VAK : REDACTIEREKENEN EN CIJFEREN DATUM : DONDERDAG 30 JULI 2009 TIJD : 08.15 – 09.45 UUR
1
4
SRD 39.600,− + SRD 60.900,− = … ton A 1,005 B 10,05 C 100,5 D 1005
11 139
3
12 653
2
2
1
Chantal heeft drie rekenrepetities gemaakt. Het gemiddelde cijfer is 6,2. Het eerste cijfer is 6,0 en het tweede is 5,8.
11 137 12 14 65
11 36 65
P
Q
R
S
25 Het antwoord van 12 65 − 139 ligt in …
Het derde cijfer is ... A B C D
4
A B C D
5,6 6,0 6,2 6,8
vakje P1 vakje Q4 vakje R2 vakje S3 5
3
Het brutogewicht van 15 emmers zoutvlees is 435 kg. Het gewicht van het water in elke emmer is 3 kg. Het tarragewicht per emmer is 1 kg. Het zoutvlees van 1 emmer weegt … kg. 12 m
De tekening stelt een terrein voor. Dit terrein is omrasterd met 3 rijen prikkeldraad. Hiervoor is 252 m draad gebruikt. Bereken de lengte van het terrein. A 7m B 21 m C 30 m D 36 m
A B C D
25 26 31 33 6
Een winkelier koopt een dozijn glazen voor SRD 28,80. Hij berekent 25 % winst. De verkoopprijs van 1 glas is … A B C D
SRD SRD SRD SRD
1,80 2,88 3,00 6,00
7
10 0,05 hm 2 + 2 dam 2 + 5 m 2 = … ca
Ashna heeft 1 12 × zoveel knikkers als Bert. Bert heeft 3× zoveel knikkers als Carlo. Carlo heeft 24 knikkers.
A 7,05 B 225 C 705 D 5205
Hoeveel knikkers heeft Ashna? A 36 B 48 C 54 D 108
11 Dennis spaart SRD 900,− tegen 8 % rente per jaar. 8
3 pond+
1 4
ons
Wat is juist? 2 kg + 2
1 4
I Na 12 jaar is zijn rente SRD 36,−.
hg
II Het kapitaal is na 1 jaar SRD 972,−.
Op de verpakking van deze twee kazen staat het gewicht vermeld. Hoeveel gram wegen beide kazen samen? A B C D
A B C D
Alleen I is juist. Alleen II is juist. I en II zijn beide juist. I en II zijn beide onjuist.
3750 gram. 3850 gram. 4750 gram. 8250 gram.
12
9
90 km | S 8.00 u.
| T 8.30 u.
Lily rijdt met de auto van S naar T met een gemiddelde snelheid van 60 km/u. Bij T rust zij 10 minuten uit en rijdt verder naar N. Met welke snelheid reed zij van T naar N? A 30 km/u B 45 km/u C 72 km/u D 120 km/u
| N 9.10 u.
Dit is een leeg zwembad dat van binnen wordt geverfd. Hoeveel m 2 wordt er geverfd? A 80 B 176 C 192 D 272
13
17 Gegeven zijn de tarieven per maand van een waterleidingbedrijf.
|
|
|
|
|
|
|
|
24
54
De som van de getallen die bij de pijltjes horen is … A B C D
Tante Carla verbruikte in november 7 12 m 3 water en in december 12 m 3 .
63 65,5 70,5 75,5
Voor deze twee maanden moet ze totaal … betalen. 14
Van 15.17 uur tot 16.35 uur en van 22.48 uur tot 4.35 uur is totaal … A B C D
verbruik bedrag 3 (meterhuur) SRD 8,60 + SRD 1,− 0 t/m 8 m 9 t/m 15 m 3 SRD 1,30 per m 3 16 t/m 50 m 3 SRD 1,50 per m 3 boven 50 m 3 SRD 1,85 per m 3
7 uur en 5 min. 7 uur en 15 min 7 uur en 45 min. 8 uur en 5 min.
A B C D
SRD 24,20 SRD 25,20 SRD 27,60 SRD 29,25 18
15 25 km 6 cm |
|
|
|
A
B
C
D
Een fietser vertrekt uit A en rijdt naar D met een snelheid van 15 km/u. Hij rust in B een kwartier en in C 10 minuten uit. Om 9.00 uur komt hij in D aan.
durotank
fles
1,5 cm
De werkelijke hoogte van de durotank in de tekening is 1,26 m.
Hoe laat vertrok hij uit A?
Bereken de werkelijke hoogte van de fles.
A B C D
A B C D
6.55 uur 7.35 uur 7.45 uur 7.59 uur
14 cm 21 cm 31,5 cm 84 cm
16 p =6 56 − 8 : 14
A 4 B 144 C 324 D 1152
19
p=… Van een som geld krijgt Farah 83 deel, Samir 2 5 deel en Mario de rest. Dat is SRD 540,−. Hoeveel ontvangt Samir? A B C D
SRD SRD SRD SRD
216,− 360,− 900,− 960,−
20
23
?
De bak is voor 13 deel gevuld met water. Er zit 937,5 liter water in. De hoogte van de bak is … dm. A 2,5 B 7,5 C 5,0 D 11,25
Beltarieven: 06.00 – 17.00 u → SRD 0,05 per 1 minuut 17.00 – 22.00 u → SRD 0,05 per 2 minuten 22.00 – 06.00 u → SRD 0,05 per 3 minuten
Rabia heeft alsvolgt gebeld: tussen 08.00 en 14.00 u. → totaal 21 minuten. tussen 19.00 en 21.00 u. → totaal 24 minuten. tussen 05.00 en 06.00 u. → totaal 27 minuten. Haar telefoonkosten zijn totaal … A B C D
SRD 1,90 SRD 2,10 SRD 3,60 SRD 6,30 24
21 Rieke en Jay verdelen SRD 3200,−. Rieke krijgt SRD 200,− meer.
Van een aantal appels krijgt Ryan 15 deel en Vinay 12 deel van de rest. Wat overblijft is voor Ivan. Hij krijgt 30 appels.
Hoeveel krijgt Rieke?
Hoeveel appels krijgt Ryan?
A B C D
A B C D
SRD 1300,− SRD 1500,− SRD 1700,− SRD 1800,−
10 12 15 20 25
22
90 cm 3 + 0,04 l + 0,6 m 3 − 13 cl = … l Koers:
€ 1,− − = SRD 4,02
Soemini heeft gespaard: 2 biljetten van € 50,− 3 biljetten van € 20,− 2 biljetten van € 10,− en enkele biljetten van € 5,− Ze wisselt het geld in en ontvangt totaal SRD 804,−.
A 60 B 60,81 C 598,83 D 600 26 Koers:
Hoeveel biljetten van € 5,− − had ze? A 4 B 6 C 8 D 24
€ 1,− − = SRD 3,45 US $ 1,− − = SRD 2,80
Hugo heeft € 50,− en US $ 15,−. Hij wisselt dit alles in SRD en koopt een schoen van SRD 199,−. Wat is waar? A B C D
Hij houdt SRD 15,50 over. Hij heeft SRD 15,50 te weinig. Hij houdt SRD 7,25 over. Hij heeft SRD 7,25 te weinig.
27
30
Bereken het verschil van de getallen die bij de pijltjes horen. Het antwoord is … A B C D
36 42 48 54 28
182 − 12 :
1 2
×
1 4
+3:
1 10
=…
I Joyce zegt dat er 2 12 maal zoveel groene erwten zijn als uien.
A 56 B 116 C 206 D 880
II Sita zegt dat er 2 13 maal zoveel aardappelen zijn als zout. 29
2830 cm 3 + 0,5 m 3 = … cl A B C D
5028,3 7830 28.800 50.283
Deze staafdiagram laat de voorraad zien van een groothandelaar.
Wie heeft gelijk? A B C D
Alleen Joyce heeft gelijk. Alleen Sita heeft gelijk. Joyce en Sita hebben beiden gelijk. Joyce en Sita hebben beiden ongelijk.
13
|
|
|
|
|
|
|
|
24
|
|
54
4 4
11 139 18
3
12 653
2
11 137
6 cm durotank
12 14 65 1 12 cm
1 11 36 65 P
fles
Q
3 pond+ 14 ons
R
S
2 kg+2 14 hg
20
12
hoogte = ?
15 dm
2m
25 dm
12 m
8m
4
27
4
11 139
3
12 653
2 |
200
|
|
|
|
|
|
|
|
11 137 12 14 65
|
308
1 11 36 65 P
Q
R
S
aantal kg
3500 ---------------------------------------------------------3000 ---------------------------------------------------------2500 --------------------------------------------------------2000 -------------------------------------------------------1500 ------------------------------------------------------1000 ------------------------------------------------------500 --------------------------------------------------------0 uien
zout
aard- groene- gele- suiker appelen erwten erwten
producten