Tilburg Studentenstad
PAGE
1
PAGE
2
Inhoudsopgave 1.
2.
3.
Inleiding
4
Beleidsmatige aandacht Kiezen voor onderwijs, studenten als kans Afstemming met instellingen en studentenorganisaties Samenvatting en conclusies
4 5 6 6
Imago en identiteit
7
Concurrentie, nationaal en internationaal Campagne 'Tilburg is Thuis' Scholenstrijd nieuwe stijl
7 7 8
Tilburg Studentenstad: faciliteren en participeren
9
Voordelen van een studentenstad Tilburg als studentenstad, vergelijkenderwijs De studentenorganisaties Signalen van studenten als uitgangspunt
9 10 11 11
3.1 Studentenklimaat 3.1.1 Studentenhuisvesting 3.1.2 Aantrekkingskracht binnenstad 3.1.3 Faciliteren studentenorganisaties 3.1.4 Zichtbaarheid, communicatie en samenwerking 3.1.5 Sportklimaat 3.1.6 Randvoorwaarden
13 13 14 15 15 17 17
3.2
19
3.3 3.3.1 3.3.2
Internationalisering Participatie Valorisatie en projecten voor de samenleving Cultuur en hoger onderwijs
20 20 21
4. 4.1 4.2 4.3 4.4
Ondernemerschap en arbeidsmarkt Wonen (en werken) Aansluiting en acquisitie Ondernemersklimaat, een ketenbenadering Vestigingsklimaat
23 24 24 25 26
5.
Financiële vertaling uitvoeringsprogramma´s
27
6.
Gebruikte afkortingen
31
PAGE
3
1. Inleiding Tilburg telt circa 26.000 studenten (voltijds en deeltijds) die een opleiding volgen aan een van de drie instellingen voor Hoger Onderwijs, Avans Hogeschool, Fontys Hogescholen en de Universiteit van Tilburg (UvT). Bijna de helft van dat aantal woont op kamers in de stad. Uit die aantallen blijkt de betekenis van studenten voor de stad, een betekenis die zich ook op andere vlakken manifesteert: studenten houden de stad jong, het zijn kansrijke jongeren, met kennis en kunde die voor de stad nuttig en bruikbaar is. Met een organiserend vermogen waar de stad baat bij heeft. Het uitgangspunt van denken in deze nota is dat studenten belangrijke kennis met zich meebrengen, een serieuze economische factor vormen, vertegenwoordigers zijn van een positieve jongerencultuur, en met hun organisatiestructuren een uniek eigen organiserend vermogen hebben en bijdragen aan een innovatief cultureel klimaat in de stad. Na hun afstuderen zijn ze interessant voor de arbeidsmarkt en blijkt er steeds meer ondernemend potentieel onder hoger opgeleiden. Daar kan de stad baat bij hebben. Natuurlijk, studenten zijn niet altijd een lust voor de stad, maar hen in huis te hebben biedt veel meer mogelijkheden dan dat het problemen met zich meebrengt. Beleidsmatige aandacht Studenten vormen een groep waar de gemeente zich tot nu toe in beleidsmatige zin niet nadrukkelijk in heeft verdiept. De verklaring daarvoor is waarschijnlijk vooral dat Tilburg lang een klassieke arbeidersstad was, die zich moest hervinden na de crisis in de textielindustrie in de jaren zestig en zeventig van de vorige eeuw. Die toen een begrijpelijke strategie voerde om moderne industrie naar de stad te trekken, maar die minder oog had voor de explosieve groei van het hoger onderwijs in de stad en voor de kansen die dat bood. Daarbij, de instellingen zaten goeddeels buiten het centrum, wat de samenwerking niet bevorderde. Sinds de late jaren negentig zijn er de eerste aanzetten van toenadering. Het vraagstuk van de studentenstad bijvoorbeeld staat sinds 2000 op de gemeentelijke agenda, en heeft geleid tot werkgroepen en investeringen op het gebied van studentenhuisvesting, sport, communicatie en internationalisering. Uit die structuur is een aantal samenwerkingsverbanden ontstaan, zoals de taskforce studentenhuisvesting, de werkgroep Tilburg Studentenstad, de campagne Tilburg is Thuis, die hebben geleid tot concrete resultaten en de komst van het bureau Kennismakelaar, dat sinds 2009 nader vorm geeft aan de samenwerking tussen de gemeente en de drie instellingen voor hoger onderwijs. De noodzaak om die samenwerking op te zoeken wordt verder onderstreept door de sterke vergrijzing waarmee Brabant te maken krijgt. In 2015 wordt een tekort verwacht van 45.000 werknemers in de provincie, waarmee er een economische sense of urgency is om te investeren in een vestigingsklimaat dat aantrekkelijk is voor studenten en hoger opgeleiden. Dat is eens te meer van belang gelet op het relatief lage percentage hoger opgeleiden in de provincie. Uit cijfers in de Brabantse kennisinvesteringsagenda – foto 2009 blijkt dat het percentage hoger opgeleiden in de provincie 29.8% bedraagt, tegen 31.3% in Nederland. Weliswaar is er sprake van een sterke stijging sinds 1996 (toen: 22.3%), maar zowel toen als nu scoort de provincie 1.5% onder het nationaal gemiddelde. Wel heeft de provincie een bovengemiddeld aandeel in het aantal bèta-afgestudeerden in Nederland: 19%. Daar staat tegenover dat de groei ook op dit vlak in Brabant achterblijft: in Nederland nam het aantal bèta-afgestudeerden sinds 2000 met 7.8% toe, hier met 6.9%. Overigens is de doelstelling van de nationale Kennis Investerings Agenda om in 2016 een percentage van 50% hoger opgeleiden in de beroepsbevolking te hebben. Deze ontwikkeling is ook terug te zien bij de instellingen voor hoger onderwijs, die kampen met een dalend marktaandeel. Hoewel er het laatste jaar sprake is van absolute stijging van de studenteninstroom, is er al jaren sprake van een dalend marktaandeel van de meeste Tilburgse opleidingen. Onderzoeksbureau TNO vergeleek in 2009 op verzoek van Kences, de landelijke vereniging voor studentenhuisvesters, de universiteitssteden en berekende de impact van universiteiten,
PAGE
4
hogescholen, academische ziekenhuizen en onderzoekscentra op de lokale economie. In het Nederlandse kenniscomplex werken in totaal 288.700 personen; 73% van hen werkt in één van de dertien kennissteden. Bij elkaar vertegenwoordigden deze in 2005 een economische omvang van 14,5 miljard euro waarvan 10,9 miljard in de dertien steden terecht komt. TNO deelt dat bedrag door het aantal ingeschreven studenten, en komt zo op een afgerond gemiddeld van 25 duizend euro per student. De economische impact van het hoger onderwijs in Tilburg bedraagt , op die manier berekend, 650 miljoen euro per jaar. Vertaalt men die impact in werkgelegenheidscijfers, dan bedraagt die in Tilburg 5,7% van de totale werkgelegenheid. Dat is hoger dan in een grote stad als Rotterdam (5%), maar minder dan bijvoorbeeld Leiden (18.5%) en Wageningen (37,5). Met zulke aandelen is het hoger onderwijs een belangrijke sector in de economie van de dertien steden. Avans Hogeschool, Fontys Hogescholen en UvT behoren in Tilburg tot de grootste werkgevers van de stad en zijn van grote economische betekenis voor de stad. Studenten zelf dragen echter ook in steeds belangrijke mate bij aan de stedelijke economie. Van de bijna 26.000 studenten woonde in 2008 bijna 46% op kamers in Tilburg, van de ruim 21.500 voltijdstudenten is dat 55%. Die ´uitwonende´ studenten hebben elk een besteedbaar inkomen van gemiddeld 770 euro per maand, gezamenlijk besteden alleen al de op kamers wonende studenten ruim €80 miljoen per jaar in de stad. Vertaald in arbeidsplaatsen: een kleine 3400 banen, ofwel 3,5% van de Tilburgse beroepsbevolking. Kiezen voor onderwijs, studenten als kans De economische ontwikkelingen zijn debet aan het toenemende belang dat de gemeentelijke overheid ziet om de samenwerking met het hoger onderwijs te intensiveren. Dat gebeurt niet alleen op het gebied van huisvesting, sportvoorzieningen, studentenverenigingen en cultureel klimaat. Ook op economisch vlak zijn de laatste jaren belangrijke bijdragen geleverd, onder meer aan de komst van het Ondernemerscentrum op de UvT, de stichting Starterslift, Brabant Center for Entrepreneurship (o.a. ondernemerschaponderwijs) en dienstverlening ten behoeve van de stedelijke samenleving. Ook de ondersteuning van een aantal studentenevenementen is ter hand genomen, onder meer door de inspanningen van het bureau Kennismakelaar, Gebiedsteam Binnenstad en de werkgroep Tilburg Studentenstad. Bij dit alles dient aangetekend te worden dat Tilburg geen ‘klassieke’ studentenstad is, en dus voor de taak staat om met een eigen, eigentijdse aanpak te komen tot een vestigingsklimaat – in de brede zin van het woord - dat studenten en hoger opgeleiden weet te boeien. Een belangrijk pluspunt daarbij is dat Tilburg wél een stad is waarin sinds de 19e eeuw onderwijs een onderscheidend element is. De Fraters van Tilburg, de Zusters van Liefde, uitgeverij Zwijssen, het enorme aanbod aan beroepsonderwijs, de Katholieke Leergangen, waaruit een van de grootste lerarenopleidingen van Nederland is ontstaan, de Universiteit van Tilburg, het techniekonderwijs op alle niveaus, de educatieve musea met hun wortels in de lokale geschiedenis, de organisatie Ons Middelbaar Onderwijs. Het is een greep, verre van volledig. De betekenis van het onderwijs voor de stad is enorm. Als er sprake is van een wezenskenmerk van Tilburg, dan is het onderwijs. Dat gold voor het oude, negentiende eeuwse Tilburg, maar meer nog voor het moderne Tilburg, met alleen al in het Hoger Onderwijs een kleine 27.000 studenten. Hoger onderwijs met een bijzonder karakter, overwegend op het gebied van alfa- en gammakennis: economie, recht, onderwijs, sociale wetenschappen, communicatie, kunsten, sport et cetera. Momenteel bewegen studenten zich - als studenten - per definitie tijdelijk in hun studentenstad. De talenten van studenten kunnen beter benut worden, het is te weinig zichtbaar wat studenten te bieden hebben en het aantal hoger opgeleiden dat hier werk vindt en zich in de stad vestigt is beperkt. De studentenstad die Tilburg kan zijn is een stad waar studenten welkom zijn, ook na hun studie, een stad die hen trekt en verleidt om iets terug te doen: participatie. Het beleid dat in deze nota bepleit wordt heeft tot doel het aantal studenten te vergroten dat zich in Tilburg vestigt, studenten zich actiever en meer zichtbaar in de stad te laten manifesteren, ondernemerschap onder studenten en afgestudeerden te stimuleren en op het
PAGE
5
scheppen en behouden van werkgelegenheid voor afgestudeerden. Dat betekent in economische zin een keuze voor het versterken van de relatie met de (zakelijke) dienstverlening, waarbij versterken van het bestaande netwerk en een gerichte acquisitie speerpunten zijn. Afstemming met instellingen en studentenorganisaties De ideeën, plannen en uitvoeringsvoorstellen in deze nota zijn in belangrijke mate gebaseerd op de opvattingen en voorstellen van de instellingen voor hoger onderwijs en studentenorganisaties. Het beleid dat in deze nota bepleit wordt, dient doelen die ook voor de instellingen van groot belang zijn. Met hen is over de benoemde onderwerpen in de voorbereiding uitvoerig gesproken, ook met het oog op de intensieve samenwerking die op veel vlakken nodig is. Bij een aantal onderwerpen en uitvoeringsprogramma´s zullen de instellingen de regie hebben, zoals de UvT bij de ontwikkeling van een studentencentrum in de binnenstad. De studentenorganisaties hebben aangegeven zich te willen verenigen in een studentenraad, een signaal dat duidt op een volwassen houding en een reden te meer voor de gemeente om de samenwerking met de studenten te intensiveren. Aan de totstandkoming van deze nota hebben studenten overigens een wezenlijke bijdrage geleverd. Samenvatting en conclusies Tilburg is een stad die zich in een transformatieproces bevindt, en waar de onderwijssector de afgelopen decennia de grootste groeisector is geweest. Tilburg is een universiteitsstad van formaat, en een van de grotere studentensteden in Nederland. Toch staat de stad niet als zodanig op het vizier, en wordt ze vaak ook niet zo beleefd, noch door studenten, noch door buitenstaanders, zoals scholieren. Een aantrekkelijke, hartelijke studentenstad beschikt over adequate studentenhuisvesting en voorzieningen en kenmerkt zich door een prikkelend klimaat waarin studenten en studentenorganisaties kunnen gedijen en zich uitgenodigd voelen om iets voor de stad te betekenen. Zo’n stad wil Tilburg zijn, niet alleen omdat studenten daar belang bij hebben, maar ook de instellingen voor hoger onderwijs, de gemeente, de provincie, de stedelijke samenleving. Nadrukkelijk worden in deze nota ook activiteiten voorgesteld op het gebied van ondernemerschap en arbeidsmarkt. Dan gaat het weliswaar om studenten ná hun afstuderen, maar het belang om de samenwerking tussen overheid en onderwijsinstellingen op dit punt aan te halen is aantoonbaar groot. Deze nota bepleit een samenhangende benadering, gestoeld op drie pijlers: 1. Een gerichte en doordachte marketing van de stad als studentenstad (imago) 2. Een ruimhartig, vitaal en stimulerend vestigingsklimaat voor studenten (identiteit) 3. Een stimulerend beleid om afgestudeerden te binden aan de stad (kenniseconomie). Bij een samenhangende aanpak zijn meerdere partijen nodig. Buiten, maar ook binnen het stadhuis. De afdelingen Onderwijs, Economie, Binnenstad, Ondernemerszaken en Communicatie worden zoveel mogelijk betrokken bij de activiteiten die samen met de instellingen en studenten ontwikkeld gaan worden. De gemeente fungeert soms als regisseur en cofinancierder, maar vaker als ondersteunende partner. In elk hoofdstuk van deze nota zijn keuzes en meerdere concrete actiepunten opgenomen, gebundeld in een uitvoeringsprogramma. Een samenvatting daarvan is als slothoofdstuk opgenomen. Het uitvoeringsprogramma wordt in 2010 en 2011 met kracht ter hand wordt genomen. De ambitie is om met dit beleid te bewerkstelligen Tilburg uit te laten groeien tot een aantrekkelijke, ondernemende studentenstad. Een onderwijsstad, die in vergelijkende onderzoeken onder studentensteden een plaats inneemt in het linkerrijtje. Zoiets is uiteraard niet binnen een vloek en een zucht gerealiseerd: ook de aandacht voor studenten en de relatie met het hoger onderwijs is een kwestie van duurzaamheid.
PAGE
6
2. Imago en identiteit Tilburg is in alle opzichten een studentenstad, maar staat als gezegd niet zodanig op het vizier. Als het gaat om de waardering voor de stad blijkt Tilburg in onderzoeken en enquêtes, zoals in de Keuzegids Hoger Onderwijs, steevast minder dan gemiddeld te scoren als het gaat om cultuur, horeca en studentenorganisaties (zie ook hoofdstuk 2). Dat betreft het oordeel van studenten, die dus al een beeld van de stad hebben. Echter, ook scholieren zien Tilburg niet als studentenstad, en hebben nauwelijks een beeld van Tilburg. Als er associaties zijn, dan gaat het om Willem II en 013. Vergelijkenderwijs legt de stad het qua imago bij scholieren af tegen andere universiteitssteden. Het imago is niet goed, de identiteit – de beleving van de stad door studenten – is beter, vooral doordat studenten goed te spreken zijn over belangrijke aspecten als huisvesting en sport. Er zit een behoorlijk groot verschil tussen imago en identiteit en dat spitst zich toe op zaken die niet met de opleidingen als zodanig te maken hebben: de stad, de cultuur, de voorzieningen en de sfeer: kortom het vestigingsklimaat voor studenten. Dergelijke factoren spelen in zowel de marketing als het keuzegedrag een belangrijke rol, naast uiteraard de kwaliteit en reputatie van de opleidingen. Concurrentie, nationaal en internationaal Kwesties als huisvesting, cultuur, horeca, verenigingsleven en werkgelegenheid worden steeds belangrijker nu scholieren steeds meer te kiezen hebben: in het wetenschappelijk onderwijs, maar ook in het HBO. De UvT bijvoorbeeld biedt een opleidingspakket dat goeddeels ook voorhanden is in Nijmegen, Utrecht, Rotterdam en Maastricht. Dat zijn de steden waarmee Tilburg - deels afhankelijk van de woonplaats van de aankomende student - dan ook in concurrentie is. Deze steden hebben allen een beter imago bij studenten. Een nieuwe categorie vormen de internationale studenten. Uit panelgesprekken en studenteninitiatieven blijkt ook dat deze studenten de kwaliteit van de stad van toenemend belang vinden. Buitenlandse studenten zijn er zich minder dan Nederlandse studenten van bewust dat de kwaliteitsverschillen in Nederland klein zijn. De reputatie van de instelling is uiteraard veruit het belangrijkste argument, maar goede huisvesting, een stimulerend internationaal klimaat en mogelijkheden om te kunnen participeren in het stedelijk leven dragen zeker bij aan de tevredenheid van studenten over hun keuze voor hun studiestad. Degenen die in Tilburg hebben gestudeerd, zouden vanaf dat moment een ambassadeur voor zowel de instelling als de stad dienen te zijn. Campagne 'Tilburg is Thuis' Zowel de gemeente Tilburg als de Tilburgse onderwijsinstellingen hebben belang bij het trekken van studenten naar Tilburg. Dat heeft geleid tot een gemeenschappelijke campagne, die in augustus 2009 officieel van start is gegaan. De campagne Tilburg is Thuis richt zich primair op havo- en vwo-scholieren met een concrete interesse in opleidingen die in Tilburg worden aangeboden. Secundair richt de campagne zich ook op vitale beslissers in het keuzeproces: met name de ouders en decanen van deze scholieren. Er wordt gefocust op een gebied in een straal van 30 - 80 kilometer rondom de stad. Voor de campagne, die drie jaar duurt, is een bedrag van 600.000 euro gereserveerd, de instellingen voor hoger onderwijs financieren de helft. In de campagne wordt voor het voetlicht gebracht dat Tilburg lééft op het gebied van muziek, sport, debatten, congressen, verenigingsleven en uitgaan. De partijen hebben gekozen voor een benadering waarbij de doelgroep centraal staat en wordt geprikkeld c.q. uitgedaagd om de stad zelf te ontdekken en scholieren zelf de conclusie laat trekken dat Tilburg inderdaad een aantrekkelijke stad is om te studeren. De campagne is geen PR-verhaal, maar draait om de kernwoorden eerlijk, persoonlijk, authentiek en geloofwaardig. De ´zachte´ kanten van de stad (hartelijk, kleinschalig, informeel, gezellig) worden als sterktes neergezet. Binnen dat kader vertellen studenten hun eigen verhaal, vooral via media en platforms die jongeren veel bezoeken (Hyves, Twitter, YouTube et cetera). Het gaat daar om een virtueel beeld van de stad, in filmpjes, in beelden, in reportages, verslagen van activiteiten, gebracht door studenten zelf.
PAGE
7
Daarnaast worden beurzen, voorlichtingsdagen, media en activiteiten ingezet om scholieren naar de site te geleiden. In een studentenhuis aan de Noordstraat zijn kamers gehuurd, waar scholieren in het weekeinde te gast zijn in Tilburg. Een campagneteam voert de campagne uit, bedacht door bureau Schepnet, onder leiding van een campagneleidster. Het team bestaat uit vier studenten, die uit heel verschillende hoeken van de studentenwereld komen. De campagne wordt permanent geëvalueerd door het Tilburgse bureau Schepnet, bedenker van de campagne. Een redactieraad, bestaande uit vertegenwoordigers van de gemeente en de instellingen, begeleidt de campagne, voedt, reflecteert en geeft concrete adviezen aan het campagneteam. Scholenstrijd nieuwe stijl Sinds 2003 organiseert Tilburg de scholenstrijd, een competitie tussen scholen voor voortgezet onderwijs. Het doel was om Tilburg te positioneren als een levendige, aantrekkelijke studentenstad en Tilburgse studenten, die deze quiz organiseerden, meer zichtbaar te laten zijn in de stad. In eerste instantie richtte de scholenstrijd zich op de middelbare scholen in Tilburg en directe omgeving. Studenten van SOTS (Stichting Overleg Tilburgse Studentenverenigingen) tekenen voor de organisatie, daarbij ondersteund door de gemeente. In 2008 is voor het eerst een scholenstrijd georganiseerd voor alle scholen in Brabant, in 013. In 2009 is besloten om de scholenstrijd en de campagne ´Tilburg is Thuis´zoveel mogelijk op elkaar te laten aansluiten. In het voorjaar van 2010 zal de scholenstrijd voor het eerst via het web plaatsvinden en bestaan uit een kennisquiz die op dezelfde leest is geschoeid als de klassieke scholenstrijd. De finale vindt plaats in Tilburg, tijdens het Tilburgs Studentenfestival 2010. Hieraan nemen de vijf beste scholen deel, het festival zal verder bestaan uit optredens van scholenbands en een concert van een meer bekende artiest. De scholenstrijd zou moeten uitgroeien tot een jaarlijks fenomeen, zoveel mogelijk gekoppeld aan het Tilburgs Studenten Festival en de campagne. Uitvoeringsprogramma • 2.1 Voor de komende periode staat een goede uitvoering van de campagne centraal. Extra aandacht wordt geschonken aan de bekendheid van de campagne in de stad en onder de hier al zittende studenten, en aan de verbinding tussen de campagne en de scholierenactiviteiten van de instellingen. • 2.2 De scholenstrijd wordt maximaal gekoppeld aan de campagne. Scholen worden actief benaderd, om tot een deelname van tenminste 50% van de Brabantse middelbare HAVO/VWO scholen. Het Tilburgs Studentenfestival wordt ondersteund om de finale van de scholenstrijd in te bedden. • 2.3 Het informatie-, promotie- en campagnemateriaal van de gemeente en de instellingen, dat gericht is op studiekiezers, wordt in 2010 maximaal op elkaar afgestemd en getoetst bij een jongerenpanel en het studentenpanel (zie: 3.1.4 Zichtbaarheid en samenwerken). Daarbij kan gebruik worden gemaakt van het Fontys Promoteam (lerarenopleiding). • 2.4 Voor internationale studenten zijn sites, informatiemateriaal en het boek ´A Touch of Tilburg´ gemaakt. De komst van een studentenportal voor deze groep, waarin de positionering van de stad wordt meegenomen, zal worden ondersteund. • 2.5 Tilburg dient aantrekkelijk te zijn voor kenniswerkers en internationale trainees. De komst van een expatcenter in Tilburg wordt ondersteund, met als doel formaliteiten binnen twee dagen geregeld te hebben en mensen zich zo snel mogelijk thuis te laten voelen. • 2.6 De agenda van de instellingen en de ambities in relatie tot de stad worden beter bekend gemaakt bij de politieke partijen. Jaarlijks zal een bijeenkomst worden georganiseerd met de commissie Maatschappij.
PAGE
8
3. Tilburg Studentenstad: faciliteren en participeren
Studenten brengen belangrijke kennis met zich mee, vormen op zich een serieuze economische factor, vertegenwoordigen de positieve jongerencultuur, hebben met hun verenigingsstructuren een uniek eigen organiserend vermogen, dragen bij aan een innovatief cultureel klimaat in de stad en zijn een interessant arbeidspotentieel voor de regio. Het vergt een goede, interessante en vitale stad om deze kansrijke jongeren te trekken en te binden: eigenzinnig, met levendige studentenorganisaties, met interessante impulsen op het gebied van kennis, popmuziek, debat, sport. Een vitale studentenstad is ook een stad waar kenniseconomie floreert, met innovaties, kennisverknopingen, kruisbestuivingen en nieuwe vormen van economie en bedrijvigheid. Een studentenstad is ook een concept dat studenten verleidt om iets terug te doen voor de stad, om te participeren. Op plekken en bij mensen die baat kunnen hebben bij de kennis en vaardigheden van studenten. In Tilburg speelde het studentenleven zich van oorsprong af in het hart van de stad. Vanaf de jaren twintig in de vorige eeuw waren de opleidingen van de toenmalige Katholieke Leergangen en de Katholieke Handelshoogeschool (de voorgangers van Fontys Hogescholen en de UvT), gevestigd in de stad, aan de huidige Tivolistraat. Studenten en academici waren duidelijk zichtbaar in het straatbeeld en kwamen bij elkaar in nabij gelegen horecagelegenheden. Door de groei die het hoger onderwijs sinds de jaren vijftig doormaakte ontstond toen ook in Tilburg de behoefte aan ruimere huisvesting. In de binnenstad was die lastiger te vinden dan aan de randen van de stad (in veel universiteitssteden een dilemma). Het ruimtelijk en economisch voordeel was evident, de prijs die werd betaald was dat het hoger onderwijs meer en meer uit het straatbeeld verdween. Ook de activiteiten die studenten ontplooien vonden sindsdien steeds vaker plaats op de onderwijsinstelling zelf. Betrokkenheid bij de stad was er overigens wel, bijvoorbeeld in de vorm van stages, afstudeeronderzoeken of fenomenen als de rechtswinkel. Bij het karakteriseren van de situatie moet niet vergeten worden dat Tilburg een gespecialiseerde universiteit heeft. Met zes goed aangeschreven faculteiten, maar geen Medicijnen, Wis- Natuur en Scheikunde, Geschiedenis of talen, opleidingen die op ´klassieke universiteiten´in binnen- en buitenland wel te vinden zijn. Opgericht in 1927 is de UvT daarnaast een van de jongere universiteiten in het land. Tradities die elders letterlijk zijn ingeburgerd, bestaan in Tilburg dan ook nog maar relatief kort. Dat geldt ook voor studentenorganisaties. Stad en universiteit waren lang niet erg aan elkaar gewend. Er is sprake van een kentering. De laatste jaren heeft de gemeente de komst van gezelligheidsverenigingen in de binnenstad gestimuleerd, activiteiten worden nadrukkelijker ondersteund en de samenwerking met studentenorganisaties krijgt steeds meer gestalte. Daarmee zijn er bouwstenen gelegd voor een beleid dat tot doel heeft van Tilburg een aantrekkelijker studentenstad te maken, waar studenten zowel gefaciliteerd worden als uitgedaagd om zich met hun kennis en kunde nuttig te maken voor de stad. De voordelen van een dergelijk beleid liggen op zowel economisch, maatschappelijk als cultureel vlak. Voordelen van een studentenstad In de inleiding werd al becijferd dat studenten jaarlijks een bedrag van circa 80 miljoen euro besteden aan wonen, leven en uitgaan. In bredere zin wordt de economische waarde van het hoger onderwijs en de kennisindustrie in de stad door TNO op circa 625 miljoen euro geraamd. Voor de gemeente zijn vooral de zogenoemde uitwonende studenten van belang, die zich inschrijven in het bevolkingsregister en in de stad wonen. Circa 55% van de voltijdstudenten woont op kamers, hetgeen aanmerkelijk minder is dan in populaire steden als Maastricht en Utrecht. Met respectievelijk 73% en 60% uitwonende studenten profiteren beide steden financieel aanmerkelijk meer dan Tilburg. Elke procent groei van het aantal uitwonende studenten levert de stad jaarlijks 1.5 miljoen euro aan bestedingen op.
PAGE
9
Studenten zetten zich op meerdere manieren in voor de stad, zowel met hun kennis als met hun daden. In een stad met veel studenten kunnen bedrijven en (maatschappelijke)instellingen gebruik maken van goedkope kennis, door middel van stages, onderzoeken en projecten. De instellingen investeren in kennisvalorisatie en ontwikkelen een steeds breder aanbod dat van grote betekenis kan zijn voor het regionale bedrijfsleven, de maatschappelijke sector en ook de gemeente als organisatie. De gemeente ondersteunt nieuwe werkvormen, die beter inspelen op de vragen die leven bij bedrijven en de stad. Daarnaast leveren studenten, al dan niet is samenwerking met de onderwijsinstellingen, ook maatschappelijke bijdrages in de vorm van vrijwilligersprojecten, goede doelenacties, dienstverlening voor mensen met een smalle beurs et cetera. Er gebeurt veel op dit terrein wat beter zichtbaar kan worden gemaakt, zodat het een voorbeeldwerking krijgt. Maatschappelijke innovatie in de stad kan meer garen spinnen bij deze kennis en kunde, anderzijds ontstaat door deze wisselwerking een betere binding met Tilburg. Fontys Hogescholen instellingen leveren via stages en andere projecten waarvoor studiepunten worden verleend een belangrijke bijdrage in maatschappelijke zin. Nieuwe initiatieven als het op te zetten huiswerkbegeleidingsinstituut van de lerarenopleidingen, passen ook in dit kader. Zonder studenten zou de stad verschralen waar het gaat om debatten, evenementen, optredens, voorstellingen, congressen. Ook de instellingen spelen een uiterst belangrijke rol in het culturele patroon van de stad. Niet alleen door hun afgestudeerden, maar ook de verenigingen en gezelschappen die ze ondersteunen en door de faciliteiten en podia die ze bieden. Ook hier geldt dat veel activiteiten plaatsvinden op de instellingen, waar ze vaak ook geschikt zijn voor een groter publiek. De zichtbaarheid ervan kan vergroot worden, de faciliteiten om zaken te organiseren in de stad kunnen worden verbeterd. Tilburg als studentenstad, vergelijkenderwijs Onder studenten is de waardering voor ‘de stad’ redelijk, maar een van de laagste onder de Nederlandse universiteitssteden. Dat blijkt bijvoorbeeld uit de Keuzegids Hoger Onderwijs. Vergelijkbare signalen komen naar voren uit panelgesprekken met studenten en met vertegenwoordigers van studentenorganisaties, en uit de studentenmonitor van de UvT. De keuzegids kijkt naar cultuur, horeca en verenigingsleven: drie belangrijke ingrediënten voor een aantrekkelijk vestigingsklimaat. Studenten zelf spreken in panelgesprekken en enquêtes vaak van een meer studentvriendelijk of studentgericht aanbod, waarbij de overheid een rol kan spelen door te faciliteren, te stimuleren en te verbinden. Het gaat niet om het bevorderen van een klassieke studentencultuur, die zich vooral afspeelt achter de ramen en deuren van verenigingspanden, maar om een positief en stimulerend vestigingsklimaat dat uitgaat van zichtbaarheid, betrokkenheid bij de stad en verbinding met andere initiatieven en organisaties. Het creëren van zo’n vestigingsklimaat is het uitgangspunt van dit hoofdstuk. Oordeel over studentstad (bron: Keuzegids Hoger Onderwijs) Stad 1. Amsterdam 2. Groningen 3. Utrecht 4. Maastricht 5. Rotterdam 6. Leiden 7. Nijmegen 8. Eindhoven 9. Enschede 10. Tilburg
Cultureel aanbod 8.4 7.9 7.8 7.6 8.0 7.3 7.5 7.5 7.4 7.3
Horeca 8.5 8.5 8.2 8.2 8.0 7.7 7.9 8.0 7.8 7.9
Verenigingsleven 8.1 8.2 7.9 8.1 7.6 8.0 7.4 7.3 7.5 7.4
Totaal 8.3 8.2 8.0 7.9 7.9 7.6 7.6 7.6 7.6 7.5
11. Delft 12. Wageningen
7.5 6.6
7.7 7.4
7.3 8.2
7.5 7.4
PAGE
10
In bovenstaande stedenvergelijking is niet het oordeel over wonen meegenomen, een cruciaal aspect voor studenten. Tilburg komt op dat punt in het onderzoek van de Keuzegids goed uit de bus. De waardering voor de beschikbaarheid van kamers en de kwaliteit ervan is de laatste jaren toegenomen. Tilburg staat op een vierde plaats, en kent een van de lagere huren. Het aantal kamerbewoners is in vergelijking met de traditionele universiteitssteden laag, in vergelijking tot jongere universiteitssteden als Eindhoven en Enschede is het hoger. Een tweede cruciale element betreft de sportvoorzieningen. In Tilburg participeren alle instellingen (in verschillende mate) in het universitair sportcentrum. De waardering daarvoor is vergelijkenderwijs goed. Het landelijk gemiddelde cijfer dat studenten aan de sportvoorzieningen geven is een 8.0, Tilburg staat op een vierde plaats met een fraaie 7.8. De studentenorganisaties Het leeuwendeel van de activiteiten in de stad wordt georganiseerd door georganiseerde studenten. Daarbij is onderscheid te maken tussen gezelligheidsverenigingen (de ´conventionele´ studentenvereniging), studieverenigingen (verbonden aan een specifieke opleiding), sportverenigingen en culturele verenigingen. De verenigingen zijn actief, en benaderen de gemeente regelmatig, bijvoorbeeld met de vraag om ondersteuning van een evenement, een vergunning of samenwerking rond een congres of studiedag. Ze worden gesteund door de instellingen, waarbij de universiteit het leeuwendeel van het aantal verenigingen telt. De instellingen steunen en stimuleren studentenorganisaties op een groot aantal punten en scheppen zo belangrijke randvoorwaarden voor studenten om zich te verenigen. De steun van de hoger onderwijsinstellingen kan worden ingedeeld in vier categorieën: • • • •
Stimuleren van studenten om actief te worden bij een studentenorganisatie, bijvoorbeeld door bestuursbeurzen. Financieel ondersteunen van studentenorganisaties, -evenementen en -activiteiten. Ondersteuning middels diensten en faciliteiten. Organisatorische en personele ondersteuning
Deze ondersteuning van het studentenleven kent natuurlijk financiële consequenties. Zo keert de UvT jaarlijks ruim 2100 maanden aan bestuursbeurzen uit aan studenten, die actief zijn binnen de studentenwereld. Fontys Hogescholen stelt in Tilburg tot 259 maanden beschikbaar. De bestuursbeurs heeft de hoogte van de basisbeurs voor studenten vanuit de IB-groep (€259,76 per maand, ultimo 2009). Wat betekent dat de onderwijsinstellingen via deze ondersteuningsmaatregel jaarlijks € 612.773 rechtstreeks investeren in het studentenleven. In totaal, op de drie bovengenoemde punten, investeren de onderwijsinstellingen jaarlijks ruim een miljoen euro. Hierbij neemt de UvT dus het grootste deel voor haar rekening. Indirect gaan er nog aanzienlijke bedragen naar kantoren voor verenigingen, steun aan sociëteiten en dergelijke. De gemeente speelt steeds meer een rol door (selectief) evenementen en activiteiten te ondersteunen, door vergunningen te verlenen, door samenwerking aan te gaan, door verenigingen te ondersteunen bij hun vestiging in de binnenstad. Het is de ambitie om die steun uit te bouwen zodat er een herkenbaar, levendig studentenklimaat in met name de binnenstad ontstaat. Signalen van studenten als uitgangspunt In de voorbereiding op deze nota zijn studentenorganisaties gevraagd mee te denken over de verbetering van het studentenklimaat en de rol van de gemeente. Op initiatief van de gemeente is er in 2009 een excursie georganiseerd naar Leuven, een populaire studentenstad. Studentenorganisaties hebben daar aan bestuurders van onderwijsinstellingen en gemeente de zaken voorgelegd waar in hun ogen de meeste verbeteringen te realiseren zijn. Daaruit zijn vier
PAGE
11
initiatieven ontstaan die in de loop van 2010 worden uitgewerkt, in samenwerking tussen de instellingen, de studentenorganisaties en de gemeente. Het gaat om de volgende zaken: • •
• •
Een studentencentrum in de binnenstad met onder meer studie- en horecafaciliteiten (dit initiatief is reeds opgepakt door de UvT). Het ontwikkelen van een meer attractieve introductie (TIK-week) en een betere inpassing ervan in het totaal van welkomstactiviteiten dat Tilburg beter positioneert (de UvT heeft hier reeds het voortouw genomen). Een betere vertegenwoordiging van studenten in de stad, door de oprichting van een studentenraad. Een intentieverklaring is in november 2009 reeds getekend. Een betere positionering van de stad, door een grootschalig en veelzijdig studentensportevenement.
Aanpak Bij het versterken van het studentenklimaat is de leidende gedachte dat enerzijds dient te worden geïnvesteerd in een goed vestigingsklimaat voor studenten (faciliteren) en dat anderzijds studenten daarmee ook uitgenodigd worden om hun kennis en vaardigheden in te zetten voor de stad (participeren). Elk onderwerp in dit hoofdstuk wordt ingeleid met een korte beschouwing, gevolgd door keuzes en concrete plannen. Het totaal van die plannen wordt opgenomen in een uitvoeringsprogramma.
PAGE
12
3.1 Studentenklimaat In samenspraak met instellingen van het hoger onderwijs en de studentenorganisaties zijn de thema’s benoemd die vitaal zijn voor een sterke studentenstad en een aantrekkelijk studentenleven:
Studentenhuisvesting (3.1.1) Aantrekkingskracht binnenstad (3.1.2) Faciliteren studentenorganisaties (3.1.3) Zichtbaarheid, communicatie en samenwerking (3.1.4) Sportklimaat (3.1.5) Randvoorwaarden (3.1.6)
3.1.1 Studentenhuisvesting Het aantal studenten dat op kamers woont in Tilburg is naar schatting ongeveer 12.000. Relatief gezien betekent dit dat zo’n 55% van de voltijdstudenten in Tilburg woont. Met dit percentage bevindt Tilburg zich in de middenmoot van studentensteden. In steden als Maastricht en Utrecht ligt het percentage uitwonende studenten met 73% en 60% aanmerkelijk hoger. De kwaliteit en prijs van de studentenkamers zijn in Tilburg goed. Kamers zijn relatief goedkoop met een gemiddelde prijs van €259 (ter vergelijking: in Utrecht €363). De kwaliteit van de kamers wordt door studenten als goed beoordeeld. In Tilburg is studentenhuisvesting gerealiseerd op enige afstand van de binnenstad. Er zijn twee zaken die aandacht verdienen. De woonwensen van studenten veranderen, er is vraag naar kwalitatief betere woningen, met zelfstandige voorzieningen. Het Intermezzocomplex is een product van dit samenwerkingsverband. Een tweede ontwikkeling betreft het explosief groeiend aantal buitenlandse studenten dat in Tilburg studeert. De buitenlandse studenten vormen een specifieke doelgroep met net iets andere behoeften. Het beleid rond studentenhuisvesting wordt in belangrijke mate bepaald door de in 2000 ingestelde Taskforce Studentenhuisvesting (dit heet inmiddels: Bestuurlijk Overlegorgaan Studentenhuisvesting). Dit orgaan kent vertegenwoordigers van de gemeente, de onderwijsinstellingen en de woningbouwcorporaties. Keuzes Het verhogen van het aantal studenten dat op kamers woont in Tilburg kent een sterk economisch belang. Iedere stijging van één procent betekent een groei van de investeringen in de regio van maar liefst 1,5 miljoen euro per jaar. Daarom zal de gemeente, in samenwerking met de hoger onderwijsinstellingen, zich meer gaan inzetten om studenten te bewegen om op kamers te gaan in Tilburg. De groei van het aantal (internationale) studenten leidt tot een nieuw soort (tijdelijke) woningbehoefte. Hoewel het voor de hand ligt om internationale studenten in de omgeving van de instellingen te huisvesten, is het met het oog op de stedelijke cultuur verstandig zoveel mogelijk binnenstedelijke locaties te benutten voor deze doeleinden. Nieuwbouw zou tot de verbeelding moeten spreken en zo kunnen zorgen voor een onderscheidend en herkenbaar studentengebouw. Uitvoeringsprogramma - 3.1 De gemeente zal communicatie en marketing versterken om studenten er van te overtuigen dat het op kamers wonen in Tilburg vele voordelen kent. In samenwerking met de onderwijsinstellingen en de wooncorporaties zal getracht worden een specifieke strategie ter bevordering van het aantal uitwonende studenten in Tilburg te ontwikkelen. De introductietijd
PAGE
13
-
-
voor nieuwe studenten kan een belangrijke rol spelen in de keuze van studenten om op kamers te gaan. 3.2 De wens van studenten om in de binnenstad te wonen zou moeten worden gepreciseerd door twee zaken in kaart te brengen. Enerzijds, waar is studentenhuisvesting (in de toekomst) mogelijk en wenselijk? Anderzijds, naar welke locaties gaat de voorkeur van studenten uit. Daarnaast zal het eerder genomen initiatief 'wonen boven winkels' in de binnenstad opnieuw op haalbaarheid worden getoetst. 3.3 Studenten willen weten of de kamer die zij huren voldoende veilig is. Vandaar de intentie om een keurmerk Veilige Studentenkamer te ontwikkelen: kamerverhuurders kunnen een inspectie aanvragen, waarvan de uitkomsten vermeld zullen worden op een site. Communicatie over dit onderwerp kan binnen het gemeentelijk materiaal voor studenten meer nadrukkelijk aandacht krijgen.
3.1.2 Aantrekkingskracht binnenstad De binnenstad is in een studentenstad doorgaans bij uitstek dé ontmoetingsplek. Er zijn universiteitsgebouwen, studentenvoorzieningen, sociëteiten en uiteraard winkels, cultuur en horeca. Uit bijvoorbeeld de Keuzegids Hoger Onderwijs blijkt dat Tilburgse studenten specifieke faciliteiten missen, die in andere universiteitssteden meer aanwezig zijn: een stadsmensa, een grand café voor en door studenten, een studentendiscotheek, studie- en werkplekken, culturele plekken voor studenten. Studenten geven aan dat de binnenstad – buiten de drie sociëteiten die wel goed gelegen zijn – meer mogelijkheden biedt voor ontmoeting. Dat de binnenstad in Tilburg door studenten weinig sfeervol (teveel grijs, te weinig groen) wordt bevonden, is van minder belang dan het feit dat studenten weinig reden hebben om er zijn: ze bevinden zich overdag veelal op de terreinen van de onderwijsinstellingen. Die, met uitzondering van Fontys Hogescholen Hogeschool voor de Kunsten, buiten de binnenstad zijn gehuisvest. Een zichtbare, herkenbare plaats heeft het studentenleven dan ook niet in Tilburg. Hierdoor mist het hart van de stad de uitstraling die past bij een grote studentenstad. Wanneer zich in de toekomst mogelijkheden voordoen om onderwijsgebieden te creëren in de binnenstad, dan wel dicht tegen de binnenstad aan, is dat vanuit het perspectief van het studentenleven een wenselijke ontwikkeling. De komst van Fontys naar de Spoorzone zou een geweldige stimulans voor de binnenstad zijn. Goede bus- en fietsverbindingen tussen de onderwijsgebieden en de binnenstad zijn en blijven daarnaast belangrijk. Het fietspadenplan van Tilburg is uitstekend voor studenten, maar goed onderhoud (ook qua verlichting) moet vanzelfsprekend zijn. De busverbindingen tussen de onderwijsinstellingen en de binnenstad zijn aan de maat, het is echter de vraag of de binnenstad niet beter bereikbaar kan worden gemaakt. Keuzes Om de binnenstad meer de uitstraling van een studentenstad te geven is een grotere aanloop van studenten noodzakelijk. De binnenstad zou door studenten als een tweede huiskamer moeten worden ervaren. Een aantrekkelijk aanbod en goede bereikbaarheid zijn de belangrijkste voorwaardes. Uitvoeringsprogramma - 3.4 De UvT heef de ambitie om in de binnenstad een studentencentrum te huisvesten, met bijvoorbeeld werkplekken voor studenten en een stadsmensa. Dit zou een belangrijke impuls geven aan het studentenklimaat in de binnenstad. Voor zover dat mogelijk is zou de gemeente een dergelijk initiatief moeten ondersteunen in termen van vergunningverlening, begeleiding bestemmingsplanwijziging et cetera. - 3.5 De mogelijkheden om de fiets- en busverbindingen tussen de binnenstad en de onderwijsgebieden verder te verbeteren worden in kaart gebracht en waar mogelijk ondersteund.
PAGE
14
-
-
3.6 De band tussen student en stad kan versterkt worden middels het stimuleren van activiteiten en evenementen in de binnenstad.. De horeca in Tilburg zal worden benaderd om beter in te spelen op studenten en (in afstemming met de studentenraad-in-oprichting) een keurmerk 'studentenhoreca' te ontwikkelen. 3.7 Binnen de gemeente wordt de haalbaarheid van een draadloos digitaal stadsnetwerk onderzocht, toegesneden op studenten en hoger opgeleiden. Tevens bestaat de wens om de Interpolistuin open te stellen voor het publiek, met onder meer een Wi-Fi netwerk dat voor studenten de mogelijkheid biedt ook buiten te studeren.
3.1.3 Faciliteren studentenorganisaties Bijna alle studentenactiviteiten worden georganiseerd in verenigingsverband. Om die reden is een sterk studentenorganisatieleven van vitaal belang. Activiteiten die buiten het bestek van de verschillende opleidingen vallen, worden vaak georganiseerd door specifieke studentenverenigingen. Daarvan heeft Tilburg er vier: TSC Sint Olof, TSV Plato, TSR Vidar en TSV d´Artagnan. In Tilburg zijn zo’n 2000 studenten (15% van de uitwonende populatie) lid van een van die vier studentenverenigingen. Percentueel is dat niet gek veel anders dan in andere steden, in absolute aantallen maakt het nogal wat uit.. Zo tellen Rotterdam en Utrecht respectievelijk 5000 en 6000 studenten die lid zijn van een studentenvereniging. In Maastricht, waar bijna 10.000 studenten minder studeren dan in Tilburg, is het aantal studenten dat lid is van een studentenvereniging gelijk aan Tilburg. In vergelijkend perspectief scoort Tilburg dan ook laag (10e plek) op dit punt. De verenigingen nemen zelf hun verantwoordelijkheid, maar de stad heeft om bovengenoemde redenen eveneens belang bij sterke studentenorganisaties. Keuzes Een goed vestigingsklimaat, met een faciliterende opstelling waar het gaat om activiteiten, en een betere positionering van de stad zijn voorwaardelijke aspecten waarin de gemeente een rol kan spelen. Studentenorganisaties worden beschouwd als de belangrijkste aanspreekpunten binnen de studentenwereld. In die zin is er behoefte aan sterke organisaties, die aansprekende, goed georganiseerde activiteiten bieden. Uitvoeringsprogramma - 3.8 De studentenorganisaties die reeds gehuisvest zijn in de binnenstad van Tilburg en de grotere activiteiten goed positioneren op communicatief en promotioneel vlak als iconen van het studentenleven. Afhankelijk van de activiteit kan worden gedacht aan pers, mupi´s, banieren op locatie - 3.9 Grotere studentenevenementen in de binnenstad zouden moeten uitgroeien tot vaste elementen op de evenementenkalender. In aanmerking komen TIK (introductieweek studenten), TUC (studentencantus) en Tilburg Studenten Festival (richt zich ook op scholieren). Vanuit de studentenorganisaties wordt momenteel gewerkt aan een vierde studentenevenement, een groot studentensporttoernooi in de binnenstad. Deze activiteit past goed binnen de ambitie om in het kader van studentenbeleid studentenevenementen een prominenter plek op de evenementenkalender te geven. De verwachting is dat het sportevenement in 2011 voor het eerst zal plaatsvinden. - 3.10 Het uitbouwen en versterken van studentenleven in Tilburg is een proces van langere adem. Studentorganisaties wisselen echter jaarlijks van bestuur. Om kennisoverdracht bij de opvolging van besturen te garanderen organiseert de gemeente elk jaar een bijeenkomst. Daarin komen aan de orde de relatie van studentenorganisaties met de gemeente, diverse praktische zaken en de manier waarop gemeenschappelijke ambities in het betreffende jaar vorm gegeven kunnen worden. 3.1.4 Zichtbaarheid, communicatie en samenwerking In Tilburg worden door studenten veel interessante dingen georganiseerd, maar lang niet altijd even zichtbaar. Kenmerkend voor de stad zijn ze in elk geval niet. De activiteiten vinden vaak plaats binnen de muren van een onderwijsinstituut, een studentensociëteit of zijn erg
PAGE
15
kleinschalig. Het gevolg is onbekendheid, zowel onder studenten als onder andere stadsbewoners. Dergelijke activiteiten kunnen juist als een inspirerend voorbeeld werken en geven gezicht aan wat de betekenis van studenten kan zijn. Aan de andere kant ervaren studenten Tilburg als te weinig boeiend, terwijl er enorm veel activiteiten en evenementen worden georganiseerd. Aan studenten gaan veel deze activiteiten voorbij omdat ze vaak niet bekend blijken, bijvoorbeeld doordat studenten gebruik maken van andere communicatiekanalen. De geringe betrokkenheid heeft zonder twijfel ook te maken met het gebrek aan evenementen en activiteiten die interessant zijn voor studenten. De evenementen die worden georganiseerd voor studenten zijn te kleinschalig om een groter studentenpubliek te trekken. Studentenorganisaties zijn momenteel alleen op deelterreinen aan te spreken, terwijl er behoefte is om met studenten te overleggen. Dat geldt zowel voor de gemeentelijke organisatie als de studenten zelf. Er is in het voortraject van deze nota door studentenorganisaties, studie-, sport-, en studentenverenigingen een intentieverklaring getekend om in de loop van 2010 een studentenraad op te richten. Doel van deze raad is om de belangen van het studentenleven te behartigen bij de gemeente Tilburg en de hoger onderwijsinstellingen. De raad heeft de ambitie een afspiegeling te zijn, waarin ook de internationale studenten een plek hebben. De raad ziet het als zijn taak studentenorganisaties bijeen te brengen, waar onderlinge dynamiek en kruisbestuiving kunnen leiden tot versterking of verbreding van activiteiten. Keuzes Studentenactiviteiten kunnen meer herkenbaar en zichtbaar worden, vooral in de binnenstad. Voor studenten zelf, maar ook voor andere inwoners van de stad en studiekiezers. De communicatie over studentenevenementen wordt meer toegesneden op jongerenmedia en de communicatiekanalen van studenten. Waardoor ook studenten een juist beeld krijgen van de enorme hoeveelheid activiteiten in de stad. De studentenraad wordt een van de gesprekspartners inzake studentenbeleid en communicatie. Specifieke aandacht is nodig voor de groeiende groep internationale studenten. Uitvoeringsprogramma - 3.11 Het studentenleven dient een belangrijke plek te krijgen in (de promotie van) de binnenstad. Het doel is te komen tot meer herkenbare activiteiten in de binnenstad (de grotere evenementen, maar ook zaken als gala´s, startersdagen, kennisbijeenkomsten). Tevens zullen de activiteiten beter onder de aandacht worden gebracht. - 3.12 Studenten bewonen in de binnenstad een aantal markante, vaak historische panden, die niet herkenbaar zijn als studentenpand. Om de panden te markeren zullen - in overleg met studentenorganisaties - gevelvlaggen worden opgehangen. Dit voornemen is reeds vastgelegd in de nota ´Vlaggen voor studentenhuizen´. (2009). - 3.13 De hotspots op studentengebied in de binnenstad zullen gemarkeerd worden. Bewegwijzering op de fietsroutes die veel door studenten worden gebruikt, is een van de manieren om dit te doen. - 3.14 Op dezelfde leest geschoeid als het bestaande burgerpanel komt er in 2010 een studentenpanel. Dat bestaat uit een vaste groep studenten van alle drie de instellingen die in beginsel twee keer per jaar benaderd worden met een vragenlijst. Kennis die uit deze enquêtes wordt gehaald kan gebruikt worden beleid ten opzichte van Tilburg als Studentenstad te evalueren en eventueel bij te stellen. - 3.15 De studentenorganisaties in Tilburg hebben een intentieverklaring getekend om te komen tot een studentenraad. De raad zal worden beschouwd als een van de gesprekspartners van de gemeente inzake studentenbeleid. De verwachting is dat de raad kan bijdragen aan een betere communicatie onder en voor studenten en aan de versterking van belangrijke evenementen. De komst van die raad is dan ook een wenselijke ontwikkeling, die voor zover mogelijk gestimuleerd wordt. - 3.16 In breder verband zal de gemeente in zowel 2010 als 2011 een gezamenlijke bijeenkomst organiseren van de onderwijsinstellingen, gemeente en studentbestuurders.
PAGE
16
-
3.17 De communicatie van studentenactiviteiten en activiteiten die voor studenten interessant zijn is voor verbetering vatbaar. Bestaande media kunnen beter benut worden, maar de komst van een studentenportal of studentensite zou ook om redenen van stadspositionering zeer wenselijk zijn. Binnen zo´n site zou niet alleen de standaard agenda een plaats hebben, maar ook impressies van activiteiten, evenementen, het aanbod van diensten, kwesties van de studentenraad et cetera. De komst van zo´n site zal sterk gestimuleerd worden.
3.1.5 Sportklimaat Voor studenten vormt sport een belangrijk onderdeel van hun studieperiode. Instellingen (en gemeentes) hebben dan ook belang bij een goede infrastructuur (voorzieningen en aanbod) op het gebied van sport. In het geval van Tilburg worden die voorzieningen in onder meer de UvT studentenmonitor en de Keuzegids Hoger Onderwijs als goed beoordeeld. Studenten organiseren regelmatig Nederlandse kampioenschappen en nemen ook deel aan stedelijke activiteiten zoals de Ten Miles en de Hart van Brabantloop, die overigens door studenten wordt georganiseerd. Van toenemend belang is topsport. Alle instellingen hebben een topsportbeleid, en sommige sporten worden in Tilburg op het hoogste niveau beoefend. De UvT bijvoorbeeld heeft een samenwerking met de hoofdklasse hockeyclub TMHC Tilburg, studentenroeivereniging Vidar heeft intussen roeiers die prijzen winnen in nationale teams. Keuzes De goede sportfaciliteiten in Tilburg zijn waardevol voor studenten. Op het gebied van topsport kan de gemeente incidenteel ontwikkelingen ondersteunen, zoals bij de uitbreiding van het roeicomplex van Vidar. Dergelijke ontwikkelingen dragen bij aan een ander beeld van Tilburg. Dat geldt ook voor zichtbare deelname van (Tilburgse) studenten aan stedelijke sportevenementen. Uitvoeringsprogramma - 3.19 De uitbreiding van de roeilocatie van Vidar wordt door de gemeente financieel ondersteund, waardoor er een trainingsfaciliteit ontstaat met aantrekkingskracht op getalenteerde jonge roeiers om hun opleiding te volgen in Tilburg. - 3.20 Stimuleren van de zichtbaarheid van studenten in stedelijke sportevenementen, stimuleren van deelname van een goed Tilburgs studentenhardloopteam aan studentenwedstrijden. 3.1.6 Randvoorwaarden Het aantal studentenactiviteiten in de binnenstad is de laatste jaren toegenomen, deels door studenteninitiatieven, deels door de ambitie van de instellingen. Zo organiseren Studium Generale en het Centrum voor Wetenschap en Levensbeschouwing van de UvT vaker stadsprogramma´s, en zijn culturele universiteitsverenigingen zelfs gevestigd in de binnenstad, in het Miditheater. Er zijn jaarlijks drie grotere studentenevenementen in de binnenstad: een deel van het introductieprogramma (de TIK-week), de Tilburg University Cantus (TUC), een zangfestijn waarmee in september de start van het nieuwe studiejaar wordt gevierd en het Tilburg Studentenfestival, te beschouwen als afsluiting van het studiejaar. Studenten broeden op een vierde evenement, met een sportief karakter. Drie van de vier studentenverenigingen zijn gehuisvest in de binnenstad. In hun sociëteiten wordt een groot scala aan activiteiten georganiseerd. Al met al zorgen studenten voor een groot aanbod van activiteiten en evenementen, die niet alleen voor henzelf interessant zijn. Hun organiserend talent is debet aan een levendig stadsklimaat, waarbij een deel van de activiteiten gezien mag worden als een vorm van maatschappelijke en culturele participatie waar de stad baat bij heeft. Dat organiserend vermogen is specifiek van karakter: studenten zitten relatief kort in een bestuur of commissie en lijken zich wat minder snel ergens langdurig aan te verbinden. Dat
PAGE
17
open karakter zorgt ervoor dat er steeds nieuwe spelers op de studentenmarkt verschijnen, waaronder steeds meer internationale studenten. Het vergt een flexibele overheid om daarmee goed om te gaan. Keuzes In de evenementenkalender zou plaats moeten zijn voor jaarlijks vier studentenevenementen. Daarnaast zijn er steeds meer kleinere activiteiten die eisen stellen aan voorwaarden, vergunningen en handhaving. Het hele pakket van vergunningen, evenementenvergunningen, handhavingsbeleid zal tegen het licht worden gehouden om - binnen de letter van de wet - de mogelijkheden in kaart te brengen voor een studentvriendelijke benadering. Anderzijds mag van studenten een volwassen opstelling worden verwacht, waarbij verantwoordelijkheden horen. Bij het raamwerk van afspraken kan de studentenraad een waardevolle rol vervullen. Uitvoeringsprogramma - 3.21 Binnen het bestaande juridische instrumentarium wordt getracht een aantrekkelijk en stimulerend pakket te creëren voor studentenorganisaties. Met als doel om de activiteiten die studentenverenigingen en studentenorganisaties mogen organiseren beter te laten aansluiten bij de wens van de moderne student - 3.22 In de evenementenkalender zou ruimte moeten worden gevonden voor jaarlijks vier studentgerelateerde evenementen. Tevens zal worden bezien op welke plaatsen in de binnenstad deze evenementen kunnen worden gehouden. - 3.23 Het handhavingsbeleid - in relatie tot studenten - wordt tegen het licht gehouden. Uitgangspunt is enerzijds een gemeente die goed en flexibel omgaat met studentenactiviteiten en studentikoze acties en anderzijds studenten die zich als een volwassen partij opstellen om overlast te voorkomen.
PAGE
18
3.2 Internationalisering Het Hoger Onderwijs in Tilburg is van goede tot uitstekende kwaliteit en in toenemende mate in het Engels. Het aantal internationale studenten maakt een sterke groei door, vooral de UvT trekt veel internationale studenten: in 2009 studeerden meer dan 1000 studenten uit het buitenland voor één jaar of langer in Tilburg. Daarnaast telde de UvT 350 exchange studenten die gebruik maken van het Erasmus Program, een uitwisselingsprogramma om studenten voor een tijdelijke periode (vaak één semester) in het buitenland te laten studeren. In de komende vijf jaar verwachten de hoger onderwijsinstellingen een substantiële groei. Deze nieuwe groep studenten heeft specifieke, uiteenlopende behoeftes, bijvoorbeeld waar het gaat om (tijdelijke, gemeubileerde) kamers, introductie, stedelijke informatie et cetera. De gemeente heeft een op deze studenten toegesneden website, een aantal folders en de stadsgids A Touch of Tilburg, maar is nog op zoek naar de beste manier waarop aan deze nieuwe bewoners tegemoet kan worden gekomen. De instellingen beschikken over international offices en er bestaan meerdere studentenorganisaties die activiteiten organiseren voor internationale studenten. Met hen zal in werkgroepverband worden gekeken naar toegankelijkheid (van zaken als TIK, evenementen), dienstverlening, uitwisselingssteden et cetera. In eerste instantie om zaken beter in beeld te krijgen, in tweede instantie om een goede afstemming en rolverdeling te bereiken tussen de diverse partijen. Keuzes Internationalisering is een wezenskenmerk geworden van de kennisinstellingen, waarbij de rol van de gemeente nader wordt uitgewerkt. Waar het gaat om kenniswerkers zal die rol voor een belangrijk deel worden vervuld door het Brabant Expat Center, dat in het voorjaar van 2009 wordt geopend. Waar het gaat om studenten heeft eerder een werkgroep Internationalisering adviezen uitgebracht, welke goeddeels zijn opgevolgd. Een soortgelijke werkgroep wordt opnieuw ingericht en gevraagd mee te denken over het beleid voor de langere termijn. Uitvoeringsprogramma - 3.24 Er wordt een werkgroep internationalisering ingesteld, om onder meer in kaart te brengen op welke punten de dienstverlening voor verbetering vatbaar is. Hierbij speelt communicatie, veiligheid, huisvesting en gemeentelijke dienstverlening een belangrijke rol. - 3.25 De groeiende en bijzondere woonbehoefte van internationale studenten wordt geagendeerd in het bestuurlijk overlegorgaan studentenhuisvesting. - 3.26 De ontvangsten voor Engelstalige studenten worden onder de loep genomen met de afdeling Stadspromotie. - 3.27 Het uitvoeringsprogramma van het bureau Kennismakelaar wordt geactualiseerd op grond van de uitkomsten van de werkgroep en de punten 3.25 en 3.26.
PAGE
19
3.3 Participatie Als studenten op een goede manier worden gefaciliteerd in een stad, zal de betrokkenheid bij die stad toenemen. Uiteraard is er de ´professionele´ betrokkenheid van studenten, via stages, afstudeeronderzoeken en dergelijke, waarmee studiepunten verdiend worden. Onder participatie wordt hier nadrukkelijk ook verstaan een vorm van (georganiseerde) betrokkenheid bij de stad, die niet per definitie aan de opleiding is gekoppeld. Te denken valt aan buddyprojecten, wijkondersteuning, huiswerkbegeleiding, bijlessen, publieke optredens, het adopteren van goede doelen et cetera. Een andere vorm van participatie is die waarbij studenten (al dan niet betaald) betrokken worden bij stedelijke -, maatschappelijke- of bedrijfsvraagstukken. Zij beschikken over kennis en inzicht die de stad verder kan brengen, en die zo goed mogelijk benut zou moeten worden. Deze vorm van kennisvalorisatie is nog relatief onbekend in de stad, het bijeen brengen van vraag en aanbod zou een grote verbetering zijn. 3.3.1 Valorisatie en projecten voor de samenleving Kennisvalorisatie is de maatschappelijke benutting van de kennis die in universiteiten en andere kennisinstellingen wordt ontwikkeld. Formeel gaat het om de kennis van medewerkers, maar studenten, zeker in de laatste fase van hun studie, beschikken vaak eveneens over kennis die buiten de muren van de collegezaal nuttig kan zijn. Van die kennis wordt steeds meer gebruik gemaakt, vooral door de komst van instituten als de wetenschapswinkel of het Loket Midden en Kleinbedrijf, beiden onderdeel van het Centrum voor Kennistransfer van de UvT. Dat centrum bemiddelt ook bij stages en kennisvragen. De hogescholen ontwikkelen initiatieven in deze richting, om tot een meer gebundelde bemiddeling tussen vraag en aanbod te komen. In dit kader ontstaan interessante nieuwe werkvormen, waarbij studenten van meerdere opleidingen zich buigen over de vraagstukken van bedrijven of instellingen. Het gaat om een vraaggerichte benadering, waarbij in betrekkelijk korte tijd het vraagstuk wordt behandeld. Voorbeelden zijn de zogenoemde T-Challenges en het project Rechterhand, waarin studenten van UvT en de juridische hogeschool van Fontys en Avans zich bogen over het (juridische) vestigingsklimaat voor ondernemers in de binnenstad. Fontys Hogeschool voor de Kunsten heeft interessante projecten zoals De Stad als School, waar studenten projecten in wijken uitvoeren, Avans doet vergelijkbare projecten in Den Bosch. Fontys Journalistiek heeft goede ervaringen met het documentaireproject Boschveld 55 in Den Bosch, een poging een wijkgerichte benadering te combineren met interculturele journalistiek. Dit soort valorisatie- en samenwerkingsprojecten bieden meer mogelijkheden voor Tilburg, niet alleen omdat ze betrekkelijk weinig kosten. Een van de mogelijkheden betreft het van oorsprong Israëlische project (studenten voor de wijk) om gemotiveerde studenten tegen lage lasten te huisvesten in achterstandswijken, waarvoor ze als tegenprestatie afgesproken taken verrichten op maatschappelijk vlak voor de wijk, buurt, straat of galerij. De activiteiten variëren van het opzetten en coördineren van een buurtsporttoernooi, tot huiswerkbegeleiding, kinderopvang of taallessen. Het gaat niet om studentenhuizen, met het stereotype beeld en mogelijke overlast, maar in beginsel om twee of drie studenten in een huis of flat. De studenten krijgen voor een relatief lage huur meer wooncomfort. Studenten zijn ook bij een behoorlijk aantal maatschappelijke projecten betrokken, waarbij het de ene keer gaat om het inzamelen van geld, de andere keer om de handen uit de mouwen steken voor een goed doel. Recente projecten zijn de studentenboekwinkel Books for Life, het voedselbankdiner van TSC St. Olof, een schilderproject voor de school voor speciaal onderwijs De Bodde door studievereniging MAK en benefietavonden en -evenementen door studie-, sporten studentenverengingen van Fontys. Erg bekend zijn activiteiten als deze echter niet, terwijl er in de stad vraag is naar dergelijke inzet, bijvoorbeeld bij buddy- en wijkprojecten.
PAGE
20
Keuzes De gemeente ondersteunt meerdere activiteiten op het terrein van kennistransfer, valorisatie, en investeert in meer vraaggerichte werkvormen. Deze vorm van steun wordt gecontinueerd, met als doel te komen tot duurzame samenwerkingsverbanden tussen instellingen, organisaties en wijken. Uitbouw van dergelijke (multidisciplinaire) samenwerking en dienstverlening past bij het karakter van een studentenstad, en is goed voor alle partijen. Een mogelijkheid tot nadere samenwerking tussen de gemeente en de UvT biedt het Siriusprogramma, waarin de universiteit mikt op niet alleen verdieping in de discipline, maar ook op verbinding met de samenleving. Ook bij de inspanning van Avans Hogeschool om wijken te adopteren wordt aansluiting gezocht alsook bij het project Studenten voor de Wijk. Uitvoeringsprogramma 3.28 Betrokkenheid bij de stad wordt gestimuleerd door afspraken te maken met studentenorganisaties en een selectie van opleidingen over hun mogelijkheden. Jaarlijks wordt een aantal projecten of programma´s geselecteerd waarbij de inzet van studenten meerwaarde biedt. Onderzocht wordt of deelnemers beloond kunnen worden met certificaten van de gemeente. 3.29 Vraag en aanbod worden op een nader te bepalen manier gekoppeld. Met de afdelingen Communicatie van de gemeente en de instellingen wordt een systematische aanpak ontwikkeld om relevante projecten en best practices beter zichtbaar te maken, zowel in de binnenstad als via media. 3.30 Het project Studenten voor de Wijk wordt in 2010 ontwikkeld, samen met WonenBreburg en MOM als maatschappelijke ontwikkelingsmaatschappij. 3.31 Met de UvT wordt een aanpak ontwikkeld om maatschappelijk betrokken studenten een Siriustraject te laten lopen binnen de gemeentelijke organisatie. 3.3.2 Cultuur en hoger onderwijs Tilburg is een stad met een opmerkelijk groot aantal opleidingen in de sfeer van kunst, muziek, dans en entertainment. De meest in het oog springende is de Fontys Hogeschool voor de Kunsten, bron voor talloze optredens en repetities op verschillende kleinere en grotere podia, projecten in wijken et cetera. Aan de wereldcultuur van Festival Mundial levert Fontys eveneens een belangrijke bijdrage. De UvT kent een behoorlijk aantal culturele verenigingen, die gevestigd zijn in het Miditheater en organiseert (via Studium Generale en verenigingen) debatten, optredens en symposia. Deze vinden ook steeds vaker plaats in de stad, en steeds meer in samenwerking met studentenorganisaties. Studenten dragen zo bij aan eigenzinnige cultuurstad, met interessante impulsen op het gebied van popmuziek, beeldende kunst, theater, debat, sport. Tilburg neemt in 2010 voor het eerst ook deel het StuKaFest, een landelijk festival waar studentenkamers worden omgebouwd tot minitheaters. Dat is een uitzondering: veel optredens en voorstellingen vinden plaats in theaters, of op de instellingen zelf. Optredens in de binnenstad, of in andere openbare ruimtes zijn relatief zeldzaam. Keuzes De ontwikkeling bij de instellingen voor hoger onderwijs om meer in de stad te organiseren is erg belangrijk. Tilburg heeft veel te bieden op het gebied van kunst en cultuur, maar zou aan levendigheid en herkenbaar sterk kunnen winnen. De binnenstad en openbare ruimtes zoals de mensa en cafés van de UvT, Fontys en Avans, zouden meer als podium gebruikt kunnen worden door studenten van de kunstopleidingen. Het doel is te komen tot een goed, structureel aanbod van straatvoorstellingen, akoestische optredens en pauzeprogramma´s. Dat in samenwerking met de instellingen en met partijen in de stad die belang hebben bij een dergelijke cultuur. Ook hier is van belang dat zaken goed worden aangekondigd, op sites worden geplaatst et cetera. Uitvoeringsprogramma -
3.32 Opzetten van een reeks pauze- of straatprogramma´s, door studenten van de
PAGE
21
-
Fontys Hogeschool voor de Kunsten, met ingang van het academisch jaar 2010-2011. Mogelijk kunnen ook culturele verenigingen een rol spelen. Met hen en met Fontys wordt het potentiële aanbod en de voorwaarden in de kaart gebracht. Anderzijds worden momenten, plekken, afnemers geïnventariseerd. In 2010 worden tien pilots georganiseerd, om ervaring op te doen met organisatie, plekken, ontvangst et cetera. 3.33 Stimuleren studentenactiviteiten rondom stadsthema´s of eenmalige activiteiten die een betekenis voor de positionering van de stad hebben. 3.34 Verhogen van de wervende waarde van de TIK door jaarlijks een opvallend, tegendraads element in het programma op te nemen.
PAGE
22
4. Arbeidsmarkt en een stimulerend vestigingsklimaat voor afgestudeerden Jaarlijks studeren er circa 3000 studenten af in het hoger onderwijs van Tilburg. Daarvan vindt minder dan 15% een baan in de stad. Dat lijkt een van de laagste percentages van de Nederlandse universiteitssteden, precieze cijfers worden in 2010 bekend door een onderzoek van Nicis, waaraan Tilburg deelneemt. Hoger opgeleiden vormen om meerdere redenen een interessant groep om aandacht aan te besteden. Landen (en steden) met een hoog opleidingsniveau doen het ook economisch gezien gemiddeld beter, de werkloosheid onder hoger opgeleiden is buitengewoon laag. Niet voor niets is het een van de ambities van het huidige kabinet om het aantal hoger opgeleiden binnen de beroepsbevolking in 2016 te hebben verhoogd tot 50%. Het belangrijkste motief voor studenten om Tilburg te verlaten is simpelweg werk. Het aanbod van banen voor afgestudeerden in de voor Tilburg zo bepalende Alfa- en Gammasector is in het westen van het land veel groter dan in de regio. Enige braindrain is uiteraard onontkoombaar – universiteiten en hogescholen leiden hun studenten op voor functies in de hele wereld - maar het is van belang hoger opgeleiden ook in deze stad meer aan de stad te binden. Er zijn vier factoren die een rol spelen. 1.
2.
3.
4.
Wonen: Een relatief hoog aandeel hoger opgeleiden dat in de stad woont is goed voor het vestigingsklimaat, de woon- en leefomgeving van de stad. Hoger opgeleiden behoren tot de hogere inkomensgroepen en hebben behoefte aan passende woningen. Een punt van aandacht is de woningmarkt voor starters, die zeer moeilijk is. Het potentieel van hoger opgeleiden zou zo goed mogelijk moeten aansluiten bij de specifieke vraag naar arbeid. Dat is momenteel in beperkte mate het geval. Veel van de uitstromers komen terecht in de dienstverlenende sector: vooral financieel, juridisch, sociaal-maatschappelijk, communicatief en creatief. Tilburg kent relatief weinig (dienstverlenende) bedrijven in die sectoren, en weinig bedrijven met relevante research and development. Het is belangrijk voor de stad dat de instellingen steeds meer concrete aandacht schenken aan werken en ondernemen in de regio. Het is voor beide partijen van belang dat hoger opgeleiden zoveel mogelijk aan de slag kunnen in de stad of de regio. Zaken als ondernemerscentra, startersdagen, ondernemerschaponderwijs verdienen daarbij ondersteuning. Het ondernemersklimaat en de netwerken dient aansluitend van dien aard te zijn dat startende ondernemers uit de HBO- en WO-sector Tilburg als een aantrekkelijke stad zien om zich te vestigen. Dat betekent vooral dat er geschikte bedrijfshuisvesting dient te zijn en een goede aansluiting tussen studentondernemingen en stedelijke voorzieningen. Het vestigingsklimaat in bredere zin dient goed te zijn, hoger opgeleiden stellen specifieke eisen aan voorzieningen, zoals winkels, horeca en culturele voorzieningen. Het culturele klimaat in Tilburg is in de ogen van studenten minder van kwaliteit dan elders (vooral in de Randstad), zodat investeringen in de culturele sector ook vanuit het oogpunt van studenten en economie belangrijk blijven.
PAGE
23
4.1 Wonen (en werken) De woonwensen van (internationale) studenten zijn goed bekend bij de bestuurlijk overlegorgaan studentenhuisvesting, die van studenten welke willen doorstromen of die wonen en werken willen combineren minder. Om beter zicht te krijgen op die markt wordt een woononderzoek gedaan onder ouderejaars studenten, leden van de Academic Business Club en studentondernemers. Op grond daarvan kan mogelijk specifiek beleid worden ontwikkeld voor die groep. 4.2 Aansluiting en acquisitie Van belang is om de bestaande arbeidsmarkt voor afgestudeerden in stad en regio zo goed mogelijk kennis te laten maken met studenten in het hoger onderwijs. Voor beide partijen biedt dat voordelen. De eerste kennismaking vindt in eerste instantie vaak plaats via stages, afstudeeronderzoeken en later via traineeships. Het aanbod van die werkvormen door de instellingen en de vraag naar specifieke kwaliteiten door werkgevers kan beter bij elkaar worden gebracht, zoals dat nu al gebeurt via de site Tilburg Matchpoint. Ook de vraag naar hoger opgeleiden kan gestimuleerd worden, vooral het Midden- en Kleinbedrijf kan daar meer garen bij spinnen. Samenwerking met serviceclubs biedt daarbinnen goede mogelijkheden om studenten en arbeidsmarkt met elkaar in contact te brengen. Het is de wens van de gemeente de bestaande arbeidsmarkt in met name de dienstverlenende sector te vergroten. Tilburg kent aantrekkelijke vestigingsvoorwaarden, heeft een groeiend aanbod van kantoorruimte en kan – meer dan veel andere steden – bogen op een sterke kennisinfrastructuur. Tilburg zou zich met het opleidingenpalet kunnen onderscheiden als een stad van excellente dienstverleners. Om die te trekken (en te behouden) wordt met de teams Economie en Ondernemerszaken een acquisitieprogramma ontwikkeld, dat zich richt op bedrijven die, vanwege het kennisintensieve karakter, bij uitstek geschikt zijn om zich in Tilburg te vestigen. Bij die acquisitie worden de kennisinstellingen nadrukkelijk betrokken. Het programma beoogt een structurele benadering en wordt in 2010 gestart. Na twee jaar wordt geëvalueerd op aanpak en effectiviteit. 4.3 Ondernemersklimaat, een ketenbenadering Het aantal studenten dat een onderneming start groeit. Er is een jonge infrastructuur waarin ondernemerschap in het hoger onderwijs zeer recent een plek heeft gekregen en waar zaken als een ondernemerscentrum aan de UvT, startersdagen en ondernemersbegeleiding succesvol blijken te zijn. De gemeente steunt de meeste van deze initiatieven, vaak in het kader van (tijdelijke) innovatietrajecten en beschikt zelf over een afdeling startersadvies. Die werkt samen met onder meer Starterslift, een van projecten waaraan sinds 2008 steun wordt verleend, via de afdeling Economie en via participaties in netwerkaanvragen. Het gaat om de volgende projecten: Ondernemerscentrum UvT Het Ondernemerscentrum biedt ondernemende studenten van de universiteit met een goed idee of recent gestart bedrijf een eigen kantoorruimte op de campus, tegen een gereduceerd tarief. In het centrum bevinden zich vergader- en ontvangstruimtes, en meerdere voorzieningen waaronder vergader- en ontvangstruimtes, netwerkverbindingen flexruimtes. Studenten worden tevens begeleid in het maken van een goed ondernemingsplan en via Starterslift voorbereid op de eerste stappen op de markt. Ondernemerschaponderwijs via het Brabant Center of Entrepeneurship Het onderwijsprogramma van het Brabant Center of Entrepreneurship (BCE) bereidt studenten van de UvT (en de TUe) voor op zaken als businessplannen, strategie, marketing via een minor en het certificaatprogramma ‘Entrepreneurship’. Daarin komen vakken als productontwikkeling, ondernemingsrecht, sales en marketing aan bod. In Tilburg is het programma in 2009 gestart.
PAGE
24
Ondersteuning Starterslift Starterslift begeleidt kennisintensieve, techno- en creatieve starters en steunt startende ondernemers die verbonden zijn aan de UvT, Avans en de NHTV maar ook daarbuiten in de regio Tilburg - Breda met het op de markt brengen van producten, diensten en concepten. Met een uitgebreid pakket aan diensten ondersteunt Starterslift alle (oud)studenten en (oud)medewerkers van de kennisinstellingen persoonlijk, afgestemd op hun behoeften bij het ondernemen. Ondersteuning startersdagen Academic Business Club (ABC) In de ABC is een steeds grotere groep studentondernemers georganiseerd, die regelmatig bij elkaar komen om ideeën, tips en ervaringen uit te wisselen. In samenwerking met ABC organiseert de gemeente een jaarlijkse startersdag in de binnenstad voor hoger opgeleiden. Loket Ondernemer en Recht UvT en juridische Hogeschool Fontys/Avans Met deze dienst wordt laagdrempelig en kostenefficiënt dienstverlening geboden, voor bestaande MKB-ers, maar ook voor startende ondernemers. De dienst geeft inhoudelijk advies over bestaande en mogelijke juridische problemen, en is voor starters een wegwijzer in de juridische wereld. Tilburg Innovation Center (TIC) TIC ondersteunt, faciliteert en stimuleert innovatieve, kansrijke ondernemers. De ondersteuning van deze bedrijven richt zich vooral op vraagstukken op het gebied van huisvesting (TIC Housing), financiering (TIC Funding) en businesscoaching en advies(TIC Services). TIC stimuleert de groei van innovatieve ondernemers, ook door haar eigen innovatieve opzet. De ondernemers waar bevinden zich vooral op het gebied van medische technologie, zorg van de toekomst en ICT (multimedia). Fontys en de UvT zijn partners. Versterking van de keten Met de komst van bovenstaande initiatieven en partijen is er een keten ontstaan, waar de komende jaren twee zaken aandacht verdienen vanuit de gemeente. Ten eerste kan ondernemerschap onder Hbo-studenten gestimuleerd worden. Fontys Hogescholen en Avans Hogeschool ontplooien initiatieven die goed afgestemd moeten worden. Een gemeenschappelijke startersdag voor hoger opgeleiden is een goed middel om ondernemerschap te stimuleren. Ten tweede dient er aandacht te komen voor de doorstroming van ondernemers uit het hoger onderwijs naar bedrijfsverzamelgebouwen en stedelijke bedrijventerreinen. Daarvoor wordt een acquisitiebeleid ontwikkeld met als doel kennisintensieve en creatieve starters te behouden voor de stad. Een goed aanbod van bedrijfsverzamelgebouwen voor deze doelgroep in de binnenstad is van belang. Met de afdeling economie wordt afgestemd in hoeverre geplande bedrijfsverzamelgebouwen de binnenstedelijke terreinen zo geschikt mogelijk kunnen worden gemaakt voor deze specifieke doelgroep. Daarbij wordt samenwerking gezocht met gebouwenbeheerders als de stichting Ateliers.
PAGE
25
4.4 Vestigingsklimaat Tilburg heeft in de ogen van studenten een cultuur- en horeca-aanbod dat minder wordt gewaardeerd dan in andere universiteitssteden. In deze nota wordt een actievere rol van studenten bepleit om het aanbod te verlevendigen. Van belang is echter ook dat het bestaande aanbod in de stad tenminste op peil blijft. In tijden van bezuinigingen is cultuur al snel een interessante post om te schrappen, maar het belang ervan voor hoger opgeleiden is enorm groot. Uitvoeringsprogramma 4.35 Met de afdelingen Economie en Ondernemerszaken wordt nader beleid ontwikkeld, met onder meer als doel bestaande dienstverleners voor de stad te behouden en nieuwe dienstverleners te trekken. Hiervoor wordt in 2010 een gericht account- en acquisitieplan ontwikkeld, in samenwerking met de instellingen en alumni. 4.36 Om uitstromende studentondernemers te behouden voor de stad wordt samen met de genoemde afdelingen in 2010 een aanpak ontwikkeld met als doel te komen tot een arrangement voor jonge ondernemers die uitstromen uit het Ondernemerscentrum vande UvT. Daarbij worden in elk geval ook betrokken TIC, Starterslift en Kamer van Koophandel. 4.37 Onder ouderejaars en studentondernemers wordt een enquête uitgezet om wensen over bedrijfshuisvesting en vestigingsklimaat nader in kaart te brengen. 4.38 Op grond van het succes van de tijdelijke - door studentondernemers zeer gewilde - bedrijfsverzamelgebouwen en broedplaatsen wordt in samenwerking met de afdeling Economie en team Binnenstad een inventarisatie gemaakt van panden in de binnenstad die geschikt kunnen zijn voor studentondernemers. 4.39 Met Starterslift worden mogelijkheden tot nadere samenwerking, zoals die binnen de UvT en Avans al vorm heeft gekregen, verkend binnen Fontys Hogescholen en Avans Tilburg. 4.40 Om traineeships, stages, afstudeeronderzoeken te stimuleren bij bedrijven in de stad en in de regio, wordt eerst in kaart gebracht welke bedrijven interessant zijn te benaderen. Bezien wordt ook in welke bedrijven en instellingen alumni van de instellingen actief zijn, met de vraag of men bereid is een rol te spelen. Ook wordt in kaart gebracht in hoeverre grotere bedrijven in de MKB-sector gebruik maken van studenten. Anderzijds wordt het aanbod vanuit de instellingen beter in beeld gebracht, waarschijnlijk in de vorm van een portal. 4.41 In samenwerking met Starterslift en ABC (en in de toekomst mogelijk het Brabant Center of Entrepeneurship) wordt jaarlijks een startersdag georganiseerd, om ondernemerschap te bevorderen en met als doel geïnteresseerden uit HBO en WO te informeren over ondernemerschap in Tilburg, best practices, dienstverlening et cetera.
PAGE
26
5. Financiële vertaling uitvoeringsprogramma Nota Tilburg Studentenstad De punten van het uitvoeringsprogramma zijn financieel gebundeld in zeven clusters: 1. Transparantie en communicatie 2. Positionering Tilburg Studentenstad 3. Participatie studenten 4. Evenementen en sport 5. Internationalisering 6. Studentondernemerschap en arbeidsmarkt hoger opgeleiden 7. Faciliteren studenten en studentenorganisaties
1. Transparantie en communicatie Activiteit (nummer verwijst naar uitvoeringsprogramma)
Betrokkenen (eerstgenoemde: regie en eventueel budget)
2.6 Afstemming en optimalisering rol en betekenis stad in communicatiemateriaal voor studiekiezers 3.1 Bevorderen communicatie wonen op kamers en binnenstad, stedelijke informatiebijeenkomst en 3.6 Studenten, positioneren activiteiten in binnenstad
Werkgroep Tilburg Studentenstad (TST), Servicedienst/Communicatie (SC),
3.8 Zichtbaarheid activiteiten in de stad 3.7 Digitaal Stadsnetwerk, WiFi
3.12 Positionering, door vlaggen studentenpanden 3.13 Bewegwijzering 3.14 Studentenpanel 3.16 Benutten studentenkanalen 3.17 Studentenportal Tilburg Studentenstad 3.18 Participatie stedelijke sportevenementen
Benodigd budget 2010, budget Kennismakelaar tenzij anders vermeld
GTB, Taskforce Studenten Huisvesting (TSH), SR, SC, TST)
PM, uit budget Gebiedsteam Binnenstad (GTB)
Gebiedsteam Binnenstad (GTB), Studentenraad i.o (SR), Servicedienst/team evenementen (SE) Werkgroep TST, SC, GTB
8000
GTB, Concernstaf/ Informatiebeleid (CI), instellingen hoger onderwijs (WHBO) GTB
5000 (GTB)
GTB TST, SR SC, TST, SR
2500 (GTB) 8000
BO, SR, TST, WHBO
10500
SR, WHBO, SC
2500
Totaal, budget Kennismakelaar
29.000
2. Positionering Tilburg Studentenstad
PAGE
27
Activiteit (nummer verwijst naar uitvoeringsprogramma)
Betrokkenen (eerstgenoemde: regie en eventueel budget)
2.1 Campagne Tilburg is Thuis verankeren binnen de stad 2.2 Scholenstrijd (positioneren Tilburg bij middelbare scholen
TST, SC, Campagneteam Tilburg is Thuis (TIT), WHBO TST, Samenwerkings Orgaan Tilburgse Studentenverenigingen (SOTS),
Totaal
Benodigd budget 2010, budget Kennismakelaar tenzij anders vermeld Campagnebudget 12.500
12.500
3. Participatie studenten Activiteit (nummer verwijst naar uitvoeringsprogramma)
Betrokkenen (eerstgenoemde: regie en eventueel budget)
3.28 Platform voor uitwisseling maatschappelijke vragen en kennis studenten (portal?) 3.30 Studenten steunen de wijk 3.31 Siriusproject (stimuleren maatschappelijke excellentie) 3.32 De stad als podium (openbare optredens studenten) 3.34 De stad als podium (openbare debatten, symposia, stadsonderzoeken studenten) 3.35 Stadsdeelname Tilburgse Introductie 3.42 Stimuleren interdisciplinair en innovatief kennisaanbod van studenten Totaal
TST, WHBO, SR, Maatschappelijke Ontwikkelings Maatschappij (MOM) BO, MOM, Wonen BreBurg, WHBO BO, Servicedienst/Personele zaken (SP) BO, Fontys Kunstcluster, Stichting Stadskern
Benodigd budget 2010, budget Kennismakelaar tenzij anders vermeld 7.500
6.500
BO, WHBO,
10.000
BO, WHBO
10.000
BO
10.000
44.000
PAGE
28
4. Evenementen en sport Activiteit (nummer verwijst naar uitvoeringsprogramma)
Betrokkenen (eerstgenoemde: regie en eventueel budget)
2.6 en 3.20 Uitbreiding roeilocatie Vidar tot Olympische trainingsfaciliteit 3.9 Ondersteuning vier grotere studentenevenement
UvT, BO, BD/Sport
3.22 Faciliteren grotere evenementen 3.19 Stimuleren deelname studenten aan bijv. Ten Miles
GTB, SE
BO, GTB, WHBO, SR, SE
Benodigd budget 2010, budget Kennismakelaar tenzij anders vermeld 12.500
10.000, 6.000 (GTB), (Stadspromotie PM)
TST, Pendragon, SR, WHBO
Totaal
22.500
5. Internationalisering Activiteit (nummer verwijst naar uitvoeringsprogramma)
Betrokkenen (eerstgenoemde: regie en eventueel budget)
2.4 Portal of site ten behoeve van internationale studenten
TST, Werkgroep Internationalisering (WI), WHBO BO, BO/REC, WI
2.5 Expatcenter i.o. waar mogelijk toesnijden op internationale studenten 3.24 Inrichting Werkgroep Internationalisering (o.a. communicatie, huisvesting, partners, expatcenter) 3.25 Update sites, folder, boek
Benodigd budget 2010, budget Kennismakelaar tenzij anders vermeld 4.500
BO, WHBO, SC
BO, SC, WI
Totaal
9.500 14.000
6. Studentondernemerschap en arbeidsmarkt hoger opgeleiden Activiteit (nummer verwijst naar uitvoeringsprogramma)
Betrokkenen (eerstgenoemde: regie en eventueel budget)
3.35 Ontwikkelen proactief acquisitiebeleid op (zakelijke) dienstverlening 3.36 Optimaliseren aansluiting studentenondernemers en stadsvestiging 3.37 Onderzoek regionale markt en studentondernemers 3.38 Inventarisatie
BO/OND. BO?REC, PU/ondernemerszaken (PO)
Benodigd budget 2010, budget Kennismakelaar tenzij anders vermeld 6.500
BO/REC, PO
BO/REC, WHBO, Starterslift
5.000
BO/REC, Stichting Ateliers,
PAGE
29
bedrijfspanden 3.39 Inventarisatie inzet hoger opgeleiden bij regiobedrijven 3.41 Startersdagen voor hoger opgeleiden
Starterslift BO/REC BO, Academic Business Club (ABC), Starterslift, PO
Totaal
4.500 11.000
27.000
7. Faciliteren studenten en studentenorganisaties Activiteit (nummer verwijst naar uitvoeringsprogramma)
Betrokkenen (eerstgenoemde: regie en eventueel budget)
3.4 Studentencentrum UvT in de binnenstad 3.15 Oprichting studentenraad 3.2 Inventariseren studentenhuisvesting binnenstad 3.3 Keurmerk Veilige Studentenhuizen 3.5 Inventarisatie fietspaden 3.6 Studenten horeca 3.21 Verbeteren vestigingsklimaat studenten 3.22 Afspraken met studentenverenigingen 3.23 Afspraken met evenementen en handhaving
UvT, GTB, BO, SR, WHBO
Benodigd budget 2010, budget Kennismakelaar tenzij anders vermeld
SR, GTB, TST, WHBO GTB, TSH
GTB, SR
10.000 (GTB)
GTB, WHBO GTB, SR GTB
2500 (GTB) 2500 (GTB)
GTB GTB, SE
Totaal
0
Recapitulatie 1. Transparantie en communicatie 2. Positionering Tilburg als Studentenstad 3. Participatie studenten 4. Evenementen en sport 5. Internationalisering 6. Ondernemerschap en arbeidsmarkt 7. Faciliteren studentenleven Totaal GTB Totaal Onderwijs/mij. stages Totaal 2010
29.000 (7.500 GTB) Bestaand campagnebudget is buiten beschouwing gelaten
12.500 44.000 22.500 (6.000 GTB) 14.000 27.000 0 (15.000 GTB) 33.500 149.000 177.500
PAGE
30
6. Gebruikte afkortingen ABC BO BO/OND BO/REC BCE CI GTB MOM PO SC SE SOTS SP SR TSH TIT TST UvT WHBO WI
Academic Business Club Beleidsontwikkeling Beleidsontwikkeling/Onderwijs Beleidsontwikkeling/Economie Brabant Center of Entrepeneurship Concernstaf/Informatiebeleid Gebiedsteam Binnenstad Maatschappelijke Ontwikkelings Maatschappij Publieksdienst/Ondernemerszaken Servicedienst/Communicatie Servicedienst/Evenementen Samenwerkings Orgaan Tilburgse Studentenverenigingen Servicedienst/Personele zaken Studentenraad (in oprichting) Taskforce Studenten Huisvesting Campagneteam Tilburg is Thuis (TIT), Werkgroep Tilburg Studentenstad Universiteit van Tilburg Wetenschappelijk- en Hoger Beroeps Onderwijs Werkgroep Internationalisering met WHBO (in oprichting)
PAGE
31