Kinderen, ouders en kinderopvang. Samen opvoeden in de driehoek. Martine F. Delfos ISBN 978 90 8850 036 7 NUR 847 © 2012 Martine F. Delfos / B.V. Uitgeverij SWP Amsterdam
7 Hoera, ik praat!
Taalvaardigheden van baby tot kleuter
We staan er nauwelijks bij stil, maar contact is een levensbehoefte. Baby’s die verzorgd en gevoed worden terwijl zij geen contact met hun verzorgers hebben, kunnen depressief worden en daaraan zelfs sterven. Het maken van contact verbindt een mens met het leven.
Vreemde taal, dat Nederlands Baby’s proberen op allerlei manieren contact te maken. Ze doen er alles aan om volwassenen aan zich te binden zodat er iemand is in geval van nood. Slim van baby’s! Ze zijn bereid hun tong uit te steken als een volwassene dat doet, al binnen tien dagen na hun geboorte. Ze weten nog niet dat dat onzin is, maar ze hopen zo de volwassene aan zich te binden. Baby’s weten intuïtief dat ze taal moeten gebruiken om zichzelf duidelijk te maken, anders begrijpen volwassenen niet wat de baby nodig heeft. De mogelijkheid tot taal is aangeboren en de baby gaat aan de slag met de geluiden die hij of zij om zich heen hoort. Stembanden kunnen alle geluiden produceren, maar binnen zes maanden zijn de stembanden afgestemd op de geluiden die de baby om zich heen hoort. Het kind leert de taal die om hem of haar heen gesproken wordt. Wanneer er twee talen worden gesproken leert de baby er twee. De klanken worden in groepjes geordend. In één groep komen bijvoorbeeld ‘eten’ en ‘huis’ (Nederlands) en in een andere groep komen woorden als ‘güle güle’ en ‘lamazun’ (Turks). In de hersenen komen de groepen in hetzelfde gebied terecht. De hersenen ‘kiezen’ de meest logische grammatica, en dat is zelden Nederlands. Dat betekent dat de talen mengen. Ook het tellen is vreemd. In het Nederlands is het een-en-twintig, in de meeste andere talen is de volgorde andersom: twintig-en-een. Dat schept behoorlijk wat verwarring. Meertalige kinde-
59
12032 SWP - Kinderen, ouders en kinderopvang.indd 59
08-03-12 10:40
Kinderen, ouders en kinderopvang. Samen opvoeden in de driehoek. Martine F. Delfos ISBN 978 90 8850 036 7 NUR 847 © 2012 Martine F. Delfos / B.V. Uitgeverij SWP Amsterdam
ren vertalen zonder het te merken en zo worden ze vaak door autochtone kinderen uitgelachen om hun vreemde uitspraak, getalsomkeringen en aparte uitdrukkingen.
Contact maakt rustig Communiceren is contact maken en van contact wordt de mens rustig. Van geen contact wordt de mens onrustig. Communiceren gaat niet alleen met woorden (verbaal). Non-verbale communicatie is misschien nog wel intenser en in ieder geval belangrijker dan verbale communicatie. Veel van ons gedrag wordt door geur gestuurd, zonder dat we het weten. Een baby houdt op met huilen als hij of zij de geur van het eigen vruchtwater op een wattenstokje ruikt. Daarentegen gaat het huilen als er moedermelk op het wattenstokje zit! Oogcontact is voor baby’s heel opwindend. Baby’s hartslag versnelt bij oogcontact met de moeder. De baby kijkt daarom steeds even weg om weer tot rust te komen. Dat moet gerespecteerd worden, anders wordt het kind onrustig. Maar steeds keren de ogen van de baby naar de moeder terug: het kind wil contact. Volwassenen gebruiken de combinatie verbaal/non-verbaal vaak onvoldoende. Het volgende voorbeeld laat mogelijkheden van communicatie zien ondanks een beperkte taalexpressie.
Kas (2 jaar) heeft vaak oorpijn. Er is al van alles aan gedaan; hij heeft buisjes in beide oren. Als hij naar zijn oren grijpt, weten zijn ouders dat het opletten geblazen is. Ook nu weer. Kas kan nog nauwelijks praten, maar begrijpt veel. Zijn moeder vraagt of het pijn doet. Kas knikt ‘ja’ met zijn hoofd. Maar is het ernstig, vraagt zijn moeder. Ze benadrukt dat Kas het moet zeggen, omdat ze anders niet goed kan helpen. Kas knikt, het is wel ernstig. Als de dokter niets ziet, vraagt ze toch om een verwijzing. En terecht, Kas had het goed gevoeld, een rotsbeenontsteking kondigde zich aan.
60
7 Hoera, ik praat!
12032 SWP - Kinderen, ouders en kinderopvang.indd 60
08-03-12 10:40
Kinderen, ouders en kinderopvang. Samen opvoeden in de driehoek. Martine F. Delfos ISBN 978 90 8850 036 7 NUR 847 © 2012 Martine F. Delfos / B.V. Uitgeverij SWP Amsterdam
Peuteragressie Peuters ontwikkelen hun taalvaardigheden in een rap tempo. Lang voordat ze taal kunnen produceren, begrijpen ze al wat er gezegd wordt. Taal is nodig om jezelf uit te drukken; zonder taal zijn mensen onthand. Taal is nodig om de wereld aan te sturen. Als je geen gesproken taal beheerst, kunnen mensen nauwelijks begrijpen wat je wilt. Dat maakt boos en opstandig. Peuters kunnen dan ook zeer kwaad worden omdat ze zich niet duidelijk kunnen maken. Ze ballen hun vuisten van ingehouden woede als ze niet goed kunnen zeggen wat ze bedoelen. Die agressie neemt toe totdat ze drie jaar zijn, daarna vermindert het snel omdat ze zich beter kunnen uitdrukken. Peuters zijn je erg dankbaar als je hun boosheid niet persoonlijk opvat, maar hen helpt om de juiste woorden te vinden. Let op het kind, observeer. De woorden die jij aanreikt en die de peuter bedoelt, zullen diep in het geheugen gegrift worden!
Kyra is 1 jaar. Ze zit met opa en oma aan tafel te eten. Ze brabbelt er op los dat het een lieve lust is. Ze gebruikt handen en voeten om zich duidelijk te maken. Oma zegt: ‘Je zit zo lekker te praten.’ Kyra valt stil en kijkt met ogen die lijken te zeggen: maar het werkt niet. Oma zegt: ‘Maar oma kan je niet begrijpen.’ Kyra kijkt alsof ze wil zeggen: dat weet ik. En oma vervolgt: ‘Oma moet het nog leren.’ En uit het puntje van haar teen, roept Kyra uit: ‘Ja!’ Een half jaar later aan de telefoon, Kyra is inmiddels anderhalf, zegt oma: ‘Jij begrijpt alles wat oma zegt!’ Kyra die nog niet kan praten perst er de volgende zin uit: ‘Ik kan hore, maar ik kan niet prate.’ Indrukwekend, zo’n kleintje dat alles op alles zet om zich duidelijk te maken. Een jaar later zijn ze allebei op een verjaardag. Kyra is inmiddels tweeëneenhalf jaar en oma en zij hebben het niet meer over het praten gehad. Kyra loopt door de kamer te dartelen, komt langs oma en vleit zich even tegen haar aan en zegt, volledig uit de lucht vallend: ‘Ik ben zo blij dat ik kan praten!’ En ze loopt weer verder. Oma is ontroerd. Kyra weet nog dat ze met oma dat belangrijke gesprek over praten heeft gehad!
Kinderen, ouders en kinderopvang
12032 SWP - Kinderen, ouders en kinderopvang.indd 61
61
08-03-12 10:40
Kinderen, ouders en kinderopvang. Samen opvoeden in de driehoek. Martine F. Delfos ISBN 978 90 8850 036 7 NUR 847 © 2012 Martine F. Delfos / B.V. Uitgeverij SWP Amsterdam
Anderstalige kinderen Het is voor iedereen duidelijk dat taal belangrijk is. Er is veel te doen over kinderen met een taalachterstand. Kinderen die een werkelijke taalachterstand hebben zijn dove kinderen, kinderen met een ernstige verstandelijke beperking, kinderen met hersenletsel of kinderen met een diepe vorm van autisme. Maar zij komen normaliter niet in de reguliere kinderopvang terecht. Als we het over taalachterstand in de reguliere kinderopvang hebben, gaat het meestal om allochtone kinderen, met name Turkse en Marokkaanse. Zij hebben meestal geen algemene taalachterstand, maar een achterstand in het Nederlands. Het is belangrijk om te ontdekken of het kind een taalachterstand heeft in een van de talen of in beide talen. Een achterstand in één taal is niet ernstig; die taal wordt vanzelf bijgeleerd als de kinderen het in hun vroege jeugd terloops aangeboden krijgen. Deze achterstand heeft geen extra aandacht nodig. Het is wel een probleem wanneer het kind een achterstand heeft in beíde talen. Meertalige opvoeding is niet alleen een zegen, maar ook een risico voor de taalontwikkeling. Omdat de talen de eerste jaren in hetzelfde hersengebied terechtkomen en vermengd raken, bestaat het risico dat kinderen zich geen complete taal eigen maken. Ze hebben geen eigen taal waarin ze zich thuis voelen. Dat is erg onaangenaam want je taal is een belangrijk onderdeel van je identiteit. In je taal moet je jezelf kunnen uitdrukken. Wanneer een kind in een tweetalige situatie opgroeit en er te veel nadruk wordt gelegd op één taal, kan dat betekenen dat het kind beide talen niet goed leert. Veel jonge mensen die meertalig zijn opgevoed in een daarbuiten ééntalige omgeving, voelen zich in geen enkele taal helemaal thuis, en soms is dat slechte Nederlands dat ze spreken nog hun beste taal! Het is noodzakelijk dat kinderen thuis via hun ouders de taal van de ouders goed ontwikkelen. De tweede taal komt daar dan vervolgens – beperkt – bij, en kan met name tussen vier en tien jaar verder ontwikkeld worden. Allochtone ouders adviseren om Nederlands met hun kinderen te spreken is niet alleen onverstandig, maar schept een emotionele afstand tussen ouders en kind. Ouders en kinderen kunnen niet goed contact met elkaar maken als ouders niet hun eigen taal met hun eigen emoties mogen spreken.
62
7 Hoera, ik praat!
12032 SWP - Kinderen, ouders en kinderopvang.indd 62
08-03-12 10:40
Kinderen, ouders en kinderopvang. Samen opvoeden in de driehoek. Martine F. Delfos ISBN 978 90 8850 036 7 NUR 847 © 2012 Martine F. Delfos / B.V. Uitgeverij SWP Amsterdam
De peutertoets waarin kinderen in Nederland met twee jaar getoetst worden op hun taalvaardigheid, is dan ook een beperkt middel om taal te onderzoeken. De toets zou om te beginnen meertalig moeten zijn. Maar belangrijker nog is de consequenties die men eraan wil verbinden om bij lage taalvaardigheid peuters te verplichten naar de kinderopvang te gaan. In België gaan de kinderen met tweeëneenhalf jaar naar school en hebben ze toch dezelfde taalproblemen. Kinderen leren zeer gemakkelijk een taal. Met de nieuwe media nog eenvoudiger.
In Bosnië-Herzegovina had ik op een school gesprekken met drie focusgroepen, eerst met leerkrachten, daarna met kinderen, daarna met ouders. Ik spreek dan Engels en degene die met me samenwerkt vertaalt het in het Bosnisch. Behalve voor de kinderen. Ze waren tussen 10 en 14 jaar, maar hun Engels was perfect. Prachtig, uitvoerige vocabulaire en goede grammatica. Op de vraag hoe ze zo goed Engels hebben geleerd, antwoordden een paar spontaan: Cartoonnet. Hun Engels is door de tv uitstekend. Daar heb je niet eens zoveel uur tv voor nodig! Voor de leerkrachten en de ouders moest er vertaald worden, voor de kinderen niet. Het gesprek met hen was meteen ook zeer intens en uitvoerig!
Taal en muziek Kinderen kunnen taal sneller leren als zij dit combineren met muziek, omdat de ene hersenhelft de andere ‘helpt’. Links wordt gebruikt voor de taal, en rechts voor de muziek. Muziek heeft een ritme en schept verwachting van klanken waardoor een taal makkelijker aan te leren is. De herhaling in kinderliedjes komt hieraan tegemoet. Bovendien roept muziek emoties op en die vermengen zich met de taal. Het leerproces verloopt sneller. Vooral de vermenging van positieve emoties en nieuw materiaal met positieve inhoud is erg bevorderlijk voor het leerproces. Als kinderen zich blij voelen, leren ze beter. Dat heet emotionele congruentie en betekent dat inhoud en emotionele toestand overeenkomen. Muziek maakt makkelijk blij. Kinderen, ouders en kinderopvang
12032 SWP - Kinderen, ouders en kinderopvang.indd 63
63
08-03-12 10:40
Kinderen, ouders en kinderopvang. Samen opvoeden in de driehoek. Martine F. Delfos ISBN 978 90 8850 036 7 NUR 847 © 2012 Martine F. Delfos / B.V. Uitgeverij SWP Amsterdam
Taal ontstaat uit de behoefte tot contact De belangrijkste motivatie voor taalontwikkeling is contact. Met taal kun je jezelf duidelijk maken en delen wat er in je omgaat. Een kind wil praten met een leid(st)er die hij of zij lief vindt! Zo ook de motivatie voor lezen. Je wilt leren lezen als je geniet van voorlezen. Als voorlezen gebruikt wordt om taal te ontwikkelen en kinderen te toetsen, zoals dat bij interactief voorlezen wel gebeurt, dan wordt de motivatie tot lezen mogelijk beschadigd en wordt de magie van het voorlezen verbroken. Tijdens het voorlezen duikt het kind een andere wereld in, waar alle zorgen opzij gezet worden. Kinderen genieten van dit moment. We moeten dat niet gebruiken om het kind te herinneren aan eventueel falen, door de taalvaardigheid te onderzoeken en stimuleren. Boeiend voorlezen, zonder test, doet kinderen lezen! Taal ontstaat uit de behoefte tot contact. En de mens wil in contact staan, dan ontstaat rust.
64
7 Hoera, ik praat!
12032 SWP - Kinderen, ouders en kinderopvang.indd 64
08-03-12 10:40