wordt de toelating tot uitvoering gegeven met handtekening. Deze vergunning dient tegengetekend te worden door het Tankpark. Het einde van de werkzaamheden wordt door de montage-ingenieur/toezichter gemeld aan het Energiebedrijf door het inleveren van de A-vergunning na ondertekening onder Teruggave. De tweede doorslag van de vergunningen blijft bij het Energiebedrijf.
pagina 7
Documenten KWM - Activiteiten in het energiegebied, verkeersgebied en aan de overgavestations B600/B700 (revisie 4, 12/11/2
Opmerkingen: z
Aandacht bij het invullen van de V-vergunning bij werken op sokkelstraten in het centraal tankpark: => Een brandwacht is steeds vereist bij las- en slijpwerkzaamheden.
4.2.3
Werken op de overgavestations B600/B700 Het betreden en/of verlaten van deze blokvelden voor zichtcontrole of schakelingen aan de stations wordt steeds gemeld (telefonisch) aan de controlekamer van het Energiebedrijf. De persoon van het Energiebedrijf hangt dan het meldingskaartje aan het meldingsbord in de CK van D550.. Ieder bedrijf dient bij activiteiten op de blokvelden B600/B700 dit gebied te beschouwen als een naburig bedrijf. De acties en verantwoordelijkheden worden in de volgende tabel beschreven : Actie
Vergun Verantwoordelijkheden ningen A De vergunning wordt uitgeschreven door het afgevend bedrijf en dient tegengetekend te worden door het Energiebedrijf.
Leiding/ station blijft in dienst (schilderen , isoleren, ondersteuningen,..). De A+M leiding/stat ion wordt uit/in dienst genomen.
V
Montage van
A
De A-vergunning wordt uitgeschreven door de verantwoordelijke van het afgevend bedrijf en wordt tegengetekend door het Energiebedrijf. De A-vergunning wordt altijd vergezeld van een M-vergunning die door de verantwoordelijke van het afgevend bedrijf wordt afgeleverd aan het Energiebedrijf. De doorslag blijft bij de leidingeigenaar. Nadat de werken uitgevoerd zijn, wordt door de leidingeigenaar de opheffing der wijziging bevestigd door handtekening in deel D van het M-formulier. Bij een V-vergunning, vult de verantwoordelijke van het bedrijf het bovenste gedeelte van de vergunning in. In samenspraak met het Energiebedrijf worden de te nemen veiligheidsmaatregelen en de nodige analyses vastgelegd en wordt de toelating tot uitvoering gegeven met handtekening van de leidingeigenaar. Het Energiebedrijf tekent tegen. De montage-ingenieur/toezichter vult de A-vergunning in en legt de vergunning
pagina 8
Documenten KWM - Activiteiten in het energiegebied, verkeersgebied en aan de overgavestations B600/B700 (revisie 4, 12/11/2
nieuwe stations buiten de montagezone
4.2.4.
V
ter ondertekening voor aan het Energiebedrijf. Bij een V-vergunning, vult de montage-ingenieur/toezichter het bovenste gedeelte van de vergunning in en bezorgt deze aan het Energiebedrijf. Door het Energiebedrijf worden de te nemen veiligheidsmaatregelen en de nodige analyses vastgelegd en wordt de toelating tot uitvoering gegeven met handtekening. Het einde van de werkzaamheden wordt door de montage-ingenieur/toezichter gemeld aan het Energiebedrijf door het inleveren van de A-vergunning na ondertekening onder Teruggave. De tweede doorslag van de vergunningen blijft bij het Energiebedrijf.
Vergunningssysteem bij andere werken buiten de blokveldgrens, gelegen buiten het pijpleidingengebied: z
z
z
z
Voor werkzaamheden op onbebouwde blokvelden zorgt het Energiebedrijf voor de nodige vergunningen (met uitzondering voor vast opgestelde werkzones/containers die aan specifieke diensten/vakafdelingen toebehoren). Ieder bedrijf dient bij activiteiten buiten het eigen blokveld deze zone te beschouwen als een naburig bedrijf. Alle activiteiten dienen steeds aan het Energiebedrijf ter goedkeuring voorgelegd te worden (bijv. plaatsen container, kraan,...). Het Energiebedrijf zal de invloed op ondergrondse leidingen/kabels en naburige werken evalueren i.s.m Stroomverdeling en Spoorverkeer. Indien het vergunningsplichtige werken betreft, zal de vergunning steeds voorgelegd worden aan het Energiebedrijf om tegen te tekenen. Het Energiebedrijf waarborgt de afstemming met Stroomverdeling/Spoorverkeer zodat geen extra tegentekening meer vereist is door deze diensten. Dit teneinde lange loopwegen van vergunningen te vermijden. Bij het versperren van (montage)wegen dient dit bovendien steeds door de aanvrager via een M-formulier aan de interventiedienst gemeld. Indien een bedrijf op een naburig onbebouwd (deel van een) blokveld materiaal wil plaatsen of activiteiten wil uitvoeren, dient het Energiebedrijf hiervan eveneens op de hoogte te zijn en bij vergunningsplichtige werken de vergunning tegen te tekenen. Vergunningen voor werken enkel in kabelzones en spoorgebieden worden resp. door Stroomverdeling en de dienst Spoorverkeer gecoördineerd. Voor werkzaamheden aan wegenis schrijft energie de vergunning i.s.m. de bouwafdeling die zorgt voor de risico-analyse
Nota:
pagina 9
Documenten KWM - Activiteiten in het energiegebied, verkeersgebied en aan de overgavestations B600/B700 (revisie 4, 12/11/2
Voor graafwerken worden het Energiebedrijf en Stroomverdeling steeds automatisch betrokken via de G-vergunning. 4.2.5
Opmerkingen Derden op het terrein gebruiken voor werken in eigen beheer mogelijk een eigen vergunningensysteem. In die gevallen worden deze vergunningen aan het Energiebedrijf voorgelegd. Het Energiebedrijf schrijft een bijkomende A- en/of V-vergunning als toelating om op de aangegeven locatie de omschreven werken uit te voeren. Deze vergunning krijgt de melding “werken in de sokkelstraat of aan het station is toegelaten”. Indien deze werken in het Tankpark plaatsvinden, wordt deze bijkomende vergunning door het Tankpark ondertekend als naburig bedrijf.
4.3
Veiligheidsmaatregelen bij werken op pijpenbruggen z
Buiten de beveiligde platformen en doorgangen moet men zich beveiligen tegen vallen, hetzij door veiligheidsgordels, hetzij door collectieve beveiligingen zoals stellingen of netten.
z
Bij het plaatsen van stellingen moet er rekening gehouden worden met de uitzetting of inkrimping van leidingen als deze in dienst of uit dienst genomen worden. Dit om beschadiging van isolatie, leidingen, ondersteuningen ... of van de stelling zelf te voorkomen.
z
Geïsoleerde leidingen mogen niet betreden worden.
z
Zowel bij het begin van, als tijdens de werkzaamheden, moet erop gelet worden dat de vluchtwegen vrij zijn en niet door materiaal versperd worden. Zo moet men er bijvoorbeeld voor zorgen dat elektrische kabels of slangen niet binnen het profiel van de stijgladder lopen maar langs buiten zijn vastgemaakt. De wegen onder de pijpenbruggen moeten tegen vallende voorwerpen afgeschermd worden, hetzij door een gesloten versperring met een waarschuwingsbord voor hoogtewerken (de versperring mag bestaan uit geel-zwarte of geel-oranje fladderlinten, planken, kettingen ...), hetzij door een vangstelling met doorlopende vloer.
z
Bovendien moet verhinderd worden dat wegspringende vonken bij laswerken een gevaar vormen voor de nabijgelegen leidingen en het verkeer onder de pijpenbrug.
z
Indien de werken plaatsvinden boven een spoorweg, moeten voor en achter de arbeidsplaats op het spoor de gevaarmarkeringen (KWM-wegwijzer 15.18 ) aangebracht worden.
z
Indien de aangebrachte stellingen de normale verkeerswegen begrenzen, hetzij in hoogte, hetzij in de breedte, moet de vrije doorgang vooraf gesignaleerd worden met een verkeersbord C 29 of C 27 of met geel-zwarte loshangende latten waarop de vrije doorgang vermeld is.
pagina 10
Documenten KWM - Activiteiten in het energiegebied, verkeersgebied en aan de overgavestations B600/B700 (revisie 4, 12/11/2
C 29 Verboden toegang voor bestuurders bestuurders van voertuigen waarvan de hoogte, breedte, lading inbegrepen, groter is dan de aangeduide. 5.
van voertuigen waarvan de lading inbegrepen, groter is dan de aangeduide.
Registratie [Klik om te openen] A-, V- en M-vergunningen (zie KWM-wegwijzer 09.06
6.
C 27 Verboden toegang voor
).
Communicatie [Klik om te openen] Indien er zich onvoorziene situaties (zoals reukhinder, lekken, uitstroming van gassen, bevriezingsverschijnselen op leidingen, wegspoelen van aarde ...) voordoen, moet onmiddellijk contact opgenomen worden met het Energiebedrijf : tel. 2326 of 2327. In geval van incident of ongeval moet de Interventiedienst verwittigd worden : tel. 777.
Bijlage 1 - Overzicht energie- en verkeersgebied:
Bijlage 2 - Energiegebied
Bijlage 3 - Verkeersgebied
pagina 11
Documenten KWM - Activiteiten in het energiegebied, verkeersgebied en aan de overgavestations B600/B700 (revisie 4, 12/11/2
Bijlage 4 - Zone Centraal Tankpark (ten oosten van E100 en ten zuiden van F-straat)
Nazicht: Akkoord : Davy De-Kever (07/11/2008 11:22:35)
Goedkeuring: Akkoord : Jan Verschaeren (08/11/2008 20:04:07)
Bekrachtiging : Akkoord : Michel Willems (12/11/2008 08:30:16)
pagina 12