4
Driemaandelijks – Juli – Augustus - September 2011 Afgiftekantoor 2890 Sint-Amands - P509309
www.molenmuseum.be -
[email protected]
Verantwoordelijke uitgever : Karel van den Bossche, Larendries 51, 2890 St-Amands
September 2011
UITNODIGING Vooropening vrijdag 9 september 2011 – 19u30
1
(Wind-)molens in conflicten De energiebron voor windmolens is uiteraard wind. Deze dient de molen ongehinderd te kunnen bereiken. Vrije windvang belemmerende omstandigheden zoals bomen, huizen, terreinglooiingen, ofwel een vlak open landschap, zijn plaatsbepalende elementen Voor de opbouw van een windmolen. Dientengevolge is deze een merkteken in het landschap: Hij is van ver zichtbaar en vanuit de molen wordt gans de omgeving gezien. Of : de molen, ogen van én voor vriend én vijand. In conflictsituaties betekent dit : -uitstekende waarnemingspost -communicatiemiddel door stand en bezeiling der molenwieken -merkpunt voor de artillerie -oriënteringspunt en gezien zijn eerste bestemming, voedingsmiddelenvoorziening, schakel in de logistieke steun. Sinds zijn ontstaan is de molen dit alles en dit betekent dan ook dat hij in de loop der eeuwen het lijdend voorwerp was van conflictsituaties. Als - schakel in logistieke keten -waarnemingspost -seinmiddel -merkpunt voor de artillerie -oriënteringspunt In dit overzicht en de tentoonstelling worden enkel gewapende conflicttoestanden behandeld. Andere conflicten van juridische-, sociale- en psychologische aard (en die waren en zijn er!) werden reeds behandeld of zullen het onderwerp zijn van een volgende publicatie en/of tentoonstelling.
2
1. Molen : oog van en voor vriend en vijand Waarnemingspost
De slag bij Oudenaarde (1708; Foto : Paul Meyaert (Oudenaerde, stadsmuseum, stadhuis, verzameling grafiek)
Lachaert, Pieter-Jan ; Oudenaarde 1708. Een stad, een koning, een veldheer
3
2. De molen : communicatiemiddel Taal der molenwieken Door de wiekenstand en gehele en gedeeltelijke bezeiling konden berichten worden doorgestuurd. Sommige wiekenstanden waren door iedereen gekend, andere enkel door ingewijden. Als zou gedacht worden dat de mogelijkheden van wiekenstanden met hun bezeiling, beperkt waren, geeft onderstaand overzicht een verbluffend inzicht.
4
3. Voorbeelden van de eeuwenlange (lijdens-)geschiedenis van de windmolen 3.1.
Middeleeuwen
3.1.1.
Beleg van Akko 1189
Molen : schakel in logistieke keten – derde kruistocht
3.1.2. Crécy 1346 Molen van Crécy : waarnemingspost van de Engelse koning Edward III.
3.2.
Tachtigjarige oorlog (1568-1648)
3.2.1. Beleg van Alkmaar 1573 3.2.2. Slag op de Mookerheide 1572 3.2.3. Slag bij Rijmenam 1578
3.3.
Slag van Noord-Peene 1677 (Slag om Kassel).
Lodewijk XIV overrompelt Frans-Vlaanderen.
3.4.
Slag om Valmy 1792
Franse revolutietroepen verslagen Oostenrijkers.
5
3.5.
Slag om Ligny 1815
Molen : observatiepost van - Veldmaarschalck Blücher (molen van Bussy/Brye) - Napoleon I (molen van Naveau/Fleurus)
3.6.
De molen als waarnemingspost
3.6.1. W.O. I 3.6.2. W.O. II
3.7.1. Wereldoorlog I in Vlaanderen 1914-1918 Beschadigde / vernielde windmolens : 425
3.7.2. Wereldoorlog II in Vlaanderen 1940-1945 Beschadigde /vernielde windmolens : 19
6
3.1. Middeleeuwen 3.1.1. Beleg van Akko 1189
Tijdens de derde kruistocht belegeren de kruisvaarders de stad Akko( in het huidige Jordanië. Het leger bestond uit Duitse, Franse, Engelse én Vlaamse contigenten. Deze laatste onder bevel van de Vlaamse graaf Filips van de Elzas, die, door de deelname van zijn vader Dirk van de Elzas aan de tweede kruistocht (1147-1149) en zijn eigen voorafgaandelijke reizen naar het Oosten, een gedegen kennis had van de omstandigheden aldaar : geen voedsel, geen hout. Als goed bestuurder nam hij de gepaste voorzorgsmaatregelen : vanuit Vlaanderen graan om de troepen te bevoorraden, hout voor allerlei uit te voeren werken, oorlogsmateriaal en … een windmolen. Vanuit Vlaanderen in onderdelen meegebracht en vóór de muren van Akko opgebouwd ten aanschouwe van de belegerde Sarazenen. (1) Een molen om het meegebrachte graan ter plaatse te malen : schakel in de logistieke keten.
Beleg Akko – aanval langs zee 1189 Bronnen : - Verbruggen, J.F., De krijgskunst in West-Europa in de middeleeuwen, Brussel, 1954, blz. 524 - Idem, o.c., blz. 523 - Ibidem, o.c., blz; 522 - Van Werveke, H., La contribution de la Flandre et du Hainaut à la Troisième Croisade, Le Moyen Age, L’Imprimerie des sciences, Brussel, n° 1, 1972, blz. 73 - Van Werveke, H., Een Vlaamse Graaf van Europees format, Filips van de Elzas, Fibula-Van Dieshoeck, Haarlem, 1976, blz. 49, 61
7
3.1.2.
Slag om Crécy 1346
Deze veldslag luidde de honderdjarige oorlog in tussen Engeland en Frankrijk. Aangezien de Franse troepen beter bekend waren met het terrein en met veel meer mannen waren, zouden ze dit klusje wel even klaren. Het liep echter anders. De Fransen waren geen geheel en stonden slecht georganiseerd opgesteld. De Engelsen daarentegen hadden zich in drie eenheden opgesteld en wachtten rustig op wat komen zou. De eenheid van koning Edward III had zich opgesteld bij een molen, bovenaan een heuvel. De twee andere eenheden stonden iets lager op de heuvel, de een schuin links van de koning, de ander schuin rechts. De boogschutters stonden tussen en naast de onderste twee eenheden.
Het slagveld van Crécy
Koning Edward III bij het begroeten van de Black Prince Links bovenaan de molen: ogen van de Engelse koning De Fransen stuurden als eerste de Genuese boogschutters naar voren. Met luide strijdkreten probeerden zij de Engelsen schrik aan te jagen, maar die bleven rustig op hun plaats en schoten met enkele kanonnen, om op hun beurt de Genuezen bang te maken. De boogschutters aan Franse zijde bleven schreeuwen en begonnen op de Engelsen te schieten. De Engelse boogschutters deden een stap naar voren en beschoten de Genuese boogschutters zo precies en gelijkmatig dat er geen ontkomen aan was. In grote paniek renden de Genuezen terug, maar ze werden onder de voet gelopen door hun eigen Franse cavalerie.
8
Slagveld met de molen waarnemingspost van de Engelse koning Edward III
De Fransen werden verpletterend verslagen. De molen: het oog van de koning op de vijand. Bron : - Musée Aemhisarc – Crécy-en-Ponthieu -Burne, A.H. The Crécy War, 1955 -Verbruggen, J.F., De Krijgskunst in West-Europa in de Middeleeuwen, 1954, blz. 48, 58-59, 204-207 - De Wailly, H. , Crécy, Autopsie d’une détaille, Laveuzelle, 1985 -Tonetti, Emmanuel, Crécy, La bataille des cinq rais, Paillpris, Abbeville, 2004
9
3.2. Tachtigjarige oorlog (1568-1648) 3.2.1.
Beleg van Alkmaar (1573)
Het Beleg van Alkmaar was de belegering van de stad Alkmaar tijdens de Tachtigjarige Oorlog door de Spanjaarden. Het beleg duurde van 21 augustus tot 8 oktober 1573 en eindigde in een ontzet: het Spaanse leger moest het beleg opgeven nadat Willem van Oranje opdracht had gegeven om de dijken rond Alkmaar door te steken. Het Alkmaars Ontzet betekende het einde van de belegering. Alkmaar was een van de eerste Hollandse steden die ontzet werd en die de Spanjaarden dus met succes had weten te weerstaan.
Aanvang van het beleg met nog ongehavende molens (Frans Hogenberg) De belegering
Op 21 augustus wordt Alkmaar omsingeld. Op 22 augustus wordt de eerste aanval ingezet, waarbij aan beide zijden dodelijke slachtoffers vallen. Op 23 augustus wordt vanuit Alkmaar om versterking gevraagd, en het verzoek om dijken door te steken. 25 augustus, tot en met september worden diverse schijnaanvallen uitgevoerd om de Alkmaarders in verwarring te brengen. Een tweede verzoek waarin om hulp gevraagd wordt. Op 18 september wordt de grote Spaanse aanval uitgevoerd. De Alkmaarders hielden de Spanjaarden echter met kokend teer en brandende takkenbossen op afstand. Ook vochten vrouwen heldhaftig mee waaronder Trijn Rembrands], ook wel de Kenau van Alkmaar. Op 23 september worden
10
uiteindelijk dijken doorgestoken waardoor Spaanse troepen in de modder blijven steken[3]. Het keerpunt van de strijd tegen de Spanjaarden kwam toen Don Frederik, zoon van Alva, zich terugtrok na tevergeefs geprobeerd te hebben de stad in te nemen. Hier komt de uitdrukking "Bij Alkmaar begint de victorie" vandaan. Op 8 oktober is de laatste Spanjaard vertrokken.
De aanval op de Friese poort met de gehavende molen. (Pieter Andrész Cluyt, 1580, Museum Alkmaar)
Voor de Spaanse aanvaller was de schakel in de logistiek onderbroken, de molen kon niet meer malen. Aan deze moeilijkheid werd verlopen door de Spaanse ingenieur Pompeus die de legermolen ontwierp die voortaan de legers volgde.
Spaanse legermolen hier bij het Beleg van Lachum in 1606. (bron : Schöffer, I, Alkmaars ontzet 1573-1577, 1973)
11
3.2.2.
Slag op de Mookerheide
De Slag op de Mookerheide vond plaats op 14 april 1574 tussen het Spaanse leger onder Sancho d'Avila en Bernardino de Mendoza enerzijds, en huurtroepen onder Lodewijk en Hendrik van Nassau anderzijds. De slag werd uitgevochten op de heide vlak bij het dorpje Mook aan de rivier de Maas. De Mookerheide strekte zich in de 16de eeuw uit over een groter gebied dan heden ten dage; ten zuiden van Nijmegen tot voorbij Mook was er een groot heidegebied dat in zijn geheel Mookerhei werd genoemd. Lodewijk en Hendrik wilden met hun troepen via de oostelijke Maasoever richting de Betuwe trekken, waar op dat moment hun broer Willem van Oranje verbleef. De Spanjaarden onderbraken hun beleg van Leiden om de troepen te verhinderen Holland binnen te trekken. Op 13 april 1574 arriveerden de troepen van de Nassaus in Mook. Zij waren er echter niet van op de hoogte dat de Spaanse troepen bij Grave middels een pontonbrug de Maas reeds waren overgestoken. De Spanjaarden legerden vervolgens tussen Heumen en Overasselt.
Een prent van de slag door Frans Hogenberg Deze molen zou een uitstekend oriëntatiepost kunnen geweest zijn. Werd hij door de Staatsen niet benut?
Er volgde een confrontatie tussen de cavalerieafdelingen, die in het voordeel van de ruiters van de twee broers eindigde. Echter, Lodewijk en Hendrik hadden de Spaanse troepen onderschat en beseften nog niet hoe ongunstig het terrein was. Besloten werd om de vermoeide troepen niet meer te verplaatsen zodat de volgende dag vroeg in de ochtend de eerste gevechten plaatsvonden. Hoewel bij aanvang van de strijd Lodewijk en Hendrik met hun troepen stand konden houden, maakten nieuwe Spaanse versterkingen de situatie onmogelijk. De verschansingen werden doorbroken en de ruiters vochten een beslissende slag uit.
De overlevenden sloegen op de vlucht richting Gennep, waar zij echter in een moerassengebied terecht kwamen.
12
De twee aanvoerders Lodewijk en Hendrik van Nassau sneuvelden samen met ongeveer 3000 man uit het leger. Aan Spaanse zijde vielen 150 man. Hoe Lodewijk en Hendrik aan hun einde zijn gekomen is onbekend. Het is mogelijk dat hun lichamen in een massagraf terecht zijn gekomen of dat de twee zijn weggezakt in het moerassengebied. In de Nederlands-hervormde kerk van Heumen is op 14 april 1891 een gedenksteen onthuld. Langs de Mookerheide staat nog altijd een aan Maria gewijd kapelletje, dat een lokaal beroemde RoomsKatholieke sage vertegenwoordigt: na afloop van de veldslag doolden veel lichtjes over de Mookerheide. Het waren de zielen van de gesneuvelden, die geen rust konden vinden. Het Mariakapelletje werd gebouwd, en zie: de lichtjes verdwenen. (bron: Wouters,H.H.,Bbeschouwingen rond de slag Rijmook, in, De Maasgouw, 1974)
3.2.3.
De slag bij Rijmenam
De slag bij Rijmenam was een veldslag te Rijmenam op 31 juli 1578, in het begin van de Tachtigjarige Oorlog tussen de Staten-Generaal van de Nederlanden en de Spaanse Gouverneur-Generaal. De slag eindigde als een nederlaag voor de Spanjaarden.
Graaf Boussu, overwinnaar te Rijmenam.
Don Juan, verliezer te Rijmenam.
13
DE SLAG Het leger van Don Juan viel aan vroeg in de morgen op 31 juli. Hij probeerde Boussu naar voor te lokken voor een slag in open veld, maar die bleef achter de gegraven grachten. Na drie uren wachten beval Don Juan een compagnie musketiers onder Alonso de Leyva en drie groepen kurassiers onder Markies del Monte om een schijnaanval in te zetten tegen de achterzijde van het dorp. Dit keer stuurde Boussu Norris er naartoe. Na dit eerste treffen kwamen de Schotten onder Stuart en de Spaanse infanterie onder Fernando Álvarez de Toledo mee in de strijd. Tezelfdertijd rukte Alexander Farnese op naar de grachten. Toledo sloeg Norris terug tot in het dorp. Norris stak enkele huizen in brand en zette een tegenaanval in. De Spaanse commandanten dachten dat Boussu de terugtocht bevolen had en daarom alles in brand liet steken. Leyla en Toledo vochten met 500 musketiers en 600 ruiters hun weg naar het midden van het dorp. Daarop opende de artillerie van Boussu het vuur en vielen de Schotten aan. Alexander Farnese leidde daarop de terugtocht in. Boussu zag af van een achtervolging. Beter gebruik van de molens-waarnemingsposten door de Staatsen ? (Bron: Heemkring ’t Hoefyser – Rijmenam, De slag bij Rijmenam, 2004; Van Den Broeck, D., Op stap langs historische slagvelden, Lannoo, 2006)
Molen : geschikte waarnemingspost om de Spaanse bewegingen in het oog te houden.
14
3.3.
Slag van Noord-Peene 1677 (Slag om Kassel).
De Slag bij Kassel (10 april 1677), ook Slag aan de Pene genoemd was een confrontatie tussen troepen van Lodewijk XIV, en troepen van de Republiek der Zeven Verenigde Nederlandse Provincies. Lodewijk de Veertiende maakte zich, aan het begin van zijn regeerperiode, grote zorgen over de korte afstand tussen Parijs en de noordelijke grens van zijn rijk. Inderdaad, moet men zich een voorstelling maken van Frankrijk zonder het gebied dat nu de regio NordPas-de-Calais vormt. Parijs lag behoorlijk dicht bij de Franse noordgrens en was daardoor kwetsbaar voor invallen van vijandelijke legers. Daarnaast meende Lodewijk via zijn vrouw erfrecht te hebben op de Spaanse Nederlanden. In het Europa van de 17e eeuw voerde de Franse kroon lange tijd een vijandige politiek tegenover de Habsburgers. Lodewijk XIV wilde zijn grenzen verschuiven naar makkelijker te verdedigen posities. Om dit te bewerkstelligen moest Frankrijk de Spaanse Nederlanden veroveren. Dit zou de Republiek der Verenigde Nederlanden niet over zich heen laten gaan. De republiek had liever het relatief zwakke Spaanse bewind aan zijn grenzen dan het sterke Frankrijk. De Republiek zond vanaf het jaar 1674 tot 1678 30 000 manschappen onder Willem III naar de Spaanse Nederlanden. De Spanjaarden voegden daar hoogstens 10 000 troepen aan toe en af en toe zond de Duitse keizer een leger over de Maas ter versterking. Lodewijk XIV stuurde naar Sint-Omaars zijn broer Filips, hertog van Orléans, bijgenaamd Monsieur.
Slag aan de Peene - Ets Sebastien Leclerc
15
DE SLAG Vanuit Ieper marcheerde Willem III, aan het hoofd van een leger van 32.000 man, via Poperinge en Okselare op naar de Kasselvallei. Monsieur, die de aantocht vernam, trok hen tegemoet en ontmoette de Nederlandse troepen aan de Penebeek tussen Noordpene en Zuidpene. Lodewijk XIV stuurde hem vanuit Kamerijk 25.000 voetknechten en 9000 cavaleristen onder bevel van Maarschalk Luxembourg. Bij het vallen van de avond maakten 66.000 soldaten zich op voor de strijd. De Nederlanders bestormden de Franse posities zonder het terrein vooraf verkend te hebben. Hierdoor was Maarschalk Luxembourg in staat om met een cavalerieaanval een Staatse flank te verrassen, waardoor een Staats bataljon nagenoeg vernietigd werd, en drie andere bataljons op de vlucht sloegen. Willem III blies de aftocht. Uiteindelijk resulteerde de hele operatie in de Vrede van Nijmegen waarbij een gedeelte van het graafschap Vlaanderen bij Frankrijk werd gevoegd. Frans-Vlaanderen met steden als Rijsel, Sint-Omaars, Kassel, Belle, Maubeuge,werden definitief Frankrijk.
Slag aan de Peene - Adam Frans Van Der Meulen (Musée de Cassel) en rondom het slagveld vier windmolens
16
Stadhouder Willem III is duidelijk niet zo aandachtig geweest als de opmerkzame lezer. Deze heeft zonder twijfel het hierboven afgebeeld schilderstuk van Adam Frans Van Der Meulen nauwkeurig bekeken en rondom het slagveld vier windmolens ontdekt. Deze verleenden een uitstekend overzicht op het terrein. Heeft de “Hollander” Willem III van hieruit het landschap dan niet bestudeerd en deden de Fransen dit wel ? In ieder geval de Staatse troepen verloren de slag en meteen was Frans-Vlaanderen voor ons verloren. Of : de windmolen al of niet gebruiken als waarnemingspost maakt het verschil !
(bron : Maison de la bataille, Noord-Peene; Seys, R., De slag aan de Peene 1677, 1977; Rooms, E., Lodewijk XIV en de Lage Landen, Davidsfonds, Leuven, 2007, blz. 60-62)
17
3.4.
Slag om Valmy 1792
De Slag bij Valmy (of Kanonnade van Valmy) werd uitgevochten op 20 september 1792 bij Valmy (Frankrijk) en was onderdeel van de Eerste Coalitieoorlog. Tactisch gezien was het niets meer dan een onbeslist artilleriegevecht, maar strategisch gezien zorgde het voor het voortbestaan van de Franse Revolutie. Troepen van het Franse Leger van het Noorden onder Charles-François Dumouriez en van het Centrale Leger onder François Christophe Kellermann stopten de opmars van een Pruisisch leger onder Karel Willem Ferdinand van Brunswijk richting Parijs. Ondanks het lage dodental (in de hele slag minder dan 500) en het onbesliste eindresultaat wordt Valmy gezien als een van de belangrijkste veldslagen in de Coalitieoorlogen omdat het de eerste Franse overwinning was na de Franse Revolutie.
De Valmymolen : uitstekende waarnemingspost en handig seinmiddel. Bron: Chuquet, A., Les guerres de la révolution, II, Valmy, 1887)
18
3.5.
Slag van Ligny - 1815
Twee dagen vóór de slag van Waterloo (18/6/1815) versloeg Napoleon te Ligny het Pruisisch legercorps van veldmaarschalk Blücher te Ligny. Beide bevelhebbers, gebruikten als observatiepost een windmolen. Napoleon de molen te Fleurus
Blücher molen Bussy te Brye
Op bijgaande kaarten met de troepenopstelling worden de observatieposten: molen van van Brye, molen Bussy, en, de molen van Fleurus, molen van Naveau, duidelijk aangeduid. Hier behaalde Napoleon nog een overwinning, twee dagen later de nederlaag te Waterloo. (Te Waterloo was het hoofdkwartier met observatiepost, de boerderij Le Caillou in het gehucht Les Flamandes… geen windmolen)
19
Van Dolen, J.E.G., Strategisch verhaal van de veldslagen tusschen het Fransche leger en dat der geallieerden – 1865 ; De Vos, L, Het einde van Napoleon, Waterloo, 1815, Davidsfonds, Leuven, blz. 57-65)
20
3.6. 3.6.1.
De molen als observatiepost en communicatiemiddel in W.O. I en W.O. II Observatieposten 1914-1918
Langsheen de frontlijn worden al vlug molens die een uitzicht bieden op de omgeving opgeëist en gebruikt als observatiepost. Over deze observatieposten wordt er echter weinig verteld in de oorlogsliteratuur. Ze zijn slechts door een klein aantal soldaten bemand, die een beurtrol van drie man per dag hadden. De waarnemers moeten het mondingsvuur van de vijandelijke kanonnen observeren en de gegevens doorseinen aan de eigen artillerie om een tegenaanval in te zetten. Tijdens de beschietingen wordt door hen de richting van het eigen artillerievuur bepaald. Op andere momenten volgt men vanop de observatiepost vijandelijke troepenbewegingen of het aanleggen van nieuwe versterkingen en loopgraven. 3.6.2.
Observatieposten 1940-1945
De Zuidmolen Groesbeek
Op de molen zijn twee plaquettes geplaats, één in het Nederlands en één in het Engels met de volgende tekst: In de kap van deze molen werd het voorjaarsoffensief van 1945 gepland waarbij 400.000 Britse en Canadese militairen onder commando van de Canadese Generaal Harry Crerar het Rijnland tot aan Wezel vrijgemaakt hadden en het mogelijk maakten voor de niet te stuitte Geallieerde Legers de Rijn over te steken en een einde aan de oorlog te maken. Als eersten, op de 21ste Januari, klommen de Corps Commandanten Lt-Gen Simonds (2de Canadese) en Lt-Gen Horrocks (30ste Britse) naar boven in de kap om hun kaarten te vergelijken met het terrein en om taken te stellen voor de divisies. Toen kwamen daarna tientallen officieren van divisiecommandanten tot aan peletonleiders toe om de grondsituatie te bestuderen waar vandaan de aanval zou starten op de 8ste Februari onder het hevigste spervuur tijdens WO 2 uitgevoerd. De cruciale rol van deze molen als de primaire observatiepost voor de artillerie in het vooruitgeschoven gebied achter Nijmegen is vereewigd in de Guns of Victory geschreven door George G Blackburn die als een artillerie verkenner een groot deel van de winter van 1944-45 doorbracht in haar kap. (bron: J. Stiwot – Stichting in formatie W.O.II – Heemkundekring Graesbeek)
21
3.7. 3.7.1.
Beschadigde, vernielde molens in Vlaanderen W.O. I. 3.7.1.1. Provincie Antwerpen
: 43
3.7.1.2. Provincie Vlaams-Brabant
: 55
3.7.1.3. Provincie Oost-Vlaanderen
: 80
3.7.1.4. Provincie West-Vlaanderen
: 245
3.7.1.5. Provincie Limburg
:425
3.7.2.
W.O. II. 3.7.2.1 Provincie Antwerpen
:4
3.7.2.2. Provincie Vlaams-Brabant
:2
3.7.2.3. Provincie Oost-Vlaanderen
:6
3.7.2.4. Provincie West-Vlaanderen
:7
3.7.2.5. Provincie Limburg
:19
Deze inventaris werd opgesteld aan de hand van beschikbare bronnen. De gegevens van het kadaster vermelden veelal b.v. “in puinen 1918”. Waar mogelijk wordt de juiste datum van vernieling opgegeven. Waar deze in de kadastergegevens niet voorkomt, betekent “1918”, de toestand in dat jaar. En werd naar volledigheid gestreefd, maar het Vlaams studiecentrum voor Molinologie is er zich van bewust dat deze inventaris niet volmaakt is. Voor zover de opstellers bekend, is dit het eerste overzicht voor vijf Vlaamse provincies. Voor de provincie Limburg zijn de kadastergegevens niet te achterhalen i.v.m. windmolens en dienden andere bronnen geraadpleegd. Aanvullingen en/of verbeteringen van deze inventaris zijn welkom.
Bronnen : - Smet H., Holemans Herman, Limburgse windmolens, Ten Bos, Nieuwkerken-Waa, 1981 - Holemans Herman, Kadastergegevens Provincie Antwerpen (2009-2011); Vlaams-Brabant (1989-1994); Oost-Vlaanderen (1996-2008); WestVlaanderen (1993-2005) – Ons Molenmuseum, Opwijk - Verhaalsen, John, Molens van de frontstreek, De Klaproos, Veurne, 1995 - De Vliegher, Luc, De molens in West-Vlaanderen, Lannoo, Tielt, Weesp, 1984 - Ameeuw, Jozef, Molens van Vleurne-Ambacht, De Klaproos, Veurne
22
3.7.1. W.O. I. 3.7.1.1. Provincie Antwerpen
Duffel
Herentals
Molen van Pepermans
Opgeblazen
20/9/1914
Molen van Barol
Opgeblazen
19/9/1912
Watervoortmolen
Afgebrand
30/10/1914
Handsbergmolen
Afgebrand
29/9/1914
Voskensmolen
1914
Herselt
Bergomsemolen
Brand
18/8/1914
Hombeek
Kloostermolen
Brand
2/12/1914
Lier
Pettendonkmolen
Brand
29/9/1914
Liezele
Wolfmolen
Puin
1914
Mariekerke
Heidemolen
Puin
1914
Nijlen
Molen Verbist
Puin
1914
Molendok
Puin
1914
Caerlebergmolen
Puin
1914
Oppuurs
Pandgatmolen
Vernietigd
1914
Sint-Katelijne-Waver
Strikmolen
29/9/1914
Drevendael
1914
Tisselt
Oude Molen
1/10/1914
Vorst
Wexmolen
1917
Waarloos
Waarloosmolen
25/10/1914
Walem
Molen van Bettenbroek
28/9/1914
Wilmarsdonk
Molenweel
1917
Wilrijk
Oude Molen
1914
Schaliemolen
1914
23
Beerzel
Heidemolen
1915
Berlaar
Schrovenmolen
1915
Hemelhoekmolen
1915
Bonheiden
Oudemolen
1914
Booischot
Klettermolen
1918
Bouwel
Molen van Bouwel
1915
Poederlee
Haestakkers
1914
Putte
Stenen molen
16/9/1914
Oude Molen
9/1914
Kruisbaanmolen
1915
Kimpelbergmolen
1915
Calfortmolen
1918
Ranst
Zevenbergen
1915
Rijmenam
Kiekscham
1914
Schoten
Rodenborgmolen
1918
Sint-Job-in-‘t-Goor
Bethaniëmolen
2/10/1914
Stabroek
Armenmolen
1915
Vorst
Westmolen
1917
Brasschaat
Catersheidemolen
1916
Nieuwe Molen
1914
Brecht
Molen Raeymakers
1914
Broechem
Broechemmolen
1914
Emblem
Molenveldmolen
1915
Hove
Hondsmortelmolen
1915
Kapellen
Erterrandmolen
1914
Kessel
Kesselsemolen
1915
Puurs
24
Koningshooikt
Molen van ‘t dorp
1915
Molen van Koningsbossen
1914
Leest
De Knip
1914
Lier
Kortstaartmolen
1914 12
3.7.1.2. Provincie Vlaams-Brabant Beigem
Broekveldmolen
1914
Borchtlombeek
Molen van Kottem
1940
Brussegem
Molen van Brussegem
1914
Elewijt
Molenveldmolen
1914
Eppegem
Oudemolen
9/1914
Gooik
Brunhehaultmolen
5/7/1914
Herne
Buitenmolen
1918
Hofstade
Molen van Hever
1914
Molen De Coster
1914
Kleineveldmolen
1914
Hoogveldmolen
1914
Lauterveldmolen
1914
Molenveldmolen
1914
Kappelen-op-den-Bos
Ratelsmolen
1914
Londerzeel
Topmolen
1914
’s Gravenmolen
1914
Mazenzele
Boschveldmolen
17/9/1914
Melsbroek
Lambrechtsmolen
9/1914
Merchtem
Peizegemmolen
10/9/1914
Kamerhout
25
Nieuwenrode
Den Mennaert
9/1914
Perk
Smalveldmolen
1914
Ramsdonk
De Stede
9/1914
Sint-Pieters-Leeuw
Molen van Rukkelingen
1916
Wolvertem
Molenroten
1914
Pollaertveldmolen
1918
Zellik
’t Moleken
1914
Zemst
’s Gravenmolen
1914
Laremolen
9/1914
Sint-Jans-Molenbeek
Begijnenveldmolen
1916
Aarschot
Witte Molen
1914
Molen van Schoonhoven
1915
Orleanstorenmolen
1914
Baal
Schalvinmolen
1914
Begijnendijk
De Rooigaarden
1914
Betekom
Nieuwe Molen
1914
Oude Molen
1914
Bierbeek
Meirmolen
1914
Binkom
De Vierde Schoof
1914
Duisburg
Veeweidemolen
1916
Erps-Werps
Molenveldmolen
1914
Zevenbunders
1917
Molenveldmolen
1914
Terheydemolen
1914
Herent
Tuikenmolen
1914
Holsbeek
Meesbergmolen
12/9/1914
Haacht
26
Kapellen
Fabelbosmolen
1914
Keerbergen
Kruisheidemolen
1915
Kessel-Lo
Lobergenmolen
1914
Kortenberg
Hoogveldmolen
1914
Meensel-Kiezegem
Kiezegemmolen
1914
Nieuwrode
Bogaerdebergmolen
1915
Pellenberg
Hospitaalmolen
1918
Tremelo
Heideveldmolen
1915
Werchter
Windbraakmolen
1915
Wezemaal
Wijngaardbergmolen
1915
Wilsele
Hoogveldmolen
1915
27
3.7.1.3. Provincie Oost-Vlaanderen Mere
Molen van Mossevelde
1915
Adegem
Statiemolen
2/11/1918
Molen van Balgerhoeke
10/1918
Molen van de Kruiput
10/1918
Bachte-Maria-Leerne
Molenhoekmolen
1918
Beerlegem
Molen ter Varent
1918
Berchem-Oudenaarde
Meulenzavelmolen
1918
Berlare
Overheefmolen
1915
Bevere-Oudenaarde
Sprietmolen
1918
De Hollander
1918
Kapellemolen
1918
Zuid-molenkoutermolen
1918
Buggenhout
Patattenmolen
9/1914
Daknam
Bergendriesmolen
1915
Denderhoutem
Molen De Smet
1918
Tervarentmolen
1918
Deurle
Molen Cyriel Buysse
2/11/1918
Drongen
Halewijnmolen
1918
De Pinte
Zwentegatmolen
1918
Dikkelvenne
Traandusmolen
1914-1918
Eeklo
Spristakkermolen
1915
Zandvleugemolen
1917
Eine
Meesmolen
1918
Erpe
Erpekoutermolen
1915
Erwetegem
Hagelkoutermolen
1915
28
Grotenberge
Molen van Breivelde
1914-1918
Haasdonk
Molen van Raemdonk
1919 (?)
Hamme
Dronkaardmolen
1914
Heusden
Loveldmolen
1914
Kammerskoutersmolen
1916
Kerselaersmolen
1918
Westmolen
1917
Draaielinksmolen
1918
Kemzeke
Kluizenmolen
1915
Kruishoutem
Langveldmolen
1918
Keimolen
1918
Kapellemolen
1917
Hoogmolen
1918
Landegem
Heirenthoekmolen
9/1918
Lebbeke
Vondelmolen
1915
Lemberge
De Meulen
22/8/1917
Lochristi
Françoismolen
1917
Lokeren
Spoelemolen
8/10/1914
Maldegem
Halledreefmolen
1914
Meigem
Denbergmolen
1918
Meldert
Vijfbundersmolen
1916
Melden
Stenenmolen
1918
Kasteelwijkmolen
1918
Mendonk
Molen Cromphout
1914
Moerzeke
Castellemolen
1914
Nederbrakel
Toepmolen
1915
Kaprijke
29
Nevele
Molen Steyaert
20/10/1918
Olsene
Hullingenmolen
1915
Oosterzele
Nieuwe Molen
1915
Oudegem
Kakker-de-Moldermolen
1915
Petegem-Deinze
Molen De Wart
1918
Snuifmeuleken
1918
Petegem-Oudenaarde
Nieuwe Koutermolen
1918
Poeke
Artemeersmolen
10/1918
Ronsele
Dorpmolen
1914
Ruien
Ruienmolen
1918
Schorisse
Rizoimolen
1915
Semmerzake
Molen De Ranne
1914-1918
Sint-Goriks-Oudenhove Molen Tenbosse
1914
Sint-Jan-in-Eremo
Sint-Jansmolen
1915
Sint-Maria-Oudenhove
Boterhoekmolen
1914 (foto)
Sleidinge
Daasdonkmolen
1915
Schoonhoekmolen
1918
Steenhuize-wijnhuize
Vuurmolen
1915
Vosselare
Molen Steyaert
1918
Vurste
De Biestjens
1918
Wachtebeke
Langeledemolen
1918
Ramondshoekmolen
1915
Wanzele
Lostriemolen
1915
Wondelgem
Sint-Catharinamolen
1918
Wontergem
Blauwgansmolen
1917
Armmolen
1914
30
Zaffelare
Molenbuyle
1914
Zomergem
Lange Broekenmolen
1918
Daelmanmolen
1918
31
3.7.1.4. Provincie West-Vlaanderen
32
Desselgem
Plaatsmolen
1915
Dikkebus
Wittebroodsmolen I
21/4/1916
Dikkebusmolen
1916
Molen Janssens
1914
Beentjesmolen
15/10/1914
Eernegem
Molen Van Den Driessche
1918
Egem
Kapellemolen
17/10/1918
Elverdinge
Molen Vermeulen
1918
Koutermolen
1915
Molen van Parijs
1918
Eikenhofmolen
1918
Plaatsemolen
1918
Hoogmolen
24/12/1914
Roggeveldmolen
29/10/1914
Suikerijmolen
10/1914
Geluveldmolen
27/10/1914
Zandvoordemolen
1918
Eeckhoekmolen
1918
Arkemolen
22/9/1918
Poenemolen
27/10/1914
Terhandmolen
23/10/1914
Gheluwemolen
22/10/1914
Koelenbergmolen
21/10/1914
Jerusalemmolen
1918
Onledemolen
1918
Diksmuide
Esen
Geluveld
Geluwe
Gits
33
Plaatsemolen
1918
Grijspeerdmolen
1914
Gullegem
Terrynmolen
1915
Kaster
Stampkotmolen
1918
Neermolen
1918
Molen De Bouck
18/10/1914
Molen Avergyn
14/11/1914
Kemmel
Kemmelbergmolen
1915
Klerken
Molen Pysson
1914
Molen vandenbussche
29/9/1918
Molen van Pierro Ko
14/11/1914
Molen van Damme
14/11/1914
Restmolen
1914
Hoogkwartiermolen
1914
Molen van Robaeys
1914
Koekelare
Molen de Necker
22/3/1918
Koolskamp
Molen De Meulenaere
10/1918
Kortemark
Molen Isacker
1917
Ellemolen
1918
Kortrijk
Molen Boete
1918
Lampernisse I
Molen Govaert / St Jansmolen
1915
Langemark I
Molen De Poortere / Roobaertmolen
1915
Molen Liefooghe / Eeckhovemolen
10/1914
Dodenmolen / Steenakkermolen
25/10/1914
Molen Igodt
1914
Molen Hebben
1915
Keiem
34
Korte Keermolen
1914
Asselmolen
1914
Molenbeyle
20/10/1914
Molen Souvagie
1918
Cuylewegmolen
1915
Molen van Eygen
1918
Molen Van Den Berghe / Kruiskalsijdemolen
17/10/1914
Vijvermolen
17/11/1914
Lendelede
Bergmolen
1914
Lichtervelde
Molen Paret
9/8/1915
Molen Boutte
5/10/1918
Molen Devos
1918
Gasthuismolen
1918
Scherpenbergmolen/Bergmolen
25/4/1918
Montsbergmolen
1915
Loppem
Plaatsemolen
1917
Mannekensvere
Molen Convents
10/1914
Menen
Molen Lodewyck
10/1918
Merkem
Cayennemolen
21/10/1914
Hoekmolen
1918
Noordeindemolen
1914
Molen Geldof
1918
Kloostermolen
9/1918
Den Corver
1918
Mesen
Gasthuismolen
1914
Meulebeke
Statiemolen
1918
Ledegem
Leffinge
Leke
Loker
35
Molen Cernaey
1916
Aerdemolen
1914
Paandermolen
1918
Middelkerke
Molen Rommel
1914
Moert
Tersprotemolen
1916
Moerkerke
Molen Adam
1918
Moorsele
Ballockmolen
1918
Molen Buyse
1918
Grote Macht
1918
Vergotemolen
19/10/1914
Veldhoekmolen
11/1917
Koekuitmolen
10/1914
Molen Sennesael
10/1918
Molen Loncke
10/1917
Molen De Bast
30/9/1918
Waterdammolen
20/10/1914
Stroboommolen
7/1917
Molen Defort
1914
Breedhoekmolen
1918
Olifantmolen
1914
Warandemolen/Vandenbusschemolen
1915
Molen Devos/Spieremolen
8/4/1918
Noordschote
Noordeindemolen
10/1914
Oedelem
Zwarteveldmolen
1914
Ooigem
Molen Tack
1918
Oostduinkerke
Molen Torreele/Kleinemolen
1914
Nieuwkapelle
Nieuwkerke
36
Molen Maes/Dorpsmolen
5/1915
Molen Legein
1918
Oostrozebeke
Molen Tack
1918
Oostvleteren
Molen Decroos
1915
Otegem
De Sloeffe
1918
Rosmolen
1918
Outryve
Molen De Coster
28/10/1918
Passendale
Wallemolen
20/10/1914
’s Graventafelmolen
21/10/1914
Stijnsmolen
1914
Mosselmarktmolen
12/1914
Molen Dochy
1915
Molen Verfaillie
1914
Molen David
1914
Bataviamolen
10/1914
Treurnietmolen
10/1914
Rattemolen
10/1914
Kapellemolen
10/1914
Pervijze
Poelkapelle
Ramskapelle/Nieuwpoort Schoorbekkemolen
Reninge
Reningelst
Roeselare
1914
Molen Vergauwe/Plaatsemolen
1/1/1915
Dorpsmolen
1915
Pypegaalmolen
1914
Goedmoedmolen
1917
Molen Castel
1918
Molen Dumoulin
1914
Molen Wastijn
19/10/1914
37
Ruitermolen
1917
Het Hof van Izegem
1918
Rumbeke
Bergmolen
19/10/1914
Schore
Spermaliemolen
10/1914
Sint-Denijs
Gantijnemolen
10/1918
Molen Ter Claere
10/1918
Molen Ter Perre
10/1918
Molen Maes
10/1918
Verdorensmolen
1918
Stampvast
10/1918
Molen Delameilleure
1918
Molen Braem
1918
Molen Stragier
1918
Molen Vileyn
1918
Molen Raes
1918
Hoge Molen
1918
Harelbeke
Stasegemmolen
1914
Helkijn
Molen Samijn
1918
Molen De Beaulieu
1918
Hollebeke
Hollebekemolen
1914
Hooglede
Hillemolen
1918
Molen Ooghe
1917
Vellenaeremolen
1918
Molen Carpentier
1918
Molen Van De Velde
1918
Oostmolen
1918
Handzame
Ichtegem
38
Ieper
Sint-Jacobsmolen
1914
Misplonmolen
1918
Diksmuideroortmolen
1914
Molen De Jonges
1916/1918
Abelemolen
15/10/1918
Vlamertinge
Witte Molen
11/1917
Veldegem
Kronemolen
1918
Veurne
De Coninckmolen
1918
Vichte
Vandewervemolen
1914
Vladslo
Hazewindmolen
1918
Vandendriesschemolen
1918
Molen Carbones
1918
Molen De Puydt
1918
Molen Catrysse
1918
Molen Philippe
10/1914
Vierstraatmolen
13/11/1915
Papelynemolen
1914
Molen vandenberghe
1914
Kleymolen
25/10/1914
Molen Claeys
1918
Westende
Molen Dewulf
1914
Westouter
Molen Liefooghe/Rodeergmolen
6/5/1916
Hoogecraevemolen
2/5/1917
West-Rozebeke
Sprietmolen
20/10/1914
West-Vleteren
Molen De Vlies
1940
Molen Denys
25/5/1940
Izegem
Voormzele
Werken
39
Wytschote
Molen Castel/Kappeleriemolen
10/1914
Wambekemolen
10/1914
Blauwepoortmolen
10/1914
Spanbroekmolen
1/11/1914
Beukmolen
1918
Molen Ampe/Plaatsemolen
11/9/1915
Bossaertmolen
1918
Sint-Pietersmolen
1918
Molen Castelein
1918
Jonckershovemolen
1918
Molen Vermander
1918
Blankkaartmolen
11/11/1914
Wulpen
Molen Florizoone
25/10/1914
Zarren
Molen Tuytten
1914
Molen Qiqueu
26/10/1914
Molen Couchez
1918
Oostbosmolen
1917
Molen Wullepit
1914
Nieuw Terrestmolen
16/11/1914
Terrestmolen
1918
Zillebeke
Molen Bailleul
11/11/1914
Zonnebeke
Antoniusmolen/Broodseindemolen
20/10/1914
Molen Mertens
1914
Molen Leuridan
1915
Molen Mylle/Westhoekmolen
1915
Molen Van De Vivere
2/3/1915
Woesten
Waumen
40
Zuidschote
Molen Devos/Lizernemolen
18/10/1914
Molen Van Eecke/Kortewildemolen
4/1915
Zwevegem
Molen Devroe
1914
Wulvergem
Moncareysmolen
1914-1915
Vuurmolen
1915
Zandvoorde
Zandvoordemolen
21/10/1914
Sint-Eloois-Winkel
Stampkotmolen
8/1917
Sint-Joris (Nieuwpoort)
Molen Van Sint-Joris
1914
Slijpe
Molen Senave
16/10/1914
Tempeliersmolen
1918
Loonmolen
1918
Molen Joye
19/10/1914
Keiaardmolen
19/10/1914-1916
Molen Louwagie
1918
Molen Casteleyn
1914
Stuivekenskerke
Kloostermolen
1918
Tielt
Bergmolen
1918
Kalsijmolen
1914
Molen d’Aussy
1918
Van Thouroutmolen
1917
Molen Willaert
1917
Bonjourtjesmolen
1917
Molen Bolle
1917
Molen Keirsbilck
1917
Den Berg
2/11/1914
Molenhoekmolen
23/10/1914
Spiere
Torhout
Beselare
41
Bikschote
Boezinge
De Lobelsmolen
24/10/1914
Keibergmolen
20/10/1914
St-Pietersmolen
24/10/1914
Termotsemolen
Winter 1914-1915
Peeksmolen
21/10/1914
Blauwemolen
22/4/1915
Bontes Stampkot
1914
Moulin Rose
1914
Pilkemmolen
24/5/1915
Moulin Vert
1914
Dakmolentje
1914
Hoflacksysteemmolen
1914
Lemberge – 22/8/1917
42
18 oktober 1918. Belgische en Britse troepen en transportwagens in de ruïnes van Pervijze. Boven de huizen hangen twee geallieerde observatiebalonnen.
3.7.1.5. Provincie Limburg
Heppen
Molenbergmolen
9/1914
Lummen
Molen Briers
1914
43
3.7.2. W.O. II. 3.7.2.1. Provincie Antwerpen Halle
Molen Raeymaekers
1940
Putte
Nieuwe Molen
15/5/1940
Vremde
Reigermolen
1944
Weelde
Weeldemolen
19/3/1940
3.7.2.2. Provincie Vlaams-Brabant
Teralfeene
Molen van de Schattenberg
1940
3.7.2.3. Provincie Oost-Vlaanderen
Laarne
Kruisemolen
24/12/1944
Melle
Lindemolen
1941
Oosterzele
De Roosmolen
1940
Petegem-Oudenaarde
Pontmolen
1940
Sint-Maria-Lierde
Cauwenbergmolen
1940
Wetteren
Molen De Pauw
1940
3.7.2.4. Provincie West-Vlaanderen
Kerkhove
Molen Van Wassenhove
1940
Moerkerke
Molen Schuytsen
12/11/1944
Harelbeke
Brabantmolen
24/5/1940
Heist
Molen Thiel
1944
Ingelmunster
Het Meuleken
14/11/1940
44
Zillebeke
Molen Bailleul
27/5/1940
Wulvergem
Vuurmolen
27/5/1940
3.7.2.5. Provincie Limburg
Ramskapelle – Molen Vergauwen
45
4. Foto’s tentoonstelling “Van molenmeester tot maalderijingenieur”
de Vlaamse molenmeester en de omgekeerde Vitruviusmolen
toen kwamen de maalderijingenieurs
46
Vlakzeven,computersturing,maalderijingenieur,walsenstoelen
Maalderijingenieur(s) en controlepaneel
47
van molenmeester tot maalderijingenieur
Molenmeester en zijn technische hulpmiddelen
48