Strategische verkenning Onderwijs en Tuinbouw Digitaal Investeren in digitale competenties: noodzaak of bijzaak?
Februari 2011 Versie 3.0 Marjan van der Wel Qwesties, Onderzoek&Advies in leerprocessen
Inhoud 1
Inleiding ......................................................................................................... 3
2
Situatieschets ................................................................................................. 4
3
Aanpak .......................................................................................................... 5 3.1
Documentenstudie..................................................................................... 5
3.2
Startbijeenkomst onderwijs- bedrijfsleven .................................................... 5
3.3
Interviews ................................................................................................ 6
3.4
KIGO sessie .............................................................................................. 6
4
Documentenstudie ........................................................................................... 8
5
Bevindingen inventarisatie aanbodkant .............................................................10
6
5.1
Interviews groen onderwijs (mbo en hbo) ...................................................10
5.2
Desk research onderwijsaanbod .................................................................12
Bevindingen inventarisatie vraagkant ................................................................14 6.1
Interviews bedrijfsleven ............................................................................14
6.2
Aanbod bedrijfsleven ................................................................................15
7
Reflectie op de bevindingen .............................................................................16
8
Groslijst ideeën kansrijke projecten ..................................................................17 8.1
Spoor 1: Productschap Tuinbouw als partner ...............................................17
8.2
Spoor 2: Ondersteuning kansrijke regio‟s, netwerken en CoP‟s .......................18
8.3
Spoor 3: Ontwikkeling onderwijsleermiddelen/ nieuwe opleiding ....................18
8.4
Spoor 4: Docentprofessionalisering .............................................................19
8.5
Spoor 5: Verbinding diverse initiatieven en onderzoeksuitkomsten .................19
Bijlagen ...............................................................................................................21
1 Inleiding Voor u ligt de Rapportage Strategische verkenning Onderwijs en Tuinbouw Digitaal. Investeren in digitale competenties. Dit stuk is het resultaat van een project dat in samenwerking met de tuinbouwsector en het onderwijs is uitgevoerd. De opdracht luidde: „ Doe een verkenning naar welke rol het onderwijs kan spelen in het speerpunt ICT-kennis en Competentieontwikkeling van het programma Tuinbouw Digitaal.‟ Doel van de verkenning was om inzicht te geven in deze thematiek en om in gesprek met de sector en het onderwijs voorstellen voor vervolgprojecten te formuleren om de situatie te verbeteren. Opdrachtgever was het Productschap Tuinbouw (Jaap de Vries, namens de Stuurgroep Tuinbouw Digitaal). Het projectteam (Marjan van der Wel, Qwesties, projectleider, Conny Graumans, vanuit GKC programma Plant, en Barry Looman, vanuit GKC programma Plant, leden projectteam) voerde de opdracht uit in de periode november 2010- februari 2011. Marjan van der Wel heeft het rapport geschreven.
De rapportage begint in hoofdstuk 2 met een situatieschets en het aangeven van de noodzaak en waarde van digitale informatie in de Tuinbouwsector. Daarna geef ik in hoofdstuk 3 een beschrijving van de aanpak van de verkenning. In het vierde hoofdstuk beschrijf ik bevindingen uit de literatuur. In hoofdstuk vijf komen de bevindingen van de inventarisatie van de aanbodkant (onderwijs) aan bod evenals een eenvoudige desk research naar onderwijsaanbod, en het zesde hoofdstuk beschrijf ik de uitkomsten van de inventarisatie van de vraagkant (bedrijfsleven, Tuinbouwsector). Op basis van alle bevindingen formuleer ik in het zevende hoofdstuk een aantal kenmerken voor kansrijke projecten. Het document wordt afgesloten met een groslijst van projectideeën die tijdens het project naar voren zijn gekomen op basis waarvan in een afsluitende sessie projectpartners elkaar kunnen vinden. De ideeën zijn geclusterd rond samenhangende Sporen.
3
2 Situatieschets Digitale informatie speelt een cruciale rol in het efficiënt en effectief organiseren van de Nederlandse tuinbouwketen. Dat geldt voor zowel de Nederlandse productietuinbouw als voor de handel. Digitale informatie is de smeerolie van de Nederlandse Tuinbouwketen. Het kunnen beschikken over de juiste, complete digitale informatie op het juiste moment is basis voor optimale ketensamenwerking. Naast goede producten is een goede agrologistiek van even vitaal belang voor de concurrentiepositie. Steeds vaker worden (levering)afspraken over de gehele keten heen gemaakt en moeten deze afspraken in de logistiek gevolgd worden. Daarom heeft het Nederlandse tuinbouwcluster in het programma Tuinbouw Digitaal (kortweg TD) de volgende ambitie gesteld: Het Nederlandse tuinbouwcluster is in 2015 in Europa leidend op het gebied van digitaal informatiemanagement in tuinbouwketens en is dat mondiaal in 2020. Een van de speerpunten in Tuinbouw Digitaal is ICT-kennis en competentieontwikkeling. Meer kennis bij ondernemers over de voordelen (kostenreductie, overzicht, rust, etc.) die de huidige stand van ICT biedt, is de basis voor het op een hoger niveau tillen van de toepassing van ICT in de bedrijven. Om dit te realiseren wil Tuinbouw Digitaal in samenwerking met de reguliere opleidingsinstituten werken aan een digitaal verbeteringstraject. De doelgroepen zijn de toekomstige en de huidige medewerkers betrokken bij informatiemanagement op de tuinbouwbedrijven in de keten.
4
3 Aanpak In dit hoofdstuk ga ik in op de wijze waarop de inventarisatie van het onderwijsaanbod en de vraag die het bedrijfsleven heeft met betrekking tot de ontwikkeling van digitale competenties tot stand gekomen is. De volgende stappen zijn gevolgd: 1. Documentenstudie 2. Een startbijeenkomst met partijen uit onderwijs en bedrijfsleven 3. Interviews met leden uit het bedrijfsleven en onderwijs 4. KIGO-sessie (Kennisverspreiding en Innovatie Groen Onderwijs) 5. Slotbijeenkomst om projectsamenwerking vorm te geven Voorliggend rapport is de input voor de laatste bijeenkomst die daarom nog niet beschreven kan worden.
3.1 Documentenstudie Ter voorbereiding op en gedurende het onderzoek vond een oriënterende documentenstudie plaats. De bestudeerde documenten hebben een directe relatie tot de strategische verkenning en zijn alle tot stand gekomen in (of mede in) opdracht van het Productschap Tuinbouw.
3.2 Startbijeenkomst onderwijs- bedrijfsleven Op 07-12-2010 vond een startbijeenkomst plaats in samenwerking met de Stuurgroep Tuinbouw Digitaal voor mensen uit het onderwijs en bedrijfsleven. Deze bijeenkomst werd georganiseerd door het projectteam (Marjan van der Wel, projectleider, Conny Graumans en Barry Looman, leden projectteam), Jaap de Vries en Peter Ravensbergen (beiden PT). Doelen van deze bijeenkomst waren: 1. Inzicht krijgen in wat er is op genoemd onderwerp, welke verbeteringen wenselijk zijn en wat daarvoor nodig is 2. Eerste aanzet groslijst van projectideeën 3. Verschillende doelgroepen kennis met elkaar laten maken 4. Belangen helder krijgen 5. Energie opwekken om samen te werken Daarnaast gaf de bijeenkomst de gelegenheid om ten behoeve van de opdracht in beeld te krijgen, weten welke personen geïnterviewd moeten worden en focus te vinden voor de interviewvragen Tijdens de bijeenkomst gaf Peter Ravensbergen, programmamanager Flowers& Food een schets van de ontwikkeling van Tuinbouw Digitaal en de kaders van dit programma. Harrij Schmeitz ging in op „Digitale competenties: inspiratie tot samenwerking onderwijs en bedrijfsleven‟. Met de aanwezigen uit het onderwijs (zie bijlage 1) werd ingegaan op de volgende vragen : 1) Wat gebeurt er in het onderwijs op het gebied van digitale informatiesystemen, 2) Hoe gebeurt dit, 3) Wie zijn erbij betrokken, en 4) Waar liggen kansen voor nieuwe initiatieven. De aanwezigen uit bedrijfsleven (zie bijlage 1) gingen aan de slag met de vragen: 1) In welke functies en taken hebben medewerkers digitale competenties nodig en welke kennis houding en vaardigheid betreft dit, 2) Waar is nu en in de nabije toekomst 5
behoefte aan, 3) Welke goede voorbeelden zijn er en 4) Waar liggen nieuwe initiatieven? Zie voor de verslaglegging van deze bijeenkomst bijlage 3.
3.3 Interviews Als vervolg op de uitkomsten van de startbijeenkomst zijn telefonische interviews afgenomen met mensen uit het bedrijfsleven en het onderwijs. De vragen zijn vooraf vastgesteld in overleg met dhr. J. de Vries, Productschap Tuinbouw. Doel van de interviews met mensen uit het bedrijfsleven (zie bijlage 3) was om nog scherper in beeld te krijgen over welke competenties we spreken, welke rollen en taken het betreft en het beeld dat er binnen het bedrijfsleven leeft m.b.t. het besef dat bedrijven functioneren als onderdeel van een keten. Ook is er gevraagd naar de bereidheid om te scholen op de genoemde competenties, naar de contacten die er zijn met het onderwijs, wat de ambitie van Tuinbouw Digitaal de bedrijven zegt en naar ideeën om de aansluiting onderwijs en bedrijfsleven vorm te geven. Er zijn zeven personen geïnterviewd uit de teelt, handel, afzet, ICT advies en bemiddeling die zijn aangedragen door de Werkgroep Tuinbouw Digitaal. De telefonische interviews met zeven personen uit het MBO en HBO (zie bijlage 3) waren gericht op de vraagstelling: wat er moet gebeuren om onderwijs en bedrijfsleven beter op elkaar aan te laten sluiten. Daarnaast werd gevraagd naar het huidige aanbod „digitale competenties‟ in het onderwijs en hoe het PT het onderwijs kan ondersteunen. Zie voor de vragenlijsten voor bedrijfsleven en onderwijs bijlage 4. De interviews zijn verwerkt in een tabel waardoor overzicht ontstaat welke antwoorden gegeven zijn. De samenvattingen van deze antwoorden komen terug bij de bevindingen van de inventarisaties van de aanbodkant (onderwijs), hoofdstuk 5.1 en vraagkant (bedrijfsleven), hoofdstuk 6.2.
3.4 KIGO sessie Via de KIGO regeling stelt de minister van EL&I middelen beschikbaar voor programma‟s en projecten die bijdragen aan een betere ontsluiting, verspreiding en benutting van beschikbare kennis op het beleidsterrein van EL&I. Het budget voor 2011 bedraagt 8 miljoen euro. De instellingen in het groene onderwijs, onderzoeksinstellingen en ondersteuningsinstellingen werken daarvoor in programma‟s en projecten samen via de Groene Kennis Coöperatie (GKC). Het GKC programma Ketens en Agrologistiek heeft Tuinbouw Digitaal aangemerkt als „Hot Topic‟. In de schrijfgroep van het GKC programma Ketens en Agrologistiek die bijeenkwam op 13-12-2010, is op basis van de resultaten van de Startbijeenkomst van 7 december gebrainstormd over de voorbereiding van een KIGO voorstel over digitale competenties in 2011. Tijdens deze expertmeeting1 is er een opzet voor acties en producten gemaakt. In bijlage 5 zijn de resultaten van deze voorbereidingsbijeenkomst opgenomen. Tijdens de bijeenkomst is gesproken over een KIGO trekker uit het onderwijs. Deze kandidaat is benaderd, maar hij gaf aan niet in staat te zijn om dit traject vorm te geven. Ook binnen het programmateam Ketens en Agrologistiek lukte het niet om een nieuwe KIGO projectleider te vinden. Omdat het niet lukte te voldoen aan de voorwaarde om een 1
Aanwezig bij deze bijeenkomst waren Woody Maijers (voorzitter programmateam), Gerry Kouwenhoven (ondersteuner programmateam), Albert Swinkels (CAH Dronten), Daan Kuiper (Tuinbouw TopTalent), Jaap de Vries (PT), Marjan van der Wel (projectleider, Qwesties).
6
trekker / penvoerder uit de onderwijswereld te vinden, is het niet gelukt om voor de KIGO-ronde van 2011 een voorstel in te dienen.
7
4 Documentenstudie Ter voorbereiding op en gedurende het onderzoek vond een oriënterende studie plaats van documenten die (mede) in opdracht van het Productschap Tuinbouw zijn ontwikkeld, met relevantie voor het huidige onderwerp. Leren om te kunnen innoveren Het document „Leren om te kunnen innoveren‟ ( Productschap Tuinbouw, 2008) in opdracht van Productschap Tuinbouw, gaat in op het investeren in menselijk kapitaal door een betere aansluiting tussen mbo en bedrijfsleven. Het document beschrijft de aanpak binnen vier verschillende sectoren (bouwtechniek, afbouw&onderhoud, Defensie en Metaal) en de lessen die hieruit zijn te trekken voor de tuinbouwsector. Het rapport geeft o.a. aan dat: 1) AOC‟ s (Agrarisch Opleiding Centra) aantrekkelijk zijn door kleinschaligheid maar ook kwetsbaar, 2) bij de individuele tuinbouwbedrijven de scholing van personeel niet hoog op de agenda staat, en 3) er een beperkte invloed is van tuinbouwbedrijven als collectief op de inhoudelijke invulling en organisatie van het onderwijs. Investeren in competenties „Investeren in competenties‟ ( GKC programma Tuinbouw, 2008) beschrijft een inventariserend onderzoek waarbij de Greenportgedachte (regionale insteek, keten- en clusterbenadering) het vertrekpunt is. Het rapport geeft aan: 1) welke latente behoeftes er zijn op het gebied van kennisontwikkeling en – benutting en bijscholing met betreffende competentieontwikkeling binnen de Tuinbouwsector, 2) wat het aanbod is en in hoeverre vraag en aanbod met elkaar overeen komen. De onderzoekers namen als uitgangspunt de competenties zoals deze in het MBO en HBO gebruikt worden (SHL competenties). Digitale competenties worden niet specifiek genoemd omdat deze niet als aparte SHL competenties genoemd worden. Aanbevelingen in dit rapport zijn o.a. - Invulling van een regiefunctie vanuit het bedrijfsleven ten opzichte van het onderwijs is dringend gewenst; - De sense of urgency bij het bedrijfsleven moet snel en drastisch worden versterkt - Om de urgentie op te roepen is een aansprekende en solide kwantitatieve onderbouwing nodig - Projecten die een brug slaan tussen onderwijs en bedrijfsleven verdienen nog meer aandacht dan nu het geval is. Tuinbouw Integraal Digitaal „Tuinbouw Integraal Digitaal‟ (LEI, 2009) is „een inventarisatie, analyse en programmavoorstel. In het rapport wordt de huidige situatie op het gebied van integrale digitale informatievoorziening in de tuinbouwsector in kaart gebracht en geanalyseerd. Ook worden de contouren geschetst van een mogelijk programma voor verbetering en integratie van deze digitale informatievoorziening‟.
8
Opleiden: een ondernemerszaak „Opleiden: een ondernemerszaak‟ (TuinbouwTopTalent, 2010) is een projectverslag en verantwoording voor subsidiegelden verstrekt door het Productschap Tuinbouw. Het document geeft de ontwikkeling, vorm en inhoud aan van de opleiding Toptalent voor de Tuinbouw (TTT), als tijdelijke brug tussen het bedrijfsleven en onderwijs. Enige conclusies uit het verslag zijn: - er is veel energie en weinig regie in de sector m.b.t. scholing en opleidingen; - het „groene proces‟ in de glastuinbouw is dominant in de gesprekken met werkgevers echter er is een trend dat andere disciplines nodig zijn zoals HRM, informatica, logistiek, procestechnologie etc.; - TTT geeft de voorkeur aan een cafetariamodel voor opleidingen vanuit het groene én grijze onderwijs.
9
5 Bevindingen inventarisatie aanbodkant Dit hoofdstuk gaat in op de bevindingen van de inventarisatie van de aanbodkant, het onderwijs. Eerst komen de vragen aan bod die gesteld zijn tijdens het telefonisch interview met per vraag een samenvattend antwoord van de verzamelde respondenten. Indien de vraag ook tijdens de startbijeenkomst besproken is en dit resultaten opleverde, worden deze ook meegenomen. Daarna komen opmerkelijke zaken uit het grijze onderwijs, de Greenport Business School (een onderwijsinfrastructuur) en TuinbouwTopTalent (http://www.tuinbouwtoptalent.nl/) ter sprake. Het hoofdstuk sluit af met subconclusies.
5.1 Interviews groen onderwijs (mbo en hbo) Hoofdvraag: Hoe kan het onderwijs helpen bij het realiseren van de ambitie van het programma Tuinbouw Digitaal? Vraag 1.Wat moet er gebeuren om onderwijs en bedrijfsleven op elkaar aan te laten sluiten?
2. Wat gebeurt er in de onderwijsinstelling op genoemd onderwerp?2 3. Wat is de ambitie van de onderwijsinstelling op genoemd onderwerp en wat is nodig om deze te realiseren/
4. Hoe kan PT ondersteunen?
2
Samenvattend antwoord van respondenten. (Her)definiëring kwalificatiedossiers, afstemming curriculum op marktvraag Zicht krijgen op wat er gebeurt in bedrijfsleven/ wat nodig is. Onderwijsleermateriaal ontwikkelen Sectoradviesraden, werkveldcommissies instellen (zowel mbo als hbo) Weinig specifieke scholing op gebied van digitale competenties specifiek voor tuinbouw. Weinig kennis over ketenstandaarden en – processen (zowel mbo als hbo) Ambitie mbo: opleiden van studenten naar de Proeve van Bekwaamheid. Ambitie HBO aanbieden voldoende basisvoorwaarden. Wat is nodig: gevoelde noodzaak bij bedrijfsleven. Denken in HRM. Goede vraagarticulatie en daardoor zicht hebben wat echt nodig is bij bedrijfsleven. Meer kennis binnen het hbo over bijvoorbeeld informatiesystemen, ketenstandaarden. We moeten specialisten opleiden en geen generalisten. Er moeten onderwijsleermaterialen ontwikkeld worden. Informatie en kennis beschikbaar stellen (applicaties, data) Intermediair zijn tussen onderwijs en bedrijfsleven. Pool specialisten organiseren voor gastcolleges PT: internationale host -> ook kennis naar scholen (methodiek: LinkedIn) Ondersteunen bij subsidieaanvragen en/of financiële middelen ter beschikking stellen.
Bijlage 6 bevat de resultaten van de uitgevoerde inventarisatie in het kader van deze opdracht
10
5. Welke contacten en informatie hebt u nodig?
6. Welke contacten zijn er al?
7.Zijn er subsidietrajecten waarin u participeert? 8.Waar liggen kansen voor nieuwe initiatieven?
Duidelijkheid wat het bedrijfsleven echt nodig heeft. . Openheid van bedrijfsgegevens i.v.m. het ontwikkelen van onderwijscasuïstiek. Ondersteuning bij de invulling van docentstages. Alle geïnterviewde scholen zijn betrokken bij KIGO, WURKS3, regionale initiatieven zoals Greenport Business School/ Campus. Zie antwoorden vraag 6. 1. Inzet van specialisten uit bedrijfsleven. Onderwijsleermateriaal ontwikkelen. Intensiveren van contacten. 2. Verbinding tussen groen en grijs onderwijs en bedrijfsleven. 3. Greenport Business opleiding vorm en inhoud geven i.s.m. het bedrijfsleven. 4. Professionalisering deelnemers en docenten en bedrijfsleven. Sociale media betrekken. 5. Net als tuinder meekijken in de kas. 6. Schaduwpakketten van bijv. automatiseringspakketten aanbieden. 7. Realistische data uit de praktijk gebruiken in onderwijs. 8. Vertaling van dat wat er gebeurt bij de precisielandbouw naar managementsystemen. 9. Professionalisering via nieuwe technologie en blended learning toepassen. 10. Social media inzetten om studenten te werven. 11. Idee van LinkedIn: aanmelden bij een bepaalde groep en dan automatisch kennis toegestuurd krijgen. 12. Nieuw curriculum, nieuwe leermiddelen, jaarlijks updaten. 13. High Tech imago beter uitdragen
Subconclusie naar aanleiding van de interviews: Groen onderwijs: 1. Er is zowel in het MBO als HBO weinig kennis bij docenten over digitale competenties en ketenbenadering; 2. Er zijn te weinig relevante onderwijsleermiddelen die ingezet kunnen worden om de specifieke digitale competenties en ketenbenadering te ontwikkelen. Dit geldt voor het mbo en in iets mindere mate voor het hbo; Grijs onderwijs:
3
WURKS: Wageningen UR Knowledge Sharing richt zich op het stimuleren van de benutting van kennis van Wageningen Universiteit en de onderzoeksinstituten van Wageningen UR (DLO)
11
1. De afstand naar de tuinbouwsector is groot: er zijn geen directe verbindingen zichtbaar tussen opleidingen en de sector. 2. Grijze opleidingen sluiten aan bij wat er op digitaal gebied speelt in de tuinbouwsector (logistiek, ketenprocessen, ERP-systemen) maar missen de specifieke agrarische inhoud. Er zijn vanuit andere sectoren voorbeelden van een krachtige samenwerking vanuit het bedrijfsleven om mee te werken aan opleidingen of deze zelf vorm te geven. Voorbeelden uit andere sectoren: 1. De EVO (eigen verladersorganisatie) heeft een eigen Hogeschool met hbo opleiding logistiek voor haar leden en een breed aanbod van >100 cursussen. 2. Topinstituut voor Logistiek (Dinalog, Breda) is vorig jaar opgezet als nationaal onderzoeksinstituut in de logistiek. Naast onderzoek (ook i.s.m. bedrijfsleven) wil men ook kennisverspreiding ter hand nemen. Er is hier beperkte aandacht voor agrologistiek. 3. NEA Transportonderzoek en –opleiding (kennisinstituut) dat onderzoek uitvoert, adviseert, opleidingen verzorgt en visie ontwikkelt op het gebied van verkeer, vervoer, infrastructuur en logistiek.
5.2 Desk research onderwijsaanbod Het groene onderwijs laat een wisselend beeld zien voor wat betreft het opleiding- en cursusaanbod digitale competenties zo bleek uit de bijeenkomst op 7 december 2010. Om dit beeld scherp te krijgen is contact gelegd met: 1. Helicon Greenport Business school 2. Wellantcollege Houten (bestuurscentrum)/ IPC Groene Ruimte 3. Groene Welle te Zwolle 4. Lentiz Onderwijsgroep 5. Clusius College 6. CITAVERDE College 7. AOC Friesland 8. Prinsentuincollege 9. Edudelta Onderwijsgroep 10. INHolland 11. CAH 12. HAS Den Bosch
Het aanbod van de groene scholen richt zich vooral op teeltautomatisering maar niet op agrologistiek en ketendenken. Goede voorbeelden uit het groene onderwijs waarin „digitale competenties‟ wel betrekking hebben op ketendenken en agrologistiek zijn: Lentiz Onderwijsgroep4: de cursus efficiënter werken en processen volgens “Lean management” gaat in op ketenprocessen en procesverbetering. Onderwerpen zijn ondermeer: • Kan ik mijn processen verder standaardiseren en optimaliseren? 4
Contactgegevens:
[email protected]
12
• • • • •
Is mijn batchgrootte optimaal? Hoe maximaliseer ik de waarde voor de klant? Hoe “stromen” producten door mijn bedrijf en door keten? Waar zitten de verspillingen in het proces? Hoe realiseer ik de kortste doorlooptijd (just-in-time) tegen de laagste kosten?
Greenport Venlo5: Een speciaal opgezet innovatieprogramma moet zorgen dat de ambities omgezet worden in realiteit. Dit met als doel dat beschikbare maar nog niet toegepaste en nieuw te ontwikkelen kennis en kunde het concurrentie- en prestatievermogen van de MKB-bedrijven op een hoger plan brengt. Het programma is toegespitst op twee sectoren: fresh & food en (agro)logistiek. Greenport Venlo biedt deze unieke verbindingsmogelijkheden met de Agro Business Region Niederrhein, Foodvalley Wageningen, Health-Valley Maastricht en Nijmegen, Foodspot Helmond en niet in de laatste plaats met Brainport Eindhoven. (gerelateerd aan onderwijs) Webquest6: In navolging van de webquest Internationale Handel niveau 3/4 voor MBO leerlingen richting de bollenteelt heeft AgriHolland vier nieuwe webquests ontwikkeld. Webquests zijn interactieve lesopdrachten voor leerlingen waarbij lesmateriaal in een mix van gewone opdrachten, puzzels, quizzen, films, etc. wordt aangeboden. Enkele voorbeelden uit het grijze onderwijs: ROC‟s en HBO van het grijze onderwijs presenteren op hun websites een minder duidelijk aanbod terwijl er in de vele BedrijfsInformaticaopleidingen (delen van) opleidingen aanwezig zijn die passen bij de genoemde thematiek. Verschillende respondenten merken op dat „ROC‟ de techniekopleidingen een groen randje krijgen en de AOC‟s de opleidingen een „technisch tintje‟. Intensieve samenwerking tussen ROC‟s en AOC wordt daarom aanbevolen. Voorbeelden uit andere grijze opleidingen zijn: Instelling Aanbod
: EVO (eigen verladersorganisatie) eigen Hogeschool met HBO opleiding logistiek voor haar leden en een breed aanbod van >100 cursussen.
Instelling Aanbod
: Topinstituut voor Logistiek (Dinalog) In de toekomst een Suppy Chain Campus
Instelling Aanbod
: HU Bedrijfskundige informatica Informatiemanagement: beheren en sturen van informatiemanagement Business Systems: kennis over bedrijfssystemen Business process management: inzicht in methoden en technieken om processen te analyseren
Instelling Aanbod
: ISBW Opleiding Logistiek Management
5 6
Contactgegevens:
[email protected] Contactgegevens: http://bollenteelt.agriholland.nl.
13
6 Bevindingen inventarisatie vraagkant Dit hoofdstuk gaat in op de bevindingen van de inventarisatie van de vraagkant, het bedrijfsleven. Eerst komen de vragen die gesteld zijn tijdens het telefonisch interview aan bod met per vraag een samenvattend antwoord. Indien de vraag ook tijdens de startbijeenkomst besproken is en dit resultaten opleverde, worden deze ook meegenomen. Het hoofdstuk sluit af met subconclusies.
6.1 Interviews bedrijfsleven Hoofdvraag: Welke competenties heeft het bedrijfsleven nodig om de ambitie waar te maken? Vraag
Samenvattend antwoord van respondenten.
1.Over welke rollen en taken hebben we het, welke competenties zijn nodig?
Rollen en functies: Digitalisering binnen bedrijf gaat vooral om middenkaderniveau. Benodigde competenties: Analytisch vermogen, helikopterview IT kennis/ automatisering/ digitale processen/ programmeertaal. Goede kennis van en communicatie over bedrijfsprocessen en productstromen, logistiek en klimaatregeling Wisselend beeld over kennis van de keten. Over het algemeen kan wel gezegd worden dat de digitale competenties in de keten matig ontwikkeld zijn. Wat is nodig om dit te ontwikkelen: urgentiebesef, IT kennis, samenwerkingsbewustzijn, kennis van bedrijfsprocessen, managementinformatie en ketenkennis, analytisch vermogen. Niet goed gaat: Divers beeld: Afwezigheid van effectieve communicatie (integratie en coördinatie, projectmatig werken), geen inzicht in (keten) processen bij medewerkers. Verschillende belangen. Keten is niet efficiënt. Weinig aandacht voor informatisering.
2. Welk beeld is er van digitale competenties en ketenbenadering?
3. t.a.v. vraag 1 en 2: waar zitten gaten, wat gaat goed en wat gaat niet goed om welke redenen?
4.Is er bereidheid om aan digitale competenties te werken? 5. Bij welke sectorinitiatieven bent u aangesloten. Is onderwijs hierbij betrokken? 6. Welke contacten hebt u met het onderwijs m.b.t. digitale competenties? 7.Wat betekent de ambitie van het Tuinbouwcluster? 8.Wat moet er gebeuren om
Goed gaat: divers beeld: sterke onderlinge band afnemer en leverancier. Redelijk goed cursusaanbod bedrijfsleven. Functionele digitalisering. Over het algemeen is bijscholen van medewerkers bijzaak en worden zij niet afgerekend op professionalisering.Dit geldt ook voor het bijscholen op digitale competenties. Bij een enkel bedrijf is er wel oog voor scholing Bedrijven zijn allemaal aangesloten bij sectorinitiatieven zoals Florecom, Frug I Com, Edibulb, Floramotion, Plantform, MPS, Bollenacademie, Business Counsel van Frug I Com . Bij genoemde sectorinitiatieven is onderwijs niet standaard betrokken. Er zijn geen echte structurele verbindingen met het onderwijs. De ambitie van het Tuinbouwcluster is niet bij alle ondervraagden bekend waardoor er dus ook geen een doorvertaling naar de eigen praktijk is Bedrijfsadviescommissies instellen. 14
onderwijs en bedrijfsleven aan te laten sluiten?
Onderwijs moet rol pakken: meer praktijkoriënterende projecten, langere stages, meeloopdagen, samen onderwijs maken, Supply Chain Management cursus voor HBO en WUR meer gericht op Tuinbouw. Ondernemerschap stimuleren. Kennis heen en weer. Zorgen dat binnen Greenport initiatieven van de grond komen.
6.2 Aanbod bedrijfsleven Het bedrijfsleven heeft een groot aanbod aan verschillende cursussen en trainingen variërend van interne (bedrijf) opleidingen, opleidingen georganiseerd door commerciële partijen evenals als opleidingen/ cursussen georganiseerd door een bepaalde bedrijfstak voor een bepaalde doelgroep. Het ligt buiten het bereik van deze opdracht om een uitgebreid overzicht te presenteren van het cursusaanbod van het bedrijfsleven. De EDI platforms (zoals EDIBulb, Florecom en Plantform) hebben door standaardisatie van de informatie-uitwisseling en informatiemodellen de weg geplaveid voor ketenprocessen en –communicatie. Zij beschikken over waardevolle kennis en tools op dit terrein die in het agrarisch onderwijs nauwelijks voor handen is. Verder leveren diverse ICT-bedrijven softwarepakketten voor de teelt, voorraadbeheer en logistiek van tuinbouwbedrijven zo blijkt uit de informatie van diverse websites. Dit zijn de praktische bouwstenen van de ICT-ketens. Een aanstaande logistiek manager of bedrijfsleider in opleiding moet met dit soort systemen hands-on kennismaken om de impact, kracht en zwakte van deze systemen te begrijpen. Voorbeeld aanbod FLORAHOLLAND (17 december 2010) Onder het motto „Bent u in beeld?‟ organiseert FloraHolland vanaf half januari 2011 een tweede serie workshops over digitaal zaken doen in de sierteeltsector. Tijdens de workshops krijgen kwekers antwoorden op vragen als: wat betekent digitaal zaken doen voor kwekers in de praktijk? Hoe werkt het met e-Trade en PlantConnect? Wat zijn de functionaliteiten? Hoe voer je gegevens en productfoto‟s in? Welke middelen en apparatuur zijn nodig? Wat zijn goede productfoto‟s en hoe maak je die? Hoe kun je de betrouwbaarheidsindex verhogen? In andere sectoren wordt ook gewerkt aan campussen waar kennis uit het bedrijfsleven, onderzoek en opleiding samenkomen. Denk aan de Automotive Campus in Helmond/Eindhoven. Zo wordt intensieve samenwerking zowel m.b.t. research als opleiden gefaciliteerd.
15
7 Reflectie op de bevindingen De ambitie van het Productschap Tuinbouw om in het Nederlandse tuinbouwcluster in 2015 in Europa leidend te laten zijn op het gebied van digitaal informatiemanagement in tuinbouwketens en in 2020 mondiaal vraagt een veel betere samenwerking tussen onderwijs en het bedrijfsleven. Uit de inventarisatie blijkt dat de ondernemers vooral gericht zijn op het eigen bedrijf, de eigen teelt. Daar wordt veel aandacht besteedt aan automatisering/robotisering en computergestuurd stoken/kweken/mesten. Agrologistiek, en met name het digitale proces daarbinnen, is echter schuiven met informatie, met niet-tastbare zaken en hiervoor hebben de „groene vingers‟ van de tuinbouw waarschijnlijk minder affiniteit. Toch zal er naast de aandacht en innovatie van de eigen teelt, meer focus moeten komen om waar de waren naartoe gaan, wat de eisen en wensen van de afnemers en tussenhandel zijn en wat de consument van zijn voedsel wil weten. De informatiemodellen die door de verschillende (EDI)platforms zijn ontwikkeld, bieden een goede basis om dit ketendenken en denken in informatie vorm te geven. Eigenlijk zou iedere schoolverlater en al het midden- en bovenkader van de bedrijven hier ervaring mee moeten hebben.
16
8 Groslijst ideeën kansrijke projecten Deze analyse leidt tot een aantal suggesties voor kansrijke en nuttige projecten, mits deze voldoen aan de volgende criteria. In kansrijke projecten: - trekken groen en grijs onderwijs samen op in onderwijsontwikkeling; het grijze onderwijs heeft op het gebied van informatiemanagement en logistiek enorm veel kennis, zij kunnen het echter niet herkenbaar presenteren. - is kennis die bij PT en haar partners beschikbaar is, toegankelijk maken voor onderwijs en bedrijfsleven - gebruiken echte applicaties en echte informatiestromen voor onderwijsdoeleinden, alleen zo ontstaat een herkenbare leeromgeving die de praktijk weerspiegelt - ontwikkelen ketenbesef; bij voorkeur worden modules (trainingen, simulaties) met een gemengde groep deelnemers georganiseerd zodat men in de training de ketenpartners ontmoet en leert begrijpen. - ontwikkelen digitale competenties gericht op het algemeen ICT besef en management informatiesystemen - zijn onderwijsleermaterialen direct toepasbaar (docenten moeten niet nog eens zelf een vertaalslag maken) - worden als noodzakelijk aangemerkt door onderwijs en bedrijfsleven; er zijn financiën beschikbaar Op basis van uitkomsten van de startbijeenkomst, Kigo schrijfsessie en de verschillende interviews is een clustering van ideeën gemaakt: de sporen.
8.1 Spoor 1: Productschap Tuinbouw als partner Resultaat: „LinkedIn omgeving‟ voor onderwijs en bedrijfsleven Om meer en betere contacten tussen bedrijfsleven en onderwijs te creëren kunnen, bedrijven en medewerkers zich aanmelden met een profiel (welke teelt, welk logistiek pakket, welke ketenpartners heb je, welk teeltautomatisering, etc.). Nu kunnen scholen, docenten en leerlingen gericht op zoek gaan naar partners in het (regionale) bedrijfsleven die aansluiten bij hun vakken, lessen, gewenste stages. Daarnaast kan Productschap Tuinbouw als internationale host kan voor het onderwijs (en bedrijfsleven) een belangrijke rol spelen. Het idee is dat PT relevante gegevens van de sector gratis beschikbaar stelt voor het onderwijs zodat het onderwijs deze data direct kan gebruiken. Je meld je aan bij het „systeem‟ en geeft aan in welke informatie je geïnteresseerd bent‟. Daarna ontvangt de afnemer (onderwijs én ook het bedrijfsleven) regelmatig specifieke informatie. Dit is analoog aan „LinkedIn- groepen. Ook kunnen leden elkaar opmerkzaam maken op interessante artikelen en producten. Resultaat : Onderwijskundige relatiebeheerder en ontwikkelaar Een onderwijskundige relatiebeheerder en ontwikkelaar die 1) het mbo en hbo (en WO) kent, 2) weet wat PT te bieden heeft als bron en partner van data en kennis, en 3) kan ontwerpen en ontwikkelen als onderwijsleermiddelenontwikkelaar, is een continue bron van onderwijsontwikkeling voor onderwijs en bedrijfsleven. De onderwijskundige slaat een brug tussen de verschillende disciplines.
17
Resultaat : „Werkveldcommissies‟ initiëren Commissies waarin onderwijs en bedrijfsleven regelmatig samen komen om bijvoorbeeld recente en in de toekomst te verwachte ontwikkelingen in het werkveld op te sporen, opleidingen waar nodig bij te sturen in functie van deze ontwikkelingen, een beeld krijgen van wat het werkveld als de sterke en de zwakke punten van onze opleiding ervaart – zodat eventuele bijsturing mogelijk wordt en het werkveld betrekken bij sommige opleidingsonderdelen.
8.2 Spoor 2: Ondersteuning kansrijke regio’s, netwerken en CoP’s Resultaat : Samenwerkingsverbanden van Greenports, Greenport Business Schools en Communities of Practice. In een aantal regio‟s zoals Venlo, Gorinchem en Rotterdam zijn Greenport Business Schools/ Campus in ontwikkeling. Een Greenport Campus is het platform waarmee de Nederlandse Greenports de sprong willen maken naar een hoger niveau van kennis en innovatie. Greenport Business is een verzamelnaam van alle bedrijven in de regio, die zich bezighouden met productie en vermarkten van groene producten en diensten. Vaak is een AOC en/of ander onderwijs verbonden aan deze Greenports en bieden zij gerichte opleidingen aan (vb. Helicon, CITAVERDE). CoP‟s van onderwijs en bedrijfsleven dienen als continu broednest voor innovatie. Resultaat : Streek- of landkaart: waar moet je wezen? Een inventarisatie van verenigingen, bedrijven, aanbod van onderwijs en bedrijfsleven, relevante partners geeft het onderwijs inzicht in waar kennis te halen is. (vgl. LinkedIn)
8.3 Spoor 3: Ontwikkeling onderwijsleermiddelen/ nieuwe opleiding Resultaat : Specifieke tuinbouwopleiding Het mbo en ook het hbo, hebben te weinig kennis van bedrijfsprocessen om onderwijsleermiddelen te ontwikkelen. Samen met visionairs uit de sector en het Productschap Tuinbouw moeten AOC‟s en ROC‟s aan de slag gaan met: 1) het helder definiëren van de benodigde digitale competenties, 2) voorstellen doen aan GKC en Aequor voor het aanpassen van een (of meerdere) kwalificatiedossier(s), 3) een nieuwe opleiding mbo+ op te zetten waarin techniek en groen verbonden zijn. Resultaat : Onderwijsleermiddelen Verschillende gescheiden cursussen en initiatieven in het bedrijfsleven, zoals de SCM cursus van Frug I Com en het AGF Groothandelsfonds, kunnen relevant zijn voor het initiële en postinitieel onderwijs nadat er een vertaalslag is gemaakt. Dit geldt ook voor modellen, stroomschema‟s o.i.d. Voor het hbo kan het concept van de business case (uitgebreide beschrijving van een bedrijf met bijvoorbeeld de historie, de visie, de sector waarin het bedrijf participeert, de producten ect.) als onderwijsleermiddel dienen. Voor het mbo kan deze casuïstiek leiden tot opgaven die door de studenten moeten worden opgelost. Ter ondersteuning van de cases worden bijvoorbeeld ondersteunende lessen gegeven en excursies uitgevoerd. Dit onderwijsconcept is op de Harvard University ontwikkeld.
18
Resultaat : Ketensimulatieomgeving Nog belangrijker dan simulatie van teelt is het daadwerkelijk handelen in de keten. Met behulp van echte software voor verschillende stappen in de keten, wordt daadwerkelijk handel gedreven, orders geplaatst en gevolgd, spoedbestellingen ingeschoten, gaat vracht verloren en moet vervangen worden, etc. Leerlingen en medewerkers kunnen in deze omgeving daadwerkelijk ervaren wat zij in de praktijk tegenkomen. Ook kunnen zij een dagje op de stoel van hun afnemer of toeleverancier gaan zitten om zo echt te snappen wat aan die kant de kritische processen zijn; wat wel en niet kan.
8.4 Spoor 4: Docentprofessionalisering Resultaat : Kennis voor docenten en door het bedrijfsleven Docenten in het mbo en hbo geven aan te weinig kennis te hebben van de ontwikkelingen in het bedrijfsleven. Korte flitscursussen georganiseerd door PT, bedrijven en onderzoek, een regionale roadshow docent on tour, de „Tuinbouwacademie‟ (analoog aan Melkveeacademie) en docentstages zijn enkele voorbeelden om in beperkte tijd kennis te maken met de sector.
8.5 Spoor 5: Verbinding diverse initiatieven en onderzoeksuitkomsten Resultaat : Onderzoeksresultaten toegepast Op hbo en universitair niveau kunnen studenten, lectoren en onderzoekers de uitdaging aangaan om recente onderzoeksresultaten toepasbaar te maken voor zowel het onderwijs als de cursussen voor het bedrijfsleven. Als voorbeelden: Ondernemers komen eens in de 8 weken naar een lezing/instructie over state-of-the-art in de logistiek en discussiëren daarna over de toepasbaarheid en consequenties binnen hun eigen bedrijf. De kennis die door Wageningen UR opgedaan is door onderzoek in de tuinbouwsector wordt actief verspreid onder het onderwijsinstellingen. PT kent onderzoeken en resultaten en is kennisschakelaar. Het schrijven van een AOC-cursusmodule over een innovatief onderwerp zou als praktijkopdracht onderdeel kunnen zijn van het behalen van de onderwijsbevoegdheid van een hbo of universitair student. Resultaat : Competentieprofielen en EVC Op hbo en universitair niveau kunnen studenten, lectoren en onderzoekers werken aan het verzamelen en bundelen van opleidingsmodules, trainingen en competentieprofielen. Zo kan lokaal opgedane ervaring landelijke betekenis krijgen. Een ander aspect zijn de competentieprofielen van het agrarisch onderwijs. Die zouden mogelijk ook tegen het licht gehouden moeten worden en uitgebreid met meer digitale competenties. Daarbij kan een EVC (eerder verworven competenties) procedure ontwikkeld worden en een competentieontwikkelingsmeter. Resultaat : Initiatievenoverzicht
19
PT heeft zicht op de verschillende instanties die onderzoeken doen voor EL&I, PT en andere aan de branche gerelateerde organisaties. Aan de hand van de uitkomsten wordt afstemming gezocht en gecommuniceerd binnen PT, de sector en onderwijs.
20
Bijlagen Bijlage 1: Overzicht genodigden Onderwijs bijeenkomst 07-12-2010 Piet Vlaming Martijn Grosmann Peter Kamp Peter Maurits Hans Coobs Pol Sandmann Sjaak de Groot Conny Graumans Hans Heesen Wim Peeters Gerry Kouwenhoven Woody Maijers Ben van den Akker Daan Kuiper Barry Looman Cor Verdouw Marjan van der Wel Tonny Speetjens Jacqelies X Docent Conny van Hout
Clusius College Clusius College Clusius College Clusius College De Groene Welle De Groene Welle Edudelta College Groene Kennis Coöperatie HAS Den Bosch Helicon In Holland Delft In Holland Delft Lentiz Tuinbouw Top Talent Wageningen UR Wageningen UR Wageningen UR Wellantcollege AOC Friesland Prinsentuin college, Steenbergen CITAVERDE College
Overzicht genodigden Bedrijfsleven bijeenkomst 07-12-2012 Wilko Wisse Peter Ravensbergen Harrij Schmeitz Marjo van der Sman Henk Zwinkels Jaap de vries Ben Ensink Harm-Jan Eikelenboom Robert Roodenburg Davien van OosterhoutNauta Lydia Duijvestein Kees Ravensbergen Henry Oosterom Jos ten Have
Lans Tomaten Tuinbouw Digitaal Frugicom Florecom Edibulb Tuinbouw Digitaal HBAG Bloemen The Greenery VGB Olympic Food Goup Langfruit Potplantenkwekerij Sjaloom Potplantenkwekerij Sjaloom J&P ten Have Potplanten
21
Bijlage 2: Verslaglegging bijeenkomst 07-12-2010 ---------------------------------------------------------------------------------------------------
VERSLAG TUINBOUW DIGITAAL Betreft Datum Tijd Plaats Referentie
: : : : :
Verslag Bijeenkomst Tuinbouw Digitaal, onderwijs en bedrijfsleven dinsdag 7 december 2010 van 14.00 uur tot omstreeks 18.00 uur Zoetermeer
Aanwezig Afwezig
: :
verwezen wordt naar de deelnemerslijst -
1. Opening door Peter Ravensbergen 2. Belangrijke punten uit de discussie N.a.v. presentatie Harrij Schmeitz: - Ook financiële toepassing vallen binnen het aandachtsgebied, in de presentatie zijn die meegenomen onder ERP. - Voor de Nederlandse tuinbouw geldt de wet van de remmende voorsprong; ondernemers zijn huiverig om de bestaande toepassingen over boord te zetten, de installed base belemmert snelle innovatie. - De dynamiek is groot, technische ontwikkelingen gaan snel. Aanpassingen hierop in het curriculum gaan traag. Toch moet gekeken worden hoe informatisering binnen de bestaande curricula meer aandacht kan krijgen. - De focus binnen opleidingen moet niet liggen op de huidige techniek maar vooral op het creëren van inzicht in de bedrijfsprocessen en in gegevensuitwisseling in ketenverband. Uit de discussie: - Onderscheid maken tussen MBO en HBO; MBO-ers zijn vooral doeners en zijn minder geïnteresseerd in de achterliggende theorie. Hbo‟ers staan meer open voor de theoretische benadering. - Veel ondernemers zijn zich nog onvoldoende bewust van de winst die met automatisering te behalen is. Er moet meer geïnvesteerd worden in bewustwording en in ketenbewustzijn. Onderwijs en bedrijfsleven kunnen hier samen in optrekken. - Bij het management van bedrijven zit vaak nog weerstand om met automatisering aan de gang te gaan; het is vooral een onderwerp voor de jongere generatie. De veranderingsbereidheid is beperkt. Werknemers staan ook niet altijd open voor kennisontwikkeling op dit gebied; zij komen om hun taken uit te voeren en zijn niet bezig met procesoptimalisatie. Soms zien werknemers automatisering als een bedreiging voor de huidige baan. - Voor verdere innovatie en automatisering is het allereerst belangrijk om de geesten hiervoor rijp te maken en een verandering in houding te bewerkstellingen bij ondernemers en werknemers. Er moet een cultuurverandering worden doorgezet. Vooral kleine ondernemers vermijden nu het onderwerp van automatisering. 22
-
-
Automatisering raakt binnen het onderwijs vrijwel alle vakken; dit betekent dat alle docenten binnen hun vakgebied aandacht moeten besteden aan automatisering/informatisering en dat zij daar nog behoorlijk in geschoold moeten worden. Onderwijsinstellingen staan open voor samenwerking, onduidelijk is echter waar te beginnen en hoe het aan te pakken Vragen aan het bedrijfsleven Vraag 1: In welke functies en voor welke taken en werkzaamheden hebben medewerkers „digitale competenties‟ nodig? Welke kennis, vaardigheid en houding zijn voor een goede uitoefening belangrijk? Voor alle functies, dus ook voor oudere Ondernemer opereert in de keten medewerkers Openstaan voor verandering Welke niet? Hoe digi angst bij directie- management Alle functies beteugelen Voorraadbeheer, logistiek, keur, Communicatie commercie Digitaal proces Klimaatteelt, logistiek, afzet en energie Helikopterview op ict Van telefoniste tot CEO Ondernemer= informatiemanager Nu: iedereen simpel, management qua Goede kennis van het bedrijf kennis Enige kennis systematiek Toekomst: iedereen voor het geheel Het hoe, waarom en doel Kennis breed, hangt af van Goede tools Vereiste basisvaardigheden dagelijks Goede simpele informatie leven Communicatie vakkennis Kennis interactie, technologieBedrijfsprocessen informatiestromen >bedrijfsprocessen Computervaardigheden Competenties: inzicht in bedrijfsprocessen
Vraag 2: Waar is nu en in de nabije toekomst (binnen 5 jaar) behoefte aan? Welke kennis, vaardigheid en houding zijn hiervoor nodig? Cultuur=kans=ipo ENG Koppeling verschillende programma‟s Vertaling logische bedrijfsprocessen en systemen Goede voorbeelden van digitale Naadloze koppeling systemen infovoorziening Ketendenken bij alle schakels Demo bedrijven Ketendenken introduceren Demo ketens Digitaliseren „over de dam heen‟ Kennis over digitale representaties De markt informatie van overmorgen (codes, foto‟s en RFID) Sociale vaardigheden Kennis: competenties, Cultuur verandering bedrijfsprocessen, van andere sectoren Meer specifiek overleg onderwijs& Goede veilige digitale wereld bedrijfsleven Standaardisatie Van doeners naar denken&doen 23
Het denken in just for me informatiestromen met het netwerkdenken (niet alleen de keten)
Communicatie/ netwerken optimalisatie
Vraag 3: Welke goede voorbeelden zijn er waarin onderwijs en bedrijfsleven samenwerken aan „digitale competenties‟? Stageplaatsen Bollenacademie Te weinig: puur digitaal, uiteraard wel op andere domeinen
Ondernemer voor de klas (?) West Lands stagepodium Opmerking: digitaal domein niet ingebed Rondleidingen
Vraag 4: Waar liggen kansen voor nieuwe initiatieven die direct aansluiten bij het onderwijs? Meekijken in het bedrijf Integratie- interactie E- business Hortic business game
Het nieuwe werken Pilotprojecten Onderwijs koppelen aan innovatieprojecten
E-commerce opleiding SCM in de tuinbouw LogiXperimenten TTT Bedrijfsopleidingen Contractonderwijs Werk- leertrajecten lastig meer toegespitst HBO specialisaties in deeltijd Afstudeeropdrachten
Participatie in onderwijs versus goede stagiaires Goede opleidingen Stages
24
Vragen aan het onderwijs
Vraag 1: Wat gebeurt er in de onderwijsinstelling informatiesystemen? Lentiz: PAD registratie Klimaat pc Databanken
op het gebied van digitale
GKC: Hot topic TID Programma Ketens en Agrologistiek Licence to produce (digiguide mps) Diverse projecten precisielandbouw Programma Plant Frugicom: Korte training SCM Prinsentuin College: Lesgeven binnen simulaties Wellantcollege: Stukjes integraal aanbieden BPV Lectoraat: Onderzoeksprojecten
HAS Den Bosch: Diverse technieken: klimaat, registratie en boekhouding
PAD
Edudelta Onderwijsgroep: Nieuwe kwalificatiedossiers Plant Nog vooral gericht op teeltechniek INHOLLAND: Tijdens colleges aanstippen Afstudeerders, stage Debat over ketens met studenten WURKS: Mebot Citaverde: Simulatie voorraadbeheer agrologistiek Greenport opleiding
in
Helicon: Bekend maken met hard- en software Maatwerk op verzoek ondernemer
TTT: Modules Leidinggeven, Logistiek
Vraag 2: Hoe gebeurt het werken in het onderwijs informatiesystemen? Via lectoraat, greenport en ketens GKC keten & agrokennis, coördinatie & hot topic team Ontwikkeling vaak in projecten met daarna landelijke uitrol Stage Eigen bedrijf Samen met de BPV begeleider een systeem verbeteren (PVB N4) Optimalisatieplan, beleidsplan, beschrijven in BPV opdrachten
aan het werken met digitale Project OPA (optimaliseringplan) BOP (bedrijfsoptimaliseringsplan) Vraaggestuurd: op bedrijf, samen met bedrijf, 5 dagdelen Opstarten kennistransferpunt en platform Ophalen ondernemersvragen en deze beantwoorden Greenport initiatieven met HAS- WURFontys Onderwijsvernieuwing nu zonder kennis 25
Leerproces projecten meenemen in bestaande programma‟s Lessen, excursies, gastcolleges Van buiten naar binnen Niet structureel initiatief student/ project Scholing op PTC
Vraag 4: Wie zijn erbij betrokken? Veel groene scholen, GKC Onderwijs, GKC, WUR met ontwikkelcentrum en aanbieders van systemen Projectmedewerkers, studenten, bedrijven, frugicom Bedrijfsleven Te weinig docenten vooral lectoraat Groen en grijs door de hele onderwijskolom GKC programma keten en agrologistiek: hot topic
van zaken Tuinbouw/ agribedrijfsleven: cases, bedrijfsbezoeken, stages Onderwijs/ bedrijfsleven/ toeleveranciers/ adviesbureaus Ict-bedrijven: software beschikbaar stellen, gastcolleges Denken in werkprocessen volgt op ketenbewustzijn
BOL leerlingen en docenten Onderzoeksprojecten met Frugicom, Floricom, WUR en RUG WBS, TMC, Helicon, PTC+, Edudelta Stichting TTT, bedrijfsleven en experts Onderzoek, ict bedrijven en tuinbouw Ondernemers en onderwijs in klankbordgroepen
Vraag 5: Waar liggen kansen voor nieuwe initiatieven die direct aansluiten bij de ontwikkelingen in het bedrijfsleven? Denken in structuren en Verbinding onderwijs- bedrijfsleven: bedrijfsprocessen: -nieuwe case gebaseerd op -ketensamenwerking onderwijsmateriaal met bedrijven - ketenkennis -onderwijs actueel aansluiten aan praktijk Lesmateriaal ontwikkelen (toolkit): - TTT: bedrijven en scholen met -verbreden living lab concept mandaat - simulatiemodellen -samenwerkingsverbanden tussen onderwijs en bedrijfsleven in de vorm Nieuwe opleiding maken: van gastlessen/ praktijklessen -verbinden met grijsonderwijs -samenwerken bedrijven „verbinden‟ - Tuinbouw op de kaart als innovatieve -meer samenwerken met praktijk sector: nieuwe doelgroep aanboren -onderwijs in de praktijk - een nieuwe opleiding Tuinbouw -gerichte lessen gekoppeld aan excursies digitaal voor ICT mensen met groene -ondernemerscompetenties meenemen vingers of tuinders met ICT ambitie KIGO: Werkplaatsen: -Gezocht: trekker GKC Topic 26
-samen studenten projecten zoals werkplaats -integrale werkplaatsen: match van vraag bedrijfsleven +aansluiting bij onderwijs
- Ontwikkeling KIGO met bedrijven en onderwijs Professionalisering docenten: Ontwikkeling nieuwe docenten SCMHBO Kwalificatiedossier: -ketendenken inbedden in curriculum - urgentie door laten klinken bij onderwijs door CEO bedrijven
Genoemde acties: -
-
Kennisinstroom naar onderwijs door het inschakelen van externe experts voor gastcolleges. Beter invulling geven aan scholing voor ondernemers en hun werknemers. Ervaringen m.b.t. Top Talent Tuinbouw, Lerend Werken, contractonderwijs, bedrijfsopleidingen, etc. tussen instellingen delen. Nadenken over nieuwe cursussen en opleidingen op verschillende niveaus, gericht op verschillende doelgroepen. Een beter beeld schetsen van wat op dit moment door groen onderwijs wordt aangeboden; een gros lijst van wat er al gebeurt. Alvast in de regio kleine projecten oppakken; bijscholingen organiseren op specifieke onderdelen. Investeren in bewustwording (ketendenken, procesdenken, automatiserings-minded maken). Ook in de gaten houden wat er in andere branches en in het buitenland gebeurt en hoe de samenwerking tussen onderwijs en bedrijfsleven zich daar ontwikkelt. Mogelijk dat daar voor ons bruikbare tools worden ontwikkeld. Inrichten van een vraag/aanbodsbank voor stages, opdrachten en afstudeerprojecten. Overwegen om een kleine taskforce van deskundige en gemotiveerde mensen in te richten die dit gaan trekken.
27
Bijlage 3 Namenlijst voor interviews bedrijfsleven Sierteeltgewassen Sierteeltgewassen Sierteeltgewassen Sierteeltgewassen Groenten en fruit Groenten en fruit Bloembollen Bloembollen
[email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected]
Green Q (Internationale kennisonderneming) Niek Botden Namenlijst voor interviews onderwijs Piet Vlaming Ton Hermans Peter van Gastel Jeroen van Drie Egbert van Limburg Jan Willem Donkers Hans Ligtenberg Bert van Sonsbeek Frans Demarteau
Clusius College, bedrijfsopleidingen CITAVERDE Horst HAS Den Bosch Edudelta Onderwijsgroep Goes CAH Dronten GKC, programma Plant Inholland HAS Den Bosch Helicon, bedrijfsopleidingen
Lourens van Herk Maarten Guichelaar
namens Greenport Business School Lentiz directeur Wellantcollege Rijswijk, Oegstgeest en Rijnsburg
Bijlage 4: Vragenlijst voor bedrijfsleven 28
Wat: Wie:
Voorstel interviewvragen bedrijfsleven Tuinbouwsector, v. 12-12-2010 selectie uit aangeleverde lijst (2x teelt, 2x handel, 2x afzet, 1x ict-advies, 1x bemiddeling)
Wanneer: Onderwerp: ·Strategische verkenning bij bedrijven Hoofdvraag: Welke competenties heeft het bedrijfsleven nodig en in welke functies. Voorstel vragen aan bedrijfsleven 1. Als het gaat over digitalisering binnen uw bedrijf: over welke functies/ rollen hebben we het a) nu, en b) in de toekomst? Welke kennis/ houding en vaardigheden (= competenties) is nodig passend bij de verschillende functies/ rollen van a) nu, en b) in de toekomst? 2. Uw bedrijf is onderdeel van een (of meer) keten(s). Welk beeld is er van „digitale competenties‟ en het besef van ketenbenadering in a) uw bedrijf/ sector en b) bedrijven waarmee u direct samenwerkt? Over welke functies/ rollen hebben we het a) nu, en b) in de toekomst? Welke kennis/ houding en vaardigheden (= competenties) is nodig passend bij de verschillende functies/ rollen van a) nu, en b) in de toekomst? 3. T.a.v. vraag 1. En 2: Waar zitten gaten, waar gaat het mis: wat gebeurt er en wat is daarvan de oorzaak en het gevolg? Wat is nodig om mensen competenter te maken? Waar gaat goed, wat is daarvan de reden? Wat is gebeurd om deze mensen competent te maken? 4. Merkt u dat uw mensen willen werken aan digitale competenties? 5. Bij welke sectorinitiatieven bent u aangesloten? Wat is doel van dit initiatief? Is het reguliere onderwijs hierbij betrokken? Zo ja, hoe? Andere gegevens: 6. Hebt u zelf contacten met het onderwijs in relatie tot digitale competenties, wat levert dit op, wie zijn contactpersonen, waar ligt het initiatief van dit contact? 7. Wat betekent de ambitie van het Nederlandse Tuinbouwcluster om in 2015 in Europa leidend te zijn op het gebied van digitaal informatiemanagement in tuinbouwketens en dat mondiaal te zijn in 2020 voor uw bedrijf/ sector? 8. Wat moet er naar uw idee gebeuren om onderwijs en bedrijfsleven op het gebied van de ontwikkeling van digitale competenties op elkaar aan te sluiten? Welke ideeën heeft u?
29
Vragenlijst voor onderwijs
Wat: Wie: Wanneer: Onderwerp:
Voorstel interviewvragen onderwijs onderwijsinstellingen Strategische verkenning bij onderwijs
Voorstel vragen aan onderwijs Informatie: Betrouwbare en actuele keteninformatie wordt steeds belangrijker. Nederland als tuinbouwland bij uitstek moet voorloper zijn op het gebied van informatiemanagement en nationaal en internationaal de standaard stellen. Dit vereist een verbreding en versnelling van elektronische informatie uitwisseling bij productie, distributie en handel in de tuinbouw. Om dit te bereiken is met steun van het Productschap Tuinbouw het programma Tuinbouw Digitaal gestart. Met als ambitie: “Het Nederlandse tuinbouwcluster is in 2015 in Europa leidend op het gebied van digitaal informatiemanagement in tuinbouwketens en is dat mondiaal in 2020.” Hoofdvraag: Hoe kan het onderwijs helpen bij het realiseren van de genoemde ambitie? 1. Wat moet er naar uw idee gebeuren om onderwijs en bedrijfsleven op het gebied van de ontwikkeling van digitale competenties op elkaar aan te laten sluiten?Welke ideeën heeft u? 2. Wat gebeurt er in uw onderwijsinstelling (op curriculumniveau) op het gebied van de competentieontwikkeling m.b.t. digitale informatiesystemen ( ICT-systemen, informatiesystemen en ketenstandaarden) 3. Wat is uw ambitie voor competentieontwikkeling van digitale informatiesystemen van uw studenten en wat is nodig om deze ambitie te realiseren? 4. Hoe kan het Productschap Tuinbouw u via het Programma Tuinbouw Digitaal ondersteunen om uw ambitie te realiseren? 5. Welke contacten en informatie hebt u nodig om uw onderwijs op het gebied van digitale informatiesystemen vorm te kunnen geven? 6. Welke contacten heeft u met de tuinbouwsector? Wie, frequentie, onderwerp etc 7. Zijn er subsidietrajecten (KIGO, innovatietrajecten, WURKS ect) of andere (regionale) netwerken waarin u participeert? 8. Waar liggen naar uw idee kansen voor nieuwe initiatieven die direct aansluiten bij de ontwikkelingen in het bedrijfsleven? 9. Heeft u suggesties voor (vervolg)projectenideeën/ onderzoeksvoorstellen etc?
30
Bijlage 5: Uitwerking verslag Kigo schrijfmiddag 13-12-2010
VERSLAG EXPERTMEETING GKC PROGRAMMA KETENS& LOGISTIEK I.S.M.PRODUCTSCHAP TUINBOUW Betreft
:
Datum Tijd Plaats Referentie
: : : :
Aanwezig : Afwezig
:
Verslag expertmeeting GKC programma Ketens& Agrologistiek i.s.m. Productschap Tuinbouw maandag 13 december 2010 van 14.00 uur tot omstreeks 17.00 uur Ede concept Woody Maijers, Gerry Kouwenhoven, Albert Swinkels, Daan Kuiper, Jaap de Vries, Marjan van der Wel -
Op 13-12 kwam de schrijfgroep van het GKC programmateam Ketens & Agrologistiek bijeen. Binnen dit programma is Tuinbouw Digitaal als HOT TOPIC aangemerkt. Het programma ontwikkelt Kigo-voorstellen. Via de KIGO regeling stelt de minister van LNV 8 miljoen euro beschikbaar voor programma‟s en projecten die bijdragen aan een betere ontsluiting, verspreiding en benutting van beschikbare kennis op het beleidsterrein van LNV. De instellingen in het groene onderwijs, onderzoeksinstellingen en ondersteuningsinstellingen werken daarvoor in programma‟s en projecten samen via de Groene Kennis Coöperatie. In de schrijfgroep is gebrainstormd over welke punten in de Kigovoorstellen moeten komen te staan en een voorzet voor acties en producten. Hieronder staan enkele aanknopingspunten zoals deze verwoord zijn op de flaps: Ambitie van Tuinbouw Digitaal: Nederlandse tuinbouwcluster moet voorop lopen bij het invullen van een richtinggevende rol als ontwikkelaar en eigenaar van besturing- of coördinatieconcepten die gebruikt worden in ICT-systemen, informatiesystemen en ketenstandaarden. Aanleiding van de aanvraag: Vraag vanuit het bedrijfsleven en bestuur Productschap Tuinbouw: Welke rol kan onderwijs spelen bij het realiseren en borgen van uitvoeren van digitale competenties in de tuinbouw in samen werking met Gouden Driehoek. Doelgroepen: Tuinbouwcluster, onderwijs en overheid Doel: Competent worden van populatie (overheid, onderwijs, ondernemers). Dit is werken, bewerken, beoordeling etc. en willen. Beoogd resultaat: 1. Verbinding ketenprocessen vmbo, mbo, hbo, WO 2. Verbinding kenniscentra, werkplaatsen, simulatieplaatsen etc. 3. Ontwikkeling van living lab voor mbo, hbo (games, simulatie) 4. Docentprofessionalisering 31
5. 6. 7. 8.
Verbinding met grijsonderwijs Scholing voor werkenden op maat, EVC CoP Verbinding met regionale netwerkstructuren
Over wie spreken we: Tuinbouwcluster: alles onder glas, volle grond, bomen en bollen, paddenstoelen Productie, groothandel, detailhandel, vermeerdering, verwerking, retail, food service, toelevering. Voorzet voor mogelijke activiteiten en producten: Activiteiten Producten Ontwikkelen uitvoeren van Cursus voor Dummies ondernemers/ Kwalificatiedossier, Tool, Aequor ketengericht ipv beroepsgericht Analyseren Stroomschema‟s bedrijfsprocessen keten breed Lesmateriaal ontwikkelen Toolkit, living lab, game, simulatie Tuinbouwcluster verkennen Businesscase „De barcode analyseren en beschrijven voorbij‟ voor studenten en docenten Leerbedrijven de vraag Stageopdrachten bij ophalen naar preferente leerbedrijven stageopdrachten. bedrijven selecteren voor TD Verder ontwikkelen van EVC meetinstrument competentieontwikkeling CoP inrichten Ontwikkelen en uitvoeren Flitstrainingen korte en intensieve trainingen Regionale roadshow Roadshow langs HBO‟s / HAS, grijs groen Ism productschap tuinbouw Jaarlijks event, gouden driehoek Inventarisatie van relevante Landkaart: waar moet ik partners, verenigingen wezen? Inventarisatie wat heeft Landkaart: waar moet ik grijs onderwijs te bieden wezen? Overigen
Periode
32
Bijlage 6 Overzicht cursus- en contract aanbod Greenport Campus Zuid-Holland wordt een enorm breed scala aan vakopleidingen voor de glastuinbouw en toeleverende industrie aangeboden. Via Greenport Campus innovatie support heeft u toegang tot een compleet pakket cursorisch onderwijs op verschillende niveaus (MBO, HBO en WO) en van vele aanbieders. De onderwijsinstellingen betrokken bij Greenport Campus hebben een cursusportfolio samengesteld aan de hand van o.a. de volgende thema‟s: ICT & Computervaardigheden Logistiek Teelt Techniek CITAVERDE College Naam onderwijsinstelling Naam contactpersoon
CITAVERDE College en Karpos Kenniscentrum Conny van Hout
[email protected] (06) 29 39 24 95
Bij Citaverde en Karpos zijn de digitale competenties onderdeel van onderstaande trainingen/opleidingen. We willen de digitale competenties in ons toekomstig aanbod nadrukkelijker en uitgebreider aan bod laten komen.
33
(Selectie toegepast) Vakbekwaam medewerker glastuinbouw MBO niveau 3 Naam aanbod Doelgroep Medewerkers voor glastuinbouwsector Module Leidinggeven en communicatie Module Teeltafwijkingen Inhoud van cursus/ training Module Teeltkennis Module Personeel en organisatie Module Techniek
Module Afzet
Module veiligheid, Arbo, Infra
Naam aanbod Doelgroep Inhoud van cursus/ training
Greenport opleidingen Greenport Logistics, Greenport Production, Greenport Retail Medewerkers die binnen de Greenport e.o. werkzaam (willen) zijn. Op niveau 4 (Greenport Production manager): Op niveau 3 (Greenport Production professional)
Naam aanbod Doelgroep Inhoud van cursus/ training
Groothandel & Logistiek Medewerkers groothandel en logistiek Niveau 3, verkoper groothandel voedsel en groen: Niveau 3, eerste verkoper detailhandel voedsel en leefomgeving:
Lentiz: Efficiënter werken en processen volgens Lean management (AL337)
Strategische verkenning
De oplossing voor de concurrentie uit lage loonlanden ligt vooral in schaalvergroting en technologische ontwikkelingen. Een aantal ketens ontwikkelt zich specifiek rond grootschalige teelt en afzet. De ketenpartners (veiling, tussenhandel en Inzicht geven in de supermarkten) krijgen steeds meer invloed op het productieprocessen van het bedrijf. assortiment en de prijsstelling. De mogelijkheden tot verdere standaardisatie. Het identificeren Onderwerpen zijn ondermeer: en verhelpen van verspillingen in • Kan ik mijn processen verder standaardiseren en het proces. Het realiseren van de optimaliseren? kortste doorlooptijd tegen de • Is mijn batchgrootte optimaal? laagste kosten. • Hoe maximaliseer ik de waarde voor de klant? • Hoe “stromen” producten door mijn bedrijf en door keten? • Waar zitten de verspillingen in het proces? • Hoe realiseer ik de kortste doorlooptijd (just-intime) tegen de laagste kosten?
Onderwijs en Tuinbouw Digitaal
Pagina 1