Snel aan de slag met PatternMaker Basis versie 7
©Pattern Made 4 You
Place your own product logo here and modify the layout of your print manual/PDF: In Help & Manual, click "Tools" > "Print Manual Designer" and open this manual template to edit it.
november 2011
2
Snel aan de slag
Inhoudsopgave I
Open een patroon
3
II
Werken met PatternMaker
5
1
Het ................................................................................................................................... beeldscherm 5
2
Muisgebruik ................................................................................................................................... 7
3
Geldigheid ................................................................................................................................... van een commando 8
4
Belangrijke ................................................................................................................................... commando's 8 Verplaatsen ......................................................................................................................................................... van objecten 8 Roteren van ......................................................................................................................................................... objecten 9
5
In- en ................................................................................................................................... uitzoomen 9
III
Printen patroon
11
IV
Plakken pagina's
13
V
Stofraster
14
©Pattern Made 4 You
Open een patroon
1
3
Open een patroon Installeer eerst PatternMaker op uw computer. Als u gebruik maakt van gekochte patronen, sla deze patronen dan op in de map: M ijn docum enten/pa tternm a ker/persona l files/pa tterns U kunt dan de patronen later, als u ze wilt uitprinten makkelijk terugvinden.
Open PatternMaker m.b.v. het pictogram
aan de linkerkant in uw pictogrammenbalk.
of via Start/PatternMaker Software/PatternMaker 7 .....
en dan ...
PatternMaker 7
Wanneer u PatternMaker opent krijgt u een openingsscherm te zien. Hier kunt u kiezen uit diverse mogelijkheden: Open een nieuwe collectie Hiermee opent u een voorgeprogrammeerd patroon (macro) Open een lege bladzijde Hiermee opent u het "lege" tekenscherm bijv. als u zelf iets wilt gaan tekenen. Open een opgeslagen patroon Hiermee opent u een opgeslagen patroon Open "Wat is nieuw" Hiermee opent u een kort overzicht van de nieuwe opties in V7. Open "Snel aan de slag" Hiermee wordt scherm voor scherm getoond wat u moet doen om een macro te openen. Afsluiten Hiermee sluit u het programma meteen weer af Doe dit altijd bij het opstarten Als u dit vakje aanvinkt en u kiest bv. " Open een leeg scherm", dan krijgt u het Startmenu niet meer te zien maar begint u altijd met een leeg scherm. Tip van de dag Hiermee kunt u diverse tips de revue laten passeren. Als u ze allemaal 1 a 2x heeft gezien, kunt u deze optie uitzetten. Kies in het Openingsscherm voor de optie Open een opgeslagen patroon of u kiest voor "Open een lege bladzijde". Daarna selecteert u het pictogram
Open een bestand
De map Patterns, waar alle patronen zijn opgeslagen wordt geopend en u kunt nu het gewenste patroon openen. Selecteer het patroon en klik op Open.
©Pattern Made 4 You
4
Snel aan de slag
Het patroon van het rokje wordt nu geopend op het scherm.
©Pattern Made 4 You
Werken met PatternMaker
2
5
Werken met PatternMaker
PatternMaker is een programma dat anders werkt als u gewend bent. Daarom is het raadzaam om dit hoofdstuk even door te nemen om het programma sneller te leren kennen. In dit programma zijn er 2 dingen waar u aan moet wennen:
1. het muisgebruik U moet heel bewust en niet te snel met uw muisknoppen klikken. Daarbij is een juist gebruik van de Linker - en RechterMuisknop erg belangrijk. LM = de LinkerMuisknop RM = de RechterMuisknop
2. de blauwe commandobalk In ieder commando moeten een aantal stappen gevolgd worden. Door de commandobalk goed te lezen wordt u door deze stappen heen geleid.
2.1
Het beeldscherm
We beginnen met het bekijken van het PatternMaker scherm.
BESTANDSNAAM In de bovenste balk van het scherm ziet u tussen haakjes de naam van het actieve bestand. De naam is standaard "naamloos.pat" tot u de tekening opslaat met een zelf opgegeven naam, of een bestaande tekening opent.
MENUBALK De balk onder de bestandsnaambalk is de menubalk. U kiest de commando's van deze balk door met de LM op een woord in de menubalk te klikken. U krijgt dan een uitrolmenu, waaruit u een subcommando kiest met LM. Deze subcommando's kunt u ook kiezen door op een pictogram in de pictogrammenbalk te klikken met LM.
©Pattern Made 4 You
6
Snel aan de slag
STATUSBALK Tekenkleur Het eerste vakje in de statusbalk is de tekenkleur (standaard is wit). Als u het vakje aanklikt met LM krijgt u een venster,waaruit u een andere tekenkleur kunt kiezen. U heeft 3 mogelijkheden: U kiest een kleurtje uit de beschikbare kleurtjes (beperkt) U kiest voor de lagenkleur, dat is de tekenkleur die vast zit aan de laag waarop uw werkt. U kiest voor een eigen kleur (uitgebreid) Arcering Het tweede vakje in de statusbalk is de vulling/arcering voor objecten. Klik op het tweede vakje met LM. Er opent zich een venster met arceringen, waaruit u kunt kiezen. Het verandert alleen de nieuwe tekeningen net als bij de tekenkleur. Lijntype Het derde vakje in de statusbalk is voor de lijnkeuze. U kunt kiezen uit verscheidene lijntypes. Werkt als commando hierboven. Lijndikte Het vierde vakje in de statusbalk is de keuze voor de lijndikte. Wij raden aan om normaal met dikte 1 te tekenen. Het veranderen van de lijndikte kan alleen gebruikt worden voor de gesloten lijn. Laag Het vijfde vak geeft aan op welke laag u werkt (actieve laag ). Als u nog niet van laag bent veranderd, staat deze op "laag 0". Klik op dit vak met LM en u krijgt alle beschikbare lagen te zien. Door met LM op een andere laag te klikken verandert u de actieve laag d.w.z. de laag waarop u kunt tekenen. De tekenkleur verandert dan mee. Met F11 kunt u de lagen bewerken. Muis coördinaten en eenheden Het volgende vak in de statusbalk vertelt u de locatie van de muis op het scherm in X-Y coördinaten en welke maateenheid u gebruikt (cm/inch). De maateenheid kunt u veranderen in Instellingen/ Configureer permanent. Snapmodus Het volgende vak is de Snapmodus. Hier kunt u zien welke Snapfunctie (magneetfunctie) actief is. Door op dit vak te klikken opent u het Snapvenster en kunt u wisselen van Snapfunctie. Stofberekening In het volgende vak kunt u aflezen hoeveel stof u bij benadering nodig heeft. Als u op dit vak klikt kunt u de stofbreedte in cm wijzigen. Bij gebruik van dubbele stof vult u de halve stofbreedte in. Als u de patroondelen uit enkele stof gaat knippen, vult u de hele stofbreedte in. Lettertype In dit vak is te zien welk lettertype u wilt gebruiken voor in te voeren tekstblokken. Het lettertype "PatternMaker" is het oude vertrouwde lettertype. Alle andere letters zijn z.g. "outline" letters. Commando's In het meest rechtse vak van de statusbalk ziet u het laatst gebruikte/gekozen commando staan. Als het commando in groen staat aangegeven is het commando nog actief. U bent nog met de bewerking bezig. Als de bewerking is afgesloten is het commando paars/cursief. U kunt dan pas een ander commando kiezen.
©Pattern Made 4 You
Werken met PatternMaker
7
PICTOGRAMMENBALK Aan de linkerkant van het scherm ziet u een verticale balk voor de pictogrammen. De keuze van de pictogrammen hangt af van de situatie. Door een pictogram te selecteren met LM opent u een commando.
TEKENGEBIED Het witte/zwarte gedeelte van het scherm is het tekengebied. U kunt ook kiezen voor een zwarte achtergrond, hetgeen rustiger is voor uw ogen. U kunt dit veranderen in Instellingen/Configureer permanent of tijdelijk.
COMMANDOBALK De onderste balk (blauw) is het commandovenster. In ieder commando moeten een aantal vragen beantwoord worden: welk object wilt u selecteren, welk startpunt of welk bestemmmingspunt. U leest hier af wat het programma doet of wat de volgende handeling is, die u moet uitvoeren. Kijk altijd naar de instructies die u krijgt in deze balk! De laatste regel is de vraag die nu aan u gesteld wordt en die u moet beantwoorden. Klik dus niet zo maar willekeurig met uw muis, maar alleen als u iets wilt selecteren!!
2.2
Muisgebruik
In dit programma is het belangrijk om de linker- en rechtermuisknop goed te gebruiken. De muisknoppen moet je slechts klikken en nooit ingedrukt houden, zoals je normaal met Windows programma's gewend bent (niet klikken en slepen) De linkermuisknop (LM) gebruikt u als u iets wilt selecteren (aanklikken). Dit kan zijn een commando, een pictogram, een object (tekening, patroondeel) of een vertrek- of bestemmingspunt. Het is mogelijk om 1 object te selecteren, maar je kunt ook meerdere objecten in één keer selecteren. De Rechtermuisknop gebruikt u om aan te geven dat u klaar bent met het selecteren van de objecten. U accepteert (bevestigt) dan met de rechtermuisknop (RM) Annuleren Als u uit het commando wilt (annuleren), klikt u de escapetoets. Als het rechtermuis hulpmenu verschijnt selecteert u Annuleer commando. Het RechterMuis Hulpmenu Voor beginners is het aan te raden te werken met het RM hulpmenu. Dit hulpmenu is standaard ingesteld (zie Instellingen/Configuratie permanent). Als u de RechterMuisknop drukt, krijgt u een hint wat u verder wilt of moet doen, bv. u bent klaar met selecteren. Bent u eenmaal gewend aan het muisgebruik, kunt u dit hulpmenu weer uitschakelen. ©Pattern Made 4 You
8
2.3
Snel aan de slag
Geldigheid van een commando
Het commando dat u heeft uitgekozen, is actief tot u een ander commando kiest. In het meest rechtse vak van de statusbalk ziet u welk commando u gekozen heeft of gebruikt. Als u midden in het commando zit, staat dit commando met groene letters geschreven. Als het commando in het pa a rs/cursief staat geschreven, dan is de bewerking klaar. U kunt dan het commando herhalen of beginnen met een nieuw commando.
Als u een ander commando wilt kiezen, terwijl u in een commando zit, drukt u op de <ESC> toets, vervolgens op Annuleer commando. De tekst wordt dan weer paars.
2.4
Belangrijke commando's
2.4.1
Verplaatsen van objecten
Deze functie heeft u veel nodig bij verplaatsen van de patronen op het paginaraster (voor het printen van de patronen) en het bewerken van de patronen. Bij het bewerken van patronen is het handig om hierbij de snap Eindpunt functie te gebruiken om heel secuur te kunnen werken. Verplaatsen pictogram Het Verplaatsen van de patroondelen gaat als volgt: In de commandobalk moet bij de laatste regel Com m a ndo: staan. Als dit niet het geval is. klik dan de Escape toets en kies Annuleer commando.
Com m a ndo: Selecteer het pictogram Verplaatsen met LM. De volgende vraag verschijnt nu. Selecteer object: Selecteer het voorpand met LM. Ga met de muis in een patroondeel staan en klik de LM. Het patroondeel licht nu op (lijnen worden dikker). Dit patroondeel is nu geselecteerd. In de commandobalk is te lezen Item geselecteerd. U kunt nog een volgend patroondeel selecteren, ga met de muis in dit deel staan en klik LM. Selecteer zo alle gewenste patroondelen. Als u klaar bent met selecteren klikt u de RM. Dit noemen we bevestigen van uw keuze. Het hulpmenu verschijnt nu, kies nu "Klaar met selecteren". De volgende vraag verschijnt. V ertrekpunt: Selecteer als vertrekpunt ergens midden in het pand een punt met de LM. De volgende vraag verschijnt. Bestem m ing spunt: Verschuif met de muis het pand naar waar u hem wilt hebben. U ziet nu een blauwe lijn verschijnen vanaf het vertrekpunt naar de plek waar u het deel wilt neerplaatsen. Klik op de goede plaats met LM. Het commando is nu klaar. In de volgende regel verschijnt weer Com m a ndo: Let er g oed op da t u de m uis niet ing edrukt houdt tijdens het selecteren. Pa tternm a ker beschouw t het punt w a a r u de m uisknop losla a t a ls het g eselecteerde punt.
©Pattern Made 4 You
Werken met PatternMaker
2.4.2
9
Roteren van objecten
Roteren van objecten heeft u soms nodig om patroondelen beter op het paginaraster te leggen. Ook wordt het gebruikt bij het bewerken van patronen zoals het draaien van de coupenaad of het gerend maken van een zijlijn. Voor Roteren van objecten gebruiken we het pictogram of via het menu Bewerken/roteren Het Roteren van de patroondelen gaat als volgt: In de commandobalk moet bij de laatste regel Com m a ndo: staan. Als dit niet het geval is. klik dan de Escape toets en kies Annuleer commando. Com m a ndo: Selecteer het pictogram Roteren met LM. De volgende vraag verschijnt nu. Selecteer object: Selecteer een patroondeel met LM. Ga met de muis in een patroondeel staan en klik de LM. Het patroondeel licht nu op (lijnen worden dikker). Dit patroondeel is nu geselecteerd. In de commandobalk is te lezen "Item geselecteerd". Als u klaar bent met het selecteren van de delen klikt u de RM. Dit noemen we bevestigen van uw keuze. Het hulpmenu verschijnt nu, kies nu "Klaar met selecteren". De volgende vraag verschijnt. Rota tiepunt: Selecteer ergens in het midden van het deel een punt met LM. Dit is het punt waarom geroteerd wordt. In het voorbeeld is dit het uiteinde van de draadrichting. De volgende vraag verschijnt. Geef hoek of vertrekpunt: Selecteer als vertrekpunt een punt met de LM. In het voorbeeld is dit de kop van de mouw. Een blauwe lijn verschijnt: de rotatielijn. De volgende vraag verschijnt. Geef a fsta nd of eindpunt: Draai met de muis het pand naar waar u hem wilt hebben. De blauwe lijn draait mee met uw muispunt vanaf het vertrekpunt naar de plek waar u het deel wilt neerplaatsen. Klik op de goede plaats met LM. Het pand is gedraaid. Het commando is nu klaar. In de volgende regel verschijnt weer Com m a ndo:
2.5
In- en uitzoomen
In PatternMakerkunt u heel nauwkeurig werken door in te zoomen. Er zijn verschillende manieren van in/uitzoomen De 2 handigste manieren zijn: Via toetsen Via scrollwieltje
©Pattern Made 4 You
10
Snel aan de slag
Zoom/verschuiven met toetsen Home End Page down Page up
= zoomt in naar muis = zet alles in het midden van het scherm = zoomt in (de patroondelen worden groter) = zoomt uit (de patroondelen worden kleiner)
Pijl rechts Pijl links Pijl up Pijl down
= schuift de tekening naar links = schuift de tekening naar rechts = schuift de tekening naar beneden = schuift de tekening naar omhoog
Zoom met Scrollwieltje Inzoomen met het scrollwieltje is mogelijk als u de muis in de blauwe balk en/of de pictogrammen balk plaatst en dan rolt met het wieltje!
©Pattern Made 4 You
Printen patroon
3
11
Printen patroon PAGINARASTER
Om het patroon zo voordelig mogelijk te printen en handig qua plakken van de pagina's kan het nodig zijn om een goede print layout te maken. Dit kan papier sparen en het aantal te plakken pagina's beperken. Zet het paginaraster op het scherm met de < F12 > toets aan. U ziet nu een blauw paginaraster. Dit blauwe paginaraster laat het papierformaat zien, dat u in uw printer setup heeft gekozen. In de meeste gevallen is dit A4. Ieder blauw vakje staat dus voor één A4. Als u niet tevreden bent over de wijze waarop de patronen op de pagina's liggen, kunt u de patronen verplaatsen.
VERPLAATSEN Verschuif dan met het pictogram "Verplaatsen" de patroondelen zo, dat zij in aparte banen staan of onder elkaar. Soms is het handiger om de delen naast elkaar te plaatsen en soms is het zuiniger om alle delen onder elkaar te plaatsen. Dit hangt af van de breedte van de patronen. Met een beetje oefening wordt u hier steeds handiger in.
Verplaats alle patroondelen, zodat ze netjes gerangschikt op het A4 raster liggen.
Patroondelen na verplaatsen
PRINTVOORBEELD Liggen de patroondelen goed op het paginaraster dan kiest u voor : of via het menu Bestand/Print. Een Printvoorbeeld verschijnt dan. PatternMaker zal de niet-gearceerde blaadjes printen. In dit geval is het jammer dat u naast de mouw 2 blaadjes heeft die leeg zijn. U kunt deze blaadjes echter uitzetten vóór het printen. Klik dan met de muis op zo'n leeg blaadje, de pagina wordt dan gearceerd en zal niet geprint worden.
Print voorbeeld
©Pattern Made 4 You
12
Snel aan de slag
PLAKTEKENS Als u plaktekens op uw pagina's geprint wilt hebben controleer dan even of dit goed ingesteld is op het Tabblad Printopties. Vink daar incl. plaktekens, incl. rij- en kolomnummers en evt. de bestandsnaam aan. Zie verder bij Plakken pagina's
BANNER OF IN KOLOMMEN PRINTEN Als u minder blaadjes wilt plakken is het handig om "banner" of "in kolommen" te printen. Ga na of uw printer geschikt is voor deze manier van printen. U gebruikt dan nl. kettingpapier (papier met een scheurrand met gaatjes), waarbij u de scheurrand er afscheurt vóór het printen. De printer moet wel ingesteld worden op deze manier van printen, daar hij niet telkens een nieuw blaadje moet pakken maar door moet gaan met printen. Afhankelijk van het type en merk printer stelt u dit in bij het gewenste papier op uw printer. Kies dan vervolgens in het Printvoorbeeld bij het Tabblad Printopties, dat de Printvolgorde "Kolommen eerst" moet zijn. Andere printvoorbeelden:
Print layout naast elkaar
De patroondelen liggen elk op een eigen kolom papier. Dat is gemakkelijker plakken.
Print Layout in 2 kolommen bijv. t.b.v. Bannerpapier
Print Layout "onder elkaar"
©Pattern Made 4 You
Plakken pagina's
4
13
Plakken pagina's
Als u de pagina's heeft uitgeprint ziet u dat de pagina's genummerd zijn in rijen en kolommen en voorzien van plaktekens. Hierdoor kunt u de pagina's makkelijk op volgorde leggen en aan elkaar plakken. De volgorde van printen gaat in principe van links naar rechts(rijen eerst). U kunt, als u banner/ketting papier gebruikt, de volgorde van printen echter wijzigen in het Printvoorbeeld in het tabblad Printopties onder Volgorde(kolommen eerst). De nummering loopt als volgt:
Volgorde bij Printen met rijen eerst
Volgorde bij Printen met kolommen eerst
De plaktekens dienen op de volgende wijze aan elkaar geplakt te worden:
Als u moeite heeft met het aan elkaar sluiten van de plaktekens kunt u ook kijken naar het laten doorlopen van de patroonlijnen.
©Pattern Made 4 You
14
5
Snel aan de slag
Stofraster
Zet met behulp van de < Ctrl F12 > toetsen het stofraster aan. Er verschijnt nu om de patroondelen heen een rood kader in beeld. Dubbelklik in de statusbalk op het stofberekeningsvakje.
Het "stofbreedte venster" opent zich. Vul nu de breedte van de stof in cm in. Indien de stof dubbel wordt gelegd, vult u de halve stofbreedte in. Schuif al uw patroondelen in het rode kader zoals u ze op de stof zou leggen. Gebruik hiervoor de commando's
en . Leg de patroondelen in een lange baan stof naar beneden. U kunt nu de benodigde hoeveelheid stof aflezen in de statusbar.
De benodigde hoeveelheid stof is 1.41
STOFLEGGING PRINTEN Het is mogelijk om de stoflegging op 1 pagina te printen, dit helpt u wanneer u de patronen op de stof gaat leggen. Selecteer het Print commando en kies dan Printen op 1 pagina, waarbij u het vakje Stofraster aanvinkt. PatternMaker zal dan de patronen op 1 pagina printen met de rode stofrasterlijnen zichtbaar.
©Pattern Made 4 You