T5100_Procedure: Opmaak van project specifieke bestekken voor bodemsaneringswerken op gesloten tankstations Inhoudstafel Inhoudstafel ......................................................................................1 1
Doelstelling .................................................................................1
2
Toepassingsgebied .........................................................................1
3
Referenties..................................................................................1
4
Documenten ................................................................................2
5
Procedure ...................................................................................3 5.1 5.2 5.3
6
Inleiding ...................................................................................................... 3 Vooroverleg met de BOFAS projectleider .............................................................. 3 Algemene richtlijnen van het gebruik van de standaard project specifieke documenten .... 4
De bestekken civiele technieken en in-situ ..........................................5 6.1 6.2
Administratieve voorschriften ........................................................................... 5 Technische voorschriften ................................................................................. 5
6.2.1 Inleiding ....................................................................................................... 5 6.2.2 Bodemopbouw en verontreinigingsituatie ................................................................ 5 6.2.3 Doelstellingen en randvoorwaarden ....................................................................... 6 6.2.4 Beschrijving van de bodemsaneringswerken opgedeeld in de civiel technische werken en de insitu werken 6 6.2.5 Planning ....................................................................................................... 6
6.3 6.4 6.5
Het kwaliteitsplan.......................................................................................... 7 Figuren ....................................................................................................... 7 Beschrijving en meetstaat van de civiel technische werken ....................................... 8
6.5.1 6.5.2 6.5.3 6.5.4 6.5.5 6.5.6 6.5.7 6.5.8
6.6
Voorbereidende werken, veiligheidsvoorzieningen en werfinstallatie................................ 8 Afbraakwerken ..............................................................................................10 Werken voorafgaand aan graafwerken ...................................................................12 Grondwerken.................................................................................................13 Wegeniswerken ..............................................................................................14 Installatie van ondergrondse infrastructuur voor een in-situ systeem ...............................14 Regietarieven ................................................................................................14 Diversen ......................................................................................................14
Beschrijving en meetstaat van de in-situ werken .................................................. 15
6.6.1 6.6.2 6.6.3 6.6.4 6.6.5 6.6.6 6.6.7
7
Voorbereidende werken, veiligheidsvoorzieningen en werfinstallatie...............................15 Installatie van ondergrondse infrastructuur voor een in-situ saneersysteem .......................15 Bovengrondse leidingsystemen ............................................................................18 Onttrekkingsinstallaties, injectiesystemen en zuiveringsinstallaties ................................19 Allerlei ........................................................................................................22 Regietarieven ................................................................................................22 Diversen ......................................................................................................22
Het project specifieke bestek voor centra voor grondreiniging (PSB_CGR).. 23 7.1 7.2
Het bestek ................................................................................................. 23 De meetstaat.............................................................................................. 23
7.2.1 7.2.2
Grond geschikt voor vrij gebruik ..........................................................................23 Grond geschikt voor gebruik als bouwstof (volgens de Vlarebo)......................................23
Datum: 18/08/2008
Verantwoordelijke
Goedgkeurd door:
Procedure
Vervangt versie: 31/01/2008
Jan De Weerd
Dirk Loontjens
Versie 1
T5100_PRO_Opmaak van project specifieke bestekken voor bodemsaneringswerken
T5100_Procedure: Opmaak van project specifieke bestekken voor bodemsaneringswerken op gesloten tankstations 7.2.3 7.2.4 7.2.5 7.2.6 7.2.7
8
Reinigingstechnieken grond................................................................................23 Verontreinigd beton en metselwerk ......................................................................23 Verontreinigd asfalt.........................................................................................24 Bodemvreemde materialen ................................................................................24 Transport .....................................................................................................24
Het projectspecifieke V&G plan ...................................................... 25
Datum: 18/08/2008
Verantwoordelijke
Goedgkeurd door:
Procedure
Vervangt versie: 31/01/2008
Jan De Weerd
Dirk Loontjens
Versie 1
T5100_PRO_Opmaak van project specifieke bestekken voor bodemsaneringswerken
T5100_Procedure: Opmaak van project specifieke bestekken voor bodemsaneringswerken op gesloten tankstations 1 Doelstelling BOFAS wenst, via haar aanbestedingsprocedure en de daartoe benodigde bestekken, de beste prijs/kwaliteit verhouding te bekomen bij de uitvoering van haar bodemsaneringswerken. BOFAS heeft hiertoe een marktplaats gecreëerd voor de aanbesteding van haar bodemsaneringswerken. BOFAS heeft, naast haar algemene standaardlastenboeken, voor de opmaak van de project specifieke bestekken een aantal standaard documenten gecreëerd. Deze procedure geeft een toelichting omtrent het gebruik van de algemene standaard bestekken en de opmaak van de project specifieke bestekken en meetstaten met als doel de kwaliteit van deze bestekken te verhogen.
2 Toepassingsgebied BOFAS zal voor al haar bodemsaneringswerven in Vlaanderen, Brussel én Wallonië een uniform concept voor het opstellen van bestekken voor bodemsaneringswerken op gesloten tankstations toepassen. Hierbij zullen voor de werven standaard de hieronder beschreven bestekken worden opgesteld in zoverre van toepassing op de desbetreffende werf. De bestekken hebben betrekking op: - civieltechnische werken; - in-situ werken; - grondreiniging. Ook de coördinatiedocumenten voor de veiligheidscoördinator maken deel uit van de bestekken.
3 Referenties Codes van goede praktijk en standaardbestekken op de website www.bofas.be.
Datum: 18/08/2008
Verantwoordelijke
Goedgkeurd door:
Procedure
Vervangt versie: 31/01/2008
Jan De Weerd
Dirk Loontjens
Versie 1
T5100_PRO_Opmaak van project specifieke bestekken voor bodemsaneringswerken p. 1/25
T5100_Procedure: Opmaak van project specifieke bestekken voor bodemsaneringswerken op gesloten tankstations 4 Documenten Standaarddocumenten te gebruiken bij opmaak van de project specifieke bestekken: - T5430_FOR_VB_Project_specifiek_bestek_BSW_deel_I_adm: Projectspecifiek bestek Perceel 1 : Civiel technische werken en Perceel 2 in-situ werken DEEL I : ADMINISTRATIEVE VOORSCHRIFTEN; - T5440_FOR_VB_Project_specifiek_bestek_BSW_deel_I: Projectspecifiek bestek Perceel 1 : Civiel technische werken en Perceel 2 in-situ werken DEEL II : TECHNISCHE VOORSCHRIFTEN; - T3320_PRO_Ontwerp IS: Gestandardiseerd ontwerp van in-situ infrastructuur van filters, drains, manifolds - T5525_FOR_Inhoud_en_diverse_documenten_werfmap: Kwaliteitsplan en contactpersonen zie desbetreffende tabbladen; - T5510_Meetstaat_CT: Meetstaat civiele technieken (incl.wegenis en voorlopig grondverzetsplan); - T6510_Meetstaat_IS: Meetstaat in-situ; - T4420_PRO_VB_Specifieke_preventiemaatregelen_voortvloeiend_uit_het_ontwerp - T7420_FOR_VB_Project specifiek bestek CGR: Projectspecifiek bestek CGR/TOP; - T7510_Meetstaat_CGR: Meetstaat Centrum voor GrondReiniging - T5520_Raming_CT: Raming civiele technieken (niet verplicht); - T6520_Raming_IS: Raming in-situ werken (niet verplicht); - T7520_Raming_CGR: Raming voor grondreiniging (niet verplicht);
Datum: 18/08/2008
Verantwoordelijke
Goedgkeurd door:
Procedure
Vervangt versie: 31/01/2008
Jan De Weerd
Dirk Loontjens
Versie 1
T5100_PRO_Opmaak van project specifieke bestekken voor bodemsaneringswerken p. 2/25
T5100_Procedure: Opmaak van project specifieke bestekken voor bodemsaneringswerken op gesloten tankstations 5 Procedure 5.1 Inleiding Bij de opmaak van de bestekken zal de bestekschrijver gebruik maken van het gecoördineerde standaardbestek, de standaard project specifiek bestekken en meetstaten van BOFAS voor civiele technieken, in-situ technieken, andere innoverende technieken en grondreiniging. Bij de opmaak van het bestek dienen ook de coördinatiedocumenten opgemaakt te worden. Men vervolledigt hiervoor de BOFAS standaard van het veiligheids- en gezondheidsplan. BOFAS zal bij de tendering naast de op te maken project specifieke besteksdocumenten ook de reeds uitgevoerde onderzoeken en bodemsaneringsprojecten ter beschikking stellen aan de inschrijvers. De bestekken dienen opgemaakt overéénkomstig het conform verklaarde bodemsaneringsproject. Hieronder volgen enkele algemene richtlijnen betreffende het gebruik van de standaarddocumenten. Het is niet de bedoeling om hierbij een volledige handleiding te geven voor de opmaak van een degelijk ontwerp en bestek voor bodemsaneringswerken. Het blindelings volgen van deze richtlijnen zal dan ook niet steeds tot een optimaal bestek leiden. Een kritische geest en een degelijke kennis van saneringstechnieken, materialen, leidingsystemen, algemene bestekken, codes van goede praktijk e.d. is onontbeerlijk voor een degelijk ontwerp en bestek.
5.2 Vooroverleg met de BOFAS projectleider Na opmaak van het bodemsaneringsproject en voor te starten met de opmaak van de besteksdocumenten pleegt de bestekschrijver overleg met de projectleider van BOFAS betreffende (niet- limitatieve lijst): - welke besteksdocumenten dienen opgemaakt te worden en tegen wanneer; - de uitgangspunten; - noodzaak tot extra overleg met derden (nutsmaatschappijen, aanvrager, buren, ...); - optionele posten te voorzien met betrekking tot uitvoering van werken voor derden; - al dan niet aaneensluitende uitvoering van de civieltechnische werken en in-situ werken en de bepaling van wie de ondergrondse in-situ infrastructuur aanbrengt; - ondergrondse of bovengrondse afwerking van de filters bij in-situ; - ...
Datum: 18/08/2008
Verantwoordelijke
Goedgkeurd door:
Procedure
Vervangt versie: 31/01/2008
Jan De Weerd
Dirk Loontjens
Versie 1
T5100_PRO_Opmaak van project specifieke bestekken voor bodemsaneringswerken p. 3/25
T5100_Procedure: Opmaak van project specifieke bestekken voor bodemsaneringswerken op gesloten tankstations 5.3 Algemene richtlijnen van het gebruik van de standaard project specifieke documenten De besteksschrijver zal steeds volgende algemene info vermelden in de heading van het project specifieke document: - het dossiernummer van BOFAS; - de stationnaam; - opgemaakt op; - en opgemaakt door. In de vier eerste karakters van de naam van de project specifieke file vermeldt hij het dossiernummer bvb 0055. De WORD documenten zijn te beschouwen als voorbeeld. De bestekschrijver past daar waar nodig de inhoud aan. De indeling zal hierbij maximaal behouden blijven. De meetstaten zijn volledig gestandaardiseerd. Het is niet toegelaten de lay-out te wijzigen zonder voorafgaand akkoord van de projectleider van BOFAS. De besteksschrijver vult naast de titel enkel de kolom van de hoeveelheden in. Ingeval ook een verontreiniging vreemd aan de activiteiten van een tankstation gesaneerd wordt, zullen de hoeveelheden (uitgezonderd deze voor de milieukundige begeleiding) opgesplitst worden in BOFAS eigen en BOFAS vreemd. In de meetstaat bedraagt de hoeveelheid van de posten tegen een totaalprijs 1 ingeval deze uitgevoerd dienen te worden en nul of niets in het andere geval. Vul nooit meer dan 1 in voor een post tegen totaalprijs! Ingeval de besteksschrijver meent te moeten afwijken van de standaard meetstaat kan hij wel een post toevoegen onderaan de meetstaat.
Datum: 18/08/2008
Verantwoordelijke
Goedgkeurd door:
Procedure
Vervangt versie: 31/01/2008
Jan De Weerd
Dirk Loontjens
Versie 1
T5100_PRO_Opmaak van project specifieke bestekken voor bodemsaneringswerken p. 4/25
T5100_Procedure: Opmaak van project specifieke bestekken voor bodemsaneringswerken op gesloten tankstations 6 De bestekken civiele technieken en in-situ 6.1 Administratieve voorschriften De besteksschrijver zal in overleg met de projectleider van BOFAS de aanbestedingsprocedure specifiëren. Hij vervolledigt hiervoor het standaard document. Ingeval de uitvoering van de civiele technieken en in-situ werken aansluitend gebeuren zal BOFAS beide technieken op hetzelfde ogenblik aanbesteden. In dit geval worden de project specifieke administratieve voorschriften in één document opgenomen. Indien de twee technieken niet aansluitend zijn voorzien (bvb monitoringsperiode na de civiele technieken en voor eventuele opstart pump and treat sanering) geeft BOFAS de voorkeur dit op verschillende tijdstippen aan te besteden. Ingeval de civiele technieken en in-situ technieken samen worden aanbesteed voorziet BOFAS dat de civiel technische en in-situ werken niet kunnen gesplitst worden over meerdere inschrijvers. Elementen die op het moment van opmaak van het bestek nog niet gekend zijn (bvb. startdatum) worden later ingevuld door BOFAS.
6.2 Technische voorschriften De besteksschrijver vermeld in de technische voorschriften:
6.2.1 Inleiding Een bondige omschrijving (enkele zinnen) van de uit te voeren werken met verwijzing naar het kwaliteitsplan.
6.2.2 Bodemopbouw en verontreinigingsituatie Een bondige samenvatting van de bodemopbouw, grondwaterstand en karakterisatie van de verontreiniging in grond en grondwater. Hierbij worden de verontreinigde gronden ook getoetst aan de normen voor vrij hergebruik. Verder wordt verwezen naar de voorgaande bodemonderzoeken en de figuren in bijlage.
Datum: 18/08/2008
Verantwoordelijke
Goedgkeurd door:
Procedure
Vervangt versie: 31/01/2008
Jan De Weerd
Dirk Loontjens
Versie 1
T5100_PRO_Opmaak van project specifieke bestekken voor bodemsaneringswerken p. 5/25
T5100_Procedure: Opmaak van project specifieke bestekken voor bodemsaneringswerken op gesloten tankstations 6.2.3 Doelstellingen en randvoorwaarden Voor de doelstelling wordt verwezen naar het kwaliteitsplan. Naast enkele standaard voorwaarden worden bijkomende inlichtingen gegeven, zoals werken die nog voorafgaand of in combinatie met derden uitgevoerd worden, in stand te houden constructies, toegang tot achterliggend terrein, e.d.
6.2.4 Beschrijving van de bodemsaneringswerken opgedeeld in de civiel technische werken en de in-situ werken In de beschrijving wordt een volledig beeld gegeven van de uit te voeren werken. Door maximaal te verwijzen naar figuren en standaarden wordt gestreefd om deze beschrijving tot een strikt minimum te beperken. In het geval dat de civiel- technische werken en in-situ werken niet aansluitend worden uitgevoerd, dient overleg gepleegd te worden met de projectleider van BOFAS betreffende of de ondergrondse in-situ infrastructuur reeds bij de civiel technische werken dienen aangelegd . In het algemeen is het hierbij aangewezen mbt de verantwoordelijkheden de ondergrondse in-situ infrastructuur, zoveel mogelijk op te nemen bij de in-situ werken. Uitzonderingen kunnen zijn (niet limitatief): - drains in de ontgravingzone; - toezichtkamers en leidingwerk in de verharde zones; dewelke opgenomen worden bij de civiel technische werken. In het geval de civiel technische werken en de in-situ werken aansluitend worden uitgevoerd, zal nagegaan worden of het BATNEEC is de grondwaterzuiveringsinstallatie voor de in-situ werken ook te gebruiken voor de zuivering van het bemalingwater bij de civieltechnische werken. Indien zo, wordt deze installatie enkel in de meetstaat in-situ voorzien. Voor meer details zie de paragrafen hieronder mbt beschrijving en meetstaat van de civieltechnische en in-situ werken.
6.2.5 Planning Voor de startdatum wordt verwezen naar de administratieve voorwaarden. De duurtijd en fasering van de uit te voeren bodemsaneringswerken worden wel vermeld. De besteksschrijver vertrekt voor de opmaak van de technische voorschriften van het desbetreffende standaard document. Datum: 18/08/2008
Verantwoordelijke
Goedgkeurd door:
Procedure
Vervangt versie: 31/01/2008
Jan De Weerd
Dirk Loontjens
Versie 1
T5100_PRO_Opmaak van project specifieke bestekken voor bodemsaneringswerken p. 6/25
T5100_Procedure: Opmaak van project specifieke bestekken voor bodemsaneringswerken op gesloten tankstations 6.3 Het kwaliteitsplan Het kwaliteitsplan en diverse veiligheidsdocumenten zijn opgenomen in het document “T5525_FOR_Inhoud_en_diverse_documenten_werfmap”. Voorafgaand het invullen van het kwaliteitsplan dient eerst de standaardfiche mbt de contactpersonen maximaal ingevuld te worden voor volgende rubrieken: - dossiernr, stationnaam, straat + huisnr, postcode en gemeente; - de projectleider van BOFAS; - bouwdirectie (BD) ontwerp; - coördinator ontwerp; - eigenaars/gebruikers/buren; - openbare diensten; - nutsmaatschappijen. Vervolgens wordt de standaard fiche mbt het kwaliteitsplan minimaal aangevuld voor volgende rubrieken: - identificatie van het bodemsaneringsproject (uitgezonderd nummer conformiteitsattest); - overzicht milieukundige gegevens; - conformiteit van het bestek met het bodemsaneringsproject (en het conformiteitsattest); - achilles; - planning. Een planningsbijlage (zie afzonderlijk tabblad) bij het kwaliteitsplan wordt toegevoegd
6.4 Figuren De te verwezenlijken werkzaamheden zullen maximaal aangeduid worden op figuren (plannen). Deze figuren vormen dan ook de basis van het project specifieke bestek. Volgende figuren dienen daar waar van toepassing opgemaakt te worden: - verontreinigingssituatie voor oliecomponenten in grond en grondwater; - bestaande situatie: ligging van de bovengrondse en ondergrondse infrastructuur voor de start van de werken in zoverre gekend en van belang voor de uitvoering (incl. kelders); - ondergrondse nutsleidingen: met indicatieve ligging en aanduiding van hun specificaties (riolering, huisaansluitingen, toezichtkamers, te behouden/te verwijderen, PVC/PE, staal, diameter, HS/LS, luchtlijnen, ...); - aanduiding van de werfzone: werfhekkens (rekening houdend met plaats voor werfketen, tussentijdse stockage, pompen, zuiveringsinstallaties, toegang tot woningen e.d.). Mogelijk dient voor verschillende fasen (bvb. uitvoering civiele Datum: 18/08/2008
Verantwoordelijke
Goedgkeurd door:
Procedure
Vervangt versie: 31/01/2008
Jan De Weerd
Dirk Loontjens
Versie 1
T5100_PRO_Opmaak van project specifieke bestekken voor bodemsaneringswerken p. 7/25
T5100_Procedure: Opmaak van project specifieke bestekken voor bodemsaneringswerken op gesloten tankstations technieken, aanleg in-situ systeem, tijdens in-situ sanering) een afzonderlijke figuur opgemaakt; - afbraakwerken : met vermelding van te verwijderen ondergrondse constructies (tanks, KWS afscheider, vulpost, septische put, riolering, toezichtkamers, productleidingen, fundering luifel, ...) en bovengrondse infrastructuur (gebouwen, luifel, pompeilanden, verhardingen, zaagsneden, ...); - voorlopig grondverzetsplan: met aanduiding van de verschillende te ontgraven gronden met hun milieukwaliteiten. Opm: dit plan kan gecombineerd worden met het tabblad grondverzetsplan vermeld bij de meetstaat civieltechnische werken; - lay-out in-situ infrastructuur : PE folie, drains, filters, aanzuig- en afvoerleidingen, voedingskabels, toezicht- en verzamelputten, bovengrondse in-situ installaties, wachtbuizen, lozingspunt. Opmerking: een gedetailleerde lay-out (tracé) van aan- en afvoerleidingen wordt zoveel mogelijk aan de aannemer overgelaten; - detail plannen drain, pompput, filters, toezichtkamers, manifold (in-situ). Opm: voor het opmaken van de principeschetsen en specificaties wordt maximaal gebruik gemaakt van het standaarddocument ‘T3320_IS_Infra.xls’; - wegenis- en rioleringswerken: met aanduiding van te verwezenlijken situatie (type verhardingen en hun funderingen, boordstenen, watergoten, rioolkolken, riolering,...); - andere daar waar nodig. Bepaalde figuren kunnen worden gecombineerd. De figuren zullen steeds voorrang hebben op alle andere technische voorschriften.
6.5 Beschrijving en meetstaat van de civiel technische werken In de meetstaat worden de hoeveelheden vermeld overéénkomstig de figuren en de beschrijving van de werken.
6.5.1 Voorbereidende werken, veiligheidsvoorzieningen en werfinstallatie Algemeen: De posten mbt deze werken zijn zowel in de meetstaat voor CT werken als deze voor IS-werken opgenomen. Bij activatie van een post bij één van beide percelen geldt deze ook voor het andere perceel. De activatie van de desbetreffende posten dient echter te gebeuren bij de meetstaat (of beide) waarbij deze het meest van toepassing is. Tussen haakjes staat vermeld, in zoverre van toepassing, bij welke meetstaat het de voorkeur geniet de post te activeren. Plaatsbeschrijving Een plaatsbeschrijving dient minimaal voorzien te worden van de in stand te houden constructies die door de werken beschadigd kunnen worden, zoals: Datum: 18/08/2008
Verantwoordelijke
Goedgkeurd door:
Procedure
Vervangt versie: 31/01/2008
Jan De Weerd
Dirk Loontjens
Versie 1
T5100_PRO_Opmaak van project specifieke bestekken voor bodemsaneringswerken p. 8/25
T5100_Procedure: Opmaak van project specifieke bestekken voor bodemsaneringswerken op gesloten tankstations -
Het openbaar domein: voorzie steeds een hoeveelheid 1 voor de post tegen totaalprijs; - Aanpalende gebouwen en structuren van de ontgravingszone. Hiervoor worden volgende posten gehanteerd: o Woningen incl. aanpalende privé constructies (extern) : Per woning waarvan de buitenzijde dient beschreven (VH = st) o Woningen incl. aanpalende privé constructies (intern) : Per woning waarvan het intern deel dient beschreven (VH = st) o Andere constructies : Andere constructies dan woningen en woningen (vb. toonzaal, …) (TP). Deze constructies worden gespecifiëerd in het project specifieke bestek en bij voorkeur aangeduid op de figuren. Opmerking: - Ingeval de plaatsbeschrijving van een gebouw het intern en extern deel omvat worden beide posten gehanteerd. - Bij bemalingen in zettingsgevoeIige gronden dient men alle constructies die mogelijks schade oplopen te laten beschrijven. - (CT EN IS).
Afsluiting van de bouwplaats Een werfafsluiting wordt tijdens de uitvoering van werken voorzien omheen de volledige bouwplaats overéénkomstig de desbetreffende figuur. (Post ‘Mob/demob en huur exclusief in-situ’ (FH)). (CT OF bij IS zonder voorafgaande CT) Indien bij de in-situ gekozen wordt om het leidingwerk bovengronds te plaatsen dient dit beschermd te worden dmv een hekwerk overeenkomstig de figuur van het bestek. De huurperiode per week dient gelijkgesteld aan de huurperiode van de in-situ installaties (Post ‘Huur gedurende in-situ). (IS). Opmerking: Het betreft niet de eventuele werfafsluiting rondom in-situ installaties. De bescherming tegen betreden van deze installaties door onbevoegden zit vervat in de huur van de desbetreffende installaties. Werfketen en sanitaire voorzieningen Voorzie in de meetstaat voor alle posten een hoeveelheid 1. Uitzondering: Indien een lokaal ter beschikking wordt gesteld (bvb voormalige shop) vervalt de post ‘Bureelkeet’ (TP = 0). (CT OF bij IS zonder voorafgaande CT);
Nutsleidingen Voorzie: - Opvragen en opzoeken nutsleidingen (incl. proefsleuven) : TP steeds 1. (CT OF bij IS zonder voorafgaande CT); - Tijdelijke maatregelen huisaansluitingen : TP = 1, uitgezonderd indien geen leidingen in ontgravingszone aanwezig (CT); Datum: 18/08/2008
Verantwoordelijke
Goedgkeurd door:
Procedure
Vervangt versie: 31/01/2008
Jan De Weerd
Dirk Loontjens
Versie 1
T5100_PRO_Opmaak van project specifieke bestekken voor bodemsaneringswerken p. 9/25
T5100_Procedure: Opmaak van project specifieke bestekken voor bodemsaneringswerken op gesloten tankstations -
Coördinatie met openbare nutsmaatschappijen : TP = 1 ingeval openbare nutsleidingen worden ondergraven (CT); Ophangen openbare nutsleidingen : TP = 1 ingeval openbare nutsleidingen worden ondergraven (CT); Tijdelijke maatregelen riolering (privé) : TP = 1, uitgezonderd indien geen private riolering in ontgravingszone aanwezig (CT); Tijdelijk opbreken openbare riolering (CT): o Opbreken : aantal meter op te breken riolering; Opmerking: Het materiaal en diameter van de riolering wordt gespecifieerd in het projectspecifieke bestek; o Herstel : aantal meter te herstellen riolering; o Aansluiten : TP = 1 ingeval van toepassing;
Werfaansluiting elektriciteit Voorzie: - Aftakken van de bestaande installatie (incl. plaatsen teller en stroomverbruik) : ingeval civiel technische werken EN geen aansluitende in-situ werken EN stroomvoorziening beschikbaar EN het verwachte onttrekkingsdebiet bij de civiel technische werken <= 5 m³/uur (CT); - Stroomaggregaat : ingeval civiel technische werken EN geen aansluitende in-situ werken EN (geen stroomvoorziening beschikbaar OF het verwachte onttrekkingsdebiet bij de civiel technische werken > 5 m³/uur) (CT); - Nieuwe aansluiting met dag- en nachtteller: ingeval een in-situ sanering EN de aanvraag dient te gebeuren door de aannemer (CT OF bij IS zonder voorafgaande CT); - Werfkast ingeval aansluiting door Bofas : ingeval een in-situ sanering EN de aanvraag gebeurd door Bofas (CT OF bij IS zonder voorafgaande CT); - Transformator 220-380 : ingeval geen stroomaggregaat EN enkel 220 V aanwezig is (CT OF bij IS zonder voorafgaande CT). Opmerking: De mogelijkheid tot het aftakken van de bestaande installatie dient nagegaan te worden tijdens het terreinbezoek en in vooroverleg met de Bofas projectleider. Indien gekend, specificeer de aanwezige stroomvoorziening (bvb 3x380V+N, aantal KVA).
6.5.2 Afbraakwerken De afbraakwerken worden voorzien daar waar noodzakelijk ifv de bodemsaneringswerken. Het tankenpark en de KWS afscheider in de verontreinigde zone worden verwijderd indien technisch mogelijk.
Datum: 18/08/2008
Verantwoordelijke
Goedgkeurd door:
Procedure
Vervangt versie: 31/01/2008
Jan De Weerd
Dirk Loontjens
Versie 1
T5100_PRO_Opmaak van project specifieke bestekken voor bodemsaneringswerken p. 10/25
T5100_Procedure: Opmaak van project specifieke bestekken voor bodemsaneringswerken op gesloten tankstations Ledigen van de tanks, oliewaterafscheider en leidingen Voorzie deze post ingeval één of meerdere tanks of KWS opgeschuimd of verwijderd worden EN (voorafgaand geen reinigingsattesten beschikbaar OF het vermoeden bestaat dat dit opnieuw dient te gebeuren). Afvoer en verwerken restfracties Voorzie ingeval één of meerdere tanks of KWS opgeschuimd of verwijderd worden EN (voorafgaand geen reinigingsattesten beschikbaar OF het vermoeden bestaat dat dit opnieuw dient te gebeuren): - puur product (koolwaterstoffen) : minimaal 100 liter; - verontreinigd water : minimaal 10% van het grootste compartiment; - slibresten : minimaal 100 kg Openen tanks zonder mangat Voorzie deze post ingeval één of meerdere tanks opgeschuimd of verwijderd worden EN geen mangat hebben (per te openen compartiment). Reinigen en neutraliseren van tanks, oliewaterafscheider en leidingen Voorzie deze post ingeval één of meerdere tanks of KWS opgeschuimd of verwijderd worden EN (voorafgaand geen reinigingsattesten beschikbaar OF het vermoeden bestaat dat dit opnieuw dient te gebeuren). De hoeveelheden worden bepaald per volume van de compartiment(en). Ingeval een KWS afscheider in de verontreinigde zone dient men deze hier ook op te nemen. Indien de grootte van de KWS afscheider niet gekend, ga uit van 2 m³. Ontgassen van tanks door middel van koolzuurgas Voorzie deze post voor de tanks die opgeschuimd of verwijderd worden EN niet gereinigd worden. De hoeveelheden worden bepaald per volume van de compartiment(en). Vrijgraven, verwijderen en vernietigen tanks De hoeveelheden worden bepaald per volume van de tank(s). Vrijgraven, verwijderen en vernietigen opgeschuimde tanks De hoeveelheden worden bepaald per volume van de tank(s). Opmerking: De aard van de vulling (schuim, beton, zand) dient gespecifieerd in het projectspecifieke bestek. Slopen van ondergrondse massieven Voorzie hier de te verwijderen ballastplaten, oude luifelfundering e.d. Optioneel wordt ook prijs gevraagd voor: - de nog aanwezige en in het kader van de bodemsanering te verwijderen bovengrondse elementen van het voormalige tankstation (luifel, shop, ontluchtingen e.d.); Datum: 18/08/2008
Verantwoordelijke
Goedgkeurd door:
Procedure
Vervangt versie: 31/01/2008
Jan De Weerd
Dirk Loontjens
Versie 1
T5100_PRO_Opmaak van project specifieke bestekken voor bodemsaneringswerken p. 11/25
T5100_Procedure: Opmaak van project specifieke bestekken voor bodemsaneringswerken op gesloten tankstations -
het verwijderen (en neutraliseren) van de buiten gebruik gestelde tanks en KWS buiten de verontreinigde zone indien technisch mogelijk.
6.5.3 Werken voorafgaand aan graafwerken Grondwaterverlaging Indien grondwerken onder het natuurlijke grondwaterniveau dienen uitgevoerd, voorzie steeds een bronbemaling. Uitzondering wordt gemaakt in zware kleigronden waarbij een open put bemaling dient voorzien te worden. Mogelijks kan om opwelling te voorkomen een combinatie van een bronbemaling en open put bemaling aangewezen zijn. Het studiebureau zal zich er voorafgaandelijk steeds van vergewissen dat tgv de grondwaterverlaging geen onaanvaardbare zettingen optreden. Daar waar relevant wint hij bijkomende informatie in bij lokale bemalers, bewoners, ... . Ingeval van bronbemaling voorzie steeds volgende deelposten: - Bronbemaling met opvangen van spoelwater zonder spoelbak : TP = 1; - Gebruik spoelbak : TP = 1 uitgezonderd ingeval dat het duidelijk is dat het gebruik van een spoelbak niet uitvoerbaar is. Drijflaagrecuperatie Ingeval het voorzien is drijflaag te recupereren wordt prijs gevraagd voor alle deelposten met uitzondering van de zuigwagen en buffer van 5m³. Een zuigwagen en/of een buffer van 5m³ worden enkel voorzien ingeval zeer grote hoeveelheden drijflaag aanwezig en dit na overleg met BOFAS. Stabiliteitsmaatregelen De erkende bodemsaneringdeskundige geeft in het bestek een aanbeveling mbt de te voorziene stabiliteitsmaatregelen (bvb damwand). De uiteindelijke keuze en de dimensionering van de stabiliteitsmaatregel wordt overgelaten aan de aannemer die deze ter goedkeuring dient voor te leggen aan de (afgevaardigde) van de BOFAS. Ingeval van leveren en plaatsen van een damwand wordt steeds de meerprijs voor het achterlaten van de damwand gevraagd overeenkomstig de post ‘Leveren damwand (overdracht aan Bofas). De hoeveelheid (VH – kg) wordt bepaald door het product van de kans dat de wand niet kan verwijderd worden (minimaal 10 %) en het gewicht van de gehanteerde damplanken (ca. 200 kg per m² te beschoeien wand).
Uitvoeren van een ontgraving in moten is aangewezen bij ondiepe ontgravingen, in gronden met grote cohesie, bij onregelmatige contouren, bij aanwezigheid van nutsledingen, … Secanspalenwand indien de overige stabiliteitsmaatregelen niet aangewezen zijn. Datum: 18/08/2008
Verantwoordelijke
Goedgkeurd door:
Procedure
Vervangt versie: 31/01/2008
Jan De Weerd
Dirk Loontjens
Versie 1
T5100_PRO_Opmaak van project specifieke bestekken voor bodemsaneringswerken p. 12/25
T5100_Procedure: Opmaak van project specifieke bestekken voor bodemsaneringswerken op gesloten tankstations 6.5.4 Grondwerken De grondbalans dient vermeld in het tabblad grondverzetsplan bij de meetstaat. Het bijvoegen van een figuur met het grondverzetsplan kan aangewezen zijn. De volumes en tonnages grondverzet opgenomen in het grondverzetsplan dienen eenduidig te worden overgenomen, zowel in de technische voorschriften, meetstaat CT als in meetstaat CGR. Selectief ontgraven Dit behelst de totale hoeveelheid te ontgraven grond min de hoeveelheden elders opgenomen in de meestaat, zoals in de posten bij de afbraakwerken. Voor het vrijgraven van de tanks buiten de ontgravingzone wordt een hoeveelheid voorzien zoals bepaald in het standaardbestek. Tussentijdse stockage van verdachte grond op expliciet verzoek Dit behelst een geraamde hoeveelheid grond die op vraag van de milieukundige begeleider tussentijds op de werf wordt gestockeerd om de definitieve bestemming te bepalen. Transport van de verontreinigde grond per extra schijf in vogelvlucht van 20 km Voorzie minimaal 1 extra schijf. Vul aldus dezelfde hoeveelheid in als deze vermeld bij de post “laden en afvoer van de verontreinigde grond naar een erkende verwerker tot een afstand in vogelvlucht <20 km”. Laden en afvoer van niet-verontreinigde grond Dit behelst de hoeveelheid af te voeren niet-verontreinigde grond bij een grondoverschot of bij slechte grondmechanische kwaliteit, mits aanwezigheid van een technisch verslag. De besteksschrijver zal echter steeds nagaan of de grond niet hergebruikt kan worden op de site, bvb in groenzones, na grondverbetering, landscaping, e.d. . Tussentijdse stockage van licht verontreinigde grond buiten de werf (incl. laden, afvoer, tussenstockage, terugopladen en aanvoer) Ingeval onvoldoende ruimte beschikbaar is voor de tussentijdse stockage van (mogelijks licht verontreinigde) gronden binnen de werfzone en het gefaseerd uitvoeren van de graafwerken niet mogelijk is, geeft BOFAS de voorkeur om deze buiten de werf te stockeren vooraleer de definitieve bestemming te bepalen en/of deze te hergebruiken. Ingeval besloten wordt de grond niet terug te voeren naar de werf zullen de andere posten mbt grondwerken (“Laden en afvoer van de verontreinigde grond naar een erkend verwerker tot een afstand in vogelvlucht < 20 km”, “Transport van de verontreinigde grond per extra schijf in vogelvlucht van 20 km” of “Laden en afvoer van niet-verontreinigde grond”) worden toegepast. Het aanvullen met ter plaatse gestockeerde herbruikbare grond Alle propere grond wordt bij voorkeur hergebruikt indien technisch geschikt. Datum: 18/08/2008
Verantwoordelijke
Goedgkeurd door:
Procedure
Vervangt versie: 31/01/2008
Jan De Weerd
Dirk Loontjens
Versie 1
T5100_PRO_Opmaak van project specifieke bestekken voor bodemsaneringswerken p. 13/25
T5100_Procedure: Opmaak van project specifieke bestekken voor bodemsaneringswerken op gesloten tankstations Grondverbetering met ongebluste kalk Deze post wordt slechts in uitzonderlijke omstandigheden toegepast. Leveren en plaatsen van aanvulgrond Meestal zal na de ontgravingwerken een grondtekort ontstaan dat aangezuiverd dient te worden met nieuw te leveren aanvulgrond. Opmerking: de aanvullingen mbt de holle ruimten die ontstaan na de het verwijderen van tanks, KWS en ondergrondse massieven zijn inbegrepen in de desbetreffende afbraakwerken. Plaatproeven Voorzie minimaal 2 plaatproeven ingeval aanvullingen voorzien zijn en minimaal 2 plaatproeven ingeval een steenslagfundering geplaatst wordt. Slagsonderingen Voorzie minimaal 2 slagsonderingen ingeval graafwerken op openbaar domein voorzien zijn.
6.5.5 Wegeniswerken De bepalingen zullen maximaal verwijzen naar de standaardbestekken die gebruikt worden bij openbare besturen. De wegeniswerken behelzen het herstellen van de opgebroken verhardingen in zoverre deze nog in gebruik zijn. De voormalige piste van het tankstation wordt bvb. enkel hersteld in zoverre deze nog voor bedrijfs- en privédoeleinden noodzakelijk wordt geacht.
6.5.6 Installatie van ondergrondse infrastructuur voor een in-situ systeem Hiervoor wordt verwezen naar de beschrijving van de in-situ werken.
6.5.7 Regietarieven Het is niet wenselijk hiervoor prijs te vragen, indien op voorhand geen werken in regie zijn voorzien.
6.5.8 Diversen
Datum: 18/08/2008
Verantwoordelijke
Goedgkeurd door:
Procedure
Vervangt versie: 31/01/2008
Jan De Weerd
Dirk Loontjens
Versie 1
T5100_PRO_Opmaak van project specifieke bestekken voor bodemsaneringswerken p. 14/25
T5100_Procedure: Opmaak van project specifieke bestekken voor bodemsaneringswerken op gesloten tankstations Ingeval andere activiteiten dienen uigevoerd dan in de standaardposten opgenomen, voegt de bestekschrijven posten toe onder diversen.
6.6 Beschrijving en meetstaat van de in-situ werken In de meetstaat worden de hoeveelheden vermeld overéénkomstig de figuren en de beschrijving van de werken. In het kader van het ontwerp bepaalt de bestekschrijver op basis van de beschikbare gegevens de optimale onttrekkingsdebieten. De besteksschrijver maakt maximaal gebruik van de standaard figuren voor het ontwerp van filters, drains en manifolds opgenomen in het document “T3320_PRO_Ontwerp IS”. Hij neemt al de ontwerpgegevens op een gestructureerde wijze over in het tabblad projectgegevens van dit document. Bij grote onzekerheid (bvb nog geen pompproef en/of bodemluchtextractie test uitgevoerd, verwachte restverontreiniging onvoldoende gekend) bouwt hij de nodige optionele posten in. Eventueel voorziet hij in overleg met BOFAS in het bestek civieltechnische werken en milieukundige begeleiding bijkomende haalbaarheidstesten waarbij maximaal gebruik gemaakt wordt van aanwezige infrastructuur van de aannemer civiele technieken.
6.6.1 Voorbereidende werken, veiligheidsvoorzieningen en werfinstallatie Hiervoor verwijzen we naar 6.5.1.
6.6.2 Installatie van ondergrondse infrastructuur voor een in-situ saneersysteem Bij de inplanting van de infrastructuur voor een in-situ systeem zal rekening gehouden worden met: - minimale hinder gedurende de aanleg en in stand houding van de in-situ; - bereikbaarheid voor onderhoud en/of aanpassingen (bvb bij voorkeur in groenzones juist naast de verharde zones); - kosten (bij terreinen die niet meer in gebruik zijn geniet het de voorkeur om zoveel mogelijk bovengronds te werken).
Boringen en filters Diameter boring: Datum: 18/08/2008
Verantwoordelijke
Goedgkeurd door:
Procedure
Vervangt versie: 31/01/2008
Jan De Weerd
Dirk Loontjens
Versie 1
T5100_PRO_Opmaak van project specifieke bestekken voor bodemsaneringswerken p. 15/25
T5100_Procedure: Opmaak van project specifieke bestekken voor bodemsaneringswerken op gesloten tankstations -
voor grondwateronttrekking: boorgat 210mm voor zand tot 320mm voor leem; voor luchtonttrekking: boorgat ca. 210mm; boorgat steeds minimaal 10 cm groter dan filter.
Diameter filter: - buitendiameter minstens 10 cm kleiner dan boorgat; - ingeval dompelpomp neem diameter voldoende groot voor de beschikbare pompen op de markt en minimaal 4”; - ingeval drijflaagrecuperatie of dual phase zonder dompelpompen neem 4”; - ingeval peilbuis neem 1”; - in de andere gevallen neem 2”. Diepte boring/filter en filterstelling: ifv doeleinden, geologie, debiet en verontreinigingsituatie. Aantal filters: ifv invloedstraal en verontreinigingsituatie. Grindomstorting: minimum 5 cm tpv filtergedeelte. Kleistop: 0,7 à 3 m onmiddellijk boven het filtergedeelte. Drains - materiaal: indien de drain in contact komt met minerale olie verontreinigd water of drijflaag wordt voor HDPE gekozen. In het andere geval kan voor PVC gekozen (bvb voor luchtdrains). - specificeer steeds het filtergedeelte; - een drain wordt ofwel aangesloten op een pompput of wordt mbv een blinde buis naar het maaiveld geleid; - voorzie een doorspuitput voor een grondwaterdrain (zie post mbt blinde buis in HDPE PN6); - voorzie rondom de drain een koffer van drainagezand van ca. 30cmx30cm; - ingeval van drijflaagrecuperatiedrain voorzie een grotere en grovere drainagekoffer; - voor luchtdrains beperk de lengte tot 10m in heterogene gronden en tot 20m in homogene gronden; - vermijd het ontstaan van dode zones (gebruik bij voorkeur rechte drains); - kijk steeds na of de specificaties van het drainagezand afgestemd zijn op de te draineren gronden. Pompput - voor wateronttrekking mbv een drain dient men af te wegen of men werkt met een dompelpomp met vlotter in een pompput diameter 400mm ofwel met een bovengrondse pomp met een inhanger in een blinde buis. Het gebruik van een dompelpomp is aangewezen bij grotere opvoerhoogtes (>5 à 8m) en ingeval niet meer dan twee dompelpompen gelijktijdig in dienst gesteld worden. Een bovengrondse pomp kan niet gebruikt worden voor opvoerhoogtes meer dan 8m. - voorzie bij een pompput van een grondwaterdrain een zandvang van 1 m onder het niveau van de drain. Ingeval dit stabiliteitsproblemen geeft, schakel over op een zandvang van 0,5m onder het niveau van de drain. Datum: 18/08/2008
Verantwoordelijke
Goedgkeurd door:
Procedure
Vervangt versie: 31/01/2008
Jan De Weerd
Dirk Loontjens
Versie 1
T5100_PRO_Opmaak van project specifieke bestekken voor bodemsaneringswerken p. 16/25
T5100_Procedure: Opmaak van project specifieke bestekken voor bodemsaneringswerken op gesloten tankstations Verzamelputten, inspectieputten en trekputten - enkel te voorzien bij ondergrondse afwerking - straatpot: voor de afwerking van monitoringspeilbuizen; - wachtbuis PVC 125 voor latere boringen: zie bestek; - kunststof putten: filters <110mm EN geen dualphase filter in inspectieput dia 400mm, filters >=110 mm OF dual phase filters in inspectieput 600mm; - ingeval de ondergrondse leidingen thv een verharde zone toekomen aan de bovengrondse in-situ installatie, zullen één of meerdere verzamelputten (aanvoer grondwater, bodemlucht, elektriciteit en afvoer water) voorzien worden; - de verzamelput bestaat uit kunststof of metselwerk met een wegneembaar gietijzeren deksel en is voldoende ruim om de aansluitingen met de bovengrondse installatie te verwezenlijken; - ingeval de ondergrondse leidingen toekomen in een groenzone zal rekening houdend met mogelijk vandalisme, hinder aan omwonenden, e.d. al dan niet verzamelputten worden voorzien. Bij twijfel voorzie de nodige verzamelputten. Opmerking: bij drains fungeren de doorspuitputten en pompputten tevens als inspectieput, een aparte inspectieput is hier dan ook niet te voorzien. Putdeksels - type B125 : putdeksels in een groenzone en voetpad; - type C250 : putdeksels in een wegverharding; - diameter afhankelijk van de put. Leidingen in de grond De te voorziene leidingen hangen sterk af van de locale omstandigheden en de gekozen saneringstechniek. Hieronder enkele algemene richtlijnen. Bij terreinen die niet meer in gebruik zijn plaats de leidingen (zoveel mogelijk) bovengronds. De leidingen worden bij voorkeur niet onder verhardingen geplaatst. In het geval meerdere leidingen onder verhardingen worden geplaatst en deze verharding zwaar belast wordt, is het aangewezen deze te omhullen met zandcement om latere zettingen te voorkomen. Een meer gedetailleerde lay-out van het leidingsysteem wordt aan de aannemer overgelaten. Voor drukleidingen lucht en water - materiaal: HDPE-buizen PN 6; - diameter in functie van de berekende ladingsverliezen (debiet, lengte, fittings,..) en verwachtte afzettingen. Hierbij wordt de meerkost voor het gebruik van grotere diameters afgewogen tegen de meerkost tgv hogere stroomkosten voor het overwinnen van de ladingsverliezen; Datum: 18/08/2008
Verantwoordelijke
Goedgkeurd door:
Procedure
Vervangt versie: 31/01/2008
Jan De Weerd
Dirk Loontjens
Versie 1
T5100_PRO_Opmaak van project specifieke bestekken voor bodemsaneringswerken p. 17/25
T5100_Procedure: Opmaak van project specifieke bestekken voor bodemsaneringswerken op gesloten tankstations -
-
de aanzuigleidingen grondwater die onder verhardingen geplaatst worden dienen bij mogelijke afzettingen in geribde HDPE trekbuizen geplaatst worden. Zodat deze kunnen vervangen worden in het geval deze tgv ijzer, kalk, zand e.a. afzettingen dichtslibben; vanaf filters, drains en pompputten naar de locatie waar de bovengrondse in-situ installatie is ingepland; mogelijk kan ook een deel bovengronds worden uitgevoerd.
Voor gezuiverd grondwater en/of afvoer hemelwater - materiaal PVC; - diameter ifv af te voeren debiet; - vanaf zuiveringsinstallatie en rioolkolken naar lozingspunt. Voor elektriciteit - diameter ifv voedingskabels; - geribde HDPE trekbuis (specificaties voedingskabel aan aannemer overlaten); - vanaf de openbare nutsvoorziening naar de blowers, pompen en zuiveringsinstallaties;
6.6.3 Bovengrondse leidingsystemen Persleidingen in HDPE De ondergrondse leidingsystemen worden verbonden met de bovengrondse installaties (manifold, pompen, blowers, lucht en grondwaterzuiveringsinstallaties) via een bovengrondsleidingsysteem. Ingeval de ondergrondse leidingsystemen toekomen thv bovengrondse installaties wordt geen bovengronds leidingsysteem voorzien. Bij voorkeur worden de bovengrondse installaties op één locatie geplaatst nabij de onttrekkingsfilters en drains. De bepaling van de leidingen tussen de bovengrondse systemen (van manifold via pomp/vacuumblower naar grondwaterzuiveringsinstallatie/ luchtzuiveringsinstallatie) wordt aan de aannemer overgelaten (in zoverre deze bovengrondse systemen op dezelfde locatie voorzien zijn). De aannemer legt ze ter goedkeuring voor aan de bouwdirectie. Slangen Voorzie thv de manifolds, per individuele aanzuig- of persleiding, een doorzichtige slang van ca. 30cm lengte (reken in de meetstaat minimaal 1 m per stuk). Op deze wijze is een visuele controle mogelijk mbt waterstroming, ijzeraanslag, water in luchtstroming e.d. Kogelkranen/ schuifafsluiters Datum: 18/08/2008
Verantwoordelijke
Goedgkeurd door:
Procedure
Vervangt versie: 31/01/2008
Jan De Weerd
Dirk Loontjens
Versie 1
T5100_PRO_Opmaak van project specifieke bestekken voor bodemsaneringswerken p. 18/25
T5100_Procedure: Opmaak van project specifieke bestekken voor bodemsaneringswerken op gesloten tankstations Indien meerdere aanzuig/persleidingen samengebracht worden dient de mogelijkheid te bestaan om deze afzonderlijk af te sluiten. Opmerking: diverse kogelkranen voor meet- en monsternamepunten zijn inbegrepen in de onttrekking-, meet- en zuiveringinstallaties. Als men nog extra meetpunten wenst, dient men deze bij de post kogelkranen op te nemen. Flensdebietmeters Thv van de manifolds voor bodemluchtonttrekking en pump and treat worden flensdebietmeters voorzien met inbegrip van meetpunten voor het meten van een verschildruk over de meetflens. De diameter van de opening van de meetflens is te bepalen bij uitvoering van de bodemsaneringswerken. Voor een grondwaterverlaging is het meestal niet nodig de individuele onttrekkingsdebieten te kennen en worden deze meetflenzen veelal weggelaten. Manifold Bij voorkeur worden de aanzuig/persleidingen samengebracht via een manifold op een collectorleiding. Bij voorkeur bevinden de afsluiters en meetpunten zich op deze manifold. Bij uitgebreide in-situ’s of een grote afstand tussen de bovengrondse installaties en filters/drains zal het gebruik van één manifold afgewogen worden tegen meerdere kleine manifolds of rechtstreekse aansluiting van de filter en/of drain op een collectorleiding.
6.6.4 Onttrekkingsinstallaties, injectiesystemen en zuiveringsinstallaties Luchtonttrekking/ luchtinjectie Debiet volgt uit haalbaarheidstest en verontreinigingsituatie (totaal debiet = aangewezen debiet per filter x aantal filters) Grondwateronttrekking – drijflaagrecuperatie - besturingsysteem Debiet volgt uit haalbaarheidstest, grondwatermodellering, verontreinigingsituatie en/of te verwezenlijken grondwaterverlaging. Voor een grondwaterverlaging wordt steeds een berekeningsnota toegevoegd. Bij een zuig/opvoerhoogte van meer dan 8m wordt steeds gebruik gemaakt van dompelpompen. Voor drijflaagrecuperatie wordt gebruik gemaakt van aangepaste pompen. Bij onttrekking mbv een bovengrondse pomp op filters minder dan 8m diep dient men te voorkomen dat doorslag optreedt (zie standaardbestek). Luchtzuivering Bij het bestek (of BSP) wordt een berekeningsnota gevoegd met een inschatting van de totale te zuiveren vuilvracht in de onttrokken bodemlucht. Hierbij wordt uitgegaan van realistische ingeschatte vuilvrachten.
Datum: 18/08/2008
Verantwoordelijke
Goedgkeurd door:
Procedure
Vervangt versie: 31/01/2008
Jan De Weerd
Dirk Loontjens
Versie 1
T5100_PRO_Opmaak van project specifieke bestekken voor bodemsaneringswerken p. 19/25
T5100_Procedure: Opmaak van project specifieke bestekken voor bodemsaneringswerken op gesloten tankstations Op basis van de te zuiveren vuilvracht wordt nagegaan welk luchtzuiveringssysteem aangewezen is (actief kool, katalytische verbranding ,...). Luchtzuivering dmv actiefkool filters Op basis van de totaal te verwijderen vuilvracht wordt het actief kool verbruik bepaald. Ingeval meerdere vullingen noodzakelijk zijn, zal bij voorkeur gewerkt worden met twee (of meer) filters in serie. Het bedvolume van een filter (in m³) zal bepaald worden op de grootste van volgende waarde: - 1/800st van het te zuiveren luchtdebiet (in m³/h); - actief kool verbruik (in m³) na de eerste week; - 1/5de van het totaal actief kool verbruik (in m³). In de meetstaat duidt u het aantal (één of twee) actief kool filters aan met een bedvolume gelijk aan (of juist boven) het berekende bedvolume en vermeld u het berekende verbruik aan actief kool. Biofilter Normalerwijs niet toe te passen Katalytische verbranding Vuistregel : ingeval meer dan 1000 à 2000 kg te zuiveren vluchtige kan een katalytische verbranding BATNEEC zijn. Grondwaterzuivering Op basis van de te zuiveren vuilvracht wordt nagegaan welk grondwaterzuiveringssysteem (of combinatie van) aangewezen is (koolwaterstofafscheider, zandfilter, ontijzeringsfilter, striptoren, actief kool, …). Buffers Enkel te voorzien als tijdelijke opvang van product of slib. Koolwaterstofafscheider - indien geëmulgeerde oliën (conc min.olie> 5000 mg/l) dienen verwijderd; - als voorzuivering (zandvang) voor de volgende zuiveringstrap. Het gebruik van een automatische skimmer wordt enkel voorzien bij drijflaagrecuperatie. Zandfilters - als voorzuivering bij actieve koolfiltratie ingeval hoge concentraties zwevende stoffen in het influent; - als ontijzering tussen een striptoren en actief kool filter; Opmerking: als ontijzering wordt een zandfilter niet meer voorgeschreven, BOFAS laat de vrijheid aan de aannemer om de meest efficiënte maatregelen tegen ijzeraanslag te bepalen (zie verder).
Datum: 18/08/2008
Verantwoordelijke
Goedgkeurd door:
Procedure
Vervangt versie: 31/01/2008
Jan De Weerd
Dirk Loontjens
Versie 1
T5100_PRO_Opmaak van project specifieke bestekken voor bodemsaneringswerken p. 20/25
T5100_Procedure: Opmaak van project specifieke bestekken voor bodemsaneringswerken op gesloten tankstations Ontijzeringsfilter - indien tgv hoge influent concentraties aan ijzer,mangaan, kalk, magnesium e.a. een snelle verstopping van de waterzijdige actief kool filter en/of stripinstallatie valt te verwachten; Opmerking: als ontijzering wordt een ontijzeringsfilter niet meer voorgeschreven, BOFAS laat de vrijheid aan de aannemer om de meest efficiënte maatregelen tegen ijzeraanslag te bepalen (zie verder). Een uitzondering wordt gemaakt ingeval de concentratie voor ijzer + mangaan groter is dan 30 mg/l en voor calcium. - indien voor bepaalde zware metalen de lozingsnorm wordt overschreden. Waterzuivering dmv actiefkool filters - voor het verwijderen van minerale oliën en andere organische verbindingen; - zie ook stripinstallaties. Op basis van de totaal te verwijderen vuilvracht wordt het actief kool verbruik bepaald. Ingeval meerdere vullingen noodzakelijk zijn, zal bij voorkeur gewerkt worden met twee (of meer) filters in serie. Het bedvolume van de filter (in m³) zal bepaald worden op de grootste van volgende waarde : - ¼e van het te zuiveren waterdebiet (in m³/h); - actief kool verbruik (in m³) na de eerste week; - 1/5de van het totaal actief kool verbruik (in m³). In de meetstaat duidt u een actief kool filter aan voor een bedvolume gelijk aan (of juist boven) het berekende bedvolume en vermeld u het berekende verbruik aan actief kool. Ingeval MTBE een belangrijke component is van de te verwijderen vuilvracht maak gebruik van cocos. Ingeval meerdere filters nodig zijn en zowel de concentraties MTBE als minerale olie + BTEX belangrijke componenten zijn, plaats een eerste filter op basis van steenkool met hierachter een filter met MTBE. Stripinstallaties - voor het verwijderen van vluchtige aromatische koolwaterstoffen, vluchtige gechloreerde koolwaterstoffen en in mindere mate MTBE; Het type luchtzuivering wordt bepaald opdat geen geurhinder ontstaat aan de omgeving. In een stedelijke omgeving wordt het gebruik van een biofilter ontraden. Het effluent dient uiteraard steeds te voldoen aan de emissienormen. Steeds dient afgewogen worden of het gebruik van een actief kool installatie of een stripinstallatie het meest aangewezen is. Een stripinstallatie is voordeliger naarmate de vuilvracht (onttrekkingsdebiet, influentconcentraties, duurtijd) hoger wordt. Mogelijks dienen in dit geval meerdere striptorens voorzien te worden eventueel gevolgd door een actief kool filter. Een actief kool filter zal bij lage vuilvracht (bvb. voor een bemaling van 10m³/u met een actief kool verbruik kleiner dan het bedvolume van 2,5m³) voordeliger zijn. Datum: 18/08/2008
Verantwoordelijke
Goedgkeurd door:
Procedure
Vervangt versie: 31/01/2008
Jan De Weerd
Dirk Loontjens
Versie 1
T5100_PRO_Opmaak van project specifieke bestekken voor bodemsaneringswerken p. 21/25
T5100_Procedure: Opmaak van project specifieke bestekken voor bodemsaneringswerken op gesloten tankstations Een actief kool filter is gevoeliger voor verstoppingverschijnselen (ijzer, kalk, ...) dan een stripinstallatie. Verwerking ijzer,kalk e.d. Bij hoge gehaltes aan ijzer, mangaan, kalk of magnesium in het grondwater dient mogelijks extra onderhoud te worden verwacht aan de waterzuiveringinstallaties. Dit is voornamelijk het geval bij stripinstallaties en waterzijdig actief kool filters. Bepaal de hoeveelheid (in kg) ijzer+mangaan (resp calcium+magnesium) boven een concentratie van 5mg/l (resp. 50 mg/l) die door deze zuiveringinstallaties stroomt volgens de formule in het standaardbestek. Ingeval de concentratie hoger is dan 30mg/l voor ijzer+mangaan voorzie dan een ontijzeringsfilter en activeer de post verwerking ijzer, kalk e.d. niet. Automatische alarmering Steeds te voorzien voor de volledige huurtermijn van de in-situ installatie. Huurtarieven voor huurperiode <52 weken Ingeval de huurtermijn van (een deel) van de in-situ installatie kleiner is dan 52 weken, vermeld in de desbetreffende post de formule die de huurkost vertegenwoordigd van de desbetreffende installaties (de som van de totaalprijs van de deelposten).
6.6.5 Allerlei Toe te passen indien de omstandigheden hiertoe aanleiding geven.
6.6.6 Regietarieven Het is niet wenselijk hiervoor prijs te vragen indien op voorhand geen werken in regie zijn voorzien.
6.6.7 Diversen Ingeval andere activiteiten dienen uigevoerd dan in de standaardposten opgenomen, voegt de bestekschrijven posten toe onder diversen.
Datum: 18/08/2008
Verantwoordelijke
Goedgkeurd door:
Procedure
Vervangt versie: 31/01/2008
Jan De Weerd
Dirk Loontjens
Versie 1
T5100_PRO_Opmaak van project specifieke bestekken voor bodemsaneringswerken p. 22/25
T5100_Procedure: Opmaak van project specifieke bestekken voor bodemsaneringswerken op gesloten tankstations 7 Het project specifieke bestek voor centra voor grondreiniging (PSB_CGR) 7.1 Het bestek De besteksschrijver past het standaard document aan.
7.2 De meetstaat De bestekschrijver vult de standaard meetstaat in. Hieronder enkele richtlijnen voor de bepaling van de hoeveelheden.
7.2.1 Grond geschikt voor vrij gebruik Deze post wordt enkel gebruikt in overleg met BOFAS.
7.2.2 Grond geschikt voor gebruik als bouwstof (volgens de Vlarebo) De besteksschrijver voegt voor deze post 10% van de verontreinigde grond voor biologische, fysico-chemische en thermische reiniging opgenomen in het grondverzetsplan toe.
7.2.3 Reinigingstechnieken grond De bestekschrijver gaat na welke saneringstechnieken aangewezen zijn. Hij houdt hierbij terdege rekening met de aard van de verontreinigingen, de nevenverontreinigingen, het gehalte aan fijne fractie, de verschillende grondpartijen. Indien een onzekerheid bestaat over de verwerkingswijze wordt de hoeveelheid over de verschillende posten verdeeld volgens de waarschijnlijkheid van voorkomen.
7.2.4 Verontreinigd beton en metselwerk Ondergrondse massieven (bvb ballastplaat) ter hoogte van een drijflaag of puur product worden als verontreinigd beschouwd.
Datum: 18/08/2008
Verantwoordelijke
Goedgkeurd door:
Procedure
Vervangt versie: 31/01/2008
Jan De Weerd
Dirk Loontjens
Versie 1
T5100_PRO_Opmaak van project specifieke bestekken voor bodemsaneringswerken p. 23/25
T5100_Procedure: Opmaak van project specifieke bestekken voor bodemsaneringswerken op gesloten tankstations 7.2.5 Verontreinigd asfalt Indien asfalt opgebroken wordt en men geen aanwijzingen heeft dat deze niet verontreinigd is. Bij hoeveelheden groter dan 40 ton is het aangewezen in de besteksfase een monster te laten onderzoeken op de aanwezigheid van PAK.
7.2.6 Bodemvreemde materialen Enkel te voorzien bij grote hoeveelheden puin in de verontreinigde zone.
7.2.7 Transport Voorlopig voorziet BOFAS het transport te laten uitvoeren door de aannemer van de bodemsaneringswerken. In de meetstaat van het PSB_CGR worden de hoeveelheden hiervoor niet ingevuld.
Datum: 18/08/2008
Verantwoordelijke
Goedgkeurd door:
Procedure
Vervangt versie: 31/01/2008
Jan De Weerd
Dirk Loontjens
Versie 1
T5100_PRO_Opmaak van project specifieke bestekken voor bodemsaneringswerken p. 24/25
T5100_Procedure: Opmaak van project specifieke bestekken voor bodemsaneringswerken op gesloten tankstations 8 Het projectspecifieke V&G plan Volgende documenten worden door de veiligheidscoördinator ontwerp nagezien en daar waar nodig verder aangevuld: - contactpersonen (zie hierboven bij kwaliteitsplan); - noodprocedure (met uitzondering van de EHBO-helper en adressen van ziekenhuizen en geneesheren). De veiligheidscoördinator kijkt het bestek na en formuleert hieromtrent zijn opmerkingen. De veiligheidscoördinator ontwerp vermeldt de project specifieke veiligheidsmaatregelen voortvloeiend uit het ontwerp in een afzonderlijk document. Hij past hiervoor het standaard document aan. Deze project specifieke veiligheidsmaatregelen vormen samen met de standaard fiches “contactpersonen” en “noodprocedure” , met zijn opmerkingen betreffende het bestek en het standaard BOFAS V&G plan, coördinatiedagboek en postinterventiedossier (zie inhoud overéénkomstig achilles project fiche ), de ontwerp coördinatiedocumenten.
Datum: 18/08/2008
Verantwoordelijke
Goedgkeurd door:
Procedure
Vervangt versie: 31/01/2008
Jan De Weerd
Dirk Loontjens
Versie 1
T5100_PRO_Opmaak van project specifieke bestekken voor bodemsaneringswerken p. 25/25