se a ccreditati eorgani sat¡ e
Besluit Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding wo-master Biomedical Engineering van de Technische Universiteit Eindhoven Gegevens datum 2 oktober 201 3 onden¡verp
Besluit accreditat¡e wo-master
Naam instelling Naam opleiding Datum aanvraag Varianten opleiding
Technische U niversiteit Eindhoven wo-master Biomedical Engineering (120 ECTS) 19 december 2012
Tracks/specialisaties
Biomechanics & Tissue Engineering Molecular Bioengineering & Molecular lmaging Biomedical lmaging & Modeling Regenerative Medicine and Technology
Locatie opleiding Datum goedkeuren panel Datum locatiebezoeken Datum visitatierapport
Eindhoven
Biomedical Engineering van de
Technische Un¡vers¡teit Eindhoven
(001227) uw kenmerk CvB 2012fi425194 ons kenmerk NVAO/201 331
21
/ND
voltijd
4 september 2012 10 en 1 1 oktober 2012 17 december2012
bijlagen 3
lnstellingstoets kwaliteitszorg : aangemeld en geaccepteerd voor het invoeringsregime van de instellingstoets kwaliteitszorg als bedoeld in artikel 'l 8.32 b en c van de WHW.
Aanvullende informatie De NVAO heeft bij brief van 23 april 20'13 de instelling aanvullende informatie gevraagd over de werkzaamheden van de Examencommissie. Bij brief van 18 juni 2013 heeft de NVAO de aanvullende informatie ontvangen.
Beoordelingskader Beoordelingskader voor de beperkte opleidingsbeoordeling van de NVAO (Stcrt. 2010, nr 21523).
Bevindingen De NVAO stelt vast dat in het visitatierapport en de aanvullende informatie deugdelijk en kenbaar is gemotiveerd op welke gronden het panel de kwaliteit van de opleiding voldoende heeft bevonden.
lnlichtingen An-Sofie Alderweireldt +31 (0)70 312 23 80
[email protected]
Parkstraat 2812514 JK I Postbus 85498 | 2508 CD Den Haag PO Box 85498 | 2508 CD The Hague lThe Netherlands T + 31 (0)70 312 2300 | F + 31 (0)70 312 2301 info@nvao net I www nvao net
Pag¡na 2 van
7 Adv¡es van het visitatiepanel Samenvatting bevindingen en overwegingen van het panel (hierna ook: the committee) Standard 1: lntended leaming outcomes The master's programme Biomedical Engineering aims at educating students with a bachelor's degree in Biomedical Engineering to become a researcher and to function as an engineer in a research and development environment related to medicine and healthcare. Three master tracks are distinguished: Biomechanics & Tissue Engineering, Molecular Bioengineering & Molecular lmaging, and Biomedical lmaging & Modelling. ln September 2012,ihe new master track Regenerative Medicine and Technology started, in collaboration with the Master Biomedical Sciences at Utrecht University. The tracks coincide with the research divisions and are divided to give students a direction for choosing their electives and shaping their programme. The committee believes that by distinguishing the master tracks, the programme makes a clear choice and focuses on biomedical research and development within the fìelds of expertise of the department. By staying close to the expertise available within the department, the programme ensures expert guidance and presence of state-of-the-art equipment.
The universities offering degree programmes biomedical engineering in the Netherlands agreed upon domain specific requirements. The programme makes use of these domain specific requirements. ln addition, seven additional competences are described. According to the committee, the use of the domain specific requirements is sufficient. The committee believes these requirements are well described in terms orientation and that they differentiate sufficiently between the bachelor's and master's level. However, the seven additional competences of the programme are quite general and do not reflect specifìc orientation of the programme and their tracks. Stand a rd 2 : Te ac h i nglea m i ng envi ron me nt The curriculum comprises a first year with ten elective courses and an intemal and an external internship. Starting in2011, the internal internship has been terminated; only an external internship (externship) is taken and one third of it may be chosen freely, after consultation with the graduation professor. This may he literature research, extra courses, a prolonged internship, an e)ítra internship, etcetera. The second year consists of the graduation project concluded with the master's thesis. Students have the possibility to shape their master's programme according to their own individual wishes and interests. To ensure a well-balanced programme with sufficient depth and diversity, the complete set has to he approved by the graduation professor: a full professor.
The committee studied the curriculum of the master's programme and concludes that the programme offers students sufficient depth in the engineering field related to clinical practice. The courses enable the students to develop their competences in biomedical engineering on an advanced level and prepare the students for continuing their studies in a PhD programme or to fulfill a position in the labour market for which an advanced scientific education in (bio) medical engineering is required. The master programme is interesting and challenging, according to the committee. lt provides a good balance between experimental and theoretical research.
pagina 3 van
7 Students participate in research groups and are involved in innovative high level research projects. The committee is convinced that the students receive sufficient guidance and supervision during their internship and master thesis project. Standard 3; Assessment and achieved leaming outcomes The elective courses are evaluated using written or oral exams or assignments. Grades are given by the responsible teacher. Grades of internships are given by the responsible staff member. ln case of an externship, the presentation is given at bath the receiving institute and the supervisor's lab; the grade of the report of the external (mostly foreign) supervisor is usually accepted by the graduation professor. The committee suggests the programme to develop an assessment farm to grade the internships with verbalized grades on each of the criteria. The committee has established that the master's programme has an adequate assessment system and assessment procedures. The assessment procedures are sufficiently implemented in the programme. The committee assessed flfteen recent master theses of the master's programm e Biomedical Engineering and established that all theses met the requirements for graduation. On average the theses are of sufficient quality. Several theses are graded even higher by the committee than by the programme. The committee has not seen theses that were on the whole unsatisfactory. The theses illustrate that the students have achieved the intended learning outcomes as formulated by the programme.
The Board of Examiners performs most of its legal tasks, but does not yet pro-actively control the quality of the exams, the assessment procedures and graduation theses. The committee strongly recommends the Board to develop in short time a specific plan on how to carry out the assurance ofthe assessment ln the past years a common assessment form is used for the final assessment of bachelor and master students. The committee recommends to differentiate between bachelor and master level and to develop an assessment form specifically for each programme. Furthermore the committee strongly recommends that these assessments forms are filled in by all supervisors in a uniform way.
Aanbevelingen De NVAO onderschrijft de aanbevelingen van het panel, in het bijzonder de aanbevelingen omtrent de Examencommissie, met nadruk de beoordelingssystematiek voor eindwerken.
Bestuurlijke afspraak Gelet op het belang van borging van toetskwaliteit en in lijn met de opmerkingen hierover in het visitatierapport, maakt de NVAO met de instelling een bestuurlijke afspraak. Uiterlijk 1 april 2015 zal de instelling een jaarverslag van de examencommissie over het academiejaar 2013-2014 toezenden aan de NVAO.
Pagina4vanz Besluit lngevolge het bepaalde in artikel5a.10, derde lid, van de WHW heeft de NVAO het college van bestuur van de Technische Universiteit Eindhoven te Eindhoven in de gelegenheid gesteld zijn zienswijze op het voornemen tot besluit van 15 juli 2013 naar voren te brengen. Bij e-mail van 19 augustus 2013 heeft de instelling gereageerd op het voornemen tot besluit. Dit heeft geleid tot aanvulling van bijlage 2 in het definitieve besluit. Op grond van het voorgaande besluit de NVAO accreditatie te verlenen aan de wo-master Biomedical Engineering (120 ECTS; variant: voltijd; locatie: Eindhoven) van de Technische Universiteit Eindhoven te Eindhoven. De opleiding kent de volgende specialisties: Biomechanics & Tissue Engineering, Molecular Bioengineering & Molecular lmaging, Biomedical lmaging & Modeling, Regenerative Medicine and Technology. De NVAO beoordeelt de kwaliteit van de opleiding als voldoende. Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2014 en is van kracht tot en met 31 december 2017 (2019)1.
Den Haag, 2 oktober 2013 De NVAO
Voor deze:
Lucien Bollaert (bestuurder)
Tegen dit besluit kan op grond van het bepaalde in de Algemene wet bestuursrecht door een belanghebbende bezwaar worden gemaakt bij de NVAO. De termijn voor het indienen van bezwaar bedraagt zes weken.
t
G"l"t op het bepaalde in artikel '18.32c, derde lid, van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek WHW) bedraagt de geldigheidsduur van de accreditatietermün van de opleiding maximaal vier jaar zolang de instelling nog niet beschikt over een positieve instellingstoets kwaliteitszorg. Zod¡a de instellingstoets is verkregen, wordt de accreditatietermijn verlengd naar zes )aat.
Pagina 5 van
z Bijlage I I Schematisch overzicht oordelen panel Onderwerp
Standaard
Beoordel¡ng
door het panel voltüd
L
Beoogde e¡ndkwal¡ficat¡es
De beoogde eindkwalificaties van de opleiding zijn wat betreft inhoud, niveau en oriëntat¡e geconcretiseerd en voldoen aan internationale eisen
2. Ondenvijsleeromgeving
Het programma, het personeel en de
G
opleidingsspecifieke voorzieningen maken het voor de instromende studenten mogelijk de beoogde eindkwalifìcaties te realiseren 3. Toetsing en gerealiseerde
De opleiding beschikt over een
eindkwalificaties
adequaat systeem van toetsing en
toont aan dat de beoogde eindkwalif¡cat¡es worden gerealiseerd
Eindoordeel De standaarden krijgen het oordeel onvoldoende (O), voldoende (V), goed (G) ofexcellent (E). Het eìndoordeel over de opleiding als geheel wordt op dezelfde schaal gegeven
Pagina 6 van
z Bijlage 2: Feitelijke gegevens Tabel 1: Rendement2. 2010
2011
Tabel 2: Docentkwaliteit. PhD MA Graad Percentaqe 100o/o 100%
BKO
Gohort
2009
Rendement
2O
o/o
Tabel 3: Stu dent-docentratio. Ratio 1:8 Tabel
4: Contacturen3
Studieiaar Contacturen
2 3
2
1
10
4
Door zachte kn¡p gæn rendement Masters bekend Gem¡ddelde studieduur Bachelor+Masters:
80 maanden (nom¡naal 60 maanden)
De æntacturen ¡n de Masters zijn in jaar 1 lager door de externe slage, en in ¡aar 2 door het afstudeerproject
Pagina 7 van
z Bijlage 3: panelsamenstelling
-
Prof. dr. ir.J. Vander Sloten, professor in Engineering Sciences KU Leuven, Belgium; Dr. ir. JJ. Struijk, associate professor Department of Health Science and Technology, Aalborg University Denmark; Prof. Dr. lr.A.E. Spaan, Emeritus professor in Medical Physics, University of Amsterdam; Prof. Dr. R. Reilly, professor in Neural Engineering, Trinity College Dublin; J.Y. de Boer, bachelor student Biomedische Technologie Universiteit Twente
Het panel werd ondersteund door drs. L. van der Grijspaarde, secretaris (gecertificeerd)
