1/6
TOEGESTANE EVOLUTIE VAN DE LOONKOST VOOR 2015-2016 I.
Geen loonsverhoging voor 2015, maar beperkte mogelijkheden voor 2016
Het ontwerp van interprofessioneel akkoord dat werd voorgesteld door de Regering Michel werd geconcretiseerd door de wet van 28 april 2015 voor wat betreft de maximale marge van de loonkostenevolutie voor 2015 en 2016. -
Voor 2015: De loonnorm wordt vastgesteld op 0%, wat betekent dat de lonen niet mogen stijgen.
-
Voor 2016: Er worden mogelijkheden voor loonsverhogingen voorzien. o
Een verhoging gaande van 0% tot maximum 0,5% bruto wat betreft de maximale kost voor de werkgever (dus alle lasten inbegrepen). In werkelijkheid mag de bruto loonsverhoging 0,37% niet overschrijden (0,37 bruto x 1,33 sociale werkgeversbijdragen = 0,5% van de loonkost). Indien de werkgever de maximale enveloppe van een gemiddelde bruto loonsverhoging van 0,5% geheel wenst te concretiseren, moet hij rekening houden met het feit dat de werkgeversbijdragen van ongeveer 33% er nog moeten worden bijgerekend. De bruto loonsverhoging zal daardoor 0,37% niet mogen overschrijden, zodat de gehele verhoging van de loonkosten, uitgedrukt in een percentage van de bruto loonmassa, beperkt blijft tot 0,5% (0,37 bruto x 1,33 = 0,5% van de loonkost). +
o
Een verhoging gaande van 0% tot maximum 0,3% netto (zonder bijkomende kosten voor de werkgever, dus de maximale totale kost voor de werkgever). Deze tweede enveloppe slaat op de netto koopkracht.
De werkgevers kunnen dus op cumulatieve wijze een verhoging toekennen van 0,5% bruto EN een verhoging van 0,3% netto. Om de invulling van bovenstaande enveloppes naar netto koopkracht voor de werknemers te vergemakkelijken, hebben de sociale partners aan de Regering gevraagd de maximale nominale waarde van de maaltijdcheque van 7 EUR naar 8 EUR te verhogen, met behoud van het persoonlijk minimum-aandeel van de werknemer tot 1,09 EUR. Opdat de maaltijdcheques niet als loon zouden worden beschouwd worden en opdat ze dus zouden vrijgesteld worden van sociale zekerheidsbijdragen moet de tussenkomst van de werknemer of de bedrijfsleider in de maaltijdcheque tenminste 1,09 EUR bedragen. Momenteel bedraagt de optimale waarde van een maaltijdcheque bijgevolg 7 EUR. Als werkgever heeft u te allen tijde de mogelijkheid om de nominale waarde van de maaltijdcheques voor uw werkgevers te verhogen, zolang u het maximale aandeel werkgeversbijdrage van 5,91 EUR nog niet heeft bereikt. De verhoging van 7 EUR tot 8 EUR betreft de maximale nominale waarde van de maaltijdcheque opdat deze zou vrijgesteld zijn van sociale zekerheidsbijdragen, dit belet vanzelfsprekend niet dat de
2/6
totale nominale waarde van een maaltijdcheque meer kan bedragen dan 8 EUR, door bijvoorbeeld het aandeel van de werknemer in overleg met deze werknemer te verhogen tot meer dan 1,09 EUR. Er werd ook gevraagd om de mogelijkheid tot fiscale aftrekbaarheid voor de werkgever van 1 EUR extra per maaltijdcheque te overwegen. Een koninklijk besluit aangenomen op 26 mei 2015 heeft het eerste verzoek ingewilligd. Daarnaast moet er nog een wet aangenomen worden die het Wetboek van Inkomstenbelastingen aanpast voor wat betreft de maaltijdcheques opdat het voor de werkgever fiscaal aftrekbare bedrag voor maaltijdcheques verhoogd kan worden van 1 EUR naar 2 EUR. Samenvattend, vanaf 1 januari 2016: -
De maximale tussenkomst van de werkgevers in de maaltijdcheques stijgt van 5,91 EUR naar 6,91 EUR per maaltijdcheque.
-
De werkgevers kunnen a priori ten titel van professionele kosten een bedrag van 2 EUR per maaltijdcheque fiscaal aftrekken in functie van het bedrag van hun werkgeversbijdrage
II. Kan een werkgever zijn netto loonmassa met 0,3% EN de nominale waarde van zijn maaltijdcheques met 1 EUR verhogen? Het koninklijk besluit van 26 mei 2015 dat het aandeel van de werkgever in de maaltijdcheques met 1 EUR verhoogt is uitsluitend bestemd om het sociaal akkoord voor de periode 2015-2016 uit te voeren. Om de invulling van bovenstaande enveloppes naar netto koopkracht voor de werknemers te vergemakkelijken, hebben de sociale partners de Regering gevraagd om de maximale nominale waarde van de maaltijdcheque te verhogen met 1 EUR (van 7 naar 8 EUR), zonder dat het persoonlijk aandeel van de werknemer (m.n. 1,09 EUR) verhoogd wordt (zoals ook hierboven aangehaald betreft het aandeel van de werknemer een minimum-aandeel. Dit betekent dat dit aandeel hoger kan zijn indien de werknemer hiermee vooraf heeft ingestemd). Tegelijkertijd gaat de Regering erin voorzien dat de dat de werkgever 1 EUR extra per maaltijdcheque fiscaal kan inbrengen als aftrekbare kost. Samenvattend, indien de verhoging van 1 EUR van de nominale waarde van de maaltijdcheques een verhoging veroorzaakt met 0,3% van de netto loonmassa, zal het niet mogelijk zijn om bijkomend aan de werknemers een aanvullende verhoging van die netto loonmassa toe te kennen. Daarentegen blijft een bruto loonsverhoging ter aanvulling mogelijk, op voorwaarde dat de maximale enveloppe van 0,5% (alle lasten inbegrepen) niet overschreden wordt. III. Waarom kiezen voor een verhoging van de nominale waarde van de maaltijdcheques teneinde de werknemers een verhoging van de loonmassa te laten genieten? Vanaf 1 januari 2016 heeft elke werkgever de mogelijkheid om zijn netto loonmassa te verhogen met maximum 0,3%, en dit zonder bijkomende kosten evenals met 0,5% van zijn bruto loonmassa, alle lasten inbegrepen. Om dit te doen, zal elke werkgever de mogelijkheid moeten onderzoeken om een bestaande loonenveloppe om te zetten naar netto koopkracht voor zijn werknemers. Het verdient dus de 3/6
voorkeur een middel te gebruiken dat geen sociale of fiscale lasten voor de werkgever met zich meebrengen dus evenmin bijkomende lasten op de loonenveloppe. De eenvoudigste manier om deze verhoging toe te kennen is door middel van de toekenning van maaltijdcheques (voor die werkgevers die vandaag nog geen maaltijdcheques toekennen aan hun werknemers) of door middel van een verhoging van de waarde van de maaltijdcheques (voor werkgevers die reeds maaltijdcheques toekennen maar die willen gebruik maken van de verhoging van de nominale waarde tot maximaal 8 EUR). Het toekennen van maaltijdcheques of de verhoging van de bestaande nominale waarde vormen immers een extralegaal voordeel waarop noch de werknemers, noch de werkgevers sociale bijdragen betalen en waarop geen enkele fiscale last moet worden ingehouden. Daarom zijn maaltijdcheques een eenvoudig en interessanter voordeel dan een verhoging van het bruto-loon. Indien u al maaltijdcheques aan uw werknemers toekent, dient u Sodexo enkel in te lichten over uw wens om de nominale waarde te verhogen vanaf januari 2016. Een eenvoudige en snelle stap die geen belemmeringen inhoudt en geen syndicale besprekingen vereist. De nominale waarde van de maaltijdcheques verhogen met 1 EUR is in werkelijkheid de meest directe manier om een dergelijke verhoging van de loonmassa toe te staan en wordt bovendien ondersteund door de syndicale organisaties en de Regering. Met andere woorden: een goede manier om uw werknemers te motiveren en te belonen voor hun werk, die hun netto koopkracht op lange termijn verhoogt. IV. Is het, om van de fiscale aftrekbaarheid van 2 EUR per maaltijdcheque te kunnen genieten, verplicht de werkgeversbijdrage te verhogen met 1 EUR? NEE. Al sinds 1 januari 2009, mogen werkgevers per maaltijdcheque 1 EUR aftrekken ten titel van professionele kosten, ongeacht de waarde hiervan. Vanaf 1 januari 2016 zal de werkgever voor de maaltijdcheques, waarvoor zijn aandeel in de kost een vrijgesteld sociaal voordeel voor de begunstigde vormt, een bedrag van maximum 2 EUR per maaltijdcheque kunnen aftrekken als professionele kost, zonder dat dit een invloed zal hebben op de vrijstelling als sociaal voordeel in hoofde van de werknemer. Het Parlement moet zich nog uitspreken over het wetsontwerp dat deze maatregel invoert. De fiscale aftrekbaarheid hangt niet af van een eventuele verhoging van de werkgeversbijdrage in de maaltijdcheque die het gevolg zou zijn van de mogelijke verhoging van de tussenkomst van de werkgever tot maximum 6,91 EUR. Vanaf het ogenblik dat de tussenkomst van de werkgever per maaltijdcheque 1 EUR of meer bedraagt, kan, in functie van de tussenkomst, een bedrag van minimum 1 EUR en maximum 2 EUR ten titel van professionele kost worden afgetrokken.
4/6
JAARLIJKSE PREMIE VAN 250 EURO PC 200 I.
Jaarlijkse premie van 250 EUR bruto voor het PC 200, betaalbaar in juni 2016
De wet van 28 april 2015 staat voor het jaar 2016 een maximale marge voor de loonkostenevolutie toe ten belope van 0,5% van de bruto loonmassa en 0,3% van de netto loonmassa . Deze wet werd geconcretiseerd binnen het PC 200 door de goedkeuring van een sectoraal akkoord 2015-20161. Dit akkoord voorziet in de betaling van een jaarlijkse premie van 250 EUR bruto, geïndexeerd vanaf 2017, hetgeen overeenstemt met de volledige loonmarge van 0,5% bruto en 0,3% netto. De premie moet betaald worden vanaf juni 2016 en zal vervolgens elk jaar in de loop van de maand juni betaald worden. Overeenkomstig het sectoraal akkoord van het PC 200, kunnen de werkgevers besluiten de premie van 250 EUR toe te kennen onder de vorm van een brutobedrag of onder de vorm van nieuwe gelijkwaardige koopkrachtvoordelen (zoals maaltijdcheques of ecocheques). De toekenningsmodaliteiten van die premie zijn beschreven in de sectorale cao van 9 juli 2015, die in werking treedt op 1 januari 2016. Deze jaarlijkse premie van 250 EUR bruto wordt toegekend aan elke voltijdse werknemer die een volledige referentieperiode heeft doorlopen. Voor de deeltijdse werknemers wordt de jaarlijkse premie toegekend in verhouding tot hun deeltijds arbeidsstelsel. II. Wat is het verschil tussen de toekenning van een brutopremie of een netto-equivalent? Het bedrag waarover de werkgever beschikt bedraagt 332,5 EUR, patronale lasten inbegrepen (250 EUR bruto x 1,33 patronale sociale zekerheidsbijdragen) -
Een werkgever die het bedrag van de premie van 250 EUR bruto als brutoloon wil toekennen, moet de volgende berekening toepassen: 250 EUR bruto x 1,33 (sociale bijdragen) = 332,5 EUR.
-
Een werkgever die de nominale waarde van zijn maaltijdcheques wil verhogen met 1 EUR vanaf 1 januari 2016, moet de volgende berekening toepassen: 1 EUR x 230 gewerkte dagen = 230 EUR. Er rest de werkgever dan nog de mogelijkheid het saldo van de jaarlijkse premie van 77 EUR bruto in een andere vorm toe te kennen (332,5 EUR – 230 EUR = 102,5 EUR en 77 EUR bruto x 1,33 (sociale bijdragen) = 102,5 EUR). Dit saldo kan betaald worden als brutoloon of omgezet worden in een gelijkwaardig voordeel.
1
Andere PC’s hebben sectorale akkoorden gesloten (of zijn hiermee bezig) die de mogelijkheid van een jaarlijkse premie voorzien. De modaliteiten betreffende de toekenning van die premie of een gelijkaardig voordeel worden beschreven in het desbetreffende sectoraal akkoord.
5/6
III.
Kan een werkgever zijn loonmassa met 0,3% netto verhogen EN deze jaarlijkse premie van 250 EUR bruto toekennen?
Nee. Het sectoraal akkoord aangenomen in PC 200 preciseert dat deze premie niet cumuleerbaar is met een effectieve loonsverhoging en/of de toekenning van andere koopkrachtvoordelen die gelijkwaardig zijn. Bijgevolg kan de werkgever, op niveau van elke onderneming, kiezen tussen het betalen van een premie van 250 EUR bruto OF het toekennen van een loonsverhoging en/of een gelijkwaardig koopkrachtvoordeel dat netto kan zijn. De effectieve loonsverhogingen en/of de koopkrachtvoordelen moeten per werknemer toegerekend worden ten belope van hun volledige kost (bruto + patronale RSZ) van de jaarlijkse premie. Deze 250 EUR bruto omvat de mogelijkheid van een maximale verhoging van 0,5% van de bruto loonmassa en van 0,3% van de netto loonmassa. Indien de werkgever aan zijn werknemers deze premie van 250 EUR bruto toekent, heeft hij bijgevolg de twee verhogingsmogelijkheden van de loonmassa reeds toegepast en zal hij de lonen niet meer kunnen verhogen of andere koopkrachtvoordelen geven. Voorbeeld: Een werkgever verhoogt de nominale waarde van zijn maaltijdcheques met 1 EUR vanaf 1 januari 2016. Hij kan dan niet eveneens de jaarlijkse premie van 250 EUR bruto toekennen, maar hij moet de kost van de verhoging van deze maaltijdcheques met 1 EUR op jaarlijkse basis aftrekken van de kost van de premie van 250 EUR. Het saldo zal betaald worden in de vorm van een jaarlijkse premie.
6/6