Slim combineren! Projectevaluatie Human Capital in de Wijk
Wilma van Rijt en Lia Smit Zoetermeer , 22 oktober 2013 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning in artikelen, scripties en boeken is toegestaan mits de bron duidelijk wordt vermeld. Vermenigvuldigen en/of openbaarmaking in welke vorm ook, alsmede opslag in een retrieval system, is uitsluitend toegestaan na schriftelijke toestemming van Panteia. Panteia aanvaardt geen aansprakelijkheid voor drukfouten en/of andere onvolkomenheden.
The responsibility for the contents of this report lies with Panteia. Quoting numbers or text in papers, essays and books is permitted only when the source is clearly mentioned. No part of this publication may be copied and/or published in any form or by any means, or stored in a retrieval system, without the prior written permission of Panteia. Panteia does not accept responsibility for printing errors and/or other imperfections.
Management samenvatting Eind 2009 heeft het College van B&W de “Visie Kleinschalige bedrijvigheid” aangenomen. Die visie bevat vier strategische lijnen om startende en kleine ondernemers in Breda te stimuleren en ondersteunen: het bieden van adequate bedrijfshuisvesting, het bevorderen van kennis en ondernemerschap, het verbeteren van de gemeentelijke dienstverlening en het stimuleren van nieuwe bedrijvigheid. Dit is vertaald in een aantal projecten waarvan de uitvoering ter hand is genomen. Eén daarvan is “Human Capital in de Wijk”. Het project bestaat uit twee niet los van elkaar staande deelprojecten, te weten: Business Coach Breda en Bedrijfsruimte in de Wijk.
Human Capital in de Wijk Doel van het project Business Coach Breda is:
Het vergroten van het aantal startende ondernemers in de stad Breda;
Het verhogen van de participatie van inwoners door middel van het oprichten van een eigen bedrijf;
Het verbeteren van de kwaliteit van de ondernemers en daarmee het verlagen van het uitvalpercentage.
Doel van de pilot Bedrijfsruimte in de Wijk is:
Het beter laten aansluiten van het bestaande bedrijfshuisvestingsaanbod in de wijken op de wensen van de ondernemers in de wijk (wonen en werken dichter bij elkaar door transformatie van verloederde wijkwinkelgebieden).
Kenmerkend voor het project Business Coach Breda zijn het intake- en screeningsgesprek om vast te stellen of de persoon het ondernemerschap in zich heeft en of het bedrijfsidee levensvatbar is. Daarna volgt individuele coaching en doorverwijzing op maat. De coaches werken vanaf vaste ondersteuningspunten in de wijken. De deelnemers kunnen verder met een voucher kiezen uit verschillende type ondersteuning (w.o. training, advies) bij diverse aanbieders. Kenmerkend voor de pilot Bedrijfsruimte in de Wijk is een gezamenlijke en strategische aanpak, waarbij een toekomstvisie voor het hele betrokken gebied wordt gemaakt (incl. SWOT, branchering, leegstandinventarisatie). Kansrijke ondernemers worden gezocht, business cases uitgewerkt en geschikte locaties gezocht. Intensieve communicatie tussen allerlei betrokken partijen en onderhandelingen volgen. Voor een juiste match is er een (intern) stimuleringsbudget om de aanloopkosten van verbouwing te verlagen en een (extern) budget om andere benodigde maatregelen te nemen. Het project Human Capital in de Wijk heeft een looptijd van drie jaar (2011-2013).
De evaluatie In de periode mei t/m september 2013 heeft Panteia het project geëvalueerd. Hierbij zijn de effectiviteit, efficiëntie en additionaliteit van het project in beeld gebracht. Dit rapport geeft de bevindingen weer. De informatie in het rapport is gebaseerd op deskresearch, interviews met de projectpartners en andere direct betrokkenen, een groepsgesprek met de business coaches en een internetenquête onder alle deelnemers en niet-deelnemers van het project Business Coach Breda.
3
Effectiviteit K w a li t ei t v an o n d e rn e m er sc h ap In de onderzoeksperiode zijn 615 intakegesprekken gevoerd. Dat is 64% van het beoogde aantal van 960. Als rekening gehouden wordt met de voorgenomen verlenging van het project, dan zou het beoogde aantal bereikt worden. Van de intakegesprekken kreeg 67% een vervolg in de vorm van een screeningsgesprek (= 413 in totaal). Het blijkt dat 78% van deze potentiële starters daadw erkelijk een eigen bedrijf opricht. Dit komt neer op 322 starters, waarmee het beoogde aantal van 200 wordt bereikt. In de genoemde periode zijn met 31 bestaande ondernemers gesprekken gevoerd om te kijken hoe hun problemen opgelost zouden kunnen worden. Dit aantal loopt nu achter op het streefaantal van 50, maar gezien de stijging in de kwartalen van 2013 is een inhaalslag niet ondenkbaar. Het leeuwendeel van de deelnemers maakt gebruik van de intake en coaching. Daarnaast wordt relatief veel gebruik gemaakt van de basiscursus, voorlichting door de Kamer van Koophandel en de verkooptraining. Het dienstenpakket van Business Coach Breda wordt door de deelnemers met een gemiddeld rapportcijfer van 7,5 gewaardeerd. Ruim de helft vraagt de voucher aan en driek wart van hen gebruikt hem ook. In totaal is 27% van de beschikbare vouchergelden benut. De deelnemers aan het project zijn relatief hoog opgeleid, komen vaak vanuit een uitkeringssituatie en willen veelal een bedrijf (vanuit huis) in de dienstverlening. Van de deelnemers is 7% in 2010 met het eigen bedrijf gestart, 6% in 2011, 70% in 2012 en 17% in 2013. In de zomer van 2013 was 96% van hen nog als zelfstandig ondernemer actief. Als we dit percentage vergelijken met dat van de gemiddelde starters in Breda en in Nederland, dan scoren de deelnemers van Business Coach Breda aanzienlijk hoger. Het beoogde doel om het uitvalpercentage met 10% te verminderen (ten opzichte van 2010) wordt gehaald. Het grootste deel van de deelnemers start het bedrijf als zzp’er (82%). In de onderzoeksperiode was bij 8% van de deelnemers de werkgelegenheid toegenomen. Vanuit de steekproef kan berekend worden dat het om ruim 190 arbeidsplaatsen in totaal gaat. De deelname aan het project heeft bij een derde van de ondernemers ee n (zeer) positief effect op de omzetontwikkeling en bij driekwart een positief effect op hun ondernemerschapskwaliteiten. K w a li t ei t v an b ed r ij f sh u is ve st in g In het kader van de pilot Bedrijfsruimte in de Wijk zijn tot en met maart 2013 8 leegstaande panden opnieuw verhuurd. Hiervan hebben 5 panden ook de gewenste invulling gekregen. Het beoogde doel om minimaal 5 panden te transformeren wordt gerealiseerd. Het succes is geconcentreerd in de Boschstraat en Brabantpark. De pilot heeft het draagvlak voor structurele verandering versterkt. Iedereen beseft dat de detailhandelskrimp van blijvende aard is en dat transformatie een positieve impuls kan geven. De kracht van de pilot zit in de combinatie met Business Coach Breda en in de strategische relaties met de gemeentelijke afdelingen, corporaties, ondernemersverenigingen, makelaars, vastgoedeigenaren en coaches. De opzet, aanpak en uitvoering van de pilot is als duurzaam te bestempelen. S a m en w e rk in g tu s s en p ar tn er s De korte lijnen tussen de samenwerkingspartners worden als een succesfactor van Human Capital in de Wijk gezien. De partijen zeggen elkaar nu beter te kennen en
4
ervaren de samenwerking als prettig. De meeste van hen missen geen partner in het huidige netwerk; sommige zien graag het ROC (als bron van potentiële ondernemers) er meer bij betrokken. In de praktijk gaan potentiële ondernemers niet altijd naar het ondersteuningspunt in ‘hun wijk’. Voorkeuren voor een bepaalde coach of dag blijken bijna net zoveel waard als wijknetwerken. De opzet om per wijk (of samenhangende wijken) een ondersteuningspunt met een wijkgerichte coach te hebben is niet goed uit de verf gekomen. De doorverwijzing van de business coaches is essentieel voor het succes van het project. Vanuit deze personen gaat namelijk het hele raderwerk lopen. T o ta a lo o rd e e l Human Capital in de Wijk krijgt van de deelnemers het rapportcijfer 7,7. Van hen wenst 70% een vervolg op het traject van de business coach, 90% vindt dat het project in de toekomst een vervolg moet krijgen en de meeste zouden het project ook aanbevelen bij andere startende (en bestaande) ondernemers.
Efficiëntie W a a r vo o r h e t g e ld Dat Human Capital in de Wijk slim gebruik maakt van het bestaande dienstenaanbod voor ondernemers maakt het project efficiënt: de infrastructuur is er al, de samenwerkingspartners kunnen snel en eenvoudig een programma op maat in elkaar zetten en er kan gebruik gemaakt worden van elkaars netwerken, locaties en websites. Daarnaast werkt de cofinanciering bij de voucher doelmatig en investeren de partners zelf ook in het project door het aanbieden van hun diensten. De kosten per ondernemer liggen tussen 400 en 700 euro. Gelet op de hoge slaagkans van de deelnemende ondernemers in de eerste drie jaar van hun bedrijf, kan gesteld worden dat de opbrengsten van het project ruimschoots opwegen tegen de kosten. Deze conclusie wordt versterkt als ook de kosten van faillissementen en uitkeringen in ogenschouw worden genomen. Het project weerhoudt immers ook mensen ervan een eigen bedrijf te starten en dat zal tot minder faillissementen leiden. Uit de evaluatie is verder gebleken dat 42% van de potentiële ondernemers vanuit een uitkering het project instroomt. Bij de start van een eigen bedrijf verlaten zij de uitkeringssituatie en drukken niet meer op de begroting van het UWV. Het project beperkt dus de maatschappelijke schade als gevolg van faillissementen (instroom in bijstand en soms ook schuldhulpverlening), ver laagt de uitkeringskosten en verhoogt de opbrengsten voor de gemeente (belastingen/heffingen v oor bedrijven). Hier en daar valt nog efficiencywinst te behalen. Zo is het aanbod en de concurrentie op de verschillende ondersteuningsvlakken te gering gebleken om de voordelen ervan te ervaren. Een heroriëntatie op het aanbod kan nuttig zijn. Andere heroriëntatiepunten zijn de voucherregeling van Business Coach Breda en de stimuleringsregeling van de Bedrijfsruimte in de Wijk.
Additionaliteit De additionaliteit van het project Human Capital in de Wijk zit in het daadwerkelijk vergroten van de ondernemerskwaliteiten. Dit wordt ‘hard’ gemaakt door de hogere slaagkans van startende ondernemers en de werkgelegenheidscreatie .
5
De additionaliteit zit ook in de strategie ‘voorkomen is beter dan genezen’. Ondanks het feit dat een deel van de potentiële ondernemers (64%) met een negatief advies van de business coach toch een eigen bedrijf begint, worden veel faillissementen voorkomen. Het gat tussen de gemiddelde slaagkans van de gecoachte ondernemers en de gemiddelde Bredase ondernemer (bijna 30 procentpunten) is een indicatie van de omvang van deze meerwaarde.
Toekomst Succesfactoren van Human Capital in de Wijk zijn o.a. de deelname van alle relevante partijen, de onderlinge samenwerking, de zichtbaarheid van de gemeente als stimulator, de bewustwording onder (potentiële) starters, de screening, de professionele coaching en het vraaggerichte transformatieproces dat weer gekoppeld is aan de coaching. Punten van aandacht zijn o.a. het complementaire/concurrerende aanbod van diensten, de wijkgebondenheid van het project, het stimuleringsbudget per ondernemer bij transformatie, de betrokkenheid van het ROC en het gemis van een vervolg op de coaching. De bevindingen uit de projectevaluatie rechtvaardigen een voortzetting van het project Human Capital in de Wijk. Hierbij moet rekening gehouden worden met een aantal externe factoren. Dit zijn o.a. het toekomstige takenpakket van de Kamer van Koophandel, de economische crisis en overheidsbezuinigingen, de grote en groeiende voorraad aan bedrijfsruimte en de ontwikkeling van het ondernemerschapsonderwijs.
Aanbevelingen Aanbeveling 1 Ga door met Human Capital in de Wijk en onderzoek in welke vorm da t kan. Aanbeveling 2 Doorzoek het dienstenaanbod van de verschillende partners op complementariteit en concurrentie, kwaliteit, prijs, klanttevredenheid en synergie. Pas eventueel het aanbod aan op basis van de gemeentelijke prioriteiten en ervaringen. Aanbeveling 3 Onderzoek de kansen om de doelgroep van mbo-opgeleiden aan te boren en een samenwerking met ROC West-Brabant aan te gaan. Aanbeveling 4 Monitor de ontwikkeling van de leegstand en heroverweeg de selectie van winkelgebieden en de inspanningen per winkelgebied. Bekijk ook de mogelijkheid om de pilot over de hele stad uit te rollen. Behoud daarbij de combi natie met Business Coach Breda, want de vraaggerichte sturing is een van de succesfactoren. Aanbeveling 5 Bekijk de mogelijkheden om de prikkel voor individuele ondernemers in de stimuleringsregeling bij transformaties anders in te vullen. Onderzoek daarbij de mogelijkheden van:
cofinanciering waarbij de ondernemer/huurder bijvoorbeeld zelf 50% bijdraagt;
een differentiatie naar individuele ondernemers en ondernemerscollectieven;
een hoger stimuleringsbudget (en ter compensatie minder budget voor projectleiding).
Daarnaast kan gekeken worden naar wat er mogelijk is via ondernemersfondsen.
6
Aanbeveling 6 Het project krijgt voor de ondernemers (nog) meer waarde door het ‘plotselinge einde’ te veranderen in een duurzamere verbintenis. Enige nazorg is gewenst, waarbij gedacht kan worden aan een terugkomdag, starterscafé, evaluatiegesprek en dergelijke. Dit kan ook een aansluiting bij eventueel andere ondernemersprojecten zijn (van gemeente of partners). Aanbeveling 7 In het kader van de kleinere portemonnee zullen zaken geschrapt moeten worden of zal de kaasschaaf erover moeten. Het project is nog niet zover dat het volledig aan de markt overgelaten kan worden. Bij het schrappen van onderdelen moet wel bedacht worden dat het complete pakket juist een succesfactor is. Als er gekozen moet worden, dan bevelen we in ieder geval aan de intake, screening, coaching en doorverwijzing door de business coaches zeker te behouden! Dit is het hart van het project en de basis van de hogere slaagkans van startende ondernemers. De kaasschaaf zal niet veel te schaven hebben. Het project wordt zoals eerder gezegd al vrij efficiënt ingestoken 1. Aanbeveling 8 Welke ‘low budget’-mogelijkheden zijn er dan wel? We geven een paar overwegingen.
De ondersteuning aan bestaande ondernemers kan misschien door een marktpartij opgepakt worden.
De prikkel voor individuele ondernemers om het pand geschikt te maken voor transformatie kan in haar huidige (beperkte) vorm wel gemist worden. Op dit punt zal overigens wel een duidelijke keuze gemaakt moet worden: zie aanbeveling 5.
Verder zal gekeken moeten worden of bepaalde projectactiviteiten niet in de reguliere dienstverlening van de gemeente en de partners opgenomen kunnen worden. Denk bijvoorbeeld aan bijeenkomsten, voorlichting en vraagbaakfunctie.
Digitalisering van de voucher kan ook kostenbesparend werken. Wellicht dat meer zaken sneller en efficiënter kunnen door ICT toepassingen.
1
In de komende jaren zullen enkele éénmalige kosten komen te vervallen. Zo zal er waarschijnlijk minder aan externe communicatie uitgegeven hoeven te worden, omdat het project naambekend heeft opgebouwd.
7
Inhoudsopgave Management samenvatting
3
1
Inleiding
9
1.1 1.2 1.3
Het project De evaluatie Leeswijzer
2
Het project Human Capital in de Wijk
2.1 2.2 2.3
Hét verschil Aanpak Business Coach Breda Aanpak Pilot Bedrijfsruimte in de Wijk
3
Effectiviteit
3.1 3.2 3.3 3.4
Kwaliteit van ondernemerschap Kwaliteit van bedrijfshuisvesting Samenwerking tussen partners Totaaloordeel
4
Efficiëntie
4.1 4.2 4.3
Waar voor het geld Ruimte voor verbeteringen Totaaloordeel
5
Additionaliteit
5.1 5.2 5.3 5.4
Profiel van de niet-deelnemers Ontwikkeling van deelnemers en niet-deelnemers De plus van Human Capital in de Wijk Totaaloordeel
6
Toekomst
6.1 6.2 6.3
Succesfactoren Aandachtspunten en externe invloeden Aanbevelingen
Bijlage 1
8
Onderzoeksverantwoording
9 10 11
13 13 14 16
18 18 23 27 29
33 33 34 35
36 36 36 37 38
39 39 39 40 43
1
Inleiding Eind 2009 heeft het College van B&W van de gemeente Breda de Visie Kleinschalige Bedrijvigheid aangenomen, Hierin staan het stimuleren en ondersteunen van startende en kleine ondernemers en de wijkeconomie centraal. De visie kent vier strategische lijnen om dit type bedrijvigheid te versterken, te weten:
het bieden van adequate bedrijfshuisvesting;
het bevorderen van kennis en ondernemerschap;
het verbeteren van de gemeentelijke dienstverlening;
het stimuleren van nieuwe bedrijvigheid.
Ondertussen heeft Breda de strategische lijnen uitgewerkt en vertaald in concrete projecten, en de uitvoering ervan ter hand genomen. Eén van die projecten betreft Human Capital in de Wijk.
1.1
Het project Het project Human Capital in de Wijk beoogt een bijdrage te leveren aan de genoemde beleidslijnen van de gemeente. Er zijn vier projectdoelen te onderscheiden, te weten: 1. Het vergroten van het aantal startende ondernemers in de stad Breda; 2. Het verhogen van de participatie van inwoners door middel van het oprichten van een eigen bedrijf; 3. Het verbeteren van de kwaliteit van de ondernemers en daarmee het verlagen van het uitvalpercentage; 4. Het beter laten aansluiten van het bestaande bedrijfshuisvestingsaanbod in de wijken op de wensen van de ondernemers in de wijk (wonen en werken dichter bij elkaar door transformatie van verloederde wijkwinkelgebieden). Het verbeteren van de aansluiting van het onderwijs op het bedrijfsleven kan daarnaast als een indirecte doelstelling gezien worden. Het project heeft twee niet los van elkaar staande deelprojecten: Business Coach Breda en Pilot bedrijfsruimte in de Wijk. B u s in es s C oa ch B r e da De doelstellingen van Business Coach Breda hebben betrekking op de eerste drie projectdoelen van Human Capital in de Wijk: het vergroten van het aantal startende ondernemers, het verhogen van de participatie van inwoners door bedrijfsoprichting en het verbeteren van ondernemerschapskwaliteiten. De beoogde resultaten van Business Coach Breda zijn:
Het bereiken van 960 inwoners die concrete plannen hebben om een bedrijf te starten (maar dit nog niet hebben gedaan), het screenen van (potentiële) ondernemers en het ondersteunen van de kansrijke onder hen. Dit moet 200 daadwerkelijk gestarte ondernemers opleveren.
Het verbeteren van het succespercentage van de startende ondernemers ofwel het verminderen van het uitvalpercentage met 10% ten opzichte van 2010;
Het ondersteunen van ten minste 50 gevestigde ondernemers die in moeilijke omstandigheden verkeren.
P i l ot B e d ri j fs ru i mt e in d e W i jk De doelstelling van Pilot Bedrijfsruimte in de Wijk heeft betrekking op het vierde projectdoel van Human Capital in de Wijk: het beter laten aansluiten van het bestaande bedrijfshuisvestingsaanbod in de wijken op de wensen van de ondernemers in de wijk. Breda kent een groeiend aantal (startende) ondernemers met kleinschalige bedrijven die behoefte hebben aan bedrijfsruimte dicht bij huis om werken en wonen
9
beter te combineren. Tegelijkertijd staan in een aantal wijkwinkelgebieden panden leeg, die de veiligheid en leefbaarheid in de omgeving onder druk zetten. Het geschikt maken van deze panden voor de genoemde groep van ondernemers kan de oplossing voor de ervaren mismatch op de bedrijfshuisvestingsmarkt zijn. Het mes snijdt dus aan twee kanten. Het beoogde resultaat van de pilot Bedrijfsruimte in de Wijk is het toevoegen van ten minste 5 bedrijfsruimten in de wijken (in heel Breda) door ander ruimtegebruik / de aanpak van leegstand. In een later stadium moet het ook resulteren in een methodiek of gestandaardiseerde aanpak om bedrijfsruimten geschikt te maken voor st artende en kleine ondernemers. Het project Human Capital in de Wijk heeft een looptijd van drie jaar (2011- 2013). Na alle voorbereidingen, aanbestedingsprocedures en externe communicatie is het project in september 2011 feitelijk gestart en op dit momen t twee jaar operationeel. Het project zou doorlopen tot december 2013 (operationeel september 2013), maar er zijn voornemens om de doorlooptijd van het project te verlengen tot het einde van de huidige coalitieperiode. Met de eindstreep in het vooruitzicht wil de gemeente Breda inzicht hebben in de effectiviteit, efficiëntie en additionaliteit van het project. Ook wil zij weten of de toegevoegde waarde van de bijzondere aanpak van het project perspectief biedt voor een vervolg in de toekomst. Met andere woorden het is tijd voor een evaluatie van het project Human Capital in de Wijk.
1.2
De evaluatie Panteia heeft voor de gemeente Breda in de periode mei - september 2013 deze evaluatie uitgevoerd, waarbij de genoemde effectiviteit, efficiency en additionalit eit van het project in beeld gebracht zijn. O nd e rz o ek sv ra ge n De evaluatie is gebeurd aan de hand van de onderzoeksvragen die in het onderstaande kader zijn weergegeven. Effectiviteit: kwaliteit van ondernemerschap
Hoeveel burgers met concrete ondernemersplannen zijn bereikt (Norm: 960)? Hoeveel starters zijn er gestart binnen het project (Norm: 200)? Hoeveel ondernemers in moeilijke omstandigheden zijn ondersteunt (Norm: 50)? Hoe hoog is het uitvalpercentage onder de deelnemers en hoe verhoudt zich dit tot de niet-deelnemers die zijn gestart zonder begeleiding van HCidW en landelijke cijfers? (Norm deelnemers: 10% minder uitval)? Hoeveel deelnemers zijn gestart vanuit een uitkering? Hoeveel van hen zijn nog steeds actief of teruggevallen in de uitkeri ng? Welke effecten heeft deelname gehad aan het project m.b.t. werkgelegenheidscreatie? Hoe liggen werkgelegenheidscreatie in de controlegroep? Welke effecten hebben deelnemers ervaren op hun omzet en winst? Welke effecten heeft deelname gehad op het netwerk van de deelnemende ondernemers? Wat is de mening van deelnemers over het programma? In hoeverre hebben zij ervaren dat het heeft bijgedragen aan hun ondernemerschapskwaliteiten? In welke mate hebben ondernemers gebruik gemaakt van het ondersteuningsaanbod van (semi)overheidsdiensten en de commerciële aanbieders van diensten? Wat is de top 3? Hebben zij hierbij gebruik gemaakt van de vouchermogelijkheid? Zo nee, waarom niet?
10
In hoeverre hebben ondernemers gebruik gemaakt van de mogelijkheid tot inzet van studenten van ROC en hogescholen? Zo nee, waarom niet? Effectiviteit: Transformatie van winkelpanden
Hoeveel winkelpanden zijn vraaggericht getransformeerd in bedrijfsruimte (Norm: 5)? Hoeveel winkelpanden zijn door het project van een nieu we huurder voorzien? Welke actoren waren betrokken bij winkelpand transformaties? Welke “drivers” leiden tot actie? In hoeverre is de subsidiemogelijkheid ingezet en waarvoor? Zijn de transformaties duurzaam uitgevoerd en dus voor meerdere ondernemers en hun bedrijven bruikbaar?
Effectiviteit: Samenwerking tussen partners
In hoeverre zijn de partners in het project duurzame samenwerking aangegaan? Geldt dit alleen voor overheidsdiensten en/of ook voor commerciële partijen? Is er een ondersteuningsstructuur ontstaan in de vijf ondernemersondersteuningspunten?
Efficiency
Is er efficiënt omgegaan met beschikbare middelen in het project?
projectuitvoering
Welke efficiencyverhogende maatregelen kunnen er in de toekomst worden genomen bij de doorstart van het project?
Additionaliteit
In hoeverre zijn er ondernemers gestart in de controlegroep? Hoeveel van de ondernemers uit de controlegroep zijn gestart vanuit een uitkering? Hoeveel van hen zijn nog steeds actief of teruggevallen in de uitkering? Welke effecten hebben ondernemers in de controlegroep gerealiseerd als het gaat om werkgelegenheidscreatie? Welke effecten hebben ondernemers in de controlegroep op hun omzet en winst gemeten vanaf contact met de ondernemerscoach in de wijk?
Succesfactoren
Wat zijn de succesfactoren van het project?
in de toekomst
Welke research based adviezen zijn te geven voor een efficiënte doorstart van het project?
A a n pa k va n d e eva l ua t ie Voor de evaluatie is informatie verzameld via:
Deskresearch. Hierbij is onder andere gekeken naar de projectplannen, de voortgangsrapportages, databestanden over deelnemers en vouchergebruik en statistieken van de gemeente Breda;
Persoonlijke interviews (deels face-to-face en deels telefonisch) met de projectpartners van de gemeente en andere direct betrokkenen. Projectpartners zijn de Kamer van Koophandel, Avans Hogeschool Ondernemerscentrum, ROC West–Brabant (Community Coaching), REWIN NV, Servicepunt Starters en Ondernemers (SSO), Zaken Expert (uitvoerder van het deelproject Pilot Bedrijfsruimte in de Wijk) en Stichting Starterslift.
Groepsgesprek met de drie coaches van het deelproject Business Coach Breda (Zaken Expert);
Internetenquête onder alle deelnemers en niet-deelnemers van het project Business Coach Breda (N= 102).
Voor een compleet overzicht van de geraadpleegde bronnen, personen en respons op de enquête wordt verwezen naar de Bijlage. Panteia heeft alle data, informatie, visies en ervaringen geanalyseerd en de bevindingen vastgelegd in het onderhavige rapport.
1.3
Leeswijzer Dit rapport is als volgt opgebouwd. Eerst worden de twee deelprojecten met hun werkwijze en partners nader toegelicht (hoofdstuk 2). Daarna wordt ingegaan op de effectiviteit (hoofdstuk 3), efficiëntie (hoofdstuk 4) en additionaliteit (hoofdstuk 5) van het project Human Capital in de Wijk. Het rapport wordt afgesloten met de succesfactoren, aandachtspunten en aanbevelingen voor de toekomst (hoofdstuk 6).
11
2 2.1
Het project Human Capital in de Wijk Hét verschil E en un i ek p ro j ec t Human Capital in de Wijk is een bijzonder project. Die status heeft het project te danken aan het volgende:
Slechts weinig gemeenten zijn gericht op het stimuleren van kleinschalige bedrijvigheid en hebben dit ook vastgelegd in een specifieke beleidsvisie.
De koppeling van het stimuleren van kleinschalige bedrijvigheid met de transformatie van leegstaand winkelvastgoed is naar ons weten niet eerder door gemeenten gemaakt.
Redelijk uniek is ook dat in het project de gemeente Breda intensief samenwerkt met andere overheidsorganisaties en commerciële partijen in een netwerkconcept (co-creatie aanpak).
Binnen de projectrealisatie is zorg gedragen voor monitoring en vastlegging van gegevens over deelnemers, maar ook over niet-deelnemers. Dit laatste is van bijzondere waarde omdat daarmee de effectiviteit beter gemeten kan worden dan zonder die gegevens.
C o - cr ea t i e a l s d e k er n Human Capital in de Wijk wordt gekenmerkt door een co-creatie aanpak met verschillende partijen. Gemeente Breda is de trekker van het project. Zeer bewust heeft zij ervoor gekozen om de bestaande infrastructuur voor startende ondernemers, (kennisontwikkeling, bedrijfsfinanciering, bedrijfshuisvesting en ondernemersadvisering) in te zetten om het project tot een succes te maken. Maar ook om het project een duurzame basis mee te geven, waardoor de gemeentelijke bijdrage een éénmalige of tijdelijke impuls kan blijven en daarna de markt het werk kan overnemen. De projectpartners van Human Capital in de Wijk zijn dan ook zowel overheden als marktpartijen. De samenwerking of co-creatie tussen de verschillende betrokken partijen is een belangrijk punt in de projectevaluatie. De vraag is of het bestaande aanbod daadwerkelijk tot een kwalitatief hoogwaardige dienstverlening leidt voor deelnemers aan Human Capital in de Wijk. En zo ja, of dit kan worden doorgetrokken naar de toekomst en uiteindelijk kan leiden tot een hoger kwaliteitsniveau van ondernemen in Breda. G e br u ik ma k e n va n b esta a nd e inf ra s t ruc tuu r Als we de bestaande infrastructuur in dit project plaatsen en het visueel weergeven, dan zien we in het centrum de Ondernemerscoach in de wijk staan. Het Servicepunt Starters en Ondernemers (SSO) vormt een eerste schil om het project heen. Het SSO is in 15 juli 2010 in het leven geroepen en betreft een samenwerkingsverband tussen de partners Kamer van Koophandel, Belastingdienst, Qredits, UWV WERKbedrijf en de Gemeente Breda. Deze partijen slaan hun handen in één slaan door de reguliere dienstverlening voor starters en gevestigde ondernemers optimaal te ontsluiten en op die manier zelfstandig ondernemerschap te faciliteren. Het doel is door goede kennis van elkaars dienstverlening de klanten goed doorverwijzen en ondersteuning te bieden op het gebied van ondernemings- en financieringsplannen. Eind 2010 werd het projectplan Human Capital aan de Wijk goedgekeurd; vanaf de start van dit project is het SSO de uitvoerende basis geweest van het project en het samenwerkingsverband van het SSO liep naadloos over in de projectsturing.
13
Om deze eerste schil zit een tweede schil, waarin verschillende (semi-)publieke samenwerkingspartners zich bewegen, bijvoorbeeld onderwijsinstellingen als Avans en NHTV en stimuleringsprogramma’s als Starterslift. Vervolgens is er ook een derde schil met diverse commerciële partijen die in dit project de rol van ‘preferred supplier’ vervullen. Hiertoe behoren onder andere banken, coachings- en adviesbureaus en ondernemersnetwerken. Zie onderstaande figuur.
I ns pe l en o p d e v e ra n d er d e co nt ex t Gemeenten hebben de verantwoordelijkheid gekregen voor de bemiddelin g van werkloze burgers naar arbeid. Met de huidige en oplopende werkloosheidspercentages is dat een niet geringe opgave. Als deze opgave niet of te beperkt slaagt blijven te veel burgers te lang drukken op de gemeentebegroting. Het stimuleren van ondernemerschap kan deels bijdragen aan de oplossing van dit probleem. Door het stimuleren van een betere kwaliteit van ondernemerschap kunnen meer kansen ontstaan en benut worden voor bedrijfsgroei. Dit betekent op termijn meer werkgelegenheid (zowel van de ondernemer zelf als extra arbeidsplaatsen). Ook kan beter ondernemerschap leiden tot hogere inkomens van burgers, waarmee de economische basis van de gemeenten - en zo ook van Breda! - wordt versterkt. Een projectaanpak die werkt en bijdraagt aan een oplossing van het zojuist geschetste probleem ‘hogere arbeidsparticipatie en lagere uitkeringsuitgaven’ is dus goud waard.
2.2
Aanpak Business Coach Breda Doelgroep van het project Business Coach Breda zijn alle inwoners van de stad met een bedrijfsidee en de ambitie om een eigen bedrijf te starten of de afgelopen 3 jaar zijn gestart. Daarnaast wordt dienstverlening geboden aan gevestigde ondernemers die in moeilijke omstandigheden verkeren.
14
De werkwijze bestaat uit een aantal opeenvolgende fasen met ‘go or no go’ -momenten en verschillende keuzes die ondernemers kunnen maken. Het traject is hieronder kort beschreven. Opsporing De potentiële ondernemers zijn doorgaans niet eenvoudig te bereiken. De enige manier is om ‘dichtbij te zijn’. Daarom wordt in het project gebruik gemaakt van de sociale netwerken op wijkniveau. In deze netwerken opereren de aangestelde ondernemerscoaches die op vaste tijden en op afspraak op vijf vaste locaties of ondersteuningspunten in de wijken aanwezig zijn. De coaches kennen de sleutelpersonen in de wijk en (via hen) de plannen en talenten van bewoners en ondernemers. Via hen wordt het onbenut potentieel opgespoord en bereikt.
Intake Eerst vindt er een intakegesprek plaats tussen de coach en de potentiële deelnemer aan het project. Doel is om een eerste indruk te krijgen of het idee van de ondernemer serieuze kans van slagen heeft. Ook wordt direct gekeken of de potentiële deelnemer met zijn idee geen gebruik kan maken van andere initiatieven en faciliteiten van de gemeente. Als dat zo is dan wordt hij/zij doorverwezen naar bijvoorbeeld Starterslift (technostarters en creatieve sector), West –Top (buitengebied), SSO (BBZ) of een kredietverlener. Vervolgens wordt een haalbaarheidsanalyse van het bedrijfsidee uitgevoerd. De intake wordt voor bestaande bedrijven gebruikt om hun problemen te analyseren. De resultaten van de intake gaan naar SSO voor een akkoord; bij eventuele knelpunten is er een terugkoppeling.
Screening In deze fase wordt een diepgaandere analyse gemaakt van de levensvatbaa rheid van het idee en van de competenties en vaardigheden van de persoon. Daarbij wordt vooral gelet op zaken als financierbaarheid en te verwachten rendement. Ook wordt vastgesteld welke ondersteuning de ondernemer nodig heeft. Bij een bestaand bedrijf wordt in deze fase de levensvatbaarheid getoetst. Er wordt een screeningsverslag opgemaakt, dat naar SSO gaat voor beoordeling.
Ondersteuning In deze fase kan de ondernemer aan de slag met het voorbereiden en starten van het bedrijf. De ondernemer kan voor de ondersteuning kiezen uit een menukaart met allerlei diensten van leveranciers die van tevoren zijn geselecteerd (projectpartners). De ondernemers krijgen een voucher van maximaal 500 euro, die zij in kunnen zetten bij de leverancier 2. Zij krijgen dan een korting van 50%. De coach vervult in deze fase een loketfunctie: doorverwijzen en contacten leggen. Het keuzemenu bestaat uit: - Trainingen en seminars (collectief). Basiscursus waarin allerlei aspecten van het ondernemen de revue passeren, met bijdragen van onder andere de Kamer van Koophandel, gemeente, onderwijsinstellingen en de Belastingdienst. Voorlichting en seminars van de Kamer van Koophandel. Cursus van Lefgenerator gericht op sales. Cursus van Edupreneur. - Voorlichting Belastingdienst (collectief). - Coaching en advisering (individueel), w.o. Fortuin Automatiseringsdiensten, Social Media Training, Accendium Accountants- en Belastingadviseurs en Corinor Coaching. - Begeleidingstrajecten uitkeringsgerechtigden door SSO. - Studentenpool. Ondersteuning Avans, bijvoorbeeld bij het verrichten van marktonderzoek of vervullen van stages door studenten. - Microfinanciering: Breda en met Qredits. - Netwerken of toegang tot ondernemersnetwerken en communities (via Kamer van Koophandel) , - Ondernemersklankbord. Voor de gevestigde ondernemers kan het menu iets afwijken. Zaken als begeleiding bij doorgroei, bedrijfsovernames of -beëindiging, ondersteuning bij dreigend faillissement en verkrijging van noodzakelijke financiering horen er ook bij.
2
De leverancier ontvangt de andere 50% van de projectorganisatie.
15
2.3
Aanpak Pilot Bedrijfsruimte in de Wijk Aanvankelijk was het project Pilot Bedrijfsruimte in de Wijk gericht op vier winkelgebieden met elk een andere strategie voor de toekomst, namelijk
Brabantplein. Dit centrum moet als versterkt buurtwinkelcentrum behouden blijven voor de detailhandelsstructuur.
Muizenberg en Kievitsloop (de Berg). Hier wordt gezicht naar een combinatie van winkelen en andere bedrijvigheid, omdat het draagvlak voor het buurtwinkelcentrum a.g.v. vergrijzing en ontgroening deels verdwijnt.
Haagpoort. Ook hier is een mix van winkelen en andere bedrijvigheid het perspectief.
Erasmusplein. De toekomst van dit centrum ligt in andersoortige bedrijvigheid dan detailhandel, maar wel passend in een woonwijk.
In oktober 2012 is de Boschstraat als vijfde winkelgebied toegevoegd. Voor de specialistische aanloopwinkelstraat is de uitdaging om ondersteunende alternatieve functies te vinden. De reden om dit gebied mee te nemen in de pilot is het feit dat in de andere gebieden de ontwikkeling van de leegstand sterk afnam en in de Boschstraat juist toenam. De werkwijze van de pilot is hieronder beschreven. Visie en plan van aanpak Eerst worden een visie en plan van aanpak per winkelgebied uitgewerkt. Dit gebeurt samen met de betrokken ondernemersvereniging(en). In dit creatieve proces staan onderzoek, visie en draagvlak centraal. De volgende stappen worden doorlopen: - Omgevingsverkenning met een inventarisatie van de leegstand; - Analyse van bestaande documentatie; - Interviews met stakeholders; - Analyse van sterkten, zwakten, kansen en bedreigingen (SWOT) en van de kritische succesfactoren; - Opstellen van ontwikkelingsprofielen, inclusief de toetsing en vaststelling ervan; Dit resulteert in een plan van aanpak dat door de gemeente geaccordeerd moet worden. Deze fase betreft de periode tot december 2011.
Uitvoering De wijkmanager en zijn team gaan aan de slag. Kansrijke ondernemers(groepen) worden geselecteerd (rekening houdend met de gewenste branchering uit de eerste fase), business cases uitgewerkt en geschikte locaties gezocht. Tegelijkertijd worden onderhandelingen met vastgoedeigenaren gevoerd en alle financiële, juridische en technische zaken uitgewerkt. Deze fase kenmerkt zich door een intensieve communicatie en samenwerking met gemeente, ondernemers, corporaties, vastgoedeigenaren en makelaars. Hier komen o ok de twee deelprojecten van Human Capital in de Wijk samen: de business coaches (vraagzijde) en de wijkmanager (aanbodzijde). Bij een juiste match wordt vervolgens overgegaan tot verbouwing van het pand om het geschikt te maken voor de nieuwe functie of activiteiten en tot de ingebruikname ervan. Om de aanloopkosten voor de ondernemer te verlagen is een bedrag van € 2.500 beschikbaar voor de inrichting/verbouwing. Ook is er een budget beschikbaar om andere benodigde maatregelen te nemen (bijvoorbeeld aanpassingen in de openbare ruimte, veiligheid en promotie van het betreffende gebied). De gelden komen uit een stimuleringsfonds van Human Capital in de Wijk. Deze fase betreft de periode vanaf december 2011.
16
Methodiekbeschrijving Om het proces van leegstand tot en met het nieuwe gebruik van het pand structureel toe t e kunnen passen, is in deze pilot ook voorzien in een overdraagbare methodiekbeschrijving: een instrument waarmee verschillende partijen voortaan succesvolle transformaties kunnen realiseren. Deze fase betreft de periode mei - september 2013.
In het vervolg van dit rapport gaan we zien hoe de aanpakken van beide projecten in de praktijk tot nu toe hebben uitgepakt.
17
Effectiviteit
3
Het project Human Capital in de Wijk is effectief als de vooraf gestelde doelen zijn bereikt of als het aannemelijk is dat die doelen binnen de daarvoor gestelde periode zullen worden bereikt. De concrete doelen zijn:
Het bereiken van 960 inwoners die concrete plannen hebben om een bedrijf te starten, maar dit nog niet hebben gedaan, het screenen van (potentiële) ondernemers en het ondersteunen van de kansrijke starters. Dit resulteert in 200 daadwerkelijk gestarte ondernemers;
Het verbeteren van het succespercentage van de startende ondernemers: het uitvalpercentages met 10% verminderen (stadsbreed gemeten t.o.v. 2010);
Het ondersteunen van tenminste 50 gevestigde ondernemers die in moeilijke omstandigheden verkeren.
Het toevoegen en in gebruik nemen van tenminste 5 bedrijfsruimten in de geselecteerde gebieden door ander ruimtegebruik (als resultaat van de aanpak van leegstand).
Het project heeft ook minder hard meetbare doelen zoals het realiseren van een structurele samenwerking tussen de deelnemende partners en het ontwikkelen van een overdraagbare methodiek voor de transformaties. Beide moeten leiden tot een duurzame infrastructuur voor nieuwe en vernieuwende bedrijvigheid in Breda. In dit hoofdstuk gaan we in op de effectiviteit van het project. De informatie is gebaseerd op de internetenquête onder deelnemers, interviewronde met de projectpartners en voortgangsrapportage Business Coach Breda van Zaken Expert BV.
3.1
Kwaliteit van ondernemerschap B er e ik , in ta k e , s c re en i ng en ( do or )s ta rt Het project Business Coach Breda is in het vierde kwartaal van 2011 feitelijk van start gegaan. De periode daarvoor was nodig voor alle voorbereidingen: selectie- en aanbestedingsprocedures voor de uitvoerende partijen, de afspraken met de samenwerkingspartners, het invullen van de ondersteunende dienstverlening (trainingen, bijeenkomsten), het opzetten van de communicatiestructuur en de organisatie van de backoffice en dergelijke. In de periode september 2011 tot en met juni 2013 zijn door de business coaches 615 intakegesprekken gevoerd met potentiële ondernemers (mensen met een concreet plan voor een eigen bedrijf). Dat is 64% van het beoogde aantal van 960 intakegesprekken. Als rekening gehouden wordt met een verlenging van het project tot en met het eerste kwartaal van 2014 en uitgegaan wordt van ‘een gemiddelde kwartaalontwikkeling’ dan zou het beoogde aantal bereikt worden. Van de intakegesprekken kreeg 67% een vervolg in de vorm van een screenings gesprek met de business coach. In totaal zijn in de periode september 2011 tot en met juni 2013 413 screeningsgesprekken gevoerd. Uit de internetenquête onder de deelnemers aan het project blijkt dat 78% van hen ook daadwerkelijk een bedrijf is gestart. Op een totaal van 413 screeningsgesprekken zou dit neerkomen op een aantal van 322 starters. Het beoogde doel van 200 startende ondernemers wordt daarmee bereikt.
18
tabel 3.1
Aantal gesprekken met (potentiële) ondernemers, verdeeld naar type Q4
Q1
Q2
Q3
Q4
Q1
Q2
2011
2012
2012
2012
2012
2013
2013
112
104
63
85
107
59
85
615
25
82
28
55
74
63
86
413
Loketgesprek starters
0
0
8
13
22
29
29
101
Loketgesprek bestaande
5
1
3
1
1
10
10
31
Intakegesprek Screeningsgesprek
Totaal
ondernemers Bron: Rapportage Business Coach Breda Q2 2013, Zaken Expert BV
Behalve de intake- en screeningsgesprekken hebben de business coaches ook loketgesprekken gehouden met starters en bestaande ondernemers. De loketgesprekken met starters betreffen vooral een stukje nazorg. De loketgesprekken met bestaande ondernemers zijn relevant met het oog op de projectdoelstelling ‘ondersteunen van bestaande ondernemers die in moeilijkheden verkeren’. In de genoemde onderzoeksperiode gaat het hier om 31 bestaande ondernemers waarmee gesprekken gevoerd zijn om te kijken of en hoe het tij gekeerd kan worden . Zie tabel 3.1. Dit aantal lijkt iets achter te lopen op het streefaantal van 50, hoewel de kwartalen in 2013 juist een flinke stijging laten zien. Hier zal ongetwijfeld meespelen dat steeds meer (MKB-)bedrijven in Nederland in moeilijkheden terecht zijn gekomen en dat het project steeds beter bekend raakt onder het Bredase bedrijfsleven. Een ‘inhaalslag’ in de tweede helft van 2013 en 2014 is dan ook niet uit te sluiten. P ro f ie l va n de d e e ln eme r s Kenmerkend voor de deelnemers aan het project Business Coach Breda is het relatief hoge opleidingsniveau, een achtergrond als uitkeringsgerechtigde (werknemer en/of ondernemer), een bedrijfsidee in vooral de zakelijke of maatschappelijke dienstverlening 3, de wens om vrij te zijn en om vanuit huis te opereren. Zie onderstaand kader 4. Deelnemersprofiel Business Coach Breda Geslacht:
- man 51% - vrouw 49%
Opleiding:
-
HBO/WO 61% MBO 27% lager opgeleid 11% onbekend 1%
Bedrijfslocatie:
-
vanuit huis 68% winkel 11% kantoor 15% overige 6%
Motivatie:
-
Achtergrond:
-
Bedrijfsactiviteit: vrijheid / eigen tijd invullen 41% eigen idee uitwerken 30% hoger inkomen behalen 6% anders 24%
uitkeringsgerechtigd 42% werknemer 20% ondernemer 25% werknemer/ondernemer 3% student 5% nugger 4% overig 1% zakelijke diensten 44% maatschappelijke diensten 24% detailhandel 17% horeca/catering 6%, handel/import/export 2% overig 7%
3
De branchering van de deelnemers aan Business Coach Breda toont gelijkenis met die van alle starters in Breda. 4 De kenmerken van de ondernemers uit de internetenquête komen in grote lijnen overeen met de door Zaken Expert BV geregistreerde kenmerken van de deelnemers.
19
Naar het oordeel van de business coaches is 45% van de potentiële ondernemers geschikt voor het ondernemerschap en heeft een levensvatbaar concept; 21% is volgens hen niet geschikt of heeft geen levensvatbaar concept. Bij het resterende deel van de ondernemers is nader onderzoek vereist. G e br u ik en wa a r de r in g va n h e t a a n b od Het leeuwendeel van de deelnemers heeft gebruik gemaakt van de intake en coaching door één van de business coaches. Van de meer facultatieve diensten zijn vooral de basiscursus Ondernemen van Edupreneur en de rechtstreekse voorlichting door de Kamer van Koophandel in trek. Ook de acquisitie- en verkooptraining die door Lefgenerator wordt verzorgd, trekt relatief veel deelnemers. In tabel 3.2 staan deze en de andere diensten weergegeven met het aantal deelnemers dat er gebruik van heeft gemaakt (of nog doet) én het gemiddelde rapportcijfer dat zij als waardering van de deelnemers krijgen. tabel 3.2
Gebruik en waardering van de ondersteunende diensten van het project Human Capital in de Wijk
Diensten
Gebruik (% aantal
Waardering
deelnemers)
(rapportcijfer) 5
Intake door één van de business coaches
88%6
7,8
Coaching Business Coach Breda
83%
7,9
Basiscursus Ondernemen van Edupreneur
29%
7,7
Rechtstreekse voorlichting door Kamer van Koophandel
26%
7,2
Training Acquisitie & Verkoop van Lefgenerator
15%
7,5
Rechtstreekse voorlichting door Avans Ondernemerscentrum
9%
7,3
Rechtstreekse voorlichting door de Belastingdienst
6%
7,9
Ondernemerscoach (St. Ondernemersklankbord, REWIN,
4%
6,1
Rechtstreekse voorlichting door Stichting Start erslift
3%
7,5
Hulp omgaan met computer door Fortuin Automatisering
1%
7,5
Doorverwijzing naar relevante vakexpert (accountant, social
1%
8,3
1%
9,0
ROC/Communitycoaching)
media, e.d.) Huisvesting via Pilot Bedrijfsruimte in de Wijk Bron: Panteia, 2013
In het algemeen worden de diensten hoog gewaardeerd, getuige het grote aantal rapportcijfers van 7,5 en hoger. ‘Toppers’ zijn de intake, coaching, basiscursus Ondernemen en voorlichting door de Belastingdienst. ‘Minder’ gewaardeerd worden de voorlichting door Avans Ondernemerscentrum en Kamer van Koophandel en Vervolgcoach. Van de deelnemers heeft 16% gebruik gemaakt van de mogelijkheid om studenten van de hogescholen (Avans en in mindere mate NHTV) in te zetten. In veel gevallen ging het om een beoordeling van of hulp bij het opstellen van het ondernemersplan. In andere gevallen ging het om het verrichten van marktonderzoek. Deze hulp wordt door de betrokken deelnemers gewaardeerd met een rapportcijfer van 7,0.
5
Bij een aantal diensten is het aantal waarnemingen te klein om een goed oordeel te geven. Dit zou 100% moeten zijn, maar blijkbaar is dit opgevat als een vast onderdeel en niet als een (aparte) dienst. Hetzelfde geldt voor de coaching (de vervolggesprekken). 6
20
In het kader van het project Business Coach Breda zijn verschillende evenementen georganiseerd. Twee derde van de deelnemers heeft een of meer van deze evenementen bezocht. Dit heeft hen vooral informatie opgeleverd (80%), evenals veel contacten met collega-ondernemers (76%), kennis (50%) en contacten met leveranciers waaronder overheid, intermediairs en adviseurs (30%). Ook heeft een aantal ondernemers er klanten aan over gehouden. Twee derde van de deelnemers (68%) aan het project heeft niets gemist in het aanbod van ondersteunende diensten. Een derde (32%) laat weten dat zij wel wat missen. Hierbij noemen zij onder andere kennis en vaardigheden in marketing en acquisitie (offreren), meer coachingsgesprekken, een vorm van nazorg en meer informatie over het gebruik van de voucherregeling. G e br u ik va n d e v ou ch er Eén van de faciliteiten van het project Business Coach Breda is de voucher die de deelnemers bij de gemeente Breda kunnen aanvragen. Met die voucher kunnen zij naar eigen keuze voor een maximale waarde van € 500 ondersteunende diensten afnemen. Het is vergelijkbaar met een strippenkaart waarbij de gemeente 50% van de kosten subsidieert en de deelnemer zelf de andere 50% betaalt (cofi nanciering). Van alle deelnemers aan het project heeft 51% de voucher aangevraagd. Driekwart van hen geeft aan de voucher ook daadwerkelijk gebruikt te hebben voor het volgen van trainingen, cursussen en dergelijke. Uit het voucheroverzicht van de gemeente Breda blijkt dat de voucher vooral ingezet is voor het volgen van de basiscursus Ondernemen (45%), training Acquisitie & Verkoop (20%) en adviesgesprekken met de Kamer van Koophandel (9%). Daarnaast zijn tal van andere trainingen en cursussen afgenomen, bijvoorbeeld op het gebie d van bedrijfsfinanciën en sociale media. De voucher is door driekwart van de deelnemers één keer gebruikt en door een kwart van de deelnemers twee tot vijf keer. Als we naar het totaal van de vouchergelden kijken, dan kunnen we constateren dat in de onderzoeksperiode (tot zomer 2013) 27% van de vouchermogelijkheden is benut. Voor de gemeente Breda is dat een uitgave van circa € 25.000. S u cc es p er ce nta ge Van de deelnemers aan het project is 7% in 2010, 6% in 2011, 70% in 2012 en 17% in 2013 gestart met het eigen bedrijf. In de zomer van 2013 was 96% van hen nog als zelfstandig ondernemer actief. Als we dit succespercentage - ook wel aangeduid met overlevingskans - vergelijken met dat van alle starters op stadsniveau, dan blijkt dat de deelnemers aan het project Business Coach Breda in de eerste jaren na de bedrijfsstart succesvoller zijn dan de gemiddeld in Breda 7.
7
hier gaat het om starters vanaf 2010
21
tabel 3.3
Succespercentage van starters in Nederland, Breda en Business Coach Breda (d.w.z. aantal bedrijven dat drie jaar na de start nog bestaat)
Succespercentage
Nederland
Breda
Business Coach Breda
67%
62%
96%
Bron: Panteia en Gemeente Breda, 2013
Op basis van deze gegevens kan gesteld worden dat het projectdoel om het uitvalpercentage van de starters met 10% te verminderen ten opzichte van 2010 ruimschoots wordt behaald. Eerder hebben we berekend dat het project in de onderzochte periode 322 daadwerkelijke starters heeft voortgebracht. Een uitvalpercentage van 4% komt dan neer op 13 bedrijfsbeëindigingen. Het aantal deelnemers aan Business Coach Breda dat onverhoopt terugvalt in een uitkeringssituatie blijft beperkt. W e rk ge l e ge nh e id Van de deelnemers aan het project is 82% het bedrijf gestart met één werkzame persoon (als ZZP’er), 15% met twee werkzame personen en 2% met drie werkzame personen. Dit is conform het beeld van de Kamer van Koophandel Zuidwest Nederland, het kamergebied waartoe Breda behoort. Ten tijde van de internetenquête was bij 8% van de deelnemers de werkgelegenheid toegenomen. In de steekproef van 54 bedrijven kwam dit neer op 40 arbeidsplaatsen: een toename van 60% ten opzichte van de start. Een grove rekensom naar het totaal aantal starters dat voortkomt uit het project Business Coach Breda (322), komt uit op een werkgelegenheidstoename van 193 personen. Een overgrote meerderheid van de ondernemers heeft zich echter aan het ZZP-schap vastgehouden. Zij zullen dit waarschijnlijk ook blijven doen, gezien de ontwikkelingen en ervaringen elders in het land. De business coaches constateren ook een werkgelegenheidscreatie onder de bedrijven die zij hebben begeleid. Daarnaast wijzen zij ook de (indirecte) effecten van deze bedrijven op netwerkvorming en werkgelegenheid elders. In onderstaand kader zijn ter illustratie enkele voorbeelden gegeven. Voorbeelden: groei van werkgelegenheid - Kinderdagverblijf: werkt met 6 medewerkers, 0-uren contracten en 3 stagiaires en wil 2 e vestiging openen - Onderhouds- en schildersbedrijf: telt 5 tot 10 personen, deels in flexibele schil - Detacheringsbedrijf: heeft nu 30 medewerkers in dienst - Installatiebedrijf: 3 medewerkers - Schoonmaakbedrijf: 6 medewerkers - DJ School: heeft een flexibele schil van 3 tot 5 DJ’s - Gastouderbedrijf: werkt inmiddels met 100 gastouders - Autogarage: 3 medewerkers
E ff ec te n va n d ee ln a m e Omzet en winst De internetenquête onder de deelnemers aan het project Business Coach Breda biedt indicatieve informatie over de omzet die zij in 2012 gerealiseerd hebben. Opvalle nd is dat 32% van de deelnemers geen omzetschatting kon of wilde geven. Zie tabel 3.4.
22
tabel 3.4
Verdeling van de deelnemers naar omzetklasse in 2012 (volgens hun eigen schatting en opgave) < 5.000
Deelnemers in %
5.000-
10.000-
25.00–
50.000-
75.000-
>
10.000
25.000
50.000
75.000
100.000
100.000
11%
8%
5%
3%
3%
3%
37%
Bron: Panteia, 2013
De deelname aan het project heeft bij 33% van de ondernemers een (zeer) positief effect op de omzetontwikkeling van het bedrijf gehad. Bij 24% heeft de deelname geen effect op de omzetontwikkeling gehad en bij 1% een negatief effect; 10% van de ondernemers heeft geen uitlatingen hierover gedaan. De deelname aan het project heeft bij 15% van de ondernemers een (zeer) positief effect op de winstontwikkeling van het bedrijf gehad. Het effect op de winstontwikkeling is overigens voor de meeste ondernemers niet of moeilijk waar te nemen, omdat zij in de aanloopfase van hun bedrijf zitten en derhalve nog geen winst wordt gemaakt. Ondernemerschapskwaliteiten en netwerken Het project Business Coach
Effect op ondernemerschapskwaliteiten
Breda heeft de deelnemers naar eigen zeggen een positieve effect gegeven op hun
23%
3%
15%
ondernemerschapskwaliteiten.
Zeer positief Positief
We hebben het dan over
Geen invloed
driekwart van de deelnemers. Een kwart geeft aan geen effect
Weet niet / wil niet zeggen
59%
te merken. Daarnaast heeft het project met
Effect op het netwerk
al haar trainingen, bijeenkomsten en relaties een positief effect op de netwerkvorming van de
3%
9%
Positief
startende ondernemers. Tweederde herkent dit effect en
Geen invloed
heeft zijn/haar netwerk via het project uitgebreid. Eenderde ziet dit (nog) niet.
Zeer positief
33%
55%
De ondernemersbijeenkomsten
Weet niet / wil niet zeggen
kennen een grote opkomst. De laatste gehouden BCB Net-Work!-Shop trok bijvoorbeeld meer dan 160 ondernemers aan en de BCB workshop over bedrijfsruimten en regelgeving meer dan 30 ondernemers.
3.2
Kwaliteit van bedrijfshuisvesting A a n pa s s in g va n de s e l ec t ie De toevoeging van de Boschstraat als vijfde aandachtsgebied heeft een sterke impuls gegeven aan de pilot. In de eerste vier gebieden bleek al gauw dat het oplossen van hardnekkige winkelleegstand door transformatie naar multifunctionele bedrijfsruimte zeer moeilijk zou zijn. De redenen waren het feit dat er relatief weinig leegstand in die gebieden was, dat de beschikbare leegstand in slechte staat verkeerde, dat er veel panden wel te koop maar niet huur aangeboden werden en dat het imago van sommige locaties (waar juist wel leegstand was) slecht was. Met d it laatste kwam er
23
eigenlijk een opgave bij. Tegelijkertijd kwam de Boschstraat in beeld waar de leegstand opliep naar bijna 25%. Dit gebied kenmerkte zich bovendien door een actief platform van ondernemers, eigenaren en bewoners, gezamenlijke activiteiten en kansrijke beschikbare panden. I nst r um ent en Aan een transformatie gaan veel processen en werkzaamheden vooraf. Bij de methode die in de pilot Bedrijfsruimte in Wijk wordt toegepast, zijn verschillende instrumenten te onderscheiden: zie onderstaand kader. Ingezette instrumenten Inzet van netwerken: Gesprekken/advies/afspraken eigenaren:
Gesprekken/advies/afspraken makelaars:
Gesprekken/advies/afspraken ondernemers:
Publiciteit:
Inzet van publieke verbeteringen: Organiseren ondernemers en eigenaren:
Inzet van financiële middelen:
Maatregelen buiten bereik van de pilot:
Zoeken naar geschikte concepten; Investeringen in het pand, activeren van slapende eigenaren, onderzoek alternatieve bestemmingen, gerichte benadering met geschikte concepten, verfraaien van leegstaande etalages en tijdelijk gebruik; Huurverlaging, flexibele huurafspraken, pand te huur i.p.v. te koop aanbieden, verlagen koopprijs en gerichte benadering met geschikte concepten; Doorverwijzen naar business coach, aanbieden van begeleiding, stimuleren en adviseren van kansrijke concepten, vorming van collectief voor gezamenlijke invulling en gebruik van leegstanddeel van de winkelruimte; Aanbod van panden op website Business Coach Breda, profilering van het gebied via website, Search Engine Optimalisation, Ad Words, adverteren in lokale media, ondernemer online, free publicity en posters in leegstaande panden; Herinrichting openbare ruimte, banners, veiligheidsverbetering openbare ruimte en parkeerbeleid; Gezamenlijke visievorming, gezamenlijke aanpak via platform, ondernemersmeeting in leegstaand pand, workshop vinden van de juiste bedrijfsruimte en open bedrijfsruimte-route; Stimuleringsregeling: een (intern) budget van € 2.500 per ondernemer om het pand geschikt te maken voor de nieuwe functie plus een (extern) budget om andere benodigde maatregelen te nemen zoals aanpassingen in de openbare ruimte, veiligheid en promotie van het betreffende gebied. Sanering ongewenste bedrijvigheid, parkeerbeleid, horecabeleid, beleid omzetting bedrijvigheid in woonbestemmingen en eigen beleid makelaars/eigenaren.
De uitvoering van de pilot is door de gemeente Breda via een aanbestedingsprocedure neergelegd bij Zaken Expert BV, die ook de intake, screening en het coachingsdeel van het project Business Coach Breda voor zijn rekening neemt. De inzet van de instrumenten, voortgang en resultaten in de vijf winkelgebieden van de pilot worden door de projectleiding en gemeente bijgehouden in een zogenoemde interventiematrix met bijbehorend overzicht per pand. Ook is er een uitgebreide voortgangsrapportage in maart 2013 opgesteld 8. Voor deze evaluatie beperken we ons tot het weergeven van de resultaten (zie hieronder) en verwijzen we naar de genoemde matrix en voortgangsrapportage voor de details.
8
Pilot bedrijfsruimte in de Wijk – Gemeente Breda, Voortgangsrapportage 2013, Zaken Expert BV
24
O mva n g va n t ra ns fo rma t i e e n v e rhu ur Tot en met maart 2013 zijn 8 leegstaande panden opnieuw verhuurd. Hiervan hebben 5 panden ook de gewenste invulling gekregen. Het vooraf gestelde projectdoel is hiermee gerealiseerd. Het geboekte succes is geconcentreerd in de gebieden Boschstraat en Brabantpark. De situatie per geselecteerd winkelgebied:
Boschstraat. In deze straat zijn 7 leegstaande panden in gebruik genomen, waarvan er 6 getransformeerd zijn van winkel naar ruimte voor andere economische activiteiten. Het gaat om een ruimte voor creatieve workshops, tandtechnisch laboratorium, zorgondernemer, woonarena, Indonesisch traiteur/afhaalrestaurant en Chi therapiecentrum. Drie ondernemers worden ook begeleid vanuit het project Business Coach Breda.
Haagpoort. Op de Haagweg worden 3 panden te huur of te koop aangeboden. Dit aanbod wordt in de collectieve promotiecampagne meegenomen.
Erasmusplein. Op het verpauperde Erasmusplein is nu geen leegstand. Er zijn wel gesprekken gevoerd met de horecaondernemers, maar zij hebben geen behoefte om het plein en hun bedrijf een impuls te geven.
Muizenberg en Kievitsloop (de Berg). In het winkelcentrum De Berg is geen leegstand meer. Het leegstaande pand in het winkelcentrum De Donk wordt meegenomen de collectieve promotiecampagne. Hier hoeven geen fysieke verbeteringen te worden aangebracht.
Brabantpark. Op het Brabantplein en in het winkelcentrum Heusdenhout is geen leegstand aangetroffen. Op Epelenberg kwam één pand beschikbaar. Via Business Coach Breda is hiervoor een ondernemer gevonden en hij is daar een pizzeria gestart. Ondertussen is er nog een pand vrijgekomen en dit pand wordt nu onder de aandacht gebracht bij potentiële ondernemers.
Naast deze harde resultaten heeft de pilot veel méér opgeleverd. Het enthousiasme en de energie onder de betrokkenen is toegenomen. De gemeente Breda geeft met de pilot het belang van de ondernemers en de winkelgebieden aan. Dat zij hierin wil investeren is een steun in de rug. Daarnaast levert de pilot een opknapbeurt van de panden op en in sommige gevallen is ook de huurprijs in overleg met de eigenaar verlaagd. Bedrijfsruimte huren is in die gebieden veel aantrekkelijker geworden. Ook dringt langzaam maar zeker het besef bij iedereen door, dat de vermindering van de detailhandel van blijvende aard is en dat transformatie een positieve impuls kan geven. Het draagvlak voor structurele verandering is verbreed. Een bijkomend effect is dat de eigenaren van ‘slapende’ leegstand het moment aangrijpen om in de markt te stappen en geactiveerd worden om iets aan de situatie te doen. Hiermee wordt het hele gebied verbeterd. E ff ec te n va n d e ‘ d r iv e rs’ en a ct or en De kracht van de pilot Bedrijfsruimte in de Wijk zit voor een groot deel in de combinatie met het project Business Coach Breda en in de strategische relaties met de gemeentelijke afdelingen, corporaties, ondernemersverenigingen, makelaars, vastgoedeigenaren en de business coaches. Deze twee zaken zorgen ervoor dat er een kwaliteitsimpuls gegeven wordt aan de bestaande werk- en leefomgeving die op termijn de stads- en wijkeconomie ten goede komt.
Combinatie Bedrijfsruimte en Ondernemerskwaliteiten De gesprekspartners uit de interviewronde ervaren dat een geschikte ondernemer voor een leegstaand pand niet gevonden wordt als alleen vanuit het leegstaande pand
25
gedacht wordt. Dit werkt te beperkend: in heel Breda lopen immers ondernemers en inwoners met ideeën voor een eigen bedrijf rond. Die laatste zijn doorgaans moeilijk te traceren, maar via het project Business Coach Breda wel. Andersom komen bij de vijf ondersteuningspunten in de wijken (potentiële) ondernemers langs, die niet vanuit huis willen gaan werken maar kleinschalige en betaalbare bedrijfsruimte zoeken. De link tussen beide deelprojecten van Human Capital in de Wijk is dan zo gelegd. In de praktijk blijkt dit van grote waarde te zijn.
Strategische relaties Uit het pilot blijkt dat de transformaties gepaard gaan met fysieke ingrepen in de openbare ruimte, renovatie aan panden in eigendom, ontwikkelingen in de vastgoedmarkt, huurprijsontwikkeling, gemeentelijke bestemmingsplannen, imago van de omgeving, promotie en publiciteit. In de pilot wordt veel geïnvesteerd in visievorming, draagvlak en gedragsverandering bij de stakeholders en de (wettelijke) mogelijkheden die op gemeente biedt (software), voordat de gerichte match tussen pand en ondernemer/huurder plaatsvindt (hardware). Dit kost tijd, maar brengt uiteindelijk een duurzaam effect teweeg.
N ut va n d e st i mu l er i ngs i mp u ls Het (interne) stimuleringsbudget van € 2.500 per ondernemer is enkele keren gebruikt, maar is te beperkt om een goede start te maken. De projectleider geeft dit ook aan. Volgens hem is een bedrag € 20.00 tot € 40.000 reëel, zeker als het om een collectief van ondernemers gaat. De ombouw van een winkel naar een verzamelgebouw loopt al gauw in de papieren. In individuele gevallen kan bijvoorbeeld gedacht worden aan € 10.000 al of niet in cofinanciering. Het beschikbaar gestelde budget werkt nu niet als een impuls of als het duwtje dat nodig is om potentiële ondernemers/huurders over de streep te trekken. D uu r za a m he i d va n d e to e ge pa st e m e tho d i ek De opzet, aanpak en uitvoering van de pilot Bedrijfsruimte in de Wijk is zeker als duurzaam te bestempelen. Het duurzame karakter zit al direct in de start. Per winkelgebied wordt eerst een omgevings- en leegstandsverkenning gemaakt, met stakeholders gesproken, een SWOT-schema opgesteld en kritieke succesfactoren benoemd. Daaruit volgen mogelijke ontwikkelingsprofielen, die na toetsing en vaststelling uitmonden in een plan van aanpak. Het gaat dus niet om het opvullen van leegstand op zich, maar om het hele gebied toekomstbestendig te maken en aantrekkelijk te houden en te maken voor alle betrokkenen: ondernemers, vastgoedeigenaren, bewoners, klanten en de gemeente. Dit kan alleen als iedereen ook betrokken is bij het transformatieproces. Daarom wordt er in de uitvoering rekening gehouden met de uiteenlopende én gedeelde belangen en met de verschillende bijdragen die een ieder kan lev eren. Via de pilot wordt gewerkt aan een structurele ‘marktplaats’ voor vraag en aanbod van bedrijfsruimte zodat pieken en dalen in de gebruikelijke bedrijvendynamiek op wijkniveau opgevangen kunnen worden. De pilot is ook duurzaam in de zin dat er nu een methodiek ligt, die ook in andere wijken, winkelgebieden en zelfs andere gemeenten toegepast kan worden. Aan de overdraagbaarheid ervan (methodiekbeschrijving) wordt momenteel gewerkt. Hierin wordt aandacht geschonken aan de doorlopen processen en de ervaringen van de direct betrokkenen. Er komt een handboek transformatie en een quick scan met de mogelijkheden om de methodiek in Breda verder uit te rollen.
26
3.3
Samenwerking tussen partners A a rd e n in te ns i te i t va n d e sa me nw e rk r i ng Het onderscheidend vermogen van het project Human Capital in de Wijk is de samenwerking tussen de partners en het optimale gebruik van de bestaande infrastructuur: het slim combineren van kennis, vaardigheden en ondernemen. Er zijn dan ook veel partners betrokken bij de uitvoering van het project. Deze zijn in het onderstaande kader aangegeven. Samenwerkingspartners en hun rollen/taken Gemeente Breda: Zaken Expert (Ondernemerscoach):
Servicepunt Starters en Ondernemers (SSO):
UWV: Belastingdienst: Kamer van Koophandel:
Starterslift: REWIN: Edupreneur: Lefgenerator: NHTV: Avans (Ondernemerscentrum): ROC Community Coaching: OndernemersKlankbord: Qredits:
Initiator, organisator en medefinancier van het project Human Capital in de Wijk, projectleiding en eindverantwoording Levert de business coaches die de intake, screening en gehele begeleiding van de deelnemers aan het project verzorgen, de doorverwijsfunctie naar de andere samenwerkingspartners vervullen en bijdragen aan bijeenkomsten, communicatie en PR. Levert ook de projectleider van de pilot Bedrijfsruimte in de wijk Verwijst door naar Bbz (bijstandsuitkering zelfstandigen) of Business Coach Breda, uitvoerende basis van het project (beheer voucherregeling, administratie intakes en verslagen.) Biedt ook locatie aan, verzorgt voorlichtingsavonden (ondernemende werkzoekenden) en doorverwijzing naar het project. levert een bijdrage aan de (basis)cursussen en bijeenkomsten van het UWV levert een bijdrage aan de (basis)cursussen, biedt één-op-één adviesgesprekken en levert een bijdrage aan de bijeenkomsten van het UWV, seminars en startersdagen Ondersteuning van innovatieve starters door begeleiding van idee naar succesvol bedrijf en verwerven van financiering (2 fondsen) Verzorgde West-Top voor ondernemers in buitengebied van Breda (programma is gestopt) en geeft financieringsadvies Verzorgt de basiscursus Ondernemen Verzorgt de cursus Acquisitie en Verkoop Stelt locatie ter beschikking en biedt ondersteuning door studenten Stelt locatie ter beschikking en biedt ondersteuning door studenten ROC Community Coaching levert (vrijwillige) coaches voor vervolg of voor mensen die afvallen Coaching (op vrijwillige basis) van startende ondernemers na Business Coach Breda Levert microfinanciering en een coach
Korte lijnen De korte lijnen tussen de samenwerkingspartners worden als een succesfactor van het project gezien. Gewoonlijk heeft een ondernemer niet rechtstreeks een contact(persoon) bij bijvoorbeeld de Belastingdienst, maar hier is dat veel gemakkelijker te organiseren. Contactmomenten binnen het project zijn onder andere:
de bijdrage van de Kamer van Koophandel, Belastingdienst en onderwijs aan de basiscursus van Edupreneur (inzet van voucher);
de adviesgesprekken met de Kamer van Koophandel (inzet van voucher),
het spreekuur van de business coaches iedere vrijdag bij de Kamer van Koophandel
de bijdragen van de Kamer van Koophandel aan de bijeenkomsten bij het UWV, waar ook de Belastingdienst en de business coaches aanwezig zijn (40 tot 50 deelnemers per keer).
27
Mix van publiek-privaat Naar het oordeel van de gesprekspartners uit de interviewronde is er een goede selectie van partijen en een juiste mix tussen private en publieke partijen. De partijen zijn elkaar beter leren kennen en de samenwerking verloopt prettig. De partners hebben zelf ook hun eigen netwerken en samenwerkingspartners, waarmee het netwerk rond het project Human Capital in de Wijk eigenlijk nog omvangrijker is. Zo heeft Starterslift bijvoorbeeld nauwe connecties met REWIN, BOM, UvT, ministerie van EZ en provincie Noord-Brabant. Missing links De meeste gesprekspartners uit de interviewronde missen in eerste instantie geen partners. Sommige geven aan het ROC (deels) te missen. De huidige bijdrage wordt als te beperkt ervaren. De mbo-instelling zou veel meer betrokken moeten zijn, omdat het een grote bron van potentiële ondernemers is! Daarnaast worden de woningbouwcorporaties wel gemist. Zij hebben direct belang bij de activiteiten in het kader van de pilot Bedrijfsruimte in de Wijk. Zij kunnen ook een rol spelen in het verstrekken van locaties voor bijeenkomsten, als sparringpartner en als doorgeefluik van personen die met bedrijfsideeën rondlopen, naar Business Coach Breda. E ff ec te n va n on de rs t eun i ng spu nt en in d e wi jk en De schakel in het geheel zijn de ondersteuningspunten in de wijken: Werk aan de Wijk/Namenstraat in Noordoost, Bowlingpoint/Haagse Beemden in Noordwest, Offices for you/Cerestraat in Centrum-Oost, Nolensplein in West en Kamer van Koophandel in Zuid. Hier komen alle vragen en behoeften van (startende) ondernemers samen. Deze schakelpunten raken steeds beter bekend bij de Bredase inwoners en zijn goed bereikbaar vanwege hun nabijheid en laagdrempeligheid. Vanaf deze schakelpunten gaan alle raderen van het project draaien. Het idee was om aan de qua karakter en bevolkingssamenstelling zeer verschillende wijken één of twee coaches te koppelen, waardoor maatwerk geboden kon worden. In de praktijk blijkt dat de potentiële ondernemers een lichte voorkeur hebben voor het ondersteuningspunt (en de coach) in hun wijk, maar dat er ook veel potentiële ondernemers zijn die naar een van de andere ondersteuningspunten gaan. Mogelijke redenen zijn de voorkeur voor een bepaalde coach en/of de dag waarop de betreffende coach aanwezig is. Uit deze gegevens kan niet worden vastgesteld, dat het noodzakelijk is om per wijk (of qua type en ligging ‘samenhangende’ wijken) een ondersteuningspunt te hebben. Wijknetwerken blijken toch minder belangrijk dan bij aanvang van het project werd gedacht. In dit licht bezien zal de keuze om met minder ondersteuningspunten - en nu alleen met Incubator als locatie - te gaan werken, geen afbreuk doen aan de successen van het project tot nu toe. Volgens de coaches is het wel belangrijk om een ondersteuningspunt te hebben met een professionele uitstraling. Een buurthuis komt dan niet goed over bij de potentiële ondernemers. Om die reden is Liduinaschool als minder geschikt ervaren. Essentieel voor het soepele verloop en uiteindelijk de goede afloop van het project is de doorverwijzing door de business coaches. Zoals zij het zelf zeggen moet de verwijs-/regiefunctie staan als een huis. De business coaches geven de deelnemers de juiste instrumenten, i.e. de partners en hun diensten, en de deelnemers moeten er zelf rendement uit halen (“we geven ze geen vis om te eten, maar een hengel om mee te vissen”).
28
De coaches verwachten dat hun partners het goed doen. Zo leert de ervaring dat marktonderzoek bij Avans thuishoort en coaching niet door een student gedaan kan worden. Voor dit laatste wordt dan ook doorverwezen naar een andere partner. Op vrijwel elk terrein waarop de deelnemers aan het project ondersteuning nodig hebben is er een partner: innovatie, kredietverstrekking, fiscale zaken, accountancy, marketing/sales, social media, digitalisering, bedrijfshuisvesting, et cetera. De coaching door de business coaches zelf gebeurt bij de ondersteuningspunten in de wijk. Daar is ook echt een ondersteuningsstructuur ontstaan met een compleet pakket aan diensten. D uu r za a m he i d Gemeente Breda heeft gekozen om zowel publieke als private partijen deel te laten nemen aan het project, en vooral gebruik te maken van het bestaande aanbod. Dit maakt de uitvoering van het project niet alleen efficiënt (zie hoofdstuk 4), maar stelt de gemeente ook in staat om geleidelijk aan als financier terug te treden en de markt haar werk te laten doen. Hiermee kan een duurzame ondersteuningsstructuur ontstaan. De samenwerking tussen de partners onderling ontwikkelt zich bovendien positief. Toch kunnen we op basis van deze projectevaluatie nog geen antwoord geven op de vraag of de huidige samenwerking en structuur toekomstbestendig zijn. Hiervoor zijn er nog te veel onzekerheden, waaronder:
Er is nog onduidelijkheid over de toekomst van de Kamer van Koophandel.
De koers en ‘neven’-activiteiten van de onderwijsinstellingen zijn niet altijd even helder.
Er is sprake van enig overlap in het aanbod en individuele belangen kunnen dan zwaarder gaan wegen dan die van de stads- en wijkeconomie in Breda (met gevolgen van dien).
Bovendien is het project nog te kort operationeel om van duurzaamheid te spreken.
3.4
Totaaloordeel Het project Human Capital in de Wijk heeft bij de betrokken ondernemers veel teweeg gebracht en wel in positieve zin. Dit blijkt onder meer uit de volgen de drie punten:
Het algemene oordeel van de deelnemers aan Business Coach Breda is in een gemiddeld rapportcijfer van 7,7 uit te drukken.
Van de deelnemers wenst 70% een vervolg op het traject van de business coach.
Van de deelnemers vindt 90% dat het project in de toekomst een vervolg moet krijgen.
De meeste van hen zouden het project ook aanbevelen bij andere startende (en bestaande) ondernemers.
Het project Human Capital in de Wijk heeft in een korte periode (2,5 jaar) de onderstaande effecten opgeleverd. We hebben ze samengevat in een aantal steekwoorden. Doelbereik
Zoals we hebben gezien worden aan het einde van het project alle vooraf geformuleerde en meetbare targets gehaald.
Bewustwording
Veel mensen die een eigen bedrijf willen starten, zijn zich niet bewust van wat er allemaal bij komt kijken. Velen zijn sterk aanbod en vakinhoudelijk gericht en niet vertrouwd met zaken als marketing & sales en bedrijfsfinanciën. Dit is door het project wel anders geworden.
29
Doelgericht
Doordat de ondernemers bij hun ondernemersplan en de uitvoering ervan ondersteuning krijgen van de business coaches en passende cursussen volgen, worden hun ondernemersplannen scherper en beter afgebakend. De ondernemers gaan doelgerichter
aan de slag. Kennis
De startende ondernemers vergroten hun kennis door het volgen van de verschillende cursussen en seminars uit het project. Zo biedt de basiscursus Ondernemen alleen al kennis over zaken als positionering, social media, verzekeringen, vergunningen, administratie, jurisprudentie en belastingen.
Groepseffect
Startende ondernemers komen via het project met elkaar in contact en zoeken elkaar op. Hierdoor ontstaan netwerken van ondernemers die elkaar helpen bij de ontwikkeling van hun bedrijf.
Aandacht
De gemeente Breda geeft met het project aan dat zij belang hecht aan de (startende en in moeilijkheden zijnde) ondernemers en het functioneren van de winkelgebieden. Dat zij laat zien hierin te investeren, is een steun in de rug van alle betrokkenen.
Vliegwiel
Omdat het project vanuit verschillende kanten wordt aangevlogen (bedrijfsruimte geschikt maken en koppelen aan kansrijke en goed geoutilleerde ondernemers) en daardoor veel partners intensief met elkaar samenwerken, geeft dit een extra effect op de activiteiten die plaatsvinden. In sommige gevallen zijn bijvoorbeeld in overleg met de eigenaren de huurprijzen verlaagd. En sommige eigenaren van slapende leegstand grijpen het moment aan om in de markt te stappen en worden geactiveerd om iets aan de situatie te doen omwille van het gehele gebied.
Slaagkans
Startende ondernemers die deelnemen aan Business Coach Breda, hebben een hogere slaagkans dan de gemiddelde starters in Breda en Nederland.
Groeien
De deelnemers (met een bedrijf) aan het project zorgen gezamenlijk voor een werkgelegenheidsgroei in de eerste jaren van hun bedrijf. Bij de niet-deelnemers (met een bedrijf) is dat niet het geval.
Vullen
Leegstaande panden worden met verenigde krachten en een lange adem gevuld, waardoor het winkelgebied weer perspectief krijgen. De Boschstraat laat dit zien.
Preventie
Door het project (vooral de intake en screening) zien verscheidene mensen af van hun idee een eigen bedrijf te starten. Dit voorkomt uiteindelijk maatschappelijke en persoonlijke schade van een faillissement. Gesprekspartners uit de interviewronde schatten in dat de schade van een faillissement al snel tot € 200.000 oploopt. Stel dat het project 200 faillissementen kan voorkomen, dan hebben we het over een maatschappelijke schade van € 40 miljoen. Dit bedrag staat los van de effecten die niet in geld uit te drukken zijn (leegstand in de wijk, druk op de leefbaarheid).
Samen
Er is een unieke netwerkstructuur ontstaan, die perspectief biedt aan ondernemende inwoners, ondernemers in moeilijkheden ondersteunt en op termijn zal kunnen bijdragen aan een gezonde bedrijvendynamiek in Breda.
30
Indirecte effecten
Of het project Human Capital in de wijk ook een positief effect heeft op de stads- en wijkeconomie is moeilijk hard te maken. Startende ondernemers in de detailhandel, horeca en ambachten dragen bij aan de levendigheid in de betreffende wijk of stadsdeel, maar het blijft een indirect en moeilijk te meten effect. Ook niet hard te maken zijn de effecten van het project op de leefbaarheid, participatie, sociale cohesie, kwaliteit van de werkomgeving en attractiviteit van de openbare ruimte. In beide gevallen kan wel gewezen worden op de Boschstraat als aantoonbaar succes van het project Human Capital in de Wijk.
31
4 4.1
Efficiëntie Waar voor het geld Het feit dat het project Human Capital in de Wijk slim gebruik maakt van het bestaande dienstenaanbod voor startende en bestaande ondernemers maakt het project efficiënt:
de infrastructuur hoeft niet meer opgezet te worden;
de samenwerkingspartners kunnen relatief snel en eenvoudig een programma op maat in elkaar zetten;
er kan gebruik gemaakt worden van elkaars netwerken, locaties, websites en andere communicatiekanalen.
Daarnaast werkt de constructie van de voucher met cofinanciering (50% voor de deelnemer) doelmatig. Bovendien investeren de partners ook in het project door het aanbieden van hun diensten. Bijvoorbeeld de Belastingdienst met voorlichting en individueel advies, het UWV met voorlichting, de Kamer van Koophandel met voorlichting en korte adviesgesprekken, Qredits met kredieten en coaching bij Microfinanciering. Deze kosten zijn niet meegenomen in het project, maar komen voor rekening van de partners zelf. De kosten per ondernemer liggen tussen 400 en 700 euro, uitgaande van circa 1.000 deelnemers in totaal. De vermelde bandbreedte wordt bepaald door de kostenposten die wel of niet meegerekend worden. Bijvoorbeeld het Servicepunt (SSO) die het loket en de Bbz verzorgt. Gelet op het feit dat de slaagkans van startende ondernemers - die deelgenomen hebben aan het project - in de eerste drie jaar van hun bedrijf aanzienlijk hoger is dan gemiddeld, kan gesteld worden dat de opbrengsten van het project Business Coach Breda ruimschoots opwegen tegen de kosten. Deze conclusie wordt versterkt als ook de kosten van eventuele faillissementen en uitkeringen in ogenschouw worden genomen. Zoals gezegd heeft het project namelijk een preventieve werking: het weerhoudt mensen die minder geschikt zijn voor het ondernemerschap, ervan een eigen bedrijf te starten en dit zal hoogst waarschijnlijk tot minder faillissementen leiden. Daarnaast is gebleken dat 42% vanuit een uitkering het project instroomt en dat 78% van de deelnemers een eigen bedrijf start. Deze laatste stromen dus uit een uitkeringssituatie; hun kosten drukken niet meer op het het rijk en de begroting van het UWV. Failliete ondernemers die in de Bijstand terecht komen, kosten de gemeente Breda circa € 15.000 per jaar aan bijstand. Soms is er ook een schuldhulpverleningstraject aan gekoppeld. Uit cijfers van ATEA blijkt dat tussen 1 maart 2012 en 1 maart 2013 63 klanten een uitkering hebben ontvangen, waarbij is geregistreerd dat problemen met hun eigen bedrijf de reden was van hun WWB-uitkeringsaanvraag. Met andere woorden zij zijn gestopt met hun bedrijf. Wat de exacte kosten van deze faillissementen zijn voor de gemeente is niet aan te geven (de lengte van de uitkeringsperiode is niet bekend).
33
4.2
Ruimte voor verbeteringen Uit de interviewronde wordt deze efficiënte insteek bevestigd. Tegelijkertijd zijn er ook signalen afgegeven over mogelijke verbeteringen op dit vlak. 9 Hieronder geven we puntsgewijs de belangrijkste signalen weer: Cursussen
Het plan was om de deelnemers een groot aanbod van trainingen, cursussen, adviesgesprekken en dergelijke te bieden. De deelnemers zouden dan ook uit een concurrerend aanbod wat te kiezen hebben. Dit plan is niet helemaal goed uit de verf gekomen. Vanuit de kant van de aanbieders is de wens naar voren gekomen om duidelijkheid te scheppen over in wiens handen bijvoorbeeld de begeleiding en coaching komt te liggen, zodat er geen onnodige overlap plaatsvindt. Ter illustratie: Qredits biedt coaching aan bij de verstrekking van een microkrediet, maar de Stichting Ondernemersklankbord ziet voor zichzelf ook een rol op dit vlak weggelegd. Het aanbod en de concurrentie op de verschillende ondersteuningsvlakken is in de praktijk te gering om de voordelen ervan te ervaren. De overlap zoals die er nu is, kan een zekere mate van inefficiëntie inhouden. Een alternatief is om de beste aanbieder per ondersteuningsvlak aan het project te binden. Dit betekent dan dat het ondersteuningsaanbod geëvalueerd moet worden, bijvoorbeeld door het verplicht stellen van een evaluatie/beoordeling door de cursisten.
Er is wel eens geprobeerd om de basiscursus niet voor € 400 maar voor € 300 in de markt te zetten. Dit is mogelijk bij een groter aantal deelnemers per cursusgroep. Het leverde echter geen extra aanmeldingen op.
Voucher
Het strippenkaartsysteem van de voucher is niet alleen effectief (opdoen van kennis en vaardigheden op maat), maar ook efficiënt. De cofinancieringsconstructie draagt hier aan bij.
De totale vouchergelden zijn voor ‘slechts’ 27% benut. De uitgaven voor de gemeente Breda zullen aan het einde van het project hoogstwaarschijnlijk lager uitvallen dan was begroot.
Inzet studenten
Veel studenten volgen tegenwoordig de minor Ondernemerschap als onderdeel van hun studie aan de hogeschool en willen hun eigen baan creëren. Zij zijn echter uitgesloten van deelname aan het project Human Capital in de Wijk. De gedachte hierachter is dat hun studie al voor een groot deel door de overheid bekostigd wordt (meer overheidsfinanciering is ‘niet verkoopbaar’). De vraag is of deze doelgroep nu gemist wordt of dat ze voldoende ondernemerskwaliteiten vanuit hun minor meekrijgen.
Studenten worden wel ingezet voor het verrichten van marktonderzoek, hulp bij het opstellen van ondernemingsplannen en assistentie bij de basiscursus Ondernemen. Dergelijke ondersteuning in het kader van het project Business Coach Breda is efficiënt.
9
Het viel op dat een aantal gesprekspartners geen enkele uitspraak over de efficiëntie van het project kon doen, terwijl zij als partner toch dicht op het project zitten.
34
Bredere focus
Het project zou efficiënter benut kunnen worden als het ROC ook als vindplaats van (potentiële) ondernemers zou worden ingezet. Het mbo levert immers veel vakmensen af, die ondernemend kunnen zijn en opgeleid voor werk in de bouw, productie en ambacht. Deze sectoren zijn nu niet sterk vertegenwoordigd bij de deelnemers aan het project.
De pilot is qua werkingsgebied (aanvankelijk 4 winkelgebieden) beperkt ingestoken. Mede door de toevoeging van een vijfde winkelgebied werd het project succesvol. Vraag is of bij een groter werkingsgebied de middelen wellicht efficiënter ingezet kunnen worden (of hadden meer resultaten bereikt kunnen worden).
Verdeling van middelen
Verhoudingsgewijs is voor de werkzaamheden van Zaken Expert BV in de pilot Bedrijfsruimte in de Wijk te veel capaciteit in uren beschikbaar (volgens de betrokkene zelf) en voor de stimuleringsregeling te weinig. Daarnaast is het aantal gesprekken met de business coaches (drie of vier stuks) beperkt. Na die gesprekken is net een band tussen beide opgebouwd en dan wordt de persoon doorverwezen naar een andere organisatie.
Opbouwen
Met name het vestigen van de naamsbekendheid van het project heeft veel geld gekost. De campagne heeft wel een enorme ’boost’ aan het project gegeven en er zijn ondertussen veel mensen begeleid. Nu komt het erop aan, dat het vooral doorverteld wordt (mond-tot-mond reclame). De uitgaven aan pers en communicatie vanuit het project Business Coach Breda kunnen dan verminderd worden.10
De efficiency van het project Human Capital in de Wijk wordt uiteindelijk bepaald door de ondernemers. Als zij op de lange termijn succesvol zijn dan levert dit het project een hoog rendement op. Het bereik, het aantal starters en de slaagkans zijn hoopgevend wat dit betreft.
4.3
Totaaloordeel De inwoners en ondernemers van Breda krijgen waar voor hun geld. Hoewel deze projectevaluatie geen diepgaande analyse van alle kosten, baten en uitvoeringsprocessen op handelingsniveau bevatte, zijn er geen aanwijzingen gevonden dat de inrichting en uitvoering van het project inefficiënt zou zijn. Zoals gezegd is de keuze voor het bestaande aanbod als partner een doelmatige keuze. Dit sluit overigens niet uit, dat er hier en daar nog efficiencywinst te behalen valt.
10
De promotieactiviteiten van Business Coach Breda omvatten o.a. ondernemersbijeenkomsten en workshops, benaderen van wijkorganisaties, regelmatig een grote actie met posters, brochures en flyers, de inzet van Facebook, Twitter en LinkedIn, het uitgeven van nieuwsbrieven, speciale huis-aan-huis flyeractie, de website www.businesscoachbreda.nl en free publicity.
35
Additionaliteit
5 5.1
Profiel van de niet-deelnemers Na het intakegesprek met de business coach is een aantal (pot entiële) ondernemers niet verder gegaan in het traject. Zij hebben dus ook geen screeningsgesprek gehad. Deze groep van niet-deelnemers bestrijkt 33% van alle personen die een intakegesprek hebben gehad. Uit de internetenquête 11 komt naar voren dat ruim de helft van de niet-deelnemers op eigen initiatief niet verder is gegaan. Een kwart van hen is gestopt op advies van de business coach en een vijfde om andere redenen. Van de niet-deelnemers is 64% buiten het project om toch een eigen bedrijf gestart. Dit zijn zowel ondernemers die op eigen initiatief niet verder gegaan zijn als ondernemers die op advies van de business coach niet verder gegaan zijn. Het advies van de business coach is bij 38% van deze ondernemers nog nuttig geweest; bij 52% niet en bij 10% is dat niet bekend. Vergeleken met de deelnemers aan Business Coach Breda hebben de niet -deelnemers vaker een achtergrond als werknemer in loondienst en minder vaak een achtergrond als uitkeringsgerechtigde of ondernemer. Qua branchering kiezen zij ook ‘massaal’ voor de dienstverlening en minder vaak voor de horeca en detailhandel. Hun motivatie om eigen basis te zijn komt overeen met die van de deelnemers. Zie onderstaand kader voor het profiel van de niet-deelnemers. Profiel niet-deelnemers Achtergrond:
-
Bedrijfsactiviteit: Motivatie:
5.2
uitkeringsgerechtigd 24% werknemer 43% ondernemer 10% scholier/student 5% overig 19% zakelijke/financiële diensten 43% persoonlijke diensten 19% detailhandel 5% industrie 5%, zorg en welzijn 5% overig 23%
- vrijheid / eigen tijd invullen 48% - eigen idee uitwerken 19% - hoger inkomen behalen 10%
Ontwikkeling van deelnemers en niet-deelnemers De niet-deelnemers die een eigen bedrijf zijn gestart, hebben dit voornamelijk als ZZP’er gedaan (91%). Slechts een enkeling is met 2 werkzame personen begonnen. Medio 2013 was de werkgelegenheid die deze ondernemers boden, gelijk aan die op het moment van de start. Zij zijn op dit vlak dus niet gegroeid in tegenstelling tot de deelnemers aan het project. De niet-deelnemers realiseerden in 2012 een jaaromzet variërend van 0 tot € 50.000. Onder de deelnemers aan het project werd door 9% een hogere omzet dan € 50.000 gerealiseerd. Bij de niet-deelnemers zitten weer meer ondernemers in de omzetklasse 11
36
De steekproef van niet-deelnemers telt 33 waarnemingen.
€ 25.000-50.000 en minder ondernemers in de laagste klasse tot € 5.000 dan bij de deelnemers. Opvallend is dat 42% van de niet-deelnemers geen omzetschatting kon of wilde geven. Zie tabel 5.1. tabel 5.1
Verdeling van de niet-deelnemers naar omzetklasse in 2012 (volgens hun eigen schatting en opgave) < 5.000
5.000- 10.000
10.000-25.000
25.00– 50.000
17%
8%
8%
25%
Niet-deelnemers in % Bron: Panteia, 2013
Van de niet-deelnemers is het merendeel (61%) niet van plan om op een later tijdstip alsnog gebruik te maken van het project Business Coach Breda . Slechts één nietdeelnemer uit de steekproef is dit wel van plan en de andere niet -deelnemers weten dit nog niet. Dit resultaat wil nog niet zeggen dat zij het plan om zelfstandig ondernemer te zijn helemaal hebben laten varen: 66% is in de toekomst van plan om toch nog een eigen bedrijf te starten.
5.3
De plus van Human Capital in de Wijk Bij het vaststellen van de additionaliteit van een project wordt altijd de vraag gesteld: wat zou er zijn gebeurd als het project er niet zou zijn geweest? De vergelijking tussen de deelnemers en niet-deelnemers zegt er al iets over, maar ook de samenwerkingspartners hebben daar hun mening over: P ro j ec t B us i n es s C oa ch B re da De additionaliteit van het project Business Coach Breda zit in twee dingen:
Er worden meer mensen over de streep getrokken om een eigen bedrijf te starten.
Er wordt voorkomen dat mensen een eigen bedrijf starten.
Dit lijkt tegenstrijdig, maar het is puur een kwestie van kwaliteit. De juiste dingen doen én de dingen goed doen! Het feit dat de gemeente Breda een proactieve houding ten aanzien van het zelfstandig ondernemerschap etaleert, prikkelt latente ondernemers om iets met hun ideeën te doen. Voor de gemeente betekent het twee keer een voordeel op: mensen verlaten de uitkering en genereren op een gegeven moment inkomsten voor de gemeente (lokale belastingen/heffingen). Het project heeft een stuk bewustwording gebracht onder de potentië le ondernemers: de een ziet in dat het ondernemen niets voor hem/haar is en de ander ziet in dat het ondernemen daadwerkelijk zijn/haar toekomst kan zijn. P i l ot B e d ri j fs ru i mt e in d e W i jk Gedeeltelijk waren de effecten van de pilot Bedrijfsruimte in de Wijk ook zichtbaar geweest als de pilot er niet geweest zou zijn. De projectleider kent zeven voorbeelden waarvan er drie ook wel hadden gelukt zonder de ondersteuning en vier niet. Vooral het opzetten en uitvoeren van een collectief initiatief is lastig; dit heeft de ondersteuning van de pilot nodig. Drie voorbeelden die in de Boschstraat op eigen kracht zijn gestart:
Een orthodontist: sterk concept, goede financiële mogelijkheden, maar zit in het meest bruisende deel van de straat en kan ook op een minder prominente locatie goed uit de voeten i.v.m. de gerichte aankopen;
Hayat, een zorgconcept: ingestapt in een lopend contract, heeft hulp gehad bij het opstellen van het huurcontract en is nu op zoek naar extra ruimte;
37
Woonarena: is inmiddels over de kop gegaan, een dergelijk meubelconcept moet in deze tijd niet meer als enige in zijn soort in een winkelstraat starten.
Bij vier andere ondernemers is duidelijk vanuit het project bemiddeld. Zonder ondersteuning vanuit de pilot zou ook een aantal bestaande bedrijven niet meer hebben bestaan. Als vanuit de pilot Bedrijfsruime in de Wijk ondernemers gezien worden die het moeilijk hebben, dan wordt dit doorgegeven aan de business coaches. Deze kunnen dan even bij deze ondernemers langs gaan. Hiermee wordt nieuwe leegstand op termijn voorkomen.
5.4
Totaaloordeel De meerwaarde van het project Human Capital in de Wijk zit in het daadwerkelijk vergroten van de ondernemerskwaliteiten. Dit wordt ‘hard’ gemaakt door de hogere slaagkans van startende ondernemers (96% overleeft de eerste drie jaar) en de werkgelegenheidscreatie (die niet bij de niet-deelnemers plaatsvindt). De meerwaarde zit ook in de strategie ‘voorkomen is beter dan genezen’. Ondanks het feit dat een deel van de potentiële ondernemers met een negatief advies va n de business coach toch een eigen bedrijf begint, worden veel faillissementen voorkomen. Het gat tussen de gemiddelde slaagkans van de gecoachte ondernemers en de gemiddelde Bredase ondernemer (bijna 30-procentpunten) is een indicatie van de omvang van deze meerwaarde.
38
6 6.1
Toekomst Succesfactoren De succesfactoren van het project zijn:
Alle relevante partijen doen mee. Iedereen weet elkaar goed te vinden en heeft de wil om het geheel tot een succes te maken. De doorverwijsfunctie is krachtig.
De samenwerking tussen de bestaande partijen is verbeterd. De bestaande structuur wordt dus beter benut.
De zichtbaarheid van de gemeente als pionier om zaken op te lossen (leegstand, werkloosheid, uitval van ondernemers,, kennisachterstand) en de moed om aan het project ook een bestuurlijke en juridische zwengel te geven.
Bewustwording onder (potentiële) starters. Zij weten nu de valkuilen en dit voorkomt persoonlijke drama’s en maatschappelijke kosten. De intake en screening vervullen een essentiële rol hierbij: de kaf van het koren scheiden.
De lage toetredingsdrempel van het project en de energie van de business coaches zorgt voor een groot en doelgericht bereik. De ondersteuningspunten in de wijk dragen hier toe bij.
De screening van deelnemers die direct naar de kern gaat en weinig tijd in beslag neemt. Achtergrond, drijfveren en competenties van de persoon worden getoetst, evenals de levensvatbaarheid van het idee en het verdienmodel.
De professionele coaching en het persoonlijke contact. De business coaches leveren altijd maatwerk en richten zich op de onderdelen van het ondernemerschap die bij de ondernemer ontbreken.
De georganiseerde bijeenkomsten leggen verbindingen tussen ondernemers die daarmee hun netwerk opbouwen. Er lijkt zelfs een aparte community rond het project te ontstaan. De netwerken zullen de ondernemers op termijn los trekken van enige vorm van ondersteuning.
Het vouchersysteem biedt ondernemers keuzevrijheid, cofinanciering en nieuwe kennis.
Sturing vanuit de inhoud. Bij het transformeren van panden staat de vraag centraal en dat is onder andere mogelijk door de gemaakte combinatie van het project Business Coach Breda en de pilot Bedrijfsruimte in de Wijk.
Het aanbieden van een totaalpakket.
Natuurlijk is niet alles goud wat er blinkt. Er zijn ook punten van aandacht tijdens de projectevaluatie naar voren gekomen. Daarnaast doen externe factoren hun invloed gelden op de ontwikkeling van het ondernemerschap en de mogelijkheden van het project Human Capital in de Wijk. Deze komen hieronder aan de orde.
6.2
Aandachtspunten en externe invloeden A a n da c hts pu nt en De punten van aandacht zijn:
De samenwerkingspartners zijn wat betreft hun aangeboden diensten niet altijd complementair aan elkaar. Dit geeft soms enige wrijving en kan de kwaliteit van het totale ondersteuningspakket onder druk zetten. Vooral bij de private samenwerkingspartners en onderwijsinstellingen is er enige ontevredenheid op dit punt.
De vraag is of de reikwijdte van het project (wijkondersteuningspunten en geselecteerde winkelgebieden) de juiste is. Vanuit het oogpunt van wijkgebondenheid hebben we gezien dat het effect minder groot uitpakt dan verwacht. Wat betreft de (winkel)leegstand hebben we gezien, dat die sterk kan fluctueren in de tijd. Dit laatste vraagt om een frequente en goede monitoring.
39
Het interne stimuleringsbudget van € 2.500 per ondernemer voor een transformatie is aan de krappe kant. Er staat evenwel geen cofinanciering tegenover. Beide punten zijn ter heroverweging waard. Ook is de vraag of een dergelijke financiële impuls per ondernemer/huurder gegeven moet worden of dat het ook beschikbaar moet komen voor ondernemerscollectieven of eigenaren.
De betrokkenheid van het ROC West–Brabant is nu gering en haar potentie als leverancier van toekomstige mbo-opgeleide ondernemers wordt nog niet benut. Het project is nu sterk gericht op hbo- en wo-opgeleiden en starters in de dienstverlenende sectoren en mist wellicht een belangrijke groep van ondernemende vakmensen.
De interne communicatie van het project kan beter. Sommige partners missen een terugkoppeling van ervaringen, aanmeldingen en doorverwijzingen. Ook is het gebruik en de inzet van studenten van de hogescholen niet voor iedereen duidelijk.
De geldigheidstermijn van de vouchers (een half jaar) kan een probleem zijn als de beginfase van het project met de intake en basiscursus iets langer duurt dan gemiddeld. Andere cursussen kunnen dan niet meer ‘met korting’ gevolgd worden.
Wanneer de ondernemers door de business coach losgelaten worden is er geen vervolg of nazorg zoals bijvoorbeeld een terugkomdag of evaluatiegesprek. Dit wordt als een aandachtspunt in de begeleiding gezien.
E xt e rn e in v lo ed en In de toekomst bij een voortzetting van het project - in welke vorm dan ook - moet rekening worden gehouden met een aantal externe factoren:
Het takenpakket van de Kamer van Koophandel gaat de komende jaren flink wijzigen. De voorlichting komt te vervallen en veel diensten worden alleen nog online aangeboden. Ook zal er veel veranderen in het intermediaire circuit dat in dienst staat van de ondernemers in ons land (bedrijfschappen, brancheorganisaties). Een deel van de infrastructuur verdwijnt, waardoor het belang van ondersteuning op lokaal niveau en projecten als Human Capital in de Wijk toe zal nemen.
De economische crisis en de overheidsbezuinigingen zullen ook de komende jaren een stempel drukken op de beschikbare middelen, de wens (of noodzaak) een eigen bedrijf te starten en de faillissementen. Deze situatie maakt het lastiger om een bedrijf te starten en de financiering ervan rond te krijgen.
De totale voorraad aan bedrijfsruimte is groot. De leegstand van winkel- en andere bedrijfspanden neemt toe, terwijl er ook in Breda (langs de singels) al veel leegstaat.
De huurprijzen zijn hoog en zijn voor starters moeilijk op te brengen. Dit vergt een flinke dosis creativiteit en innovativiteit om er toch voor te zorgen dat ondernemer en pand bij elkaar komen.
In het onderwijs komt er steeds meer aandacht voor het ondernemerschap. Dit kan op termijn (potentiële) ondernemers met een betere startpositie opleveren.
De cultuur van Noord-Brabant wordt gekenmerkt door samenwerking, informele circuits en verbindingen leggen. Dit zou ook zijn uitwerking kunnen hebben op het vinden van nieuwe bronnen voor financiering en ontwikkeling.
6.3
Aanbevelingen De bevindingen uit de projectevaluatie rechtvaardigen een voortzetting van het project Human Capital in de Wijk. Ondanks de aanhoudende economische malaise en het slechte financieringsklimaat ziet het er naar uit, dat met de verlenging van de doorlooptijd van het project alle hard meetbare doelstellingen (200 nieuwe bedrijven, een vermindering van het uitvalpercentage met 10%, ondersteuning van 50 bestaande ondernemers en transformatie van 5 bedrijfsruimten) worden gehaald. Ook word t de bestaande aanbodstructuur van ondersteuning aan ondernemers beter benut door een versterkte samenwerking tussen private en publieke partijen.
40
Tegelijkertijd weten we dat de gemeente en de partners minder financiële middelen hebben om het project op dezelfde voet voort te zetten. Ook weten we dat er enkele aandachtspunten zijn. Deze zaken samen resulteren in een aantal aanbevelingen richting de gemeente Breda als trekker van het project Human Capital in de Wijk en opdrachtgever van de projectevaluatie. A an b ev e lin g 1 Ga door met Human Capital in de Wijk en onderzoek in welke vorm dat kan.
A an b ev e lin g 2 Doorzoek het dienstenaanbod van de verschillende partners op complementariteit en concurrentie, kwaliteit, prijs, klanttevredenheid en synergie. Pas eventueel het aanbod aan op basis van de gemeentelijke prioriteiten en ervaringen.
A an b ev e lin g 3 Onderzoek de kansen om de doelgroep van mbo-opgeleiden aan te boren en een samenwerking met ROC West-Brabant aan te gaan.
A an b ev e lin g 4 Monitor de ontwikkeling van de leegstand en heroverweeg de selectie van winkelgebieden en de inspanningen per winkelgebied. Bekijk ook de mogelijkheid om de pilot over de hele stad uit te rollen. Behoud daarbij de combinatie met Business Coach Breda, want de vraaggerichte sturing is een van de succesfactoren.
A an b ev e lin g 5 Bekijk de mogelijkheden om de prikkel voor individuele ondernemers in de stimuleringsregeling bij transformaties anders in te vullen. Onderzoek daarbij de mogelijkheden van:
cofinanciering waarbij de ondernemer/huurder bijvoorbeeld zelf 50% bijdraagt;
een differentiatie naar individuele ondernemers en ondernemerscollectieven;
een hoger stimuleringsbudget (en ter compensatie minder budget voor projectleiding).
Daarnaast kan gekeken worden naar wat er mogelijk is via ondernemersfondsen.
A an b ev e lin g 6 Het project krijgt voor de ondernemers (nog) meer waarde door het ‘plotselinge einde’ te veranderen in een duurzamere verbintenis. Enige nazorg is gewenst, waarbij gedacht kan worden aan een terugkomdag, starterscafé, evaluatiegesprek en dergelijke. Dit kan ook een aansluiting bij eventueel andere ondernemersprojecten zijn (van gemeente of partners).
41
A an b ev e lin g 7 In het kader van de kleinere portemonnee zullen zaken geschrapt moeten worden of zal de kaasschaaf erover moeten. Het project is nog niet zover dat het volledig aan de markt overgelaten kan worden. Bij het schrappen van onderdelen moet wel bedacht worden dat het complete pakket juist een succesfactor is. Als er gekozen moet worden, dan bevelen we in ieder geval aan de intake, screening, coaching en doorverwijzing door de business coaches zeker te behouden! Dit is het hart van het project en de basis van de hogere slaagkans van startende ondernemers. De kaasschaaf zal niet veel te schaven hebben. Het project wordt zoals eerder gezegd al vrij efficiënt ingestoken 12.
A an b ev e lin g 8 Welke ‘low budget’-mogelijkheden zijn er dan wel? We geven een paar overwegingen.
De ondersteuning aan bestaande ondernemers kan misschien door een marktpartij opgepakt worden.
De prikkel voor individuele ondernemers om het pand geschikt te maken voor transformatie kan in haar huidige (beperkte) vorm wel gemist worden. Op dit punt zal overigens wel een duidelijke keuze gemaakt moet worden: zie aanbeveling 5.
Verder zal gekeken moeten worden of bepaalde projectactiviteiten niet in de reguliere dienstverlening van de gemeente en de partners opgenomen kunnen worden. Denk bijvoorbeeld aan bijeenkomsten, voorlichting en vraagbaakfunctie.
Digitalisering van de voucher kan ook kostenbesparend werken. Wellicht dat meer zaken sneller en efficiënter kunnen door ICT toepassingen.
T ot s lo t
Het succes van Human Capital in de Wijk is ook het perspectief:
Slim combineren!
12
In de komende jaren zullen enkele éénmalige kosten komen te vervallen. Zo zal er waarschijnlijk minder aan externe communicatie uitgegeven hoeven te worden, omdat het project naambekend heeft opgebouwd.
42
Bijlage 1
Onderzoeksverantwoording G e r a ad p le eg d e d o c u m en ten De volgende documenten zijn in het kader van de evaluatie bestudeerd:
Zaken Expert B.V., Rapportage Business Coach Breda, Q4 2011 & Q1 2012
Zaken Expert B.V., Rapportage Business Coach Breda, Q2 2012
Zaken Expert B.V., Rapportage Business Coach Breda, Q3 2012
Zaken Expert B.V., Rapportage Business Coach Breda, Q4 2012
Zaken Expert B.V., Rapportage Business Coach Breda, Q1 2013
Zaken Expert B.V., Rapportage Business Coach Breda, Q2 2013
Gemeente Breda, Human Capital in de Wijk. Projectplan, 26 oktober 2010
Gemeente Breda, Afdeling Onderzoek en Informatie, Economische Barometer Breda 2012, februari 2012
Gemeente Breda, Afdeling Onderzoek en Informatie, Economische Barometer Breda 2013, januari 2013
Gemeente Breda, Kleinschalige bedrijvigheid in Breda. Kansen voor meer en beter ondernemerschap, Panteia/EIM, Zoetermeer, 20 oktober 2009
Theunisse, Evaluatie rapport 2011. Servicepunt starters en ondernemers, Avans Hogeschool, 11-01-2012
I n te rn et e n q u ê t e Onder de deelnemers en niet-deelnemers aan het project Business Coach Breda is in de periode van 25 juni 2013 tot en met 17 juli 2013 een vragenlijst op internet opengesteld om de effecten op de doelgroep en hun ervaringen in kaart te brengen. In totaal hebben 102 van de 553 uitgenodigde personen aan de internetenquête deelgenomen. Dit betekent een respons van ruim 18%, wat voor een dergelijke enquête een goed resultaat is. Van de 102 personen die de enquête hebben ingevuld, hebben 69 personen ook daadwerkelijk aan de vervolgstappen van het project (bijvoorbeeld coaching en opleidingen) deelgenomen en 33 personen hebben alleen een intakegesprek gehad. I n te r vi ew s Onderstaande tabel geeft een overzicht van de geïnterviewde personen.
43
44
Persoon
Organisatie
De heer F. Darkaoui
Zaken Expert B.V.
De heer H. van Agt
Zaken Expert B.V.
De heer F. Kraus
Zaken Expert B.V.
De heer W. Gelderloos
Zaken Expert B.V.
De heer J. van Schijndel
Kamer van Koophandel
De heer J. Noort
Edupreneur / NHTV
Mevrouw T. Willemsen
SSO (Servicepunt Starters en Ondernemers)
Mevrouw M. van Bijsterveld
Stichting Starterslift
De heer C. van den Broek
Avans Hogeschool Ondernemerscentrum
Mevrouw C. de Moor
ROC West-Brabant
Mevrouw M. Cornelis
Lefgenerator
De heer J. Korteweg
Ondernemersklankbord