Charles & Herman Horsthuis
TANTE BETSIE (Elisabeth Helena Henriëtte Issels)
(Arnhem 11 oktober 1885 – Haarlem 29 oktober 1943) De kunstzinnige familie Issels, waaruit wij mede voortgekomen zijn, telde één echte kunstenares onder haar gelederen: onze oudtante Betsie Issels. Over Betsie is niet zoveel bekend. De paar mensen die zich haar nog herinneren spreken over een vriendelijke, maar wat teruggetrokken levende vrouw. Uit de schaarse gegevens hebben wij het volgende levensverhaal van Betsie Issels kunnen samenstellen.
Uiterst links: Betsie Issels, samen met haar broer Leo en zus Jacqueline, omstreeks 1892.
Betsie werd geboren in het najaar van 1885 aan de Weerdjesstraat in Arnhem – vlak bij de Rijn – als jongste kind van de technisch tekenaar Jacques Issels en zijn vrouw Helena Lelie. Al snel verhuisde het gezin eerst naar de Broerenstraat en later naar de Boulevard en kort na Betsie’s derde verjaardag verhuisden
zij naar het Hoogt in Utrecht, waar haar vader een functie had aanvaard bij de om de hoek gelegen universiteit. In dit straatje bracht zij haar kinderjaren door en van hieruit ging zij naar school. Toen zij 12 jaar was verhuisde zij weer, dit keer naar het statige huis aan de Minrebroederstraat 12, dat ook vandaag de 25
dag nog een juweeltje is in deze verder niet zo bijzondere straat. Op de oudst bekende tekening van Betsie uit 1903 zijn de glas-in-lood ramen te zien, die het huis ruim honderd jaar later nog steeds sieren. Kort na haar 19e verjaardag verhuisden haar ouders opnieuw, dit keer naar de Kanaalweg 2c in Delft. Ook dit huis bestaat – zij het totaal vervallen – nog steeds. Inmiddels had Betsie – zoals haar vader het noemde – een mystiek huwelijk gesloten. Het tekenen en schilderen – dat ook haar vader en grootvader niet onverdienstelijk deden – zat haar kennelijk in het bloed. In Utrecht had zij na haar schooltijd reeds tekenlessen gehad van een zekere Van Dokkum; in Delft volgden teken- en schilderlessen van een zekere professor Gips, die vlakbij hen op de Oostsingel woonde. Eind 1911 – zij was net 26 geworden – vertrok zij naar Amsterdam om daar verder te studeren aan de Rijksacademie van Beeldende 26
Kunsten aan de Stadhouderskade, in 1870 door Koning Willem III opgericht
Uiterst rechts: Betsie Issels; overigen van links naar rechts: Helena Maria Lelie, Charles Eramus Versélewel de Witt Hamer (grootvader van Tom en schrijvers dezes), Jacqueline Maria Elisabeth Issels (grootmoeder van Tom en schrijvers dezes) en Leo Issels, omstreeks 1900.
als opvolger van alle toen bestaande kunstopleidingen. Tijdens haar studie zat zij op kamers bij de familie Faas aan de Quellijnstraat en later bij de familie van Weert aan de Wouwermanstraat, beide in de buurt van de academie. Aan het eind van haar driejarige studie verwierf zij een loge. Zij vestigde zich nu als geschoold kunstenares op een bovenwoning aan het Begijnhof. Of zij zich financieel niet kon redden of dat er andere redenen waren, we weten het niet, maar in de zomer van 1918 keerde zij naar haar ouders aan de Kanaalweg in Delft terug. Zij verdiende hier de kost door het schilderen van portretten, o.a. van alle toenmalige pastoors van Delft.
zij begin februari overleed. Haar vader stierf precies tien maanden later, waarna Betsie alleen in het huis aan de Spoorsingel achterbleef. In 1926 kreeg zij de belangrijkste opdracht van haar leven.
In 1921 verhuisde Betsie met haar ouders mee naar de Spoorsingel achter het station van Delft. Hier kwam zij in het najaar van 1923 ernstig ten val en werd opgenomen in het Sint Hypolitus Ziekenhuis. Toen haar moeder haar op 23 december wilde bezoeken gleed zij voor haar huis uit en brak haar dijbeen en zo lagen moeder en dochter enige weken samen op één kamer. Betsie kon al snel weer naar huis, maar bij haar moeder traden allerlei complicaties op, waaraan 27
Het kerkbestuur van de Nieuwe Kerk vroeg haar het gerestaureerde interieur van de kerk te schilderen als cadeau voor Koningin Wilhelmina. Zij maakte
eerst een voorstudie en daarna het origineel, dat een jaar later aan de koningin werd aangeboden.
Enkele jaren later vertrok zij naar haar oom Francis en tante Maggy, die een vliegtuigfabriek in Bulawayo in Zuid-Rhodesia runden. Niet lang na het overlijden van deze oom en tante keerde zij naar Nederland terug. Dit was begin 1939. Eerst woonde zij enige maanden bij haar zus Jacqueline en zwager Charles op De Wra in Noordwijk, daarna verhuisde zij naar de woning boven het postkantoor van Noordwijkerhout aan de Havenstraat aldaar. De laatste jaren verdiende zij de kost vooral met het schilderen van portretten van allerlei dorpelingen. Een bloedneus werd haar uiteindelijk fataal. Zij werd opgenomen in het ziekenhuis in Haarlem, waar zij eind oktober 1943 overleed. Weelde zal zij niet gekend hebben. Wellicht waren er periodes dat zij van de schilderkunst kon leven, maar grote delen van haar leven werd zij door haar naaste familie financieel ondersteund. Een groot schilderes is zij nooit geworden en we zoeken haar dan ook tevergeefs in nationale of internationale kunstencyclopedieën. Haar graf op het kerkhof bij de Jozefkerk in Noordwijkerhout is op zekere dag onverwacht geruimd. Het enige wat nog van haar rest zijn wat herinneringen, een enkele foto, maar vooral haar schilderijen, waarvan er ons een twintigtal bekend zijn. 28
Tekeningen en schilderijen van Betsie Issels (met vermelding van eigenaar)
Pasteltekeningen: Jacqueline Issels aan haar schrijftafel, 1903 (Charles Horsthuis) Portret van Jacqueline Issels, ca 1904 (Charles Horsthuis) * Familiewapen Versélewel de Witt Hamer, z.j. (Charles Horsthuis) * Woning van Harry Issels te Bulawayo, 1937 (Herman Horsthuis)
Jaques Issels (1918) (overgrootvader van Tom)
Jacqueline Issels (1904) (grootmoeder van Tom)
Schilderijen: Drie meisjes, 1910 (Tom Versélewel de Witt Hamer) Fort en Maaskade te Namen, 1913 (Collégiale te Huy, België) Madonna en vazen, ca 1935 (Tom Versélewel de Witt Hamer) Schildersatelier, z.j. (Tom Versélewel de Witt Hamer) * Madonna en vaas met gladiolen, z.j. (Tom Versélewel de Witt Hamer) * Vaas rode tulpen, z.j. (Charles Horsthuis) Vaas met bloemen, z.j. (Tom Versélewel de Witt Hamer) * Portret van een vissersvrouw, z.j. (Duke Versélewel de Witt Hamer) * Portret van een naakte man, z.j. (Herman Horsthuis) * Miniportret van een oudere vrouw, z.j. (Charles Horsthuis) Portret van Jacques Issels, 1918 (Charles Horsthuis) 29
30
-
Portret van Helena Lelie, ca 1918 (familie Issels te Bulawayo, Zimbabwe?) Interieur Nieuwe Kerk te Delft, voorstudie 1926 (Charles Horsthuis) Interieur Nieuwe Kerk te Delft, 1927 (Koninklijk Huis) Papegaai, 1935 (Herman Horsthuis) Portret van een zwarte man, ca 1937 (Jacqueline Horsthuis) Portret van een zwarte vrouw, 1937 (Jacqueline Versélewel de Witt Hamer) Interieur Victorkerk te Noordwijkerhout, 1939 (St. Victorparochie, Noordwijkerhout)
* Niet gesigneerd, maar wel aan Betsie Issels toegeschreven
31