Titel
Subtitel + auteur 1
De nieuwe verplichtingen op vlak van preventie van stress, burn-out, geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk
2
Inleiding De psychosociale risico’s werden voorheen hoofdzakelijk behandeld vanuit de restrictieve invalshoek van geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk De welzijnswet van 4/08/1996 werd gewijzigd om een nieuw, algemener kader vast te leggen waarin in het bijzonder stress en burn-out werden geïntegreerd De nieuwe bepalingen zijn opgenomen in een wet van 28/02/2014 en een KB van 10/04/2014 Inwerkingtreding: 1/09/2014
3
1. Algemene bepalingen 1.1. Definitie Psychosociale risico’s : > De kans dat een (of meer) werknemer(s) psychische schade ondervinden die al dan niet kan gepaard gaan met lichamelijke schade, > ten gevolge van een blootstelling aan de elementen van de
arbeidsorganisatie, de arbeidsinhoud, de arbeidsvoorwaarden, de arbeidsomstandigheden en de interpersoonlijke relaties op het werk,
> waarop de werkgever een impact heeft en die objectief een gevaar inhouden. 4
1. Algemene bepalingen 1.1. Definitie Bedoelde schade: > Psychisch : burn-out, angsten, depressie, zelfmoordgedachten, stress, … > Lichamelijk : slaapproblemen, uitputting, verhoogde bloeddruk, hartkloppingen, maagproblemen, …
5
1. Algemene bepalingen 1.1. Definitie Werkgerelateerde elementen die aan de oorsprong kunnen liggen : > 1) Arbeidsorganisatie : organisatiestructuur (horizontaal-verticaal), verdeling van de taken tussen de medewerkers, gezagsrelaties, beleid op gebied van welzijn op het werk en absenteïsme,
samenwerking tussen de diensten, werkprocedures, beheersinstrumenten, managementstijl, deelname van de werknemers in het nemen van beslissingen, autonomie van de
werknemers, rechtvaardigheidsgraad binnen de organisatie, …
6
1. Algemene bepalingen 1.1. Definitie Werkgerelateerde elementen die aan de oorsprong kunnen liggen : > 2) Arbeidsinhoud: intensiteit, emotionele vereisten, mentale belasting, fysieke belasting, afwisseling in het werk, duidelijkheid van het werk, voorspelbaarheid van de taken, …
> 3) Arbeidsvoorwaarden: type statuut, aard van de overeenkomst, type werkrooster, aantal arbeidsuren, carrière- of opleidingsmogelijkheden, toekomstperspectief, …
7
1. Algemene bepalingen 1.1. Definitie Werkgerelateerde elementen die aan de oorsprong kunnen liggen : > 4) Arbeidsomstandigheden: materiële omgeving, inrichting van de arbeidsplaatsen, arbeidsmiddelen, gebruikte stoffen, werkhoudingen, …
> 5) Interpersoonlijke relaties op het werk: sociale relaties (relaties met collega’s of de directe chef, mogelijkheden tot contact, communicatie), kwaliteit van de relaties, eventueel geweld van de
relaties, coherentie van de instructies, …
8
1. Algemene bepalingen 1.2. Risicoanalyse Algemene analyse van de arbeidscomponenten om de
psychosociale riscio’s te identificeren: > Algemene analyse te integreren in de preventieanalyse die wordt uitgevoerd voor de uitwerking van het vijfjaarlijks globaal
preventieplan en de jaarlijkse actieplannen (elk jaar vóór 1 november voor advies voor te leggen aan het CPBW) > Met de hulp van de interne preventieadviseur psychosociale
aspecten of met de hulp van de externe preventieadviseur psychosociale aspecten voor ingewikkelde situaties
9
1. Algemene bepalingen 1.2. Risicoanalyse Of analyse van een specifieke arbeidssituatie op verzoek van: – een lid van de hiërarchische lijn
– of van minstens 1/3 van de werknemersvertegenwoordiging in het CPBW
10
1. Algemene bepalingen 1.3. Preventiemaatregelen De werkgever moet de nodige preventiemaatregelen nemen om de geïdentificeerde gevaren te voorkomen Minimaal te nemen preventiemaatregelen: > Materiële en organisatorische maatregelen > Maatregelen ter bescherming van werknemers die in contact komen met derden > Definitie van de verplichtingen van de hiërarchische lijn bij de preventie van psychosociale risico's > Voorlichting en opleiding van de werknemers > Voorlichting van het CPBW zodat het zijn opdracht kan uitvoeren > Begeleidingsprocedures bij wedertewerkstelling > Interventieprocedures
11
1. Algemene bepalingen 1.3. Preventiemaatregelen De preventiemaatregelen moeten vooraf voor advies worden voorgelegd aan het CPBW Met uitzondering van de interventieprocedures en de procedure
bij werkhervatting die het akkoord van het CPBW moeten krijgen
12
1. Algemene bepalingen 1.4. Op te stellen interventieprocedures 1) Informele psychosociale interventie: > Bij de preventieadviseur psychosociale aspecten of de vertrouwenspersoon (aanstelling vertrouwenspersoon niet verplicht
behalve op verzoek van alle leden van het CPBW): – Gesprekken (onthaal, luisteren en advies) – Interventie van een derde (vb. lid van de hiërarchische lijn) – of verzoening
13
1. Algemene bepalingen 1.4. Op te stellen interventieprocedures 2) Formele psychosociale interventie: > Bij de preventieadviseur psychosociale aspecten: – Officieel verzoek aan de werkgever om collectieve of individuele
maatregelen te nemen tegenover een specifieke arbeidssituatie – Weigering van de preventieadviseur psychosociale aspecten mogelijk wanneer de situatie kennelijk geen risico's inhoudt
14
1. Algemene bepalingen 1.4. Op te stellen interventieprocedures 2) Formele psychosociale interventie (vervolg): > Indien collectief karakter: – De werkgever beslist over te nemen collectieve maatregelen waarbij hij het advies inwint van het CPBW of, als dit niet bestaat,
van de vakbondsafvaardiging (binnen de 3 maanden)
> Indien individueel karakter: – De preventieadviseur psychosociale aspecten overhandigt een advies aan de werkgever met betrekking tot de te nemen maatregelen (binnen de 3 maanden) – De werkgever beslist over de te nemen maatregelen (binnen de 2 maanden) 15
1. Algemene bepalingen 1.5. Wie kan preventieadviseur psychosociale aspecten zijn? Elke onderneming moet een preventieadviseur psychosociale aspecten hebben Hij maakt deel uit van: > Hetzij de Interne Dienst voor Preventie en Bescherming (IDPB) : met voorafgaand akkoord van alle leden van het CPBW
> Hetzij de Externe Dienst voor Preventie en Bescherming (EDPB) > Indien minder dan 50 werknemers moet hij verplicht deel uitmaken van de Externe Dienst voor Preventie en Bescherming (EDPB)
16
1. Algemene bepalingen 1.5. Wie kan preventieadviseur psychosociale aspecten zijn? Vereisten: > Masterdiploma, speciale opleiding en minstens 5 jaar ervaring in de psychosociale aspecten op het werk
Onverenigbaarheid: > Arbeidsgeneesheer, leden van de overlegorganen, kandidaten bij
de sociale verkiezingen. > Nieuwe onverenigbaarheid: leidinggevend personeel behalve indien aangesteld vóór 1/09/2014
17
1. Algemene bepalingen 1.6. Wie kan vertrouwenspersoon zijn? Een personeelslid of een externe persoon Onverenigbaarheden: idem preventieadviseur psychosociale aspecten behalve voor vertrouwenspersonen die al werden aangesteld vóór 1/09/2014 Aanstelling met akkoord van alle leden van het CPBW De preventieadviseur van de interne dienst oefent automatisch de informatieopdrachten van de vertrouwenspersoon uit (behalve indien aanstelling van een vertrouwenspersoon, indien preventieadviseur psychosociale aspecten in de onderneming, in ondernemingen met minder dan 20 werknemers of bij weigering van het CPBW) 18
1. Algemene bepalingen 1.6. Wie kan vertrouwenspersoon zijn? Verplichte opleiding binnen de 2 jaar na aanstelling: > Behalve voor vertrouwenspersonen aangesteld vóór 1/09/2014 met een ervaring van 5 jaar > Zo niet, termijn van 2 jaar om de vereiste kennis te verwerven
Verplichte dag supervisie 1 x per jaar
19
2. Specifieke bepalingen in geval van geweld, pesterijen of ongewenst seksueel gedrag Nieuwe definitie van pesten: > Voorheen waren meerdere onrechtmatige gedragingen vereist > Vandaag kunnen meerdere op zichzelf onschuldige gedragingen volstaan wanneer het geheel ervan een onrechtmatig karakter vertoont
20
2. Specifieke bepalingen in geval van geweld, pesterijen of ongewenst seksueel gedrag De preventieadviseur psychosociale aspecten is ertoe gehouden beroep te doen op de dienst Toezicht op het welzijn: > Wanneer de werkgever niet de nodige bewarende maatregelen neemt > Of wanneer de werkgever geen beschermingsmaatregelen neemt of niet de passende maatregelen neemt terwijl er een gevaar bestaat of de aangeklaagde deel uitmaakt van het leidinggevend personeel
21
2. Specifieke bepalingen in geval van geweld, pesterijen of ongewenst seksueel gedrag Het slachtoffer van geweld, pesterijen of ongewenst seksueel gedrag kan zich tot de arbeidsrechtbank richten om van de dader van de feiten: > een vergoeding voor de werkelijk geleden schade te bekomen > of een forfaitair bedrag te bekomen van 3 maanden loon, en zelfs 6 maanden in geval van discriminatie, gezagsrelatie of omwille van de ernst van de feiten.
Als de werknemer niet eerst gebruik maakt van de interne procedure kan de rechter hem bevelen deze procedure in te leiden en de gerechtelijke procedure schorsen 22
2. Specifieke bepalingen in geval van geweld, pesterijen of ongewenst seksueel gedrag Bescherming tegen ontslag: > Ten gunste van de werknemer: – die een verzoek tot formele psychosociale interventie heeft ingediend bij de preventieadviseur psychosociale aspecten of een rechtsvordering heeft ingeleid – die een klacht heeft neergelegd bij de dienst Toezicht op het welzijn, bij de diensten van de politie, het openbaar ministerie of de onderzoeksrechter (voor zover hij eerst gebruik maakt van de interne procedure of deze procedure niet werd ingesteld in de onderneming) 23
2. Specifieke bepalingen in geval van geweld, pesterijen of ongewenst seksueel gedrag Bescherming tegen ontslag (vervolg): > Ten gunste van rechtstreekse getuigen: – in het kader van een verzoek tot formele psychosociale interventie – In het kader van een gerechtelijke procedure
24
2. Specifieke bepalingen in geval van geweld, pesterijen of ongewenst seksueel gedrag Bescherming tegen ontslag (vervolg): > Houdt in dat de werkgever de arbeidsrelatie niet mag beëindigen noch een nadelige maatregel mag nemen, behalve: – om redenen die vreemd zijn aan het verzoek tot formele psychosociale interventie, de klacht, de rechtsvordering of de getuigenverklaring
25
2. Specifieke bepalingen in geval van geweld, pesterijen of ongewenst seksueel gedrag Bescherming tegen ontslag (vervolg): > Als de werkgever de arbeidsrelatie beëindigt of een nadelige maatregel neemt binnen de 12 maanden na deze stappen of binnen de 3 maanden na een vonnis: – rust de bewijslast van de andere redenen op hem
> Volgens sommige auteurs blijft de bescherming spelen na deze periodes, maar berust de bewijslast dan niet meer bij de werkgever, maar bij de werknemer of de getuige
26
2. Specifieke bepalingen in geval van geweld, pesterijen of ongewenst seksueel gedrag Bescherming tegen ontslag (vervolg): > Sanctie: – Hetzij een forfaitair bedrag vastgesteld op 6 maanden loon – Hetzij de werkelijk geleden schade
27
3. Arbeidsreglement Het arbeidsreglement moet worden aangepast aan de nieuwe reglementering: > Vermelding van de coördinaten van de preventieadviseur psychosociale aspecten of van de Externe Dienst voor Preventie en Bescherming (EDPB) waarvan hij deel uitmaakt > Vermelding van de coördinaten van de vertrouwenspersoon > Vermelding van de formele en informele interventieprocedures
Vereenvoudigde wijzigingsprocedure: overhandiging van de nieuwe versie aan de werknemers en de dienst Toezicht op de sociale wetten 28
3. Arbeidsreglement Herinnering: het CPBW moet de ingestelde interne interventieprocedures goedkeuren Termijn van 6 maanden, namelijk tot einde februari 2015, om het arbeidsreglement aan te passen Group S houdt het nieuwe aangepaste model ter beschikking van haar aangeslotenen
29
Bedankt voor uw aandacht! Om de evolutie hiervan en de sociale actualiteit in het algemeen te volgen: www.groups.be
Voor alle vragen over de verschillende diensten van Group S :
[email protected]
Tot binnenkort!
30