Eurotronics NV Spatial Information Technologies
Orbit Technologies
SIMaD & VS Design extensies Versie 4.2
Luc Stappaerts Peter Bonne Lander Erzeel Dieter Cleenwerck Mei 2007
Eurotronics N.V. Industriepark E17/2 Scherpeputstraat 14 B9160 Lokeren Belgium Voice (+32) 9/340.57.57 Fax (+32) 9/340.57.50 www.eurotronics.com All rights reserved. This document nor any of its content may not be reproduced and/or published by means of printing, photocopy, microfilm, electronic media or any other way without prior written permission from the publisher. All productnames and trademarks are property of their respective owners. Made and Printed in Belgium (c) Eurotronics NV, Johan Bonne, 19982008.
Handleiding SIMaDOrbitGIS 4.doc Eurotronics Technical Documentation
Blz 1 van 28 28/01/08
Eurotronics NV Spatial Information Technologies
A.
Overzicht..................................................................................................................................3 A.1.
SymAdmin (Symbolen beheer) .......................................................................................... 4
A.2.
SIMaD (Sign Information Map and Design).................................................................... 4
A.3.
VSDesign (Ontwerpprogramma voor richtingssignalisatie) .......................................... 4
A.4.
Orbit GIS ............................................................................................................................. 5
B.
SIMaD : eerste opstart.......................................................................................................7
C.
Integratie van SIMaD in Orbit GIS..............................................................................10
D.
SIMaD-datasets ...................................................................................................................11
E.
F.
D.1.
SIMaD-datsets : samenstelling ....................................................................................... 11
D.2.
SIMaD-datasets : aanmaken, inladen en bewerken via de SIMaD-werkbalk .......... 12
D.3.
Opstellingen plaatsen en bewerken ................................................................................ 12
D.4.
Attribuut-informatie ........................................................................................................ 15
D.4.1
Attributen ............................................................................................................................................ 15
D.4.2
Sup. Attributen................................................................................................................................... 16
D.4.3
Foto......................................................................................................................................................... 17
SIMaD-programma : samenstellen van opstellingen..................................................18 E.1.
Samenstellen ...................................................................................................................... 18
E.2.
Variant-symbolen............................................................................................................... 19
E.3.
Opstelling wijzigen ............................................................................................................ 21
E.4.
Attribuut-informatie ingeven..........................................................................................22
Tips en technieken.............................................................................................................. 26 F.1.
Herstel van de shape-bestanden van een SIMaD-dataset.........................................26
F.1.1
Inleiding ................................................................................................................................................26
F.1.2
Voorkomende gevallen.......................................................................................................................26
F.1.3
Hoe uitvoeren ......................................................................................................................................26
F.2.
Herstel van de databank van een SIMaD-dataset.......................................................27
F.3.
Terugvinden van de bestanden van een SIMaD-dataset.............................................27
Handleiding SIMaDOrbitGIS 4.doc Eurotronics Technical Documentation
Blz 2 van 28 28/01/08
Eurotronics NV Spatial Information Technologies
A. Overzicht
Figuur : Overzicht van de programma‛s en hun databestanden Handleiding SIMaDOrbitGIS 4.doc Eurotronics Technical Documentation
Blz 3 van 28 28/01/08
Eurotronics NV Spatial Information Technologies
A.1. SymAdmin (Symbolen beheer)
·
Doel : Conversie van symbool-tekeningen in dxf-formaat naar databank-symbolen voor gebruik in SIMaD en/of VSDesign
·
Databank = SymAdmin.mdb (formaat MS-Access)
o
Bevat logo-symbolen en verkeersteken-symbolen voor gebruik in VSDesign-ontwerpen en SIMaDopstellingen
o
Symbolen worden onderverdeeld in categorieën, die op hun beurt onderverdeeld worden in bibliotheken
·
Beheer van Categorieën en Bibliotheken
A.2. SIMaD (Sign Information Map and Design)
·
Doel : Opbouw van opstellingen (politieborden en richtingssignalisatie) en opname in de databank van bijkomende attribuut-informatie over de borden-steunen-bevestigingen. Hiertoe wordt een koppeling gemaakt met verschillende databestanden :
o
o
Databank SIMaD.mdb (formaat MS-Access) : bevat basisinformatie over :
§
Armatuur
§
Beeldvlak
§
Behandeling
§
Bevestiging
§
BodemType
§
FabricageType
§
Fabricant
§
Ophanging
§
StandaardSteun
§
StandaardVoet
§
TypeSteun
Databank SymAdmin.mdb (formaat MS-Access) : bevat logo-symbolen en verkeersteken-symbolen, opgedeeld in categorieën en bibliotheken
o
Databank VSDesign.mdb (formaat MS-Access) : dit is de databank van het ontwerpprogramma voor richtingssignalisatie VSDesign
A.3. VSDesign (Ontwerpprogramma voor richtingssignalisatie)
·
Doel : Opmaken van ontwerptekeningen van wegwijzers, voorwegwijzers en specifieke politieborden
·
Databank VSDesign.mdb (formaat MS-Access)
Handleiding SIMaDOrbitGIS 4.doc Eurotronics Technical Documentation
Blz 4 van 28 28/01/08
Eurotronics NV Spatial Information Technologies
o
Bevat databank-gegevens van de ontwerpen van richtingssignalisatie zoals :
§
Breedte en hoogte van de borden
§
De verschillende opschriften (bestemmingen) en symbolen die op de borden voorkomen
§
Type van de borden (F25, F27...)
A.4. Orbit GIS
·
Doel : koppeling van geografische gegevens (een opstelling van verkeersborden) aan de databank die de informatie bevat over deze opstellingen
·
SIMaD Orbit GIS-extensie : zorgt voor interactie tussen SIMaD en Orbit GIS.
o
de informatie over de opstelling wordt ingevuld in een databank
o
in een shape-bestand wordt een grafische voorstelling van elke opstelling opgeslagen, weergegeven in Orbit GIS
o
de combinatie databank – shape-bestand
wordt een SIMaD-dataset of kortweg een dataset
genoemd
o
er wordt een koppeling voorzien tussen de grafische voorstelling in het shape-bestand en de informatie over de opstelling in de databank
Verkeersborden worden in Orbit GIS grafisch voorgesteld dmv. polygonen die opgeslagen worden in Orbit GIS Shape-bestanden (een polygonen featureclass)
De voorstelling bestaat uit enerzijds een symbolische voorstelling (het steunpuntsymbool) van de steun en het zichtvlak van de opstelling, en anderzijds een grafische voorstelling van de verkeersborden zelf. Het steunpuntsymbool staat steeds op de plaats van inplanting, de verkeersborden zelf kunnen een eindje van deze plaats getekend worden. Tussen steunpuntsymbool en verkeersborden wordt er dan een verwijzingslijn getekend.
Handleiding SIMaDOrbitGIS 4.doc Eurotronics Technical Documentation
Blz 5 van 28 28/01/08
Eurotronics NV Spatial Information Technologies
·
De attributen van de in kaart gebrachte opstellingen zijn terug te vinden in de databank :
o
deze databank bevat de tabellen "Opstelling", "Borden", "Bevestigingen", "Steunen"
o
voor een universele overdraagbaarheid naar andere gebruikers/werkposten, bevat deze databank alle benodigde details uit de VSDesign, SIMaD en SymAdmin – databanken. Deze details worden bij het in kaart brengen steeds gecopieerd uit de overéénkomstige databank naar de databank van de SIMaD-dataset :
§
Gegevens uit SIMaD.mdb : Opstelling (Ophanging) – Borden (Beeldvlak-ArmatuurFabricageType-Fabricant) – Bevestigingen (Bevestiging) – Steunen (StandaardsteunTypesteun-StandaardVoet-BodemType)
§
Gegevens uit VSDesign.mdb (wanneer een VSDesign-tekening gebruikt wordt in de opstelling) : volledige databank-beschrijving van de VSDesign-ontwerptekening
§
Gegevens uit SymAdmin.mdb : (wanneer een SymAdmin-symbool gebruikt wordt in de opstelling) : volledige databank-beschrijving van het SymAdmin-symbool
o
de databank van de SIMaD-dataset bevat daarnaast alle benodigde informatie die nodig is voor het in kaart brengen van een opstelling : :
§
inplantingspunt (X,Y) van de opstelling
§
inplantingshoek van de opstelling
§
referentiepunt
(X,Y)
bordenvoorstelling
(midden
onderzijde
van
de
bordenvoorstelling)
o
§
schaal steunpuntsymbool
§
schaal bordenvoorstelling
de databank van de SIMaD-dataset bevat uiteindelijk alle benodigde gegevens om de grafische voorstelling van elke opstelling in shape-formaat aan te maken
Handleiding SIMaDOrbitGIS 4.doc Eurotronics Technical Documentation
Blz 6 van 28 28/01/08
Eurotronics NV Spatial Information Technologies
B. SIMaD : eerste opstart SIMaD werkt voor het samenstellen van een opstelling met verschillende databanken.
·
SIMaD-databank : bevat attribuut-informatie die aan opstellingen, verkeersborden, bevestigingen en steunen kan toegevoegd worden. Het installatieprogramma voor SIMaD installeert een standaarddatabank SIMaD.mdb op de volgende plaats : “Installatie-folder”\SIMaD V3.1\DB\SIMaD.mdb.
·
Een SymAdmin-databank : bevat de tekeningen en de basisinformatie van symbolen (logo-symbolen en verkeersteken-symbolen). Het installatieprogramma voor SymAdmin installeert een standaard-databank SymAdmin.mdb op de volgende plaats : “Installatie-folder”\SymAdmin V3.1\DB\SymAdmin.mdb.
·
Een
VSDesign-databank
:
bevat
de
ontwerpen
die
opgemaakt
werden
met
VSDesign.
Het
installatieprogramma voor VSDesign installeert een standaard-databank VSDesign.mdb op de volgende plaats : “Installatie-folder”\VSDesign V5.1\DB\VSDesign.mdb. Als het VSDesign-programma niet werd geïnstalleerd, kan toch nog steeds een koppeling gemaakt worden met een VSDesign-databank die men van een andere VSDesign-gebruiker toegestuurd heeft gekregen. Wanneer SIMaD na de installatie-procedure een eerste maal wordt opgestart, dient de juiste plaats waar deze databanken zich bevinden nog ingesteld te worden. ·
Start SIMaD V3.1 op via Start-Programma‛s-DLW-SIMaD V3.1. Zowel bij Symbolen als bij VSDesign vinden we een leeg scherm.
·
De symbolen-databank kan als volgt geladen worden : Kies het menu Bestand – Databanken – SymAdmin. Geef het volgende bestand aan : “Installatie-folder”\SymAdmin V3.1\DB\SymAdmin.mdb. De databank wordt geladen en het scherm ziet er nu uit als volgt :
Handleiding SIMaDOrbitGIS 4.doc Eurotronics Technical Documentation
Blz 7 van 28 28/01/08
Eurotronics NV Spatial Information Technologies
·
De VSDesign-databank kan als volgt geladen worden : Kies het menu Bestand – Databanken – VSDesign –
Nieuw. Geef het volgende bestand aan : “Installatie-folder”\VSDesign V5.1\DB\VSDesign.mdb. (of een andere bestandsnaam als de VSDesign-databank via een andere gebruiker werd toegestuurd). De databank wordt geladen en het scherm ziet er nu uit als volgt :
·
De SIMaD-databank kan als volgt geladen worden : Kies het menu Bestand – Databanken – SIMaD –
Nieuw. Geef het volgende bestand aan : “Installatie-folder”\SIMaD V3.1\DB\SIMaD.mdb. De databank wordt geladen. Men kan op elk willekeurig moment andere databanken laden. Stel bv. dat men wil beschikken over een VSDesign-ontwerp dat door een collega werd gemaakt. Men vraagt de collega een copij van de VSDesigndatabank die het desbetreffende ontwerp bevat en laadt vervolgens deze databank.
Handleiding SIMaDOrbitGIS 4.doc Eurotronics Technical Documentation
Blz 8 van 28 28/01/08
Eurotronics NV Spatial Information Technologies
Wanneer via het programma VSDesign één van de ontwerpen van de databank wordt gewijzigd, dient de VSDesign-databank in SIMaD opnieuw ingelezen te worden. Dat kan via de knop
of via het menu Bestand
– Databanken – VSDesign – Herladen.
Handleiding SIMaDOrbitGIS 4.doc Eurotronics Technical Documentation
Blz 9 van 28 28/01/08
Eurotronics NV Spatial Information Technologies
C. Integratie van SIMaD in Orbit GIS De integratie van SIMaD in Orbit GIS gebeurt in de vorm van een Orbit GIS-extensie. Deze extensie moet geactiveerd worden om de functionaliteit van SIMaD onder Orbit GIS te kunnen gebruiken. Werkwijze :
·
Start Orbit GIS en begin een nieuwe blanco workspace of open een bestaande. Deze workspace moet minstens 1 kaartlaag bevatten die dienst doet als onderlegger voor het plaatsen van verkeersborden.
·
Open de SIMaD-werkbalk via Tools – Open SIMaD Extension.
·
Maak een nieuwe SIMaD-dataset aan of open een bestaande.
·
Wanneer men de muis beweegt over de verschillende knoppen van de SIMaD-werkbalk, verschijnt telkens een tooltip waarin informatie over de functie van het onderliggende knop wordt weergegeven.
Handleiding SIMaDOrbitGIS 4.doc Eurotronics Technical Documentation
Blz 10 van 28 28/01/08
Eurotronics NV Spatial Information Technologies
D. SIMaD-datasets D.1. SIMaD-datsets : samenstelling Een SIMaD-dataset is een combinatie van (1) een Orbit GIS polygonen-laag (shape-formaat type polygonen) en (2) een databank met attribuut-informatie van de verschillende opstellingen.
·
De polygonen-laag bevat zowel de verkeerstekens als het steunpunt-symbool dat het inplantingspunt voorstelt en eventueel een verwijzingslijn tussen de midden-onderzijde van de verkeerstekens en het steunpunt. Een polygonen-laag in shape-formaat op een harde schijf bestaat uit min. de volgende bestanden : file1.shp – file1.shx – file1.dbf. De Orbit GIS legende voor de inkleuring van het shapebestand wordt opgeslagen in het bestand file1.olg (OLG = Orbit Legend File).
·
De databank bevat de attribuut-informatie van de verschillende opstellingen. Dit is een databank in MSAccess formaat met dezelfde naam als het shape-bestand.
·
De opslag van een SIMaD-dataset op de harde schijf van een computer is als volgt :
o
De gebruiker bepaalt bij de aanmaak van een SIMaD-dataset welke naam er aan de dataset gegeven wordt (bv. bewegwijzering_antwerpen) en in welke folder deze dataset moet aangemaakt worden.
o
·
De databank bewegwijzering_antwerpen.mdb wordt in dezelfde folder aangemaakt.
Het is belangrijk om weten dat het shape-bestand van de polygonen-laag enkel dient om de opstellingen grafisch te kunnen voorstellen in Orbit GIS. Alhoewel shape-bestanden ook wel attribuut-informatie kunnen bevatten, wordt daar door de SIMaD-extensie geen gebruik van gemaakt. De volledige attribuutinformatie van de opstellingen wordt opgenomen in de databank zelf van de SIMaD-dataset. De koppeling tussen de polygonen-laag en de databank gebeurt op basis van een unieke sleutel (die zowel in het shapebestand als in de databank aanwezig is). Het is door het opzoeken en vergelijken van deze sleutel dat de SIMaD-extensie weet welke opstelling de gebruiker wil bewerken wanneer die een opstelling op zijn scherm (en dus één van de polygonen van de polygonen-laag) aanduidt.
·
Voor de transfer van SIMaD-datasets tussen gebruikers onderling volstaat de transfer van de datasetdatabank. De bestanden van de polygonen-laag kunnen hieruit steeds gerecupereerd worden.
·
Er kunnen steeds meerdere SIMaD-datasets tegelijkertijd geladen worden - er kan er daarentegen wel slechts 1 tegelijkertijd bewerkt worden via de SIMaD-extensie.
Handleiding SIMaDOrbitGIS 4.doc Eurotronics Technical Documentation
Blz 11 van 28 28/01/08
Eurotronics NV Spatial Information Technologies
D.2. SIMaD-datasets : aanmaken, inladen en bewerken via de SIMaD-werkbalk
SIMaD-datasets worden aangemaakt en bewerkt mbv. volgende knoppen van de SIMaD-werkbalk :
Maak een nieuwe SIMaD dataset aan. Er wordt gevraagd om een bestandsnaam op te geven.
o
Een SIMaD-dataset met deze naam wordt op de aangegeven plaats op de harde schijf aangemaakt. Zoals hierboven beschreven bestaat die dataset uit een shape-bestand en een databank. Het shape-bestand wordt als laag aan de Orbit GIS workspace toegevoegd.
Open een bestaande SIMaD dataset. Er wordt gevraagd om een bestandsnaam op te geven
o
van een bestaande SIMaD-dataset. De SIMaD-dataset wordt geladen : de databank wordt geopend en als het shape-bestand nog geen onderdeel is van de huidige Orbit GIS workspace, wordt het shape-bestand als laag aan de Orbit GIS workspace toegevoegd. De databank wordt gelockt via een Access.Lockfile (*.ldb).
o
Sla de SIMaD dataset op.
o
Sluit de SIMaD dataset. Dit is nodig opdat een andere SIMaD-dataset via de SIMaDwerkbalk zou ingeladen kunnen worden. De databank wordt gesloten. Het shape-bestand wordt echter niet uit de Orbit GIS workspace verwijderd en blijft dus visualiseerbaar.
D.3. Opstellingen plaatsen en bewerken Voor een SIMaD-dataset die via de SIMaD-werkbalk ingeladen werd, kunnen opstellingen geplaatst en bewerkt worden. De volgende knoppen worden dan toegankelijk :
·
Maak een nieuwe opstelling. Er worden 4 stappen onderscheiden in het plaatsen van een nieuwe opstelling :
o
Ingave van het inplantingspunt, d.i. de exacte geografische locatie waar de opstelling zich bevindt. Duid de locatie aan op de kaart.
o
Ingave van de richting van de opstelling. Dit wordt aangegeven door op een willekeurige plaats op de kaart een lijn te trekken in de correcte richting (d.m.v. het aanklikken van twee punten), d.i. de richting waarin de bestuurder rijdt waarvoor deze opstelling geplaatst werd (behalve voor wegwijzeropstellingen parallel met de openbare weg, daar wordt de lijn loodrecht op de bestuurdersrichting getrokken).
Handleiding SIMaDOrbitGIS 4.doc Eurotronics Technical Documentation
Blz 12 van 28 28/01/08
Eurotronics NV Spatial Information Technologies
o
Vervolgens komt de gebruiker terecht in het SIMaD-programma voor de samenstelling van de opstelling en de ingave van de attribuut-informatie van de afzonderlijke borden (zie verderop voor de bediening van het SIMaD-programma).
o
Tenslotte komt de gebruiker met de samengestelde opstelling terug in Orbit GIS. De verschillende polygonen van het borden-gedeelte werden als 1 bordenopstelling geselecteerd. Dit is merkbaar als gekozen wordt voor het commando Selecteer en verplaats een opstelling.
o
Na het beëindigen van het plaatsen van een opstelling kan men onmiddelijk een volgende opstelling plaatsen. Het commando Maak een nieuwe opstelling blijft immers actief in de SIMaD-werkbalk en men kan dadelijk een volgend inplantingspunt aangeven.
·
Selecteer en verplaats een opstelling: Dit commando verplaatst ofwel de bordenvoorstelling van de opstelling ofwel de ganse opstelling (bordenvoorstelling + steunpuntsymbool en verwijzingslijn).
o
Verplaatsen van de bordenvoorstelling : selecteer een opstelling door te klikken op de bordenvoorstelling. Het steunpuntsymbool wordt in het rood aangeduid en de bordenvoorstelling wordt rood omkaderd. Verplaats vervolgens de bordenvoorstelling door de rode kader aan te klikken en te verslepen.
o
Verplaatsen van de ganse opstelling : selecteer een opstelling door te klikken op de bordenvoorstelling. Het steunpuntsymbool wordt in het rood aangeduid en de bordenvoorstelling wordt rood omkaderd. Verplaats vervolgens de ganse opstelling door het steunpuntsymbool aan te klikken en te verslepen.
·
Maak een nieuwe dubbelfront opstelling. Een DF-opstelling is een opstelling waarbij verkeersborden gericht naar bestuurders die in een verschillende richting rijden, op eenzelfde steun worden bevestigd. In dat geval wordt in eerste instantie de hoofdopstelling ingegeven (zie Maak een nieuwe opstelling), daarna één of meerdere nevenopstellingen (met dit commando). Welke zijde van de opstelling als hoofdopstelling
Handleiding SIMaDOrbitGIS 4.doc Eurotronics Technical Documentation
Blz 13 van 28 28/01/08
Eurotronics NV Spatial Information Technologies
wordt gekozen is in principe niet van belang, maar aangezien enkel aan de hoofdopstelling steunen kunnen toegvoegd worden, is het aangewezen de zijde van de opstelling die bepalend is voor de lengte van de steunen, te kiezen als hoofdopstelling. Het ingeven van de nevenopstellingen van een DF-opstelling gebeurt dan in de volgende 4 stappen :
o
Aanduiden welke opstelling de hoofdopstelling is van de DF-opstelling (selecteren van een opstelling door te klikken op de bordenvoorstelling, commando Selecteer en verplaats een opstelling).
o
Richting van de nevenopstelling aanduiden, op dezelfde manier als hiervoor beschreven werd voor de hoofdopstelling.
o
Vervolgens komt de gebruiker terecht in het SIMaD-programma voor de samenstelling van de opstelling en de ingave van de attribuut-informatie van de afzonderlijke borden (zie verderop voor de bediening van het SIMaD-programma).
o
Tenslotte komt de gebruiker met de samengestelde opstelling terug in Orbit GIS. De hoofdopstelling blijft geselecteerd. Dit is merkbaar als gekozen wordt voor het commando
Selecteer en verplaats een opstelling.
·
Wijzig de geselecteerde opstelling. De borden die de opstelling samenstellen kunnen via dit commando gewijzigd worden. Dit gebeurt in 2 stappen :
o
Aanduiden van de opstelling die moet gewijzigd worden (selecteren van een opstelling door te klikken op de bordenvoorstelling, commando Selecteer en verplaats een opstelling).
o
De opstelling wordt opnieuw geopend in het SIMaD-programma en kan daar aangepast worden (zie verderop voor de bediening van het SIMaD-programma). Daarna keert de gebruiker terug met de gewijzigde opstelling in Orbit GIS en wordt de bordenvoorstelling aangepast aan de gewijzigde opstelling.
Dit commando blijft actief na het beëindigen van deze twee stappen. De gebruiker kan dus na de tweede stap onmiddelijk een volgende opstelling aanduiden voor wijziging in het SIMaD-programma.
·
Roteer een opstelling. Dit commando verandert de oriëntatie van de opstelling. Selecteer een opstelling door te klikken op de bordenvoorstelling, commando Selecteer en verplaats een opstelling. Roteer vervolgens de opstelling door de rode kader aan te klikken en te verslepen.
·
Verwijder de geselecteerde opstelling. Selecteer een opstelling door te klikken op de bordenvoorstelling, commando Selecteer en verplaats een opstelling. De bordenvoorstelling wordt verwijderd uit het shape-bestand en de opstelling wordt verwijderd uit de databank (er is voorlopig nog geen undo-functionaliteit voorzien).
Handleiding SIMaDOrbitGIS 4.doc Eurotronics Technical Documentation
Blz 14 van 28 28/01/08
Eurotronics NV Spatial Information Technologies
D.4. Attribuut-informatie Tonen van attribuut-informatie van een opstelling. Selecteer de opstelling waarvan men de attribuutinformatie wenst te raadplegen door te klikken op de bordenvoorstelling, commando Selecteer en verplaats een
opstelling. De informatie wordt vervolgens getoond in een aangepast scherm.
Dit venster bevat 3 bladen : “Attributen” – “Sup. Attributen” en “Foto”. D.4.1
Attributen
Hier worden de standaard attributen van een opstelling weergegeven. Het blad is onderverdeeld in een groep “Opstelling” en een groep “Borden-Steunen”.
·
Attribuut-informatie voor de groep “Opstelling” :
o
MVG (specifek) : informatie omtrent de positiebepaling van de opstelling gekoppeld aan het routesysteem van de Vlaamse Gemeenschap. Wanneer het routesysteem werd geladen, kan men hier de parameters WegNr, Ident8, Hm, Verpl(aatsing), Kmp en Inplanting instellen. Het invullen van een Kmp kan niet rechtstreeks bij het label “Kmp”, maar moet gebeuren door het invullen van een Hm-positie en een verplaatsing tov. deze Hm-positie : bv. Hm = 25,9 [km] en Verpl = -5,2 [m], dan wordt daaruit het Kmp = 25,8948 [km] afgeleid en ingevuld. Zowel Kmp als Verpl kunnen tot op 1 cijfer na de komma ingegeven worden. Inplanting geeft aan tov. welke kant van de wegas de opstelling is ingeplant. L(inks) van de wegas, R(echts) van de wegas of X(nog niet bepaald). De te beschouwen wegas is hierbij diegene die overéénkomt met de Ident8-waarde.
Handleiding SIMaDOrbitGIS 4.doc Eurotronics Technical Documentation
Blz 15 van 28 28/01/08
Eurotronics NV Spatial Information Technologies
o
X, Y : X en Y –positie van de opstelling – wordt door de SIMaD-extensie ingevuld vanuit het punt dat als inplantingspunt wordt aangegegeven bij de aanmaak van een nieuwe opstelling.
o
Krp, Ref en Opmerking : dit zijn velden die door de gebruiker zelf al dan niet kunnen ingevuld worden en waaraan de gebruiker eventueel zelf eventueel een andere betekenis kan geven.
o
·
Datum opmeting : de datum van de opmeting kan hier opgegeven worden.
Attribuut-informatie voor de groep borden/steunen. De informatie die hier getoond wordt betreft de informatie die via de SIMaD-toepassing aan de databank werd toegevoegd. Deze informatie is enkel wijzigbaar via de SIMaD-toepassing. D.4.2
Sup. Attributen
Supplementaire Attributen zijn gegevens van een opstelling, of van de borden of de steunen die geen standaard SIMaD-gegeven zijn. Ze kunnen door een gebruiker zelf gedefinieerd worden (vooralsnog enkel door met de Access-toepassing rechtstreeks de structuur van de databank te wijzigen). Het invullen ervan gebeurt dan via het blad Sup. Attributen, waar deze attributen gegroepeerd worden op het niveau “Opstelling”, het niveau “Borden” en het niveau “Steunen” (wat resp. overéénkomt met de tabellen “Opstelingen”, “Borden” en “Steunen” uit de databank).
Op het niveau “Borden” en het niveau “Steunen” worden de velden per bord (of per steun) weergegeven. De “Borden” en “Steunen” worden hierbij genummerd, voor Borden van boven naar onder in de opstelling (Bord 1 = bovenaan), voor Steunen van links naar rechts in de opstelling (Steun 1 = links). De verschillende velden kunnen makkelijk en snel ingevuld worden door het eerste veld in de tabel te kiezen, de overéénkomstige waarde ervoor in te vullen en vervolgens op de Enter-toets te drukken. Het volgende veld in de tabel wordt dan actief en kan aangevuld worden. De knop
naast het invulveld heeft hetzelfde effect als
het indrukken van de Enter-toets na het invullen van een gegegeven.
Handleiding SIMaDOrbitGIS 4.doc Eurotronics Technical Documentation
Blz 16 van 28 28/01/08
Eurotronics NV Spatial Information Technologies
D.4.3
Foto
Aan elke opstelling kan een foto (jpeg-formaat) verbonden worden. De foto wordt niet opgenomen in de databank, enkel de relatieve positie van de foto tov. de databank zelf wordt onthouden. Wanneer de databank zelf bv. op de harde schijf staat onder “C:\Opleiding Simad\voorbeeld\bewegwijzering_antwerpen.mdb”, dan moet de foto ofwel ook in de folder “C:\Opleiding Simad\voorbeeld” geplaatst worden (dezelfde folder dus als de databank) of in een subfolder van deze folder : bv. “C:\Opleiding Simad\voorbeeld\fotos\t125.jpg”. De foto wordt in dit laatste geval in de databank onthouden onder de vorm “fotos\t125.jpg”. Deze manier van opslaan biedt het voordeel dat men makkelijk ganse projecten van plaats kan veranderen op een harde schijf of kopiëren naar andere gebruikers.
Handleiding SIMaDOrbitGIS 4.doc Eurotronics Technical Documentation
Blz 17 van 28 28/01/08
Eurotronics NV Spatial Information Technologies
E. SIMaD-programma : samenstellen van opstellingen E.1. Samenstellen Wanneer een nieuwe opstelling wordt ingegeven of een bestaande opstelling wordt gewijzigd, komt de gebruiker steeds in de interface van het SIMaD-programma terecht voor de opmaak van de opstelling.
Bovenaan bevinden zich twee knoppen die de interactie met Orbit GIS verzorgen. Met de knop
kan er
teruggekeerd worden naar Orbit GIS, met de knop
kan de gebruiker het aan de gang zijnde commando
(opstelling plaatsen of wijzigen) annuleren. De knop
is enkel actief als er reeds borden aan de opstelling
werden toegevoegd. In het rechtse gedeelte kan men een opstelling met borden uit het linkergedeelte samenstellen. Kies daartoe een bord in het linker gedeelte onder ofwel Symbolen (verkeerstekens uit de SymAdmin symbolen-databank) ofwel VSDesign (ontwerptekeningen uit de VSDesign-databank). Versleep het bord (of het geheel van borden in geval van een stel wegwijzers uit de VSDesign-databank) naar het rechtse gedeelte van het scherm en laat het daar vallen. Meerdere borden kunnen in het rechtse gedeelte gecombineerd worden tot een opstelling, door ze onder of boven elkaar te laten vallen na het slepen. Hieronder een voorbeeld :
Handleiding SIMaDOrbitGIS 4.doc Eurotronics Technical Documentation
Blz 18 van 28 28/01/08
Eurotronics NV Spatial Information Technologies
Boven de opstelling die samengesteld wordt, verschijnen een aantal parameters van het actieve bord (een bord wordt hier geactiveerd door er met de muis op te klikken) :
o
Een volgnr (kan niet aangepast worden) : er wordt genummerd van boven naar beneden
o
X en Y coördinaat van het bord in de voorstelling. Deze coördinaten stellen de linker-benedenhoek van het bord voor tov. de linker-benedenhoek van de ganse opstelling. Deze coördinaten kunnen eventueel aangepast worden.
o
Br(Breedte) en Hg(Hoogte) van het bord (kan niet aangepast worden)
o
Een onderverdeling van de borden in ofwel Politiebord
ofwel Bewegwijzering. Dit onderscheid
wordt gemaakt opdat men in een later stadium via een filter op de databank makkelijk de bewegwijzering van de andere signalisatie-borden zou kunnen onderscheiden (zie verder). Standaard wordt een verkeersteken uit de symbolen-databank als Politiebord gekatalogeerd en worden de ontwerpen uit de VSDesign-databank als Bewegwijzering gakatalogeerd. In een aantal gevallen evenwel wordt er al eens een ontwerp gemaakt met VSDesign, zonder dat het hier evenwel om een bewegwijzerings-bord gaat. In dat geval kan deze categorisering aangepast worden. Zodra de opstelling is samengesteld, kan men met de knop
terugkeren naar Orbit GIS.
E.2. Variant-symbolen Een aantal verkeerstekens in de symbolen-databank zijn als variant opgevat. Dit houdt in dat de opschriften ervan gewijzigd kunnen worden. Neem bv. het bord C43 uit de bibliotheek C : Verbodsborden. Dubbelklik op het verkeersbord, of selecteer het verkeersbord met de rechter-muisknop zodat een een bijkomend menu wordt geactiveerd en kies hierin de de optie wijzigen . Volgend scherm verschijnt :
o
Bovenaan links vindt men het opschrift 70. Dit opschrift kan gewijzigd worden – bv. om een C43 met snelheidsbeperking “90” aan te maken.
Een ander vb. van een variant-symbool is bv. het verkeersbord C29. Dit bord bevat twee opschriften die kunnen aangepast worden : dit levert volgend scherm :
Handleiding SIMaDOrbitGIS 4.doc Eurotronics Technical Documentation
Blz 19 van 28 28/01/08
Eurotronics NV Spatial Information Technologies
o
Er is een eerste opschrift “4” dat kan gewijzigd worden.
o
Om het tweede opschrift “50” te wijzigen, dient met dit opschrift eerst te activeren. Dit kan door ofwel het opschrift met de muis aan te duiden, ofwel door op de enter-toets te drukken terwijl het eeste opschrift actief is. In beide gevallen wordt het tweede opschrift actief en kan aangepast worden.
o
Merk ook op dat in dit geval de benaming van het symbool ook best aangepast wordt. Omdat de hoogtebeperking zelf niet als volledig opschrift wordt ingegeven, maar in deel-opschriften (een opschrift “3”, een opschrift “40” terwijl de letter “m” zelfs geen opschrift is maar een grafisch gegeven), worden latere zoekopdrachten in de databank naar deze borden moeilijk. Dat kan dan vergemakkelijkt worden door het volledige opschrift ook op te nemen in de benaming van het symbool.
Het overgrote deel van de verkeerstekens in de symbolen-databank die een opschrift dragen zijn op deze manier wijzigbaar.
Handleiding SIMaDOrbitGIS 4.doc Eurotronics Technical Documentation
Blz 20 van 28 28/01/08
Eurotronics NV Spatial Information Technologies
Verkeerstekens uit de symbolen-databank kunnen steeds aangepast worden, of ze nu in het linkse gedeelte van het SIMaD-scherm staan als deel van de symbolen-databank, of in het rechtse gedeelte van het scherm als deel van een opstelling. Er is evenwel volgend verschil :
o
Verkeerstekens die in het linkse gedeelte van het SIMaD-scherm staan, maken nog deel uit van de symbolen-databank. Het wijzigen van een verkeersteken wijzigt ook de inhoud van de symbolendatabank. Daarom is er ook de mogelijkheid voorzien om verkeerstekens in dit gedeelte van het scherm te kunnen copiëren en plakken (commando‛s copiëren en plakken zijn bereikbaar via een menu dat wordt opgeroepen door met de rechter muisknop een bepaald verkeersteken aan te duiden). Hierdoor kan men de symbolen-databank uitbreiden met bijkomende verkeerstekens – bv. met de borden C43 met opschriften “70” en “90” omdat men deze veelvuldig nodig heeft- zodat die niet steeds hoeven aangemaakt te worden.
o
Verkeerstekens die in het rechtse gedeelte van het SIMaD-scherm staan, maken geen deel meer uit van de symbolen-databank, ze maken enkel deel uit van de opstelling waatoe ze behoren. Een wijziging van een verkeersteken in dit gedeelte van het scherm wijzigt het verkeersteken dus niet in de symbolen-databank. Dit wordt voornamelijk toegepast op verkeerstekens die niet veelvuldig voorkomen – zoals bv. het bord C29 met beperking 3m40 van hierboven.
E.3. Opstelling wijzigen Wanneer in Orbit GIS een opstelling wordt geselecteerd om te wijzigen, dan wordt deze opstelling in het SIMaD-programma geladen zodat ze kan aangepast worden.
o
Een bord toevoegen kan op dezelfde manier als bij het samenstellen van een nieuwe opstelling.
o
Een bord verwijderen gebeurt door het bord met de rechts muisknop te selecteren. Er verschijnt een menu waarin de optie verwijderen moet aangeduid worden.
Keer na de wijziging van de opstelling terug naar Orbit GIS via de knop
. Kies eventueel de knop
om de
doorgevoerde wijzigingen te annuleren en zonder wijziging terug te keren naar Orbit GIS.
Handleiding SIMaDOrbitGIS 4.doc Eurotronics Technical Documentation
Blz 21 van 28 28/01/08
Eurotronics NV Spatial Information Technologies
Tot dusver werd SIMaD enkel gebruikt om de bordenvoorstelling van een opstelling samen te stellen. Zoals we verder zullen zien worden hierdoor in de databank die bij de SIMaD-dataset hoort (File1.mdb uit het overzicht dat werd gegeven onder A) reeds een aantal gegevens weggeschreven (zoals Type, Vorm en
Afmetingen van de borden), de databank kan echter nog verder aangevuld worden met gegevens (oa. informatie over de steunen, voetstukken …). In dit gedeelte wordt daar verder op ingegaan. Daarnaast wordt er ook aandacht besteed aan de variant-symbolen van de SymAdmin-databank, dit zijn symbolen waarvan de opschriften kunnen aangepast worden. Dit gedeelte wordt afgesloten met nog enkele praktische tips bij het werken met SIMaD-Orbit GIS.
E.4. Attribuut-informatie ingeven Voor elke opstelling kan bijkomende informatie ingegeven worden. Klik daartoe op de knop
terwijl een
opstelling met min. 1 bord in het rechtse gedeelte van het SIMaD-scherm aanwezig is.
Volgende scherm verschijnt :
Handleiding SIMaDOrbitGIS 4.doc Eurotronics Technical Documentation
Blz 22 van 28 28/01/08
Eurotronics NV Spatial Information Technologies
·
Per opstelling kan ingevuld worden :
o
VH : Vrije Hoogte, d.i. de hoogte tussen onderzijde van de borden en het maaiveld. Een aantal hoogtes die frequent gebruikt worden bevinden zich in de lijst, men kan voor de hoogte ook een waarde ingeven. De hier opgegeven hoogte wordt verder ook gebruikt bij de berekening van de lengte van de steunen (zie verder).
o
Ophanging : De omschrijving van het type ophanging, een aantal omschrijvingen zijn standaard voorzien in de SIMaD-databank, zoals Steun, Verkeerslicht, Verlichtingspaal, Muurarmatuur, Tegen
muur. Andere types ophangingen kunnen toegevoegd worden via de knop
·
.
Per bord kan ingevuld worden :
o
Type Fabricage : De omschrijving van het type fabricage, een aantal omschrijvingen zijn standaard voorzien in de SIMaD-databank zoals SB250 (Standaardbestek 250), T2000 (Type 2000), B&W
(Bruggen en Wegen), IV (Inwendig verlicht). Andere types fabricage kunnen toegevoegd worden via de knop
o
.
Armatuur : Een lijst van armaturen (het gedeelte dat achteraan op het verkeersbord voorzien is voor de montage op een steun). Er zijn armaturen met verschillende vormen en afmetingen. De lijst is bovendien verschillend voor elk Type Fabricage. Wanneer het Type Fabricage ingesteld werd volstaat het de knop
te selecteren. Op basis van het Type Fabricage enerzijds en de Vorm en
Afmetingen van het bord anderzijds wordt het juiste Armatuur uit de lijst geselecteerd. Het toevoegen van een armatuur aan een bord is van belang voor :
§
Elke armatuur-definitie bevat referentie-punten voor bevestigingen, daardoor kan het programma bij het toevoegen van bevestigingen aan een opstelling het aantal bevestigingen bepalen en ze op de juiste plaats aan een armatuur toevoegen.
§
Elke armatuur-definitie bevat ook referentie-punten voor steunen, punten die gebruikt worden bij de berekening van de lengte van de steunen.
o
Beeldvlak : De omschrijving van het beeldvlak, een aantal omschrijvingen zijn standaard voorzien zoals Type I, Type II, Type III. Andere omschrijvingen kunnen toegevoegd worden via de knop
o
Fabricant : De naam van de fabricant van het bord., er worden bij de installatie van het programma geen namen van fabricanten in de SIMaD-databank voorzien, via de knop
kunnen er namen
toegevoegd worden.
o
Datum Fabricage : De datum van fabricage van het bord.
o
Bevestigingen : Via de knop
kunnen de bevestigingen aan elk bord toegevoegd worden. Men kan
daarbij kiezen uit een lijst die bevestigingen bevat voor de verschillende fabricagetypes van borden en afmetingen van steunen. Wanneer men bevestigt dat er bevestigingen mogen toegevoegd worden voor alle bevestigingspunten, dan zullen er van het geselecteerde type bevestiging zoveel toegevoegd worden aan het bord als er bevestigingspunten in het armatuur van het bord te vinden zijn. Handleiding SIMaDOrbitGIS 4.doc Eurotronics Technical Documentation
Blz 23 van 28 28/01/08
Eurotronics NV Spatial Information Technologies
·
Steunen kunnen toegevoegd worden aan een opstelling via de knop
. Men kan daarbij kiezen uit een
lijst die steunen bevat van de verschillende fabricagetypes en diameters, in verschillende kleuren. Onder standaardsteun verstaan we een steun met cirkelvormige of rechthoekige doorsnede, onder typesteun worden steunen geklasseerd zoals galgconstructies en portieken en andere constructies waarvan de doorsnede niet als cirkelvormig of rechthoekig kan aangegeven worden. De velden X, Y, L1 en L2 hebben volgende betekenis :
o
X,Y : X,Y-coördinaat van de steun tov. het nulpunt van de opstelling. Het nulpunt wordt in de figuur aangegeven met een rood kruisje.
o
L1 : Lengte van de steun boven het maaiveld. Deze lengte wordt door het programma ingevuld bij het toevoegen van een steun en wordt berekend aan de hand van de ingegeven waarde van de vrije hoogte (VH) en het steun-referentiepunt van het armatuur van het bovenste bord.
o
L2 : Lengte van de steun onder het maaiveld. Deze lengte wordt door het programma ingevuld bij het toevoegen van een Standaardvoet of Typevoet. De software neemt daarbij als lengte ofwel de hoogte Hg1 van de uitsparing voor een steun in een Standaardvoet, ofwel de hoogte Hg van een Typevoet.
o
Aan elke steun kan een voetstuk toegevoegd worden : er wordt daarbij een onderscheid gemaakt tussen een standaardvoet en een typevoet.
§
Een standaardvoet is een rechthoekig voetstuk met genormaliseerde afmetingen zoals beschreven in de vroegere Algemene Omzendbrief Nopens de WegSignalisatie of in het nieuwere Standaardbestek 250.
§
Een Typevoet is een rechthoekig voetstuk met willekeurige afmetingen.
Voor standaardvoeten bevat de SIMaD-databank de courante afmetingen, eventueel kunnen bijkomende voetstukken ingegeven worden via de knop .
o
Aan elke steun kan tenslotte ook een Type Bodem toegevoegd worden. Men kan selecteren uit een lijst van standaard bodemtypes uit de SIMaD-databank, desgevallend kunnen bijkomende bodemtypes aan de SIMaD-databank toegevoegd worden via de knop
Handleiding SIMaDOrbitGIS 4.doc Eurotronics Technical Documentation
.
Blz 24 van 28 28/01/08
Eurotronics NV Spatial Information Technologies
Tenslotte nog de opmerking dat er geen verplichting is alle attributen van een opstelling in te vullen, men maakt een selectie van de gegevens die men nuttig vindt. Na invullen van de volledige set ziet het scherm er bv. als volgt uit :
Handleiding SIMaDOrbitGIS 4.doc Eurotronics Technical Documentation
Blz 25 van 28 28/01/08
Eurotronics NV Spatial Information Technologies
F. Tips en technieken F.1. Herstel van de shape-bestanden van een SIMaD-dataset F.1.1
Inleiding
Een SIMaD-dataset bestaat uit een Access-compatiebele databank (bevat details van steunen en borden en alle attributen) en een shape-bestand (van het type “polygonen”) die zuiver gebruikt worden voor de visuele voorstelling van de borden in de Orbit GIS-omgeving. De informatie zit dus in de databank, de shapebestanden zijn zuiver visueel. In de Access-databank wordt echter ook alle informatie over de plaatsing van de opstellingen bijgehouden :
o
X,Y coördinaten van het inplantingspunt
o
Hoek waaronder de opstelling is ingeplant
o
X,Y coördinaten van de midden-onderkant van de bordenvoorstelling
o
Schalen waarmee het inplantingspunt resp. de bordenvoorstelling ingetekend worden
Via deze informatie, in combinatie met de grafische details van de borden zelf – ook aanwezig in de databank, kan het shape-bestand van een SIMaD-dataset opnieuw aangemaakt worden vanuit de databank. F.1.2
Voorkomende gevallen
Het herstel van de shape-bestanden van een SIMaD-dataset kan nodig / nuttig zijn in de volgende situaties :
o
Problemen / fouten met de SIMaD-dataset bestanden.
§
Aangezien de shape-bestanden van den SIMaD-dataset bestaan uit meerdere bestanden, kunnen hiermee sneller problemen optreden dan met het enkele Accessbestand. De shape-bestanden kunnen echter geregenereerd worden indien het Access-bestand nog in orde is.
§
Bij een herstel van een SIMaD-dataset, dient men enkel de Access-databank uit een back-up terug te plaatsen, de shape-bestanden kunnen geregenereerd worden.
o
Aanvullen van een SIMaD-dataset vanuit een andere SIMaD-dataset : indien men op een bepaald moment SIMaD-datasets wenst samen te voegen, kan men hiertoe gebruik maken van de SIMaDfunctionaliteit. Deze functie – samenvoegen van SIMaD-datasets – wordt in een volgende paragraaf beschreven. Het samenvoegen van datasets werkt echter enkel in op de databanken van deze datasets. De overéénkomstige shape-bestanden van de dataset worden niet mee aangevuld. De shape-bestanden moeten uit de resulterende databank opnieuw aangemaakt worden. F.1.3
Hoe uitvoeren
Ga als volgt te werk :
·
Sluit de Orbit GIS workspace waarin de SIMaD-dataset als laag aanwezig is.
·
Open de verkenner en verwijder het shape-bestand van de SIMaD-dataset. Het shape-bestand bevindt zich steeds in de folder waarin de databank van de SIMaD-dataset zich bevindt.
Handleiding SIMaDOrbitGIS 4.doc Eurotronics Technical Documentation
Blz 26 van 28 28/01/08
Eurotronics NV Spatial Information Technologies
PS. Als U niet meer weet in welke folder de SIMaD-dataset werd aangemaakt, open dan de Orbit GIS workspace waarin de SIMaD-dataset voorkomt. Klik met de rechter-muisknop op de laag van de SIMaDdataset en kies voor Dataset Properties. In dit scherm kiest U voor het tabblad General. Daarin vindt U naast Dataset het pad waar het shapebestand zich bevindt.
·
Open de Orbit GIS workspace met daarin de SIMaD-dataset. Omdat de Shape-bestanden werden verwijderd zal de laag van de SIMaD-dataset verschijnen met een rood uitroepteken ! . Klik rechts op deze laag en kies Remove. De laag wordt verwijderd.
·
Voeg de SIMaD-dataset opnieuw toe via de SIMaD-werkbalk – Open een bestaande SIMaD dataset. U krijgt de boodschap dat er voor deze dataset een nieuwe dataset is aangemaakt. Deze zijn echter leeg en dienen vanuit de databank van de SIMaD-dataset nog ingevuld te worden
·
Open via de SIMaD-werkbalk het scherm “Overzicht opstellingen”.
·
Kies de functie Automatisch in kaart brengen van deze opstellingen via de knop
·
Alle opstellingen worden overlopen en opnieuw toegevoegd aan het shape-bestand van de SIMaD-dataset.
F.2. Herstel van de databank van een SIMaD-dataset De gebruiker wordt aangeraden de databank van een SIMaD-dataset steeds op te nemen in de dagelijkse backup-procedure. Wanneer het databank-bestand van een SIMaD-dataset beschadigd raakt en niet meer kan geopend worden, dient de databank uit de backup teruggeplaatst te worden. Het shapebestand dient niet noodzakelijk mee opgenomen te worden in de backup-procedure. Zoals uitgelegd in vorige paragraaf kunnen deze steeds vanuit de databank terug geregenereerd worden.
F.3. Terugvinden van de bestanden van een SIMaD-dataset
Als U niet meer weet in welke folder de SIMaD-dataset werd aangemaakt, open dan de Orbit GIS workspace waarin de SIMaD-dataset voorkomt. Klik met de rechter-muisknop op de laag van de SIMaD-dataset en kies voor Dataset Properties. In dit scherm kiest U voor het tabblad General. Daarin vindt U naast Dataset het pad waar het shapebestand zich bevindt.
Handleiding SIMaDOrbitGIS 4.doc Eurotronics Technical Documentation
Blz 27 van 28 28/01/08
Eurotronics NV Spatial Information Technologies
Handleiding SIMaDOrbitGIS 4.doc Eurotronics Technical Documentation
Blz 28 van 28 28/01/08