stichting p edagogisch s ociaal w er k midden-limbur g
J a a r v e r s l a g
2 0 0 5
Thema Een eigen koers Stichting Pedagogisch Sociaal Werk Midden-Limburg (PSW) biedt zorg en ondersteuning aan kinderen en volwassenen met een verstandelijke handicap. In 2005 vierde PSW het 50-jarig bestaan. Thema van dit gouden jubileum was: “PSW 50 jaar. Een eigen koers”. Tijdens dit jubileumjaar is de eigen koers van PSW op verschillende manieren in beeld gebracht en gevierd. Wat houdt die eigen koers in? 50 jaar geleden werd PSW opgericht als stichting Maria Regina, een organisatie voor maatschappelijk werk. Als antwoord op de toenemende vraag van ouders zijn de decennia die daarop volgden verschillende kleinschalige centra opgezet voor wonen en dagbesteding voor kinderen en volwassenen. Ouders zijn van meet af aan betrokken geweest bij de zorg en ondersteuning in de centra.Vanaf de jaren negentig zijn, ook weer ten gevolge van de vraag van ouders, verschillende ambulante zorgvormen opgezet en aangeboden. Die vraag van ouders en hun betrokkenheid staan aan de oorsprong van PSW en vormen tot op de dag van vandaag een belangrijk uitgangspunt van PSW. Nóg nadrukkelijker dan de vraag van ouders, zijn de behoeften van de individuele cliënt het uitgangspunt. Binnen de financiële en praktische mogelijkheden, biedt PSW elk kind en elke volwassen cliënt de zorg en ondersteuning die hij of zij nodig heeft. Dat proberen we te bereiken door te werken in de zogeheten “driehoek”. Deze driehoek verbindt cliënten, ouders/verwanten en professionele zorgverleners met elkaar.We hebben immers allemaal hetzelfde doel voor ogen: een gelukkig en volwaardig eigen leven voor alle cliënten.
Daarmee is ook een derde aspect van de eigen koers van PSW in beeld: het streven naar een zo groot mogelijke deelname aan de samenleving. Dat streven geldt voor álle cliënten van PSW, ook al betekent participatie in de praktijk voor een cliënt met een licht verstandelijke handicap iets heel anders dan voor een kind of volwassene met een meervoudig complexe handicap. Om de eigen koers te kunnen blijven varen, heeft PSW de keuze gemaakt om als zelfstandige organisatie door te gaan; een organisatie die niet samengaat, maar wel samenwerkt met partners binnen en buiten de gehandicaptenzorg. Cliënten, ouders/verwanten, medewerkers en vrijwilligers ervaren de eigen identiteit en koers als waardevol! Het thema “een eigen koers” staat ook in het jaarverslag over 2005 centraal. Verspreid door het jaarverslag vindt u interviews met cliënten, ouders/verwanten, medewerkers en vrijwilligers over dit onderwerp. De personen die geïnterviewd zijn, varen allemaal een eigen koers of hebben een duidelijke mening over de koers van PSW. Een eigen koers die PSW ook in 2006 en de jaren daarna zal blijven varen!
zorg en ondersteuning voor kinderen en volwassenen met een verstandelijke handicap
Delen in de zorg Betty Smulders
Betty Smulders werkt bijna 18 jaar bij PSW. Ze is begeleider bij Kinderdagcentrum de Heisterkes. Daar werkt ze in de gele groep: een groep voor kinderen met een meervoudig complexe handicap (MCG). ‘Het eerste dat me opviel toen ik bij de Heisterkes kwam werken, was de betrokkenheid bij de ouders. Het contact met ouders is een wezenlijk onderdeel van dit werk. Veel kinderen in het KDC komen direct van huis. Het KDC is dan de eerste plek waar ouders de zorg voor hun kind aan iemand anders overdragen. Het is belangrijk hun vertrouwen te winnen en dat waar te maken. Na verloop van tijd komen ze soms bij je met vragen; op praktisch gebied, maar ook wel met emotionele vragen. Dat heeft misschien ook te maken met dat ik al wat ouder ben en hier al lang werk. Wij kiezen allemaal bewust voor dit werk. Ouders hebben niks te kiezen; zij dragen 24
uur per dag de zorg en verantwoording voor hun kind. Het is fijn als je iets voor hen kunt betekenen. Ik zie dat als delen in de zorg, al is het maar een beetje. Dát geeft mij voldoening in mijn werk! Meteen na mijn opleiding ben ik gaan werken in een kinderdagcentrum in Brabant. Toen ik kinderen kreeg, ben ik er een tijdje tussenuit geweest. Toen de jongste 2 jaar was, ben ik gaan werken op de peuterspeelzaal. Daar kwam ik opnieuw in aanraking met kinderen met een verstandelijke handicap. Ik merkte dat ik wel weer terug wilde naar het KDC. In 1988 kon ik beginnen bij de Heisterkes, eerst als invalkracht, vanaf 1990 als
vaste kracht. De Heisterkes had vier groepen en ik werkte in alle vier. Het kwam voor dat ik ’s ochtends in de schoolvoorbereidende groep stond en ’s middags in de MCGgroep. Daardoor heb ik meteen in het begin veel ervaring opgedaan. Ik werk nu al bijna 18 jaar bij de Heisterkes en ik vind het werk nog steeds boeiend. Vooral het bezig zijn met kinderen. Ik werk al weer een tijd in de gele groep. Dat is een gemengde groep: er zitten MCGkinderen in en ook jonge kinderen waarvan nog niet helemaal duidelijk is hoe ze zich zullen ontwikkelen. Ik geniet van hen; het meest van de kleine dingen; van het contact. Deze kinderen ontwikkelen zich in heel kleine stapjes; het gaat
bijna om nuances. De signalen van die kinderen oppikken, daar betekenis aan geven en er dan wat mee doen; daar draait dit werk om. Ik ben nu 55 jaar en merk wel dat het werk fysiek zwaar voor me wordt. We hebben in het KDC een goed tilsysteem. Daar hebben we allemaal mee leren werken, maar daarmee kun je toch niet alles ondervangen. Ik wil dichtbij de kinderen zijn; hen oppakken en knuffelen. Bij sommige kinderen wordt dat zwaar. Ik merk dat ik af en toe een stapje terug moet doen. Dat vind ik moeilijk. Want ik geniet ontzettend van de kinderen en mijn werk. Dat blijft!’
Vo o r w o o r d Het jaar 2005 stond voor Stichting Pedagogisch Sociaal Werk MiddenLimburg (PSW) in het teken van het 50-jarig jubileum. Het jubileum is gevierd met feestelijkheden voor de externe relaties, de kinderen, de volwassen cliënten en onze medewerkers en vrijwilligers. Verderop in dit jaarverslag leest u daar meer over. Het jaar 2005 stond ook in het teken van veranderende wet- en regelgeving; deels doorgevoerd en deels aangekondigd.Voor 2006 en de jaren daarna zijn verdere, ingrijpende veranderingen aangekondigd. Directie en medewerkers van PSW doen hun uiterste best om tijdig in te spelen op de veranderingen en te zorgen dat de kwaliteit van zorg op het niveau blijft dat cliënten en hun ouders/verwanten van ons gewend zijn en zelfs nog verbetert. In 2004 heeft PSW een nieuw strategisch beleidsplan uitgebracht: “Gericht groeien in omvang en kwaliteit. Strategisch beleidsplan 2004, 2005, 2006”. PSW gaat door als zelfstandige organisatie die zorg en ondersteuning biedt aan een brede groep van volwassenen en kinderen met een verstandelijke handicap. In 2005 zijn als vervolg daarop drie sectorbeleidsplannen uitgebracht, voor de sectoren Kinder- en jeugdzorg, Dagbesteding voor volwassenen en Wonen. In het verlengde daarvan worden in 2006 ondernemingsplannen opgesteld en uitgevoerd.
Kwaliteitszorg is en blijft de kerntaak van PSW. Kwaliteitszorg heeft een extra impuls gekregen door de naderende certificering binnen de gehandicaptensector. Daarvoor zijn in 2005 veel werkzaamheden verzet. Het beleid inzake begeleiding aan ouder wordende mensen met een verstandelijke handicap is nader ingevuld. Zowel op het gebied van scholing aan medewerkers en de inrichting van speciale groepen en voorzieningen is in 2005 veel werk verzet. In 2005 zijn nieuwe voorzieningen in gebruik genomen en voorbereid. Ook de komende jaren zullen nieuwe bouwprojecten worden opgeleverd en in gebruik genomen. Het dagelijks werk is naast al deze projecten en ontwikkelingen gewoon doorgegaan. Kinder- en jeugdzorg is bezig met een meer duidelijke profilering van de sector. Er zijn concrete plannen voor een nieuw orthopedagogisch kinderdienstencentrum in Maasbracht. Dagbesteding voor volwassenen heeft gewerkt aan verdere differentiatie van het aanbod. Nadrukkelijker dan voorheen wordt de dagbesteding verdeeld in twee vormen: activerend/vormend en arbeidsmatig. Hard is gewerkt aan uitbreiding en verbetering van de locaties. Wonen heeft verschillende nieuwe woonprojecten gestart en uit-
gevoerd. Er is een nieuw, permanent logeerhuis geopend en er zijn voorbereidingen getroffen voor een kinderwoonvoorziening die in mei 2006 van start is gegaan. Het Centraal Bureau ten slotte heeft een nieuw gebouw betrokken en werkt aan verdere professionalisering om managementteam, teamleiders en medewerkers in de drie sectoren beter te kunnen ondersteunen bij hun dagelijks werk. PSW verkeert eind 2005 in een gezonde financiële situatie. PSW is een stabiele en flexibele organisatie en kan rekenen op de inzet van gemotiveerde en gekwalificeerde medewerkers en enthousiaste vrijwilligers. Cliënten, ouders en verwanten zijn over het algemeen tevreden over de zorg- en dienstverlening. De directie heeft vertrouwen in de toekomst en verwacht dat PSW ook in 2006 en volgende jaren in staat zal zijn om een eigen koers te blijven varen, alert te reageren op externe ontwikkelingen, verder zal groeien, zowel door uitbreiding van bestaande zorg- en dienstverlening als door het ontwikkelen van nieuwe projecten, en daarnaast de nodige aandacht zal blijven besteden aan de voortgaande ontwikkeling van kwaliteitszorg. L.J.G. Ritzen, directeur
Vo o r w o o r d
S t i c h t i n g s b re e d In 2005 vierde Stichting Pedagogisch Sociaal Werk Midden-Limburg (PSW) het 50-jarig jubileum. Thema van het jubileum was: “PSW 50 jaar. Een eigen koers”. Ter gelegenheid van het jubileum is een prachtige expositie ingericht met werken van schilders van de drie ateliers van de stichting: Atelier Biest 24 in Weert, Atelier No 37 in Roermond en Atelier Via Via in Maasbracht. De expositie heeft daarna een rondreis door de regio gemaakt en heeft eind 2005 en de eerste helft van 2006 in afgeslankte vorm alle gemeenten aangedaan waar PSW een vestiging heeft. De jubileumactiviteiten en met name de expositie zijn een uitstekende manier gebleken om PSW onder de aandacht te brengen van zowel de locale overheden, collega-instellingen binnen en buiten de zorg, bedrijfsleven en de burgers in de samenleving.
Externe wet- en regelgeving De zorg en ondersteuning van PSW wordt bekostigd uit de AWBZ (algemene wet bijzondere ziektekosten). De afgelopen jaren is de AWBZ door de overheid ingrijpend gemoderniseerd. Hierdoor zijn concurrentie en marktwerking in de gehandicaptenzorg toegenomen. De modernisering van de AWBZ heeft ook gevolgen voor de wijze van indiceren. De nieuwe, functiegerichte bekostiging heeft verder gevolgen voor het budget die (nog) niet helemaal te overzien zijn. In 2005 zijn verschillende veranderingen doorgevoerd. Het ministerie van VWS (volksgezondheid, welzijn en sport) en de zorgaanbieders hebben voor de jaren 2005/2006/2007 een AWBZconvenant afgesloten. Jaarlijks wordt 1,25 % extra zorg geleverd bij een gelijk budget, met andere woorden 3 jaar achtereen een bezuiniging van 1,25 %. Het CTG (College Tarieven Gezondheidszorg) heeft eind 2004 de kaderregeling Admini-
stratieve Organisatie en Interne Controle (AO/IC) uitgegeven. De regeling is bedoeld ter waarborging van de betrouwbaarheid van de productregistratie in het kader van de AWBZ en komt in de plaats van de oude Beleidsregel productieprotocol. Het implementeren van de regeling brengt veel extra werk mee voor de betrokken afdelingen: de EAD en het secretariaat. 2005 is een overgangsjaar; in 2006 is de regeling van kracht en moet PSW voldoen aan de eisen zoals in de kaderregeling vastgesteld. Eind 2005 is een “rapport van bevindingen” over de invoering van de kaderregeling AO/IC opgesteld door de accountant. De inspanning die PSW heeft geleverd om de kaderregeling AO/IC goed te implementeren, is daarin als positief beoordeeld. Duidelijk is geworden dat de Wet maatschappelijke ondersteuning (WMO) wordt ingevoerd. Invoering zal gevolgen kunnen hebben voor PSW. Immers, een deel van de zorg zal dan mogelijk niet meer op basis van de AWBZ (Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten) worden vergoed, maar op basis van gemeentelijk beleid. Onzekerheid bestaat nog over de reikwijdte van de WMO. Begin 2006 heeft de Tweede Kamer besloten dat voorlopig alleen de huishoudelijke verzorging overgaat van AWBZ naar WMO. Ten gevolge van wijzigingen in de financiering zijn de financiële middelen die PSW kan inzetten voor kinderen met gedragsproblemen teruggelopen. Samen met een aantal collega-instellingen, waaronder Stichting Odion, Stichting Dagverblijven Twente, Stichting De Wendel en De Driestroom heeft PSW zich over deze kwestie gewend tot de VGN (Vereniging Gehandicaptenzorg Nederland). Dit heeft ertoe geleid dat de financiering voor kinderen met gedragsproblemen in 2006 is bijgesteld. Dat heeft geleid tot een betere financiële positie voor de kinderdagcentra van PSW.
Sectorbeleidsplannen De veranderingen in de wet- en regelgeving zijn in 2004 redenen geweest om de strategie voor de komende jaren opnieuw te bepalen. Eind 2004 is een nieuw strategisch beleidsplan uitgebracht: “Gericht groeien in omvang en kwaliteit. Strategisch beleidsplan 2004, 2005, 2006”. PSW wil doorgaan als zelfstandige organisatie die zorg en ondersteuning biedt aan kinderen en volwassenen met een verstandelijke handicap. Als vervolg op het nieuwe strategisch beleidsplan zijn in 2005 drie nieuwe sectorbeleidsplannen uitgebracht: Dagbesteding voor volwassen (voorjaar), Kinderen jeugdzorg (zomer) en Wonen (najaar). De plannen hebben een looptijd tot en met 2008. In de sectorbeleidsplannen zijn concrete actiepunten geformuleerd met daarbij een planning in de tijd.
Organisatieontwikkeling De overheid wil marktwerking in de zorg stimuleren, enerzijds om de omvang en de kosten beter te kunnen beheersen, anderzijds om de cliënten beter in staat te stellen om eigen keuzes te maken. Goed ondernemerschap wordt voor een organisatie als PSW daarbij steeds belangrijker. Het managementteam heeft vanaf eind 2005 sterk ingezet op meer ondernemingsgericht werken. Een scholingtraject is in gang gezet en in het verlengde van de sectorbeleidsplannen worden ondernemingsplannen opgesteld. Begin 2005 heeft Rijnconsult, een extern organisatie- en adviesbureau, een evaluatieverslag uitgebracht over de organisatiewijziging die begin 2003 is doorgevoerd. Uit het rapport komt naar voren dat de ingezette organisatieverandering goed werkt: het is meer helder wie waar verantwoordelijk voor is, de sturing verloopt beter, de kwetsbaarheid in strategie en beleidsvorming is geringer. Tegelijkertijd worden aanbevelingen gedaan om “de slag af te maken.”
S t i c h t i n g s b re e d
Samenwonen met begeleiding Angeline van Kimmenade en Paul Horrée
Angeline van Kimmenade en Paul Horrée wonen 5 jaar samen in een appartement binnen een woongroep in Nederweert. Ze krijgen begeleiding vanuit Woonbegeleidingscentrum (WBC) Nederweert. Angeline van Kimmenade ging in 1993 vanuit haar ouderlijk huis wonen in WBC Nederweert. Na een poosje verhuisde ze naar de dependance, waar ze woonde met twee andere mensen en waar minder begeleiding was.Toch verhuisde ze weer terug naar het WBC. Daar woonde ze toen ze Paul Horrée leerde kennen. Paul had op verschillende plaatsen gewoond. Hij kwam in Nederweert te wonen in een woongroep voor 7 personen, in de Geenestraat. De twee leerden elkaar kennen in het WBC. ‘We konden meteen goed met elkaar opschieten, maar in het begin hadden we nog geen relatie. Dat gebeurde op de kermis in 2000. Sindsdien gaan we met elkaar.’ Angeline en Paul wilden wel graag samenwonen.Toen het appartement op
de Eikenstraat vrij kwam, hebben de ouders van Paul Horrée met de begeleiding geregeld dat zij daar konden gaan wonen. Angeline: ‘Het was echt een verrassing. Ik was kleren wezen kopen met de begeleiding. Zij zei: Kom, we gaan even koffiedrinken, want ik moet je wat vertellen. Ik wist gewoon niet wat ik moest zeggen, zo blij was ik. Paul hoorde het nieuws pas toen hij van het voetbal kwam.’ De twee hebben op de bovenste etage van de woning een appartement dat bestaat uit een zitkamer met keukentje, slaapkamer en badkamer en een berging. Op de begane grond en de eerste etage wonen nog vier mensen. Zij hebben allemaal een eigen zit/slaapkamer. Beneden is een gezamenlijke woonkamer, keuken en tuin. ‘Door de week
eten we beneden. Zaterdag verwent Angeline mij. Want zij kan heerlijk koken. ’s Avonds zitten we soms boven, maar ook beneden.Als er voetbal op TV is, kijk ik boven, in mijn eentje. Angeline geeft niks om voetbal.’ Angeline werkt overdag op de Risse, De Sociale Werkvoorziening in Weert. Daar gaat ze met de fiets naar toe. Paul werkt 3 dagen per week bij de Gamma in Weert. Sinds kort werkt hij ook nog 2 dagdelen bij het openluchtmuseum in Nederweert Eind, bij de plantsoenendienst. Beiden vinden hun werk leuk. Paul is gek op voetbal. Hij speelt zelf in het G-team van Heythuysen. Hij gaat vaak zeilen en fietsen met zijn vader. Angeline houdt van zwemmen en gaat graag naar haar zus die ook in Nederweert woont en ruim een jaar
geleden een baby heeft gekregen. Af en toe gaan ze op vakantie, met de ouders van Paul of met andere bewoners van WBC Nederweert en WBC Heythuysen. Angeline en Paul worden begeleid vanuit WBC Nederweert. Persoonlijk begeleider van beiden is Mariëlle Heijnen. ‘Ze hebben allebei verschillende hulpvragen. Die bespreek ik met hen apart, behalve als het betrekking heeft op hun relatie. En als er dingen voor hen samen geregeld moeten worden, bespreek ik dat natuurlijk ook met allebei. Ik vind het leuk om hen te begeleiden. Het is anders dan anders, omdat zij samenwonen.’ Het koppel is echt gelukkig met elkaar. Angeline: ‘Wij passen goed bij elkaar, ik ben blij met mijn man.’ Paul:‘Ik heb gewoon een mooie vrouw. En dat mag je best in het krantje zetten!’
Contact houden met a n d e re i n s t e l l i n g e n Vera Austen
Vera Austen is sinds eind 2004 fulltime gedragskundige bij PSW. Ze werkt voor Wonen Roermond en Wonen Nederweert.
‘De slogan “Een eigen koers” vind ik heel toepasselijk voor PSW. Ik werk nog niet zo lang, dus veel te vergelijken heb ik misschien niet. Maar toch heb ik het afgelopen anderhalf jaar ervaren dat PSW heel duidelijk een eigen koers vaart en die past goed bij mij. ‘Voor mij is het eerste uitgangspunt bij mijn werk altijd de client: wie is dat en wat heeft hij/zij nodig om zo zelfstandig mogelijk te kunnen functioneren. Ik krijg ruim de kans me daarin te verdiepen. PSW is heel sterk gericht op het individuele. Een tweede onderdeel van de eigen koers vind ik de keuze om als relatief kleine organisatie zelfstandig door te gaan, terwijl andere instellingen in de regio en daarbuiten allemaal gefu-
seerd zijn en uitgegroeid tot grote organisaties. Ik ervaar het als heel prettig om voor zo’n organisatie te werken. De lijnen zijn hier kort. Als er iets is, heb je snel de juiste persoon te pakken en je kunt zelfstandig werken. Als relatief kleine organisatie is het wel belangrijk om in contact te blijven met andere instellingen, met name voor de deskundigheidsbevordering. We moeten het niet alleen bij onszelf houden, want als kleine organisatie is het moeilijker om van alle ontwikkelingen op de hoogte te blijven. Je loopt eerder de kans om iets te missen. Ik ben zelf hard bezig met dat contact. Voor mij persoonlijk is het nog belangrijker dan voor de andere gedragskundigen, omdat ik nog niet zo lang meedraai in de
gehandicaptensector. Een aantal gedragskundigen van andere instellingen, Daelzicht, Pepijn en Paulus, Maatman en PSW, komt viermaal per jaar bij elkaar. Van die bijeenkomsten ben ik de kartrekker. Elke bijeenkomst bespreken we twee casussen uit de praktijk, die we om de beurt aanleveren. Tijdens die bespreking komen er allerlei thema’s bovendrijven die we ook bespreken. Het is echt waardevol om te zien hoe het bij andere instellingen toegaat. Een ander, minstens zo belangrijk onderdeel van de eigen koers vind ik de contacten met ouders. Ouders en verwanten hebben door de jaren heen overal een steeds belangrijkere plaats ingenomen. Bij PSW worden ze echt gezien en erkend als deskundigen.
Voor mij is dat heel belangrijk. In de praktijk betekent het voor mij goed en open communiceren met de ouders. Zeker in het begintraject, als mensen net bij PSW komen wonen, valt of staat de betrokkenheid van ouders of verwanten met open communicatie. Dat kost energie en tijd, maar gelukkig word ik als gedragskundige in staat gesteld dat goed te doen. Als ik terugkijk zijn de eerste anderhalf jaar bij PSW omgevlogen. Ik heb het echt naar mijn zin. Al heb ik, net afgestudeerd, wel moeten leren accepteren dat ik als gedragskundige niet alles voor elkaar krijg wat ik in mijn hoofd heb. Maar dat zal wel voor iedereen gelden die net begint!’
Optimalisering dienstverlening CB In het kader van de organisatieverandering is in 2005 veel aandacht besteed aan de optimalisering van de dienstverlening van het Centraal Bureau. Er zijn medewerkers bijgekomen en taken en verantwoordelijkheden zijn goed verdeeld en omschreven.Verdergaande digitalisering van de verschillende administraties zal een correcte en snelle verwerking van gegevens bevorderen.
Ethiek Ethiek hoort thuis op de werkvloer. Om ethiek in te bedden in de dagelijkse praktijk en de werkbespreking hebben de teamleiders een cursus gevolgd. Zij zijn nu beter uitgerust om in te gaan op ethische aspecten van het dagelijks werk. PSW heeft een aantal gedragsregels voor medewerkers opgesteld die betrekking hebben op verschillende werkterreinen en situaties. De gedragsregels zijn bijeen gebracht in het boekje: “Doen en laten” en verspreid onder de medewerkers en vrijwilligers van PSW. Eerder heeft PSW een aantal attituderegels opgesteld en bijeen gebracht in het boekje “Wikken en wegen”. Deze attituderegels hebben betrekking op de grondhouding, die een voorwaarde is om het werk bij PSW goed te doen. Samen vormen “Wikken en Wegen” en “Doen en Laten” de gedragscode van PSW.
Maatschappelijk werker PSW heeft een eigen maatschappelijk werker aangesteld. Reden is dat ouders en verwanten veel vragen hebben over zorg- en dienstverlening waaraan PSW graag zorgvuldig aandacht wil besteden. Kerntaak is hulpvraagverduidelijking. Daarnaast vervult de maatschappelijk werker een taak op het gebied van wachtlijstbeheer.
Ouderenbeleid PSW besteedt veel aandacht aan het vormgeven van zorg aan ouder wordende mensen met een verstandelijke handicap. In 2005 is het ouderenbeleid op veel plaatsen en terreinen nader uitgewerkt en uitgevoerd. Veel aandacht is besteed aan scholing van medewerkers in de volwassenenzorg
op het gebied van begeleiding aan ouder wordende mensen met een verstandelijke handicap. Woonbegeleidingscentrum Weert en Activiteitencentrum Maasbracht hebben seniorengroepen opgezet. Bij de overige centra in de volwassenenzorg worden de ouder wordende cliënten opgevangen binnen de bestaande locaties en setting, maar wordt in toenemende mate aandacht besteed aan de veranderende eisen van deze cliënten op het gebied van huisvesting, bejegening en activiteiten. Bij verschillende bouwprojecten in Roermond, Weert, Nederweert en Heythuysen worden voor hen speciale voorzieningen getroffen. PSW werkt in toenemende mate samen met reguliere instellingen op het gebied van ouderenzorg. Naast alle nieuwe initiatieven, blijven de Soos voor ouderen Roermond en Weert voorzien in een grote behoefte van oudere cliënten aan specifieke dagbesteding.
Ontwikkelingen ICT De uitvoering van het ICT-meerjarenbeleidsplan verloopt volgens planning. In 2005 is het intranet in gebruik genomen. Ook is gestart met een zogeheten project Business intelligence. Verder zijn het systeem Cura en de Balanced scorecard verder ingevoerd. Doel van deze ICT-projecten is verdere digitalisering van de bedrijfsinformatie, om betere stuurinformatie ten behoeve van het management te verkrijgen en om de informatievoorziening ten behoeve van de Raad van Toezicht te verbeteren.
Project “Naar een brede communicatie” Het doel van het project “Naar een brede communicatie” is het opzetten van een breed communicatiebeleid, waarbij de communicatie met cliënten een volwaardig en vanzelfsprekend onderdeel wordt van het totale communicatiebeleid van PSW. Daartoe zijn twee functies ingevoerd van elk 16 uur: een ondersteuningsfunctionaris (OF) cliënteninformatie en een ondersteuningsfunctionaris (OF) algemene communicatie. De OF cliënteninformatie draagt zorg voor de informatie en communicatieondersteuning die gericht is op
individuele cliënten of groepen cliënten, zoals de lokale cliëntenraden en activiteiten- of woongroepen. De ondersteuningsfunctionaris algemene communicatie is gericht op de stichtingsbrede informatie ten behoeve van cliënten en daarnaast op andere ondersteunende taken ten behoeve van de afdeling communicatie. Het project is begin 2005 van start gegaan en loopt tot eind 2006.
Info- en ondersteuningscentrum cliënten Voorbereidingen zijn getroffen voor de start van het Info- en ondersteuningscentrum cliënten. Doel van het centrum is het bevorderen van de zelfstandigheid en weerbaarheid van cliënten en hun omgeving. In het centrum worden ondergebracht: het project “Naar een brede communicatie”, Scholing voor cliënten en Ondersteuning cliënten/ouder/verwantenparticipatie. Het centrum is 1 januari 2006 daadwerkelijk van start gegaan.
Nieuw Centraal Bureau/ Activiteitencentrum Herten PSW heeft een nieuw Centraal Bureau(CB), gecombineerd met een activiteitencentrum in Herten/ Roermond. De bouw is medio 2004 gestart; CB en het nieuwe AC Herten zijn eind november 2005 verhuisd. Het AC is gevestigd op de begane grond; het CB op de eerste verdieping. De cliënten van het activiteitencentrum gaan onder meer opdrachten uitvoeren voor het CB, bijvoorbeeld vanuit Comcop, de computer- en kopieerafdeling, en vanuit de activiteit catering. De derde verdieping is ingericht als gezamenlijke kantine en keuken.
Roken In 2004 is de nieuwe Tabakswet van kracht geworden. Aanvankelijk werd onder meer voor zorginstellingen een gedoogbeleid gevoerd door de overheid. Dit gedoogbeleid is begin 2005 afgeschaft. In verband hiermee heeft PSW begin 2005 het eigen rookbeleid aangepast. Medewerkers en cliënten zijn op de hoogte gesteld van de nieuwe regels en hen is een cursus aangeboden die steun biedt bij het stoppen met roken.
S t i c h t i n g s b re e d
K i n d e r- e n j e u g d z o r g Sectorbeleidsplan Kinder- en jeugdzorg
De afgelopen jaren worden gekenmerkt door een groei van het aantal kinderen en gezinnen die gebruik maken van de Kinder- en jeugdzorg van PSW, het sterkst bij de Waaier, de ambulante afdeling van de sector, maar ook binnen de kinderdagcentra (KDC’s). Meer dan voorheen zoeken ouders naar manieren om hun kind in de eigen omgeving een zo gewoon mogelijk bestaan te laten leiden. Dat is alleen mogelijk met goede, toegesneden ondersteuning en begeleiding. PSW ziet het als een belangrijke opdracht om samen met de ouders steeds opnieuw een passend antwoord te vinden op de zorgvragen. Zomer 2005 is het sectorbeleidsplan Kinder- en jeugdzorg uitgebracht. Het beleid is ook de komende jaren gericht op drie doelgroepen: kinderen met een schoolperspectief, kinderen met een meervoudig complexe handicap (MCG) en kinderen met een autisme spectrum stoornis (ASS). Naast groei en verdere professionalisering, is het streven gericht op een goede, afgestemde samenwerking tussen de verschillende zorgvormen die PSW biedt.
Orthopedagogisch kinderdienstencentrum In 2003 is het principebesluit genomen om één orthopedagogisch kinderdienstencentrum op te zetten. In het kinderdienstencentrum worden KDC ’t Brombemke, KDC de Heisterkes, ambulante afdeling de Waaier en alle gedragskundigen en therapeuten van de sector Kinder- en jeugdzorg gevestigd. De reden voor het opzetten van één centrum is dat de kwaliteit van zorgen dienstverlening zal toenemen, als de verschillende zorgvormen, disciplines en medewerkers kunnen samenwerken en hun kennis
en ervaring kunnen bundelen. Begin 2006 is gekozen voor een locatie in de gemeente Maasbracht. Naar verwachting zal het kinderdienstencentrum in Maasbracht in 2008 in gebruik worden genomen.
Telefonisch spreekuur Kinder- en jeugdzorg Om vragen van ouders rechtstreeks, snel en gericht te kunnen beantwoorden, heeft PSW een telefonisch spreekuur voor ouders ingesteld, op vrijdagochtend van 09.00 tot 11.00 uur. Ouders kunnen bij het telefonisch spreekuur terecht voor informatie, advies en ondersteuning.
Autisme Zorg en ondersteuning voor kinderen met een autisme spectrum stoornis (ASS) en hun omgeving is een speerpunt binnen Kinder- en jeugdzorg. In 2001 is het project “kinderen met een stoornis in het autistisch spectrum en/of gedragsproblemen” van start gegaan. Veel aandacht is sindsdien besteed aan opleiding van medewerkers en aan het verder ontwikkelen van communicatie- en begeleidingsprogramma’s voor kinderen met ASS. Begin 2003 is de eindrapportage van het project uitgebracht. Besloten is om het aanbod dat uit het project is voortgekomen, structureel te blijven aanbieden aan kinderen en ouders en nog verder uit te breiden. Anno 2005 heeft PSW veel te bieden op het gebied van autisme: ontwikkelingsgerichte dagopvang, in specifieke groepen voor kinderen met ASS of in gemengde groepen; ambulante ondersteuning bij de opvoeding; gespecialiseerde thuiszorg in huis of tijdens vrijetijdsbesteding; ambulante begeleiding in reguliere peuterspeelzaal, kinderopvang of basisschool, communicatie-ondersteuning in of buiten het kinderdagcentrum.
Bij dat alles wordt gewerkt op basis van speciaal voor kinderen met ASS ontwikkelde programma’s en methodes.
Groei gespecialiseerde thuiszorg Gespecialiseerde thuiszorg voorziet in een grote behoefte van ouders. De vraag is in 2005 verder gegroeid. Met name de vraag naar thuiszorg voor kinderen met autisme neemt toe. Het blijkt in de praktijk niet gemakkelijk om tijdig voldoende gekwalificeerde thuiszorgbegeleiders in te zetten.
Woensdagmiddagclub de Beestenboel Kinder- en jeugdzorg heeft een woensdagmiddagclub opgezet. De Beestenboel is een vrijetijdsclub voor kinderen met een verstandelijke handicap en/of autisme van 3 tot maximaal 8 jaar. Doel van de Beestenboel is de kinderen een leuke, ontspannen woensdagmiddag bezorgen én de ouders of verzorgers thuis ontlasten.
Zaterdagclub Oki Doki De zaterdagopvang is vernieuwd. Niet alleen is gekozen voor een nieuwe naam: “zaterdagclub Oki Doki”. Ook aan de opzet en de activiteiten is aandacht besteed. Oki Doki heeft meer het karakter van een club gekregen dan van opvang. Doelstelling blijft dezelfde: kinderen een leuke zaterdag bezorgen en ouders ontlasten.
Communicatietraining Problemen met communicatie spelen veel kinderen met een handicap én kinderen met autisme parten in hun dagelijks functioneren. Communicatietraining was al onderdeel van het programma in het kinderdagcentrum. In 2005 is communicatietraining verder ontwikkeld als aparte zorgvorm, zowel voor kinderen van de kinderdagcentra als voor kinderen die op school zitten.
K i n d e r- e n j e u g d z o r g
Alledrie beetje bij beetje erin gerold Wim Lenders
Wim Lenders is sinds 3 jaar vrijwilliger bij de kalenderactiviteiten van het GJVW (gespecialiseerd jeugd- en volwassenwerk), de afdeling vrije tijd en vakantie van PSW. In navolging van hem, hebben ook zijn vrouw Diny en dochter
‘Een goede kennis van ons van de wandelclub werkt bij het GJVW. Drie jaar geleden vertelde ze tijdens het wandelen dat er behoefte was aan hulp bij de kalenderactiviteiten. Dat zijn activiteiten die door het jaar heen worden georganiseerd en waarvoor de cliënten zich kunnen opgeven. Ik zei tegen haar: bel maar als je me nodig hebt. Dat heeft ze gedaan. De eerste keer ben ik mee geweest naar Funpop, een groot landelijk popfestival dat jaarlijks wordt georganiseerd. Daarna ben ik nog twee keer mee geweest. Dit jaar waren andere vrijwilligers aan de beurt, want Funpop is een populair uitstapje. Van het een kwam het ander. Mijn vrouw Diny en dochter Linda zijn op een gegeven moment mee gaan doen. Zij draaien ook af en toe mee met de
woensdagavondclub. Daarvoor waren nieuwe vrijwilligers nodig. Zelf ben ik ook voor de eerste keer mee geweest naar de woensdagavondclub. Zo zijn we er langzaam ingerold.Voor ons alledrie geldt: als we kunnen, komen we om te helpen. Het is niet zo dat ik me geroepen voel. Ik wil gewoon iets doen! Dat vind ik leuk. Dit werk en deze mensen zijn compleet nieuw voor mij. Ik heb altijd gewerkt als elektromonteur. In december 2005 ben ik vervroegd gestopt met werken, vanwege een gunstige regeling ten gevolge van een reorganisatie in het bedrijf. Ik heb me sindsdien nog geen dag verveeld. Maar dit doe ik er graag af en toe bij. Het heeft mij verbaasd hoe goed ik
geaccepteerd ben door de gehandicapten. Mensen zijn altijd blij om je te zien. Als je daar komt, zie je lachende gezichten. Ik heb nog nooit iemand lang kwaad gezien. Gister ben ik voor de eerste keer naar de woensdagavondclub geweest, voor een kennismaking. Binnen 5 minuten zie je dat het klikt. Iedereen komt zich voorstellen; niemand stelt vreemde vragen. Je hoort er meteen bij. Het is gewoon: leuk dat je er bent! Dat is voor mij heel veel waard. Laatst ben ik met een groepje mee naar Amsterdam geweest. Ik heb een rijvaardigheidstest gedaan en ben nu bevoegd om het busje te rijden. In Amsterdam hebben we lekker rondgekeken. Je loopt gewoon mee in de groep; probeert iedereen goed in de
gaten te houden, maar veel hoef je niet te doen. Je wordt overal geaccepteerd, als je gaat koffiedrinken enzo. Natuurlijk ga ik alleen mee als het om mensen gaat die geen speciale begeleiding nodig hebben. En er is altijd een beroepskracht bij.’ Ook echtgenote Diny en dochter Linda zijn enthousiast over het vrijwilligerswerk bij PSW. ‘De eerste keer kom je binnen als buitenstaander. Je bent gewend heel anders naar die mensen te kijken. Maar je wordt meteen opgenomen, door de deelnemers, en ook door de andere vrijwilligers en beroepskrachten. Na één keer weet iedereen hoe je heet en wie je bent. Dat had ik nooit gedacht!’
Nieuwe koers dagbesteding ingezet Ans Maessen
Ans Maessen is clustermanager Dagbesteding Roermond en Weert. Daaronder vallen AC Herten, AC Pappelhof in Roermond en AC ’t Zonnehuis in Weert. De cliënten van dagbesteding zijn volwassenen. Zij krijgen dagbesteding in de activiteitencentra of daarbuiten.
‘Belangrijk bij de eigen koers van PSW is de aandacht voor het individu. Binnen de dagbesteding is onlangs een nieuwe koers ingezet, waarbij nog meer dan voorheen wordt ingezet op die ene individuele cliënt: wat wil hij/zij; wat kan hij/zij; en welke begeleiding en activiteiten zijn daarbij nodig? Dat zijn de vragen waar het om draait.
Vroeger was er ook aandacht voor de individuele mogelijkheden en wensen, maar we werkten toch meer vanuit het aanbod, vanuit de mogelijkheden die de locatie bood. In het activiteitencentrum werkten heel veel verschillende cliënten. Hun aantal is de afgelopen jaren sterk gegroeid en we moesten noodmaatregelen treffen. Wel gaat een groeiend aantal cliënten werken buiten
het activiteitencentrum. Intussen heeft ongeveer de helft een (deeltijd)plek buiten het AC, maar een groot deel van hen wil toch in het AC blijven komen. De nieuwe koers betekent dat we zo goed mogelijk proberen de ruimte, de locatie aan te passen aan de zorgvraag. De dagbesteding wordt gesplitst: een locatie met een arbeidsmatig karakter voor cliënten met een lichte en matige
handicap en een locatie met een vormend/activerend karakter voor cliënten met een ernstige handicap of met ernstige gedragsproblematiek. In beide locaties wordt het aanbod verdiept en professioneler aangeboden. Zo mogelijk worden activiteiten die nu verdeeld zijn over verschillende locaties samengevoegd, zoals de kunstactiviteiten en de buitenploegen, zodat activiteiten en expertise gebundeld kunnen worden. De splitsing is onlangs doorgevoerd in Roermond en wordt de komende jaren ook in Weert doorgevoerd, zodra PSW daar de beschikking heeft over een nieuw gebouw. Nu al blijkt in Roermond dat de splitsing een meerwaarde heeft voor beide locaties. In Pappelhof is meer rust en ruimte gekomen, waar de deelnemers veel baat bij hebben. Zo is er bijvoorbeeld een eigen snoezelruimte ingericht, waar de deelnemers de hele week gebruik van kunnen maken. In Herten ligt de nadruk op het arbeidsmatige, maar ook daar kunnen deelnemers veel rustiger hun dagelijks werk doen.Voor de medewerkers betekent deze koers een andere manier van werken. Ook bij hen zijn de eerste geluiden positief. Naast de splitsing van locaties gaat de dagbesteding meer aandacht besteden aan jonge cliënten die geen werkperspectief hebben. Zij stromen in vanuit het onderwijs of de sector Kinder- en jeugdzorg. Voor deze groep wordt een uitgebreide introductiefase opgezet, waarin duidelijk wordt wat PSW hen te bieden heeft. En ook voor hen geldt: dagbesteding afstemmen op de individuele vragen. De eigen koers van PSW past goed bij mij. PSW is een zelfstandige, platte organisatie. De communicatielijnen zijn kort. Het is voor mij als manager makkelijk om zaken over te laten aan medewerkers in de centra. Er is veel ruimte voor zelfstandig werken en er heerst een mentaliteit van: we gaan er met z’n allen voor! Ik ervaar het nog elke dag als prettig om voor zo’n organisatie te werken.’
Dagbesteding voor volwassenen Sectorbeleidsplan dagbesteding
Voorjaar 2005 is het sectorbeleidsplan Dagbesteding uitgebracht. De komende jaren gaat PSW de dagbesteding innoveren. De sector gaat het aanbod uitbreiden en met name verdiepen, en daarmee beter afstemmen op de individuele cliënten. Vermaatschappelijking is daarbij het motto. Steeds nadrukkelijker wordt gekeken wat onze cliënten kunnen betekenen voor de locale samenleving. Dagbesteding gaat een differentiatie aanbrengen in de doelgroep. In grote lijnen worden twee doelgroepen benoemd: cliënten met een licht en matig verstandelijke handicap en cliënten met een ernstige handicap. De dagbesteding van de licht en matig gehandicapte cliënten krijgt een overwegend arbeidsmatig karakter. De dagbesteding van de cliënten met een ernstige handicap en/of een intensieve begeleidingsbehoefte krijgt een overwegend vormend/activerend karakter.
Accommodaties Het aantal cliënten van Activiteitencentrum Pappelhof in Roermond is de afgelopen jaren flink gegroeid. Eind 2004 is gestart met de bouw van een nieuw AC in Herten. In het gebouw wordt tevens het Centraal Bureau gevestigd. Om het gebrek aan ruimte tot eind 2005 op te vangen is de activiteit “industrieel werken” ondergebracht in een tijdelijke dependance in Roermond. Daardoor heeft de leefgroep extra ruimte gekregen in de hoofdlocatie. AC ’t Zonnehuis in Weert heeft ook te maken met een groeiend aantal cliënten en ruimtegebrek. Met de woningcorporatie en de gemeente Weert zijn afspraken gemaakt voor nieuwbouw. De
huidige locatie zal worden verbouwd ten behoeve van de meer begeleidingsintensieve cliënten.
Nieuw AC Herten In de nieuwbouw in Herten is een nieuw Activiteitencentrum opgezet: AC Herten. Samen met AC Pappelhof vormt het de Dagbesteding Roermond. In Pappelhof wordt dagbesteding met een overwegend vormend/activerend karakter geboden; in Herten ligt de nadruk op dagbesteding met een arbeidsmatig karakter.
Groepsbegeleid werken Groepsbegeleid werken voorziet in een grote behoefte van cliënten. Groepsbegeleid werken is met name bestemd voor cliënten die graag buiten de muren van het activiteitencentrum willen werken, maar (nog) niet geschikt zijn om zelfstandig begeleid te werken. Door te werken in groepsverband, met een vaste begeleider, kunnen deze cliënten toch extern werken.
Zorgproject Camillus 5 jaar In januari 2005 bestond het zorgproject Camillus 5 jaar. Destijds ging één cliënt van AC Pappelhof onder begeleiding werken bij verpleeghuis St. Camillus, onderdeel van de Stichting Land van Gelre en Gulick. Anno 2005 werkten er veertien cliënten van AC Pappelhof, op elke afdeling van St. Camillus één. Zij voeren verschillende werkzaamheden uit: van huishoudelijk werk tot ondersteuning van bewoners van het verpleeghuis. Alle veertien worden begeleid door een vaste begeleider van AC Pappelhof.
Philips 5 jaar
AC ’t Zonnehuis gaan vier dagen per week werken in groepsverband, onder begeleiding van een vaste begeleider van PSW. Zij voeren additioneel werk uit: eenvoudige, zinvolle werkzaamheden die een toegevoegde waarde voor Philips hebben.
Ateliers Atelier Biest 24 in Weert en Atelier Via Via in Maasbracht werken in toenemende mate samen. Mooi voorbeeld is de jubileumexpositie “Een eigen koers” die beide ateliers samen voorbereid en ingericht hebben. In 2006 en volgende jaren zal deze samenwerking verder worden uitgebouwd, met als doel een verdere professionalisering van de ateliers.
Seniorengroep Maasbracht Activiteitencentrum Maasbracht heeft een seniorengroep opgericht. De seniorengroep huist 3 dagen per week in een woning op het terrein van het Schippersinternaat in Maasbracht, vlakbij Dr. Engelsoord, een zorgcentrum voor ouderen, waarmee AC Maasbracht samenwerkt.
Dagbesteding cliënten St. Anna Het afschaffen van de ZOM-regeling (zorg op maat) in 2004 heeft gevolgen gehad voor de financiering van de dagbesteding van cliënten die wonen bij St. Anna Heel en dagbesteding krijgen bij PSW. In 2005 heeft St. Anna de financiering van deze dagbesteding afgebouwd. Om de dagbesteding bij PSW te kunnen voortzetten, zijn 10 cliënten overgestapt naar een woonvoorziening van PSW.
In maart bestond het project Philips Weert vijf jaar. Cliënten van
Dagbesteding voor volwassenen
Wo n e n
Sectorbeleidsplan wonen De afgelopen jaren worden gekenmerkt door een groei van het aantal cliënten en het aantal locaties waar cliënten wonen. Specifieke groepen cliënten, zoals ouderen en mensen met een meervoudige handicap, vragen om speciale voorzieningen. Verder is een permanent logeerhuis voor kinderen opgezet en is er vraag van ouders naar woonvoorzieningen voor kinderen. In grote lijnen gaat de sector Wonen door met het zoeken naar passende antwoorden op de vragen van individuele cliënten op het gebied van wonen en, in het verlengde daarvan, het bieden van woonbegeleiding aan de cliënten. Nieuwe woonprojecten voor volwassenen én voor kinderen worden opgezet. Daarbij gaat extra aandacht uit naar specifieke doelgroepen.
•
•
•
•
Huisvestingsplan PSW heeft vanwege de veranderende omstandigheden op de woningmarkt in 2005 een huisvestingsplan opgesteld. PSW opereert als maatschappelijk ondernemer en speelt zo flexibel mogelijk in op de mogelijkheden die de huisvestingsmarkt op dit moment biedt. PSW streeft naar groei. Centraal staat de wens van cliënten om in kleine groepen of alleen te wonen. Daarnaast heeft PSW behoefte aan extra huisvesting voor cliënten op de wachtlijst. In 2005 heeft PSW in nauwe samenwerking met regionale woningcorporaties grote inspanning verricht om tegemoet te komen aan de vragen van de cliënten en van mensen op de wachtlijst. De stand van zaken eind 2005 is als volgt: • Met Woningstichting Roermond (WSR) en Woningvereniging Nederweert vindt overleg plaats over en zijn voorbereidingen getroffen voor de
•
•
•
ver/nieuwbouw van de drie hoofdlocaties van de woonbegeleidingscentra in Nederweert, Heythuysen en Weert. In Heythuysen is een nieuw woonproject van start gegaan: twee woningen voor in totaal dertien personen. De bouw is gerealiseerd door WSR. In Posterholt is een nieuw woonproject van start gegaan: twee woningen voor in totaal dertien personen. De bouw is gerealiseerd door WSR. In Heythuysen zijn de voorbereidingen gestart voor de bouw van een woonproject voor achttien personen (3 x 6). De bouw wordt gerealiseerd door WSR. WSR gaat in Roermond, aan de Lindelaan, een zorgcomplex bouwen van zes verdiepingen. Het gebouw wordt door een loopbrug verbonden met ouderencentrum Roncalli. PSW gaat twee verdiepingen huren, waar in totaal 21 cliënten gaan wonen. Woningvereniging Nederweert is gestart met de bouw van elf éénpersoonsappartementen en een trefcentrum op de locatie Lambertusschool in het centrum van Nederweert. In Weert zijn voorbereidingen getroffen voor de bouw van een woonvoorziening voor 24 personen, nabij de huidige locatie van Activiteitencentrum ’t Zonnehuis. Stichting Wonen Weert gaat in de Looimolenstraat 15 appartementen en een trefcentrum bouwen. De bouw start eind 2006.
Logeerhuis/woonvoorziening kinderen Bij ouders van kinderen en jeugdigen bestaat een groeiende vraag naar goede logeeropvang. Verschillende ouders die gebruik maken van het logeerhuis hebben PSW bovendien gevraagd om een permanente woonplek voor hun kind. In maart 2005 is PSW gestart met een eigen logeerhuis voor kinderen in Horn. In de eerste maanden is
alleen weekendlogeren geboden. In juni is het logeerhuis uitgebreid met doordeweeks opvang en vanaf die tijd heeft het logeerhuis permanente logeeropvang en deeltijd wonen geboden. Eind 2005 heeft PSW een tweede locatie gehuurd, naast het logeerhuis in Horn. De locatie is verbouwd tot een tweede woning voor kinderen. Lange tijd is onzeker geweest of deze tweede locatie gebruikt zou worden als tweede logeerhuis of als permanente kinderwoonvoorziening. Begin 2006 heeft PSW in overleg met het Zorgkantoor besloten om een permanente woonvoorziening voor kinderen op te zetten. Met ingang van mei 2006 gaat deze kleinschalige woonvoorziening voor zeven kinderen van start.
volwassenenwerk, de afdeling vrije tijd en vakantie), voorziet in een grote behoefte van mensen met een verstandelijke handicap aan speciale, laagdrempelige vrijetijdsactiviteiten. Het GJVW draait voor een groot deel door middel van vrijwilligers. PSW heeft beroepskrachten in dienst die de activiteiten coördineren en de vrijwilligers ondersteunen, in totaal circa 1,5 Fte. Het GJVW kreeg daarvoor subsidie van de verschillende gemeenten in de regio. Die subsidie staat onder druk. GJVW is bezig met het ontwikkelen van een nieuwe strategie, als antwoord op de verminderde inkomsten uit de gemeenten.
S e n i o re n g ro e p Woonbege-leidingscentrum Weert In WBC Weert is een leefgroep opgezet voor ouder wordende cliënten. De bewoners van de drie leefgroepen van het WBC zijn intern verhuisd. In de seniorengroep is veel aandacht voor een rustige omgeving en inrichting, en aangepaste activiteiten en dagbesteding.
De Woensdagavondclub van het GJVW bestond 25 jaar. Anno 2005 heeft de club 14 vrijwilligers en 38 deelnemers. Het zilveren jubileum is gevierd tijdens een feestelijke clubavond waarop naast deelnemers en vrijwilligers ook ouders/verwanten en andere betrokkenen waren uitgenodigd. Hoogtepunt van de avond was de huldiging van negen deelnemers die al vanaf de start lid zijn van de club.
Internetcafé’s
Nieuwe tienerclub
In de trefcentra van Woonbegeleidingscentrum Roermond en Woonbegeleidingscentrum Weert zijn internetcafé-voorzieningen ingericht. In Roermond is het internetcafé mede tot stand gekomen dankzij een financiële bijdrage van de Lionsclub Roermond; in Weert is het internetcafé gerealiseerd dankzij een bijdrage van Rotaryclub Land van Horne in Weert. In het trefcentrum van Woonbegeleidingscentrum Heythuysen was in 2004 al een internetcafé gerealiseerd, ook dankzij een bijdrage van Rotaryclub Land van Horne in Weert. De internetcafé’s worden gedraaid door vrijwilligers.
In het voorjaar is het GJVW gestart met een tienerclub in Roermond, met een team van vijf vrijwilligers. Dit als antwoord op de vraag van ouders. De dertien deelnemers zijn allemaal leerlingen van het ZMLKonderwijs (voor zeer moeilijk lerende kinderen).
GJVW Het GJVW (gespecialiseerd jeugd en
Woensdagavondclub 25 jaar
AWBZ kostenverdeling PSW heeft een regeling voor de kostenverdeling AWBZ op papier gezet. De regeling heeft betrekking op de cliënten die begeleiding bij het wonen krijgen. Het gaat om de verdeling van de kosten die wel en die niet onder de dekking van de AWBZ vallen. Aan de ouders/verwanten/cliënten is een brochure toegestuurd: Wie betaalt wat? Kostenverdeling AWBZ. De regeling is in 2006 ingevoerd.
Wo n e n
Combinatieplaats kinderdagcentrum en basisschool Ria Stals, moeder van Noud
Noud Stals is 5 jaar. Noud heeft het syndroom van Down. Drie dagen per week gaat hij naar KDC ’t Brombemke in Sint Odiliënberg. Daarnaast gaat hij twee ochtenden naar de basisschool in zijn eigen dorp, Kelpen-Oler. Daar krijgt hij begeleiding van de Waaier, de ambulante afdeling van de Kinder- en jeugdzorg van PSW.
‘Toen Noud bijna 2 jaar was, kregen we een brief van de peuterspeelzaal dat hij welkom was. Hij is daar 3 schooljaren geweest en het ging ontzettend goed. Hij kwam er al de kinderen uit de buurt tegen.Toen hij de eerste keer ging, kon hij nog niet lopen. Na twee ochtenden liep hij. De peuterspeelzaalleidster heeft zelf een dochtertje met het Downsyndroom. Ook heeft Noud al die jaren ambulante begeleiding gehad van de Waaier. Hij zat daar echt op zijn plaats. Via de peuterspeelzaal en de Waaier hoorde ik over het KDC. Ik dacht eerst dat ik de opvoeding van Noud helemaal zelf kon doen. Ik krijg hem zelf wel groot, dacht ik steeds. Maar na een tijd was ik daar toch niet meer zo kapot van. Mijn man was internationaal chauffeur in die tijd en dus de hele week van huis. Hij vond ook dat we hulp moesten aanvaarden. Achteraf ben ik blij dat ik naar het KDC gestapt
ben. Alleen had ik het nooit gekund. Samen met Noud ben ik naar KDC de Heisterkes in Haelen gaan kijken. Toen ik daar binnenkwam, dacht ik: ja, dit is het! De kinderen, de begeleidsters, de rust; alles zoals het hoorde. Noud liep meteen een groep binnen en ging spelen. Hij wilde het liefst zo met zijn kleren aan het zwembad in. Uiteindelijk is ons aangeraden om Noud in ’t Brombemke te plaatsen, omdat hij daar wat betreft zijn mogelijkheden beter past. Ook daar ben ik gaan kijken en ook daar zag ik: dit is het helemaal! Ik heb hem dezelfde dag aangemeld en hij kon meteen geplaatst worden. Vanaf de eerste dag is het goed gegaan. Zelf ben ik ook enthousiast. De begeleidsters zijn écht geïnteresseerd. In het KDC kon ik eindelijk eens praten met mensen die weten waar ik het over heb. Want ik word soms zo moe dat ik altijd alles
moet uitleggen, als het over Noud gaat. In augustus 2005 is hij gestart op de basisschool hier in het dorp. Hij was de peuterspeelzaal ontgroeid. Bij de school was hij de eerste leerling met een beperking. Het heeft moeite gekost om hem daar geplaatst te krijgen. Pas toen de directeur op de open dag van de peuterspeelzaal zag hoe Noud daar functioneerde, ging de zaak lopen. Nu hij er zit, doen ze ontzettend goed hun best. Hij is meteen geaccepteerd door de kinderen in zijn klas. Bij de wat oudere leerlingen was dat wat moeilijker, maar de school heeft samen met de Waaier in alle groepen voorlichting gegeven en dat heeft veel uitgemaakt. Hij gaat graag naar school, maar toch zou ik het KDC nooit willen missen. Daar zijn ze heel gericht met hem bezig en leert hij veel. De nadruk ligt nu op zijn spraak en op de communicatietraining.
Wat de toekomst voor Noud zal brengen, is nog niet duidelijk. Wij merken dat we af en toe onze verwachtingen moeten bijstellen; dat we soms toch te veel van hem verwachten. Ik ben ook al op de ZMLK-school (redactie: voor zeer moeilijk lerende kinderen) gaan kijken. Een prima school hoor, maar hij is er gewoon nog niet aan toe. Gelukkig mag hij na dit schooljaar nog een jaar in het KDC blijven. Hij vind het daar zo leuk! Hij traint sinds kort ook mee met de “Kabouters” op de voetbalclub en gaat naar de jeugdvereniging, beide hier in Kelpen-Oler. Daar komt hij dezelfde kinderen tegen als op de basisschool. Dat is het voordeel van de combinatie basisschool en KDC. Hij krijgt van beide iets mee. Als ik zie hoe ver hij gekomen is, heb ik er wel vertrouwen in.’
D i t w e r k b l i j f t t re k k e n Petra van de Berg
Petra van de Berg is bij PSW gestart als begeleider. Sinds begin 2005 is ze teamleider Ondersteund Wonen (OW). OW biedt begeleiding bij het wonen aan mensen die zelfstandig wonen, meestal alleen of met z’n tweeën.
‘Het liefst werk ik met mensen met een lichte handicap, met een hoog niveau van functioneren. Bij Ondersteund Wonen kom je bij de mensen thuis. Het is niet zo dat jij het voor het zeggen hebt; dat jij kunt zeggen hoe het moet. Je moet samen met de cliënt kijken naar de hulpvragen. Ondersteuning is vooral gericht op handhaving in de maatschappij. PSW heb ik leren kennen als vrijwilligster. Van 1980 tot 1985 heb ik gewerkt bij de woensdagavondclub in ’t Zonnehuis. Daarna heb ik in Zuid-Limburg gewerkt als begeleidster bij een GVT en later bij Begeleid Zelfstandig Wonen.Toen ik kinderen kreeg, ben ik er een poosje tussenuit
geweest. In 2000 ben ik bij PSW gaan werken, eerst bij een dependance van het WBC en gelukkig vrij snel bij Ondersteund Wonen. Dat werk doe ik graag! Toen ik in 2000 begon bij OW ging het daar over het algemeen om goed begeleidbare mensen. Ze woonden in kleine groepen en wij gingen daar bijvoorbeeld koken en boden ondersteuning bij zaken als de huishouding en persoonlijke verzorging. Vanaf die tijd zijn veel cliënten ingestroomd die veel moeilijker te begeleiden zijn. Naast de licht verstandelijke handicap bestaan vaak andere, complexe problemen, zoals psychische problematiek en financiële
nood en soms zelfs verslaving en kleine criminaliteit. Steeds vaker ook krijgen we daarnaast te maken met een kinderwens. Het gaat om mensen die leven binnen de samenleving, maar snel overvraagd worden. Het netwerk rondom die mensen is meestal niet van dien aard dat daarvan ondersteuning verwacht kan worden. Soms zien cliënten zelf niet dat ze een hulpvraag hebben. Het is voor begeleiders vaak onderhandelen: een beetje winnen en een beetje verliezen. Onze drempel ligt laag. We moeten hun keuzes accepteren, ook als we daar niet achter staan. Vaak zijn wij de enige hulpverleners die nog over de vloer komen. Als wij te principieel zijn, bestaat de kans
dat de cliënt de deur dichtgooit. We moeten soms iets laten lopen, om daarna iets te kunnen doen. Werken met deze groep mensen is af en toe wel zwaar. Je raakt betrokken bij situaties die je moeilijk van je af kunt zetten. Je werkt bijna altijd alleen in een situatie en moet dus zelf soms ingrijpende beslissingen nemen. Kunnen ventileren in het team is dan heel belangrijk. Als teamleider staat mijn deur altijd open. Gelukkig kan ik tijd uittrekken voor goede coaching van de begeleiders. Juist doordat we veel meemaken en op elkaar zijn aangewezen, maakt dat we een heel hecht team vormen. Dit is echt een superteam!’
Kwaliteit
Begeleidingsplannen Basis van planmatig werken is het werken met het individuele begeleidingsplan. Elk kind en elke volwassen cliënt heeft bij PSW een individueel begeleidingsplan. De begeleidingsplansystematiek voor de volwassenenzorg is in 2005 geëvalueerd en wordt begin 2006 aangepast. Spil binnen het werken met begeleidingsplannen is de persoonlijk begeleider. PSW werkt al jaren met één persoonlijk begeleider voor elke cliënt.
Certificering PSW is het traject naar certificering ingeslagen. Het plan is om eind 2006 een opstapcertificaat te behalen en uiterlijk in 2008 het certificaat. De certificering is een logische stap in het proces van kwaliteitszorg dat PSW de afgelopen jaren heeft afgelegd. Bovendien wordt een certificaat in 2008 een voorwaarde voor financiering door het Zorgkantoor. Belangrijke voorwaarde voor certificering is een kwaliteitshandboek. In het kwaliteitshandboek worden alle documenten (procedures, werkprocessen, protocollen, reglementen en richtlijnen) van PSW bijeengezet op basis waarvan de certificering plaatsvindt en die cruciaal zijn voor kwaliteit. In 2005 is gestart met de voorbereidingen voor het samenstellen van het kwaliteitshandboek. In het kader van het kwaliteitshandboek en met het oog op een structurele, transparante manier van werken zijn alle werkprocessen van het Centraal Bureau in kaart gebracht en schematisch vastgelegd met behulp van Visio (een software programma voor stroomprocessen).
PSW gaat het kwaliteitssysteem planmatig toetsen door middel van zogeheten interne audits. In 2005 is een intern auditteam opgericht en geschoold. De eerste ronde auditgesprekken heeft plaatsgevonden in maart 2006.
Evaluatie geboden zorg- en dienstverlening Sedert medio 2002 krijgen ouders tijdens de begeleidingsplanbespreking een “vragenlijst geboden zorg- en dienstverlening” aangeboden. Elke teruggestuurde vragenlijst wordt bekeken door de clustermanager en de teamleider. Als er sprake is van ontevredenheid of klachten bij de ouders/cliënten, wordt dit direct besproken en zo goed als mogelijk verbeterd. Op het niveau van de stichting worden de resultaten verzameld en onderzocht op positieve en negatieve trends. Met ingang van 2005 wordt de vragenlijst op verzoek van de Centrale cliënten/ouder/verwantenraad niet meer uitgereikt bij de begeleidingsplanbesprekingen, maar rechtstreeks toegestuurd aan alle ouders/verwanten; eens per jaar in de Kinderen jeugdzorg en eens per twee jaar in de Dagbesteding voor volwassenen en Wonen. In 2005 is voor de eerste keer een stichtingsbrede cliëntenraadpleging gehouden. De respons was 75 % (van de 710 formulieren zijn er 535 ingevuld en retour gestuurd). Cliënten/ouders/verwanten konden aangeven welke aspecten van de zorg- en dienstverlening ze belangrijk vinden en hoe hun waardering op die aspecten is. Cliënten/ouders/ verwanten geven PSW een ruime voldoende. De stichtingsbrede resultaten zijn begin 2006 verwerkt en bijeengebracht in een samenvat-
tend verslag. Dat wordt besproken in de organisatie en op basis daarvan worden verbeterpunten geformuleerd en uitgevoerd.
FOBO (fouten, ongelukken en bijna ongelukken) PSW brengt elk half jaar een verslag over de FOBO uit. Het aantal FOBO-meldingen is in 2005 sterk toegenomen, van 600 naar 1500 meldingen. Deze toename wordt vooral veroorzaakt door een nieuwe manier van registreren. Voor cliënten die vaak probleemgedrag vertonen, zijn turflijsten gemaakt waarop medewerkers elke uiting van agressie/probleemgedrag kunnen turven, hetgeen veelvuldig gebeurt. Deze cliënten zijn verantwoordelijk voor tweederde deel van alle meldingen op het gebied van agressie/probleemgedrag. Daarnaast is in 2005 de mogelijkheid gestart om “aangrijpende gebeurtenissen” te registreren. Scholing en training van medewerkers ter preventie van/ omgaan met agressie blijft van groot belang en hieraan zal de komende tijd de nodige aandacht worden besteed.
Protocollen Eind 2005 waren alle protocollen van PSW geëvalueerd en bijgesteld. Van alle protocollen is een korte samenvatting gemaakt voor dagelijks gebruik door medewerkers. In 2006 wordt een brochure samengesteld waarin alle protocollen kort worden beschreven.
Cliëntenvertrouwenspersoon De cliëntenvertrouwenspersoon heeft een geanonimiseerd jaarverslag 2005 opgesteld. Zij heeft verschillende vragen om informatie en ondersteuning van cliënten naar tevredenheid afgehandeld.
Kwaliteit
Medewerkers Personeelsbeleidsplan
In 2005 zijn conform planning een aantal belangrijke actiepunten uit personeelsbeleidsplan 2002 – 2007 gerealiseerd. Naast de jaarlijkse activiteiten zoals het opzetten van een Arbo-jaarplan en een opleidingsplan, zijn de volgende actiepunten ter hand genomen en afgerond: • formuleren van beleid m.b.t. de opvang werknemers die een ingrijpende gebeurtenis hebben meegemaakt en het opzetten van een protocol hiervoor; • herziening van de gedragscode voor werknemers; • herziening van de informatiemap voor nieuwe medewerkers, in het kader van de introductie; • opstellen van een verkorte versie van de privacyregeling voor werknemers in brochurevorm.
Opvang van werknemers na ingrijpende gebeurtenissen PSW vindt het belangrijk dat werknemers die tijdens het werk een ingrijpende gebeurtenis hebben meegemaakt, goed opgevangen worden en waar nodig ondersteuning krijgen om deze ervaring te verwerken. De procedures die PSW hanteert en de concrete vormen van ondersteuning die geboden kunnen worden, zijn toegelicht in de notitie ‘Ingrijpende gebeurtenissen’. Er is een consultatieteam voor ondersteuning opgericht, waartoe medewerkers en leidinggevenden zich kunnen wenden.
Fysieke belasting De notitie ‘Fysieke belasting’ is herzien en op bepaalde punten aangescherpt. Ook zijn er praktijkrichtlijnen toegevoegd voor verschillende functiegroepen; deze richtlijnen moeten medewerkers helpen risicosituaties te herkennen en te vermijden.
Privacyregeling
Eind 2005 is een brochure uitgebracht waarin de meest essentiële punten van de privacy regeling voor werknemers kort samengevat zijn. De uitvoering van bovengenoemde punten betekent dat het ‘personeelsbeleidsplan 2002-2007 nu voor 77% gerealiseerd is: van de oorspronkelijke 66 actiepunten, zijn er 51 uitgevoerd. In 2006 komen twee belangrijke aspecten van het plan aan bod: het opstellen van een formatieplan en een beleidsnotitie over leeftijdsbewust personeelsbeleid.
Arbo-wet In juli 2005 is de Arbowet gewijzigd. Op basis van deze wijzigingen heeft PSW een aantal keuzes gemaakt over voortzetting van het arbobeleid. Zo zijn er eind 2005 drie preventiemedewerkers benoemd: één preventiemedewerker voor risico’s op het gebied van fysieke belasting, één voor psychische belasting en één voor algemene arbozaken, tevens coördinator van het arbobeleid. Daarnaast heeft PSW besloten om het contract met de arbodienst te continueren, hoewel dit volgens de wet niet meer verplicht is. PSW heeft altijd veel gedaan om de arbeidsomstandigheden zo gunstig mogelijk in te richten en het verzuim laag te houden en wil dit beleid voortzetten.
Ziekteverzuim PSW besteedt veel aandacht aan preventie van arbeidsgerelateerd ziekteverzuim. Het ziekteverzuim lag in 2005 op 4,2 %, een daling ten opzichte 2004 (4,7 %). De daling wordt veroorzaakt doordat drie langdurig zieke medewerkers in 2006 weer hersteld zijn en aan het werk gegaan. De WAO instroom bedroeg in 2005 0,0 %.
ID-banen De ID-regeling (in- en doorstroombanen) wordt afgebouwd.
De afbouwregeling is door drie gemeentes zelf bepaald en vastgelegd en bij één gemeente is de afbouwregeling in samenwerking met de stichting tot stand gekomen. De afbouwregeling die door gemeentes is bepaald, bestaat uit een trapsgewijze vermindering van de loonkostensubsidie over een periode van twee jaar. De afbouwregeling met de vierde gemeente verschilt per medewerker. Begin 2005 had PSW elf ID-medewerkers in dienst; eind 2005 nog tien. In de loop van 2005 is één ID-medewerker op basis van een regulier dienstverband bij de stichting in dienst gekomen. Van twee van de tien is bekend dat de ID-aanstelling in 2006 wordt omgezet in een regulier dienstverband binnen PSW.
Invoering gramma
salarispro-
Het contract met het externe bureau dat de verwerking van de salarissen verzorgt, is in 2005 verlengd voor een periode van 3 jaar. Vanaf 2006 gaat PSW werken met een nieuw salarisprogramma dat de nodige informatie voor het verwerken van de salarissen direct kan lezen uit het personeelsinformatiesysteem en het roosterprogramma. Hierdoor zal de salarisverwerking sneller, efficiënter en betrouwbaarder worden. In 2005 is gestart met de voorbereidingen. De noodzakelijke gegevens voor de correcte verwerking van de salarissen moesten handmatig worden ingevoerd en gecontroleerd. Vanaf 2006 gaat de afdeling P&O een groter deel van de administratieve taken met betrekking tot de verwerking van de salarissen zelf uitvoeren; om dit mogelijk te maken is er een nieuwe medewerker voor deze taken benoemd per oktober 2005. Deze medewerker zal ook zorg dragen voor de uitvoering van de levensloopregeling die per januari 2006 ingevoerd wordt.
Medewerkers
Je bewandelt nooit de gewone weg Jo en Joke Beulen, ouders van Susan
Susan Beulen is een jonge vrouw van 27 jaar. Sinds haar twintigste gaat ze overdag naar AC Pappelhof. Van daaruit werkt ze vijf dagen per week onder begeleiding bij Sint Camillus, een verpleeghuis in Roermond. Eind 2005 is ze uit het ouderlijk huis verhuisd naar een woonvoorziening van PSW in Posterholt.
‘Vanaf de eerste dag ging het goed op de Pappelhof. Ze heeft eerst stage gelopen bij verschillende activiteiten en daarna op verschillende activiteiten gewerkt.Vijf jaar geleden ging ze voor het eerst werken bij Camillus. Susan was al vaak op Camillus geweest. Vóór het project begon, woonde haar opa daar. Susan had een heel nauwe band met haar opa, dus ze ging er vaak heen. Ze zei altijd: “Hier wil ik werken”. Ze wilde ook al heel vroeg verpleegster worden. Wij zeiden tegen haar: “Zeg dat toch eens tegen Ans (redactie: Maessen, clustermanager).Toen het project doorging, was zij er meteen bij! Ze werkt al vijf jaar op dezelfde verpleegafdeling. Wij vragen wel eens: “Wil je niet wat anders?” Maar ze wil het liefst werken met bejaarden. Ze wil graag vertroetelen en verzorgen. Dat kan ze goed; dat heeft ze echt in zich.
Eind 2005 is Susan verhuisd. Ze woont nu in Posterholt, in een groep met 7 deelnemers van Pappelhof en ernaast wonen andere deelnemers van Pappelhof. De verhuizing kwam voor haar en voor ons heel snel. We gingen in september 2004 naar een informatieavond van Pappelhof over wonen. We wilden eens kijken hoe dat werkt. We maakten een afspraak met de trajectbegeleider van PSW en kwamen, vrijblijvend, op de lijst voor Posterholt. Twee weken later bleek dat ze geplaatst kon worden. Het was een moeilijke beslissing. Voor ons hoefde ze nog niet weg en voor haarzelf ook niet. Maar als we zouden wachten, zou ze misschien met vreemden moeten gaan wonen en bij dit woonproject kende ze alle bewoners via Pappelhof. Het is voor haar heel belangrijk om bekenden om zich heen
te hebben. Daar heeft ze steun aan. Bovendien kan er met ons ook iets gebeuren en dan zou ze ad hoc ergens moeten gaan wonen.We hebben besloten dat ze zou verhuizen. Daarna is alles heel snel gegaan. We hebben geprobeerd haar zo goed mogelijk te laten wennen aan de verhuizing. We zijn vaak gaan kijken naar de bouw. Je moet zo’n stap wel intensief begeleiden. Dat geldt voor alles bij een kind als Susan.Als ouders bewandel je nooit de gewone weg. De broer van Susan is ook uit huis gegaan, maar dat is hiermee niet te vergelijken. Voor Susan blijven we altijd de verantwoording dragen. In de dagbesteding bij Pappelhof hebben we véél vertrouwen. Zij kennen Susan goed, weten wat ze nodig heeft
en spelen daar op in. Het vertrouwen in de woonsituatie moet nog groeien. Susan heeft daar haar plekje wel gevonden. Wij gaan er elke week op woensdagavond naar toe en het weekend komt ze thuis. Ze gaat er zeker niet met tegenzin naar toe. Maar ze vraagt wel altijd: “Jullie komen me zaterdag toch wel halen?” Voor ons is het best een moeilijke tijd. Wat wij haar gegeven hebben, kunnen anderen haar nooit bieden. Daar moeten we aan wennen en zij ook. We zien het zo: haar woonsituatie is een beetje een puzzel. Langzaam moeten de stukjes in elkaar passen. Maar dat kost tijd en doet pijn. Toch we hebben geen spijt van de keuze. Beter nu, op deze manier, zodat ze langzaam kan wennen, dan later in minder prettige omstandigheden.’
Ik ben helemaal anders geworden Marion Aelmans
Marion Aelmans werkt sinds eind 2005 aan de receptie van het nieuwe Centraal Bureau/Activiteitencentrum Herten. Zij bedient de telefooncentrale, ontvangt bezoekers en doet af en toe secretariaatswerkzaamheden. Sedert april 2006 werkt ze aan de receptie samen met Diana Burhenne, cliënt van AC Herten.
‘Dat is ‘m! dacht ik toen ik de advertentie zag waarin een receptioniste/ telefoniste werd gevraagd voor PSW. Samen met mijn buren heb ik de brief geschreven. Ik woon naast de ouders van Debbie Dieteren. Debbie gaat al jaren naar AC Pappelhof en zij woont sinds kort in een woonvoorziening van PSW in Melick. Toen ze nog bij haar ouders woonde, heb ik veel met haar opgetrokken en ben ik zelfs haar oppas geweest. Ik ben een keer bij haar op bezoek gegaan in haar nieuwe woning in Melick en was onder de indruk van de dingen die ik zag. Een van de begeleidsters zei tegen mij dat ze verbaasd was dat
ik nooit echt met verstandelijk gehandicapte mensen had gewerkt. Dat bleef in mijn hoofd hangen. Met uitzondering van de 3 jaar na de geboorte van mijn zoon, heb ik altijd gewerkt. Ik ben graag tussen de mensen. Eerst heb ik 10 jaar bij een bank gewerkt; daarna ruim 8 jaar bij een commercieel bedrijf in Roermond, als receptioniste/telefoniste. Op een gegeven moment voelde ik me daar niet meer echt op mijn plek. Ik ben niet meer zo piepjong en had het idee dat ik eens iets anders moest gaan doen. Maar haast had ik daar niet mee. Toen kwam ik
in de krant de advertentie tegen van PSW. Ik was helemaal blij! Nadat ik de brief had ingestuurd, heb ik eens gebeld. Er bleken maar liefst 650 mensen te hebben gereageerd. Dat kan ik vergeten! Dacht ik. Maar gelukkig ben ik uitgenodigd voor een gesprek en aangenomen. En sindsdien is er een nieuwe wereld voor me opengegaan. De hectiek van het zakenleven is voorbij. Hier mag ik met mensen werken. De sfeer is heel anders dan ik gewend ben; warm en menselijk. Medewerkers hebben hier tijd voor de cliënten en elkaar; er wordt naar
elkaar geluisterd. Als iemand een mening of idee heeft, wordt daar iets mee gedaan! Het werk hier bevalt me echt goed. Ondanks dat ik hier meer uren werk dan vroeger, ben ik veel rustiger geworden. Thuis merken ze dat aan me. Ik heb nu weer tijd voor mijn hobbies. En mijn zoon van 10 jaar zei laatst tegen mij: “Mama, je lacht veel meer dan vroeger!” Dat vind ik een groot compliment; voor mijzelf en voor PSW. Misschien zou ik ook iets moeten verzinnen dat niet zo positief is. Maar ik kan gewoon geen kritiek bedenken.’
PSW in cijfers: overzicht cliënten PSW sector dagbesteding
AC Pappelhof AC Herten Soos Roermond AC ‘t Zonnehuis Soos Weert AC Maasbracht Bureau Begeleid Werken totaal sector dagbesteding
bezetting per 31.12.2005 bezetting per 31.12.2005 bezetting per 31.12.2005 bezetting per 31.12.2005 bezetting per 31.12.2005 bezetting per 31.12.2005 bezetting per 31.12.2005
059 071 051 110 017 109 028 445
KDC 't Brombemke KDC de Heisterkes
bezetting per 31.12.2005 bezetting per 31.12.2005
De Waaier
aantal cliënten per 31.12.2005 PG AB VHT Thuiszorg
046 043 001 037 014 009 059
waarvan 1 PGB PO/SW-regeling
sector kinder- en jeugdzorg
Vrijetijdsbesteding: Zaterdagclub 019 Woensdagmiddagclub 003 231
totaal sector kinder- en jeugdzorg
waarvan 2 PGB speltherapie waarvan 5 PGB waarvan 3 PGB waarvan 10 PGB
waarvan 7 PGB
sector wonen
WBC Roermond WBC Weert WBC Heythuysen weekendlogeren WBC Nederweert totaal sector wonen
bezetting per 31.12.2005 bezetting per 31.12.2005 bezetting per 31.12.2005 bezetting per 31.12.2005 bezetting per 31.12.2005
114 067 078 033 075 367
waarvan 2 PGB waarvan 4 logés waarvan 4 PGB en 3 logés waarvan 6 PGB waarvan 1 PGB en 7 logés
Leeftijdsopbouw cliënten per sector
Ve r v o l g : l e e f t i j d s o p b o u w c l i ë n t e n p e r s e c t o r
Met mij gaat het prima Kees Hens
Kees Hens is 40 jaar. Hij woont in Roermond bij zijn ouders. Hij werkt twee dagen per week in Atelier no 37 in Roermond, twee dagen in atelier Biest 24 in Weert en één dag in de computeractiviteit in AC Herten. Kees Hens was één van de kunstenaars die werk heeft gemaakt voor de jubileumexpositie van PSW. Het thema van het jubileum en de expositie was: mijn eigen koers in het leven. Kees Hens vertelt over zijn leven.
‘Eerst ben ik op de Herman Broerenschool geweest (voor zeer moeilijk lerende kinderen). Daar was het leuk. Daarna ben ik in het atelier in Weert en Roermond gaan werken. In de Biest schilder ik. Ik schilder met pastelkrijt of acrylverf of wascokrijt en soms ook met olieverf. Ik schilder op papier of op doek. De ene keer schilder ik iets wat ik zelf bedenk. De andere keer zeggen ze wat ik moet schilderen en dan maak ik iets uit een boekje. Dat is zo afgesproken, ook met mijn vader en moeder. Mijn moeder zegt tegen Vicky (Vicky Vinken, persoonlijk begeleider van Kees Hens): “Jullie moeten hem maar achter de veren zitten!” Ik kan alles schilderen. Ik schilder graag het koningshuis en de zon en de jaargetijden en dieren en artiesten; van alles. Ik schilder ook graag Astrid. Zij is mijn vriendin. Ik ben verliefd op haar en ik wil later met haar trouwen. Ik ken haar
van de Biest. Daar schildert zij ook en daar kom ik haar tegen. In atelier no 37 teken ik op de computer. Ik heb dat geleerd bij Act in Roermond (computer cursussen voor mensen met een verstandelijke handicap). Ik heb kaarten gemaakt van het stadhuis in Roermond, de Roerbrug en het Munsterplein. Die worden verkocht in de winkel aan de Zwartbroekstraat. In AC Herten werk ik op de computerafdeling. Ik typ daar vaak: stukjes die ik over moet typen en ook geschreven briefjes. En daar maak ik soms ook kaarten op de computer. Ik vind het op alle drie de plaatsen leuk werk. Dat blijf ik doen! Thuis bij mijn vader en moeder heb ik een appartement: een televisie, een bed, een eigen computer, een videorecorder en een DVD-speler. Ik heb ook
nog ouderwetse singeltjes en LP’s. Die draai ik op de pick-up. Ik heb veel platen van BZN. Daar ben ik fan van. Ik heb twee zussen en een broer, maar die wonen ver weg. Ze komen wel eens op bezoek bij ons. In mijn vrije tijd luister ik vaak naar muziek. En ik heb een hometrainer, om op te fietsen. Ik woon daar fijn.Wat ik zelf nog wil zeggen over mijn eigen leven? Met mij gaat het prima!’ Vicky Vinken, persoonlijk begeleider van Kees Hens en begeleider atelier Biest: ‘Kees Hens is een charmante, sociaal behulpzame man. Hij zal altijd bijspringen als dat nodig is, bijvoorbeeld om koffie te zetten of een andere deelnemer te helpen. Hij kan overal echt van genieten. Kees Hens is intussen een doorgewinterde kunstenaar in atelier Biest
24. In de loop der tijd heeft hij een geheel eigen figuratieve stijl ontwikkeld. Hij werkt regelmatig aan opdrachten en heeft de afgelopen jaren veel geëxposeerd. Aan zijn schilderijen is duidelijk te zien dat hij zijn werk met plezier doet. Hij kan heel mooie dingen maken. Maar als het aan hemzelf ligt, schildert hij alleen nog hartjes voor Astrid en dat soort dingen. Hij weet dat trouwens wel van zichzelf en zijn ouders ook. Vandaar dat we in het kader van zijn individueel begeleidingsplan hebben afgesproken dat hij de ene keer iets zelf kan bedenken en de volgende keer iets in opdracht maakt. Anders zou hij zich niet meer ontwikkelen en dat zou jammer zijn!’
We r k e n b i j P S W h e e f t m i j veel goeds opgeleverd Elly Vullers
Elly Vullers werkt ruim 12 jaar bij Activiteitencentrum Maasbracht. Ze begon als stagiaire, werd later invalkracht en kreeg ten slotte een vaste baan als begeleider. Medio 2006 stapt ze over van keramiek naar de seniorengroep van AC Maasbracht, die gevestigd is in een woning op het terrein van het schippersinternaat.
‘Na mijn schooltijd heb ik de opleiding KVJV gevolgd (kinder- en jeugdverzorging). Ik heb 13 jaar gewerkt op een peuterspeelzaal. Vanwege persoonlijke omstandigheden ben ik daarmee gestopt en heb ik 6 jaar allerlei verschillende dingen gedaan. Daarna ben ik de deeltijdopleiding Activiteitenbegeleider gaan volgen in Eindhoven. Daarvoor had ik een stageplaats nodig voor 20 uur. Via een kennis had ik gehoord van AC Maasbracht. Daar ben ik gaan werken, eerst als stagiaire en later als invalkracht. Ik ben die eerste jaren steeds op zoek geweest naar een vaste baan, maar die was er niet. Toch was Maasbracht wel de plek voor mij. Ik voelde me daar geborgen en thuis. De contacten waren warm en er was veel humor. Ik ging me ook steeds beter voelen bij de begeleiding van de deelnemers. Na 5 jaar kwam er een vacature vrij bij
tekenen/schilderen en die heb ik gekregen. Het was de tijd vlak voor de verhuizing van een deel van het AC naar De Spil. Tekenen/schilderen zat tijdelijk in een porto cabin, naast het gebouw. Die porto cabin hadden we “huisje zeldenrust” genoemd. Dat was een leuke tijd. Bij de verhuizing naar De Spil ben ik overgestapt naar keramiek en dat heb ik de afgelopen 6 jaar gedaan. Het was een leuke groep deelnemers, we konden lekker werken met klei en er waren af en toe markten. Twee jaar geleden heb ik aangegeven dat ik graag een loopbaantraject wilde volgen. Ik zat niet zo lekker in mijn vel en op De Spil liep het niet altijd zoals ik wilde. Dat traject heb ik vorig jaar gelopen en daar heb ik heel veel aan gehad. Onder externe begeleiding heb ik aandacht kunnen besteden aan wat het best bij mij past en waar ik goed in
ben. Daar is uitgekomen dat ik toch het liefst wil werken met mensen met een verstandelijke handicap. Ik ben blij dat PSW me de mogelijkheid van externe begeleiding heeft geboden. Mede daardoor heb ik weer geleerd wie ik ben; sta ik weer met de voeten op de grond. Ik werk nog steeds graag bij PSW en ook bij AC Maasbracht. De band met Maasbracht is gelukkig wel wat losser, wat gezonder geworden. Ik heb niet meer het idee dat ik ergens anders niet op mijn plaats zou zijn. Ook dat komt mede door de externe begeleiding die ik heb gekregen. Ik ga nu overstappen naar de seniorengroep. Ik merk dat keramiek fysiek te zwaar voor me wordt en ik ben toe aan iets nieuws, aan verandering van omgeving. Ik verheug me op de nieuwe plek. Het is een
rustige, gesloten groep waar ik lekker kan werken met mensen. Onze deelnemers een fijne oude dag bezorgen; dat past bij mij! Ik werk parttime, 2,5 dag per week, en dat blijf ik ook in de seniorengroep doen. Ik wil genoeg tijd hebben voor andere belangrijke dingen in het leven en vooral voor de mensen die me dierbaar zijn. Ik ben een familiedier; ik houdt ervan om goed voor mensen om me heen te zorgen. Toen mijn vader enkele jaren geleden ziek was, ben ik veel bij hem geweest. Nu mijn moeder ouder wordt, vind ik het fijn om voor haar te zorgen. Dat vind ik zó waardevol! En ik wil ook genoeg tijd overhouden voor mezelf; eens lekker wandelen en genieten. Dat gaat prima samen met mijn werk in de seniorengroep, denk ik. De overstap voelt goed; ik heb er zin in!’
PSW in cijfers: medewerkers
Totaal: 500 medewerkers 323,16 FTE’s
Totaal PSW: 2003 - 4,5 2004 - 4,7 2005 - 4,2
PSW in cijfers: balans per 31 december 2005 Activa
31-12-2005 €
€
31-12-2004 €
Materiële vaste activa
263.038
193.727
8.581.878
5.444.247
-
40.781 8.844.916
Collectief gefinancierd gebonden vermogen Niet-collectief gefinancierd vrij vermogen
€
€
615.707
599.331
-
-
182.868
1.147.299
Financieringstekort
798.575
Totaal
9.643.491
3.113.811
2.739.458
56.290
38.786
5.678.755
Vlottende activa
Liquide middelen
€
31-12-2004 €
Eigen vermogen
Financiële vaste activa
Vorderingen en overlopende activa
31-12-2005
€
Vaste activa Immateriële vaste activa
Passiva
3.170.101
2.778.244
Egalisatierekening afschrijvingen
318.853
266.571
voorzieningen
714.217
804.675
Langlopende schulden
945.970
998.579
Kortlopende schulden en overlopende passiva 1.746.629
7.425.384
Financieringsoverschot
1.911.633
Overige kortlopende schulden en overlopende passiva
2.582.718
Totaal
843.229
1.734.085 4.494.351
2.577.314
9.643.491
7.425.384
re s u l t a t e n re k e n i n g o v e r 2 0 0 5 werkelijk 2005 €
€
werkelijk 2004 €
€
Bedrijfsopbrengsten Wettelijk budget voor aanvaardbare kosten en/of subsidies
16.381.274
14.203.236
Correcties voorgaande jaren Wettelijk budget
47.701
-
Overige bedrijfsopbrengsten
1.927.272
2.008.189
Som der bedrijfsopbrengsten
Bedrijfslasten Personeelskosten
13.104.007
Afschrijvingen op immateriële en materiële vaste activa Overige bedrijfskosten Som der bedrijfslasten
16.211.425
18.356.247
11.894.370 645.019
4.141.182
737.438 3.103.304
17.890.208
15.735.112
466.039
476.313
Financiële baten en lasten
-74.183
-123.654
Resultaat
391.856
352.659
Langzaam de zorg en verantwoording overgenomen Nelly Pijls-Veugelers en Willie Naus-Veugelers
Henk Veugelers werd in 1959 geboren als vierde kind in een gezin van vijf. Hij heeft het syndroom van Down. Hij gaat al ruim 25 jaar naar AC ’t Zonnehuis. Sinds 2000 woont hij in WBC Heythuysen, eerst in de hoofdlocatie, daarna in de Graaf van Loonlaan en sinds september 2005 in de Dorpsstraat. Zijn ouders zijn beiden overleden. Zijn zussen Nelly en Willie zijn beiden bewindvoerder en hebben de zorg voor broer Henk langzaam van hun ouders overgeno-
‘Henk heeft tot z’n tweeënveertigste thuis bij onze ouders gewoond. Pap zei altijd: “Hij blijft hier tot ik niet meer voor hem kan zorgen.” Onze moeder wilde hem ook niet uit huis plaatsen, maar was daar toch iets nuchterder over. Zij kon zich best voorstellen dat hij ergens anders ook goed kon wonen, toen zijzelf wat ouder werden. Als Henk er niet was geweest, hadden wij een heel ander gezin gehad. Wij zorgden allemaal voor hem; namen hem overal mee naar toe. In die tijd werd nog niet openlijk gesproken over mensen met een handicap. Als je met hem ging wandelen, keek iedereen naar je. Toch gaven we daar niks om. Hij hoorde er gewoon bij en iedereen was gek op hem. Hij is door ons allemaal erg verwend geworden. Dat is trouwens nog zo. Niemand kan hem
iets weigeren, ook onze mannen niet en onze kinderen. Hij kan ook zo stilletjes genieten van alles! Toch was het niet altijd gemakkelijk. Henk heeft een opvliegend karakter.Wij hoorden vaak: “Zeg dat maar niet tegen Henk, want dan wordt hij kwaad.” We moesten altijd rekening met hem houden. Henk ging vanaf 8 jaar naar de Herman Broerenschool (voor zeer moeilijk lerende kinderen) in Roermond. Rond zijn achttiende kwam hij in ’t Zonnehuis. In het begin had hij daar moeite mee. Hij heeft altijd tijd nodig om ergens te wennen en hij was het liefst gewoon thuis. Maar na verloop van tijd was hij graag daar en dat is nog zo. Hij heeft verschillende dingen gedaan: matten geknoopt, onder begeleiding gewerkt in de snoepfabriek. Nu
werkt hij 3 dagen per week bij Coko (computer- en kopieeractiviteit) en 2 dagen per week gaat hij schilderen in atelier Biest 24. Begin 2000 moest hij plotseling verhuizen. Onze ouders kregen allebei longontsteking en konden niet meer voor hem zorgen. Gelukkig kon hij in WBC Heytse terecht en kreeg daar een crisisplaats. Dat was niet leuk, voor niemand. Gelukkig ging het goed en voelde hij zich vrij snel thuis in het WBC en later in de Graaf van Loonlaan. Hij heeft fijne mensen om zich heen en gaat vaak naar “het cafeetje” in het trefcentrum. Hij komt ook veel bij ons, met verjaardagen en feestdagen. Dan kan hij zo lekker genieten van zijn koffie en zijn biertjes! In 2005 is hij verhuisd naar een nieuw woonproject in de Dorpsstraat. Daar
wilde hij eigenlijk helemaal niet naar toe. In het begin ging het daar niet goed met hem. Hij moest echt wennen aan het nieuwe huis en vooral aan de nieuwe begeleiding en andersom ook. We zijn daarover gaan praten met de begeleiding. Gelukkig gaat het nu weer wat beter! Onze ouders zijn overleden, mam in 2001 en pap in 2004. Wij hadden de zorg en verantwoording al eerder overgenomen. Dat was voor ons eigenlijk heel gewoon. Wij wonen allebei dicht in de buurt en Henk hoort bij ons. Als we maar zien dat het goed met hem gaat. Als je hem zo ziet zitten; dan lacht hij in zichzelf en zegt niks; dan zie je dat hij het naar zijn zin heeft. Maar evengoed blijf je je altijd zorgen maken.’
Mijn hart ligt bij de zorg Tiny van Kimmenade
Tiny van Kimmenade werkt bijna 12,5 jaar bij PSW. Ze is assistent-begeleider in “groep vijf” van AC ’t Zonnehuis, een leefgroep voor jong volwassenen met een meervoudig complexe handicap (MCG). Daarnaast werkt ze voor de Waaier, de ambulante afdeling van Kinder- en jeugdzorg, als begeleider gespecialiseerde thuiszorg, bij een kind thuis.
‘Vanaf het begin heb ik gewerkt in ‘groep vijf”. Eerst was ik begeleidster. In de loop der jaren zijn de taken van de begeleiders uitgebreid. Er zijn veel meer besprekingen en schrijfwerk bijgekomen. Daar ligt niet mijn passie. Die ligt bij de zorg, bij het verzorgen. Toen de gelegenheid zich voordeed, ben ik overgestapt van begeleidster naar assistent-begeleidster. Nu kan ik de hele dag het werk doen waar mijn hart ligt. Ik heb bewust gekozen voor de MCG-groep. Ik geniet van de éénop-één momenten met de deelnemers tijdens de verzorging. Niks afraffelen, maar rustig de tijd nemen voor elke cliënt. Contact met deze mensen is niet vanzelfsprekend; het moet van ons komen. Het is mooi om na te kunnen denken over eventuele
gedragsproblemen bij deze deelnemers; hoe kan ik dat voorkomen? Je kunt veel van jezelf in dit werk leggen! Ik werk in een heel prettig team: een fulltime begeleidster, behalve mij nog een parttime assistentbegeleidster en een BBL-leerling (beroeps begeleidende leerweg). We zijn goed op elkaar ingewerkt. Ik probeer goed te luisteren naar hun mening en aanpak. Als je zo lang hetzelfde werk doet, bestaat de kans dat je dingen niet meer ziet of steeds dezelfde aanpak kiest. Dat probeer ik te voorkomen. Toen ik assistent-begeleider werd, kreeg ik minder uren. Maar er was wel de mogelijkheid om in de gespecialiseerde thuiszorg te werken. Ook daar heb ik gekozen voor een situatie waarin ik veel zorg kan
bieden. Ik heb een vast gezin. Daar kom ik voor Vera. Zij is 13 jaar en gaat overdag naar KDC de Heisterkes. Ik ga om de week met haar zwemmen en daarnaast heb ik een oppasfunctie. De werktijden zijn heel variabel. Af en toe ga ik ’s avonds oppassen en soms ook een heel weekend. Ook van dat werk geniet ik echt. Ik kan echt alle tijd besteden aan Vera! AC ’t Zonnehuis krijgt over een paar jaar een nieuwe vestiging. Dan gaat er veel veranderen. Waarschijnlijk blijven de deelnemers die veel zorg nodig hebben hier in ’t Zonnehuis en gaan de cliënten die wat minder zorg nodig hebben naar het nieuwe gebouw. Die plannen staan nog in de kinderschoenen. Ik vind het mooi om daar aan mee te mogen werken, mee na te
denken over hoe het gaat worden. Misschien is die verandering voor mij wel een goed moment om eens te switchen. Ik vraag me soms af of het wel goed is om zo lang in dezelfde groep, bij dezelfde mensen te werken. Van de andere kant zijn de deelnemers er wel bij gebaat dat er niet veel wisselingen zijn geweest. Ik voel me er wel zelf nog steeds heel lekker in. Er gebeuren zo veel kleine dingen op een dag; het blijft dynamisch werk. Ik werk 21 uur per week in ’t Zonnehuis en heb een dienstverband van minimaal 3 uur per maand bij de Waaier. Parttime werken is ook een bewuste keuze. Anderhalf jaar geleden heb ik een zoontje gekregen. Op deze manier kan ik blijven werken en toch genoeg tijd aan hem besteden. Dat is belangrijk voor mij!’
Voor de cliënten en voor mezelf Jo Heijmans
Jo Heijmans werkt bijna 5 jaar als vrijwilliger bij het trefcentrum van WBC Weert. Het vrijwilligerswerk doet hij naast zijn fulltime baan bij een firma die stansvormen maakt (messen om bijvoorbeeld doosjes te stansen). Om de week is hij op maandagavond in het trefcentrum te vinden en ongeveer één keer per maand op zaterdagvond.
‘Het WBC en het trefcentrum heb ik leren kennen via een collega van mijn werk. Tijdens een gesprek kwam mijn karakter ter sprake. Ik ben een type dat moeilijk zaken kan relativeren. Ik wil alle problemen van de wereld oplossen. Dat lukt natuurlijk niet! Mijn collega zei: “Ik heb wat voor je.” Hij werkte als vrijwilliger in het trefcentrum in Weert. Ik ben een paar avonden met hem mee gegaan en daar ging een wereld voor me open. Ik heb mezelf aangemeld als vrijwilliger. Om de week ben ik er maandagavond van kwart voor vijf tot acht uur. Dan ben ik vooral een luisterend oor voor alle mensen die
in het trefcentrum komen eten. Iedereen heeft van alles te vertellen en ik heb tijd om te luisteren. Ongeveer één keer in de maand werk ik op zaterdagavond, tijdens de disco-avond: plaatjes draaien, lekker chips op tafel, spelletje darten. Af en toe ga ik mee met een uitstapje, bijvoorbeeld naar Funpop of wandelen in het bos en daarna eten. Ik realiseer me wel dat ik de mensen op de leukste momenten meemaak. Ik kan alles van ze hebben en tolereer meer dan de begeleiders. Die hebben een andere rol. Ik ben er om de mensen een leuke tijd te bezorgen. Als er problemen zijn, luister ik wel. Ik
verplaats me in de andere persoon, maar ik probeer niet echt iets op te lossen. Dat lukt niet! In het begin wist ik totaal niet wat me te wachten stond. In het WBC zeiden ze: “Volg je hart maar, dan gaat het bijna altijd goed”. Langzaam maar zeker heb ik de mensen leren kennen en zij mij. In mijn ogen zijn het allemaal vrienden; de een nog meer dan de ander. Ze zijn iets voor me gaan betekenen. Ze zeuren niet zoveel als andere mensen over van alles en nog wat; hebben geen haast. Er is van alles met deze mensen aan de hand, maar ze stralen gewoon ple-
zier uit als ik er ben. Het vrijwilligerswerk naast mijn baan is soms wel inspannend. Ik wil niet zeggen dat het altijd goed uitkomt. Als ik een week hard werken achter de rug heb, denk ik wel eens: kon ik nu maar lekker thuisblijven. Maar dat gevoel is weg als ik eenmaal in het trefcentrum ben. Overal moet je jezelf bewijzen; daar kan ik mezelf zijn en kan ik ontspannen. En ik ga altijd voldaan naar huis. Ik doe dit niet alleen voor de mensen van het trefcentrum, maar ook voor mezelf. Van dit werk word ik gewoon vrolijk. Het is te laat om mezelf om te scholen; anders deed ik het!’
Vo o r u i t b l i k Het jubileumjaar ligt achter ons; het thema “Een eigen koers” blijft onverminderd van kracht. In de drie sectorbeleidsplannen is veel aandacht voor groei van het bestaande aanbod en ontwikkeling van nieuwe projecten en activiteiten. Kinder- en jeugdzorg krijgt een nieuw orthopedagogisch kinderdienstencentrum en de expertise op het gebied van begeleiding aan de drie doelgroepen, kinderen met een meervoudig complexe handicap, kinderen met autisme en kinderen met schoolperspectief, groeit elke dag. De sector Dagbesteding voor volwassenen breidt niet alleen uit, maar is hard bezig om het aanbod opnieuw te structureren en beter af te stemmen op vragen van individuele cliënten. De sector Wonen gaat door met het ontwikkelen van nieuwe wooninitiatieven en gaat bovendien van start met woonprojecten voor kinderen. Het Centraal Bureau ten slotte gaat verder op de weg van professionalisering van de ondersteuning, ten behoeve van de medewerkers die zorg en ondersteuning bieden aan de cliënten. Certificering lijkt haalbaar op redelijke termijn. De financiële uitgangssituatie is gezond; de organisatie is goed ingericht; de bedrijfscultuur is positief en de sfeer is opbouwend; en het allerbelangrijkste: ruim 500 gemotiveerde medewerkers en 250 vrijwilligers gaan dagelijks met grote inzet en veel plezier aan het werk. Allemaal varen we onze eigen koers; met als gemeenschappelijk doel het bieden van zorg en ondersteuning van goede kwaliteit. Zodat ook cliënten en hun ouders/verwanten de koers kunnen varen die bij hen past!
Inhoud Thema: een eigen koers • Voorwoord: door directeur Lou Ritzen • Stichtingsbreed • Kinder- en jeugdzorg • Dagbesteding voor volwassenen • Wonen • Kwaliteit • Medewerkers • PSW in cijfers • Vooruitblik • Interviews verspreid over het jaarverslag •
Meer informatie Dit jaarverslag geeft een beeld van de gebeurtenissen en ontwikkelingen in 2005 op hoofdlijnen. Voor meer informatie over de onderwerpen in dit jaarverslag kunt u terecht bij het Centraal Bureau, telefoon 0475 474400, en op onze website: www.pswml.nl.
Stichting Pedagogisch Sociaal Werk Midden-Limburg (PSW) Directeur de heer L.J.G. Ritzen Charles de Gaullestraat 21 6049 HB Herten/Roermond Postbus 420 6040 AK Roermond Telefoon 0475 474400 Telefax 0475 474401 E-mail
[email protected] Website www.pswml.nl
Raad van Toezicht Mevrouw H.J. van Kuijk-Blommestein (voorzitter) Mevrouw E.J.M. Boogaard-Derix Mevrouw A.M.J. de Ruijter-Engels De heer H.L.J. Scheepers De heer B.L. Smeets Mevrouw A.M.E. Theunissen De heer R.C.H. van den Tillaar
Colofon Uitgave 2006 Tekst Foto’s Foto’s kunstwerken Realisatie
Stichting Pedagogisch Sociaal Werk Midden-Limburg Els van Gils Jac Vullers Peter Bors Léon Hoenen en Rhodri van Dooren, bureau voor creatieve communicatie
Vo o r u i t b l i k