stoppen met blowen
Stein-Stoppen_Met_Blowen-3ePr.indd 1
22-03-10 14:54
Voor mijn vader
Stein-Stoppen_Met_Blowen-3ePr.indd 2
22-03-10 14:54
Yoram Stein
stoppen met blowen
de mythen, de gevaren en je laatste joint
Nieuw Amsterdam Uitgevers
Stein-Stoppen_Met_Blowen-3ePr.indd 3
22-03-10 14:54
© Yoram Stein 2010 Alle rechten voorbehouden Tekstredactie Edith Vroon Omslagontwerp Bureau Beck Foto voorplat Image Store Foto auteur Hester Otter Typografie binnenwerk Yulia Knol nur 751; 740 isbn 978 90 468 0655 5 www.nieuwamsterdam.nl/yoramstein
Stein-Stoppen_Met_Blowen-3ePr.indd 4
22-03-10 14:54
Stoppen met een verslaving is vergelijkbaar met emigreren. – Peter van Dalen
Stein-Stoppen_Met_Blowen-3ePr.indd 5
22-03-10 14:54
Stein-Stoppen_Met_Blowen-3ePr.indd 6
22-03-10 14:54
Inhoud
Inleiding 9 deel i
de mythen en de gevaren
1 – hoe ik ben begonnen 18 2 – ‘het is maar een jointje’ 26 3 – ‘het is niet verslavend’ 33 4 – ik heb een probleem 36 5 – ‘het is een softdrug’ 45 6 – ‘verbieden werkt averechts’ 58 7 – ‘maar als je er nou gelukkig van wordt’ 64 8 – ‘het is cool’ 70 deel ii
je laatste joint
De methode van Peter van Dalen schema – stoppen met blowen in tien stappen 78 1 – hoe je kunt stoppen 80 2 – waarom van dalen? 83 Over de methode 3 – waarmee je moet stoppen 89
Stein-Stoppen_Met_Blowen-3ePr.indd 7
22-03-10 14:54
4 – de eerste stap 93 Toegeven dat je een probleem hebt 5 – de tweede stap 97 Bepaal of je verslaafd bent 6 – de derde stap 101 Zoek een therapie 7 – de vierde stap 105 Bepaal je stopdatum 8 – de vijfde stap 107 Maak stiekem gebruiken onmogelijk 9 – de zesde stap 109 Vermijd risico, zorg voor veiligheid 10 – de zevende stap 111 Robotten 11 – de achtste stap 113 Wees alert en voorkom een terugval 12 – de negende stap 118 Ga een andere koers varen 13 – de tiende stap 123 Waarnemen, accepteren, mildheid (wam) 14 – de gordijnen gaan open 125 15 – de beloningen van het gestopt zijn 127 Noten 128 Verkorte literatuurverwijzingen 141 Dankwoord 143
Stein-Stoppen_Met_Blowen-3ePr.indd 8
22-03-10 14:54
Inleiding
Dit is een eigenaardig boek. Het bevat twee boeken in één. Het eerste is een analyse van allerlei mythen die als grote, dikke rookwolken rondom cannabis zijn opgetrokken. Het tweede is een zelfhulpboek: het wil mensen helpen om van hun verslaving aan roesmiddelen af te komen. Als ik de twee boeken in één zin zou moeten samenvatten, zou ik zeggen dat zij beide bedoeld zijn als hulpmiddel om achter het rookgordijn vandaan te komen. De twee boeken kennen meerdere hoofdpersonen, maar de belangrijkste rol wordt wel ingenomen door een plant, genaamd cannabis sativa, in de volksmond bekend als ‘cannabis’, ‘marihuana’, ‘wiet’, ‘hasj’ of ‘stuff ’. Cannabis heeft vele namen, maar hoe je dit zogeheten ‘geestverruimende middel’ ook noemt, het is de meest gebruikte illegale drug ter wereld. Ook in Nederland is cannabis na alcohol het populairste roesmiddel. Maar hoe riskant is cannabisgebruik eigenlijk? Dit boek wil een stem geven aan verslaafden in het debat dat al bijna veertig jaar over deze vraag gevoerd wordt. Het boek gaat uitdrukkelijk niet over wel of niet legaliseren van cannabis, maar over hoe we over cannabisgebruik denken (Deel I) en wat je tegen cannabisverslaving kunt doen (Deel II). Mensen die willen weten hoe ze kunnen stoppen met blowen (of met andere verslavende roesmiddelen) kunnen meteen doorbladeren naar het begin van Deel II. Daar vinden ze een beschrijving van de tien stappen om van je verslaving af te komen. Mensen die geïnteresseerd zijn in het politieke en wetenschappelijke debat over cannabisgebruik, kunnen gewoon beginnen bij Deel I van dit boek.
Stein-Stoppen_Met_Blowen-3ePr.indd 9
22-03-10 14:54
10
inleiding
In het debat over cannabisgebruik staan twee kampen tegenover elkaar. De mensen in het progressief-liberale kamp stellen dat cannabisgebruik onschuldig is, dat mensen zelf moeten weten wat ze doen en laten, en dat cannabisgebruik moet worden gedoogd of gelegaliseerd. De mensen in het conservatief-christelijke kamp stellen dat cannabisgebruik verre van onschuldig is, dat wetgeving er is om burgers te beschermen, soms ook tegen zichzelf, en dat er daarom tegen cannabisgebruik moet worden opgetreden. Waarom ziet de een de problematiek rond cannabis lichter dan de ander? Dat heeft natuurlijk ook te maken met de ervaringen die mensen met cannabis hebben. Veel mensen hebben goede ervaringen met cannabis of hebben er positieve associaties bij. Ze hebben vrienden die enthousiaste gebruikers zijn, ze hebben het zelf een paar keer gebruikt of ze gebruiken nog steeds. Dat anderen van dit middel in de problemen raken, kunnen ze zich niet voorstellen. Soms behoren deze mensen tot een generatie die cannabisgebruik associeerde met vrijheid en blijheid of ze voelen zich verwant met die generatie. Voor hen staat blowen voor een bepaalde vrijgevochten levenshouding, voor een vrije geest, een vrije samenleving. Iemand die vraagtekens plaatst bij cannabisgebruik is in hun ogen al snel iemand die erop uit is om mensen in hun vrijheid te beknotten. Ik kan de mensen in het progressief-liberale kamp goed begrijpen, want ik was zelf een van hen. Ik dacht dat cannabis een onschuldig middel was, ik dacht dat de wereld misschien wel beter zou worden als mensen wat vaker een jointje zouden roken. Ik geloofde in de mythen die in het eerste deel van dit boek staan, totdat ik mijn hoofd hard stootte aan de werkelijkheid. Als ex-cannabisverslaafde in een grote stad als Amsterdam heb ik de ernst van de problematiek van nabij leren kennen. Ik beschrijf in dit boek wat permanent cannabisgebruik voor effect had op mijn persoonlijke ontwikkeling en levensgeluk.
Stein-Stoppen_Met_Blowen-3ePr.indd 10
22-03-10 14:54
inleiding
11
In de tijd dat ik zelf nog gebruikte, heb ik bovendien veel mensen leren kennen op wie het blowen duidelijk een negatieve invloed had. Een aantal van hen heeft last gekregen van psychoses en depressies, anderen zijn aan de harddrugs geraakt en weer anderen zijn maar blijven blowen: dag na dag, jaar na jaar. In de periode dat ik probeerde met hasj te stoppen, heb ik tientallen cannabisverslaafden ontmoet die ook probeerden eraf te komen. In de groep van Peter van Dalen, psychotherapeut bij de Jellinek, ontdekten wij, ex-cannabisverslaafden wat er met ons gebeurde, nu we niet meer gebruikten. De beslissing om voorgoed te stoppen met blowen bleek voor radicale veranderingen in ons leven te zorgen. Ook dat deed mij beseffen hoe lang wij stil hadden gestaan en wat een negatieve invloed dit middel op mensen kan hebben. Inmiddels ben ik alweer een tijd geleden gestopt met blowen. Maar als docent op een middelbare school maak ik ieder jaar weer scholieren mee die in de problemen komen door hun cannabisgebruik. Zij gaan meer spijbelen, hun schoolresultaten worden slechter, en ze verlaten de school vaker zonder diploma dan anderen. Hoewel er de afgelopen jaren meer aandacht is gekomen voor de gevaren van cannabis dan in de jaren daarvoor, denken veel mensen nog steeds dat het middel weinig schade kan aanrichten. Dit boek tracht dit beeld te nuanceren. Cannabis is minder onschuldig dan menigeen denkt. Redelijk bekend zijn de gevaren van cannabisgebruik voor schoolprestaties1 en voor het ontwikkelen van geestesziekten.2 Ook is wel bekend dat mensen van blowen passief worden, en dan geneigd zijn om zaken uit te stellen. Weinig bekend is dat er steeds meer bewijzen komen voor de in het verleden vaak verguisde stepping stone-theorie: cannabisgebruikers lopen een groter risico om ook harddrugs te gaan gebruiken. Minder bekend zijn ook de gevaren van problematisch cannabisgebruik en cannabisverslaving3 die in dit boek centraal staan. Mensen die verslaafd raken aan cannabis zijn obsessief met cannabis
Stein-Stoppen_Met_Blowen-3ePr.indd 11
22-03-10 14:54
12
inleiding
bezig. Blowen wordt steeds belangrijker voor hen, terwijl andere dingen steeds onbelangrijker worden. Hun kansen op geluk en succes nemen af. Hoe vaker mensen gebruiken, hoe kleiner de kans dat ze hun studie afmaken, hoe lager hun inkomen, hoe groter de kans dat ze van een werkloosheidsuitkering moeten rondkomen en hoe minder gelukkig ze zijn in hun relatie en met hun leven in het algemeen.4 Mensen die dagelijks of vrijwel dagelijks cannabis gebruiken, staan bovendien stil in hun ontwikkeling. Emoties als verdriet worden niet gesignaleerd en verwerkt. Pas als mensen stoppen met blowen, komen deze emoties weer aan de oppervlakte. Niet iedereen die begint met blowen raakt eraan verslaafd, net zoals niet iedereen die begint met drinken alcoholist wordt. Een Duits onderzoek bracht aan het licht dat 35 procent van jonge cannabisgebruikers door langdurig gebruik last krijgt van één of meer van de verschijnselen waaraan je een middelenafhankelijkheid kunt herkennen.5 65 procent, de meerderheid, had dus geen last van verslavingssymptomen. Het is ook bewezen in andere studies dat sommige mensen verslavingsgevoeliger zijn dan anderen en dat dit een genetische kwestie is.6 Hoewel het merendeel van de mensen niet snel verslaafd raakt, is het gevaar van een roesverslaving toch iets dat dreigt voor een ieder die te lang te veel van een bepaald roesmiddel – zoals cannabis, alcohol of cocaïne – gebruikt. Het is niet alleen de gewoonte waar je moeilijk vanaf kunt komen. Als het alleen om gewoontevorming zou gaan, zou dat niet verklaren waarom het lastiger is om met het gebruik van roesmiddelen te stoppen dan om te stoppen met andere gewoontes. Iemand die een roesmiddel als cannabis gebruikt, ervaart vaak een onmiddellijke beloning. Het roesmiddel neemt even de pijn weg of zorgt even voor genot. Het gecombineerde effect van gewoontevorming en onmiddellijke behoeftebevrediging zorgt ervoor dat ook mensen zonder genetische aanleg voor verslavingen uiteindelijk aan roesmiddelen verslaafd kunnen raken.7
Stein-Stoppen_Met_Blowen-3ePr.indd 12
22-03-10 14:54
inleiding
13
Er zijn geen exacte cijfers over de omvang van het probleem van cannabisverslaving en -misbruik. Geschat wordt dat het in Nederland om ongeveer 80.000 mensen gaat, maar niemand weet of deze schatting klopt. Gegevens van het cbs duiden erop dat één op de dertig jongeren een problematisch patroon van cannabisgebruik ontwikkelt, hetgeen betekent dat er in iedere schoolklas één jongen (jongens blowen vaker en meer dan meisjes) zit die een probleem heeft met zijn cannabisgebruik of een probleem aan het ontwikkelen is. In stedelijke gebieden zijn dat er waarschijnlijk twee of drie per klas, omdat er daar twee tot drie keer meer geblowd wordt dan op het platteland.8 Hoewel we dus niet precies weten hoeveel problematische cannabisgebruikers er zijn, weten we wel dat in de afgelopen dertien jaar steeds meer cannabisgebruikers een beroep hebben gedaan op de hulpverlening. Alleen al van 2001 tot 2005 steeg de hulpvraag met betrekking tot cannabis volgens het Landelijk Alcohol en Drugs Informatie Systeem (ladis) met 43 procent tot 14.000 mensen. Deze cijfers hebben echter nauwelijks tot bezorgdheid geleid. Cannabis wordt verondersteld niet zo verslavend te zijn,9 terwijl niet bekend is hoeveel problematische of verslaafde cannabisgebruikers er eigenlijk zijn. Hoe komt het dat het probleem zo weinig serieus genomen wordt? Volgens Jaap de Vlieger, jarenlang drugsexpert bij de Rotterdamse politie, gebruikt een aantal van de beleidsbepalende Nederlandse drugswetenschappers zelf, en streven zij naar legalisering. Feiten die zouden wijzen in de richting van problemen ten gevolge van cannabisgebruik zouden deze onderzoekers niet goed uitkomen. Wie de recente geschiedenis van het drugsonderzoek in Nederland bestudeert, zoals in dit boek gebeurt, moet inderdaad constateren dat er een neiging bestaat bij Nederlandse ‘drugswetenschappers’ om de problemen rondom cannabisgebruik te ontkennen, te bagatelliseren of te negeren. In het eerste deel van dit boek, dat is gewijd aan
Stein-Stoppen_Met_Blowen-3ePr.indd 13
22-03-10 14:54
14
inleiding
‘de mythen en de gevaren’, komen tal van voorbeelden aan bod. Waarschuwingen over de verslavende werking van cannabis, het steeds sterker worden van het middel, de steeds jongere gebruikers en de gevaren van blowen voor het ontwikkelen van psychoses werden door de beleidsbepalende wetenschappers niet gehoord of afgedaan als paniekzaaierij. Het thema van de onderschatting van de problematiek rondom cannabisgebruik loopt als een rode draad door dit boek. De twee ‘boeken’ waaruit ik al zei dat het bestaat, staan dan ook wel degelijk rechtstreeks met elkaar in verband, wat dan ook de reden is dat ze hier als twee-eenheid binnen het geheel van één boek worden gepresenteerd. In het eerste deel wordt onderzocht waarom de mythen over cannabis, zoals ‘het is niet verslavend’ en ‘het is een onschuldig middel’, zo lang ons denken over cannabis hebben kunnen beheersen. Waarom wilde men de feiten niet onder ogen zien? Twee factoren lijken van invloed te zijn: dogmatisch geloof in de progressief-liberale ideologie en steeds groter wordende politieke en economische belangen bij het gedoogbeleid. Met name de ideologie wordt onderzocht in het eerste deel als mogelijke verklaring voor het hardnekkig blijven voortbestaan van de mythen rond cannabis. Ook maakt het eerste deel duidelijk wat het gevaar van de mythen is: zolang de samenleving blijft zeggen ‘het is maar een jointje’ is het voor potentiële cannabisverslaafden makkelijk om hun eerste op te steken, maar moeilijk om hun laatste te doven. Ook in de hulpverlening is lange tijd de tendens geweest om het probleem cannabisverslaving niet ernstig te nemen, terwijl dat een noodzakelijke voorwaarde is om verslaafden ervan af te helpen. Het tweede deel van dit boek is daarom specifiek gericht op de behandeling van het probleem van cannabisverslaving. De methode van psychotherapeut Peter van Dalen, die mij en vele anderen geholpen heeft om voorgoed met blowen te stoppen, wordt er in beschreven. In het eerste deel gaat het vooral om hoe wij denken, in het tweede deel gaat het erom wat
Stein-Stoppen_Met_Blowen-3ePr.indd 14
22-03-10 14:54
inleiding
15
jij als problematisch cannabisgebruiker of cannabisverslaafde kan doen om een nieuw leven te beginnen. De methode van Van Dalen – die niet alleen gebruikt kan worden om te stoppen met blowen, maar ook om te stoppen met andere roesverslavingen, zoals drinken, gokken, snuiven en slikken – wordt in dit tweede deel in tien overzichtelijke stappen behandeld. Dit deel is wellicht niet alleen interessant voor mensen die problemen hebben met cannabis of een ander verslavend roesmiddel, hun ouders, partners en vrienden, maar ook voor professionele hulpverleners en andere mensen die werkzaam zijn bij verslavingsinstellingen.
Stein-Stoppen_Met_Blowen-3ePr.indd 15
22-03-10 14:54
Stein-Stoppen_Met_Blowen-3ePr.indd 16
22-03-10 14:54
deel i
DE MYTHEN EN DE GEVAREN
Stein-Stoppen_Met_Blowen-3ePr.indd 17
22-03-10 14:54
1
hoe ik ben begonnen
In mijn klas hadden een paar meiden het als eerste geprobeerd. Ze vertelden dat ze ontzettend gelachen hadden, dat ze zich heel prettig hadden gevoeld en allerlei mooie kleuren hadden gezien. Ik wilde ook wel weten hoe het was. Zo spannend is het leven in een welvarende en vredige verzorgingsstaat niet, zeker niet voor een verveelde puber. Ik had wel zin in iets spannends. Beginnen met blowen was een avontuur. Zo kwam het dat ik op mijn zestiende mijn eerste joint rookte.10 Toch was ik ook weer niet zo’n enorme avonturier. Heroïne wilde ik niet proberen. En lsd, het middel dat de vader van mijn beste vriend zodanig in de war had gebracht dat hij daarna zelfmoord pleegde, wilde ik ook niet. Ik zocht zoals zo veel mensen een kick, maar dan wel een veilige kick, een gevaar met een vangnet. Ik wilde daarom niet beginnen met drugs, ik wilde beginnen met ‘softdrugs’ – drugs die geen kwaad konden. Op de middelbare school waar ik in de jaren tachtig op zat, was het volkomen normaal om te blowen. Het werd zelfs als iets positiefs gezien. Veel leerlingen deden het, maar ook docenten. Er werd wiet gerookt op het schoolplein en er werd geblowd tijdens werkweek en in de rookkantine. Op school werd mij verteld bij het vak biologie, waar wij in de derde klas een soort voorlichtingsles over drugs kregen, dat cannabis een onschadelijk middel was. Cannabis was in ieder geval niet verslavend. (Dat leerden ze toen ook op de universiteit: cannabis is niet verslavend.)Volgens de biologieles was een jointje roken minder schadelijk dan het nemen van een aspirientje. Voor mij
Stein-Stoppen_Met_Blowen-3ePr.indd 18
22-03-10 14:54
1 – hoe ik ben begonnen
19
was er dan ook nauwelijks reden om niet met blowen te beginnen. Natuurlijk kan ik anderen niet de schuld geven van iets dat ikzelf gedaan heb. Er waren, ondanks het feit dat er een sterk pro-cannabisklimaat was in de jaren tachtig, toen ook genoeg mensen die het niet deden, dus je hoefde niet te beginnen met drugs. Dat ik begon met blowen, is mijn eigen beslissing geweest. Maar achteraf gezien heb ik die beslissing wel makkelijker genomen, omdat er zo veel positieve verhalen over cannabis de ronde deden. Volgens die verhalen was blowen iets voor coole mensen: iets voor kunstenaars, intellectuelen, muzikanten, reizigers, schrijvers, revolutionairen en filosofen. Níét blowen was voor suffe burgertutjes. Stoned en high zijn, was voor een uitverkoren elite. De meeste ex-blowers die ik voor dit boek geïnterviewd heb, vertellen soortgelijke verhalen.11 Ramon, veertig jaar oud, en van zijn achttiende tot zijn achtendertigste bijna voortdurend onder invloed van cannabis, kreeg van zijn vriendinnetje te horen: ‘Je bent achttien, en je hebt nog nooit geblowd. Wat een watje!’ Sonja, zesendertig jaar oud, tien jaar gebruikt en zes jaar clean, vertelt: ‘Ik had alleen maar positieve verhalen gehoord over cannabis. Ik zal nooit vergeten dat ik op televisie een item zag over politieagenten die stoned auto waren gaan rijden, en tot de conclusie waren gekomen dat blowen geen kwaad kon in het verkeer. Klinkklare onzin, maar toen gaf dat voor mij toch wel aan hoe onschuldig blowen was: zelfs de politie deed het, en het maakte niets uit of je nu stoned achter het stuur ging zitten of niet.’ Jan, eenenvijftig jaar oud, twintig jaar verslaafd, en zeven jaar clean, antwoordt op de vraag waarom hij met blowen begon: ‘Het was de tijdgeest. Ik dacht dat het normaal was dat je ging blowen. Je hoorde op deze manier bij de mensen die alternatief waren. Het was goed voor je imago, net zoals roken, drinken, neuken, in mijn idee moest je dat al vanaf je achttiende doen.’
Stein-Stoppen_Met_Blowen-3ePr.indd 19
22-03-10 14:54
20
deel i – de mythen en de gevaren
Als Jan zegt: ‘het was de tijdgeest’, bedoelt hij de culturele revolutie van de sixties en de invloed daarvan op ons denken. De protestgeneratie van de sixties beschouwde de idee dat de mens zijn verlangens in bedwang moet kunnen houden als de levensfilosofie van burgerlijke en angstige mensen, waarmee de revolutionairen een breuk forceerden met de klassieke filosofie, het christendom en de burgerlijke moraal. De nieuwe generatie zou niet zo bang zijn om zich te laten gaan. Doel van de revolutie was er zorg voor te dragen dat de mens ongeremd zou kunnen genieten van seks en drugs, want dan zou de wereld eindelijk in een paradijs veranderen. In Californië bestonden er plannen om lsd in het drinkwater te doen. Hoogleraar psychologie, Timothy Leary, spoorde zijn studenten aan om te experimenteren met lsd. Hij raadde jongeren aan om te stoppen met hun burgerlijke leven en te beginnen met drugs. Turn on, tune in, drop out. Om weer in De Hof van Eden terecht te komen was er eigenlijk maar één ding nodig, zoals Bob Dylan zong: ‘Everybody must get stoned.’ Zelf ben ik geboren in 1972. Niettemin oefenden de sixties een enorme aantrekkingskracht op mij uit toen ik een tiener was en ook daarna nog. De muziek van The Doors, Jimi Hendrix, Pink Floyd, films als Easy Rider, de verfilming van het legendarische concert in Woodstock en boeken als van Jack Kerouac waren doordesemd van drugsgebruik en deden mij verlangen naar een andere wereld, waarin alle grenzen zijn weggevaagd en je de absolute vrijheid kunt ervaren. De levensfilosofie van de jaren zestig waarin je de wereld kon benaderen als één grote speeltuin en het leven als een lange vakantie vond ik een stuk aanlokkelijker dan het burgerlijke ideaal van een opleiding volgen, carrière maken, om vervolgens een partner te vinden en een gezin te stichten. Of om het in de woorden van de auteurs van het boek Uit je bol, Gerben Hellinga en Hans Plomp, te zeggen: ‘Veel mensen werken zonder morren hun dagelijkse patroontje af en hebben blijkbaar geen behoefte aan verandering en avontuur. Maar er zijn ook in iedere generatie
Stein-Stoppen_Met_Blowen-3ePr.indd 20
22-03-10 14:54
1 – hoe ik ben begonnen
21
opnieuw ontdekkingsreizigers, kunstenaars, zoekers, dichters, filosofen, maar ook anonieme vrouwen en mannen die wel de behoefte hebben om de enge grenzen van de alledaagse werkelijkheid te overschrijden.’12 Ik wilde natuurlijk graag bij de tweede categorie horen. De ‘enge grenzen van de werkelijkheid’ benauwden mij evenzeer, en dus begon ik met blowen. Blowen hoorde onlosmakelijk bij de romantiek van de sixties. De idealen van deze periode – de vrije opvoeding, het eeuwig jong blijven en het afschaffen van alle gevoelens van jaloezie – zijn dermate onrealistisch dat je ze nuchter misschien niet al te lang serieus kunt uitdragen. Met een beneveld brein, een verslapte wil en een wazige blik in de ogen is het wellicht ook makkelijker te denken dat je alleen maar door zelf te genieten de wereld kunt verbeteren. De revolutie bracht een nieuw geloof in een nieuwe wereld en een nieuwe mens. Iedereen leek dit geloof te omarmen. Wie wilde nu bij de reactionaire, bekrompen geesten horen die de nieuwe, bevochten vrijheid niet aankonden? Ik wilde zelf ook graag bij de vrijdenkers horen en deel uitmaken van gemeenschappen zoals de Amsterdamse kunstenaarsgemeenschap Ruigoord, waar mensen als Hans Plomp en Gerben Hellinga woonden die verlicht en spiritueel waren, en de hele dag in andere sferen vertoefden. De jaren zestig hebben in de jaren tachtig en negentig dus nog een grote invloed gehad op mij, en op mijn beslissing om te beginnen met blowen. Andere mensen die ik interviewde over hun beslissing om te beginnen met blowen, hadden dat vaak minder sterk, maar voelden zich meestal wel aangetrokken tot de alternatieve scene. De vraag is natuurlijk: hoe zit dat nu? Worden jongeren nog steeds door diezelfde idealen beïnvloed? Het lijkt alsof er steeds meer vraagtekens worden geplaatst bij de zegeningen van de culturele revolutie, en dat de samenleving weer enigszins verlangt naar heldere regels en afspraken. Na jaren waarin de seksuele revolutie werd gevierd, hoor je nu toenemende bezorgdheid over de ‘pornoficatie van
Stein-Stoppen_Met_Blowen-3ePr.indd 21
22-03-10 14:54
22
deel i – de mythen en de gevaren
de samenleving’.13 De trend in het algemeen is om duidelijker grenzen te willen stellen aan een nieuwe generatie die als ‘grenzeloos’ ervaren wordt.14 Ook ten aanzien van cannabis verandert langzaam de houding. Het gedoogbeleid, jarenlang het toppunt van Nederlands nationale trots, staat op de helling, vooral vanwege de zware criminaliteit die dit beleid heeft aangewakkerd. De vraag is of het typisch Nederlandse, want in het buitenland niet gehanteerde onderscheid tussen harddrugs en softdrugs nog wel houdbaar is, gezien het feit dat de nederwiet in de loop van de jaren negentig zeker vijf keer zo sterk is geworden, en steeds meer mensen in de problemen komen door cannabis. Het imago van blowen is nu minder vriendelijk dan in de jaren tachtig. Dankzij wetenschappelijk onderzoek is nu bij steeds meer mensen bekend dat cannabisgebruik een negatieve invloed heeft op je schoolprestaties en dat het schizofrenie in de hand kan werken. Maar denkbeelden die decennia lang dominant zijn geweest, en die vastgeroest zijn in de hoofden van flink wat babyboomers, en door hen ook zijn overgedragen aan jongere generaties, verander je niet zo snel. Nog steeds staat cannabis officieel bekend als een ‘softdrug’, een middel dat geen kwaad kan. Nog steeds willen mensen niet geloven dat je voor zoiets als cannabis naar een verslavingskliniek zou moeten. En wat betreft aantrekkelijkheid? De blowende hippies zijn dan misschien een uitstervend ras, maar cannabis hoort ook bij het uitgaansleven, bij gangsterrappers, skaters, en alto’s, en blijft dus onderdeel van wat sinds de jaren zestig van de vorige eeuw ‘jongerencultuur’ heet.15 Omdat niet te verwachten valt dat deze ‘jongerencultuur’ snel zal verdwijnen, zullen de kinderen die vandaag opgroeien indirect ook nog met de tentakels van de jaren zestig te maken krijgen: de beatniks en de hippies hebben het blowen immers overgedragen aan andere subculturen. De beweegredenen van jongeren die vandaag beginnen met
Stein-Stoppen_Met_Blowen-3ePr.indd 22
22-03-10 14:54
1 – hoe ik ben begonnen
23
blowen zijn vermoedelijk niet heel anders dan die van mij toen waren. Achteraf zeggen veel cannabisverslaafden dat blowen voor hen op een gegeven moment ook een vlucht werd om problemen niet onder ogen te hoeven zien. Maar meestal was dat – voor zover zij dat zelf kunnen bepalen – niet de directe aanleiding om met blowen te beginnen. Ze dachten gewoon dat het iets leuks en onschadelijks was, zoals ik ook gedacht heb. Wie een keer een jointje rookt, is natuurlijk nog niet verslaafd. Maar veel mensen die het één keer proberen, willen het ook nog wel een tweede, een derde, een vierde, en een vijfde keer proberen. Zo kan het zijn dat je op een gegeven moment in een groep vrienden terecht bent gekomen die met enige regelmaat gebruikt. Ieder weekend bijvoorbeeld en altijd op feestjes. Zo raak je langzamerhand gewend aan het blowen. Het wordt van iets uitzonderlijks iets normaals. Omdat het een ‘softdrug’ is, lijkt er eigenlijk geen enkele reden te zijn om je hier druk over te maken. Op dit punt ben je ook nog niet verslaafd. Wat wel kan gebeuren, is dat blowen een steeds belangrijker rol in je leven gaat spelen. Vaak wil dat zeggen dat je niet meer alleen sociaal gebruikt, maar ook in je eentje gaat zitten blowen. Dat je niet meer alleen op zon- en feestdagen gebruikt, maar ook op maandag, dinsdag, woensdag, donderdag, vrijdag en zaterdag. Vaak is het eigenlijk maar een kleine stap van recreatief naar problematisch gebruik. Het enige wat ervoor nodig is, is bijvoorbeeld dat je je leven niet zo vreselijk spannend vindt en je vaak verveelt, waardoor je de spanning die je mist in je leven gaat compenseren door dagelijks te blowen. Of je hebt problemen thuis met je ouders of op school of in het vinden van een vriendje of vriendinnetje – allemaal niet geheel ongebruikelijke zaken in het leven van een puber – en je reactie daarop is om die problemen weg te blowen. Blowen kan in je hoofd dan uitgroeien tot de enige manier om echt zin aan je leven te geven of tot de enige echte troost in jouw leven. Vaak ontdekken cannabisverslaafden als ze stoppen met blowen dat er onderliggende problemen waren die ze pas kunnen gaan oplossen nu ze
Stein-Stoppen_Met_Blowen-3ePr.indd 23
22-03-10 14:54
24
deel i – de mythen en de gevaren
gestopt zijn, maar dat hoeft niet zo te zijn. Het kan ook zijn dat je begint met bijvoorbeeld dagelijks blowen, omdat je het leven niet zo spannend vindt, maar uiteindelijk blowen gebruikt als zingevingmiddel, inspiratiebron, troost, kalmeringsmiddel en beloning ineen. Zulke mensen hadden geen grote problemen voordat ze begonnen met blowen, maar ze kregen ze uiteindelijk wel dóór het blowen. Wat ik bij nogal wat blowers – en bij mijzelf – heb zien gebeuren, is dat er op enig moment een ongezonde fixatie op cannabis optreedt. Op het moment dat je een jointje doorgeeft, houd je dan bijvoorbeeld overdreven goed in de gaten of die wel snel genoeg rondgaat. Ik weet nog dat ik in de bergen aan het wandelen was met vrienden, en dat zij droomden van een mooie vrouw en een bad, terwijl ik eigenlijk niets liever wilde dan een joint. Dit om een beetje een idee te geven van wat ik een ‘ongezonde fixatie’ noem. Op dat moment, als cannabis zo belangrijk voor je geworden is, belangrijker dan seks en liefde, belangrijker dan vriendschap en genegenheid, belangrijker dan opleiding en carrière, en je vervolgens merkt dat je, ondanks herhaalde pogingen, er niet in slaagt ermee te stoppen, besef je dat je verslaafd bent geraakt. Het gaat bij een verslaving meer om die fixatie dan om de hoeveelheid die je gebruikt. Jeroen die drieënveertig jaar oud is, veertien jaar heeft gebruikt, en nu zes jaar clean is, rookte niet overdag, maar dacht de hele dag aan het moment dat hij weer kon beginnen. Zelf liep ik op vakantie vele kilometers om ergens aan de andere kant van een berg in een klein hippiedorpje vol gekken wat hasj te kunnen halen, zodat ik in het donker een levensgevaarlijke tocht moest maken om terug over die berg naar mijn pension te komen. Daaraan herken je de verslaving in jezelf: je bent dusdanig bezeten van een middel dat je alle normale verhoudingen uit het oog verliest. Zo ongeveer vanaf mijn achttiende begon mijn leven als cannabisverslaafde. In mijn studententijd verbleef ik dagen, weken, maanden in een voortdurende cannabisroes. Op weg naar
Stein-Stoppen_Met_Blowen-3ePr.indd 24
22-03-10 14:54
1 – hoe ik ben begonnen
25
een hoorcollege of een werkgroep kon ik het vaak niet laten om even bij de coffeeshop naar binnen te lopen. Vervolgens kwam ik meestal niet meer bij de universiteit aan. Doordat het mij steeds lukte om tijdelijk te stoppen, slaagde ik er wonder boven wonder in om mijn studie af te maken. Maar met iedere tijdelijke stoppoging en met het verstrijken van de jaren ging ik steeds meer gebruiken en steeds vaker. Ook raakte ik er steeds meer aan gewend. Waar ik eerst onmogelijk stoned een normaal gesprek kon voeren of een tekst kon lezen – de letters dansten dan voor mijn ogen – werd het op een gegeven moment normaal om onder invloed met mensen te praten, te lezen en te schrijven. Na de zoveelste mislukte stoppoging meende ik gewoon te moeten accepteren dat ik cannabisverslaafd was, en trachtte ik, ondanks mijn afhankelijkheid van de roes, zo goed en zo normaal mogelijk te functioneren in de maatschappij. ’s Ochtends begon ik met blowen, zoals een ander begint met het ontbijt. Als ik geen hasj meer in huis had, fietste ik voordat ik naar mijn werk ging naar de coffeeshop om daar mijn eerste joint te roken. Zo verscheen ik dan op mijn werk, als een gestoorde acteur die speelt dat hij een gewoon mens is. Als het kon, glipte ik er in de pauze tussenuit om nog even een joint te roken. Op weg terug naar huis ging ik naar de coffeeshop en rookte ik er nog een paar. Na het eten rookte ik de ene na de andere, net zolang totdat ik in een droomloze slaap viel. Dit patroon herhaalde zich dag na dag, week na week, maand na maand. Mijn niet-blowende omgeving had niets door. Ik hield zo lang mogelijk de schijn van normaliteit op, totdat het echt niet meer ging.
Stein-Stoppen_Met_Blowen-3ePr.indd 25
22-03-10 14:54