STUDIEWIJZER 2015-2017 OPLEIDING HELPENDE ZORG EN WELZIJN – NIVEAU 2
Nummer kwalificatiedossier:
22189
Versie kwalificatiedossier: 2014
Naam kwalificatiedossier: Helpende Zorg en Welzijn CREBO nummer kwalificatie: 92640 Naam kwalificatie: Helpende Zorg en Welzijn Naam Kenniscentrum: Calibris Leerweg: Aantal geprogrammeerde SBU: Aantal leerjaren: BOL 3200 2 √ BBL School voor: Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam Teamcode: BOA06
Studiewijzer Helpende Zorg en Welzijn 2015-2017
VOORWOORD Welkom op het Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam. Met deze studiewijzer willen we je goed informeren over het beroep en de opleiding die je gaat volgen bij ons op het Noorderpoort. Je bent gestart met de opleiding Helpende Zorg en Welzijn niveau 2. Dit is een beroepsopleiding. Wij willen je graag begeleiden naar succes, dit staat bij ons voorop. Succes zien wij als het afronden van een beroepsopleiding en het toetreden tot de arbeidsmarkt, of het doorstromen naar een vervolgopleiding. Tijdens je studie zal naar voren komen wat haalbaar voor jou is. Wij wensen je veel succes bij het werken aan je toekomst. Team Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
2
Studiewijzer Helpende Zorg en Welzijn 2015-2017
INHOUDSOPGAVE Inleiding ..............................................................................................................................................4 1. Informatie over de school ................................................................................................................5 1.1 Onze school ........................................................................................................................................... 5 1.2 Wettelijke regelgeving .......................................................................................................................... 5 2. Informatie over het beroep ..............................................................................................................8 2.1 Werken als Helpende Zorg en Welzijn (HZW) ....................................................................................... 8 2.2 Belangrijke eigenschappen voor een Helpende Zorg en Welzijn .......................................................... 9 3. Alles over de opleiding ................................................................................................................... 10 3.1 Uitgangspunten van de opleiding ....................................................................................................... 10 3.2 De hoofdonderdelen van je opleiding................................................................................................. 10 3.3 Instroom en doorstroom..................................................................................................................... 13 3.4 Hoe ziet je lesprogramma op school eruit? ........................................................................................ 13 3.5 Studieduur en studiebelasting ............................................................................................................ 15 3.6 De opleiding in schema .................................................................. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. 3.7 Jaarplanning 2015-2016 ...................................................................................................................... 24 4. Alles over begeleiden ..................................................................................................................... 25 4.1 Begeleiding bij het leren ..................................................................................................................... 25 4.2 Begeleiding bij een handicap, stoornis of belemmering ..................................................................... 26 4.3 Bijspijkeren van Nederlands en Rekenen............................................................................................ 26 4.4 Eerder stoppen met de opleiding ....................................................................................................... 26 5. Alles over beoordelen .................................................................................................................... 27 5.1 Ontwikkelingsgericht beoordelen ....................................................................................................... 27 5.2 Kwalificerend beoordelen ................................................................................................................... 31 5.3 Het examenplan .................................................................................................................................. 37
BIJLAGE 1
Beoordelen van de examenonderdelen en het komen tot een resultaat op het diploma
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
3
Studiewijzer Helpende Zorg en Welzijn 2015-2017
INLEIDING In deze studiewijzer staat veel informatie over de opleiding Helpende Zorg en Welzijn. Om het allemaal makkelijk te kunnen vinden en te kunnen lezen, hebben we het in een aantal hoofdstukken verdeeld: 1. Informatie over de school 2. Informatie over het beroep 3. Alles over de opleiding 4. Alles over de begeleiding 5. Alles over beoordeling Bewaar deze studiewijzer goed. Het is een hulpmiddel waarin je veel informatie kunt vinden die voor jou erg belangrijk is. Als je vragen hebt dan kun je die altijd stellen aan je docent, je studieloopbaanbegeleider, je teammanager of bij de balie van de receptie. Veel succes met de studie en een prettige tijd toegewenst op het Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam!
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
4
Studiewijzer Helpende Zorg en Welzijn 2015-2017
1. INFORMATIE OVER DE SCHOOL Het Noorderpoort is een Regionaal Opleidingen Centrum (ROC) voor middelbaar beroepsonderwijs (MBO) en volwasseneducatie. Het is een van de grootste ROC’s in Nederland. In bijna alle grote plaatsen in de provincie Groningen (bv. Groningen, Stadskanaal, Veendam enz.) vind je wel een Noorderpoort. Zelfs buiten de provincie. Bij het Noorderpoort kun je veel leren. Er zijn veel opleidingen en cursussen. Je kunt kiezen uit: • MBO • Volwassenonderwijs • Cursussen, trainingen en opleidingen voor particulieren en bedrijven Bij het MBO heb je 4 niveaus: Niveau 1: Entree Niveau 2: Basis Beroepsbeoefenaar Niveau 3: Vakfunctionaris Niveau 4: Middenkaderfunctionaris/Specialist Enkele voorbeelden van opleidingen binnen het MBO zijn bijvoorbeeld: • Entree niveau 1 van het MBO • Helpende niveau 2 van het MBO • Receptioniste/telefoniste niveau 2 van het MBO De niveaus zijn natuurlijk verschillend als het gaat om moeilijkheid, duur van de studie, duur van de stage en opleiding. Als je een niveau gehaald hebt, kun je verder naar een volgend niveau. 1.1 ONZE SCHOOL Onze school heet officieel “Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam”. We vormen samen met Noorderpoort EEMSDOLLARD | Energy & Maritime in Delfzijl één school. In Appingedam worden meerdere opleidingen aangeboden. Op niveau 1 zijn dat de Entree opleidingen. Daarnaast hebben we administratieve opleidingen, opleiding in de detailhandel en opleidingen binnen Zorg en Welzijn. In totaal gaan er ongeveer 350 studenten aan de Opwierderweg naar school. Naast deze studiewijzer is er ook onze schoolgids. Hierin vind je meer informatie over bijvoorbeeld examenzaken, de begeleiding, schoolregels, bijzondere procedures zoals meldingen aan de leerplichtambtenaar of de RMC-medewerker. Je vindt de schoolgids op: www.noorderpoort.nl -> tabblad leerlinginfo, schoolgids. 1.2 WETTELIJKE REGELGEVING Je bent enthousiast gestart met je opleiding. Je gaat werken aan je eigen toekomst en straks ben je met een diploma op zak klaar voor de arbeidsmarkt. Noorderpoort helpt je graag om je doel te bereiken. Wij gaan er van uit dat je studie leuk is, dat jij het fijn vindt op school en dat je studie zonder problemen verloopt. Gedurende je studie kan het echter voorkomen dat je toch tegen zaken aan loopt. Zij het vanuit jezelf of dat school het ergens niet mee eens is. Dan is het voor jou belangrijk om na te kunnen lezen wat je rechten en plichten zijn. Hieronder staat de wettelijke regelgeving. Er wordt onder elk kopje kort uitgelegd wat de regeling inhoudt en waar je de officiële documenten vindt. Noorderpoort Onderwijsovereenkomst (OWO)
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
5
Studiewijzer Helpende Zorg en Welzijn 2015-2017
Elke student bij het Noorderpoort ondertekent voor aanvang van de studie een Onderwijsovereenkomst. Bij de Onderwijsovereenkomst horen Algemene Voorwaarden waarin de rechten en plichten van zowel Noorderpoort als van de student staan. De studentenraad heeft instemmingsrecht op de algemene voorwaarden van de OWO. POK (Praktijkovereenkomst) Een deel van je beroepsopleiding bestaat uit beroepspraktijkvorming (BPV). Je gaat dan daadwerkelijk in een bedrijf aan de slag om vaardigheden te oefenen. Soms doe je ook examen in de BPV. Voor aanvang van de BPV onderteken je een Praktijkovereenkomst (POK). In de Algemene Voorwaarden bij de POK staan je rechten en plichten tijdens de BPV. Noorderpoort Deelnemersstatuut In het deelnemersstatuut staan de algemene rechten en plichten van zowel de student als Noorderpoort. De studentenraad heeft instemmingsrecht op het deelnemersstatuut. Algemene Klachtenregeling Noorderpoort Voor gevallen van onvrede die uitmonden in een klacht heeft Noorderpoort een klachtenregeling. Informatie hierover vind je op de website van Noorderpoort.
www.noorderpoort.nl studentinfo klachten
Noorderpoort Examenreglement De OER is leidend voor het onderwijsprogramma en de examinering. Bij het examenplan in de OER hoort het Noorderpoort Examenreglement. Hierin staan de rechten en plichten ten aanzien van examinering voor zowel Noorderpoort als de student beschreven, evenals de klachtenprocedure met betrekking tot examinering. De OER (Onderwijs- en examenregeling) Op basis van het kwalificatiedossier maakt de opleiding de onderwijs- en examenregeling (OER). Dit is een document waarin de kwalificatie-eisen en het examenplan van een mbo-opleiding per kwalificatie staan beschreven. Ook de eisen voor Nederlandse taal, Rekenen, Moderne vreemde talen en Loopbaan en Burgerschap staan hierin vermeld. Je moet als student aan de kwalificatie-eisen van de OER voldoen. Elke mbo-opleiding is verplicht om dit document vóór aanvang van de opleiding aan jou ter beschikking te stellen. Cohort De OER wordt elk jaar voor het nieuwe cohort opnieuw gemaakt en geldt in principe voor de duur van de gehele opleiding. Een cohort is een groep studenten die start in het eerste jaar van de opleiding. De OER en de studiewijzer gelden voor de gehele studieduur van de opleiding en zijn ook van toepassing op studenten (zij instromers) die later instromen in deze groep. De studiewijzer wordt eveneens voor elk nieuw cohort gemaakt. Tussentijdse wijzigingen OER Soms gebeurt het dat een onderwijsprogramma of een examenplan gedurende de opleiding wijzigt. Dit kan veroorzaakt worden door wijzigingen in de landelijke, wettelijke regelgeving, maar bijvoorbeeld ook door het introduceren van een nieuwe leermethode waardoor het examenplan van de opleiding aangepast moet worden. Over belangrijke wijzigingen/aanpassingen word je als student tijdig geïnformeerd. Als je van cohort wisselt is de OER van het nieuwe cohort waarin je instroomt van toepassing. Je moet dan aan de kwalificatie-eisen van die OER voldoen.
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
6
Studiewijzer Helpende Zorg en Welzijn 2015-2017
De Studiewijzer Deze Studiewijzer en de OER van de opleiding horen bij elkaar. In deze studiewijzer staat gedetailleerde informatie over de onderwijsactiviteiten die gedurende de opleiding worden aangeboden en de leerstof. Je vindt hierin ook op welke wijze de studievoortgang wordt gemeten en hoe de student wordt begeleid. Bovendien bevat deze studiewijzer algemene informatie over Noorderpoort en over jouw school. Alle bijbehorende documenten Alle formele documenten die horen bij de regelgeving vind je op de website van Noorderpoort. Kwalificatiedossier Elke mbo-opleiding is gebaseerd op een landelijk kwalificatiedossier dat door de minister van Onderwijs is vastgesteld. In dit dossier staat globaal wat het beroepsdeel van de opleiding inhoudt en waaraan je moet voldoen om je diploma te behalen.
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
www.noorderpoort.nl studentinfo regelgeving
www.kwalificatiesmbo.nl
7
Studiewijzer Helpende Zorg en Welzijn 2015-2017
2. INFORMATIE OVER HET BEROEP De opleiding Helpende Zorg en Welzijn is een opleiding op basis beroepsbeoefenaar niveau (MBO niveau 2). Je leert om te gaan werken in de sectoren Zorg én Welzijn. In de opleiding kun je er zelf voor kiezen of je meer in de Zorg wilt leren of meer in Welzijn. In dit hoofdstuk vind je informatie over het werkveld van de Helpende Zorg en Welzijn. 2.1 WERKEN ALS HELPENDE ZORG EN WELZIJN (HZW) Met jouw algemene opleiding kun je zorg bieden aan allerlei cliënten/zorgvragers. Mensen met een (chronische) ziekte, psychiatrische problemen, verslaving of een handicap. Dit kunnen ouderen, volwassenen, jeugdigen, kinderen en pasgeborenen zijn. Je werkt vaak samen met de mantelzorgers of hebt te maken met wettelijke vertegenwoordigers van de cliënt/zorgvrager. Dat kunnen familieleden zijn, maar ook andere verzorgers. Je ondersteunt of begeleidt de cliënt/zorgvrager thuis of in een andere woonomgeving, maar je kunt ook bij of voor een groep cliënten/zorgvragers werken. In een zorg- of welzijnsinstelling werk je samen met collega's, maar heb je ook vaak te maken met andere hulpverleners, zoals verzorgenden en sociaal agogisch werkers. Deze functie kom je in veel vormen tegen: • In de gehandicaptenzorg ben je assistent-begeleider gehandicapten of groepshulp. • In de thuiszorg kom je de functies helpende thuiszorg, bejaarden helpende of verzorgingshulp B tegen. • In het ziekenhuis vind je de voedingsassistent (deze verleent ook assistentie bij algemene dagelijkse • levensbehoeften van de cliënt/zorgvrager). • In de kinderopvang ben je assistent. Helpende Zorg & Welzijn is een verantwoordelijke baan waar je soms onder tijdsdruk werkt. Maar voor jouw inspanningen krijg je veel terug: cliënten/zorgvragers die blij zijn met jouw hulp en de fijne leefomstandigheden die jij hebt helpen creëren. In hun thuissituatie of in de zorg- of welzijnsinstelling. Je kunt echt een verschil maken in de kwaliteit van leven. 2.1.1 • • • • • • • • • •
WERKZAAMHEDEN DIE HOREN BIJ DE HELPENDE ZORG EN WELZIJN
Je verleent zorg en ondersteuning aan cliënten/zorgvragers en begeleidt ze bij wonen en welzijn. Je stelt een werkplanning op van jouw werkzaamheden, op basis van een al vastgesteld zorg-, leef-, begeleidings- of activiteitenplan. Je ondersteunt bij het opruimen, schoonmaken en de zorg voor een fijne leefomgeving. Soms neem je die taken geheel over van de cliënt/zorgvrager. Je ondersteunt een cliënt/zorgvrager bij dagelijkse bezigheden als eten en drinken en verplaatsen. Daarbij houd je rekening met wat deze zelf wil of kan doen. Je werkt vanuit de gedachte dat de cliënt/zorgvrager zelf de regie wil voeren over zijn leven. Afhankelijk van wat jouw cliënt nodig heeft, ondersteun je bij hun persoonlijke verzorging, zoals wassen en aankleden. Ook bij emotionele problemen sta je voor jouw zorgvrager klaar. Dat gebeurt vaak tijdens je werk, maar daar mag je ook best apart de tijd voor nemen. Je ondersteunt de cliënt/zorgvrager bij de keuze van een activiteit en het vervoer ernaartoe. Je helpt collega's bij het organiseren van activiteiten zoals spel/recreatie, educatie en werk. Je overlegt je werkzaamheden regelmatig met collega's, de mantelzorger (dit zijn vaak naasten van de cliënt/zorgvrager) of de wettelijke vertegenwoordigers van de cliënt/zorgvrager.
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
8
Studiewijzer Helpende Zorg en Welzijn 2015-2017
•
Door met collega's en je leidinggevende over je werkzaamheden te praten en je te laten bijscholen (deskundigheidsbevordering), kun je de kwaliteit van dit beroep ook nog eens verbeteren.
2.1.2
WAAR KUN JE AAN DE SLAG?
Als Helpende Zorg en Welzijn werk je in de verpleging en verzorging en/of in het sociaal agogisch werk. Met je diploma kun je in de volgende branches aan de slag: • verpleeg- en verzorgingshuizen en thuiszorg • ziekenhuizen • maatschappelijke dienstverlening • welzijnswerk • kinderopvang • jeugdzorg • gehandicaptenzorg • geestelijke gezondheidszorg • basisonderwijs 2.2 BELANGRIJKE EIGENSCHAPPEN VOOR EEN HELPENDE ZORG EN WELZIJN Als aankomend Helpende Zorg en Welzijn is het belangrijk dat: Je bent geïnteresseerd in jonge en oude mensen, met uiteenlopende sociale en medische problemen en steeds andere wensen en behoeften. Je handelt altijd in het belang van je cliënt/zorgvrager, stimuleert zelfredzaamheid en je kunt je goed in zijn of haar situatie inleven. Je kunt goed met de cliënt/zorgvrager communiceren en behandelt hem met respect. In jouw werk zit een goed systeem, waarbij je nauwkeurig bent en resultaatgericht. Je bent stressbestendig en prima in staat om je eigen grenzen en die van anderen te bewaken. Je werkt zelfstandig, maar volgens vaste protocollen, op afgesproken tijden en in opdracht van een leidinggevende. Je werkt volgens een plan(ning), nauwkeurig en resultaatgericht en je let op de kosten die je maakt. Ook kun je goed samenwerken met de mantelzorgers/wettelijke vertegenwoordigers en je collega's. Je maakt gebruik van de beroepscode en richtlijnen van de instelling waar je werkt.
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
9
Studiewijzer Helpende Zorg en Welzijn 2015-2017
3. ALLES OVER DE OPLEIDING De Helpende Zorg en Welzijn opleiding gaat uit van het kwalificatiedossier Helpende Zorg en Welzijn 2014, de kwalificatie-eisen loopbaan en burgerschap mbo (versie 2012-2013) en van het Referentiekader taal en rekenen. In deze documenten zijn de eisen vastgelegd waaraan de opleiding moet voldoen voor het verkrijgen van het diploma. Je hebt gekozen voor een BOL opleiding op niveau 2. Dat betekent dat je naar school gaat en daarnaast stage volgt. De eerste 21 weken van de opleiding ga je alle dagen naar school en daarna ga je 3 dagen naar school en 2 dagen in stage. In het tweede leerjaar loop je 21 weken 3 dagen stage. De opleiding is een traject van 2 jaar. Dit houdt in dat je 3200 SBU (studiebelastingsuren) moet besteden aan je opleiding. Je hebt minimaal 850 klokuren contacttijd. Dit is school en stage. 3.1 UITGANGSPUNTEN VAN DE OPLEIDING De opleiding Helpende Zorg en Welzijn is een beroepsopleiding. Je gaat een beroep leren. Elke beroepsopleiding bestaat uit kerntaken, werkprocessen en competenties. Deze staan beschreven in het kwalificatiedossier. Je kunt het kwalificatiedossier vinden op de website: www.kwalificatiesmbo.nl. De opleiding Helpende Zorg en Welzijn bestaat uit 3 kerntaken: • Kerntaak 1: Bieden van zorg en ondersteuning op basis van een werkplanning • Kerntaak 2: Ondersteunen bij het zelfstandig functioneren • Kerntaak 3: Uitvoeren van organisatie- en professie gebonden taken Aan iedere kerntaak zijn een aantal werkprocessen en competenties gekoppeld. Een competentie is een geheel van kennis, vaardigheden en gedrag in een bepaalde situatie. Kennis
Houding
Vaardigheden
Competentie
3.2 DE HOOFDONDERDELEN VAN JE OPLEIDING Je opleiding is grofweg opgebouwd uit twee hoofdonderdelen: • Beroepsspecifieke deel • Algemeen vormend deel 3.2.1 HET BEROEPSSPECIFIEKE DEEL Het beroepsspecifieke deel bestaat uit vijf leerlijnen. In de opleiding werk je met de methode Factor-E. De methode Factor-E is opgebouwd uit zestien beroepstaken. Een beroepstaak is opgebouwd uit leertaken. Deze leertaken vind je terug in de verschillende leerlijnen. Regielijn De regielijn is de lijn waarin je gecoacht wordt. Je krijgt een vast studieloopbaanbegeleider (slb-er) en deze is tegelijkertijd ook je BPV docent. Je slb-er bewaakt je aan- en afwezigheid, begeleidt je tijdens je studie en in stage. In het hoofdstuk ‘Alles over de begeleiding’ lees je hier meer over.
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
10
Studiewijzer Helpende Zorg en Welzijn 2015-2017
Bij het vak studieloopbaanbegeleiding gaat het om jouw loopbaan. Loopbaan is de ontwikkeling en vooruitgang die je maakt op het gebied van studie en werk. Om uit te vinden welke loopbaan bij jou past wordt er gekeken naar jouw kwaliteiten en eigenschappen, mogelijkheden, waarden en jouw motivatie. Verder wordt er gekeken welke mogelijkheden er voor je op de arbeidsmarkt zijn en welke vervolgopleidingen er zijn. De volgende onderdelen zullen in de lessen worden aangeboden: • Wat kan ik? (capaciteitenreflectie) • Wat wil ik? (motivatiereflectie) • Wat zijn de mogelijkheden binnen het werkveld (werkexploratie) • Je planning gericht op de mogelijkheden van jezelf en het werkveld (loopbaansturing) • Gericht contacten zoeken die je kunnen helpen om planning loopbaan uit te voeren (netwerken) Ook worden er in de lessen groepsgesprekken gehouden om ervoor te zorgen dat er een goede sfeer is in de klas. Verder wordt je in de lessen voorbereid op je stage en wordt er uitgelegd hoe je de opdrachten in stage kan maken. Ook wordt er in de lessen besproken hoe het op stage gaat, dit noemen we intervisie. Daarnaast ga je 2 leerprestaties maken. De eerste zal over jouw manier van leren gaan en de tweede gaat over samenwerken. Ook zal alles omtrent examinering worden uitgelegd tijdens de lessen. Kennislijn In de kennislijn ga je aan de slag met de cursus uit een beroepstaak. In een cursus wordt de theorie behandeld. Hierbij staat de vakinhoudelijke kennis centraal. Het gaat in de cursus om de achtergronden en definities. Je kunt op een actieve manier kennis gaan op doen. Niet alleen door te lezen en te luisteren, maar juist door te doen. De cursus bestaat daarom uit veel en verschillende opdrachten waarmee je alleen of in groepjes aan de slag kunt. Een cursus wordt altijd afgesloten met een schriftelijke toets. Soms maak je ook nog een beroepsproduct over de cursus. Vaardighedenlijn In de vaardighedenlijn staan een aantal onderdelen van je opleiding centraal. Allereerst zijn dit de trainingen uit de beroepstaken. In een training staat het handelen en het ontwikkelen van vaardigheden centraal. Je oefent op een actieve manier met de vaardigheden. Iedere training bevat meerdere opdrachten. Je oefent de vaardigheden individueel of in groepsverband. Naast de trainingen heb je ook nog andere vakken die vallen onder de vaardighedenlijn. Dit zijn o.a. de vakken Sociale vaardigheden en Tehatex. Bij sociale vaardigheden leer je hoe je goed kunt omgaan met anderen. Je leert onder andere jezelf voor te stellen, gesprekken te voeren, opkomen voor jezelf en feedback geven en ontvangen. Het vak sluit je af door middel van het maken van opdrachten. Tehatex is een creatief vak. Het staat voor Tekenen, Handvaardigheid en Textiel. Hier leer je hoe je gebruik kunt maken van verschillende materialen en ben je bezig met het ontwikkelen van je eigen creativiteit. Integrale lijn In de integrale lijn ga je aan de slag met het project uit een beroepstaak. In het project staat het hele proces van een taak van een beroepsbeoefenaar centraal. Een project wordt op school uitgevoerd. Je werkt in een groepje aan een opdracht van een simulatie opdrachtgever. In een project komen kennis, vaardigheden en inhoud samen. Je sluit een project af met een zogenoemde ‘oplevering’. BPV lijn In de praktijk leer je minstens zo veel als op school. Daarom is de BPV altijd een verplicht deel van de opleiding. BPV staat voor BeroepsPraktijkVorming. Tijdens de BPV doe je ervaring op met werken, je past het geleerde toe in de praktijk, je oefent als het ware, je verbetert je Nederlands en je leert beter om te gaan met mensen.
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
11
Studiewijzer Helpende Zorg en Welzijn 2015-2017
Er wordt altijd een contract, Praktijkovereenkomst (POK) afgesloten met jouw BPV-plaats. Elke BPV-plaats heeft een soort stempel waardoor zeker is dat het een goede BPV-plaats is. Het bedrijf moet bijvoorbeeld tijd en ruimte hebben om jou te begeleiden en te beoordelen. De BPV-plaats is dus erkend als BPV-plaats. Zonder POK ben je niet verzekerd bij een ongeval op je stageplaats, het is dus heel belangrijk om hier zorgvuldig mee om te gaan. In de BPV-lijn ga je aan de slag met de BPV-opdrachten uit de beroepstaken. Deze opdrachten zijn om te oefenen. Want naast deze opdrachten ga je in de BPV ook aan de slag met de beroepsspecifieke examenonderdelen van je opleiding. Dit doe je door het maken van beroepsprestaties, verantwoordingsverslagen en assessments. In het hoofdstuk ‘Alles over de beoordeling’ lees je hier meer over.
3.2.2 HET ALGEMEEN VORMEND DEEL Naast het beroepsspecifieke deel heb je ook een algemeen vormend deel. Hierin krijg je Nederlands, rekenen, burgerschap en computervaardigheden. Taal en rekenen Taal en rekenen zijn basisvaardigheden. Iedereen heeft ze nodig in het dagelijks leven. Zeker niet alleen op school, maar bijvoorbeeld ook bij het boodschappen doen, het reizen met de trein, het aanvragen van studiefinanciering of het halen van een rijbewijs. En natuurlijk ook om je beroepsopleiding goed te kunnen volgen en je beroep met succes uit te kunnen oefenen. Veel jongeren zijn onvoldoende taal- en rekenvaardig en dat belemmert het functioneren in de maatschappij en het bedrijfsleven. Om dit te verbeteren is landelijk een onderwijsbreed intensiveringsprogramma taal & rekenen gestart. Voor het hele onderwijs, van primair tot hoger onderwijs, zijn zogenaamde generieke eisen voor Nederlandse taal en rekenen geformuleerd. Iedere student die een mbo-diploma wil behalen, moet voldoen aan de beroepseisen uit de kwalificatiedossiers, maar ook een minimaal niveau voor taal en rekenen aantonen. Hiervoor is de wet referentieniveaus Nederlandse taal en rekenen ingevoerd. De referentieniveaus geven aan welk niveau van Nederlands en rekenen studenten moeten beheersen. Voor MBO-studenten in de niveau 4 opleiding is dat referentieniveau 3F en voor studenten in de niveau 2 en 3 opleidingen is dat 2F. Het voldoen aan de generieke eisen is een voorwaarde voor het behalen van een diploma. Het niveau wordt getoetst met verplichte school- en landelijke examens. Wil je meer weten? Op de website van Noorderpoort is onder studentinfo een aparte rubriek ingericht met informatie over taal en rekenen. Nederlands (niveau 2F) Tijdens je hele opleiding heb je twee uren Nederlands per week. Het vak Nederlands bestaat uit vijf verschillende onderdelen: schrijven, lezen, spreken, taalvaardigheid en gesprekken voeren. Aan het begin van je opleiding maak je een TOA toets om je huidige niveau te bepalen. Ieder leerjaar heb je een aantal ontwikkelingsgerichte toetsen, deze staan vaak aan het eind van een periode gepland. De verschillende onderdelen worden aan het einde van het leerjaar afgesloten met examens van school om te kijken of je het vereiste niveau 2F beheerst. Rekenen (niveau 2F) Ook rekenen heb je gedurende je hele opleiding twee uren in de week. Het vak rekenen bestaat uit vier onderdelen: getallen, verhoudingen, verbanden en meten & meetkunde. Aan het begin van je opleiding maak je een TOA toets om je huidige niveau te bepalen. Ieder leerjaar heb je een aantal ontwikkelingsgerichte toetsen, deze staan vaak aan het eind van een periode gepland. De verschillende Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
12
Studiewijzer Helpende Zorg en Welzijn 2015-2017
onderdelen worden aan het einde van het leerjaar afgesloten met examens van school om te kijken of je het vereiste niveau 2F beheerst. Burgerschap Dit onderdeel komt elke week één lesuur terug op het rooster. Bij burgerschap ga je aan de slag met vier dimensies: • de politiek-juridische dimensie • de economische dimensie • de sociaal-maatschappelijke dimensie • de dimensie vitaal burgerschap Deze dimensies worden afgesloten met een aftekenkaart. Voor burgerschap heb je een inspanningsverplichting. Dit houdt in dat je de lessen moet hebben gevolgd, wil je je diploma behalen. In het lesprogramma kun je zien welke dimensies in welke periode aan bod komen. Computervaardigheden Hier leer je (beter) om te gaan met de programma’s Word, Excel en PowerPoint. Het vak wordt afgesloten met vaardigheidstoetsen. 3.3 INSTROOM EN DOORSTROOM Instroom Je kunt instromen in de opleiding Helpende Zorg en Welzijn niveau 2 als je het diploma vmbobasisberoepsspecifieke leerweg hebt, ongeacht de sector of het vakkenpakket, of een mbo-diploma op kwalificatieniveau 1. Naast deze ‘harde’ instroomeisen is het belangrijk dat je een aantal kwaliteiten hebt, die je tijdens de opleiding verder gaat ontwikkelen Het is vooral belangrijk er voor te willen gaan. Je moet dus gemotiveerd zijn om (hard) te werken. Want om aan een opleiding te beginnen is niet moeilijk……… maar om hem met een diploma af te sluiten wel. Doorstroom Als je na deze opleiding verder wilt studeren, dan moet je dat goed bespreken met je studieloopbaanbegeleider. Samen kun je een plan opstellen hoe je je het best kunt voorbereiden op die vervolgopleiding. Tijdens de studie wordt hier in het vak studieloopbaanbegeleiding (SLB) ook aandacht aan besteed. Je hebt de mogelijkheid om door te stromen naar een zorg- of sociaal agogische opleiding op niveau 3 (bijvoorbeeld verzorgende-IG, medewerker maatschappelijke zorg en Pedagogisch medewerker, niveau 3). Ook kan je doorstromen naar andere richtingen op hetzelfde niveau, bijvoorbeeld richting Sport en bewegen of Horeca. 3.4 HOE ZIET JE LESPROGRAMMA OP SCHOOL ERUIT? De opleiding bestaat uit 2 fasen. Iedere fase duurt 1 leerjaar. Je sluit een fase af met verschillende examenonderdelen. In het examenplan kun je zien welke examenonderdelen bij een fase horen. Het examenplan vind je in Hoofdstuk 5.3 Het leerjaar is verdeeld in vier perioden. Iedere periode bestaat uit tien weken. In totaal bestaat je opleiding dus uit 8 perioden.
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
13
Studiewijzer Helpende Zorg en Welzijn 2015-2017
3.4.1 HET EERSTE LEERJAAR Periode 1 en 2 (fase 0) De eerste week van je studie is een introductie van twee dagen. De introductiedagen staan in het teken van kennismaking met je studiegenoten en studieloopbaanbegeleider. In de rest van de twee perioden maak je kennis met alle onderdelen van de opleiding en maak je een keuze of je richting Zorg of Welzijn wilt stage lopen. Ook heb je een kennismakingsgesprek met je studieloopbaanbegeleider en gaan we samen met jou op zoek naar een stageplaats. Aan het begin van periode 3 bepaalt het onderwijsteam op basis van je behaalde resultaten of je fase 0 van de opleiding voldoende afsluit. Wanneer dit zo is, dan mag je door naar fase 1 en starten met het eerste examenonderdeel. Periode 3 In periode 3 start je met drie dagen stage in de week. Naast de stage start je in periode 3 met je eerste examenonderdeel. Dit is het maken van een beroepsprestatie. In de studieloopbaanuren zal hier uitleg over plaatsvinden. Wanneer je vorderingen van fase 0 onvoldoende zijn, krijg je de mogelijkheid om in periode 3 dit in te halen, zodat je aan het eind van periode 3 deze fase van je opleiding afsluit. Als alles voldoende is mag je beginnen met je eerste examenonderdeel. Ook zal in deze periode je studieloopbaanbegeleider bij je langskomen op stagebezoek. Periode 4 De laatste periode van het jaar is vaak het zwaarst, dit omdat de zomervakantie in zicht is! Je gaat verder met twee examenonderdelen: verantwoordingsverslag en assessmentgesprek. Als je alle ontwikkelingsgerichte onderdelen en het examen in periode 1 t/m 4 voldoende hebt afgerond, bepaalt het onderwijsteam of je kunt starten met fase 2. Als alles in het leerjaar goed is verlopen, sluit je aan het einde van de periode fase 1 van je opleiding af. Je studieloopbaanbegeleider komt nogmaals langs op stage om een eindgesprek te voeren. 3.4.2 HET TWEEDE LEERJAAR In de loop van de opleiding volgt verdere informatie.
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
14
Studiewijzer Helpende Zorg en Welzijn 2015-2017
3.5 STUDIEDUUR EN STUDIEBELASTING
WSF-top Het 1e leerjaar bestaat uit:
Les : 700 BPV : 300 Overig begeleid school : 40
Totaal aantal uren begeleiding door school of bedrijf
: 1040
Uren voor huiswerk, maken van opdrachten, enz. (zonder begeleiding van docent of BPV)
: 560
Totaal begeleid en onbegeleid
:
Het 2e leerjaar bestaat uit:
Les BPV
Totaal aantal uren begeleiding door school of bedrijf
1600 klokuren
: 550 : 450
: 1000
Uren voor huiswerk, maken van opdrachten, enz. (zonder begeleiding van docent of BPV)
: 600
Totaal begeleid en onbegeleid
:
1600 klokuren
Alles bij elkaar opgeteld ben je dus gedurende het jaar ongeveer 3200 uur bezig met school en BPV. Dat komt neer op 40 uur per week (fulltime dus). 3.5.1 DE ONDERWIJSOVEREENKOMST (OWO) Aan het begin van je opleiding teken je een Onderwijsovereenkomst. Dit is een contract alleen geldig tussen jou en de school. In de OWO staan de rechten en plichten van jou en de school opgeschreven. Als je éénmaal je handtekening hebt gezet, dan moet je je aan de afspraken in de OWO houden. De school moet zich natuurlijk ook aan de afspraken houden. Lees de OWO daarom goed door, vraag eventueel om uitleg voordat je deze ondertekent èn bewaar hem goed, want je weet maar nooit.
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
15
Studiewijzer Helpende Zorg en Welzijn 2015-2017
3.6 DE OPLEIDING IN SCHEMA Hieronder volgt het lesprogramma van je opleiding voor leerjaar 1 en 2. Tijdens je opleiding kunnen er altijd nog veranderingen worden aangebracht in het lesprogramma. Via je studieloopbaanbegeleider ontvang je hierover tijdig bericht en eventueel een nieuwe versie van het lesprogramma. 3.6.1 LESPROGRAMMA LEERJAAR 1 (FASE 1) BEROEPSSPECIFIEKE DEEL Slb-uren Regielijn
Periode 1 en 4: 6 eenheden Periode 2 en 3: 4 eenheden Slb gesprekken
BEROEPSSPECIFIEKE DEEL
Kennislijn Eenheden variëren per periode en per cursus
Cursus
PERIODE 1 BT 0 Werken met Factor-E Toetsvorm: schriftelijke toets en PowerPoint presentatie
PERIODE 2 Werken aan POP Breingeheimen thema 4, 5 en 6
PERIODE 3 Werken aan POP Intervisie Werken in teams Beroepsuitoefening Uitleg examinering
PERIODE 4 Werken aan POP Leerprestatie 2: ‘Samenwerkend leren’
Kennismakingsgesprek PERIODE 1 BT 1 Schoonmaken van de woonomgeving Toetsvorm: Schriftelijke toets Product: een schoonmaakwijzer
Voortgangsgesprek PERIODE 2 BT 3 Ondersteuning bieden bij activiteiten Toetsvorm: Schriftelijke toets Product: het draaiboek
Voortgangsgesprek PERIODE 3 BT 4 Creëren van een sfeervolle groepsruimte Toetsvorm: Schriftelijke toets Product: sfeerblad
Voortgangsgesprek PERIODE 4 BT 7 Wassen en aan- en uitkleden Toetsvorm: Schriftelijke toets Product: ADL-lijst
BT 5 De was verzorgen Toetsvorm: Schriftelijke toets Product: instructiekaart
BT 6 Bed opmaken Toetsvorm: Schriftelijke toets Product: filmpje over bed opmaken
POP maken Leerprestatie ‘Hoe leer ik?’ BPV-voorbereiding
Ontwikkelingspsychologie Toetsvorm: Schriftelijke toets
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
BT 12 Zorgvrager ondersteunen bij de toiletgang Toetsvorm: Schriftelijke toets Product: poster
BT 8 Het uiterlijk verzorgen Toetsvorm: Schriftelijke toets Product: kwartetspel
BT 16 Werken aan eigen professionaliteit Toetsvorm: Schriftelijke toets Product: hand-out
BT 9 Werkplanning maken Toetsvorm:
BT 15 Zorgvrager ondersteunen bij zelfredzaamheid
16
Studiewijzer Helpende Zorg en Welzijn 2015-2017 Toetsvorm: Schriftelijke toets Product: brochure
Schriftelijke toets Product: werkplanning BT 10 Bereiden van de maaltijd Toetsvorm: Schriftelijke toets Product: weekmenu BEROEPSSPECIFIEKE DEEL
PERIODE 1 BT 1 Schoonmaken van de woonomgeving Training
Vaardighedenlijn Eenheden variëren per periode en per cursus
BT 5 De was verzorgen Toetsvorm: Iedere training wordt afgesloten door ingevulde en afgetekende beoordelingslijsten en demonstratie aan de docent
PERIODE 2 BT 6 Bed opmaken BT 8 Het uiterlijk verzorgen
3 eenheden
Toetsvorm: Aftekenkaart
Toetsvorm: Aftekenkaart
Tehatex
Kennismaking technieken
Toepassen technieken
4 eenheden
Toetsvorm: aftekenkaart
Toetsvorm: aftekenkaart
Audio visuele Vorming
Ontwikkelings- en Beroepsgericht
6 eenheden BEROEPSSPECIFIEKE DEEL Integrale lijn Eenheden variëren per Project periode en per project
Toetsvorm: aftekenkaart PERIODE 1 BT 9 werkplanning maken Toetsvorm:
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
Toetsvorm: Iedere training wordt afgesloten door ingevulde en afgetekende beoordelingslijsten en demonstratie aan de docent
Toetsvorm: Iedere training wordt afgesloten door ingevulde en afgetekende beoordelingslijsten en demonstratie aan de docent Sterker in je schoenen staan en jezelf presenteren: aan de slag met sociale vaardigheden!
PERIODE 4 BT 7 Wassen- en aankleden BT 12 Zorgvrager ondersteunen bij de toiletgang
BT 10 Bereiden van de maaltijd
Sterker in je schoenen staan en jezelf presenteren: aan de slag met sociale vaardigheden!
Sociale vaardigheden
PERIODE 3
-
Ontwikkelings- en Beroepsgericht PERIODE 2 BT 6 Bed opmaken Toetsvorm: Hulpmiddelen rondom het bed
Toetsvorm: aftekenkaart PERIODE 3 BT 3 Ondersteuning bieden bij activiteiten
PERIODE 4 BT 12 Zorgvrager ondersteunen bij toiletgang
17
Studiewijzer Helpende Zorg en Welzijn 2015-2017 Draaiboek voor juffendag
BT 8 Het uiterlijk verzorgen Toetsvorm: Hoofdluis bestrijden
Toetsvorm: Een activiteitenboekje maken
Toetsvorm: Zindelijk worden
BT 4 Creëren van een sfeervolle groepsruimte Toetsvorm: Kinderdagverblijf inrichten
BEROEPSSPECIFIEKE DEEL BPV lijn
Stage
ALGEMEEN VORMEND DEEL
Nederlands 2F
Rekenen 2F
Burgerschap
PERIODE 1 Geen stage
PERIODE 2 Geen stage PERIODE 2 • Mondelinge taalvaardigheden o Luisteren o Gesprekken voeren o Spreken • Leesvaardigheid • Schrijfvaardigheid • Begrippenlijst en taalverzorging
PERIODE 3 Maandag en dinsdag stage Telefonisch BPV-gesprek PERIODE 3 • Mondelinge taalvaardigheden o Luisteren o Gesprekken voeren o Spreken • Leesvaardigheid • Schrijfvaardigheid • Begrippenlijst en taalverzorging
PERIODE 4 Maandag en dinsdag stage BPV gesprek PERIODE 4 • Mondelinge taalvaardigheden o Luisteren o Gesprekken voeren o Spreken • Leesvaardigheid • Schrijfvaardigheid • Begrippenlijst en taalverzorging
PERIODE 1 • TOA toetsen o Taalverzorging o Luisteren o Lezen • Mondelinge taalvaardigheden o Luisteren o Gesprekken voeren o Spreken • Leesvaardigheid • Schrijfvaardigheid • Begrippenlijst en taalverzorging Toetsvorm: verschillende toetsen (mondeling, presentatie en schriftelijk)
Toetsvorm: verschillende toetsen (mondeling, presentatie en schriftelijk)
Toetsvorm: verschillende toetsen (mondeling, presentatie en schriftelijk)
Toetsvorm: verschillende toetsen (mondeling, presentatie en schriftelijk)
• • • •
• • • •
• • • •
• TOA toets • Getallen • Verhoudingen • Meten & meetkunde • Verbanden Toetsvorm: schriftelijke toetsen
Toetsvorm: schriftelijke toetsen
Toetsvorm: schriftelijke toetsen
Toetsvorm: schriftelijke toetsen
Dimensie vitaal burgerschap
Sociaal-maatschappelijke
De politiek-juridische dimensie
Economische dimensie
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
Getallen Verhoudingen Meten & meetkunde Verbanden
Getallen Verhoudingen Meten & meetkunde Verbanden
Getallen Verhoudingen Meten & meetkunde Verbanden
18
Studiewijzer Helpende Zorg en Welzijn 2015-2017
Toetsvorm: aftekenkaart
dimensie Toetsvorm: aftekenkaart
Toetsvorm: aftekenkaart
Toetsvorm: aftekenkaart
-
-
PERIODE 4 BP 1.3 Plannen en uitvoeren van huishoudelijke taken
EXAMENONDERDELEN
Algemene vaardigheden Werken met Word, Excel en PowerPoint Toetsvorm: vaardighedentoets PERIODE 1
PERIODE 2
PERIODE 3
Beroepsprestatie (BP)
-
-
-
Verantwoordingsverslag (VV)
-
-
-
Verantwoordingsverslag 1
Assessmentgesprek (AG)
-
-
-
Assessmentgesprek 1
Computervaardigheden
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
19
Studiewijzer Helpende Zorg en Welzijn 2015-2017
2 LESPROGRAMMA LEERJAAR 2 (FASE 2) VOOR COHORT 2015-2017 BEROEPSSPECIFIEKE DEEL Regielijn
Slb-uren
PERIODE 5 Programma wordt nog ingevuld
PERIODE 6 Programma wordt nog ingevuld
PERIODE 7 Programma wordt nog ingevuld
PERIODE 8 Programma wordt nog ingevuld
Slb gesprekken
Voortgangsgesprek
Voortgangsgesprek
Voortgangsgesprek
Voortgangsgesprek
PERIODE 5 BT 2 Ondersteuning bieden bij emotionele problemen Toetsvorm: Schriftelijke toets Product: boekje over emoties (sociale vaardigheden)
PERIODE 6 BT 11 Zorgvrager verplaatsen en bewegen Toetsvorm: Schriftelijke toets Product: waaier van hulpmiddelen
PERIODE 7 BT 13 Handelen bij kleine ongelukken Toetsvorm: Schriftelijke toets Product: prentenboek
PERIODE 8 BT 14 Handelen bij grensoverschrijdend gedrag Toetsvorm: Schriftelijke toets Product: PowerPoint presentatie
BT 15 Zorgvrager ondersteunen bij zelfredzaamheid Toetsvorm: Schriftelijke toets Product: brochure
BT 14 Factor-E: Sommige dingen hoef je niet te accepteren Toetsvorm: Maken van opdrachten
PERIODE 5 -
PERIODE 6 BT 11 Zorgvrager verplaatsen en bewegen
PERIODE 7 BT 13 Handelen bij kleine ongelukken
Toetsvorm: Iedere training wordt afgesloten door ingevulde en afgetekende beoordelingslijsten en demonstratie aan de docent
Toetsvorm: Iedere training wordt afgesloten door ingevulde en afgetekende beoordelingslijsten en demonstratie aan de docent
-
-
BEROEPSSPECIFIEKE DEEL
Kennislijn Leseenheden variëren per periode en per cursus
Cursus
BEROEPSSPECIFIEKE DEEL Vaardighedenlijn Leseenheden variëren per periode en per training
Training
Sociale vaardigheden
BT 2 Factor-E Weet jij wie je bent? Toetsvorm: Maken van opdrachten
Computervaardigheden
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
BT 16 Factor-E: Jij, als professioneel werker Toetsvorm: Maken van opdrachten
PERIODE 8 -
BT 14 Factor-E Sommige dingen hoef je niet te accepteren Toetsvorm: Maken van opdrachten
Social media: Toetsvorm: Maken van opdrachten
20
Studiewijzer Helpende Zorg en Welzijn 2015-2017 4 leseenheden Tehatex
Verschillende technieken
Verschillende technieken
Verschillende technieken
4 leseenheden
Toetsvorm: aftekenkaart
Toetsvorm: aftekenkaart
Toetsvorm: aftekenkaart
Drama 3 leseenheden
Presentaties van dramaonderdelen Toetsvorm: Presentatie
Koken
Maaltijdbereiding en bijzondere gebeurtenissen
4 leseenheden
Toetsvorm: aftekenkaart
Zelfverdediging/ WeerbaarheidsTraining
Verschillende oefeningen Toetsvorm: aftekenkaart
3 leseenheden Solliciteren
Wat en hoe bij solliciteren?
4 leseenheden
Toetsvorm: aftekenkaart
Werken aan BP’s 2 leseenheden BEROEPSSPECIFIEKE DEEL Integrale lijn Leseenheden variëren per periode en per project
Project
Onder begeleiding werken aan het voorbereiden en uitvoeren van BP’s
Onder begeleiding werken aan het voorbereiden en uitvoeren van BP’s
Onder begeleiding werken aan het voorbereiden en uitvoeren van BP’s
Onder begeleiding werken aan het voorbereiden en uitvoeren van BP’s
PERIODE 5 BT 2 Ondersteuning bieden bij emotionele problemen Toetsvorm: Film over reageren op de emotie van een zorgvrager
PERIODE 6 BT 11 Zorgvrager verplaatsen en bewegen Toetsvorm: Folder voor hulpmiddelen bij verplaatsen en bewegen
PERIODE 7 BT 14 Handelen bij grensoverschrijdend gedrag Toetsvorm: Een nieuwsflits over pesten
PERIODE 8
BT 16 Werken aan eigen professionaliteit Toetsvorm:
BT 15 Zorgvrager ondersteunen bij zelfredzaamheid Toetsvorm:
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
21
Studiewijzer Helpende Zorg en Welzijn 2015-2017 Marktkraam BEROEPSSPECIFIEKE DEEL
PERIODE 5
Waaier met activiteiten die de zelfredzaamheid vergroten PERIODE 6
PERIODE 7
PERIODE 5 15 uren per week PERIODE 5 • Mondelinge taalvaardigheden o Luisteren o Gesprekken voeren o Spreken • Leesvaardigheid • Schrijfvaardigheid • Begrippenlijst en taalverzorging Toetsvorm: verschillende toetsen (mondeling, presentatie en schriftelijk)
PERIODE 6 15 uren per week PERIODE 6 • Mondelinge taalvaardigheden o Luisteren o Gesprekken voeren o Spreken • Leesvaardigheid • Schrijfvaardigheid • Begrippenlijst en taalverzorging Toetsvorm: verschillende toetsen (mondeling, presentatie en schriftelijk)
PERIODE 7 15 uren per week PERIODE 7 • Mondelinge taalvaardigheden o Luisteren o Gesprekken voeren o Spreken • Leesvaardigheid • Schrijfvaardigheid • Begrippenlijst en taalverzorging Toetsvorm: verschillende toetsen (mondeling, presentatie en schriftelijk)
PERIODE 8 BT Een zorgvrager begeleiden een levenlang Toetsvorm: Het maken van opdrachten PERIODE 8 15 uren per week PERIODE 8 • Mondelinge taalvaardigheden o Luisteren o Gesprekken voeren o Spreken • Leesvaardigheid • Schrijfvaardigheid • Begrippenlijst en taalverzorging Toetsvorm: verschillende toetsen (mondeling, presentatie en schriftelijk)
• Getallen • Verhoudingen • Meten & meetkunde • Verbanden Toetsvorm: schriftelijke toetsen
• Getallen • Verhoudingen • Meten & meetkunde • Verbanden Toetsvorm: schriftelijke toetsen
• Getallen • Verhoudingen • Meten & meetkunde • Verbanden Toetsvorm: schriftelijke toetsen
• Getallen • Verhoudingen • Meten & meetkunde • Verbanden Toetsvorm: schriftelijke toetsen
PERIODE 5 BP 2.3 Assisteren bij activiteiten en recreëren
PERIODE 6 BP 2.1 Begeleiden van de zorgvrager bij zelfredzaamheid BP of 2.2 Ondersteunen bij persoonlijke zorg/ADL
PERIODE 7 BP 2.2 Ondersteunen bij persoonlijke zorg/ADL of BP 2.1 Begeleiden van de zorgvrager bij zelfredzaamheid
PERIODE 8 BP 2.4 Professionaliseren
-
-
-
Verantwoordingsverslag 2
Doorstroomprogramma BEROEPSSPECIFIEKE DEEL BPV lijn Stage ALGEMEEN VORMEND DEEL
Nederlands 2F
Rekenen 2F
Burgerschap 2 leseenheden EXAMENONDERDELEN Beroepsprestatie (BP)
Verantwoordingsverslag (VV)
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
22
Studiewijzer Helpende Zorg en Welzijn 2015-2017 Assessmentgesprek (AG)
-
e
CITO Luisteren en lezen (1 kans) Nederlands 2F
-
Assessmentgesprek 2
CITO Luisteren en lezen
CITO Luisteren en lezen
Mondeling examen Spreken en e Gesprekken voeren (1 kans)
Mondeling examen Spreken en Gesprekken voeren (herkansing) e
Examen Schrijven (1 kans en herkansing) Rekenen 2F
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
CITO Rekenen en Nederlands
CITO Rekenen en Nederlands
CITO Rekenen en Nederlands
23
Studiewijzer Helpende Zorg en Welzijn 2015-2017
3.7 JAARPLANNING 2015-2017
Periode 4
Periode 3
Periode 2
Periode 1
Kalenderweek 35 1 36 2 37 3 38 4 39 5 40 6 41 7 42 43 8 44 9 45 10 46 11
24 31 07 14
aug aug sep sep
28 05 12 19 26 02 09
sept okt okt okt okt nov nov
16 23 30 07 14 21 28 04 11 18 25 01
nov nov nov dec dec dec dec jan jan jan jan febr
08 15 22 29 07 14 21 28 04
febr febr febr febr mrt mrt mrt mrt apr
1 2 3 4 5
07 08 09 10 11 12 13 15 16 17 18
1 2 3
17 18 19
1 2
25 apr 2 mei 09 mei
20
3
16 mei
21 22 23 24 25 26 27 28
4 5 6 7 8 9 10 11
23 30 06 13 20 27 04 11
4 5 6 7 8 9 10
27-8 toa toets rekenen
21 sept
47 48 49 50 51 52 01 02 03 04 05 06
6 7 8 9 10
BP HZW 1 24-8 introductie
11 apr 18 apr
18/7-2/9 2016
mei mei juni juni juni juni juli juli
12-10Alg.ouderavond
13-10 Margedag Herfstvakantie
Herfstvakantie
Vertraagde week
Vertraagde week
Kerstvakantie Kerstvakantie
Kerstvakantie Kerstvakantie
Herkansing periode 1
Vertraagde week Start BPV opdrachten Herkansing periode 2
Vertraagde week
Bpvo/pok inleveren Voorjrsvak.
Voorjrsvak. Goede vrijdag
Start BP 1.3
Goede vrijdag Herkansing periode 3
Vertraagde week
Vertraagde week
Margedag Meivakantie
Meivakantie Hemelvaartsd.
Meivakantie Meivakantie
BP 1.3 inleveren Verantwoordingsverslag Assessmentgesprek Herkansing periode 4 Zomervakantie
Via je slb’er ontvang je een gedetailleerde jaarplanning De jaarplanning voor het 2e leerjaar ontvang je bij aanvang van het volgende leerjaar (2016-2017).
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
24
Studiewijzer Helpende Zorg en Welzijn 2015-2017
4. ALLES OVER BEGELEIDEN Voor ons is elke student uniek. Wij gaan ervan uit dat iedereen iets kan leren, want iedereen heeft talent. Elke student volgt zijn eigen leerproces tot aan het moment van diplomeren. Wij weten dat niet iedereen op dezelfde manier leert. Hier hebben we dan ook de begeleiding op aangepast. 4.1 BEGELEIDING BIJ HET LEREN Op de eerste plaats vind je op school natuurlijk veel docenten. En tijdens de BPV heb je vooral te maken met je werkbegeleider/praktijkopleider. De belangrijkste persoon is echter jouw studieloopbaanbegeleider. Je moet hem/haar zien als je persoonlijke coach. Je studieloopbaanbegeleider leer je vanaf het begin van de opleiding kennen. Hij/zij volgt en begeleidt je gedurende de hele opleiding. Samen met hem/haar maak je een plan, bespreek je hoe het allemaal gaat en werk je toe naar je diploma. Jij en je studieloopbaanbegeleider hebben zo vaak contact als het nodig is. Hoe vaak dat is hangt af van wat jouw studieloopbaanbegeleider nodig vindt. Maar je kunt ook zelf om een gesprek vragen. Het bespreken van je studievoortgang en van je POP en PAP gebeurt zeker eens per 10 weken. Ook vinden er groepsgesprekken plaats in de klas. Deze zijn gericht op begeleiding die voor jou en je klasgenoten min of meer gelijk zijn. Naast de studieloopbaangeleider is er ook nog de 2e lijns begeleiding. Met moeilijke persoonlijke vragen of problemen kun je naar de 2e lijn verwezen worden. Bijvoorbeeld als je thuis problemen hebt of als je het even niet meer zier zitten, als er sprake is van faalangst, depressiviteit of rouwverwerking. De verwijzingen naar de 2e lijns begeleiding verloopt via je studieloopbaanbegeleider. 4.1.1 HET BEREIKEN VAN SUCCES Je bent zelf verantwoordelijk. Dat wil zeggen dat je er zelf “iets van moet maken”. Van je studie, van je stage, van je leven. Maar dat wil niet zeggen dat je het dus allemaal maar alleen moet uitzoeken. Je studieloopbaanbegeleider helpt je om je doel te bereiken. Dit begint met het maken van een POP (Persoonlijk OntwikkelingsPlan). Dit maak je samen met je studieloopbaanbegeleider. Hierin schrijf je jouw doelen op, dat wil zeggen: ‘Wat wil ik bereiken, waar wil ik naar toe werken?’. Misschien weet je al precies wat je na school wilt gaan doen of over een paar jaar. Maar het kan ook zijn dat je nog helemaal niet weet wat je nou eigenlijk wilt, of waar je goed in bent. Vervolgens bedenk je samen een PAP (Persoonlijk ActiePlan), dus: ‘Wat moet ik gaan doen om uiteindelijk bij mijn doel te komen?’ Elke tien weken stel je je POP en PAP weer bij. Tijdens je opleiding maak je een portfolio. Het portfolio is een map met belangrijke papieren. Het eerste dat in je map gaat is het POP. In de loop van de opleiding wordt de map steeds dikker. Er komen verslagen in van gesprekken met je studieloopbaanbegeleider, beoordelingen, opdrachten, verslagen, foto’s en zo nog veel meer. Kortom alle dingen die aantonen hoe het met je studie gaat. 4.1.2 BEGELEIDING IN DE BPV In stage word je ook begeleid. In de eerste tien weken wordt er telefonisch contact opgenomen met je werkbegeleider en je voortgang besproken. Hierna vindt er nog een stagegesprek plaats met je werkbegeleider/praktijkbegeleider. Deze vinden plaats tegen het einde van periode 4. In dit gesprek wordt gekeken hoe jij je ontwikkelt en wat je doelen zijn voor je volgende stage. Ook worden de BPV opdrachten in het gesprek besproken en de examenonderdelen/beroepsprestaties. Voordat je op stage gaat krijg je een BPV-wijzer. Hierin staat alles wat je moet weten over stage lopen.
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
25
Studiewijzer Helpende Zorg en Welzijn 2015-2017
4.2 BEGELEIDING BIJ EEN HANDICAP, STOORNIS OF BELEMMERING Heb je een lichamelijke, zintuiglijke of psychische beperking, dan doen wij ons uiterste best om ons beroepsonderwijs ook voor jou mogelijk te maken. In sommige gevallen wordt dat door de overheid ondersteund in de vorm van ‘Rugzak in het MBO’. Wanneer je een leerbeperking hebt, kun je een faciliteitenpas aanvragen. Deze pas geeft recht op extra faciliteiten, zoals aangepaste toetsing, om de opleiding zo onbelemmerd mogelijk te kunnen volgen. De faciliteitenpas vraag je aan via je studieloopbaanbegeleider. Meer informatie vind je bij het Steunpunt Studie & Handicap van het Bureau Cursistendienstverlening (CDV) van het Noorderpoort. 4.3 BIJSPIJKEREN VAN NEDERLANDS EN REKENEN Mocht je niet zo goed zijn in Nederlands en/of rekenen, dan hebben we binnen het Noorderpoort het TRON: Taal en Reken Ondersteuning Noorderpoort. TRON richt zich op studenten met een leerhandicap (bijvoorbeeld dyslexie) en/of studenten met een (hardnekkige) leerachterstand. Je komt in aanmerking voor TRON als je meer dan 1 niveau onder het vereiste niveau zit. Voor jou betekent dit dat wanneer je op niveau 1F of lager zit, je verplicht bent om naar TRON-lessen te gaan. Dit gebeurt buiten het normale onderwijsprogramma om. 4.4 EERDER STOPPEN MET DE OPLEIDING Stoppen met je opleiding kan niet zomaar. Stoppen kan je eigen keuze zijn. Als je wilt stoppen moet je dit aangeven bij je studieloopbaanbegeleider. Samen ga je kijken welke mogelijkheden er verder nog zijn en heb je nog een exitgesprek. Ook kan het zijn dat je voortgang niet voldoende is. Bijvoorbeeld omdat je te veel lessen mist of dat je onderdelen van je opleiding niet met een voldoende afrond. Wanneer je voortgang onvoldoende is zijn er al gesprekken geweest met je studieloopbaanbegeleider. Wanner je moet stoppen wordt er samen met jou gekeken hoe je nu verder moet. Dit gebeurt vaak samen met de 2e lijns begeleiding. Bij ernstige misdragingen, bijvoorbeeld geweld of fraude, kan de schooldirecteur besluiten om je met directe ingang te schorsen of uit de opleiding te verwijderen.
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
26
Studiewijzer Helpende Zorg en Welzijn 2015-2017
5. ALLES OVER BEOORDELEN Je opleiding kent twee soorten beoordelingen: 1. Ontwikkelingsgericht beoordelen -> beoordelen om te kijken waar je staat. Deze beoordelingen zijn onderdeel van je opleidingsprogramma. 2. Kwalificerend beoordelen -> beoordelen voor je diploma. Deze beoordelingen vind je in het examenplan (paragraaf 5.3). 5.1 ONTWIKKELINGSGERICHT BEOORDELEN Je weet nog niet alles, je kunt nog niet alles. Dat geeft niets, daarvoor volg je een opleiding en fouten maken mag. Tijdens je opleiding word je vaak beoordeeld door verschillende mensen, op verschillende plaatsen en manieren. Op school word je beoordeeld door docenten en je studieloopbaanbegeleider. Maar ook van je studiegenoten kun je een reactie verwachten. Op de BPV heb je gesprekken met je werkbegeleider. Je kan complimenten krijgen als het goed gaat en tips als ze vinden dat het beter kan. Deze mensen geven je dus feedback. Maar de belangrijkste beoordelaar ben jezelf! Dat verbaast je misschien, maar toch is het zo. Want om elke keer een stapje verder te komen is het nodig dat je bedenkt: ‘Wat vind ik hier nu zelf van?’. Het kan bijvoorbeeld gaan over een opdracht die je tijdens je BPV hebt gedaan. Maar ook als je bijvoorbeeld een afspraak niet bent nagekomen. Je reflecteert dan op jezelf. Met je studieloopbaanbegeleider bespreek je hoe het met je studie gaat: wat heb je al gedaan en wat moet er nog gebeuren? 5.1.1 VOLGEN VAN JE ONTWIKKELING Tijdens je opleiding willen we je ontwikkeling goed volgen. We bespreken regelmatig je vordering. Wekelijks staat er één lesuur op het rooster waarbij de studieloopbaanbegeleider met één of meerdere leerlingen gesprekken kan voeren over de voortgang van de opleiding. Dit doen we aan de hand van de resultaten die je hebt behaald in/bij: de regielijn; de kennislijn; de integrale lijn; de vaardighedenlijn; de BPV lijn; Nederlands, rekenen en burgerschap. Ook is de aan- en afwezigheid een onderdeel van het gesprek. Het gesprek waarin je resultaten worden besproken noemen we een voortgangsgesprek. Tot slot wordt er in het voortgangsgesprek ook je inzet en motivatie besproken. Portfolio Om voor jezelf overzicht van je resultaten te krijgen houd je een portfolio bij. Een portfolio is een map waarin je bewijzen verzamelt. Je mag zelf weten hoe je je portfolio inricht, zolang je goed zichtbaar kunt maken welke resultaten je hebt behaald. Het portfolio heeft twee doelen: 1. Je kunt aan iedereen laten zien wat je hebt geleerd en wat je allemaal kunt. 2. Het helpt je om na te denken (reflecteren) over wat je al hebt bereikt en wat je de komende tijd wilt leren. Een aantal onderdelen moeten verplicht in je portfolio. Welke onderdelen dit zijn hoor je van je studieloopbaanbegeleider tijdens de opleiding. Naar het voortgangsgesprek neem je altijd je portfolio mee.
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
27
Studiewijzer Helpende Zorg en Welzijn 2015-2017
5.1.2 WANNEER IS JE ONTWIKKELING VOLDOENDE? Per fase sluit je de daarbij horende ontwikkelingsgerichte beroepsspecifieke onderdelen af. Je sluit een onderdeel af als je minimaal een voldoende hebt behaald. Een uitzondering hierop zijn de schriftelijke kennistoetsen uit de kennislijn. Hier mag je een onvoldoende behalen, als je tenminste maar gemiddeld per cursus een 5,5 staat (alle schriftelijke kennistoetsen uit de fase, per cursus bij elkaar opgeteld) en niet lager dan een 4 hebt gescoord op een schriftelijke kennistoets. Wanneer je lager dan een 4 scoort op een toets, dan maak je de herkansing, ook al is het gemiddelde per cursus een 5,5. De cijfers worden niet afgerond. In het ideale geval zijn alle beoordelingen van alle onderdelen in een periode in één keer voldoende. Is het resultaat van een onderdeel onvoldoende, dan kan iets altijd één keer overgedaan of aangevuld worden. Dit zal vaak direct in de volgende periode plaatsvinden. Lukt het in tweede instantie niet een voldoende resultaat te halen, dan besluit het voortgangsoverleg over het vervolg. De momenten voor herkansingen staan in de jaarplanning. Om voor een herkansing in aanmerking te komen, geef je via Magister door of je deel neemt aan de herkansing. Voldoendes halen op alle onderdelen is helaas niet voldoende om je ontwikkeling aan te tonen. Het zou dan namelijk zo kunnen zijn dat je alleen naar school komt om toetsen te maken en dan toch je diploma ontvangt. Je aanwezigheid en inzet op school speelt ook een belangrijke rol. 100% aanwezigheid tijdens de les en BPV is een noodzaak om jouw studie tot een goed resultaat te brengen. Wanneer je zonder geldige reden op school of op stage afwezig bent dan volgt er een gesprek met je studieloopbaanbegeleider. In het gesprek wordt gekeken hoe je de gemiste uren gaat inhalen. Soms kan dit betekenen dat je vervangende opdrachten krijgt of dat je een verlenging van de opleiding moet hebben.
5.1.3 BEOORDELEN VAN JE ONTWIKKELING Periodebeoordelingen Iedere tien weken vindt er in het onderwijsteam een studievoortgangsoverleg plaats. In deze vergadering worden je studieresultaten, aanwezigheid en inzet besproken. Van je studieloopbaanbegeleider hoor je of je de periode met een voldoende hebt afgesloten. De periodebeoordelingen worden geregistreerd in het periodeoverzicht in het LBS (Leerling Begeleiding Systeem). Je behaalde resultaten kun je zien in Magister. Algemene regels bij periodebeoordelingen Het voortgangsoverleg neemt een positief voortgangsbesluit zonder aanvullende voorwaarden, als uit het overzicht van de afgelopen periode blijkt dat je voldoet aan alle drie de onderstaande voorwaarden: 1. Minstens 80% van het aantal beroepsspecifieke onderdelen van de afgelopen periode is beoordeeld met tenminste een voldoende. 2. De inzet is voor alle onderdelen voldoende 3. De aanwezigheid is voor alle onderdelen voldoende Je mag gedurende een opleidingsjaar, in weken met geplande BPV, niet langer dan 4 werkweken zonder stage/ BPV-plaats zijn. Hierdoor gemiste tijd moet met andere begeleide onderwijstijd gecompenseerd worden. Voldoe je hier niet aan, dan zal het voortgangsoverleg aanvullende voorwaarden stellen aan de verdere planning en invulling van jouw opleidingstraject.
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
28
Studiewijzer Helpende Zorg en Welzijn 2015-2017
De Opleidingsboom De inhoudelijke beoordelingen van toetsen en beroepsprestaties in de opleiding worden geregistreerd in de opleidingsboom in het LBS. Dit overzicht geeft weer welke toetsen en prestaties al zijn behaald en welke nog ontbreken als voorwaarde voor examenonderdelen. Bij overstap tussen opleidingen is hieruit af te lezen welke onderdelen reeds zijn behaald. De docent/studieloopbaanbegeleider van een ‘onderdeel’ is verantwoordelijk voor de periodebeoordelingen en voor de beoordeling van toetsen en prestaties van een ‘onderdeel’. Overgang naar een volgende opleidingsfase • • • •
Je voldoet aan de regels voor periodieke voortgang. Uit de opleidingsboom blijkt dat je alle voorwaardelijke toetsen en prestaties voor het deelexamen hebt afgerond. Het examen van de fase is behaald of wordt in de eerstvolgende periode aangevraagd. Voor Nederlands en rekenen geldt bij overgang naar fase 2: het eindniveau voor diplomering lijkt haalbaar. Dit is niveau 2F.
In bijzondere gevallen mag het voortgangsoverleg van de algemene regels afwijken. 5.1.4 ALS JE ONTWIKKELING ONVOLDOENDE IS Wanneer je niet voldoende ontwikkeling hebt aangetoond in een periode wordt er in het team besproken hoe het nu verder moet. Aanvullende voorwaarden geven aan op welk moment aan welke eisen/voorwaarden je moet voldoen om in het opleidingstraject te kunnen blijven. Voldoe je niet (tijdig) aan de gestelde voorwaarden, dan besluit het voortgangsoverleg dat je (een deel van) de opleiding opnieuw zult moeten doen en/of dat je naar een volgend cohort wordt overgezet. Je bent eigenlijk ‘blijven zitten’. Het kan gebeuren dat er dan ook andere eisen aan je gesteld worden, m.b.t. examinering. Dit hangt af van het kwalificatiedossier waar de opleiding op gebaseerd is. NB: Bij een BOL-basis traject kan het voortgangsoverleg na de eerste periode besluiten dat een deelnemer nog niet op BPV mag als er twijfels zijn over gedrag en houding in de BPV. Negatief studieadvies Lukt het niet om tijdig aan de voor jou geldende aanvullende voorwaarden te voldoen en als er geen vertrouwen meer is dat je de opleiding kunt halen, dan besluit het voortgangsoverleg tot een ‘negatief studieadvies’. Dit is het advies aan jou en de teammanager om met het opleidingstraject te stoppen. Samen met jou en het BAT (behandel advies team) wordt dan naar een alternatief gezocht. Verlenging van de opleiding In de praktijk gaat de opleiding door totdat je het diploma hebt behaald, tenzij je voor die tijd stopt. Dit zegt waar het om gaat: het behalen van je diploma, niet om een bepaalde opleidingstijd. Hierbij gelden twee regels: 1.'Verlenging van de duur is maximaal mogelijk met twee jaar langer dan de door de minister vastgestelde nominale studieduur/ studielast. De deelnemer kan ook het aanbod krijgen om de onderwijsovereenkomst te verlengen met een ander traject (b.v. volgend cohort van hetzelfde crebo). Uiteraard met alle gevolgen van dien (b.v. andere exameneisen, andere boekenlijst, kosten enz.)' Blijkt al tijdens de opleiding dat je aanzienlijke studievertraging oploopt, dan kan het voortgangsoverleg besluiten dat je wordt overgezet naar het volgende cohort. Je ‘blijft zitten’. Je komt daarmee in een nieuw opleidingstraject, maar blijft in dezelfde opleiding. Vanaf dat moment gelden dus de regels die horen bij het nieuwe cohort en de daarbij horende studiewijzer. Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
29
Studiewijzer Helpende Zorg en Welzijn 2015-2017
Zo’n beslissing kan alleen genomen worden als er bij jou en in het onderwijsteam vertrouwen is dat je het diploma kunt halen. 2.Je mag maar éénmaal overgezet worden naar een nieuw cohort. Lukt dit niet, dan besluit het voortgangsoverleg over het vervolg. Blijkt al tijdens de opleiding dat je aanzienlijke studievertraging oploopt, dan kan het voortgangsoverleg besluiten dat je wordt overgezet naar het volgende cohort. Je ‘blijft zitten’. Je komt daarmee in een nieuw opleidingstraject, maar blijft in dezelfde opleiding. Vanaf dat moment gelden dus de regels die horen bij het nieuwe cohort en de daarbij horende studiewijzer. Zo’n beslissing kan alleen genomen worden als er bij jou en in het team vertrouwen is dat je het diploma kunt halen. De duur en omvang van de opleiding zijn verantwoord in de TOP-verklaringen. 5.1.5 REGELS RONDOM ONTWIKKELINGSGERICHT BEOORDELEN Deelnemen aan ontwikkelingsgericht beoordelingen • Deelnemen aan de ontwikkelingsgerichte beoordelingen die worden opgegeven is verplicht. • De bewijzen die je moet aanleveren zijn verplicht gesteld of naar keuze. • Je krijgt van je docent en/of je slb-er een overzicht wanneer je een bewijs moet inleveren of wanneer een toets wordt afgenomen. • Het maken van een POP en een PAP is verplicht voor het werken aan je portfolio. Rapportage van ontwikkelingsgerichte beoordelingen • De docent en/of de slb-er geeft binnen 10 werkdagen schriftelijk een beoordeling. • In geval van een onvoldoende ontwikkelingsgerichte beoordeling vindt de herkansing plaats via het eerstvolgende beoordelingsmoment. • Tijdens de individuele voortgangsgesprekken brengen jij en je studieloopbaanbegeleider de resultaten van de ontwikkelingsgerichte beoordelingen in kaart en bespreek je deze om je leren bij te kunnen sturen. • De docent en/of slb-er vult de resultaten digitaal vast in het LBS, in de opleidingsboom. Ten aanzien van op tijd en (te) laat komen bij een toets • Je dient op tijd aanwezig te zijn. • Als je niet meer dan 10 minuten later komt, word je alsnog toegelaten, maar krijg je geen extra tijd. • Als je meer dan 10 minuten te laat bent, word je niet meer toegelaten en moet je je volgens de regels afwezig melden. Ten aanzien van orde en rust tijdens een toets • Zet je mobiele telefoon en/of mp3-speler uit en leg deze weg. • Je krijgt instructies over de benodigde en/of toegestane hulpmiddelen. Leg deze voordat je begint klaar. Je mag alleen deze hulpmiddelen gebruiken. Je mag niet lenen van elkaar. • Pas als je het startsein krijgt, mag je beginnen. • Tijdens de afname mag je onderling niet praten, tenzij de beoordelingsvorm dit vereist. • Als je iets wilt vragen aan de begeleider, maak je dit rustig kenbaar (bv. hand opsteken). • Er wordt 15 en 5 minuten voor afloop een seintje gegeven over de nog resterende tijd. • Zonder toestemming van de begeleider mag je de afnameruimte niet verlaten.
Ten aanzien van het afronden van een toets
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
30
Studiewijzer Helpende Zorg en Welzijn 2015-2017
• • • •
Als je klaar bent, maak je dit rustig kenbaar en wacht je op het teken van de begeleider om je materiaal in te leveren. Lever alle onderdelen volgens de aanwijzingen van de begeleider in. Je mag bij een toets die in een groep wordt afgenomen op zijn vroegst 15 minuten na aanvang, je materiaal inleveren en de afnameruimte verlaten. Zet je paraaf op de deelnemerslijst.
De regels die wij hebben rondom het construeren, vaststellen en uitvoeren van ontwikkelingsgerichte beoordelingen, het vaststellen van en beslissen over de beoordelingsresultaten en studievoortgang en het borgen van de kwaliteit van deze beoordelingen staan in het Handboek Examinering van het Noorderpoort. 5.2 KWALIFICEREND BEOORDELEN Op een gegeven moment zal blijken dat je voor een fase alle competenties beheerst. Je hoeft niet meer te leren maar het is tijd om te examineren. Bij een voldoende resultaat van het examen sluit je (een onderdeel van) de opleiding af en verklaren we je bewust - bekwaam. In plaats van examinering wordt ook wel gesproken van kwalificerend beoordelen. Als je via examinering alle kerntaken, werkprocessen en competenties hebt behaald, sluit je de beroepsspecifieke kwalificatie-eisen af. Het behalen van de competenties, de werkprocessen en de kerntaken doe je door middel van het behalen van de beroepsprestaties, het maken van een verantwoordingsverslag en het voeren van een assessmentgesprek. Dit noemen we de methodemix. Je mag examen doen als blijkt dat je je tijdens de opleiding voldoende hebt ontwikkeld. Dit gaat per fase. We kijken naar: je portfolio; behaalde resultaten in het beroepsspecifieke deel en in het algemeen vormend deel; voldoende school en stage uren. Als dit allemaal in orde is krijg je een GO van je studieloopbaanbegeleider. In een examenvergadering wordt vastgesteld of je mag opgaan voor je examenonderdelen. 5.2.1 VOORWAARDEN VOOR JE DIPLOMA Om in aanmerking te komen voor een diploma moet je aan alle exameneisen in het examenplan voldoen en voor de volgende studieonderdelen minimaal een ‘voldoende’ behaald te hebben: a. Loopbaan en Burgerschap conform Kwalificatie-eisen Loopbaan en Burgerschap 2012. b. Beroepspraktijkvorming (BPV). 5.2.2 BESLISREGELS VOOR EXAMINERING MBO-NIVEAU 2 Beroepsgerichte eisen Om het diploma te behalen moet elke kerntaak minimaal ‘voldoende’ zijn. Bij diplomering m.i.v. het schooljaar 2016-2017 geldt dat: • Van de eindcijfers voor Nederlands en rekenen mag er één onvoldoende zijn (niet lager dan een 5), het andere eindcijfer moet ten minste een 6 zijn. • Voor rekenen is het cijfer van het centrale examen het eindcijfer (heel cijfer van 1 - 10). Bij het schrijven van deze studiewijzer is nog niet precies bekend welk resultaat voor rekenen minimaal moet zijn behaald om te voldoen aan de slaag/zakregeling. Een student die minimaal een 6 heeft behaald voor het centraal examen rekenen in de tweede helft van de opleiding (of in het laatste jaar) voldoet voor dit onderdeel in elk geval aan de slaag/zakregeling. Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
31
Studiewijzer Helpende Zorg en Welzijn 2015-2017
Zodra duidelijk is hoe de slaag/zakregeling voor rekenen er definitief uit gaat zien, worden de studenten hierover geïnformeerd via een addendum bij deze studiewijzer. • Voor Nederlands wordt het cijfer van het centrale examen (= één cijfer met één decimaal) en het cijfer van het instellingsexamen (= één cijfer met één decimaal) gemiddeld tot één heel eindcijfer (van 1 – 10). Dit is het eindcijfer voor het onderdeel Nederlands. • De behaalde resultaten voor Nederlands en rekenen worden vermeld op de resultatenlijst bij het diploma. Loopbaan en Burgerschap Voor alle dimensies van Burgerschap en voor Loopbaan dien je te hebben aangetoond met bewijzen aan dat je hebt voldaan aan de inspanningsverplichting. Beroepspraktijkvorming Je dient een voldoende te behalen voor beroepspraktijkvorming. In de BPV-wijzer staat beschreven hoe je in de BPV wordt beoordeeld. De beroepspraktijkvorming (BPV) is met goed gevolg afgesloten als: - Alle beroepsspecifieke, in de praktijk beoordeelde examenonderdelen zijn behaald en - het eindgesprek van de laatste BPV-periode minstens met ‘voldoende’ is beoordeeld en - aan de uren-eis voor de BPV, volgens de studiegids en praktijkovereenkomst, is voldaan. In paragraaf 5.3 vind je het examenplan. Hierin staat precies wat je moet doen voor je examen en wanneer. Het is slim om dit goed door te lezen, zo weet je namelijk precies wat er van je wordt verwacht tijdens je opleiding. 5.2.3 EXAMENONDERDEEL: METHODEMIX Het onderwijsteam heeft in het voortgangsoverleg vastgesteld of jij kunt starten met een beroepsspecifiek examenonderdeel. Via je studieloopbaanbegeleider hoor jij of je deel mag nemen aan een beroepsspecifieke examenonderdeel. Beroepsspecifieke examenonderdelen zijn de beroepsprestaties, de verantwoordingsverslagen en de assessments. De laatste twee beroepsspecifieke examenonderdelen komen 2 keer voor gedurende de opleiding en hiermee sluit je een fase van de opleidnig af. In de slb lessen wordt je voorbereidt op de beroepsspecifieke examenonderdelen. Als je aan het examen wilt meedoen, dan meld je je aan bij het Examenbureau. Je studieloopbaanbegeleider zal je hier bij ondersteunen. Per mail ontvang je van je het Examenbureau een brief met daarin de datum en de beoordelaars van je examenonderdeel. Deze brief wordt ook naar je studieloopbaanbegeleider gestuurd. Zoals je hebt kunnen lezen zijn er meerdere examenonderdelen. Je hebt de kwalificerende beroepsspecifieke onderdelen. Deze zijn verdeeld over 2 fasen en daarvoor zijn verschillende examenmomenten gepland. De examinering van de beroepsspecifieke onderdelen vindt plaats met de methodemix. De methodemix bestaat uit drie verschillende onderdelen: 1. het maken van de kwalificerende beroepsprestaties in de BPV en op school; 2. het schrijven van een verantwoordingsverslag over enkele werkprocessen en competenties; 3. een afsluitend assessmentgesprek.
Beoordeling beroepsspecifieke examenonderdelen
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
32
Studiewijzer Helpende Zorg en Welzijn 2015-2017
Alle drie de onderdelen van de Methodemix worden beoordeeld (gewaardeerd) met een 3-puntschaal: onvoldoende/voldoende/goed. In bijlage 1 vind je hier meer uitleg over de verschillende onderdelen van de methodemix en de wijze waarop de waardering plaatsvindt. Cesuur voor behalen van het examenonderdeel: Het examenonderdeel is behaald als tegelijk aan onderstaande voorwaarden is voldaan: • Alle beoordelingen van de beoordelingslijst zijn ingevuld; • Er komen in de beoordelingslijst geen beoordelingen met ‘O’ voor; • De bewijzen voldoen aan de eisen. (‘Bewijzen’ aangegeven met ‘Ja’) In alle andere gevallen is de eindwaardering ‘Onvoldoende’ en is het examenonderdeel ‘Niet behaald’. Cesuur voor de eindwaardering indien het examenonderdeel is behaald: • Bij de bewijzen is ‘Ja’ aangegeven EN minder dan 80% van de beoordelingsresultaten is ‘G’: Het examenonderdeel is behaald met de waardering: ‘Voldoende’. • Bij de bewijzen is ‘Ja’ aangegeven EN minstens 80% van de beoordelingsresultaten is ‘G’: Het examenonderdeel is behaald met de waardering: ‘Goed’. Voorbereiding en voorwaarden deelname aan beroepsspecifieke examenonderdelen Met de beroepstaken van Factor-E bereid je je voor op de beroepsspecifieke examenonderdelen. Het hebben afgesloten van bepaalde beroepstaken van Factor-E is dan ook een voorwaarde om deel te kunnen gaan nemen aan een beroepsspecifieke examenonderdeel. In onderstaand schema vind je welke beroepstaken je van Factor-E je dient te hebben behaald (met tenminste een voldoende), voordat je kunt deelnemen aan een beroepsspecifieke examenonderdeel. FASE 1 Periode
Beroepstaak BT 9 Werkplanning maken BT 1 Schoonmaken van de woonomgeving
1 BT 5 De was verzorgen BT 10 Ondersteuning bieden bij het bereiden van de maaltijd BT 3 Ondersteuning bieden bij activiteiten 2
Voorbereiding op examenonderdeel: BP 2.3 Assisteren bij activiteiten en recreëren (fase 2)
BT 6 Bed opmaken BT 8 Het uiterlijk verzorgen
BT 4 Creëren van een sfeervolle groepsruimte 3 BT 16 Werken aan eigen professionaliteit
4
Koppeling examenonderdeel Voorbereiding op examenonderdeel: BP 1.3 Plannen en uitvoeren van huishoudelijke taken Voorbereiding op examenonderdeel: BP 1.3 Plannen en uitvoeren van huishoudelijke taken Voorbereiding op examenonderdeel: BP 1.3 Plannen en uitvoeren van huishoudelijke taken Voorbereiding op examenonderdeel: BP 1.3 Plannen en uitvoeren van huishoudelijke taken
BT 7 Wassen en aan- en uitkleden
BT 12 Zorgvrager ondersteunen bij de toiletgang Beroepsspecifieke examenonderdelen fase 1
Voorbereiding op examenonderdeel: BP 2.2 Ondersteunen bij persoonlijke zorg/ADL (fase 2) Voorbereiding op examenonderdeel: BP 1.3 Plannen en uitvoeren van huishoudelijke taken Voorbereiding op examenonderdeel: BP 1.3 Plannen en uitvoeren van huishoudelijke taken Voorbereiding op examenonderdeel: BP 2.2 Ondersteunen bij persoonlijke zorg/ADL (fase 2) Voorbereiding op examenonderdeel: BP 2.2 Ondersteunen bij persoonlijke zorg/ADL (fase 2) Voorwaarden voor deelname aan examenonderdeel:
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
33
Studiewijzer Helpende Zorg en Welzijn 2015-2017
1
Beroepsprestatie 1.3 Plannen en uitvoeren van huishoudelijke taken
2
Verantwoordingsverslag 1
3
Assessmentgesprek 1
Voorwaarden afsluiten Fase 1 Fase 1 is behaald en afgesloten als: FASE 2 Periode 5
6
7
De volgende beroepstaken dienen te zijn afgerond met tenminste een voldoende: BT 1 Schoonmaken van de woonomgeving BT 5 De was verzorgen BT 9 Werkplanning maken BT 10 Ondersteuning bieden bij het bereiden van de maaltijd BT 16 is afgerond met een voldoende Beroepsprestatie 1.3 dient te zijn afgesloten met een voldoende/goed Beroepsprestatie 1.3 dient te zijn afgesloten met een voldoende/goed
de drie examenonderdelen (behorende bij fase 1) met tenminste een voldoende zijn behaald; het ontwikkelingsgerichte beroepsspecifieke deel is afgesloten van leerjaar 1.
Beroepstaak BT 2 Bieden van ondersteuning bij emotionele problemen BT 15 Zorgvrager ondersteunen bij zelfredzaamheid
Koppeling examenonderdeel Voorbereiding op examenonderdeel: BP 2.1 Begeleiden van de zorgvrager bij zelfredzaamheid Voorbereiding op examenonderdeel: BP 2.1 Begeleiden van de zorgvrager bij zelfredzaamheid
BT 11 Zorgvrager verplaatsen en bewegen
Voorbereiding op examenonderdeel: BP 2.2 Ondersteunen bij persoonlijke zorg/ADL
BT 13 Handelen bij ongelukken
Voorbereiding op examenonderdeel: BP 2.4 Professionaliseren Voorbereiding op examenonderdeel: BP 2.4 Professionaliseren
BT 16 Werken aan eigen professionaliteit
BT 14 Handelen bij grensoverschrijdend gedrag
Voorbereiding op examenonderdeel: BP 2.4 Professionaliseren Beroepsspecifieke examenonderdelen fase 2 Voorwaarden voor deelname aan examenonderdeel: Je mag niet eerder deelnemen aan een examenonderdeel van fase 2, voordat fase 1 en leerjaar 1 in zijn geheel zijn afgesloten De volgende beroepstaken dienen te zijn afgerond met BP 2.1 Begeleiden van de zorgvrager bij tenminste een voldoende: zelfredzaamheid BT 2 Bieden van ondersteuning bij emotionele 1 problemen BT 15 Zorgvrager ondersteunen bij zelfredzaamheid De volgende beroepstaken dienen te zijn afgerond met BP 2.2 Ondersteunen bij persoonlijke zorg/ADL tenminste een voldoende: BT 7 Wassen en aan- en uitkleden 2 BT 8 Het uiterlijk verzorgen BT 12 Zorgvrager ondersteunen bij de toiletgang De volgende beroepstaken dienen te zijn afgerond met BP 2.3 Assisteren bij activiteiten en recreëren tenminste een voldoende: 3 BT 3 Ondersteuning bieden bij activiteiten De volgende beroepstaken dienen te zijn afgerond met BP 2.4 Professionaliseren tenminste een voldoende: 4 BT 16 Werken aan eigen professionaliteit Beroepsprestaties 2.1, 2.2, 2.3 en 2.4 dienen te zijn Verantwoordingsverslag 2 5 afgesloten met een voldoende/goed Beroepsprestaties 2.1, 2.2, 2.3 en 2.4 dienen te zijn Assessmentgesprek 2 6 afgesloten met een voldoende/goed Voorwaarden afsluiten Fase 2 de 6 examenonderdelen (behorende bij fase 2) met tenminste een voldoende zijn behaald; Fase 2 is behaald en afgesloten als: het ontwikkelingsgerichte beroepsspecifieke deel is afgesloten van leerjaar 2. 8
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
34
Studiewijzer Helpende Zorg en Welzijn 2015-2017
De rol van de bedrijven/instellingen bij het examen De BPV speelt een belangrijke rol in het beoordelen van beroepsspecifieke examenonderdelen. Alle beroepsprestaties dienen in stage te worden beoordeeld. In de BPV moet je namelijk in de uitvoering van je werkzaamheden laten zien dat je de competenties beheerst. In uitzonderlijke gevallen kan hiervan afgeweken worden. Dit wordt dan vastgelegd in de schoolexamencommissie. De assessmentgesprekken vinden bij voorkeur ook plaats met iemand uit het werkveld. Normering van het eindresultaat per kerntaak Op je diploma worden de resultaten van de verschillende beroepsspecifieke examenonderdelen omgezet naar resultaten per kerntaak.
5.2.4 EXAMENONDERDELEN: NEDERLANDS EN REKENEN (GENERIEK) Aan het eind van je opleiding word je geëxamineerd voor de vakken Nederlands en rekenen. Nederlands en rekenen worden geëxamineerd door centrale examens van het CITO, aangevuld met schoolexamens. De verschillende onderdelen worden gemiddeld tot een eindcijfer. In hoofdstuk 5.2.2 staat hier uitleg over. Let op: als je verlenging krijgt van je opleiding kunnen deze regels anders zijn! 5.2.5 EXAMENONDERDEEL: LOOPBAAN (GENERIEK) Binnen het onderdeel loopbaan onderzoek je wat je kunt, wat je wilt, wat je nodig hebt om een plaats in de maatschappij te vinden die bij je past en aansluit op je mogelijkheden. Het onderdeel Loopbaan is opgenomen in de studieloopbaanuren. Loopbaan omvat de volgende onderdelen: Wat kan ik? (capaciteitenreflectie) Wat wil ik? (motivatiereflectie) Wat zijn de mogelijkheden binnen het werkveld (werkexploratie) Je planning gericht op de mogelijkheden van jezelf en het werkveld (loopbaansturing) Gericht contacten zoeken die je kunnen helpen om planning loopbaan uit te voeren (netwerken) Voor het onderdeel Loopbaan dien je de beoordelingslijsten van de leerprestaties te hebben afgetekend met tenminste een voldoende. 5.2.6 EXAMENONDERDEEL: BURGERSCHAP (GENERIEK) Het hele jaar door houd je je bezig met onderdelen van Burgerschap. Deze zijn in het rooster weggezet in met 1 lesuur per week. Burgerschap bestaat uit vier dimensies, dit zijn: • de politiek-juridische dimensie • de economische dimensie • de sociaal-maatschappelijke dimensie • de dimensie vitaal burgerschap Per dimensie zijn er twee aftekenkaarten, voor iedere fase 1. Alle aftekenkaarten dienen met een voldoende te worden afgesloten om te voldoen aan het vak Burgerschap. Het voldoen aan deze eisen is een voorwaarde voor het halen van je diploma.
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
35
Studiewijzer Helpende Zorg en Welzijn 2015-2017
5.2.7 REGELS OMTRENT KWALIFICEREND BEOORDELEN Herkansing voor beroepsspecifieke examenonderdelen Is de uitslag van een beroepsspecifieke examenonderdeel onvoldoende, dan heb je recht op één herkansing. Haal je de herkansing van een beroepsspecifieke examenonderdeel niet, dan kun je een extra herkansing (ultieme herkansing) aanvragen bij de schoolexamencommissie. Een ultieme herkansing voor beroepsspecifieke examenonderdelen wordt hooguit één keer in de opleiding toegekend. Uit de aanvraag voor een ultieme herkansing moet blijken dat bij de reguliere herkansing sprake was van bijzondere omstandigheden die invloed hadden op het resultaat. Het voortgangsoverleg van de opleiding moet de aanvraag ondersteunen met een positief advies. Registratie van examenresultaten Alle examenresultaten worden geregistreerd bij het examenbureau van de opleiding. De aldaar geregistreerde resultaten zijn bindend. Eén keer per jaar ontvang je een resultatenoverzicht. Als je van mening bent dat het overzicht niet klopt, moet je dit binnen 2 weken na ontvangst melden bij het examenbureau. Er wordt dan onderzocht of je gelijk hebt. Je ontvangt een schriftelijk besluit over jouw melding met, als je gelijk hebt, een nieuw resultatenoverzicht. Vrijstelling van examenonderdelen Eerder behaalde resultaten van beroepsspecifieke examenonderdelen kunnen alleen vrijstellend zijn voor dezelfde onderdelen van verwante opleidingen die op dezelfde manier examineren. Dit is ter beoordeling van de schoolexamencommissie. Vrijstelling voor een examenonderdeel Nederlandse taal of rekenen is alleen mogelijk als aan onderstaande voorwaarden is voldaan: De eenheid is niet langer dan 2 jaar geleden behaald bij een mbo-opleiding van hetzelfde of hoger niveau. Het resultaat is ten minste een 6.
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
36
Studiewijzer Helpende Zorg en Welzijn 2015-2017
5.3 HET EXAMENPLAN Hieronder vind je het examenplan voor je opleiding. Het examenplan geeft een totaaloverzicht van alle verplichte examenonderdelen van de opleiding Helpende Zorg en Welzijn. In het examenplan kun je dus zien wat je moet doen om je diploma te behalen. Het examenplan van deze kwalificatie geeft een totaaloverzicht van alle verplichte examenonderdelen met de erbij behorende exameninstrumenten (methodemix) die worden ingezet. Het plan maakt duidelijk welke examens, in welke vorm door de student moeten worden afgelegd. Het examenplan is kader stellend voor toetsconstructeurs en toetsvaststellers. In het examenplan beroepsspecifiek staat per exameneenheid van links naar rechts het volgende beschreven: • De kerntaak • Het werkproces • de naam van de exameneenheid • De naam van het exameninstrument per exameneenheid • De competenties die bij een werkproces horen • De beroepsspecifieke kwalificatie-eisen voor Nederlands, Rekenen en MvT • De examenlocatie waar het examen plaatsvindt. • Het examenmoment en de duur van het examen • Het scorevoorschrift • De wegingsfactor voor elk examenonderdeel voor de berekening van het eindexamenresultaat per kerntaak Het examenplan is een onderdeel van de Onderwijs- en Examenregeling van het Noorderpoort (OER). Het hele document kun je vinden op: www.noorderpoort.nl -> tabblad leerlinginfo, rubriek Examen MBO.
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
37
Studiewijzer Helpende Zorg en Welzijn 2015-2017
5.3.1 EXAMENPLAN BEROEPSSPECIFIEK (MET EEN BEOORDELINGSSTRUCTUUR MET INDIRECTE HERLEIDING NAAR EEN KERNTAAK)
1
4
Voor de toelichtingen op * t/m * : Zie volgende pagina. Kwalificatie en crebo:
EXAMENPLAN:
Code Exameneenheid
Examenvorm uit methodemix *1
BsEx_HZW:13-PR1 Kt1 *2
BsEx_HZW:13-PR1 Kt3 *2
Eisen voor Beroepsspecifiek Ned, Rek.
PR1 Proeve 1 waardering Kt 1 *2 i.p.v. de BP’s 1.3 en 2.3
WP 1.1: J, Q, R, T. WP 1.2: L, R, T. WP 1.4: L, R, T. WP 1.5: J, K, T.
Geïntegreerd in het totaal van de beroeps-gerichte examens
In BPV of op school
Tijdens Fase 2
O / V/ G
V
PR1 Proeve 1 waardering Kt 3 *2 i.p.v. de BP’s 1.3 en 2.3
WP 3.3: J, R.
idem
In BPV of op school
Tijdens Fase 2
O / V/ G
V
idem
In BPV of op school
Tijdens Fase 1
O / V/ G
V
1
1
idem
In BPV of op school
Tijdens Fase 1 evt. Fase. 2
O / V/ G
V
1
1
idem
Op school
O / V/ G
V
1
idem
Op school
O / V/ G
V
1
Geïntegreerd in het totaal van de beroeps-gerichte examens
In BPV of op school
Tijdens Fase 2
O / V/ G
V
Als BP’s F,2
idem
In BPV of op school
Tijdens Fase 2
O / V/ G
V
idem
In BPV of op school
Tijdens Fase 2
O / V/ G
V
idem
In BPV of op school
Tijdens Fase 2
O / V/ G
V
BP
BP 1.3 Plannen en uitvoeren van huishoudelijke taken
BsEx_HZW:13-BP 2.3
BP
BP 2.3 Assisteren bij activiteiten en recreëren
BsEx_HZW:13-VV1
VV
VV 1 Verantwoordingsverslag, Fase 1
PR2 Proeve 2 waardering Kt 1 *2 i.p.v. de BP’s van Fase 2
BsEx_HZW:13-PR2 Kt1 *2 BsEx_HZW:13-PR2 Kt2 *2
PR
PR2 Proeve 2 waardering Kt 2 *2 i.p.v. de BP’s van Fase 2 PR2 Proeve 2 waardering Kt 3 *2 i.p.v. de BP’s van Fase 2
BsEx_HZW:13-PR2 Kt3 *2 BsEx_HZW:13-BP 2.1
AG 1 Assessmentgesprek, Fase 1
BP
BP 2.1 Begeleiden van de zorgvrager bij zelfredzaamheid
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
WP 1.1: J, Q, R, T. WP 1.2: L, R, T. WP 3.3: J, R. WP 1.1: J, Q, R, T. WP 1.4: L, R, T. WP 1.5: J, K, T. WP 3.3: J, R. WP 1.2: R. WP 1.2: R. WP 3.3: R. WP 1.1: J, Q, R, T. WP 1.3: D, K, R. WP 1.5: J, K, T. WP 2.1: D. WP 2.2: D, R. WP 3.1: K. WP 3.2: E. WP 3.3: J, R. WP 2.1: D. WP 2.2: D, R. WP 3.2: E, J, T.
Waar *3 (examenduur *4)
Wanneer
Tijdens Fase 1 Tijdens Fase 1
Score voorschrift
Minimaal nodig om te slagen
Weging in diplomaresultaat per kerntaak KT 1 KT 2 KT 3
Werkprocessen en competenties
BsEx_HZW:13-BP 1.3
AG
Helpende Zorg en Welzijn, 22189
Titel van de exameneenheid
PR
BsEx_HZW:13-AG1
Kwalificatiedossier en crebo:
Helpende Zorg en Welzijn, 92640
Als BP’s F.1 Als BP’s F.1
1
Als BP’s F.2 Als BP’s F.2 1
38
1
Studiewijzer Helpende Zorg en Welzijn 2015-2017
BsEx_HZW:13-BP 2.2
BP
BP 2.2 Ondersteunen bij persoonlijke zorg/ADL
BsEx_HZW:13-BP 2.4
BP
BP 2.4 Professionaliseren
BsEx_HZW:13-VV2
VV
VV 2 Verantwoordingsverslag, Fase 2
BsEx_HZW:13-AG2
AG
AG 2 Assessmentgesprek, Fase 2
WP 1.1: J, Q, R, T. WP 1.3: D, K, R. WP 1.5: J, T. WP 3.3: J, R. WP 3.1: K. WP 3.2: E. WP 1.3: D. WP 1.4: R. WP 2.1: D. WP 3.1: K WP 3.3: R
idem
In BPV of op school
idem
In BPV of op school
idem
Op school
idem
Op school
Tijdens Fase 2 Tijdens Fase 2 Tijdens Fase 2 Tijdens Fase 2
O / V/ G
V
O / V/ G
V
O / V/ G
V
O / V/ G
V
1
1 1 1
Toelichting bij examenplan: 1
* De exameninstrumenten van Stichting Consortium Beroepsonderwijs omvatten een logische mix van werkprocessen vanuit de kerntaken. Werkprocessen worden meerdere malen onder verschillende condities zoals de mate van zelfsturing, de complexiteit van de zorgverlening en de beroepscontext beoordeeld. De gebruikte examenvormen zijn: Kwalificerende beroepsprestatie (BP), Verantwoordingsverslag (VV) en Assessmentgesprek.(AG) 2
* De proeve: In de regel wordt geëxamineerd middels de (kwalificerende) BP’s. Bij gebruik van de proeve (PR) vervangt deze alle BP’s van de fase. De proeve bestaat uit 3 gecombineerde examenonderdelen (per kerntaak) en is de optelsom van de alle kwalificerende beroepsprestaties 1.3, 2.1, 2.2 en 2.3. De proeve levert voor elke kerntaak een afzonderlijke waardering (resultaat) Voor de eindwaardering van een kerntaak komt het proeveresultaat in de plaats van elk BP-resultaat voor die kerntaak. Naast proeve moeten de verantwoordingsverslagen (VV) en assessmentgesprekken (AG) worden gedaan. Bij kortdurende trajecten kan worden gekozen om de inhoud van twee verantwoordingsverslagen samen te voegen tot één verslag. De twee assessmentgesprekken kunnen worden samengevoegd tot één gesprek. 3
* Waarneembaar gedrag wordt beoordeeld in de BPV. De specifieke bewijsstukken die het gedrag ondersteunen worden beoordeeld op school. De werkbegeleider tekent voor authenticiteit. Dit geldt voor alle beroepsprestaties. Het verantwoordingsverslag wordt beoordeeld op school en het assessmentgesprek wordt gehouden door zowel een vertegenwoordiger uit de praktijk als van school. 4
* Er is geen vaste duur aan te geven voor de uitvoering van de beroepsprestaties. Dit is afhankelijk van de BPV- plek en het tempo van de student. Er wordt een adviesplanning gemaakt, deze staat in de BPV-gids maar studenten kunnen in overleg met de studieloopbaanbegeleider, de bpv-docent en de praktijkopleider een andere planning maken. Deze wordt vastgelegd in een POP/PAP. Voor een examenonderdeel dat bij eerste deelname met een onvoldoende is beoordeeld, heeft de student binnen het geldende opleidingstraject recht op één herkansingsmogelijkheid. In geval van bijzondere omstandigheden kan de schoolexamencommissie een extra herkansing toekennen.
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
1
39
1
Studiewijzer Helpende Zorg en Welzijn 2015-2017
Examenplan voor de certificeerbare eenheden: Certificeerbare eenheden (CE) worden uitgereikt indien de opleiding niet afgerond kan worden met het behalen van het diploma, maar wel voldaan is aan de exameneisen van de CE. Als een student de opleiding eerder wil verlaten en deze certificeerbare eenheid wil verzilveren met een certificaat, dient hij/zij een verzoek in bij de examencommissie van de opleiding. Certificeerbare eenheid CE1: Hulp bij huishouden, wonen, en recreeren
Afsluiting van deze certificeerbare eenheid vindt plaats als beroepsprestatie 1.3, verantwoordingsverslag 1 en assessmentgesprek 1 met minimaal een voldoende zijn afgesloten.
Certificeerbare eenheid CE2: Hulp bij persoonlijke verzorging/ADL
Afsluiting van deze certificeerbare eenheid vindt plaats als beroepsprestatie 2.2 met minimaal een voldoende is afgesloten.
Certificeerbare eenheid CE3: Hulp bij (sociale) activiteiten
Afsluiting van deze certificeerbare eenheid vindt plaats als beroepsprestatie 2.3 met minimaal een voldoende is afgesloten.
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
40
Studiewijzer Helpende Zorg en Welzijn 2015-2017
5.3.2 EXAMENPLAN NEDERLANDSE TAAL* GENERIEK (AFNAME VIA EXAMENORGANISATIE) Nederlands mbo 2 Domein/ Vaardigheid Luisteren Lezen Schrijven
Score voorschrift Cijfer op 1 decimaal achter de komma Cijfer (geheel getal)
Spreken
Cijfer (geheel getal)
Gesprekken voeren
Cijfer (geheel getal)
Taalverzorging
Geïntegreerd in examen schrijven
Weging in eindcijfer. Afronden op geheel getal.
Afname-locatie
50%
Examenlocatie Noorderpoort
25%
Examenlocatie Noorderpoort of de eigen school
25% (spreken en gesprekken voeren tellen even zwaar, elk voor de helft)
Examenlocatie Noorderpoort of de eigen school
n.v.t.
n.v.t.
Examen
Opmerkingen
CE 2F duur: 90 minuten 2 Digitaal examen
TOA3 Nederlands schrijven 2F toets 1 GB (globale beoorde-ling, ingekort) duur: max. 60 min. Digitaal examen TOA Nederlands spreken 2F toets 1 IE4 Mondeling examen
Het eindcijfer moet minimaal een 5 zijn om een diploma te halen.
TOA Nederlands gesprekken voeren 2F toets 1 IE. Mondeling examen n.v.t.
CE lezen en luisteren in één afnamemoment: 90 minuten, alleen CE verplicht vanaf halverwege de opleiding Spreken/gesprekken voeren in één afnamemoment: inclusief beoordeling: 20 minuten, 2 cijfers
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
41
Studiewijzer Helpende Zorg en Welzijn 2015-2017
5.3.3 EXAMENPLAN REKENEN* GENERIEK (AFNAME VIA EXAMENORGANISATIE) Rekenen Mbo 2 Domein/ vaardigheid Getallen Verhoudingen
Meten/meetkunde Verbanden
Scorevoorschrift Cijfer; 1-10 (= Eindcijfer, afgerond op geheel cijfer)
Afnamelocatie Examenlocatie Noorderpoort
Examen COE Rekenen 2F duur: 90 min. Digitaal examen
Opmerkingen Het resultaat van het rekenexamen telt m.i.v. 2016-2017 mee voor een diploma. De normering wordt nader bepaald.
Bij het schrijven van dit examenplan is nog niet precies bekend welk resultaat voor rekenen minimaal moet zijn behaald om te voldoen aan de slaag/zakregeling. Een student die minimaal een 6 heeft behaald voor het centraal examen rekenen in de tweede helft van de opleiding (of in het laatste jaar) voldoet voor dit onderdeel in elk geval aan de slaag/zakregeling. Zodra duidelijk is hoe de slaag/zakregeling voor rekenen er definitief uit gaat zien, worden de studenten hierover geïnformeerd via een addendum bij dit examenplan 6 Afname vanaf halverwege de opleiding.
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
42
Bijlage 1 – Studiewijzer Helpende Zorg en Welzijn 2015-2017
BIJLAGE 1 Beoordelen van de examenonderdelen en het komen tot een resultaat op het diploma Vanaf cohort 2012 zijn Mbo-opleidingen verplicht op het diploma een resultaat per kerntaak te vermelden. Binnen het Noorderpoort gelden voor deze opleidingen de volgende regels: • Voor de beroepsspecifieke examenexamenonderdelen wordt gebruik gemaakt van kwalificerende beroepsprestaties of proeves, verantwoordingsverslagen en assessmentgesprekken van Stichting Consortium Beroepsonderwijs. Door de mix van exameninstrumenten (methodemix) laat je zien dat je kennis, vaardigheden met daarbij de juiste houding bezit en in verschillende beroepssituaties bewust en bekwaam kunt handelen. • Per examenonderdeel krijg je één eindwaardering (=resultaat); Een onvoldoende, voldoende of goed. Alle onderdelen moeten met minimaal een voldoende zijn beoordeeld. Zie examenplan in je studiewijzer/oer. • Bij een onvoldoende heb je recht op één herkansing. Het laatste resultaat telt voor je diploma. De beroepsspecifieke examenonderdelen BP (Kwalificerende Beroepsprestatie) Een BP bestaat uit voorgeschreven opdrachten die gedurende een periode in de BPV worden uitgevoerd. Je wordt daarbij op één of meer werkprocessen (en daarbinnen op competentieniveau) beoordeeld. Over de nadere invulling van de opdrachten maak je vooraf afspraken met de school (BPV-docent) en de BPVinstelling. Indien beiden akkoord zijn volgt een ‘go’ voor de BP. De BP’s zijn verdeeld over ‘Fasen’ van de opleiding. In een 3-jarig traject komen de fasen ongeveer overeen met de studiejaren. PR (Proeve) Een PR bestaat uit voorgeschreven praktijkopdrachten waarbij in één periode alle BP’s van een Fase worden uitgevoerd en beoordeeld. De PR vervangt de uitvoering van BP’s uit een Fase; PR1 = Fase 1+2, PR2 = Fase 3. Een deel van de opdrachten, maar niet alle(!) kan evt. op school uitgevoerd worden. Over de nadere invulling van de opdrachten worden vooraf afspraken gemaakt. VV (Verantwoordingsverslag) Een VV bestaat uit voorgeschreven opdrachten waarbij je in een schriftelijk examenproduct aantoont in staat te zijn tot bewust bekwaam handelen in de beroepspraktijk en daarop kan reflecteren. Over de nadere invulling van de opdracht maakt je vooraf afspraken met de school en evt. de BPV-instelling. Bij akkoord volgt een ‘go’ voor het VV. De VV’s zijn gekoppeld aan ‘Fase 1+2’ (VV1) of ‘Fase 3’ (VV2) van de opleiding. In een 3-jarig traject komen de fasen ongeveer overeen met de studiejaren. AG (Assessmentgesprek) Een AG bestaat uit voorgeschreven opdrachten waarbij je in een gesprek (mondeling examen) aantoont in staat te zijn tot bewust bekwaam handelen in de beroepspraktijk en daarop kan reflecteren. De AG’s zijn gekoppeld aan ‘Fase 1+2’ (AG1) of ‘Fase 3’ (AG2) van de opleiding. In een 3-jarig traject komen de fasen ongeveer overeen met de studiejaren. De mogelijke eindwaarderingen Onvoldoende De student toont het gedrag zoals het staat beschreven in de beoordelingslijst niet of onvoldoende. Bij een onvoldoende geldt dat je een herkansing krijgt. Je krijgt duidelijk te horen wat je over moet doen/maken en binnen welke tijd dit moet gebeuren.
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
43
Studiewijzer Helpende Zorg en Welzijn 2015-2017
Voldoende De student toont het gedrag zoals het staat beschreven in de beoordelingslijst voldoende aan. Goed De student presteert beter, laat meer zien, dan in de beoordelingslijst vereist wordt. De prestatie is boven de norm en wordt met goed beoordeeld. Onvoldoende De student voldoet niet of onvoldoende aan: • Het werken binnen de complexiteit van de beroepssituatie • De mate van zelfsturing • De mate van zelfstandigheid • De eisen in de beoordelingslijst
Voldoende De student voldoet voldoende aan: • Het werken binnen de complexiteit van de beroepssituatie • De mate van zelfsturing • De mate van verantwoordelijkheid • De eisen in de beoordelingslijst
Goed De student voldoet goed (veel beter dan vereist) aan: • Het werken binnen de complexiteit van de beroepssituatie • De mate van zelfsturing • De mate van verantwoordelijkheid • De eisen in de beoordelingslijst
Hulpvragen voor het beoordelen van – GOED • Handelt de student bewust bekwaam door inzicht te tonen in de situatie? • Kan de student het eigen handelen goed verantwoorden? • Is de student proactief door zelf initiatieven te nemen en adequaat te handelen? • Deelt de student relevante kennis en inzicht? • Is de student een gelijkwaardige collega? • Geeft de student constructieve feedback met als doel de kwaliteit van het werk te verbeteren? Onderbouwing van de beoordeling De beoordelaar moet in duidelijke en in begrijpelijke taal beschrijven hoe hij/zij tot het oordeel is gekomen. Dit kan worden verduidelijkt met concrete voorbeelden van waargenomen gedrag. Als een onvoldoende wordt gegeven op het specifieke bewijsstuk of het verantwoordingsverslag, wordt door de beoordelaar duidelijk aangegeven wat maakt dat het onvoldoende is. Aan het einde van een assessmentgesprek wordt de beoordeling gegeven aan de hand van de beoordelingslijst. De beoordeling wordt toegelicht met voorbeelden uit het gesprek. Je weet als student dus precies waar je aan toe bent met de beoordeling. Hoe wordt beoordeeld en door wie? Elk werkproces behoort bij een kerntaak. Voorbeeld: wp 1.3 hoort bij kerntaak 1, wp 2.1 hoort bij kerntaak 2. Bijvoorbeeld: BP 1: De opdracht is zo beschreven dat je competenties bij werkproces 1.1 en 1.3 + werkproces 2.4 + werkproces 3.1 kunnen worden beoordeeld. Het gaat dan over werkprocessen uit drie verschillende kerntaken. De beoordeling gebeurt door de werkbegeleider op de werkvloer. Deze ziet jou immers werken en beoordeelt jouw handelen aan de hand van de beoordelingslijst. Dit is één deel van de beoordeling. Daarnaast moet je één of meerdere specifieke bewijsstukken maken zoals een activiteitenplan. Het bewijsstuk gaat over kennis, vaardigheden en houding. De werkbegeleider leest het bewijsstuk en tekent ervoor dat het jouw eigen bewijsstuk is dat vanuit de stage tot stand is gekomen. Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
44
Studiewijzer Helpende Zorg en Welzijn 2015-2017
Je krijgt van je werkbegeleider feedback maar dit is geen beoordeling! De beoordeling van het specifieke bewijsstuk gebeurt op school door een vakinhoudelijk deskundige docent. Hiervoor zijn controlelijsten ontwikkeld. We hebben gekozen voor deze werkwijze omdat we vinden dat we als school samen met het werkveld verantwoordelijk zijn voor jouw beoordeling. De uiteindelijke handtekeningen op de beoordelingslijsten worden geplaatst als zowel de werkbegeleider als de bpv-docent alle informatie bij elkaar heeft. Je hebt vereist gedrag laten zien en hebt bewijsstukken gemaakt die dit gedrag ondersteunen. De bewijzen zijn met minimaal een voldoende beoordeeld om over te gaan tot een beoordeling op de beroepsprestatie. De beoordeling wordt met jou doorgesproken en de formulieren worden definitief ingevuld en ondertekend. De ondertekening gebeurt in aanwezigheid van student, werkbegeleider en docent. Hoe komen we tot een eindwaardering/resultaat op de beroepsprestatie? De beoordeling voor de beroepsprestatie geldt voor alle werkprocessen die binnen die beroepsprestatie zijn beoordeeld. Als alle beoordelingen binnen een beroepsprestatie met Voldoende zijn beoordeeld krijg je een Voldoende als beoordeling voor dit examenonderdeel. Een voorbeeld: BP 1: Alle competenties bij werkproces 1.1 en 1.3 + werkproces 2.2 + werkproces 3.1 worden met ‘aangetoond’ of ‘voldoende’ beoordeeld. (geen enkele ‘Onvoldoende’): Je hebt als eindwaardering voor de BP een Voldoende gekregen ( gedrag + bewijsstuk) voor deze beroepsprestatie. Deze voldoende telt dan mee binnen kerntaak 1 ( wp 1.1, 1.3), kerntaak 2 ( wp 2.2) en kerntaak 3 ( wp 3.1). Als je voor 80% of meer boven de norm hebt gepresteerd dan krijg je een Goed als beoordeling voor de beroepsprestatie. Deze goed telt dan mee binnen alle kerntaken zoals beschreven in de beroepsprestatie.( soms 1 kerntaak en soms meer) BP 1: competenties bij werkproces 1.1 en 1.3 + werkproces 2.4 + werkproces 3.1 worden beoordeeld. 80% of meer van de beoordelingen is aangegeven als ‘boven de norm’ of Goed’: Je hebt als eindwaardering voor de BP een Goed gekregen ( gedrag + bewijsstuk). Deze Goed telt dan mee binnen kerntaak 1 ( wp 1.1, 1.3), kerntaak 2 ( wp 2.4) en kerntaak 3 ( wp 3.1). Op deze manier worden alle examenonderdelen: beroepsprestaties, verantwoordingsverslagen en assessmentgesprekken beoordeeld en geregistreerd. Uiteindelijk worden de beoordelingen opgeteld. Als je binnen een kerntaak meer dan 50% GOED hebt gescoord dan wordt het diplomaresultaat voor de kerntaak een GOED. Scoor je 50% of lager dan krijg je een Voldoende voor de kerntaak. Alle examenonderdelen moeten uiteraard wel met een voldoende zijn afgesloten. Voorbeeld: Beroepsprestatie 1: 4 van de 5 competenties verdeeld over 3 werkprocessen ( wp 1.1, 2.1, 3.1) zijn met Goed beoordeeld = 80% = Goed voor BP 1 Het resultaat telt als Goed voor kerntaak 1,2 en 3 Beroepsprestatie 2: 2 van de 4 competenties verdeeld over 2 werkprocessen ( wp 1.2, 1.3) zijn met Goed beoordeeld = 50% = Voldoende voor BP 2
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
45
Studiewijzer Helpende Zorg en Welzijn 2015-2017
Het resultaat telt als Voldoende voor kerntaak 1 Verantwoordingsverslag 1: 1 van de 2 competenties bij een werkproces ( 2.3) wordt met Goed beoordeeld = 50% = voldoende voor Verantwoordingsverslag 1 Het resultaat telt als Voldoende voor kerntaak 2 Assessmentgesprek 1: 1 van de 1 competentie bij een werkproces ( 3.1) wordt met Goed beoordeeld = 100% = Goed voor Assessmentgesprek 1 Het resultaat telt als Goed voor kerntaak 3 De resultaten worden door het examenbureau bijgehouden en doorgerekend om tot een eindresultaat te komen. Je kunt behalen: kt 1 BP 1 V/G Bp 2 V/G Verantwoordingsverslag 1 Assessmentgesprek 1
kt 2 V/G
Je hebt behaald: kt 1 BP 1 G Bp 2 V Verantwoordingsverslag 1 Assessmentgesprek 1
kt 2 G
V/G
V
kt3 V/G V/G kt3 G G
De cesuur voor het bepalen van het diplomaresultaat ligt op 51%. Dit betekent voor het voorbeeld dat je de volgende resultaten op het diploma krijgt: Kerntaak 1 = Voldoende Kerntaak 2 = Voldoende Kerntaak 3 = Goed
Noorderpoort EEMSDOLLARD | Beroepsonderwijs Appingedam
46