Takenboeken in de FOST Stop de tijd: tijd voor de mens!
11|10
Alle Hens
Alle Hens Colofon:
Coverfoto: Geconcentreerd luistert de bemanning van Hr.Ms. De Ruyter naar de briefing van de searider van de FOST. (Foto: Diane van der Marel) Uitgave: Alle Hens is een uitgave van de Koninklijke Marine. Aan de inhoud kunnen geen rechten worden ontleend. Hoofdredacteur: LTZ 2 OC M.F. van der Maas Aan dit nummer werkten mee: LTZ SD 2 OC B. Wijnandts LTZSD 2 OC V.J.G. Strijbosch Matr. LDA G. Verbeek Drs. I. Kooman B. van Elk Lay-out & druk: OBT B.V., Den Haag Adreswijzigingen KM-personeel: Zie Intranet: Portaal >
PBI tijdens de FOST
4 Bevrijding Taipan vanuit de lucht
Geen toegang tot Intranet? Vraag naar formulier Dfe 073b bij DC HR: 0800 22 55 733
[email protected] Adreswijzigingen Veteranen: Stichting Veteraneninstituut Postbus 125 3940 AC Doorn Telnr.: 0343 474 150
10
Adreswijzigingen betalende abonnees: Abonnementenland Postbus 20 1910 AA Uitgeest Telnr.: 0900 226 52 63 (10ct p/m) www.aboland.nl Redactieadres: (niet voor adreswijzigingen en vragen over verzending) Alle Hens Postbus 10.000 1780 CA Den Helder Telnr.: 0 223 657 635 DSN 209 57635 E-mail:
[email protected] E-mail redactieraad:
[email protected] Internet: www.defensie.nl
CIMIC is een kans
16
Kopijdatum: De deadline voor het volgende nummer van Alle Hens valt op 15 november 2010.
Een nieuwe Waker
Abonnementsprijs: € 17,02 (buitenland € 21,55 per jaar) Aanhaling uit en overname van artikelen uit dit blad is toegestaan met bronvermelding. ISSN 0024-0389
En verder:
26
31 Sport | 32 Logboek | 39 Mensen & Mutaties
Alle Hens | November 2010
2
column
Een grote, snelle uitdaging Sinds het aantreden van het nieuwe kabinet wordt de berichtgeving over defensie in kranten, op televisie of op het internet gedomineerd door de bezuinigingen die we de komende jaren moeten doorvoeren. De bezuinigingen die in het nieuwe regeerakkoord zijn opgenomen, hebben voor defensie grote gevolgen. Naast de maatregelen om te komen tot een sluitende begroting voor 2011, staan wij voor de uitdaging om op den duur 635 miljoen euro te bezuinigen. Dat gaat wel degelijk pijn doen en niet eventjes. We gaan dit stapsgewijs aanpakken, waarbij het totale bedrag in 2018 bezuinigd moet zijn. Ik ben me ervan bewust dat deze omvangrijke bezuinigingen u bezig houden, u zich zorgen maakt en graag duidelijkheid wil. Daarom kies ik ervoor om u in deze column persoonlijk te informeren. Wat kunnen we de komende jaren verwachten? Het precieze antwoord op deze vraag heb ik nog niet. Maar wat ik weet, wil ik nu met u delen. Daar hebt u recht op.
burgerpersoneel en een selectief vacaturebeleid voor militair personeel, waarbij we de vulling van de knelpuntcategorieën niet uit het oog verliezen. Voor de lange termijn-oplossing worden nu onderzoeksopdrachten uitgezet. De minister moet begin 2011 een beleidsbrief aan de Tweede Kamer presenteren waarin hij structurele maatregelen en beleidskeuzes aankondigt. Om te komen tot deze uitkomsten, gaan naast de bestuursstaf en de defensiestaf ook de verschillende krijgsmachtdelen op de onderwerpen besturing, bedrijfsvoering en operationele inzetbaarheid op zoek naar mogelijkheden om geld te besparen. U zult merken dat veel stafmedewerkers betrokken zullen worden in deze onderzoeken. In het nieuwe regeerakkoord is gesteld dat we een breed inzetbare krijgsmacht willen behouden. Vooralsnog zijn alle capaciteiten van het CZSK nog steeds benodigd. We gaan echter wel kijken wat de omvang hiervan moet zijn. De beste bijdrage die u hierin kunt leveren, is laten zien hoe goed en relevant we zijn. We ruimen bommen in de Noordzee, jagen op piraten bij Somalië, hebben ons steentje bijgedragen in Afghanistan, dragen met de mariniers bij aan de Dienst Speciale Interventies en zo kan ik nog wel even doorgaan. We leveren een uitstekend operationeel product en dat moeten we blijven doen.
Het bedrag is groot en de gevolgen voor de omvang van de krijgsmacht zijn aanzienlijk. Maar naast de omvang, is ook de snelheid waarmee bezuinigd moet worden groot. Als ik u vertel dat de eerste 200 miljoen al in 2011 moeten worden gevonden, krijgt u een goed beeld van de situatie. Dit betekent dat de begroting die dit jaar is gepresenteerd op Prinsjesdag, nu alweer moet worden herzien. Vervolgens moet begin volgend jaar een volgende slag worden gemaakt, want in 2012 moet defensie 400 miljoen euro ingeleverd hebben. Welke plannen bestaan er nu om een dergelijk omvangrijk bedrag te bezuinigen? We hebben twee sporen onderkend waarop we de financiële uitdaging aan kunnen gaan: op de korte termijn en op de langere termijn. De eerste, snelle uitkomsten zijn gevonden door investeringen door te schuiven naar 2012. Hiermee beoogt defensie 163 miljoen te besparen. Voor de marine betreft dit onder andere de investeringen voor het Joint Support Ship en de verbindingsmiddelen van het Korps Mariniers. Omdat we hierin geen onomkeerbare stappen hebben genomen, komt van uitstel geen afstel maar creëren we wel een financiële adempauze. De tweede, snelle oplossing is gevonden in het inkrimpen van de personeelsinstroom om 37 miljoen euro te besparen. Dit wordt bereikt door een vacaturestop voor
De beste bijdrage die u kunt leveren is te laten zien hoe goed en relevant we zijn.
Het moment om mee te denken over de bezuinigingen is echter wel aangebroken. Ziet u in uw omgeving zaken gebeuren waarvan u denkt dat we ze op een veel efficiëntere manier kunnen aanpakken, is het nu het moment om daarmee te komen. Onder meer leent de ideeënbus op het intranet zich uitstekend voor dit doel. We gaan deze uitdagingen samen aan en blijven daarbij een professionele organisatie dat een operationeel product levert zoals men dat van ons gewend is.
De Commandant Zeestrijdkrachten M.J.M. Borsboom, vice-admiraal 3
Alle Hens | November 2010
oefening
Je takenboek doen tijdens het opwerken
De eerste FOST
Veel schepen zullen het kennen. Ze gaan opwerken en de bemanning bestaat voor een groot deel uit jonge mensen die voor het eerst op een varende plaatsing zitten. De beste tijd om het vak te leren, maar ook wel spannend of het schip aan de hoge eisen van de Engelse Sea Train Commander kan voldoen. Hr.Ms. De Ruyter ging de FOST in met 35 ‘takenboekers’ aan boord. Tekst: Barry Wijnandts | Foto’s: Diane van der Marel
Mannen in zwarte uniformen met baret en zwemvest passeren met resolute tred de laatste stofzuigers en dweilen die de whalegang voor deze dag weer schoongeveegd hebben. Het anker gaat op en Hr.Ms. De Ruyter maakt vaart om voor de kust van Plymouth haar dagelijkse oefeningen door te nemen. Niet veel later volgen de eerste inslagen in het schip. “Dekken, dekken, dekken, over stuurboord.” “Blanket search uitvoeren.” “Brand, brand, brand.” Of: “Lek, lek, lek.” Alle Hens | November 2010
4
Gewonden worden gevonden, hittewerende kleding verschijnt uit de NBCD-kasten, slangen worden uitgerold en ondertussen blijft de dreiging buiten navenant. De bemanning voert haast dagelijks het treintje uit. Elke keer worden de tijden krapper, het aantal incidenten groter en de verwondingen erger. De mensen met de nodige ervaring worden weer even aangescherpt. Voor de mensen zonder ervaring is het boksen om te voldoen aan de verwachte leercurve. Ze zijn aan boord voor een praktijkstage om de reguliere taken van hun dienstvak te leren, maar krijgen ook meteen allerhande calamiteiten om op te lossen.
oefening
Takenboek
Het idee van de Praktische Bedrijfsintroductie is dat nieuw personeel na de initiële opleiding aan boord geplaatst wordt om de theoretische leerweg in de praktijk toe te passen. Met een takenboek stappen zij op, om uiterlijk acht maanden later alle taken die in dit document staan omschreven zelfstandig te kunnen uitvoeren. Kaderleden van de bemanning begeleiden hen daarin en tekenen elke taak afzonderlijk af als de leerling heeft laten zien dat hij die volledig beheerst. Een regulier vaarprogramma biedt bemanning en leerling voldoende tijd om aan het takenboek te werken. Een nadeel is dat het schip mogelijk niet voor alle gevraagde taken ingezet wordt, zodat dingen blijven liggen of de leerling weinig oefening krijgt. Tijdens een opwerkprogramma volgt het hele schip als het ware een takenboek, waarop de leerling kan meeliften. Nadeel hiervan is misschien dat er weinig tijd overblijft voor begeleiding en dat niveau en tempo hoog liggen. Hoe ervaren de takenboekers van Hr.Ms. De Ruyter dit? Persoonlijke ontwikkeling
Luitenant-ter-zee 3 Gabe Yntema loopt toegevoegd aan een van de wachtofficieren. “De FOST is niet bedoeld om je takenboek te doen”, stelt hij. “Het is heel goed voor je persoonlijke ontwikkeling en je leert heel veel, maar de mensen die je nodig hebt zijn te druk om je te kunnen helpen.” Een groot deel van het werk van de jonge officieren bestaat uit het schrijven van verslagen. Tijdens een FOST verdwijnt dat werk naar de achtergrond of blijft in elk geval de beoordeling van Voordat de seariders weer aan boord komen moet alle stof verdwenen zijn.
Tijdens de FOST ben je niet alleen bezig met de taken die gevraagd worden voor je Praktische Bedrijfsintroductie. Zo ben je ineens ingedeeld als MAG-schutter.
die verslagen liggen. Ook zegt Yntema dat de oefeningen van het schip tijdens de FOST zijn takenboek voorbij gaan: “Het schip bereidt zich voor op de missie. Daar ben ik nog niet mee bezig. Het tactische plaatje, oefenen op oorlogsvoering, dat zijn dingen die ik nog niet tegenkom.” Horizontale instroom
“Pak een leiding vast en ga die schoonmaken. Schrijf alles op wat je tegenkomt.” Dat was de opdracht waarmee matroos 2 TD Dylan Gerritse op pad werd gestuurd door het schip. Hij zit in de afrondende fase van zijn takenboek. “Het NBCD-gedeelte is voor elke matroos ongeveer hetzelfde en het grootste deel van de opdrachten”, zegt hij. Gerritse mag op zijn schouder dan wel tweede klasser zijn, hij loopt al zelfstandig. “Ik start zelfstandig de gasturbines en ben ingedeeld bij de aanval op een machinekamerbrand. Hoe verder je komt, hoe meer verantwoordelijkheid je krijgt en dat bevalt me erg goed.” Matroos 1 LDV Ingmar van ’t Zand valt hem bij: “Je moet zelf veel initiatief tonen, dat bepaalt voor een groot deel het verwachtingspatroon dat je collega’s van je hebben.” Van ’t Zand valt onder de horizontale instromers. Na vijf jaar horecaervaring was hij toe aan een andere uitdaging en is zo bij de marine terecht gekomen. Als hij zijn takenboek af heeft, gaat hij de voortgezette vakopleiding in en wordt korporaal. “Ik heb twee opleidingen voor gastheer niveau 2 en 3 gedaan, dus die taken zijn snel afgetekend. Ik heb de onderofficieren bediend en de bottelier geholpen. Nu sta ik in de kombuis en help zo nu en dan de bakker.” 5
Alle Hens | November 2010
oefening
Groen
Omdat hij horizontale instromer is, merkt Van ’t Zand dat zijn collega’s meer van hem verwachten. Omdat hij al wat ouder is, brengt hij genoeg levenswijsheid mee om zich staande te houden, maar hij voelt aan dat hij als korporaal behoorlijk groen zal zijn. “Daarom probeer ik nu zo diep mogelijk te gaan. Ik maak op dit moment de menulijsten voor Somalië en dat is nog best lastig”, vindt Van ’t Zand. “Groenten en vlees inkopen voor vier maanden, hoeveelheden inschatten, goed op de houdbaarheid letten en bedenken wat je lokaal tegenkomt.” Ondanks dat hij het gevoel heeft zichzelf te moeten bewijzen tegenover zijn collega’s, valt het werk hem mee. “In de eerste vakopleiding zat ik met een paar mensen die nog nooit in een keuken hadden gestaan. De meesten waren wel ervaren en die wisten precies wat ze moesten doen. Het was een gemotiveerde club en dat trok de onervaren lui er doorheen.” Matroos 2 WDS Jacob Kroezen kwam iets trager op gang. Na zijn opleiding metaal/elektronica is hij zoekende geweest naar wat precies bij hem past. Hij ontdekte dat al van jongs af aan de marine steeds weer naar boven kwam drijven. Toch heeft hij in zijn takenboekperiode ook wel even een dip gekend. “Ik ben er een periode even slecht mee omgegaan”, geeft hij tot zijn spijt toe. “Uiteindelijk heb ik me er overheen gezet en dan gaan steeds meer de leuke dagen tellen.” De FOST is niet alleen maar een strenge keuring. De seariders hebben een goed oog voor de mens achter het bemanningslid en er is dus ook ruimte voor een grapje.
Oorlogswacht
Omdat een groot deel van het takenboek van de verschillende dienstvakken overlapt, werken de takenboekers veel samen. “Als je dingen uitlegt aan een ander, leer je er zelf ook van”, zegt Kroezen. Hij is erg opgeschoten met zijn stage, omdat de Wapentechnische Dienst het relatief rustig heeft tijdens het opwerken. “Dat geeft me veel gelegenheid om
Alle Hens | November 2010
6
aan mijn opdrachten te werken. Dus het gaat nu eigenlijk veel sneller dan eerst.” Kroezen heeft ook zijn aandeel in de oefeningen van het schip wat hij vooral voor zijn eigen ontwikkeling goed vindt. Anders is dat bij de Technische Dienst. Als er weer eens een brand of lek is, of een deel van het machinepark begeeft het door de oorlogshandelingen van het fregat, zijn de monteurs continu in de weer om het platform veilig te stellen, zo snel mogelijk te herstellen en gereed te krijgen voor de volgende inzet. Ondertussen loopt de Technische Dienst gewoon oorlogswacht. Gerritse is echter zo gedreven om zijn gouden streep te halen, dat hij zijn takenboek er rustig naast doet. “Ik wil vandaag klaar zijn, maar daarvoor heb ik de afgelopen dagen wel twintig uur gewerkt”, claimt hij. “Ik ben het eigenlijk wel zat om als tweede klasser aan boord rond te lopen.” Have a good adex
Als de schepen in de ochtend op stoom komen, wisselen de verbindelaars van de verschillende schepen lichtseinen met elkaar uit. Terwijl de wachtsofficier druk in de weer is met de commandocentrale, de roerganger en de uitkijken, loopt matroos 2 ODVB Rob Cornelissen naar de stuurboords brugvleugel, pakt een lamp en wisselt seinen uit met HMS Cumberland. “Dit doen we elke morgen,” zegt hij, terwijl hij ‘Have a good adex’ noteert op zijn kladblok en ‘Thank you’ terugseint. “Voor de FOST moeten we minimaal een aantal lichtseinen maken. Het record stond op 56, wij hebben het nu gezet op 72”, zegt hij trots. Ondertussen staat een andere matroos 2, een van de uitkijken, in de radar te kijken naar welke contact hij kan verwachten. Ook hier een grote mate van zelfstandigheid. Maar misschien net iets te assertief? De korporaals ODOPS Lars Gäde en Jeffrey Koning moeten soms de rem zetten op het enthousiasme van de leerling ma-
oefening
een dip wat langer duurt, dan neem je iemand even onder vier ogen. Maar dat geldt niet alleen bij takenboekers, het kan iedereen op elk moment tijdens zijn carrière overkomen.” “En als het aan het werk ligt, zet je ze even aan een ander systeem of ander werk, zodat je ze even kunt ontzien”, legt Koning zijn tactiek uit. Om tijdens het opwerkprogramma onervaren mensen erbij te hebben is ideaal vinden de beide korporaals. “Ze leren hier heel veel over de traditionele oorlogsvoering, wat je tijdens een rustige transit niet doet. Op deze manier leveren we een veel meer ervaren eerste klas matroos op.”
Matroos 2 TD Gerritse is het zat om als tweede klasser rond te lopen. Dan maar twintig uur per dag werken om de laatste handtekeningen te verdienen.
Commandant, kapitein-luitenant-ter-zee Sebo Hofkamp voer zijn schip met een kleine gereserveerdheid naar het FOST-gebied, maar nu de finale in zicht is, heeft hij het volste vertrouwen in de afloop. Hij heeft gemerkt dat zijn bemanning erg gemotiveerd is en dat is een belangrijke factor voor het moraal van de takenboekers. “Als je goede chefs hebt, die het nog steeds leuk vinden om helemaal in het oefenscenario op te gaan, dan zie je dat die de andere onderofficieren meetrekken in hun enthousiasme. Uiteindelijk bepaalt dat het beeld dat de PBI’er krijgt van de FOST.” Ondertussen is het schip al weer aangevallen en concentreert de bemanning zich om branden te bestrijden, lekken te dichten en ontzette luiken te stutten. luitenantter-zee 3 Sam Woliner heeft vanochtend een hele andere taak. Hij ligt met gebroken ribben en een geperforeerde long in een ondergelopen bevo-ruimte. Kijken of zijn taak AH als acteur ook afgetekend kan worden.
“Als je de dingen steeds beter gaat snappen, wordt het leuk” trozen. “Je merkt dat hun houding verandert met de tijd, maar we proberen ze wel de geldende hiërarchie mee te geven.” Gäde geeft toe dat als er PBI’ers bij zijn, hijzelf soms wat te familiair is met zijn meerderen. “Af en toe slipt er wel eens wat doorheen, maar zij moeten goed begrijpen dat een eerste klas matroos die streep niet voor niets heeft verdiend.” Koning verbaast zich er over als hij een matroos 2 ‘denk ik ook’ of ‘zelf’ hoort zeggen. “PBI’ers begeleiden is erg leuk”, zegt Gäde. “Je leert er sowieso zelf veel van. Hoe dat bijvoorbeeld ook al weer zat met NBCD.” Maar ook het doorgeven van kennis en het enthousiast maken van jonge mensen over je eigen vak spreekt de korporaals erg aan. Investering in de toekomst
“We kijken welke serials belangrijk voor ze zijn. Dan zetten we ze bijvoorbeeld op de stoel van de zeebeeldoperator met een eerste klas ernaast”, legt Koning uit hoe zij de tweede klas matroos in de FOST inzetten. “Het kost wat tijd, maar je hebt er ook veel aan.” Koning kent uit het verleden het beeld van de takenboeker als extra last wel, maar hij ziet het begeleiden van de leerlingen vooral als een investering in de toekomst. Ook als het even niet lekker loopt. “Door zelf enthousiast te blijven en te laten zien dat het werk leuk is, hoop ik dat ik dat ook uitstraal op de PBI’ers.” Gäde springt bij: “Als 7
Alle Hens | November 2010
04.00 05.00 06.00 07.00 08.00 09.00 10.00 11.00 In vier weken 12.00 13.00 14.00 15.00 16.00 17.00 18.00 19.00 20.00 21.00 22.00 scheepsjournaal
groen
“He, zit niet te snurken! De vijand ziet je zo zitten.” Even ben ik in de war. Wat moet ik nu doen? De instructeur ziet mijn twijfel en geeft de vijand de ruimte om daar gebruik van te maken. Gelukkig is het maar een oefening, maar het maakt me wel bewust van hoe het in het echt is. De Groene Module is een voorbereiding op het echte werk.
Tekst en foto’s: Georgia Verbeek
Ik ben 10 juni aan deze opleiding begonnen. Tijdens de eerste twee dagen rouleren we in en leren het kader en onze buddy’s kennen waarmee we vier weken lang de opleiding volgen. Ook zijn we in deze dagen getest op onze fysieke gesteldheid door het afleggen van de Defensie Conditie Proef. Dit is een eis die iedere militair moet halen om de opleiding te volgen. Gelukkig haalt iedereen de test en kunnen we met een met een sterk, goed getraind team beginnen aan de Groene Module Vloot. Groene tijgers
Uitgerust na het weekend moeten we er echt tegenaan. Maandagochtend, iedereen is aanwezig, de lange week vol theorie kan beginnen. Deze theorielessen zijn juist belangrijk, omdat je de geleerde lessen in de twee bivakweken gaat toepassen. We krijgen lessen over verbindingen, kaart en kompas, CBRN en om niet te vergeten, lessen om op operationeel niveau je persoonlijk wapen te kunnen inzetten. Om de week een beetje te breken en om een keer dat stoffige leslokaal te verlaten, krijgen we ook diverse sportlessen. In het begin van de week maken we kennis met de touwbaan.
Alle Hens | November 2010
8
Tussen de bomen zitten we ons eten uit doosjes te bereiden.
Dit was voor velen even wennen maar de tweede keer dat de touwbaan op het lesprogramma stond, gaan we er als groene tijgers overheen. Ook maken we kennis met de klimtoren. Dit was niet voor iedereen een pretje, omdat sommigen hoogtevrees hebben. Na lang aarzelen, verlegt iedereen zijn grenzen en staan we allemaal met beide benen op de grond.
scheepsjournaal Matroos 1 logistieke dienst administratie Georgia Verbeek is sinds 18 januari 2010 geplaatst op het bureau commandement bij het 1e mariniersbataljon. Zij vertelt over de Groene Module Vloot voor de introductie van vlootpersoneel in de ‘groene wereld’ zodat zij een beeld krijgen hoe de structuur en organisatie bij het Korps Mariniers werkt. de knie. Na uren in het bos te hebben gewandeld, strompelt de laatste om vier uur ’s nachts het kamp op. In het veld krijgen we les in camoufleren, zelfhulp, kameradenhulp en het bereiden van de twee verschillende rantsoenen. We leren een search uit te voeren en ons kamp en onszelf te beveiligen. Ook krijgen we uitleg over nachtzichtapparatuur. Na een zware week in het veld hebben we weer een kazerneweek die bestaat uit diverse verbindingslessen, sportlessen, Basis Helikopter Training en search en ammunition awarness in Reek. We krijgen les over IED’s en hoe we moeten mijnenprikken. Dit mogen we ook zelf uitvoeren. Ook lopen we patrouille door een IED-gevaarlijk gebied. Op deze manier besef je pas hoe gevaarlijk het is op een uitzending. Het schrikt je wakker. Voordat we in Kralingen de schietbaan mogen betreden, leggen we op de kazerne een examen in wapenhandelingen af en leren we alvast schieten in de simulator. In Kralingen op de schietbaan schieten we verschillende sessies en marsen dan terug naar de kazerne. Zelfgemaakte haringen
Honderd kilometer van de Van Ghentkazerne vandaan zitten we dan, omringd door bomen ons eten te bereiden en een poging wagen om een tent op te zetten met zelfgemaakte haringen. Het is voor iedereen wennen, maar gelukkig weten we allemaal hoe het werkt. Het is namelijk een van de eerste dingen die we hebben geleerd tijdens de eerste week op de kazerne. Zo zie je maar, een goed begin is het halve werk. “Zijn jullie uitgegeten?’’ schreeuwt de korporaal. We krijgen een kwartier de tijd om ons klaar te maken voor onze eerste opdracht: een kaart- en kompasoefening. Een hele belevenis voor velen, ook voor mij, want niet iedereen heeft het onder
Scenarioweek
Eindelijk is het dan zover, ver weg van de bewoonde wereld ergens in het bos. Het echte werk begint, we worden getest op de dingen die we in de eerste drie weken hebben geleerd. Ik noem het ‘de scenarioweek’. Wij hebben ons eigen kamp en het kader speelt de vijand. Er gebeuren verschillende dingen aan de poort en wij moeten dit op de juiste wijze oplossen. Elke keer spookt er door je hoofd: maar als we dit doen wat dan? Maken we wel de juiste beslissing? We kunnen ze toch niet aan hun lot over laten, maar ook niet het kamp binnen laten? Na elke scenario bespreken we wat er fout, of juist goed ging. Zo leren we van onze fouten en konden we die later toepassen want… Dit keer ben ik de instructeur voor. Ik heb mijn wapen in de aanslag, mijn helm op en ik heb de vijand precies in mijn vizier. Na vier weken Groene Module ben ik er klaar H voor, klaar voor het echte werk!
Het echte werk is begonnen, we worden getest tijdens de scenarioweek.
9
Alle Hens | November 2010
operationeel
Sleutelrol voor boordhelikopter tijdens Atalanta
‘Action Lynx!’ Hr.Ms. Tromp boekte dit voorjaar aansprekende resultaten in de anti-piraterijmissie Atalanta. Hoogtepunt van de operatie was de ontzetting van het Duitse containerschip Taipan. De beelden gefilmd door de helmcamera van de teamleider van de Maritime Special Forces die met zijn mariniers aan boord ging, werd een hit op You Tube. De aircrew van de Lynx die hen daar afzette, blikt vanuit hun oogpunt terug op de inzet.
Ook tijdens de missie bij Somalië beoefenen mariniers en aircrew de fast ropeprocedures.
Tekst: Ingmar Kooman | Foto’s: archief defensie
‘Action Lynx!’ De hele bemanning van Hr.Ms. Tromp weet wat hen te doen staat wanneer dit signaal over de scheepsomroep klinkt. ‘Turtle flight’, de vluchteenheid van de aan boord gestalde Lynx handelt bijna instinctief. De boordvliegtuigploeg, sensoroperator en vlieger snellen naar de hangaar en het helidek. De tacco, luitenant-ter-zee 1 Eric Veldhuizen haast zich naar de commandocentrale voor zijn opdracht. De vlieger, luitenant-ter-zee 2OC Yvonne Niersman heeft inmiddels haar rondje om de kist voltooid en de helikopter opgestart. Race tegen de klok
“Peiling en afstand, meer hoef ik op dat moment nog niet te weten”, verklaart Niersman. “Gewoon gáán!” Een klein kwartier na ‘action Lynx’ is de kist airborne. Eenmaal in de lucht krijgt de crew gedetailleerde informatie over de missie. Een Duitse Orion heeft een noodoproep opgepikt van een containerschip in het patrouillegebied van de Tromp. De onder Alle Hens | November 2010
10
Duitse vlag varende Taipan meldt aangevallen te worden en probeert de piraten af te schudden. “Voor ons dringt de tijd”, beseft Niersman zich. “Zolang de kapers nog niet aan dek zijn, kun je als heli nog iets doen. Het is een race tegen de klok.” De zestig zeemijlen die de toesnellende Lynx moet overbruggen, blijken uiteindelijk toch teveel. “Een heel zuur moment is dat, wanneer je net de laatste overvallers aan boord ziet klimmen”, verzucht de vlieger. “Ter plaatse kunnen we dan alleen de situatie monitoren en zoveel mogelijk foto’s maken.” Dat fotograferen is een van de vele taken van de sensoroperator, sergeant ODOPS Mark van de Lücht. “We zijn er natuurlijk om de kaping te voorkomen”, zegt hij, doelend op de MAG boordmitrailleur waarmee hij schoten voor de boeg en gericht vuur kan geven. “Maar we kunnen altijd de situatie monitoren om zoveel mogelijk te leren over de werkwijze van de kapers.” In de paar minuten dat de Lynx hoog boven de Taipan hangt, fotografeert en filmt hij dan ook volop. Overwegingen
Einde inzet, de piraten winnen? Nee, want onderweg terug naar de Tromp verneemt de Lynxcrew via de nog altijd patrouillerende Orion dat het schip verdacht stil ligt. “Doorgaans gijzelen kapers de opvarenden en zetten ze snel koers richting hun piratennest”, verduidelijkt Veldhuizen. “Maar de piraten lopen schijnbaar doelloos over het schip en de bemanning is nergens te zien. Blijkbaar hebben de opvarenden niet alleen de elektriciteit aan boord afgesloten en het schip stilgelegd, maar hebben ze zich ook teruggetrokken in een zogeheten safe room, een uit voorzorg geprepareerde veilige ruimte.” Terug op de Tromp komen de aircrew, de scheepscommandant en de commandant van de maritieme special forces (MARSOF) samen om de mogelijkheid van een boar-
operationeel
Sergeant Mark van de Lücht speurt de zee af, ondermeer op zoek naar verdachte schepen. De Lynx vliegt minimaal twee keer per dag een patrouillevlucht.
ding te bespreken. De waarnemingen van de Lynxcrew zijn van groot belang. Technisch is het mogelijk een entering met fast rope uit te voeren, stelt het drietal. “Deze manier van boarden betekent wel dat we voor het voorschip op dezelfde hoogte als de scheepsbrug moeten stilhangen. We weten dat dit geen geharde terroristen zijn, maar bandieten die uit nood piraterij bedrijven. Uiteindelijk moeten zowel de MARSOF, de scheepscommandant als de flightcrew er vertrouwen in hebben dat het kan.” Kritiek moment
Om niet als schietschijf te fungeren, brengt de Lynx tijdens de afdaling van de mariniers dekkingsvuur uit.
De Tromp koerst dan al enige tijd in de buurt van de Taipan, ruim buiten schootsafstand van de kapers. De Lynx stijgt op en zet de nadering in. De MAG van de helikopter ratelt, zodat eventuele kapers op de brug geen moed vatten om de naderende helikopter op de korrel te nemen. Op aanwijzingen van Van de Lücht positioneert Niersman haar kist snel en precies boven de hoog opgestapelde containers. Van de Lücht werpt de fast rope uit en de MARSOF krijgt het teken af te dalen. Onder dekkingsvuur van de MAG zoeven de mariniers naar beneden. De kogels versplinteren het veiligheidsglas
11
van de brugramen volledig, ziet Van de Lücht. Na een kleine minuut staat de laatste marinier tussen de containers en neemt de MARSOF met hun Diemaco’s de beschieting van de brug over. “De langste seconden uit mijn carrière”, zucht Veldhuizen. Van de Lücht houdt hem en Niersman steeds op de hoogte van de situatie. De vluchtcommandant houdt afwisselend oog op de gebeurtenissen buiten en de avionicainstrumenten in de kist. “Een probleem met de helikopter, door bijvoorbeeld een treffer van een kleinkaliberwapen, zie je vaak als eerste op je instrumenten.” Uiteindelijk hangt de Lynx een paar minuten boven het dek van de Taipan. De mariniers dalen verder af naar het dek en de heli keert terug naar de Tromp om opnieuw brandstof in te nemen. Een tijdje later komt het verlossende sein: ship secure. De mariniers kunnen tien piraten aan de ‘scorelijst’ van de Tromp toevoegen. De bemanning van de Taipan komt na enige tijd ook tevoorschijn uit hun schuilplaats en kan aan het eind van de avond koers zetten naar een veilige haven. Op de Tromp is tijd voor reflectie, ook voor de airH crew.
Alle Hens | November 2010
10 | 10 | 10
Een historisch weekend Ter gelegenheid van de ontmanteling van het land Nederlandse Antillen op 10 oktober 2010, vonden er diverse activiteiten plaats op Curaçao en Sint Maarten. Defensie, de Antilliaanse Militie en de Kustwacht voor de Nederlandse Antillen zorgden mede voor de ceremoniële ondersteuning. Tekst: Vanessa Strijbosch | Foto’s: Peter Bijpost (AVDD)
De erewacht bij het Statengebouw.
Een peloton van de compagnie van de Koninklijke Landmacht verzorgde de erewacht bij het Statengebouw tijdens
de laatste Statenvergadering op zaterdag 9 oktober. Dat deden zij samen met de Tamboers en Pijpers van het Korps Mariniers en met een peloton van de Antilliaanse Militie. Vanaf Fort Krommelijn klonken elke halve minuut kanonschoten tijdens de verplaatsing te voet van gouveneur Frits Goedgedrag naar het Statengebouw. Op zondag 10 oktober stonden het landmachtpeloton en de Antilliaanse Militie wederom opgesteld voor het Statengebouw als ceremoniële ondersteuning bij de eerste Statenvergadering waarin Frits Goedgedrag zijn functie van Gouverneur van Curaçao aanvaardde. Open house
De marine-eenheden lieten zich in de Annabaai zien: net als Hr.Ms. Pelikaan was ook Hr.Ms. Zuiderkruis toegankelijk voor de bevolking van Curaçao. De kustwachtcutter Panter was eveneens open voor publiek. De Lynx boordhelikopter van Hr.Ms. Zuiderkruis, het stationsschip in de West, verzorgde spectaculaire demonstraties boven de Annabaai en de Boston Whalers waren beschikbaar voor rondvaarten. Alle Hens | November 2010
12
ceremonieel
De demonstraties van de boordhelikopter Lynx trok bekijks in de Annabaai.
Demissionair minister van Defensie, Eimert van Middelkoop greep de gelegenheid aan om een laatste bezoek als minister te brengen aan het personeel in de West.
Kanonschoten
’s Avonds laat werd er een erehaag gevormd op de pontjesbrug voor ZKH prins Willem-Alexander en prinses Maxima, samengesteld door diverse geüniformeerde diensten waaronder ook de Koninklijke Marine en de Antilliaanse Militie. Vlak voordat het nieuwe land Curaçao een feit was, gaf de marine voor de laatste keer het traditionele saluut van eenentwintig kanonschoten aan het land Nederlandse Antillen af vanaf Fort Krommelijn. Nadat de vlag van het nieuwe land Curaçao was gehesen, luidden naast het vuurwerk ook de scheepshoorn van de schepen in de Annabaai het land Curaçao feestelijk in. Medaille
Geen cruiseschepen maar Boston Whalers in de Annabaai.
Demissionair minister van Defensie Eimert van Middelkoop was ook een van de aanwezigen bij de ceremonies ter gelegenheid van de staatkundige overgang van de Nederlandse Antillen. Hij greep deze gelegenheid aan om nog eenmaal als Minister van Defensie een bezoek te brengen aan Defensie in
13
het Caraïbisch Gebied en te praten met het personeel. Aan boord van Hr.Ms. Zuiderkruis sprak de minister met bemanningsleden en reikte hij een bronzen medaille uit aan Matroos 1 LDV Tristan Gyömörel en de zilveren medaille aan sergeant ODOPS Mark van de Lücht. De volgende dag vloog de minister naar Aruba om daar de herinneringsmedaille uit te reiken aan de drieënveertig militairen die zijn ingezet voor de noodhulpoperatie in Haïti.
Ondanks dat de Nederlandse Antillen verdwenen zijn en hiervoor in de plaats de twee nieuwe landen Curaçao en Sint Maarten en drie bijzondere gemeenten gekomen zijn, veranderen de taken van defensie in het Caraïbische Gebied niet. “Ook na 10-10-10 blijft de defensie van de eilanden een koninkrijksaangelegenheid die wordt uitgevoerd door de Nederlandse krijgsmacht”, aldus de Commandant der Zeemacht in het Caraïbische Gebied, AH brigade-generaal der maniniers Dick Swijgman.
Alle Hens | November 2010
C ultuur
Missie in Irak
in nieuwe publicatie
“Defensie heeft de afgelopen jaren de grenzen flink verlegd en is van een gesloten organisatie veel meer een open organisatie geworden.” Dat zei demissionair minister Van Middelkoop bij de presentatie van het nieuwste boek van het Nederlands Instituut voor Militaire Historie, ‘Missie in Al Muthanna. De Nederlandse krijgsmacht in Irak 2003 – 2005’. “Journalisten gaan embedded mee en trekken hun eigen conclusies. Alleen informatie die rechtstreeks gevaar oplevert voor de troepen, moet begrijpelijkerwijs buiten de openbaarheid blijven.”
Tekst: Bert van Elk | Foto’s: Archief defensie
Tijdens de missie in Afghanistan heeft een wetenschapper van het Nederland Instituut voor Militaire Historie ter plekke dagelijks een dagboek kunnen bijhouden uit oogpunt van verslaglegging en geschiedschrijving. Een bijzondere situatie, stelde de minister. Hij maakte de vergelijking met de operationeel notulist uit de tijd van prins Maurits, want ook toen al was ver-
Alle Hens | November 2010
14
slaglegging van groot belang. “Het maakt verantwoording mogelijk die defensie aflegt aan het parlement en daarmee aan de Nederlandse bevolking. Wij doen dat tijdens de missie, maar ook erna. Elke missie wordt grondig geëvalueerd.” Dat de Nederlandse militairen in Irak aanvankelijk onder een opgerekt mandaat werkten, noemde Van Middelkoop ‘geen en-
C ultuur
opzetten van nieuwe Irakese bestuursstructuren. Dit was nodig om de opdracht, het brengen van veiligheid om een restauratie van het normale maatschappelijke leven mogelijk te maken, te kunnen uitvoeren. “Maar het stond haaks op de expliciete voorbehouden die Nederland met Groot-Brittannië had afgesproken om zich te kunnen presenteren als nietbezettend coalitiegenoot en zelfverklaard vredeshandhaver.” The Dutch Touch
De Nederlanders raakten veel meer met de bezetting verweven dan het kabinet wilde kel probleem’, omdat zij zich aanpasten aan de aard en omstandigheden van de missie. Daar kwam volgens hem nog bij dat de Tweede Kamer hiervan op de hoogte was en het ook goedkeurde. De minister benadrukte nog eens dat de Nederlandse militairen hun werk als stabilisatiemacht in moeilijke omstandigheden hebben gedaan. “Onze mannen en vrouwen wisten niet hoe de situatie in Irak zich zou ontwikkelen. Het was elke dag weer kijken welke uitdaging zich aandiende. Lokale veiligheid was daarbij het speerpunt en zo brachten we stabiliteit. Daarmee wonnen we ook het vertrouwen van de lokale bevolking.” Zelfverklaard vredeshandhaver
De auteurs, dr. Arthur ten Cate en dr. Thijs Brocades Zaalberg stellen in hun boek dat de bijzondere expeditionaire inzet van de Nederlandse militairen in het bezette Irak anders verliep dan de Nederlandse regering vooraf voor wenselijk hield. De Nederlandse Battle Group, onder leiding van een Brits divisiehoofdkwartier, raakte veel meer met de bezetting verweven dan het kabinet eigenlijk wilde. De Nederlandse eenheid was in de praktijk betrokken bij ordehandhaving en criminaliteitsbestrijding en vervulde een centrale rol in het 15
Volgens de auteurs is het beter om te spreken over Dutch touch in plaats van Dutch approach tijdens de Nederlandse aanwezigheid in Irak. Aan het optreden van de Nederlandse militairen lag volgens hen geen uitgedacht en uitgewerkt concept ten grondslag dat naar de letter werd uitgevoerd. “Dutch touch doet meer recht aan de subtiele improvisaties die hebben bijgedragen aan de positieve prestatie die in Al Muthanna is neergezet”, stellen zij. Aan het succes van de missie ligt volgens hen een aantal redenen ten grondslag. Zo doken de Nederlandse Battle Group (NLBG) en de politiek adviseur in het gat dat de Coalition Provisional Authority - de executieve dienst van de Amerikaans-Britse bezetting - liet vallen. De door de Nederlanders gehanteerde werkwijze werd zelfs het model voor de rest van het land. Verder vormde een met Nederlandse militairen gevuld Government Support Team aanvankelijk het enige executieve CPA-agentschap met het vermogen geld uit te geven aan het (her)opstarten van overheidsdiensten en publieke voorzieningen en het uitvoeren van wederopbouwprojecten. Alleen de NLBG was bij machte de openbare orde te handhaven en de georganiseerde misdaad in het gebied te bestrijden. De Nederlanders en Irakezen werden in deze provincie weinig gehinderd door het gewapende verzet, dat elders in Irak wel groeide. Twee gewelddadige opstanden die de revolutionaire Sadr-beweging in april-mei en augustus 2004 begon, doorstond de battle group opmerkelijk goed. “Cruciaal hierbij waren de stammen, niet de veiligheidsdiensten. De NLBG kon een ondersteunende rol aannemen, terwijl een oud systeem van balance of power en sociale controle tussen de stammen in de provincie in werking trad om de rust en orde te bewaren”, aldus Ten Cate. De grote hoeveelheden geld die konden worden uitgegeven, hebben ook bijgedragen aan het Nederlandse succes. “De stabilisatiemissie in Al Muthanna kende een wederopbouwdimensie, waardoor de NLBG´s leken op wat tegenwoordig Provinciale Reconstructie Teams (PRT´s) worden genoemd, maar met een grote hoeveelheid geld onder beheer van militaire commandanten. Een waardevolle aanbeveling voor toekomstige missies zou daarom kunnen zijn: zorg dat een commandant over een goed gevulde eigen krijgskas beschikt.” De directeur van het NIMH, drs. P.H. Kamphuis verwacht dat het boek leidt tot reflectie binnen de professionele ‘lerende organisatie’ die krijgsmacht heet “en aldus ertoe bijdraagt, dat eenheden bij toekomstige expeditionaire inzet nog beter zijn toegerust om opgedragen taAH ken uit te voeren.” Alle Hens | November 2010
operationeel
Het CIMIC bataljon slaat bruggen
‘Welke missie ook, je hebt altijd te maken met de bevolking’ Inshalah. Zo god het wil. Dat bedoelt een Afghaan zeer letterlijk. Dat ervoer luitenant-ter-zee 2OC Michel Kalf althans tijdens zijn uitzending als CIMIC’er in Deh Rawod. Indrukwekkende ervaringen van marinecollega’s in het 1 CIMIC Bataljon.
Tekst: Barry Wijnandts | Foto’s: 1 CIMIC Bat
“Een Afghaan komt naar me toe om geld te vragen voor zijn project. Terloops vertelt hij me dat zijn kind om vier uur die nacht is overleden. Inshalah, zo God het wil. Ik vermoedde dat hij dat vertelde om geld voor de begrafenis te regelen. Maar die man had geen enkele bijbedoeling met dat verhaal. Het was gewoon letterlijk gods wil dat zijn kind dood ging.” Kalf heeft veel geleerd van zijn uitzending in Afghanistan. Hij heeft er van 2 september 2009 tot en met 26 maart 2010 gezeten als commandant van een CIMIC Support Element. “Lokale mensen komen naar je toe met een verzoek voor een project. Dan gaan wij in onderhandeling en moeten we toestemming krijgen van de militaire en civiele staf in Tarin Kowt. Afhankelijk van wat voor project en in welk gebied kunnen ze dan aanspraak maken op een bedrag van duizend tot tienduizend dollar”, legt hij in notendop zijn werk als CIMIC’er, of civiel-militaire samenwerking, uit. Het 1CIMIC Bataljon is in 2007 opgericht door de landmacht en de marine en valt onder aansturing bij het Operationeel Ondersteunings Commando van de landmacht. Door de huidige type missies en de 3D-benadering (defence, diplomacy and development) die defensie veelal toepast, komen militairen veelvuldig in contact met de burgerbevolking. Dat gebied is het werkterrein van de CIMIC’er. Verbonden aan een peloton draagt hij tijdens patrouilles zorg voor de contacten met de burgerbevolking. Kalf ging dagelijks de poort uit, soms op eendaagse, vaak op meerdaagse patrouilles, waarbij zijn groep beschoten is, over explosieven is gereden, en IED-leggers heeft betrapt. “Je werkt hier in een land onder bijbelse omstandigheden”, omschrijft hij het werk. “Hier geldt het recht van de sterkste en leven mensen volledig afhankelijk van wat de natuur hen biedt.” Oogsten bepalen deels de mate van rust of onrust in het gebied. “Ik ging heen met het idee dat de Taliban slecht Alle Hens | November 2010
16
AOOLDGB Roel de Kort tijdens zijn missie in Afghanistan.
was en de rest goed, maar na een paar maanden was ik uit die droom geholpen. De gewone man moet overleven en dat bepaalt voor welke kant hij kiest.” Geïnfecteerd door de Taliban
Kalf noemt het belangrijkste resultaat dat CIMIC behaalt in Afghanistan dat mensen met eigen ogen zien dat de ISAFtroepen niet de dorpen inkomen om te roven en te plunderen, maar dat het rustiger en veiliger wordt. “Vader krijgt werk, er komt geld binnen en daardoor is het thuis ook weer wat veiliger. Als de kinderen dat zien, raken ze hopelijk het beeld van de blanke waarmee ze geïnfecteerd zijn door de Taliban, kwijt.” Zo’n missie vraagt wel wat van mensen en als CIMIC’er wordt je behoorlijk zwaar belast. Niet alleen emotioneel, maar ook fysiek. “Je bent de enige, dus terwijl de patrouilles elkaar aflossen, ga jij met elke patrouille mee”, legt Kalf uit. “Bovendien duurt een CIMIC-missie zes maanden in het uitzendgebied.” Omdat CIMIC’ers overal vandaan komen, hoeven ze niet eens een achtergrond te hebben in gevechtsfuncties, zoals voor veel marinecollega’s geldt. Adjudant onderofficier LDGB Roel de Kort is daar een voorbeeld van. “Ik houd van werken in kleine teams. Daarom koos ik bewust voor Deh Rawod, waarbij ik veelvuldig op een buitenpost zat.” Zijn eerste patrouille begon al spectaculair. Hij werd per Chinook naar een markt gebracht waar de Amerikanen zojuist een aanval op hadden gedaan. “Wij werden er naartoe gestuurd om een Battle Damage Assessment te doen. Ik kreeg meteen hordes boze mensen om me heen.
operationeel
Die zien een militair en maken geen onderscheid tussen Amerikanen en Nederlanders. Daar moet je mee om kunnen gaan.” De Kort merkte dat de fysieke eisen voor een CIMIC’er hoog moeten liggen. “Er zijn patrouilles die alleen om onze aanwezigheid gaan. Dan maken we zoveel mogelijk kilometers op een dag. Op het moment dat de patrouille ging lunchen, mocht ik in gesprek gaan met de locals. Onderweg moet je dan maar even snel wat naar binnen stoppen.” De Kort moet nog lachen als hij aan sommige oefeningen terugdenkt: “Ik ben ook niet meer de jongste, en als de jongens in mijn groep dan vragen: ‘Kun je niet even gaan praten? Wij willen even pauzeren’, is dat toch een compliment.” Zoveel mogelijk buiten
De CIMIC’er is een bekend gezicht in het dunbevolkte gebied. Na een paar maanden ken je de bevolking en de bevolking kent jou. “Vorige week deed ik een debrief met een van mijn opvolgers. Dan zie ik een heleboel bekende gezichten op foto’s”, vertelt De Kort. “Maar ook verslagen over gedragingen die ik precies bij bepaalde personen kan plaatsen.” Het ge-
bied wordt op een gegeven moment eigen en je gaat op bepaalde zaken letten. Behalve het ondersteunen van projecten, vormen ook inlichtingen inwinnen een deel van het werk. Niet alleen door met lokale bewoners te praten, maar ook door simpel waarnemen. “Ik probeerde zoveel mogelijk buiten te staan, achter het wapen, zodat ik vanuit de voertuigen zoveel mogelijk van het gebied kon opnemen”, beschrijft De Kort. “Zo zag ik bijvoorbeeld ergens ineens een driepoot staan. Dat kan betekenen dat iemand daar een waterput aan het slaan is, waarbij ik misschien iets kan betekenen.” Op andere momenten passeerde De Kort de zogenaamde red line, de grens waarachter het land beheerst wordt door de Taliban. “Daar zag ik in de heuvel holen, die heel tactisch uitkeken over de weg in de vallei.” Zo kijkt de CIMIC’er niet alleen naar waar hij kan helpen, maar verkrijgt hij ook inlichtingen die interessant kunnen zijn voor de operatie. Veel CIMIC-missies zijn unieke uitzendingen op individuele basis. De Kort is echter bij het bataljon zelf geplaatst en doet geregeld aan opwerktrajecten mee voor eenheden die uitgezonden gaan worden. Indian Falcon was voor de goederenbeheerder een buitengewone oefening. “Ik ben meegeweest bij een first entry met de Charlie compagnie van de Luchtmobiele Brigade. Daarvoor heb ik mijn militair parabrevet gehaald”, zegt hij bescheiden. Dit was voor het eerst dat een CIMIC’er op deze manier met de eerste patrouille in een gebied is gedropt. Zijn initiatief om eens een parachutesprong te maken, begon als een voorstel voor een personeelsuitje, maar kreeg op deze manier ineens een operationele wending. Inmiddels zijn volgens De Kort het Korps Mariniers en het Korps Commandotroepen geïnteresseerd geraakt om een CIMIC’er mee te nemen bij een first entry. Een nuttig middel
Hoever de mogelijkheden van deze specifieke militairen strekken, ligt voor een groot deel in handen van de pelotonscommandant van de patrouille waaraan deze gekoppeld zijn. “Alles begint met een briefing”, zegt De Kort, “waarin wij
Het marinepersoneel van het 1 CIMIC bataljon.
17
Alle Hens | November 2010
operationeel
“Als de kinderen ons zien, raken ze hopelijk het beeld van de blanke waarmee ze geïnfecteerd zijn door de Taliban, kwijt” onze wensen bekend maken. De pelotonscommandant gaat met alle input een plan maken. Maar hij staat voor mijn en zijn veiligheid, dus hij stuurt mij aan.” Onderweg kan de CIMIC’er altijd overleggen, als hij ergens wat langer wil blijven hangen of iemand wil spreken. De pelotonscommandant bepaalt uiteindelijk of de situatie dit toelaat. Wel heeft de CIMIC’er invloed op die situatie en vormt op zijn manier weer een nuttig middel voor de pelotonscommandant. In de oefening Indian Falcon maakten snipers een dorp onveilig. De burgemeester is overstuur, de vluchtelingenorganisatie besluit om haar kantoren te sluiten, de bevolking is in paniek. “Wij kennen het gebied al en weten wie goed of slecht is. Belangrijke informatie voor de pelotonscommandant als we het dorp intrekken”, aldus De Kort. “Het eerste wat ik wil doen is de burgemeester gerust stellen en zorgen dat hij zijn bevolking binnen kan laten blijven. Dan weet het peloton dat iedereen die nog op straat is, daar niet hoort.” Vervolgens ging De Kort naar het kantoor van de vluchtelingenorganisatie om hen te overtuigen om te blijven. “Zo probeer ik de omgeving weer rustiger te krijgen. Dat maakt de patrouille eenvoudiger.” Maar op basaler niveau geldt de CIMIC’er ook ‘gewoon’ als een extra wapen binnen de patrouille. “De pelotonscommandant kan eenvoudiger twee of drie man op pad sturen, de CIMIC’er is ook een rifleman. Maritieme CIMIC
Dat onderstreept ook waarnemend commandant van het 1 CIMIC bataljon, majoor Leendert Hollander. “CIMIC is een kans. De commandant heeft met een CIMIC’er zijn handen vrij om dingen te doen als hij een onbekend gebied in gaat. Hij kan zich storten op de missiedoelen als hij iemand heeft die helemaal toegewijd is om zich met de lokale bevolking bezig te houden.”
Alle Hens | November 2010
18
CIMIC is typisch een ding dat past bij landoperaties. Maar toch kijkt het bataljon ook wat ze voor de marine kan betekenen. De operatie Falah Watra enkele jaren terug, waarbij Lynx helikopters vanaf Hr.Ms. Rotterdam hulp boden bij grote overstromingen in Suriname was daar een goed voorbeeld van. En ook het African Partnership Station, waarbij Hr.Ms. Johan de Witt is ingezet, is een typische CIMIC-operatie. Dit soort inzet vanaf zee staat echter nog wel in de kinderschoenen. “Deze wetenschap is relatief nog jong”, zegt majoor der mariniers Jan Gerrit Brouwer. Hij is als reservist specifieke deskundige de marine ingestroomd. “We hebben zes jaar ervaring in Irak en vier in Afghanistan. Daarnaast hebben we de LOT-huizen in voormalig Joegoslavië waar veel CIMICachtige activiteiten worden ondernomen.” Voor een specifieke kennisopbouw van ‘maritieme CIMIC’ is dus nog niet veel sprake. “Meestal is een schip al weer weg als de wederopbouw begint”, aldus Brouwer. “Zoals in Haïti, een schip zit daar de eerste vijf dagen na de ramp. Daarna vertrekt ze alweer. Adjudant onderofficier ODOPS Guus Laan is helemaal enthousiast over het CIMIC bataljon. “Ik vind het leuk om met mensen te werken en dit bataljon biedt kansen genoeg voor mij.” Maar ook voor de marine: “Het zou goed zijn om een CIMIC’er mee te sturen naar de FOST om bij de DISTEX (oefening in humanitaire hulpverlening, red.) ingezet te worden.” CIMIC biedt een uitstekende plek voor wie flexibel en sociaal is en wiens horizon breder is dan defensie. H
mens en werk
Zakelijke integriteitzorg bij de Koninklijke Marine
Een zuivere zaak
Stel dat je naast je baan bij de marine ook nog werkt in de zaak van je vader, een zeilmakerij. Toevallig levert hij zeildoek voor de tenten en de vrachtwagens van het Korps Mariniers, een van zijn grote klanten. Een voorbeeld waarbij de zakelijke integriteit mogelijk in het geding komt. Tekst: Barry Wijnandts
“Als je nevenwerkzaamheden je functie en het dienstbelang raken, moet je dat melden”, zegt luitenant-ter-zee van administratie 2OC Robert Lobbes, functionaris Integriteitszorg voor het CZSK. Lobbes is het meldpunt en de vraagbaak voor de organisatie op het gebied van zakelijke integriteit. Liefst is hij het tweede en voorkomt hij incidenten als belangenverstrengeling of aannemen van steekpenningen. “Als je je nevenwerkzaamheden niet meldt en achteraf blijkt dat het wel had gemoeten, dan heet dat plichtsverzuim en heeft dat rechtspositionele stappen tot gevolg”, maakt hij zijn verhaal af. Lockhead affaire
Functionaris Integriteitszorg is een wat verwarrende naam in een tijd waarin vooral de interpersoonlijke integriteit veel aandacht krijgt. Lobbes kijkt simpel gezegd niet naar wat medewerkers elkaar aandoen, maar wat medewerkers de organisatie aandoen. “De oude benaming was bureau Bijzondere Opdrachten. Die is opgericht in 1976 naar aanleiding van de Lockhead affaire”, zegt Lobbes. Sinds 2001 heeft het bureau echter de nieuwe naam en zijn er ook een paar taken bijgekomen. “Sommige hoofdtaken stonden al beschreven in een baksorder Koninklijke Marine uit 1956”, verwijst Lobbes naar een kopie van een antiek stuk tekst dat aan de muur van zijn kantoor hangt. “Aannemen van geschenken, deelnemen in leveranties en nevenbetrekkelijke bekleding.” Taken die erbij zijn gekomen, komen voort uit de verschuiving van een handhavende naar een adviserende rol. “Ik ben niet alleen een meldpunt voor vermeende schendingen, maar ook advies en voorlichting geven horen bij mijn takenpakket.”
mee te wegen. Is het gedrag verwijtbaar of onbewust gegaan? Is diegene al vaker in de fout gegaan? Gaat het om iets groots dat moet worden onderzocht? “De spelregels zijn handvatten. Hoe we ze toepassen ligt aan de spelers en de omstandigheden.” Om je bewust te worden van de spelregels past Lobbes dilemmatrainingen toe. Daarmee leren medewerkers te kijken naar bijvoorbeeld hun contacten met het bedrijfsleven. Welke contacten zijn er geweest? Hoe verliep dat? “De jongens en meiden aan de ‘andere kant’ zijn bezig met het verkopen van hun product. Door daar meer bewust van te worden, en door functies te scheiden, willen we de integriteit van onze organisatie bevorderen.” Lobbes denkt aan een bottelier die de ene keer misschien een aansteker overhoudt aan een ontmoeting met een vertegenwoordiger, maar de volgende keer een horloge van 75 euro. Veel bedrijven geven met kerst presentjes. “Je krijgt bijvoorbeeld een flesje wijn. Is dat een flesje van vijf euro of van honderd?” Met de geboden anonimiteit hoopt Lobbes zo toegankelijk mogelijk te worden voor de medewerkers. “De melder heeft al een dilemma om te melden en ik moet de drempel zo laag mogelijk zien te houden. Ook kan je een melding doen bij je lijnmanager of commandant. “Als mensen vooraf bij me komen, kan dat achteraf een hoop vervelende zaken voorkomen. ”
Verwijtbaar
Met die laatste aanpak wil Lobbes bereiken dat de medewerker zich meer bewust wordt van de grenzen van zakelijke integriteit. “De regels zijn duidelijk. Maar ik kan me goed voorstellen dat als iemand voor het eerst op een functie zit en nog tamelijk onbekend is met bepaalde situaties in pure naïviteit de mist in gaat. En dat is voor hem een bepalende factor om 19
Geïnteresseerd in voorlichting of een dilemmatraining, hebt u een vraag of wilt u een melding doen: de functionaris Integriteitszorg is te bereiken op DSN 209 57702, mobiel 06 23113232 of per e-mail:
[email protected]
Alle Hens | November 2010
De kracht van gecombineerde vuurkracht Drie, twee, één… met een luide explosie creëren genisten van het Korps Mariniers een doorgang in een qualamuur. Vervolgens schakelen infanteristen van de 11 Infanteriecompagnie de tegenstanders in het gebouwtje met scherpe munitie uit. Een grote groep veiligheidsfunctionarissen in gele en rode hesjes houdt het spektakel nauwlettend in de gaten. In het Duitse Grafenwöhr speelde van 6 tot 25 september in twee shifts een schiet- mobilitytraining en een Optreden in Verstedelijkt Gebied. Deelnemers waren de 11e en 23e Infanteriecompagnie en de 14 en 24 Ondersteuningscompagnie van het Korps Mariniers. Foto: Cees Baardman
Alle Hens | November 2010
20
ceremonieel
21
Alle Hens | November 2010
personeel
De zorgmakelaar van de marine Alleen in Engeland in voorbereiding op een nieuwe plaatsing, gezin op Curaçao in afwachting op de verhuizing naar Groot-Brittanië en geen huisvesting meer in Nederland. In deze situatie bevond sergeant-majoor ODVB Hans Smeltzer zich afgelopen lente toen hij pijn op zijn borst voelde. Een paar dagen later werd hij wakker in het ziekenhuis. “Wat een puinhoop, niet?” lacht de inmiddels weer gezonde verbindelaar vanachter het bureau op zijn re-integratieplaatsing. “Maar het had nog een veel grotere bende kunnen zijn als de Sociaal Medische Dienst niet in actie was gekomen.”
Tekst: Maartje van der Maas | Foto’s: AVDD
De marinekazerne Driehuis is dicht en de Sociaal Medische Dienst (SMD) heeft haar intrek genomen in de oude technische school op het Marine Etablissement Amsterdam. De kantoren in het gerenoveerde gebouw ogen open en fris en hebben een wijds uitzicht over het centrum van de stad en de kazerne. “En dat is nou precies wat we met de SMD ook willen uitstralen”, stelt kapitein-luitenant-ter-zee Martin Luttge, die het komende jaar als hoofd SMD verantwoordelijk is voor de transitie naar de nieuwe situatie. “Niet meer weggestopt in de bossen van Driehuis. Hier zijn de patiënten duidelijk zichtbaar als de militairen die met professionele hulp hard werken om zo snel mogelijk weer gezond op hun oude werkplek terecht te komen.” Zorg op maat
Luitenant-ter-zee 1 Hans van der Horst is dokter bij de zorgmakelaar van de marine. “Sinds 2007 werken we volgens de wet Poortwachter. Deze wet schrijft voor dat patiënten twee jaar doorbetaald worden en dat de werkgever er in die tijd alles aan moet doen om de werknemer gezond weer terug te krijgen op de oude functie.” Wanneer een patiënt bij de SMD komt, wordt daar gekeken hoe zorg op maat gegeven kan worden. “Sommige mensen behandelen we zelf want artsen, fysiotherapeuten en sportinstructeurs werken hier allemaal en we hebben de nodige faciliteiten.” Op de eerste verdieping van het vernieuwde gebouw glimmen de sportapparaten de patiënten toe vanuit een goed uitgeruste revalidatiezaal. “Kan de patiënt elders beter behandeld worden, verwijzen we door naar bijvoorbeeld het Militair Revalidatie Centrum of Heliomare. Als ‘makelaar’ zetten wij echter het Alle Hens | November 2010
22
SMJRODVB Smeltzer is weer gezond en twee dagen tewerkgesteld bij Operationele Personele Zorg.
traject in gang, bewaken de geldende termijnen en houden continu vinger aan de pols.” Een monsterrit
“Ik zat in Northwood toen ik druk op mijn borst en pijn in mijn arm voelde”, vertelt Smeltzer. “Daar ben ik via de ziekenboeg van de basis in het ziekenhuis terecht gekomen en meteen gedotterd. De verbindelaar vertelt dat hij daarop zijn
zorgmakelaar personeel
oude collega’s bij Operationele Personele Zorg en de SMD heeft gebeld. Deze laatste instantie pakte alle regelrompslomp over. Met een smalende blik op zijn gezicht vertelt Smeltzer dat hij naar Nederland moest. “Dat was een leuke uitdaging want ik mocht niet vliegen. De SMD koppelde mij aan een collega die met de auto naar Nederland zou rijden en na een monsterrit van tien uur was ik terug in Nederland. Helaas kreeg ik toen weer druk op de borst en kwam voor de tweede keer in het ziekenhuis terecht.” Toen ik wakker werd na het plaatsen van een aantal stands, stond de begeleidingsofficier van de SMD aan mijn voeteneind en mijn gezin naast mijn bed.” Smeltzer herinnert zich verbaasd te zijn. “Hoe waren ze hier gekomen en waar sliepen ze nu? Ons huis in Nederland was verhuurd maar het bleek dat er een bungalow op een vakantiepark was geregeld. Tickets, contact met het werk, declaraties. Alles was geregeld door de SMD en ik hoefde me alleen te richten op mijn revalidatie.” Primaire arbeidsplaats behouden
“Naast het voorzien van de juiste zorg, neemt de SMD ook alle administratieve taken op zich”, legt kapitein-luitenantter-zee Ineke Dekker-Prinsen uit, hoofd van de afdeling be-
Als ‘zorgmakelaar’ zet de SMD het revalidatietraject in gang en houdt vinger aan de pols
geleiding en re-integratie. “Als een medewerker SMD geplaatst wordt, blijft de primaire arbeidsplaats behouden en doen we er alles aan om die patiënt weer op de oude plek terug te krijgen. Wij nemen echter een aantal taken van de lijnmanager over. DIDO, verzoeken of declaraties lopen via ons. Mocht het niet mogelijk zijn om te re-integreren op de originele werkplek omdat dat bijvoorbeeld een operationele plaatsing is, gaan wij op zoek naar een andere geschikte functie en houden daarnaast contact met P&O.” Trots vervolgt zij: “Wij zijn het enige krijgsmachtdeel dat een instantie zoals de SMD heeft en slagen erin om tachtig procent van de werknemers weer op hun originele plaatsing terug te krijgen binnen de periode van een jaar.” Luttge vult haar aan: “Aan de meeste mensen zie je niet eens dat ze patiënt zijn, die zijn namelijk ergens aan het re-integreren.” Smeltzer heeft zijn Engeland-plaatsing helaas aan zich voorbij moeten laten gaan maar is nu twee dagen in de week tewerkgesteld bij Operationele Personele Zorg, een afdeling waar hij al voetstappen had liggen. “Zevenenveertig jaar lang ben ik gezond geweest in dit bedrijf en heb ik niets nodig gehad. Maar vanaf het moment dat er iets aan de hand was, hing er een gigantisch vangnet onder mij en mijn gezin. Daar neem ik mijn petje voor af.” H
Het team van de SMD in de prachtige sportzaal van het vernieuwde complex in Amsterdam.
23
Alle Hens | November 2010
mens en werk
Veiligheid en milieu als rode draad “Het belang van het milieu en veilig werken kunnen we niet genoeg benadrukken”, stelt vice-admiraal Matthieu Borsboom in de introductie van het programmaboekje Veiligheid en Milieudagen Defensie 2010. Ondanks dat het Commando Zeestrijdkrachten als organisator optreedt voor deze dagen, maakt de uitgebreide lijst gastsprekers duidelijk dat veilig en milieubewust werken niet slechts bij defensie, maar nationaal en internationaal de aandacht heeft.
Tekst: Maartje van der Maas
Op de parkeerplaats voor het evenementencentrum de Witte Raaf op het Facilitair Steunpunt Nieuwe Haven (FSP NH) in Den Helder staan politiewagens, busjes van bedrijven die gespecialiseerd zijn in gehoor- of zichtbescherming maar ook knalrode wagens van de brandweer Noord Holland Noord. “We hadden de zaal ingedeeld voor negentig bezoekers”, vertelt de coördinator van de Veiligheidsdag, luitenant-ter-zee 1 Communicatiebureau Arboriginals zorgt voor luchtig en interactief vermaak tussen de presentaties door.
Alle Hens | November 2010
24
Michel Groenbos. “Het zijn er dertig meer geworden.” Een variëteit aan groene en blauwe uniformen zit naast even zoveel burgerpakken voor het grote podium in de zaal van de Witte Raaf. Op het podium vertelt luitenant-kolonel Peter Butz van de luchtmacht over het Veiligheids Management Systeem dat defensie aan het ontwikkelen is. “De can domentaliteit die wij als defensiemedewerkers hebben, is vaak
mens en werk
onze kracht. Toch moeten we blijven nadenken over de risico’s die we lopen als we zeggen: dat doen we wel even.” Veiligheid verankeren
En dat is waar het om gaat vandaag. Zowel in de Witte Raaf als aan boord van Hr.Ms. Johan de Witt presenteren de gastsprekers onderwerpen die met veiligheid te maken hebben. Beheer van confidentiële documenten, beschermen van jezelf en collega’s, opslag van gevaarlijke stoffen. Slechts een greep uit het uitgebreide palet aan thema’s die aan bod komen. Op het podium spreekt Butz verder. “Staan we altijd stil bij de risico’s die alledaagse werkzaamheden in onze defensiewereld, zoals het rijden met een kraan of het schoonmaken van wapens, met zich meebrengen? Als we een operatie plannen dan maken we een analyse van de dingen die kunnen gebeuren. Waar is de vijand? Welke wapens heeft hij? Wat kan er gebeuren als hij aanvalt? Eigenlijk moeten we altijd zo’n risico-inventarisatie uitvoeren op het gebied van veiligheid voordat we ergens aan beginnen.” Kazerneadjudant Willem van Leeuwen is een van de toehoorders in de zaal. Hij heeft op ‘zijn’ Nieuwe Haven regelmatig te maken met werkzaamheden waarin veiligheidsrisico’s een rol spelen. “Ik denk dat we de gevaren wel altijd in ons achterhoofd hebben maar er af en toe niet genoeg bij stilstaan. En dat is precies waar deze dagen goed voor zijn. Nadenken over veiligheid moet verankerd worden in onze organisatie.” Bootsman Dennis Bouman geeft les aan de Voortgezette Vakopleiding Nautische Dienst en zit ook in de zaal. “Vanmorgen was ik aan boord van Hr.Ms. Johan de Witt waar twee sessies plaatsvonden. Er werd onder andere gesproken over de opslag van gevaarlijke stoffen”, vertelt de naut. “Erg interessant voor ons vakgebied want aan boord is de nautische dienst beheerder van Bergplaats Licht Ontvlambare Stoffen. Hierbij moeten we niet alleen om veiligheid denken maar er komt ook een milieuaspect bij kijken.”
Nadenken over veiligheid en milieu moet verankerd worden in onze organisatie Militair en milieu in dialoog
De volgende ochtend worden tijdens de openingsspeech van generaal-majoor Ton Van Ede, de PC-ZSK, nog snel drie torens stoelen naar binnen gereden. De opkomst voor de milieudag is ook groter dan verwacht en weer valt de variëteit aan uniformen en burgerkleding op. Een medewerker van Lloyds, de internationale organisatie die onder meer marineschepen goedkeurt voordat ze afgebouwd worden, geeft aan uit nieuwsgierigheid gekomen te zijn. “Ik ben benieuwd hoe defensie de militaire operaties combineert met de begrippen duurzaamheid en milieu. Daar hoop ik vandaag wat meer inzicht in te krijgen.” Van Ede, die een geschiedenis heeft in de amfibische wereld, voorziet hem meteen van wat duidelijk25
heid. “De kazerne van de amfibische tak van het Korps Mariniers ligt op Texel en ons grootste oefengebied is het stuk Waddenzee naast de kazerne, een beschermd natuurgebied. Omdat we onze oefeningen in de voorbereiding altijd goed doorspraken met de milieubeweging, wisten we precies waar en wanneer we wel of niet konden komen en zijn er nooit problemen geweest. Als militair en milieu met elkaar in dialoog blijven, gaat er een wereld aan mogelijkheden open.” De tweede spreker van de dag, Aart van den Assem, werkzaam voor de directie ruimte, milieu en vastgoedbeheer, gaat in op de combinatie defensie en duurzaamheid. Nadat hij kort uitweidt over de Duurzaamheidsnota defensie, komt hij met een aantal sprekende voorbeelden. “Als u straks de nieuwe Kromhoutkazerne van de landmacht in Utrecht binnenloopt en u staat op het prachtige natuursteen op de grond, zult u vast denken: dit heeft een aardige duit gekost. Dat is ook zo maar het is goedkoper dan tapijt dat we elk jaar moeten reinigen en om de vijf jaar moeten vervangen. Hetzelfde geldt voor de aanschaf van de windmolens bij Coevorden die niet goedkoop zijn maar de investering snel terugverdienen. Dat is duurzaam denken.” Naast de verschillende presentaties, is er een beurs waar bezoekers de nieuwste ontwikkelingen op veiligheidsen milieugebied kunnen bekijken. Als gastheer, kan het CZSK de bezoekers ook niet laten gaan zonder een mooie blik vanaf het water op het maritiem product met een rondvaart in de haven. Wellicht volgend jaar een kijkje in een ander krijgsmachtdeel? H Alle Hens | November 2010
hardware
Nieuw Emergency Towing Vessel slingert wat meer Ze missen hem allemaal. De stoere oceaansleper Waker die vorig jaar aan het einde van zijn leven kwam door een brand in de machinekamer. Sinds 25 juni ligt zijn opvolger in de Helderse haven te wachten tot de storm opsteekt. Met een paar maanden vertraging presenteert de Kustwacht de Ievoli Black.
Tekst en foto’s: Barry Wijnandts
“De constructie zit wat lastig in elkaar”, geeft plaatsvervangend directeur van de Kustwacht, Gerrit Miedema toe. “Het bergingsbedrijf Svitzer heeft een contract met Rijkswaterstaat om een Emergency Towing Vessel te leveren. Nadat de Waker afgeschreven was, heeft dit bedrijf een schip gehuurd van een Italiaanse reder, een zekere meneer Ievoli. Nu vaart deze dus met een eigen bemanning van Svitzer voor de Kustwacht.”
De Ievoli Black is een van de schepen uit de offshoretak van de Italiaanse reder en is gebouwd om olieplatformen te bevoorraden en te positioneren. “Wat dit schip het beste kan, is de ankers uitbrengen of ophalen van die platformen”, legt Miedema het doel van een anchor handling tug supply vessel uit. Dat geeft het schip andere eigenschappen dan zijn voorganger en de bemanning moet daar nog aan wennen. Op de brug staat kapitein
Alle Hens | November 2010
26
Rob Zwart. “Als bevoorrader voor de offshore vaar je eigenlijk altijd vol”, legt hij uit. Zo brengen en halen de schepen cement voor de boorgaten. “Dan ligt het schip behoorlijk stabiel in het water. Maar wij varen altijd leeg en dan schommelt hij aardig.” Touchscreens
Wie een marineschip gewend is, kijkt zijn ogen uit op de hypermoderne, ruim bemeten en toch huiselijke brug van het nieuwe kustwachtvaartuig. Niet alleen de bedieningsconsoles zijn van de laatste generatie, maar ook is er ruimte voor comfortabele zithoekjes en een kantoorwerkplek. De ach-
Ievoli Black
terkant van de brug biedt uitzicht op het werkdek en heeft een geheel eigen bedieningsconsole. “Alles gaat met touchscreens”, laat eerste stuurman Johan Eelkema zien. Zijn vinger glijdt over de contouren van het schip en selecteert zo hekschroeven, boegschroeven en diesels. “We kunnen het schip op de centimeter nauwkeurig manoeuvreren tot zeker seastate 7”, legt hij uit, “maar dit gebruiken we eigenlijk niet.” Het Emergency Towing Vessel ligt bij windkracht 5 tot 7 buitengaats voor anker. Bij hogere windsnelheden vaart ze rond op zee. Als ze een schip met voortstuwingsproblemen moet helpen, dan laat ze zich meestal met het onmanoeuvreerbare schip meedrijven, totdat haar inzet werkelijk benodigd is. “Als we ons willen positioneren kost dat alleen maar veel diesel en het lawaai van de boegschroeven houdt de bemanning die in de boeg slaapt wakker”, geeft Zwart aan. Overigens wel een pluspunt van de bediening op de achterkant is bij het afmeren. “Je hebt hier veel meer overzicht dan aan de voorkant, dus dit is een ideale plek om het schip tegen de kant te leggen”, aldus Eelkema. Kustwachttaken
De Ievoli Black beschikt over twee rollen met 71 mm staalkabel om schepen in nood bij slecht weer te kunnen slepen. De paaltrekkracht is 123 ton, gelijk aan die van de Waker. Ter referentie, onze eigen sleepboten hebben 21,9 ton paaltrekkracht. Omdat het schip niet louter een oceaansleper is, komt ze goed beslagen ten ijs bij andere kust-
Callsign: PBPD Bouwjaar: 2009 Type: Anchor Handling Tug Supply Vessel Lengte: 70 meter Breedte: 15,50 meter Diepgang: 5,10 meter Tonnage: 2018 dead weight ton Paaltrekkracht: 123 ton Voortstuwing: 2 x Wärtsila V12 hoofd motoren, 3720 kW Snelheid: 14,5 kopen Het schip kan ongeveer 300 drenkelingen aan boord nemen en heeft een brandblusinstallatie die 2 x 1200 m3 water per uur levert.
wachttaken. De Ievoli Black heeft bijvoorbeeld een extra olietank waardoor ze kan helpen bij het opruimen van olielekkages. Het dek biedt genoeg ruimte om verloren ladingen te bergen en daar is ook materieel voor aan boord. Verder doet het schip vaak mee bij visserij-inspecties, helikopter- en boardingoefeningen. “Dat is leuk om te doen”, glundert Zwart. “Het is voor ons heel wat anders om te moeten acteren, maar we vinden het altijd prachtig om die boardingteams het zo lastig mogelijk te maken.” Zijn grootste triomf was dat de informant werd afgevoerd als verdachte, terwijl het boardingteam de echte terrorist als onschuldig zag. “Het is hollen of stilstaan”, beweert Eelkema en hij durft niet te zeggen hoe vaak het schip nu echt wordt ingezet. “Zo lig je weken te wachten of begeleiden we alleen een schip tot ze gerepareerd is. Dan weer zijn er meerdere schepen tegelijk in de problemen.” Maar met slechts een tien koppige bemanning is het werk op de noodsleper behoorlijk
aanpoten. De wacht lopen ze zes uur op, zes uur af. Tenzij bij inzet, dan is iedereen op post. Het vaarschema is evenzoveel weken op en af. “Vier weken op open zee bij stormachtig weer is lang”, aldus de kok Mario Slodkowski. “De Waker lag bij windkracht 9 redelijk stil. Ik kon nog koken zonder slingerlatten. Dat lukt me op dit schip niet meer.” De komende jaren zal deze nieuwe anchor handling tug supply vessel de Waker vervangen en haar waarde bewijzen voor een H veilige scheepvaart op de Noordzee.
foto: ruud mol (avdd)
27
Alle Hens | November 2010
mens en werk
Stop de tijd!
Luisteren, spiegelen en
beter maken
Outlook is uitgeklikt, de telefoon staat op stil en bezoekers zijn even niet welkom. De waan van de dag is een halt toegeroepen om stil te staan bij het coachende element van leidinggeven. Maar wat betekent coachend leidinggeven en hoe gaan we hiermee om? Luitenant-ter-zee 1 Harry Lijzenga, burgermedewerker Benno Smedes en sergeant-majoor der mariniers Ron Deinum vertellen hoe op hun afdeling het werk even stopte en er tijd voor de mens werd gemaakt. Tekst en foto’s: Maartje van der Maas
Er werd binnen de afdeling Materieellogistiek (MATLOG) weinig aandacht besteed aan het coachende element van leidinggeven. Luitenant-ter-zee 1 Harry Lijzenga, Hoofd Conditie en Prestatiebewaking en chef van een afdeling van tweeëntwintig werknemers, haalt een sprekend voorbeeld aan. “De mensen die bij bureau Conditie- en Prestatiebewaking werkzaam zijn, hebben allemaal gevaren en hebben nog steeds goede collega’s aan boord zitten. Is er een pro-
bleem aan boord met een pomp die niet werkt of installatie die uitgelijnd moet worden, dan hebben mensen al snel de neiging om deze ‘vriendendienst’ wel even tussendoor te doen. Door dit extra werk dat niet altijd bij onze kerntaak hoort, is er minder tijd voor andere dingen. De jonge korporaals die net van een schip komen, vinden dat ze af en toe te weinig begeleid worden omdat juist die taak opgeslokt wordt door de werkzaamheden van de waan van de dag.” Lijzenga trekt de conclusie. “We moeten dus een beter onderscheid maken tussen onze kerntaak en oneigenlijk werk zodat we ons meer kunnen bezig houden met het groeien en begeleiden van mensen.” In eerste instantie was het onduidelijk hoe het best aandacht gegeven kon worden aan het coachende element van leidinggeven. “Samen met mijn collega luitenant-ter-zee 1 Chris Nibbering heb ik getracht de dag goed in te vullen. “Wij hebben als coach en trainer namelijk beiden ervaring op het vakgebied. Omdat niet iedereen op het netvlies had staan wat coachend leidinggeven nu eigenlijk betekent, zijn we begonnen met een presentatie en een film voor het managementteam waarin het begrip werd uitgelegd.”
Alle Hens | November 2010
28
Na de aftrap op 4 juni 2010, wordt er binnen de hele organisatie aandacht besteed aan het coachende element van leidinggeven. Voorbeelden hiervan zijn de masterclass leiderschap voor directeuren, afdelingshoofden en commandanten met als thema ‘teamcoaching’, gegeven op 1 oktober. Hiernaast zullen er dit najaar ook gesprekken gevoerd worden bij de operationele eenheden met de daar werkzame teams.
Onderscheid tussen oneigenlijk werk en kerntaak
mens en werk
Binnen de verschillende afdelingen van MATLOG werd deze presentatie vervolgens gebruikt om het thema te behandelen. Een aantal stellingen in de presentatie is dan ook gebruikt om discussie(s) los te krijgen waarbij enkele aandachtspunten aan het licht kwamen. Denk hierbij aan de vraag of we nu iets aan coachend leidinggeven doen en of deze manier van leidinggeven überhaupt meerwaarde heeft voor het bedrijf. Algemene conclusie was dat binnen een organisatie voldoende kennis en ervaring aanwezig dient te zijn om het coachend element van leidinggeven goed te kunnen toepassen. Op de vraag of MATLOG verder nog aandacht gaat besteden aan het onderwerp, geeft Lijzenga een positief antwoord. “Het wordt meegenomen in het periodiek werkoverleg en de functioneringsgesprekken. Vanuit mijn eigen interesse zal ik de ontwikkelingen op het vakgebied zeker in de gaten houden en deze in de organisatie-eenheid uitzetten.”
Gebruik unieke kwaliteiten “Mensen zijn materiaal dat terugpraat”, glimlacht burgermedewerker Benno Smedes. “Dat is een beeld van defensie dat mij ooit een keer geschetst is tijdens een cursus aan de universiteit.” Serieus vervolgt hij: “Het is wel zo dat we af en toe in een bepaalde gedragsmodus overgaan waarin we alleen resultaat najagen en blind lijken voor de mens waarmee we werken. Dit gebeurt zeker als de tijdsdruk een rol speelt.” Smedes zit als senior medewerker onderwijs bij het Stafbureau Personeel. Voor zijn projecten, met name de inhaalslag op de opleidingachterstand, voert hij periodiek overleg over de voortgang en de knelpunten met zowel de lijnmanager als de belanghebbende en stuurt daarin zo nodig bij. “Ik ben geen leidinggevende in hiërarchische zin. In de projecten die ik beheer, ben ik steeds de spin in het web en moet ik mensen aansturen om taken te realiseren.” De onderwijskundige vertelt hoe het Stafbureau Personeel de klok even stil zette om stil te staan bij het coachende element van leidinggeven. “We zijn bij elkaar gaan zitten en hebben gesproken over de drie rollen van een leidinggevende met de nadruk op de rol van de coach.” Smedes geeft aan dat hier heel interessante discussies uit voort kwamen. “Over de taak van
de coach waren we het eens. Deze persoon moet een veilige omgeving creëren waar zijn personeel met hun vragen terecht kan, moet integer zijn en verantwoordelijkheidsbesef hebben.” De drie rollen van leider, coach en manager vroegen volgens hem om nuancering. “Het is volgens mij niet zo dat iedere leidinggevende per definitie een goede manager, een goede leider en een goede coach kan zijn. Je gaat dan voorbij aan iemands unieke kwaliteiten. Sommige mensen kunnen prima coachen maar zijn niet zulke goede managers en vice versa.” Over de bijeenkomst is hij wel te spreken. “Voor mij is leidinggeven gelijk aan goed communiceren. Ik denk dat er een bepaald bewustzijn bij ons op de afdeling gecreëerd is. Dat begint heel simpel met het feit dat we nu allemaal om tien uur bij de koffie zijn en met elkaar praten.”
Sergeant-majoor der mariniers Ron Deinum vindt dat er binnen zijn kleine club genoeg aandacht wordt besteed aan het coachende element van leidinggeven. “We zijn met z’n vijven, drie sergeanten, een adjudant en ik.
We kennen elkaar al lang, de lijnen zijn kort dus er is een hoop open- en eerlijkheid. Wij spreken elkaar aan op gedrag maar als iemand ergens mee zit of hij moet ergens mee geholpen worden, kan hij dat bij ons kwijt.” Met zijn eenheid, het Opleidingscentrum Amfibisch, zit de onderofficier in de multifunctionele zaal van de Albatros in Den Helder. Onder leiding van een medewerker van Bureau Leiderschap heeft deze eenheid vandaag de waan van de dag stopgezet om coachend leidinggeven onder de loep te nemen. “Ik heb mijn blackberry zelfs verstopt zodat ik het rode lampje niet zie flikkeren”, grapt de commandant. “Een goede zaak”, zegt Deinum. “Want ondanks dat het in mijn clubje goed gaat, vind ik dat we het managementteam veel te weinig zien. Zij hebben teveel petten op en moeten aan teveel eisen voldoen, waardoor er te weinig aandacht is voor de werkvloer.” Hij voegt meteen toe. “Uiteraard begrijp ik dat want onze commandant is bijvoorbeeld niet alleen hoofd van het opleidingscentrum maar ook commandant van de kazerne. Tel daarbij nog eens de geld-, materieel- en personeelsproblematiek van het laatste jaar op en je kan je wel voorstellen waarom hij zich te veel laat leiden door de
29
Alle Hens | November 2010
Waarom zeggen we nooit nee?
mens en werk
waan van de dag.” Toch blijft hij met een vraag zitten. “Als we al deze randvoorwaarden in acht nemen, waarom nemen we dan toch zoveel hooi op onze vork? Waarom zeggen we dan niet een keer nee?” Deinum is erg te spreken over het initiatief om deze dag te laten plaatsvinden. “Ik denk dat het goed is dat we nu een keer bij elkaar zitten, al kon niet iedereen aanwezig zijn omdat de opleidingen moeten blijven draaien. Dit zijn niet echt vragen die je even tijdens de koffie met elkaar bespreekt en nu hebben we wel de kans om eens inzicht te krijgen in de andere kant van het verhaal. Ik hoop dat we dit periodiek blijven doen.” H
ten, maar vooral ook geduld hebben. Als leiders leidinggeven volgens de principes van het coachen, bereiken zij dat het karwei beter wordt uitgevoerd terwijl hun mensen zich tegelijkertijd beter kunnen ontwikkelen.
Het coachend element van leidinggeven zorgt ervoor dat medewerkers betrokken zijn, initiatief nemen, zelf oplossingen voor problemen vinden en leren van hun ervaringen. Dit is ook luisteren, vragen stellen, reflecteren en de ander ‘aan het werk’ zet-
Onder leiding van een medewerker van het bureau Leiderschap besteedt het Opleidingscentrum Amfibisch aandacht aan het coachend element van leidinggeven.
Alle Hens | November 2010
30
sport
21-28 | 01
de Koninklijke Nederlandse Atletiek Unie (KNAU) en is gecertificeerd. De finish lag op FSP Erfprins.
Skiën of leren skiën?
Uitslagen
Veteranen 1: 1 SGT1 van Helmond 2 Brgr Tinga 3 LKOLMARNS van Ooijen
tijd 01:17:42 01:19:49 01:20:33
Veteranen 2: 1 LKOL van der Kaaij 01:18:57 2 SMI van Oosterhout 01:20:10 3 SMJRMARNALG Jansen 01:23:15 22 | 09
MK veldvoetbal Bureau APZ/O&O organiseert de Naval Ski Tour van 21 tot 28 januari naar Kirchberg, Oostenrijk. De Naval Skitour is een betaalbare, verzorgde skivakantie voor actief dienende militairen en burgerpersoneel en oud-militairen van het CZSK. Partners zijn ook welkom. De aanbieding bevat een reis per touringcar naar het skigebied, accommodatie op basis van half pension, een skipas voor het hele gebied en skilessen op alle niveaus van een ski-instructeur van het CZSK. Ski’s zijn middels bruikleenbon te verkrijgen bij bureau APZO&O. Informatie en aanmelden bij Sharon Huls,
[email protected] 23 | 09
Tweede keer halve marathon in Den Helder De 11 infanteriecompagnie uit Doorn heeft de eerste plaats in het MK veldvoetbal op zijn naam weten te schrijven na een zeer spannende finale tegen FSP Erfprins. In tegenstelling tot de magere opkomst afgelopen editie, hadden dit jaar twaalf teams zich aangemeld. Het kampioenschap werd gehouden op de velden van FC Den Helder. Uitslagen
1. 2. 3. 4. 5. 6.
Voor de tweede keer heeft het bureau Internationale Militaire Sport de organisatie van het NMK halve marathon in handen gegeven van het CZSK. Waar de eerste editie nog een aantal kinderziektes vertoonde, was deze wedstrijd prima georganiseerd door bureau sport van het van het FSP Nieuwe Haven. De lopers startten in Callantsoog en liepen vervolgens in noordelijke richting naar Den Helder door de kop van Noord Holland. Het startschot werd gegeven door PC-ZSK, GENMAJMARNS Ton van Ede, die hierna aansloot bij de rest van de honderdveertig deelnemers. Om de grote verbintenis tussen het CZSK en de gemeente Den Helder te benadrukken, liep ook burgemeester Koen Schuiling mee. De afstand was exact nagemeten door
11e Infcie Doorn FSP Erfprins (Trans) Sport De Kooy 21e Infcie 2 pel Doorn Hr.Ms. Tromp
7. MJEB Doorn 8. Hr.Ms. Rotterdamdam 1 9. 21e Infcie 1 pel Doorn 10. 21e Infcie 3 pel Doorn 11. Hr.Ms. Holland/Vlissingen 12. Hr.Ms. Rotterdam
Sportkalender november 10 | 11 17 | 11 18 | 11
NMK Badminton – LTK ’t Harde NMK Veldvoetbal (dames 7-7), FC Spakenburg Crosse-estafette, GSK Ermelo
NMK | OMK inschrijven via intranet: inschrijvensport.intranet.mindef.nl
31
Alle Hens | November 2010
logboek
16 | 09
Een netwerk van operationele plaatjes Een gijzelingsactie, een onbekend vliegtuig in de lucht, een terroristische dreiging in het land. Hulpdiensten en defensie moeten samen verschillende scenario’s het hoofd bieden. In de jaarlijkse oefening Purple Nectar oefenen meerdere disciplines hun network enabled capabilities met elkaar. Dit jaar was de oefening gericht op de derde hoofdtaak van defensie, bescherming van het eigen grondgebied. Daarom waren ook spelers van openbare orde en veiligheidsdiensten betrokken in het scenario. De oefening is dit jaar kleiner gehouden dan andere jaren, waardoor het karakter is verschoven naar die van een technology demonstrator. Een gecombineerde staf ontbrak, maar op technologisch gebied werd er flink uitgepakt. Een bevrijdingsactie op het Forteneiland bij IJmuiden door de Unit Interventie Mariniers kon de commandopost live volgen dankzij beelden vanuit een gesimuleerde AUV, maar ook met GPS-trackers en camerasystemen die elke marinier bij zich droeg. Met een videosysteem had ook de UIM-commandant ter plekke beeld van waar vriend en
vijand zich bevond, in absolute zin en in relatieve zin ten opzichte van elk individu. Ook maakte de commandopost gebruik van een projectietafel voor de kaart van Nederland, waar men rond kon vergaderen en in real time informatie opvragen van bijvoorbeeld de AUV, ambulance- en brandweerposten en beschikbare patrouillewagens van de politie. Voor het omgevingsbewustzijn kan de bedienaar inzoomen en zelfs 360 graden beelden opvragen van de straten. De locatie van mensen is te verkrijgen, zodat je in een bepaald gebied aan alle aanwezige mobiele telefoons een waarschuwingsbericht kunt sturen. De tafel is niet alleen touch screen bediend, ook kan hij informatie lezen, zoals streepjescodes, zodat ook op die manier extra functies kunnen worden geopend. Niet alleen nieuwe systemen van externe bedrijven werden gekoppeld. Ook experimenteerden de militaire deelnemers met eigen middelen. Zo koppelde SMJRMARNVB Bert van de Wakker het NIMCIS-systeem via een satellietverbinding aan een locale machine, die in staat was om de data door te zenden
23 | 09
04 | 10
De CDS heeft zich laten voorlichten over de taken van de special forces van het Korps Mariniers op de Van Braam Houckgeestkazerne in Doorn. Hij voerde gesprekken met de staf en bezocht trainende eenheden die uitleg gaven over hun werkzaamheden en materieel. Aandacht was er ook voor de geslaagde bevrijdingsactie van het gekaapte Duitse koopvaardijschip Taipan, in april van dit jaar. Generaal Van Uhm heeft geen moment getwijfeld over het slagen van de operatie, omdat hij het volste vertrouwen had in de mariniers. Hij vroeg daarnaast wel aandacht voor de structurele personele vulling van de eenheid. Hij onderstreepte het belang van tijd en aandacht voor het thuisfront: “De balans is belangrijk. Anders houdt je het niet lang vol en leiden we mensen op die vervolgens de organisatie weer uitlopen.” De MARSOF zijn samen met de militairen van het Korps Commando Troepen ook actief geweest in Irak en in Afghanistan.
Voor hun inzet tijdens de ISAF-missie in Afghanistan hebben bijna 1800 militairen in Den Bosch de Herinneringsmedaille Vredesoperaties ontvangen. Koningin Beatrix reikte de onderscheidingen uit aan een aantal van hen. Twaalf militairen kregen uit haar handen het Draaginsigne Gewonden. De gedecoreerden behoren tot de laatste lichting die tot 1 augustus deel uitmaakte van de Task Force Uruzgan, de recent afgeloste Air Task Force en ondersteunende eenheden. Behalve de vorstin, eerden ook demissionair minister Eimert van Middelkoop en de Commandant der Strijdkrachten, generaal Peter van Uhm, de militairen met het opspelden van de medaille. Tijdens de plechtigheid werd stilgestaan bij de drie militairen die in deze lichting sneuvelden. “Marinier der eerste klasse Marc Harders, korporaal van de mariniers Jeroen Houweling en korporaal der eerste klasse Luc Janzen blijven in onze herinnering, mét de eenentwintig andere militairen die zijn omgekomen in Afghani-
Alle Hens | November 2010
32
CDS bezoekt Unit Interventie Mariniers
naar een Titaan-client waarmee de landmacht werkt. Zodoende konden beelden vanaf een manpack van een marinier in het Duitse Grafenwöhr in de commandopost op Marinekazerne Erfprins vertoond worden. De luchtmacht zette zelfs een zeppelin in die zowel videobeelden aanleverde, maar ook werkte als antennemast om de horizon van het bereik van de Link 16 flink te vergroten zodat een fregat op zee direct in verbinding stond met de Groep Geleide Wapens in De Peel.
Koningin Beatrix reikt medailles uit stan”, aldus de minister. Het Fanfarekorps Bereden Wapens Koninklijke Landmacht speelde voor hen de zogenoemde Taptoehymne. Hoewel nog een groot aantal Nederlandse militairen actief is in Afghanistan, markeerde de ceremonie vandaag niet alleen het einde van de missie voor de aangetreden militairen. Het betekende ook het einde van vier jaar Nederlandse inzet als lead nation in Uruzgan.
LOGBOEK
04 | 10
Bemanning Hr.Ms. Walrus steunt Sjaak Pach stichting Nu Hr.Ms. Walrus na een vaarperiode van vier jaar voor het benoemd onderhoud is overgebracht naar het Marinebedrijf, heeft de bemanning het bijeengebrachte geldbedrag van 2800 euro aan de Sjaak Pach-stichting geschonken. Het bedrag is tijdens de vaarperiode bij elkaar gespaard met diverse activiteiten, zoals veilingen, bingo’s, onderlinge weddenschappen en wedstrijden. De bemanning koos zelf voor de Sjaak Pach-
stichting omdat deze stichting al vanaf 1982 jaarlijks vaarreizen voor lichamelijk gehandicapte kinderen organiseert, een mooie overeenkomst met de marine. Hiernaast worden alle werkzaamheden van deze stichting gedaan met hulp van vrijwilligers, waardoor nagenoeg alle donaties besteed worden aan het organiseren van de vaarreizen. Meer informatie over deze stichting vindt u op: www.pachstichting.nl.
05 | 10
Hr. Ms. Amsterdam helpt schip in nood Toen Hr.Ms. Amsterdam tijdens operatie Atalanta voor de kust van Somalie een melding van een schip in nood kreeg, stoomde ze op naar het schip om ter hulp te schieten. De
Puntland 1 had geen brandstof meer en de ankerketting was gebroken, waardoor het schip stuurloos ronddreef. Nadat de bemanning van de Puntland 1 zich op het achterdek had verzameld, heeft de boordhelikopter van Hr.Ms. Amsterdam een team mariniers aan boord gezet. Zij stelden het schip veilig, waarnaar twee Rhib’s te water zijn gelaten met daarin het scheepsboardingteam, de tolk en enkele technisch specialisten. Het schip had geen dieselolie meer en had daarnaast ook smeerolie en hydraulische olie
11 | 10
Reder MS Taipan bezoekt Hr.Ms. Tromp
dit initiatief van het netwerk goed bezocht. “We organiseren dit forum voor de eerste keer maar de grote belangstelling doet ons beslissen om dit veel vaker te gaan doen”, aldus de voorzitter van het netwerk, Anne Lay. Voor meer informatie www.defensievrouwennetwerk.nl
Op tweede paasdag ontzette Hr.Ms. Tromp het Duitse koopvaardijschip ms Taipan, nadat deze was overmeesterd door piraten. Een delegatie van de koopvaarder bracht een bezoek aan de Tromp. De reder van ms Taipan, Ernst P. Komrowski, reikte als blijk van waardering een plaquette uit met de tekst: ‘Onze oprechte dank aan de mariniers en de bemanning van Hr.Ms. Tromp voor de moedige bevrijding van ms Taipan uit handen van Somalische piraten’.
33
Alle Hens | November 2010
23 | 09
Vrouwen met een missie De eerste gender advisor voor het ISAF Joint Command in Kabul, consultant voor het Congolese leger of liaison officier tussen het leger en de plaatselijke bevolking in een Provincial Reconstructie Team in Afghanistan. LTZ1 Ella van den Heuvel, Maj. Marea van der Veen en LTZ2OC Maartje van der Maas gaven op een forum georganiseerd door het Defensie Vrouwen Netwerk een lezing over hun ervaringen tijdens deze missies. Met ongeveer zeventig toehoorders van zowel het vrouwelijke als het mannelijke geslacht, was
nodig. Hr.Ms. Amsterdam is vervolgens langzij het schip gegaan en via een uitgelegde slang is dieselolie afgegeven en zijn vaatjes smeerolie overgezet. Daarnaast is de Puntland 1, met een bemanning van 26 personen, voorzien van voldoende voedsel en water om haar reis naar de dichtstbijzijnde haven voort te zetten. Na deze noodhulp heeft de Amsterdam haar patrouille langs de Somalische kustlijn weer opgepakt.
Rectificatie Ten onrechte stond in de Alle Hens van oktober de rang van onze overleden collega P.A.G. Schoenmaker vermeld als SGTLDGB. Dit moet zijn SMJRLDGD.
LOGBOEK
14 | 10
Voorbereiding Emerald Move in volle gang Bijna 200 voertuigen en aanhangwagens van verschillende soorten en maten worden aan boord van Hr.Ms. Johan de Witt geladen. Dat allemaal in het kader van de grote amfibische oefening Emerald Move 2010, die vanaf 8 november in Senegal plaatsvindt Tijdens deze oefening bestaat NLMARFOR uit een staf en oefenleiding, Hr.Ms. Johan de Witt, eenheden van het 1e en 2e Mariniersbataljon, eenheden van de 11 Luchtmobiele Brigade, eenheden van het Amfibisch Gevechtssteunbataljon, het Very Shallow Water Team van de Duik- en Demonteergroep en het Rapid Environmental Assessment (REA) team van de Hydrografische Dienst. Onder leiding van CDR Peter Lenselink, zullen de amfibische capaciteiten van de Johan de Witt en de geëmbarkeerde eenheden tijdens deze oefening danig op de proef worden gesteld. Nu ondervindt het amfibische transportschip al de nodige uitdagingen om al het materieel, benodigd voor deze oefening, aan boord te krijgen. Emerald Move, onderdeel van de najaarsreis African Archer, is de eerste grote amfibische oefening van het European Amphibious Initiative (EAI), een samenwerkingsverband van Frankrijk, Spanje, Italië, Groot-Brittannië en Nederland. Tijdens Emerald Move demonstreren twee Franse, twee Italiaanse en één Nederlandse Landing Platform Dock samen met een landingforce van meer dan 1500 militairen dat zij gezamenlijk de capaciteit hebben om een amfibische operatie op brigade11 | 09
632e explosief geploft Hr.Ms. Middelburg maakte twee Britse vliegtuigbommen op de Noordzee onschadelijk, met elk een explosieve lading van 500 pond. De eerste bom lag nabij de Bruine Banken, een gebied waar veel vissersschepen varen. De ander lag op 40 meter in een ankergebied voor zeeschepen met grote diepgang. Beide explosieven zijn op locatie gecontroleerd tot ontploffing gebracht, nadat marineduikers een vernietigingslading op de bom hadden aangebracht. Voor de mijnendienst was dit het 632ste explosief dat sinds april 2005 is geruimd. Alle Hens | November 2010
niveau uit te voeren buiten het vertrouwde Europese grondgebied. Naast het expeditionaire karakter ligt de nadruk ook op het humanitaire aspect van de oefening. Deze zogenaamde capacity building omvat onder andere het opknappen van een verpleeghuis. Namens Nederland is het CZSK het coördinerend defensieonderdeel voor deze joint en combined oefening en levert de Commander Amphibious Task Force.
27 | 09
Taken herverdeeld
De taken van het 7 en 860 squadron van het Defensie Helikopter Commando van de Koninklijke Luchtmacht zijn herverdeeld. Het 7 squadron voert niet langer de waltaken uit zoals transport, ondersteuning van bijzondere operaties en Search and Rescue, maar richt zich volledig op opleidingen en expertise van vliegend technisch personeel van de Lynx en NH-90 helikopters. Het 860 squadron neemt deze zogenoemde waltaken over, naast de taken aan boord van schepen die het squadron al uitvoerde. Na de oprichting van het Defensie Helikopter Commando in juli 2008 is de voormalige Groep Maritieme Helikopters gereorganiseerd, waarbij onder andere nu de taken van het 7 en 860 squadron zijn herverdeeld.
27 | 09
125 nieuwe adelborsten Op ceremoniële wijze installeerde de Vlagofficier van het Koninklijk Instituut voor de Marine 125 nieuwe adelborsten. De installatieplechtigheid is de eerste mijlpaal van de loopbaan van aanstaande marineofficieren. Voor het eerst gekleed in het adelborstenbaadje presenteren zij zich officieel als adelborst bij de Helderse locatie van de Nederlandse Defensie Academie. “Vandaag is de formele start van uw opleiding als adelborst bij het KIM. Een opleiding die in de praktijk ruim vijf weken geleden al
34
begon”, aldus de vlagofficier CDR Snoeks. “U wist dat er een bijzondere periode op u stond te wachten, maar wat het echt voor u zou betekenen, was één groot vraagteken.” De jongens en meiden begonnen op 18 augustus met hun opleiding tot marineofficier. De installatieplechtigheid sluit de maritieme introductieperiode af. Een periode waarin zij grenzen verlegden en samen barrières slechtten. “Saamhorigheid is gekweekt en een onderlinge band voor het leven gesmeed”, verklaart de commandeur.
LOGBOEK
11 | 09
25 jaar na opkomst Slapen op de jongstejaars adelborstenslaapzaal, een fietstocht op Texel en een bliksembezoek aan de JDKAZ waar lichting 2010 zich in het zweet werkte. Maar liefst zeventig procent van de originele opkomst van lichting 1985 was aanwezig op de zilveren reünie op het KIM. Een aantal interessante statistieken: 35 procent heeft als adelborst de dienst verlaten. 50 Procent is als officier eervol ontslagen (vooral eind jaren negentig) en minder dan 20 procent is nog actief in dienst. De reünie, waarbij zelfs de oud-divisiechef KTZT Ger Ensing aanwezig was, bracht ook een bedrag op van 830 euro dat aan de stichting Kinderkanker geschonken is. 03 | 10
Sociale Zekerheid Defensie
Bezoek Franse commandant aan Hr.Ms. Amsterdam
Door samenwerking van de militaire vakbonden ACOM, AFMP/ FNV, Marver/ FNV en hun partner DFD is een nieuwe versie van de Wegwijzer Sociale Zekerheid Defensie tot stand gekomen. Deze wegwijzer is bij militairen ook bekend onder MP 32-800 (http://mpbundels.mindef.nl). Dit boekwerk legt in begrijpelijke taal uit hoe het wettelijke sociale zekerheidsstelsel in elkaar zit en wat het belang en de plaats is van de door defensie getroffen voorzieningen. De laatste versie dateerde uit 2007 en was enigszins verouderd. Ook bleek er veel vraag naar een gedrukte versie in plaats van de digitale uitgave. De Wegwijzer Sociale Zekerheid Defensie is een handig naslagwerk voor het individu, commandanten, administrateurs en P-functionarissen. Het boekje kost 15 euro en voor leden van de genoemde vakbonden 13,50 euro. Bestellen kan via: www.dfd.nl.
Commandant EU Task Force 465, admiraal Coindreau, heeft een bezoek gebracht aan Hr.Ms. Amsterdam. Het bevoorradingsschip maakt, als fast combat supportship, deel uit van de task force om de Somalische kust te verkennen en te controleren. Admiraal Coindreau, tevens commandant van het Franse stafschip FS De Grasse, sprak met de commandant van de Amsterdam over de wijze van optreden van het Nederlandse schip binnen de taakgroep waaraan Italië, Duitsland, Frankrijk, Spanje, België, Griekenland en Luxemburg deelnemen.
Nadat de De Grasse door de Amsterdam op zee werd bevoorraad kreeg de admiraal een rondleiding aan boord. De admiraal was onder de indruk van de vele mogelijkheden van het schip dat niet alleen haar bevoorradingstaken uitvoert, maar ook zeer geschikt is om deel te nemen aan de verschillende anti-piraterij-taken. Dit schip is een van de weinigen die voldoende helikopterbrandstof aan boord heeft om in het gebied af te geven. Sinds de aankomst in het operatiegebied op 10 september zijn al acht schepen op zee bevoorraad.
35
Alle Hens | November 2010
LOGBOEK
Uit de West 06 | 10
First Sea Lord bezoekt CZSK De bevelhebber van de Royal Navy van het Verenigd Koninkrijk, First Sea Lord Admiral Sir Mark Stanhope, heeft een bezoek gebracht aan de Commandant Zeestrijdkrachten. Het doel van dit bezoek was het bespreken van mogelijkheden voor verdergaande samenwerking tussen de marines van het Verenigd Koninkrijk en van Nederland. De marines van het Verenigd Koninkrijk en Nederland werken al decennia lang zeer intensief samen. De UK/ NL Landing Force, onderdeel van de UK/NL Amphibious Force, is een voorbeeld van het samenwerkingswerkingsverband tussen de Royal Marines en het Korps Mariniers. Ook op het gebied van opwerken en trainen van de schepen is er sprake van een jarenlange samenwerking. De fregatten, bevoorraders en amfibische transportschepen genieten een deel van hun trainingsperiode in het Verenigd Koninkrijk. Een belangrijk onderdeel van het bezoek stond in het teken van de langdurige samenwerking tussen de onderzeediensten van beide landen. Admiraal Stanhope en admiraal Borsboom ondertekenden een belangrijk memorandum of understanding (MOU) om verdere samenwerking te bestendigen. Naast een bezoek aan de onderzeedienst stonden een bezoek aan het amfibische transportschip Hr.Ms. Johan de Witt, de Kustwacht Nederland (kustwachtcentrum) en de Belgisch Nederlandse Operationele School
14 | 09
op het programma. Hierbij liet de First Sea Lord zich ondermeer informeren over de Nederlandse bijdrage aan diverse anti-piraterij missies, deelname aan African Partnership Station, de amfibische mogelijkheden van de Johan de Witt, NLMARFOR en maritieme veiligheid op de Noordzee. Ook kreeg admiraal Stanhope de gelegenheid om de in de Nederland geplaatste Britse militairen te ontmoeten. Als dank voor zijn inspirerende bijdrage aan de voortdurende samenwerking tussen beide marines reikte admiraal Borsboom de Prins Hendrik legpenning uit aan admiraal Stanhope. De penning wordt sinds 1998 uitgereikt aan personen of instellingen die zich op enige wijze buitengewoon verdienstelijk hebben gemaakt voor de Koninklijke Marine.
20 | 10 - 26 | 06
Van scholier tot marinier Van 20 oktober 2010 tot en met 26 juni 2011 is in het Mariniersmuseum Rotterdam de fototentoonstelling Lichting 0902 - Van scholier tot marinier te bezichtigen. Fotograaf Cornelie de Jong volgde van maart 2009 tot december 2009 mariniers gedurende hun basisopleiding. Tijdens dit project fotografeerde zij jongens die net van school kwamen, vanaf de eerste dag van hun opleiding bij het Korps Mariniers tot het laatste officiële moment waarop zij beëdigd werden tot marinier. Ontsnappen uit een kooi in het zwembad in Den Helder, een nachtelijke amfibische aanval op een vijandelijke stelling op Texel, de concentratie op de schietbaan, de angst op de gezichten, de onderdrukte paniek, de uitputting en de blaren op de voeten: de fotocamera regi-
streerde alles. Van de honderden foto’s die Cornelie de Jong tijdens het project maakte, zijn 62 stuks te zien in het Mariniersmuseum. De foto’s vormen een documentairereeks die de toeschouwer een overzicht geeft van de fysiek zware opleiding die de jongens moeten volgen. De Jong observeerde met haar camera de jongens van zeer nabij, maar ook soms met een gepaste afstand. Zonder enig voorbehoud fotografeerde zij de meest uiteenlopende momenten en ervaringen van de mariniers in opleiding. Zonder schroom legde zij het veranderingsproces vast dat de jongens ondergaan: ‘bleu’ beginnend aan de opleiding met een soms kinderlijke uitdrukking op het gezicht, tot uiteindelijk portretten van zelfverzekerde mannen in het mariniersuniform.
Alle Hens | November 2010
36
PC-ZSK bezoekt de West Tijdens zijn bezoek aan de West heeft GENMAJMARNS Ton van Ede een goed beeld gekregen van het wijde spectrum aan werkzaamheden in onze overzeese gebieden. Bij zijn ontvangst op Marinebasis Parera werd hij door de Commandant der Zeemacht in het Caraïbisch Gebied, BRIGGENMARNS Dick Swijgman, ontvangen en bijgepraat op het gebied van operaties van defensie in het Caraïbisch Gebied en de Kustwacht voor de Nederlandse Antillen en Aruba. In Fort Amsterdam maakte de generaal kennis met de gouverneur van de Nederlandse Antillen, Frits Goedgedrag. Naast bijwonen van verschillende briefings, nam Van Ede en de krijgsmachtdeeladjudant, Walter Kers, ook de tijd om in gesprek te gaan met militairen geplaatst op Curaçao. Adjudant Kers voerde separaat gesprekken met de onderofficieren en manschappen. Het tweetal bracht verder bezoeken aan de kustwachtcutter Jaguar, het ondersteuningsvaartuig Hr.Ms. Pelikaan, Marinekazerne Suffisant en het Kustwacht Steunpunt Hato. Na Curaçao kwam Aruba aan de beurt, waar de generaal werd geïnformeerd over het nieuwe FRISC project, waarin de Boston Whalers van de mariniers worden vervangen door nieuwe snelle boten. Daarnaast voert hij gesprekken met een delegatie van de bemanning.
LOGBOEK
WieWatWaar 23 | 09
28 | 09
Na de huwelijksvoltrekking in Oranjestad met Jelena Berseneva, stond SMJRMARNALG Fred Wijenberg nog een mooie verrassing te wachten. De commandant van de Marinierskazerne Savaneta reikte hem de gouden medaille uit in het stadhuis. Deze medaille ontving Wijenberg voor 36 jaar trouwe dienst bij de Koninklijke Marine. Trots en omhangen met dubbel goud verliet het echtpaar het stadhuis in Oranjestad, opgewacht door een erehaag van mariniers.
Kustwacht onderschept cocaïne De Kustwacht voor de Nederlandse Antillen en Aruba heeft met behulp van de douane 27,5 kilo cocaïne onderschept. De drugsonderschepping gebeurde door een Superrhib en vond plaats op twee mijl uit de kust van Curaçao. Omstreeks 21:00 uur detecteerde het Reddings- en Coördinatiecentrum van de Kustwacht een verdacht vaartuig op twee mijl afstand uit de kust bij Koredor. Het bootje was op weg naar het vaste land. Toen de bemanningsleden de Superrhib zagen naderen, gooiden ze een pakket in het water. De Superrhib dwong het bootje tot stilstand en trof nog een aantal pakketten aan. De vier opvarenden zijn aangehouden. De bemanningsleden zijn allen mannen met vermoedelijk
de Venezolaanse nationaliteit. Zij zijn samen met de contrabande overgedragen aan de douane.
28 | 09
Sporten in de naschoolse opvang Blije kindergezichten in het parochiehuis van de Santa Maria kerk op Curaçao toen de naschoolse opvang Eksitoso sporttoestellen van de Koninklijke Marine ontving. Bij Eksitoso, die sinds drie weken actief is, worden vijftig kinderen in de leeftijd van vier tot en met veertien jaar na schooltijd opgevangen. Daarbij worden vorming, educatie, verzorging en levensbeschouwing in acht genomen. “We richten ons
niet alleen op de kinderen, maar ook op de ouders”, vertelt oprichter en directrice Nigelia ‘Mieke’ Cicilia. Ze kijkt tevreden toe hoe twee mariniers de vrachtwagen vol spullen, waaronder ook tientallen eetborden, uitladen. “Ik ben erg blij met de steun van de marine. We moeten het hier met weinig middelen doen, dus we kunnen alle hulp en materialen gebruiken.”
28 | 09
SGTMARNALG Jasper Burgerhout heeft afgelopen week zijn 12,5 jarig jubileum gevierd op Marinebasis Parera op Curaçao. De sportinstructeur ontving de oorkonde en bijbehorend geldbedrag uit handen van LTZA 1 Desirée Dijkslag.
29 | 09
De SMJRMARNALG Richard F. Kelly heeft de bronzen medaille voor langdurige, eerlijke en trouwe militaire dienst bij de Arubaanse Militie uitgereikt gekregen. Deze medaille ontving hij van de commandant van de marinierskazerne Savaneta. In zijn meer dan dertien jaar lange carrière bij de Arubaanse Militie rondde Kelly diverse opleidingen met succes af, zoals de onderofficiersopleiding voor sergeanten, de gevechts- en schietinstructeursopleiding en de opleiding voor buitengewoon agent van de 37
Alle Hens | November 2010
LOGBOEK
WieWatWaar politie. Door zijn professionaliteit en ruime werkervaring is hij een zeer gewaardeerde collega van de Marinierskazerne Savaneta in het algemeen en de Arubaanse Militie in het bijzonder.
30 | 09 Ten anker voor de kust van Aruba, vond aan boord van Hr.Ms. Zuiderkruis de beëdiging van matr Daisy Plekenpol plaats. De commandant van het bevoorradingsschip, KLTZ Herman de Groot, nam de eed af. Plekenpol had zelf gekozen om de eed aan boord af te leggen, een operationeel decor voor deze bijzondere ceremonie. De commandant las tijdens de beëdiging een persoonlijk bericht voor van het thuisfront van de matroos, waardoor ze toch het gevoel kreeg dat haar familie erbij was.
02 | 09 Het opleidingszeilschip Hr. Ms. Urania van het Koninklijk Instituut voor de Marine heeft een nieuwe commandant. LTZ1 Stefjan Veenstra nam het roer over van LTZ1 Ferry van Schoonhoven. Van Schoonhoven verlaat het zeewater voor een plaatsing bij P&O.
30 | 09
KTZ Peter de Harder het vaandel van de Onderzeedienst en zijn functie als groepsoudste Onderzeedienst overgedragen aan KTZ Marc Elsensohn. De Harder sprak over de afgelopen twee jaar die hij in zijn functie als full time groepsoudste heeft vervuld. De onderzeedienst heeft na een reorganisatie een lastige periode meegemaakt. KTZ de Harder is na deze overdracht met functioneel leeftijd ontslag gegaan.
feliciteren met haar uitzonderlijke eindcijfer van 97 punten, haar positieve houding en volwassen gedrag.
03 | 09 Tijdens de commando-overdracht aan boord van Hr.Ms. Mercuur kreeg de oud commandant LTZ1 Jan Wessel op voordracht van de bemanning en ondersteund door de groepsoudste van de onderzeedienst een gratificatie uitgereikt. Wessel was oprecht dankbaar en memoreerde aan de bijzondere momenten onder zijn commando zoals de assistentie bij de machinekamerbrand op het kustwachtschip de Waker en het vlagvertoon bij de Submarine Memorial te Dundee. LTZ1 Donald Eppingbroek is de nieuwe commandant van het torpedo werkschip.
30 | 09
LTZ1 Bernd Roelink heeft het commando van Hr.Ms. Haarlem overgedragen aan LTZ1 Wilbert van Gemeren. Tijdens zijn commando heeft de Haarlem onder andere meegedaan aan de Europese Operatie Indalo in de Middellandse Zee.
08 | 06 03 | 10 Ter voltooiing van de eerste vakopleiding mocht matr 2OD Ellen Schouten van de commandant van de operationele school een boekenbon in ontvangst nemen. Dit bijzondere gebaar werd gedaan om Schouten te Alle Hens | November 2010
38
Bij zijn vertrek uit Afghanistan na een missie van zes maanden, kreeg KTZE Maarten Tossings, een Bronze Star Medal uit handen van de Amerikaanse Commanding General William Caldwell. Deze uitzonderlijke decoratie mocht hij in ontvangst nemen als dank voor zijn betekenisvolle bijdrage aan de ontwikkeling van het Afghan National Army (ANA).
o
MUTATIES
officieren Bevorderingen KTZ M.R.P. Elsensohn KTZ W.W. Sillevis Smitt KTZAR A.M. van de Ven LTZSD 1 S. Damstra LTZAR 1 E.L. Endert LTZA 1 M.C. Hermsen LTZSD 1 M. de Jong LTZ 1 S.H. Veenstra MAJMARNS C.G.J. Wigger LTZ 1 S. de Winter LTZ 2 OC R.G. Abell LTZ 2 OC J.L. Bakker LTZSD 2 OC L. Benedictus LTZ 2 OC I.I.van der Bijl LTZV 2 OC M.N. van Deelen LTZ 2 OC M.W. Esmeijer KAPTMARNS P.C.C. Hermans LTZT 2 OC S.J.M. van Osch LTZ 2 OC H. Postma KAPTMARNS N.S. Zoontjens LTZ 2 M. Hovenier LTZV 2 M.P. Jonker LTZA 2 F.J.L. Jurrius LTZ 2 R.J. Kuipers LTZT 2 A.H. Rietveld LTZA 2 S. Rog
SGTTDW P.J. Boerdijk SGTODND J. Teeuwiszen KPLTDW F.A. Drogt KPLAOVLGR T. Fleur KPLLDGD P. Hendrikx KPLODOPS P. van Hijum KPLWDS K.E. van Hoving KPLLDGB A.J. van Noord KPLWDS S.W. Vogelpoel KPLLDGD T.M. Wind
Bevorderingen AOOODOPS J. Bisdom AOOMARNALG A.H. van Britsem AOOODOPS C.A. Broekaart AOOBDMZKT P.A.C. van Dinther AOOWDE G.W. de Graaf AOOTDV R. Korteweg AOOLDA A.J. de Kreek AOOMARNALG J.W. van Luin SMJRTDE L.A. Beukelman SMJRTDE C.W.J. van den Burgt SMJRODOPS M.G.H. van der Heijden SMJRMARNALG M.W. Heikoop SMJRWDS R. Huigen SMJRMARNALG J.F.H. Noordermeer SMJRLDGD C.A. de Pijper SMJRTDV F.M.A. Raadsheer SMJRLDGD M.M.W.H.J. Willemsen SGTODVB J.B. Aukes SGTMARNALG M. de Beijer SGTLDA I. Bierling SGTODVB P.M. Reumer SGTWDS A.M.T.W. Blom SGTMARNALG B.A. Burghouwt SGTMARNALG L.H.A. van der Horst SGTMARNALG S.G. Kooi SGTTDE S. Savonije SGTODOPS M. Viskil SGTTDV H. Visser KPLLDGD M.A.T. Joosten KPLMARNVB R. Nuijten KPLLDGD K. Post KPLLDGD J.M. Qualm KPLODND J.S. Schenk KPLMARNVB M. Spork KPLODOPS J. op het Veld KPLLDGD J. Zuidema
Bevorderingen MATR 1 OD S.A. van den Bosch MATR 1 WDS P.D. van Kuijk MATR 1 OD D. Rohaan MATR 1 WDS K.H. van der Stoep MATR 1 OD P. Swieringa
MARN 3 P.R.O. Hoek MARN 3 R. Huis MARN 3 ALG J.R.H. de Jongh MARN 3 ALG M.L.C. Kager MARN 3 ALG J. Kruijning MARN 3 ALG S. Kruiper MATR 3 WDS M. Olden MATR 3 LDA S. Rapp MARN 3 ALG L.A. van Ravenhorst MATR 3 TD D.T. Rijpkema MARN 3 M. Smet MATR 3 ODVB K.L. Tolhuisen
Bevorderingen W.B. Kwak, 11 H.J.W. Hollanders, 9 H.C.G.J. Marissen, 9 C.D. van der Roer, 6
onderofficieren Dienstverlaters CDRE A.J.J.M. van Koningsbrugge KTZAR H.R. Tromp KTZAR N.I. Boelema Robertus KLTZ E.H. Flier KLTZA C.H.B. Koelman KLTZA D.R.P. Luurs LTZE 1 J.C.E. Daams LTZSD 1 M.W. Hornung LTZ 1 M.B.M. Lechner LTZ 1 J.van Steeg KAPTMARNS F.G.M. Aaldering LTZ 2 OC E.W. van den Berg LTZ 2 OC T.C. Boerman LTZ 2 OC L.C. Goedbloed LTZAR 2 OC J. Hoekstra LTZA 2 OC F.H.C. Koopman LTZAR 2 OC N.E. Smit KAPTMARNS T. Stobbe LTZ 2 Y.C. Henstra LTZT 2 W. Pul LTZ 3 K. Medendorp
Dienstverlaters MATR 1 OD J. Andringa MATR 1 LDV P.S.H. Bink ADBZ M.J. ten Brinke ADBZ Q.L. Chorus MARN 1 ALG R.van Efferen MARN 1 ALG A.C. Everts MATR 1 WDS T.W. Griekspoor ADBM A.T. Hamming ADBZ J.S. Hermans MATR 1 LDV M.A. Köhler MARN 1 ALG W. Messemaker ADBM M.H.S. Mommers MARN 1 ALG B.H. Mulder MATR 1 ODVB F.A. Mulder MARN 1 ALG L.P.C. Overmeire MATR 1 TD R. Putman MATR 1 WDS S.van Ravesteijn MATR 1 ODND M.W.A. Slaats MATR 1 OD D. Souto Maior MATR 1 ODND K. Veldman ADBM M.H. Verlinde MATR 2 OD J. van Amerongen MATR 2 OD M.C.M. Herweyer MATR 2 TD T.C. de Jong MATR 2 OD D.F. Joustra MATR 2 OD T. Mes MATR 2 OD T.V. Meurs MATR 3 OD M.T. Araujo MARN 3 ALG R. Bisschop MARN 3 M.D. Borger MARN 3 B. Droog
Dienstverlaters R.Z. de Ceuninck van Capelle R.J.C. Ruiterman C.L. Khemon F.C.T. van der Bent E. Selderslaghs R.D.R. Voorbij
manschappen Dienstverlaters AOOTDW R.B.P. Biesbrouck AOOTDW J.J.E. de Bree AOOMARNALG L.H. Franken SMJRBDVMEL L.M.J. Bevers SMJRMARNALG L. Blok SMJRTDE R.E. Dumont SMJRMARNALG D.J. Jeninga SMJRMARNALG F.J.P. Vaneveld
burgers 39
Alle Hens | November 2010
10 december 1665 – 2010 345 jaar Korps Mariniers Herdenken en vieren geeft ons kracht voor de toekomst
Al 345 jaar opereert het Korps Mariniers op de grens van water en land, overal ter wereld, ‘Qua patet orbis’. Onze rijke geschiedenis vormt de basis van de Korpsgeest. Deze Korpsgeest verstevigt de verbondenheid tussen actief dienende mariniers en oud-mariniers. Dit lustrum zal op een gedenkwaardige wijze worden herdacht. Immers, herdenken en vieren geeft ons kracht voor de toekomst. A l l edecember H e n s | N o v e m b2010 e r 2 0 1 0parade en40defilé Coolsingel Rotterdam 11