Sappi. Eco. Effective.
Sustainability factsheet
2014 appendix behorend tot Sappi Europe 2013 Duurzaamheids rapport. Beoordeling van de duurzaamheids doelstellingen voor 2017 en de 2014 KPI’s (Key performance indicators)
Onze inzet voor duurzaamheid Onze duurzaamheidsbenadering is gebaseerd op een holistische visie van Mensen, Milieu en Maatschappij (de 3M’s). Dit zijn waarden en overtuigingen die bepalend zijn voor alles wat wij doen, van onze zakelijke beslissingen en bedrijfsprocessen tot onze interactie met belanghebbenden en klanten. Hieronder een overzicht van de afspraken die wij hebben gemaakt in de context van het charter voor duurzaam produceren, de verplichtingen die wij onszelf hebben opgelegd ten aanzien van de manier waarop Sappi Europe wenst te functioneren, onze doelstellingen en resultaten. In 2012 heeft Sappi regionale duurzaamheidsdoelstellingen voor de lange termijn geformuleerd waarvan het de bedoeling is dat die in 2017 gerealiseerd zijn. De vooruitgang die in dat traject wordt geboekt, documenteren wij in deze factsheet. Wij hebben onze Charter Afspraken gecategoriseerd volgens een aantal overkoepelende thema’s. Het zijn afspraken die fungeren als duidelijke richtlijnen voor onze medewerkers, onze leveranciers en onze aandeelhouders. Richtlijnen ten aanzien van de manier waarop wij ons als organisatie gedragen en hoe wij vinden dat onze onderneming dient te functioneren. Door middel van Eco-Effectiveness maakt Sappi Europe duurzaamheid concreet. Wij halen het uit de sfeer van goede bedoelingen op managementniveau en wij maken er een opgave van die relevant is voor ons allemaal, elke dag opnieuw. 2 jaarlijks neemt Sappi Europe het initiatief een grondig duurzaamheids rapport te publiceren (2011, 2013). KPI’s worden herzien en gepubliceerd op jaarbasis.
Sappi. Eco. Effective. Planet Door minder roekeloos om te gaan met het milieu, door gebruik te maken van schonere en efficiëntere productie- en afvalverwerkingsprocessen, zijn wij in staat meer te doen met minder – een aanpak die vanzelfsprekend ook economische voordelen biedt. Het gaat daarbij in de eerste plaats om het realiseren van een minder energie-intensieve manier van werken die ook een reductie betekent van de uitstoot van schadelijke stoffen over de totale leveringsketen. Het gaat om terugdringen van ons waterverbruik en verbetering van de kwaliteit van afvalwater, vermindering van negatieve effecten op de biodiversiteit en bevordering van duurzame bosbouw op basis van onafhankelijke, internationaal erkende certificeringssystemen voor mileu- en bosbeheer.
Water (m3/t)
Reductie van specifiek waterverbruik De specifieke getallen hebben betrekking op papier gereed voor de verkoop en vezelstof.
Doel 2017
25 20 15 10 5 0 2010
2011
2012
2013
2014
Tot ons geluk hebben wij zelden problemen op het gebied van waterbevoorrading. Water is in overvloed beschikbaar op alle locaties waar wij productievestigingen hebben, met uitzondering van Maastricht en Lanaken, waar de situatie volgens de Global Water Tool van de World Business Council of Sustainable Development zorgwekkend is. Dit heeft te maken met de relatief dichte bevolking op die twee locaties. Voor zover wij hebben meegemaakt, is echter ook daar altijd meer dan voldoende water beschikbaar geweest en wij voorzien ook nergens gevaar van gebrek aan water, net zomin als wij verwachten dat ons gebruik van water en de terugstorting van proceswater uit onze productie tot significante verandering in dat beeld zal leiden. Ons watergebruik heeft wel directe effecten op het verbruik van energie, want het water dat wij gebruiken wordt in het productieproces verhit en onze mills verliezen energie door de lozing van afvalwater. Onze doelstelling ten aanzien van waterreductie voor 2017 is een vermindering van het specifieke waterverbruik met 5%. In 2014 is er op dat gebied van reductie geen sprake geweest. Integendeel, het specifieke gebruik van water is met 5,6% toegenomen. Daar zijn meerdere oorzaken voor, waaronder productiestops (in Maastricht, Lanaken en Stockstadt) en de overstap van productie van grafisch papier naar speciale papieren in Alfeld Mill. Wat betreft specifiek waterverbruik heeft Nijmegen Mill het best gepresteerd, maar dat heeft te maken met het niet-geïntegreerde productieproces, waarbij minder water wordt gebruikt dan in het geval van geïntegreerde pulpproductie. In dat verband heeft ook de verkoop van de mill effect gehad op het specifieke waterverbruik. 2
CO2 (kg/t) 700
Reductie van specifieke CO2uitstoot
Doel 2017
600 500 400 0 2010
2011
2012
2013
2014
Doelstelling voor 2017 is een reductie van de specifieke CO2-uitstoot als gevolg van het gebruik van fossiele brandstoffen (d.w.z. kg CO2 per ton verkochte pulp en verkoopbaar papier), met inbegrip van uitstoot door ingekochte energie (berekend op 400 g/kWh), met 5%. (De CO2-cijfers in de tabel zijn sommeringen van specifieke directe CO2-uitstoot en indirecte CO2-uitstoot door externe levering van elektriciteit.) In het kader van deze doelstelling heeft de toename van geïntegreerde pulpproductie bijgedragen tot een reductie van specifieke CO2-uitstoot met 3,9%. In 2014 zijn al onze Europese mills gecertificeerd volgens de ISO 50001-standaard voor energiebeheer, mede dankzij de succesvolle uitvoering van diverse energiebesparingsprojecten. Voor 2015 zijn verdere verbeteringen gepland.
Vezelstoffen (%) Doel
80
Gecertificeerde vezelstoffen
60 40 20 0 2009
2010
2011
2012
2013
2014
Onze totale doelstelling voor 2017 ten aanzien van het aandeel gecertificeerde vezelstoffen dat in onze productieprocessen wordt gebruikt, is 70%, een hoog percentage dat wij al sinds 2009 weten vast te houden. Verdere verhoging zal lastig worden, aangezien ook rekening moet worden gehouden met operationele doelstellingen, zoals voorkeur voor lokale inkoop. De laatste jaren is sprake geweest van een aanzienlijke progressie in chain of custody-certificering waarin ook de meeste van onze leveranciers zijn meegegaan. De meeste van onze houtleveranciers en al onze pulpleveranciers zijn inmiddels gecertificeerd, in de meeste gevallen zowel volgens de FSC® als volgens de PEFC™ norm. Er zijn gevallen waarin gecertificeerd houtmateriaal ergens in de leveringsketen zijn certificering verliest, omdat bepaalde tusseninstanties niet over dezelfde certificering beschikken als het verhandelde materiaal. Al het niet-gecertificeerde materiaal dat uiteindelijk in onze producten terechtkomt wordt strikt gecontroleerd door middel van testprocessen die voldoen aan de FSC® Controlled Wood-vereisten en de eisen van het PEFC™ Due Diligence System. 3
Sappi. Eco. Effective. Mensen Door onze mensen een veilige, gezonde werkplek te bieden met oog voor afwisseling en kansen voor voortdurende verdere ontwikkeling van hun persoonlijke potentieel, stimuleren wij productiviteit en vermeerderen wij ons vermogen om mondiale markten met succes te bedienen. Door participatie in sociale-verantwoordelijkheidsprogramma’s die inspelen op de behoeften van de gemeenschappen waarbinnen wij actief zijn, dragen wij bij aan de sociaal-economische ontwikkeling van deze gemeenschappen. Onze doelstelling voor 2017 is 30 uur training per medewerker per jaar. In 2014 was dat 21 uur.
Veiligheid en gezondheid Gedegen veiligheids- en gezondheidsbeleid is een absolute prioriteit. Al onze mills zijn gecertificeerd volgens de OHSAS 18001-standaard voor veiligheidsbeheer. Sappi’s benadering ten aanzien van veiligheid is gebaseerd op vijf fundamentele principes: • Een doelstelling van Nul Ongevallen • Geïntegreerde gezondheids- en veiligheidsplanning en geïntegreerd gezondheids- en veiligheids beheer • Training op elk niveau van de organisatie • Informatie- en controlestructuren op basis van participatie • Conformering aan internationale best practices en veiligheidsstandaarden Daarnaast zijn er extra initiatieven, waaronder een jaarlijkse Global Safety Awareness Day in al onze vestigingen, het aanbieden van preventieve gezondheidscontroles en programma’s voor behoud van een goede fysieke en mentale conditie. Onze veiligheidsdoelstelling voor 2013 was een reductie van de Lost Time Injury Frequency Rate (LTIFR)* tot 0,95 naast betere, completere rapportage van ongevallen op de werkplek. In 2014 zijn we uitgekomen op een LTIFR van 1,01. De op dit gebied best presterende mill was Stockstadt, met een LTIFR van 0,31. Uiteraard blijven wij ons inspannen voor optimale veiligheid binnen de gehele Europese organisatie en voor veilige werkplekken en een veilige werkomgeving voor al onze medewerkers. *Aandeel Verloren Tijd door Ongevallen, in de OSHA-definitie, is de ratio waarin incidenten op de werkplek voorkomen die resulteren in arbeidsongeschiktheid voor minimaal één (volgende) werkdag. Met andere woorden, het aantal van dergelijke ongevallen binnen een bepaalde periode in verhouding tot het totaal aantal werkuren in diezelfde periode.
Maatschappij Door ons in te zetten voor de maatschappij waarbinnen wij actief zijn, door sociale verantwoordelijkheid te tonen en welzijn te genereren, maken wij onszelf aantrekkelijk voor investeerders en creëren wij mogelijkheden voor groei, waardoor wij op onze beurt ook meer kunnen investeren in onze processen, onze mensen en de gemeenschappen waarin wij actief zijn. Wij kunnen op die manier klantgerichter opereren en geconcentreerd blijven op verdere innovatie van producten, processen en services. Voortdurende investering in research & development is de enige manier om mondiaal concurrerend te blijven.
4
Creëren van welzijn Onze doelstelling voor 2017 is een return on net operating assets (RONA) van 10%.
Hoe wij meten wat we doen Ons papier wordt gemaakt van vezelstoffen die afkomstig zijn van hout – duurzaam materiaal met een hoog niveau van duurzame energie en volledig geschikt voor recycling. De productie van pulp en papier vereist geavanceerde processen, specifieke grondstoffen en efficiënte toepassing van energie. Beheer van de milieu-aspecten en -effecten van die processen is een onlosmakelijk deel van ons dagelijks werk. De volgende performance indicators geven een gedetailleerder beeld van de gegevens ten aanzien van ons milieupresteren over de afgelopen vijf jaar – van de inkoop van vezelstoffen en het gebruik van energie tot het effect van onze activiteiten op lucht en water en in de vorm van vaste afvalstoffen.
Vezelstofverdeling 2014 47% Ingekochte vezelstof
53% Geïntegreerde vezelstof
Vezelstoffen In de afgelopen vijf jaar zijn wij erin geslaagd het aandeel gecertificeerde vezelstoffen te verhogen en ruim boven 70% te houden. Onze Europese mills hanteren de PEFC™ normen (Program for the Endorsement of Forest Certification) bij de keuze van hun bronnen voor vezelmateriaal. In algemene termen is het aantal gecertificeerde bossen in west- en centraal Europa langzaam aan het toenemen. Al het niet-gecertificeerde materiaal dat uiteindelijk in onze producten terechtkomt, is onderhevig aan strenge controleprocessen die voldoen aan de vereisten van het Forest Stewardship Council (FSC®) Controlled Wood-programma en het PEFC Due Diligence-systeem. Wij zijn Europees marktleider op het gebied van geïntegreerde productie van sulfietpulp. Daarnaast produceren wij in Lanaken chemisch thermisch mechanische pulp (CTMP) en thermisch mechanische pulp en houtsllijp in Kirkniemi. Alles opgeteld hebben wij in 2014 zelf voorzien in zo’n 53% van onze totale behoefte aan vezelstoffen.
5
Sappi. Eco. Effective.
Totaal energieverbruik Sappi Europe 2014
13%
27%
Herbruikbare brandstof
Energie
Ingekochte stroom
1%
9%
Stookolie
Kolen
3%
47%
Ingekochte stoom
Aardgas
In 2014 was het aandeel duurzame energie op het totale energieverbruik 35,3%. Met inbegrip van ingekochte energie komt dat neer op 27,3% energie op basis van herbruikbare brandstoffen. Bij de aandelen van totaal energieverbruik zijn alle brandstoffen meegerekend, plus ingekochte stoom en het netto saldo van verkochte en ingekochte energie.
Chemical Oxygen Demand (CSB) kg/t
Wateremissies
6 5 4 3 2 1 0
2009
2010
2011
2012
2013
2014
De behoefte aan chemische zuurstof (Chemical Oxygen Demand, COD) is een van de key indicators voor organische watervervuiling. Onze zeer geavanceerde waterzuiveringsinstallaties zorgen in die context voor een drastische reductie van organische vervuiling. Een gedeelte van onze COD betreft restlignine die niet verder kan worden afgebroken in de waterzuivering. Het gaat daarbij echter om inert materiaal dat geen afbreuk doet aan het zuurstofniveau in het ontvangend water. De specifieke emissieniveaus worden relatief stabiel gehouden. Keuze voor nog meer geïntegreerde pulpproductie zou een negatief effect hebben op deze KPI.
6
SO2 Emissies (kg/t) 0,5 0,4 0,3 0,2 0,1 0,0 2009
Emissies
2010
2011
2012
2013
2014
2011
2012
2013
2014
NOx Emissies (kg/t) 1,0 0,9 0,8 0,7 0,6 0,5 2009
2010
Bij emissie gaat de meeste aandacht uit naar kooldioxide (koolzuurgas) omdat het mede verantwoordelijk is voor het broeikaseffect. Daarom hanteren wij er ook een speciale reductiedoelstelling voor. Maar er zijn ook andere belangrijke schadelijke gassen, zoals zwaveldioxide (SO2) en stikstofoxide (NOx). Dit zijn gassen die zure regen veroorzaken en op die manier schadelijk zijnvoor de gezondheid van bossen en de daarin voorkomende flora en fauna. SO2-uitstoot is het gevolg van het gebruik van fossiele brandstoffen als kolen en olie. Significanter in het geval van Sappi Europe zijn echter de emissies van onze recovery boilers, die de black liquor uit het verpulpingsproces verwerken. De SO2 die aanwezig is in het rookgaskanaal dat ontstaat in het verbrandingsproces, wordt opgevangen door een serie gaszuiveraars en gerecycleerd tot kookzuur. NOx-emissies zijn het gevolg van elk verbrandingsproces waarbij zuurstof (lucht) aanwezig is. De extreem hoge temperaturen die daarbij nodig zijn voor efficiëntie en stabiliteit van het proces, verhogen het niveau van uitstoot. In 2014 is er een lichte toename geweest in zowel specifieke Nox- als specifieke SO2-emissie, voornamelijk als gevolg van voortgezette pulpproductie tijdens stops in het papierproductieproces.
7
Sappi. Eco. Effective. Totale waterafname per bron 2014 13,9%
0,2%
Bronwater
Water geleverd door waterleidingbedrijf
Water
85,9%
Rivieren en oppervlakte water
Het water dat wij gebruiken, is voor het grootste gedeelte oppervlaktewater. Voor een totale water balans zou ook rekening moeten worden gehouden met het water in onze grondstoffen (papier bevat ongeveer 5% water), naast verdamping en neerslag. Maar het overgrote deel van ons proceswater is afkomstig uit rivieren of andere vormen van oppervlaktewater. Bronnen op of in de directe omgeving van onze productiefaciliteiten leveren 13,9% van het gebruikte water en een zeer klein gedeelte is gemeentewater.
Afgevoerd afval naar stort KG/ADT
Afval
10 9 8 7 6 5 4
2009
2010
2011
2012
2013
2014
Het afgevoerde afvalmateriaal bestaat voor een groot gedeelte uit as, dat ook kan worden gebruikt voor de productie van cement, andere minerale bouwmaterialen, meststoffen en bodemsubstraten. Op dit moment wordt het grootste gedeelte van onze as al gerecycled en wij werken aan verdere reductie van het aandeel dat nu nog als afval wordt afgevoerd. Organisch materiaal afkomstig uit onze mills wordt nooit als afval gestort. Waar mogelijk wordt het door ons gegenereerde organisch afvalmateriaal gebruikt als duurzame brandstof die op locatie wordt ingezet voor het maken van bijproducten. Oud papier, schrootijzer, electronische onderdelen en het merendeel van de schadelijke afvalstoffen wordt gerecycled en restafval gaat naar sorteercentra, waar herbruikbaar materiaal wordt teruggewonnen en wat overblijft wordt verbrand. De toename die hier te zien is, heeft ook te maken met een verandering in de brandstofmix en een specifiek hoger gebruik van geïntegreerde pulp. Wij blijven zoeken naar nieuwe mogelijkheden om ook voor dit materiaal recyclingoplossingen te vinden.
De informatie in dit document is actueel per oktober 2014. Copyright © 2015 Sappi Europe SA. Alle rechten voorbehouden. 8
sappi.com/eco-effective