SCK•CEN Stress Test
Geconsolideerd actieplan
1 Juli 2013 SCK•CEN Boeretang 200 BE-2400 Mol Belgium
IDPBW W/BMA/BMA A/2013/879
Inhou udstafel 1
Inle eiding ........................................... ....................................................................................... 2 2
2
Be eschrijving van v het actie eplan ......... ....................................................................................... 3 3 2.1
2.1 1.1
Acties per thema a ................ ....................................................................................... 3 3
2.1 1.2
Acties uitgevoerrd in de periiodieke veiligheidsreva aluatie (PVR R 2016) ..................... 8 8
2.2
Andere accties en verrduidelijking gen ................................................................................ 10 0
2.2 2.1
Proce edure 'verifiicatie veilige e toestand' – opmaak niet-nucleai n 0 ir noodplan ............ 10
2.2 2.2
Revissie elektrisc ch noodvoed dingsnet ....................................................................... 12 2
2.2 2.3
Verde ere acties.................... ..................................................................................... 13 3
2.3 3
Welomlijn nde acties .................... ....................................................................................... 3 3
Gefinalise eerde acties s ................ ..................................................................................... 18 8
Acctieplan Stre esstest ......................... ..................................................................................... 21
Geconsolide eerd Stress Test T actiepla an
1
IDPBW/BMA/BMA/2013/879
1
Inleiding
Dit document is een beschrijving van het geconsolideerd actieplan van de stress test van het SCK•CEN, zoals gevraagd door het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle in het rapport 'Weerstandstesten – Nationaal verslag voor andere inrichtingen van klasse I (niet kerncentrales) – april 2013". De acties beschreven in dit document zijn een verdere uitwerking en actualisatie van het actieplan dat werd voorgesteld door het SCK•CEN zelf, met integratie van de bijkomende eisen en aanbevelingen van het FANC, geïdentificeerd in de tekst als (FANC actie XXX). Dit document bestaat uit twee delen. 1. Het eerste deel beschrijft onder meer in detail hoe een aantal aanbevelingen en eisen van het FANC zijn geïntegreerd in het actieplan of waar de bijkomende elementen verder worden uitgewerkt, bijvoorbeeld in de periodieke veiligheidsrevaluatie (PVR2016). Daarbij worden voor een aantal acties, waar een langere realisatietermijn voor wordt voorzien, een justificatie gegeven zoals gevraagd door het Agentschap. Tenslotte wordt een reeks acties die reeds afgerond zijn, kort besproken. 2. Het tweede deel bestaat uit het geconsolideerd actieplan, bestaande uit duidelijke acties en realisatietermijnen.
Geconsolideerd Stress Test actieplan
2
IDPBW W/BMA/BMA A/2013/879
2
Beschrijving va an het ac ctieplan
De bescchrijving van dit actiepllan is opged deeld in 3 verschillend v e types vann acties: we elomlijnde acties, a acties die een aantal vereisten en n aanbevelin ngen groepe eren alsookk uitsplitsen en de afgewerrkte acties. De welo omlijnde actties stemme en één op é één overeen n met een actie a die ofw wel door SC CK•CEN werd ge edefinieerd ofwel door de veiligheiidsautoriteitt als vereiste of aanbevveling werd geïdenttificeerd. Ee en aantal ac cties die me en terug vind dt in de vers schillende tthema's worrden gegroep peerd in gro otere acties die op deze e manier ee en gestructu ureerde opvvolging mog gelijk maken. Deze word den toegelic cht in 2.2. 2.1
Welomlijn nde acties
Dit zijn a acties die hun h oorsprong vinden i n het door SCK•CEN S in de stress test gedefinieerd actiepla an en/of de vereisten v en aanbevel ingen van de d veiligheid dsautoriteit en stemme en één op één hiermee overe een. 2.1.1
Acties pe er thema
Ondersttaande acties zijn georrdend per th hema (aardbeving, ove erstroming… …), zoveel als a mogelijkk conform m de indeling g van het evaluatierap pport van he et FANC. De e verschillennde acties worden w opgelijsst met verwijjzing naar een e actie va an het FANC C of zoals voorgesteld v door het SCK•CEN in het stresstest rapport. Aan elk ke actie worrdt een iden ntificatienum mmer toege kend dat ka an worden terugge evonden in het h actieplan aan het e eind van dit rapport met bijhorendee realisatiettermijn. viteitscontrrole Reactiv “De exploita ant moet da aarom een ssynthesedo ocument ops stellen waarrin wordt aa angetoond d dat de hypo otheses en aannames van de bes staande kritiikaliteitsstuddies voor de e verschillend de gebouwe en en installlaties omhu ullend zijn voor v de toesstand tijdens s extreme e externe geb beurtenisse en (zoals aa ardbeving, overstroming o g)”. (FANC actie 5) A Actie 1: Sy ynthesedoc cument van n de bestaa ande kritica aliteitsstud dies O Oplevering:: Documentt dat de versschillende kriticaliteitss k studies van het SCK•C CEN ssamenbrengt en hun to oepasbaarh heid voor ex xtreme exte erne gebeurrtenissen be eschrijft. eving Aardbe “Een (her)e evaluatie van het brand drisico na ee en aardbeving (indirecct effect van een a aardbeving) g), moet worrden uitgevo oerd met minstens m een n identificatiie van (bijko omende) b brandhaard den naar aa anleiding van n een aardb beving (bv. aanwezighheid van elektrische kkabels, gassleidingen,… …) en definiitie van eventueel bijko omende actiies.” (FANC C actie 6.1.1) A Actie 2a: Herevaluati H e van het b brandrisico o na aardbe eving O Oplevering:: Een herev valuatie van n het brandrrisico na aarrdbeving woordt uitgevo oerd door e een team bestaande b uit u installatie epersoneel, een veiligh heidsanalistt en een des skundige brandbestriijding. De analyse houd dt rekening met brandlast, mogelijjke initiators s en de a aan de bran nd mogelijks blootgeste elde bronte erm. “Het uitvoerren van ged detailleerde e berekening gen van de seismischee weerstand d van alle ssystemen, structuren s en e compone enten van de d BR2 die een e natuurllijke convec ctiekoeling m moeten waa arborgen alls het prima aire circuit geïsoleerd g is s, in het bijzzonder de afsluiters a A ABV4-1301 1, ABV4-130 04 en ABV4 4-1305 en hun h bijhoren nde hulpsysstemen, hett poolwater Geconsolide eerd Stress Test T actiepla an
3
IDPBW/BMA/BMA/2013/879
koeling circuit voor mantelkoeling en de koelsystemen van sommige testopstellingen.” (FANC actie 6.4.2) Actie 2b: Gedetailleerde berekeningen van componenten die natuurlijke convectie waarborgen Oplevering: Document waarin de resultaten van de seismische evaluatie van de verschillende componenten wordt gerapporteerd. “Bijkomende verankeringen aan de ventilatieleiding van de hot cell van BR2.” (SCK actie 1) Actie 2c: Bijkomende verankeringen aan de ventilatieleiding van de hot cell van BR2 Oplevering: Plaatsing van bijkomende verankering aan de ventilatie van de hot cell BR2. “Bijkomende ondersteuning van de warme cellen op stalen kolommen in het gebouw LHMA.” (SCK actie 2) Actie 2d: Bijkomende ondersteuning van de warme cellen op stalen kolommen in het gebouw LHMA Oplevering: Een eerste fase bestaat uit een detailstudie van de technische mogelijkheden; de tweede fase is de implementatie van bijkomende ondersteuning. “Versterking van de gebarsten muren in het nieuwe gedeelte van het gebouw LHMA” (SCK actie 3) Actie 2e: Versteviging van de gebarsten muren in de nieuwe hal van het gebouw LHMA Oplevering: Een eerste fase bestaat uit een detailstudie van de technische mogelijkheden; de tweede fase is de implementatie van het voorstel uit de studie. Extreme weersomstandigheden “Hevige regenval: De veiligheidsautoriteit beveelt aan om wateraccumulatie op daken te beperken door een periodieke inspectie en onderhoud van de waterafvoeren en/of het voorzien van de nodige overstorten”. (FANC actie 8.1.2) Actie 3a: Beperking van wateraccumulatie op de daken door het uitvoeren van periodiek onderhoud Oplevering: Procedure die het periodiek onderhoud van de daken beschrijft. “Verbeteringen van afdichtingen op deuren en poorten van het dieselgebouw BR2, CBZ, (BR1, SCH, LHMA) tegen instromend water”. (SCK actie 6) Actie 3b: Verbeteringen van afdichtingen op de poorten van het dieselgebouw BR2 Oplevering: Plaatsing van een afdichtingssysteem. Op basis van een walk down ter plaatse, werd geconcludeerd dat afdichtingen op de poorten en deuren van het gebouw CBZ alsook de andere genoemde installaties, geen toegevoegde waarde hebben voor het behoud van de veiligheidsfuncties. De poorten en deuren van deze gebouwen worden bijgevolg niet extra verbeterd met afdichtingen tegen instromend water. “Kokers voorzien op keldergaten om instromen van water te vermijden van het ventilatiegebouw BR2, het gebouw CBZ, BR1, SCH en LHMA,”. (SCK actie 7) Geconsolideerd Stress Test actieplan
4
IDPBW/BMA/BMA/2013/879
Actie 3c: Keldergaten aan het gebouw CBZ en ventilatiegebouw BR2 voorzien van waterwerende kokers Oplevering: Plaatsen van de waterwerende kokers. Op basis van een walk down ter plaatse, werd geconcludeerd dat de geïdentificeerde keldergaten waar water de installatie zou kunnen binnendringen (BR1, SCH, LHMA), geen risico vormen voor de veiligheidsfuncties van de installaties en alle ondersteunende uitrustingen voor de veilige werking hiervan. Deze gebouwen worden bijgevolg niet voorzien van waterwerende kokers.
“Structurele verbeteringen aan de oostzijde van de machinehal van de BR2 om plaatselijke waterintrede te vermijden”. (SCK actie 8) Actie 3d: Waterwerende structurele aanpassingen aan de achterzijde van de BR2 machinehal Oplevering: Praktische verbeteringen na conceptstudie van de technische mogelijkheden. Bosbrand “Daarnaast beveelt de veiligheidsautoriteit aan om daken met onvoldoende brandweerstand aan de buitenzijde te voorzien van producten voor dakbekleding van klasse BROOF(t1) of op dergelijke daken los grind aan te brengen”. (FANC actie 9.4) Actie 4a: Dakbedekking voorzien volgens Broof(t1) of aanbrengen van los grind Oplevering: Op basis van de bestaande inventaris van de dakbedekkingen, wordt het periodiek onderhoud geformaliseerd voor de daken waar enkel los grind aanwezig is. “Boskapplan – realisatie van een perimeter van 36 m van de gevoelige gebouwen tot de bosrand.” (SCK actie 9) Actie 4b: Realisatie 36 m perimeter tot de bosrand Oplevering: Voortzetting van het reeds gestarte boskapplan tot een afstand van 36 m voor de gebouwen die het voorwerp uitmaakten van de stress test. Vliegtuigcrash “Voor de bestaande gebouwen is de veiligheidsautoriteit van mening dat de impact van een vliegtuig van de categorie “algemene luchtvaart” niet zou mogen leiden tot ernstige radiologische gevolgen. Indien dit voor bepaalde gebouwen toch het geval zou zijn, dient er volgens de veiligheidsautoriteit een verdere evaluatie te gebeuren met het oog op een verbetering van de bescherming tegen dergelijke gebeurtenis. Hierbij kan eventueel rekening gehouden worden met de nog voorziene “levensduur” van de gebouwen (bijv. indien men plannen heeft om bepaalde activiteiten op korte termijn onder te brengen in een ander of nieuw gebouw dat meer weerstand biedt).” (FANC actie 10) Actie 5: Beperking van de radiologische gevolgen bij vliegtuigimpact van de categorie “algemene luchtvaart” Oplevering: Overzichtsnota van de verwachte radiologische gevolgen als gevolg van de impact van een vliegtuig van de categorie “algemene luchtvaart” voor de verschillende installaties. Actieplan met mogelijke verbeteringen voor installaties die zouden kunnen leiden tot ernstige radiologische gevolgen, op basis van de overzichtsnota. Geconsolideerd Stress Test actieplan
5
IDPBW/BMA/BMA/2013/879
Cyber attack “De veiligheidsautoriteit beveelt aan om op periodieke wijze een IT audit door een externe gespecialiseerde firma te laten uitvoeren.” (FANC actie 13.1.1) Actie 6a: Periodieke IT-audit door externe consultant Oplevering: Selectie van een externe consultant op gebied van cybersecurity voor het uitvoeren van periodieke IT-audits. “De segregatiepolitiek van de netwerken met verschillende risicoprofielen moet in de IT policy (die het personeel informeert over het gebruik van de IT infrastructuur) worden opgenomen.” (FANC actie 13.4.1) Actie 6b: Segregatiepolitiek in IT-netwerk Oplevering: Formaliseren van de bestaande segregatiepolitiek in het IT security beleid. Verlies van elektrische voedingen en ultieme koudebron “Wat betreft de externe elektrische netvoedingen beveelt de veiligheidsautoriteit de exploitant aan om een protocol met zijn netbeheerder bij een black-out of bij het onderhoud van hoogspanningsonderstations te formaliseren.” (FANC actie 14.1.1) Actie 7a: Protocolakkoord met netbeheerder betreffende de (niet) afschakeling bij LOOP Oplevering: Onderhandeling om te komen tot een protocolakkoord met de netbeheerder waarin afspraken gemaakt worden op gebied van prioriteiten bij aan of afschakelen van het net en informatie-uitwisseling betreffende de duur en omvang van de stroomonderbreking. “De veiligheidsautoriteit beveelt aan om een regelmatige controle van de kwaliteit van de dieselbrandstof in alle tanks te realiseren om o.a. de aanwezigheid van water, sediment en veroudering van biodiesel te kunnen verifiëren.” (FANC actie 14.1.3) Actie 7b: Periodieke kwaliteitscontrole van de dieselbrandstof Oplevering: Procedure die de periodieke controle van de dieselbrandstof van de verschillende diesels formaliseert. “Een procedure dient opgesteld te worden door de exploitant om zich ervan te verzekeren dat het manuele bijvullen van de dieseltanks t.o.v. minimale niveaus kan worden uitgevoerd binnen een aanvaardbare termijn.” (FANC actie 14.1.4) Actie 7c: Procedure voor het manueel bijvullen van de dieseltanks Oplevering: : Procedure die de methodiek voor het manuele bijvullen van de diesels, met respect voor de minimale niveaus binnen een aanvaardbare termijn, beschrijft. “De autonomie van de diesels dient gerechtvaardigd te worden rekening houdende met de beschikbaarheid van de nodige dieselbrandstof en smeerolie.” (FANC actie 14.1.5) Actie 7d: Justificatie van de autonomie i.f.v. de hoeveelheid dieselbrandstof en smeerolie Oplevering: Een document waarin de justificatie is opgenomen. “Een fysische scheiding tussen de diesels van BR2 te realiseren”. (FANC actie 14.4.2) Actie 7e: Een fysische scheiding tussen de diesels van BR2 realiseren Geconsolideerd Stress Test actieplan
6
IDPBW/BMA/BMA/2013/879
Oplevering: Een haalbaarheidsstudie van de technische mogelijkheden wordt gevolgd door de implementatie van de scheiding. Deze actie heeft een realisatietermijn na 1 januari 2015 omwille van de interferentie met de refurbishment van BR2 in het kader van LTO (upgrade van de diesels) en het gegeven dat men deze grote werken in het dieselgebouw enkel kan uitvoeren tijdens een lange shutdown periode van de reactor. “Het organiseren en uitvoeren van regelmatige verificaties van de mogelijkheid tot het toevoeren van water via het brandblussysteem naar de dokken van BR2.”(FANC actie 14.4.4) Actie 7f: Verificatie watertoevoer via brandblussysteem naar de dokken van BR2 Oplevering: Een procedure die de mogelijkheid voor de watertoevoer van het brandblussysteem naar de dokken beschrijft, met inbegrip van de periodiciteit en een verificatiemethodiek van de testen. “De robuustheid (in geval van verlies van koeling) van de verschillende testopstellingen van de BR2 voor de verschillende scenario’s wordt geverifieerd en gedocumenteerd.” (FANC actie 14.4.8) Actie 7g: Robuustheid onderzoeken van de testopstellingen BR2 Oplevering: Een overzichtsnota van de robuustheid van de testopstellingen in geval van verlies van elektrische voeding wordt opgeleverd. “Verificatie van het verbruik van de verschillende BR2 diesels, indicatie van de inventaris van de voorraadtank en garanderen van bijvulling van de dagtanks”. (FANC actie 14.4.10) Actie 7h: Verificatie van het verbruik van de diesels van BR2 Oplevering: Procedure die het verbruik van de diesels, de dieselvoorraad en het bijvullen van de dagtanks beschrijft. Beheer van ongevallen – Noodplanning “Voldoende vaste of mobiele verlichtingsmiddelen moeten beschikbaar zijn in geval van noodsituaties.” (FANC actie 15.1.2) Actie 8a: Verlichtingsmiddelen Oplevering: Een inventaris van het aantal en type verlichtingsmiddelen wordt opgemaakt Eventuele verbeteringen worden mee opgenomen. “Het plan om de medewerkers te evacueren naar een externe opvangbasis op voldoende afstand van de site moet verder worden uitgewerkt.” (FANC actie 15.1.3) Actie 8b: Externe opvangbasis voor medewerkers Oplevering: De mogelijke locaties die dienst kunnen doen als externe opvangbasis worden vastgelegd. De veiligheidsautoriteit beveelt aan te onderzoeken of, ter bescherming van de ademlucht, filters in aanzuigleiding van de compressor van het vulstation voor persluchtflessen geïnstalleerd kunnen worden.” (FANC actie 15.1.7) Actie 8c: Filters in aanzuigleiding van de compressor van INT-gebouw Oplevering: Een analyse van de voor- en nadelen van dit voorstel, inclusief de alternatieven voor het aanleveren van persluchtflessen. Geconsolideerd Stress Test actieplan
7
IDPBW/BMA/BMA/2013/879
“Procedures opstellen om zoveel als technisch haalbaar, verder de radiologische gevolgen van een brand verder te beperken voor de installaties: LHMA, SCH, KAL en CBZ.” (FANC actie 15.4.2) Actie 8d: Interventieprocedures nucleaire brand (LHMA-SCH-KAL-CBZ) Oplevering: Een formalisering van de interventieprocedures voor deze installaties. “Ontwikkelen van een strategie om op de lange termijn na een ernstig ongeval, nadat de uitstoot van radioactief materiaal gestopt is, de op site aanwezige contaminatie te fixeren en verdere verspreiding naar buiten de site van deze contaminatie te voorkomen.” (FANC actie 15.4.3) Actie 8e: Strategie om op lange termijn radioactiviteit 'vast te leggen' Oplevering: De beschrijving van de strategie. “De redundantie en autonomie van de beschikbare middelen voor interne communicatie tussen de noodplankamer(s) en de verzamellokalen verder verhogen (in geval van langdurige onbeschikbaarheid van stroomvoorziening)”. (FANC actie 15.4.6) Actie 8f: Middelen interne communicatie noodplankamer-wachtzalen Oplevering: Een herevaluatie van het huidige communicatiesysteem, naar redundantie en autonomie, met verbetervoorstellen indien noodzakelijk. “Externe uitvalsbasis bij onbeschikbaarheid noodplankamer” (SCK actie 12) Actie 8g: Externe back-up noodplankamer Oplevering: De verschillende locaties zijn formeel vastgelegd en de technische ondersteuning in de vorm van noodplankoffers wordt voorzien. Uitbreiding van het noodplan voor langdurige ongevalssituaties door uitbreiding van het aantal noodplanintervenanten met een functie binnen de noodplanwerking (SCK actie 15) Actie 8h: Uitbreiding van het aantal mogelijke noodplan-intervenanten Oplevering: Overzichtsdocument met het programma van de gegeven opleidingen en de deelnemers. Het verder borgen van deze opleidingen naar de toekomst toe. 2.1.2
Acties uitgevoerd in de periodieke veiligheidsrevaluatie (PVR 2016)
Onderstaande acties worden verder uitgewerkt in het kader van de periodieke veiligheidsrevaluatie van 2016 rekening houdend met de timing conform de PVR2016. De opvolging van deze acties zal dan ook in dat kader gebeuren en worden om die reden niet verder opgenomen in het actieplan van de stresstest: "Het brandbestrijdingsplan uitbreiden teneinde een grote grafietbrand in de BR1 te kunnen blussen op zo’n manier dat de radiologische lozingen tot het technisch meest haalbare minimum worden beperkt" (FANC actie 15.4.1) Dit werd opgenomen in de veiligheidsfactor 7 voor de BR1 installatie. Een actieplan met de mogelijkheden voor ultieme waterblussing wordt opgeleverd in juli 2015. "Voor BR2 een high level document opmaken betreffende de mogelijkheid en efficiëntie om severe accidents te bestrijden met mobiele middelen, andere dan de standaard middelen voorzien, en via niet voorziene injectiewegen. Deze oefening kan kaderen in Geconsolideerd Stress Test actieplan
8
IDPBW/BMA/BMA/2013/879
het opstellen van een BR2 SAMG in het kader van de volgende periodieke veiligheidsherziening" (FANC actie 15.4.7) "Voor de BR2 te evalueren wat in geval van total station black-out (verlies van externe voeding en van noodstroomvoeding) de beschikbaarheid is van de instrumentatie die nodig is om na een core-melt incident het verloop van de situatie in het reactorgebouw te kunnen opvolgen (niveau van het water in reactordok, stralingsniveaus,…)" (FANC actie 15.4.4) Deze acties maken deel uit van de BR2 Severe Accident Management Guidelines (SAMG). De SAMG voor BR2 worden geformaliseerd tegen juli 2016. "Het opstellen van een justificatie van het ontwerp en de werking van de hevelbrekers voor de dokken van de BR2" (FANC actie 14.4.5) "Met betrekking tot de BR2 de diverse modes van koeling en verlies van koelmiddel nader te bestuderen als onderdeel van de volgende periodieke veiligheidsherziening; dit omvat (FANC actie 14.4.7): a. Mantelkoeling; b. Mogelijke breuken en gevolgen daarvan in primaire koelkring alsook in de koelkring van de zijdokken; c. Koeling via de primaire kring naar de lucht; d. "Boiling water cooling” Deze acties werden bijkomend opgenomen in de deterministische veiligheidsstudies voor BR2. De deterministische veiligheidsstudies worden geformaliseerd in het veiligheidsdossier en de technische specificaties tegen juli 2016. "bestuderen of voor ABV4-1304 en ABV4-1305 alternatieve bediening (handmatig en/of met draaiwiel) mogelijk gemaakt kan worden" (FANC actie 14.4.3) Een rapport met de mogelijke design upgrades wordt tegen januari 2016 opgeleverd.
Geconsolideerd Stress Test actieplan
9
IDPBW W/BMA/BMA A/2013/879
2.2 2.2.1
Andere ac cties en ve erduidelijki ngen Procedu ure 'verificatiie veilige to oestand' – opmaak o niett-nucleair nooodplan
Deze acctie omvat volgende v eisen en aan nbevelingen uit het evaluatierappoort van het FANC: F Aardbevving: "Wat betrefft het brandrrisico na ee en aardbevin ng (indirectt effect van een aardbe eving) b beveelt de veiligheidsa autoriteit aa an om een verificatie v uiit te voeren van a. de besc chikbare mid iddelen en procedures p om het braandrisico na een aardbev ving correctt te identific ceren en eva alueren (bv. v. via detectiie en/of procedu ures voor de e rondgang gen ter identtificatie vann brandhaarrden,…) . b. de besc chikbaarheid id en robuus stheid na ee en aardbevi ving van de middelen voor be estrijding en beheersing g van een brand b (branddbestrijding gsmiddelen, brandco ompartimen ntering,…)."" (FAN NC actie 6.1.2) "Verzekeren van de lange termijn n monitoring g en beheerr van de toeestand van de d BR2." (FANC actie 6.4.1.b) Toxisch he gassen "De veilighe eidsautorite eit beveelt a aan om de afspraken a met m de exterrne hulpdien nsten te verbeteren om tot een tijdige alarm rmering te komen k alsoo ok de internne noodplan np proceduress uit te breid den ten aanzzien van de e specifieke acties te neemen in ge eval van e een toxisch he gaswolk." (FANC acctie 11.1.1) Explosie eve gassen n en schokgolven "De veilighe eidsautorite eit beveelt a aan om de afspraken a met m de exterrne hulpdien nsten te verbeteren om tot een tijdige alarm rmering te komen k alsoo ok de internne noodplan np proceduress uit te breid den ten aanzzien van de e specifieke acties te neemen in ge eval van e een explosiieve gaswolk." (FANC actie 12.1.1 1) Verlies van elektrissche voedin ng en verliess van ultiem me koudebro on "In het kade er van de op p te stellen procedure “Verificatie veilige toesstand installlatie” moet iin het bijzon nder de verrificatie van het intreden van natuu urlijke conveectie voor de d BR2 worden voo orzien" (FAN NC actie 14 4.4.1) "Een globalle procedurre “Verificatiie veilige to oestand installatie” diennt opgesteld d en getest tte worden, waarin alle nodige insttructies en acties a word den opgenom men die nodig zijn om d de installatiies in een veilige v toesta and te bren ngen en te behouden b inn geval van een sstation blacck out of een n verlies va an ultieme koudebron." k " (FANC acttie 14.1.2) "Ten aanzie en van het elektrische e noodnet (w waarvoor door de explooitant een he erziening werd geplan nd): Veriifiëren dat voor v de versschillende la aboratoria de d vermeldee autonomie e vold doende is om m een veilig ge toestand d te garande eren. het seismisch kwalificeren k n van de voo orraadtank van de diessels en deze zodanig te ontwerpen dat d monstern rname van de d brandsto of mogelijk iss." (FANC actie a 14.4 4.6) Beheer van ernstig ge ongevalle en "De e exploitant moet nagaan dat in ge eval van ge ebeurtenisse en die gelijkktijdig meerd dere insttallaties en gebouwen kunnen trefffen (bv. sta ation black– –out, overstrroming, aarrdbeving,…)), de noodp plannen van n de exploita ant een derrgelijke uitgeebreide toes stand kun nnen behan ndelen en le eiden tot een n adequate prioritering g in de aanppak van de Geconsolide eerd Stress Test T actieplan n
10
IDPBW/BMA/BMA/2013/879
verschillende ernstige ongevallen rekening houdende met de beschikbare middelen. Op basis van deze verificatie moeten eventueel geïdentificeerde tekortkomingen op dat vlak worden verholpen." (FANC actie 15.1.8) Binnen de nucleaire installaties wordt een procedure 'Verificatie Veilige Toestand' opgemaakt met als doel de toestand van de installatie te evalueren na een zekere startgebeurtenis. Op basis van deze informatie worden maatregelen genomen om het personeel, de omgeving en de technische uitrustingen (SSC's) te beschermen. De scope van deze nieuw op te maken procedure behelst startgebeurtenissen die verschillende installaties tegelijkertijd kunnen treffen: Aardbeving Verlies van elektrische voeding Bosbrand Toxische wolk Explosie Extreme wind/tornado Voor de startgebeurtenissen waar de aard van het ongeval toelaat dat er preventieve maatregelen worden genomen om de installatie en het personeel te beschermen (toxische wolk, bosbrand), kan beroep gedaan worden op de procedure 'maatregelen te nemen in geval van bosbrand' waarover elke installatie beschikt. Deze procedure kan zonder aanpassingen gebruikt worden voor andere toxische wolken. Voor wat betreft startgebeurtenissen die fysische schade kunnen veroorzaken aan de installaties (aardbeving, explosie, hevige wind/tornado), zal eerst onderzocht moeten worden of het veilig is de installatie te betreden. Indien dit het geval is, wordt op basis van een inspectieronde door de exploitant een schaderapport opgemaakt. Belangrijke aspecten in dit schaderapport zijn: Menselijke slachtoffers of gewonden Brand Fysische schade aan bouwkundige structuren (instortingsgevaar…) Fysische schade aan uitrustingen (ventilatieleidingen…) Fysische schade aan hulpvoorzieningen (elektrische voeding…) De startgebeurtenis 'verlies van elektrische voeding' behoort tot de ontwerpongevallen van elke nucleaire installatie, waarbij een fail-safe ontwerp van de uitrustingen standaard wordt voorzien. Daarnaast beschikt men, waar nodig, over een noodstroomvoeding waarbij de autonomie voldoende wordt geacht om de installatie in veilige toestand te brengen. De toereikendheid zal onderzocht worden bij het voorkomen van zeer lange stroompannes (> 1 dag) of in gevallen waarbij er fysische schade optreedt aan het elektrische net als gevolg van een andere oorzaak zoals hierboven beschreven. De risico's in elke nucleaire faciliteit zijn zeer verschillend, wat een installatie-specifieke benadering noodzakelijk maakt, rekening houdend met de activiteiten en experimenten die op dat moment lopende zijn. Naast de controle van de installatie, zal een parallelle actie uitgevoerd worden door de bedrijfsbrandweer om de beschikbaarheid van de verschillende brandbestrijdingsmiddelen na te gaan. Hier zal ook een hiërarchische structuur worden opgebouwd, met inbegrip van de controle van de beschikbaarheid van het bluswaternet, voertuigen, haspels, hydranten… Deze procedure zal gebruikt worden om op gestructureerde wijze de informatie over te maken naar de noodplankamer, waar de prioritering van de interventies (medisch, technisch, brandweer…) zal gebeuren. Geconsolideerd Stress Test actieplan
11
IDPBW/BMA/BMA/2013/879
Om te verzekeren dat een adequate aanpak van dergelijke ongevallen geborgd is, wordt een niet-nucleair noodplan opgemaakt dat kan worden ingezet als er geen onmiddellijk radiologisch risico dreigt. Dit niet-nucleair noodplan is complementair met het bestaande noodplan en wordt ook op een analoge manier opgemaakt. Actie 7i: Opmaken van een procedure: 'Verificatie veilige toestand' per installatie Oplevering: Per installatie wordt een procedure “verificatie veilige toestand” opgemaakt. Een gelijkaardige procedure voor de brandpreventie- en bestrijdingsmiddelen wordt opgemaakt. Er wordt een aanvulling aan het bestaande noodplan voorzien dat de organisatie voor het beheer van niet-radiologische ongevallen beschrijft. Een high-level beslissingsboom wordt opgemaakt dat de prioritering van de acties beschrijft in geval dat verschillende gebouwen getroffen zijn door een ongeval. De kritische monitoringsystemen die de toestand van de installatie controleren worden geïdentificeerd en gebruikt als inputgegevens voor de revisie van het elektrische noodvoedingsnet. 2.2.2
Revisie elektrisch noodvoedingsnet
Deze actie omvat volgende eisen en aanbevelingen uit het evaluatierapport van het FANC en worden bijkomend behandeld in de revisie van het elektrische noodnet (SCK actie 13): Verlies van elektrische voeding en verlies van ultieme koudebron "Beschikbaarheid informatie meetketens in de noodplankamer." (SCK actie 14) "Evaluatie uitvoeren van belastingen voor diverse configuraties van de nooddiesels en essentiële gebruikers" (FANC actie 14.4.2) "Indien nodig aanpassingen door te voeren om een autonomie van ten minste 72 uur te bekomen waarbinnen geen externe middelen nodig zijn om de veilige toestand van installaties te behouden en te monitoren" (FANC actie 14.4.2) “Voor de 4de diesel van de BR2 wordt nagekeken welke essentiële gebruikers gevoed kunnen worden door deze dieselgroep en of deze diesel met brandstof vanuit de stockagetank gevoed kan worden. In functie van zijn belasting worden de vermogenbalans en de autonomie van deze diesel geëvalueerd.” (FANC actie 14.4.9) Beheer van ernstige ongevallen "Bestuderen van de mogelijkheden tot het verbeteren van de redundantie inzake stroomvoorziening tijdens een ernstig ongeval d.m.v. mobiele dieselgeneratoren op site en het voorzien van aansluitpunten voor deze (of ook eventueel extern aan te voeren) mobiele dieselgeneratoren." (FANC actie 15.4.5) De scope van de revisie van het elektrische noodvoedingsnet is zeer uitgebreid en omvat onder meer: Risicoanalyses binnen de verschillende installaties In kaart brengen van de bestaande toestand, identificatie van mogelijke verbeteringen Haalbaarheidsstudie van de mogelijke verbeteringen Opstellen van een actieplan ter uitvoering Deze revisie mag de dagelijkse veilige werking niet verstoren, wat een grondige planning vereist. Bovendien dienen de conclusies en resultaten van een aantal andere acties mee in rekening gebracht te worden. De acties rond de procedure 'verificatie veilige toestand' zullen deels mee bepalen welke systemen in welke situaties beschikbaar dienen te zijn. Bijgevolg zal deze actie zal niet tegen 1 januari 2015 worden afgerond.
Geconsolideerd Stress Test actieplan
12
IDPBW/BMA/BMA/2013/879
De actie rond de beschikbaarheid van de informatie van de (stralings-)meetketens in de noodplankamer zal verder worden geïntegreerd in de herziening van het noodvoedingsnet. Momenteel kan reeds heel wat informatie van de bestaande meetketens van elke installatie online geraadpleegd worden in de noodplankamer. Dit systeem laat ook toe om retrospectief onderzoek te doen op situaties die zich hebben voorgedaan. Om ervoor te zorgen dat geen informatie verloren gaat bij verlies van elektrische voeding, dienen de noden qua noodstroomvoorziening en beschikbaarheid, zowel voor de meetketens zelf als alle onderliggende apparatuur, afgestemd te worden op de revisie van het noodvoedingsnet en de acties rond de 'verificatie van de veilige toestand'. Actie 7j: Revisie van het elektrische noodvoedingsnet Oplevering: Een overzichtsnota van de noodstroomvereisten binnen de verschillende installaties, o.a. komende uit actie 6i: Opmaken van een procedure: 'Verificatie veilige toestand' per installatie. Beschrijving van de toereikendheid van het huidige toestand noodvoedingsnet. Identificatie van mogelijke verbeteringen, haalbaarheidsstudie van de verbetervoorstellen en opstellen van een actieplan ter uitvoering. 2.2.3
Verdere acties
Aardbeving “Het seismisch kwalificeren van een elektrisch noodvoedingssysteem voor de BR2. Dit elektrisch noodvoedingssysteem moet, na een complete station black-out als gevolg van een aardbeving, aan de volgende minimale eisen voldoen: Elektrische voeding van de uitrustingen om de natuurlijke convectiekoeling te verzekeren zelfs bij falen van de ABV4-1301 afsluiter (o.a. het poolwater koeling circuit voor mantelkoeling (“shroud cooling”), koelsystemen van sommige testopstellingen).” (FANC actie 6.4.1.a) De mantelkoeling wordt bestudeerd in de PVR2016, deterministische veiligheidsstudies (zie 2.2.1). De koelsystemen van de experimentele opstellingen worden bestudeerd in actie 7g in het actieplan). Het seismisch kwalificeren van de elektrische systemen zal uitgevoerd worden indien dit noodzakelijk blijkt om de natuurlijke convectiekoeling te verzekeren. De studies die de vereisten naar seismische kwalificatie van (delen van) het noodvoedingsnet moeten bepalen, hebben een realisatietermijn tegen januari 2015 (en later voor de PVR2016). Om de seismische kwalificatie van een elektrisch noodvoedingssysteem volledig en gejustifieerd uit te voeren, is het onvermijdelijk dat de realisatietermijn na de deadline voor de ondersteunende studies valt. Actie 2f: Seismische kwalificatie van een BR2 elektrisch noodvoedingsnet Oplevering: Identificatie van de delen van het noodvoedingsnet die seismisch worden gekwalificeerd. Uitvoering op basis van het voorstel. “Introductie van een solide valstaafkoker voor 1 veiligheidsstaaf in de BR1 reactor.” (SCK actie 5) Om een bijkomende weerstand tegen het verschuiven van grafietblokken tijdens een aardbeving te realiseren, werd vooropgesteld om voor 1 veiligheidsstaaf een valstaafkoker of geleidingsbuis te voorzien. Berekeningen werden uitgevoerd, die bevestigden dat een staaf uit natuurlijk B4C voldoende antireactiviteit bezat en in de juiste dimensies kon worden vervaardigd. Vervolgens werd ook een verticaal kanaal gevonden dat dezelfde afmetingen had als de andere veiligheidsstaven met een identiek ophaalmechanisme beschikbaar. Er werden na bijkomende evaluaties echter enkele vaststellingen gedaan die de implementatie van dit systeem technisch onmogelijk maken: De relatieve verplaatsing tijdens een aardbeving tussen de grafietmatrix en de betonnen afscherming waarin de veiligheidsstaven opgetrokken zijn, bleek te groot. Geconsolideerd Stress Test actieplan
13
IDPBW/BMA/BMA/2013/879
De technische aanpassingen om dit probleem te verhelpen kunnen niet verantwoord worden op basis van veiligheidsprincipes (reactorveiligheid, ALARA) Ten andere werd vastgesteld dat de mechanische sterkte van een dergelijke geleidingsbuis onvoldoende zal zijn om het gewicht van een mogelijk verschuivende grafietlaag (circa 27 ton) op te vangen.
Op basis van deze bevindingen werd besloten om een aantal nieuwe acties te definiëren. De marges voor het veilig vallen van de veiligheidsstaven van de reactor zijn ruim voldoende. Gezien de afstand waarover de controlestaven dienen te vallen kleiner is dan bij de veiligheidsstaven, is hun veiligheidsmarge nog veel groter. Deze vaststellingen zijn geldig binnen de grenzen van het model gebruikt in de analyse.
Onderzoek naar de mogelijkheid voor de kalibratie van het theoretisch model van de BR1 grafietmatrix op basis van een experiment op een triltafel met vooraf bepaald trillingsspectrum. Onderzoek naar niet conventionele middelen voor antireactiviteitstoevoer o Return of Experience van niet-conventionele shutdownsystemen van andere grafietreactoren o Injectie van geboreerd water in centraal kanaal o Mogelijkheid tot inbrengen van een B4C-staaf in een centraal kanaal van de reactor.
Actie 2g: Bijkomende studies aardbeving BR1 Oplevering: Validatie van het theoretische BR1-model. Haalbaarheidsstudie van de nietconventionele middelen voor antireactiviteitstoevoer. Extreme weersomstandigheden "Hevige wind en tornado: De weerstand tegen een tornado EF3 of EF2 van bepaalde installaties moet meer gedetailleerd worden geëvalueerd via berekeningen en/of de haalbaarheid van eventuele versterkingsmaatregelen moet worden onderzocht: (gebouw LHMA, dieselgebouw BR2)." (FANC actie 8.1.3) De weerstand tegen tornado's werd onderzocht. Hieruit is gebleken dat er schade kan optreden aan de gemetselde buitengevels met inbegrip van ramen, deuren… Door het optreden van deze schade worden de krachten niet overgedragen naar de structuren van het gebouw, i.c. de betonnen kolommen. De structurele integriteit van het gebouw als geheel wordt gewaarborgd, waardoor er een zeer beperkt risico bestaat op verspreiding van radioactiviteit. Bijkomend onderzoek zal worden gedaan naar de mogelijke radiologische gevolgen van een aantal representatieve scenario’s, overeenkomend met de verwachte schade als gevolg van een EF3-tornado. Om aan te tonen of de integriteit van het dieselgebouw BR2 een veiligheidsvoorwaarde is, wordt een overzichtsnota opgemaakt die systematisch en gestructureerd weergeeft welke basisscenario’s in normale en accidentele condities aanleiding kunnen geven tot schade aan de splijtstofelementen. Er worden elementen samengebracht van de deterministische veiligheidsstudies, het PSAmodel en van relevante uitbatingservaring van de BR2. Actie 3e: Evaluatie van de weerstand tegen EF3-tornado op LHMA en dieselgebouw BR2 Oplevering: Rapport van de mogelijke radiologische impact van het gebouw LHMA voor de verwachte schade na een EF3-tornado. Overzichtsnota van de mogelijke ongevalsscenario’s voor de BR2 in geval van station black-out. Geconsolideerd Stress Test actieplan
14
IDPBW/BMA/BMA/2013/879
Bliksem: Er dient opgemerkt te worden dat de norm NBN-EN62305-2 zeer algemeen geldend is voor elk type gebouw en deze behandelt aspecten als risico’s voor personen, risico op economische schade, risico van verlies van patrimonium, etc. waarbij het voor België overeengekomen aanvaardbaar risico is vastgelegd. De veiligheidsautoriteit is van mening dat het gebruik van het vooropgestelde aanvaardbaar risico bij de evaluatie volgens de norm NBN-EN62305-2 niet altijd garandeert dat het risico voor structuren (R1 t.e.m. R4) in de nucleaire industrie voldoende is afgedekt. Het voorop stellen van strengere risicofrequenties voor de beschouwde nucleaire gebouwen afhankelijk van het onderliggende nucleaire risico wordt nodig geacht. Daarom beveelt de veiligheidsautoriteit aan dat de analyse van de bliksembeveiliging volgens de norm NBN-EN62305-2 door de exploitant gepaard gaat met een justificatie van het vooropgestelde aanvaardbaar risico (ofwel dit vastgelegd in de norm, ofwel strenger) dat in deze analyse is toegepast.” (FANC actie 8.1.4) Een risicoanalyse volgens de NBN-EN62305-2 werd opgemaakt voor het SCK•CEN, die rekening houdt met het risico binnen de nucleaire sector. De implementatie van deze norm bestaat uit de realisatie een aantal verschillende beschermingssystemen tegen bliksem (bliksemopvanginrichtingen, overspanningsbeveiliging…) Het gedeelte rond overspanningsbeveiliging wordt mee opgenomen in de revisie van het elektrische noodvoedingsnet (Actie 7j in het actieplan) en volgt ook de timing daaraan verbonden. Dit behelst ook een studie- en implementatiegedeelte. Het gedeelte betreffende de bliksemopvanginrichtingen wordt parallel uitgevoerd. Actie 3f: Implementatie van de bliksembeveiliging (NBN-EN62305-2) voor de nucleaire gebouwen SCK Oplevering: Uitvoeringsdossiers voor de installatie van de bliksemopvanginrichtingen. Installatie van de bliksemopvanginrichtingen op de geïdentificeerde installaties volgens de beschermingsniveaus bepaald in de risicoanalyse. Bosbrand "Upgrade van het bluswaternet SCK•CEN" (FANC actie 9.4, FANC actie 15.4.8) De upgrade van het bluswaternet is, samen met de acties omtrent de revisie van het elektrische noodvoedingsnet, de actie die het meeste tijd in beslag zal nemen. Het ontwikkelen van een volledig nieuw concept dat minimum voldoet aan de bestaande normen voor bluswaternetten en dat ook een aantal belangrijke conclusies betreffende de stress test in de ontwerpbasis voorziet, zoals bijvoorbeeld buffer- en pompcapaciteit, zal worden uitbesteed aan een gespecialiseerd bureau. De aanbesteding voor het studiebureau wordt deze zomer afgerond; de aanstelling zou tegen eind dit jaar rond moeten zijn. Het is de bedoeling om tegen januari 2015 een akkoord te bereiken over het te installeren bluswaterconcept op de site. Daarna wordt volgt een volledige technische uitwerking met opmaak van een lastenboek. Afhankelijk van het concept, zal beslist worden hoe de implementatie zal worden doorgevoerd en welke realisatietermijnen er kunnen worden vooropgesteld. De termijn vermeld in dit actieplan is zeer voorlopig en kan worden bijgesteld na en tijdens de conceptstudie en de detailstudie. Actie 4c: Upgrade van het bluswaternet SCK•CEN Oplevering: De beschrijving van het bluswaterconcept, de technische uitwerking van het concept, de implementatie van het voorstel. Beheer van ernstige ongevallen Geconsolideerd Stress Test actieplan
15
IDPBW/BMA/BMA/2013/879
"De veiligheidsautoriteit beveelt alle exploitanten aan om een strategie op te stellen met de externe brandweer en/of de civiele bescherming, en eventueel ook met de andere nucleaire exploitanten in dezelfde regio (voor exploitanten in regio Mol-Dessel-Geel), om succesvol grote branden (bosbrand, kerosinebrand, …) te bestrijden. Op basis van deze strategie kunnen de nodige verbeteringsmaatregelen en operationele afspraken vastgelegd worden, en dit zowel op het vlak van interventietijden als van de nodige brandbestrijdingsmiddelen (zie ook paragraaf 10)" (FANC actie 15.1.1, SCK actie 10, SCK actie 11) In navolging van een officiële brief verstuurd in naam van Belgoprocess, het IRMM en het SCK•CEN, werd op 16 mei 2013 een overleg georganiseerd met de lokale brandweer (korpsen Mol en Geel). Voor wat betreft het uitwerken van een strategie voor het bestrijden van grote calamiteiten werd afgesproken dat: Voor het aspect kerosinebrand is een aanvulling aan het provinciale 'BNIP luchtvaartongevallen' opgemaakt dat van toepassing is in de zone Kempen. Er dient hier intern verdere afstemming op te gebeuren. Voor het aspect bosbrand wordt voorgesteld om gebruik te maken van de interventieplannen m.b.t. bosbrand die momenteel op het niveau van de provincie Limburg in vergevorderd stadium zijn. In de provincie Antwerpen is voorlopig enkel een dergelijk plan ter beschikking voor het gebied van de Kalmthoutse Heide. Het type bosbranden dat te verwachten is in de nucleaire zone leunt echter veel meer aan bij de Limburgse situatie. Dit gedeelte valt echter geheel onder de verantwoordelijkheid van de openbare brandweer en wordt bovendien uitgewerkt voor de zone als geheel, onafhankelijk van de exploitant(en). Een belangrijk aspect dat in beide gevallen van toepassing is, betreft het organiseren van een groot watertransport (GWT). Hier kunnen bijkomende afspraken tussen brandweer en de exploitanten m.b.t. aanrijroutes, opstelplaatsen, etc. ervoor zorgen dat de organisatie hiervan efficiënter kan verlopen. Een volgend overleg wordt voorzien op 17 september 2013. Actie 8i: 'Extern noodplan' zware calamiteiten Oplevering: Draaiboeken voor de aanpak van de geselecteerde ‘zware calamiteiten’, in samenwerking met de openbare brandweer en de andere nucleaire bedrijven. Interne procedures die afgestemd zijn op het extern noodplan. “De veiligheidsautoriteit beveelt aan om een meer gedetailleerde analyse uit te werken van de voorziene impact van schade (door extreme externe gebeurtenissen) aan ondersteunende infrastructuur (bv. lokalen, opslag van hulpmiddelen, ….) op de beheersing van het ernstig ongeval.” (FANC actie 15.1.6) De belangrijkste ondersteunende infrastructuren voor het beheer van noodgevallen zijn de noodplankamer en het interventiegebouw. Persoonlijke beschermingsmiddelen, vooral bedoeld om interventies in de nucleaire installaties uit te voeren, worden in een aantal verschillende gebouwen opgeslagen net als meetapparatuur. Onderzoek naar bijkomende en verbeterde noodplaninfrastructuur wordt gevoerd in acties 8g en 8k. Om de weerstand tegen externe ongevallen van het interventiegebouw te bestuderen wordt een seismische analyse van het gebouw gemaakt, conform de methodologie voor de andere gebouwen die in het kader van de stress test werden geëvalueerd. Om voldoende persoonlijke beschermingsmiddelen aanwezig te hebben op de site worden zogenaamde interventiekasten geplaatst, waarin beschermingsmiddelen bewaard worden voor alle medewerkers die in het noodplan kunnen worden ingezet Geconsolideerd Stress Test actieplan
16
IDPBW/BMA/BMA/2013/879
Actie 8j: Onderzoek naar impact van schade aan ondersteunende infrastructuur. Oplevering: Seismische analyse van het interventiegebouw (INT). Plaatsen en uitrusten van de interventiekasten. "De middelen voor het beheer van potentieel besmet bluswater (na een brand) moeten worden onderzocht met als doel een besmetting van de externe omgeving van de site of grondwaterlagen te vermijden" (FANC actie 15.1.4) Voor de opvang van potentieel besmet bluswater zal gebruik gemaakt worden van de beschikbare kelders die in elk nucleair gebouw aanwezig zijn. Een overzicht wordt opgemaakt van de beschikbare volumes voor de noodopvang van bluswater in elk nucleair gebouw. Actie 8k: Middelen voor opvang van potentieel besmet bluswater Oplevering: Inventarisatie van de keldervolumes met extrapolatie naar de mogelijke bluswateropvangcapaciteit. "Voorzien van een nieuwe noodplankamer die een betere bescherming zou moeten bieden tegen besmetting op site." (FANC actie 15.4.9) Het voorzien van een nieuwe noodplankamer kadert in een uitbreiding van het bestaande gebouw 'geneeskunde – GKD' met een volledig nieuw gedeelte. De technische, ergonomische, en organisatorische vereisten voor de nieuwe noodplankamer werden reeds opgemaakt. Voor de realisatie van deze actie wordt de voorziene timing van het hele project vooropgesteld. Door de actie betreffende de back-up noodplankamer op een locatie buiten de site is dit, wat het SCK•CEN betreft, minder prioritair. Actie 8l: Nieuwe noodplankamer Oplevering: Nieuw gebouw ‘geneeskunde – GKD’ met volledig uitgeruste noodplankamer
Geconsolideerd Stress Test actieplan
17
IDPBW W/BMA/BMA A/2013/879
2.3
Gefinalise eerde actie es
Ondersttaande acties zijn afge erond en wo orden hieron nder kort be esproken. D De resultaten worden ter evaluatie voorgelegd aan de d veiligheid dsautoriteit. Aardbevving "Verificatie van de vera ankering va an de dakpla aten van he et gebouw LLHMA." (SC CK actie 4) Uit desttructieve an nalyses is ge ebleken datt de dakplatten van het oude en nieeuwe gedeelte van het gebouw LHMA A verankerd zijn aan de e kolommen n van de gro ote hallen. B Bijkomende bereken ningen hebb ben aangeto oond dat de e wapening van de dak kpanelen ruuim voldoende is om de struccturele integ griteit van het gebouw te waarborg gen ten opz zichte van dde RLE. Overstro oming "De veilighe eidsautorite eit beveelt a an in het ka ader van de e volgende pperiodieke vveiligheidsh herziening de d gevolgen n van stijgin ng van het grondwater g te bepalen (potentiële rrisico’s voorr nucleaire gebouwen en veiligheiidsfuncties)) alsook de bestaande o overstromin ngsstudie aa an te vullen n met een sttudie van de e afwateringg van hevig ge neerslag o over de gan nse site aan n de hand vvan een mod del dat het ganse g SCK K•CEN omva at." (FANC a actie 7.4.1) Het risicco van stijge end grondw water werd o omstandig bestudeerd b en is signifficant minde er dan 10-7 per jaarr. Bovendien n wordt de hoogte van de grondw watertafel in evenwicht ggehouden door d de grote op ppervlaktew waters geleg gen omheen n de technis sche site. C Citaat: "Beh houdens dra astische wijjzigingen va an de lokale e hydrografiie (verlegge en kanaal, d dempen Nu ucleavijver, …) wordt g een verhog ging van de grondwaterrtafel verwa acht." De stud die van de afwatering a van v de gansse site werd d uitgevoerd d in het kadeer van de sttresstest. Bij deze e studie werrd als vertre ekpunt een afwaterings smodel van de gehele site gebruik kt, waarna de aand dacht werd gericht op de d nucleaire e installaties s en kwetsb bare puntenn. Op basiis van deze e analyse we erden reedss acties ond dernomen (3b, 3c, 3d) . Extreme e weersomsstandighede en "Hevige reg genval: De veiligheidsa v autoriteit beveelt aan om m de impacct van extreme rregenval op p de capacitteit van het afwatering-- en rioleringsstelsel tee evalueren uitgaande vvan neersla aghoeveelhe eden, bepa aald door sta atistische methodes m vooor extreme e waarden e en met extrrapolatie tott grotere terrugkeerperio ode (minste ens 1000 jaaar)." (FANC C actie 8 8.1.1) In de uittgevoerde studie s werd de potentië ële impact van v hevige regenval opp determinis stische wijze be epaald, ona afhankelijk van v de terug gkeerperiod de. Op basiis van deze e analyse we erden reedss acties ond dernomen (3b, 3c, 3d) . "Hevige reg genval: Evalueren of exxtra besche erming aang gewezen is voor de ele ektrische iinstallaties tegen insijp pelend wate er om brand dgevaar en het h risico opp verlies van functies tte beperken n." (FANC actie a 8.4.1)
Geconsolide eerd Stress Test T actieplan n
18
IDPBW/BMA/BMA/2013/879
Uit de evaluatie van het overstromingsrisico voor de site van het SCK•CEN is gebleken dat er geen cliff edge effecten zijn. De reeds voorgestelde maatregelen (3a, 3b, 3c) hebben tot doel het verlies van functies zoals elektrische voeding, ventilatie… zoveel als mogelijk te beperken. Op basis van deze analyse werden reeds acties ondernomen (3b, 3c, 3d). Explosieve gassen en schokgolven "De stockage van gasflessen binnen en buiten bepaalde gebouwen (BR1, SCH) dient nog verder geoptimaliseerd te worden." (FANC actie 12.4.1) Voor wat betreft de stockage van gevaarlijke stoffen in verplaatsbare recipiënten, gasflessen in het bijzonder, zijn in het voorjaar 2013 twee procedures opgemaakt. De stockages van gasflessen buiten de gebouwen BR1 en SCH zijn in overeenstemming met de bepalingen van deze procedure, zijn vergund en voldoen dan ook aan de onderliggende wetgeving (Vlarem I en II, ARAB, CODEX, AREI). Binnen deze gebouwen is geen opslag van gasflessen aanwezig, enkel plaatselijk gebruik dat de aanwezigheid van 1 of enkele gasflessen rechtvaardigt, afhankelijk van de toepassing. Er zijn, wat deze eis betreft, geen verdere acties voorzien, gezien de bestaande conformiteit met de vigerende wetgeving. Er is controle op de naleving van de procedure voorzien binnen de standaard werking van het SCK•CEN. Verlies van elektrische voeding en verlies van ultieme koudebron “Met betrekking tot de BR2 als onderdeel van de volgende periodieke veiligheidsherziening met betrekking tot de isolatieafsluiters van de primaire kring (ABVs 1304 en 1305) en de bypassafsluiter van de primaire kring (ABV 1301): bestuderen of standaanduiding (ABV 1301) mogelijk gemaakt kan worden; justificatie te leveren van de periodiciteit van de controle van de parameters van de persluchttank die het manoeuvreren van de ABV’s mogelijk maakt.” (FANC actie 14.4.3) De standaanduiding van ABV4-1301 is af te leiden door middel van 2 eindschakelaars (“open” of “gesloten”). In de controlezaal machines (KZM) worden beide standen gesignaleerd op het noodpaneel en op de synoptische panelen. Wanneer de ABV zijn normale werkingspositie verlaat (gesloten) dan krijgen we een scram van de reactor. De goede werking van de signalisatie in de controlezaal machines wordt permanent bewaakt door de machinepiloot. De goede werking van het noodpaneel wordt jaarlijks getest. Op de persluchttank staat een druk- en niveaumeting. Beide meetketens worden permanent bewaakt vanuit de controlezaal machines m.b.v. de indicatoren op de synoptische panelen. Bij een te lage waarde geven beide meetketens een alarm in de controlezaal machines. Wanneer de druk nog blijft dalen volgt een scram van de reactor. De meetketens, inclusief de acties, worden jaarlijks gecontroleerd. De opvolging van de jaarlijkse inspecties gebeurt via een databank. Deze databank wordt beheerd door het technische secretariaat van de installatie. De door de veiligheidsautoriteit geïdentificeerde eisen zijn reeds geïmplementeerd (standaanduiding ABV4-1301 en permanente controle van de parameters van de persluchttank van de ABV’s). Er zijn, wat deze eis betreft, geen verdere acties voorzien. “Ten aanzien van het elektrische noodnet (waarvoor door de exploitant reeds een herziening werd gepland): Geconsolideerd Stress Test actieplan
19
IDPBW/BMA/BMA/2013/879
Verificatie uitvoeren van de autonomie van de batterijen in het bijzonder voor BR2.” (FANC actie 14.4.2)
In hoofdzaak worden batterijen gebruikt voor het vervullen van 2 functies: Het opvangen/uitvlakken van storingen afkomstig van het gewone elektrische net en/of het overbruggen van de tijd tussen het verlies van externe voeding en het opstarten van de dieselgroepen. De vereiste autonomie van deze batterijen is typisch een 15-tal seconden. Jaarlijks wordt hiervan de functionaliteit onderzocht, alsook een ontladingstest van enkele minuten, wat representatief is voor de functionaliteit van de batterijen. Het voeden van sturingen, alarmen, signalisatie, etc. Deze batterijen (110 Vdc) worden jaarlijks onderhouden door een externe firma met opvolging door het technisch secretariaat van de BR2 via een databank. Bijkomend wordt door de elektrische onderhoudsdienst een jaarlijkse capaciteitstest uitgevoerd op de batterijen. Bij deze test gebeurt er een effectieve ontlading van de batterij tot een netspanning van 102 Vdc. Er gebeurt m.a.w. steeds een autonomietest, waarvan de ontladingstest afhankelijk is van de functionaliteit van de batterijen (ook buiten BR2). In het kader van de herziening van het noodvoedingsnet (actie 7j) worden ook de batterijen in de verschillende installaties herbekeken naar functionaliteit toe en de mogelijkheid tot redundante voedingen. De test- en onderhoudsprocedures kunnen, waar nodig, hierbij ook beter op elkaar afgestemd worden.
Geconsolideerd Stress Test actieplan
20
IDPBW/BMA/BMA/2013/879
3
Actieplan Stresstest
De nummering (ID) van de verschillende acties in het actieplan is onderverdeeld per thema : 1. Revaluatie veiligheidsfuncties 2. Aardbeving 3. Extreme weersomstandigheden 4. Bosbrand 5. Vliegtuigcrash 6. Cyber-attack 7. Verlies van elektrische voeding – verlies van ultieme koudebron 8. Noodplanning en ongevalsmanagement ID
Omschrijving
Realisatietermijn
1
Synthesedocument van de bestaande kriticaliteitsstudies
Januari 2014
2a
Herevaluatie van het brandrisico na aardbeving
Januari 2015
2b
Gedetailleerde berekeningen van componenten die natuurlijke convectie waarborgen
Juli 2014
2c
Bijkomende verankeringen aan de ventilatieleiding van de hot cell van BR2
Augustus 2013
2d
Bijkomende ondersteuning van de warme cellen op stalen kolommen in het gebouw LHMA
2e
2f
2g
3a
Detailstudie
Januari 2014
Implementatie
Januari 2015
Versteviging van de gebarsten muren in de nieuwe hal van het gebouw LHMA Detailstudie
Januari 2014
Implementatie
Januari 2015
Seismische kwalificatie van een BR2 elektrisch noodvoedingsnet Voorstel voor het seismisch kwalificeren van een (deel van het) noodvoedingsnet
Januari 2015
Implementatie
Mei 2016
Bijkomende studies aardbeving BR1 Kalibratie van het BR1 seismisch model
Januari 2014
Onderzoek niet conventionele middelen voor antireactiviteitstoevoer Beperking van wateraccumulatie op de daken door het uitvoeren van periodiek onderhoud
Januari 2014
Geconsolideerd Stress Test actieplan
Januari 2014
21
IDPBW/BMA/BMA/2013/879
3b
Verbeteringen van afdichtingen op de poorten van het dieselgebouw BR2
3c
Keldergaten aan het gebouw CBZ en ventilatiegebouw BR2 voorzien van waterwerende kokers
3d
3e
3f
Augustus 2014
CBZ
Augustus 2013
Ventilatiegebouw BR2
Augustus 2014
Waterwerende structurele aanpassingen aan de achterzijde van de BR2 machinehal Uitwerking van het concept
Januari 2014
Implementatie
Januari 2015
Evaluatie van de weerstand tegen EF3-tornado op LHMA en dieselgebouw BR2 Radiologische impact van LHMA in scenario EF3-tornado
Juli 2014
Overzichtsnota: veiligheidsbelang BR2diesels
Januari 2014
Implementatie van de bliksembeveiliging (NBNEN62305-2) voor de nucleaire gebouwen SCK Detailstudie m.b.t. bliksemopvanginrichtingen
Januari 2015
Gefaseerde uitvoering
Januari 2017
4a
Dakbedekking voorzien volgens Broof(t1) of aanbrengen van los grind
Januari 2014
4b
Realisatie 36 m perimeter tot de bosrand
Januari 2015
4c
Upgrade van het bluswaternet SCK•CEN
5
6a
Conceptstudie nieuw bluswaternet
Januari 2015
Opmaak detailstudie en lastenboek
Januari 2016
Gefaseerde implementatie
Januari 2018
Beperking van de radiologische gevolgen bij vliegtuigimpact van de categorie “algemene luchtvaart” Overzichtsnota
Juli 2014
Actieplan met mogelijke verbeteringen
Januari 2015
Periodieke IT-audit door externe consultant Geconsolideerd Stress Test actieplan
Januari 2015 22
IDPBW/BMA/BMA/2013/879
6b
Segregatiepolitiek in IT-netwerk
April 2014
7a
Protocolakkoord met netbeheerder betreffende de (niet) afschakeling bij LOOP
Januari 2014
7b
Periodieke kwaliteitscontrole van de dieselbrandstof
Januari 2014
7c
Procedure voor het manueel bijvullen van de dieseltanks
Januari 2015
7d
Justificatie van de autonomie i.f.v. de hoeveelheid dieselbrandstof en smeerolie
Januari 2014
7e
Een fysische scheiding tussen de diesels van BR2 realiseren Haalbaarheidsstudie
Januari 2015
Implementatie
Juli 2016
7f
Verificatie watertoevoer via brandblussysteem naar de dokken van BR2
Januari 2014
7g
Robuustheid onderzoeken van de testopstellingen BR2
Januari 2014
7h
Verificatie van het verbruik van de diesels van BR2
Januari 2015
7i
Opmaken van een procedure: 'Verificatie veilige toestand' per installatie
Januari 2015
7j
Revisie van het elektrische noodvoedingsnet Risicoanalyses
April 2014
Detailstudie en actieplan
Januari 2016
8a
Verlichtingsmiddelen
8b
Externe opvangbasis voor medewerkers
Juni 2014
Overleg met BP
November 2013
Vastleggen locaties
April 2014
8c
Filters in aanzuigleiding van de compressor van INTgebouw
Januari 2014
8d
Interventieprocedures nucleaire brand (KAL-CBZLHMA)
Maart 2014
8e
Strategie om op lange termijn radioactiviteit 'vast te leggen' Ontwikkelen strategie
Januari 2014
Integratie in noodplan
Juli 2014
Geconsolideerd Stress Test actieplan
23
IDPBW/BMA/BMA/2013/879
8f
Middelen interne communicatie noodplankamerwachtzalen Herevaluatie huidige systemen
September 2013
Verbetervoorstellen
Januari 2014
8g
Externe back-up noodplankamer
Januari 2014
8h
Uitbreiding van het aantal mogelijke noodplanintervenanten
Januari 2014
8i
'Extern noodplan' zware calamiteiten
Januari 2015
8j
Onderzoek naar impact van schade aan ondersteunende infrastructuur.
Januari 2014
8k
Middelen voor opvang van potentieel besmet bluswater
Januari 2014
8l
Nieuwe noodplankamer
Januari 2016
Geconsolideerd Stress Test actieplan
24