CTD - Module 1.3.1
TIOFARMA
Butazolidin
Summary of Product Characteristics
SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Butazolidin 200 mg, dragees
2.
KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Butazolidin bevat fenylbutazon 200 mg per omhulde tablet. Voor een volledige lijst van hulpstoffen zie rubriek 6.1.
3.
FARMACEUTISCHE VORM Omhulde tablet.
4.
KLINISCHE GEGEVENS
4.1
Therapeutische indicaties Fenylbutazon mag uitsluitend worden gebruikt voor de behandeling van patiënten met seronegatieve spondylo-artropathieën (zoals de ziekte van Bechterew en het syndroom van Reiter), die niet of onvoldoende op andere prostaglandinesynthetaseremmende anti-inflammatoire middelen hebben gereageerd. De behandeling mag uitsluitend worden toegepast door specialisten met ruime ervaring in de therapie van reumatische aandoeningen (reumatologen en internisten), onder regelmatige en zorgvuldige controle van het bloedbeeld, alsmede van andere mogelijke bijwerkingen.
4.2
Dosering en wijze van toediening Dosering: Fenylbutazon dient altijd in de laagste werkzame dosering te worden gegeven. De begindosis bedraagt meestal 400 mg per dag. Voor onderhoudsbehandeling kan veelal met 200 mg om de dag 's morgens bij het opstaan worden volstaan. Gezien de lange halfwaardetijd behoeft de onderhoudsdosis niet over meerdere giften over de dag te worden verdeeld. Indien dit middel gedurende een zo kort mogelijke periode gebruikt wordt die nodig is om de symptomen te bestrijden, kunnen bijwerkingen tot een minimum beperkt blijven (zie rubriek 4.4). Wijze van toediening: Butazolidin dragees moeten tijdens of na de maaltijd met vloeistof worden ingenomen. De patiënt moet de dragees dan heel doorslikken, zonder ze te kauwen.
CTD - Module 1.3.1
TIOFARMA
Butazolidin
Summary of Product Characteristics
4.3
Contra-indicaties Overgevoeligheid voor het werkzame bestanddeel of voor één van de in rubriek 6.1 vermelde hulpstoffen of in de volgende situaties. -
4.4
Kinderen onder 14 jaar. Patiënten ouder dan 60 jaar moeten niet worden ingesteld op fenylbutazon. Bij patiënten die reeds worden behandeld met fenylbutazon kan de behandeling echter worden voortgezet. Overgevoeligheid voor pyrazolonderivaten. Astmatische patiënten met astmatische aanvallen, urticaria of acute rhinitis na het gebruik van acetylsalicylzuur. Een anamnese met of symptomen van ulcus ventriculi of ulcus duodeni. Hiatus-hernia en reflux-oesophagitis. Actieve ulcererende darmaandoeningen. Hemorrhagische diathese of andere bloeddyscrasieën. Patiënten met een anamnese met of symptomen van inflammatoire darmaandoeningen met of zonder ulceraties. Cerebrovasculaire bloedingen. Ernstig hartfalen. Ernstige hypertensie, ook indien deze adequaat met geneesmiddelen wordt behandeld. Ernstige lever- en nierfunctiestoornissen. Behandeling met orale anticoagulantia, orale bloedsuikerverlagende middelen of fenytoïne. Ziekten van de schildklier. Syndroom van Sjögren.
Bijzondere waarschuwingen en voorzorgen bij gebruik Indien gebruik gemaakt wordt van de laagst effectieve dosering, gedurende een zo kort mogelijke periode die nodig is om de symptomen te bestrijden, kunnen bijwerkingen tot een minimum beperkt blijven. ( zie rubriek 4.2 , en gastrointestinale en cardiovasculaire risico`s hieronder ) Patiënten met een geschiedenis van hypertensie en/of milde of gematigde vorm van congestief hartfalen zullen nauwlettend gecontroleerd en geadviseerd moeten worden aangezien vochtretentie en oedeemvorming is gerapporteerd in associatie met een therapie met NSAID`s. Gegevens uit klinisch onderzoek en epidemiologische gegevens suggereren dat het gebruik van sommige NSAID`s (in het bijzonder bij hoge doseringen en langdurig gebruik) geassocieerd kan worden met een klein toegenomen risico op trombose in de arteriën (bijvoorbeeld myocardinfarct of beroerte). Er zijn onvoldoende gegevens beschikbaar om het risico hierop uit te sluiten voor fenylbutazon.
CTD - Module 1.3.1
TIOFARMA
Butazolidin
Summary of Product Characteristics
Patiënten met hypertensie, die niet onder controle is, congestief hartfalen, vastgestelde ischemische hartziekte, perifere ziekte van de arteriën, en/of cerebrovasculaire ziekte dienen alleen behandeld te worden met fenylbutazon na zorgvuldige overweging. Dezelfde overweging dient gemaakt te worden voordat een langdurige behandeling wordt gestart bij patiënten met risicofactoren voor cardiovasculaire ziekte (bijvoorbeeld hypertensie, hyperlipidemie, diabetes mellitus en roken). De patiënt moet worden geïnstrueerd, dat hij bij de minste symptomen van koorts, keelpijn, ulcera in de mond, maagklachten, melaena of andere bloedingen, schildklierzwelling, huidafwijkingen of het ontstaan van oedemen onverwijld contact met de arts moet opnemen. Indien patiënten tekenen of symptomen ontwikkelen die zouden kunnen wijzen op een bloedceldyscrasie, zoals koorts, stomatitis, keelpijn of langdurig bloeden dient de behandeling met Butazolidin onmiddellijk te worden gestaakt en dient een volledig hematologisch onderzoek te worden uitgevoerd. Wegens de ulcerogene eigenschappen van fenylbutazon dient bij het ontstaan van ernstige maag-darmklachten de toediening onmiddellijk te worden gestaakt. Ernstige maag-darmklachten zoals bloedingen, ulceraties en perforaties kunnen op elk moment voorkomen, met of zonder waarschuwingssymptomen bij patiënten die met NSAID's worden behandeld. Hoewel lichte symptomen van het bovenste gedeelte van het maagdarmkanaal, zoals dyspepsie, veel voorkomen, dienen artsen alert te zijn op ulceraties en bloedingen bij patiënten die met NSAID's worden behandeld, zelfs bij afwezigheid van voorgaande symptomen met betrekking tot het maagdarmkanaal. Indien één van de tekenen of symptomen die op gastrolintestinale toxiciteit zouden kunnen wijzen, optreedt dient de behandeling met Butazolidin onmiddellijk gestaakt te worden. Ernstige hepatische reacties, waaronder geelzucht en hepatitis zijn gemeld tijdens het gebruik van Butazolidin, zoals ook bij andere NSAID's. Indien de abnormale leverfunctiewaarden aanhouden of verergeren, of indien er klinische tekenen en symptomen overeenkomend met een leveraandoening ontstaan, dient de toediening van het geneesmiddel te worden gestaakt. Zoals andere geneesmiddelen die de activiteit van prostaglandinesynthetase remmen, kan Butazolidin bij astmatische patiënten acute astma-aanvallen uitlokken. Het rode en witte bloedbeeld, het aantal bloedplaatjes en het lichaamsgewicht dienen tijdens de eerste twee maanden van de behandeling wekelijks en daarna maandelijks te worden gecontroleerd. Bij duidelijk afwijkende laboratoriumbevindingen, sterke toeneming van het lichaamsgewicht of bij het ontstaan van oedemen dient fenylbutazon direct te worden gestaakt. Indien Butazolidin gedurende meer dan een week wordt gegeven dienen ook de leverfunctie en de nierfunctie periodiek te worden bepaald. Indien er significante veranderingen optreden, dient de toediening van het geneesmiddel te worden gestaakt.
CTD - Module 1.3.1
TIOFARMA
Butazolidin
Summary of Product Characteristics
Patiënten met een verminderde nierfunctie dienen zorgvuldig gevolgd te worden. Manifest nierfalen kan worden uitgelokt. Granulocytopenie of aplastische anemie dienen te worden uitgesloten bij patiënten met stomatitis voordat de behandeling met Butazolidin wordt begonnen. Zelfs indien het bloedbeeld normaal is, dient Butazolidin met voorzichtigheid te worden toegepast bij patiënten met stomatitis. Het gebruik van acetylsalicylzuur en andere NSAID's dient te worden vermeden bij patiënten die met Butazolidin worden behandeld, aangezien de gelijktijdige toediening van deze geneesmiddelen het risico van ernstige gastrolintestinale bijwerkingen kan verhogen terwijl het therapeutische nut niet is aangetoond. Butazolidin dient niet te worden gegeven aan patiënten die orale anticoagulantia ontvangen vanwege een verhoogd bloedingrisico. Patiënten die met orale antidiabetica worden behandeld dienen geen Butazolidin te krijgen als gevolg van het mogelijk optreden van ernstige hypoglycemie. Het verdient aanbeveling om het gebruik van fenylbutazon te beperken tot de initiële behandeling van acute pijnlijke exacerbaties van de te behandelen aandoeningen, en zo spoedig mogelijk over te schakelen op andere, beter verdraagbare, prostaglandinesynthetaseremmende anti-inflammatoire middelen. Fenylbutazon geeft met vele andere geneesmiddelen potentieel gevaarlijke interacties; bij combinatie met andere geneesmiddelen is extra voorzichtigheid noodzakelijk (zie "Contra-indicaties" en "Interacties met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie"). 4.5
Interacties met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie Fenylbutazon is een sterk aan serumeiwitten gebonden geneesmiddel, dat andere geneesmiddelen uit hun eiwitbinding kan verdringen, waardoor deze toxische verschijnselen kunnen veroorzaken. Bovendien remt het de metabole afbraak van verschillende geneesmiddelen in de lever en kan het de renale uitscheiding van geneesmiddelen vertragen. Fenylbutazon versterkt het effect van coumarine-anticoagulantia zowel door verdringing van de eiwitbinding als door remming van de prothrombinesynthese. Bij het gelijktijdig geven van orale bloedsuikerverlagende middelen kan hypoglykemie ontstaan. De uitscheiding van lithiumionen, penicillinen, cefalosporinen en sulfonamiden wordt vertraagd. Fenylbutazon remt de metabole afbraak van fenytoïne, waardoor verschijnselen van fenytoïne-intoxicatie kunnen ontstaan. Fenylbutazon vermindert het effect van antihistaminica, barbituraten, digitoxine, griseofulvine en orale contraceptiva. Gelijktijdige toediening van fenylbutazon en acetylsalicylzuur, andere prostaglandinesynthetaseremmende anti-inflammatoire middelen of corticosteroïden vergroot de kans op het ontstaan van ernstige gastro-intestinale bijwerkingen (maagdarmulcera).
CTD - Module 1.3.1
TIOFARMA
Butazolidin
Summary of Product Characteristics
Roken en het gebruik van acetylsalicylzuur remmen de werking van fenylbutazon af. Indien gelijktijdig toegediend kunnen fenylbutazon en misoprostol bijwerkingen met betrekking tot het centraal zenuwstelsel teweegbrengen, zoals duizeligheid, hoofdpijn en voorbijgaand dubbelzien. Fenylbutazon kan de effecten van alcohol op het centraal zenuwstelsel versterken. Zoals ook andere sterk werkzame prostaglandinesynthetaseremmende middelen kan fenylbutazon de werking van bloeddrukverlagende middelen (C-blokkers, diuretica) teniet doen. 4.6
Vruchtbaarheid, zwangerschap en borstvoeding Zwangerschap Uit waarnemingen bij de mens is gebleken dat fenylbutazon schadelijk is voor de vrucht. Fenylbutazon kan in het bloed van de navelstreng overgaan en dient tijdens de zwangerschap in principe niet te worden gebruikt. Indien men andere geneesmiddelen heeft geprobeerd en deze niet effectief gebleken zijn, kan fenylbutazon worden gebruikt, maar alleen indien de voordelen voor de moeder opwegen tegen het potentiële risico voor de foetus (bijvoorbeeld voortijdige sluiting van de ductus arteriosus). Borstvoeding Fenylbutazon gaat in zeer lage concentraties in de moedermelk over; hoewel de schadelijkheid voor het kind niet vaststaat, verdient het aanbeveling om tijdens het gebruik van fenylbutazon geen borstvoeding te geven.
4.7
Beïnvloeding van de rijvaardigheid en het vermogen om machines te bedienen Patiënten die met Butazolidin worden behandeld dienen te worden gewaarschuwd dat slaperigheid of duizeligheid kunnen optreden. In die gevallen dienen zij geen voertuigen te besturen, potentieel gevaarlijke machines te bedienen of deel te nemen aan andere activiteiten die gevaarlijk kunnen worden vanwege een verminderde alertheid. Het gelijktijdig gebruik van alcohol kan deze effecten versterken.
4.8
Bijwerkingen Fenylbutazon veroorzaakt bij 20 tot 30% van de patiënten bijwerkingen, die in de helft van de gevallen staken van de behandeling noodzakelijk maken. De meest voorkomende bijwerkingen zijn misselijkheid, braken, pyrosis, pijn in epigastrio en diarree. Oedeemvorming, hypertensie en hartfalen zijn gerapporteerd in associatie met behandeling met een NSAID. Gegevens uit klinisch onderzoek en epidemiologische gegevens suggereren dat het gebruik van sommige NSAID`s (vooral bij hoge doseringen en bij langdurig
CTD - Module 1.3.1
TIOFARMA
Butazolidin
Summary of Product Characteristics
gebruik) geassocieerd kunnen worden met een klein toegenomen risico van trombose in de arteriën (bijvoorbeeld myocardinfarct of beroerte (zie rubriek 4.4)). Maag/darmkanaal Frequent:
Misselijkheid, gastritis.
Af en toe:
Niet-specifieke maag-darmstoornissen, pyrosis, epigastrische pijn, peptisch ulcus, diarree.
Infrequent:
Braken, gastro-intestinale bloeding (haematemesis en/of melena), bloeden of perforatie van peptisch ulcus.
In geïsoleerde gevallen: Pancreatitis, oesophagitis, slokdarmulcus, goedaardige vernauwing van de slokdarm, exacerbatie van inflammatoire darmaandoeningen, inclusief de ziekte van Crohn met bloedende ulceraties of perforaties, obstructie van de dunne darm, constipatie. Reactivatie van oude ulcera kan optreden. Lichaam als geheel Frequent:
Hypo-aldosteronisme met hyperkaliëmie.
Huid Af en toe:
Huiduitslag.
Zelden:
Urticaria, pruritis, purpera, exfoliatieve dermatitis
In geïsoleerde gevallen: Erupties van bullae, fixe-erytheem als gevolg van een allergische reactie op het geneesmiddel, erythema multiforme, maculo-papuleuze en erythemateuze exanthemen; in zeldzame gevallen syndroom van Stevens-Johnson en syndroom van Lyell (toxische epidermale necrolyse), fotosensitiviteit, erythema nodosum, uitlokking van gegeneraliseerde psoriasis pustulosa. Overige bijwerkingen Af en toe:
(Ulcereuze) stomatitis.
Zelden:
Vergroting van de speekselklieren, droge mond, parotitis en/of ontsteking van de submaxillaire speekselklieren
Endocrien systeem Af en toe:
Struma, verlaging van de schildklierhormoonconcentraties in het plasma.
CTD - Module 1.3.1
TIOFARMA
Butazolidin
Summary of Product Characteristics
In geïsoleerde gevallen:
Hypothyreoidie
Zenuwstelsel Zelden:
Slaperigheid, duizeligheid, hoofdpijn.
In geïsoleerde gevallen:
Staat van verwardheid, excitatie
Bloed en lymfklieren Zelden:
Anemie als gevolg van occult gastro-intestinaal bloedverlies.
In geïsoleerde gevallen:
Hemolytische anemie, leukopenie, pancytopenie.
Fenylbutazon kan een ernstige beenmergdepressie veroorzaken (agranulocytose, aplastische anemie, trombocytopenie). De verandering in het bloedbeeld kan geleidelijk, doch ook zeer plotseling ontstaan. Vooral de aplastische anemie heeft een hoge sterftekans. Periodieke controle van het bloedbeeld is noodzakelijk (zie ook onder "Speciale waarschuwingen en bijzondere voorzorgen bij gebruik"). Bij het ontstaan van huidafwijkingen moet het bloedbeeld onmiddellijk worden gecontroleerd. Lever Zelden:
Stijging van de serumtransaminasen, hepatitis met of zonder geelzucht.
In geïsoleerde gevallen: Fulminante hepatitis. Nieren Zelden:
Verminderde nierfunctie, acuut nierfalen, hematurie, proteïnurie.
In geïsoleerde gevallen: Acute tubulaire necrose, acute interstitiële nefritis, nefrotisch syndroom, glomerulonefritis, papillaire necrose, obstructie van de ureter met urinezuurkristallenvorming Cardiovasculair systeem Zelden:
Pulmonair oedeem.
In geïsoleerde gevallen:
Myocarditis, pericarditis.
Overgevoeligheid In geïsoleerde gevallen: Anafylactische/anafylactoïde reacties met en zonder shock, angio-oedeem, serumziekte, lymfadenopathie, vasculitis, myositis, systemisch lupus erythematosusachtig syndroom, eosinofiele pulmonaire infiltraten, koorts. Ademhalingsorganen In geïsoleerde gevallen:
Exacerbatie van bronchiaal astma.
CTD - Module 1.3.1
TIOFARMA
Butazolidin
Summary of Product Characteristics
Zintuigen In geïsoleerde gevallen: Wazig zien, retinale hemorragie, gehoorsverlies, tinnitus. Zeldzame bijwerkingen zijn voorts conjunctivitis en toxische amblyopie. 4.9
Overdosering Symptomen Bij overdosering worden hoofdzakelijk maag-darmverschijnselen gezien (braken, buikpijn), alsmede CZS-symptomen (verwardheid, duizeligheid, rusteloosheid, agitatie, slaperigheid, hallucinaties, psychotische verschijnselen, convulsies en tenslotte ademstilstand en coma). Verder hyperpyrexie, gehoorsverlies, alkalose, acidose, afwijkingen met betrekking tot de elektrolyten, oedeem, tachycardie, hyperventileren, cyanose, hypotensie, ECGafwijkingen, hartstilstand, miosis en mydriasis. Behandeling De behandeling bestaat uit maagspoelen, zonodig intubatie en behandeling van shock. Convulsies dienen op de gebruikelijke wijze te worden behandeld. Geforceerde diurese en hemodialyse worden als ineffectief beschouwd om het geneesmiddel te verwijderen. Bij ernstige vergiftiging wordt hemoperfusie aanbevolen, maar het nut blijft omstreden. Late complicaties (hepatitis, nierinsufficiëntie, beenmergdepressie en perforerende maagulcera) kunnen optreden.
5.
FARMACOLOGISCHE EIGENSCHAPPEN
5.1
Farmacodynamische eigenschappen Farmacotherapeutische categorie:Prostaglandinesynthetaseremmers- M01AA01 Fenylbutazon heeft sterke anti-inflammatoire, analgetische en antipyretische eigenschappen. In hoge doseringen heeft fenylbutazon bovendien een licht uricosurisch effect. Hoewel Butazolidin de loop van het onderliggend ziektebeeld niet wijzigt, is het effectief gebleken om pijn te verminderen, de zwelling en de gevoeligheid te verminderen en de mobiliteit bij patiënten met reumatische aandoeningen te verhogen. De werking berust op remming van de biosynthese van prostaglandinen.
5.2
Farmacokinetische eigenschappen Absorptie Fenylbutazon, het werkzame bestanddeel van Butazolidin, wordt snel en
CTD - Module 1.3.1
TIOFARMA
Butazolidin
Summary of Product Characteristics
volledig geabsorbeerd uit het maag-darmkanaal. Maximale plasmaconcentraties van fenylbutazon worden in het algemeen circa 2 uur na orale toediening bereikt. Na herhaalde orale doses van 100 mg, 200 mg of 300 mg per dag, zijn de gemiddelde "steady-state"-plasmaconcentraties respectievelijk 52, 83 en 95 µg/ml. Distributie Bij therapeutische plasmaconcentraties is fenylbutazon voor 98-99% gebonden aan plasma-eiwitten, uitsluitend aan albumine. Het verdelingsvolume is met 0,17 l/kg laag. Fenylbutazon wordt verdeeld over verschillende weefsels en lichaamsvloeistoffen, zoals het synoviaal vocht. Biotransformatie Fenylbutazon wordt sterk gemetaboliseerd in de lever. Minder dan 1% van de dosis wordt onveranderd in de urine uitgescheiden. Het remt het metabolisme van verscheidene geneesmiddelen, maar kan ook leverenzymen induceren (zie "Interacties met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie"). Het geneesmiddel vormt de actieve metaboliet oxyfenbutazon. Bepalingen van de AUC-tijdcurve hebben uitgewezen dat, van de in plasma circulerende stoffen, onveranderd fenylbutazon 63%, de metaboliet oxyfenbutazon 23% en andere hydroxymetabolieten circa 2,5% uitmaken. De belangrijkste metabolieten in de urine zijn C-glucuronides van fenylbutazon en van gamma-hydroxyfenylbutazon. Eliminatie De gemiddelde plasma eliminatiehalfwaardetijd van fenylbutazon is ongeveer 75 uur, met ruime inter- en intra-individuele variaties. "Steady-state"concentraties van fenylbutazon zijn overeenkomstig bij ouderen en jongere volwassenen, hoewel er een tendens is naar een langere plasmaeliminatiehalfwaardetijd tot 105 uur bij ouderen. Een nierziekte leidt niet tot klinisch relevante veranderingen in de farmacokinetiek van fenylbutazon. In patiënten met levercirrose kan de plasma-halfwaardetijd van fenylbutazon verlengd zijn. Fenylbutazon wordt bijna volledig in de vorm van metabolieten uitgescheiden, circa 60% in de urine (van dit gedeelte ongeveer 40% als het C-glucuronide van fenylbutazon en 10-15% als het C-glucuronide van gamma-hydroxyfenylbutazon) en 14% in de faeces. 5.3
Gegevens uit het preklinisch veiligheidsonderzoek Geen bijzonderheden.
CTD - Module 1.3.1
TIOFARMA
Butazolidin
Summary of Product Characteristics
6.
FARMACEUTISCHE GEGEVENS
6.1
Lijst van hulpstoffen -
6.2
Colloïdaal siliciumdioxide Gelatine Magnesiumstearaat Maïszetmeel Stearinezuur Microkristallijne cellulose Polyethyleenglycol Polyvidon Saccharose Talk Titaandioxide (E 171)
Gevallen van onverenigbaarheid Niet van toepassing.
6.3
Houdbaarheid 5 jaar.
6.4
Speciale voorzorgsmaatregelen bij opslag Bewaren bij 15-25 °C buiten invloed van vocht. .
6.5
Aard en inhoud van de verpakking Butazolidin: 50 dragees in blisterverpakking.
6.6
Speciale voorzorgsmaatregelen voor het verwijderen Geen bijzondere vereisten.
7.
HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN Tiofarma B.V. Benjamin Franklinstraat 9 3261 LW Oud-Beijerland
CTD - Module 1.3.1
TIOFARMA
Butazolidin
Summary of Product Characteristics
8.
NUMMER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN In het register ingeschreven onder: Butazolidin, dragees 200 mg
9.
RVG 03871
DATUM VAN EERSTE VERGUNNING/HERNIEUWING VAN DE VERGUNNING 06/10/1969
10.
DATUM VAN HERZIENING VAN DE TEKST Laatste tekstuele wijzigingen: 27 januari 2014