Speciale uitgave. Toelichting bij de wijzigingen in de pensioenregelingen en de regels van het pensioenfonds per 1 januari 2015

Jouw pensioen wijzigt April 2015

Speciale uitgave Toelichting bij de wijzigingen in de pensioenregelingen en de regels van het pensioenfonds per 1 januari 2015

• Gezamenlijk informatiebulletin van onderneming (KDE) en pensioenfonds (DEPF)

Pensioenaanpassingen 2015 De weten regelgeving rondom AOW en pensioen is al enige jaren flink in beweging. Per 1 januari 2015 heeft de overheid opnieuw de regels aangepast. Daarnaast is de politiek nog volop in discussie over de toekomst van het pensioenstelsel. KDE en de vakorganisaties hebben in december 2014 afspraken gemaakt over aanpassingen in de pensioenregelingen, die nodig zijn om te blijven voldoen aan de wetgeving die per 1 januari 2015 van kracht is geworden. Wat moet je hier van weten en wat betekenen de wijzigingen voor jou?

In dit Informatiebulletin vind je een overzicht van alle wijzigingen. Het Informatiebulletin is uit vier delen opgebouwd: A O nderdeel A geeft een kort overzicht wat er in 2015 wijzigt in de weten regelgeving rondom de pensioenen en de AOW; B O nder B lees je in hoofdlijnen op welke manier de pensioenregelingen bij Douwe Egberts Pensioenfonds (hierna DEPF) per 1 januari 2015 zijn aangepast; C Je vindt bij onderdeel C een toelichting van de onderneming over de

-1-

veranderingen in de Beschikbare Premieregeling en de nieuwe, vrijwillige netto pensioenregeling; D Tot slot kan je in onderdeel D lezen hoe het DEPF de gevolgen van de wijzigingen uitvoert en communiceert. We vertrouwen erop dat we met dit Informatiebulletin veel van je vragen beantwoorden. Mocht je na het lezen van de informatie nog meer vragen hebben, dan kan je die het gemakkelijkst stellen via [email protected].

Overzicht wijzigingen in weten regelgeving

Nieuwe fiscale regels voor aanvullend pensioen De overheid heeft de fiscale mogelijkheden voor pensioenopbouw via de werkgever per 2015, net als in 2014, ingeperkt: 1) Het fiscaal maximaal toegestane opbouwpercentage in een middelloonregeling met pensioenrichtleeftijd 67 jaar daalt voor nieuwe opbouw vanaf 2015 van 2,15% naar 1,875% per jaar. Voor (oude) regelingen met pensioenrichtleeftijd 65 jaar geldt een verlaging van 1,84% naar 1,616% voor nieuwe opbouw. 2) Het fiscaal maximaal toegestane pensioengevend jaarsalaris ten behoeve van pensioenopbouw bedraagt vanaf 2015 € 100.000,-. Deze wettelijke wijzigingen komen terug in de aanpassingen van onze 67-regeling en 65-regeling. Meer informatie vind je bij punt B.

Nieuwe financiële spelregels voor aanvullend pensioen Al ruim 5 jaar geleden is breed geconstateerd dat aanpassingen in het Nederlandse pensioenstelsel nodig zijn om een goed en evenwichtig stelsel ook in de toekomst overeind te kunnen houden. Eind 2014 is wetgeving aangenomen, waar we vanaf 2015 mee te maken hebben. De Pensioenwet is aangepast en de ‘financiële spelregels’ daarbij worden het nieuwe Financieel Toetsingskader (nFTK) genoemd. Het nFTK heeft voor pensioenfondsen de volgende gevolgen: - In het oude kader was de actuele dekkingsgraad leidend. Om de invloed van dagkoersen te beperken, is in de wet vastgelegd dat pensioenfondsen hun beleidsmaatregelen moeten baseren op de zogenoemde beleidsdekkingsgraad. Deze beleidsdekkingsgraad wordt berekend als een voortschrijdend gemiddelde van de actuele

-2-

dekkingsgraden over 12 maanden. - Het nieuwe kader bevat hogere buffereisen dan het oude kader. De ‘slecht weer scenario’s’ zijn strenger geworden en pensioenfondsen moeten daarom hogere buffers aanhouden om mogelijke tegenvallers nog beter op te kunnen vangen. - De systematiek van het herstelplan wordt aangepast. Het vroegere onderscheid tussen een korte- en langetermijnherstelplan komt te vervallen. Als de dekkingsgraad als gevolg van financiële schokken of een stijging van de levensverwachting onder het niveau terechtkomt dat hoort bij het vereist eigen vermogen (ongeveer 119%) en daar onder normale omstandigheden niet binnen 10 jaar boven komt te liggen, moeten direct maatregelen genomen worden. Er wordt niet langer gewacht met korten tot na een herstelperiode in de situatie dat er onvoldoende herstelkracht is en andere maatregelen niet afdoende effectief zijn. Wel mogen

- Gezamenlijk informatiebulletin van KDE & DEPF -

maatregelen worden gespreid over 10 jaar. Het financieel crisisplan van DEPF moet ook aan de nieuwe regels worden aangepast. - Bij het nFTK gelden regels voor toekomstbestendige toeslagverlening. Doel hiervan is om evenwichtig tussen de verschillende generaties met de beschikbare middelen om te gaan. Zo kan er alleen toeslag worden verleend vanaf een beleidsdekkingsgraad van 110%. De toeslag die verleend mag worden, is afhankelijk van hoever de dekkingsgraad boven 110% ligt. Via een haalbaarheidstoets worden de ambities voor verwachte pensioenresultaten en de afwijking bij een “slecht weer” scenario afgesproken en jaarlijks gevolgd. - De wettelijke eisen aan de premiestelling zijn aangepast. - Het risicoprofiel van het pensioenfonds mag eenmalig worden aangepast (als er geen sprake is van een dekkingstekort). Pensioenfondsen behoren op 1 juli 2015 te voldoen aan de nieuwe eisen ten aanzien van onder meer het herstelplan en financieel crisisplan. De haalbaarheidstoets moet op 1 oktober 2015 bij de toezichthouder, De Nederlandsche Bank, ingediend zijn. Hierover is nog geen informatie beschikbaar. Je kunt in onderdeel D lezen wat op dit moment bekend is over de gevolgen van het nFTK voor DEPF.

AOW regels per 2015

Geboortedatum

AOW-ingangsdatum

Jaar

van maand

t/m maand

Jaar

+ maanden

2015

nov-49

sep-50

65

3

2016

okt-50

jul-51

65

5

2017

aug-51

mei-52

65

7

2018

jun-52

mrt-53

65

9

2019

apr-53

dec-53

66

0

2020

jan-54

sep-54

66

3

2021

okt-54

jun-55

66

6

2022

jul-55

mrt-56

66

9

2023

apr-56

dec-56

67

0

Verder opschuiven van de AOW-ingangsdatum De overheid heeft 3 jaar geleden de ingangsdatum van de Algemene Ouderdomswet (hierna AOW) aangepast; deze gaat in de bestaande wetgeving stapsgewijs omhoog van de 65-ste verjaardag (in 2012) naar de 67-ste verjaardag (in 2023, zie tabel voor de jaren vanaf 2015). Dit jaar is de AOW-ingangsdatum dus drie maanden na de 65-ste verjaardag; hiervan kunnen personen, die voor 1 oktober 1950 zijn geboren, gebruik maken. Momenteel is bij de Tweede Kamer een wetsvoorstel in behandeling, waarin de jaarlijkse verhoging van de AOW leeftijd in een hoger tempo,

dan de huidige afspraak, wordt doorgevoerd. Dit wetsvoorstel heeft gevolgen voor de AOW ingangsdatum voor iedereen die geboren is in oktober 1950 of later. In de jaren 2016 tot en met 2018 wordt de AOW leeftijd in plaats van met 2 maanden jaarlijks met 3 maanden verhoogd. In 2018 wordt dan een AOW leeftijd van 66 jaar (in plaats van 65 jaar en 9 maanden) bereikt. In het wetsvoorstel wordt vanaf 2019 het tempo waarin de AOW leeftijd omhoog gaat verder opgeschroefd: jaarlijks een verhoging met 4 (in plaats van 3) maanden, zodat al in 2021 een AOW leeftijd van 67 jaar is bereikt. Dit zou betekenen dat voor iedereen die geboren is in mei 1954 of later een AOW-ingangsdatum van 67 jaar geldt. Naar verwachting wordt dit wetsvoorstel vlak voor de zomer van 2015 behandeld en als het wordt aangenomen zal de versnelde verhoging per 1 januari 2016 ingaan. Binnen de pensioenregeling van DEPF bestaat de mogelijkheid om een AOW-compensatie in te kopen. Als het wetsvoorstel wordt aangenomen zullen de bepalingen van de AOWcompensatie aan de nieuwe situatie worden aangepast. De toekomstige AOW leeftijd is door de overheid gekoppeld aan de ontwikkeling van de leeftijdsverwachting. Het is uiteraard niet te voorspellen hoe en in welk tempo de leeftijdsverwachting zich precies zal ontwikkelen, maar het is wel de verwachting dat de AOW leeftijd op termijn verder omhoog zal gaan.

-3-

Hoofdlijnen aanpassingen per 2015 in onze pensioenregelingen De CAO-partijen hebben in overleg met het pensioenfonds diverse aanpassingen in de pensioenregelingen afgesproken. Daarmee blijven onze regelingen voldoen aan de in hoofdstuk A beschreven gewijzigde weten regelgeving. Bij het maken van deze afspraken is er rekening mee gehouden dat die evenwichtig, uitvoerbaar en communiceerbaar zijn.

Pensioen in het Kort 2015

Er is voor gekozen om de structuur van de regelingen in tact te laten. Er blijft dus sprake van een 67-regeling voor alle reguliere actieve deelnemers en een 65-regeling voor een gesloten groep van ‘postactieven’ die reeds per 1 januari 2014 deelnemen aan de 65-regeling. De aanpassingen in deze regelingen per 1 januari 2015 vatten we voor je samen in de volgende zes punten: I. De opbouwpercentages voor het ouderdomspensioen worden voor de nieuwe opbouw vanaf 2015 als volgt verlaagd: a. Regeling met pensioenrichtleeftijd 67 jaar: van 2,15% naar 1,875% van de pensioengrondslag; b. Regeling pensioenrichtleeftijd 65 jaar: van 1,75% naar 1,616% van de pensioengrondslag. De gedachte achter het percentage van 1,875% is dat het pensioen van een deelnemer met een opbouwperiode van 40 jaar op 75% van de gemiddelde

-4-

pensioengrondslag uitkomt. II. De franchise is het salarisdeel waarover geen pensioen wordt opgebouwd in verband met de AOW. De franchises blijven in 2015 en 2016 bevroren op het niveau van 2014: a. R egeling met pensioenrichtleeftijd 67 jaar: € 13.662 b. R egeling met pensioenrichtleeftijd 65 jaar: € 21.798 De franchise wordt jaarlijks aan de fiscale regels getoetst. Mocht het onverhoopt fiscaal niet toegestaan zijn om de beoogde franchise te gebruiken, dan zal deze op het fiscale minimum worden gesteld (dit geldt met name voor het hanteren van € 13.662 in 2016). III. De Beschikbare Premieregeling, die in 2014 gold voor de pensioenopbouw over het salarisdeel boven € 70.000, is per 2015 stopgezet.


Tegelijk is het maximale pensioengevend jaarsalaris in de middelloonregeling verhoogd van € 70.000 naar € 100.000. De deelnemers die een pensioensalaris boven € 100.000 hebben, krijgen de mogelijkheid om voor het deel hierboven mee te doen aan een vrijwillige ‘netto pensioenregeling’. In onderdeel C gaat KDE verder op deze wijzigingen in. IV. Het beleid dat wordt gehanteerd voor het verlenen van toeslagen (ook wel indexaties genoemd) op de opgebouwde pensioenrechten en pensioenuitkeringen wordt aangepast aan het nFTK. Daarbij zijn de onderliggende doelstellingen en maatstaven niet aangepast. Toeslagen zijn bij DEPF niet gegarandeerd, maar voorwaardelijk. Het is de ambitie om het pensioen van gepensioneerden en de rechten van slapers waardevast te houden door het jaarlijks te indexeren met de prijsindex CPI afgeleid. Voor actieven is het de ambitie om de pensioenaanspraken jaarlijks te

indexeren met de loonindex CAO C&T. Bij onderdeel D, punt 2, gaat DEPF hier uitgebreid op in. V. De doorsneepremie die is afgesproken bij de nieuwe pensioenregeling is verhoogd van 21% naar 22,5% van het pensioengevend jaarsalaris. In onderdeel D licht het pensioenfonds toe waarom de premie – ondanks de versobering van de regeling - toch omhoog moet. De formule voor de werknemersbijdrage, die KDE op jouw bruto maandsalaris inhoudt, wordt in 2015 niet gewijzigd. Dit betekent dat in 2015 maandelijks 1/12 van 4% van je pensioengrondslag (ofwel je pensioensalaris minus de franchise) zal worden ingehouden. Bij het salaris wordt rekening gehouden met het maximum van € 100.000. Het percentage van 4% geldt niet voor medewerkers die al voor 1 april 2011 in dienst waren. Zij hebben een ingroeiregeling voor de periode 2011-2018 en

betalen tot 1 april 2015 2% en vanaf 1 april 2015 2,5% van de pensioengrondslag. CAO-partijen hebben, ter afronding van eerdere gemaakte afspraken over de versobering van de pensioenregeling C&T in 2014, afgesproken dat medewerkers die in de periode van 31 december 2013 tot en met 1 januari 2015 onafgebroken hebben deelgenomen aan de pensioenregeling C&T voor de duur van het kalenderjaar 2014 géén werknemersbijdrage aan de pensioenregelingen verschuldigd zijn. De over 2014 ingehouden bijdragen zijn direct in de verloningsronde van januari 2015 aan de betreffende personen gerestituteerd. VI. Tot slot heeft de fiscale wetgeving ook gevolgen voor het tijdelijk partnerpensioen in de regeling van DEPF. De Belastingdienst heeft ons erop gewezen dat deze dekking bovenmatig kan zijn als de medewerker daarnaast vrijwillig deelneemt in de Anw-hiaatverzekering van de werkgever. Om dit fiscale knelpunt op te lossen is de mogelijkheid voor medewerkers om via KDE het Anw-hiaat te verzekeren met ingang van 1 januari 2015 vervallen. In plaats daarvan is de dekking van het tijdelijk partnerpensioen in de pensioenregeling uitgebreid. Dit geldt voor alle actieve deelnemers en hiervoor is geen aanvullende werknemersbijdrage verschuldigd.

Als je meer dan deze hoofdlijnen wilt weten, dan kun je verder lezen in dit Informatiebulletin: • In onderdeel C vind je een toelichting van KDE over de veranderingen in de Beschikbare Premieregeling en de compensatie voor de maximering van het pensioensalaris op € 100.000. • In onderdeel D vind je informatie hoe DEPF de gevolgen van de wijzigingen uitvoert en communiceert.

-5-

Aanpassingen bij een pensioensalaris boven € 100.000 De inperking door de overheid van de fiscale ruimte voor pensioenopbouw, per 1 januari 2015, vormde voor KDE een belangrijke aanleiding om in overleg met de vakbonden de pensioenregelingen aan te passen. Zoals je hiervoor hebt kunnen lezen wordt de jaarlijkse pensioenopbouw in de 67-regeling verlaagd tot het maximale niveau van 1,875% van de pensioengrondslag. Daarnaast komt er een salarisplafond van € 100.000. Hieronder lees je meer over de gevolgen van het laatstgenoemde aspect. 1. Aanpassingen in de BPR Als je als medewerker een pensioensalaris hebt dat meer bedraagt dan € 70.000 bouwde je in 2014 in twee regelingen pensioen op: • Over het salarisdeel tot € 70.000 in de middelloonregeling van DEPF; • Over het salarisdeel boven € 70.000 in de Beschikbare Premieregeling (hierna BPR) die wordt uitgevoerd door ABN AMRO Pensioenen.

Binnen het nieuwe fiscale kader dat geldt vanaf 1 januari 2015 is het niet meer mogelijk om pensioen op te bouwen over het deel van het salaris dat uitgaat boven € 100.000. Je kunt je voorstellen dat de nieuwe opbouw in de BPR daardoor ernstig wordt beperkt: de pensioenopbouw in de bestaande regeling zou dan alleen over het salarisdeel tussen € 70.000 en € 100.000 plaatsvinden. In overleg met de vakbonden hebben we besloten om de salarisgrens in de middelloonregeling vanaf 1 januari 2015 te verhogen van € 70.000 naar € 100.000. Daarmee vindt de volledige pensioenopbouw die fiscaal wordt gefaciliteerd voortaan bij DEPF plaats. Verder is de BPR bij ABN Amro Pensioenen vanaf 1 januari 2015 gesloten voor nieuwe opbouw. Medewerkers die in 2014 deelnamen aan de BPR zullen hebben gemerkt dat er vanaf januari 2015 geen nieuwe premies meer zijn belegd. Het pensioenkapitaal dat je tot en

-6-

met 31 december 2014 hebt gespaard blijft bij ABN AMRO Pensioenen achter en zal op de pensioendatum beschikbaar komen voor aankoop van een lijfrente. Mocht je eerder komen te overlijden en een partner achterlaten, dan wordt het pensioenkapitaal gebruikt voor de aankoop van partnerpensioen. Het webportaal van ABN AMRO Pensioenen blijft benaderbaar zodat je daar de waardeontwikkeling kunt blijven volgen. Van ABN AMRO Pensioenen heb je inmiddels een digitale bevestiging ontvangen van het feit dat je pensioenkapitaal premievrij gemaakt is. 2. Nieuwe pakket voor pensioenopbouw over het pensioensalaris boven € 100.000 KDE heeft zorgvuldig nagedacht over hoe de gevolgen van de nieuwe regelgeving voor de pensioenopbouw over het salarisdeel boven € 100.000 kunnen worden opgevangen. Helaas is dit niet mogelijk binnen de bestaande regelingen.


Daarom hebben we besloten een nieuw pakket te bieden voor het ouderdoms- en partnerpensioen boven het salarisplafond. We doen dat in de vorm van een zogenaamde netto BPR, die wordt uitgevoerd door ABN AMRO Pensioenen. In tegenstelling tot de huidige regelingen is deelname in de netto BPR vrijwillig, waardoor je meer flexibiliteit krijgt om je eigen financiële toekomst te bepalen.

Belangrijk

De belangrijkste kenmerken van de nieuwe regeling zijn: • De werkgever blijft premies over het salarisdeel boven € 100.000 betalen, maar deze bijdragen zullen worden belast als persoonlijk inkomen van de medewerker. De premies zijn gelijk aan een (leeftijdsafhankelijk) percentage van het salarisdeel boven € 100.000. • Je bent niet langer een werknemersbijdrage verschuldigd over het salarisdeel boven € 100.000. • Je beslist zelf of je de beschikbaar gestelde premies wilt inleggen in de netto pensioenregeling, ten

behoeve van ouderdoms- en partnerpensioen. Kies je ervoor om de premies niet in te leggen, dan wordt het netto bedrag tegelijk met de maandelijkse salarisbetaling op je reguliere bankrekening overgemaakt. • Als er sprake is van een partner, dan wordt er standaard een partnerpensioen verzekerd, dat tot uitkering komt als je onverhoopt tijdens je dienstverband met KDE overlijdt. Ook is er een wezenpensioen verzekerd. De premies voor deze dekkingen worden in mindering gebracht op de totaal beschikbaar gestelde inleg. Afstand doen van deze verzekering is alleen mogelijk op basis van een schriftelijke verklaring, ondertekend door jezelf en je partner. • De netto pensioenregeling valt in de tweede pijler en de waarborgen uit de Pensioenwet zijn dan ook volledig van toepassing. • Je krijgt toegang tot je persoonlijke netto pensioenrekening via een webportaal van ABN AMRO Pensioenen. Via dit webportaal

Het webportaal van ABN AMRO Pensioenen is bij aanvang zodanig ingesteld, dat er geen premie in de netto BPR wordt ingelegd. Je kunt zelf in het portaal inloggen en aangeven voor welk bedrag je wilt deelnemen (tot het maximale bedrag). Woensdag 8 april is hierbij een belangrijke datum: als je vanaf het begin (een deel van) uw beschikbare premie wenst in te leggen, dan dien je dat zelf vóór 8 april via het webportaal te hebben aangegeven.

-7-

kun je ook aangeven welk bedrag je wilt inleggen in de regeling (binnen de wettelijke en fiscale grenzen). Je hebt inmiddels van ABN AMRO Pensioenen de benodigde inlogcodes ontvangen. • De ingelegde premies worden belegd in producten (beleggingsfondsen) die beschikbaar zijn via het webportaal. • Bij pensionering wordt het opgebouwde kapitaal (premies plus rendement) overgedragen aan een verzekeringsmaatschappij voor de aankoop van een ouderdomspensioen en, desgewenst, een partnerpensioen. • In afwijking van de middelloonregeling en de oude ‘bruto’ BPR is er in de netto pensioenregeling geen sprake van een belastingvrijstelling in de opbouwfase. Daar staat tegenover dat toekomstige uitkeringen onbelast zullen plaatsvinden. Het kapitaal in het netto pensioenplan wordt wel vrijgesteld van vermogensrendementsheffing in Box 3.

Als je vóór 8 april in het pensioenportaal een bedrag invoert wordt dit bedrag vanaf de maand april ingelegd in de netto pensioenregeling. Aanvullend worden eenmalig de maandpremies over de maanden januari t/m maart ingelegd, aangezien in die maanden de netto pensioenregeling nog niet administratief was ingeregeld. Het totaal van die maandpremies wordt eind april 2015 overgemaakt naar je netto pensioenregeling. Kies je ervoor om niet deel te nemen of minder dan het maximale bedrag in te leggen? Dan wordt het verschil tussen het maximale bedrag en de gekozen inleg maandelijks netto aan je uitgekeerd via de salarisuitbetaling. Let op: in deze situatie zal je dus te zijner minder pensioen hebben, waar je zelf de verantwoordelijkheid voor draagt. Via het webportaal van ABN AMRO Pensioenen kun je in de toekomst het bedrag dat je vanaf dat moment wenst in te leggen op ieder moment wijzigen. Ook is in het webportaal informatie opgenomen over de keuzemogelijkheden ten aanzien van de belegging van je kapitaal.

Toelichting van DEPF op uitvoering en communicatie van de nieuwe pensioenregelingen In hoofdstuk B zijn drie aanpassingen per 2014 genoemd. Het pensioenfonds is nauw betrokken geweest bij het maken van deze afspraken. Ze zijn getoetst aan onze uitgangspunten: zijn ze compleet, duidelijk, evenwichtig, uitvoerbaar en voldoen ze aan de weten regelgeving? DEPF heeft inmiddels een plan van aanpak gemaakt voor de administratieve verwerking en de communicatie. Hierbij werken wij op onze beurt weer nauw samen met onze pensioenuitvoerder TKP. In dit hoofdstuk vind je een overzicht van de volgende vijf elementen: 1. Gevolgen van het nFTK voor de financiele opzet van DEPF, voor zover nu bekend; 2. Aanpassingen in het toeslagbeleid van DEPF; 3. Overzicht en planning van beleidsonderdelen die in de loop van 2015 nog moeten worden ingevuld; 4. De status en planning van de administratieve verwerking van de aanpassing van de regeling; 5. De informatievoorziening naar de deelnemers en pensioengerechtigden.

1. Gevolgen voor de financiele opzet van DEPF Zie de punten die bij hoofdstuk A bij de aanpassing van de financiele regels (het nFTK) vermeld staan. Hieronder wordt die uitgewerkt voor DEPF. DEPF is in haar publicaties per 1 januari 2015 overgestapt van de actuele dekkingsgraad naar de beleidsdekkingsgraad. - De actuele dekkingsgraad per 31 december 2014 was 111,7%; - De beleidsdekkingsgraad per 1 januari 2015 is 113,4%. Dit is het gemiddelde van de actuele dekkingsgraden van januari tot en met december 2014. DEPF publiceert maandberichten op de homepage van haar website www.depensioenfonds.nl, waarin de ontwikkeling van de beleidsdekkingsgraad en de hoofdlijnen van de balans maandelijks worden toegelicht.

-8-

De nieuwe buffereisen leveren voor DEPF een verhoogd niveau van het ‘vereist eigen vermogen’: de dekkingsgraad die nodig is om schokken in de financiele markten in voldoende mate te kunnen opvangen. Per 31 december 2014 gold onder het oude kader een niveau van 113,7%. Door de strengere

Dekkingsgraad en maandbericht De dekkingsgraad per eind februari 2015 is 113,0%. Klik hier voor een overzicht van de maandberichten.


regels van het nieuwe kader stijgt het vereist eigen vermogen van DEPF per 1 januari 2015 naar ongeveer 119%. De uitgangspunten voor de premiestelling hebben een aantal wijzigingen ondergaan: - De pensioenregeling is aangepast; - De rekenrente is verlaagd van 3% naar 2,5%; - De solvabiliteitsopslag is verhoogd van 15% naar 20%; - De overlevingstabellen zijn geactualiseerd; - De opslag voor toekomstige kosten is beter onderbouwd en iets hoger dan in het verleden; - De bijstortingsverplichting in geval van een dekkingstekort is gehandhaafd, maar door de langere uitsmeertermijnen in het nFTK is de hoogte hiervan niet meer 1/3 maar 1/5 van het dekkingstekort. Peilmoment is 31 december. Als gevolg van dit pakket wijzigingen stijgt de doorsneepremie per saldo van 21% naar 22,5%.

financieel crisisplan en wat DEPF zal doen met de eenmalige mogelijkheid om het risicoprofiel van het pensioenfonds aan te passen. 2. Aanpassingen in het toeslagbeleid van DEPF De politiek wil voorkomen dat pensioenfondsen te snel overgaan tot het verlenen van toeslagen. Dit zou generatieconflicten in de hand kunnen werken en het vertrouwen van jongeren in het pensioenstelsel kunnen ondermijnen. Daarom zijn in het nFTK regels geïntroduceerd voor toekomstbestendige toeslagverlening. Hiermee wordt beoogd ‘disproportionele herverdelingseffecten tussen de verschillende generaties’ te voorkomen. Zoals aangegeven bij punt B zijn de belangrijkste uitgangspunten voor het toeslag beleid niet gewijzigd. Bij de uitwerking zijn echter wel een paar zaken aangepast. We geven een overzicht van de punten die wel en niet zijn gewijzigd.

In punt 2 gaan we in op de gevolgen van de regels van het nFTK voor toekomstbestendige toeslagverlening en de haalbaarheidstoets.

ONGEWIJZIGD

Bij punt 3 vind je informatie over onder andere een nieuw herstelplan,

De volgende drie punten zijn in het nieuwe beleid van kracht gebleven:

1. De ambitie was en blijft het verstrekken van voorwaardelijke waardevaste toeslagen op basis van de prijsindex voor inactieve deelnemers en voorwaardelijke welvaartsvaste toeslagen op basis van de loonindex voor actieve deelnemers. 2. Het beleid voor het al dan niet (gedeeltelijk) toekennen van toeslagen wordt met name vormgegeven door een ‘interne richtlijn’ waar het bestuur bij haar besluitvorming rekening mee houdt. Deze richtlijn bestaat uit een ondergrens en bovengrens voor de beleidsdekkingsgraad. De ondergrens geeft aan vanaf welke dekkingsgraad het verlenen van een (gedeeltelijke) toeslag mogelijk wordt. De bovengrens geeft aan vanaf welke dekkingsgraad een volledige toeslag verleend kan worden. 3. Voor actieven blijft sprake van een basistoeslag, die gefinancierd wordt uit de algemene reserve (rekening houdend met de dekkingsgraad) en een aanvullende toeslag, die gefinancierd wordt uit de Toeslagreserve Actieven (TRA), rekening houdend met de Leidraad Actieventoeslag.

bron Interne richtlijn (eind 2014) voor basistoeslag

Algemene reserve van DEPF (zonder Tra)

Beleidsdekkingsgraad bepaalt ruimte voor basistoeslag * lager dan 110%: geen toeslag * 110%-127%: gedeeltelijke toeslag * 127% of hoger: volledige toeslag * indien hoger: gemiste toeslagen kunnen worden ingehaald obv 20% van de ruimte

Groep Alle deelnemers: actieven, slapers en pensioengerechtigden

Basistoeslag financieren uit de Algemene reserve (gevoed door financieel resultaat)

bron

TRA Toeslagreserve actieven (Tra) Totale toeslag minus basistoeslag wordt verstrekt als ‘’aanvullende toeslag’’. Aanvullende toeslag financieren uit Tra. Doel: tot en met 2026.

Maatstaf Consumentenprijsindex (afgeleid)

Interne richtlijn (eind 2014) voor aanvullende toeslag actieven Leidraad actieventoeslag bepaalt ruimte totale toeslag actieven Bij een Lat * lager dan 110%: totale toeslag nihil * 110%-136%: totale toeslag deel van maatstaf * 136% of hoger: volledige totale toeslag * indien hoger: gemiste aanv. toeslagen kunnen worden ingehaald obv 20% van de ruimte

Groep Alleen actieve deelnemers

Maatstaf Loonindex obv CAO C&T

-9-


BELANGRIJKSTE WIJZIGINGEN De volgende drie punten zijn aangepast:

Vraag & Antwoord

1. De basistoeslag voor actieven was een percentage van de loonindex en wordt in de nieuwe afspraken vanaf 2015 een percentage van de prijsindex, net als bij de inactieven. NB Voor het totaal van de basistoeslag en aanvullende toeslag blijft echter wel de loonindex als maatstaf gelden

2.

e grenzen van de D interne richtlijn wijzigen:

OUD

NIEUW

Opmerking

Geen toeslag bij dekkingsgraad onder:

110%

110%

Wettelijk ipv eigen norm

olledige toeslag bij V dekkingsgraad hoger dan:

120%

127%

Jaarlijks vaststellen

olledige aanvullende toeslag V bij LAT hoger dan:

120%

136%

Jaarlijks vaststellen

(tussen deze grenzen is een gedeeltelijke toeslag mogelijk)

Hoeveel vermogen zit er in de Toeslagreserve (TRA) en wat is de bedoeling? Doelstelling is dat de bestaande TRA in de periode van 2011 tot minstens 2026 aanvullende toeslagen voor actieve deelnemers oplevert. De TRA startte 4 jaar geleden op € 60 miljoen en bedraagt nu ongeveer € 49 miljoen. Het is bestemde reserve, wat betekent dat deze niet wordt meegeteld bij de beleidsdekkingsgraad. Wel wordt hij meegeteld in de Leidraad actieven toeslag. Mocht de TRA voor 2025 onder € 10 miljoen uitkomen, dan zal het pensioenfonds een signaal naar de CAO partijen afgeven. Als de TRA tot die tijd hoger blijft liggen, dan zal de doelstelling voor de periode na 2026 tijdig onder de aandacht van CAO partijen worden gebracht.

Wat gebeurt er met de TRA als het pensioenfonds in de financiele problemen komt? Het is niet mogelijk om de TRA aan te wenden als de dekkingsgraad te laag is. Afspraak is verder dat er geen rechten zullen worden gekort voordat de bestemming van de TRA is gewijzigd naar ‘algemene reserve’. De TRA blijft daarbij wel herkenbaar, maar wordt daarmee tot de dekkingsgraad van DEPF gerekend. De regelgeving voor toeslagreserves is op landelijk niveau nog in discussie. Het bestuur zal hier te zijner tijd een besluit over nemen.

Is het mogelijk om de verschillende grenzen bij de oude en nieuwe situatie in een plaatje te laten zien? Ja, het bijgevoegde plaatje geeft een overzicht. 104,2 104,2

Minimaal vereiste dekkingsgraad

110,0 110,0

Ondergrens toeslagen

113,7

Vereiste dekkingsgraad

119,0

Grens volledige toeslagen

120,0

Grens volledige aanvullende toeslagen

120,0

127,0 (per eind 2014)

136,0 (per eind 2014) 140,0

Mogelijkheid inhalen gemiste toeslagen

127,0

140,0

Idem aanvullende toeslagen

oud nieuw

136,0

100%

110%

120%

130%

140%

Tot hoe ver terug in de tijd zal de mogelijke individuele compensatie van gemiste toeslagen gaan? In 2004 is voor de eerste keer geen toeslag toegekend. Daarna is vanaf 2009 diverse keren geen toeslag toegekend. Over de gemiste toeslag in 2004 is geen informatie op individueel niveau beschikbaar. Deze informatie is wel beschikbaar voor de gemiste toeslagen van 2009 en daarna. De eventuele individuele compensatie voor gemiste toeslagen gaat daarom niet verder terug dan 2009. Aangezien bij een goede financiële positie (op dit moment) eerst 2015 wordt gecompenseerd, zal de mogelijke compensatie van 2009 overigens niet snel aan de orde zijn.

- 10 -


3. de toeslagen die in het verleden niet (geheel) konden worden toegekend, kunnen op enig moment alsnog worden toegekend. In het oude beleid was het voornemen om dat te doen door middel van een verhoogde toeslag (collectief ). In het nieuwe beleid is het voornemen om individueel te kijken welke deelnemers wanneer een toeslag (deels) hebben gemist. Het principe daarbij is dat de laatst gemiste toeslag als eerste wordt toegekend. 3. Overzicht en planning van beleidsonderdelen die in de loop van 2015 nog moeten worden ingevuld Omdat per 1 januari 2015 de beleidsdekkingsgraad van DEPF (113,4%) lager ligt dan het vereist eigen vermogen (ongeveer 119%), moet DEPF voor 1 juli 2015 een nieuw herstelplan bij De Nederlandsche Bank indienen. In dit herstelplan moet DEPF laten zien dat de beleidsdekkingsgraad (uitgaande van het huidige beleid van DEPF en voorgeschreven economische veronderstellingen) uiterlijk 31-12-2026 op 119% ligt. Dit is dus een periode van 12 jaar 12 jaar. DEPF zal hier zonder aanvullende maatregelen aan kunnen voldoen. Stel echter dat DEPF een lagere beleidsdekkingsgraad zou hebben en aan het eind wel ‘tekort komt’, dan moet DEPF in 2015 1/12 deel van de opgebouwde rechten korten. In 2016 moet opnieuw gekeken en besloten worden. Als het nieuwe herstelplan is vastgesteld, publiceren we dat op de website.

Toetsing nieuw toeslagbeleid Het bestuur van DEPF heeft het nieuwe toeslagbeleid getoetst aan vijf criteria. Dit gaf een paar aandachtspunten maar geen problemen. Duidelijkheid Ja, de nieuwe situatie biedt meer helderheid t.a.v. de compensatie van gemiste toeslagen. Het jaarlijks aanpassen van de bovengrenzen zal duidelijk gecommuniceerd moeten worden, omdat dit in het verleden niet het geval was. Compleetheid Alle onderwerpen zijn goed en compleet in beeld gebracht. Voor de lange termijn (ongeveer 10 jaar) ontbreekt nog een afspraak voor de financiering van de aanvullende toeslag als de TRA leeg is. Wel is de afspraak gemaakt dat CAO partijen hier tijdig duidelijkheid over zullen geven. Om dit te borgen zal het fonds uiterlijk in 2025 (of eerder als de TRA onder het niveau van € 10 miljoen uitkomt) een signaal aan CAO partijen afgeven. Daarmee heeft DEPF voldoende tijd om indien nodig documenten en communicatie aan te passen. Evenwichtigheid Dit is in de ALM studie onderzocht. De verwachte resultaten en risico’s als gevolg van de aanpassingen zijn evenwichtig. Het verwachte niveau van de TRA in 2026 pakt onder de nieuwe regels en economische veronderstellingen lager uit dan in de berekeningen van 2014 nog het geval was. Toch kan de doelstelling van de TRA die in 2011 is afgesproken nog met voldoende mate van zekerheid worden nagekomen. Naar verwachting kan DEPF tot en met 2026 aanvullende toeslagen aan actieve deelnemers blijven toekennen. De volgorde van de toekenning van gemiste toeslagen (de laatst gemiste als eerste compenseren) voldoet aan het criterium van evenwichtigheid. Uitvoerbaarheid Jaarlijks moet het bestuur de bovengrenzen van interne richtlijn vaststellen. Individuele toekenning van gemiste toeslagen is bewerkelijker, maar onder de voorwaarde dat 2004 hier niet onder valt wel uitvoerbaar. Voldoen aan weten regelgeving Er is rekening gehouden met alle bekende wetten en regels. Mocht er toch een probleem ontstaan, dan zullen DEPF en CAO partijen met elkaar in overleg treden.

Verder moet het financieel crisisplan worden aangepast aan het nFTK. Vooral de ‘kritische niveau’s’ zullen herijkt moeten worden en wellicht zal de vangnetfunctie van de TRA ook aangepast moeten worden.

Deze onderwerpen zullen we later in onze Nieuwsbrief toelichten, nadat een en ander duidelijk is.

Het bestuur onderzoekt tot slot de eenmalige mogelijkheid om het risicoprofiel van DEPF dit jaar aan te passen. Daarbij wordt uiteraard rekening gehouden met de uitkomsten van het risicobereidsheidsonderzoek dat in maart 2014 heeft plaatsgevonden.

4. De status en planning van de administratieve verwerking van de aanpassing van de regeling De nieuwe pensioenregelingen zijn inmiddels verwerkt in de administratie van TKP. Dit betekent dat de pensioenopbouw in 2015 administratief

- 11 -

al plaatsvindt op basis van de verlaagde opbouwpercentages en de pensioensalarissen in 2015 niet meer op € 70.000 maar op € 100.000 zijn gemaximeerd. Per 1 januari 2015 zijn ook de flexibiliseringsfactoren en afkoopfactoren aangepast aan de nieuwe overlevingstabellen en marktrente.


5. Informatievoorziening In januari 2015 hebben we een Digitaal pensioenfonds gelanceerd. Hierop is een openbaar gedeelte en een besloten Mijnomgeving te vinden. Uiteraard maken we bij de informatievoorziening gebruik van de mogelijkheden die het Digitaal pensioenfonds biedt. De tabel geeft aan welke documentatie beschikbaar is: Het Uniform Pensioenoverzicht (UPO) 2015 bevat de stand per 1 januari 2015, waarbij de toekomstige opbouw op basis van de 2015-regeling plaatsvindt. Deze wordt eind mei 2015 per post verstuurd en opgeslagen in Mijn Pensioenpost en ook aangeleverd aan het Nationaal Pensioenregister. Via mijnpensioenoverzicht.nl krijg je dan de update van het totaal van je opgebouwde pensioenen en AOW.

Q&A

Pensioendashboard Bij de 67-regeling wordt een Pensioendashboard gebouwd en in juni 2015 via de Mijn Omgeving beschikbaar gesteld aan de actieve deelnemers. Met behulp van het Pensioendashboard kunnen berekeningen gemaakt worden van de hoogte van de uitkering die je op basis van de huidige wet en regelgeving mag verwachten als je met pensioen gaat. Een belangrijke wijziging ten opzichte van de oude

Overzicht 1)

Open gedeelte Website

Besloten gedeelte website

Fysieke post

Deelnemersbrochure 67-regeling

Medewerkers/ Pensioen in ’t Kort

-

Bij startbrief nieuwe deelnemers

Samenvatting 67-regeling

Publicaties/ Reglementen

-

-

Pensioenreglementen

Publicaties/ Reglementen

-

-

Informatie bulletin

Publicaties/ Nieuwsbrieven

-

April 2015

Uniform Pensioenoverzicht

Homepage: Film met toelichting

Mijn Pensioenpost en Mijnpensioenoverzicht

Mei 2015

1) English translations are only available in digital version. As per June 2015 we will also launch a full English website.

pensioenplanner is dat niet alleen naar de inkomstenkant gekeken wordt, maar dat ook de uitgavenkant in het totaalplaatje meegenomen wordt. Vanaf de zomer van 2015 zullen we weer periodiek dagen reserveren waarop we individuele pensioengesprekken zullen inplannen. In deze gesprekken wordt gebruik gemaakt van het nieuwe Pensioendashboard en zal veel aandacht uitgaan naar de mogelijke toepassing van de flexibiliseringsmogelijkheden in de 67-regeling.

I don’t speak Dutch. So how can I understand the adaptions in my pension plan? We have translated this brochure into English. You can find this at our homepage www.depensioenfonds.nl

Vraag & Antwoord

A full English website will be launched in June!

Presentaties We zullen tot slot in juni 2015 ook algemene deelnemerspresentaties houden waarin de volgende twee zaken centraal staan: - Aanpassingen 2015 - Informatie op de website, gebruik van de Mijn Omgeving, Pensioendashboard In onze Nieuwsbrief van mei 2015 zullen we we meer informatie over de tijdstippen en locaties van de presentaties zullen geven. Je bent van harte welkom!

colofon Dit informatiebulletin is een gezamenlijke uitgave van KDE en DEPF. Redactie KDE: Erik van Diepen, Annemieke Nijland en Michiel Kok Redactie DEPF: Emmeke Spoorenberg, Bart van der Kwast, Elvin van den Hoek en Michiel Kok Oplage: 2.500

Wanneer krijg ik zicht op de mogelijke uitkomsten als ik het 67-pensioen wil vervroegen of met deeltijdpensioen wil? Hiervoor zijn meerdere gegevens nodig: het UPO2015, andere bronnen (middelen op BPR-, Levensloop- en/of Spaarpensioenrekeningen) en het nieuwe Pensioendashboard. We streven ernaar dat alles voor de zomer van 2015 gereed is en zullen in juni starten met halfjaarlijkse ‘pensioendashboard-gesprekken’.

- 12 -

Reageren? Graag per e-mail naar [email protected] of telefonisch 030 - 297 2270. Of per post naar Bestuurbureau DEPF, Postbus 2, 3500 CA UTRECHT Vragen van administratieve aard? Graag per e-mail naar [email protected] of telefonisch 050 - 582 7950.

Speciale uitgave. Toelichting bij de wijzigingen in de pensioenregelingen en de regels van het pensioenfonds per 1 januari 2015

Recommend Documents