Uitgebreide toelichting van het meetinstrument Summary of Diabetes Self-Care Activities Measure (SDSCA) November 2009 Review: Béatrice Dijcks Invoer: Eveline van Engelen
1
Algemene gegevens
Het meetinstrument heeft betrekking op de volgende categorieën Lichaamsregio Algemeen, overige, ongespecificeerd Aandoening (ICD)
Overige (Overig, ongespecificeerd)
Domein ‘Menselijk functioneren’ (ICF)
Zelfverzorging Mobiliteit/bewegen Overig, ongespecificeerd
Korte beschrijving The Summary of Diabetes Self-Care Activitities Measure (SDSCA) meet zelfmanagement van diabetes in de zin van zelfzorg. In de gereviseerde versie van het instrument gaat het in de kernitems om vijf aspecten die terug komen in de zorg rondom diabetes: voeding, lichamelijke inspanning, testen van bloedsuiker, voetverzorging en roken. Het gaat in de lijst bijvoorbeeld om de mate waarin iemand zijn bloedsuiker controleert of gezonde voeding kiest. Het gaat om diabetes zelfzorgactiviteiten in de afgelopen zeven dagen. Het betreft een zelfrapportage instrument. De gereviseerde versie bevat 11 kernitems en 14 additionele items. De kracht van de 11 kernitems is o.a. de beknoptheid en het gemak waarmee ze te scoren zijn. Dit maakt het instrument praktisch bruikbaar, zowel klinisch als in onderzoek. De additionele items kunnen gebruikt worden om te checken of de patiënt de zelfmanagementdoelen begrepen heeft, maar ook om de congruentie na te gaan tussen waargenomen aanbevelingen en niveaus van zelfzorg die men rapporteert.1 Doelgroep (volwassen) patiënten met diabetes type 2 (hoewel de SDSCA ook reeds is toegepast bij kinderen van 12 jaar)1 Auteur: Oorspronkelijke versie Toobert DJ, Glasgow RE (1994)2 gereviseerde versie: Toobert DJ, Hampson SE, Glasgow RE (2000)1 Nederlandse versie Keers JC (2004). Vanuit UMCG Groningen is de lijst (de set van 11 kernitems) door drie mensen onafhankelijk van elkaar naar het Nederlands vertaald. Deze vertalingen zijn samengevoegd waarna de verschillen zijn bekeken. De versie die hieruit voortvloeide is daarna terug vertaald door een native speaker. Mehuys E et al. (Universiteit van Gent) hebben een Nederlandse vertaling laten maken van de 11 kernitems. Ook dit betreft een forward-backward vertaling. Deze Nederlandse versie is niet in een Vlaamse setting gevalideerd.
1
2
Doel van het meetinstrument Evaluatief/Effectiviteit Inventariserend
3
Soort/ Vorm van het meetinstrument Vragenlijst Opbouw De gereviseerde (Engelse) versie bevat een kernset van 11 items, en 14 additionele items die gebruikt kunnen worden wanneer specifieke vragen van belang zijn (bijvoorbeeld voor onderzoekers) of wanneer de tijd het toelaat. Binnen het instrument kan een aantal subschalen worden onderscheiden: voeding algemeen, voeding specifiek, beweging, testen van bloedsuiker, voetzorg en roken. Invulinstructie In het instrument is een korte invulinstructie opgenomen. Het zijn gesloten vragen in te vullen door de respondent.1 Meetniveau per item: in de gereviseerde (Engelse) versie worden de eerste tien kernitems gescoord op een achtpuntsschaal van 0-7 waarop men invult op hoeveel dagen per week de betreffende zelfzorgactiviteit wordt uitgevoerd. Meetnivo van deze items is ratio. Het elfde item (m.b.t. roken) betreft een nee / ja vraag, waarbij bij het antwoord “ja” het aantal sigaretten moet worden ingevuld. Van de veertien additionele kernitems worden er zeven eveneens gescoord op de schaal van 0-7. Bij de overige additionele items zijn de antwoordcategorieën variabel. Meetniveau per subtest: - kernitems: voor elk van de zes subcategorieën wordt over de itemnummers die tussen haakjes staan steeds een gemiddelde berekend. Dit betreft de nummers uit de Nederlandse versie: voeding algemeen (7 en 10), voeding specifiek (8 en 9, waarbij scores van item 9 eerst spiegelen), lichamelijke inspanning (1 en 2), testen van bloedsuikerwaarden (3 en 4), voetverzorging (item 5 en 6), roken (11 en aantal sigaretten per dag). Bij “voeding specifiek” wordt gebruik van de individuele items aanbevolen gegeven de lage inter-item correlatie. - additionele items, hierbij worden vier onderdelen onderscheid: - aanbevolen leefregel: items 1A-4A en 12A-14A, hier vindt geen scoreberekening plaats, - voeding (totaal aantal dagen van vraag 5a), - medicatie: gebruik score item 6a, of gemiddelde indien 7A en 8A van toepassing zijn, - voetzorg: gemiddelde van item 9A, 10A (gespiegelde scores) en 11A, tevens includeren van item 9 en 10 van de kernitems. Meetniveau totaalscore: In principe wordt geen totaalscore berekend. Eerder onderzoek heeft laten zien dat de verschillende componenten van zelfzorg niet hoog correleren en daarom elke component afzonderlijk bekeken moet worden.3
4
Verkrijgbaarheid Opvraagbaar bij de Engelstalige versie is integraal opgenomen in Toobert et al.1 De Nederlandse versie (Keers, 2004) is te downloaden via www.meetinstrumetnenzorg.nl Geschatte kosten Gratis te downloaden Copyright Nee
2
5
Methodologische kwaliteit Met uitzondering van de gegevens uit referentie nr. 4 en 6, hebben de onderstaande gegevens geen betrekking op de Nederlandse versie van het instrument. Interne consistentie Gehele lijst: Hoewel eigenlijk geen totaalscore berekend wordt, is in 2 studies de interne consistentie bepaald over de hele lijst: Cronbach’s α: 0.63 (over de eerste 10 kern items) N=206, populatie patiënten met diabetes type 24 Cronbach’s alpha: 0.68 (betreft een versie van 12 items) N=34, populatie patiënten met diabetes type 25 Subcategorie lijst: Alvorens de gereviseerde versie van de SDSCA te maken is een overzichtstudie gemaakt uit zeven studies1 (waarin de versies van SDSCA niet 100% identiek waren). Cronbach’s α is niet berekend, wel inter-item correlaties: Inter-item correlaties1 Voeding algemeen 0.66 0.57 0.71 0.67 0.67 Voeding specifiek 0.20 0.23 0.17 0.11 0.07 Lichamelijke inspanning 0.72 0.80 0.47 Testen bloedsuikerwaarden 0.75 0.69 0.69 0.70 Voetverzorging 0.24 0.30 0.29 Medicatie 0.23 N 105 201 260 321 65 876 160 Populatie patiënten met diabetes (meerderheid type 2) Cronbach’s α voeding: 0.60, lichamelijke inspanning: 0.63 N=180, populatie patiënten met diabetes type 26 Reproduceerbaarheid Betrouwbaarheid (reliability) Gehele lijst: Subcategorie lijst: Test-hertest betrouwbaarheid: Voeding algemeen Voeding specifiek Lichamelijke inspanning Testen bloedsuikerwaarden Voetverzorging Medicatie Aantal maanden tussen test en hertest N Populatie
3
0.58 0.42 0.42 0.30 3
Pearson correlatie1 0.55 0.67 0.47 0.61 0.55 0.42 0.64 0.78 0.46 3
3
4
0.55 0.44 0.71 0.47 -0.05 onbe kend
0.25 0.45 0.47 0.59 0.08 3
105 201 321 65 876 160 patiënten met diabetes (meerderheid type 2)
Test-hertest (periode van 1 week) Kendalls’s tau correlatie (range): 0.51-1.00 N=10, populatie patiënten met diabetes type 25 Overeenkomst (agreement) Validiteit Content validity Het instrument heeft “face validity” in die zin dat het alleen vraagt naar diabetesgerelateerde informatie en specifiek gaat over de inhoud van de diabetes leefregels waarvoor de meeste patiënten dagelijks aanbevolen activiteiten hebben.2 Criterion validity Construct validity Gehele lijst
Average of Block Fat Screener and food record: caloric intake Average Block Fat Screener and food records: % calories from fat Min per day (Stanford Recall) Attendance Exercise self-monitoring Kristal FHQ total score
Pearson correlatie1 General Specific Exercise diet diet -0.23 -0.25 0.20 0.22 0.58 -0.53 -0.54 -0.27
4-day food record percent calories from fat Block Fat Screener total score
-0.52 -0.44 -0.28 -0.33 0.29 -0.51 -0.40
-0.34 -0.51 -0.31 N (range 5 studies): 65-321, populatie patiënten met diabetes1 Responsiviteit / longitudinale validiteit Responsiveness Index1 General diet Specific diet Exercise 0.43 0.03 0.05 0.33 -0.05 -0.09 0.04
4
N
Populatie
105 201 321
patiënten met diabetes type 2 patiënten met diabetes patiënten met diabetes type 2
6
Hanteerbaarheid/ Feasibility Taal orgineel in het Engels, Nederlandse vertaling Benodigdheden het instrument is in het verleden afgenomen aan de hand van een invulformulier, maar ook via een computer met touchscreen en via internet1 Randvoorwaarden persoon moet alleen, zonder hulp van anderen de vragen invullen Benodigde tijd enkele minuten Gebruikershandleiding nee
7
Normgegevens Uitkomstklassen en normgegevens
8
Overige gegevens De oorspronkelijke versie van het instrument is in een aantal studies ingezet. Het instrument heeft verschillende modificaties ondergaan en is onder andere succesvol aangepast voor adolescenten met diabetes type 1. Op grond van de resultaten van zeven studies waarin de originele versie is ingezet, is een gereviseerde versie gemaakt. De gereviseerde versie van de SDSCA verschilt van de eerdere versie(s) in de manier van scoring. Deze is versimpeld en de beste items werden behouden. Criteria voor de selectie van items waren onder andere: interne consistentie, sensitiviteit voor verandering, voldoende variatie in antwoorden (geen plafond of vloereffect). In de gereviseerde versie zijn een item over voetzorg en items over roken toegevoegd. Daarnaast zijn enkele items verwijderd of is de formulering aangepast. Daarnaast is de scoring aangepast, waarbij de schaal “dagen per week” wordt gebruikt in plaats van percentages. Daarnaast zijn er additionele items m.b.t. zelfzorg aanbevelingen.1
9
Literatuurlijst 1. Toobert DJ, Hampson SE, Glasgow RE. The summary of diabetes self-care activities measure: results from 7 studies and a revised scale. Diabetes Care 2000; 23(7): 943-950. 2. Toobert DJ, Glasgow RE. Assessing diabetes self-management: the summary of diabetes selfcare activities questionnaire. In: Bradley C (Ed. Chur) Handbook of Psychology and Diabetes. Switzerland: Harwood Academic, 1994. 3. Johnson SB. Methodological issues in diabetes research: Measuring adherence. Diabetes Care 1992; 15(11): 1658-1667. 4. Thoolen BJ, de Ridder DT, Bensing JM, Gorter KJ, Rutten GE. Psychological outcomes of patients with screen-detected type 2 diabetes: the influence of time since diagnosis and treatment intensity. Diabetes Care 2005; 29: 2257-2262. 5. Vincent D, McEwen MM, Pasvogel A. The validity and reliability of a Spanish version of the summary of diabetes self-care activities questionnaire. Nursing Research 2008; 57(2): 101106. 6. Thoolen BJ, de Ridder DT, Bensing JM, Gorter KJ, Rutten GE. Beyond Good Intentions: The role of proactive coping in achieving sustained behavioral change in the context of diabetes management. In: Thoolen BJ Beyond Good Intentions. The effectiveness of a proactive selfmanagement intervention in patients with screen-detected type 2 diabetes. Proefschrift Universiteit Utrecht 2006.
5