STUDIEWIJZER 2015-2018 OPLEIDING PERSOONLIJK BEGELEIDER GEHANDICAPTENZORG NIVEAU 4
Nummer kwalificatiedossier:
22195
Versie kwalificatiedossier: 2014
Naam kwalificatiedossier: Maatschappelijke zorg CREBO nummer kwalificatie: 92661 Naam kwalificatie: Persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg Naam Kenniscentrum: Calibris Leerweg: Aantal geprogrammeerde SBU: Aantal leerjaren: BOL 4800 3 √ BBL School voor: Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam Teamcode: BOA06
Studiewijzer persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg 2015-2018
VOORWOORD Welkom op het Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam. Met deze studiewijzer willen we je goed informeren over het beroep en de opleiding die je gaat volgen bij ons op het Noorderpoort. Je bent gestart met de opleiding Persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg niveau 3. Dit is een beroepsopleiding. Wij willen je graag begeleiden naar succes, dit staat bij ons voorop. Succes zien wij als het afronden van een beroepsopleiding en het toetreden tot de arbeidsmarkt, of het doorstromen naar een vervolgopleiding. Tijdens je studie zal naar voren komen wat haalbaar voor jou is. Wij wensen je veel succes bij het werken aan je toekomst. Team Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
2
Studiewijzer Persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg 2015-2018
INHOUDSOPGAVE Voorwoord.......................................................................................................................................... 2 Inhoudsopgave ....................................................................................................................................3 Inleiding .............................................................................................................................................. 4 1. Informatie over de school ................................................................................................................ 5 1.1 Onze school ........................................................................................................................................... 5 1.2 Wettelijke regelgeving .......................................................................................................................... 5 2. Informatie over het beroep .............................................................................................................. 8 2.1 Werken als Persoonlijk begeleider gehancaptenzorg (PBgz) ................................................................ 8 2.2 Belangrijke eigenschappen voor een Persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg ............................... 9 3. Alles over de opleiding ................................................................................................................... 10 3.1 Uitgangspunten van de opleiding ....................................................................................................... 10 Competentie ..................................................................................................................................... 10 3.2 De hoofdonderdelen van je opleiding................................................................................................. 10 3.3 Instroom en doorstroom..................................................................................................................... 13 3.4 Hoe ziet je lesprogramma op school eruit? ........................................................................................ 14 3.5 Studieduur en studiebelasting ............................................................................................................ 16 3.6 De opleiding in schema ....................................................................................................................... 18 3.7 Jaarplanning 2015-2016 ...................................................................................................................... 22 4. Alles over begeleiden ..................................................................................................................... 24 4.1 Begeleiding bij het leren ..................................................................................................................... 24 4.2 Begeleiding bij een handicap, stoornis of belemmering ..................................................................... 26 4.3 Bijspijkeren van Nederlands en Rekenen ............................................................................................ 26 4.4 Eerder stoppen met de opleiding ....................................................................................................... 26 5. Alles over beoordelen .................................................................................................................... 27 5.1 Ontwikkelingsgericht beoordelen ....................................................................................................... 27 5.2 Kwalificerend beoordelen (Examen) ................................................................................................... 31 5.3 Het examenplan .................................................................................................................................. 37 BIJLAGE 1 .......................................................................................................................................... 46
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
3
Studiewijzer persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg 2015-2018
INLEIDING In deze studiewijzer staat veel informatie over de opleiding Persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg. Om het allemaal makkelijk te kunnen vinden en te kunnen lezen, hebben we het in een aantal hoofdstukken verdeeld: 1. Informatie over de school 2. Informatie over het beroep 3. Alles over de opleiding 4. Alles over de begeleiding 5. Alles over beoordeling Bewaar deze studiewijzer goed. Het is een hulpmiddel waarin je veel informatie kunt vinden die voor jou erg belangrijk is. Als je vragen hebt dan kun je die altijd stellen aan je docent, je studieloopbaanbegeleider, je teammanager of bij de balie van de receptie. Veel succes met de studie en een prettige tijd toegewenst op het Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam!
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
4
Studiewijzer persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg 2015-2018
1. INFORMATIE OVER DE SCHOOL Het Noorderpoort is een Regionaal Opleidingen Centrum (ROC) voor middelbaar beroepsonderwijs (MBO) en volwasseneducatie. Het is een van de grootste ROC’s in Nederland. In bijna alle grote plaatsen in de provincie Groningen (bv. Groningen, Stadskanaal, Veendam enz.) vind je wel een Noorderpoort. Zelfs buiten de provincie. Bij het Noorderpoort kun je veel leren. Er zijn veel opleidingen en cursussen. Je kunt kiezen uit: MBO Volwassenonderwijs Cursussen, trainingen en opleidingen voor particulieren en bedrijven Bij het MBO heb je 4 niveaus: Niveau 1: Entree Niveau 2: Basis Beroepsbeoefenaar Niveau 3: Vakfunctionaris Niveau 4: Middenkaderfunctionaris/Specialist Enkele voorbeelden van opleidingen binnen het MBO zijn bijvoorbeeld: Helpende niveau 2 van het MBO Medewerker maatschappelijke zorg niveau 3 van het MBO Persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg niveau 4 van het MBO De niveaus zijn natuurlijk verschillend als het gaat om moeilijkheid, duur van de studie, duur van de stage en opleiding. Als je een niveau gehaald hebt, kun je verder naar een volgend niveau. 1.1 ONZE SCHOOL Onze school heet officieel “Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam”. We vormen samen met Noorderpoort EEMSDOLLARD | Energy & Maritime in Delfzijl één school. In Appingedam worden meerdere opleidingen aangeboden. Op niveau 1 zijn dat de Entree opleidingen. Daarnaast hebben we administratieve opleidingen, opleiding in de detailhandel en opleidingen binnen Zorg en Welzijn. In totaal gaan er ongeveer 350 studenten aan de Opwierderweg naar school. Naast deze studiewijzer is er ook onze schoolgids. Hierin vind je meer informatie over bijvoorbeeld examenzaken, de begeleiding, schoolregels, bijzondere procedures zoals meldingen aan de leerplichtambtenaar of de RMC-medewerker. Je vindt de schoolgids op: www.noorderpoort.nl -> tabblad studenteninfo, schoolgids. 1.2 WETTELIJKE REGELGEVING Je bent enthousiast gestart met je opleiding. Je gaat werken aan je eigen toekomst en straks ben je met een diploma op zak klaar voor de arbeidsmarkt. Noorderpoort helpt je graag om je doel te bereiken. Wij gaan er van uit dat je studie leuk is, dat jij het fijn vindt op school en dat je studie zonder problemen verloopt. Gedurende je studie kan het echter voorkomen dat je toch tegen zaken aan loopt. Zij het vanuit jezelf of dat school het ergens niet mee eens is. Dan is het voor jou belangrijk om na te kunnen lezen wat je rechten en plichten zijn. Hieronder staat de wettelijke regelgeving. Er wordt onder elk kopje kort uitgelegd wat de regeling inhoudt en waar je de officiële documenten vindt. Noorderpoort Onderwijsovereenkomst (OWO)
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
5
Studiewijzer persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg 2015-2018
Elke student bij het Noorderpoort ondertekent voor aanvang van de studie een Onderwijsovereenkomst. Bij de Onderwijsovereenkomst horen Algemene Voorwaarden waarin de rechten en plichten van zowel Noorderpoort als van de student staan. De studentenraad heeft instemmingsrecht op de algemene voorwaarden van de OWO. POK (Praktijkovereenkomst) Een deel van je beroepsopleiding bestaat uit beroepspraktijkvorming (BPV). Je gaat dan daadwerkelijk in een bedrijf aan de slag om vaardigheden te oefenen. Soms doe je ook examen in de BPV. Voor aanvang van de BPV onderteken je een Praktijkovereenkomst (POK). In de Algemene Voorwaarden bij de POK staan je rechten en plichten tijdens de BPV. Noorderpoort Deelnemersstatuut In het deelnemersstatuut staan de algemene rechten en plichten van zowel de student als Noorderpoort. De studentenraad heeft instemmingsrecht op het deelnemersstatuut. Algemene Klachtenregeling Noorderpoort Voor gevallen van onvrede die uitmonden in een klacht heeft Noorderpoort een klachtenregeling. Informatie hierover vind je op de website van Noorderpoort.
www.noorderpoort.nl studentinfo klachten
Noorderpoort Examenreglement De OER is leidend voor het onderwijsprogramma en de examinering. Bij het examenplan in de OER hoort het Noorderpoort Examenreglement. Hierin staan de rechten en plichten ten aanzien van examinering voor zowel Noorderpoort als de student beschreven, evenals de klachtenprocedure met betrekking tot examinering. De OER (Onderwijs- en examenregeling) Op basis van het kwalificatiedossier maakt de opleiding de onderwijs- en examenregeling (OER). Dit is een document waarin de kwalificatie-eisen en het examenplan van een mbo-opleiding per kwalificatie staan beschreven. Ook de eisen voor Nederlandse taal, Rekenen, Moderne vreemde talen en Loopbaan en Burgerschap staan hierin vermeld. Je moet als student aan de kwalificatie-eisen van de OER voldoen. Elke mbo-opleiding is verplicht om dit document vóór aanvang van de opleiding aan jou ter beschikking te stellen. Cohort De OER wordt elk jaar voor het nieuwe cohort opnieuw gemaakt en geldt in principe voor de duur van de gehele opleiding. Een cohort is een groep studenten die start in het eerste jaar van de opleiding. De OER en de studiewijzer gelden voor de gehele studieduur van de opleiding en zijn ook van toepassing op studenten (zij instromers) die later instromen in deze groep. De studiewijzer wordt eveneens voor elk nieuw cohort gemaakt. Tussentijdse wijzigingen OER Soms gebeurt het dat een onderwijsprogramma of een examenplan gedurende de opleiding wijzigt. Dit kan veroorzaakt worden door wijzigingen in de landelijke, wettelijke regelgeving, maar bijvoorbeeld ook door het introduceren van een nieuwe leermethode waardoor het examenplan van de opleiding aangepast moet worden. Over belangrijke wijzigingen/aanpassingen word je als student tijdig geïnformeerd. Als je van cohort wisselt is de OER van het nieuwe cohort waarin je instroomt van toepassing. Je moet dan aan de kwalificatie-eisen van die OER voldoen.
De Studiewijzer
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
6
Studiewijzer persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg 2015-2018
Deze Studiewijzer en de OER van de opleiding horen bij elkaar. In deze studiewijzer staat gedetailleerde informatie over de onderwijsactiviteiten die gedurende de opleiding worden aangeboden en de leerstof. Je vindt hierin ook op welke wijze de studievoortgang wordt gemeten en hoe de student wordt begeleid. Bovendien bevat deze studiewijzer algemene informatie over Noorderpoort en over jouw school. Alle bijbehorende documenten Alle formele documenten die horen bij de regelgeving vind je op de website van Noorderpoort. Kwalificatiedossier Elke mbo-opleiding is gebaseerd op een landelijk kwalificatiedossier dat door de minister van Onderwijs is vastgesteld. In dit dossier staat globaal wat het beroepsdeel van de opleiding inhoudt en waaraan je moet voldoen om je diploma te behalen.
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
www.noorderpoort.nl studentinfo regelgeving
www.kwalificatiesmbo.nl
7
Studiewijzer persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg 2015-2018
2. INFORMATIE OVER HET BEROEP De opleiding Persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg is een opleiding op middenkaderfunctionaris/ specialist niveau (MBO niveau 4). Je leert om te gaan werken met verschillende doelgroepen. In dit hoofdstuk vind je informatie over het werkveld van de Persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg. 2.1 WERKEN ALS PERSOONLIJK BEGELEIDER GEHANCAPTENZORG (PBGZ) De maatschappelijke zorg maakt deel uit van de sector Sociaal Agogisch Werk en de sector Verpleging en Verzorging. Typerend voor de maatschappelijke zorg is het methodisch en doelgericht begeleiden van een cliënt of groep cliënten en eventueel het cliëntsysteem met als doel het welzijn van de cliënt en/of het sociaal systeem te bevorderen en een bestaande (problematische) situatie te verbeteren. Het Sociaal Agogisch Werk richt zich met name op: - het functioneren van de cliënt in de eigen woon- en leefomgeving - het volwaardig functioneren van de cliënt in de directe sociale omgeving - het volwaardig functioneren van de cliënt als lid van de samenleving. De Verzorging en Verpleging richt zich in eerste instantie op zorgvragen die betrekking hebben op: - vitale levensfuncties; levensprocessen in stand houden en gezond blijven; - Algemeen Dagelijkse Levensverrichtingen (ADL); - het ondersteunen en begeleiden van cliënten op het gebied van dagelijkse levensbehoeften. De maatschappelijke zorg omvat de branches: gehandicaptenzorg, geestelijke gezondheidszorg, ouderenzorg, maatschappelijke opvang, vrouwenopvang, ziekenhuizen, welzijnsinstellingen, sociale werkvoorzieningen, reïntegratiebedrijven, justitiële inrichtingen of asielzoekerscentra. Je krijgt te maken met bijvoorbeeld: • mensen van alle leeftijden met een lichamelijke en/of verstandelijke beperking en/of zintuigelijke beperking • volwassenen en ouderen met een psychiatrische aandoening • volwassenen en ouderen met een verslavingsprobleem • volwassenen en ouderen met een psychosociaal of gedragsprobleem • ouderen met ouderdomsklachten • volwassenen en ouderen die dak- of thuisloos zijn • vrouwen (en hun eventuele kinderen) en mannen die te maken hebben gehad met huislijk geweld • aanstaande tienermoeders • volwassenen en ouderen die in justitiële inrichtingen verblijven • volwassenen en ouderen die asiel zoeken in Nederland • volwassenen en ouderen met een combinatie van problemen
2.1.1 •
•
WERKZAAMHEDEN DIE HOREN BIJ DE PERSOONLIJK BEGELEIDER GEHANDICAPTENZORG Als persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg kun je aan de slag als begeleider of groepleider, maar ook als coördinerend begeleider, pedagogisch werker, ambulant begeleider, pedagogisch thuishulp en sociaal pedagogisch beroepskracht of jobcoach. Je begeleidt cliënten van alle leeftijden met een of meerdere beperkingen, die soms complex van aard zijn. De beperking kan verstandelijk of lichamelijk of zintuigelijk of een combinatie daarvan zijn. Cliënten kunnen naast hun (verstandelijke) beperking ook gedragsproblemen hebben. Naast de uitvoerende taken (op niveau 3) verzamel je, als persoonlijk begeleider
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
8
Studiewijzer persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg 2015-2018
•
•
•
gehandicaptenzorg/persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg informatie over jouw cliënt, die je verwerkt in een plan van aanpak. Hierin staat wat je samen met jouw cliënt wilt bereiken op het gebied van o.a. persoonlijke verzorging, wonen, vrije tijd, school of werk. Aan de hand van het plan van aanpak en gesprekken met collega's en eventueel deskundigen, stel je samen met de cliënt een activiteitenplan op. Daarin staat beschreven welke activiteiten de cliënt gaatuitvoeren om zijn doelen te bereiken. Je coördineert de begeleiding en zorgverlening door bijvoorbeeld collega's, hulpverleners en familieleden goed te informeren over jouw cliënt, zodat zij de ondersteuning geven, die hij nodig heeft. Je bent het aanspreekpunt voor anderen als het gaat om de ondersteuning van de cliënt. Je ondersteunt familieleden en relaties van de cliënt, zodat de cliënt optimaal ondersteunt wordt. Zonodig overleg je namens de cliënt met de contactpersonen van een (toekomstige) werkplek, school of vereniging. Je schakelt zelfstandig anderen zoals bijvoorbeeld collega's, hulpverleners en familie in om bepaalde activiteiten met de cliënt uit te voeren. Daarnaast verricht (alleen) de persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg verpleegtechnische handelingen, zoals medicijnen toedienen op een deskundige en verantwoorde manier.
2.1.2 WAAR KUN JE AAN DE SLAG? De persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg is werkzaam in instellingen die diensten, zorg en ondersteuning bieden aan mensen van alle leeftijden met een verstandelijke, lichamelijke, zintuiglijke of meervoudige beperking, al dan niet in combinatie met gedragsproblematiek of psychiatrische problematiek. De instellingen bieden zorg- en dienstverlening op het gebied van wonen, dagbesteding (onder andere arbeidsactivering) en/of vrije tijd aan cliënten die tijdelijk of permanent ondersteuning nodig hebben bij de dagelijkse bezigheden en bij het kunnen functioneren in de samenleving. Denk hierbij aan woonvoorzieningen voor verstandelijk of lichamelijk beperkte cliënten (onder andere kleinschalige woonvormen en begeleid wonen), zorgboerderijen, welzijnsinstellingen, activiteitencentra voor dagopvang, sociale werkvoorzieningen. De hulpverlening is doorgaans intramuraal of semi-muraal, maar in toenemende mate wordt ambulante zorg geboden. 2.2 BELANGRIJKE EIGENSCHAPPEN VOOR EEN PERSOONLIJK BEGELEIDER GEHANDICAPTENZORG Werken in de sociaal-agogische sector betekent direct werken met cliënten. Hierbij speelt de beroepskracht maatschappelijke zorg als persoon een essentiële rol. Haar kwaliteiten zijn van doorslaggevend belang bij het aangaan van een professionele relatie en bij het bereiken van de gewenste resultaten. Voor een verantwoorde beroepsuitoefening moet de beroepskracht maatschappelijke zorg : Betrokken: de beroepskracht maatschappelijke zorg doet zijn werk vanuit een maatschappelijk engagement. Bij deze betrokkenheid past een professionele distantie. Empathisch: de beroepskracht maatschappelijke zorg kan zich inleven in de situatie van zijn cliënt en is in staat zijn kwaliteiten, talenten en potenties te zien en te waarderen. Assertief: de beroepskracht heeft een antenne voor verbale en non-verbale signalen en weet hierop op de juiste wijze te reageren waarbij zij haar eigen waarden, normen en grenzen bewaakt. Representatief: de beroepskracht maatschappelijke zorg heeft een positieve, professionele uitstraling naar cliënten en collega's en presenteert zich als vertegenwoordiger van haar (werk)organisatie met een eigen beroepsidentiteit en ethiek. Integer: De beroepskracht maatschappelijke zorg is betrouwbaar en handelt conform algemeen geldende ethische normen en de beroepscode. De beroepskracht werkt resultaatgericht, efficiënt, methodisch, hygiënisch, veilig, kostenbewust, milieubewust, tijdsbewust (ten aanzien van de eigen werktijd) en ergonomisch verantwoord.
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
9
Studiewijzer persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg 2015-2018
3. ALLES OVER DE OPLEIDING De opleiding gaat uit van het kwalificatiedossier Maatschappelijke Zorg 2014, de kwalificatie-eisen loopbaan en burgerschap mbo (versie 2012-2013) en van het Referentiekader taal en rekenen. In deze documenten zijn de eisen vastgelegd waaraan de opleiding moet voldoen voor het verkrijgen van het diploma. Je hebt gekozen voor een BOL opleiding op niveau 4. Dat betekent dat je naar school gaat en daarnaast stage volgt. De eerste 20 weken van de opleiding ga je alle dagen naar school. Daarna start de BPV. 1e jaar: 21 weken school (25 klokuren) 19 weken BPV + school (16 klokuur BPV en 16 lesuren per week) BPV in periode 3 en 4 2e jaar: 38 weken BPV + school (16 klokuur BPV en 16 lesuren per week) BPV in periode 5,6,7 en 8 3e jaar: 28 weken BPV + school (16 klokuur BPV en 16 lesuren per week) BPV vindt plaats in periode 9,10 en 11 7 weken school (32 lesuren) De opleiding is een traject van 3 jaar. Dit houdt in dat je 4800 SBU (studiebelastingsuren) moet besteden aan je opleiding. Je hebt minimaal 850 klokuren contacttijd. Dit is school en stage. 3.1 UITGANGSPUNTEN VAN DE OPLEIDING De opleiding Persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg is een beroepsopleiding. Je gaat een beroep leren. Elke beroepsopleiding bestaat uit kerntaken, werkprocessen en competenties. Deze staan beschreven in het kwalificatiedossier. Je kunt het kwalificatiedossier vinden op de website: www.kwalificatiesmbo.nl. De opleiding Persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg bestaat uit 3 kerntaken: Kerntaak 1: Opstellen van een plan van aanpak Kerntaak 2: Bieden van ondersteunende, activerende begeleiding en zorg Kerntaak 3: Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken Aan iedere kerntaak zijn een aantal werkprocessen en competenties gekoppeld. Een competentie is een geheel van kennis, vaardigheden en gedrag in een bepaalde situatie.
COMPETENTIE
3.2 DE HOOFDONDERDELEN VAN JE OPLEIDING Je opleiding is grofweg opgebouwd uit twee hoofdonderdelen: Beroepsspecifieke deel Algemeen vormend deel
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
10
Studiewijzer persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg 2015-2018
3.2.1 HET BEROEPSSPECIFIEKE DEEL Het beroepsspecifieke deel bestaat uit vijf leerlijnen. In de opleiding werk je met de methode Factor-E. De methode Factor-E is opgebouwd uit zestien beroepstaken. Een beroepstaak is opgebouwd uit leertaken. Deze leertaken vind je terug in de verschillende leerlijnen. Regielijn De regielijn is de lijn waarin je gecoacht wordt. Je krijgt een vast studieloopbaanbegeleider (slb-er) en deze is tegelijkertijd ook je BPV docent. Je slb-er bewaakt je aan- en afwezigheid, begeleidt je tijdens je studie en in stage. In het hoofdstuk ‘Alles over de begeleiding’ lees je hier meer over. Bij het vak studieloopbaanbegeleiding gaat het om jouw loopbaan. Loopbaan is de ontwikkeling en vooruitgang die je maakt op het gebied van studie en werk. Om uit te vinden welke loopbaan bij jou past wordt er gekeken naar jouw kwaliteiten en eigenschappen, mogelijkheden, waarden en jouw motivatie. Verder wordt er gekeken welke mogelijkheden er voor je op de arbeidsmarkt zijn en welke vervolgopleidingen er zijn. De volgende onderdelen zullen in de lessen worden aangeboden: Wat kan ik? (capaciteitenreflectie) Wat wil ik? (motivatiereflectie) Wat zijn de mogelijkheden binnen het werkveld (werkexploratie) Je planning gericht op de mogelijkheden van jezelf en het werkveld (loopbaansturing) Gericht contacten zoeken die je kunnen helpen om planning loopbaan uit te voeren (netwerken) Ook worden er in de lessen groepsgesprekken gehouden om ervoor te zorgen dat er een goede sfeer is in de klas. Verder wordt je in de lessen voorbereid op je stage en wordt er uitgelegd hoe je de opdrachten in stage kan maken. Ook wordt er in de lessen besproken hoe het op stage gaat, dit noemen we intervisie. Daarnaast ga je 2 leerprestaties maken. De eerste zal over jouw manier van leren gaan en de tweede gaat over samenwerken. Ook zal alles omtrent examinering worden uitgelegd tijdens de lessen. Kennislijn In de kennislijn ga je aan de slag met leerstof uit de boeken van Traject. In een cursus wordt de theorie behandeld. Hierbij staat de vakinhoudelijke kennis centraal. Het gaat in de cursus om de achtergronden en definities. Je kunt op een actieve manier kennis gaan op doen. Niet alleen door te lezen en te luisteren, maar juist door te doen. De cursus bestaat daarom uit veel en verschillende opdrachten waarmee je alleen of in groepjes aan de slag kunt. Een cursus wordt altijd afgesloten met een schriftelijke toets. Soms maak je ook nog een beroepsproduct over de cursus. Vaardighedenlijn In de vaardighedenlijn staan een aantal onderdelen van je opleiding centraal. Allereerst zijn dit de trainingen van Facot-E. In een training staat het handelen en het ontwikkelen van vaardigheden centraal. Je oefent op een actieve manier met de vaardigheden. Iedere training bevat meerdere opdrachten. Je oefent de vaardigheden individueel of in groepsverband. Naast de trainingen heb je ook nog drie vakken die vallen onder de vaardighedenlijn. Dit zijn de vakken Sociale vaardigheden, Tehatex en Sport. Bij sociale vaardigheden leer je hoe je goed kunt omgaan met anderen. Je leert onder andere jezelf voor te stellen, gesprekken te voeren, opkomen voor jezelf en feedback geven en ontvangen. Het vak sluit je af door middel van het maken van opdrachten. Tehatex is een creatief vak. Het staat voor Tekenen, Handvaardigheid en Textiel. Hier leer je hoe je gebruik kunt maken van verschillende materialen en ben je bezig met het ontwikkelen van je eigen creativiteit. Sport is een actief vak. Je gaat zelf sporten maar ook leren hoe je activiteiten kunt uitvoeren met verschillende doelgroepen. Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
11
Studiewijzer persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg 2015-2018
Integrale lijn In de integrale lijn ga je aan de slag met de projecten van Factor-E. In het project staat het hele proces van een taak van een beroepsbeoefenaar centraal. Een project wordt op school uitgevoerd. Je werkt in een groepje aan een opdracht van een simulatie opdrachtgever. In een project komen kennis, vaardigheden en inhoud samen. Je sluit een project af met een zogenoemde ‘oplevering’. BPV lijn In de praktijk leer je minstens zo veel als op school. Daarom is de BPV altijd een verplicht deel van de opleiding. BPV staat voor BeroepsPraktijkVorming. Tijdens de BPV doe je ervaring op met werken, je past het geleerde toe in de praktijk, je oefent als het ware, je verbetert je Nederlands en je leert beter om te gaan met mensen. Er wordt altijd een contract, Praktijkovereenkomst (POK) afgesloten met jouw BPV-plaats. Elke BPV-plaats heeft een soort stempel waardoor zeker is dat het een goede BPV-plaats is. Het bedrijf moet bijvoorbeeld tijd en ruimte hebben om jou te begeleiden en te beoordelen. De BPV-plaats is dus erkend als BPV-plaats. Zonder POK ben je niet verzekerd bij een ongeval op je stageplaats, het is dus heel belangrijk om hier zorgvuldig mee om te gaan. In de BPV-lijn ga je aan de slag met de beroepsspecifieke examenonderdelen van je opleiding. Dit doe je door het maken van beroepsprestaties, verantwoordingsverslagen en assessments. In het hoofstuk ‘Alles over de beoordeling’ lees je hier meer over. Ter voorbereiding op de beroepsspecifieke examenonderdelen maak je op iedere BPV-plaats een instellingsverslag en ontwikkelingsgerichte opdrachten.
3.2.2 HET ALGEMEEN VORMEND DEEL Naast het beroepsspecifieke deel heb je ook een algemeen vormend deel. Hierin krijg je Nederlands, rekenen, burgerschap en computervaardigheden. Taal en rekenen Taal en rekenen zijn basisvaardigheden. Iedereen heeft ze nodig in het dagelijks leven. Zeker niet alleen op school, maar bijvoorbeeld ook bij het boodschappen doen, het reizen met de trein, het aanvragen van studiefinanciering of het halen van een rijbewijs. En natuurlijk ook om je beroepsopleiding goed te kunnen volgen en je beroep met succes uit te kunnen oefenen. Veel jongeren zijn onvoldoende taal- en rekenvaardig en dat belemmert het functioneren in de maatschappij en het bedrijfsleven. Om dit te verbeteren is landelijk een onderwijsbreed intensiveringsprogramma taal & rekenen gestart. Voor het hele onderwijs, van primair tot hoger onderwijs, zijn zogenaamde generieke eisen voor Nederlandse taal en rekenen geformuleerd. Iedere student die een mbo-diploma wil behalen, moet voldoen aan de beroepseisen uit de kwalificatiedossiers, maar ook een minimaal niveau voor taal en rekenen aantonen. Hiervoor is de wet referentieniveaus Nederlandse taal en rekenen ingevoerd. De referentieniveaus geven aan welk niveau van Nederlands en rekenen studenten moeten beheersen. Voor MBO-studenten in de niveau 4 opleiding is dat referentieniveau 3F en voor studenten in de niveau 2 en 3 opleidingen is dat 2F. Het voldoen aan de generieke eisen is een voorwaarde voor het behalen van een diploma. Het niveau wordt getoetst met verplichte school- en landelijke examens. Wil je meer weten? Op de website van Noorderpoort is onder studentinfo een aparte rubriek ingericht met informatie over taal en rekenen.
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
12
Studiewijzer persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg 2015-2018
Nederlands (niveau 3F) Tijdens je hele opleiding heb je twee uren Nederlands per week. Het vak Nederlands bestaat uit vijf verschillende onderdelen: schrijven, lezen, spreken, taalvaardigheid en gesprekken voeren. Aan het begin van je opleiding maak je een TOA toets om je huidige niveau te bepalen. Ieder leerjaar heb je een aantal ontwikkelingsgerichte toetsen, deze staan vaak aan het eind van een periode gepland. De verschillende onderdelen worden aan het einde van het leerjaar afgesloten met examens van school om te kijken of je het vereiste niveau 3F beheerst. Rekenen (niveau 3F) Ook rekenen heb je gedurende je hele opleiding twee uren in de week. Het vak rekenen bestaat uit vier onderdelen: getallen, verhoudingen, verbanden en meten & meetkunde. Aan het begin van je opleiding maak je een TOA toets om je huidige niveau te bepalen. Ieder leerjaar heb je een aantal ontwikkelingsgerichte toetsen, deze staan vaak aan het eind van een periode gepland. De verschillende onderdelen worden aan het einde van het leerjaar afgesloten met examens van school om te kijken of je het vereiste niveau 3F beheerst. Engels (niveau B1/A2) Engels heb je gedurende de opleiding één of twee uren in de week. Het vak Engels bestaat uit vijf onderdelen: schrijven(B1) , luisteren(B1), lezen(B1), spreken(A2) en gesprekken voeren(A2). Aan het begin van de opleiding maak je een toets om je huidige niveau te bepalen. Ieder leerjaar heb je een aantal ontwikkelingsgerichte toetsen, deze staan vaak aan het eind van een periode gepland. De verschillende onderdelen worden aan het einde van het leerjaar afgesloten met examens van school om te kijken of je het vereiste niveau per onderdeel beheerst. Burgerschap Dit onderdeel komt elke week één lesuur terug op het rooster. Bij burgerschap ga je aan de slag met vier dimensies: de politiek-juridische dimensie de economische dimensie de sociaal-maatschappelijke dimensie de dimensie vitaal burgerschap Deze dimensies worden afgesloten met een aftekenkaart. Voor burgerschap heb je een inspanningsverplichting. Dit houdt in dat je de lessen moet hebben gevolgd, wil je je diploma behalen. In het lesprogramma kun je zien welke dimensies in welke periode aan bod komen. Computervaardigheden Hier leer je (beter) om te gaan met de programma’s Word, Excel en PowerPoint. Het vak wordt afgesloten met vaardigheidstoetsen. 3.3 INSTROOM EN DOORSTROOM Instroom Je kunt instromen in de opleiding Persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg niveau 4 als je het diploma theoretische leerweg hebt, ongeacht de sector of het vakkenpakket, of een mbo-diploma op kwalificatieniveau 3. Naast deze ‘harde’ instroomeisen is het belangrijk dat je een aantal kwaliteiten hebt, die je tijdens de opleiding verder gaat ontwikkelen Het is vooral belangrijk er voor te willen gaan. Je moet dus gemotiveerd zijn om (hard) te werken.
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
13
Studiewijzer persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg 2015-2018
Doorstroom Als je na deze opleiding verder wilt studeren, moet je dat bespreken met je studieloopbaanbegeleider. Samen kun je een plan opstellen hoe je je het best kunt voorbereiden op die vervolgopleiding. Tijdens de studie wordt hier in het vak studieloopbaanbegeleiding (SLB) ook aandacht aan besteed. Voor de beroepskracht maatschappelijk zorg is via bij- en nascholing doorgroei mogelijk naar specialistische functies bijvoorbeeld op het gebied van dagbesteding of opleidingsfuncties. Met het diploma Persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg of Persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg is doorstroming mogelijk naar hbo-opleidingen, bijvoorbeeld de opleiding Sociaal Pedagogische Hulpverlening of HBO-Verpleegkunde of naar de opleiding Praktijkopleider.
3.4 HOE ZIET JE LESPROGRAMMA OP SCHOOL ERUIT? De opleiding bestaat uit drie fasen verspreid over drie leerjaren. Iedere fase duurt 1 leerjaar. Bij iedere fase horen beroepsspecifieke examenonderdelen. Het verschilt per fase hoe veel dit er zijn. Fase 1 en 2 worden samen afgesloten aan het einde van leerljaar 2. Fase 3 wordt aan het einde van het 3e leerjaar afgesloten met weer een aantal beroepsspecifieke examenonderdelen. Je kunt niet verder met een volgende fase voordat je een fase hebt afgesloten met tenminste een voldoende voor je examen. In hoofdstuk 5 krijg je meer uitleg over de beroepsspecifieke examenonderdelen. Ook vind je in dit hoofdstuk het examenplan van je opleiding. Een leerjaar is verdeeld in vier perioden. Iedere periode bestaat uit tien weken. In totaal bestaat je opleiding dus uit 12 perioden. 3.4.1 HET EERSTE LEERJAAR Periode 1 en 2 De eerste week van je studie is een introductie van twee dagen. Dit start voor jou op maandag 25 augustus om 10.30 uur. De introductiedagen staan in het teken van kennismaking met je studiegenoten en studieloopbaanbegeleider. In de rest van de twee perioden maak je kennis met alle onderdelen van de opleiding en maak je een keuze in welke richting je wilt stage lopen. Je hebt een kennismakingsgesprek met je studieloopbaanbegeleider en we gaan samen met jou op zoek naar een stageplaats. Ook vindt er een ouderavond plaats. Periode 3 In periode 3 start je met drie dagen stage in de week. Naast de twee dagen stage per week, start je in periode 4 met je eerste examenonderdeel. Dit is het maken van een beroepsprestatie. In de studieloopbaanuren zal hier uitleg over plaatsvinden. Ook zal in deze periode je studieloopbaanbegeleider bij je langskomen op stagebezoek. Aan het eind van periode 3 word je voortgang beoordeeld n.a.v. je resultaten van de gemaakte voortgangstoetsen. Als die onvoldoende is mag je in periode 4 niet beginnen met het beroepsspecifieke examen. Aan het begin van periode 3, bepaalt het onderwijsteam op basis van je behaalde resultaten of je fase 0 van de opleiding voldoende afsluit. Wanneer dit zo is, dan mag je door naar fase 1 en starten met het eerste examenonderdeel. Wanneer je vorderingen van fase 0 onvoldoende zijn, krijg je de mogelijkheid om in periode 3 dit in te halen, zodat je aan het eind van periode 3 deze fase van je opleiding afsluit.
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
14
Studiewijzer persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg 2015-2018
Periode 4 Als je alle ontwikkelingsgerichte onderdelen en het examen in periode 1 t/m 4 voldoende hebt afgerond, bepaalt het onderwijsteam of je kunt starten met fase 2. Je studieloopbaanbegeleider komt nogmaals langs op stage om een eindgesprek te voeren, dit gesprek moet ook voldoende zijn om door te kunnen naar fase 2.
3.4.2 HET TWEEDE LEERJAAR In de loop van de opleiding volgt verdere informatie. 3.4.3 HET DERDE LEERJAAR In de loop van de opleiding volgt verdere informatie.
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
15
Studiewijzer persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg 2015-2018
3.5 STUDIEDUUR EN STUDIEBELASTING
WSF-top Het 1e leerjaar bestaat uit: Les : 700 BPV : 300 Overig begeleid school : 40
Totaal aantal uren begeleiding door school of bedrijf
: 1040
Uren voor huiswerk, maken van opdrachten, enz. (zonder begeleiding van docent of BPV)
: 560
Totaal begeleid en onbegeleid
:
1600 klokuren
Het 2e leerjaar bestaat uit: Les BPV
Totaal aantal uren begeleiding door school of bedrijf
: 550 : 450
: 1000
Uren voor huiswerk, maken van opdrachten, enz. (zonder begeleiding van docent of BPV)
: 600
Totaal begeleid en onbegeleid
:
1600 klokuren
Het 3e leerjaar bestaat uit: Les BPV
Totaal aantal uren begeleiding door school of bedrijf
: 550 : 450
: 1000
Uren voor huiswerk, maken van opdrachten, enz. (zonder begeleiding van docent of BPV)
: 600
Totaal begeleid en onbegeleid
:
1600 klokuren
Alles bij elkaar opgeteld ben je dus gedurende het jaar ongeveer 4800 uur bezig met school en BPV. Dat komt neer op 40 uur per week (fulltime dus). Het maken van huiswerk komt neer op een eigen investering van ongeveer 15 uren per week.
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
16
Studiewijzer persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg 2015-2018
3.5.1 DE ONDERWIJSOVEREENKOMST (OWO) Aan het begin van je opleiding teken je een Onderwijsovereenkomst. Dit is een contract alleen geldig tussen jou en de school. In de OWO staan de rechten en plichten van jou en de school opgeschreven. Als je éénmaal je handtekening hebt gezet, dan moet je je aan de afspraken in de OWO houden. De school moet zich natuurlijk ook aan de afspraken houden. Lees de OWO daarom goed door, vraag eventueel om uitleg voordat je deze ondertekent èn bewaar hem goed, want je weet maar nooit.
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
17
Studiewijzer Persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg 2014-2016
3.6 DE OPLEIDING IN SCHEMA Hieronder volgt het lesprogramma van je opleiding voor leerjaar 1. Tijdens je opleiding kunnen er altijd nog veranderingen worden aangebracht in het lesprogramma. Via je studieloopbaanbegeleider ontvang je hierover tijdig bericht en eventueel een nieuwe versie van het lesprogramma.
3.6.1 LESPROGRAMMA LEERJAAR 1 (FASE 1)OPLEIDING PERSOONLIJK BEGELEIDER GEHANDICAPTENZORG BEROEPSSPECIFIEKE DEEL
PERIODE 1 a.Werken met Factor-E en Voorbereiden informatie bijeenkomst nieuwe leerlingen 2 uur Slb-uren
Regielijn
PERIODE 2
PERIODE 3
PERIODE 4
Kennismakingsgesprek
Voortgangsgesprek
PERIODE 1 Methodiek van begeleiden Thema 1 Methodisch handelen Thema 4 Observeren en rapporteren
PERIODE 2 Methodiek van begeleiden Thema 2 Begeleiden van groepen
Voortgangsgesprek BPV gesprek PERIODE 3 Methodiek van begeleiden Thema 3 Zelfbeeld en reflectie
Voortgangsgesprek BPV-gesprek PERIODE 4 Methodiek van begeleiden Thema 5 Gesprekstechnieken
(2 leseenheden)
(2 leseenheden)
(2 leseenheden)
(2 leseenheden)
Leefomgeving Thema 1 Zorg voor de leefsituatie
Leefomgeving Thema 2 Zorg voor de leefsituatie van doelgroepen
Leefomgeving Thema 3 Voeding en verzorging van doelgroepen
Leefomgeving Thema 4 Ondersteunen bij wonen en huishouden
b.Sociale vaardigheden 2 uur Toetsvorm: a.presentatie b.rollenspel
Slb gesprekken 1 lesuur BEROEPSSPECIFIEKE DEEL Cursus Methodiek
Kennislijn
Kennislijn
Toetsvorm De cursussen worden afgesloten met schriftelijke kennistoetsen Cursus Leefomgeving Toetsvorm
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
18
Studiewijzer persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg 2015-2018
De cursussen worden afgesloten met schriftelijke kennistoetsen Cursus Doelgroepen
Kennislijn
Kennislijn
Toetsvorm De cursussen worden afgesloten met schriftelijke kennistoetsen Cursus Zorg Toetsvorm De cursussen worden afgesloten met schriftelijke kennistoetsen
BEROEPSSPECIFIEKE DEEL
Vaardighedenlijn
Training
(2 leseenheden)
(2 leseenheden)
(2 leseenheden)
(2 leseenheden)
Ontwikkeling en opvoeding Thema 1 Inleiding op ontwikkeling en opvoeding Thema 2 Ontwikkeling en opvoeding van baby’s en peuters
Ontwikkeling en opvoeding Thema 3 Ontwikkeling en opvoeding van kleuters en schoolkinderen Thema 4 Ontwikkeling en begeleiding van pubers en adolescenten
Ontwikkeling en opvoeding Thema 5 Ontwikkeling en begeleiding van volwassenen en ouderen Thema 6 Ontwikkeling en begeleiding van mensen met een verstandelijke beperking
Ontwikkeling en opvoeding Thema 6 Ontwikkeling en begeleiding van mensen met een verstandelijke beperking Thema 7 Ontwikkeling en begeleiding van mensen met een lichamelijke beperking
(2 leseenheden) Zorg bij gezondheid en ziekte Thema 1 Zorg bij gezondheid en ziekte
(2 leseenheden) Zorg bij gezondheid en ziekte Thema 2 Zorg bij gezondheid van doelgroepen
(2 leseenheden) Zorg bij gezondheid en ziekte Thema 3 Zorg bij ziekte en aandoeningen van doelgroepen
(2 leseenheden) Zorg bij gezondheid en ziekte Thema 4 EHBO in het sociaal agogisch werk
(2 leseenheden)
(2 leseenheden)
(2 leseenheden)
(2 leseenheden)
PERIODE 1 Communiceren met begrip (4 leseenheden)
PERIODE 2 Begeleiden van cliënten bij ADL (3 leseenheden)
PERIODE 3
PERIODE 4
Observeren en rapporteren (4 leseenheden)
Dramatische spel- en verteltechnieken (6 leseenheden)
Toetsvorm De trainingen worden afgesloten met een persoonlijk verslag en één of meerdere demonstraties.
Toetsvorm De trainingen worden afgesloten met een persoonlijk verslag en één of meerdere demonstraties. Begeleiden van muzische en ludische activiteiten wordt ook nog afgesloten met een beroepsproduct.
Begeleiden van cliënten bij ADL (3 leseenheden)
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
19
Studiewijzer persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg 2015-2018
Tehatex Sport en spel
4 (leseenheden) Toetsvorm: aftekenkaart ( 2 leseenehden) Toetsvorm: aftekenkaart en activiteitenboek
Pesten BEROEPSSPECIFIEKE DEEL
Integrale lijn
PERIODE 1
Nederlands 2F
( 2 leseenheden) Toetsvorm: aftekenkaart en begeleiden activiteit (2 leseenheden) Toetsvorm: zoals door de docent aangegeven PERIODE 2 Organiseren van een multicultureel event (5 leseenheden) Toetsvorm Zestal producten: Het vooronderzoek Een draaiboek Een activiteit Een ingerichte stand Hapjes en drankjes uit de cultuur Promotiemiddelen Proces/logboek Persoonlijk verslag Religies in de wijk (4 leseenheden)
Project
BEROEPSSPECIFIEKE DEEL BPV lijn Stage ALGEMEEN VORMEND DEEL
( 3 leseenheden) Toetsvorm: aftekenkaart
PERIODE 1 Geen stage PERIODE 1 TOA toetsen Taalverzorging
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
Toetsvorm Tweetal producten: Het vooronderzoek Informatiemap Presentatie Proces/logboek Persoonlijk verslag PERIODE 2 Geen stage PERIODE 2
PERIODE 3 Een spellenboek samenstellen (4 leseenehden)
PERIODE 4 Levensboek (4 leseenheden)
Toetsvorm Viertal producten: Het vooronderzoek Spellenboek Presentatie Proces/ logboek Persoonlijk verslag
Toetsvorm Drietal producten: Het vooronderzoek Levensboek Presentatie Persoonlijk verslag
PERIODE 3
PERIODE 4
PERIODE 3
PERIODE 4
20
Studiewijzer persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg 2015-2018
Rekenen 2F
Luisteren Lezen
TOA toets
Engels Dimensie vitaal burgerschap
Sociaal-maatschappelijke dimensie
De politiek-juridische dimensie
Economische dimensie
Toetsvorm: aftekenkaart
Toetsvorm: aftekenkaart
Toetsvorm: aftekenkaart
Toetsvorm: aftekenkaart
Algemene vaardigheden Werken met Word, Excel en PowerPoint PERIODE 2
-
-
EXAMENONDERDELEN
Algemene vaardigheden Werken met Word, Excel en PowerPoint PERIODE 1
PERIODE 3 Ontw. Bp 1.1 Informatie verzamelen.
PERIODE 4 BP 1.4 Begeleiden bij basisbehoeften
Beroepsprestatie (BP)
-
-
Burgerschap 1 lesuur
Computervaardigheden 1 lesuur
BP 1.4 Begeleiden bij basisbehoeften
3.6.2 LESPROGRAMMA LEERJAAR 2 EN 3 (FASE 2 EN 3) Het lesprogramma voor leerjaar 2 en 3 volgen in de loop van de opleiding.
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
21
Studiewijzer Persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg 2014-2016
3.7 JAARPLANNING 2015-2016
Planning W1 schooljaar 2015-2016
Periode 4
Periode 3
Periode 2
Periode 1
Kalenderweek
BP MMZ 3 24-8 introductie 25-8 introductie
BP PBGZ
BP PBSD
24-8 introductie 25-8 introductie
24-8 introductie 25-8 introductie
27-8 toa toets rekenen
12-10 Algemene ouderavond
12-10 Algemene ouderavond
12-10 Algemene ouderavond
13-10 Margedag
35
1
24 aug
36 37 38 39 40 41 42
2 3 4 5 6 7
31 aug 07 sep 14 sep
43
8
19 okt
44 45 46
9 10 11
26 okt 02 nov 09 nov
47 48 49 50 51 52 01 02 03 04 05 06
1 2 3 4 5
6 7 8 9 10
16 nov 23 nov 30 nov 07 dec 14 dec 21 dec 28 dec 04 jan 11 jan 18 jan 25jan 01 febr
07 08 09
1 2 3
08 febr 15 febr 22 febr
10 11 12 13 15 16
4 5 6 7 8
29 07 14 21 28 04
17
9
11 apr
18
10
18 apr
17 18 19
1 2
25 apr 2 mei 09 mei
Margedag Meivakantie
20
3
16 mei
17 mei Go voor ontw.deel naar jaar 2
21 22 23 24
4 5 6 7
23 30 06 13
21 sept 28 sept 05 okt 12 okt
febr mrt mrt mrt mrt apr
Herfstvakanti e
Herfstvakanti e
Vertraagde week
Vertraagde week
Kerstvakantie Kerstvakantie
Kerstvakantie Kerstvakantie
Vertraagde week Start 1.1
Start 1.1
Vertraagde week
Start 1.1 Bpvo/pok inleveren Voorjrsvak.
Voorjrsvak. Goede vrijdag
7-4 Inleveren 1.1 14-4 start bp 1.4
7-4 Inleveren 1.1 14-4 start bp 1.4
Margedag Meivakantie
7-4 Inleveren 1.1 14-4 start bp 1.4
Koningsdag Meivakantie
Goede vrijdag
Vertraagde week
Vertraagde week
Meivakantie Hemelvaartsd.
Meivakantie Meivakantie
mei mei juni juni
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
22
Studiewijzer persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg 2015-2018 25
8
20 juni
26 27
9 10
27 juni 04 juli
28
11
11 juli
18/7-2/9 2016
23-6 inleveren bp 1.4
23-6 inleveren bp 1.4
23-6 inleveren bp 1.4
5 juli Go voor beroepsdeel examen Zomervakantie
De jaarplanning voor het 2e leerjaar ontvang je bij aanvang van het volgende leerjaar (2015-2016)
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
23
Studiewijzer Persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg 2014-2016
4. ALLES OVER BEGELEIDEN Voor ons is elke student uniek. Wij gaan ervan uit dat iedereen iets kan leren, want iedereen heeft talent. Elke student volgt zijn eigen leerproces tot aan het moment van diplomeren. Wij weten dat niet iedereen op dezelfde manier leert. Hier hebben we dan ook de begeleiding op aangepast. 4.1 BEGELEIDING BIJ HET LEREN Op de eerste plaats vind je op school natuurlijk veel docenten. En tijdens de BPV heb je vooral te maken met je werkbegeleider/praktijkopleider. De belangrijkste persoon is echter jouw studieloopbaanbegeleider. Je moet hem/haar zien als je persoonlijke coach. Je studieloopbaanbegeleider leer je vanaf het begin van de opleiding kennen. Hij/zij volgt en begeleidt je gedurende de hele opleiding. Samen met hem/haar maak je een plan, bespreek je hoe het allemaal gaat en werk je toe naar je diploma. Jij en je studieloopbaanbegeleider hebben zo vaak contact als het nodig is. Hoe vaak dat is hangt af van wat jouw studieloopbaanbegeleider nodig vindt. Maar je kunt ook zelf om een gesprek vragen. Het bespreken van je studievoortgang en van je POP en PAP gebeurt zeker eens per 10 weken. Ook vinden er groepsgesprekken plaats in de klas. Deze zijn gericht op begeleiding die voor jou en je klasgenoten min of meer gelijk zijn. Naast de studieloopbaangeleider is er ook nog de 2e lijns begeleiding. Met moeilijke persoonlijke vragen of problemen kun je naar de 2e lijn verwezen worden. Bijvoorbeeld als je thuis problemen hebt of als je het even niet meer zier zitten, als er sprake is van faalangst, depressiviteit of rouwverwerking. De verwijzingen naar de 2e lijns begeleiding verloopt via je studieloopbaanbegeleider. 4.1.1 HET BEREIKEN VAN SUCCES Je bent zelf verantwoordelijk. Dat wil zeggen dat je er zelf “iets van moet maken”. Van je studie, van je stage, van je leven. Maar dat wil niet zeggen dat je het dus allemaal maar alleen moet uitzoeken. Je studieloopbaanbegeleider helpt je om je doel te bereiken. Dit begint met het maken van een POP (Persoonlijk OntwikkelingsPlan). Dit maak je samen met je studieloopbaanbegeleider. Hierin schrijf je jouw doelen op, dat wil zeggen: ‘Wat wil ik bereiken, waar wil ik naar toe werken?’. Misschien weet je al precies wat je na school wilt gaan doen of over een paar jaar. Maar het kan ook zijn dat je nog helemaal niet weet wat je nou eigenlijk wilt, of waar je goed in bent. Vervolgens bedenk je samen een PAP (Persoonlijk ActiePlan), dus: ‘Wat moet ik gaan doen om uiteindelijk bij mijn doel te komen?’ Elke tien weken stel je je POP en PAP weer bij. Tijdens je opleiding maak je een portfolio. Het portfolio is een map met belangrijke papieren. Het eerste dat in je map gaat is het POP. In de loop van de opleiding wordt de map steeds dikker. Er komen verslagen in van gesprekken met je studieloopbaanbegeleider, beoordelingen, opdrachten, verslagen, foto’s en zo nog veel meer. Kortom alle dingen die aantonen hoe het met je studie gaat. 4.1.2 BEGELEIDING IN DE BPV In stage word je ook begeleid. In de eerste tien weken wordt er een gesprek gepland met je werkbegeleider, je studieloopbaanbegeleider en jou waarin je voortgang wordt besproken. In de volgende tien weken vindt e weer een dergelijk gesprek plaats. In dit gesprek wordt gekeken hoe jij je ontwikkelt en wat je doelen zijn voor je volgende stage. Ook worden de BPV opdrachten in het gesprek besproken en de examenonderdelen/beroepsprestaties.
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
24
Studiewijzer persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg 2015-2018
Voordat je op stage gaat krijg je een BPV-wijzer. Hierin staat alles wat je moet weten over stage lopen.
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
25
Studiewijzer persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg 2015-2018
4.2 BEGELEIDING BIJ EEN HANDICAP, STOORNIS OF BELEMMERING Heb je een lichamelijke, zintuiglijke of psychische beperking, dan doen wij ons uiterste best om ons beroepsonderwijs ook voor jou mogelijk te maken. In sommige gevallen wordt dat door de overheid ondersteund in de vorm van ‘Rugzak in het MBO’. Wanneer je een leerbeperking hebt, kun je een faciliteitenpas aanvragen. Deze pas geeft recht op extra faciliteiten, zoals aangepaste toetsing, om de opleiding zo onbelemmerd mogelijk te kunnen volgen. De faciliteitenpas vraag je aan via je studieloopbaanbegeleider. Meer informatie vind je bij het Steunpunt Studie & Handicap van het Bureau Cursistendienstverlening (CDV) van het Noorderpoort. 4.3 BIJSPIJKEREN VAN NEDERLANDS EN REKENEN Mocht je niet zo goed zijn in Nederlands en/of rekenen, dan hebben we binnen het Noorderpoort het TRON: Taal en Reken Ondersteuning Noorderpoort. TRON richt zich op studenten met een leerhandicap (bijvoorbeeld dyslexie) en/of studenten met een (hardnekkige) leerachterstand. Je komt in aanmerking voor TRON als je meer dan 1 niveau onder het vereiste niveau zit. Voor jou betekent dit dat wanneer je op niveau 1F of lager zit, je verplicht bent om naar TRON-lessen te gaan. Dit gebeurt buiten het normale onderwijsprogramma om. 4.4 EERDER STOPPEN MET DE OPLEIDING Stoppen met je opleiding kan niet zomaar. Stoppen kan je eigen keuze zijn. Als je wilt stoppen moet je dit aangeven bij je studieloopbaanbegeleider. Samen ga je kijken welke mogelijkheden er verder nog zijn en heb je nog een exitgesprek. Ook kan het zijn dat je voortgang niet voldoende is. Bijvoorbeeld omdat je te veel lessen mist of dat je onderdelen van je opleiding niet met een voldoende afrond. Wanneer je voortgang onvoldoende is zijn er al gesprekken geweest met je studieloopbaanbegeleider. Wanner je moet stoppen wordt er samen met jou gekeken hoe je nu verder moet. Dit gebeurt vaak samen met de 2e lijns begeleiding. Bij ernstige misdragingen, bijvoorbeeld geweld of fraude, kan de schooldirecteur besluiten om je met directe ingang te schorsen of uit de opleiding te verwijderen.
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
26
Studiewijzer persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg 2015-2018
5. ALLES OVER BEOORDELEN Je opleiding kent twee soorten beoordelingen: 1. Ontwikkelingsgericht beoordelen -> beoordelen om te kijken waar je staat. Deze beoordelingen zijn onderdeel van je opleidingsprogramma. 2. Kwalificerend beoordelen -> beoordelen voor je diploma. Deze beoordelingen vind je in het examenplan (paragraaf 5.2). 5.1 ONTWIKKELINGSGERICHT BEOORDELEN Je weet nog niet alles, je kunt nog niet alles. Dat geeft niets, daarvoor volg je een opleiding en fouten maken mag. Tijdens je opleiding word je vaak beoordeeld door verschillende mensen, op verschillende plaatsen en manieren. Op school word je beoordeeld door docenten en je studieloopbaanbegeleider. Maar ook van je studiegenoten kun je een reactie verwachten. Op de BPV heb je gesprekken met je werkbegeleider. Je kan complimenten krijgen als het goed gaat en tips als ze vinden dat het beter kan. Deze mensen geven je dus feedback. Maar de belangrijkste beoordelaar ben jezelf! Dat verbaast je misschien, maar toch is het zo. Want om elke keer een stapje verder te komen is het nodig dat je bedenkt: ‘Wat vind ik hier nu zelf van?’. Het kan bijvoorbeeld gaan over een opdracht die je tijdens je BPV hebt gedaan. Maar ook als je bijvoorbeeld een afspraak niet bent nagekomen. Je reflecteert dan op jezelf. Met je studieloopbaanbegeleider bespreek je hoe het met je studie gaat: wat heb je al gedaan en wat moet er nog gebeuren? 5.1.1 VOLGEN VAN JE ONTWIKKELING Tijdens je opleiding willen we je ontwikkeling goed volgen. We bespreken regelmatig je vordering. Wekelijks staat er één lesuur op het rooster waarbij de studieloopbaanbegeleider met één of meerdere leerlingen gesprekken kan voeren over de voortgang van de opleiding. Dit doen we aan de hand van de resultaten die je hebt behaald in/bij: de regielijn; de kennislijn; de integrale lijn; de vaardighedenlijn; de BPV lijn; Nederlands, rekenen en burgerschap. Ook is de aan- en afwezigheid een onderdeel van het gesprek. Het gesprek waarin je resultaten worden besproken noemen we een voortgangsgesprek. Tot slot wordt er in het voortgangsgesprek ook je inzet en motivatie besproken. Portfolio Om voor jezelf overzicht van je resultaten te krijgen houd je een portfolio bij. Een portfolio is een map waarin je bewijzen verzamelt. Je mag zelf weten hoe je je portfolio inricht, zolang je goed zichtbaar kunt maken welke resultaten je hebt behaald. Het portfolio heeft twee doelen: 1. Je kunt aan iedereen laten zien wat je hebt geleerd en wat je allemaal kunt. 2. Het helpt je om na te denken (reflecteren) over wat je al hebt bereikt en wat je de komende tijd wilt leren. Een aantal onderdelen moeten verplicht in je portfolio. Welke onderdelen dit zijn hoor je van je studieloopbaanbegeleider tijdens de opleiding. Naar het voortgangsgesprek neem je altijd je portfolio mee.
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
27
Studiewijzer persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg 2015-2018
5.1.2 WANNEER IS JE ONTWIKKELING VOLDOENDE? Per fase sluit je de daarbij horende ontwikkelingsgerichte beroepsspecifieke onderdelen af. Je sluit een onderdeel af als je minimaal een voldoende hebt behaald. Een uitzondering hierop zijn de schriftelijke kennistoetsen uit de kennislijn. Hier mag je een onvoldoende behalen, als je tenminste maar gemiddeld per cursus een 5,5 staat (alle schriftelijke kennistoetsen uit de fase, per cursus bij elkaar opgeteld) en niet lager dan een 4 hebt gescoord op een schriftelijke kennistoets. Wanneer je lager dan een 4 scoort op een toets, dan maak je de herkansing, ook al is het gemiddelde per cursus een 5,5. De cijfers worden niet afgerond. In het ideale geval zijn alle beoordelingen van alle onderdelen in een periode in één keer voldoende. Is het resultaat van een onderdeel onvoldoende, dan kan iets altijd één keer overgedaan of aangevuld worden. Dit zal vaak direct in de volgende periode plaatsvinden. Lukt het in tweede instantie niet een voldoende resultaat te halen, dan besluit het voortgangsoverleg over het vervolg. De momenten voor herkansingen staan in de jaarplanning. Om voor een herkansing in aanmerking te komen, geef je via Magister door of je deel neemt aan de herkansing.
Voldoendes halen op alle onderdelen is helaas niet voldoende om je ontwikkeling aan te tonen. Het zou dan namelijk zo kunnen zijn dat je alleen naar school komt om toetsen te maken en dan toch je diploma ontvangt. Je aanwezigheid en inzet op school speelt ook een belangrijke rol. 100% aanwezigheid tijdens de les en BPV is een noodzaak om jouw studie tot een goed resultaat te brengen. Wanneer je zonder geldige reden op school of op stage afwezig bent dan volgt er een gesprek met je studieloopbaanbegeleider. In het gesprek wordt gekeken hoe je de gemiste uren gaat inhalen. Soms kan dit betekenen dat je vervangende opdrachten krijgt of dat je een verlenging van de opleiding moet hebben. 5.1.3 BEOORDELEN VAN JE ONTWIKKELING Periodebeoordelingen Iedere tien weken vindt er in het onderwijsteam een studievoortgangsoverleg plaats. In deze vergadering worden je studieresultaten, aanwezigheid en inzet besproken. Van je studieloopbaanbegeleider hoor je of je de periode met een voldoende hebt afgesloten. De periodebeoordelingen worden geregistreerd in het periodeoverzicht in het LBS (Leerling Begeleiding Systeem). Je behaalde resultaten kun je zien in Magister. Algemene regels bij periodebeoordelingen Het voortgangsoverleg neemt een positief voortgangsbesluit zonder aanvullende voorwaarden, als uit het overzicht van de afgelopen periode blijkt dat je voldoet aan alle drie de onderstaande voorwaarden: 1. Minstens 80% van het aantal beroepsspecifieke onderdelen van de afgelopen periode is beoordeeld met tenminste een voldoende. 2. De inzet is voor alle onderdelen voldoende 3. De aanwezigheid is voor alle onderdelen voldoende. Bij onvoldoende aanwezigheid krijg je vervangende opdrachten voordat je aan de toets deel mag nemen. Je mag gedurende een opleidingsjaar, in weken met geplande BPV, niet langer dan 4 werkweken zonder stage/ BPV-plaats zijn. Hierdoor gemiste tijd moet met andere begeleide onderwijstijd gecompenseerd worden. Voldoe je hier niet aan, dan zal het voortgangsoverleg aanvullende voorwaarden stellen aan de verdere planning en invulling van jouw opleidingstraject.
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
28
Studiewijzer persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg 2015-2018
De Opleidingsboom De inhoudelijke beoordelingen van toetsen en beroepsprestaties in de opleiding worden geregistreerd in de opleidingsboom in het LBS. Dit overzicht geeft weer welke toetsen en prestaties al zijn behaald en welke nog ontbreken als voorwaarde voor examenonderdelen. Bij overstap tussen opleidingen is hieruit af te lezen welke onderdelen reeds zijn behaald. De docent/studieloopbaanbegeleider van een ‘onderdeel’ is verantwoordelijk voor de periodebeoordelingen en voor de beoordeling van toetsen en prestaties van een ‘onderdeel’. Overgang naar een volgende opleidingsfase
Je voldoet aan de regels voor periodieke voortgang. Uit de opleidingsboom blijkt dat je alle voorwaardelijke toetsen en prestaties voor het deelexamen hebt afgerond. Het examen van de fase is behaald of wordt in de eerstvolgende periode aangevraagd. Voor Nederlands en rekenen geldt bij overgang naar fase 2: het eindniveau voor diplomering lijkt haalbaar. Dit is niveau 2F.
In bijzondere gevallen mag het voortgangsoverleg van de algemene regels afwijken. 5.1.4 ALS JE ONTWIKKELING ONVOLDOENDE IS Wanneer je niet voldoende ontwikkeling hebt aangetoond in een periode wordt er in het team besproken hoe het nu verder moet. Aanvullende voorwaarden geven aan op welk moment aan welke eisen/voorwaarden je moet voldoen om in het opleidingstraject te kunnen blijven. Voldoe je niet (tijdig) aan de gestelde voorwaarden, dan besluit het voortgangsoverleg dat je (een deel van) de opleiding opnieuw zult moeten doen en/of dat je naar een volgend cohort wordt overgezet. Je bent eigenlijk ‘blijven zitten’. Het kan gebeuren dat er dan ook andere eisen aan je gesteld worden, m.b.t. examinering. Dit hangt af van het kwalificatiedossier waar de opleiding op gebaseerd is. NB: Bij een BOL-basis traject kan het voortgangsoverleg na de eerste periode besluiten dat een deelnemer nog niet op BPV mag als er twijfels zijn over gedrag en houding in de BPV. Negatief studieadvies Lukt het niet om tijdig aan de voor jou geldende aanvullende voorwaarden te voldoen en als er geen vertrouwen meer is dat je de opleiding kunt halen, dan besluit het voortgangsoverleg tot een ‘negatief studieadvies’. Dit is het advies aan jou en de teammanager om met het opleidingstraject te stoppen. Samen met jou en het BAT (behandel advies team) wordt dan naar een alternatief gezocht. Verlenging van de opleiding In de praktijk gaat de opleiding door totdat je het diploma hebt behaald, tenzij je voor die tijd stopt. Dit zegt waar het om gaat: het behalen van je diploma, niet om een bepaalde opleidingstijd. Hierbij gelden twee regels:
1. 'Verlenging van de duur is maximaal mogelijk met twee jaar langer dan de door de minister vastgestelde nominale studieduur/ studielast. De deelnemer kan ook het aanbod krijgen om de onderwijsovereenkomst te verlengen met een ander traject (b.v. volgend cohort van hetzelfde crebo). Uiteraard met alle gevolgen van dien (b.v. andere exameneisen, andere boekenlijst, kosten enz.)' Blijkt al tijdens de opleiding dat je aanzienlijke studievertraging oploopt, dan kan het voortgangsoverleg besluiten dat je wordt overgezet naar het volgende cohort. Je ‘blijft zitten’. Je komt daarmee in een nieuw opleidingstraject, maar blijft in dezelfde opleiding.
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
29
Studiewijzer persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg 2015-2018
Vanaf dat moment gelden dus de regels die horen bij het nieuwe cohort en de daarbij horende studiewijzer. Zo’n beslissing kan alleen genomen worden als er bij jou en in het onderwijsteam vertrouwen is dat je het diploma kunt halen. Lukt dit niet, dan besluit het voortgangsoverleg over het vervolg.
2.Je mag maar éénmaal overgezet worden naar een nieuw cohort. De duur en omvang van de opleiding zijn verantwoord in de TOP-verklaringen. 5.1.5 REGELS RONDOM ONTWIKKELINGSGERICHT BEOORDELEN Deelnemen aan ontwikkelingsgericht beoordelingen Deelnemen aan de ontwikkelingsgerichte beoordelingen die worden opgegeven is verplicht. De bewijzen die je moet aanleveren zijn verplicht gesteld of naar keuze. Je krijgt van je docent en/of je slb-er een overzicht wanneer je een bewijs moet inleveren of wanneer een toets wordt afgenomen. Het maken van een POP en een PAP is verplicht voor het werken aan je portfolio. Rapportage van ontwikkelingsgerichte beoordelingen De docent en/of de slb-er geeft binnen 10 werkdagen schriftelijk een beoordeling. In geval van een onvoldoende ontwikkelingsgerichte beoordeling vindt de herkansing plaats via het eerstvolgende beoordelingsmoment. Tijdens de individuele voortgangsgesprekken brengen jij en je studieloopbaanbegeleider de resultaten van de ontwikkelingsgerichte beoordelingen in kaart en bespreek je deze om je leren bij te kunnen sturen. De docent en/of slb-er vult de resultaten digitaal vast in het LBS, in de opleidingsboom. Ten aanzien van op tijd en (te) laat komen bij een toets Je dient op tijd aanwezig te zijn. Als je niet meer dan 10 minuten later komt, word je alsnog toegelaten, maar krijg je geen extra tijd. Als je meer dan 10 minuten te laat bent, word je niet meer toegelaten en moet je je volgens de regels afwezig melden. Ten aanzien van orde en rust tijdens een toets Zet je mobiele telefoon en/of mp3-speler uit en leg deze weg. Je krijgt instructies over de benodigde en/of toegestane hulpmiddelen. Leg deze voordat je begint klaar. Je mag alleen deze hulpmiddelen gebruiken. Je mag niet lenen van elkaar. Pas als je het startsein krijgt, mag je beginnen. Tijdens de afname mag je onderling niet praten, tenzij de beoordelingsvorm dit vereist. Als je iets wilt vragen aan de begeleider, maak je dit rustig kenbaar (bv. hand opsteken). Er wordt 15 en 5 minuten voor afloop een seintje gegeven over de nog resterende tijd. Zonder toestemming van de begeleider mag je de afnameruimte niet verlaten. Ten aanzien van het afronden van een toets Als je klaar bent, maak je dit rustig kenbaar en wacht je op het teken van de begeleider om je materiaal in te leveren. Lever alle onderdelen volgens de aanwijzingen van de begeleider in. Je mag bij een toets die in een groep wordt afgenomen op zijn vroegst 15 minuten na aanvang, je materiaal inleveren en de afnameruimte verlaten. Zet je paraaf op de deelnemerslijst.
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
30
Studiewijzer persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg 2015-2018
De regels die wij hebben rondom het construeren, vaststellen en uitvoeren van ontwikkelingsgerichte beoordelingen, het vaststellen van en beslissen over de beoordelingsresultaten en studievoortgang en het borgen van de kwaliteit van deze beoordelingen staan in het Handboek Examinering van het Noorderpoort. 5.2 KWALIFICEREND BEOORDELEN (EXAMEN) Op een gegeven moment zal blijken dat je voor een fase alle competenties beheerst. Je hoeft niet meer te leren maar het is tijd om te examineren. Bij een voldoende resultaat van het examen sluit je (een onderdeel van) de opleiding af en verklaren we je bewust - bekwaam. In plaats van examinering wordt ook wel gesproken van kwalificerend beoordelen. Als je via examinering alle kerntaken, werkprocessen en competenties hebt behaald, sluit je de beroepsspecifieke kwalificatie-eisen af. Het behalen van de competenties, de werkprocessen en de kerntaken doe je door middel van het behalen van de beroepsprestaties, het maken van een verantwoordingsverslag en het voeren van een assessmentgesprek. Dit noemen we de methodemix. Je mag examen doen als blijkt dat je je tijdens de opleiding voldoende hebt ontwikkeld. Dit gaat per fase. We kijken naar: je portfolio; behaalde resultaten in het beroepsspecifieke deel en in het algemeen vormend deel; voldoende school en stage uren. Als dit allemaal in orde is krijg je een GO van je studieloopbaanbegeleider. In een examenvergadering wordt vastgesteld of je mag opgaan voor je examenonderdelen. 5.2.1 VOORWAARDEN VOOR JE DIPLOMA Om in aanmerking te komen voor een diploma moet je aan alle exameneisen in het examenplan voldoen. Daarnaast moet je voor de volgende studieonderdelen minimaal een ‘voldoende’ behaald hebben: a. Loopbaan en Burgerschap conform Kwalificatie-eisen Loopbaan en Burgerschap 2012. b. Beroepspraktijkvorming (BPV). 5.2.2 BESLISREGELS VOOR EXAMINERING MBO-NIVEAU 4 Beroepsgerichte eisen Om het diploma te behalen moet elke kerntaak minimaal ‘voldoende’ zijn. Beroepspraktijkvorming Je dient een voldoende te behalen voor beroepspraktijkvorming. In de BPV-wijzer staat beschreven hoe je in de BPV wordt beoordeeld. De beroepspraktijkvorming (BPV) is met goed gevolg afgesloten als: - Alle beroepsspecifieke, in de praktijk beoordeelde examenonderdelen zijn behaald en - In het eindgesprek van de laatste BPV-periode de voortgangslijst minstens met ‘voldoende’ is beoordeeld en - aan de uren-eis voor de BPV, volgens de studiegids en praktijkovereenkomst, is voldaan.
GENERIEKE BESLISREGELS VOOR NEDERLANDS, ENGELS, REKENEN EN BURGERSCHAP Bij diplomering m.i.v. het schooljaar 2017-2018 geldt dat:
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
31
Studiewijzer persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg 2015-2018
Voor zowel Nederlands en Engels wordt het cijfer van het centrale examen en het cijfer van instellingsexamen gemiddeld tot één heel eindcijfer. Dit is het eindcijfer voor de onderdelen Nederlands en Engels. Voor rekenen is het cijfer van het centrale examen het eindcijfer (heel cijfer van 1 - 10). Van de drie cijfers voor Nederlandse taal, Engels en rekenen mag er één onvoldoende zijn, maar niet lager dan een 5. De andere twee cijfers moeten dan ten minste een 6 zijn.
Loopbaan en Burgerschap Voor alle dimensies van Burgerschap en voor Loopbaan dien je te hebben aangetoond met bewijzen aan dat je hebt voldaan aan de inspanningsverplichting. Beroepspraktijkvorming Je dient een voldoende te behalen voor beroepspraktijkvorming. In de BPV-wijzer staat beschreven hoe je in de BPV wordt beoordeeld. De beroepspraktijkvorming (BPV) is met goed gevolg afgesloten als: - Alle beroepsspecifieke, in de praktijk beoordeelde examenonderdelen zijn behaald en - het eindgesprek van de laatste BPV-periode minstens met ‘voldoende’ is beoordeeld en - aan de uren-eis voor de BPV, volgens de studiegids en praktijkovereenkomst, is voldaan. In paragraaf 5.3 vind je het examenplan. Hierin staat precies wat je moet doen voor je examen en wanneer. Het is belangrijk om dit goed door te lezen, zo weet je namelijk precies wat er van je wordt verwacht tijdens je opleiding. 5.2.3 EXAMENONDERDEEL: METHODEMIX Het onderwijsteam heeft in het voortgangsoverleg vastgesteld of jij kunt starten met een beroepsspecifiek examenonderdeel. Via je studieloopbaanbegeleider hoor jij of je deel mag nemen aan een beroepsspecifieke examenonderdeel. Beroepsspecifieke examenonderdelen zijn de beroepsprestaties, de verantwoordingsverslagen en de assessments. De laatste twee beroepsspecifieke examenonderdelen komen 2 keer voor gedurende de opleiding en hiermee sluit je een fase van de opleidnig af. In de slb lessen wordt je voorbereidt op de beroepsspecifieke examenonderdelen. Als je aan het examen wilt meedoen, dan meld je je aan bij het Examenbureau. Je studieloopbaanbegeleider zal je hier bij ondersteunen. Per mail ontvang je van je het Examenbureau een brief met daarin de datum en de beoordelaars van je examenonderdeel. Deze brief wordt ook naar je studieloopbaanbegeleider gestuurd. Zoals je hebt kunnen lezen zijn er meerdere examenonderdelen. Je hebt de kwalificerende beroepsspecifieke onderdelen. Deze zijn verdeeld over 2 fasen en daarvoor zijn verschillende examenmomenten gepland. De examinering van de beroepsspecifieke onderdelen vindt plaats met de methodemix. De methodemix bestaat uit drie verschillende onderdelen: 1. het maken van de kwalificerende beroepsprestaties in de BPV en op school; 2. het schrijven van een verantwoordingsverslag over enkele werkprocessen en competenties; 3. een afsluitend assessmentgesprek.
Beoordeling beroepsspecifieke examenonderdelen Alle drie de onderdelen van de Methodemix worden beoordeeld (gewaardeerd) met een 3-puntschaal: onvoldoende/voldoende/goed. In bijlage 1 vind je hier meer uitleg over de verschillende onderdelen van de methodemix en de wijze waarop de waardering plaatsvindt.
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
32
Studiewijzer persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg 2015-2018
Cesuur voor behalen van het examenonderdeel: Het examenonderdeel is behaald als tegelijk aan onderstaande voorwaarden is voldaan: Alle beoordelingen van de beoordelingslijst zijn ingevuld; Er komen in de beoordelingslijst geen beoordelingen met ‘O’ voor; De bewijzen voldoen aan de eisen. (‘Bewijzen’ aangegeven met ‘Ja’) In alle andere gevallen is de eindwaardering ‘Onvoldoende’ en is het examenonderdeel ‘Niet behaald’. Cesuur voor de eindwaardering indien het examenonderdeel is behaald: Bij de bewijzen is ‘Ja’ aangegeven EN minder dan 80% van de beoordelingsresultaten is ‘G’: Het examenonderdeel is behaald met de waardering: ‘Voldoende’. Bij de bewijzen is ‘Ja’ aangegeven EN minstens 80% van de beoordelingsresultaten is ‘G’: Het examenonderdeel is behaald met de waardering: ‘Goed’. Voorbereiding en voorwaarden deelname aan beroepsspecifieke examenonderdelen Met de beroepstaken van Factor-E bereid je je voor op de beroepsspecifieke examenonderdelen. Het hebben afgesloten van bepaalde beroepstaken van Factor-E is dan ook een voorwaarde om deel te kunnen gaan nemen aan een beroepsspecifieke examenonderdeel. In onderstaand schema vind je welke beroepstaken je van Factor-E je dient te hebben behaald (met tenminste een voldoende), voordat je kunt deelnemen aan een beroepsspecifieke examenonderdeel. FASE 1 Periode
Ontwikkelingsgerichte beroepsspecifieke deel Cursus
1 Observeren en rapporteren Communiceren met begrip
Cursus 2 Begeleiden van cliënten bij ADL voor MZ
Cursus 3 Integratie van de doelgroep in de wijk
Cursus 4 Levensboek Beroepsspecifieke examenonderdelen fase 1 1
BP 1.4 Begeleiden bij basisbehoeften
Voorwaarden afsluiten Fase 1 Fase 1 is behaald en afgesloten als: FASE 2 Periode 5
Ontwikkelingsgerichte beroepsspecifieke deel Cursus
Koppeling beroepsspecifieke examenonderdeel Voorbereiding op examenonderdeel: BP 1.4 Begeleiden bij basisbehoeften Bp’s fase 2 en 3 Voorbereiding op examenonderdeel: BP 1.4 Begeleiden bij basisbehoeften Voorbereiding op examenonderdeel: BP 1.4 Begeleiden bij basisbehoeften Bp’s fase 2 en 3 Voorbereiding op examenonderdeel: BP 1.4 Begeleiden bij basisbehoeften Voorbereiding op examenonderdeel: BP’s fase 2 en 3 Voorbereiding op examenonderdeel: BP 2.3 Bevorderen van de leefklimaat Voorbereiding op examenonderdeel: Bp’s fase 2 en 3 Voorbereiding op examenonderdeel: BP 2.3 Bevorderen van de leefklimaat Voorwaarden voor deelname aan examenonderdeel: De volgende onderdelen dienen te zijn afgerond met tenminste een voldoende: Cursus periode 1 t/m 3 Training Begeleiden van cliënten bij ADL voor MZ
het examenonderdeel (behorende bij fase 1) met tenminste een voldoende is behaald; het ontwikkelingsgerichte beroepsspecifieke deel is afgesloten van leerjaar 1;
Koppeling beroepsspecifieke examenonderdeel Voorbereiding op examenonderdeel: Voorbereiding op examenonderdeel:
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
33
Studiewijzer persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg 2015-2018
Voorbereiding op examenonderdeel: Voorbereiding op examenonderdeel: Cursus
Voorbereiding op examenonderdeel: Voorbereiding op examenonderdeel: Voorbereiding op examenonderdeel:
Cursus
Voorbereiding op examenonderdeel: Voorbereiding op examenonderdeel Voorbereiding op examenonderdeel: Voorbereiding op examenonderdeel:
6
7
8 Cursus Voorbereiding op examenonderdeel: Beroepsspecifieke examenonderdelen fase 2 Voorwaarden voor deelname aan examenonderdeel: Je mag niet eerder deelnemen aan een examenonderdeel van fase 2, voordat fase 1 en leerjaar 1 in zijn geheel zijn afgesloten De volgende onderdelen dienen te zijn afgerond met 1 BP 2.1 Omgaan met grensoverschrijdend gedrag tenminste een voldoende: De volgende onderdelen dienen te zijn afgerond met tenminste een voldoende: 2 BP 2.2 Begeleiden van een groep
3
BP 2.3 Bevorderen van de leefomgeving
4
Verantwoordingsverslag 1
5
Assessmentgesprek 1
Voorwaarden afsluiten Fase 2 Fase 2 is behaald en afgesloten als: FASE 3 Periode
De volgende onderdelen dienen te zijn afgerond met tenminste een voldoende: Beroepsprestaties 2.1, 2.2, 2.3, dienen te zijn afgesloten met een voldoende/goed Beroepsprestaties 2.1, 2.2, 2.3 dienen te zijn afgesloten met een voldoende/goed
de 5 examenonderdelen (behorende bij fase 2) met tenminste een voldoende zijn behaald; het ontwikkelingsgerichte beroepsspecifieke deel is afgesloten van leerjaar 2.
Ontwikkelingsgerichte beroepsspecifieke deel Cursus
Koppeling beroepsspecifieke examenonderdeel Voorbereiding op examenonderdeel: Voorbereiding op examenonderdeel: Voorbereiding op examenonderdeel Voorbereiding op examenonderdeel:
Cursus
Voorbereiding op examenonderdeel: Voorbereiding op examenonderdeel: Voorbereiding op examenonderdeel:
11
Cursus
Voorbereiding op examenonderdeel:
12
Cursus
Voorbereiding op examenonderdeel:
9
10
Beroepsspecifieke examenonderdelen fase 3 Voorwaarden voor deelname aan examenonderdeel: Je mag niet eerder deelnemen aan een examenonderdeel van fase 3, voordat fase 2 en leerjaar 2 in zijn geheel zijn afgesloten 1 BP 3.1 Methodisch begeleiden bij activiteiten 2 3
BP 3.2 Verdiepen in de doelgroep BP 3.3 Bevorderen van deskundigheid en kwaliteit
4
Verantwoordingsverslag 2
5
Assessmentgesprek 2
Beroepsprestaties 3.1, 3.2, 3.3 dienen te zijn afgesloten met een voldoende/goed Beroepsprestaties 3.1, 3.2, 3.3 dienen te zijn afgesloten met een voldoende/goed
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
34
Studiewijzer persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg 2015-2018
Voorwaarden afsluiten Fase 3 Fase 2 is behaald en afgesloten als:
de 5 examenonderdelen (behorende bij fase 3) met tenminste een voldoende zijn behaald; het ontwikkelingsgerichte beroepsspecifieke deel is afgesloten van leerjaar 2.
De rol van de bedrijven/instellingen bij het examen De BPV speelt een belangrijke rol in het beoordelen van beroepsspecifieke examenonderdelen. Alle beroepsprestaties dienen in stage te worden beoordeeld. In de BPV moet je namelijk in de uitvoering van je werkzaamheden laten zien dat je de competenties beheerst. In uitzonderlijke gevallen kan hiervan afgeweken worden. Dit wordt dan vastgelegd in de schoolexamencommissie. De assessmentgesprekken vinden bij voorkeur ook plaats met iemand uit het werkveld. Normering van het eindresultaat per kerntaak Op je diploma worden de resultaten van de verschillende beroepsspecifieke examenonderdelen omgezet naar resultaten per kerntaak. 5.2.4 EXAMENONDERDELEN: NEDERLANDS, REKENEN EN ENGELS Aan het eind van je opleiding word je geëxamineerd voor de generieke vakken Nederlands en rekenen. Nederlands wordt geëxamineerd door centrale examens van het CITO, aangevuld met schoolexamens. De verschillende onderdelen worden gemiddeld tot een eindcijfer. Voor rekenen is het cijfer van het centrale examen het eindcijfer (heel cijfer van 1 -10) De resultaten voor de examens Nederlands, Engels en rekenen tellen mee bij het uiteindelijk oordeel of je geslaagd bent. Voor diplomering vanaf 2017-2018 geldt: van de eindcijfers voor Nederlands, Engels en rekenen mag er één onvoldoende zijn (niet lager dan een 5), het andere twee eindcijfers moet ten minste een 6 zijn. Het behaalde resultaat wordt vermeld op de resultatenlijst behorende bij het diploma. Voor het onderdeel Engels: Generieke eisen Engels in deel B van het kwalificatiedossier: - ERK-niveau B1 voor de vaardigheden lezen en luisteren - ERK-niveau A2 voor de vaardigheden spreken, gesprekken voeren en schrijven Van de eindcijfers voor generieke onderdelen Nederlands, rekenen en Engels mag er één onvoldoende zijn (niet lager dan een 5), de twee andere eindcijfers moeten ten minste een 6 zijn.
5.2.5 EXAMENONDERDEEL: LOOPBAAN Binnen het generieke onderdeel loopbaan onderzoek je wat je kunt, wat je wilt, wat je nodig hebt om een plaats in de maatschappij te vinden die bij je past en aansluit op je mogelijkheden. Het onderdeel Loopbaan is opgenomen in de studieloopbaanuren. Loopbaan omvat de volgende onderdelen: Wat kan ik? (capaciteitenreflectie) Wat wil ik? (motivatiereflectie) Wat zijn de mogelijkheden binnen het werkveld (werkexploratie) Je planning gericht op de mogelijkheden van jezelf en het werkveld (loopbaansturing) Gericht contacten zoeken die je kunnen helpen om planning loopbaan uit te voeren (netwerken) Voor het onderdeel Loopbaan dien je de beoordelingslijsten van de leerprestaties te hebben afgetekend met tenminste een voldoende.
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
35
Studiewijzer persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg 2015-2018
5.2.6 EXAMENONDERDEEL: BURGERSCHAP Het hele jaar door houd je je bezig met generieke onderdelen van Burgerschap. Deze zijn in het rooster weggezet in met 1 lesuur per week. Burgerschap bestaat uit vier dimensies, dit zijn: de politiek-juridische dimensie de economische dimensie de sociaal-maatschappelijke dimensie de dimensie vitaal burgerschap Per dimensie zijn er twee aftekenkaarten. Alle aftekenkaarten dienen met een voldoende te worden afgesloten om te voldoen aan het vak Burgerschap. Het voldoen aan deze eisen is een voorwaarde voor het halen van je diploma.
5.2.7 REGELS OMTRENT KWALIFICEREND BEOORDELEN Herkansing voor beroepsspecifieke examenonderdelen Is de uitslag van een beroepsspecifieke examenonderdeel onvoldoende, dan heb je recht op één herkansing. Haal je de herkansing van een beroepsspecifieke examenonderdeel niet, dan kun je een extra herkansing (ultieme herkansing) aanvragen bij de schoolexamencommissie. Een ultieme herkansing voor beroepsspecifieke examenonderdelen wordt hooguit één keer in de opleiding toegekend. Uit de aanvraag voor een ultieme herkansing moet blijken dat bij de reguliere herkansing sprake was van bijzondere omstandigheden die invloed hadden op het resultaat. Het voortgangsoverleg van de opleiding moet de aanvraag ondersteunen met een positief advies. Registratie van examenresultaten Alle examenresultaten worden geregistreerd bij het examenbureau van de opleiding. De aldaar geregistreerde resultaten zijn bindend. Eén keer per jaar ontvang je een resultatenoverzicht. Als je van mening bent dat het overzicht niet klopt, moet je dit binnen 2 weken na ontvangst melden bij het examenbureau. Er wordt dan onderzocht of je gelijk hebt. Je ontvangt een schriftelijk besluit over jouw melding met, als je gelijk hebt, een nieuw resultatenoverzicht. Vrijstelling van examenonderdelen Eerder behaalde resultaten van beroepsspecifieke examenonderdelen kunnen alleen vrijstellend zijn voor dezelfde onderdelen van verwante opleidingen die op dezelfde manier examineren. Dit is ter beoordeling van de schoolexamencommissie. Vrijstelling voor een examenonderdeel Nederlandse taal of rekenen is alleen mogelijk als aan onderstaande voorwaarden is voldaan: De eenheid is niet langer dan 2 jaar geleden behaald bij een mbo-opleiding van hetzelfde of hoger niveau. Het resultaat is ten minste een 6.
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
36
Studiewijzer persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg 2015-2018
5.3 HET EXAMENPLAN Hieronder vind je het examenplan voor je opleiding. Het examenplan geeft een totaaloverzicht van alle verplichte examenonderdelen van de opleiding Persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg. In het examenplan kun je dus zien wat je moet doen om je diploma te behalen. Het examenplan van deze kwalificatie geeft een totaaloverzicht van alle verplichte examenonderdelen met de erbij behorende exameninstrumenten (methodemix) die worden ingezet. Het plan maakt duidelijk welke examens, in welke vorm door de student moeten worden afgelegd. Het examenplan is kader stellend voor toetsconstructeurs en toetsvaststellers. In het examenplan beroepsspecifiek staat per exameneenheid van links naar rechts het volgende beschreven: De kerntaak Het werkproces de naam van de exameneenheid De naam van het exameninstrument per exameneenheid De competenties die bij een werkproces horen De beroepsspecifieke kwalificatie-eisen voor Nederlands, Rekenen en MvT De examenlocatie waar het examen plaatsvindt. Het examenmoment en de duur van het examen Het scorevoorschrift De wegingsfactor voor elk examenonderdeel voor de berekening van het eindexamenresultaat per kerntaak Het examenplan is een onderdeel van de Onderwijs- en Examenregeling van het Noorderpoort (OER). Het hele document ligt ter inzage op de school.
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
37
Studiewijzer persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg 2015-2018
5.3.1 EXAMENPLAN BEROEPSSPECIFIEK (MET EEN BEOORDELINGSSTRUCTUUR MET INDIRECTE HERLEIDING NAAR EEN KERNTAAK) Het examenplan bestaat uit alle examenonderdelen volgens SCB (St. Consortium Beroepsonderwijs), versie 2012. Als hulpmiddel om het resultaat per examenonderdeel te bepalen een waarderingsblad gebruikt. Om het (eind-)resultaat per kerntaak te bepalen is een berekeningssystematiek toegevoegd volgens de laatste kolommen van het examenplan (weging per kerntaak) De examinering van de beroepsspecifieke exameneisen voor Nederlands en rekenen is geïntegreerd in het totaal van de beroepsgerichte examens. e
EXAMENPLAN: 1 deel; Fase 1+2
Kwalificatie en crebo:
Kwalificatiedossier en crebo:
NB: De resultaten in Fase 1+2 en 3 bepalen gezamenlijk het diplomaresultaat per kerntaak.
Persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg, 92661
Maatschappelijke Zorg, 22195
Examenvorm* in Titel van de exameneenheid methodemix
Code Exameneenheid
PR1 Proeve 1 waardering Kt 1 i.p.v. BP’s Fase 1+2
BsEx_MZ4gz:12-PR1 Kt1 *1
BsEx_ MZ4gz:12-PR1 Kt2
*1
*1
PR
PR1 Proeve 1 waardering Kt 2 *1 i.p.v. BP’s Fase 1+2
PR1 Proeve 1 waardering Kt 3 i.p.v. BP’s Fase 1+2
BsEx_ MZ4gz:12-PR1 Kt3 *1
*1
Werkprocessen en competenties WP 1.1: D,N. WP 1.2: E,J,M. WP 2.1: C,D,F,K. WP 2.2: C,L,R,T. WP 2.4: C,E,L,Q,U. WP 2.6: C,Q,U. WP 2.7: K,L,T. WP 3.1: K. WP 3.3: E,Q. WP 3.6: D,J,M. WP 2.1: C,D,F,K. WP 3.3: E,Q. WP 2.4: C,U. WP 3.3: E,Q. WP 3.6: D,J,M. WP 2.4: C,E,L,Q,U. WP 3.3: E,Q. WP 1.1: D,N. WP 1.2: E,J,M. WP 2.2: C,L,R,T. WP 3.6: D,J,M. WP 2.6: C,K,U. WP 3.1: K.
Wanneer?
Score Voorschrift
Minimaal nodig om te slagen
In BPV of op school
Eind Fase 2
O/V/G
V
In BPV of op school
Eind Fase 2
O/V/G
V
In BPV of op school
Eind Fase 2
O/V/G
V
In BPV of op school
In Fase 1 of 2
O/V/G
V
1
1
In BPV of op school
In Fase 2
O/V/G
V
1
1
In BPV of op school
In Fase 2
O/V/G
V
1
1
In BPV of op school
In Fase 2
O/V/G
V
1
1
In BPV of op school
In Fase 2
O/V/G
V
1
1
1
BsEx_MZ4gz:12-BP 1.4
BP
BP 1.4 Begeleiden bij basisbehoeften
BsEx_MZ4gz:12-BP 2.1
BP
BP 2.1 Omgaan met grensoverschrijdend gedrag
BsEx_MZ4gz:12-BP 2.2
BP
BP 2.2 Begeleiden van een groep
BsEx_MZ4gz:12-BP 2.3
BP
BP 2.3 Bevorderen van het leefklimaat
BsEx_MZ4gz:12-BP 2.4
BP
BP 2.4 Geven van advies en voorlichting
BsEx_MZ4gz:12-BP 2.5
BP
BP 2.5 Plannen en uitvoeren van verpleegtechnische vaardigheden
WP 2.7: K,L,T.
In BPV of op school
In Fase 2
O/V/G
V
BsEx_ MZ4gz:12-VV 1
VV
VV 1 Verantwoordingsverslag, Fase 1+2
WP 1.1: N. WP 2.1: F. WP 2.4: U.
In BPV of op school
Eind Fase 2
O/V/G
V
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
Weging in diplomaresultaat per kerntaak KT1 KT2 KT3 Als BP’s F1,2
Waar?
Als BP’s F1,2 Als BP’s F1,2
1
1
1
38
Studiewijzer persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg 2015-2018
BsEx_ MZ4gz:12-AG 1
AG
AG 1 Assessmentgesprek, Fase 1+2
WP 2.1: D. WP 2.2: C.
In BPV of op school
Eind Fase 2
O/V/G
V
1
*1 In de regel wordt geëxamineerd middels de (kwalificerende) BP’s. Bij gebruik van de proeve (PR) vervangt deze alle BP’s van deze fase(n). Vervolg beroepsspecifiek examenplan op de volgende pagina … EXAMENPLAN: vervolg..; Fase 3 NB: De onderdelen tellen samen met die uit Fase 1+2 voor behalen van het diploma.
Code Exameneenheid
Examenvorm* methodemix
Kwalificatie en crebo:
Kwalificatiedossier en crebo:
Persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg, 92661
Maatschappelijke Zorg, 22195
Titel van de exameneenheid
BsEx_ MZ4gz:12-PR2 Kt1 *2
PR 2 Proeve 2 waardering Kt 1 *2 i.p.v. BP’s Fase 3
BsEx_ MZ4gz:12-PR2 Kt2 *2
PR 2 Proeve 2 waardering Kt 2 *2 i.p.v. BP’s Fase 3 PR
PR 2 Proeve 2 waardering Kt 3 *2 i.p.v. BP’s Fase 3
BsEx_ MZ4gz:12-PR2 Kt3 *2
BsEx_MZ4gz:12-BP 3.1
BP
BP 3.1 Bevorderen van dagbesteding
BsEx_MZ4gz:12-BP 3.2
BP
BP 3.2 Verdiepen in de doelgroep
BsEx_MZ4gz:12-BP 3.3
BP
BP 3.3 Versterken van het netwerk
BsEx_MZ4gz:12-BP 3.4
BP
BP 3.4 Coördineren van de begeleiding
BsEx_ MZ4gz:12-VV 2
VV
VV 2 Verantwoordingsverslag, Fase 3
BsEx_ MZ4gz:12-AG 2
AG
AG 2 Assessmentgesprek, Fase 3
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
Werkprocessen en competenties WP 1.1: D,N. WP 1.2: E,J,M. WP 1.3: J,K,Q,R. WP 2.3: C,D,L,Q. WP 2.4: C,E,L,Q,U. WP 2.5: B,H,K. WP 2.6: C,K,U. WP 3.1: K. WP 3.2: T. WP 3.3: E,Q. WP 3.4: E,Q. WP3.5: J,L,Y. WP 3.6: D,J,M. WP 2.3: C,D,L,Q. WP 2.4: C,E,L,Q,U. WP 3.3: E,Q. WP3.5: J,L,Y. WP 3.1: K. WP 3.2: T. WP 3.6: D,J,M. WP 2.5: B,H,K. WP 2.6: C,K,U. WP 1.1: D,N. WP 1.2: E,J,M. WP 1.3: J,K,Q,R. WP 3.4: B,E,Q. WP 1.1: N. WP 2.5: H. WP 3.3: E. WP 2.3: C. WP 2.6: U. WP 3.6: D.
Eisen voor Beroepsspecifiek Ned, Eng, Rek.
Waar
Wanneer
Score Voorschrift
Weging in Minimaal diplomaresultaat nodig om per kerntaak te slagen KT 1 KT 2 KT 3 Als V BP’s F3
Geïntegreerd in het totaal van de beroepsgerichte examens
In BPV en op school
Tijdens Fase 3
O/V/G
Idem
In BPV en op school
Tijdens Fase 3
O/V/G
V
Idem
In BPV en op school
Tijdens Fase 3
O/V/G
V
Idem
In BPV en op school
Tijdens Fase 3
O/V/G
V
Idem
In BPV en op school
Tijdens Fase 3
O/V/G
V
Idem
In BPV en op school
Tijdens Fase 3
O/V/G
V
Idem
In BPV en op school
Tijdens Fase 3
O/V/G
V
1
Idem
In BPV en op school
Tijdens Fase 3
O/V/G
V
1
Idem
In BPV en op school
Tijdens Fase 3
O/V/G
V
Als BP’s F3
Als BP’s F3
1
1
1 1
39
1
1
1
1
1
Studiewijzer persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg 2015-2018 *1 In de regel wordt geëxamineerd middels de (kwalificerende) BP’s. Bij gebruik van de proeve (PR) vervangt deze alle BP’s van deze fase(n).
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
40
Studiewijzer persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg 2015-2018
2.2.1.b. Examenplan Certificeerbare eenheden EXAMENPLAN
Kwalificatie en crebo: Persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg, 92661
Certificeerbare eenheden Code Exameneenheid
Examenvorm*
Titel van de exameneenheid
CE_MZ4gz:12-CE1
n.v.t
CE1: Begeleiden bij dagbesteding
CE_MZ4gz:12-CE2
n.v.t.
CE2: Begeleiden bij wonen en huishouden
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
Werkprocessen en competenties WP 2.3: C,D, L,Q. WP 2.4: C,E,L,Q,V. WP 3.3: E,Q. WP3.6: D,J,M. WP 2.1: C,D,F,K. WP 2.2: C,L,R,T. WP 2.4: C,E,L,Q,U. WP 3.3: E,Q. WP 3.6: D,J,M.
Kwalificatiedossier en crebo: Maatschappelijke Zorg, 22195 CE is behaald als:
Score Voorschrift
Minimaal nodig om CE te halen
Uit Fase 3 zijn de 4 examenonderdelen BP 3.1, BP 3.2, VV 2 en AG 2, allen afgerond met tenminste ‘voldoende’.
O / V/ G
V
Uit Fase 1+2 zijn de 5 examenonderdelen BP 1.4, BP 2.1, BP 2.3, VV 1 en AG 1, allen afgerond met tenminste ‘voldoende’.
O / V/ G
V
41
Studiewijzer persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg 2015-2018
2.2.2 Examenplan Nederlandse taal generiek
Examenplan Nederlands mbo 4 Domein/ Vaardigheid
Scorevoorschrift
Weging Eindcijfer is geheel getal (gemiddelde van CE en instellingsexamens)
Afname-locatie
Examen
Luisteren
Cijfer op 1 decimaal achter de komma
50%
Examenlocatie Noorderpoort
CE 3F duur: 120 minuten 1 Digitaal examen
25%
Examenlocatie Noorderpoort of school
Lezen Schrijven Spreken Gesprekken voeren Taalverzorging
1
Cijfer (geheel getal) Cijfer (geheel getal) Cijfer (geheel getal) Geïntegreerd in examen schrijven
12,5% 12,5% n.v.t.
Examenlocatie Noorderpoort of school n.v.t.
TOA2 Nederlands schrijven 3F toets 1 GB (globale beoordeling, ingekort) duur: max. 60 min. Digitaal examen TOA Nederlands spreken 3F toets 1 IE3 Mondeling examen TOA Nederlands gesprekken voeren 3F toets 1 IE Mondeling examen
Opmerkingen
M.i.v. diplomering in 2015-2016 geldt dat er voor Nederlands en Engels minimaal een 5 en een 6 moet zijn behaald (in willekeurige volgorde).
n.v.t.
CE lezen en luisteren in één afnamemoment: 120 minuten, alleen CE verplicht vanaf halverwege de opleiding
2
Onderstaande examens zijn vastgesteld door een speciale vaststellingscommissie bestaande uit ervaren toetsvaststellers van het Albeda College, Grafisch Lyceum Utrecht, Landstede, Noorderpoort, Nova College, ROC de Leeuwenborgh, ROC de Leijgraaf, ROC Midden Nederland, ROC Rijn Ijssel, ROC van Amsterdam/ROC Flevoland tijdens een vaststelvergadering op 4 februari 2014 te Culemborg. Zie het verslag bij dit document. Bijbehorende formulieren liggen ter inzage bij het secretariaat van de stafdienst Onderwijs, Kwaliteitszorg en Innovatie (OKI). 3
Spreken/gesprekken voeren in één afnamemoment: inclusief beoordeling: 20 minuten, 2 cijfers
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
42
Studiewijzer persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg 2015-2018
2.2.3 Examenplan Rekenen generiek
Examenplan rekenen mbo 4 Domein/ vaardigheid
Scorevoorschrift
4
Afnamelocatie
Examen
5
Opmerkingen
Getallen Verhoudingen Nog niet bekend Meten/meetkunde
Examenlocatie Noorderpoort
Centraal examen 3F Duur: 120 minuten digitaal examen
Het resultaat van het rekenexamen telt m.i.v. 2015-2016 mee voor een diploma. Normering wordt nader bepaald.
Verbanden
4
Bij het schrijven van deze OER is nog niet precies bekend welk resultaat voor rekenen minimaal moet zijn behaald om te voldoen aan de slaag/zakregeling. Een student die minimaal een 6 heeft behaald voor het centraal examen rekenen in de tweede helft van de opleiding voldoet voor dit onderdeel in elk geval aan de slaag/zakregeling. Zodra duidelijk is hoe de slaag/zakregeling voor rekenen er definitief uit gaat zien, worden de studenten hierover geïnformeerd via een addendum bij deze OER. 5 Afname vanaf halverwege de opleiding.
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
43
Studiewijzer persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg 2015-2018
2.2.4
Examenplan Engels generiek
Examenplan Engels mbo 4 Domein/vaardigheid
ScoreVoorschrift
Weging eindcijfer geheel getal
Afnamelocatie
Examen
Herexamen
Pilot COE 6m.i.v. 2015-2016 of CE m.i.v. 2017-20187 Digitaal examen
Pilot COE of in bijzondere gevallen aan te vragen bij Examencommissie avo (ECAVO): TOA Engels luisteren B1 toets 2, duur: 37 min. Vanaf 2017-2018 alleen CE. Digitaal examen
Engels luisteren B1 Cijfer
50 %
Examenlocatie Noorderpoort of school
Pilot COE of in bijzondere gevallen aan te vragen bij Examencommissie avo (ECAVO): TOA Engels lezen B1 toets 2 duur: maximaal 50 min. Vanaf 2017-2018 alleen CE. Digitaal examen
Engels lezen B1
Engels schrijven A2
Cijfer (geheel getal)
Engels spreken A2
Cijfer (geheel getal)
Engels gesprekken voeren A2
Cijfer (geheel getal)
25%
Examenlocatie Noorderpoort of school
TOA Engels schrijven instellingsexamen A2 toets 18 (NI) (NB) (GB) duur: max. 60 min. Digitaal examen
TOA Engels schrijven Instellingsexamen A2 toets 2 (NI) (NB) (GB) duur: max. 60 min. Digitaal examen
12,5%
Examenlocatie Noorderpoort of school
TOA Engels spreken Instellingsexamen A2 toets 1 (NI) (NB) (GB)9 Mondeling examen
TOA Engels spreken Instellingsexamen A2 toets 2 (NI) (NB) (GB) Mondeling examen.
Examenlocatie Noorderpoort of school
TOA Engels gesprekken Instellingsexamen A2 toets 1 (NI) (NB) (GB) Mondeling examen
TOA Engels gesprekken Instellingsexamen A2 toets 2 (NI) (NB) (GB). Mondeling examen.
12,5%
Opmerking: m.i.v. diplomering in 2015-2016 geldt dat er voor Nederlands en Engels minimaal een 5 en een 6 moet zijn behaald (in willekeurige volgorde).
6
Pilot COE en CE lezen en luisteren in één afnamemoment: alleen Pilot COE en CE verplicht vanaf halverwege de opleiding M.i.v. 2017-2018 centrale examinering Engels: CE. M.i.v. 2015-2016 pilots COE Engels. 8 NI: Nederlandse instructie, NB/GB: Nederlandstalig globaal beoordelingsmodel 9 Spreken/gesprekken voeren A2 in één afnamemoment: inclusief beoordeling: 20 minuten 7
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
44
Studiewijzer Persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg 2014-2016
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
45
Bijlage 1 – Studiewijzer Persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg 2014-2016
BIJLAGE 1 Beoordelen van de examenonderdelen en het komen tot een resultaat op het diploma Vanaf cohort 2012 zijn Mbo-opleidingen verplicht op het diploma een resultaat per kerntaak te vermelden. Binnen het Noorderpoort gelden voor deze opleidingen de volgende regels: Voor de beroepsspecifieke examenexamenonderdelen wordt gebruik gemaakt van kwalificerende beroepsprestaties of proeves, verantwoordingsverslagen en assessmentgesprekken van Stichting Consortium Beroepsonderwijs. Door de mix van exameninstrumenten (methodemix) laat je zien dat je kennis, vaardigheden met daarbij de juiste houding bezit en in verschillende beroepssituaties bewust en bekwaam kunt handelen. Per examenonderdeel krijg je één eindwaardering (=resultaat); Een onvoldoende, voldoende of goed. Alle onderdelen moeten met minimaal een voldoende zijn beoordeeld. Zie examenplan in je studiewijzer/oer. Bij een onvoldoende heb je recht op één herkansing. Het laatste resultaat telt voor je diploma. De beroepsspecifieke examenonderdelen BP (Kwalificerende Beroepsprestatie) Een BP bestaat uit voorgeschreven opdrachten die gedurende een periode in de BPV worden uitgevoerd. Je wordt daarbij op één of meer werkprocessen (en daarbinnen op competentieniveau) beoordeeld. Over de nadere invulling van de opdrachten maak je vooraf afspraken met de school (BPV-docent) en de BPVinstelling. Indien beiden akkoord zijn volgt een ‘go’ voor de BP. De BP’s zijn verdeeld over ‘Fasen’ van de opleiding. In een 3-jarig traject komen de fasen ongeveer overeen met de studiejaren. PR (Proeve) Een PR bestaat uit voorgeschreven praktijkopdrachten waarbij in één periode alle BP’s van een Fase worden uitgevoerd en beoordeeld. De PR vervangt de uitvoering van BP’s uit een Fase; PR1 = Fase 1+2, PR2 = Fase 3. Een deel van de opdrachten, maar niet alle(!) kan evt. op school uitgevoerd worden. Over de nadere invulling van de opdrachten worden vooraf afspraken gemaakt. VV (Verantwoordingsverslag) Een VV bestaat uit voorgeschreven opdrachten waarbij je in een schriftelijk examenproduct aantoont in staat te zijn tot bewust bekwaam handelen in de beroepspraktijk en daarop kan reflecteren. Over de nadere invulling van de opdracht maakt je vooraf afspraken met de school en evt. de BPV-instelling. Bij akkoord volgt een ‘go’ voor het VV. De VV’s zijn gekoppeld aan ‘Fase 1+2’ (VV1) of ‘Fase 3’ (VV2) van de opleiding. In een 3-jarig traject komen de fasen ongeveer overeen met de studiejaren. AG (Assessmentgesprek) Een AG bestaat uit voorgeschreven opdrachten waarbij je in een gesprek (mondeling examen) aantoont in staat te zijn tot bewust bekwaam handelen in de beroepspraktijk en daarop kan reflecteren. De AG’s zijn gekoppeld aan ‘Fase 1+2’ (AG1) of ‘Fase 3’ (AG2) van de opleiding. In een 3-jarig traject komen de fasen ongeveer overeen met de studiejaren. De mogelijke eindwaarderingen Onvoldoende De student toont het gedrag zoals het staat beschreven in de beoordelingslijst niet of onvoldoende. Bij een onvoldoende geldt dat je een herkansing krijgt. Je krijgt duidelijk te horen wat je over moet doen/maken en binnen welke tijd dit moet gebeuren.
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
46
Studiewijzer persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg 2015-2018
Voldoende De student toont het gedrag zoals het staat beschreven in de beoordelingslijst voldoende aan. Goed De student presteert beter, laat meer zien, dan in de beoordelingslijst vereist wordt. De prestatie is boven de norm en wordt met goed beoordeeld. ONVOLDOENDE
VOLDOENDE
GOED
De student voldoet niet of onvoldoende aan: Het werken binnen de complexiteit van de beroepssituatie De mate van zelfsturing De mate van zelfstandigheid De eisen in de beoordelingslijst
De student voldoet voldoende aan: Het werken binnen de complexiteit van de beroepssituatie De mate van zelfsturing De mate van verantwoordelijkheid De eisen in de beoordelingslijst
De student voldoet goed (veel beter dan vereist) aan: Het werken binnen de complexiteit van de beroepssituatie De mate van zelfsturing De mate van verantwoordelijkheid De eisen in de beoordelingslijst
Hulpvragen voor het beoordelen van – GOED Handelt de student bewust bekwaam door inzicht te tonen in de situatie? Kan de student het eigen handelen goed verantwoorden? Is de student proactief door zelf initiatieven te nemen en adequaat te handelen? Deelt de student relevante kennis en inzicht? Is de student een gelijkwaardige collega? Geeft de student constructieve feedback met als doel de kwaliteit van het werk te verbeteren? Onderbouwing van de beoordeling De beoordelaar moet in duidelijke en in begrijpelijke taal beschrijven hoe hij/zij tot het oordeel is gekomen. Dit kan worden verduidelijkt met concrete voorbeelden van waargenomen gedrag. Als een onvoldoende wordt gegeven op het specifieke bewijsstuk of het verantwoordingsverslag, wordt door de beoordelaar duidelijk aangegeven wat maakt dat het onvoldoende is. Aan het einde van een assessmentgesprek wordt de beoordeling gegeven aan de hand van de beoordelingslijst. De beoordeling wordt toegelicht met voorbeelden uit het gesprek. Je weet als student dus precies waar je aan toe bent met de beoordeling. Hoe wordt beoordeeld en door wie? Elk werkproces behoort bij een kerntaak. Voorbeeld: wp 1.3 hoort bij kerntaak 1, wp 2.1 hoort bij kerntaak 2. Bijvoorbeeld: BP 1: De opdracht is zo beschreven dat je competenties bij werkproces 1.1 en 1.3 + werkproces 2.4 + werkproces 3.1 kunnen worden beoordeeld. Het gaat dan over werkprocessen uit drie verschillende kerntaken. De beoordeling gebeurt door de werkbegeleider op de werkvloer. Deze ziet jou immers werken en beoordeelt jouw handelen aan de hand van de beoordelingslijst. Dit is één deel van de beoordeling. Daarnaast moet je één of meerdere specifieke bewijsstukken maken zoals een activiteitenplan. Het bewijsstuk gaat over kennis, vaardigheden en houding.
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
47
Studiewijzer persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg 2015-2018
De werkbegeleider leest het bewijsstuk en tekent ervoor dat het jouw eigen bewijsstuk is dat vanuit de stage tot stand is gekomen. Je krijgt van je werkbegeleider feedback maar dit is geen beoordeling! De beoordeling van het specifieke bewijsstuk gebeurt op school door een vakinhoudelijk deskundige docent. Hiervoor zijn controlelijsten ontwikkeld. We hebben gekozen voor deze werkwijze omdat we vinden dat we als school samen met het werkveld verantwoordelijk zijn voor jouw beoordeling. De uiteindelijke handtekeningen op de beoordelingslijsten worden geplaatst als zowel de werkbegeleider als de bpv-docent alle informatie bij elkaar heeft. Je hebt vereist gedrag laten zien en hebt bewijsstukken gemaakt die dit gedrag ondersteunen. De bewijzen zijn met minimaal een voldoende beoordeeld om over te gaan tot een beoordeling op de beroepsprestatie. De beoordeling wordt met jou doorgesproken en de formulieren worden definitief ingevuld en ondertekend. De ondertekening gebeurt in aanwezigheid van student, werkbegeleider en docent. Hoe komen we tot een eindwaardering/resultaat op de beroepsprestatie? De beoordeling voor de beroepsprestatie geldt voor alle werkprocessen die binnen die beroepsprestatie zijn beoordeeld. Als alle beoordelingen binnen een beroepsprestatie met Voldoende zijn beoordeeld krijg je een Voldoende als beoordeling voor dit examenonderdeel. Als je voor 80% of meer boven de norm hebt gepresteerd dan krijg je een Goed als beoordeling voor de beroepsprestatie. Deze goed telt dan mee binnen alle kerntaken zoals beschreven in de beroepsprestatie.( soms 1 kerntaak en soms meer) Op deze manier worden alle examenonderdelen: beroepsprestaties, verantwoordingsverslagen en assessmentgesprekken beoordeeld en geregistreerd. Uiteindelijk worden de beoordelingen opgeteld. Als je binnen een kerntaak meer dan 50% GOED hebt gescoord dan wordt het diplomaresultaat voor de kerntaak een GOED. Scoor je 50% of lager dan krijg je een Voldoende voor de kerntaak. Alle examenonderdelen moeten uiteraard wel met een voldoende zijn afgesloten.
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
48