t.b.v. Schoolondersteuningsprofiel Primair Onderwijs School Basisschool: Tarcisius

Bestandsopname t.b.v. Schoolondersteuningsprofiel Primair Onderwijs School Basisschool: Tarcisius Datum: 30-5-2014

1.Inleiding De Eerste Kamer heeft de Wet Passend Onderwijs aangenomen. Het ingezette tijdspad blijft gehandhaafd. Op 1 november 2013 zijn de Samenwerkingsverbanden Passend Onderwijs PO een feit. Op 1 februari 2014 ligt het ondersteuningsplan van het Samenwerkingsverband klaar om te bespreken met de ondersteuningsplanraad. In de maanden daarvoor is overleg gevoerd met de gemeentebesturen, de Samenwerkingsverband Passend Onderwijs en andere ketenpartners. Op 1 augustus 2014 wordt de Wet Passend Onderwijs ingevoerd en is de zorgplicht van kracht. In de transitie van Weer Samen Naar School naar Passend Onderwijs zijn thema’s te benoemen die een nadere uitwerking behoeven: bestuurlijke inrichting, financiën, personeel&organisatie en het ondersteuningsplan. Om het ondersteuningsplan te kunnen opstellen dienen alle scholen van het nieuwe Samenwerkingsverband hun schoolondersteuningsprofiel te beschrijven. Definitie van het schoolondersteuningsprofiel Het schoolondersteuningsprofiel beschrijft realistisch en objectief de mogelijkheden van de school voor het bieden van passend onderwijs aan alle leerlingen en expliciet de leerlingen met specifieke onderwijs-behoeften die extra ondersteuning nodig hebben. Het geeft een helder beeld van de onderwijsinhoudelijke als procesmatige en structurele kenmerken van de school op het niveau van basis- en extra ondersteuning. Functie van het schoolondersteuningsprofiel De belangrijkste functie van het schoolondersteuningsprofiel is gericht op het realiseren van Passend Onderwijs conform de Wet Passend Onderwijs en binnen de financiële mogelijkheden van het Samenwerkingsverband Passend Onderwijs PO en de daarbij aangesloten schoolbesturen. Het schoolondersteuningsprofiel is het sturingsinstrument om leerlingen op basis van hun ondersteuningsbehoefte op de juiste school te plaatsen. De juiste school is de school die voor de betreffende leerlingen Passend Onderwijs kan en gaat verzorgen. Bovenschoolse inzet van het ondersteuningsprofiel; op het niveau van het samenwerkingsverband wordt afgesproken aan welk niveau van basisondersteuning alle scholen (gaan) voldoen. Het schoolondersteuningsprofiel laat zien of de school voldoet aan de basisondersteuning en welke mogelijkheden de school heeft tot het bieden van extra ondersteuning. Daarnaast heeft het schoolondersteuningsprofiel de onderstaande functies: Communicatie; het schoolondersteuningsprofiel is voor de school de basis voor de communicatie met ouders. Het document beschrijft de onderwijskwaliteit die de school realiseert en de maatregelen die de school neemt om deze kwaliteit te kunnen inzetten. Voor ouders geeft dit een duidelijk beeld van wat de school te bieden heeft. Ouders hebben een beeld van de ontwikkelingsbehoeften van hun kind en de ondersteuning die daarbij nodig is. Op basis van het profiel van de school, hun eigen verwachtingen en mogelijkheden, kunnen ze hun keuze bepalen en hun kind aanmelden. Professionalisering; het realiseren van het beschreven schoolondersteuningsprofiel stelt zowel eisen aan de attitude en de competentie van de individuele leerkrachten als aan het team. Het

ondersteuningsprofiel geeft inzicht in de kracht van de school. Het geeft inzicht in de mate waarin de school zich, qua aanbod, bewust is van de vraag van de omgeving aan de school. Deze invalshoeken geven mede richting aan het professionaliseringsbeleid van de school, waarbij afstemming met de andere scholen in het samenwerkingsverband van belang is. Schoolondersteuningsprofiel als document voor profilering en verantwoording: het schoolondersteuningsprofiel beschrijft de basisondersteuning en de extra ondersteuning die de betreffende school biedt. Daarmee profileert de school zich naar de andere scholen in de regio en de ouders. Het schoolondersteuningsprofiel laat zien waar de school voor staat en op welke wijze de school haar bijdrage levert in het realiseren van Passend Onderwijs binnen het samenwerkingsverband. Verantwoording wordt afgelegd aan de ouders, het schoolbestuur, de inspectie en het samenwerkingsverband (horizontaal en verticaal). Schoolondersteuningsprofiel in relatie tot andere documenten; de schoolondersteuningsprofielen van alle scholen maken deel uit van het ondersteuningsplan van het samenwerkingsverband. Inzichtelijk wordt of binnen het samenwerkingsverband sprake is van een dekkend aanbod zodat de schoolbesturen voldoen aan hun zorgplicht om voor iedere leerling passend onderwijs te bieden. Werkwijze om te komen tot het schoolondersteuningsprofiel Om te komen tot een schoolondersteuningsprofiel hanteren we een “tweetrapsraket”. De eerste trap betreft de zogenaamde bestandsopname ten behoeve van het schoolondersteuningsprofiel en in de tweede trap wordt het schoolondersteuningsprofiel concreet beschreven. Nadere uitwerking van de eerste trap: Bestandsopname Schoolondersteuningsprofiel a. De school verzamelt, beschrijft en beoordeelt 1.De school verzamelt in hoofdstuk 2 van het format de algemene gegevens. 2.In hoofdstuk 3.1 en 3.2. beoordeelt de school de ondersteuning die zij op dit moment biedt. De beoordeling komt tot stand aan de hand van de zogenaamde ijkpunten. De indicatoren zijn ontleend aan het toezichtkader van de inspectie (beoordeling overnemen uit het laatste kwaliteits-onderzoek van de inspectie), het referentiekader van de PO Raad (eigen oordeel door de school)en aanvullende indicatoren vanuit het samenwerkingsverband Passend Onderwijs (eigen oordeeldoor de school). 3.In hoofdstuk 3.3 en 3.4. schetst de school haar mogelijkheden gericht op de preventieve en licht curatieve interventies en de onderwijsondersteuningsstructuur. 4.In hoofdstuk 4 beschrijft de school haar ondersteuningsarrangementen voor leerlingen met specifieke ondersteuningsbehoeften. b. De scholen en het schoolbestuur bespreken de bestandsopname Om te komen tot een realistisch en betrouwbaar schoolondersteuningsprofiel organiseren de scholen in samenwerking met hun schoolbestuur activiteiten die daarop gericht zijn. Hiermee wordt debestandopname afgerond De tweede trap: Beschrijving Schoolondersteuningsprofiel

Nadere uitwerking volgt in april 2013. De grote lijn op de achtergrond. 1.Onder leiding van de directie formuleert het team het concept schoolondersteuningsprofiel van hun school. 2.Het concept schoolondersteuningsprofiel wordt besproken met de Medezeggenschapraad van de school. 3.Het concept schoolondersteuningsprofiel wordt besproken met het schoolbestuur en voorlopig vastgesteld. 4.Het schoolondersteuningsprofiel wordt ter advisering voorgelegd aan de Medezeggenschapsraad van de school. 5.Het schoolbestuur stelt het schoolondersteuningsprofiel vast en daarmee wordt het onderdeel van de schoolgids en het schoolplan van de school. 6.Het schoolbestuur stelt het schoolondersteuningsprofiel ter beschikking aan het Samenwerkingsverband Passend Onderwijs (1 juli 2013) en aan de Inspectie van het Onderwijs (zie routeboek).

2. ALGEMENE GEGEVENS 2.1 Algemene gegevens van de school School: Adres: Brinnr: Directeur: Telefoon: Email: Intern begeleider(s): Bestuur: Samenwerkingsverband 2.2

Basisschool St Tarcisius Aarweg 26 14 LM M.C.H. Deckers 045-5714263 [email protected] E. Albrecht, K. Halmans Innovo Stg. SWV PO 31.06 Heerlen e.o.

Onderwijsconcept De kern van ons onderwijsconcept:

Leerstofjaarklassensysteem, adi model, 3 niveau’s gedegen en vernieuwend leren van, door en met elkaar, onderwijs op maat opbrengstgericht.

2.3

Kengetallen leerling-populatie van de afgelopen 4 schooljaren

2.3.1 Leerlingaantallen ( feitelijke aantallen) Teldatum 1-10-2011 572

Teldatum 1-10-2012 558

Teldatum 1-10-2013 544

Teldatum 1-10-2014 538

2.3.2 Gewicht Leerlingen en Schoolgewicht

Aantal leerlingen gewicht 0,3 Aantal leerlingen gewicht 1,2 Schoolgewicht

Teldatum 1-10-2011 2




1

1

1

0

0

0

0

0

2.3.3 Aantal plaatsingen in speciale voorzieningen Aantal plaatsingen in speciale voorzieningen Aantal per school soort

Noteer voor iedere leerling de twee meest belangrijke redenen tot plaatsing. (in aantallen totaliseren) Medisch/ Neurologisch

Gedrag

Cognitie

Sociaal emotioneel

Omgevingscontext

Schooljaar 2009-2010 SBAO Visueel cl 1 Aud/com.cl 2 ZMOK

cl. 4

ZMLK

cl.3

LZ

cl.3

LG

cl.3

MG

cl.3

1

1

1

1

Toelichting: onder ZMOK zijn alle cluster 4 plaatsingen inbegrepen (=inclusief buitenhof)

Aantal per school soort


Schooljaar 2010-2011 SBAO

1

Gedrag

Cognitie

Sociaal emotioneel

1

1

Visueel cl 1 Aud/com.cl 2 ZMOK

cl. 4

ZMLK

cl.3

LZ

cl.3

LG

cl.3

MG

cl.3


Omgevingscontext



Gedrag

Cognitie

Sociaal emotioneel

Omgevingscontext

Schooljaar 2011-2012 SBAO Visueel cl 1 Aud/com.cl 2 ZMOK

cl. 4

ZMLK

cl.3

LZ

cl.3

LG

cl.3

MG

cl.3

1

1



Noteer voor iedere leerling de twee meest belangrijke redenen tot plaatsing. (in aantallen totaliseren)

Medisch/ Neurologisch Schooljaar 2012-2013 SBAO

Gedrag

1

Cognitie

Sociaal emotioneel

1


cl. 4

2

2

ZMLK

cl.3

LZ

cl.3

1

1

LG

cl.3

1

1

MG

cl.3


Omgevingscontext


Noteer voor iedere leerling de twee meest belangrijke redenen tot plaatsing. (in aantallen totaliseren)

Medisch/ Neurologisch Schooljaar 2013-2014 SBAO

Gedrag

4

Cognitie

Sociaal emotioneel

Omgevingscontext

4


cl. 4

ZMLK

cl.3

LZ

cl.3

LG

cl.3

MG

cl.3

1

1

Toelichting: onder ZMOK zijn alle cluster 4 plaatsingen inbegrepen (=inclusief buitenhof) 2.3.4

Leerlingen met een rugzak (LGF)

Aantal per soort indicatie

Noteer voor iedere leerling de twee meest belangrijke redenen voor aanvraag van de rugzak (in aantallen totaliseren)

Medisch/ Neurologisch

Gedrag

Cognitie

Sociaal emotioneel

Schooljaar 2009-2010 Visueel cl 1 Aud/com.cl 2 ZMOK

cl. 4

ZMLK

cl.3

LZ

cl.3

LG

cl.3

MG

cl.3

4

4

Toelichting: onder ZMOK zijn alle cluster 4 plaatsingen inbegrepen

4

Omgevingscontext




Gedrag

Cognitie

Sociaal emotioneel

Omgevingscontext

Schooljaar 2010-2011 Visueel cl 1 Aud/com.cl 2

1

1

1

ZMOK

cl. 4

3

3

3

ZMLK

cl.3

LZ

cl.3

2

2

LG

cl.3

1

1

MG

cl.3

1

1 1





Gedrag

Cognitie

Sociaal emotioneel

Schooljaar 2011-2012 Visueel cl 1 Aud/com.cl 2 ZMOK

cl. 4

3

3

ZMLK

cl.3

LZ

cl.3

2

2

LG

cl.3

2

2

MG

cl.3

3

1


1 2

Omgevingscontext




Gedrag

Cognitie

Sociaal emotioneel

Omgevingscontext


1

1

ZMOK

cl. 4

3

ZMLK

cl.3

LZ

cl.3

1

1

LG

cl.3

2

2

MG

cl.3

3

2





Gedrag

Cognitie


1

ZMOK

cl. 4

2

ZMLK

cl.3

LZ

cl.3

LG

cl.3

MG

cl.3

1

1 2

1


Sociaal emotioneel

Omgevingscontext

2.3.5 Leerlingen waarvoor Preventief Ambulante Begeleiding vanuit WSNS / SBAO / SO is aangevraagd Aantal bij WSNS

Schooljaar 2009-2010 Schooljaar 2010-2011 Schooljaar 2011-2012 Schooljaar 2012-2013 Schooljaar 2013-2014

Aan tal bij SO Cl 2

Aan tal bij SO Cl 3

Aan tal bij SO Cl 4

Noteer voor iedere leerling de twee meest belangrijke redenen voor aanvraag begeleiding. Leren leren

Taal/ rekenen


4 1

2

Cognitie

SociAal/ Emo Tioneel

OmgeVingscontext

4

2

1

1

2

Gedra g

2

2

1

1

8

1

8

1

2

1

2

2

2.3.6 Aantal leerlingen met een Ontwikkelingsperspectief (OPP) Aantal in schooljaar 2012-2013

5 3

Aantal in schooljaar 2013-2014

2.3.7 Andere verplaatsingen Heeft u in de afgelopen 3 schooljaren meegewerkt aan een andere (tijdelijke) of vervroegde uitplaatsing (= vóór einde groep 8 de school verlaten) Schooljaar 2010-2011 aantal Bao-Bao Op de rails Herstart PRO OPDC VSO cl 2 VSO cl 3 VSO cl 4

Schooljaar 2011-2012 aantal

1

Wegens verhuizing is niet vermeld van bao naar bao

Schooljaar 2012-2013


2.3.8 Terugplaatsing vanuit SBAO en SO naar onze school

SBAO Visueel cl 1 Aud/com. cl 2 ZMOK ZMLK LZ LG MG

Schooljaar 2010-2011 aantal 0

0 0 0 0 0



0 0 0 0 0


0 0 0 0 0

0 0 0 0 0



2.3.9 Leerlingen die de school hebben verlaten naar Schooljaar 2010-2011 aantal VSO ZMOK VSO ZMLK VSO LZ VSO LG VSO MG LOO PRO OPDC

Schooljaar 2011-2012 aantal

1

7

3

2.3.10 Thuiszitters Leerlingen die langer dan 6 weken aangesloten niet op school zijn geweest. Aantal

Schooljaar 2012-2013 Schooljaar 2013-2014

0 0

Noteer voor iedere leerling de twee meest belangrijke redenen voor thuiszitten Medisch. Gedrag Cognitie Sociaal OmgevingsNeuroemotioneel conext logisch

2.3.11 Bijzonderheden / Aanvullingen

3.

BASISONDERSTEUNING * Basisondersteuning omvat 4 aspecten: 3.1 Basiskwaliteit v.d. inspectie 3.2 Planmatig werken vanuit basiskwaliteit, referentiekader en aanvullende aspecten * 3.3 Preventieve en licht curatieve interventies 3.4 Onderwijsondersteuningsstructuur *het niveau van de basisondersteuning zoals die uniform voor alle scholen in het verband geldt volgt t.z.t.

3.1

Basiskwaliteit volgens de inspectie Welk arrangement kreeg de school tijdens het meest recente kwaliteitsonderzoek van de Onderwijsinspectie.

Datum meest recent inspectieoordeel

08-11-12

Basisarrangement Aangepast arrangement

√

3.2 Planmatig werken vanuit basiskwaliteit, referentiekader en aanvullende aspecten IJkpunt 0 De school draagt met haar opbrengsten voldoende bij aan het realiseren van opbrengstgericht en passend onderwijs in de wijk/dorp conform ambitie van het SWV Indicatoren

Nee 1

Oordeel

1.1.

Basiskwaliteit (onderwijsinspectie) 1.2.

1.4. 1.5.

De resultaten van de leerlingen aan het eind van de basisschool liggen tenminste op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht. De resultaten van de leerlingen voor Nederlandse taal en voor rekenen& wiskunde tijdens de schoolperiode liggen tenminste op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht. Leerlingen met een OPP ontwikkelen zich naar hun mogelijkheden De sociale competenties van de leerlingen liggen op een niveau dat mag worden verwacht .

Ja 2

3

4 √

√

v √

1.5 De sociale competentie moet nog verder uitgediept worden omdat SCOL nader geanalyseerd moet worden

IJkpunt 1 De school voert een helder beleid op het terrein van begeleiding en ondersteuning van de leerlingen Indicator

Nee

Ja

1 Oordeel Basiskwaliteit onderwijsinspectie Referentiekader Eigen oordeel

9.1.

De school weet welke de onderwijsbehoeften van haar leerlingen zijn

R.1.

De school heeft een expliciete visie op begeleiding en ondersteuning van leerlingen Deze visie wordt gedragen door het hele team De procedures en afspraken over begeleiding en ondersteuning zijn duidelijk De inzet van de ondersteuningsmiddelen is duidelijk De school hanteert een actueel document met afspraken, werkprocessen en protocollen in het kader van passend onderwijs

R.2. R.3. R.4. Aanvullend Eigen oordeel

A.1.

2

3

4

v √

√ v v √

De werkprocessen moeten nog verder uitgewerkt worden IJkpunt 2 De school heeft haar onderwijsondersteuningsprofiel vastgesteld. Indicator Oordeel Basiskwaliteit onderwijsinspectie Referentiekader Eigen oordeel

2

Ja 3

4

n.v.t.

R.5. R.6. R.7. R.8.

Aanvullend Eigen oordeel

Nee 1

A.2.

Het schoolondersteuningsprofiel is na overleg met het team opgesteld De MR adviseert positief over het schoolondersteuningsprofiel Het bestuur heeft het schoolondersteuningsprofiel vastgesteld

Het schoolondersteuningsprofiel is on-derdeel van het schoolplan en de school-gids De school heeft een schoolondersteuningsprofiel volgens het format van het samenwerkingsverband

v ? v v

v

Van mei 2013 is het vastgesteld en in september 2013 samenvatting ervan. Bestuur nog niet verder actueel gemaakt. Onze aanpassing is op eigen initiatief

IJkpunt 3

De school bepaalt jaarlijks de effectiviteit van de begeleiding en ondersteuning van de leerlingen en past het beleid zo nodig aan. Indicator Oordeel Basiskwaliteit onderwijsinspectie

Ja 3

4

De school evalueert jaarlijks de resultaten van de leerlingen

v

9.3.

De school evalueert jaarlijks het onderwijsleerproces De school borgt de kwaliteit van het onderwijsleerproces De school verantwoordt zich aan belanghebbenden over de gerealiseerde onderwijskwaliteit De school evalueert jaarlijks de begeleiding en ondersteuning van de leerlingen De school bepaalt jaarlijks de effectiviteit van de ingezette ondersteuningsmiddelen De school rapporteert jaarlijks over de effectiviteit conform de nog te maken monitorafspraken

v

9.6.

R.9.

R.10


2

9.2.

9.5.

Referentiekader Eigen oordeel

Nee 1

A.3.

v v

√

√

√

IJkpunt 4

De school heeft continu zicht op de ontwikkeling van leerlingen Indicator

Nee 1

Ja 3 √

4 De school gebruikt een samenhangend systeem van genormeerde instrumenten en procedures voor het volgen van de prestaties en de ontwikkeling van de leerlingen 7.2. De leraren volgen en analyseren systema√ tisch de voortgang in de ontwikkeling van de leerlingen 8.1. De school signaleert vroegtijdig welke √ √ leerlingen zorg nodig hebben Referentiekader R.11. De school heeft normen vastgesteld voor de v Eigen oordeel resultaten die zij met de leerlingen nastreeft R.12. De normen bevatten in elk geval de refe√ V rentieniveaus taal en rekenen bij taal bij rekenen R.13. Tenminste 2 maal per jaar worden de √ resultaten van de leerlingen geanalyseerd op school-, groeps- en individueel niveau Aanvullend A.14 De school heeft voor alle leerlingen aan het √ Eigen oordeel eind van groep 6 een voorlopig schooladvies geformuleerd A.14. Vanuit de entreetoets wel in groep 7 maar nog niet in groep 6. Wel aan het overwegen om de entreetoets ook eind groep 6 af te nemen Oordeel Basiskwaliteit onderwijsinspectie

7.1.

2

IJkpunt 5

De school werkt opbrengsten handelingsgericht aan het realiseren van de Onderwijszorgarrangementen. Indicator Oordeel Basiskwaliteit onderwijsinspectie Referentiekader Eigen oordeel

8.2.

R.14.

R.15.


Nee 1

Op basis van een analyse van de verzamelde gegevens bepaalt de school de aard van de ondersteuning. De school past op grond van de verzamelde toetsgegevens twee maal per jaar de groepsplannen aan. De school past op grond van verzamelde toetsgegevens ten minste twee maal per jaar de plannen voor de individuele leerlingen aan. n.v.t.

2 √

Ja 3

4

v

√

R.14. Op gebied van rekenen zijn er groepsplannen. Komend schooljaar start technisch lezen.. Nu hanteren we nog een zorgformulier voor alle vakken die ook de lading voor een groot deel dekken IJkpunt 6 De school werkt met effectieve methoden en aanpakken Indicator Oordeel Basiskwaliteit onderwijsinspectie

2.4.

6.1.

6.2.

6.3.

6.4.

Referentiekader Eigen oordeel Juni 2014 Aanvullend Eigen oordeel

De school met een substantieel aantal leerlingen met een leerling-gewicht biedt bij Nederlandse taal leerinhouden aan die passen bij de onderwijsbehoeften van leerlingen met een taalachterstand. De leraren stemmen het aanbod af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen. De leraren stemmen de instructie af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen. De leraren stemmen de verwerkingsopdrachten af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen. De leraren stemmen de onderwijstijd af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen. In alle groepen wordt bij de leervakken lesgegeven volgens het ADI model waarbij het aanbod afgestemd wordt op verschillen in ontwikkeling . n.v.t.

Nee 1

2

Ja 3

√

√

√

√

√

4

IJkpunt 7 Het personeel is handelingsbekwaam en competent. (Nog niet van toepassing; niet invullen) Indicator Oordeel Basiskwaliteit onderwijsinspectie Referentiekader Eigen oordeel

Nee 1 2

Ja 3

4

n.v.t.

Via het observatie instrument klassenconsultatie behorend bij de functioneringsgesprekken concludeert de directie dat het leeuwendeel van het personeel handelingsbekwaam en competent is n.v.t.


IJkpunt 8 Voor leerlingen die extra ondersteuning krijgen op het niveau van het samenwerkingsverband is een ondersteuningsarrangement vastgesteld. (Nog niet van toepassing; niet invullen) Indicator Oordeel Basiskwaliteit onderwijsinspectie Referentiekader Eigen oordeel

2

Ja 3

n.v.t.

R.16.

R.17.

Aanvullende eisen SWV

Nee 1

A.5.

Er is een ontwikkelingsperspectief vastgesteld voor de leerlingen waarvoor dit wettelijk verplicht is. De school volgt of de leerlingen zich ontwikkelen conform het ontwikkelingsperspectief en maakt naar aanleiding hiervan beredeneerde keuzes Het samenwerkingsverband monitort of de leerlingen zich naar vermogen ontwikkelen.

v

v

v

4

IJkpunt 9 Bij plaatsing en overdracht van leerlingen is de school in het belang van kind en ouders zeer zorgvuldig. Indicator Oordeel Basiskwaliteit onderwijsinspectie Referentiekader Eigen oordeel

2

Ja 3

4

n.v.t.

R.18.

R.19.

R.20. Aanvullende eisen SWV

Nee 1

A.6.

Het onderwijsondersteuningsarrangement van leerlingen wordt warm overgedragen bij de overgang naar een andere school De school volgt de leerlingen die de school hebben verlaten tenminste gedurende drie jaar. Het schooladvies houdt voor minimaal 75% stand De school hanteert het vastgestelde aannamebeleid van het samenwerkingsverband

√

√

√ Nog n.v.t.

A.6 Schooljaar 2014-2015 intakeformulier vanuit bestuur gebruiken aangepast naar schoolspecifiek

IJkpunt 10 Ouders ( en leerlingen) zijn nauw betrokken bij de school en zorg. Indicator Oordeel Basiskwaliteit onderwijsinspectie Referentiekader Eigen oordeel

2

Ja 3

4

n.v.t.

R.21. R.22.

R.23.

Aanvullende eisen SWV

Nee 1

De school voert met ouders een intakegesprek bij aanmelding De school betrekt ouders bij het opstellen en evalueren van het onderwijsondersteuningsarrangement De school maakt samen met de leerling en de ouders afspraken over de begeleiding en wie waarvoor verantwoordelijk is n.v.t.

√ v

v

3.3 Preventieve en licht curatieve interventies

De school biedt ondersteuning aan leerlingen met rekenhulpvragen (dyscalculie) De school biedt ondersteuning aan leerlingen met leeshulpvragen (dyslexie) De school biedt ondersteuning aan meer- en hoogbegaafde leerlingen School biedt ondersteuning in de zin van sociale veiligheid en het omgaan met verschillen in gedrag

er is een plan

er is deskundigheid (specialist)

25%

25%

er is een gesloten keten (minstens 80% van het team “kan het”) 25%

er is een proceseigenaar (voor de borging en verbetering) 25%

v

√

Totaal % 25 %

√

v

v

v

v

100 %

50 % 25 %

v

IJkpunt 11 3.4 Onderwijsondersteuningsstructuur Eigen oordeel

0.1. 0.2. 0.3.

0.4. 0.5. Waar zien we dat aan

Z.1. Z.2. Z.3. Z.4.

indicator De school heeft het werkproces voor de leerlingondersteuning geconcretiseerd Op niveau 1 (basis) wordt in de alledaagse praktijk handelingsgericht gewerkt (HGW) Op niveau 2 (basis plus) wordt naast HGW handelingsgerichte procesdiagnos-tiek (HGPD) toegepast Op niveau 3 (basis plus intern) wordt HGW en HGPD toegepast Op niveau 4 (basis plus extern) wordt HGPD toegepast De evaluatie van groepsoverzichten

nee

ja √ √ √

√ √ √

De signalering van leerlingen met speci-fieke onderwijsbehoeften Het benoemen van de onderwijsbehoefte

√ V bij rekenen

Z.5.

Clustering van leerlingen met vergelijkba-re onderwijsbehoefte Het opstellen van groepsplannen

√ bij rekenen

Z.6.

Het werken met groepsplannen

√ bij rekenen

Z.7.

Periodieke leerlingbespreking

√

Z.8.

Periodieke groepsbespreking

√

Z.9.

Beschikbare ondersteuning van interne begeleiding en specialismen Effectieve samenwerking met en inzet van externe deskundigen op het gebied van onderwijsondersteuning en jeugd-zorg

√

Z.10.

√

√

Bij ons op school moeten de werkprocessen nog ingevuld worden maar in de uitvoering gebeurt het wel al. Procesgerichte diagnostiek gebeurt voor groep 1 t/m 8 door een leerkracht. Teambrede scholing hierin zou welkom zijn . De indeling in niveaus is anders dan de zorgniveaus die wij hanteren

3.5 Bijzonderheden / Aanvullingen Naar wens te gebruiken

4. ONDERSTEUNINGSARRANGEMENTEN voor leerlingen specifieke ondersteuningsbehoeften In dit hoofdstuk wordt in kaart gebracht in hoeverre de school in staat is een aanbod te bieden voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften, die te maken kunnen hebben met: 4.1 Leer- en ontwikkelingskenmerken 4.2 Fysieke en medische kenmerken 4.3 Sociaal-emotionele en gedrags -kenmerken 4.4 Kenmerken thuissituatie Van een arrangement beschrijft de school de aanpak die de school heeft op vijf aandachtsgebieden. Voor het beschrijven van een ondersteuningsarrangement is informatie verzameld over: •deskundigheid die de school zelf of binnen handbereik heeft •tijd en aandacht die de school aan betreffende leerling(en) besteedt •specifieke materialen of voorzieningen waarover de school beschikt; •mogelijkheden van het schoolgebouw en •samenwerkingsafspraken met de relevante organisaties 4.1 Leren en ontwikkeling Leer- en ontwikkelingshulpvragen hebben o.a. betrekking op leren leren, cognitieve ontwikkeling, informatieverwerving en informatieverwerking. Het betreft ondersteuningsbehoeften bij leerachterstand, taalontwikkeling ( algemeen en specifiek) en ontwikkelingsvoorsprong Beschrijving arrangementen bij leer-ontwikkelingsondersteuning Kinderen met een leerachterstand, Down, meer/hoogbegaafd, dyslexie, dyscalculie

Deskundigheid teambreed

Ja Ja

Nee •

•

•

•

De school heeft expertise opgebouwd voor wat betreft preventieve en (licht) curatieve interventies bij zorgleerlingen: Greencard taalspecialist/leesspecialist/rekenspecialist en IB ’er Leerachterstand: Voldoende deskundig. Werken met HGA en OPP bekend Ontwikkelingsvoorsprong: In ontwikkeling . Scholing met hele team werkende naar visie en beleid is afgerond. Komende 3 jaar deelname aan CoP en CoL rondom hoogbegaafdheid waar vertaalslag naar praktijk gemaakt wordt. Specifiek: Dyslexie: Scholing teambreed

afgerond en beleid is klaar. Dyscalculie : Schooljaar 2014-2015 scholing teambreed Aandacht en tijd

ja

• •

Specifieke materialen en voorzieningen

ja

Twee blokuren per week voor HGA. OPP door de dag Wordt ingebed in aanpak 1 en 4 ADI.

Voor leerlingen die meer of minder presteren dan gemiddeld heeft de school aangepaste remediërende of uitdagende leerstof en software . ( Aanpak 1 is vaak ingebed in de nieuwe methodes zoals in Kleuterplein, VLL, Wereld in getallen en Estafette)

•

•

• •

•

•

In HGA ( zorgniveau 3-4) materialen zoals Maatwerk, Spelling in de lift ,TAK toets , materialen van Verhallen etc. , Materialen voor kinderen met een ontwikkelingsvoorsprong worden in schooljaar 2014 en 2015 uitgebreid via CoP. Oriëntatie op signaleringslijsten zoals DHH voor meer/hoogbegaafdheid Dyslexie: Werkwijze Connect en Ralfi . Team maakt in schooljaar 2014-2015 nog een keuze voor de compenserende materialen zoals Kurzweil en Sprint-plus en App-writer en Wody. Dyscalculie: In schooljaar 2014-2015 wordt een keuze gemaakt betreffende materialen vanuit teamscholing In schooljaar 2014-2015 worden in groep 3 de derde generatie toetsen CITO rekenen, spelling en begrijpend lezen ingevoerd. De speciale toetsen zitten hierin verweven.

Gebouw

Ja

Klaslokalen zijn ruim genoeg om de kinderen in de 4 aanpakken te kunnen laten werken met mogelijke uitbouw gang .

Samenwerking

Ja


• • • • •

Teambrede scholing ADI Teambrede scholing HGA Teambrede scholing woordenschat Teambrede scholing meer/hoogbegaafdheid Teambrede scholing dyslexie volgens het dyslexieprotocol

Schooljaar 2014-2015 • Dyscalculie: teambrede scholing. • Werkgroep begrijpend lezen die een keuze gaat maken voor een nieuwe methode • Deelname CoP en CoL De school onderhoudt nauwe contacten met gecertificeerde onderzoek bureaus m.b.t. diagnostiek en behandeling Contact met ouders Vanuit VCB besprekingen kan er spreekuur plaatsvinden voor zorgleerlingen , ondersteund door de expertisepool van het nieuwe SWV . Ook is er de mogelijkheid om gebruik te maken van het CAD . ZAT IB netwerken Vanuit de directie vindt er klassenconsultatie plaats waarbij het onderwijsniveau bewaakt wordt. Vanuit het MT en externe instanties vindt waar nodig coaching plaats Collegiale consultatie

4.2 Fysiek en medisch

Fysieke en medische ondersteuningsbehoeften hebben betrekking op het gehoor, gezicht, spraak, motorische problemen en neurologische problemen. Beschrijving arrangementen bij fysiek-medische ondersteuning Cluster I Blinde/slechtziende kinderen, Cluster II de Dove en slechthorende leerlingen en kinderen met ernstige taal-spraakmoeilijkheden, Cluster III Lichamelijke handicaps Deskundigheid

Nee

Niet het hele team deskundig . BHV -ers kunnen met name bij kinderen met epilepsie de eerste handelingen verrichten. Bij stofwisselingsziekte is geen deskundigheid Verder alleen die teamleden die ervaringsdeskundigen zijn omdat ze een kind met een medisch of fysiek probleem in de groep gehad hebben. Met name minder deskundigheid bij blinde/slechtziende kinderen, diabetische kinderen, slechthorende en dove kinderen Meer deskundigheid bij motorische problematieken . Scholing zou nodig zijn .

Aandacht en tijd

Nee

Specifieke maatregelen en voorzieningen

Ja

Als je zo’n kind in de groep hebt dan vergt dat aanpassingen gedurende de hele dag.

Materialen voor motorische ondersteuning zijn aanwezig in de gymzaal Op het moment dat zo’n kind er is gebeurt dat ook met ondersteuning vanuit de expertisepool en vanuit CAD . Cluster I nog onduidelijk Medicijnen moeten opgeslagen kunnen worden. Verder geen specifieke materialen en

voorzieningen

Gebouw

Nee

Het gebouw is niet erg geschikt voor kinderen met een lichamelijke handicap ( veel trappen, geen lift, 2 locaties) Voor dove en slechthorende leerlingen is het gebouw te gehorig omdat het twee verdiepingen telt. Gebouw is omringd door speelplaatsen. Voor slechtziende en blinde kinderen ook niet erg ideaal vanwege de grootte van het gebouw en de vele trappen

Samenwerking

De school onderhoudt nauwe contacten met gecertificeerde onderzoeksbureaus m.b.t. diagnostiek en behandeling Contact met ouders/verpleegkundigen Vanuit VCB besprekingen kan er spreekuur plaatsvinden voor zorgleerlingen , ondersteund door de expertisepool van uit het nieuwe SWV . Ook is er de mogelijkheid om gebruik te maken van het CAD . ZAT IB netwerken

4.3 Sociaal-emotioneel en gedrag

Sociaal-emotionele ondersteuningsbehoeften hebben betrekking op (faal)angst, teruggetrokkenheid, zelfvertrouwen, weerbaarheid, positie in de groep en contactname ( leerlingen die emotioneel moeite hebben met het maken en onderhouden van contact, het invoelen van emoties en die kunnen toepassen) Gedrag: o.a. overactief, impulsief, naar binnen gericht, naar buiten gericht en storend gedrag. Beschrijving arrangementen bij sociaal-emotioneel en gedrag AD(H)D, Angststoornissen, Hechtingsstoornissen, ODD, Autismespectrumstoornissen ( NLD) , MCDD Deskundigheid

Ja

De school heeft expertise opgebouwd: 7 LB gedragsspecialisten 5 bevoegde rots en water trainers Aandacht functionaris RAK Specialist Autismespectrumstoornissen Verder alleen die teamleden die ervaringsdeskundigen zijn omdat ze een kind met een sociaal-emotioneel probleem of een gedragsstoornis in de groep gehad hebben. Goed klassenmanagement met een vaste structuur en een gestructureerde leerkracht Schooljaar 2014-2015 Scholing teambreed Autismespectrumstoornissen Implementatie methode SEO: SOEMO-kaarten schoolbreed Invoeren SCOL in groep 1 en 2 Leren analyseren van SCOL schoolbreed en link met didactiek leggen ook in de VCB PBS scholing in groep 1 t/m 4 en co-teaching

Aandacht en tijd

Ja

Uitvoering HGA gedurende de dag en specifiek in de 2 blokuren per week.


Ja

Gebouw

Ja maar wel

Sterk leerlinggebonden. We denken aan inzet laptop/tablet, time-timer, weekplanning, studybuddy, geluidsdempers, time-out plek , heen-en weer schrift etc. Mogelijkheid voor TAVA plek kan gecreëerd

Samenwerking

aanpassen

worden. Gebouw is niet ideaal vanwege omgevingsruis. Aankleding lokalen aanpassen. Meer prikkelarm.

Ja

Er is een werkgroep gedrag De school onderhoudt nauwe contacten met gecertificeerde onderzoeksbureaus m.b.t. diagnostiek en behandeling Contact met ouders Vanuit VCB besprekingen kan er spreekuur plaatsvinden voor zorgleerlingen , ondersteund door de expertisepool van uit het nieuwe SWV . Ook is er de mogelijkheid maken van het CAD . ZAT IB netwerken Schoolmaatschappelijk werk maandelijks overleg

Waar noodzakelijk en /of op verzoek kan coaching plaatsvinden door de specialisten Collegiale consultatie

4.4. Thuissituatie = Omgevingscontext Deskundigheid

Structureel contact met schoolmaatschappelijk werk IB nemen deel aan ZAT bijeenkomsten Aandacht functionaris RAK

Aandacht en tijd

Contacten met : Bureau jeugdzorg Mee met ronde tafelgesprekken Speelkamer

Tijd: ZAT bijeenkomsten 6 keer per jaar RAK wordt nu gevolgd door LB gedrag Verwijsindex wordt beheerd 1 keer per maand overleg met schoolmaatschappelijk werk en incidenteel naar

behoefte


Schoolmaatschappelijk werk met heel korte lijnen

Gebouw

Genoeg ruimte om gesprekken te houden

Samenwerking

Nauwe samenwerking met bovengenoemde instanties

4.5. Grenzen aan de ondersteuningsmogelijkheden van de school Leerlingen met een specifieke onderwijsbehoefte stellen extra eisen aan het gebouw, de omgeving en alle betrokkenen. Het uitgangspunt is dat elke leerkracht in principe ruimte heeft voor leerlingen met een specifieke onderwijsbehoefte. Dat betekent echter niet dat elke leerling met een specifieke onderwijsbehoefte kan worden geplaatst op onze school. Elke aanmelding wordt expliciet beoordeeld. Bij ieder verzoek tot plaatsing zal telkens een afweging gemaakt worden. Kern van deze afweging is de vraag of de combinatie van specifieke onderwijsbehoefte en de extra ondersteuning die noodzakelijk is, past binnen de mogelijkheden van onze school. Het gaat daarbij om de balans tussen de hulpvraag van het kind en de (on)mogelijkheden van onze school. Ook dient daarbij meegenomen te worden of externe-hulp ingeschakeld kan worden. Bij elke aanmelding wordt gekeken naar een reeks aspecten. Wat vraagt het kind met betrekking tot:  Pedagogische aanpak  Didactische aanpak  Kennis en vaardigheden van de leerkracht en het team  Organisatie binnen de school en binnen de klas  Materiële aspecten (gebouw, meubilair)  De positie van de medeleerlingen  De rol van de ouders  De externe ondersteuning Er kunnen zich situaties voordoen, waarin de grenzen aan de zorg voor de kinderen worden bereikt:  Verstoring van rust en veiligheid. Indien sprake is van een onderwijsbehoefte waarbij zich ernstige gedragsproblemen voordoen die leiden tot ernstige verstoringen van de rust en de veiligheid in de groep. De grens is bereikt als wordt vastgesteld dat het niet meer mogelijk is om kwalitatief goed onderwijs aan de gehele groep en aan de betreffende kind te bieden en / of als de veiligheid van het betreffende kind, de groep of de leerkracht niet meer te garanderen is. 

Onbalans tussen verzorging/behandeling – onderwijs.

Indien een kind een handicap heeft, die een zodanige verzorging / behandeling vraagt dat daardoor zowel de zorg en behandeling voor het betreffende kind, als het onderwijs aan het betreffende kind

onvoldoende tot zijn recht kan komen. De grens is bereikt als wordt vastgesteld dat het niet meer mogelijk is om kwalitatief goed onderwijs aan het betreffende kind met een handicap te bieden. 

Verstoring van het leerproces voor de andere kinderen.

Indien het onderwijs aan het kind met een specifieke onderwijsbehoefte een zodanig beslag legt op de tijd en de aandacht van de leerkracht dat daardoor de tijd en aandacht voor de overige kinderen in de groep onvoldoende of in het geheel niet kan worden geboden. De grens is bereikt wanneer het niet meer mogelijk is om kwalitatief goed onderwijs te bieden aan de kinderen in de groep 

Gebrek aan zorgcapaciteit.

In het In het verlengde van de onder verstoring van het leerproces voor de andere kinderen beschreven situatie is de school niet in staat een kind met een specifieke onderwijsbehoefte op te nemen vanwege de zwaarte en het aantal zorgleerlingen dat al in een bepaalde groep voorkomt. Per aanmelding zal de afweging moeten plaatsvinden of er voldoende zorgruimte aanwezig is. 

Verstoring van het leerproces. Kinderen die door ziekte teveel verzuimen



Grenzen aan leerbaarheid van kinderen



Gebouw

Het gebouw is niet geschikt voor kinderen met een lichamelijke handicap (trappen/geen lift, 2 locaties) . Voor dove kinderen is er teveel ruis omdat het gebouw twee verdiepingen heeft en het omringd wordt door speelplaatsen. Het gebouw zou aangepast moeten worden voor kinderen met allergieën ( denk aan vloerbedekking) Wij vinden dat kinderen recht hebben op goede begeleiding. Dit kunnen wij helaas voor een beperkte groep kinderen niet bieden. Wij denken hierbij op dit moment aan: • Blinde kinderen • Dove kinderen • Down • Wanneer kinderen gewetenloos handelen, extreem agressief gedrag vertonen, waardoor de veiligheid en het welbevinden van de kinderen in gevaar komt ( groep, lkr etc) • Noodzakelijk medisch handelen welke niet op of door school verzorgd kan worden • Wanneer er structurele 1-1 begeleiding nodig is • Co morbiditeit.

4.6 Bijzonderheden / Aanvullingen Naar wens te gebruiken

t.b.v. Schoolondersteuningsprofiel Primair Onderwijs School Basisschool: Tarcisius

Recommend Documents