Studentondernemingen Opzet studentonderneming 3e jaars
Uitgangspunten werken met ondernemingen: -
Opzetten van, leiden van en werken in eigen onderneming Samenwerking met bedrijfsleven. Realistische projecten. Ondernemendheid bevorderen. Linken van theorie en praktijk.
Soorten werkzaamheden ondernemingen T&D Door de studenten worden alleen ontwerpwerkzaamheden uitgevoerd. Er wordt m.a.w. diensten geleverd, geen producten. Prototypes/ producten worden via derden aangevraagd (kan ook binnen ROC maar niet door de onderneming uitgevoerd. + geen hoge materiaalkosten + beperking van risico’s - Minder aantrekkelijk voor opdrachtgevers (geen one-stopshop
4/5 studenten (naar voorbeeld Handel & Marketing) DIRECTEUR
P&O
(SALES/PR)
TECHNISCH VERANTW.
= gecombineerde functie
VERANTW. VORMGEVING
FINANCIEEL INKOOP CALCULATIE
Aandelen Elke student dient een aantal aandelen te verkopen (aan familie / vrienden / kennissen) om zo een startkapitaal te vergaren. Van dit bedrag worden in eerste instantie onkosten en loon betaald. Onkosten, loon , aandelenkapitaal en vergoedingen worden zodanig bepaald dat bij 0 inzet het gehele kapitaal na afloop van de periode verdwenen is. + betrokkenheid van ouders bij onderneming
Aandelen verkoop / inkoop De onderneming is in bezit van ROC Eindhoven. De ouders kunnen een aandeel nemen in de onderneming door aandelen te kopen. Dit bedrag wordt op de bankrekening van de onderneming gestort. Aan het einde van de periode wordt het bedrag op de bankrekening weer evenredig verdeeld over de aandeelhouders (rekening houdend met het aantal aandelen per aandeelhouder natuurlijk). Wanneer het bedrag op de rekening hoger is dan bij aanvang is er winst gemaakt, bij een lager bedrag hebben de studenten wat uit te leggen.
Loon Voor deelname in de onderneming krijgen de studenten loon uitbetaald. Dit is een klein bedrag wat sowieso wordt uitgekeerd, ongeacht inzet. Doel van dit bedrag is het laten slinken van het bedrag op de bank. Geadviseerd wordt het bedrag aan een goed doel over te maken.
Vergoeding diensten De opdrachtgever betaalt de onderneming op basis van uren. De onderneming maakt een inschatting van de uren die zij verwachten nodig te hebben om de opdracht te volbrengen. Hier volgt een bedrag uit dat wordt voorgelegd aan de opdrachtgever. Bij akkoord wordt de opdracht uitgevoerd, anders wordt in overleg een aanpassing gedaan. De hoogte van het uurtarief wordt zodanig bepaald dat bij een percentage productieve uren de kosten (loon + onkosten) gedekt zijn. Bij het uitvoeren van een hoger percentage productieve uren kan winst gemaakt worden.
Financiële stromen Om de opzet zo realistisch mogelijk te maken zijn de volgende financiële stromen van toepassing:
aandeelhouders
Vergoeding voor opdracht
bank
loon
onkosten
Doelstelling: De studenten moeten een bepaalde hoeveelheid van de beschikbare uren declarabel aan het werk zijn. Op deze manier kunnen de kosten die het bedrijf maakt betaald worden, zonder dat het kapitaal (verdiend uit aandelen) slinkt. Het percentage declarabele uren is nader te bepalen, dat moet aan de hand van hoeveelheid aandelen, aandelenprijs, loonkosten, uurtarief etc. bepaald worden. Het streven is om bij 60-70% declarabele uren, break even te spelen.
Opdrachtgevers: De opdrachten worden door externe partijen vertrekt. Om ervoor te zorgen dat de onderneming niet in tè hoge mate afhankelijk zijn van succesvolle acquisitie, moet ROC een vaste opdrachtgever ter beschikking hebben (kan ook ROC zelf zijn). De vaste opdrachtgever mag maximaal 50%-70% (ntb) van de tijd claimen, de rest moet ingevuld worden met eigen acquisitie.
Opdrachten: De opdrachten die door de studentondernemingen uitgevoerd worden, moeten van toepassing zijn op het vakgebied. Dit wil zeggen dat het binnen de aangegeven kerntaken van de opleiding moet liggen. Door de studenten zelf moet aangegeven worden wélke kerntaken, werkprocessen en competenties er binnen de opdracht aangewend worden. Deze worden aangetoond door zelf aangegeven prestatie-indicatoren. De begeleider geeft aan van welk niveau de opdracht is.
Toetsing: De studenten worden op competenties beoordeeld naar aanleiding van zelf aangegeven prestatie-indicatoren. De vakdocent schaalt de opdracht in op niveau en beoordeeld het eindresultaat. Indien de opdrachten van voldoende niveau zijn, kunnen in het derde jaar kerntaak 1&2 afgesloten worden door de student. Eis hierbij is wel dat de student aan kan tonen dat hij/zij persoonlijk over deze competenties beschikt. Bij het acquireren van de opdrachten bij toekomstige opdrachtgevers, kan door studenten rekening gehouden worden met het inzichtelijk kunnen maken van kerntaken.
Niet aan kunnen tonen van kerntaken ? Voor studenten binnen een studentonderneming moet er een algemene opdracht beschikbaar zijn, waarmee ze tijdens of na hun ondernemings-periode, kerntaak 1&2 kunnen afsluiten.
Ondernemendheid Studenten moeten naar aanleiding van hun werkzaamheden binnen de onderneming, hun ondernemendheid aan kunnen tonen. Dit is een examen (zie bijlagen) waarbij de student aan de hand van 9 punten aan kan tonen in hoeverre zij een ondernemende houding hebben. Kansen zien:
- Creativiteit - Marktgerichtheid
Kansen benutten:
- Prestatiegerichtheid - Zelfstandigheid - Dominantie - Sociale oriëntatie - Zelfvertrouwen - Doorzettingsvermogen - Risicobereidheid
Opstart ondernemingen: Sollicitatie naar functie - sollicitatiebrief naar aanleiding van vacature (in combinatie met NED) - Sollicitatiegesprek Samenstelling team in overleg met begeleiders - Verdeling van functies - Overleg met directeur over invulling functies en aandachtrspunten Met team schrijven van ondernemingsplan (BDK) - Huisstijl (visitekaartjes, website, offerte)
Werkwijze ondernemingen: 1. Aqcuisitie - Eigen initiatief - Via Brainport - Intern ROC (opdracht vanuit T&D, andere opleidingen) 2. Kennismakingsgesprek met opdrachtgever 3. Omschrijving opdracht n.a.v. gesprek. Overleg met begeleider. 4. Offerte opstellen - Opdelen project in fases, offerte per fase om risico te spreiden. - Inschatting aantal uren - Inschatting onkosten (reiskosten)
Werkwijze ondernemingen:
5. Goedkeur offerte door opdrachtgever: - Eventueel aanpassen - Alleen bij schriftelijke goedkeuring starten met het project 6. Verloop project ten alle tijden zichtbaar voor team, opdrachtgever en begeleiders (via Fronter).
Screendump Fronter
Werkwijze ondernemingen: 7. Presentatie - Presentatie resultaten van de geoffreerde en doorlopen fase - Eventueel doorspreken vervolgstappen/ verbeteringen (Herhaling vanaf stap 3) 8. Oplevering project (projectmap), betaling door opdrachtgever 9. Nabespreking met opdrachtgever - Wat ging goed, wat kon beter? - Eventueel aanbeveling
Situatie vanaf februari 2012 (pilot): Nog geen inschrijving bij Stichting mini-onderneming ROC, consquenties: -
Geen bankrekeningnummer Geen rechtspersoon Geen KvK nummer
Dus: Er kan niet met aandelen, loon of beloningen gewerkt worden.
Studentondernemingen, mei 2011
Huidige oplossing:
Situatie vanaf september 2012 (start): BPV situatie gewijzigd: in plaats van een geheel jaar 2 dagen op school aanwezig te zijn (en dus continu opdrachten kunnen uitvoeren), zijn de leerlingen nu maar twee perioden beschikbaar op school: de 1e en 4e periode. Een dergelijk gat in een onderneming is niet wenselijk (zie schema hieronder).
Vakantie
Stud.Ond.
BPV
Stud.Ond.
Vakantie
Studentondernemingen, mei 2011
Situatie vanaf september 2012 (start): De oplossing zou zijn om een studentonderneming in plaats van BPV in te zetten. Op deze wijze kan de eerste periode ingezet worden om de onderneming op te zetten / acquisitie te starten. De laatste periode om af te sluiten en/of kerntaak 1&2 af te ronden. BPV en studentondernemingen kunnen naast elkaar bestaan.
Vakantie
Stud.Ond. / BPV / Buitenslandse stage
Vakantie
Studentondernemingen, mei 2011
Situatie vanaf september 2012 (start): Studentonderneming in plaats van BPV. Voorwaarden: -
Voldoende begeleiding beschikbaar (want 40 uur per week aanwezig op ‘school’). Eigen werkruimte Serieuze studenten, moeten solliciteren en geselecteerd worden.
En: -
Reden voor studenten om te solliciteren naar een functie binnen de onderneming.
Studentondernemingen, mei 2011